Opdracht Levensboek!

Inleiding

Als Medewerker Maatschappelijke Zorg ga je werken met kinderen, jongeren, ouderen of mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking.Om met mensen te kunnen werken moet je geïnteresseerd zijn in mensen, je moetbelangstelling hebben voor wie ze zijn, voor wat ze in het verleden hebben meegemaakt en voor de dingen die ze leuk vinden om te doen. Kortom, je moet een beetje nieuwsgierig zijn en vragen durven te stellen. Dat laatste lijkt makkelijker dan het is.

In de jeugdhulpverlening, de ouderenzorg en in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking wordt gebruik gemaakt van levensboeken. In een levensboek staat een heleboel informatie over de cliënt opgeschreven. Dat is erg handig. Als je als begeleider wilt weten van wat voor soort muziek een cliënt houdt, hoef je alleen maar het levensboek bij het hoofdstuk ‘Muziek’ open te slaan en je ziet dat meneer de Wit vrolijk wordt van Marco Borsato. Vooral handig als meneer de Wit zelf dement is en geen antwoord meer kan geven op deze vraag.

Als je met demente cliënten werkt of bij mensen met een verstandelijke beperking, dankunnen je cliënten vaak geen informatie (meer) geven voor in hun levensboek. Je moet dan alle informatie opvragen bij familieleden of vrienden van de cliënt.Ook in de jeugdhulpverlening is het leuk en nuttig om samen met een cliënt een levensboek te maken. Samen met je cliënt bespreek je dan bijvoorbeeld zijn of haar opvoeding. Wat was vroeger leuk thuis en wat was minder leuk? De cliënt kan dan zelf dingen daarover opschrijven. Je ervaringen opschrijven, helpt je vaak om dingen weer op een rijtje te krijgen. Het kan fijn zijn om emotionele gebeurtenissen ‘van je af’ te schrijven.

Als je met mensen wilt werken, moet je niet alleen die mensen leren kennen, maar ookjezelf. Je moet van jezelf weten waar je goed in bent en waar je niet goed in bent. Als jebijvoorbeeld van jezelf weet dat je erg ongeduldig bent, dan kun je beter niet met kleinekinderen gaan werken. Het is ook belangrijk dat je weet welke normen en waarden je hebt en vooral dat je weet dat sommige mensen andere normen en waarden hebben. Als PW’er of MMZ’er moet je je soms aanpassen aan andere normen en waarden, denk bijvoorbeeld maar aan mensen die willen bidden voor het eten.

1Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013

De opdracht:Je gaat je eigen levensboek schrijven. Het boek gaat over jouw leven, vanaf je geboorte tot aan dit moment. Het is een verzameling van verhalen over gebeurtenissen, van foto’s, teksten, knipsels en plaatjes uit iemands leven. De beleving en de betekenis van die verhalen staat centraal. Een levensboek is een boek dat in ontwikkeling blijft: zolang je leeft maak je dingen mee die je weer kunt opnemen in je levensboek. Het boek is pas af als je overlijdt.

Om het boek te maken gebruik je een snelhechter (Leitzmapje). Een levensboek is altijd een losbladig systeem, omdat je nog een leven voor je hebt, en je dus nieuwe dingen meemaakt. Je kunt later altijd bladzijden er bij voegen. Je levensboek moet er mooi uitzien. Daarvoor gebruik je foto’s, kopieën van foto’s, afbeeldingen van internet, plaatjes uit tijdschriften, kopieën van documenten (bijvoorbeeld geboortebewijs), stickers, kleuren, plakletters, gekke en mooie papiertjes. Je maakt gebruik van scrapbook technieken, en voert minstens 5 bladzijden uit in deze techniek.

Aan het eind van deze periode presenteer je jouw levensboek aan een aantal groepsgenoten. Je vertelt de belangrijke dingen uit je levensboek. Je groepsgenoten luisteren en stellen vragen. Ze geven je feedback op je levensboek.

Beoordelingscriteria:Zie beoordelingsformulier

Vorm:Het geheel presenteer je in een reader of een A4-ringband met 4 of 23 ringen.

Inhoud:Het Levensboek bestaat uit de volgende onderdelen:

InleidingHoofdstuk 1 Persoonlijke gegevens: zelfportret.Hoofdstuk 2 Even voorstellen: familie.Hoofdstuk 3 Dit zijn mijn vrienden.Hoofdstuk 4 Dit ben ik: een overzicht van je eigenschappen, kwaliteiten en allergieën.Hoofdstuk 5 Belangrijke waarden en normen.Hoofdstuk 6 Werk en studie.Hoofdstuk 7 Religie/levensovertuiging/levensmotto.Hoofdstuk 8 Je verschillende levensfases en wat je je nog herinnert van je babytijd, peutertijd, kleutertijd, schooltijd, puberteit.Hoofdstuk 9 Jouw muziek: van welke muziek houd je? Wat is jouw ‘levenslied’?Hoofdstuk 10 Je toekomstplannen of dromen.Hoofdstuk 11 Interview een ander over jezelf.Nawoord

2Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013

Toelichting op de inhoud:In je levensboek komen ten minste de volgende hoofdstukken aan de orde en geef je in een lopend verhaal antwoord op onderstaande vragen.

Hoofdstuk 1. Zelfportret Naam:Roepnaam:Woonplaats:Geboorteplaats:Geboorteland:Geboortedatum:Leeftijd:

Maak/teken een stamboom. Geef belangrijke familieleden ook een plaats.

Hoofdstuk 2. Ouders, geboorte en kindertijdBeschrijving ouders:Hoe heten je ouders?Naar wie zijn je ouders vernoemd?Was het gebruikelijk dat kinderen werden vernoemd naar ouders of grootouders?Uit welke stad, dorp of streek zijn je ouders afkomstig?Vertellen/vertelden ze wel eens verhalen over hun vroegere woonplaats? Zo ja, welke?Welke beroepen oefenen/oefenden vader en moeder uit?Hoe ervaren/ondervonden ze hun werk? Beschrijving geboorte:Waar en wanneer ben je geboren?Deden zich bij je geboorte bijzondere complicaties of situaties voor?Wie waren bij de geboorte aanwezig?Hoe werd je geboorte bekend gemaakt?Heb je herinneringen aan de geboorte van broertjes of zusjes?

Beschrijving kindertijd:Waren/zijn er broers of zussen in je gezin?Wanneer werden ze geboren en hoe luiden hun namen?Wat zijn kenmerkende karaktereigenschappen van broers en/of zussen?Welke herinneringen zijn er t.a.v. broers en/of zussen?Hoe is/was de sfeer in het gezin?Hoeveel broers en zussen hebben vader en moeder?Met wie zijn en de broers en zussen getrouwd?Hoe zijn je contacten met ouders/grootouders en andere familieleden?

Hoofdstuk 3. Vriendschap Beschrijving vriendschappen:Wie waren je eerste vrienden of vriendinnen op de kleuterschool en basisschool?Wie waren je vrienden op de middelbare school?Welke herinneringen zijn er aan die vrienden? Zijn er nog herinneringen aan bepaalde gebeurtenissen?Wie zijn nu je vrienden? Welke belangstelling of activiteiten delen jullie samen?

3Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013

Hoofdstuk 4. Dit ben ik Beschrijf in hoofdlijnen de uitkomst en bevindingen van de opdrachten die je thuis of in LTB bijeenkomsten hebt gemaakt. Wie ben jij volgens jezelf en anderen? Waar ben je goed in en waar ben je minder goed in.

Gebruik onder andere voor je beschrijving de uitkomst van:- opdracht Basiscompetenties Oriënterende stage- opdracht Feedback enquête- opdracht Kwaliteiten en Kwaliteitenspel

Hoofdstuk 5. Waarden & normen Beschrijf welke waarden en normen jij hebt meegekregen en welke jij belangrijk vindt.

Je kunt als hulpmiddel hierbij het Waarden- en Normenspel gebruiken.Noem vijf waarden/normen die belangrijk voor je zijn. Geef bij elke waarde/norm die je noemt een voorbeeld uit je dagelijkse leven waaruit blijkt dat je deze waarde/norm in de praktijk brengt.

Hoofdstuk 6. Werk en studie Beschrijf de baantjes/banen die je tot nu toe hebt gehad (vrijwilligers werk en/ofvakantiewerken/of betaald werk).Beschrijf wat je leuk vond aan dit werk en wat je minder leuk vond.Benoem wat je er van hebt geleerd.

Schrijf op welke opleiding(en) je hebt gevolgd. Welke vakken vond je leuk, welke vakken vond je niet leuk of minder leuk?Waarom volg je deze opleiding? Wat voor werk doe je? Wat voor werk denk je later te gaan doen?Waarom denk je dat jij geschikt bent om dit werk te (gaan) doen?

Hoofdstuk 7. Religie/ levensovertuiging/ levensmotto Geef in je beschrijving antwoord op onderstaande vragen:Welke religie hebben of hadden jouw ouders? Welke religie hebben/hadden jouw grootouders? Wat heb jij daar als kind van gemerkt? Welke gewoontes, gebruiken of rituelen horen bij deze religie? Welke normen en waarden horen bij deze religie? Wat merk je van deze religie in het dagelijks leven? Welke feesten horen bij deze religie?

Welke religie heb jij? Heb jij dezelfde gewoontes, gebruiken of rituelen? Wat doe jij anders dan je ouders als het religie betreft?

Als je geen religie hebt, heb je wel een bepaalde levensovertuiging of een bepaald levensmotto. Sommige dingen zijn voor jou de ‘hogere waarden’ in het leven. Beschrijf welke dat zijn en hoe je dat in je dagelijkse leven vorm geeft.

4Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013

Hoofdstuk 8. Jij

Jij als babySchrijf op wat je over jouw babytijd gehoord hebt. Wat voor baby was jij?Als je nog foto’s van jezelf hebt als baby, plak je deze er bij.

Jij als peuterSchrijf op wat je over jouw peutertijd gehoord hebt. Wat voor peuter was jij?Als je nog foto’s van jezelf hebt als peuter, plak je deze er bij.

Jij als kleuterSchrijf op wat je over jouw kleutertijd gehoord hebt. Wat voor kleuter was jij?Als je nog foto’s van jezelf hebt als kleuter, plak je deze er bij.

Jij als schoolkindSchrijf op wat je over jouw schooltijd gehoord hebt en schrijf op wat je jezelf nog herinnert uit die tijd. Wat voor schoolkind was jij?Als je nog foto’s van jezelf hebt als schoolkind, plak je deze er bij.

Jij als puberSchrijf op wat je weet over jouw pubertijd. Wat voor puber was of ben jij?Plak foto’s in van jezelf als puber.

NuIn welke levensfase verkeer je nu? Wat zijn de kenmerken van deze levensfase? Welke kenmerken die bij deze levensfase horen herken je bij jezelf?Plak een foto van jezelf in zoals je nu bent.

Hoofdstuk 9. Jouw levenslied Beschrijf van welke muziek je houdt. Wie zijn jouw favoriete zangers of zangeressen. Welk lied vind je goed passen bij jou of bij jouw leven. Welke boodschap zit in dit lied?

Hoofdstuk 10. Toekomstplannen Schrijf een sprookje over jouw toekomst.Je bedenkt voor jezelf een sprookjesfiguur (dat mag een held of heldin zijn, een dier of een ander sprookjesfiguur).Je beleeft een avontuur met andere sprookjesfiguren. Het avontuur loopt goed af (dat gaat zo in een sprookje).Jouw sprookje moet uit een A4-tje bestaan. Als je het leuk vindt, mag je er een tekening bij maken.

Hoofdstuk 11. Interview Interview een bekende (vriend, vriendin, vader, moeder, andere familie) over jezelf. Stel in elk geval onderstaande vragen en verwerk de antwoorden op deze vragen in dit hoofdstuk.

- Wat vindt u leuk aan mij?- Wat vindt u minder leuk aan mij?- Welke dingen kan ik goed?- Waar ben ik ‘allergisch’ voor? Waar kan ik niet goed tegen?- Wat voor baan denkt u dat goed bij me past?

Beoordeling levensboek

5Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013

StudentStudentnummerKlasDocentDatum beoordelingWaardering voldoende Handtekening docent:

Beoordelingscriteria levensboek:

Waardering onvoldoende/ voldoende

Voorblad Naam, studentnummer, datum, docentInleiding Beschrijving waarom je dit levensboek moet

schrijvenInhoudsopgave Overzicht van de hoofdstukkenHoofdstukken Ieder hoofdstuk start op een nieuwe pagina.

Alle vragen bij ieder hoofdstuk zijn volledig beantwoordEr zijn relevante foto’s toegevoegd

Vormgeving Levensboek ziet er verzorgd uitGeen tot weinig taalfoutenWordt aangeboden in een snelhechterLettertype Verdana 10Creatieve vormgeving

Nawoord Duidelijke uitleg wat er goed en minder goed ging bij het maken van het levensboek.Het beschrijven van verbeterpunten van een volgende keerWelke betekenis heeft het levensboek voor de student persoonlijk gekregen?

Beoordelingscriteria presentatie levensboek in Power Point

Waardering onvoldoende/ voldoende

Voorblad Naam, studentnummer, datum, docentInleiding Beschrijving waarom je dit levensboek moet

presenterenInhoudsopgave Overzicht van de hoofdstukkenHoofdstukken Ieder hoofdstuk start op een nieuwe pagina.

Alle vragen bij ieder hoofdstuk krijgen voldoende de aandschtEr zijn relevante foto’s en filmpjes toegevoegd

Vormgeving Power Point ziet er verzorgd uitGeen tot weinig taalfoutenCreatieve vormgeving

Nawoord Duidelijke uitleg wat er goed en minder goed ging bij het maken van het levensboek.Het beschrijven van verbeterpunten van een volgende keerWelke betekenis heeft het levensboek voor de student persoonlijk gekregen?

6Opdracht : LevensboekOpdracht uitgereikt : 2 september 2013Opdracht af : 23 september 2013Presentaties vanaf : vanaf 30 september 2013