DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

40
R ichtlijnen ITO toiletten in Nederland Dutch Toilet Organisation Beschikbaarheid, toegankelijkheid en onderhoud

description

De afgelopen decennia is de betekenis van de openbare ruimte veranderd. Zowel de rol van de ruimte als de samenstelling van gebruikers van de buitenruimte is onderhevig aan technische en maatschappelijke ontwikkelingen. Toegankelijkheid is de kern naar een openbare ruimte waar iedere bezoeker zich welkom voelt.

Transcript of DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Page 1: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtlijnen ITOtoiletten in Nederland

Dutch Toilet Organisation

Beschikbaarheid, toegankelijkheid en onderhoud

Page 2: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland
Page 3: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

1

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

Inhoud Samenvatting 3

Summary 3

1. Inleiding 4

1.1. Inhoud 4

4 dmetseb gnidieldnah ezed si eiw rooV .2.1

4 gnidieldnah ezed ki kiurbeg eoH .3.1

1.4. Afbakening 4

6 prewredno teh nav gnaleB .2

6 etmiur erabnepo ed ni gnirednareV .1.2

2.2. Toiletten 6

2.3. City Marketing 7

7 diehkjileknageot ne srekiurbeG .4.2

8 gnidierebroov eD :1 patS .3

4. Stap 2: Analyze: de fa 9 negnerb traak ni nerotc

9 gniledni ne daargsdiehkjiledetS .1.4

4.2. Hotspots 10

4.3. Gebruikers 11

21 netteliot egizewnaa sdeeR .4.4

31 nenekereb diehraabkihcseB :3 patS .5

31 )3 dalbkreW( sedraawnekeR .1.5

51 nerenibmoc netietivitcA .2.5

51 nellatnaasrekeozeb ednelessiW .3.5

Page 4: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

2

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

61 diehkjileknageot ne seitacoL :4 patS .6

61 nednatsfapool ne seitacoL .1.6

6.2. Keuzes 17

81 neeredei roov kjileknageoT .3.6

81 eitneverpkiurbsim ne emsiladnaV .4.6

91 gnirezjiwgeweb & eitacinummoC .5.6

6.6. Verlichting 20

7. Stap 5: Onderhoud 21

12 nemelborp ednemokroov leeV .1.7

7.2. Hygiëne 21

12 swuein teh ni nettelioT .3.7

7.4. Kosten 22

8. Stap 6: Evaluatie 22

9. Voorbeeld 23

9.1. Situatieschets 23

9.2. Invullen werkblad 23

9.3. Locaties 23

9.4. Keuzes 24

10. Verklaring termen 25

Werkbladen

Page 5: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

3

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

Samenvatting

De afgelopen decennia is de betekenis van de openbare ruimte veranderd. Zowel de rol van de ruimte als de samenstelling van gebruikers van de buitenruimte is onderhevig aan technische en maatschappelijke ontwikkelingen. Toegankelijkheid is de kern naar een openbare ruimte waar iedere bezoeker zich welkom voelt. In Nederland bestaat momenteel geen wet die gemeentes verplicht te voorzien in openbare toilet voorzieningen. Deze publicatie richt zich erop de toegankelijkheid van de openbare ruimte te vergroten door het juist toepassen van moderne toilet voorzieningen in zes stappen. De handleiding is ontworpen met het oog op de binnenstad en de nadruk ligt met name op het toepassen van integraal toegankelijke openbare toiletten.

De publicatie richt zich op de drie kernbegrippen ‘beschikbaarheid’, ‘toegankelijkheid’ en ‘onderhoud’. Met betrekking tot de beschikbaarheid wordt er een formule aangereikt waarmee de behoefte aan toiletten in het gekozen gebied kan worden berekend. Hierbij zijn de publiektrekkers, de gebruikers en de stedelijkheidsgraad van het gebied van belang.

Verder worden er met betrekking tot de toegankelijkheid een aantal keuzemogelijkheden besproken en geholpen de juiste locaties te kiezen. Tenslotte worden op het gebied van onderhoud een aantal adviezen gegeven om het imago van openbare toiletten te verbeteren.

De handleiding is bedoeld voor alle partijen die te maken hebben met het integraal toegankelijk maken en houden van de openbare ruimte alsmede partijen en organisaties die opkomen voor belangen van (bijzondere) gebruikers.

Summary

Over the last decennia the meaning of the public space has changed. Not only has the role of the public space altered, but also the visitors of the space are more dependent on technological and social developments. Accessibility is the way to a public space in which every visitors feels welcome.

In the Netherlands, there is currently no law that requires city councils to provide public toilet facilities. This publication aims to increase the accessibility of the public space by using a correct implementation of modern toilet provision. The focus of these guidelines is the implementation of Automatic Public Toilets (APT) in centre areas of cities.

The publication is built up from the three main terms ‘availability,’ ‘accessibility’ and ‘maintenance’. With regard to the availability a formula is made available, which can be used to calculate the need for toilets in a specific area. Significant factors for this formula are the hotspots in the area, the type of users and the degree of urbanization.

For the subject ‘accessibility’, the most important choices are being discussed and advice is being given to pick the right locations. Finally, advice is given to improve the maintenance and image of public toilets.

The guidelines are created to be used by all parties that are involved in improving the accessibility of public areas and organizations for special user groups.

Page 6: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

1.4

1.1. Inhoud

Bij het opstellen van deze richtlijnen zijn veel verschillende partijen en bronnen betrokken. Er is gekeken naar bestaande wetenschappelijke onderzoeken en buitenlandse richtlijnen. Tevens is er een onderzoek door de Dutch Toilet Organisation (DTO) uitgevoerd en zijn er gesprekken gevoerd met belangengroepen en experts van verschillende gebieden om een gepaste oplossing te vinden voor de huidige situatie.

1.2. Voor wie is deze handleiding bestemd

Allereerst is deze handleiding bedoeld voor alle partijen die te maken hebben met het integraal toegankelijk maken en houden van de openbare ruimte: bestuurders, beleidsmedewerkers, ontwerpers en beheerders. Maar deze publicatie richt zich ook op een breder publiek: organisaties en belangengroepen voor ouderen en personen met een functiebeperking kunnen deze handleiding gebruiken om verbetervoorstellen te formuleren op basis van gefundeerde argumenten.

1.3. Hoe gebruik ik deze handleiding?

De publicatie bevat een zestal stappen om de het beleid met betrekking tot openbare toiletvoorzieningen te definiëren, of om het huidig beleid of de huidige situatie te verbeteren. Tevens zijn er achterin de publicatie een aantal werkbladen te vinden. Tijdens de diverse stappen wordt hiernaar verwezen. De werkbladen maken het mogelijk om op een later tijdstip de richtlijnen voor

uw gemeente gemakkelijk bij te stellen.

1.3.1. NiveausOp dit moment bestaan er geen wetten over de toepassing van toiletten in de openbare ruimte. De richtlijnen in deze handleiding kunnen u tot niets verplichten. Wel zullen er bestaande voorschriften worden aangehaald. Om het geheel overzichtelijk te maken, komen de volgende beoordelingen voor in deze handleiding:

VoorschriftRegel die men wettelijk dient te volgen

RichtlijnRegel waarvan men gemotiveerd mag afwijken

AanbevelingRegel waarvan mag worden aangenomen dat de uitwerking ervan gunstig is.

SuggestieRegel waarvan een gunstige uitwerking mag worden verwacht, maar waar geen proefondervindelijke ervaring is opgedaan..

MogelijkheidOver de uitwerking bestaat weinig zekerheid.

1.4. Afbakening

1.4.1. ToiletvoorzieningenIn deze handleiding zal er worden gesproken over openbare toiletten en semi-openbare toiletten. De term ‘openbaar toilet’ verwijst naar een toilet in de buitenruimte dat voor iedereen toegankelijk is en

Inleiding

Page 7: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

5

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

dat je al dan niet tegen betaling ongevraagd kunt benutten. Eventuele betaling vindt veelal plaats door middel van muntinworp/chipkaart.

Semi-openbare toiletten zijn de toiletten die zich in de geheel of gedeeltelijk overdekte publieksruimtes bevinden, zoals toiletten in horeca gelegenheden, treinstations en bibliotheken. Er zijn semi-openbare toiletten die wel in een publieksruimte geplaatst zijn, maar desondanks al dan niet tegen betaling vrij te gebruiken zijn door iedereen. Er zijn echter ook toiletvoorzieningen in gesloten publieksruimtes. Dit zijn toiletten die iedereen mag gebruiken, maar pas wanneer er tegen betaling entree tot de ruimte is verschaft of wanneer een consumptie wordt gebruikt . Voorbeelden zijn toiletten in voetbalstadions , musea of horecagelegenheden. De handleiding beperkt zich tot toiletvoorzieningen die, al dan niet tegen betaling, vrij te gebruiken zijn door iedereen. Dit kunnen openbare toiletten in de (buiten)ruimte zijn, of semi-openbare toiletten die vrij te gebruiken zijn. Voorbeelden hiervan zijn toiletten op straten en pleinen, maar ook in stations en overdekte winkelcentra.

Desondanks zullen veel van de richtlijnen en adviezen die genoemd worden ook toepasselijk zijn voor overige toiletruimtes in Nederland. Een volledig toilet beleid omvat zowel openbare als semi-openbare toiletten.

Deze handleiding richt zich op een strategische

toepassing van integraal toegankelijke toiletten in de openbare ruimte en in open publieksruimtes. Het uitgangspunt hierbij is het verbeteren van de toegankelijkheid van de toiletruimte. De handleiding richt zich niet op een herontwerp van het toilet. Voor wetten en regelgevingen waaraan een integraal toegankelijke ruimte aan behoort te voldoen wordt verwezen naar NEN norm 1814 ‘toegankelijkheid van buitenruimte, gebouwen en woningen’ en CROW publicatie 177 en 201, het nationaal bouwbesluit en het Handboek Toegankelijkheid.

1.4.2. LocatiesDe richtlijnen in deze publicatie zijn in de eerste plaats bestemd voor binnensteden. In de binnenstad wordt intensief gebruik gemaakt van de buitenruimte en heeft de commerciële functie vaak de overhand. Daardoor zijn er in binnensteden relatief veel winkels en weinig woningen.

De richtlijnen geven tevens een goede indicatie voor stadsdeelcentra, binnenstedelijke recreatiegebieden en woonwijken met kleinere buurtcentra. Er wordt geen richtlijn gegeven met betrekking tot (woon)winkels of megastores in buiten stedelijke gebieden, industriegebieden of natuurgebieden.

De richtlijnen zijn zo ontworpen dat zij ook toe te passen zijn op een deelgemeente of een wijk, mits u over voldoende gegevens beschikt.

eS

netteliot

erabnepO mi-openbare toiletten

Type Toiletten in openbare

(buiten)ruimte

Toiletten in open publieke

ruimtes

Toiletten in gesloten

publieke ruimtes

Kenmer

voor iedereen toegankelijk en ongevraagd te benutten

Eigen openingstijden

Toilet is hoofdfunctie van het

gebouw

Eventuele betaling d.m.v.

contante betaling, muntinworp of chipkaart.

voor iedereen toegankelijk en ongevraagd te benutten

openingstijden afhankelijk van

gebouw waarin ze zich bevinden.

Eventuele betaling voor

gebruik.

Bestemd voor klanten.

De bezoekers is verplicht zich eerst entree tot het gebouw te

consumptie verplicht..

Voorbeeld Toiletten op straten, parken,

pleinen etc. oiletten in bibliotheek,

winkels, gemeentehuis, station, horeca

oiletten in museums, stadions,

bioscopen.

Vrij te gebruiken toiletten

Page 8: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

6

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

2. Belang van het onderwerp

2.1. Verandering in de openbare ruimte

De afgelopen dertig à veertig jaar is de betekenis van de publieke ruimte veranderd. Verschillende ontwikkelingen, waaronder de mobiele telefoon en het internet hebben ervoor gezorgd dat de publieke ruimte een andere rol heeft gekregen. De rol van de publieke ruimte als ontmoetingsplek, is daarmee deels vervangen door het gebruik van moderne communicatiemiddelen. Desondanks lijkt het er niet op dat de sociale functie van de publieke ruimte daarmee vervalt. Het sociale gedrag van mensen in de publieke ruimte is geenszins verdwenen ( VROM-raad, publieke ruimte 2009) Maar ook maatschappelijke ontwikkelingen hebben een ontzettend grote invloed gehad op de veranderingen in de openbare ruimte.

Het toenemende aantal werkende vrouwen, de toename van mobiliteit door allerlei vervoersalternatieven en de vergrijzing van Nederland hebben gezorgd voor een andere samenstelling van de bezoeker van de openbare ruimte. Werden er begin vorige eeuw vooral ambachtslieden aangetroffen in centra, tegenwoordig zijn het vooral vrouwen die werken in de commerciële functies van stadscentra. Ook de welvaart draagt zijn steentje bij: ouderen willen langer zelfstandig blijven en genieten van hun oude dag.

2.2. Toiletten

Openbare toiletten hebben een lange geschiedenis. Restanten op het Griekse eiland Kreta laten zien dat ver voor Christus openbare toiletten al gebruikt werden en in de Romeinse tijd was samen een toilet bezoeken een heel normaal gebruik. Door de toegenomen behoefte aan privacy door de eeuwen heen is het toiletbezoek tegenwoordig een

onderwerp waar weinig over gesproken wordt.Verstedelijking en de bewustwording van het effect van goede hygiëne op de gezondheid heeft geleid tot aanleg van grote rioolsystemen en de komst van meer openbare urinoirs en in mindere mate toiletten. Helaas zijn met de massaproductie van deze voorzieningen ook de nodige problemen gekomen: goedkope materialen, onzorgvuldig gekozen plaatsing en misbruik hebben geleid tot veel problemen en de daarmee samenhangende negatieve associaties met de openbare toiletvoorziening.2

Veel ouderwetse vervallen toiletten werden door Veel ouderwetse vervallen toiletten werden door slechte staat nauwelijks gebruikt. Grote steden voorzagen vaak vooral in urinoirs voor mannen, terwijl met vrouwen weinig rekening werd gehouden. Dit had direct te maken met de vele ambachtslieden en huis-aan-huisverkopers. Huis-aan-huisverkoop (bakker, melkboer, groenteman, zijn uit het straatbeeld verdwenen en bovendien werken er nu net zo veel mannen als vrouwen. Het eenzijdig voorzien van toiletvoorzieningen voor mannen is derhalve niet meer van deze tijd.Naast misbruik en de veelal smerige staat van onderhoud waren dit redenen voor gemeentes om toiletten te sluiten en te laten slopen. Om kosten te besparen zijn veel van deze toiletten niet meer teruggeplaatst.

Maar ook op het gebied van toiletten is er in de laatste jaren ontzettend veel veranderd. Technologische ontwikkelingen hebben geleid tot hygiënischere, vandalismebestendige en zelfreinigende toiletten. Het doorontwikkelen van oplossingen heeft alleen nut, wanneer deze ook toegepast worden in de praktijk.

Page 9: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

7

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

2.3. City Marketing

De openbare ruimte is er voor iedereen. Als gemeente wilt u bezoekers naar uw stad trekken en op hun gemak stellen. Grote gemeenten doen daarom al langer aan city marketing, maar ook kleinere gemeentes zijn er nu hard aan bezig. Winkelend publiek zal eerder geneigd zijn naar een stad te gaan die naast een goed winkelaanbod ook een goede service verleent. Steden met goede openbare toiletvoorzieningen worden volgens onderzoek van DTO dan ook als gastvrijer ervaren dan steden zonder deze voorzieningen.

Steden die in goede openbare toiletten voorzien, hebben hogere bezoekersaandelen en maken meer omzet .2

Bij city marketing is het belangrijk om duidelijk te hebben welke doelgroep de gemeente wil aantrekken alvorens de marketing toe te passen. Het juist toepassen van openbare toiletvoorzieningen kan hierbij helpen.

Iedere gemeente heeft te maken met een grote variëteit van bezoekers die allemaal een eigen doel hebben. Dat doel kan variëren van funshoppen tot doorreis via een openbaar vervoerpunt. De variëteit in bezoekers is vaak nog veel groter: ouders met kinderen, slechtzienden, jongeren, ouderen, zakenlui

en rolstoelgebruikers.

2.4. Gebruikers en toegankelijkheid

Toegankelijkheid is de kernwaarde voor een openbare ruimte waar iedere bezoeker zich welkom voelt. In de praktijk wordt de term toegankelijkheid vaak geassocieerd met gehandicapten. De ontwerper

ziet de beperkingen in de toegankelijkheid van de openbare ruimte vaak niet als zijn probleem, maar als het probleem van een ander. Bij het ontwerpen van een toegankelijke openbare ruimte gaat de ontwerper ervan uit dat uit dat straten, plein en voorzieningen aangelegd worden voor iedereen: voor dagelijkse gebruikers, voor bezoekers al dan niet met een beperking. Het uitgangspunt is dat elke gebruiker van de openbare ruimte zelfstandig moet kunnen voortbewegen met zo min mogelijk hulp van derden3.

Traptreden voor een toilet beperken de toegankelijkheid.

De aanwezigheid en juiste plaatsing van openbare toiletten vergroot de toegankelijkheid van de openbare ruimte. Tegelijkertijd moet ook het toilet zelf aan alle eisen voldoen om bruikbaar te zijn voor zoveel mogelijk bezoekers.

Integraal toegankelijke toiletten bieden hier een oplossing. Dit soort toiletten -ofwel ITO toiletten- zijn met dezelfde insteek ontworpen: om zoveel mogelijk mensen zelfstandig gebruik te kunnen laten maken van het toilet. Gebruikers met speciale wensen zijn hierbij als uitgangspunt genomen.

“ Steden die in goede openbare toiletten voorzien, hebben hogere bezoekersaandelen en maken meer omzet. “

1. VROMraad advies 073 (2009) Publieke Ruimte: Naar een nieuwe balans tussen beeld, belang en beheer.2. Greed, Clara (2003) Inclusive Urban Design: Public Toilets. Elsevier.3. CROW publicatie publicatie 201 (2004) Praktijkboek toegankelijkheid openbare ruimte

Page 10: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

8

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

Voorbereiding3.In de vorige hoofdstukken zijn enkele belangrijke veranderingen van de openbare ruimte besproken. Als gemeente of als belangengroep heeft u uiteraard doelen voor ogen, zoals het aantrekken van meer toeristen, of met het oog op de vergrijzing juist betere voorzieningen treffen voor de oudere generatie. Misschien wilt u zich als gemeente meer op recreatie richten, of de dagjesmensen voorzien van een gezellige horeca-rijke binnenstad.Het gaat bij de bepaling van het aantal toiletten in uw gemeente dan ook niet alleen om de huidige situatie, maar ook over uw doelstellingen voor over een aantal jaren. Toiletten gaan immers een geruime tijd mee.

Achterin deze publicatie bevinden zich enkele werkbladen. Werkblad 1 biedt een aantal voorbeeld vragen die u zichzelf kunt stellen om de huidige situatie te analyseren.Werkblad 2 kunt u gebruiken om de huidige toiletvoorzieningen in kaart te brengen.

De factoren die behandeld zullen worden in hoofdstuk 4.

Gemeente

Indeling & stedelijkheidsgraad

Hotspots

Openbare gebouwen

Transport knooppunten

Winkelgebieden

Centrum Overloop Rest Gebruikers

Inwoners

Tourisme

Bijzondere gebruikers

Ouderen

Reeds aanwezige toiletten

A-gebied B-gebied Horeca

Recreatie

Omgevingsadressendichtheid 1 januari 2008

bron: CBS statline

Gemiddeld aantal adressen inde omgeving van ieder adres

minder dan 500: landelijk500-1000: weinig stedelijk1000 - 1500: matig stedelijk1500 - 2500: sterk stedelijk2500 of meer: sterk stedelijk

1Stap

Page 11: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

9

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

Analyse: de factoren in kaart brengen

4.

Alvorens over te gaan naar berekeningen en locaties van openbare toiletten in uw gemeente, is een goede analyse van het gebied noodzakelijk. In dit hoofdstuk vindt u toelichting over de factoren die een belangrijke rol spelen. De figuur op de vorige pagina geeft een overzicht van de factoren die behandeld zullen worden in dit hoofdstuk.

Achter in deze handleiding bevindt zich werkblad 3, waarop u de factoren kunt invullen. Verdere toelichting over de berekening vindt u in het volgende hoofdstuk.

4.1. Stedelijkheidsgraad en indeling

Per gemeente, maar ook per gebied of deelgemeente, is bij het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) de stedelijkheidsgraad beschikbaar. De Stedelijheidsgraad is gebaseerd op de omgevingsadressendichtheid (OAD) en beoogt de mate van concentratie van menselijke activiteiten (wonen, werken, schoolgaan, winkelen, uitgaan etc.) weer te geven. Het CBS gebruikt de OAD om de stedelijkheid van een bepaald gebied te bepalen. Voor de berekening hiervan wordt eerst voor ieder adres de omgevingsadressendichtheid vastgesteld. Daarna is het gemiddelde berekend van de omgevingsadressendichtheden van alle afzonderlijke adressen binnen het beschouwde gebied. De OAD heeft een directe relatie met de bevolkingsdichtheid, de gebruiksintensiteit en het type bebouwing, zoals hoogbouw of laagbouw. Voor verdere toelichting van de stedelijkheidsgraad en de daarin opgenomen factoren vindt u in het artikel: “Een nieuwe maatstaf voor stedelijkheid: de

omgevingsadressendichtheid” (Maandstatistiek van de bevolking, jaargang 40, juli 1992) verkrijgbaar bij het CBS.

Er zijn vijf categorieën van stedelijkheid te onderscheiden :

o zeer sterk stedelijk: gemiddelde OAD van 2500 of meer adressen per km2;o sterk stedelijk: gemiddelde OAD van 1500 tot 2500 adressen per km2; o matig stedelijk: gemiddelde OAD van 1000 tot 1500 adressen per km2;o weinig stedelijk: gemiddelde OAD van 500 tot 1000 adressen per km2;o niet stedelijk: gemiddelde OAD van minder dan 500 adressen per km2.

Zoals gezegd ligt de nadruk in deze publicatie op de binnensteden. Grote gemeentes hebben vaak meerdere kerngebieden omdat zij zijn opgebouwd uit meerdere subgemeenten.

De binnenstad is onder te verdelen in drie gebieden. U hoeft deze gebieden niet apart te analyseren. Wel dient u op de hoogte te zijn van de verschillen binnen uw centrumgebied.

o A-gebied: topwinkelstraat en hoofdwinkelstraat, waar de relatieve voetgangersintensiteit respectievelijk 80-100% en 50-75% zijno B-gebied: primaire en secundaire aanloopstraten, waar de relatieve voetgangersintensiteit tot 50% is.o Horeca gebied: gebied met concentraties van hotels, restaurants en cafés.

2Stap

Page 12: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

104.2. Hotspots

Hotspots zijn de plekken in de openbare ruimte waar veel bezoekers op af komen en de concentratie van bezoekers hoog is. Hotspots trekken dus mensen naar de openbare ruimte. Onderzoek door de DTO heeft zich gericht op de locaties waar toiletten gewenst zijn en bezoekers ook naar toiletten zoeken. De uitkomsten en mogelijkheden zijn doorgesproken met experts van verschillende vakgebieden. Het is belangrijk om te bepalen welke hotspots er in uw gemeente zijn en hoeveel. Het beste overzicht krijgt u door de hotspots op een plattegrond van het gebied aan te geven. De bedoeling is niet dat u de hotspots gebruikt als de plek bij uitstek om het toilet te plaatsen, maar gebruikt om in de berekening om tot het juiste aantal te komen.

4.2.1. WinkelgebiedenWinkelgebieden zijn er in alle soorten en maten. Veel winkelgebieden worden naast doelgericht shoppen, ook gebruikt voor recreatief shoppen. De verkoop vloeroppervlakte (vvo) van de winkelcentra en de functie hangt samen met de bezoekersaantallen, de verblijfsduur en het doel van het bezoek. 55% van de ondervraagden in het onderzoek van de DTO geeft aan een toilet te zoeken in een winkelgebied. Tevens is er door participanten aangegeven dat de wens voor een toilet hoog tot zeer hoog is bij winkels en winkelcentra.

4.2.2. HorecaMaar liefst 70% van de ondervraagden geeft aan een toilet te zoeken bij horecagelegenheden. Bezoekers zijn door een gebrek aan straattoiletten immers ook vaak aangewezen op de semi-openbare toiletvoorzieningen van horeca. De horeca maakt hier natuurlijk handig gebruik van, want veel mensen blijven hangen voor een drankje of zijn vaak zelfs verplicht iets te consumeren.Dit houdt niet in dat de horeca voorziet in de nodige toiletten. Toiletten in de horeca zijn primair bedoeld voor de eigen klanten, maar trekken tegelijkertijd ook mensen naar de openbare ruimte en zorgen

dat bezoekers langer in de gemeente verblijven. Ze zorgen er bovendien voor dat het doel van de bezoeker niet alleen beperkt blijft tot het feitelijk boodschappen doen, maar verleiden de bezoeker ook tot recreatief shoppen.

4.2.3. Overige recreatiegebieden Recreatie is een breed begrip. Alle gebieden waar bezoekers heen gaan ter ontspanning tellen mee als recreatiegebied. Markten, pleinen en parken zijn voorbeelden van openbare buitenruimten waar geregeld recreatie plaatsvindt. Ook veel privaat beheerde ruimtes zoals zwembaden, bioscopen, theaters vallen hieronder. Deze hotspots zijn over het algemeen wettelijk verplicht in bezoekerstoiletten te voorzien, maar zorgen ook voor meer bezoekers in de openbare buitenruimte nabij de hotspot.

4.2.4. Transport knooppunten en transferiaTransport knooppunten vallen onder publieksruimtes met een openbaar karakter. De behoefte aan goede toiletvoorzieningen heeft een zeer hoge prioriteit bij ondervraagden van het onderzoek van DTO. Onder transport knooppunten vallen in de eerste plaats treinstations en centrale busstations, tramstations en metrostations. Op de tweede plaats tellen ook transferia, grotere parkeergelegenheden en carpoolplaatsen mee. Behalve bezoekers hebben deze plekken ook te maken met mensen op doorreis.

4.2.5. Openbare gebouwenOpenbare gebouwen zijn over het algemeen overheidsgebouwen. Ze staan dan ook hoog op de lijst favoriete zoekplaatsen voor toiletten. Toiletten in of bij gemeentelijke openbare gebouwen geven een goede mogelijkheid tot toezicht door de gemeente. Voorbeelden van dit soort openbare gebouwen zijn bibliotheken of gemeentehuizen/stadskantoren.

Page 13: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

11

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

4.3. Gebruikers

4.3.1. InwonersInwoners zijn tevens belangrijke bezoekers van de openbare ruimte in uw gemeente. Bijna 70% van de ondervraagden in het DTO onderzoek geeft aan behoefte te hebben aan een openbaar toilet in de eigen gemeente. In de stedelijkheidsgraad is het aantal inwoners al meegenomen. Daarom zal er geen losse berekening plaatsvinden voor de inwoners van uw gemeente. Let u natuurlijk wel op de wensen die inwoners aangeven met betrekking tot toiletten.

4.3.2. Toeristen en dag-trippers:Toeristen en dag-trippers zijn ver van huis. Ze kunnen niet terug naar huis, naar hun werk of naar een stamkroeg. Toeristen hebben om deze reden meer behoefte aan lokale informatie. Dag-trippers en toeristen spenderen meer tijd in een stadscentrum dan de lokale bevolking die gericht boodschappen komt doen. 90% van de respondenten van het DTO onderzoek geeft aan behoefte aan een toilet te hebben in een andere gemeente dan de eigen gemeente. Er geldt dus: hoe verder van huis, hoe groter de behoefte aan een openbaar toilet.1

4.3.3. OuderenMomenteel zijn in Nederland bijna 2.5 miljoen mensen 65 jaar of ouder. Dat betekent maar liefst 15% van de Nederlandse bevolking. Met de huidige vergrijzing van Nederland wordt het aantal 65-plussers geschat op 4.2 miljoen in 2050.

Een groot deel van de ouderen is nog actief en mobiel, maar een aantal ouderen hebben vaker behoefte aan een toilet als gevolg van een overactieve blaas, prostaatproblemen of een mindere controle over hun blaas. Ouderen hebben ook te maken met hulpmiddelen, zoals een scootmobiel, stok of rollator. Deze hulpmiddelen vergroten de behoefte aan een ruime toilet.

4.3.4. Bijzondere gebruikersEen totaal van maar liefst 12% van de Nederlandse bevolking heeft een fysieke beperking. Ruim 400.000 mensen in Nederland zijn slecht ter been en nog eens 400.000 mensen hebben een beperkt uithoudingsvermogen.

Een grote groep heeft extra ruimte nodig: ruim 70.000 mensen zijn afhankelijk van een rolstoel en nog eens 500.000 mensen zijn onderweg met een kinderwagen. Ook het aantal mensen met een rollator neemt door de vergrijzing nog toe.

De groep ‘bijzondere gebruikers’ wordt nog groter door mensen met een tijdelijke handicap. Deze groep kent een wisselende samenstelling, velen maken er in hun leven voor korte of langere tijd deel van uit. Deze groep bevat nog eens 500.000 mensen.

Behalve fysieke beperkingen is er ook nog een grote groep die kampt met een vorm van slechtziendheid: ruim 16.000 mensen zijn geheel blind en 175.000 mensen zijn ernstig slechtziend. Vooral bij ouderen komt Macula Degeneratie voor, waardoor het gezichtscentrum verslechterd en er meer behoefte is aan goed licht. Goed aangepaste toiletten zijn voor deze mensen noodzaak.

Tenslotte is er een groep van maar liefst 1 miljoen mensen die lijdt onder een overactieve blaas2

en 28.000 mensen met een stoma. Deze mensen hebben een simpele en snelle toegang tot een toilet nodig.

Al de bovengenoemde bijzondere gebruikers hebben behoefte aan goede toiletvoorzieningen en kunnen niet altijd uit de weg met de huidige voorzieningen. Het is voor hen noodzaak om goede openbare toiletvoorzieningen te plaatsen die voldoen aan hun wensen.

1. BTA Department for communities and local government (2008) Improving Public Access to Better Quality Toilets: a strategic guide. London

2. Stichting bekkenbodem. Kleine kamers in grote steden: centrale toiletten in 10 grote steden in kaart gebracht

Page 14: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

124.4. Reeds aanwezige toiletten

Toiletvoorzieningen die reeds aanwezig zijn in de openbare buitenruimte of in openbare publieksruimtes worden ook bij de berekeningen meegeteld. Eerder is er een onderscheid gemaakt tussen openbare en semi-openbare toiletten. Voor een groot deel van de bezoekers bieden deze semi-openbare toiletten een oplossing. Een grote groep mindervaliden kan echter geen gebruik maken van deze voorzieningen. De voorzieningen zijn onbereikbaar of onbruikbaar: de toiletten zijn achter in een winkel geplaatst, op een treinperron of zelfs op een hoger gelegen etage.

Er dient daarom ook een factor aan het meewegen van de hoeveelheid semi-openbare toiletten in berekeningen te worden gekoppeld. Het is gezien de getallen van mensen met enige vorm van beperking dan ook niet onrealistisch om te stellen dat bij 20% van de mensen de huidige toilet -voorzieningen geen passende oplossing biedt.

Daarnaast geldt dat semi-openbare toiletten afhankelijk zijn van de openingstijden van het gebouw waarin ze zich bevinden, maar ook buiten openingstijden van winkelcentra, tankstations of horeca zullen er toch mensen zich in de openbare ruimte bevinden die behoefte hebben aan een toilet.

Semi-openbare toiletten die u kunt meetellen in de berekeningen:

o Moeten in de openbare buitenruimte geplaatst zijn of in publieksruimtes met het karakter van een openbare ruimte. Er moet nadrukkelijk vermeld worden dat de toiletten (al dan niet tegen betaling) gebruikt mogen worden door iedereen. Toiletten waarbij een bezoeker verplicht wordt tot consumptie

vallen dus af, evenals toiletten die aangeduid worden als ‘klantentoilet’ of hieronder gerekend kunnen worden.

o Moeten vanaf de openbare ruimte vermeld worden, d.m.v. stickers op het raam, wegwijzers bij de ingang of op het trottoir. Probeert u zich hierbij in te leven vanuit het standpunt van een nieuwkomer in uw gemeente.

Let op: Het gaat hier om het aantal toiletten,dus niet om het aantal faciliteiten. Als u het semi-openbaar toilet wilt gebruiken ter vervanging van een openbaar toilet, houdt u er dan wel rekening mee dat er per faciliteit tenminste één toilet voor mindervaliden toegankelijk is en dat de openingstijden ruim zijn.

Inpandige toiletten mogen meegeteld worden, mits duidelijk

aangegeven en vrij te gebruiken.

“ Een grote groep minder validen kan geen gebruik maken van de reeds aanwezige semi-openbare voorzieningen. “

Page 15: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

13

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

5.

5.1. Rekenwaardes (Werkblad 3)

Bij de bepaling van de minimale hoeveelheid openbare toiletten zijn een aantal factoren van belang. In de analyse heeft u de stedelijkheidsgraad, hotspots en gebruikers al op een rijtje gezet. Met een handige formule kunt u nu het aantal toiletten bepalen voor de stadsdeelcentra, voor binnenstedelijke recreatiegebieden en woonwijken met kleinere buurtcentra.

Het is zelfs mogelijk om voor een enkele hotspot te bepalen hoeveel toiletten er nodig zijn door toevoeging van de hotspot in uw gemeente.

De rekenwaardes die u nodig heeft op werkblad 3 zijn gebaseerd op onderzoek van de DTO en gegevens van het CBS. Ze zijn getest en besproken met meerdere gemeenten. De volgende waardes worden in de berekeningen gehanteerd:

Beschikbaarheid berekenen

Berekening

x som hotspots x gemiddelde gebruikersfactor

Stedelijkheidsgraad

1500

Hotspots

Gemiddelde gebruikersfactor:(bijz. gebruikers + ouderen + tourisme / 3)

Laag

<12%

Middel 12%-18%

Hoog >18%

1

1,47

1,97

Bijzondere gebruikers

Laag<12%

Middel12%-18%

Hoog>18%

1 1,32 1,64

Ouderen (65+)

Gebruikers

Hotspot Rekenfactor

Dorps, buurt of wijk winkelgebied (vvo < 7500 m2)

Lokaal - boodschappen

Aantal x 0,43

2Groot stadsdeel winkelgebied (vvo 15000 – 45000 m )

Regionaal � boodschappen + recreatief Aantal x 2,97

Klein stadsdeel winkelgebied (vvo 7500 – 15000 m2)

Streekverzorgend - boodschappen Aantal x 1,45

(Groot) gewestelijk winkelgebied (vvo > 45000 m2)

Provinciaal � boodschappen + recreatief Aantal x 6,79

Horeca gebied

Klein: 0 Normaal: 0,89 Groot: 1,78

Aantal x 0,85

(o.a. markten, parken, grote speelruimtes) Aantal 0,70

(voetbalstadion, bibliotheek, museum, theater)Aantal x 0,20

Parkeergarages en carpoolplaatsen (> 50 parkeerplaatsen)

Aantal x 0,50

Laag Middel Hoog

1 1,25

1,50

Tourisme

3Stap

Page 16: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

14

Houdt u er bij de berekening rekening mee dat het hier een richtlijn betreft. In geval van het rekenvoorbeeld, met een uitkomst van 2,2 nieuw te plaatsen toiletten, dient u dus zelf te overwegen of u 2, dan wel 3 toiletten plaatst.

5.1.1. Wat vertelt de uitkomst u?De uitkomst van de formule geeft de behoefte aan toiletten in het door u gekozen gebied aan. Let op dat hiermee het aantal toiletpotten wordt bedoeld. Het aantal faciliteiten kunt u bepalen door te letten op de loopafstanden. De loopafstand wordt in stap 4 uitgebreider besproken.Een voorbeeld: U heeft op het moment 1 faciliteit in uw centrumgebied, met de 2 openbare toiletten. Na aftrek van de 2 reeds aanwezige openbare toiletten in uw centrum komt u uit op 7 nieuw te plaatsen

toiletten. Gelet op de loopafstand, kunt u met 3 toiletfaciliteiten het gehele gebied bedekken. U heeft nu meerdere opties: u plaatst nog 2 faciliteiten in het gebied. 1 hiervan bevat 3 toiletten, de ander 4. U kunt natuurlijk ook bij de huidige faciliteit 2 extra toiletten onderbrengen en de overige 5 toiletten over 2 faciliteiten verdelen.

U dient het aantal toiletten dus te verdelen over het aantal faciliteiten. De faciliteiten kunt u vast stellen door de maximale loopafstand te hanteren. Meer faciliteiten kan natuurlijk altijd. Hoe u de toiletten verdeelt, is sterk afhankelijk van wat de ruimte toelaat.

In deze publicatie wordt veel aandacht gegeven aan het plaatsen van ITO toiletten. Echter is dit niet

werkblad 3De stedelijkheidsgraad van de gemeente / wijk / gebied:

Stedelijkheidsgraad

Berekening

Stedelijkheidsgraad

1500

-

Hotspots

Laag <12%

Middel 12%-18%

Hoog >18%

Laag<12%

Middel12%-18%

Hoog>18%

Laag Middel Hoog

1 1,47 1,94 1 1,32 1,64 1 1,25 1,50

Gemiddelde gebruikersfactor (bijz. gebruikers + ouderen + tourisme / 3) =

Bijzondere gebruikers Ouderen (65+) Tourisme

Gebruikers

Som Hotspots:

Hotspot Aanwezigheid Rekenfactor Dorps, buurt of wijk winkelgebied (vvo < 7500 m2) Lokaal - boodschappen

Aantal: … x 0,43 =

Klein stadsdeel winkelgebied (vvo 7500 – 15000 m2) Streekverzorgend - boodschappen

Aantal: … x 1,45 =

Groot stadsdeel winkelgebied (vvo 15000 – 45000 m2) Regionaal � boodschappen + recreatief

Aantal: … x 2,97 =

(Groot) gewestelijk winkelgebied (vvo > 45000 m2) Provinciaal � boodschappen + recreatief

Aantal: … x 6,79 =

Horeca gebied

Klein (0) Normaal (1) Groot(2)

x 0,89 =

Aantal: …

x 0.85 =

Parkeergarages en carpoolplaatsen (> 50 parkeerplaatsen)

Aantal: …

x 0,50 =

(voetbalstadion, bibliotheek, museum, theater) Aantal: …

x 0,20 =

(o.a. markten, parken, grote speelruimtes) Aantal: …

X 0,70 =

0,862

1 1,45

0,5

1

0,402

1

1

4,21

1,26

0,72 x 4,21 x 1,26 =3,8

2,8 = 3

0

1093

gemeente X

1

Onderstaande figuur geeft een rekenvoorbeeld en een handleiding over het invullen van werkblad 3, achterin deze publicatie.

Stedelijkheidsgraad:

De meest actuele stedelijkheidsgraad is bij het CBS op te vragen. De stedelijkheidsgraad is per gemeente of per locatie of buurt beschikbaar (OAD).

Hotspots:

Geef per hotspot aan of deze zich in de gemeente bevindt en het bijbehorende aantal. Vermenig dit aantal met de rekenfactor.In geval van horeca is de waarde 0, 1 of 2 maal de rekenfactor.

Gebruikers:

Vul hier de huidige gebruikers in of het doel dat u voor ogen hebt. Wilt u meer toeristen trekken in de toekomst, houdt u hier dan rekening mee.U kunt tussen de rekenfactoren in zitten wanneer uw percentage tegen een grens aan zit.

Hoofdstuk 8 bevat een uitgebreide voorbeeld berekening.

Page 17: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

15

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

in elke situatie mogelijk. Het is aan te raden om per faciliteit minimaal 1 ITO toilet te plaatsen.

5.2. Activiteiten combineren

Openbare toiletten zijn uitwisselbaar, waardoor het niet noodzakelijk is de som van het aantal toiletten van de functies in een gebied aan te leggen, maar slechts een deel ervan. Onder uitwisselbaar wordt hier verstaan dat meerdere hotspots op verschillende momenten van de dag gebruik kunnen maken van dezelfde toiletten die geplaatst zijn in de buitenruimte. Zijn er meerdere hotspots die zeer dicht bij elkaar liggen en waarbij de bezettingsgraden erg verschillen, dan kunt u dus overwegen met één toilet twee hotspots te voorzien. Zo zijn sportfaciliteiten, theaters en bioscopen en ook cafés en restaurants vooral druk bezocht tijdens de avonden en in het weekend, terwijl bedrijven en winkels vooral overdag met hoge bezettingsgraden te maken hebben

5.3. Wisselende bezoekersaantallen

Sommige Nederlandse gemeentes zijn bij bezoekersaantallen afhankelijk van het seizoen. Voorbeelden zijn gemeentes die in de zomer met strandbezoekers te maken hebben, maar in de winter beduidend minder mensen aantrekken. Kijkt u in deze gevallen naar specifieke indeling van uw gemeente. Mogelijke oplossingen zijn:

o Probeer activiteiten zoveel mogelijk te combineren: mogelijk kunt u een toilet plaatsen tussen twee activiteiten, zodat in de zomer strandbezoekers het toilet kunnen gebruiken en tijdens andere seizoenen het toilet toch goed bereikbaar is voor bezoekers van een overdekt winkelcentrum.

o Geef de voorkeur aan een zelfreinigend toilet: deze reinigt zich na ieder bezoek en vergt minder aandacht van personeel.

o Tijdelijke oplossingen, zoals verplaatsbare toiletten kunnen een oplossing bieden tijdens drukke seizoenen.

o Analyseert u uw gemeente voor een druk en voor een minder druk seizoen. Het gemiddelde hiervan kan een goede richtlijn bieden voor uw gemeente.

o Zelfreinigende toiletten bieden beperkt oplossing voor grote aantallen bezoekers die in korte tijd van het toilet gebruik willen maken.

Evenementen kunnen zorgen voor een piekmoment.

Page 18: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

16

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

6. Locaties en toegankelijkheid

Bij de plaatsing van een toilet komen veel verschillende belangen kijken. Vervallen toiletten in het verleden hebben vaak tot ergernissen geleid. Onderzoek van de DTO wijst uit dat een toilet duidelijk niet als vervuiling van het straatbeeld wordt gezien en dat de aanwezigheid van een toiletruimte een positief effect heeft op de gastvrijheid die bezoekers ervaren. In dit hoofdstuk worden richtlijnen gegeven die de toegankelijkheid van de nieuw te plaatsen toiletruimtes zoveel mogelijk stimuleren en vandalisme te minderen.

6.1. Locaties en loopafstanden

Bij het invullen van werkblad 2 heeft u alle hotspots al duidelijk op een rijtje gezet. Werkblad 3 helpt u met het in kaart brengen van de huidige voorzieningen. De volgende paragrafen helpen u op weg nieuwe locaties te bepalen.

6.1.1. Centrum en horeca:o Vanaf elk willekeurig punt in het centrum dient een toilet binnen 500 meter beschikbaar te zijn. Zorg voor duidelijk bewegwijzering en communicatie (zie §7.5)

o Zorg voor toiletten nabij hotspots. Zorg ook hier voor een maximale afstand van 500 meter en duidelijke bewegwijzering.

o Plaats toiletten in het A-gebied van het centrum, waar de voetgangersintensiteit het hoogst is. In het B-gebied (aanlooproutes) dienen toiletten of wegwijzers geplaatst te worden langs de drukste routes, bijvoorbeeld richting parkeerplaats of station.

o Zorg ook in horeca-gebied dat een ITO-toilet aanwezig is of dat ernaar verwezen wordt. Plaats het toilet bij voorkeur zo dat tijdens sluitingstijd van de horeca er toch toezicht is.

o Combineer activiteiten zoveel mogelijk. Hierdoor is er een constant toezicht op de toiletten. In geval van openbare gebouwen doet u er verstandig aan het toilet te integreren in het gebouw, bij voorkeur met een eigen toegang (vergelijk sommige toiletten in stationsgebouwen). Dit geeft de indruk dat het toilet vanuit het gebouw in de gaten wordt gehouden.

o Plaats toiletten bij hotspots zoals parken en pleinen duidelijk in het zicht van de belangrijkste aanlooproutes.

o Indien plaatsing van een toilet onmogelijk blijkt, spreek dan als gemeente met meerdere beheerders van semi-openbare ruimtes af om deze toiletten toegankelijker te maken voor het publiek en verwijs hiernaar.

6.1.2. Overige gebieden: overloopgebieden, woonwijken en stadsparkenOok in gebieden rond het kernwinkelgebied, zoals overloopgebieden, woonwijken en stadsparken kan er behoefte zijn aan een openbare toiletvoorziening. Omdat de activiteiten in deze gebieden flink kunnen variëren, is het vooral belangrijk te richten op de hotspots.

4Stap

Page 19: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

17

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

o Zorg ook bij hotspots in deze gebieden voor verwijzingen naar toiletten. Geef hierbij aan hoever het toilet verwijderd is van de locatie.

o Vooral bij deze gebieden is het belangrijk om gebruik te maken van de sociale controle door een goed toezicht op het toilet. Zie hiervoor paragraaf §7.3-§7.5.

o OV-knooppunten die veel gebruikt worden in deze gebieden zijn belangrijk omdat veel bewoners hier overstappen of wachten. Ook intensief gebruikte bushaltes tellen hier mee.

o Het kernbegrip in deze gebieden is communicatie met bewoners van uw gemeente. Deze gebieden trekken weinig toeristen en de voornaamste gebruikers zijn de bewoners van de wijk

6.2. Keuzes

Er zijn tal van keuzes over die u moet maken: welk type toilet u plaatst en hoeveel toiletten er bij elkaar komen te staan. Welke optie voor u het best is, kunt u in deze paragraaf bepalen.

6.2.1. Gespreid of geconcentreerd?Plaats u meerdere toiletten op één plek, of verspreidt u hetzelfde aantal toiletten over een groter gebied?

5.2.2. Integraal toegankelijke toiletten of gesplitst?Deze handleiding legt veel nadruk op het gebruik van integraal toegankelijke toiletten. Integrale toiletten bieden dan ook het voordeel dat alle gebruikers baat hebben bij plaatsing van een toilet; zowel mannen, vrouwen als mindervaliden kunnen gebruiken maken van het toilet. Een meerderheid van de ondervraagde Nederlandse bevolking geeft aan geen probleem te hebben met het gebruiken van het toilet dat ook door het andere geslacht gebruikt wordt. Uiteraard zijn er ook mensen die bijvoorbeeld op grond van hun geloofsovertuiging de voorkeur geven aan toiletten voor resp. mannen en vrouwen.

Overigens zijn semi-openbare toiletten vaak gesplitst. Probeert u dus in te schatten of het aanbod van semi-openbare toiletten hier een oplossing kan bieden.

6.2.3. Zelf-reinigend of aanwezigheid van personeel?Moderne technieken hebben gezorgd dat toiletten tegenwoordig volledig zelfreinigend zijn. Slechts na een groot aantal bezoeken komen er mensen aan te pas om bij te vullen en ter controle. Onderzoek van de DTO wijst uit dat Nederlanders neutraal staan tegenover de aan- of afwezigheid van personeel. De aanwezigheid van een toiletjuffrouw of -heer kan echter wel voordelen bieden.

Kiest u voor een geconcentreerd wanneer • Er veel vaste toegangsroutes zijn naar de

bestemming • U de herkenbaarheid van openbare

toiletten wilt vergroten voor nieuwe bezoekers van uw stad

Kiest u voor gespreid wanneer • De openbare ruimte een grote oppervlakte

heeft, maar weinig bestemmingen bij elkaar.

• De loopafstanden hierdoor groot zijn

Page 20: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

18

6.3. Toegankelijk voor iedereen

Om toiletten voor iedereen toegankelijk te maken, is niet alleen het ontwerp van het toilet van belang. Het gehele ontwerp van de openbare ruimte speelt hierbij een rol. Bij het ontwerp van een goede integraal toegankelijke openbare ruimte bestaan veel richtlijnen. Voor de juiste keuzes van materiaal, afmetingen, hellingen, trappen en andere kritische punten in de huidige openbare ruimte kunt u gebruik maken van NEN norm 1814 ‘toegankelijkheid van buitenruimte, gebouwen en woningen’ en CROW publicatie 177 en 201.

Enkele aandachtspunten voor een juiste plaatsing van openbare toiletten om toegankelijkheid te vergroten (deze gelden voor alle gebieden):

o Zorg dat er zich geen hoge bomen, muren of hekwerken nabij een toiletgebouw bevinden. Dit belemmert het zicht en komt de vindbaarheid niet ten goede.

o Plaats een toilet nooit onder of bovenaan een trap. Hoogteverschillen dienen te worden overbrugd d.m.v. hellingen. Een hoogteverschil tot 1,50m dient een maximale helling van 1:25 te hebben. Een hoogteverschil tot 2 cm kan zonder problemen overbrugd worden. Meer informatie is in bovengenoemde publicaties en het Handboek Toegankelijkheid te vinden.

o Zorg voor een duidelijke begeleiding vanaf het toilet terug naar de hoofdroute.

6.4. Vandalisme en misbruikpreventie

Mensen willen zich niet alleen thuis, maar ook op straat veilig voelen. Bovendien kan misbruik en vandalisme een kostenplaatje met zich meebrengen. Vandalisme en misbruik is daarom een belangrijk onderwerp om aandacht aan te besteden. Zeker aangezien de angst voor criminaliteit minstens zo’n groot probleem is als de criminaliteit zelf. In Nederland is het misdaad en criminaliteitsniveau sinds een aantal jaren gestabiliseerd, terwijl de angst ervoor juist is gestegen. 1

Hoewel vandalisme nooit volledig voorkomen kan worden, heeft een juiste plaatsing van een openbaar toilet zeker invloed op de mate van misbruik en vernieling eraan. De volgende regels kunnen het misbruik en vandalisme helpen tegen te gaan:

o Zorg voor adequate verlichting: Een onveilig gevoel komt vooral ’s avonds voor, als alles wat minder te zien is. Om criminaliteit en een onveilig gevoel te voorkomen, dient het toilet en de directe omgeving ervan adequaat te worden verlicht.

o Mengeling activiteiten: positioneer een toilet waar een mengeling van activiteiten plaatsvindt. Zo kan het toilet bijvoorbeeld overdag door marktbezoekers gebruikt worden, en ‘s avonds door horecabezoekers. Door een continu toezicht verbetert de veiligheid aanzienlijk. In de bijlage is een tabel met de

1 Shaftoe, Henry (2005) Planning for crime prevention

Page 21: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

19

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

verschillende bezettingsgraden van activiteiten gedurende de dag en week zien.o Overzicht: Plaats toiletten daar waar sociale controle is. Het toilet hoeft niet het middelpunt van belangstelling te zijn, maar zorg in ieder geval dat er geen hoge muren of bomen het zicht erop belemmeren.

o Betrek omwonenden: Betrokkenheid bij projecten zorgt voor interesse en minder irritatie voor omwonenden en omliggende bedrijven.o Plaats geen toiletten op plekken waar sprake is van drugsgebruik, prostitutie of plekken die bekend staan als homo-ontmoetingsplek.

6.5. Communicatie & bewegwijzering

6.5.1. Logo en wegwijzers

Een toilet wordt pas gebruikt als bezoekers het toilet kunnen vinden. Een goede communicatie en bewegwijzering zijn daarom noodzakelijk.

Maar liefst 71% van de ondervraagden in het DTO onderzoek geeft aan de tekst ‘WC’ of ‘Toilet’ als belangrijkste indicatie te zien, gevolgd door 25% die het logo als belangrijkste vind. Het voordeel van het gebruik van een logo is dat bezoekers enige indicatie hebben wat voor toilet ze zullen aantreffen bij het volgen van de wegwijzers. Onderstaande figuur geeft een uitstekend voorbeeld van een logo voor integraal toegankelijk toilet.

In tegenstelling tot veel bestaande logos met een rolstoelgebruiker, geeft dit logo ook aan dat anderen ook gebruik mogen maken van het toilet.

Bovendien geeft 60% van de ondervraagden aan gebruik te maken van bordjes die verwijzen naar een toilet. Daarmee is een bordje met logo de meest voor de hand liggende manier om een toilet gemakkelijker te kunnen vinden.

o Plaats wegwijzers langs aanlooproutes en winkelstraten. Op deze plaatsen is de voetgangersintensiteit het hoogst. Verwijs altijd naar het dichtstbijzijnde toilet vanaf het punt, indien mogelijk met een indicatie van de afstand.

o Zorg voor duidelijk leesbare letters. Hoofdletters zijn alleen geschikt voor korte woorden en termen; voor langere woorden en zinnen zijn schreefloze kleine letters geschikt. Daarnaast moet er rekening worden gehouden met luminantieverhouding tussen tekst en ondergrond. Wanneer het verschil in reflectiefactor tussen tekst en ondergrond meer bedraagt dan 0,30 is de luminantieverhouding voldoende. Houd ook rekening met een duidelijk kleurcontrast. Speciale lettertypes. zoals het “tirasias” font zijn speciaal ontworpen om op verre afstand leesbaar te zijn, ook voor slechtzienden. Bij een kijkafstand van 10-20m dienen letters 20 cm hoog te zijn, bij een grotere kijkafstand dienen letters 40cm hoog te zijn.

o Herkenbaarheid is een belangrijk punt om toiletten te vinden. Zorg daarom dat toiletten onderling niet teveel verschillen en altijd een herkenbare tekst en logo hebben.

o Geef altijd buiten op het toilet aan waar zich alternatieven bevinden, in het geval van een defect toilet of buiten openingstijden.

o Maak zoveel mogelijk op afstand duidelijk of het toilet bruikbaar is. Dit kan bijvoorbeeld d.m.v. een verlicht logo.

Page 22: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

20o Zorg dat informatie verstrekt wordt aan toeristenbureaus.

6.5.2. Moderne communicatieUit gesprekken met mensen met een beperking en ouderen blijkt dat vooral mensen die enige vorm van beperking hebben hun reis voorbereiden. Uiteraard wilt u mensen van tevoren gerust stellen dat uw gemeente aan de wensen zal voldoen. Het internet is een communicatiemiddel dat tegenwoordig overal toegankelijk is en een eigen website kan fungeren als het visitekaartje van uw gemeente. Uit onderzoek door Brain Management International blijkt dat slechts 18% van de gemeentes in Nederland enige informatie over toegankelijkheid in de gemeente verstrekt. Van slechts negen gemeenten bestaat er een eigen toegankelijkheidswebsite, waarnaar van de eigen website van de gemeente niet wordt verwezen.

Enkele aanbevelingen met betrekking tot internet toepassingen:

o Maak informatie over toegankelijkheid gemakkelijk te vinden op de gemeentelijke website.

o Zorg er bij voorkeur voor dat bewoners en bezoekers hun mening kwijt kunnen op de website over toegankelijkheid.

o Zorg dat de website up-to-date blijft.

o Houd rekening met de huidige ontwikkelingen en bereid voor op de volgende generatie. Het geschikt maken van de website voor telefoonapplicaties is dan ook een goede zaak. Een aantal websites houdt zich reeds bezig met het plaatsen van toiletten op digitale kaarten en betrekt daarbij ook beoordelingen van bezoekers.

6.6. VerlichtingEen goede verlichting is zeer belangrijk om de toegankelijkheid ’s avonds en bij bewolkt en donker weer te vergroten en om criminaliteit te beperken. De doelmatigheid van verlichting wordt gepaald door de volgende factoren:

o gelijkmatigheid; Ogen hebben tijd nodig om zich aan te passen aan de helderheid van de omgeving. Grote verschillen dienen te worden vermeden. Weinig verlichting is vaak al voldoende, mits deze egaal is. Plaatselijk felle verlichting zorgt dat de zwak verlichte delen donkerder lijken. Een te felle verlichting in het toilet zorgt dan ook dat mensen bij het verlaten weinig zien.

o de verlichtingssterkte; Zorg dat instructies aan de buitenkant duidelijk verlicht zijn. Voor oriëntatie is een minder hoog lichtniveau vereist. Oriëntatie buiten dient meer dan 10 lux te zijn. Aanvullende informatie is te vinden in Nederlandse praktijkrichtlijn NPR 13201-1 Openbare verlichting.

o de luminantieverhouding; De helderheid van het object hangt af van het opvallende licht en de reflectiefactor. Gladde en spiegelende oppervlakken kunnen verblindend zijn. Maakt u bijvoorbeeld gebruik van een aluminium deur, zorgt u dan dat de luminantie verhouding met het ernaast geleden vlak niet groter is dan 1:3.

o Kleurcontasten; Een aantal kleuren- combinaties is ongeschikt, omdat mensen die kleurenblind zijn deze niet kunnen onderscheiden. De combinatie rood-groen en (donker)rood-zwart dienen dan ook niet toegepast te worden. Zorg wel voor een duidelijk verschil, zodat ook slechtzienden de verschillende onderdelen kunnen onderscheiden.

Page 23: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

21

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

7. OnderhoudIn de vorige hoofdstukken is de aandacht uitgegaan naar de plaatsing van een toilet. Maar ook het onderhoud ervan is van ontzettend hoog belang, zowel technisch als publicitair. Deze laatste stap richt zich dan ook op de aspecten relateert aan het onderhoud van een openbaar toilet.

7.1. Veel voorkomende problemen

Een belangrijke onderdeel van het onderhoud is het verbeteren van het imago dat heerst over openbare toiletten. Om het imago van toiletten te voorbeteren, moeten de grootste vooroordelen onderuit gehaald worden. Om vooroordelen te voorkomen, moeten de meest voorkomende problemen voorkomen worden. Het onderzoek van de DTO heeft een aantal veel voorkomende problemen duidelijk gemaakt.

Hierbij staat de hygiëne duidelijk bovenaan de lijst van problemen. Maar liefst 60% van de participanten geeft aan een toilet niet te hebben gebruikt omdat de hygiënische toestand onder de maat was. De volgende paragraaf zal hier wat meer aandacht aan besteden. Het probleem wordt gevolgd door een defect toilet (45%) en een te lange wachtrij (40%). Ook geen toegang tot een toilet kunnen krijgen, te wijten aan geen geschikte betaalmethode of beperkte openingstijden, scoort hoog. Van de 25 mindervaliden die deelnamen aan het onderzoek, gaven maar liefst 23 aan dat het onmogelijk was het toilet te betreden. Ook bij deze groep geeft aan vaak een defect of onhygiënisch toilet tegen te komen.

7.2. Hygiëne

Het meest voorkomende probleem bij openbare toiletten is nog steeds de hygiëne. Jaarlijks publiceert het vakblad Service Management het nationaal toiletonderzoek. Diverse recente toiletonderzoeken bewijzen wederom dat het nog steeds slecht

gesteld is met de beoordelingen van toiletten in het openbaar. In 2009 kwam nog geen kwart van de toiletten als ‘goed’ uit de bus. De bril is daarbij het onderdeel met de hoogste besmettingskans.1

Moderne zelfreinigende toiletten reinigen systematisch de onderdelen die het meest bevuild raken. Ook is aanraking tot een minimum beperkt, waardoor de besmettingskans aanzienlijk afneemtWanneer u kiest voor het inzetten van personeel, dan is het belangrijk duidelijk instructies te geven. De vier belangrijkste aandachtspunten zijn de bril, kraan, deurknop en spoelknop.

7.3. Toiletten in het nieuws

Een positief beeld begint natuurlijk bij positieve berichten. Om het imago van toiletten te verbeteren is het daarom van groot belang om toiletten positief in het nieuws te plaatsen. Geen nadruk op problemen, maar nadruk op de verbeteringen. U kunt hierbij denken aan nieuwsberichten bij plaatsing van een nieuw toilet.

Onderhoud houdt ook in dat er voor het publicitaire deel van het toilet dient te worden gezorgd. Zorg dat een toilet niet in de vergetelheid geraakt en besteed er regelmatig aandacht aan. U kunt hierbij denken aan een herinnering aan het toilet, meningen van gebruikers, een interview met de toiletjuffrouw of een opknapbeurt van het toilet. Natuurlijk kunt u trots zijn op een goed toilet in uw gemeente of wijk. Een extra vermelding hiervan is een goede zaak. Juist door herhaling stimuleert u het gebruik en de zorg voor het toilet.

In de toekomst zal de DTO ook meer gaan inzetten op positieve berichtgeving omtrent openbare toiletten, o.a. door een toilet-van-het-jaar verkiezing.

1. ServiceManagement november 2009

5Stap

Page 24: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

227.4. Kosten

Naast de kosten van het onderhoud heeft u natuurlijk allereerst de kosten van de aanschaf van een toilet. In §2.3 ‘City marketing’ is reeds aandacht gegeven aan de positieve effecten van goede toilet voorzieningen. De reden dat dit onderwerp nu pas ter sprake komt, is de grote variatie in aanschafkosten. Zo heeft u bij zelfreinigende toiletten niet de kosten van personeel, maar wel hogere aanschafkosten vanwege het duurdere zelfreinigende systeem waarover de toilet beschikt. Gaat u liever voor de plaatsing van een urinoir, dan zullen de kosten laag zijn, maar voorziet u slechts een deel van uw bezoekers. Niet alleen de toiletunit zelf, ook de locatie bepaalt de kosten. Er is een grote bandbreedte tussen een inbouw- en een op-zichzelf-staand straat toilet. Kosten van een faciliteit variëren zo veelal van €10.000,- tot €90.000,-.

Om de kosten zo laag mogelijk te houden volgen hier een viertal suggesties:

o Bespreek met ondernemers de mogelijkheid om semi-openbare toiletten open te stellen.

o Bekijk de mogelijkheden tot sponsoring en reclame in of nabij de toiletfaciliteiten.

o Doe beroep op subsidies, zoals de Wet Maatschappelijk Ondersteuning (WMO)

o Probeert u een mate van prioriteit mee te geven aan de nieuw te plaatsen toiletten. Plaats eerst de hoognodige toiletten en voorzie hierna zo snel mogelijk in de resterende toiletten

U doet er goed aan na een jaar het gebruik van het toilet/de toiletten te evalueren. Dit kunt u natuurlijk op verschillende manieren doen.

o Panels: wanneer de gemeente beschikt over een stads- burger- of bedrijvenpanel, kunt u hier vragen over toiletvoorzieningen in opnemen.

o Wijkschouw: Bij een zogenoemde wijkschouw lopen bewoners en medewerkers van de gemeente rond in een gebied en bespreken de knelpunten en mogelijkheden.

o Klachtentelefoon of website: Zowel het aantal als de soort klachten geven een indicatie van de situatie.

o Enquête: U kunt onder bewoners en ook via toeristenbureaus een enquête verspreiden.

Verder kunt u letten op:

o Reacties van publiek en belangengroepen.

o Afname van wildplassen en kosten en klachten die hiermee gemoeid zijn.

o Toename van bezoekersaantallen in gemeente of bij specifieke hotspots.

o Ervaringen van toezichthouders, schoonmakers en andere betrokkenen.

Neem de klachten altijd serieus. Probeer indien mogelijk waardes aan eventuele klachten te verbinden en bekijk later nogmaals of de maatregelen hebben geholpen. Doorloopt u de stappen nogmaals voor een actuele check van de stand van zaken.

8. Evaluatie

6Stap

Page 25: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

23

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

In dit laatste hoofdstuk zal een voorbeeldberekening worden gegeven. In deze analyze wordt werkblad 1 niet gebruikt. Dit wil dus zeggen dat de ambities and doelstellingen van de gemeente voor de nabije toekomst niet in acht worden genomen.

9.1. Stuatieschets

Deze stad met 220.000 inwoners heeft een stedelijkheidsgraad van 1875. In de zomerperiode komen er regelmatig grote hoeveelheden toeristen voor het oude stadscentrum en om te winkelen. Het horecagebied is dan ook groot. Verder wil de gemeente het toerisme blijven stimuleren.

Het aantal oudere bezoekers ligt hoog en in het gebied wonen tevens veel ouderen. Minder validen komen gemiddeld voor.

Voor de analyze is het gebied rondom het winkelcentrum gekozen. In dit gebied bevinden zich een groot gewestelijk centrum, een treinstation, een theater, een bioscoop en discotheek. Tevens is er een marktplein en een stadspark. In de huidige situatie is er alleen een toilet op het station te vinden. Deze bestaat uit 1 faciliteit met 2 ITO toiletten en 6 gewone toiletten. De openingstijden zijn ruim.

9.2 Invullen werkblad

Het invullen van werkblad 3 geeft de volgende berekening:

1 x gewestelijk centrum = 6,79groot horecagebied = 1,781 x treinstation = 0,856 x parkeergarage (0,5) = 33 x hotspots met eigen toiletten (0,2) = 0,62 x hotspots zonder toilet (park en plein) (0,7) = 1,4

TOTAAL HOTSPOTS: 14,42

Verder is het aantal minder validen gemiddeld (1,47)het aantal ouderen hoog (1,64) en het toerisme hoog (1,50)GEMIDDELDE GEBRUIKERSFACTOR: 1,54

Uit de berekening volgt: Stedelijkheid / 1500 = 1,25 x som hotspots (14,42) x gem. gebruikersfactor (1,54) = 27,75 toiletten

De reeds aanwezige faciliteit op het station bestaat uit 8 toiletten die ruim geopend zijn en als volwaardige toiletten meegerekend worden: 27,75 - 8 = 19,75 nieuwe toiletten.

9.3. Locaties

De gemeente wil gezien het hoge toerisme in de toekomst ruim in de behoefte voorzien: 20 nieuwe toiletten worden geplaatst. Op de volgende pagina is een plattegrond te zien waarop de reeds aanwezige faciliteit aangeduid is.

De kaart laat zien dat met de loopafstanden in acht genomen, 4 faciliteiten voldoende zou zijn om het gebied te dekken.

Toiletfacilteit 1 wordt geplaatst in een van de parkeergarages.Toiletfaciliteit 2 wordt geplaatst in het zuidwesten: de aanlooproute vanuit de woonwijken.Toiletfaciliteit 3 wordt geplaatst in het stadspark.

Een mogelijke verdeling is 6 - 6 - 7, waarbij zich in iedere faciliteit minstens één ITO toilet bevindt.

9. Voorbeeld

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

station

8

semi-openbaar

aantal faciliteiten:

openbaar

6

straatsemi-openbaar

aantal faciliteiten:

openbaar

6

parksemi-openbaar

aantal faciliteiten:

openbaar

7

garage

3 1

Page 26: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

24

9.4. Keuzes

In §6.2 zijn een aantal keuzes toegelicht. Met betrekking tot de situatie in deze gemeente , zijn de volgende keuzes te verantwoorden:

Gespreid of geconcentreerd?Geconcentreerd, omdat er concentraties hotspots zijn en vaste aanlooproutes vanaf de parkeergarages en het station. Tevens valt één grote faciliteit meer op dan meerdere kleine toiletfaciliteiten. In het geval van hoog toerisme, is het een goede zaak om tot concentraties over te gaan om de herkenbaarheid te verhogen.

Integraal toegankelijke toiletten of gesplitst?Integraal toegankelijk, vanwege de variatie in bezoekers. Er is geen reden om aan te nemen dat splitsing noodzakelijk is. Het is gemakkelijker in de behoefte te voorzien als zoveel mogelijk bezoekers gebruik kunnen maken van hetzelfde toilet.

Zelf-reinigend of aanwezigheid van personeel?Aanwezigheid van personeel, omdat het om concentraties van toiletten gaat. Die zijn goed bij te houden door personeel. Een toiletjuffrouw of -heer is tevens een aanspreekpunt voor de vele toeristen.

Page 27: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

25

Richtl ijnen IT O toiletten in Nederland

Hotspots: Plekken in de openbare ruimte waar veel bezoekers op af komen en de concentratie van bezoekers hoog is.

ITO toilet: Integraal toegankelijk toilet, een toilet dat met minder validen gebruikers als uitgangspunt ontworpen is, waardoor deze voor zoveel mogelijk mensen bruikbaar is.

OAD (Omgevings Adressen Dichtheid): Door het CBS in het leven geroepen maatstaaf om de concentratie van menselijke activiteiten (wonen, werken, schoolgaan, winkelen, uitgaan etc.) weer te geven.

Openbaar toilet: Een toilet in de buitenruimte dat voor iedereen toegankelijk is en dat je al dan niet tegen betaling ongevraagd kunt benutten. Eventuele betaling vindt veelal plaats door middel van muntinworp/chipkaart.

Openbare ruimte: Ruimte die publiek toegankelijk is en die door de overheid wordt beheerd.

Publieke ruimte: Ruimte die publiek toegankelijk is, maar die zowel publiek als privaat beheerd kan zijn.

Semi-openbare ruimte: Het verschil tussen openbare en publieke ruimte: gebieden die te maken hebben met sluitingstijden en daardoor niet altijd vrij toegankelijk zijn.

Semi-openbare toiletten: Toiletten die zich in de geheel of gedeeltelijk overdekte publieksruimtes bevinden, zoals toiletten in horeca gelegenheden, treinstations en bibliotheken.

Stedelijkheidsgraad: Een gemiddelde van alle omgevings adressen dichtheden in een gemeente. Hierin zijn volgens het CBS vijf categorieën te onderscheiden.

vvo: de verkoop vloeroppervlakte uitgedrukt in m2

10. Verklaring termen

Page 28: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Werkbladen

Page 29: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

werkblad 1Analyze huidige situatie

gaarV tcepsAdeels, nee

Toelich�ng en verbeterpunten

Voorzieningen Zijn er op dit moment openbare toile�enin uw gemeente aanwezig?

Gebruikers Zijn er gebruikersgroepen die u graag meer in uw gemeente wilt zien? Zijn er klachten van gebruikers of belangengroepen mbt toile�en? Is er een klachtenpunt voor gebruikers en bezoekers van de openbare ruimte?

Beleid Is er in het verleden gewerkt met een beleid omtrent openbare toile�en? Is er een beleid voor de aanpak van problemen rondom openbare toile�en, vandalisme en wildplassen?

Doelstellingen Zijn er uitgangspunten en doelstellingen geformuleerd voor de gemeente of gebieden?

Integrale aanpak

Is de aanpak van openbare toile�en opgenomen in een integrale aanpak van de openbare ruimte?

Betrokken par�jen

Is er een duidelijk beeld van de par�jen die betrokken zijn bij de plaatsing van openbare toile�en? Zijn er par�jen die open staan voor een integraal beleid omtrent toile�en?

Taken Zijn er taken binnen de gemeente vastgelegd over de diverse onderdelen van de openbare ruimte? Zijn er aangewezen personen binnen het gemeentebestuur die aansprakelijk zijn voor de openbare ruimte?

Opbrengsten en kosten

Hee� u een opbrengsten en kostenoverzicht van de huidige toiletvoorzieningen en kosten door wildplassen in uw gemeente? Hee� u budget beschikbaar voor de verbetering van de toegankelijkheid van de openbare ruimte?

Me�ngen Worden resultanten en inspanningen periodiek gemonitoord? Stuurt u aan de hand van deze me�ngen bij?

Ja,

Page 30: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

kopie werkblad 1Analyze huidige situatie

gaarV tcepsAdeels, nee

Toelich�ng en verbeterpunten

Voorzieningen Zijn er op dit moment openbare toile�enin uw gemeente aanwezig?

Gebruikers Zijn er gebruikersgroepen die u graag meer in uw gemeente wilt zien? Zijn er klachten van gebruikers of belangengroepen mbt toile�en? Is er een klachtenpunt voor gebruikers en bezoekers van de openbare ruimte?

Beleid Is er in het verleden gewerkt met een beleid omtrent openbare toile�en? Is er een beleid voor de aanpak van problemen rondom openbare toile�en, vandalisme en wildplassen?

Doelstellingen Zijn er uitgangspunten en doelstellingen geformuleerd voor de gemeente of gebieden?

Integrale aanpak

Is de aanpak van openbare toile�en opgenomen in een integrale aanpak van de openbare ruimte?

Betrokken par�jen

Is er een duidelijk beeld van de par�jen die betrokken zijn bij de plaatsing van openbare toile�en? Zijn er par�jen die open staan voor een integraal beleid omtrent toile�en?

Taken Zijn er taken binnen de gemeente vastgelegd over de diverse onderdelen van de openbare ruimte? Zijn er aangewezen personen binnen het gemeentebestuur die aansprakelijk zijn voor de openbare ruimte?

Opbrengsten en kosten

Hee� u een opbrengsten en kostenoverzicht van de huidige toiletvoorzieningen en kosten door wildplassen in uw gemeente? Hee� u budget beschikbaar voor de verbetering van de toegankelijkheid van de openbare ruimte?

Me�ngen Worden resultanten en inspanningen periodiek gemonitoord? Stuurt u aan de hand van deze me�ngen bij?

Ja,

Page 31: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

werkblad 2Reeds aanwezige faciliteiten

Op dit werkblad kunt u de reeds aanwezige faciliteiten in uw gemeente op een rijtje ze�en. De cirkels zijn uit te knippen, zodat u ze op een pla�egrond van de gemeente kunt plaatsen. Ieder toilet bedekt een gebied. Door een cirkel te tekenen vanuit het middelpunt met een straal van 500 meter, kunt u later in een oogop-slag zien waar een tekort aan voorzieningen is.

Wanneer u niet beschikt over een grote kaart, kunt u natuurlijk ook de cirkels nummeren en hiernaar verwijzen door cijfers op de kaart te ze�en.

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Page 32: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Kopie werkblad 2Reeds aanwezige faciliteiten

Op dit werkblad kunt u de reeds aanwezige faciliteiten in uw gemeente op een rijtje ze�en. De cirkels zijn uit te knippen, zodat u ze op een pla�egrond van de gemeente kunt plaatsen. Ieder toilet bedekt een gebied. Door een cirkel te tekenen vanuit het middelpunt met een straal van 500 meter, kunt u later in een oogop-slag zien waar een tekort aan voorzieningen is.

Wanneer u niet beschikt over een grote kaart, kunt u natuurlijk ook de cirkels nummeren en hiernaar verwijzen door cijfers op de kaart te ze�en.

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Page 33: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

werkblad 3De stedelijkheidsgraad van de gemeente / wijk / gebied:

Stedelijkheidsgraad

Berekening

x Som hotspots x Gemiddelde gebruikersfactor = Openbare toile�en

Aantal semi-openbare toile�en / 2 =

Aantal nieuw te plaatsen openbare toile�en:

Stedelijkheidsgraad

1500

-

Aantal reeds aanwezig volledig openbare toile�en =

Hotspots

Laag <12%

Middel 12%-18%

Hoog >18%

Laag<12%

Middel12%-18%

Hoog>18%

Laag Middel Hoog

1 1,47 1,94 1 1,32 1,64 1 1,25 1,50

Gemiddelde gebruikersfactor (bijz. gebruikers + ouderen + tourisme / 3) =

Bijzondere gebruikers Ouderen (65+) Tourisme

Gebruikers

Som Hotspots:

Hotspot Aanwezigheid Rekenfactor Dorps, buurt of wijk winkelgebied (vvo < 7500 m2) Lokaal - boodschappen

Aantal: … x 0,43 =

Klein stadsdeel winkelgebied (vvo 7500 – 15000 m2) Streekverzorgend - boodschappen

Aantal: … x 1,45 =

Groot stadsdeel winkelgebied (vvo 15000 – 45000 m2) Regionaal – boodschappen + recreatief

Aantal: … x 2,97 =

(Groot) gewestelijk winkelgebied (vvo > 45000 m2) Provinciaal – boodschappen + recreatief

Aantal: … x 6,79 =

Horeca gebied (rela�ef t.o.v. winkelgebied)

Klein (0) Normaal (1) Groot(2)

x 0,89 =

OV Knooppunten (bus-,trein- of tramsta�on)

Aantal: …

x 0,85 =

Parkeergarages en carpoolplaatsen (> 50 parkeerplaatsen)

Aantal: …

x 0,50 =

Overige publiekstrekkers MET eigen toile�en (voetbalstadion, bibliotheek, museum, theater)

Aantal: … x 0,20 =

Overige publiekstrekkers ZONDER toile�en (o.a. markten, parken, grote speelruimtes)

Aantal: … X 0,70 =

Page 34: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

kopie werkblad 3De stedelijkheidsgraad van de gemeente / wijk / gebied:

Stedelijkheidsgraad

Berekening

x Som hotspots x Gemiddelde gebruikersfactor = Openbare toile�en

Aantal semi-openbare toile�en / 2 =

Aantal nieuw te plaatsen openbare toile�en:

Stedelijkheidsgraad

1500

-

Aantal reeds aanwezig volledig openbare toile�en =

Hotspots

Laag <12%

Middel 12%-18%

Hoog >18%

Laag<12%

Middel12%-18%

Hoog>18%

Laag Middel Hoog

1 1,47 1,94 1 1,32 1,64 1 1,25 1,50

Gemiddelde gebruikersfactor (bijz. gebruikers + ouderen + tourisme / 3) =

Bijzondere gebruikers Ouderen (65+) Tourisme

Gebruikers

Som Hotspots:

Hotspot Aanwezigheid Rekenfactor Dorps, buurt of wijk winkelgebied (vvo < 7500 m2) Lokaal - boodschappen

Aantal: … x 0,43 =

Klein stadsdeel winkelgebied (vvo 7500 – 15000 m2) Streekverzorgend - boodschappen

Aantal: … x 1,45 =

Groot stadsdeel winkelgebied (vvo 15000 – 45000 m2) Regionaal – boodschappen + recreatief

Aantal: … x 2,97 =

(Groot) gewestelijk winkelgebied (vvo > 45000 m2) Provinciaal – boodschappen + recreatief

Aantal: … x 6,79 =

Horeca gebied (rela�ef t.o.v. winkelgebied)

Klein (0) Normaal (1) Groot(2)

x 0,89 =

OV Knooppunten (bus-,trein- of tramsta�on)

Aantal: …

x 0,85 =

Parkeergarages en carpoolplaatsen (> 50 parkeerplaatsen)

Aantal: …

x 0,50 =

Overige publiekstrekkers MET eigen toile�en (voetbalstadion, bibliotheek, museum, theater)

Aantal: … x 0,20 =

Overige publiekstrekkers ZONDER toile�en (o.a. markten, parken, grote speelruimtes)

Aantal: … X 0,70 =

Page 35: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

werkblad 4Nieuw te plaatsen faciliteiten

De cirkels hieronder kunt u uitknippen en plaatsen op de kaart van uw gemeente, ter verduidellijking vande nieuw te plaatsen faciliteiten of opengestelde semi-openbare faciliteiten in uw gemeente.

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Page 36: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

kopie werkblad 4Nieuw te plaatsen faciliteiten

De cirkels hieronder kunt u uitknippen en plaatsen op de kaart van uw gemeente, ter verduidellijking vande nieuw te plaatsen faciliteiten of opengestelde semi-openbare faciliteiten in uw gemeente.

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Loca�e voorziening:

aantal toile�en:

openbaar / semi-openbaar

integraal toegankelijk

open van: tot:

Page 37: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

BijlageStedelijkheidsgraad

Op de volgende paginas vindt u de stedelijkheidsgraad van alle gemeenten in Nederland. Omdat de stedelijkheidsgraadregelma�g wordt bijgewerkt, kunt u onderstaande waardes slechts gebruiken ter indica�e. De actuele stedelijkheidsgraad is op te vragen bij het CBS.

Het aantal potentiele lokale en regionale klanten van woonkernen en de omgevingsadressendichtheid per gemeente

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Aa en Hunze 19 390 4 210 242472043 1024 9grublaA

Aalsmeer 17 320 2 220 595856039 41047 81netlaA743042030 6raA reT936092057 4eduocbA

Achtkarspelen 27 330 8 660 357034012080 3toolsrekA

Alblasserdam 15 620 3 540 1 316Albrandswaard 11 380 1 770 815Alkemade 11 550 1 450 536Alkmaar 111 420 133 640 2 085

554 1084 701027 67olemlAAlmere 138 770 120 060 1 453Alphen-Chaam 5 840 360 242Alphen aan den Rijn 78 180 64 100 2 044Ambt Delden 3 510 410 90Ambt Montfort 9 020 1 720 304

281092023 3dnalemAAmerongen 5 930 900 518Amersfoort 141 360 196 110 2 017Amstelveen 77 640 50 090 2 022Amsterdam 812 060 1 678 380 6 094

282075081 5kjidnA672072005 3olregnA

Anna Paulowna 12 540 2 920 392Apeldoorn 159 610 252 600 1 523Appingedam 13 160 9 110 956Arcen en Velden 7 380 1 380 322Arnhem 163 600 293 700 1 906

523 1072 49020 56nessA617014 8073 51netsA

Avereest 15 330 10 180 550485015 8058 11lexA

Baarle-Nassau 4 570 430 276633 1099 01035 22nraaB

Barendrecht 20 820 4 730 1 453Barneveld 44 170 26 470 645

333056060 4nemhtaB375013 2070 9mudeB947074 6079 41keeB

Beemster 4 580 230 530

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

016010 8051 31leseeB754071 1013 4dlefleB

Bellingwedde 7 700 1 160 150Bemmel 13 420 3 640 505Bennebroek 3 180 180 645Bergambacht 6 480 330 391

234011 4085 41kjiegreB718019 2004 11negreB862008 1064 11negreB

Bergen op Zoom 71 050 82 770 1 563874059 6047 51hgreB

Bergschenhoek 7 290 690 1 003Berkel en Rodenrijs 11 710 1 650 695Bernheze 22 620 6 020 534

963003089 6essinreB122 1019 51051 52tseB

Beuningen 20 740 7 140 844Beverwijk 34 680 18 600 2 421

432060 2064 8tdliB teh742 1047 51082 13tliB eD

Binnenmaas 10 680 600 410625069 4082 71ledalB308026059 6muciralB095035030 6kjiwsielB

Bloemendaal 8 780 560 1 014Boarnsterhim 13 870 3 470 342Bodegraven 17 970 4 060 1 191

573018 1056 7lekeoB662016021 5reoB neT

Bolsward 10 610 8 570 894205002 4017 9olucroB

Borger-Odoorn 21 300 4 900 241984058 4068 21nroB699005 21020 02enroB942065 4013 71elesroB

Boskoop 13 030 2 410 728Boxmeer 27 570 14 230 550

369017 81086 82letxoB237 1029 942030 771aderB

Brederwiede 9 700 1 770 214Breukelen 10 280 1 180 639

677080 2029 21elleirB

Centraal Bureau voor de Statistiek

Page 38: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Broekhuizen 1 500 130 150Brummen 19 460 7 190 636Brunssum 31 600 27 300 1 501

455057091 8kinnuBBunschoten 16 980 6 700 905

812011 1016 61neruB221 2076 71026 23mussuB

Capelle aan den IJssel 65 020 36 980 2 162Castricum 22 770 9 690 1 406Coevorden 31 690 19 090 443Cranendonck 17 570 4 490 509Cromstrijen 10 280 930 587

186037 41000 42kjiuCCulemborg 25 900 14 190 1 268

304060 7076 51nesflaDDantumadeel 19 510 7 860 378

371 3098 88093 101tfleD437043 62013 03ljizfleD

Denekamp 11 580 6 690 519087091 52075 13enrueD

Deventer 93 460 130 950 1 707987095 11030 71madiD240 2069 2009 61nemeiD

Diepenheim 1 920 200 194Dinxperlo 8 430 4 570 697

034093029 6dnalskriDDodewaard 3 220 380 315Doesburg 11 460 5 830 729Doetinchem 52 440 59 210 1 025

040 1006 01096 22negnoDDongeradeel 24 030 15 440 454

715062 1069 7nrooDDordrecht 140 480 175 820 2 359Drechterland 8 210 1 260 465Driebergen-Rijsenburg 17 490 6 450 986Drimmelen 19 240 2 960 605

627055 91035 33netnorD116033 5079 41neturD199029 81074 52neviuD426048 41003 91thcE362006031 5dlethcE

Edam-Volendam 25 690 11 170 1 357123 1078 901038 301edE657009090 6senmeE

Eemsmond 15 100 3 600 324814077 3072 41lesreE055022 1026 8dnomgE

Eibergen 16 260 10 610 604045047 1049 8nedsjiE

Eindhoven 233 710 466 630 2 078175014 01095 02grublE000 1029 6063 51tslE

Emmen 110 270 124 370 709Enkhuizen 17 090 9 920 1 195Enschede 156 470 233 630 1 826

906010 71009 03epE208079 91082 72olemrE

Etten-Leur 38 360 30 080 1 294Ferwerderadiel 6 900 880 188Franekeradeel 19 640 15 180 568Gaasterlân-Sleat 9 390 2 610 230Geertruidenberg 19 970 7 950 873Geldermalsen 22 960 7 670 485

162 1053 61035 62pordleG094 1073 24086 83neeleG

Gemert-Bakel 23 370 10 830 611Gendringen 20 880 16 950 639

175012 1038 5tdneGGenemuiden 8 600 4 260 664

215085 6046 51penneGGiessenlanden 9 760 520 254Gilze en Rijen 19 630 5 470 844Goedereede 10 220 620 316

601 1024 74001 04seoG999022 6045 81elrioG018023 7064 21rooG

Gorinchem 41 270 25 970 1 595832040 1064 8lessroG662 2060 37048 28aduoG

Graafstroom 4 690 110 141Graft-De Rijp 3 840 200 368Gramsbergen 5 380 1 140 186

845098 3095 11evarG‘s-Graveland 5 950 560 570‘s-Gravendeel 5 430 540 812‘s-Gravenhage 504 320 858 030 4 849‘s-Gravenzande 16 440 3 640 1 247

847067 4081 9olneorGGroesbeek 17 310 7 270 583Groningen 196 200 424 240 3 009Grootegast 9 520 1 400 184Grubbenvorst 5 650 1 120 367Gulpen-Wittem 10 410 1 100 232Haaksbergen 23 280 18 830 881

803099079 8neraaHHaarlem 170 620 200 640 3 019Haarlemmerliede c.a. 2 400 50 541Haarlemmermeer 94 760 45 320 1 290

304005 2048 8neleaHHalderberge 25 770 5 560 592Den Ham 14 900 7 480 496Hardenberg 34 350 27 400 430Harderwijk 41 430 39 290 1 202Hardinxveld-Giessendam 18 310 5 670 839

908038 7035 61neraH

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Harenkarspel 11 340 930 292Harlingen 17 010 17 390 897Harmelen 5 860 570 616

085053 2017 6tlessaH317071 3074 9mettaH582012 2008 7leeH

Heemskerk 37 840 22 630 1 860Heemstede 22 030 6 490 1 436

405015 6051 61edreeHHeerenveen 43 560 49 420 1 042Heerhugowaard 48 380 38 650 1 285Heerjansdam 1 700 70 441Heerlen 114 620 176 640 1 573Heeze-Leende 11 380 2 640 501

900 1015 8059 02oolieH783009 1084 6onieH465037 31042 91nedleH

Den Helder 63 340 64 840 1 592Hellendoorn 36 780 38 180 690Hellevoetsluis 41 350 28 050 1 518Helmond 90 110 124 970 1 496Hendrik-Ido-Ambacht 18 100 4 950 1 280

333020 2003 7olegneHHengelo 87 050 115 060 1 540‘s-Hertogenbosch 150 840 234 850 1 837

523006017 5nereteHHeumen 12 450 3 040 699Heusden 40 080 16 700 840Heythuysen 10 750 3 240 366Hillegom 19 980 5 550 1 288Hilvarenbeek 11 510 2 070 499Hilversum 91 980 93 790 2 197

514068 2008 7netloHHontenisse 6 640 1 600 191Hoogeveen 57 540 70 270 1 001Hoogezand-Sappemeer 36 930 40 560 1 075

684 1010 87007 47nrooH306020 21062 91tsroH803 1019 41045 03netuoH969089 4043 31nessiuH237 1022 53005 54neziuH805051 71020 02tsluH

Hummelo en Keppel 2 560 140 108451053083 4lesnuH

IJsselham 4 140 520 137IJsselmuiden 12 040 6 150 584IJsselstein 26 180 11 690 1 462Jacobswoude 6 100 200 334Kampen 35 980 41 480 1 618

905035 4056 01ellepaK758 1061 52000 14kjiwtaK

Kerkrade 54 930 61 760 1 439742006003 3lesseK483004 1065 8neretseK

Kollumerland c.a. 12 280 4 130 306362071021 5kjidneroK

Krimpen aan den IJssel 24 570 6 610 1 637Laarbeek 18 050 7 570 505Landerd 11 170 1 950 361Landgraaf 41 450 39 580 1 285Landsmeer 5 160 340 800Langedijk 21 820 8 210 722

239079 1005 9neraL286034 31028 81keeL

Leerdam 23 180 8 490 1 107465000 1060 6musreeL

Leeuwarden 104 780 198 130 2 137Leeuwarderadeel 9 890 4 490 466

351 3081 961058 441nedieLLeiderdorp 21 790 6 630 2 025Leidschendam 30 700 10 140 2 024Lelystad 62 290 68 150 1 266Lemsterland 12 620 9 260 557Leusden 25 330 11 750 1 147Lichtenvoorde 18 790 13 730 603

932081066 4reemeiL909088025 7reiL eD113062065 6dlevseiL545035077 4nemmiL

Lingewaal 7 610 330 271692 1077 6027 12essiL471053043 4htiL

Littenseradiel 6 730 660 107286095 21068 81mehcoL403031052 4neneoL

Loon op Zand 18 490 5 910 882Loosdrecht 5 470 560 534

403095040 9kipoLLoppersum 8 280 720 178

046082 8067 81ressoL363053008 3nraaM

Maarssen 40 470 22 120 1 417Maartensdijk 4 660 270 365Maasbracht 12 150 4 040 440Maasbree 10 930 3 490 463Maasdonk 7 750 870 302Maasdriel 17 130 2 060 382Maasland 4 080 310 591Maassluis 33 370 15 840 1 757Maastricht 135 840 196 930 1 919Margraten 8 490 730 253

632080 2014 6olekraMDe Marne 8 730 430 143

952022 2043 8muraMMedemblik 7 610 1 660 857

3

Page 39: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Meerlo-Wanssum 5 630 370 154Meerssen 16 550 5 800 549

073034 1023 5lejieMMenaldumadeel 10 650 1 690 238Menterwolde 10 020 2 040 317

480 1083 63013 33leppeMMiddelburg 49 610 62 320 1 526Middelharnis 16 110 3 250 823Midden-Drenthe 29 220 13 610 340

918089 1096 7olreiMMill en Sint Hubert 8 600 1 490 263Millingen aan de Rijn 4 760 980 543Moerdijk 29 750 5 220 586

240 1021 3031 61retsnoMMontfoort 9 920 990 606Mook en Middelaar 5 780 970 333Moordrecht 5 230 440 885

604021061 3nediuMNaaldwijk 24 330 5 980 1 090Naarden 15 120 4 130 1 029Nederhorst den Berg 2 770 130 305

428097099 9kelredeNNederweert 14 540 6 200 452

556014 5086 01edeeNNeerijnen 7 070 310 164

802048008 8prodeiNNieuw-Lekkerland 7 190 680 662Nieuwegein 70 310 64 380 1 776Nieuwerkerk aan den IJssel 16 460 3 260 1 307Nieuwkoop 8 210 620 505Nieuwleusen 7 880 3 400 318

592038 2013 01drufejiN498046 41060 23krekjiN

Nijmegen 182 520 334 680 2 233Noord-Beveland 4 850 390 182Noordenveld 28 890 18 620 553Noorder-Koggenland 7 210 300 170Noordoostpolder 41 050 35 530 667Noordwijk 24 190 9 360 1 294Noordwijkerhout 11 870 1 880 821

567094005 5prodtooNNuenen c.a. 19 510 7 830 969Nunspeet 25 620 19 130 666

244084 2043 21htuN483093046 4madbO

Oegstgeest 18 060 4 820 1 513Oirschot 14 160 3 730 505Oisterwijk 23 650 10 530 847Oldebroek 19 950 10 210 513Oldenzaal 32 200 29 570 1 242

823024 1080 7tslO034025 21004 61nemmO

Onderbanken 5 100 690 427Oostburg 15 370 6 000 336Oosterhout 53 620 46 980 1 329Oostflakkee 8 180 380 377Ooststellingwerf 24 320 12 010 387Oostzaan 4 460 300 901Ootmarsum 3 880 800 484

214060 2078 9reempOOpsterland 24 720 8 920 319

493 1007 09044 57ssOOud-Beijerland 19 540 5 150 1 242Ouder-Amstel 6 070 330 1 170Ouderkerk 4 380 150 521Oudewater 8 010 840 765Papendrecht 26 790 11 120 1 736

594079 01089 31alekePPijnacker 14 730 2 490 897Purmerend 74 280 63 860 2 133

577011 31010 22nettuP685022 12002 72etlaaR

Ravenstein 5 840 560 271335095022 8kjiwueeR

Reiderland 5 850 880 195Reimerswaal 18 900 4 090 412Renkum 26 160 7 790 779Renswoude 2 450 210 307Reusel-De Mierden 11 170 2 860 427

491 1027 91035 04nedehR928060 5034 51nenehR

Ridderkerk 45 510 20 680 1 634Rijnsburg 12 840 2 700 1 542Rijnwaarden 7 910 1 550 304Rijnwoude 12 190 1 100 574

971 1063 72071 82nessjiR158 2073 31021 04kjiwsjiR

Roerdalen 8 360 1 440 356Roermond 54 080 71 950 1 424Roggel en Neer 6 610 1 360 284De Ronde Venen 29 630 7 250 778Roosendaal 79 920 84 630 1 314Rotterdam 676 440 1 400 070 3 799Rozenburg 10 560 1 950 1 180Rozendaal 1 130 40 742Rucphen 21 030 10 230 585

283068 2094 7olruuRSas van Gent 8 150 5 270 350Sassenheim 13 000 2 650 1 274Schagen 19 550 10 660 955

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Scheemda 11 870 2 960 308Schermer 2 070 40 107Scherpenzeel 7 450 1 550 745Schiedam 75 380 53 220 3 222Schiermonnikoog 980 40 232Schijndel 23 130 15 880 867Schinnen 10 410 2 410 411Schipluiden 6 050 320 1 254Schoonhoven 11 640 1 820 1 011

382097016 5lroohcSSchouwen-Duiveland 32 450 5 050 440Sevenum 6 290 1 820 360Simpelveld 8 980 1 990 541Sint Anthonis 9 300 1 440 208Sint-Michielsgestel 22 040 5 200 504Sint-Oedenrode 13 980 5 120 534

632 1033 07032 65drattiSSkarsterlân 24 760 17 370 530Sliedrecht 23 350 9 390 1 487Slochteren 10 250 1 140 176Sluis-Aardenburg 6 190 2 370 236Smallingerland 58 630 79 380 1 086

844 1082 94083 83keenS642 1077 72019 14tseoS

Someren 15 580 6 440 530Son en Breugel 12 560 4 370 563Spijkenisse 80 780 71 880 2 076Stad Delden 5 610 1 370 651Stadskanaal 36 030 33 700 642Staphorst 13 820 7 040 306Stede Broec 23 560 15 960 934Steenbergen 21 320 4 720 554Steenderen 3 220 280 135Steenwijk 25 000 22 180 797

357028 71049 42nietS475056057 6nejirtS

Susteren 10 590 3 630 474145030 3046 7nemlawS249099 31051 91nelegeT

Terneuzen 36 690 39 060 932Terschelling 4 770 1 650 183

623041 6002 21lexeT563072 2048 02nelohT223023062 2nrohT941 1011 04032 44leiT624 2056 423097 212grubliT

Tubbergen 14 440 3 040 216Tynaarlo 27 260 11 430 435Tytsjerksteradiel 28 450 12 730 370Ubbergen 5 480 410 318

091 1071 34055 34nedU478025 1028 8tseegtiU

Uithoorn 23 160 5 620 1 293609010 01088 51krU

Utrecht 273 230 463 420 3 352637011 4045 9slaaV813068051 8grublaV

Valkenburg 2 810 130 902Valkenburg aan de Geul 14 760 4 290 522Valkenswaard 32 250 25 960 1 164Veendam 31 720 33 690 838Veenendaal 67 800 75 800 1 804

642048 2029 51ereeV678009 52094 43lehgeV

Veldhoven 43 240 36 260 1 391216 1035 94046 56nesleV

Venhuizen 5 330 540 200906 1005 601092 47olneV878029 93079 04yarneV337064 4005 61nenaiV

Vlaardingen 76 280 60 170 2 750Vlagtwedde 15 800 9 930 327Vleuten-De Meern 16 070 3 990 832

321022041 1dnaleilVVlissingen 50 840 70 850 1 649

743072061 6tsilVVoerendaal 8 830 1 360 454Voorburg 31 530 9 670 3 029Voorhout 10 630 1 780 1 014Voorschoten 18 900 5 050 1 579

274067 6046 71tsrooV273035 2054 7nedroV

Vriezenveen 17 880 8 750 480450 1029 41078 42thguV466094 4053 31erlaaW

Waalwijk 48 730 40 720 1 093Waddinxveen 26 070 9 410 1 317Wageningen 36 350 32 530 1 467Warmond 3 470 230 605Warnsveld 7 750 2 550 1 168Wassenaar 19 120 4 280 1 268Wateringen 9 150 1 080 1 229Waterland 9 740 780 571Weerselo 5 030 450 154

811 1064 55018 15treeW575 1066 2008 41pseeW273082 1014 5lheW

Werkendam 20 900 2 640 523Wervershoof 7 610 1 080 448West Maas en Waal 13 660 2 600 307

Page 40: DTO Richtlijnen ITO toiletten in Nederland

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Wester-Koggenland 8 530 510 249Westerveld 15 960 2 810 185Westervoort 14 570 6 230 1 123Weststellingwerf 24 920 18 360 578Westvoorne 11 380 950 459Wierden 20 900 11 280 590Wieringen 7 690 2 350 374Wieringermeer 11 330 1 740 393

900 1094 23078 83nehcjiW214089 1027 6ehjiW

Wijk bij Duurstede 22 590 9 330 1 006Winschoten 22 640 24 200 1 163

473046 2056 11musniWWinterswijk 29 040 28 450 1 006

105098 01094 91hcsiWWoensdrecht 19 010 5 560 499Woerden 38 550 18 560 1 211

453014046 5mungoWDe Wolden 19 550 5 650 257Wormerland 10 660 1 630 1 124Woudenberg 9 460 2 270 709Woudrichem 10 620 610 283

Gemeente Aantal poten- Aantal poten- Omgevings-tiële lokale tiële regionale adressen-klanten klanten dichtheid

Wûnseradiel 9 210 2 640 180Wymbritseradiel 11 210 1 580 184Zaanstad 136 700 109 600 1 716Zaltbommel 22 640 5 190 546Zandvoort 12 370 2 070 1 270

442083011 9kiredeZ132011023 3gnaveeZ

Zeewolde 15 720 7 020 774714 1091 35055 26tsieZ383044 4003 01mehleZ

Zevenaar 27 560 22 660 1 270Zevenhuizen-Moerkapelle 4 970 250 473

671053084 7epjiZZoetermeer 119 280 121 050 2 450Zoeterwoude 4 410 200 594Zuidhorn 14 870 3 430 325

314021 5050 71trednuZZutphen 40 400 44 180 1 481Zwartsluis 3 820 980 499Zwijndrecht 41 680 23 600 1 850

296 1071 991092 711ellowZ