Vorming

Uitgangen

Oefening

Au travail!

Futur du passé / conditionnel

• Deze tijd is bijna dezelfde als de futur simple

• De betekenis is hier niet..ik zal, maar ik zou…

• Deze tijd wordt ook als beleefdheidsvorm gebruikt

bijv.:

Zou u me kunnen zeggen? Zou u mij kunnen helpen?

Le futur du passé

(Toekomende verleden tijd)

Stappenplan:• Je neemt het hele werkwoord;

• Plaats dan de volgende uitgangen achter het hele werkwoord:

Parler = praten

Je parlerais

Tu parlerais

Il parlerait

Elle parlerait

On parlerait

Nous parlerions

Vous parleriez

Ils parleraient

Elles parleraient

Dit zijn tevens de

uitgangen van de

Imparfait!

Onregelmatige vormen

- Je serais = ik zou zijn

- J’aurais = ik zou hebben

- Je ferais = ik zou doen

- J’irais = ik zou gaan

- Je pourrais = ik zou kunnen

- Je viendrais = ik zou komen

Hoe maak je de futur du passé?

De futur du passé gebruik je om aan te

duiden dat je iets zou doen in de toekomst

en in beleefdheidsvorm.

Verbind de werkwoorden met de juiste vertaling

Jij zou zijn

Wij zouden hebben

Jullie zouden komen

Zij zou kunnen

Hij zou doen, maken

Il ferait

Vous viendriez

Tu serais

Nous aurions

Elle pourrait