Ekeris/Ekris Ekeris (1) - Oudscherpenzeel · 2017. 12. 17. · Jan Hendricksz metselaar, en hun...
Transcript of Ekeris/Ekris Ekeris (1) - Oudscherpenzeel · 2017. 12. 17. · Jan Hendricksz metselaar, en hun...
Ekeris/Ekris
Opvallend is dat de buurtschap onder Woudenberg oorspronkelijk als Ekeris, dus met een e,
geschreven wordt. De hieronder beschreven families komen daar vandaan en noemen zich dan
ook Van Ekeris. Deze naam komt, voor zover bekend, in Woudenberg niet meer voor.
De mensen in en rond Woudenberg die nu Ekris, zonder e, heten komen oorspronkelijk uit
Maartensdijk.
Ekeris (1)
I
Huijgh Aartsz, tr. NN
Huijch Aertsz is mogelijk een zoon van Aert Jansz x Feysken Huych Jacobszdr: Aert Jansz is schuldig
aan Cornelis Aertsz en Huijch Aertsz, zijn twee onmondige zoons, geprocreëerd bij Fijsken Huijch
Jacobsdr, ter cause van haer zaliger moeder versterff 90 gl. Hij verbindt hieraan zijn huis en hofstede
waar hij op woont. (Dorpsgerecht Amerongen 140; 04-05-1606).
Oudschildgeld nr. 86: de kinderen van Aart Willemsz zijn bruiker van 10 morgen op Ekris.
Quotisatie Woudenberg 1614: Huijch Aertsen, op Ekris.
In 1670 transporteert Hermen de Cruijff, kerkmeester te Scherpenzeel, volgens procuratie gepasseerd
voor het gerecht van Scherpenzeel 01-02-1670, als speciale gemachtigde van Huijch Egbertsz en Frans
Cornelisz, won. aan de Brinkkant. Hij, Frans, zich mede sterkmakende voor Gerrit Lambertsz x Lijsje
Cornelissen, Teunis Cornelisz, won. in Asgat, Marten Cornelisz, won. Renswoude, Teunis Egbertsz,
won. Renswoude, Jan Hendricksz (Pul), metselaar x Jacobje Cornelissen, won. Scherpenzeel, Jan
Harmensz x Jacobje Huijgen, won. Lageweijde, Wouter Cornelisz x Jannigje Huijgen, won. op
Glashorst, Jannitje Cornelis, wed. Aert Huijgen, geassisteerd met haar zoon Huijch Aertsz, aan Rijckje
Willems wed Gerrit Cornelisz van Langelaar zijn kindgedeelten in zeker perceel land genaamd
Wingelaer, groot 8 morgen, te Renswoude. En een stuk land, de Lage Eng, of Vlietkamp, gelijk voors.
Rijckje Willems za: oom deselve Frans Cornelisz, Lijsje Cornelis, Teunis Cornelis, Marten Cornelisz,
Jan Hendricksz metselaar, en hun vader van Jan de Ridders kinderen gekocht heeft (Recht. Arch.
Renswoude 1800; 03-02-1670).
Uit dit huw.:
1. Jacobje Huijgen, tr. Jan Harmensz (won. Lagerweij, 1670)
2. Jannigje Huijgen, tr. Wouter Cornelisz (won. op Glashorst, 1670) Slaperdijksgeld 1653: Wouter Cornelisz (woont op Klein Davelaar)
3. Aert Huijgen, volgt II
II
Aert Huijgen, tr. Jannetje Cornelissen
Woont op Ekris.
Uit dit huw.:
1. Huijgh Aertsz, ook wel Huijge Errissen (van Ekris), volgt III
III
Huijgh Aertsz, ook wel Huijge Errissen (van Ekris), tr. (1) Woudenberg (otr. Scherpenzeel)
15-11-1674 Willemijntgen Aerts, won. Kleijn Donckelaer, dr. van Aert Jansz en Neeltje
Gijsbert Brantsdr. Willemijntgen, tr. (2) Woudenberg 29-11-1684 Arris Hendriksz, van de
Haar, ov. voor 1728
Lidm. reg. Woudenberg 1683: Willemintie Aerts op Ekeris.
In 1686 en 1696 heeft de wed. Huijgh Aertsz en haar 2e man Erris Hendriksz heeft 4 morgen op Ekris
onder Woudenberg in eigendom en zij wonen daar ook (Oudschildgeld Woudenberg nr. 85). Zij pachten
10 morgen land op Ekris van het St. Bartolomeusgasthuis. In 1721 verhuizen zij naar Midden
Romselaar.
Huigh Aerts genoemd bij tweede huwelijk van schoonzus Maetgen Aerts, 1674.
In 1686 en 1696 heeft de wed. Huijgh Aertsz en haar 2e man Erris Hendriksz heeft 4 morgen op Ekris
onder Woudenberg in eigendom en zij wonen daar ook (Oudschildgeld Woudenberg nr. 85). Zij pachten
10 morgen land op Ekris van het St. Bartolomeusgasthuis. In 1721 verhuizen zij naar Midden
Romselaar.
In 1690 wordt Arris Hendriksen x Willemijn Aerts beleend met de helft van Midden Romselaar door
opdracht van haar moeder (Huis Amerongen 1184,1188; 29-07-1690).
In 1696 is Arris Hendriksz, op Ekeris, als erfgenaam van Rijcken Aart Jansz eigenaar van de helft van
Midden Romselaar. De andere helft is van De Poth (OS W. 28)
In 1706, 1716 en 1719 Arris Hendricksz bruiker en eigenaar voor de helft van Midden Romselaar (OS
W. 28).
In 1720 is Erris Hendrikse op Voskuijl schepen en in 1717 en 1719 genomineerde schepen van
Woudenberg (Recht. Arch. Woudenberg 2346).
Uit 1e huwelijk:
1. Jantje Huijgen, van Ekris, tr. Woudenberg 31-12-1702 Gijsbert Jordensz van de Vliert.
Gijsbert Jordensz van de Vliert, tr. (2) Woudenberg 22-02-1750 Grietje Jans van Voskuijlen,
won. Woudenberg. Grietje Jans van Voskuijlen, tr. (2) Woudenberg 07-06-1761 Gerrit
Jacobsz Loevesijn, wed. Maria Hendriks, won. Woudenberg
In 1725 verkoopt Gijsbert Jordense van de Vliert, wed. Jantjen Huijgen en zijn kinderen Huijgh, Marij,
Willemijntje en Geertruijd 1/6 deel van Midden Romselaar voor f 290,= aan zijn zwager Hendrik
Arrisse (GAA 148, 40e penning; 28-12-1724, koop 05-11-1724 en RAW 2346; 23-01-1725).
Huw. voorw. tussen Gijsbert Jordensz van de Vliert, wed. Jannitje Huijgen, won. Woudenberg en
Grietje Jans van Voskuijlen, jd., won. Woudenberg; Gijsbert: 7 ¼ morgen land op Ekris, een huis en erf
op Ekris en 150 gl.; Grietje: niets (AT030b012; 05-02-1750)
Uit het huw. van Gijsbert Jordensz en Jantje Huijgen:
1. Huijg Gijsbertsz van de Vliert, ged. Woudenberg 05-12-1703, get. Lijsbet Jordens, jong ov.; 2. Huijg
Gijsbertsz van de Vliert, ged. Woudenberg 22-03-1705, get. Neeltje Theunis, otr. Woudenberg 04-01-
1749, att. naar Amersfoort, Jantje Jans van Dijk, geb. Woudenberg, won. Amersfoort; 3. Marij
Gijsbertsz van de Vliert, ged. Woudenberg 01-04-1709, get. Lijsbet Jordens, jong ov.; 4. Mari
Gijsbertsz van de Vliert, ged. Woudenberg 16-11-1710, get. Merritje Jacobs; 5. Willemijntje Gijsbertsz
van de Vliert, ged. Woudenberg 22-07-1714, get. Marij Rijks, tr. Woudenberg 24-12-1741 Cornelis
Ricksz van Egdom, ged. Scherpenzeel 27-08-1713, op Kleijn Lambalgen, zn. van Rijck Gerritsen en
Marritje/Merrigje Jans; 6. Geertruij Gijsbertsz van de Vliert, ged. Woudenberg 23-10-1718, get. Jantje
Otten
Uit 2e huwelijk:
2. Huig Errissen, ov. voor 1723
In 1723 wordt het erfdeel van Huige Errissen in Midden Romselaar geschat op 200 gl. (Recht. Arch.
Woudenberg 2346; 12-05-1723).
3. Hendrik Errisz van Voskuylen, ov. Woudenberg 02-01-1763, tr. Woudenberg 15-08-1723
Ariaantje Dirks van Overeem, van Rumelaar, ged. Woudenberg 28-02-1692, ov. Woudenberg
20-02-1761, dr. van Dirk Cornelissen en Maria Hendriks
In 1731 verkopen Gijsbert Lagerweij, Willem Lagerweij, Elselina Lagerweij, wed. Arien Thijssen van
Wittenberg, Evert Thijssen van Wittenberg en zijn vrouw Grietje Lagerweij, mede namens Hendrik
Timmer, man van Aaltje Lagerweij; allen kinderen en erfgenamen van Matthijs Lagerweij en Maria van
Davelaar en hun grootmoeder Trijntje Cornelis; Hendrik Errissen, kind en erfgenaam van Erris
Hendrixen en Willemijntjen Aarts, tevoren weduwe van Huijgh Aartsen, ook erfgename van zijn
grootmoeder Trijntje Cornelis; Gerritje Cornelis, wed. Hendrik Lubbertsen van Scherpenseel en hun
meerderjarige kinderen Jan Hendrixe van Scherpenseel en Maria Hendrix van Scherpenseel. Zij
verkopen aan Thijs van Moesbergen een huis ten zuiden van de Voorstraat, gebruikt door de weduwe
van Hendrik Lubbertsen van Scherpenseel. (Recht. Arch. Woudenberg 2346; 18-05-1731).
Ekeris (2)
I
Bessel Evertsen, van Appel ´een wijle gewoont hebbende tot Scherpenzeel´, rademaker, tr.
(1) Scherpenzeel 27-03-1681 Petertje Arrissen, ged. Scherpenzeel 30-03-1657, dr. van Aris
Petersz, rademaker, tr. (2) Scherpenzeel 25-03-1691 Neeltje Teunissen van Coudijs, dr. van
Teunis Helmertsen van Coudijs en Ellertien Jacobs
Lidm. Scherpenzeel 12-04-1691: Neeltje Teunissen van Coudijs, huisvrouw Bessel Evertsen.
In 1691 bedanken Neeltje Anthonis van Coudijs x Bessel Evertsen en Helmert Anthonissen van
Coudijs, Aert Helmertsen voor zijn momberschap (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 02-12-1691).
Uit het 1e huw.:
1. Arris Besselsz, ged. Scherpenzeel 23-04-1682, volgt II
2. Evert Besselsz, ged. Scherpenzeel 05-10-1684
Uit het 2e huw.:
3. Peternel Bessels, ged. Scherpenzeel 01-01-1692
4. Teunis Besselsz, ged. Scherpenzeel 06-01-1695
II
Arris Besselsz, ged. Scherpenzeel 23-04-1682, tr. Woudenberg 26-04-1716 Aertje Teunissen,
van Woudenberg Lidm. reg. Woudenberg ca. 1729: Erris Besselz.
Uit dit huw.:
1. Bessel Errisz van Ekeris, ged. Woudenberg 07-03-1717, get. Gijsbertje Hendriks, won.
Ekeris onder Geerestein, begr. Woudenberg 21-12-1777, tr. (1) Woudenberg 24-07-1746
Marijtje Willems Knoppert, ged. Scherpenzeel 22-05-1729, op Moorst, dr. van Willem
Gerritsz Knoppert, de jongste en Willemtje Everts (van den Lagenbrink), tr. (2) Woudenberg
18-10-1761 Geertruijd Wittenberg, wed. Jan Jacobsz Knopper, ged. Woudenberg 18-06-1719,
begr. Woudenberg 27-02-1798, dr. van Berend Anthonisz van Wittenberg en Hendrijn
Cornelissen van Scherpenzeel/Mom Lidm. Woudenberg ca. 1755: Geertruid van Wittenberg.
Lidm. reg. Woudenberg 1746: Geertruid van Wittenberg.
Lidm. reg. Woudenberg 1768: Geertruid van Wittenberg
Lidm. reg. Woudenberg 1768: Bessel Errisze van Ekeris.
Het gerecht verklaart dat er tussen 1723 en 1766 nooit geen nieuw gebouwde huizen zijn aangegeven
voor het huis- en haardstedegeld. De volgende huizen zijn meer dan 15 jaar geleden gebouwd: o.a. een
huis van Bessel Errissen . Met besluit van de Staten van Utrecht d.d. 06-05-1766. (Dorpsgerecht
Geerestein 690, blz. 32, 33, 34, 35; 09-01-1766). De erfgenamen van Bessel Errisse laten de helft van 3 morgen land op Ekeris taxeren. Geschat op 250
gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 154; 31-03-1778). (Origineel in: Dorpsgerecht
Woudenberg 2355, blz. 26; 31-03-1778).
De erfgenamen van Bessel Errisse laten de helft van ruim twee morgen land, genaamd Weinkom, op
Ekeris taxeren. Geschat op 350 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 154; 31-03-1778).
(Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 26; 31-03-1778).
De erfgenamen van Bessel Errisse laten een vierde deel van ca. 1 1/2 morgen land, genaamd Weinkom,
op Ekeris taxeren. Geschat op 80 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 154; 31-03-1778).
(Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 26; 31-03-1778).
De erfgenamen van Bessel Errissen laten de helft van een huis, twee bergen en tabaksschuur met drie
morgen land op Ekeris taxeren. Belast met een erfpacht van 35 gulden t.b.v. mr. B. de Gruijter, heer van
Groenewoude. Geschat op 420 gulden. (Dorpsgerecht Geerestein 690, blz. 49; 02-04-1778).
Geertruij van Wittenberg, wed. Bessel Errisse laat haar testament maken. Erfgenamen: neven en nichten
Barend Moesbergen, me.j. ongehuwd; Hendrijntje Moesbergen, getrouwd met Gijsbert Eijkelkamp;
Geertje Moesbergen, getrouwd met Gerrit Koudijs Wz., kinderen van Tijs Moesbergen en Aaltje van
Wittenberg, in leven wonende in Woudenberg, Renswoude en Driebergen; Maatje, Hendrijntje en Ortje
Koudijs, me.j. ongehuwd, kinderen van Gijsbertje van Wittenberg en Hendrik Koudijs; Hendrijntje van
Wittenberg, getrouwd met Hermonius Meijlink, won. Utrecht, nu enige nagelaten dochter van Cornelis
van Wittenberg en Jannigje de Jong, ieder voor 1/7 deel. Bij overlijden van een van de erfgenamen zal
hun deel verdeeld worden over de anderen m.u.v. het deel van Hendrijntje Moesbergen, getrouwd met
Gijsbert Eijkelkamp en van Geertje Moesbergen, getrouwd met Gerrit Koudijs Wz., dat zal geërfd
worden door hun kinderen. Zuster Gijsbertje van Wittenberg, wed. Hendrik Koudijs en haar dochters
Maatje, Hendrijntje en Ortje Koudijs krijgen het vruchtgebruik. Getuigen: Hendrik Petersen van Maarn
en Gerrit van de Wetering, schepenen van Geerestein. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 188, 189,
190; 18-01-1793). De erfgenamen van Geertruij van Wittenberg, wed. Bessel Errissen laten taxeren:
1. De helft van een huis, twee bergen, tabaksschuur, varkenshok met drie morgen land ten westen van
de Ekerissendijk. Geschat op 425 gulden.
2. de helft van drie morgen land ten oosten van de Ekerissendijk. Geschat op 225 gulden.
3. De helft van ruim twee morgen land, genaamd Weijnkom, op Ekeris. Geschat op 350 gulden.
4. Een vierde deel van anderhalf morgen land, genaamd Weijnkom, op Ekeris. Geschat op 75 gulden.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 268, 269; 04-07-1798). 2. Maria Errissen, ged. Woudenberg 27-10-1720
3. Peternel Errissen, ged. Woudenberg 18-02-1725, get. Marijtje van de Haar
4. Teunis Errisz, ged. Woudenberg 22-02-1728, get. Maatje NN, volgt III
III
Teunis Errisz van Ekeris, ged. Woudenberg 22-02-1728, begr. Woudenberg 30-03-1772, tr.
Woudenberg 29-01-1764 Jantje Claassen van Velthuijsen, ged. Veenendaal 08-03-1739, dr.
van Klaas Kempes en Wijntje Teunissen. Jantje Claassen van Velthuijsen, tr. (2) 08-08-1773
Willem Hendriksz van den Broek, ged. Scherpenzeel 04-08-1743, in genaemdt Oostindien,
zn. van Hendrik Otten van den Broek en Stijntje Jans van Ginkel. Willem Hendriksz van den
Broek, tr. (2) Woudenberg 27-11-1785 Gerritje Jacobsen van Loevesijn, ged. Woudenberg
23-11-1755, ov. Woudenberg 03-04-1828, dr. van Jacob Gerritsz van Loevesijn en
Willemijntje Teunissen van de Wetering Begr. Woudenberg 02-06-1773: een kind van de weduwe van Teunis Errissen.
Uit dit huw.:
1. Aartje Teunissen van Ekeris/Velthuizen, ged. Woudenberg 24-02-1765, get. Evertje
Maassen Donkersteeg, ov. Woudenberg 18-03-1834, tr. Woudenberg 24-10-1790 Pieter
Gerritsen Hak, ged. Woudenberg 19-05-1757, ov. Woudenberg 02-12-1827, zn. van Gerrit
Petersz Hak en Lijsbeth Hendriks Klas
Aartje overlijdt als Aartje van Velthuizen, Woudenberg 18-03-1834, 69 jaar, weduwe van Pieter Hak,
dr. van Teunis van Velthuizen en Jannetje van Ekeris.
2. Claas Teunissen van Ekeris, ged. Woudenberg 08-03-1767, get. Aaltje Jans van Aalten
3. Wijntje Teunissen van Ekeris, geb. Geerestein, ged. Woudenberg 27-03-1768, get. Aaltje
Jans van Aalten, ov. Woudenberg 16-01-1814, tr. Woudenberg (att. van Utrecht) 13-03-1796
Albertus van Heteren, geb. ´onder de Buurkerk Meerten Carspel Lieden´, won. Utrecht In haar huwelijk in in haar ov. akte heet Wijntje met haar achternaam Velthuizen.
4. Erris Teunissen van Ekeris, ged. Woudenberg 04-08-1771, get. Aaltje Jans van Aalten
Ekeris (3)
De onderstaande gegevens zijn aangevuld met gegevens uit het boek “450 jaar het geslacht
van Eeckereys”, door Cornelis van Ekeren, z.j.
I
Peter Korsen, won. Klein Groenewoude op Ekeris, tr. (1) Woudenberg 13-03-1687 Fransje
Peters, van Maarn, tr. (2) Woudenberg 31-01-1706 Marigje Jansen, won. Voskuil In 1696, 1706, 1716, 1719, 1725, 1735 en 1745 is Peter Corssen bruiker van 5 ¾ morgen op
Groenewoude (Oudschildgeld Woudenberg 44).
In 1696, 1706, 1716, 1719, 1725 en 1735 is Peter Corssen en in 1745 zijn weduwe, bruiker van 16 ¼
morgen op Groenewoude (Oudschildgeld Woudenberg 54).
Peter Korssen en zijn vrouw Marij Jans, won. op Kleijn Groenewoud maken hun testament op de
langstlevende. Octrooi Hof van Utrecht 18-01-1700. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 23, 23vo; 22-
06-1722).
Uit het 1e huw.:
1. Kors Petersen, ged. Woudenberg 06-03-1687, get. Willemijntje Aarts, jong ov.
2. Geurtje Petersen, ged. Woudenberg 04-03-1688, get. Willemijntje Korsen, tr. Woudenberg
29-11-1711 Arien Otten van Wittenberg, won. Woudenberg, zn. van Oth Arisz en Jannetje
Hendricks. Arien Otten van Wittenberg, tr. (2) Woudenberg 10-04-1719 Grietje Meessen van
Breeschoten, ged. Scherpenzeel 04-09-1692, aen de Haer, dr. van Mees/Meeuws Willemsz van
Breeschoten en Grietje Wouters. Grietje Meessen van Breeschoten, tr. (2) Woudenberg 27-06-
1723 Willem Jansz van Apeldoorn, ged. Woudenberg 11-01-1699, zn. van Jan Willemsz van
Apeldoorn en Hendrickje Hendricks van Nieuwenhuizen
3. Teuntje Petersen, ged. Woudenberg 08-01-1693, get. Willemijntje Korsen, van Klein
Groenewoude, tr. Woudenberg 21-01-1720 Arent van ´t Voort, koster en schoolmeester te
Zoelmond, begr. Zoelmond 17-10-1739
Teuntje Peters van Ekeris, wed. Arent van ´t Voort laat de helft van ca. 2 morgen land, genaamd de
Koevoetskamp ten westen van de Weteringzen dijk, taxeren. Geschat op 350 gulden. (Recht. Arch.
Woudenberg 2346, fol. 192; 10-11-1740).
Thonisje Peters van Ekeris, wed. Arent van ´t Voort, in leven koster en schoolmeester in Zoelmond,
graafschap Buren, voor zich en als moeder van de minderjarige kinderen Peter, Evert, Jan en Cornelia
van ´t Voort verkoopt aan Cors van Ekeris, bode van de Staten van Utrecht de helft van ca. 2 morgen
land, genaamd de Coevoetskamp ten westen van de Weteringsendijk. Oost: de Weteringsendijk, west:
Pieter Corssen, zui: Willem Lagerweij, secretaris, noord: de wed. van raadsheer Blotenburgh. De
wederhelft is al van Cors van Ekeris. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 197, 197vo, 198; 16-11-
1741).
4. Kors Petersen, ged. Woudenberg 11-04-1696, get. Willemijntje Korsen, bode bij de Staten
van Utrecht, tr. Utrecht (Domkerk) 03-11-1728 Maria Cramer, begr. Utrecht (Catharinakerk)
11-03-1777
Thonisje Peters van Ekeris, wed. Arent van ´t Voort, in leven koster en schoolmeester in Zoelmond,
graafschap Buren, voor zich en als moeder van de minderjarige kinderen Peter, Evert, Jan en Cornelia
van ´t Voort verkoopt aan Cors van Ekeris, bode van de Staten van Utrecht de helft van ca. 2 morgen
land, genaamd de Coevoetskamp ten westen van de Weteringsendijk. Oost: de Weteringsendijk, west:
Pieter Corssen, zui: Willem Lagerweij, secretaris, noord: de wed. van raadsheer Blotenburgh. De
wederhelft is al van Cors van Ekeris. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 197, 197vo, 198; 16-11-
1741).
Adolph Gunborn, letterdienaar van de stad Utrecht, en zijn vrouw Anna Maria van Ekeris verkopen aan
Willem Lagerweij sr., secretaris en Gijsbert Lagerweij, bode ruim 3 1/2 morgen tabaks- en bouwland,
genaamd de Coevoetskamp, op de Wetering. Oost: de Weteringsendijk, west: Broederschapsland, zuid:
de weduwe van Frans Voskuijl, Teunis Voskuijl en de weduwe van Hendrik Lagerweij, noord: de
Schild. Voor 2300 gulden. Verkregen bij boedelscheiding d.d. 26-05-1777. Onderhandse koopakte d.d.
07-03-1778. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 155; 09-06-1778).
Uit het 2e huw.:
5. Fransje Petersen, ged. Woudenberg 12-12-1706, get. Jantje Huigen, jong ov.
6. Fransje Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 20-05-1708, get. Merritje Jacobs, tr.
Woudenberg 05-11-1730 Hendrik Willemsz, won. Barneveld
7. Jan Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 31-12-1710, get. Geurtje Peters, koeienhouder,
begr. Woudenberg 26-10-1788, tr. Leersum (otr. Woudenberg ) 19-05-1754 Johanna Jansen
van Lokhorst, won. Darthuizen, begr. Woudenberg 01-12-1788 Taxatie van de nalatenschap van Jan Petersen van Ekeris, ov. 26-10-1788 in het Boshuisje. De helft van
een huisje en hof met twee morgen land, genaamd het Boshuisje, van ouds Klein Davelaar, ten noorden
van de oude Grift. Geschat op 175 gulden. Erfgename: zijn vrouw. Zij overlijdt op 02-01-1789.
Getuige: Gijsbert Willemsen. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 84, 85; 19-02-1789). Taxatie van de nalatenschap van Johanna Lokhorst, ov. 04-12-1788 in het Boshuisje. Een huis en hof
met twee morgen land, genaamd het Boshuisje, van ouds Klein Davelaar, ten noorden van de oude
Grift. Geschat op 350 gulden. Erfgenamen: haar broers, neven en nichten. Getuige: Gijsbert Willemsen.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 86, 87; 19-02-1789).
Matthijs Lagerweij, gerechtsbode verkoopt namens Johanna Lokhorst aan Antonij van Ginkel en Erris
Jansen van Egdom een huis met voor- en achterhuis, kamertje, geut hof en boomgaard en ca. twee
morgen land, genaamd Klein Davelaar, nu genaamd het Boshuisje, ten noorden van de oude Grift. Koopakte d.d. 09-12-1788. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 134, 135; 27-12-1791).
Uit dit huw.:
1. Maria Jans van Ekeris, ged. Woudenberg 21-09-1755, get. Johanna Jans van
Lokhorst, won. in de Lageweij, begr. Woudenberg 23-09-1807, ongehuwd
8. Aaltje Petersen, ged. Woudenberg 08-10-1713, get. Geurtje Peters
9. Weintje Petersen, ged. Woudenberg 11-04-1716, get. Jacomijntje Huijgen, tr. Woudenberg
24-05-1739 Wouter Barten, ged. Woudenberg 26-01-1710, zn. van Bart Thijssen en
Hanna/Johanna Antonissen van Overeem
10. Maria Petersen, ged. Woudenberg 16-04-1719, get. Willemijntje Jans, tr. Woudenberg 15-
04-1753 Teunis Verhoef, geb. ca. 1732, begr. Woudenberg 13-04-1795, zn. van Simon
IJsbrandsz Verhoef en Maria Voskuijl. Teunis Verhoef , tr. (2) Woudenberg 18-02-1759
Ariaantje Hendriks Vermeulen, ged. Woudenberg 28-09-1738, begr. Woudenberg 04-04-
1805, dr. van Hendrik Dirksz Vermeulen en Wijntje Dirks
11. Peter Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 25-10-1722, volgt III
III
Peter Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 25-10-1722, ov. 1766-1767, tr. (1) Woudenberg
12-12-1751 Willemijntje Thonen Lagerweij, ged. Woudenberg 03-09-1730, begr.
Woudenberg 21-07-1807, dr. van Antonie Lambertsz Lagerweij en Geertje Jacobs
Blotenburg. Willemijntje Thonen Lagerweij, tr. (2) Woudenberg 11-12-1768 Gerrit Hendriksz
van Veldhuizen, geb. Ede, begr. Woudenberg 05-11-1802
Maria van Eekeris, meerderjarig jongedochter, won. in de Lageweij. Haar broer wordt gelijftocht met
haar goederen. Enige erfgename: haar zuster Jannetje Gerritsen van Veldhuijsen, getrouwd met Hendrik
van Koot (Kooten). Gerrit van Veldhuijsen, getrouwd met Willemijntje Anthonissen Lagerweij, moeder
van Maria van Eekeris, stemt in met dit testament. Gemaakt op de hofstede de Groote Lageweij. (Recht.
Arch. Woudenberg 2346, fol. 235, 235vo, 236, 236vo, 237; z.j. ca. 1750).
Op 15-08-1762 in een attestatie wordt Peter Petersen van Ekeris 40 jaar genoemd. Hij woont dan in
Woudenberg. (RHC ZOU, arch.nr. 35, inv.nr. 53).
Begr. Woudenberg 09-06-1767: een kind van de weduwe van Peter van Ekeris. Evert (=Gerrit) van Veldhuijsen en zijn vrouw Willemijntje Anthonissen Lagerweij, won. in de
Lageweij laten hun testament maken. Maria van Ekeris, dochter van Willemijntje Anthonissen
Lagerweij uit haar eerste huwelijk, krijgt sinds 1775 en zolang zij bij hen inwoont, kost en inwoning en
20 gulden per jaar voor haar diensten. Omdat de erfgenamen mogelijk niet geneigd zijn om dit te
betalen, krijgt zij dit geld nu al. Er is brand geweest op de boerderij. (Dorpsgerecht Woudenberg 2357,
blz. 190, 191, 192, 193, 194, 195; z.j. (1805)). Uit dit huw.:
1. Peter Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 21-05-1752, get. Maria Peters van Ekeris,
volgt IV
2. Antonie Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 13-07-1755, get. Geertje Thonen
Lagerweij, jong ov.
3. Maria Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 09-04-1758, get. Hendrikje Willems
Maria van Eekeris, meerderjarig jongedochter, won. in de Lageweij. Haar broer wordt gelijftocht met
haar goederen. Enige erfgename: haar (half)zuster Jannetje Gerritsen van Veldhuijsen, getrouwd met
Hendrik van Koot (Kooten). Gerrit van Veldhuijsen, getrouwd met Willemijntje Anthonissen
Lagerweij, moeder van Maria van Eekeris, stemt in met dit testament. Gemaakt op de hofstede de
Groote Lageweij. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 235, 235vo, 236, 236vo, 237; z.j. ca. 1750).
4. Antonie Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 02-11-1760, get. Maatje Thonen Lagerweij
5. Jan Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 20-11-1763, get. Maatje Thonen Lagerweij,
jong ov.
6. Jan Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 20-07-1766, get. Geertje Jacobs Blotenburg
IV
Peter Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 21-05-1752, landbouwer op Mandersloot te
Maarn, ov. Maarn 23-02-1832, tr. Woudenberg 31-10-1779 Grietje Teunissen Lagerweij, ged.
Doorn 22-08-1756, dr. van Teunis Evertsz Lagerweij en Maatje Thonen Lagerweij T.v.v. jhr. Rudolph Christiaan, graaf van Rechteren worden de korentiend en de krijtende tiend
getaxeerd, gaande uit de erven van Evert Lammertse Lagerweij, Ruth van Ginkel, Erris Anthonissen
van ´t Voort c.s., Gerrit van Velthuijsen, Peter Petersen van Ekeris en Hendrik Overeem, oftewel uit de
hofsteden de Ringelpoel, de Rumelaren, de Groote Lageweij, de Heul en ´t Zandgat. Geschat op 20.000
gulden. Belast met een redemptie van 50 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 199; 21-01-
1782). (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 40, 41, 42; 21-01-1782). In 1788 koopt Peter Petersen van Ekeris van Cornelis Nijkerk, won. Sterkenburg, zekere hofstede,
genaamd de Duijvevlugt te Darthuizen. Zie 22-01-1789. (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 05-05-1788).
In 1788 staat Peter van Ekris op de nominatie van schepenen te Darthuizen (RHC ZOU, arch.nr. 56,
inv.nr. 2; 07-05-1788).
In 1789 neemt Peter Petersen van Ekeris een hypotheek van 2000 gulden bij Anthonij Methorst en diens
zuster Margaretha Methorst, won. Amersfoort (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 22-01-1789).
In 1789 verkopen Dirk Vermeulen en zijn vrouw Willemijntje Lokhorst 4 morgen weij- en bouwland
aan Peter van Ekris (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 01-02-1789).
In 1790 staat Peter van Ekris op de nominatie van schepenen (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 23-01-
1790; RHC ZOU, arch.nr. 56, inv.nr. 2).
In 1791 staat Peter van Ekris op een lijst van dijkplichtigen te Darthuizen. (RHC ZOU, arch.nr. 56,
inv.nr. 29).
In 1791wordt er een acte van indemniteit afgegeven van Woudenberg naar Darthuizen voor Peter van
Ekris en zijn twee kinderen Peter en Maatje. (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 21-05-1791; RHC ZOU,
arch.nr. 164, inv.nr. 46).
In 1790 staat Peter van Ekris op de nominatie van schepenen (Dorpsgerecht Darthuizen 514; 19-05-
1792; RHC ZOU, arch.nr. 56, inv.nr. 2).
In 1793 staat Peter van Ekris op de nominatie van schepenen. Hij wordt nu verkozen (Dorpsgerecht
Darthuizen 514; 28-12-1793).
In 1797 wordt Peter van Ekris boertje genoemd in Darthuizen in de rekeningen van de consumptieve
middelen. Hij heeft 5 personen boven 10 jaar in huis en 4 beneden 10 jaar. Hij betaalt 36 gl. (RHC
ZOU, arch.nr. 56, inv.nr. 17; 17-08-1797).
In 1797 maken Cornelis Jan van Nellesteyn en Gijsbert van Swieten, Peter van Ekris en Wilhelmina
Aletta Kien een akkoord over de afstand van één van de schapendriften en de ruil van heideland gelegen
onder Darthuizen: Accoord, beraamd en gesloten onder Approbatie van het Provintiaal bestuur van
Utrecht tusschen Mr Cornelis Jan van Nellesteyn Heer van Broekhuijsen &c &c als Eygenaar van de
Hofsteede de Riet, Oudbroekhuysen en Westhoef en in die betrekkinge Possessuer der respective
schapen driften op de gemeene Heyde onder Darthuysen, ter eenre; en Gysbert van Swieten, Peter van
Ekris enVrouwe Wilhelmina Aletta Kien, douairiere Bouwens van Horssen in qualiteid als Eijgenares
van drie andere Hofsteede mede onder Darthuysen en voor ider derzelve gelyke possessie hebbende op
de zelve Heyde strekkende ten oosten van de scheyding tusschen Darthuysen en Leersum, tot aan de
Westelyke scheyding der Landen behorende aan de Hofsteede de Riet, ter andere zyde. Articul 1: den
Heer van Broekhuysen renuntieerd en doed volkomen afstand van een zyner schaapen driften op de
voorschreeve Heyde, zoo dat hy zig verbind om in het vervolg in plaats van drie maar twee schaapen
driften op deze gemeene Heyde te houden, en speciaal den Drift van de Hofsteede de Riet opteruijmen,
en in de plaats daar van de drift van Oudbroekhuijsen op dezelve Riet te brengen; wordende
dienvolgens den ouden drift van Oudbroekhuijsen geheel vernietigd. Articul 2: den Heer van
Broekhuijsen zal boven dat afstaan van zyn recht en eigendom van de Dries en Berglanden behorende
aan desselfs Hofsteede de Riet, gelegen ten Noorden of boven de gemeene Utrechtse boven weg,
zodanig dat dezelve Landen in het vervolg niet anders als andere gemeene Heyde en Berglanden zullen
aangemerkt worden. Articul 3: Gysbert van Swieten, Peter van Ekris & Vrouwe Wilhelmina Aletta
Kien, douairiere Bouwens zullen daar tegen ten behoeve van den Heer van Broekhuijsen renuntieren
van het recht op zeker ander stuk Heyde en Bergland gelegen boven desselfs Bosch genaamd
Poederwyk strekkende aan de oostzyde in de richting van de scheydinge tusschen het Land van
Poederwyk en dat van Mawrits Ver Steegh uit de gemeene Utrechtse boven weg. Noord-Westwaards tot
op de hoogte of heuvel daasr voor leggende, en vervolgens aan de Westzyde van den Berg langs de
Valey na benede weer uitkomende aan dezelve Utrechtse boven weg juijst in de scheiding van het
gemelde Land van Poederwyk ten Westen, en het Land van de Hofsteede de Riet, alles in zodanige
strekkinge als de thans staande Baken aanwysen. Articul 4: om dezelve Heyde en Berg zal den Heer van
Broekhuysen doen leggen een bekwaame sloot met een Wal opgeset, en dezelve ten zynen kosten
onderhoouden, als meede recht voor den akker of schaapsdrift van de Hofsteede van Mevrouw
douairiere Bouwens van Horssen van het zuyden na het Noorden te maken een doorgang breed 6
Roeden welke doorgang den bruyker der laastgemelde Hofsteede altoos vry zal mogen gebruyken, om
na de agter gelegen Heyde te drijven, Plaggen te Ryden, enz. Articul 5: tot nadere bepaling van dezen
Heyberg zal den Heer van Broekhuysen dezelve door een geadmiteerd Land meter doen opmeeten, in
kaart brengen en daar van een Copie Leveren ter dispositie van de Geintresseerdens hier voor gemeld,
en voorts alle Kosten die ter zake dezer zullen vallen voor zyn Rekeningh houden Aldus in voege
voorsz geaccordeerd en getekend te Darthuysen den achsten February 1797. [handtekeningen]
Wy ondergetekende zoo in prive als qualiteit Eygenaren van de drie nog overige Hofsteeden onder
Darthuysen gelegen ten Westen de Zandweg, en alzo ook geintresseerdens in de schaape driften onder
Darthuysen, Certificeren en verklaren dat de schikking, afstand en ruylinge in het voorschreve accoord
aangegaan en besloten, is buyten onze schade en belangens, dog hebben echter zoo ver dat ter eniger tyd
nodig mocht worden geoordeeld, ten bewyze van onze toestemming deze onderteeknd, op den achsten
February 1797 [handtekeningen van Cornelia van Broekhuijsen wedewe van Willem Lockhorst en
Wouter van Es].
Aan het Provintiaal Bestuur s'Lands van Utrecht: Geeven reverentig te kennen Mr Cornelis Jan van
Nellensteijn Heer van Broekhuijsen: Dat door hem requestrant als Eigenaar van de Hofsteede de Riet,
Oudbroekhuijsen en Westhoef en in die betrekkinge possesseur der respective schaapendriften op de
gemeene heide onder Darthuisen ter Eenre, en Gysbert van Swieten, Peter van Ekris, en Vrouwe
Wilhelmina Aetta Kien, douariere bouwens van Horssen in qt als Eigenaaren van drie andere hofsteeden
meede onder Darthuisen en voor ieder derselver gelijke possessie hebbende op deselve heide,
strekkende ten oosten van de scheiding tusschen Darthuisen en Leersum, tot aan de westelijke scheiding
der landen behoorende aan de hovsteede de Riet, ter andere sijde, onder approbatie deeser vergaderingis
geaccordeerd Dat hij requestrant zoude afstand doen van eene zijner schaapendriften op de
voorschreeve heide: soo dat hij in plaats van drie, voortaan maar twee schapendriften op deese gemeene
heide soude houoden, en speciaal de drift van de hofsteede de Riet opruimen, en daarenteegen de drift
van Oudbroekhuisen op de Riet overbrengen, en alsoo den Ouden drift van Oudbroekhuisen geheel
vernietigen. En daarenbooven afstaan van zijn recht en Eigendom van de Dries en berglanden,
behoorende aan de Hofsteede de Riet, geleegen ten noorden of boven de gemeene Utrechtse bovenweg,
soodanig dat die landen, int vervolg niet anders dan als gemeene heide en berglanden zouden kunnen
aangemerkt worden. Waarteegen voornoemde Gijsbert van Swieten, Pieter van Ekris en Vrouwe
Wilhelmina Aletta Kien, douariere bouwens, ten behoeve van den Requestrant, souden renuntieeren en
afstand doen van hun recht op seeker ander stuk heide en bergland, geleegen boven des Requestrants
bosch genaamd Poederwijk, strekkende aan de Oostsijde in de rechting van de scheijding, tusschen het
Land van Poederwijk, en dat van Maurits Versteeg, uit de gemeene Utrechtse bovenweg,
noordwestwaards op tot op de hoogte of heuvel daar voorleggende en vervolgens aan de westsijde van
dien berg langs de valey, naar beneeden weeder uitkomende aan deselve Utrechtse bovenweg, Juist in
de scheiding van het gemelde Land van Poederwijk ten westen, ent Land van de Hovsteede de Riet,
alles in soodanige strekking, als de tans staande baaken aan wijsen, en voorts op conditien als breeder
vervat zijn bij t'gemelde accoord, den 8 febrij jongstleeden onderteekend ten deesen annex, en waartoe
kortheidshalve word gerefereerd:
Welk accoord door de respective geinteresseerdens ten onderlinge genogen gemaakt sijnde, op
approbatie van t'Provintiaal Bestuur s'Lands van Utrecht is hij requestrant zig wendende tot deese
vergadering, reverentig versoekende, dat Ulieden t'selve met Ulieder approbatie gelieven te
bekrachtigen: t'welk doende etc: [handtekening].
Wij Jan de Ridder schout, Gijsbert van Swieten, Gijsbert van Vulpen en Peter van Ekris schepenen van
Darthuijsen hebben op aanschrijvinge vanden ontvanger van den 20 en 40en Penningh 's Lands van
Utrecht B: Sluyterman, geëstimeerd de navolgende landen en possessien welke by zeker accoord
tusschen Mr Cornelis Jan van Nellesteyn Heer van Broekhuysen ter eenre en Eigenaren of Possesseurs
vande nabeschreve Heyde en Bergland onder deze Gerechte ter andere zyde op approbatie van het
Provintiaal bestuur 's Lands van Utrecht, aan elkanderen in ruijlinge zijn afgestaan en Eerstelijk het
geene Mr C.J. van Nellesteyn aan voornoemde Eigenaars of Posseseurs afstaat bestaande in het recht
van een zyner drie schaapendriften op de Darthuysense Heyde zodanig dat hy by vervolg in plaats van
drie maar twee zodanige driften op dezelve Heyde zal behouden. Jtem van zyn recht en eigendom van
zodanige Hey en dries landen als behoren aan zyn Hofsteede genaamd de Riet onder Darthuysen
gelegen ten Noorden of boven de gemeene Utrechtse bovenweg. Jtem het geene voornoemde Eygenaren
en possesseurs daar tegen aan Mr Cornelis Jan van Nellesteyn afstaan bestaande in het recht op zeker
stuk Heyde en Bergland gelegen boven desselfs Boschland genaamd Poederwyk, strekkende aande
oostzyde in de richting der scheydinge tusschen het Land van Poederwyk en dat van Maurits Versteegh
uit de gemeene Utrechtse bovenweg, NoordWestWaards tot op de hoogte of Heuvel daar voor leggende
en vervolgens aan de Westzyde van den Berg langs de Valey na beneden, weer uitkomende aan de zelve
Utrechtse bovenweg, juyst inde schyding van het gemelte Land van Poederwyk ten Westen, en het land
vande Hofsteede de Riet, alles in zodanige strekkinge als de thans staande baken en daar na te graven
sloot en Wal aanwysen. Zamen Waardig te zyn een zomme van negen hondert en vyftig guldens zegge
950-. Actum in het Gerechtshuys te Darthuysen den 18e April 1797. Inkennisse van my als secretaris J.
de Ridder.
Den Heer Mr J:C: van Nellesteyn Heer van Broekhuijsen heeft bij Contract in dato 8 february 1797
overgenoomen van Gijsbertus van Zwieten, Peter van Ekris en vroe W:A: Kien Douairiere Bruwens van
Horsse, schapen driften en gemeene Heyde geleegen onder Darthuijsen, en by de Gerechte aldaar op
den 18 April 1797, waardig geoordeeld de s: van 950 gl: Waar van volgens Appnt van de
Representanten s'Lands van Utrecht in dato den …. 1797 is ontfangen den xl Penn: 1½ PCt en 10 vers:
op den 6 Maij 1797 B: Sluijterman.
Geregistreerd ter secretary vanden Raad van Rechtspleeging der stad Utrecht 6-5-1797.
C:A:Zuker (RHC ZOU, arch.nr. 56, inv.nr. 9; 18-04-1797).
1800: Het Gemeente Bestuur van Leersum Cumsuis declareeren bij deeze dat ingevalle Theunis,
Willem, en Willemeijntje waar van vader is Peter van ekris Moeder Grietje Lagerweij gebooren in
deeze gemeente en zijnde van den gereformeerde Godsdienst dewelke hun metter woon van hier naar
elders heeft begeeven t eeniger tijd tijd tot armoeder mogte komen dezelve door de Diaconie der Kerke
van Leersum waar onder de In en opgezeetenen deezes Gerechts respectieve parochieeren of te
behooren zal moeten worden onderhouden en gealimenteerd in conformite van de Ordonnantie der Ed:
Mog: Heeren Staaten s lands van utrecht op den 5e Augustus 1777 gearresteerd Actum Leersum den 10
september 1800 Onderstond en was geteekend --------D.C. Versteegh --------secretaris 1800 (RHC ZOU,
arch.nr. 164, inv.nr. 46; 10-09-1800).
Matthijs Lagerweij verkoopt namens Klaas Lagerweij aan Peter van Ekeris een hofstede met huis,
bakhuis, wagenschuur, korenberg met de brink, hof, boomgaard en acht morgen bouw- en weiland.
Oost: Tijmen van de Lagemaat c.s., west: het land van de hofstede aan de Haar, zuid: het land, gekocht
door Wulpher van Apeldoorn, noord: de kinderen van Otto van Geijtenbeek. (Dorpsgerecht
Woudenberg 2349, blz. 88, 89; 03-01-1804). Arris van Woudenberg, Bastiaan de Jong, en Aart van Leersum, als voogden over de nagelaten kinderen
van Teunis Lagerweij en Antonia de Jong, transporteren aan Peter van Ekeris sekere huijsinge en
hofstede genaamd Mandersloot met ruim 70 morgen land. (Dorpsgerecht Maarn en Maarsbergen 1418,
1419; 25-07-1804).
Peter van Ekeris, won. op de hofstede Valkenengh onder Maarsbergen, neemt lening van Arien Bosch,
won. Doorn, van 2500 gl. Hij stelt als onderpand de hofstede Mandersloot. (Dorpsgerecht Maarn en
Maarsbergen 1418, 1419; 25-07-1804).
Peter van Ekeris, won. op Mandersloot onder Maarn verkoopt aan Willem van Soest en zijn vrouw
Gerritje van Ekeris, won. op de Kleine Lageweij huis, bakhuis, wagenschuur, korenberg, hof,
boomgaard en 8 morgen land, genaamd de Kleine Lageweij. Oost: Tijmen van de Lagemaat c.s., west:
het land van de hofstede aan de Haar, zuid: Wulpher van Apeldoorn, noord: de kinderen van Ottho van
Geijtenbeek. Er hoort nog meer land bij, liggende onder een ander gerecht. Koopakte d.d. 04-01-1804.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2349, blz. 172, 173; 02-04-1805). Uit dit huw.:
1. Peter Petersen van Ekeris, ged. Woudenberg 24-09-1780, get. Willemijntje Anthonissen
Lagerweij, begr. Woudenberg 23-02-1782
2. Peter Petersen van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 02/23-11-1783, schaapherder, ov. Doorn
02-03-1815, ongehuwd
3. Maatje Petersen van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 16-10/05-11-1786, ov. Maarn 01-03-
1846, tr. Maarn 14-11-1833 Dirk van Dijk, geb./ged. Woudenberg13/27-04-1794, ov.
Leusden 03-09-1879, zn. van Cornelis van Dijk en Doortje Ingeraa. Dirk van Dijk, tr. (2)
Maarn 23-10-1846 Willemijntje van Kooten, wed. Jacob van Meerveld, geb./ged.
Woudenberg 12/27-09-1795, ov. Leusden 18-07-1874, dr. van Hendrik van Kooten en
Jannetje Gerrits van Veldhuizen Lidm. Woudenberg 28-03-1812: Maatje van Ekeris en voor de gemeente van Doorn.
4. Teunis Petersen van Ekeris, ged. Leersum 28-06-1789, ov. Maarn 03-09-1830, ongehuwd
5. Willem Petersen van Ekeris, ged. Leersum 29-12-1792, volgt III
6. Willemijntje Petersen van Ekeris, ged. Leersum 22-02-1795, ov. Doorn 18-02-1814
III
Willem Petersen van Ekeris, ged. Leersum 29-12-1792, landbouwer, ov. Maarn 30-05-1859,
tr. Leersum 21-04-1837 Anthonia Versteeg, ged. Leersum 08-06-1806, ov. Maarn 31-01-
1898, dr. van Gerrit Aartsz Versteeg en Maatje Bosch
Uit dit huw.:
1. Grietje van Ekeris, geb. Leersum 22-12-1837, ov. Woudenberg 31-01-1906, tr. Maarn 19-
05-1870 Jan Willemsen, geb. Ede 06-02-1818, ov. Woudenberg 19-09-1888, zn. van Gijsbert
Willemsen en Willempje Jacobs
2. Gerrit van Ekeris, geb. Maarn 16-12-1839, volgt IV
3. Peter van Ekeris, geb. Maarn 18-05-1842, ov. Maarn 29-01-1922, tr. Maarn 03-11-1898
Maartje Hardeman, geb. Ede 13-02-1851, ov. Ede 12-03-1931, dr. van Aris Hardeman en
Wijntje van den Hul
4. Maatje van Ekeris, geb. Maarn 12-02-1844, ov. Maarn 02-05-1844
5. Ortje van Ekeris, geb. 21-02-1845, ov. Woudenberg 22-02-1930, tr. Maarn 20-03-1873
Willem van de Glint, geb. Woudenberg 14-07-1845, ov. Maarn 18-07-1918, zn. van Jan van
de Glint en Aaltje Willemsen
4. Teunis van Ekeris, geb. Maarn 20-10-1847, ov. Woudenberg 27-01-1920, tr. Woudenberg
20-03-1886 Grietje ter Maaten, geb. Woudenberg 24-10-1856, ov. Woudenberg 03-12-1927,
dr. van Jacob ter Maaten en Cornelia van Ginkel
IV
Gerrit van Ekeris, geb. Maarn 16-12-1839, landbouwer, won. De Haar, ov. Maarn 26-01-
1915, tr. Scherpenzeel 25-04-1878 Hendrika Druijff, wed. Jan Meerveld, geb. Leusden 27-07-
1847, ov. Maarn 15-02-1922, dr. van Gijbertus Druijff en Dirkje Apeldoorn
Lidm. Scherpenzeel 27-03-1887: Gerrit van Ekris, met attestatie vertrokken naar Doorn 16-03-1889.
Lidm. Scherpenzeel: Hendrika Druijff, met attestatie van Leusden 20-03-1875, met attestatie vertrokken
naar Doorn 16-03-1889.
In 1885 is Gerrit van Ekeris landbouwer te Scherpenzeel.
Uit dit huw.:
1. Willem van Ekeris, geb./ged. Scherpenzeel 15-10/27-11-1881, ov. Scherpenzeel 26-07-
1887
2. Gijsbertus van Ekeris, geb./ged. Scherpenzeel 18-09/07-11-1886, landbouwer, ov.
Amersfoort 09-12-1983, tr. Ede 22-11-1913 Gerritje Dekker, geb. Lunteren 03-11-1889, ov.
Emst 30-01-1959, dr. van Aart Dekker en Evertje Boon
Ekeris (4)
Deze genealogie is in boekvorm verschenen onder de titel “450 jaar het geslacht van
Eeckereys”, door Cornelis van Ekeren, z.j.
Het boek begint met deze generaties:
I
Cornelis Adriaensz
In 1568 laat Cornelis Adriaensz en zijn vrouw een lijftrente voor hun zoon Gerrit Cornelisz registreren
(Staten van Utrecht).
II
Adriaen Cornelisz, tr. Gerrijtgen Hendriksdr
In 1579-1582 pachten Adriaen Cornelisz en Gerrijtgen Hendriksdr een erf te Maarn van de Celzusters te
Amersfoort (06-12-1578).
III
Cornelis Adriaensz (fictief)
De aansluiting van generatie I en II staat niet vast. De derde generatie is fictief om hem aan te
laten sluiten op de onderstaande genealogie.
De onderstaande gegevens zijn aangevuld met gegevens uit het boek.
I
Arien/Adriaen Cornelisz, ov. voor 1675, tr. Weijntgen Everts
In 1639 wordt Adriaen Cornelisz op Eekeris aangeslagen voor quotisatie, consumptie en huisgeld (bron
onbekend).
Van 1642-1649 pachten Adriaen Cornelisz en Weijmtgen Everts 4 morgen land op Ekeris van De Pot
(Archief Armen de Poth; 18-01-1642).
Slaperdijksgeld 1653: Adriaen Cornelisz (zij huren dan al van De Poth, Gem. Arch. Amersfoort, archief
De Poth, G5).
Meys Gerritss, mede-erfgenaam van Peter Willemss, zijn overleden grootvader machtigt zijn
grootmoeder Jenneken Jans, wed. Peter Willemss om zijn erfportie in een huis, hofstede en 6 morgen
land op Eeckryst te Woudenberg over te dragen op Erris Corneliss (HUA, UT054a002, nr. 229; 15-01-
1667).
Vn 1667-1673 huren Adriaen Cornelisz en Weijmtgen Everts 10 morgen land op Ekeris van De Poth
(Not. R. van Ingen; 19-01-1666).
In 1675 staat bij Huisgezinnen Woudenberg nr. 1675: De weduwe van Aris Cornelisz met een mundich
en een onmundich kind op Eeckris.
Rutje Raeijmakers eist betaling van de weduwe van Arien Cornelisz. Betaling van 6 gulden en 10
stuivers voor gemaakt wagenwerk. Uitspraak: betalen. (Recht. Arch. Woudenberg 2343, blz. 78; 12-02-
1680).
Gijsbert Evertsz eist betaling van Egbert Gerritsz en de weduwe van Arien Cornelisz. Gijsbert Evertsz
eist eerst dat Egbert Gerritsz terug komt als zijn knecht. Hij heeft zijn dienst zonder overleg na zes
weken verlaten en is bij een ander gaan werken. Hij moet de proceskosten van 1 gulden 5 stuivers
betalen. Uitspraak: conform de eis. (Recht. Arch. Woudenberg, blz. 93; 16-02-1682).
In 1685 heeft de Armenpot te Amersfoort een arrest tegen de wed. Adriaen Cornelis, won. op Ekris tot
Woudenberg. Borgen: Evert Adriaensz, Jan Arrisz en Geurt Adriaens (HUA, Hof van Utrecht, 211-1;
14-02-1685).
Hendrick Corneliss van Haxfoort won onder Woudenberg als man en voogd van Maria Corneliss een
kind en erfgenaam van Cornelis Ariens een mede-erfgenaam impt contra Weijmpie Everts wed Arien
Cornelis, Evert Ariens, Gerrit Ariens, Hendrick Gerrits x Gerrigje Ariens, Jacob Reijers x Aeltie Ariens,
Jan Adriaensz x Marrigje Ariens, alle kinderen en mede-erfgenamen van de voorschreeve Arien
Cornelisz, won. Woudenberg (HUA, Hof van Utrecht, inv.nr. 154-31; 30-03-1685).
In 1686 pacht de weduwe van Arien Cornelisz 8, 16 en 4 morgen op Ekris van De Poth (Oudschildgeld
4a, 29 en 85b).
In 1686, 1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 is de weduwe van Arien/Erris Cornelisz, vanaf 1696: van
Maarsbergen eigenaar van 6 morgen op Ekris (Oudschildgeld 85a).
Genoemd van 1688-1693: de weduwe van Arien Cornelisz (Familigeld Eemland, blz. 101).
Uit dit huw.:
1. Geurt/Gerrit Arisz/Adriaensz, volgt II
2. Mettien Ariens, van Ekeris, tr. Woudenberg 31-03-1688 Hendrick Hendricksen, van ´t
Woud Nageslacht heet Verbrugge.
3. Marrigje Ariens, tr. Jan Adriaensz Nageslacht zie Ekris (5).
4. Gerritje Adriaens, won. Ekris, otr. (1) Leusden (gerecht) 11-01-1666 Hendrick Gerritsz de
Cruijf, de oude, won. Heetveld, zn. van Gerrit Hendricksz de Cruijf en Willempje Hendricks,
tr. (2) Woudenberg 26-07-1691 Reijer Petersz, van Manderen. Reijer Petersz, aan de Schans,
tr. (2) Woudenberg Cornelisje Gerrits Knopper, ged. Scherpenzeel 14-12-1679, op Groot
Moorst, dr. van Gerrit Willemsz Knoppert en Ghijsbertgen Thonis Keuijers Arnoldus van Geijtenbeek verkoopt namens Johan Willem graaf van Efferen, getrouwd met Everdina
Jenette van Weede, gravin van Efferen aan Gerard Maximiliaan Pijnssen van der Aa, heer tot Deijl en
Geeresteijn, president van de Staten van Utrecht, getrouwd met Anna Maria de Marez, De Schans met
het huis, stal, bergschuur en duivenhokdat er op staat en de hofstede bij de Schans, gebruikt door Reijer
Petersen en twee hofsteden onder Renswoude, belast met 1500 gulden en 2000 gulden. Titel van
aankomst: toegescheiden op 05-05-1717 en 10-06-1717 voor not. Van Hees. Procuratie te Utrecht voor
not. Jacob van den Doorslagh d.d. 25-09-1731. (Dorpsgerecht Geerestein 689, blz. 31, 31vo; 14-11-
1731).
5. Cornelis Errisz, ov. voor 1685, tr. NN
In 1686 is de weduwe van Erris Cornelisz eigenaar van 6 morgen op Ekris. Bruiker: Cornelis Errisz
(Oudschildgeld 85a).
Gerard Maximiliaan Pijnssen van de Aa, heer tot Deijl en Geeresteijn, raad in de Staten van Utrecht
verhuurt aan Reijer Petersen een huis, bergen, schuren met ca. 28 a 30 morgen land van ouds genaamd
De Schans of Duijvesteijn, door hem al in huur gebruikt. Voor zes jaar, voor 200 gulden p.j. Toepacht:
een vracht naar Utrecht, een mud boekweit, twee zakken knollen en vier hoenderen. (Dorpsgerecht
Geerestein 689, blz. 15vo, 16, 16vo; 04-07-1726).
Uit dit huw.:
Maria Cornelissen, tr. Hendrick Cornelisz van Haxfoort, won. Woudenberg
6. Evert Adriaensz, 1666 mondig
In 1666 staat Evert Adriaensz borg voor zijn ouders als zij 10 morgen land op Ekeris pachten van De
Poth (Not. R. van Ingen; 19-01-1666).
Teunis Aelten, won. Maarsbergen, eist betaling van Evert Adrieansz/Arrisz. Betaling van 18 stuivers,
later 2 gulden omdat Evert Adriaensz/Arrisz zijn beesten heeft laten weiden op het land van Teunis
Aelten. De schade zal geschat worden door de schout en secretaris. (Recht. Arch. Woudenberg 2343,
blz. 91, 94; 17-11-1681, 16-02-1682).
7. Aaltje Adrieans, tr. Jacob Reijersz Jacob Reijertsz daagt Gijsbert Thijsz, op de Ringelpoel, voor het gerecht. (Recht. Arch. Woudenberg
2343, blz. 75; 30-10-1679).
II
Geurt/Gerrit Arisz/Adriaensz, won. Ekeris, tr. Woudenberg 06-04-1694 Hendrijn Cornelissen
Brom, won. Woudenberg, dr. van Cornelis Lambertsz Brom Lidm. Woudenberg ca. 1692: Hendrijn Cornelisz
In 1696, 1706 en 1716 pacht Geurt Adriaensz 8, 16 en 4 morgen op Ekris van De Poth (Oudschildgeld
4a, 29 en 85b).
Genoemd van 1694-1705: Geurt Ariensz (Familigeld Eemland, blz. 101).
Lidm. reg. Woudenberg 1746: Hendrijn Cornelisz Mom, ov. 06-06-1761.
Uit dit huw.:
1. Merritje Geurtsen, ged. Woudenberg 17-02-1695, get. Willemtje Corssen
2. Wijntje Geurtsen, ged. Woudenberg 07-03-1697, get. Jannigje Otten, tr. Woudenberg 02-
11-1721 Jan Cornelisz, ged. Scherpenzeel 03-10-1694, zn. van Cornelis Fransen en Jacobje
Jansen
3. Arien Geurtsen, ged. Woudenberg 23-04-1699, get. Willemtje Corssen, volgt III
4. Gerritje Geurtsen, ged. Woudenberg 26-03-1702, get. Jantje Hendricks, ov. Woudenberg
05-02-1780, tr. (1) Woudenberg 03-11-1726 Evert Aertsz, van Hoevelaken, begr.
Woudenberg 06-01-1773, tr. (2) Woudenberg 25-09-1774 Evert Errisz van Ekeris, ged.
Woudenberg 05-05-1737, begr. Woudenberg 08-01-1799, zn. van Erris Claassen en Cornelia
Jans van Ginkel Evert Ariensen en zijn vrouw Gerritje Geurtse, won. in Scheurbroek (=Zuurbroek) laten hun testament
op de langstlevende maken. (Dorpsgerecht Geerestein 689, blz. 39, 39vo, 40; 07-02-1733).
Testament op de langstlevende van Evert Ariense en zijn vrouw Gerritje Geurtse, won. Scheurbroek
(Zuurbroek). Enige erfgenaam: neef Geurt Jansen, minderjarig jm. Hij woont bij hen in en werkt voor
hen op de boerderij voor 40 gulden per jaar. Hun testament van d.d. 07-02-1733 voor het gerecht van
Geerestein blijft van kracht. (Dorpsgerecht Geerestein 690, blz. 28, 29, 30; 09-02-1764).
Gerrigje Geurtse, wed. Evert Ariens machtigt Nicolaas Wilhelmus Buddingh, procureur voor het Hof
van Utrecht om de nalatenschap van haar man te laten registreren. Dorpsgerecht Woudenberg 2356, blz.
4; 03-02-1773.
Testament op de langstlevende van Evert Errissen en zijn vrouw Gerritje Geurtsen, won. Geerestein.
Octrooi Utrecht d.d. 01-10-1774. Het tweede testament van Gerritje Geurtsen en haar eerste man Evert
Ariense d.d. 09-02-1763, voor het gerecht van Geerestein, wordt teniet gedaan. Het eerste testament op
de langstlevende tussen Gerritje Geurtsen en haar eerste man Evert Ariense d.d. 07-02-1733, voor het
gerecht van Geerestein, wordt weer van kracht. Getuigen: Teunis Bosch en Evert Teunisse Bosch.
(Notarieel Woudenberg 2462, Nr. 12, fol. 61-62vo; 11-10-1774). Gerritje Geurtse, wed. Evert Ariense verkoopt aan Willem Gerritse van Altena een huis, bergen, schuur,
hof, hofstede en ca. 15 morgen bouw- en weiland in Zuijerbroek van de Lunterse beek tot aan het erf De
Hoeff. Oost: De weduwe van Zaar Dirkse van de Wetering, west: Cornelis Barten Blauwendraat, zuid:
De Hoeff, noord: de Beek. Allodiaal goed. En ruim vier morgen land, in Zuijerbroek van de Lunterse
beek tot aan het erf De Hoeff. Oost: Cornelis Barten Blauwendraat, west: de Heer van Geerestein, zuid:
De Hoeff, noord: de Beek. Belast met een erfpacht van 12 gulden aan St. Paulus te Utrecht. De vier
morgen zijn belast met 1000 gulden koopsom. Onderhandse koopakte d.d. 25-01-1773. (Dorpsgerecht
Geerestein 690, blz. 85, 86, 96, 97; 30-10-1774). 5. Cornelis Geurtsen, ged. Woudenberg 08-02-1705, get. Neeltje Teunissen, van Ekeris, tr.
Woudenberg 08-05-1735 Maria Gijsberts van de Vliert, won. Geerestein, ged. Woudenberg
16-11-1710, dr. van Gijsbert Jordensz van de Vliert en Jannigje Huijgen De erfgenamen van Cornelis Geurtse van Ekeris laten een vierde deel van 3 morgen 375 roeden land op
Ekeris taxeren. Gehuurd door Willem Hendrikse. Geschat op 80 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg
2347, blz. 185; 15-03-1781). (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 34; 15-03-1781).
Testament Maria van der Vliert, wed. Cornelis Geurtsen (Notarieel Amersfoort, not. A. Voskuyl
AT042a013 rep 1676; 08-06-1781).
Huig Gijsbertze van de Vliert, wed. Jantje Jansen, won. in de Veltschoren onder Leusden geeft over aan
de diaconie van Woudenberg (diaken: A. van Otterloo) zijn kleding en inboedel. Speciaal wordt
genoemd de nalatenschap van zijn zuster Maria Gijsbertse van de Vliert, wed. Cornelis Geurtze.
Voorwaarde: de diaconie zal hem zijn leven lang onderhouden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz.
212; 23-10-1782).
Verkoop door Maria van der Vliert, wed. Cornelis Geurtsen van een weiland op Ekris (Notarieel
Amersfoort, not. A. Voskuyl AT042a014, nr. 1826; 27-12-1782).
De erfgenamen van Maria van de Vliert, wed. Cornelis Geurtse van Ekeris vragen taxatie van 3 morgen,
3 hond, 75 roeden, gebruikt door Willem Hendrikse. Geschat op 65 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg
2347, blz. 214; 28-01-1783). (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 53; 28-01-1783).
6. Evert Geurtsen, ged. Woudenberg 11-03-1708, get. Merritje Jacobs
III
Arien Geurtsz, van Ekeris, ged. Woudenberg 23-04-1699, begr. Woudenberg 05-12-1767, tr.
(1)Woudenberg 12-04-1733 Hendrikje Jans Bosman, ged. Lunteren 02-05-1706, dr. van Jan
Berentsz Bosman en Lijsbet Arissen, tr. (2) Woudenberg 05-05-1737 Jacobje Jans van Doorn,
ged. Leersum 21-06-1713, begr. Langbroek 03-05-1794, dr. van Jan Jansz van Doorn en
Willemijntje Elis Arien Geurtsen huurt opnieuw van Maria Catalina Waell, wed. mr. Diderik Richardt Blotenburgh een
huis met annexe tabaksschuur, bakhuis, boomgaard en ca. zes morgen bouw- en weiland, op Eekrijst,
onder Geerestein. En ca. 3/4 morgen bouwland tegenover het huis aan de oostzijde van de weg, onder
Woudenberg. Voor vier jaar, van 1740-1744. Voor 74 gulden per jaar. De verhuurder houdt de helft van
het fruit uit de boomgaard. Getuigen: Evert de Cruijff en Jan Cobusz van Leusden. (Notarieel
Woudenberg 2461, fol. 288-289vo; 31-01-1741).
Arien Geurtsen huurt opnieuw van Maria Catalina Waell, wed. mr. Diederik Richart Blotenburgh, in
leven raad aan het Hof van Utrecht een tabaksschur annex woning, bakhuis, boomgaard en ca. 6 morgen
bouw- en weiland, op Eekrijst, onder Geerestein en ca. 3/4 morgen bouwland tegenover de boerderij aan
de oostzijde van de weg, onder Woudenberg. Voor zes jaar, van 1744-1750. Voor 68 gulden per jaar.
De helft van de opbrengst van de boomgaard blijft voor de verhuurster. Getuigen: Hendrik van
Geijtenbeek en Thijs Ariensz van Wittenbergh. (Notarieel Woudenberg 2461, fol. 239-241; 26-12-
1744).
Uit het 1e huw.:
1. Lijsbet/Elizabeth Ariens van Ekeris, geb. Geerestein, ged. Woudenberg 27-03-1735, get.
Gerritje Knopper, begr. Woudenberg 28-04-1807, won. Leusden, tr. Woudenberg 30-10-1763.
Gerrit Jansz van Gooswilligen, ged. Scherpenzeel 26-06-1735, op Goodswilgen, begr.
Woudenberg 26-03-1803, zn. van Jan Teunissen van Goodswilligen en Gerritje Gerrits van
Davelaar Bij haar doop heet haar vader Arien Gerrits. Uit het 2
e huw.:
1. Willemtje Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 02-03-1738, get. Gerritje Geurts, ov.
Woudenberg 31-03-1813, tr. Woudenberg 22-03-1767 Dirk van den Heuvel, ged.
Woudenberg 20-08-1730, smid, begr. Woudenberg 23-04-1805, zn. van Teunis Teunisz van
den Heuvel/Smit en Lijsje Jans
2. Evertje Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 28-06-1739, get. Isabel Knopper, ov.
Maartensdijk 15-08-1819, tr. Woudenberg 18-11-1764 Willem Willemsz van Apeldoorn, ged.
Woudenberg 10-11-1737, begr. Woudenberg 28-08-1804, zn. van Willem Hendriks en
Jannigje Jans van Berkesteijn/Burkelsteijn
3. Jantje Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 20-08-1741, get. Geertruij Dirks, ov.
Sterkenburg 12-04-1795, begr. Langbroek 21-04-1795, tr. Doorn 03-12-1769 Jan Aartsen van
Leersum, van Maarsbergen, won. Maarn, begr. Sterkenburg 28-09-1801
4. Geurt Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 31-03-1743, get. Geertruij Dirks, volgt IVa
5. Cornelis Ariensz van Ekeris, ged. Woudenberg 10-01-1745, get. Hendrikje Wolberts, volgt
IVb
6. Teunisje Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 08-01-1747, get. Geertruij Dirks, begr.
Sterkenburg 04-07-1808, tr. Driebergen 14-02-1773 Hendrik Evertsz Schuurman, ged.
Driebergen 02-09-1742, landbouwer op De Hondspol, ov./begr. Langbroek 27-02/01-03-
1816, zn. van Evert Schuurman en Elizabeth Dorresteijn
7. Jan Ariensz van Ekeris, ged. Woudenberg 02-02-1749, get. Dirkje van de Haar, ov.
Loosdrecht 20-08-1828, tr. Slootdijk 19-02-1787 Petronella de Groot, ged. Jutphaas 26-08-
1760, ov. Loenen 28-03-1812, dr. van Jan Martensz de Groot en Hendrijntje de Groot
8. Arien Ariensz van Ekeris, ged. Woudenberg 07-02-1751, get. Evertje Maassen
Donkersteeg
9. Gerritje Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 24-06-1753, get. Gerritje Geurts, ov.
Amerongen 16-05-1838, tr. Leersum 28-05-1781 Gijsbert van Dijk, geb. ´s Gravesande 1750,
ov. Amerongen 05-10-1823
10. Maria Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 22-02-1756, get. Willempje Teunissen van de
Wetering, tr. Leersum 08-04-1780 Willem de Kruijf, ged. Darthuizen 14-02-1754
Op 08-08-1781 acte van indemniteit van Gerestein voor Maria Ariense van Ekeris. Ingekomen in
Darthuizen NB 10-2-1781 (Dorpsgerecht Darthuizen 514).
11. Jacoba Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 27-08-1758, get. Evertje Ariens, begr.
Woudenberg 24-07-1783
IVa
Geurt Ariens van Ekeris, ged. Woudenberg 31-03-1743, begr. Woudenberg 26-03-1803, tr.
Woudenberg 23-04-1775 Maria Gerrits Steenhof, ged. Woudenberg 14-04-1754, dr. van
Gerrit Petersz Steenhof en Teuntje Jans van Huistede
Begr. Woudenberg: kinderen van Geurt van Ekeris op 01-09-1787en 16-02-1798.
Uit dit huw.:
1. Ariaantje van Ekeris, ged. Woudenberg 12-05-1776, get. Catharina van der Horst, ov.
Woudenberg 20-04-1836, tr. Woudenberg (att. van Overlangbroek) 06-05-1804 Reijer
Boshuizen, geb. Soest 1775, won. Nederlangbroek, ov. Woudenberg 24-09-1831, zn. van
Willem Karelsen van Boshuizen en Willemijntje van Levelingen
2. Gerrit van Ekeris, ged. Woudenberg 29-03-1778, get. Cornelia Steenhof, tr. Woudenberg
27-04-1806 Anna Maters, ged. Woudenberg 17-04-1775, ov. Woudenberg 31-03-1857, dr.
van Johannes Heimensz Mater en Jannigje Cornelissen van Egdom
Uit dit huw.:
1. Geurt van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 05-10/02-11-1806
3. Arie van Ekeris, ged. Woudenberg 11-06-1780, ov. Maarn 19-01-1858, tr. (1)
Nederlangbroek 08-05-1801 Neeltje van Vulpen, geb. Nederlangbroek 1764, ov. Sterkenburg
24-03-1833, dr. van Reinier van Vulpen en Hendrijntje Lamberts Costers, tr. (2) Maarn 24-
07-1834 Gerrigje van de Vliert, wed. Willem van Ginkel, ged. Doorn 29-12-1782, ov. Maarn
16-02-1871, dr. van Gijsbert Melissen van de Vliert en Hendrijntje Cornelisse van Ginkel Ondertrouw Arien van Ekris, geb. Woudenberg, en won. Leersum, en Neeltje van Vulpen, geb.
Neerlangbroek, en won. Amerongen. Trouwen Neerlangbroek 08-05-1801 (Dorpsgerecht Amerongen
155; 17-04-1801).
Kinderen uit 1e huw. gedoopt in Nederlangbroek.
4. Teunisje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 03/08-04-1782, get. Cornelia Steenhof, begr.
Woudenberg 04-07-1782
5. Teunis van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 06/22-02-1784, landbouwer op Donselaar, ov.
Langbroek 04-02-1860, otr. (1) 28-09-1807 Evertje van Muijden/Meijden, geb. IJsselstein 29-
04-1787, begr. Overlangbroek 16-02-1810, tr. (2) Langbroek 22-05-1812 Jannigje Beukhof,
wed. Gerrit van Laar, ged. Renswoude 17-03-1782, ov. Langbroek 24-09-1820, dr. van
Andries Beukhof en Gerrigje van Appeldoorn, tr. (3) Langbroek 27-02-1823 Maria
Sterkenburg, geb. Overlangbroek 31-08-1800, ov. Langbroek 18-02-1876, dr. van Willem van
Sterkenburg en Neeltje van Amerongen
Kinderen geboren in Overlangbroek.
6. Jacob van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 06/18-09-1785, begr. Woudenberg 10-04-1790
7. Jan van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 03/14-09-1788, begr. Woudenberg 18-11-1788
8. Jannigje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 28-04/09-05-1790
9. Jacobus van Ekeris/Ekeren, geb./ged. Woudenberg 27-06/17-07-1791, landbouwer, ov.
Zeist 17-04-1862, tr. Leersum 11-11-1825 Roelofje van Appeldoorn, ged. Leersum 17-02-
1805, ov. Zeist 11-07-1884, dr. van Cornelis Jansen van Appeldoorn en Catharina van den
Broek Kinderen geboren te Leersum en De Bilt.
10. Jan van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 25-12-1793/12-01-1794
11. Lammert van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 25/31-12-1797, get. Ariaantje van Ekeris,
begr. Woudenberg 16-02-1798
IVb
Cornelis Ariensz/Aartsen van Ekeris, ged. Woudenberg 10-01-1745, landbouwer, ov.
Woudenberg 24-05-1814, tr. Woudenberg 09-11-1777 Hanna Cornelissen van Egdom, ged.
Woudenberg 03-08-1755, ov. Woudenberg 03-01-1826, dr. van Cornelis Ricksz van Egdom en
Willemijntje Gijsberts van de Vliert Lidm. Woudenberg 05-05-1806: Johanna van Egdom hv Cornelis van Ekeris.
In 1826 is er boedelscheiding van de nal. schap van Cornelis Ariensz van Ekeris en Johanna van Egdom
(Not. Johannes Schijvliet; 27-06-1826).
Uit dit huw.:
1. Arie/Arien van Ekeris, ged. Woudenberg 05-07-1778, get. Willemtje Ariesdr van Ekeris,
volgt Va
2. Cornelis van Ekeris, ged. Woudenberg 21-05-1780, get. Leentje Aarts van de Koedijk, jong
ov.
3. Cornelis van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 04/12-08-1781, begr. Woudenberg 01-03-1790
4. Jacobus van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 31-09/19-10-1783, volgt Vb
5. Willemijntje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 14/25-12-1785, get. Helena Gerrits, begr.
Woudenberg 06-06-1789
6. Maria van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 09/20-04-1788, ov. Woudenberg 08-05-1884, tr.
Woudenberg 21-01-1815 Klaas Hendriksz van Ekris, ged. Woudenberg 08-09-1765, ov.
Woudenberg 15-03-1842, zn. van Hendrik Claasz van Ekeris en Dirkje Teunissen van de
Wetering, (zie Ekris (6) V) Lidm. Woudenberg april 1810: Maria Cornelisse van Ekeris.
7. Willemijntje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 25-11/12-12-1790, ov. Woudenberg 18-12-
1871, tr. Woudenberg 27-04-1816 Teunis van Ekeris, ged. Woudenberg 06-03-1763, ov.
Woudenberg 12-09-1835, zn. van Cornelis Gerritsz van Ekeris en Annigje/Anna Teunissen
van de Wetering Zie hier onder.
8. Cornelia van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 01/11-08-1793, ov. Woudenberg 26-02-1873,
tr. Woudenberg 09-03-1822 Willem van Kooten, geb./ged. Woudenberg 22-02/23-03-1794
(erkend bij huw.) , daggelder, landbouwer, ov. Woudenberg 09-04-1862, zn. van Hendrik van
Kooten en Jannetje Gerrits van Veldhuizen
9. Cornelis van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 08/17-01-1796, get. Lena Dekker hv G.
Teunisz van de Wetering, begr. Woudenberg 26 of 29-06-1801
10. Hendrik van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 07/25-12-1799, begr. Woudenberg 26 of 29-
06-1801
Va
Arie/Arien van Ekeris, ged. Woudenberg 05-07-1778, landbouwer, landbouwer, ov.
Woudenberg 17-04-1845, tr. Woudenberg 24-02-1827 Maria van den Broek, geb. Leusbroek
13-03-1785, ged. Woudenberg 27-03-1785, ov. Woudenberg 13-03-1860, dr. van Aart
Jacobsz van den Broek/Middelbroek/van Middelmoorst en Dirkje Aarts van de Wetering
Uit dit huw.:
1. Cornelis van Ekeris, geb. Woudenberg 17-03-1829, ov. Woudenberg 25-06-1890, tr.
Woudenberg 20-10-1854 Trijntje van Salentein, geb. Nijkerk 25-08-1825, ov. Woudenberg
01-07-1878, dr. van Rijk Maasen van Salentein en Trijntje Jansen Bunt
Uit dit huw.:
1. Arien van Ekeris, geb. Woudenberg 17-11-1855, arbeider, landbouwer,
jachtopziener, ov. Ede 07-10-1949, tr. Leersum 03-04-1879 Johanna van Haren, geb.
Leersum 16-05-1854, ov. Ede 01-08-1921, dr. van Jan van Haren en Hendrika van den
Heuvel
Uit dit huw.:
1. Jan van Haren/van Ekeris, geb. 21-02-1879 (erkend bij huw.), ov. Zeist 30-
10-1954, tr. Driebergen 08-11-1907, gescheiden Utrecht 01-10-1941 Cornelia
Swanink, geb. Driebergen 01-07-1880, ov. Zeist 16-10-1943, dr. van Hermanus
Swanink en Johanna Westbroek
2. Trijntje Willemijntje van Ekeris, geb. Leersum 24-04-1880, ov. Den Haag
05-09-1961, tr. Ede 16-07-1904 Jacob Vermeulen, geb. IJsselstein 06-12-1878,
koetsier, ov. Wassenaar 09-11-1947, zn. van Jan Vermeulen en Jannetje van
Westerhuis
3. Heintje van Ekeris, geb. Leersum 21-05-1881, ov. Doorn 19-11-1947, tr.
Renswoude 08-11-1900 Gijsbert van Ginkel, geb. Renswoude 17-11-1879, ov.
Doorn 23-12-1950, zn. van Gijsbert van Ginkel en Jannetje van den Brom
4. Cornelia van Ekeris, geb. Leersum 02-08-1882, ov. Leersum 01-01-1887
5. Arie van Ekeris, geb. Leersum 29-10-1883, ov. Leersum 14-12-1883
6. Arie van Ekeris, geb. Leersum 18-02-1885, rijwielhersteller, ov. Doorn/Zeist
01-04-1951, tr. Wassenaar 22-10-1914 Alida de Bruin, geb. Schiebroek 17-09-
1891, dr. van Paulus de Bruin en Maria van ´t Hof
7. Cornelis van Ekeris, geb. Renswoude 06-11-1889, landbouwer, ov. Den
Haag 24-04-1974, tr. (1) Ede 02-05-1914 Rika Kelserman, geb. Ede 30-11-
1893, dr. van Reijer Kelserman en Cornelia van den Dikkenberg, gescheiden,
tr. (2) Den Haag 25-07-1928 Maria Petronella Kool, geb. Loosduinen 27-05-
1892, ov. Den Haag 29-09-1980, dr. van Pieter Kool en Francina Elisabeth van
Geest
8. Johan van Ekeris, geb. Renswoude 14-01-1893, arbeider, opperman
Heidemij, ov. Ede 22-09-1964, tr. Ede 08-03-1913 Anna van Leijenhorst, geb.
Ede 30-08-1891, ov. Veenendaal 14-10-1972, dr. van Willem van Leijenhorst
en Aaltje Hendriksen
9. Maria van Ekeris, geb. Renswoude 28-03-1894, ov. Ede 21-07-1964, tr. Ede
08-09-1917 Hendrik Slotboom, geb. Ede 13-05-1893, metselaar, zn. van Jan
Willem Slotboom en Hendrika van der Meijden
10. Willem van Ekeris, geb. Renswoude 25-10-1895, ov. Renswoude 06-01-
1896
11. Willem van Ekeris, geb. Renswoude 14-09-1897, ov. Ede 04-07-1976,
ongehuwd
2. Rijkje van Ekeris, geb. Woudenberg 04-09-1858, ov. Ede 19-11-1917, ongehuwd
3. Matthijs van Ekeris, geb. Woudenberg 02-05-1861, landbouwer, ov. Heteren 01-09-
1936, tr. Heteren 27-03-1919 Antje van Schaik, geb. Heteren 14-08-1869, ov. Heteren
12-03-1944, dr. van Floris van Schaik en Evertje Peters
Vb
Jacobus van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 31-09/19-10-1783, landbouwer, ov. Woudenberg
03-08-1855, tr. Maartensdijk 13-04-1827 Jannetje Klein, geb. Maartensdijk 1800, ov. Ede 08-
02-1879, dr. van Cornelis Klein en Maria van Lunteren
Uit dit huw.:
1. doodgeb. kind, ov. Woudenberg 23-02-1831
2. Johanna van Ekeris, geb. Woudenberg 02-10-1833, ov. Leusden 01-11-1922, tr.
Woudenberg 28-04-1859 Evert Brouwer, geb. Barneveld 10-09-1832, ov. Leusden 14-10-
1912, zn. van Jan Jansen Brouwer en Rikje Everts
3. Cornelia van Ekeris, geb. Woudenberg 22-09-1836, ov. Ede 30-03-1927, tr. Woudenberg
04-05-1867 Dries Schut, geb. Barneveld 10-06-1842, arbeider, ov. Ede 28-08-1878, zn. van
Jan Jansen Schut en Evertje Beerse Verschuur
4. Matthijs van Ekeris, geb. Woudenberg 24-09-1838, ov. Utrecht (ingeschr. te Woudenberg)
26-06-1859, ongehuwd
5. Jan van Ekeris, geb. Woudenberg 21-01-1842, arbeider, tr. Woudenberg 30-12-1863
Hendrieka Jurdes, geb. Tull en ´t Waal 10-03-1843, ov. Houten 23-04-1902, dr. van Hermen
Jurdes en Mechteld van den Berg
Ekeris/Ekris (5)
Als Kors Arissen van Ekeris naar Maartensdijk vertrekt, verandert zijn naam in Ekris. Zijn
nakomelingen later terug met de achternaam Ekris. Deze naam komt nog steeds voor in de
omgeving van Woudenberg.
I
Jan Arrisz, op Ekeris, tr. Merritje Ariens, dr. van Arien/Adriaen Cornelisz en Weijntgen Everts
(Ekris (4)
Huisgezinnen Woudenberg 1675, nr. 170: Jan Arisz bruijcker op Eeckris met sijn vrouw ende drie
cleijne kinderen.
In 1676 verkoopt Willem Frans (mundige jonghman) twee mergen lands, gelegen op Eeckens, onder de
gerechte van Woudenberg aan Jan Arris. op Eeckens, welke belend zijn aan de ene zijde de Pot te
Amersfoort en de andere zijde St. Bartholomeus Gasthuijs te Utrecht. De comparant, als mede-
erfgenaam van zijn ouders saliger, keurt de verkoping goed, gedaan door zijn broeders en zusters en
mombers van de onmundige. Hij machtigt Aert Peelen, wonend Leusderbroeck, de koopcedulle te
tekenen en te transporteren. (Not. Amersfoort, notaris A. van Brinckesteyn AT015a002 folio 10vo; 29-
12-1676).
In 1681 eist Gerrit Thijssen, pachter van de smalle tiend, betaling van Jan Arrisz van 36 gulden voor
smalle tiend, omdat Jan Arrisz varkens, biggen en bijen had geleverd zonder tiend te betalen. Zaak
wordt voor het Hof van Utrecht gebracht. (Recht. Arch. Woudenberg 2343, blz. 86, 88, 92; 04-08-1681,
17-11-1681, 16-02-1682).
In 1682 eist Cornelis Willemsz, schoenmaker, betaling van Jan Arrisz, op Eeckeris van 25 gulden voor
korentiend. Jan Arrisz had niet gezegd dat het koren werd gemaaid. Toen Cornelis Willemsz, pachter
van de korentiend, ging kijken was het koren al van het land gehaald. Jan Arrisz verklaart dat er nog 30
garven achtergebleven waren, maar dat die door de beesten waren opgegeten. Twee schepenen gaan
kijken en rapport opmaken. (Recht. Arch. Woudenberg 2343, blz. 104; 16-11-1682).
In 1686, 1696 en 1706 is Jan Arrisz, eigenaar en bruiker van 2 morgen op Ekris (Oudschildgeld
Woudenberg 53).
Lidm. reg. Woudenberg 1683: Jan Arissen op Ekeris en zijn vrouw Merritie Aris.
In 1696 is Jan Arrisz, op Ekeris bruiker van 2/3 deel van 6 ½ morgen land op Oevelaar
(Oudschildgeld Woudenberg 52b).
In 1706 is Jan Arrisz, op Ekeris eigenaar en bruiker van 6 ½ morgen land op Oevelaar
(Oudschildgeld Woudenberg 52).
Uit dit huw.:
1. Arris Jansz, geb. voor 1675, volgt II
II
Arris Jansz, van Ekeris, geb. voor 1675, tr. (1) Woudenberg 07-11-1697 Marij Everts, van ´t
Voort, geb. op Ouwenhorst, ged. Scherpenzeel 27-08-1671, dr. van Evert Teunisz van
Donckelaer en Merrigje Cornelissen, tr. (2) Woudenberg 14-11-1706 Marrigje Jacobs
Mandersloot, won. Leusden, ov. voor 1744, dr. van Jacob Lambertsz en Jantje Saaren
In 1706 vindt er magescheid plaats na overlijden van Marij Everts van ´t Voort, getrouwd met Erris
Jansz. (genoemd in: Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 72, 72vo; 20-05-1727. dd. 15-10-1706).
In 1716, 1719 en 1725 is Arris Jansz, eigenaar en bruiker van 6 ½ morgen land op Oevelaar (Oudschildgeld
Woudenberg 52).
In 1719 is Erris Jansz, eigenaar en bruiker van 2 morgen op Ekris (Oudschildgeld Woudenberg 53).
Erris Janssen verkoopt aan Klaas Lambertsen ca. twee morgen land aan de Ekerissendijk, allodiaal. Oost: de Ekerissendijk, west: de Neer-Ekerisserwetering, zuid: de Armen de Poth te Amersfoort, noord:
Bartholomeus Gasthuijs te Utrecht. (Dorpsgerecht Geerestein 689, blz. 1vo, 2; 28-02-1719). In 1726 verkoopt Erris Janz aan Evert Hendrikz de Kruijff de helft van ca. zes morgen land aan de
Ekerissendijk. De wederhelft is van de onmondige kinderen van de verkoper. (Recht. Arch. Woudenberg
2346, fol. 53-54; 24-01-1726).
Cornelis Stevensen machtigt Hendrik van Dam, procureur voor het Hof van Utrecht vanwege Erris
Jansz. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 65vo; 14-11-1726).
Cornelis Stevensen verkoopt aan Erris Janzen de boerderij op Huistede met ca. 21 morgen land,
bestaande uit: 1. Een perceel van ca. 9 morgen op Huistede. Oost: de Zeesloot, west: de Ekerissen Dijk,
noord: de erfgenamen van Evert Claessen, zuid: de Eshof. 2. Een perceel van ca. 8 morgen, genaamd de
Groote Hoef, op Huistede. Leenroerig aan Staten ´s Lands van Utrecht. 3. Een perceel van ca. 2 morgen,
genaamd de Cleijne Hoef, op Huistede. 4. Een perceel van ca. 2 morgen op Huistede over de Zeesloot.
(Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 72vo, 73; 20-05-1727).
In 1727 lenen Erris Janzen en zijn vrouw Marritje Jacobs 2399 gulden 15 stuivers van Catharina Jacobs
Sijnen. Onderpand: een boerderij met ca. 22 1/2 morgen land op Huijstede. (Recht. Arch. Woudenberg
2346, fol. 73vo; 20-05-1727).
In 1727 verkoopt Erris Janz aan Arien Packouw ca. twee morgen land op Ekeris. Erris Janz behoudt recht
van overpad. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 74vo; 20-05-1727).
Cornelis de Wijs, advocaet 's hoovs van Utregt verhuurt aan Erris Jansz een hoeve lands op Huijstede
(HUA, UT123a008, nr. 111; 24-02-1731).
Erris Jansen, won. Huijsteden machtigt mr. Hendrik de Sandra, schout om over drie weken zijn
hofstede, bergen, schuren en bakhuis en 18 morgen 540 roeden land te verkopen en nog de helft van ca.
7 morgen land, over de Zeesloot, naast de Beek. Dit om een plecht van 2400 gulden te kunnen voldoen
aan Catharina Jacobs Sijnen, dienstmeid van Barbara Emelaar. Voorts een pachtschuld van 301 gulden
3 stuivers 4 penningen aan mr. Cornelis de Wijs voor 16 morgen land over 1730-1732. (Recht. Arch.
Woudenberg 2346, fol. 131vo, 132, 132vo; 27-10-1732).
Uit het 1e huw.:
1. Marijtje Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 15-09-1700, get. Willemtje Korsen, ov.
1727/1733, tr. Scherpenzeel 08-05-1729 Gijsbert Fransen van Overeem, ged. Renswoude 18-
04-1706, zn. van Frans Jansz van Overeem en Gerritje Meeuwsen van de Vliert In 1727 verkoopt Merritjen Errissen, meerderjarig jd. aan Evert Hendrikz de Cruijf een vierde deel van
ca. zes morgen land aan de Eekrissen Dijk. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 72; 20-05-1727).
Marritje Errissen, overleden vrouw van Gijsbert Overeem. Nalatenschap: 7 Mergen lands op Oevelaer.
Erfgenaam, onmondige zoon: Jan Gijsbertsen Overeem. Zijn voogd is: Jan Errissen. (Not. S. van
Brinckesteyn AT 030b006; 23-02-1733).
2. Jan Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 16-03-1704, get. Evertje Korsen
Jan Erissen, won. Scherpenzeel, Gijsbert Overeem, wed. Marritje Arrissen en als vader van Jan
Gijsbertsen Overeem (Jan en Marritje zijn kinderen van Aris Jansen) verkopen aan Catharina Jacobs
Sijnen de helft van 6 ½ à 7 morgen land op Oevelaar onder Woudenberg, voor f 180,=; de wederhelft is
van Gijsbert Overeem (Not. Amersfoort 030b006; 23-02-1733).
Catharina Jacobs koopt van Jan Erissen, won. Scherpenzeel, Gijsbert Overeem, wed. Marritje Arrissen
en als vader van Jan Gijsbertsen Overeem de helft van 6 ½ a 7 morgen land op Oevelaar onder
Woudenberg, voor f 180,= (Gem. Arch. Amersfoort 149; 40e penning; 30-05-1733).
Uit het 2e huw.:
3. Kors Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 13-11-1707, jong ov.
4. Gerrit Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 28-04-1709, get. Jantje Saaren, volgt IIIa
5. Maria Errisz van Ekeris, ged. Woudenberg 14-06-1711, get. Jantje Saaren
6. Jantje Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 26-02-1713, get. Jantje Saaren, tr. Jan Jacobsz
van Benthem
7. Kors Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 11-04-1716, get. Jantje Saaren, volgt IIIb
8. Dirkje Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 20-03-1718, get. Jantje Saaren, tr. (1) Jan
Joosten, otr. (2) Woudenberg (att. naar Leusden) 05-06-1751 Jan Errisz van Heijmenberg,
won. Woudenberg
9. Jacob Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 01-09-1720, get. Maria Rijks, tr. ´s Graveland
29-04-1784 Ariaantje Hendriks van Dijk, begr. ´s Graveland 29-07-1784
10. Evertje Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 27-12-1722, get. Willemtje, tr. Maartensdijk
13-12-1750 Splinter Cornelisz Spelt, ged. Maartensdijk 07-02-1717. Splinter Cornelisz Spelt,
tr. (2) Jannigje de Waal
11. Arien Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 03-06-1725, tr. Westbroek 11-01-1761
Neeltje Spelt, ged. Westbroek 20-08-1730, dr. van Jacob Jansz en Wijntje Jans Valk
12. Marritje Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 18-04-1728, get. Marij IJsbrants, tr.
Woudenberg 20-10-1748 Dirk Jansz de Bree, won. Geerestein, ged. Woudenberg 21-02-1723,
begr. Woudenberg 23-1-1808, zn. van Jan Jansz de Bree en Hendrijntje Fransen van Dam.
Dirk Jansz de Bree, tr. (2) Woudenberg 19-03-1758 Cornelia Hendriks van Apeldoorn, ov.
Woudenberg 03-09-1811, dr. van Hendrik Jansz van Apeldoorn en Saartje Jacobs
Mandersloot
13. Saar Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 28-03-1734, get. Gerritje Knopper
IIIa
Gerrit Arissen van Ekeris, ged. Woudenberg 28-04-1709, tr. Woudenberg 25-03-1731 Gerritje
Knopper, van Groenewoude, ged. Woudenberg 21-04-1720, begr. Woudenberg 29-11-1788,
dr. van Cornelis Jansz Knoppert en Gijsbertje Teunissen van Glashorst Lidm. Woudenberg 1690-1746 (ca. 1740): Gerrigje Knopper.
Lidm. Woudenberg 1746: Gerrigie Cornelisz Knopper.
J.H. graaf van Rechteren laat de ridderhofstad Geerestein taxeren. Deze bestaat uit o.a.
Een rentenierswoning met land, genaamd Zuierbroek, gebruikt door de weduwe van Gerrit Errisse.
Geschat op 600 gulden. (Dorpsgerecht Geerestein 690, blz. 74, 75, 76, 77; 12-05-1769).
Uit dit huw.:
1. Cornelis Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 22-12-1731, get. Jantje Arrissen, volgt IVa
2. Marrigje Gerrits van Ekeris, ged. Woudenberg 02-01-1735, get. Jantje Arrissen, begr.
Woudenberg 27-10-1794, tr. Utrecht 26-12-1764 Evert Hartman, ged. Utrecht 04-10-1744 Lidm. Woudenberg: Marrigje Ekeris, met atestatie van Utrecht 14-01-1771. 3. Jantje Gerrits van Ekeris, ged. Woudenberg 22-12-1737, get. Annigje Knopper
4. Gijsbertje Gerrits van Ekeris, ged. Woudenberg 13-09-1739, get. Annigje Knopper
5. Arris Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 24-12-1741, get. Iseber Thonen, begr.
Woudenberg 21-09-1783
6. Lijsbeth Gerrits van Ekeris, ged. Woudenberg 12-04-1744, get. Annigje Knopper, ov.
Woudenberg 19-09-1822, tr. (1) Woudenberg 31-03-1771 Jan Teunissen Knoppert, ged.
Woudenberg 07-10-1742, ov./begr. Woudenberg 02/03-02-1785, zn. van Teunis Cornelissen
Knopper en Elisabeth/Isabel Toonen van Veenendaal, tr. (2) Woudenberg 30-07-1786 Reijer
Gerritsz Langelaar, wed. Gerritje Otten, ged. Renswoude 04-05-1755, op de Kleine Vliert, ov.
Woudenberg 03-01-1829, zn. van Gerrit Melchtersz van Langelaar en Metje Joosten
7. Jan Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 10-04-1746, get. Annigje Knopper, volgt IVb
IVa
Cornelis Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 22-12-1731, ov. Woudenberg 02-05-1821, tr.
Woudenberg 06-01-1760 Annigje/Anna Teunissen van de Wetering, ged. Woudenberg 15-04-
1736, ov. Woudenberg 13-06-1819, dr. van Teunis Gerritsz van de Wetering en Gerritje
Knopper Lidm. Woudenberg 06-04-1762: Anna Theunisz van de Wetering hv. C. van Ekeris.
J.H. graaf van Rechteren laat de ridderhofstad Geerestein taxeren. Deze bestaat uit o.a.
Een rentenierswoning met land, genaamd De Grift, gebruikt door Cornelis Gerritse. Geschat op 600
gulden. (Dorpsgerecht Geerestein 690, blz. 74, 75, 76, 77; 12-05-1769).
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Anna Theunisse van de Wetering hv. C. van Ekeris. Uit dit huw.:
1. Gerrit van Ekeris, ged. Woudenberg 27-04-1760, get. Willemtje Teunissen van de
Wetering, koetsier, ov. Utrecht 16-04-1839, tr. Willemijntje Quarten/Kwarten, ged. Utrecht
04-11-1759, ov. Utrecht 01-09-1824, dr. van Jan Cornelisz Quarten en Beligie Beiterie
2. Gerrigje van Ekeris, ged. Woudenberg 30-08-1761, get. Elizabeth Gerrits van Ekeris, ov.
Woudenberg 02-06-1788 (verdronken), begr. Woudenberg 03-06-1788 Otr. Woudenberg 17-05-1788: Cornelis van Donselaar, geb. Woudenberg en Gerritje van Ekeris, geb.
Woudenberg. N.B. de bruid is voor het voltrekken van het huwelijk verongelukt (verdronken).
Toestemming van het Hof van Utrecht om het lijk van Gerritje, me.j. jd. van Cornelis Gerritse van
Ekeris en Anna Teunisse van de Wetering te mogen begraven. Zij is 02-06-1788 verdronken.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 65; 03-06-1788). 3. Teunis van Ekeris, ged. Woudenberg 06-03-1763, get. Willemtje Teunissen van de
Wetering, landbouwer op Klein ov. Woudenberg 12-09-1835, tr. Woudenberg 27-04-1816
Willemijntje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 25-11/12-12-1790, ov. Woudenberg 18-12-
1871, dr. van Cornelis van Ekeris en Johanna van Egdom Lidm. Woudenberg 08-04-1801: Teunis van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Teunis van Ekeris, won. onder Leusden, nu onder Woudenberg.
Uit dit huw.:
1. Anna van Ekeris, geb. Woudenberg 01-07-1821, ov. Woudenberg 03-09-1894, tr.
Woudenberg 04-06-1852 Arris van den Bosch, geb. Veenendaal 23-03-1824, ov.
Woudenberg 04-06-1902, zn. van Jan van den Bosch en Evertje van Rhenen
4. Jan van Ekeris, ged. Woudenberg 14-10-1764, get. Dirkje Teunissen van de Wetering,
begr. Woudenberg 08-09-1772 Johan Dirk Rinck en zijn vrouw Neeltje Knopper, won. in de Agterstraet laten hun testament op de
langstlevende maken. Als Neeltje als eerste sterft krijgen de diaconie en de kerk van Woudenberg ieder
25 gulden. Haar neef en nicht Jacobus van Manen en zijn vrouw Trijntje van Brink krijgen haar kleding
en 100 gulden. Het zoontje van haar neef en nicht Gerrit van Maanen en zijn vrouw Dirkje Voskuijl,
genaamd Herremanus Johannis van Maanen krijgt 50 gulden. Het zoontje van haar neef en nicht
Cornelis Gerritse en zijn vrouwe Annetje van de Wetering, genaamd Jan Cornelisse krijgt 50 gulden.
Getuigen: Willem Lagerweij, schout en Erris Moesbergen. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 24, 25,
26; 27-01-1768). 5. Gijsbert van Ekeris, ged. Woudenberg 05-02-1766, get. Gerrigje Teunissen van de
Wetering, begr. Woudenberg 02-02-1785
6. Erris van Ekeris, ged. Woudenberg 01-11-1767, get. Elizabeth Gerrits van Ekeris, ov.
Woudenberg 26-01-1831, ongehuwd Lidm. Woudenberg 08-04-1801: Erris van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Erris van Ekeris.
7. Jacobus van Ekeris, ged. Woudenberg 27-08-1769, get. Dirkje Teunissen van de Wetering,
ov. ´s Graveland 19-04-1837, tr.´s Graveland 11-05-1800 Aagje Koolman, ged. ´s Graveland
03-06-1770, ov. ´s Graveland 11-04-1844, dr. van Johannes Koolman en Grietje Tuijlen
8. Gerrit van Ekeris, ged. Woudenberg 29-09-1771, get. Willemtje Teunissen van de
Wetering, koetsier, ov. Woudenberg 14-09-1834, tr. Amsterdam 16-08-1815 Anna ter Haak,
ged. Amsterdam 03-01-1781, ov. Woudenberg 03-03-1835, dr. van Pieter ter Haak en Hester
Buizing
9. Jannetje van Ekeris, geb. Geerestein, ged. Woudenberg 31-07-1774, ov. Woudenberg 21-
11-1858, tr. Woudenberg 29-10-1809 Cornelis van Maanen, geb. Woudenberg 26-06-1763,
ov. Woudenberg 03-02-1838, zn. van Jacobus IJsbrandsz van Maanen en Trijntje van den Brink Lidm. Woudenberg 03-08-1796: Jannetje van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Jannetje van Ekeris.
10. Jan van Ekeris, ged. Woudenberg 01-01-1777, get. Errisje Otten van de Haar, ov.
Woudenberg 29-03-1853, ongehuwd
Lidm. Woudenberg 06-04-1804: Jan van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Jan van Ekeris.
IVb
Jan Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 10-04-1746, ov. Woudenberg 18-06-1818, won.
Gerestein, tr. (1) Woudenberg 21-11-1773 Hendrikje Jans Donkersteeg, ged. Renswoude 21-
05-1752, over den Slaperdijk, begr. Woudenberg 09-04-1787, dr. van Jan Jansz van
Donkersteeg en Baartje Ebbers, tr. (2) Woudenberg 12-04-1789 Jannigje Gijsberts Lodder,
ged. Doorn 24-11-1765, ov. Woudenberg 27-02-1838, dr. van Gijsbert Hendriksen en
Catharina Hendriks Begr. Woudenberg 07-09-1794 en 24-04-1800: een kind van Jan van Ekeris.
Jan van Ekeris, won. Zuiderbroek onder Geerestein, verkoopt aan Willem Lagerweij Wz. een bruine
hengst, twee kalfdragende koeien, landbouwgereedschap, inboedel, huisraad, en voer op het 'hofsteedje'
van Jan van Ekeris. Het zal publiek worden verkocht vanwege de belastingschulden en pachtschulden.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2349, blz. 15, 16; 18-11-1800). Uit het 1
e huw.:
1. Gerrit van Ekeris, ged. Woudenberg 17-04-1774, get. Elizabeth Gerrits van Ekeris, begr.
Woudenberg 21-04-1781
2. Jan van Ekeris, ged. Woudenberg 11-02-1776, get. Lena Aarts van Kolfschoten, begr.
Woudenberg 19-08-1778
3. Gerritje van Ekeris, ged. Woudenberg 07-12-1777, get. Anna van Ekeris, jong ov.
4. Jan van Ekeris, ged. Woudenberg 20-06-1779, begr. Woudenberg 09-05-1781
5. Gerrit van Ekeris, ged. Woudenberg 27-05-1781, jong ov.
Uit het 2e huw.:
6. Gijsbert van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 27-09/04-10-1789, get. Lena Dekker
7. Gerritje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 04/15-05-1791, ov. Utrecht 11-02-1860, tr.
Utrecht 11-05-1825 Johannes Frans Coenraad Mettmann, wed. Lena Maria van Kasteel,
kleermaker, zn. van Thomas Mettmann en Jeanette Paulina Bruch
8. Gerrit van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 04/27-01-1793
9. Hendrikje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 25-07/03-08-1794, ov. Amersfoort 16-04-
1868, tr. Driebergen 28-11-1816 Cornelis van den Brand , ged. Barneveld 11-08-1792,
schaapherder, ov. Amersfoort 27-01-1872, zn. van Jan Willemsz en Japikje Cornelissen
10. Marijtje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 28-09/16-10-1796, ov. Utrecht 01-09-1873, tr.
Amerongen 24-11-1826 Frederik van Meerten, geb./ged. Amerongen 01/07-12-1806,
wagenmaker, tabaksplanter, ov. Doorn 05-01-1847, zn. van Klaas van Meerten en Trijntje van
Rhee
11. Jannetje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 17-02/18-03-1798, ov. Woudenberg 14-07-
1826, ongehuwd
12. Betje van Ekeris, geb./ged. Woudenberg 09/29-11-1801
13. Jan van Ekeris/Eckeveld, ged. Amersfoort 11-08-1803, ov. Maarn 07-12-1870, tr. Doorn
01-02-1839 Hilletje van Duinen, geb. Voorthuizen 1814, ov. Maarn 18-06-1903, dr. van
Gerrit van Duinen en Willempje Reijers van Rootselaar
14. Catharina van Ekeris, ged. Amersfoort 24-04-1806, ov. Amerongen 19-08-1835, tr.
Amerongen 14-06-1833 Christoffel Blankestein, geb./ged. Amerongen 15-08/03-09-1809, ov.
Amerongen13-08-1835, zn. van Stoffel Blankestein en Maria Maters
IIIb
Kors Arissen van Ekris, ged. Woudenberg 11-04-1716, tr. Maartensdijk 16-03-1749
Hendrikje Cornelissen Spelt, ged. Maartensdijk 01-01-1721, dr. van Cornelis Jansz Spelt en
Aartje Splinters Snel
Uit dit huw.:
1. Cornelis van Ekris, ged. Maartensdijk 21-09-1749, ov. Maartensdijk 19-04-1810, tr.
Maartensdijk 20-02-1780 Aaltje Staal, geb. Maartensdijk, ov. Maartensdijk 30-12-1806, zn.
van Lammert Staal en Jannetje Versteeg
2. Arris van Ekris, ged. Maartensdijk 27-09-1750, tr. Baarn 05-11-1780 Hendrijntje van
Beerschoten, ged. Baarn 22-06-1738, dr. van Wouter Ariensz van Beerschoten en Maria
Gerrits van Herderwijk
3. Aartje van Ekris, ged. Maartensdijk 27-09-1750
4. Aartje/Ortje van Ekris, ged. Maartensdijk 17-10-1751, begr. Nieuw Loosdrecht 27-09-
1810, tr. Maartensdijk 22-02-1778 Gerrit van Beerschoten, ged. Maartensdijk 30-06-1748, zn.
van Wouter Ariensz van Beerschoten en Maria Gerrits van Herderwijk
5. Merrigje van Ekris, ged. Maartensdijk 12-11-1752, begr. Maartensdijk 22-02-1756
6. Gerrit van Ekris, ged. Maartensdijk 13-01-1754, volgt IVc
7. Jan van Ekris, ged. Maartensdijk 30-03-1755, jong ov.
8. Marretje van Ekris, ged. Maartensdijk 22-02-1756, begr. Leusden 05-08-1789, ongehuwd
9. Jan van Ekris, ged. Maartensdijk 20-02-1757, jong ov.
10. Gijsbertje van Ekris, ged. Maartensdijk 20-02-1757, ov. Loosdrecht 04-10-1831, tr.
Nieuw Loosdrecht Pieter Seldenrijk, ged. Niwue Loosdrecht 25-07-1751, ov. Loosdrecht 16-
07-1829, zn. van Rutger Pieters en Lijsbeth Willems Rademaker
11. Jacob van Ekris, ged. Maartensdijk 09-04-1758
12. Jan van Ekris, ged. Maartensdijk 20-07-1759
13. Jannetje van Ekris, ged. Maartensdijk 14-06-1761, ov. De Bilt 10-08-1836, tr. (1)
Maartensdijk Teunis Haarman, wed. Jannetje Vijselaar, geb. Nimmerdor, ged. Amersfoort 11-
02-1735, zn. van Teunis Jansz Haarman en Grietje van ´t Hoenderdaal, tr. (2) Maartensdijk
15-03-1789 Jan Staal, ged. Maartensdijk 26-04-1761, zn. van Lammert Staal en Jannetje
Versteeg
14. Aaltje van Ekris, ged. Maartensdijk 21-08-1763, jong ov.
15. Aaltje van Ekris, ged. Maartensdijk 14-10-1764
16. Arien van Ekris, ged. Maartensdijk 12-02-1769, begr. Maartensdijk 26-04-1790
IVc
Gerrit van Ekris, ged. Maartensdijk 13-01-1754, ov. Maartensdijk 25-12-1820, tr.
Maartensdijk 18-01-1784 Cornelia Jansen Versteeg, ged. Maartensdijk 24-03-1754, ov.
Maartensdijk 15-10-1824, dr. van Jan Cornelisz Versteeg en Aaltje Jans van Schaik
Uit dit huw.:
1. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 04-12-1784, volgt Va
2. Kors van Ekris, geb. Maartensdijk 12-11-1786, volgt Vb
3. Hendrikje van Ekris, geb. Maartensdijk 11-07-1789, tr. Maartensdijk 30-12-1812 Willem
Hol, geb. 1786, ov. De Bilt 05-10-1843, zn. van Hendrik Hol en Teuntje Hol
4. Aaltje van Ekris, geb. Maartensdijk 29-04-1792, tr. Abcoude Proosdij 21-09-1813 Arie
Hogenhout, geb. Baambrugge 1784, zn. van Klaas Hogenhout en Hendrika Bogaard
5. Ariaantje van Ekris, geb. Maartensdijk 14-07-1794, ov. Maartensdijk 03-03-1859, tr.
Maartensdijk 05-02-1817 Gerrit van Dijk, geb. 1793, ov. Maartensdijk 21-01-1876, zn. van
Arie van Dijk en Jacobje Vogel
Va
Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 04-12-1784, ged. Westbroek 05-12-1784, landbouwer in
Achttienhoven, ov. Maartensdijk 22-07-1856, tr. Maartensdijk 15-05-1808 Hendrijntje van
Dijk, ged. Maartensdijk 02-11-1786, ov. Maartensdijk 08-05-1864, dr. van Reijer Woutersz
van Dijk en Maria Geurtsen
Uit dit huw.:
1. Cornelia van Ekris, geb. Maartensdijk 10-09-1808, tr. Maartensdijk 30-10-1835 Cornelis
Vogel, geb. Maartensdijk 1795, zn. van Pieter Vogel en Hilligje van den Broek
2. Maria van Ekris, geb. Maartensdijk 04-10-1810, ov. ´s Graveland 09-01-1884, tr.
Maartensdijk 19-12-1834 Hendrik Vogel, geb. Maartensdijk 24-06-1802, landbouwer, zn. van
Pieter Vogel en Hilligje van den Broek
3. Gerritje van Ekris, geb. Maartensdijk (Achterwetering)17-09-1815, ov. ´s Graveland 17-01-
1871, tr. Maartensdijk 07-04-1843 Albert Roosendaal, geb. ´s-Gravenland 10-04-1806,
landbouwer, ov. ´s Graveland 21-01-1871, zn. van Teunis Roosendaal en Dirkje Bloemhof
4. Reijertje van Ekris, geb. Maartensdijk (Achterwetering) 26-01-1818, ov. Achttienhoven 01-
04-1876, tr. Maartensdijk 14-02-1845 Jan van Zijtveld, geb. Maartensdijk 21-02-1816, ov.
Achttienhoven 11-01-1897, zn. van Dirk van Zijtveld en Cornelia van Hootsen
5. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 07-05-1820, ov. Maartensdijk 25-12-1820, aan de
Achterwetering
6. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 25-11-1821, volgt Via
VIa
Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 25-11-1821, landbouwer op Beukenhove, ov.
Maartensdijk 28-08-1895, tr. Maartensdijk 27-10-1854 Jannetje Spelt, geb. Maartensdijk 19-
02-1835, ov. De Bilt 23-05-1907, dr. van Cornelis Spelt en Jannigje Bosch
Uit dit huw.:
1. Henderijntje van Ekris, geb. Maartensdijk 22-05-1855, tr. Maartensdijk 23-03-1881
Albertus Bos, geb. Hilversum 1858, zn. van Albertus Bos en Metje Timmerman
2. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 10-01-1857, veehouder, landbouwer, ov. Loendersloot 04-
10-1950, tr. Muiden 01-05-1885 Antje Post, geb. Muiderberg 25-06-1859, ov. Loendersloot
21-10-1936, dr. van Hendrik Post en Trijntje Roodhart
3. Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 01-08-1858, ov. Maartensdijk 18-02-1859
4. Jannetje van Ekris, geb. Maartensdijk 15-04-1860, tr. Maartensdijk 04-04-1888 Cornelis
Post, geb. Muiden 1857, dr. van Hendrik Post en Trijntje Roodhart
5. Cornelia van Ekris, geb. Maartensdijk 19-05-1862, tr. Maartensdijk 05-04-1882 Marinus
Anne Wilhelmus Verstegen, geb. Deil 1860, zn. van Jan Willem Verstegen en Elizabeth
Pietronella Hendrika Will. de Vlugt
6. Gerritje van Ekris, geb. 07-08-1863, ov. De Bilt 15-09-1948, tr. Maartensdijk 11-04-1889
Florus van Dijk, geb. Zeist 26-08-1847, ov. Zeist 03-04-1926, zn. van Gijsbert van Dijk en
Gerrigje Oskamp
7. Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 27-08-1864
8. Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 22-12-1865, volgt VIIa
9. Maria van Ekris, geb. Maartensdijk 12-11-1867, ov. De Bilt 19-03-1944, tr. Maartensdijk
18-02-1897 Jan Spinhoven, geb. Utrecht 1867, ov. De Bilt 02-07-1936, zn. van Nicolaas
Spinhoven en Teuntje Oskam
10. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 15-06-1869, veehouder, ov. Maartensdijk 19-06-1940,
tr. Maartensdijk 16-08-1894 Aartje Bos, geb. Maartensdijk 21-07-1871, dr. van Teunis Bos en
Aartje Floor
11. Adriana van Ekris, geb. Maartensdijk 03-10-1870, ov. Maartensdijk 10-12-1870
12. Jacob van Ekris, geb. Maartensdijk 29-11-1872, volgt VIIb
13. Teunis van Ekris, geb. Maartensdijk 06-03-1874, ov. Maartensdijk 23-03-1874
14. Reijertje van Ekris, geb. Maartensdijk 22-01-1876, ov. Vleuten 27-09-1937, tr.
Maartensdijk 25-04-1907 Nicolaas van Eck, geb. Zeist 20-12-1876, ov. Vleuten 12-02-1946,
zn. van Gijsbertus van Eck en Hendrika Lagerweij
VIIa
Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 22-12-1865, landbouwer op Groot Huistede ook wel
genaamd Leeuwenstein, ov. Woudenberg 13-10-1941, tr. Zeist 27-02-1896 Gerrigje van Dijk,
geb. Zeist 02-12-1861, ov. Woudenberg 11-05-1941, dr. van Gijsbertus van Dijk en Gerrigje
Oskamp
Uit dit huw.:
1. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 18-06-1897, tr. Stoutenburg 10-05-1928 Engelina van
Doorn, geb. Stoutenburg 08-05-1900, dr. van Jan van Doorn en Anna Dorrestijn
Uit dit huw. o.a.
1. Jan van Ekris, geb. Woudenberg 1938, ov. Woudenberg 22-07-1938
2. Gerritje Gijsberta van Ekris, geb. Woudenberg 16-11-1901, tr. Woudenberg 19-11-1925
Jan van Oosterom, geb. Baarn 05-01-1893, ov. Lage Vuursche 05-12-1970, zn. van Willem
van Oosterom en Cornelia Seldenrijk
VIIb
Jacob van Ekris, geb. Maartensdijk 29-11-1872, caféhouder te Scherpenzeel, ov. Scherpenzeel
02-12-1972, tr. Houten 02-05-1907 Alida Elisabeth van der Grift, geb. Houten 04-11-1875,
ov. Scherpenzeel 22-10-1956, dr. van Dirk van der Grift en Jannigje de Wit Lidm. Scherpenzeel: Jacob van Ekris, met attestatie van Maartensdijk 03-12-1925.
Uit dit huw.:
1. Jannetje Cornelia van Ekris, geb. Maartensdijk 03-02-1908, ov. Amersfoort 15-06-
1981, tr. Scherpenzeel en in de Grote Kerk 01-02-1935 Melis Veldhuizen, geb.
Amerongen 03-06-1906, landbouwer, zn. van Jan Veldhuizen en Grietje van Grootveld
2. Teuntje Jacoba van Ekris, geb. Maartensdijk 14-08-1909, tr. Scherpenzeel 24-05-
1934 Gerrit Mastenbroek, geb. Barneveld 02-07-1907, timmerman, zn. van Jan
Mastenbroek en Gerrigje van Maanen
3. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 01-09-1910, ov. Scherpenzeel 27-11-1989,
melkhandelaar, caféhouder in De Prins, tr. (1) Scherpenzeel 23-04-1942 Santje
Veldhuizen, geb. Woudenberg 25-12-1917, ged. in de Grote Kerk 10-03-1918, ov.
Amsterdam 11-01-1965, dr. van Jan Jakob Veldhuizen en Teuntje
Blaauwendraad/Pater, tr. (2) Scherpenzeel 18-06-1970 Martha Johanna van Sonderen,
ov. Amersfoort 30-07-1989
Lidm. Scherpenzeel 28-03-1899: Santje Veldhuizen, met attestatie vertrokken naar
Woudenberg april 1899, met attestatie van Woudenberg 03-12-1901, met attestatie
vertrokken naar Woubrugge dec. 1955, met attestatie van Woubrugge 15-04-1958.
Uit dit huw.:
1. Teuntje van Ekris, geb. Scherpenzeel 06-02-1943, tr. 06-12-1963 W.
Mandersloot
2. Jacob van Ekris, geb. Scherpenzeel 02-01-1945, tr. Barneveld 23-04-1970
Hendrika Marianne van de Heuvel, geb. Barneveld 14-09-1946
Uit dit huw.:
1. Jacob Gerrit van Ekris, geb. Barneveld 14-04-1971
2. Marinus Cornelis van Ekris, geb. Scherpenzeel 11-11-1975
3. Gerrit van Ekris, geb. Scherpenzeel 13-06-1951, tr. Zeist 11-07-1974 G.C.
van Valkengoed
4. Dirk Jacob van Ekris, geb. Maartensdijk 03-12-1911, garagehouder te Scherpenzeel,
ov. Amersfoort 04-02-1979, tr. Woudenberg 17-11-1938 Hendrika Wolfswinkel, geb.
Woudenberg 19-12-1914, dr. van Gerrit Wolfswinkel en Gerritje van de Pol
Uit dit huw.:
1. Alida Jacoba van Ekris, geb./ged. Scherpenzeel 01-03/21-05-1939, tr.
Scherpenzeel 30-11-1961, gescheiden van Jan Inkenhaag, geb./ged.
Scherpenzeel 26-09/24-12-1939, zn. van Jacob Inkenhaag en Willemina van
Rootselaar
2. Gerrit van Ekris, geb./ged. Scherpenzeel 07-04/29-06-1941, tr. Scherpenzeel
25-11-1964 Cornelia Willemina Maria Huijbers, geb. Amersfoort 05-09-1943
Uit dit huw.:
1. Marika Hendrika Gerarda Maria van Ekris, geb. Scherpenzeel 05-09-
1965
2. Frans van Ekris, geb. Scherpenzeel 25-11-1966
3. Jacob van Ekris, geb./ged. Scherpenzeel 19-11-1943/30-01-1944, tr.
Scherpenzeel Dina Elisabeth Wagensveld, geb./ged. Scherpenzeel 07-06-
1947/29-02-1948, dr. van Frans Wagensveld en Dina Elisabeth Gaasbeek
Uit dit huw.:
1. Dirk Jacob van Ekris, geb. Scherpenzeel 26-03-1972
2. Dina Elisabeth van Ekris, geb. 22-02-1974
4. Dirk Jacob van Ekris, geb. Scherpenzeel 04-06-1950, tr. Breskens 17-07-
1970 Jacoba Johanna Verduijn, geb. Breskens 11-05-1950
Uit dit huw.:
1. Suzanna Jacoba Maria van Ekris, geb. Scherpenzeel 01-11-1970
2. Jacoba Johanna van Ekris, geb. Amersfoort 27-10-1974
3. Hendrike van Ekris, geb. Amersfoort 27-10-1974
5. Gerda van Ekris, geb. Scherpenzeel 28-09-1952, tr. Hoevelaken 14-03-1972
Jan Wolter van de Brink, geb. Scherpenzeel 06-07-1952
6. Hendrik van Ekris, geb. Scherpenzeel 02-09-1954, tr. Veenendaal 04-11-
1977 Geertruida Hendrika van Manen, geb. Veenendaal 27-12-1958
Uit dit huw.:
1. Hendrik Jacob Jeroen van Ekris, geb. Scherpenzeel 17-12-1978
2. Wilhelmina Hendrika K. van Ekris, geb. Scherpenzeel 13-12-1980
3. Wendy van Ekris, geb. Amersfoort 22-11-1985
5. doodgeb. meisje, ov. Maartensdijk 29-05-1913
Vb
Kors van Ekris, geb. Maartensdijk 12-11-1786, landbouwer op Gardenweerd, ov.
Maartensdijk 28-11-1862, tr. Maartensdijk 17-09-1814 Cornelia van Mansum, geb.
Maartensdijk 26-02-1795, ov. Maartensdijk 08-03-1869, dr. van Jan van Mansum en Teuntje
Hol
Uit dit huw.:
1. Teuntje van Ekris, geb. Maartensdijk 10-03-1815, ov. Maartensdijk 07-07-1871, tr.
Maartensdijk 09-10-1835 Cornelis Versteeg, geb. Maartensdijk 1805, landbouwer, ov.
Tienhoven 09-02-1881, zn. van Jorden Versteeg en Jannigje van Maurik
2. Cornelia van Ekris, geb. Maartensdijk 01-12-1816, ov. Maartensdijk 19-07-1841, tr.
Maartensdijk 24-04-1840 Jacob Beek, geb. Lunteren 27-08-1815, ov. Soest 13-09-1908, zn.
van Teunis Jacobsen Beek en Maartje Cornelissen Kap. Jacob Beek, tr. (2) Maartensdijk 03-
05-1844 Jannetje de Kruijff, geb. Maartensdijk 09-04-1822, ov. Soest 02-05-1896, dr. van
Gijsbert de Kruijff en Mijntje Drieënhuijsen
3. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 23-09-1818, ov. Maartensdijk 24-10-1818
4. Jannetje van Ekris, geb. Maartensdijk 14-12-1819, ov. Kapel-Avezaath (Zoelen) 24-01-
1891, tr. Maartensdijk 11-08-1843 Cornelis van Zijtveld, geb. Maartensdijk 20-12-1821, ov.
Kapel-Avezaath (Zoelen) 12-12-1906, landbouwer, zn. van Dirk van Zijtveld en Cornelia
Hootsen
5. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 14-07-1822, ov. Maartensdijk 04-12-1901, tr.
Maartensdijk 08-11-1844 Aalbertha Haarmna, geb. Maartensdijk 17-12-1826, ov.
Maartensdijk 16-06-1878, dr. van Teunis Haarman en Helena van den Breul
6. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 01-11-1824, volgt VIb
7. Hendrikje van Ekris, geb. Maartensdijk 18-03-1830, ov. Maartensdijk 20-04-1830
8. Hendrikje van Ekris, geb. Maartensdijk 21-01-1834, ov. Maartensdijk 10-09-1866, tr.
Maartensdijk 10-08-1860 Jacob Haarman, geb. Maartensdijk 17-09-1831, landbouwer, ov.
Maartensdijk 29-07-1897, zn. van Teunis Haarman en Helena van de Brul
VIb
Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 14-07-1822, landbouwer, ov. Maartensdijk 24-08-1886
(door de bliksem getroffen), tr. Maartensdijk 12-06-1846 Adriana Spelt, geb. Groenekan
(Maartensdijk) 10-08-1825, ov. De Bilt 05-10-1903, dr. van Cornelis Spelt en Jannigje Bosch
Uit dit huw. o.a.
1. Kors van Ekris, geb. Maartensdijk 24-10-1846, ov. Maartensdijk 03-03-1847
2. Kors van Ekris, geb. Maartensdijk 28-11-1847, landbouwer, ov. Maartensdijk 17-01-1933,
tr. Maartensdijk 10-05-1894 Grietje Stitseler, geb. Barneveld 28-05-1858, ov. Maartensdijk
27-03-1933, dr. van Hendrik Stitseler en Maartje van Essen
3. Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 27-02-1849, volgt VIIc
4. Cornelia van Ekris, geb. Maartensdijk 02-08-1850, ov. De Bilt 17-11-1882, tr.
Maartensdijk 04-03-1874 Gerrit van der Krol, geb. De Bilt 14-11-1840, landbouwer, zn. van
Willem van der Krol en Maria Hoevelaken. Gerrit van der Krol, tr. (2) Maartensdijk 02-12-
1896 zijn schoonzuster Hendrika van Ekris, geb. Maartensdijk 29-01-1860, ov. Maartensdijk
15-07-1945
5. Jannetje van Ekris, geb. Maartensdijk 30-07-1852, ov. Willeskop 20-02-1891, tr.
Maartensdijk 04-12-1884 Jan Ariese Bos, geb. Willeskop 20-07-1850, landbouwer, ov.
Montfoort 06-12-1915, zn. van Jan Jansen Bos en Teuntje Verweij. Jan Bos, tr. (2) Willeskop
15-03-1893 Adriana Maria van der Vlist, geb. Benschop 10-05-1863, ov. Willeskop 25-05-
1944, dr. van Teunis van der Vlist en Aaltje Schep
6. Gerrit van Ekris, geb. Maartensdijk 26-09-1853
7. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 12-11-1854, ov. Maartensdijk 02-05-1856
8. Adriana van Ekris, geb. Maartensdijk 07-06-1856, ov. Utrecht 31-03-1888, ongehuwd
9. Hendrikje van Ekris, geb. Maartensdijk 13-07-1857, ov. Maartensdijk 16-09-1857
10. Jan van Ekris, geb. Maartensdijk 03-09-1858, ov. Maartensdijk 27-07-1894, tr.
Maartensdijk 20-04-1893 Neeltje Hoek, geb. Maartensdijk 03-02-1872, ov. Maartensdijk 10-
03-1937, dr. van Lambertus Hendrikzoon Hoek en Maria Antonia van Zijtveld. Neeltje Hoek,
tr. (2) Maartensdijk 24-11-1895 Wouter van Dijk, geb. Maartensdijk 18-01-1859, ov.
Maartensdijk 06-03-1939, zn. van Reijer van Dijk en Maria van Woudenberg
11. Hendrika van Ekris, geb. Maartensdijk 29-01-1860, ov. Maartensdijk 15-07-1945, tr.
Maartensdijk 02-12-1896 haar zwager Gerrit van der Krol, geb. De Bilt 14-11-1840,
landbouwer, zn. van Willem van der Krol en Maria Hoevelaken
12. Hendrikus van Ekris, geb. Maartensdijk 04-10-1862, ov. Maartensdijk 21-12-1862
VIIc
Cornelis van Ekris, geb. Maartensdijk 27-02-1849, landbouwer, ov. Scherpenzeel 05-10-1932,
begr. Glashorst, graf nr. 441, tr. Baarn 26-04-1883 Marretje Seldenrijk, geb. Baarn 18-07-
1859, ov. Woudenberg 11-12-1940, dr. van Teunis Seldenrijk en Maria Antonia Lam
Lidm. Scherpenzeel: Cornelis van Ekris en Marretje Seldenrijk, met attestatie van Hoogland april 1906.
Uit dit huw.:
1. Adriana van Ekris, geb. Achttienhoven 09-03-1884, ov. Ermelo 21-09-1958, tr.
Scherpenzeel 30-11-1916 Pieter van Oosterom, geb. Baarn 05-04-1882, landbouwer, ov. Ede
22-01-1943, zn. van Willem van Oosterom en Cornelia Seldenrijk
Lidm. Scherpenzeel: Adriana van Ekris, met attestatie van Ermelo 03-12-1913, met attestatie vertrokken
naar Ede mei 1917.
2. Teunis van Ekris, geb. Achttienhoven 02-03-1885, landbouwer te Scherpenzeel, ov.
Rhenen 11-10-1968, tr. Scherpenzeel 25-02-1915 Aaltje Wolswinkel, geb./ged. Scherpenzeel
12-09/30-10-1888, ov. Veenendaal 22-03-1970, dr. van Cornelis Wolswinkel en Maartje
Apeldoorn Vertrokken naar Hoevelaken, later naar Woudenberg.
3. Maria Anthonia van Ekris, geb. Achttienhoven 20-08-1886, ov. Loosdrecht 22-04-1961, tr.
Scherpenzeel 29-10-1914 Gijsbertus van den Bunt, geb. Maartensdijk 19-06-1887,
landbouwer, ov. Utrecht 07-04-1949, zn. van Jochem van den Bunt en Judith Floor
4. Jannetje van Ekris, geb. Achttienhoven 03-01-1888, ov. Zwammerdam 13-03-1959, tr.
Scherpenzeel 28-08-1913 Jan Verburg, wed. Marrigje Verduijn, landbouwer, geb.
Nieuwkoop 07-02-1875, landbouwer, ov. Zwammerdam 04-06-1957, zn. van Jan Verburg en
Geertje Verduijn Vertrokken naar Nieuwkoop onder Bodegraven.
5. Cornelia van Ekris, geb. Achttienhoven 03-05-1891, ov. Woudenberg 09-02-1965, tr.
Scherpenzeel 05-12-1918 Karel Versteeg, geb. Woudenberg 18-10-1881, landbouwer, ov.
Woudenberg 09-07-1945, zn. van Albertus Versteeg en Geertruida Wilhelmina van de
Lagemaat Lidm. Scherpenzeel: Cornelia van Ekris, met attestatie van Woudenberg december 1911.
6. Jan van Ekris, geb. Achttienhoven 12-10-1892, ov. Ede 19-03-1968, tr. (1) Ede 18-03-1932
Elisabeth van Butselaar, geb. Ede 01-08-1904, ov. Ede 23-06-1947, tr. (2) Ede 17-08-1950
Maria Hulshof, geb. Ede 11-08-1899
7. Marretje van Ekris, geb. Achttienhoven 12-04-1895, ov. Rietveld (ingeschr. te
Scherpenzeel) 16-06-1940, begr. Glashorst, graf nr. 166, tr. Scherpenzeel Gerrit van Setten,
geb. Scherpenzeel 12-12-1889, winkelier, koopman, graanhandelaar, ov. Amersfoort 11-08-
1967, zn. van Wilhelm Marinus van Setten en Elisabeth van Leersum. Gerrit van Setten, tr.
(2) Scherpenzeel 20-03-1941 zijn dubbele schoonzuster Corrigia Margaretha van Ekris, wed.
Wilhelm Marinus van Setten
8. Cornelis van Ekris, geb. Achttienhoven 21-09-1896, melkhandelaar, ov. Rotterdam 17-09-
1959, tr. Ede 13-11-1929 Evertje Mulder, geb. Ede 28-03-1901
9. Hendrika van Ekris, geb. Baarn 01-04-1898, tr. Scherpenzeel 13-01-1921 Willem Jan van
Harten, geb. Woudenberg 22-05-1891, molenaar, ov. Barneveld 27-09-1972, zn. van Willem
van Harten en Hendrika Boshuis
10. Pieter van Ekris, geb. Baarn 04-01-1900, ov. Woudenberg 23-04-1945 (op een landmijn
gelopen), ongehuwd
11. Corrigia Margaretha van Ekris, geb. Hoogland 06-03-1905, ov. Amersfoort 30-06-1983tr.
(1) Scherpenzeel 28-11-1929 Wilhelm Marinus van Setten, geb. Scherpenzeel 29-06-1905,
ged. in de Geref Kerk 23-07-1905, winkelier, kruidenier, winkelbediende, ov. Scherpenzeel
30-01-1940, tr. (2) Scherpenzeel 20-03-1941 haar zwager Gerrit van Setten, wed. Marretje
van Ekris, geb. Scherpenzeel 12-12-1889, winkelier, koopman, graanhandelaar, ov.
Amersfoort 11-08-1967, zn. van Wilhelm Marinus van Setten en Elisabeth van Leersum
Ekeris (6)
I
Claes Evertsz, ov. voor 1648, tr. NN
In 1621 verkoopt Henrick Bruijnen, voor de helft en Egbert Beniannis Janszoonen voor de andere helft
aan Clas Evertssz een woning in de Breestraat (Transportregisters 436-15; 11-05-1621).
In 1633 wordt Claes Evertsz, bouwman, genoemd als belending van een woning aan de Bredestraat te
Amersfoort (Transportregisters 436-17; 11-10-1633).
In 1648 worden de kinderen van Claes Evertsz te Woudenberg genoemd als belending van een woning
aan de Breedestraat te Amersfoort (Transportregisters 436-21; 19-08-1648).
Arrisge Aerts, gehuwd met Evert Claes, won. Woudenberg; Henrickge Meyns, jd, won. Derthuysen,
mede nagelaten dochter van Meyns Claes; Wouter Jans, won. Derthuysen, voor hemzelf en voor zijn
vrouw Willemtje Meyns, mede dochter van Meyns Claes; Aert Morren, won. Derthuysen, zich sterk
makende voor Claes Meynszn en Jan Meynszn, uitlandige zonen van Claes Meyns. Allen zijn mede-
erfgenamen van Claes Everts, hun schoonvader en bestevader (= grootvader). Zij machtigen Evert
Claeszn., hun man en oom ten behoeve van Catharina Hermans van Meeckeren, jongedochter en haar
erfgenamen vanwegen een portie van een woning in de Breedestraat, belend door Burgemeester
Draeckenburgh en Oth Aries van Schuyck (of Schayck) (Not. A. v. Brinckesteyn AT015a001, fol. 32;
16-03-1670).
Evert Claasz, won. Woudenberg x Arrisie Aerts, Henrikje Meijnz, j.d. won. Darthuizen, een mede
nagelaten dochter van Meijns Claas. Wouter Jans x Willemtje Meijns, ook een dochter van Meijns
Claasz, en Aert Morren, mede won. aldaar, die zich mede sterck maakte voor Claas en Jan Meijnz
uitlandige zoons van Meijns Claasz, tezamen mede erfgenamen van Claas Everts hun resp. schoonvader
en grootvader, mitsgaders de voornoemde Evert Claasz en Jan Meeusz tot Woudenberg won, als
mombers van de twee onmondige kinderen van Grietje Claas, mede-erfgenaam van Claas Everts,
verkopen aan Catharina Hermans van Mekeren een woning in de Bredestraat. [Amersfoort, transporten
436-27; 27-03-1670).
Uit dit huw.:
1. Evert Claesz, volgt II
2. Meijns Claesz, ov. voor 1670, tr. Beatrix Rijcks
In 1646 wordt Biatrix x Meijns Colaesz/Claesz door Willem Lubbertsz aangeklaagd wegens
kwaadsprekerij van Beatrix dat Willem een koe, die hij van haar man had gekocht, met geweld uit de
stal had gehaald. Borg voor Beatrix: Sander Huijbertsz (Recht. Arch. Scherpenzeel 2; fol. 234-238;
09/30-11-1646).
Uit dit huw.:
1. Claes Meijnsz, ged. Scherpenzeel 12-07-1640 In 1670 uitlandig.
2. Willemtje Meijns, ged. Scherpenzeel 11-12-1642, tr. Wouter Jans Westeneng In 1670 wonen zij in Darthuizen
3. Jan Meijnsz, ged. Scherpenzeel 26-09-1647 In 1670 uitlandig.
4. Henrickje Meijns, ged. Scherpenzeel 11-08-1650 In 1670 als jd, won. Darthuizen.
3. Grietje Claes, tr. (1) Steven Wolfsen, tr. (2) Arris Meeuwsz
II
Evert Claesz, ov. voor 1686, tr. Arrisge Aerts
In 1653 wordt Evert Claesz genoemd in het Slaperdijksgeldregister (blz. 12).
In 1686,1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 zijn de erfgenamen van Evert Claasz eigenaar van 8 morgen
land op Ekris. (Oudschildgeld Woudenberg 4c).
Uit dit huw.:
1. Claes Evertsz, volgt III
2. Hendrik Evertsen, landbouwer op Klein Landaas, tr. Woudenberg (otr. Scherpenzeel) 21-
08-1681 Jannitgen Everts van Davelaer, wed. Hendrick Jansen, dr. van Evert Hendricksen en
Roelofje Jans. Jannitgen Everts van Davelaer, tr. (3) Scherpenzeel (otr. Woudenberg) 21-10-
1694 Jan Willemsen van Neerwoud, won. Kleijn Landaes
In 1681 wordt Hendrick Everts genoemd als getuige bij huwelijk van Maeijtje Everts met Teunis
Jansen.
In 1686 is Hendrik Evertsen bruiker van Klein Landaes. Eigenaars zijn de Armen van Poth te
Amersfoort (Oudschildgeld Woudenberg nr. 19).
In 1693 in het haardstedegeld van Woudenberg blijkt hij al overleden.
In1697 heeft Hendrik Evertsen nog enkele onmondige kinderen. (Dorpsgerecht Doorn 528; 10-08-
1697).
3. Maagje Everts, ov. 19-07-1706, tr. Woudenberg 31-07-1681Teunis Jansz, in de Legeweij,
wed. Jantje Jans Lidm. Scherpenzeel 30-05-1680: Marije Everts, jd, won. Wittenberg, met attestatie van Woudenberg.
4. Grietje Everts, geb. Woudenberg ca 1672, ov./begr. Doorn 28-04/05-05-1697, tr. Doorn 12-
04-1696 Rochus (Petersz?) van den Meer. Lidm. reg. Woudenberg 1690: Grietje Everts, met attestatie vertrokken naar Doorn.
Compareerden voorden Gerechte van Doorn Claes Evertsz, Teunis Janse als in huwel[ijck]
hebbende Maechje Everts, ende Sander Francen als getrouwt hebbende, Willemijntjen Everts,
te samen voor haer selven, ende noch als mombers over de onmundige kinderen van Hendrick
Everts alle Erfgenamen van grietjen everts ter eenre, ende Rochus van Meer wedr ende
Boedelharder vande voorn[oemde] Grietje Everts ter andere sijde, te kennen gevende dat de
voornoemde grietjen everts op den 28e Aprill deses Jaers 1697 deser werelt is comen te
ov[er]lijden, nalaten[de] tot haer weduwenaer ende boedelharder den laetsten Compnt, ende
tot hare Erfgen[amen] de eerste Compnten, ende hebben sijlieden naer rijpe examinatie
van[den] staet des boedels vande voornde rochus van Meer ende sijn ov[er]leden huijsvrouw
door intercessie van goede vrienden met den anderen geaccordeert in manieren hier naer
volgen[de] alse dat de eerste compnten als erfgen[amen] vande voornoemde Grietje Everts
naer haer sullen nemen alle de effecten de boedels bij haer nagelaten, breder bij Jnventrs
geexpresseert, gene vandien uijtgesondert, behalven het voordeel hem competeren[de], gereet
gelt, ses tinne tafelborden, en des laetsten compnts moff, alsmede de goude haernaelt en witte
rock aen Maria Roeloffs van Achterberch bij de voorn[oemde] Grietje Everts in Extinctie van
haer diensten besproocken, waer tegens sijlieden eerste compnten aende laetste compnt
beloven te voldoen een somme van een hondert tachtigh gul[den] te betalen hondert gulden op
Corsmis aenstaende deses Jaers 1697 ende de alsdan resterende tachtigh gul[den] op meij des
aenstaende Jaers 1698 vorders beloven sijlieden eerste Compnten den laetsten Compnt aff te
houden van alle lasten des boedels gene vandien uijtgesondert alsmede van vijftigh gul[den]
bij de voornde Grietje Everts zar aen[den] Diaconie alhier tot Doorn besproocken dewelcke
sijlieden bij desen beloven op victoris aenstaende te voldoen ende den laetsten Comparant
daer van te jndemneren cost ende schadeloos te houden, onder welcke lasten mede begrepen
sijn, den betaelden rouw bij Jnvents gemelt, ’t welck den laetsten Compnt heeft betaelt, tot
nacominge deses verbinden partijen Compnten hare personen ende goederen deselve
onderwerpende den Ed: Hove van Utrecht ende allen anderen heren hoven rechteren ende
Gerechten, Versoeckende hier van acte die is dese, Aldus gedaen ende gepast voor Adriaen
van Ossenberch Schout, Harmen van Holten, en Pieter Bus Schepenen op den 10e Aug: 1697
Mij present sectrs: J:V:Dam
In margine van deze acte staat: Copie Ontfangen bij mijn Ondergesz uijt handen vande
Erfgen[amen] van grietjen everts de so[mm]e v[an] een hondert gul[den] in voldoe[ninge]
vanden eersten termijn in dese bovenstaen[de] accoorde begrepen, ende in minderinge
van[den] selven een hondert tachtigh gulden act[um] Doorn den 2e Jary 1698 ende was ondert
Rochus van Meer, Copie Ontfangen bij mijn Ondergess: Rochus van Meer uijt handen als
boven de somme van tachtigh gul[den] als resten in voldoe van[den] desen uijtcoop, Actum
Doorn den 23e April 1702 ende was ondertt Rochus van Meer (Dorpsgerechten Doorn 528,
529 en 534; 10-08-1697).
Geen kinderen.
5. Willemijntje Everts, van Ekris, tr. Scherpenzeel 05-11-1676 Aelbert Petersen, op Wittenberg,
ov. voor 1689, zn. van Peter Teunissen van Wittenberg en Barbara NN, tr. (2) Scherpenzeel 05-
11-1693 Sander Franssen 'langh gewoond hebbende op Bruijnhorst'
III
Claes Evertsz, van Kleijn Brandtaes (Landaes?), tr. Woudenberg 06-02-1687 Willemijntje
Errissen, van Woudenberg
In 1676 is Claes Evertsen getuige bij het huwelijk van zijn zuster Willemijntje.
In 1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 is Claas Evertsen buiker en in 1735 eigenaar en bruiker van 8
morgen land op Ekris. In 1745 in zijn weduwe eigenaar en bruiker (Oudschildgeld Woudenberg 4c).
In 1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 is Claas Evertsen buiker en in 1735 eigenaar en bruiker van 1 ¾
morgen land op Klein Groenewoude. In 1745 in zijn weduwe eigenaar en bruiker (Oudschildgeld
Woudenberg 44b).
In 1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 is Claas Evertsen buiker en in 1735 eigenaar en bruiker van 6
morgen land op Ekris. In 1745 in zijn weduwe eigenaar en bruiker (Oudschildgeld Woudenberg 85a).
In 1696, 1706, 1716, 1719 en 1725 en 1735 is Claas Evertsen buiker en in 1735 eigenaar en bruiker van
6 morgen land op Ekris. In 1745 in zijn weduwe eigenaar en bruiker (Oudschildgeld Woudenberg 87).
De erfgenamen van Jantje Cornelis verzoeken taxatie van de helft van een zestiende deel van 10 morgen
land op Ekeris. Gebruikt door Claas Evertsen. Geschat op 40 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2346,
fol. 84; 01-11-1728).
Registratie van een verkoop voor Frederik Adriaan, baron van Rheede, vrijheer van Renswoude en
Emminckhuijsen. Willem Lagerweij, secretaris van Woudenberg en Geerestein, schout van
Overlangbroek namens Maasje Gijsbertsen, wed. Aart Jansen; namens Aart van Leersum, Willem
Suurhorst en zijn vrouw Geertruij van Leersum, David Holswilders en zijn vrouw Lucretia van
Leersum, erfgenamen van hun oom Aart Jansen verkoopt aan Klaas Evertsen 1 ¾ morgen land,
genaamd Ekeris. (Recht. Arch. Woudenberg 2346, fol. 127, 127vo; 26-02-1732).
In 1735 is Claas Evertsen eigenaar en bruiker van 1 ¾ morgen land op Klein Groenewoude. In 1745 in
zijn weduwe eigenaar en bruiker (Oudschildgeld Woudenberg 54b2).
Uit dit huw.:
1. Merritje Claassen, ged. Woudenberg 22-01-1688, get. Willemijntje Aarts De erfgenamen van Maijtje Klaas laten een zesde deel van ca. twee morgen land op Ekeris taxeren.
Geschat op 40 gulden. (Dorpsgerecht Geerestein 689, blz. 4; 10-12-1720).
2. Erris Claassen, ged. Woudenberg 26-02-1693, get. Fransje Peters, volgt IVa
3. Grietje Claassen, ged. Woudenberg 08-01-1699, get. Fransje Peters
4. Hendrik Claasz van Ekris, ged. Woudenberg 16-10-1701, get. Neeltje Anthonissen, volgt
IVb
5. Evert Claasz van Ekris, ov. voor 1764
Genoemd als getuige bij het huw. van zijn broer Hendrik in Scherpenzeel 1747.
In 1762 laten Hendrik Claassen van Ekeris, wed. Hilligje Cornelissen van Dashorst en Evert Claassen
van Ekeris, beiden won. op Ekeris hun testament op de langstlevende maken (Not. H. Lagerweij,
Utrecht, UT209a001, nr. 138; 20-02-1762). In 1763 wordt dit testament door Evert bekrachtigt (Not. H.
Lagerweij, Utrecht, UT209a001, nr. 142; 21-11-1763).
De erfgenamen van Evert Claasen laten 1/3 deel van een hofstede met huis, berg en schuur met 16
morgen land op Ekeris taxeren. Geschat op 825 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 8; 23-07-
1764).
De erfgenamen van Evert Claasen laten 1/8 deel van 10 morgen land, genaamd Weijmkomsland
taxeren. Geschat op 150 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 8; 23-07-1764).
IVa
Erris Claassen, ged. Woudenberg 26-02-1693, tr. Woudenberg 25-10-1722 Cornelia Jans van
Ginkel, ged. Woudenberg 27-01-1697, dr. van Jan Thijsz van Ginkel en Merritje Lamberts
Lagerweij In 1749 en 1751 is Cornelia Jans van Ginkel doopgetuige bij twee kinderen van haar dochter Maria.
Uit dit huw.:
1. Willemijntje Errissen van Ekeris, ged. Woudenberg 15-08-1723, ov. Woudenberg 30-01-
1814, tr. Leersum (otr. Woudenberg) 04-05-1766 Hendrik van Leeuwen, wed. Petronella
Robberts van ´t Ederveen, won. Geerestein
Lidm Woudenberg 18-04-1753: Willemeijntie Errisz van Ekeris. Rijk Schouten en zijn vrouw Aaltje van der Horst verkopen aan Evert Errissen van Ekeris een huisje en
hof aan de zuidzijde van de Schanserdijk, op het oosteinde in de Nieuwe Uitleg. Gehuurd door Peter
van der Wiel. Huurakte vernieuwd in 1762. Oost: Antoni Packouw, west: Peter van der Wiel. Belast
met een erfpacht van 6 gulden aan de Heer van Geerestein. Titel van aankomst; gekocht op 04-09-1770
van Hendrik van Leeuwen en zijn vrouw Willemina Errissen van Ekeris. Onderhandse koopakte d.d.
12-09-1774. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 125, 126; 17-08-1775). Lidm. reg. Woudenberg 1805: Willemijntje Errisd van Ekeris, wed. H. van Leeuwen.
2. Maria Errissen van Ekris, ged. Woudenberg ca. 1724, begr. Woudenberg 05-03-1808, tr. (1)
Woudenberg 26-01-1749 Jan Riksz van Egdom, ged. Scherpenzeel 28-11-1706, landbouwer op
Egdom het eerste, begr. Woudenberg 03-01-1771, zn. van Rijck Gerritsen en Marritje/Merrigje
Jans, tr. (2) Woudenberg 10-11-1771 Willem Jacobsz Verbeek, ged. Scherpenzeel 26-10-1732,
op ´t Broek, begr. Woudenberg 29-12-1783, zn. van Jacob Cornelissen en Geertje Arissen Testament van Evert Errissen, wed. Gerritje Geurtsen, won. op Egdom, onder Woudenberg. Enige
erfgenamen: zijn zwager en zuster Willem Jacobsen van de Beek en zijn vrouw Maria Errissen, won. op
Egdom, onder Woudenberg. Zij moeten de nalatenschap laten taxeren en, na aftrek van de schulden,
jaarlijks 3 % van het overgebleven bedrag uitkeren aan zijn zuster Willemijntje Errissen, wed. Hendrik
van Leuwen, won. Woudenberg. Octrooi Utrecht d.d. 01-10-1774. Gedaan op Egdom, onder
Woudenberg. Getuigen: Hendrik van Dijk, Gerrit de Cruijff en Elbert de Cruijff. (Notarieel
Woudenberg 2463, Nr. 130, f. 87-88vo; 22-01-1794).
Lidm. Woudenberg 15-10-1799: Maria van Ekeris hv Willem Jacobsz Verbeek.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Maria van Ekeris wed. W. J. Verbeek.
3. Jan Errissen, ged. Woudenberg 23-06-1726, get. Merritje, jong ov.
4. Errisje Errissen, ged. Woudenberg 14-11-1728, get. Evertje Hendriks, ov. 1771, tr.
Woudenberg 16-06-1754 Christoffel Roll, won. Gerestein, ged. Woudenberg 02-01-1718,
rademaker, zn. van Jacobus Roll en Antonia van Domselaer
Lidm. Woudenberg: Errisje Errisz van Ekeris, met attestatie van Delft 01-04-1754.
In 1755, 1758, 1760 en 1762 is Errisje Errisz van Ekeris doopgetuige bij haar zuster Maria.
Lidm. reg. Woudenberg 1768: Errisje Errisz van Ekeris.
Christoffel Rol, wed. Errisje van Ekeris, aan de ene zijde; Elbert van de Put en zijn vrouw Anthonija
Rol, Erris Rol, getrouwd met Hendrina de Bree, aan de andere zijde. Christoffel Rol heeft zijn dochter
Anthonija Rol op d.d. 25-06-1784 voor not. A. Voskuijl te Amersfoort het erfdeel van haar moeder
uitgekeerd. De onroerende goederen zijn getaxeerd op 2050 gulden. Het materiaal en gereedschap voor
de wagenmakerij op 253 gulden. De inboedel op 268 gulden. Uiteindelijk wordt er 2444 gulden 11
stuivers verdeeld. Er is ook nog een dochter geweest, Jacoba Rol. Met verklaring van Elbert van de Put
en zijn vrouw Anthonija Rol dat Christoffel Rol hen 107-8-8 gulden restschuld heeft uitgekeerd uit de
nalatenschap van Errisje van Ekeris d.d. 15-01-1786. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 2, 3, 4, 5;
24-11-1785).
Christoffel Rol, won. Woudenberg laat zijn testament maken. Erfgenaam voor de helft: zijn zoon Erris
Rol; voor de wederhelft: zijn dochter Antonia Rol, getrouwd met Elbert van de Put, won. Barneveld.
Executeur: zijn zoon Erris Rol. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 41, 42, 43, 44, 45; 17-04-1787).
(Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2357, blz. 87, 88, 89, 90, 91, 92, 93; 17-04-1787).
Christoffel Rol, wed. Errisje van Ekeris, won. Woudenberg laat zijn testament maken. Zoon Erris Rol,
getrouwd met Hendrijntje de Bree, krijgt zijn huis, berg, tabaksschuur, hof met tabakskisten met de
litten ten zuiden van de Voorstraat, door hem en zijn zoon en dochter bewoond. Oost: de weduwe van
Hendrik Koudijs, west: Barend Moesbergen. Recht op anderhalf schaar weidens op de meent. Erris Rol
heeft al 600 gulden voor het huis betaald en hoeft niets meer in de boedel in te brengen. Antonia Rol,
verlaten vrouw van Elbert van de Put, stemt in met dit testament. (Dorpsgerecht Woudenberg 2348, blz. 160, 161; 04-04-1792). (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2357, blz. 123, 124, 125; 04-04-1792).
5. Jan Errissen, ged. Woudenberg 09-09-1731, get. Maria Jans van Ginkel, begr. Woudenberg
17-12-1791, tr. Leersum 20-03-1763 Fijtje van Soest, ged. Leersum 17-04-1735, begr.
Leersum 21-01-1773, dr. van Claas Gerritz van Soest en Jannigje Dirks van Woudenberg
Jan Errissen van Ekeris, wed. Fijgje van Soest, voor zich en als voogd van zijn twee minderjarige
kinderen Erris en Jannigje Jans van Ekeris, verkoopt aan Cornelis Petersen van Dashorst een huis, berg,
twee schapenhokken, een wagenschuur, bakoven, varkensschot, hof en hofstede met ca. 17 morgen land
op Ginkel onder Leersum. Oost: Hendrik van Geijtenbeek, west: de heij of het gemeene veld, zuid:
Aard van Ginkel, noord: de kinderen van Lammert Jansen van Ginkel. En nog ruim drie morgen
weiland met de weg en sloot ten westen aan de Haar onder Woudenberg. Oost en noord: Gerrit
Hendriksen van Velthuijsen c.s., west: Teunis Evertsen, zuid: de kinderen van Lammert Jansen van
Ginkel. Samen voor 1800 gulden. Koopakte d.d. 09-11-1754. (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg
2361, blz. 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44; 22-01-1778). (Geprotocolleerd in: Dorpsgerecht Woudenberg
2347, blz. 150, 151; 22-01-1778).
In 1778 verkopen Jan Errisse van Ekeris, wed Fijgje van Soest als vader en voogd van zijn twee
minderjarige kinderen Erris van Ekeris en Jannigje Jans van Ekeris aan Cornelis Peterse van Dashorst
en zijn vrouw en hun beide erfgenamen zekere huijzinge, berg, twee schaaphokken een wagenschuur
bakoven en een varkenschot hof en hofstede met de bouw- en heijvelden groot 17 morgen te Ginkel.
(Dorpsgerecht Leersum 2482; 16-02-1778).
Uit dit huw.:
1. Erris Jansz van Ekeris, ged. Leersum 01-01-1764, tr. (otr. Woudenberg) Leerum 18-
11-1804 Errisje van Ginkel, geb. Leersum
2. Klaas Jansz van Ekeris, ged. Leersum 04-08-1765, ov. voor 1778
3. Jannigje Jans van Ekeris, ged. Leersum 16-11-1766
6. Klaas Errissen, ged. Woudenberg 05-09-1734, get. Maria Jans van Ginkel, landbouwer op
´t Zandgat, tr. Woudenberg 04-06-1780 Johanna van Ingen, geb. Woudenberg in de
Achterstraat, ged. Scherpenzeel 14-10-1753, dr. van Anthonie van Ingen en Johanna van der
Vliet In 1781 wordt een acte van indemniteit afgegeven door Woudenberg voor Klaas Errisse van Ekeris en
Hanna Teunisse van Ingen. Accordeert met het origineele getekende, ter secretarije van Leersum 1790.
Uitgeleverd uit Darthuizen 22-3-1791 (Dorpsgerecht Darthuizen 514; RHC ZOU, arch.nr. 35, inv.nr.
48; 28-12-1781).
7. Evert Errisz van Ekeris, ged. Woudenberg 05-05-1737, begr. Woudenberg 08-01-1799, tr.
Woudenberg 25-09-1774 Gerritje Geurtsen, wed. Evert Aertsz, ged. Woudenberg 26-03-1702,
ov. Woudenberg 05-02-1780, dr. van Geurt Arisz en Hendrijn Cornelissen Brom (zie boven) Testament op de langstlevende van Evert Errissen en zijn vrouw Gerritje Geurtsen, won. Geerestein.
Octrooi Utrecht d.d. 01-10-1774. Het tweede testament van Gerritje Geurtsen en haar eerste man Evert
Ariense d.d. 09-02-1763, voor het gerecht van Geerestein, wordt teniet gedaan. Het eerste testament op
de langstlevende tussen Gerritje Geurtsen en haar eerste man Evert Ariense d.d. 07-02-1733, voor het
gerecht van Geerestein, wordt weer van kracht. Getuigen: Teunis Bosch en Evert Teunisse Bosch.
(Notarieel Woudenberg 2462, Nr. 12, fol. 61-62vo; 11-10-1774). Rijk Schouten en zijn vrouw Aaltje van der Horst verkopen aan Evert Errissen van Ekeris een huisje en
hof aan de zuidzijde van de Schanserdijk, op het oosteinde in de Nieuwe Uitleg. Gehuurd door Peter
van der Wiel. Huurakte vernieuwd in 1762. Oost: Antoni Packouw, west: Peter van der Wiel. Belast met
een erfpacht van 6 gulden aan de Heer van Geerestein. Titel van aankomst; gekocht op 04-09-1770 van
Hendrik van Leeuwen en zijn vrouw Willemina Errissen van Ekeris. Onderhandse koopakte d.d. 12-09-
1774. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 125, 126; 17-08-1775).
Taxatie van de goederen van Gerritje Geurtsen, ov. Woudenberg 05-02-1780. 1. De helft van 1000
gulden geleend aan Willem van Altena. Onderpand: zijn huis, bergen, schuur, hof en hofstede met ca.
19 morgen land in Zuiderbroek onder Geerestein. Aangebracht voor de 20e penning door Evert Errissen
van Ekeris, weduwnaar van Gerritje Geurtse. 2. De helft van een huis en hof ten zuiden van de
Schanserdijk, in de Nieuwe Uitleg. Het huis staat op erfpachtgrond voor 6 gulden per jaar. Geschat op
100 gulden. (Recht. Arch. Woudenberg 2347, blz. 181, 182; 24-03-1780 en 18-05-1780). (Origineel in:
Dorpsgerecht Woudenberg 2355, blz. 30, 31, 32; 24-03-1780 en 18-05-1780).
Testament van Evert Errissen, wed. Gerritje Geurtsen, won. op Egdom, onder Woudenberg. Enige
erfgenamen: zijn zwager en zuster Willem Jacobsen van de Beek en zijn vrouw Maria Errissen, won. op
Egdom, onder Woudenberg. Zij moeten de nalatenschap laten taxeren en, na aftrek van de schulden,
jaarlijks 3 % van het overgebleven bedrag uitkeren aan zijn zuster Willemijntje Errissen, wed. Hendrik
van Leuwen, won. Woudenberg. Octrooi Utrecht d.d. 01-10-1774. Gedaan op Egdom, onder
Woudenberg. Getuigen: Hendrik van Dijk, Gerrit de Cruijff en Elbert de Cruijff. (Notarieel
Woudenberg 2463, Nr. 130, f. 87-88vo; 22-01-1794).
8. Thijs Errissen, ged. Woudenberg 25-10-1739, get. Aaltje Blotenburg
9. Arris Errissen, ged. Woudenberg 01-01-1741, get. Maria van Ginkel, tr. Goudswaard 10-
11-1769 Ariaantje de Ruiter, dr. van Gerrit de Ruiter
IVb
Hendrik Claasz van Ekeris, ged. Woudenberg 16-10-1701, begr. Woudenberg 11-04-1776, tr.
(1) Scherpenzeel (otr. Woudenberg) 19-02-1747 Hilletje Cornelissen van Dashorst, ged.
Scherpenzeel 26-02-1708, dr. van Cornelis Cornelissen en Marijtje Everts, tr. (2) Woudenberg
03-10-1762 Dirkje Teunissen van de Wetering, ged. Woudenberg 15-04-1736, begr.
Woudenberg 17-10-1810, dr. van Teunis Gerritsz van de Wetering en Gerritje Knopper.
Dirkje Teunissen van de Wetering, tr. (2) Woudenberg 18-08-1776 Saar Gerritsz Kleinveld,
ged. Woudenberg 25-12-1740, begr. Woudenberg 17-07-1804, zn. van Gerrit Gerritsz
Kleinveld en Annigje Cornelissen Knopper
In 1762 laten Hendrik Claassen van Ekeris, wed. Hilligje Cornelissen van Dashorst en Evert Claassen
van Ekeris, beiden won. op Ekeris hun testament op de langstlevende maken (Not. H. Lagerweij,
Utrecht, UT209a001, nr. 138; 20-02-1762).
In 1775 is Zaar Gerritsen Kleinveld eigenaar en bruiker van 1 ¾ morgen land op Klein Groenewoude.
(Oudschildgeld Woudenberg 44b).
In 1775 is Zaar Gerritsen Kleinveld eigenaar en bruiker van 6 morgen land op Ekris (Oudschildgeld
Woudenberg 85a).
In 1775 is Zaar Gerritsen Kleinveld eigenaar en bruiker van 6 morgen land op Ekris (Oudschildgeld
Woudenberg 87).
In 1775 is Zaar Gerritsen Kleinveld eigenaar en bruiker van 1 ¾ morgen land op Klein Groenewoude.
(Oudschildgeld Woudenberg 54b2).
Dirkje van de Wetering, wed. Zaar Kleijnveld (ov. 15-07-1804 op het Veldhuisje), won. op het
Veldhuisje op Ekeris, aan de ene zijde. Zoon Gerrit Zaaren Kleijnveld, getrouwd met Aartje van
Barneveld, won. op Ekeris, ter andere zijde. Er zijn nog vier kinderen: Claas van Ekeris, Evertje van
Ekeris, getrouwd met Reijer Jansen, Gerritje van Ekeris, getrouwd met Willem van Zoest, Willemijntje
van Ekeris, kinderen uit het huwelijk van Dirkje van de Wetering en Hendrik van Ekeris. Dirkje van de
Wetering krijgt de hofstede met het getimmerte, genaamd het Veldhuisje. Belast met een uitgang aan de
broederschap te Woudenberg, 28 jaar niet betaald. Belast met een tijns aan Huis Renswoude. En ruim 4
morgen land in Weinkom en de inboedel en veldgewas. Verder de stoel en het graf van haar man in de
kerk. Alles tegen uitkering van 950 gulden aan Gerrit Zaaren Kleijnveld. Hij neemt de begrafeniskosten
van zijn vader op zich, evenals de kosten van notaris Cornelis Suijck. Er zijn nog 293 gulden
gemeenschappelijke onkosten gemaakt, waarvan ieder de helft betaalt. De boedelscheiding na overlijden van Hendrik van Ekeris vond plaats op 04-07-1776. Er zijn huw.
voorw. gemaakt voor notaris Antonij Voskuijl. De onkosten zijn vastgelegd d.d. 23-04-1805 door
notaris Arnoldus van Geijtenbeek. (Dorpsgerecht Woudenberg 2349, blz. 156, 157, 158, 159, 160, 161;
07-11-1804). (Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2358, blz. 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89, 90, 91, 92,
93; 07-11-1804).
Dirkje van de Wetering, eerder weduwe van Hendrik van Ekeris, laatst weduwe van Zaar Kleinveld laat
haar boedel scheiden tussen haar, haar zoon Klaas van Ekeris uit haar eerste huwelijk en haar kinderen
uit het tweede huwelijk. Zoon Klaas van Ekeris en schoonzonen Reijer Jansen en Willem van Zoest
worden aangesteld als voogden over haar innocente dochter Willemijntje van Ekeris. Taxateurs: Jacob
van Leusden, schepen en Matthijs Lagerweij, gerechtsbode. Huis, hof en hofstede en land, genaamd het
Veldhuisje, wordt getaxeerd op 2350 gulden. De inboedel en veldgewas op 2167 gulden 5 stuivers.
Schulden: 800 gulden aan Tijmen Rutten van Ginkel; 60 gulden aan Erris van Ekeris; 500 gulden aan
Klaas van Ekeris wegens uitkoop van zijn halfbroer Gerrit Kleinveld. Blijft over: 8-12-6 gulden.
Klaas van Ekeris krijgt de helft van de boerderij met inboedel voor het getaxeerde bedrag. Reijer Jansen
en Willem van Zoest krijgen ieder 2/8 deel. Klaas van Ekeris koopt hen uit voor 400 gulden ieder, dus
totaal 800 gulden. Klaas van Ekeris zal zijn moeder en innocente zus hun leven lang kost en inwoning
geven. Daarvoor krijgt hij het erfdeel van zijn zus. De boedel is getaxeerd door Jacobus van Leusden,
schepen en Matthijs Lagerweij, gerechtsbode (Dorpsgerecht Woudenberg 2349, blz. 162, 163, 164, 165,
166, 167, 168, 169, 170, 171; 18-03-1805). Uit het 2
e huw.:
1. Willemijntje Hendriks van Ekeris, ged. Woudenberg 04-09-1763, get. Anna Teunissen van
de Wetering, ov. Woudenberg 03-02-1822, innocent, ongehuwd
2. Klaas Hendriksz van Ekeris, ged. Woudenberg 08-09-1765, get. Anna Teunissen van de
Wetering, volgt V
3. Gerrigje Hendriks van Eekris, ged. Woudenberg 20-04-1767, get. Anna Teunissen van de
Wetering, ov. Woudenberg 04-03-1825, tr. Woudenberg 04-11-1804 Willem van Soest, geb.
Leusden 1763, landbouwer op Klein Lagerweij, ov. Woudenberg 06-08-1816, zn. van NN en
Aaltje Breeschoten Lidm. Woudenberg 16-09-1789: Gertje van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Gertje van Ekeris hv W. v. Zoest.
Peter van Ekeris, won. op Mandersloot onder Maarn verkoopt aan Willem van Soest en zijn vrouw
Gerritje van Ekeris, won. op de Kleine Lageweij huis, bakhuis, wagenschuur, korenberg, hof,
boomgaard en 8 morgen land, genaamd de Kleine Lageweij. Oost: Tijmen van de Lagemaat c.s., west:
het land van de hofstede aan de Haar, zuid: Wulpher van Apeldoorn, noord: de kinderen van Ottho van
Geijtenbeek. Er hoort nog meer land bij, liggende onder een ander gerecht. Koopakte d.d. 04-01-1804.
(Dorpsgerecht Woudenberg 2349, blz. 172, 173; 02-04-1805).
Willem van Zoest en zijn vrouw Gerritje van Ekeris, won. Kleijne Lageweij laten hun testament maken.
(Origineel in: Dorpsgerecht Woudenberg 2357, blz. 259, 260, 261, 262; 27-12-1805). 4. Evertje Hendriks van Ekeris, ged. Woudenberg 09-04-1769, ov. Scherpenzeel 29-12-1843,
begr. Scherpenzeel 02-01-1844, tr. 1796 Reijer Jansz van Ginkel, wed. Dirkje Jansen, ged.
Lunteren 13-07-1738, ov. Woudenberg 10-10-1828, won. Leusden, zn. van Jan Gerritsz van
Ginkel en Lijsje/Elisabeth Jans van de Wetering Lidm. Woudenberg 22-04-1788: Evertje van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Evertje van Ekeris hv R. Jansen v. Ginkel.
V
Klaas Hendriksz van Ekeris, ged. Woudenberg 08-09-1765 , landbouwer op ´t Veldhuisje, ov.
Woudenberg 15-03-1842, tr. Woudenberg 21-01-1815 Maria van Ekeris, geb./ged.
Woudenberg 09/20-04-1788, ov. Woudenberg 08-05-1884, dr. van Cornelis Ariensz/Aartsen
van Ekeris en Hanna Cornelissen van Egdom (zie Ekris (2) IVb6) Lidm. Woudenberg 16-09-1789: Klaas van Ekeris.
Lidm. reg. Woudenberg 1805: Klaas van Ekeris.
Lidm. Woudenberg april 1810: Maria Cornelisse van Ekeris.
Uit dit huw.:
1. Dirkje van Ekeris, geb. Woudenberg 02-08-1816, ov. Lunteren 05-03-1902, tr. (1)
Woudenberg 11-03-1848 Willem Jonker, geb. Epe 12-04-1827, smid, zn. van Hendrik Jonker
en Gerritje van den Esschert, tr. (2) Ede 22-11-1851 Gerrit Jan Koops, geb. Ede 1825,
smidsknecht, zn. van Lammert Koops en Willemijntje Bussing
2. Cornelis van Ekeris, geb. Woudenberg 16-10-1818, ov. Woudenberg 11-06-1896,
ongehuwd
3. doodgeb. kind, ov. Woudenberg 20-03-1821
4. Johanna van Ekeris, geb. Woudenberg 05-05-1822, ov. Renswoude 19-08-1856, tr.
Woudenberg 13-07-1850 Evert van Kolfschoten, geb. Doorn 15-01-1815, zn. van Lammert
van Kolfschoten en Jannigje van der Vliet
5. Hendrika van Ekeris, geb. Woudenberg 14-04-1825, ov. Woudenberg 17-01-1911, tr.
Woudenberg 13-07-1850 Cornelis van Elven, geb. Nijkerk 26-05-1826, smid, ov.
Woudenberg 27-05-1898, zn. van Aris van Elven en Jannetje Visser
6. Hendrik van Ekeris, geb. Woudenberg 22-12-1827, ov. Woudenberg 30-12-1903,
ongehuwd
7. Gerritje van Ekeris, geb. Woudenberg 17-04-1831, ov. Woudenberg 30-12-1907,
ongehuwd
De naam Van Ekeris van deze tak sterft uit.
Ekeris (7)
De eerste twee generaties zijn niet zeker. Vanaf IIb Hendrick Elissen klopt het wel. Wellicht
kan iemand het verband tussen I en II sluitend maken.
I
Elis Thijsz, tr. NN
Uit dit huw.:
1. Jan Elissen van Landaes
Zie genealogie Van Doorn (1)
2. Hendrick Elissen, volgt II
II
Hendrick Elissen, ov. voor 1706, tr. (1) 1655 Jacobje Wouters, wed. Peel Willemsz, tr. (2)
Jannetje Jans van Hoevelaken Nageslacht Peel Willemsz en Jacobje Wouters: zie genealogie Donkelaar (2)
Henrick Elisz met sijn vrouw ende een onmondich kind, item de vrouws broeder en suster op Eeckris
(Bewoners Woudenberg 1675, nr. 169).
In 1669 laat Jacobje Wouters, hv van Hendrick Elissen, haar testament maken (Not. G. van Swijnevoort,
Amersfoort, AT013a001; 11-12-1699, getekend op 20-10-1671).
Huw. voorw. van Jacobje en Hendrick 16-02-1655, vermeld in de boedelscheiding van 1673 tussen
Hendrick Elissen en de kinderen uit het 1e huw. van Jacobje Wouters (Not. Amersfoort, not. A. van
Brinckesteijn; 17/26-04-1673).
Lidm. reg. Woudenberg 1683: Hendrick Elissen en Jannetie Jans, op Ekeris.
In 1686 en 1696 is Hendrik Elissen bruiker van een boerderij met 28 morgen op Ekris onder Geerestein,
eigendom van het St, Bartholomeusgasthuis in Utrecht (Oudschildgeld Woudenberg, nr. 40).
Lidm. reg. Woudenberg 1690: Hendrik Elisz en Jantje Jans.
In 1706 is de wed. Hendrik Elissen bruiker van een boerderij met 28 morgen op Ekris onder Geerestein,
eigendom van het St, Bartholomeusgasthuis in Utrecht (Oudschildgeld Woudenberg, nr. 40).
In 1691 assisteert Hendrick Elisz, won. Woudenberg, Aaltje Jans van Woudenberg bij haar huwelijk
met Jan Jansz Haerman, wed. Geertjen Cornelis Schay, won. Westbroek (HUA, Not. Arch. inv. nr
U105a001; 28-11-1691).
Uit het 2e huw.:
1. Jannigje Hendriks, won. Ekeris, tr. Woudenberg 31-07-1698 Wulphert Woutersz van
Lunteren
2. Aaltje Hendriks, won. Ekeris, tr. Woudenberg 15-10-1699 Willem Evertsz, wed. Maagje
Meesen, won. Darthuizen
3. Elisje Hendriks, tr. (1) Woudenberg 27-2-1707 Jan Franken van Holten, zn. van Frank
Cornelisz en Aeltje Hendriks, won. Ekeris, tr. (2) Woudenberg 21-11-1720 Lubbert Gerritsz
van der Maat, van Voorst
4. Elis Hendriksz, ged. Woudenberg 03-02-1689, get. Aaltje Hendriks
5. Gerrit Hendriksz, ged. Woudenberg 13-09-1691, get. Aaltje Hendriks, volgt III
III
Gerrit Hendriksz, ged. Woudenberg 13-09-1691, get. Aaltje Hendriks, ov. 1776, van Ekeris,
otr. Woudenberg (att. naar Rhenen) 04-11-1713 Geusje Wijnen, van de Bovenkamp, ov. 1774 In 1716 is Gerrit Hendrik Elissen bruiker van een boerderij met 28 morgen op Ekris onder Geerestein,
eigendom van het St, Bartholomeusgasthuis in Utrecht (Oudschildgeld Woudenberg, nr. 40).
Gerrit Hendriksen, won. op Eekrijst onder Geerestein zegt de huur op van een huis, hof en hofstede,
bergen, schuur en land onder Woudenberg en Geerestein, eigendom van het Bartolomei Gasthuis te
Utrecht. Om de achterstallige huur te betalen moet de huurder al zijn hout afstaan. Getuigen: Willem
Lagerweij, schout van Geerestein en Dirk Jacobsen van de Haar. (Notarieel Woudenberg 2461, fol.
26vo, 27; 11-10-1719).
Lidm. Woudenberg ca. 1723: Gerrit Hendrikz en Geusje Wijnen.
Lidm. reg. Woudenberg 1746: Gerrit Hendrikz en Geusie Wijnen.
Lidm. reg. Woudenberg 1768: Gerrit Hendrikz en Geusie Wijne.
Uit dit huw.:
1. Hendrik Gerritsz, ged. Woudenberg 21-10-1714, get. Elisje Hendriks
2. Lijsje Gerritsz van Ekeris, ged. Woudenberg 08-03-1716, get. Fransje Jans, ov./begr.
Scherpenzeel 23/31-05-1796, tr. Woudenberg 22-05-1740 Willem van Rhee, ged. Amerongen
01-03-1716, wagenmaker, ov./begr. Scherpenzeel 19/26-08-1786, zn. van Hendrik Willemsz
van Rhee en Jannigje van Woudenberg
3. Jantje Gerritsz, ged. Woudenberg 21-11-1717
4. Jacomijntje Gerritsz, ged. Woudenberg 08-04-1719, get. Geertje Peters, jong ov.
5. Jacomijntje Gerritsz, ged. Woudenberg 01-03-1722, get. Jacobje
6. Elisje Gerritsz, ged. Woudenberg 13-08-1730, get. Lijsbeth Knopper
7. Wijnant Gerritsz, ged. Woudenberg 06-12-1733, get. Katrijn Gerrits, jong ov.
8. Wijnant Gerritsz, ged. Woudenberg 03-11-1737, get. Lijsbeth Knopper
Samengesteld door:
Henk van Woudenberg,
september 2012.