Gemeente Leeuwarden Actualisering detailhandelsmonitor 2012

8/10/2019 Gemeente Leeuwarden Actualisering detailhandelsmonitor 2012

1/15


2/15

INHOUDSOPGAVE

1.

INLEIDING 1

1.1 Uw situatie en vragen 1

1.2 Leeswijzer 2

2.

ONTWIKKELINGEN DETAILHANDEL 3

2.1 Conclusies detailhandelsmonitor Leeuwarden 2012 3

2.2 Trends in de detailhandel en consumentengedrag 6

3. ACTUALISERING DETAILHANDELSSTRUCTUURVISIE 10

3.1 Uitgangspunten detailhandelsstructuurvisie 2007 10

3.2 Actualisering visie 2007 10

3.3 Aanbevelingen detailhandelsstructuur 12


3/15

Detailhandelsmonitor en -visie Leeuwarden 1Stec Groep aan Gemeente Leeuwarden 12.115

1. INLEIDING

In dit hoofdstuk gaan we in op uw situatie en vindt u de leeswijzer van dit rapport.

1.1 Uw situatie en vragen

De detailhandelsstructuurvisie Leeuwarden dateert uit 2007. Sinds die tijd is er veel veranderd in het

consumentengedrag en in de detailhandel. Zo is het winkelaanbod in de binnenstad uitgebreid met Nieuw

Zaailand, is winkelcentrum Bilgaard na de brand opnieuw opgebouwd en zijn voor De Centrale plannen voor

een uitbreiding van het winkelaanbod. U wilt weten of de detailhandelsstructuurvisie uit 2007 nog up-to-date

is en op welke onderdelen een actualisering nodig is.

Daarvoor wilt u in de eerste plaats een goed onderbouwd beeld van de huidige stand van zaken van de

detailhandel in Leeuwarden. Ook wilt u in de structuurvisie vooruitkijken en strategisch inspelen op de trends

en ontwikkelingen in de detailhandel. U wilt een detailhandelsstructuur die de kwaliteiten van Leeuwarden

optimaal benut en de moderne consument aanspreekt. U hecht veel waarde aan een sterke

detailhandelsstructuur, omdat de detailhandel een belangrijke drager is van de leefbaarheid.

U wilt een actualisering van de detailhandelsvisie die breed wordt gedragen. De detailhandelsmonitor en

actualisering van de visie uit 2007 is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de begeleidingsgroep.

Deze groep bestond uit:

Klaas van den Berg, Kamer van Koophandel;

Olaf Busch, Hoofdbedrijfschap Detailhandel;

Anton Zantman, Leeuwarder Ondernemersclub (LOC);

Bernard Mijnders , Verenigd Bedrijfsleven Leeuwarden (VBL);

Dirk de Vries, Winkelpark De Centrale;

Bram Wilbrink, vertegenwoordiger supermarktbranche;

Greetje Schuurmans/Marcellus de Graaf, winkeliersverenging De Schrans;

Wethouder Henk Deinum, Martijn Gerkes, Gerard Hendriksma, Jaap Stuiver en Ton Ettema gemeente

Leeuwarden.


4/15


1.2 Leeswijzer

In het volgende hoofdstuk leest u de belangrijkste conclusies van de detailhandelsmonitor. In hoofdstuk 3

vindt u de actualisering van de detailhandelsvisie. In het bijlagenboek zijn de resultaten van de

detailhandelsmonitor uitgebreid weergegeven.


5/15


2. ONTWIKKELINGEN DETAILHANDEL

In dit hoofdstuk zetten we de belangrijkste conclusies uit de detailhandelsmonitor 2012 kort voor u op een

rij. Een uitgebreide beschrijving van de monitorresultaten vindt u in het bijlagenboek. Na de conclusies van

het monitoronderzoek Leeuwarden leest u een beknopte schets van de algemene trends in de detailhandel en

in het consumentengedrag en de betekenis voor de detailhandel in Leeuwarden.

2.1 Conclusies detailhandelsmonitor Leeuwarden 2012

Voor een actualisering van het detailhandelsbeleid is het belangrijk om te weten hoe de detailhandel in

Leeuwarden nu functioneert en zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. De belangrijkste conclusies uit de

detailhandelsmonitor Leeuwarden 2012 leest u hier. Een uitgebreide beschrijving van de monitorresultaten

vindt u in het bijlagenboek. Bij de beschrijving van de conclusies van het monitoronderzoek maken wij

onderscheid tussen de ontwikkelingen aan de aanbodkant en aan de vraagkant.

Ontwikkelingen winkelaanbod Leeuwarden

Leeuwarden kent een relatief ruim winkelaanbod. Met 240.000 m

wvo1ligt het winkelaanbod in Leeuwarden circa 30.000 m wvo

boven het gemiddelde van plaatsen met een vergelijkbare omvang

(circa 210.000 m wvo). Het relatief ruime winkelaanbod in

Leeuwarden heeft ook te maken met het relatief ruime achterland in

vergelijking met andere steden van vergelijkbare omvang. Zo heeft

bijvoorbeeld Delft met haar ligging tussen Den Haag en Rotterdam

een kleiner achterland dan Leeuwarden.

Het winkelaanbod in Leeuwarden is de afgelopen jaren met 25.000 m wvo toegenomen. Het

winkelaanbod beslaat nu 240.000 m wvo, terwijl in de detailhandelsmonitor 2008 het aanbod 215.000

m wvo bedroeg.

1

Wvo = winkelvloeroppervlak: alle voor publiek toegankelijke ruimte, dus exclusief magazijn, kantoor etc.


6/15


De groei van het winkelaanbod heeft zich hoofdzakelijk op de bedrijventerreinen voorgedaan. Hier nam

het aanbod toe van 43.000 naar 70.000 m wvo.

De winkelleegstand in Leeuwarden is toegenomen van 16.000 naar 22.000 m wvo. In 2008 stond 7%

van het winkeloppervlak in Leeuwarden leeg en nu bijna 9%. De leegstand in Leeuwarden ligt hiermee

boven het gemiddelde in Nederland. Het Nederlands gemiddelde bedraagt nu 6% tegen 5% in 20092. De

leegstand in Leeuwarden doet zich vooral voor in de winkelcentra Bilgaard en Camminghaburen, de

Snekertrekweg en in de binnenstad.

Ontwikkelingen consumenten Leeuwarden

De inwoners van Leeuwarden kopen steeds vaker via internet. Vooral in de branches bruin- en witgoed

en sport en spel. Het marktaandeel van internet bedraagt inmiddels in de branche bruin- en witgoed 13%

en in de branche sport en spel 12%.

Wat betreft de dagelijkse aankopen zien we de Tijnjedijk marktaandeel winnen en Camminghaburen

marktaandeel verliezen.

De binnenstad van Leeuwarden blijft de belangrijkste aankoopplaats voor kleding. Circa 71% van de

bestedingen van de inwoners van Leeuwarden komt in de binnenstad terecht. Dit is iets minder dan

tijdens het voorgaande monitoronderzoek. In 2008 bedroeg het aandeel van de binnenstad 75%. Op het

niveau van heel Leeuwarden blijft er meer koopkracht in Leeuwarden (88% tegen 83%) en is de

koopkrachtafvloeiing naar Groningen in dit segment afgenomen.

Retailpark De Centrale wint flink marktaandeel in de branches: wonen,

bruin- en witgoed, doe-het-zelf, huishoudelijke artikelen, sport, spel en

media. In deze branches zien we vooral de binnenstad aandeel

inleveren.

Het aantal bezoekers afkomstig van buiten Leeuwarden neemt toe in

de binnenstad. In 2007 was 45% van de bezoekers afkomstig van

buiten Leeuwarden en in 2012 bedroeg dit aandeel 55%. Met name

het aandeel bezoekers van buiten Friesland is in de binnenstad

toegenomen: van 11 naar 17%. De Centrale doet niet veel onder voor

2

Bron: Locatus Retailfacts 2012


7/15


de binnenstad wat betreft het aandeel bezoekers van buiten Leeuwarden. Op De Centrale bedraagt dit

aandeel 51%.

De bezoekers van de binnenstad komen steeds minder doelgericht voor enkele winkels maar vooral om te

shoppen. Het aandeel dat specifiek komt om te shoppen nam toe van 43 naar 62%. Ook voor De

Centrale (41%) en De Schrans (44%) wordt shoppen steeds belangrijker als bezoekmotief.

Net als in de meeste binnensteden van Nederland, neemt in de binnenstad van Leeuwarden de

bezoekfrequentie af en het besteed bedrag per bezoek toe. Dit geldt ook voor De Schrans. Op De

Centrale neemt de bezoekfrequentie flink toe en het besteed bedrag per bezoek licht toe.

Ten opzichte van vijf jaar geleden wordt de binnenstad

beter gewaardeerd door de bezoekers. De gemiddelde

waardering steeg van een 7,0 naar een 7,4. Met name

de aankleding en gezelligheid van het winkelgebied, de

bereikbaarheid en parkeermogelijkheden scoren nu

beter. Het parkeren in de binnenstad van Leeuwarden

krijgt nu een 7,5 (was 6,9). Dit is hoog. In veel

binnensteden in Nederland scoort parkeren een mager

zesje.

Het combinatiebezoek tussen De Centrale, binnenstad en De Schrans is toegenomen. Vijf jaar geleden

combineerde 20%3van de bezoekers van De Centrale een bezoek aan dit retailpark met een bezoek aan

de binnenstad of De Schrans, terwijl dit nu 31% is.

De drukst bezochte delen van de binnenstad liggen aan de Nieuwestad en de Wirdumerdijk (zie ook

bijlage C, bijlagenboek). Deze locaties tellen op een zaterdag 20.000 passanten of meer4. Aanloopstraten

als de Voorstreek en de Oosterstraat tellen op een zaterdag minder dan 5.000 passanten. De kleine

Kerkstraat scoort met bijna 9.000 passanten goed voor een aanloopstraat.

In zijn geheel genomen functioneert de detailhandel in Leeuwarden op een gemiddeld niveau. Ondanks de

aanwezige leegstand in Leeuwarden is er in de niet-dagelijkse sector beperkte marktruimte voor

versterking van het winkelaanbod (circa 15.000 mbvo). Deze ruimte doet zich vooral voor in sterke

3Bron: detailhandelsmonitor Friesland, Broekhuis Rijs 20074

Bron: passantentelling Locatus 2011


8/15


winkelgebieden. Met name op De Centrale doen zich marktkansen voor. De actuele marktruimte bedraagt

hier circa 10.000 tot 15.000 mbvo (zie bijlage D, bijlagenboek). Voor slecht renderende winkelgebieden

en winkellocaties met weinig perspectief is een uitbreiding van het winkelaanbod vanzelfsprekend geenoptie en ligt de opgave in het saneren en transformeren van de winkelfunctie. Opgemerkt dient te worden

dat deze distributieve analyse een opname is van de huidige situatie. In deze analyse is geen rekening

gehouden met de (onzekere) ontwikkelingen in de detailhandel. De meningen over het effect van deze

ontwikkelen op de vraag naar winkelvastgoed zijn verdeeld. Sommigen verwachten dat ondanks of door

internet (clicks needs bricks) de vraag naar winkelvastgoed toeneemt, terwijl anderen verwachten dat de

vraag naar fysieke winkels afneemt. In sombere scenarios met wel 20%. Blijft onverlet dat er ruimte

moet zijn voor vernieuwing en nieuwe ontwikkelingen waar vraag naar is op sterke locaties.

2.2 Trends in de detailhandel en consumentengedrag

In de vorige paragraaf heeft u een actueel beeld gekregen van het functioneren van de detailhandel in

Leeuwarden. In deze paragraaf leest u over de belangrijkste trends die de komende jaren van invloed zijn op

het functioneren van de detailhandel.

Vergrijzing leidt tot ander koopgedragNet als in de rest van Nederland vergrijst de bevolking in Leeuwarden en Friesland. In Friesland gaat de

vergrijzing nog iets sneller dan gemiddeld in Nederland5. Voor de winkelgebieden in Leeuwarden is het van

belang om de oudere consument goed te bedienen. Deze doelgroep wordt steeds groter. Ouderen besteden

hun geld anders dan jongeren. Ouderen winkelen minder vaak en geven minder geld uit aan kleding en

interieur. De laatste modetrends worden niet meer gevolgd en ze doen langer met hun spullen. Wel is het zo

dat de ouderen van de toekomst naar verwachting een ander koopgedrag hebben dan de ouderen van nu. De

ouderen van nu, van net na de oorlog, zijn over het algemeen spaarzaam, terwijl de toekomstige ouderen

(al) gewend zijn om makkelijker geld uit te geven en voor een deel ook modieus zijn.

5Bron: ABF Research- Primosprognose 2011


9/15


Voor de ouderen (van nu) is het belangrijk dat een winkelgebied schoon en veilig is en dat het aangenaamverblijven is. Vaak is winkelen een dagje uit of wordt het gecombineerd met een andere vrijetijdsactiviteit,

bijvoorbeeld een bezoek aan een museum. Daarnaast willen ouderen graag verrast worden. Zij willen wat

nieuws beleven en daarover vertellen. De beleving wordt steeds belangrijker in de keuze voor een

winkelgebied.

Binnensteden aantrekkelijk voor funshoppen en kansrijk voor multichanneling

E-commercegevoelige producten cds, boeken, reizen, wit- en bruingoed worden steeds vaker online

verkocht. We zien dat nu al 6% van alle winkelbestedingen online de deur uitgaat. Waar dit eindigt, is lastig

te voorspellen. Velen verwachten dat het aandeel kan oplopen naar 15 tot 20%, waarbij het vooral om de

doelgerichte goederen gaat, zoals genoemde cds en wit- en bruingoed. Voor keuzegevoelige producten

speelt dit minder. Zo worden bij kleding steeds meer basisartikelen (o.a. T-shirts en spijkerbroeken) online

gekocht, maar blijven veel consumenten ook sterk gericht op winkels. Zij willen kijken en vergelijken en de

kleding zien, voelen en passen. Het gaat hier ook om funshoppen en een gezellig uitje.

Voor grotere binnensteden zoals die van Leeuwarden geldt dat zij een sterk aanbod aan mode en luxe hebbenen de mogelijkheden bieden om te funshoppen. Ook door de combinatie met horeca en leisure. Funshoppen

is vrijetijdsbeleving nummer 1 in Nederland. Met dit unique selling point hebben de (grotere) binnensteden

een antwoord op e-commerce. Dit vraagt echter een andere bedrijfsvoering en update van het winkelen6.

6Bron: Hoofdbedrijfschap detailhandel (HBD)


10/15


Clicks needs bricks

ABN Amro waarschuwt dat alleen een winkel op internet exploiteren zijn beste tijd heeft gehad7

. Hoewel nogsteeds een grote verplaatsing van de fysieke winkel naar internet plaatsvindt, gaat de lol om alles op internet

te kopen eraf. Op dit moment is de enkel fysiek kopende klant met 55% nog in de meerderheid. Een groep

van 35% koopt zowel online als offline en 10% alleen online. Die verhouding gaat veranderen. Over drie jaar

zal de meerderheid zowel op internet als in fysieke winkels kopen. Dit betekent dat winkeliers met alleen een

vestiging op internet er een fysieke winkel bij moeten zoeken. Mensen willen zien, voelen, vergelijken en

beoordelen. Hoe tegenstrijdig het ook klinkt, fysieke winkels worden een duidelijke succesfactor in het

nieuwe internettijdperk8. Daarbij zijn de grote binnensteden, zoals die van Leeuwarden, aantrekkelijk voor

webwinkels. In de grote binnensteden kan de consument uitgebreid funshoppen, er is veel traffic enexposure.

Met het nieuwe winkelen slim inspelen op kansen e-commere

Onder leiding van de stuurgroep Binnenstad Boppe loopt Leeuwarden in

Nederland voorop met het het nieuwe winkelen. Leeuwarden is n van de

koplopers. In het nieuwe winkelen staat centraal hoe de detaillist de kansen

van internet optimaal kan benutten. Zo brengt mobiel internet de

webinformatie die voorheen enkel thuis werd gebruikt naar het

winkelgebied. Koppel dat aan de voordelen die de winkelstraat biedt zoals

sfeer, direct kopen en meenemen, product uitproberen, voelen, ruiken,

proeven en passen, rondstruinen, iets unieks ontdekken en persoonlijke

service. Met het nieuwe winkelen neemt de service en beleving in de winkels toe. Denk bijvoorbeeld aan

het plannen van een route door het winkelcentrum via het boodschappenlijstje, digitale spaarsystemen of het

scannen van productinformatie na sluitingstijd. In bijlage B vindt u dertien elementen die, volgens Rob Weisz

projectleider nieuwe winkelen, samen zorgen voor een optimale winkelbeleving.

7Bron: Cross channel retail de toekomst ABN Amro, CBW Mitex8Bron: Telegraaf 13 januari 2012: Webshop is kansloos zonder winkel quote Michel Koster onderzoeker ABN Amro


11/15


Succesvol veranderen9

Winkelgebieden die het moeilijk krijgen zijn de aanloopstraten zonder profiel of trekker, buurtwinkelcentra

zonder sterke supermarkt en kleine monofunctionele woonboulevards. Voor deze winkelgebieden ligt dekomende jaren een forse sanerings- en transformatieopgave. Ook Locatus signaleert deze ontwikkelingen. Zij

constateren op basis van hun data dat het winkelbestand in de periferie harde klappen krijgt en dat de

binnensteden het goed blijven doen en dan met name de A-locaties10. De leegstand op deze locaties is

minder dan 3%, het aantal winkelpassanten is stabiel en per bezoek wordt meer uitgegeven.

De opgave voor de detailhandel ligt kortom in het saneren en transformeren van slecht

renderend winkelvastgoed op zwakke locaties (o.a. kleinschalige monofunctionele

woonboulevards, aanloopstraten en buurtstrips) en in het vernieuwen en toevoegen vankwaliteitsmeters op A-locaties. Leeuwarden is actief aan de slag met de aanloopstraten.

De stuurgroep Binnenstad Boppe heeft gebiedsprofielen voor de aanloopstraten

opgesteld.

Kortweg wil de consument compacte en goed bereikbare winkelgebieden met een compleet aanbod en ruime

keuzemogelijkheden binnen het bezoekmotief. De toekomst is aan wijkcentra met een compleet dagelijks

aanbod, binnensteden met alles om te funshoppen waar genoeg te beleven is en doelgerichte clusters

grootschalige detailhandel met een compleet aanbod op het gebied van in en om het huis of vrije tijd.

9Succesvol veranderen, Vastgoedvisie Stec Groep 201110Locatus, winkelmarkt anno 2012 in perspectief


12/15


3. ACTUALISERING DETAILHANDELSSTRUCTUURVISIE

3.1

Uitgangspunten detailhandelsstructuurvisie 2007Voor een uitgebreid en gedetailleerd inzicht in het detailhandelsbeleid van de gemeente Leeuwarden

verwijzen wij u graag naar de detailhandelsstructuurvisie Leeuwarden 2007. Hieronder hebben we de

belangrijkste uitgangspunten en doelstellingen uit de visie van 2007 kort voor u op een rij gezet:

1. De Binnenstad is het speerpunt van beleid als het gaat om het in stand houden en verbeteren van een

attractief hoofdwinkelcentrum.

2. Complementair aan en in balans met de binnenstad werkt de gemeente in samenspraak met de

ontwikkelaar aan een kwalitatieve afronding van het concept voor megawinkels op locatie De Centrale.3. Leeuwarden biedt voldoende ruimte aan traditionele perifere detailhandel (woninginrichting, bouwmarkten

en tuincentra).

4. Leeuwarden-Zuid (Werpsterhoek/stadsas) behoort binnen de Friese detailhandelsverhoudingen ruimte te

bieden aan een hypermarch.

5. Voor het lokale en subregionale niveau is de instandhouding van buurt- en wijkwinkels voor dagelijkse

boodschappen uitgangspunt van beleid.

3.2 Actualisering visie 2007

Rekening houdend met de ontwikkelingen in de detailhandel en de uikomsten van het monitoronderzoek zijn

de uitgangspunten van de detailhandelsvisie 2007 met de begeleidingscommissie besproken. Conclusie is dat

de uitgangspunten van de visie uit 2007 voor het overgrote deel nog steeds actueel zijn. Alleen voor punt 4

(Leeuwarden-Zuid) is een wijziging nodig.

Hierna houden we de belangrijkste uitgangspunten uit 2007 op hoofdlijnen nog eens kort tegen het licht:

1. Binnenstad speerpunt van beleid

Dit uitgangspunt wordt nog steeds onderschreven. Rekening houdend met de ontwikkelingen in de

detailhandel en de trends in het consumentengedrag zijn de belangrijkste opgaven voor de binnenstad:

strategisch blijven inspelen op het nieuwe winkelen (zie paragraaf 2.2).


13/15


versterken van de belevingswaarde. Inzetten op funshoppen en versterken van de recreatieve functie en

promotie van Leeuwarden (zie paragraaf 2.2);

compacter maken van de binnenstad. Voor een belangrijk deel zal de markt dit proces automatisch ingang zetten. Sturing is gewenst om verpaupering van winkellocaties te voorkomen. Inzet is een

aantrekkelijke en compacte binnenstad. De passantentelling van Locatus (zij bijlage C bijlagenboek) en

gebiedsprofielen van de aanloopstraten11geven een goed beeld van de voor de consument aantrekkelijke

winkeldelen van de Leeuwarder binnenstad die toekomst hebben. Voor de winkeldelen waar de

druktebeelden en het perspectief minder zijn ligt een transformatie van de winkelfunctie voor de hand.

2.Afronding De Centrale complementair aan de binnenstadOok ten aanzien van dit punt worden de uitgangspunten uit de detailhandelsstructuurvisie 2007

onderschreven. Net als in de visie van 2007 zijn op De Centrale alleen winkels toegestaan die vallen binnen

de mogelijkheden van het Streekplan Frysln12en geen duurzame ontwrichting van de detailhandelsstructuur

veroorzaken. Voor GDV13blijft een minimale oppervlakte van 1.000 m wvo gelden.

3. Leeuwarden biedt voldoende ruimte aan traditionele perifere detailhandel

Ook op dit punt worden de beleidsuitgangspunten uit 2007 onderschreven. Vrijstelling voor winkels opbedrijventerreinen blijft alleen in de traditionele PDV-branches14mogelijk. Met het oog op de trends in de

detailhandel (o.a. schaalvergroting, behoefte aan ruime keuzemogelijkheden) wordt geadviseerd het PDV-

aanbod zoveel mogelijk te concentreren. Detailhandel via internetafhaalpunten op bedrijventerreinen wordt

niet toegestaan.

11Gebiedsprofielen stuurgroep Binnenstad Boppe12In de recente Verordening Romte van de provincie Frysln is de detailhandel op een locatie als De Centrale

gedefinieerd als verruimde perifere detailhandel.13GDV = Grootschalige Detailhandels Vestigingen14PDV-branches: wonen, doe-het-zelf en tuincentra


14/15


4. Leeuwarden-Zuid (Werpsterhoek/stadsas) behoort binnen de Friese detailhandelsverhoudingen ruimte te

bieden aan een hypermarch

Op dit punt wordt de detailhandelsvisie uit 2007 niet onderschreven en wordt actualisering noodzakelijkgeacht. Vanwege de actuele marktsituatie wordt geadviseerd op Werpsterhoek geen hypermarch of andere

vormen van detailhandel te ontwikkelen (m.u.v. ondersteunend wijkwinkelcentrum in Zuidlanden). Pas

wanneer de marktsituatie verandert en de markt weer aantrekt, kan dit uitgangspunt opnieuw worden

bezien. Dan komen detailhandelsconcepten in beeld met toegevoegde waarde voor Leeuwarden en Friesland.

Deze concepten worden dan getoetst op criteria als de effecten op de detailhandelsstructuur en het verkeer

en andere ruimtelijk relevante criteria. Hetzelfde geldt ook voor andere potentile ontwikkellocaties in

Leeuwarden (o.a. WTC).

5. Instandhouding van buurt- en wijkwinkels voor dagelijkse boodschappen is uitgangspunt van beleid

Ten aanzien van dit punt wordt aangesloten bij de visie uit 2007. Gestreefd wordt de dagelijkse

boodschappen op buurt- en wijkniveau in stand te houden. Met daarbij aangetekend dat dit ook sterk

afhankelijk is van de markt. De schaalvergrotingstrend in de detailhandel zorgt ervoor dat de kleinere

buurtvoorzieningen steeds meer onder druk komen te staan.

Concreet wordt ook nu vastgehouden aan de uitgangspunten uit 2007 dat wijkcentra met een

stadsdeelfunctie maximaal 3.500 m wvo in de levensmiddelenbranche mogen omvatten. En individuele

supermarkten in principe maximaal 2.500 m wvo mogen omvatten en incidenteel gemotiveerd medewerking

kan worden verleend aan een winkelgrootte boven de 2.500 m wvo, mits er sprake is van een regionale

functie.

3.3

Aanbevelingen detailhandelsstructuurOp basis van de resultaten van de detailhandelsmonitor, ontwikkelingen in de detailhandel en actualisering

van de detailhandelsvisie zijn de belangrijkste aanbevelingen voor de detailhandel in Leeuwarden:

Actualiseer de detailhandelsstructuurvisie alleen op punt 4, Werpsterhoek/Zuidlanden (zie punt 4 vorige

paragraaf).

Maak winkelgebied binnenstad compacter. Maak op basis van passantentellingen en gebiedsprofielen

actieplan voor locaties die in aanmerking komen voor transformatie van winkelvastgoed.


15/15


Versterk toeristisch recreatief profiel binnenstad. Beleving en bezoekers van buiten worden steeds

belangrijker voor het functioneren van binnensteden.

Blijf vol inzetten op het nieuwe winkelen. Onder aanvoering van Binnenstad Boppe is Leeuwarden nvan de koplopers in Nederland op dit gebied en moet dat blijven. De komende jaren wordt het nieuwe

winkelen nog belangrijker voor de aantrekkingskracht van winkels en winkelgebieden;

Focus op versterking goed functionerende wijkwinkelcentra met perspectief en wijkcentra die belangrijk

zijn in de verzorgingsstructuur (geen ander boodschappencentrum dichtbij).

Cluster de perifere detailhandel op bedrijventerreinen.

Rond De Centrale af binnen de mogelijkheden van het huidige bestemmingsplan en blijf zorgen voor

voldoende onderscheidend vermogen ten opzichte van de binnenstad.

Gemeente Leeuwarden Actualisering detailhandelsmonitor 2012

Documents

Transcript of Gemeente Leeuwarden Actualisering detailhandelsmonitor 2012