Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar...

6
ZATERDAG 13 MEI 2017 6 Geslaagd voor de moedermavo De moeder van Caroline Buijs tussen de bloemen, nadat ze is geslaagd voor de moedermavo (1981).

Transcript of Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar...

Page 1: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

ZATERDAG 13 MEI 20176

Geslaagd voor demoedermavo

De moeder van Caroline Buijs tussen debloemen, nadat ze is geslaagd voor demoedermavo (1981).

Page 2: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

Trouw TIJD 7

De meeste vrouwen boven de 45 hebbentegenwoordig een baan: de dochters vanmoeders die destijds vaak stopten metwerken als ze gingen trouwen. Zo ook demoeder van journaliste Caroline Buijs. TEKST CAROLINE BUIJS FOTO’S MAARTJE GEELS EN FAMILIEALBUMS BUIJS

D e gebaksschaal: daar moest ikals kind heel voorzichtig meezijn. En nog. Als ik weleens staaf te wassen in de keuken vanmijn ouders, kan mijn moeder

roepen: “Pas op hoor, die schaal heb ik nogcadeau gekregen van mijn collega’s bij onstrouwen.” De gebaksschaal, inmiddels bijna58 jaar oud en hier en daar wat gehavend,was dus een van haar afscheidscadeaus. Deschaal die haar nieuwe thuis-leven inluidde. Zoals zo veel vrouwen van haar generatie

stopte mijn moeder met werken toen ze in1959 trouwde. Of je nu wel of geen oplei-ding had gevolgd: in de jaren vijftig warenwerkende vrouwen een uitzondering. Demeeste vrouwen, of eigenlijk nog meisjes,volgden slechts een korte opleiding enwerkten tot hun trouwen vaak op kantoor,in een winkel of fabriek. Meer dan negentigprocent van de vrouwen trouwde in die tijd,en meestal trouwden ze jong. ‘Nederland was in die jaren een kostwin-

nerssamenleving’, schrijft hoogleraar ar-beidseconomie prof.dr. Joop Schippers inhet artikel ‘Betaald werk voor vrouwen: vanuitzondering tot regel’. ‘De norm was dat ge-trouwde vrouwen zich wijdden aan hethuishouden en later aan de verzorging enopvoeding van de kinderen. De man zorgdevoor het gezinsinkomen en zo was het hu-welijk voor een vrouw ook meteen eensoort ‘levensverzekering’: eenmaal ge-trouwd, altijd financieel verzorgd. Maar ookaltijd financieel afhankelijk.’Je wijden aan het huishouden en de op-

voeding van de kinderen: als ik mijn moeder

nu vraag hoe dat was, dan zegt ze dat ze datin eerste instantie heerlijk vond. Mijn moe-der (1936) is de oudste van een groot arbei-dersgezin en was op haar veertiende klaarmet de huishoudschool. Om door te lerenwas geen geld: ze moest aan het werk omhet inkomen van mijn opa, die chauffeurwas, aan te vullen. Niet altijd de leukstebaantjes – in de huishouding, bij de groente-boer – maar toch vertelde ze er mijn zussen,broer en mij later hilarische verhalen over:zoals hoe ze scheetkussentjes aan de manbracht achter de toonbank van een feestarti-kelenzaak in de Haagse Passage.

Maar voor het eerst een eigen huishou-den, na haar trouwen, dat was waar mijnmoeder vooral naar had verlangd: ze had erlol in het huis netjes te houden, en al gauwwas ze zwanger van de eerste. Ze borduurdelakentjes voor de wieg, naaide bijna al onzekleren, volgde met veel interesse opvoed-cursussen, las de krant en luisterde naar deradio. Naar het programma ‘Moeders wil iswet’ bijvoorbeeld, dat steevast begon met:‘Huisvrouwen van Nederland, tot tien uurbent u de baas in etherland. Een programmadat voor u is samengesteld door u.’ In elke aflevering sprak Mia Smelt met

deskundigen over onderwerpen als opvoe-ding, hygiëne en gezond leven. Want, zo zeiSmelt: “U heeft uw eigen verantwoordelijk-heid, u bent de spil van het gezin, u moetkunnen meepraten met uw kinderen.” Ver-velen deed mijn moeder zich nooit, en erwas in die tijd – zoals ze zelf zegt – nog ‘echtcontact met je buren’: geen van haar buur-vrouwen werkte buitenshuis. ▶

Page 3: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

ZATERDAG 13 MEI 20178

En dus paste je heel vanzelfsprekend op el-kaars kinderen als je even weg moest. Ofsteunde je een buurvrouw die, denkt mijnmoeder nu achteraf, leed aan een postnataledepressie. De generatie vrouwen na mijn moeder, de

babyboomers, wilden het anders. AnnekeRibberink, onderzoeker politieke geschiede-nis aan de VU, vertelt dat door de toenemen-de welvaart de onderwijskansen van jon-gens en meisjes toenamen. “Goed opgeleidejonge vrouwen waren niet meer tevredenmet het perspectief van een huisvrouwen-bestaan. Bovendien waren vrouwen eerderuit de kleine kinderen: dankzij de geboorte-beperking werden gezinnen kleiner. Dezeonvrede zorgde eind jaren zestig voor detweede feministische golf: het kostwinner-huisvrouwenmodel stond ter discussie. Devrouwenbeweging eiste niet alleen gelijkerechten voor vrouwen voor betaald werk, zewezen ook op de grote achterstand in oplei-ding en scholing.

De slogan ‘Marie, word wijzer!’ van de fe-ministische actiegroep ‘Man Vrouw Maat-schappij’ drong ook tot mijn moeder door:begin jaren zeventig volgde ze een VOS-cur-sus (zie kader) om zich bewuster te wordenvan wat er in de maatschappij speelde. Endaarna had ze de smaak te pakken: ze gingdoor naar de moedermavo. Mijn vader tim-merde een bureautje voor haar in elkaar, enik herinner me dat als ik naar bed moest – ikzat nog op de lagere school – mijn moedernog achter dat bureau in haar slaapkamer zatte leren. Want mijn moeder was supergemo-tiveerd en leergierig: ook als ik weleens ziekwas, ging ze naar school, ze wilde geen lesmissen.

Mijn vader steunde mijn moeder door dik endun. En wij kinderen ook, door soms peste-rig te vragen: ‘Mam, moet je niet eens aan jehuiswerk?’ De wc hing ze vol met rijtjesDuitse naamvallen en om haar te helpenleerde ik ze ook uit mijn hoofd – ook al hadik nog geen Duits – zodat ik haar kon over-horen. Een langgekoesterde wens van haar was

om na de mavo door te leren voor verpleeg-kundige. Maar de combinatie van het zorgenvoor vier kinderen en studeren zag ze tochniet zitten – kinderopvang was schaars enmoeilijk toegankelijk. Zelf vind ik dat nog al-tijd zielig om te horen, maar daar wil mijnmoeder niets van weten: “Ik wilde zelf graagvier kinderen, dus het zorgen voor het gezinbleef op nummer 1 staan, en daar kijk ik zon-der frustratie op terug.”

In de hal van mijn middelbare schoolhingen posters met slogans als ‘Mijn vadervond tandartsassistente echt iets voor mij.Ik dacht persoonlijk meer aan tandarts.’ Of:‘Ik voorbestemd om kinderen te krijgen?Nou, dan hebben ze een weledelgeleerdemoeder.’ Ook mijn moeder riep, zo lang alsik me kan herinneren: “Ik heb nooit de kansgehad, maar júllie gaan later studeren!” Enze hamerde erop dat we financieel onafhan-kelijk zouden worden. In onze omgevingzagen we vrouwen na hun scheiding in debijstand terechtkomen. Dat mocht onsnooit gebeuren.Ook al kijkt mijn moeder terug op een ge-

lukkig leven, ik (1968) vind het soms schrij-nend dat ze nooit is opgegroeid met het zin-netje ‘wat wil je later worden?’ – ik had mehaar heel goed voor kunnen stellen als lei-dinggevende in een ziekenhuis. Schrijnendook, omdat ik zelf mijn werk nooit zou wil-len missen. Behalve dat ik nooit financieelafhankelijk wil zijn van mijn man – dat heeftmijn moeder er goed ingestampt – zou ik devoldoening van mijn werk missen: het ge-voel bij een goed gelukt verhaal, de mooiegesprekken die ik voer voor verhalen, desteun van collega’s. Inmiddels ben ik zelf bijna zestien jaar

moeder. Behalve dat mijn kinderen zien dathet normaal is dat hun moeder werkt, hoopik dat ze later (dochter én zoon) het huis-houden en de opvoeding zullen delen – netzoals mijn man en ik dat doen. Omdat nietalleen ik maar ook mijn man een dag minderis gaan werken toen we kinderen kregen.Naar het consultatiebureau of zwemles,eten koken of een kinderfeestje verzorgen?Ze weten niet beter dan dat we dat allebeidoen. ■

Moeder Buijs en baby Caroline.

Karin Fijn van Draat (1964)Werk: hoogleraarkinderhematologie, werkt in hetAMC bijna fulltime (90 procent)Moeder van drie dochters, eenvan 15 en een tweeling van 13.

“Kennis is macht, zei mijn opa alen ook mijn ouders hebben mijaltijd gestimuleerd om mijntalenten te ontwikkelen. Dateconomische zelfstandigheid ookbelangrijk was, leerde ik vooraluit Opzij en uit de boeken vanMarilyn French. Mijn moeder zatvroeger klaar met een pot theeals we uit school kwamen, en ikvond dat gezellig envanzelfsprekend. Schuldgevoelvind ik iets te sterk uitgedrukt,maar zelf ben ik als werkendemoeder altijd bezig met hetvinden van een goede balans:doe ik mijn kinderen niet tekort?Hoe verdeel ik mijn aandacht? Inde korte schoolvakanties plan ikvaak vrije dagen, maar aan heteinde van de laatste vakantie zeimijn oudste dochter boos: ‘Jehebt je veel te veel met onsbemoeid, we konden helemaalniet lekker onze eigen dingendoen.’ Ik hoop dat tegen de tijd dat mijndochters carrière maken hetbeter is geregeld met dekinderopvang en we als vrouwenonderling minder over elkaaroordelen: ‘Oh, ben je weer eenweek naar een congres geweest?En je kinderen dan?’ kreeg ikweleens te horen op hetschoolplein. Onder mijnvrouwelijke collega’s vind ik steunvoor mijn keuzes en wij rooienhet allemaal toch maar: daaraanzie ik dat ik niet verkeerd bezigben. De bevlogenheid voor onswerk verbindt ons.”

‘Als vrouwelijke collega’s steunenwe elkaar’

Page 4: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

Trudy Fijn van Draat-Wisman en dochter Karin Fijn van Draat

Trouw TIJD 9

‘Als invaljuf ging ikmet kind en box pertaxi naar school’

Trudy Fijn van Draat-Wisman(1938)Opleiding: mulo en kweekschool.Werkte tot haar huwelijk in 1963fulltime als onderwijzeres en van1963 tot 1981 een paar dagen perjaar als invaljuf.Moeder van drie dochters.

“Bij mijn trouwen werd mijn vasteaanstelling als onderwijzeresomgezet in een tijdelijkeaanstelling. Ik vond dat zogemeen: ik heb bij hetschoolbestuur voor elkaargekregen om mijn vaste baan tebehouden. Maar toen Karin werdgeboren, hield dat op.Kinderopvang bestond niet: als ikweleens inviel, ging ik per taximet Karin, de box en de wandel-wagen naar school. We haddengeen auto. Karin zette ik voor inde klas in de box en ik liet dekinderen uit de zesde klas methaar wandelen. Ik legde me erbijneer dat ik niet meer fulltime mijnvak kon uitoefenen en zocht opeen andere manier een invulling:ik wijdde me met plezier aan deopvoeding, maakte kleren en wasactief in de kerk en in de buurt. Eén van de vrouwen uit onzebuurt werkte wel: haar zoon liepsoms bij ons door de straat tedwalen en dat vonden allemoeders zielig, dus haalden wehem naar binnen. Veel later, toende kinderen volwassen waren, gafik het onderwijs op en begon ikmeubels en boeddha’s uit hetVerre Oosten te importeren. Datheeft er denk ik voor gezorgd datik nu met mildheid terugkijk opde jaren dat ik niet of nauwelijkskon werken. Als ik naar Karin kijk, denk ikvaak: wat is het zwaar als je metdrie kinderen zo’n baan hebt.Gelukkig zijn mijn man en ikvangnet als de kinderen ziek zijn.Net als veel van mijn vriendinnen:soms zie ik op het schoolpleinalleen maar opa’s en oma’s.”

}Mijn dochterzei: je hebt jete veel metons bemoeid

Page 5: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

ZATERDAG 13 MEI 201710

Janny Hartman-Jansen (1933)Opleiding: mulo en een type-diploma. Had handwerklerareswillen worden. Werkte tot haarhuwelijk in 1958 op kantoor. Moeder van drie dochters en twee zoons.

“Na ons trouwen verhuisden wevan Putten naar Hoofddorp enstopte ik met werken. Ik stiktevan de heimwee: als ik een autoin oostelijke richting zag gaan,dacht ik: ach, díé gaat de goedekant op. Had ik maar een baan,dacht ik toen vaak. Ik miste mijncollega’s en had weinig te doen:vanwege de woningnoodwoonden we in een salonwagenen die had ik natuurlijk in eenmum van tijd schoongemaakt.Daarom was ik dolblij toen ik inverwachting raakte en ik tenminste flanellen luiers konomhaken met een randje katoen. Later vulden mijn dagen zich methet verzorgen van de kinderen enmet breien en kleren maken. Ikkijk daar met voldoening opterug: ik haalde bevrediging uithet werk dat ik deed voor mijngezin. Bovendien heb ik altijdveel vrijwilligerswerk gedaan. Ikwas diaken in de kerk. Somsvoelde ik me net eenmaatschappelijk werkster: ik hadeen pittige wijk met nogal watechtparen die uit elkaar gingen. Maar als ik in deze tijd jong wasgeweest, was ik beslist gaanwerken – ik denk alshandwerklerares – al had ik danmisschien niet vijf kinderengekregen. Het enige waar ikachteraf spijt van heb, is dat ik tenetjes was in het huishouden. Ikgunde mezelf nooit de tijd om telezen, terwijl ik daar wel vanhield. Dat haal ik nu in. Kijkendnaar hoe mijn dochter Joke zorgen werk combineerde toen haarkinderen klein waren, heb ikweleens gedacht: ach, wat eenhectisch bestaan.”

‘Had ik maar eenbaan, dacht iktoen vaak’

Wetgeving

Vrouwen in overheidsdienst werdenin de periode 1904-1936 ontslagenals ze gingen trouwen. Dat was perKoninklijk Besluit geregeld. In dejaren daarna bleef de ontslagbepa-ling gehandhaafd, maar werd die ge-leidelijk versoepeld door detoenemende vraag naar vrouwelijkearbeidskrachten. Pas in 1955 werd ditverbod op betaald werken van ge-trouwde vrouwelijke ambtenaren af-geschaft. In 1956 werden gehuwdevrouwen per wet handelingsbe-kwaam. Tot dat jaar kon een ge-huwde vrouw geen auto of huiskopen, bankrekening openen of an-dere wettelijke handelingen verrich-ten zonder schriftelijke toestemmingvan haar man. De man bleef tot 1971‘het hoofd van de echtvereniging’.

VOS-cursusIn 1972 ontwikkeldeemancipatiepionier Krijnie Verlaanhet VOS-project: Vrouwen Oriënterenzich op de Samenleving, voor heteerst een gesubsidieerde activiteitvoor vrouwen met alleen lagereschool en hooguit twee jaaropleiding. Het werd een grootsucces. Tienduizenden vrouwenleerden praten over hun eigenervaringen. Via cursussen werd zo debewustwording van huisvrouwenbevorderd. Het VOS-project stoptebegin jaren negentig.

MoedermavoDe eerste moedermavo begon in1975 in Middenmeer en was zosuccesvol dat er binnen een jaaroveral moedermavo’s waren.Directeur Anton Remmers wildemoeders dagonderwijs aanbiedenomdat hun kinderen in die uren ookop school zaten. Het ministerie vanonderwijs weigerde, omdatvolwassenen thuishoorden inavondonderwijs. Remmers bleef hetministerie met brieven bestoken entoen bleek dat nergens in de wetstond dat avondonderwijs per se inde avond gegeven moest worden,ging het ministerie overstag.

Tekening van Caroline voorhaar geslaagde moeder.

Werkende vrouwen

Het aantal werkende vrouwentussen de 15 en 64 jaarverdubbelde ruimschoots tussen1947 en 2004: van 23 naar 59procent. Dat is vrijwel uitsluitendtoe te schrijven aan hetveranderende arbeids-marktgedrag van gehuwdevrouwen. Het percentage werkendevrouwen tussen 40 en 64 jaarnam de afgelopen jaren verdertoe: meer dan de helft van devrouwen boven de 45 werkt nu,een mijlpaal die onlangs werdbereikt, zo blijkt uit nieuwe CBS-cijfers. Het huidige aantalwerkende vrouwen neemt snellertoe dan het aantal werkendemannen. In de afgelopen driemaanden bedroeg de stijging bijvrouwen gemiddeld 11.000 permaand. Het aantal werkzamemannen steeg met gemiddeld4000 per maand.

Reageren

Moest u of uw moeder ookstoppen met werken, toen zijging trouwen? Stuur uwreactie in max. 120 woordennaar [email protected] o.v.v.naam en woonplaats.

Page 6: Geslaagd voor de moedermavo - Caroline Buijs€¦ · Marilyn French. Mijn moeder zat vroeger klaar met een pot thee als we uit school kwamen, en ik vond dat gezellig en vanzelfsprekend.

Janny Hartman-Jansen en dochter Joke Hartman

Trouw TIJD 11

}Ik gundemezelf nooitde tijd om telezen, terwijlik daar welvan hield

Joke Hartman (1961)Werk: fulltime manager in de zorg. Moeder van dochter (25) en zoon (23).

“Maar één keer in mijn leven hebik gedacht: wat moet het heerlijkzijn om nu thuis te kunnen blijvenen te gaan stofzuigen. Dat was inmijn examenweek voor de havo.Verder dacht ik er niet over nadat mijn moeder thuis was – hetwas vooral heel normaal. Ik hebook nooit bewust gedacht: dat gaik later anders doen, maar datkomt ook doordat je als oudervoor een puber gewoon eenschemerlamp bent. Ik was een recalcitrante puber:omdat ik vooral een leukeschooltijd wilde hebben, ging ikvan het atheneum naar de havoen ik herinner me niet dat mijnouders daar tegen ingingen – ikdenk dat ze al blij waren dat iküberhaupt naar school ging.Naast mijn werk als(oncologie)verpleegkundige,volgde ik altijd wel een opleiding– een tropenopleiding, eendocentenopleiding – want hoeleuk ik mijn werk ook vond, ikhad behoefte aan meer kennis. Door mijn scheiding, de kinderenwaren toen een en vier, heb ikzolang de kinderen klein warenvijftig procent gewerkt – veelminder dan ik eigenlijk wilde.Maar ik vond het belangrijk omeen veilige thuissituatie tecreëren en dat voelde goed: ikneem het leven graag zoals hetkomt. Om mezelf toch te voeden,las ik in die tijd ontzettend veel.Inmiddels werk ik weer fulltimeen heb ik ontdekt hoe leuk ik hetvind om leiding te geven.”

‘Ik vind hetheerlijk omleiding te geven’