H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00...

22
H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s 1.1 Introductie pilot In het tweede jaar vindt de training m.b.t. het onderzoek van de mammae (de borsten) en de lymfeklieren in de okselregio plaats. In deze training kunnen studenten onder begeleiding van een skillslab docent het onderzoek op modellen oefenen en aansluitend ook op elkaar. Dit laatste is niet verplicht. Het oefenen op elkaar is een punt van aandacht omdat het toch om een intiem onderzoek gaat. Op verschillende manieren is de afgelopen jaren geprobeerd een goede leeromgeving te creëren om te kunnen oefenen. Dit blijft moeilijk te realiseren voor alle studenten en in alle trainingen. Vanuit de behoefte om dit wel zo goed mogelijk te faciliteren is het idee ontstaan voor andere opzet van deze training met behulp van PETA’s. PETA staat voor Physical Examination Teaching Associate, een term die we zowel voor het Engelstalige als voor het Nederlandstalige onderwijs willen gaan gebruiken. Gebruik maken van een PETA tijdens de mammatraining zal op basis van gevonden beschrijvingen in literatuur en ervaringen met het GOM/MOM-onderwijs naar verwachting een betere leeromgeving voor studenten creëren. De leeromgeving is minder variabel en vindt plaats in een professionelere setting. De setting lijkt meer op een echt patiënt contact, al betreft het een contact zonder een klacht. Het is naar verwachting een veiligere setting voor studenten, en biedt dezelfde kansen om te oefenen voor mannelijke en vrouwelijke studenten. Mogelijk presteren/ leren studenten ook beter als het onderwijs plaatsvindt met een PETA. Concluderend verwachten we dat het inzetten van PETA’s zal zorgen voor: Veilige, positieve leeromgeving waarin de student beter kan leren, alsook een meer gestandaardiseerde setting Bovenstaande leidt tot betere technieken van lichamelijk onderzoek door de student 1 PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Transcript of H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00...

Page 1: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

1.1 Introductie pilot

In het tweede jaar vindt de training m.b.t. het onderzoek van de mammae (de borsten) en de lymfeklieren in de okselregio plaats. In deze training kunnen studenten onder begeleiding van een skillslab docent het onderzoek op modellen oefenen en aansluitend ook op elkaar. Dit laatste is niet verplicht. Het oefenen op elkaar is een punt van aandacht omdat het toch om een intiem onderzoek gaat. Op verschillende manieren is de afgelopen jaren geprobeerd een goede leeromgeving te creëren om te kunnen oefenen. Dit blijft moeilijk te realiseren voor alle studenten en in alle trainingen. Vanuit de behoefte om dit wel zo goed mogelijk te faciliteren is het idee ontstaan voor andere opzet van deze training met behulp van PETA’s. PETA staat voor Physical Examination Teaching Associate, een term die we zowel voor het Engelstalige als voor het Nederlandstalige onderwijs willen gaan gebruiken.Gebruik maken van een PETA tijdens de mammatraining zal op basis van gevonden beschrijvingen in literatuur en ervaringen met het GOM/MOM-onderwijs naar verwachting een betere leeromgeving voor studenten creëren. De leeromgeving is minder variabel en vindt plaats in een professionelere setting. De setting lijkt meer op een echt patiënt contact, al betreft het een contact zonder een klacht. Het is naar verwachting een veiligere setting voor studenten, en biedt dezelfde kansen om te oefenen voor mannelijke en vrouwelijke studenten. Mogelijk presteren/ leren studenten ook beter als het onderwijs plaatsvindt met een PETA. Concluderend verwachten we dat het inzetten van PETA’s zal zorgen voor:

Veilige, positieve leeromgeving waarin de student beter kan leren, alsook een meer gestandaardiseerde setting

Bovenstaande leidt tot betere technieken van lichamelijk onderzoek door de student

Meer focus op communicatie en de arts-patiënt relatie Meteen feedback van een ervaren proefpersoon

Om dit te toetsen en uit te proberen is een pilot opgezet. De pilot wordt gedaan in blok 2.2 van het jaar 2019-2020, met ongeveer de helft van de dan 2e jaars ITM studenten en een groep reguliere studenten van 24 (1 training per skillslabteam). Zo kan vergeleken worden tussen de ervaring en feedback van ITM en regulier. Ook kan vergeleken worden met de conventionele trainingsopzet die nog steeds doorloopt en de pilot.

1PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 2: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Bovendien kunnen PETA’s de training dan zowel in het Nederlands als in het Engels doen.Studenten kunnen zich inschrijven voor de pilot, waarbij geldt vol=vol. Zowel ITM studenten als reguliere studenten van teams A, B en C kunnen zich inschrijven.

De medische anamnese (gericht op klacht/ pathologie) komt aan bod tijdens de plenaire sessie aan het begin van de training. Dit gedeelte zal door een vaardigheidsdocent geleid worden. Tijdens het training gedeelte met de PETA wordt er een korte anamnese gedaan gericht op kennismaking, vertrouwen, verwachtingen bevindingen onderzoek (zoals ook gedaan wordt bij GOM/MOM trainingen).Wat volgt is een lichamelijk onderzoek, waarbij de PETA werkt met twee studenten. De PETA stuurt het onderzoek, de studenten wisselen af met uitvoering van het onderzoek en observeren.Tenslotte wordt er tijd ingeruimd voor feedback aan de student. Deze feedback kan gaan over de technische vaardigheden en over de communicatie tijdens anamnese en onderzoek.Graag willen we gedurende de pilot de PETA’s ook betrekken bij de evaluatie van de training.

1.2 PETA-opleiding/ training:

Training PETA’s d.m.v. 4 sessies van elk 1,5 uur. Deze trainingssessies worden door een Skillslabdocent verzorgd. Bij sessie 2 en 3 zal een verpleegkundig specialist van de mammapoli aanwezig zijn en meehelpen met trainen.

o Sessie 1: 17-9 Doelstellingen pilot, beeld opzet training, feedback

geveno Sessie 2: 24-9

Anatomie en medische termen, anamnese, volgorde en inhoud lichamelijk onderzoek, oefenen op model

o Sessie 3: 1-10 Oefenen lichamelijk onderzoek: techniek van inspectie

en palpatie; uitvoeren op elkaar + geven feedbacko Sessie 4: 8-10

Oefenen met begeleiden van student tijdens LO

- Controle/ screening PETA’s :

2PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 3: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

o De PETA’s ondergaan voor aanvang van de pilot eenmalig een lichamelijk onderzoek op de mammapoli. Dit heeft als doel: leren kennen van het eigen lichaam en voorkomen van onverwachte bevinding door een student.

o Verder is deelname aan het bevolkingsonderzoek borstkanker (indien leeftijd 50-75 jaar) een vereiste; op advies van de mammapoli lijkt dit een verantwoorde wijze om PETA’s te screenen tijdens deelname aan de pilot en eventuele verdere implementatie hiervan.

1.3 De mamma-training met PETA’s: inhoud en opzet

Doelen van de trainingBeheersen van de techniek en systematiek van:

1. Inspectie en palpatie van de mammae2. Palpatie van de lymfeklieren in de okselregio3. Communiceren met de patiënt tijdens het lichamelijk onderzoek

Totale duur training: 1,5 uur

A. 20 min: Plenaire introductie met docentStart met plenaire sessie met Skillslabdocent. Meerdere groepen zijn

hierbij aanwezig.Bespreking van: Voorbereiding en doelen van de training Toelichting op de anamnese (gericht op pathologie; verschil met

anamnese met PETA) Toelichting op het onderzoek van de borst en de lymfeklieren in

de okselregio

NB. Na doorlopen van de pilot wordt geëvalueerd of dit plenaire gedeelte vervangen kan worden door een e-module.

B. 1 uur: Oefenen onder begeleiding van PETA Na de plenaire sessie gaan de studenten en PETA’s uiteen in

groepjes. Bij dit gedeelte is geen Skillslabdocent aanwezig. Gedurende de pilotfase is er wel een docent bereikbaar en zo

3PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 4: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

nodig inzetbaar. We verwachten dat dit op termijn niet meer noodzakelijk zal zijn.

Per PETA zijn er twee studenten. Het verdient onze voorkeur om in een onderwijsruimte 2 PETA’s met elk 2 studenten te laten trainen (zie figuur 1 hieronder). Zo hebben de PETA’s en de studenten elkaar tot steun.

Starten met voorstellen en bespreken van de leerdoelen van de student. Hierna volgt een korte anamnese gericht op kennismaking, vertrouwen, verwachtingen bevindingen onderzoek

Vervolgens gaan de studenten het onderzoek van de borst en de lymfeklieren in de okselregio op de PETA uitvoeren onder begeleiding en met feedback van laatstgenoemde. Tijdens dit onderzoek oefenen twee studenten om de beurt op de PETA, waarbij er gebruik wordt gemaakt van de tussengordijnen.

Figuur 1

4PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Kamer 2

1 PETA 2 Studenten

1 PETA 2 Studenten

Kamer 1

1 PETA 2 Studenten

1 PETA 2 Studenten

Page 5: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

C. 10 min: Afsluiting en evaluatie Afsluiting: Feedback door PETA met focus op vaardigheid en

communicatie tijdens het lichamelijk onderzoek, aandacht voor ervaring van de student

Na afloop training: invullen feedback/ evaluatieformulieren door de studenten.

Tevens na afloop training evaluatie PETA’s samen met Skillslabdocent (zonder de student) gedurende 10 minuten.

H2 Anatomie en medische termen

Borsten oftewel mammae bestaan uit (melk)klierweefsel, vetweefsel en bindweefsel. De borst (de mamma) wordt bedekt door huid en elke borst heeft een tepel met een tepelhof (areola). Beide borsten hebben een uitloper van het borstweefsel richting de oksel, die de axillaire uitloper genoemd wordt. Het klierweefsel van de borst is als volgt opgebouwd: een melkklier (glandula mammaria) is een lob van een aantal alveoli (blaasjes), met daarin melk producerende cellen. In één borst zitten ongeveer 10 tot 25 melkklieren. Alle melkklieren hebben hun eigen melkkanaal dat naar de tepel toeloopt.

Naast de melkklieren bevat de borst ook bindweefsel zoals de ligamenten van Cooper, en vetweefsel. Bij een vrouw die borstvoeding geeft, zijn de melkklieren onder invloed van hormonen veel groter

5PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 6: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

dan bij een vrouw die geen borstvoeding geeft. Na de menopauze (de overgang) wordt de hoeveelheid klierweefsel kleiner en bestaat de borst uiteindelijk vooral uit vetweefsel. De borst ligt op de musculus pectoralis minor en de musculus pectoralis major, de twee spieren die over de borstkas lopen en die gebruikt worden voor het bewegen van de schouder en de arm.

Bij het beschrijven en onderzoeken van de mammae wordt een indeling gebruikt van de borst in vier kwadranten (midden/ mediaal boven kwadrant, midden/mediaal onder kwadrant, buiten/ lateraal boven kwadrant en buiten/ lateraal onder kwadrant).

1. tussenribspier 2. m. pectoralis major 3. melkklier 4. tepel 5. areola 6. melkkanaal 7. vetweefsel 8. huid

6PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 7: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

1. Rib 7. Tepel 2. M.pectoralis minor (kleine borstspier) 8. Tepelhof (areola) 3. M.pectoralis major (grote borstspier) 4. Vetlobje 5. Melklobje (alveoli – lobuli) 6. Melkgang (ductus lactiferus)

De lymfe afvoer van de mammae gebeurt via de lymfeklierstations parasternaal (naast het borstbeen) en axillair (in de oksel). De volgende lymfeklierstations op de route zijn de supraclaviculaire (boven het sleutelbeen) en infraclaviculaire (onder het sleutelbeen) stations.

7PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 8: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

9. Supraclaviculaire lymfeklieren 10. Infraclaviculaire lymfeklieren 11. Axillaire lymfeklieren (hoog) 12. Axillaire lymfeklieren (laag) 13. Parasternale lymfeklieren of mammaria interna lymfeklieren

H3 Anamnese3.1PETA-anamnese:

Tijdens de PETA-training nemen studenten een korte anamnese af als start van het contact met de PETA en voor het lichamelijk onderzoek. De anamnese is gericht op kennismaking, vertrouwen en verwachtingen tav bevindingen van het onderzoek. Het medisch inhoudelijke gedeelte hiervan is een screenende anamnese dat wil zeggen: er is geen klacht en de medisch inhoudelijke vragen zijn gericht op “wat kan ik verwachten tijdens mijn onderzoek zo meteen”.

PETA-anamnese:- Leeftijd - Sociale anamnese- Hormonale status

(Dat wil zeggen in welke “hormonale levensfase” zit de PETA: vruchtbare levensfase/ rond de menopauze (overgang)/ na de menopauze (postmenopauzaal))Leeftijd 1e menstruatie (menarche)/ Leeftijd van de menopauze

8PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 9: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Eventueel menstruele cyclus (als nog aanwezig) -> borstweefsel kan anders aanvoelen in ander moment binnen de cyclus (voor de menstruatie vaak wat gezwollen en gevoelig klierweefsel)

- Obstetrisch (verloskundig) Zwangerschappen? /Borstvoeding gegeven?

- Medische voorgeschiedenis:AlgemeenBorstklachten/ knobbeltjes

- Familieanamnese:Borstkanker/ ovariumkanker

- Medicatie: vooral hormonale medicatie- Deelname bevolkingsonderzoek/ eerder borstonderzoek

3.2 Achtergrondinformatie: medische anamnese bij klacht

Als een vrouw op het spreekuur van de huisarts komt met de klacht: “Dokter, ik heb een knobbeltje in mijn borst gevoeld.” zijn er verschillende vragen belangrijk in de anamnese.

Bedenk hierbij dat de hulpvraag belangrijk is om mee te starten en dat een anamnese meer is dan alleen het uitdiepen van de klacht. Denk zeker ook aan hormonale status, gynaecologische en obstetrische voorgeschiedenis, familieanamnese en risicofactoren voor borstkanker. Probeer de anamnese systematisch op te bouwen en houdt rekening met en geef ruimte voor emoties die bij deze klacht komen kijken.

Anamnese bij klacht of afwijking van de mammae (niet uitputtend) - Leeftijd - Klacht:

Aard van de klacht/ afwijking (pijn, zwelling, intrekking, tepeluitvloed, roodheid)

Lokalisatie; in welk kwadrant, welke borst? Tijdstip van ontdekken; Beloop: groter geworden? In hoeveel tijd? Eerder gehad? Zijn er beïnvloedende factoren? Zoals mogelijke invloed van de menstruele

cyclus - Gynaecologisch:

Hormonale status (pre-, peri- of postmenopauzaal) Leeftijd menarche/ menopauze Menstruele cyclus

- Obstetrisch (verloskundig): Aantal zwangerschappen; spontaan of hormonaal gestimuleerd? Leeftijd eerste graviditeit (zwangerschap) Borstvoeding gegeven? hoe lang?

- Persoonlijke voorgeschiedenis: Voorgeschiedenis borstklachten/ borstkanker Andere maligniteiten

- Familieanamnese:

9PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 10: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

O.a. Mamma-, ovarium- en coloncarcinoom en als positief: op welke leeftijd

- Medicatie: Hormonale medicatie (vooral hormonale substitutie)

Achtergrondinformatie bij de vragen mbt risicofactoren voor borstkanker :

1.Majeure risicofactoren voor ontwikkeling van een mammacarcinoom: (dat wil zeggen belangrijk voor de risico inschatting van de patiënte individueel)

- Vrouwelijk geslacht (kans op borstkanker bij vrouw 1/10 versus man 1/1000 life time risico) - Leeftijd - Persoonlijke voorgeschiedenis met

Mammacarcinoom Bestraling thoraxwand (borstwand) bijv. voor M. Hodgkin/ lymfeklierkanker

- Familieanamnese: Mammacarcinoom, met name bij familieleden < 50 jaar, mannelijke

familieleden of bij bilateraal mammacarcinoom (denk aan mogelijkheid van borstkankergen: BRCA1 en BRCA 2-mutatie)

Ovariumcarcinoom (denk aan mogelijkheid van BRCA1 en BRCA 2-mutatie) Coloncarcinoom (denk aan mogelijkheid van CHEK 2-mutatie)

2. Mineure/relatieve risicofactoren voor mammacarcinoom (dragen onvoldoende bij aan het ontstaan van borstkanker om regelmatige mammografie buiten het kader van het bevolkingsonderzoek te rechtvaardigen) oftewel: risicofactoren die binnen een grote groep vrouwen meewegen maar niet op individueel niveau

- Gynaecologisch Vroege menarche en/of late menopauze

- Obstetrisch Nullipariteit (geen zwangerschappen) en leeftijd eerste zwangerschap

(>30 jaar) Geen borstvoeding gegeven

- Medicatie: Langdurig gebruik van postmenopauzale oestrogenen (hormonen). NB: langdurig gebruik van orale anticonceptie is minder duidelijk

- Lifestyle: (morbide) Obesitas, (roken), (alcoholmisbruik)

H4 Borstonderzoek: inspectie en palpatie van de mammaeVoorbereiding voor het verrichten van het onderzoek:

De kamer is voldoende verlicht en warm Vertel patiënte wat je gaat doen Laat patiënte het bovenlichaam volledig ontbloten

10PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 11: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Zorg dat je schone en warme handen hebt

Zie ook: Onderzoek van de mammae: VIG-online; Tekst met plaatjes http://www.vig-mu.nl/index.php/onderzoek-van-de-mammae

DEEL I: Inspectie

De inspectie wordt verricht bij een patiënte in verschillende houdingen

Stap 1: Pte zit of staat ontspannen voor de onderzoeker, met de armen naast het lichaam

Stap 2: Pte zet de handen in de zij en vraag stevig aan te drukken (= aanspannen van de borstspier) Stap 3: pte legt de armen in de nek of houdt ze gestrekt omhoog (boven het hoofd) Stap 4: Pte gaat op de rug op de onderzoeksbank liggen voor deel II van het onderzoek: de palpatie

Vergelijk steeds links en rechts bij je inspectie

Let op de volgende elementen: Mammae:

Vorm Grootte (a)symmetrie Zwellingen Contouren

Huid: Kleur Versterkte veneuze (vaat) tekening Huidintrekking (je spreekt van huidintrekking wanneer de huidintrekking

zichtbaar is bij inspectie; als de huidintrekking alleen bij palpatie (voelen) opwekbaar is, heet het dimpling)

Littekens Oedeem Peau d’orange (sinaasappelhuid) Ulceraties (huidbeschadigingen of een zweer)

Tepel: Stand en plaats Grootte, kleur en vorm Pigmentatie Intrekking Schilfering; eczeem Afscheiding/ tepelvloed

11PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 12: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

DEEL II: Palpatie van de mammae

Techniek van palpatie: Gebruik steeds beide handen Palpeer met de vingertoppen van 1 hand, houd de hand vlak en gebruik de

andere hand om de borst te steunen Maak een roterende beweging met de vingers en palpeer het klierweefsel

tegen de thoraxwand als “ondergrond”

Palpeer de verschillende kwadranten: start met de borst zonder afwijking. Boven-binnen (= mediaal boven) Onder-binnen (= mediaal beneden) Onder-buiten (= lateraal beneden Boven-buiten (= lateraal boven) Axillaire uitloper van de borst = de zone van klierweefsel die uitloopt in de

okselklieren!! Zeker niet vergeten!!

Bedenk dat de borstklier veel groter is dan de zichtbare welving van de borst; Dit betekent dat je palpatie ver genoeg moet reiken om alle klierweefsel te hebben gevoeld.

Bij palpatie van een zwelling let je op volgende aspecten: Lokalisatie Grootte Vorm Oppervlak Begrenzing Consistentie Beweeglijkheid Pijnlijkheid

12PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 13: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Temperatuur Dimpling (je spreekt van dimpling wanneer je huidintrekking kan

opwekken door palpatie; wanneer de huidintrekking al zichtbaar is bij inspectie, spreek je van huidintrekking)

Nadat je het volledige onderzoek zelf gedaan hebt, kan je aan patiënte vragen om aan te duiden waar zij zelf iets heeft opgemerkt. Op deze manier kan je je eigen bevindingen toetsen aan de klacht van patiënte. Vraag dit liever niet op voorhand om je eigen onderzoek en klinische bevindingen niet te beïnvloeden.

DEEL III: palpatie van de regionale lymfeklieren

De regionale lymfeklieren van de borst zijn: Axillair (in de oksel) Parasternaal (naast het borstbeen) (niet te palperen) Infraclaviculair (onder het sleutelbeen) Supraclaviculair (boven het sleutelbeen)

Onderzoek van deze klierregio’s behoort tot het mammae-onderzoek omdat de lymfe afvoer van de mammae hiernaartoe gaat. Als er dus iets met de borst aan de hand is (ontsteking, kanker) kan je ook een afwijking vinden in de lymfeklieren; Bij borstkanker zegt het wel of niet aangedaan zijn van de lymfeklieren (meestal in de oksel aan dezelfde kant) iets over hoe gevorderd de aandoening is. Of het al is uitgebreid vanuit de borst naar de rest van het lichaam waarbij de lymfeklieren de eerste “stations” zijn waarlangs uitbreiding optreedt. Zeker niet vergeten wanneer er borstklachten zijn.Let op zwellingen en pijn

Axillair: palpeer naar de top van de oksel zoals te zien op het linker plaatje. Beweeg je vingers vanaf de top langs de thoraxwand naar beneden om te voelen naar (afwijkende) lymfeklierzwellingen.

13PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 14: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Palpeer ook de voorkant en de achterkant van de oksel, de overgang met de borstspieren en de rugspieren.Palpeer ook de achterste okselplooi: Ga achter de patiënte staan en neem de spier aan de achterkant/ rugkant van de oksel tussen duim en vingers en palpeer de gehele achterste okselplooi aan beide kanten

Palpeer ook de voorste okselplooi: ga vóór de patiënte staan en neem de spier aan de voorkant van de oksel tussen duim en vingers en palpeer de gehele voorste okselplooi. Doe dit links en rechts.

Infra- en supraclaviculair: Ga vóór de patiënte staan en palpeer de supraclaviculaire ruimte. Alternatief is om achter de patiënte te gaan staan en zo supraclaviculair te palperen.

14PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 15: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Palpeer vervolgens de infraclaviculaire ruimte

15PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 16: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

H 5 FeedbackTijdens de anamnese en het hele onderzoek is voortdurend tijd en aandacht voor feedback aan de student, maar zorg dat er, na het aankleden, ook nog voldoende tijd is voor feedback. Streef naar 15 minuten. Begin deze fase met even terugkijken op het lichamelijk onderzoeken en de emoties die dit eventueel teweeg kan brengen. Zeker bij een student die vooraf gespannen was kan het enorm helpen om even te zeggen ’zo, dat zit erop!’

Om feedback te geven die bruikbaar is voor de student volgen we steeds een aantal basisregels:

De voorrangsregel/Student first; De student heeft altijd eigen leerdoelen en moet van daaruit op het contact terug (kunnen) kijken. De vragen van de studenten hebben voorrang. De voorrangsregel maakt dat er een stimulans van feedback uitgaat voor de student. Wij zien dus graag dat je stimuleert dat studenten vragen stellen. Dat lukt het beste door goed te luisteren naar de student en te horen wat hij/zij vraagt. Als een vraag dan onduidelijk is of te breed kun je dat ook beter aangeven. Het beste voorbeeld daarvan is als de student aan het begin van de feedback vraagt: “En wat vond u ervan?” (Dit is dus een veel te brede vraag). Jouw antwoord: “Wat wil je precies weten” is dan stimulerend. Stimuleer dus dat de student duidelijke vragen stelt zodat jij duidelijke antwoorden kunt geven.

De domein-regel ken je wellicht als simulatiepatiënt. Jouw domein is hier groter dan tijdens een SPC. Hier mag je feedback geven op medische inhoud en technieken. Echter, doe dit alleen als je je bekwaam hiertoe voelt. Twijfel je, vraag dan de docent erbij.

Als het gaat om communicatie, gebruik dan zo veel mogelijk de ik-boodschap.

Verwijs zo veel mogelijk naar concreet gedrag en zoek samen met de student naar verbetermogelijkheden.

Behalve feedback n.a.v. de vragen van de studenten geef je ook feedback op technische vaardigheden; voor zover dat niet al tijdens de uitvoering van het onderzoek besproken werd. En geef je feedback op communicatie tijdens het onderzoek: waren instructies duidelijk, maakte de student goed contact, reageerde de student op signalen, voelde je je professioneel behandeld?

Je kunt eindigen met de vraag of voor de student nu alles duidelijk is of dat er nog vragen of twijfels zijn. Beoordeel dan samen of de student dat zelf op kan lossen (door zelfstudie bv) of dat je de docent er nog even bij haalt.

16PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 17: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Bijlage IWoordenlijst met Engelse termen voor PETA’s

M.b.t. anatomie:

Vetweefsel Adipose / fatty tissue / fat tissueMelkgang Milk duct / Lactiferous ductsMelklobje (alveoli – lobuli) Milk lobe (alveoli – lobuli)Klierweefsel Glandular tissueAreola (tepelhof) AreolaTepel NippleLymfeklier Lymph nodeThoraxwand Thoracic wallsternum/borstbeen breastbone clavicula/sleutelbeen collar bone

M.b.t. anamnese:

Anamnese Patient historyHormonale status Hormonal status Pre-, peri- of postmenopauzaal Pre-, peri- or post-menopausalGynaecologische voorgeschiedenis Gynaecological history Obstetrische voorgeschiedenis Obstetrical historyRisicofactoren Risk factors Borstkanker Breast cancerFamilie-anamnese Family historyInvloed van menstruele cyclus Influence of menstrual cycle

M.b.t. onderzoek van de borst:

Contouraflijning ContourVersterkte venentekening Prominent venous patternHuidintrekking Skin retraction / tethering / dimpling / puckering Littekens ScarsOedeem Oedema Peau d’orange Peau d’orange (orange peel skin)Ulceraties UlcerationsIntrekking Retraction / inversionDraaiende beweging Circular movementIngetrokken tepel Retracted / inverted / pulled in nippleReduceerbaar ReducableSchilfering Flaking of skinAfscheiding uit de tepel Nipple discharge Ontsteking InflammationZacht – elastisch Soft – elastic

17PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 18: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Hard Hard

Kwadranten QuadrantsBoven-binnen Upper-innerOnder-binnen Bottom-innerOnder-buiten Bottom-outerBoven-buiten Upper-outerAxillaire uitloper Axillary tail

18PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH

Page 19: H1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’sfhmloisrv1501.unimaas.nl/simpatdocs/00 GOM-MOM/PETA... · Web viewH1 Opzet en doelstellingen pilot mammatraining met PETA’s

Lymfeklierstations in de okselregio:

Supraclaviculaire lymfeklieren Supraclavicular lymph nodesInfraclaviculaire lymfeklieren Infraclavicular lymph nodesAxillaire lymfeklieren Axillary lymph nodesParasternale lymfeklieren Parasternal lymph nodesLymfedrainage Lymphatic drainage Sleutelbeen (clavicula) ClavicleBorstbeen (sternum) Sternum

M.b.t. palpatie van een zwelling:

Lokalisatie LocalisationGrootte SizeVorm ShapeOppervlak SurfaceBegrenzing BordersConsistentie ConsistencyBeweeglijkheid MobilityPijn Pain / tendernessTemperatuur TemperatureDimpling Dimpling

19PETA-handleiding bij mammapilot SK 2019-2020 CdH, SN, EH