Fotografie voor nop

1
Fotograferen voor het goede doel…. Wekelijk wordt ik wel een paar keer gebeld door instellingen, met de vraag of ik liefdadig wil fotograferen. Als ik op al die verzoeken in ga dan is mijn werkweek voor zes dagen gevuld. Een paar jaar geleden vond ik het nog een soort van eer en pakte ik ze met beide handen aan. Toen dacht ik nog dat dit goed zou zijn voor mijn netwerk om zo betaalde opdrachten binnen te halen. Nu weet ik beter. Het tegendeel is waar want het aantal verzoeken om belangeloos in plaats van betaald te werken, is er juist door toegenomen. Als ik nu door een Stichting, Instelling, School of Kerkgenootschap wordt gevraagd om mijn diensten in te zetten, reageer ik met de tegenvraag –waar ik overigens het antwoord dan alweer op weet of er budget is voor mijn diensten. Immers ik investeer mijn tijd, apparatuur en auto en dat moet ergens door gedekt worden. Natuurlijk weet ik al dat voor fotowerkzaamheden meestal geen budget is gereserveerd, maar, zoals de tegenreactie vaak is; ‘dat het voor mij als fotograaf een goede reclame is door naamsvermelding bij de foto’s in een of ander verenigingsblad, de website of gewoon door te netwerken op het evenement. Als ik in mijn ‘onschuld’ informeer of de cateraar, de leverancier van de inventaris, de verhuurder van de accommodatie, de drukker van de folders e.d. ook voor de liefdadigheid werkt, blijkt dat meestal (of eigenlijk altijd) niet het geval. Daar is dus wel budget voor beschikbaar. Persoonlijk concludeer ik dat instellingen (lees: niet alle instellingen) duidelijk niet (willen) snappen dat fotografie ook gewoon een vak is (net zoals de huisschilder, de loodgieter, de accountant, de tandarts en ga zo maar door). En dat voor die diensten ook betaald moet worden. Ik kan mijn hypotheek en andere kosten immers ook niet met liefdadigheid afkopen (mijn stellige overtuiging is dat mijn huisbankier er ook zo over denkt). Ik ben pertinent ieder liefdadigheidsverzoek gaan weigeren met uitzondering van The Hunger Project, een stichting die ik een zeer warm hart toedraag en waarvoor ik al een paar jaar mag fotograferen en het Milieu Educatief Centrum (MEC) in mijn woonplaats, als tegenprestatie voor het gebruik van hun locatie voor mijn fotoworkshops. Maar verder is er bij mij als fotograaf geen ruimte voor liefdadigheidswerk. Natuurlijk zullen er fotografen zijn die hier een andere mening over hebben en hobbyfotografen die het prachtig vinden om voor de eer te gaan, in plaats van de Euro’s. Dat moet ieder voor zich weten. Maar ik doe dat dus niet meer. Zaag ik hiermee de poten onder mijn eigen stoel weg? Welnu, dat risico neem ik dan maar. Fotograaf zijn is mijn beroep waar ik ook zakelijk mee om moet gaan. Ik focus me dus volledig op instellingen, organisaties en bedrijven die de toegevoegde waarde daarvan weten te waarderen en er wel budget voor reserveren.

description

Fotograferen voor een goed doel

Transcript of Fotografie voor nop

Page 1: Fotografie voor nop

 

Fotograferen  voor  het  goede  doel….    Wekelijk  wordt  ik  wel  een  paar  keer  gebeld  door  instellingen,  met  de  vraag  of  ik  liefdadig  wil  fotograferen.  Als  ik  op  al  die  verzoeken  in  ga  dan  is  mijn  werkweek  voor  zes  dagen  gevuld.  Een  paar  jaar  geleden  vond  ik  het  nog  een  soort  van  eer  en  pakte  ik  ze  met  beide  handen  aan.  Toen  dacht  ik  nog  dat  dit  goed  zou  zijn  voor  mijn  netwerk  om  zo  betaalde  opdrachten  binnen  te  halen.  Nu  weet  ik  beter.  Het  tegendeel  is  waar  want  het  aantal  verzoeken  om  belangeloos  in  plaats  van  betaald  te  werken,  is  er  juist  door  toegenomen.    Als  ik  nu  door  een  Stichting,  Instelling,  School  of  Kerkgenootschap  wordt  gevraagd  om  mijn  diensten  in  te  zetten,  reageer  ik  met  de  tegenvraag  –waar  ik  overigens  het  antwoord  dan  alweer  op  weet-­‐  of  er  budget  is  voor  mijn  diensten.  Immers  ik  investeer  mijn  tijd,  apparatuur  en  auto  en  dat  moet  ergens  door  gedekt  worden.  Natuurlijk  weet  ik  al  dat  voor  fotowerkzaamheden  meestal  geen  budget  is  gereserveerd,  maar,  zoals  de  tegenreactie  vaak  is;  ‘dat  het  voor  mij  als  fotograaf  een  goede  reclame  is  door  naamsvermelding  bij  de  foto’s  in  een  of  ander  verenigingsblad,  de  website  of  gewoon  door  te  netwerken  op  het  evenement.  Als  ik  in  mijn  ‘onschuld’  informeer  of  de  cateraar,  de  leverancier  van  de  inventaris,  de  verhuurder  van  de  accommodatie,  de  drukker  van  de  folders  e.d.  ook  voor  de  liefdadigheid  werkt,  blijkt  dat  meestal  (of  eigenlijk  altijd)  niet  het  geval.  Daar  is  dus  wel  budget  voor  beschikbaar.    Persoonlijk  concludeer  ik  dat  instellingen  (lees:  niet  alle  instellingen)  duidelijk  niet  (willen)  snappen  dat  fotografie  ook  gewoon  een  vak  is  (net  zoals  de  huisschilder,  de  loodgieter,  de  accountant,  de  tandarts  en  ga  zo  maar  door).  En  dat  voor  die  diensten  ook  betaald  moet  worden.  Ik  kan  mijn  hypotheek  en  andere  kosten  immers  ook  niet  met  liefdadigheid  afkopen  (mijn  stellige  overtuiging  is  dat  mijn  huisbankier  er  ook  zo  over  denkt).    Ik  ben  pertinent  ieder  liefdadigheidsverzoek  gaan  weigeren  met  uitzondering  van  The  Hunger  Project,  een  stichting  die  ik  een  zeer  warm  hart  toedraag  en  waarvoor  ik  al  een  paar  jaar  mag  fotograferen  en  het  Milieu  Educatief  Centrum  (MEC)  in  mijn  woonplaats,  als  tegenprestatie  voor  het  gebruik  van  hun  locatie  voor  mijn  fotoworkshops.  Maar  verder  is  er  bij  mij  als  fotograaf  geen  ruimte  voor  liefdadigheidswerk.    Natuurlijk  zullen  er  fotografen  zijn  die  hier  een  andere  mening  over  hebben  en  hobby-­‐fotografen  die  het  prachtig  vinden  om  voor  de  eer  te  gaan,  in  plaats  van  de  Euro’s.  Dat  moet  ieder  voor  zich  weten.  Maar  ik  doe  dat  dus  niet  meer.  Zaag  ik  hiermee  de  poten  onder  mijn  eigen  stoel  weg?  Welnu,  dat  risico  neem  ik  dan  maar.      Fotograaf  zijn  is  mijn  beroep  waar  ik  ook  zakelijk  mee  om  moet  gaan.  Ik  focus  me  dus  volledig  op  instellingen,  organisaties  en  bedrijven  die  de  toegevoegde  waarde  daarvan  weten  te  waarderen  en  er  wel  budget  voor  reserveren.