Dit is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs bv ... fileoutsourcing bij het Oosterdokseiland...

15
DeernsData Dit is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs bv december 2006 # 15 Procesinnovatie en -integratie zijn de sleutelwoorden bij het ‘nieuwe’ bouwen www.klimahaus-bremerhaven.de Multicultureel ontwerpen en bouwen bij minus 20 graden Celcius Nieuwe mogelijkheden door geïntegreerde contractvorming Bio-energiecentrale Tongelreep: denken vanuit het eindresultaat Energiebesparing inzichtelijk maken loont

Transcript of Dit is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs bv ... fileoutsourcing bij het Oosterdokseiland...

DeernsDataDit is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs bv december 2006

# 15

Procesinnovatie en -integratie zijn de sleutelwoorden bij het

‘nieuwe’ bouwen

ww

w.k

limah

aus-

brem

erha

ven.

de

Multicultureelontwerpenenbouwenbijminus20gradenCelciusNieuwe mogelijkheden door geïntegreerde contractvormingBio-energiecentraleTongelreep:denkenvanuitheteindresultaat Energiebesparing inzichtelijk maken loont

Nieuwe terminal voor Sheremetyevo Airport

De bouwwereld is in beweging: de economische upswing en het zoeken naar nieuwe wegen na de bouw-enquête leiden inmiddels tot zeer vele, vernieuwende varianten van samenwerking en contractvorming. Deerns speelt een belangrijke rol in vele van deze geïntegreerde proces-sen, hetgeen uit deze uitgave van Deerns Data, geheel gewijd aan dit thema, moge blijken.

Bij procesintegratie krijgt één partij de verantwoorde-lijkheid over verschillende activiteiten. Opdrachtgevers willen met minder partners aan tafel zitten. Dit creëert overzicht tijdens complexe ontwikkel- en bouwtrajecten. Door activiteiten als ontwerp en advisering over de bouw en onderhoud van installaties te bundelen, kan bovendien voordeel behaald worden met synergie-effecten. Installaties die volledig ontworpen zijn op de toekomst, en waarvan de kwaliteit van het onder-houd gegarandeerd is, gaan langer mee. Het voordeel voor de opdrachtgever: minder kosten, meer baten. Voor Deerns geldt in hoge mate dat wij een partij willen zijn, in wat voor samenwerkingsverband dan ook, die gekozen wordt vanwege zijn toegevoegde waarde. Toegevoegde waarde niet alleen in ontwerp van complexe, veelomvattende technische installa-ties, maar ook in kostenmanagement en advisering op het gebied van optimalisering van de levensduur-kosten. En het uitdenken van innovatieve energie- en installatieconcepten. Toegevoegde waarde kunnen bieden in het belang van het succes van alle team-partners door adviseurs in te brengen die integraal kunnen meedenken met architect, constructeur en uitvoerende partijen. Van Deerns mogen onze klanten verwachten dat wij voortdurend bezig zijn met het zoeken naar toe-komstgerichte ontwikkelingen en oplossingen. Hier-voor is het belangrijk dat wij continu innoveren, nieuwe kennis ontwikkelen en deze leren toepassen en nieuwe vormen van samenwerking met opdracht-gevers zoeken.Voorbeelden van recent opgedane ervaringen met geïntegreerd ontwerpen en nieuwe vormen van samenwerken, vindt u in deze Deerns Data: energie-outsourcing bij het Oosterdokseiland in Amsterdam; innovatief aanbesteden van ontwerp en meerjaren-onderhoud bij het Jeroen Bosch ziekenhuis in Den Bosch; het leveren van luchthavenexpertise aan het DBFMO-consortium dat de nieuwe luchthaven van Moskou realiseert; en de publiekprivate ontwikkeling van een bio-energie centrale bij Nationaal Zwemcen-trum de ‘Tongelreep’ te Eindhoven.Nieuwe geïntegreerde contractvormen bij PPS en UAV-GC, vragen ook om nieuwe toetsingsinstrumen-ten en -adviezen aan de kant van de opdrachtgever. Ook in deze rol ontwikkelt Deerns haar kennis: dit komt aan de orde bij de renovatie van het Ministerie van Financiën en het bouwcommissioningstraject bij de Zwiesenborg in Hardenberg.In ons vak geldt meer dan ooit “de toekomst wordt vandaag gebouwd”. Wij bouwen daaraan intensief mee.

Ir E.S. Hora SiccamaDirecteur Deerns Raadgevende Ingenieurs

Procesinnovatieen-integratiezijndesleutelwoordenbijhet‘nieuwe’bouwen

2 Nieuwe terminal voor Sheremetyevo Airport

3 Geïntegreerde contractvorming: nieuwe mogelijkheden in de bouw

4 Procesinnovatie leidt tot sneller en beter resultaat

7 Maatwerk aan de Maatweg

7 ‘Hergroepering’ Politie Haaglanden

8 Denken vanuit het eindresultaat

11 Levensduurkosten leidend aanbesteding van ‘No-break systemen’ Rabobank

12 Overheid overstag voor nieuwe vorm van aanbesteden

15 Energiebesparing inzichtelijk maken loont

16 Deerns stimuleert innovaties met behulp van internetapplicatie Programma van Eisen Sanitaire voorzieningen

18 Opereren in een state-of-the-art operatiekamer

20 Comfort van gebouwen wordtd bepaald door kwaliteit initiatiefnemer

22 Overnachten op het Oosterdokseiland

24 Onderzoeken voor onderzoeksinstituut

25 Onbezorgd met vakantie

26 Nieuwe uitgave Good Practice Cahier Bouwcollege

27 Klimahaus 8° Ost: het wereldklimaat onder een glazen dak

28 Energiesubsidie voor Martini Ziekenhuis

# 15

I nhouddecember 2006

Geïntegreerde contractvorming: nieuwe mogelijk-heden in de bouw

DeernsData �

‘Multicultureel’ ontwerpen en bouwen bij minus 20 graden Celsius

Negenentwintig kilometer ten noordwesten van Moskou wordt door Turkse vaklieden hard gewerkt aan de herstructurering en nieuwbouw van de luchthaven. De nieuw­bouw van de terminal is namelijk als ‘Design & Build’­project aangenomen door de Turkse aannemer ENKA. Duizend bouwvakkers werken in shifts van 12 uur, 7 dagen per week, om het nieuwe gebouw van 170.000 m2 op tijd klaar te hebben. Er wordt gestreefd naar een bouw­ en ontwerptijd van twee jaar. Vaak wordt er gewerkt onder moeilijke omstandigheden. Zo wordt pas bij min 25 graden Celsius het buitenwerk stil gelegd in verband met

het mogelijk broos worden van de metalen buitenkranen.

Het NACO­Deerns team ondersteunt ENKA met advies op het gebied van civieltechnische, bouwkundige en instal­latietechnische vraagstukken. Project­adviseur Fokko Edens vult namens Deerns het NACO­team aan op installatie­technisch gebied. Hij werkte onder meer mee aan luchthavenspecifieke systemen zoals de passagiersbruggen, bagage­systemen, het visual docking guiding system (het systeem dat de piloot aan­wijzingen geeft zodat een vliegtuig goed

voor de gate uitkomt) en de klimaat­beheersing van de terminal.

Opmerkelijke aspectenEdens kwam in Rusland met nogal wat opmerkelijke aspecten in aanraking. “Allereerst waren er de extreme weers­omstandigheden. Daarnaast moest er worden samengewerkt met Russische, Turkse en Nederlandse collega’s. Boven­dien gebeurde de samenwerking met een aannemer die de totale opdracht integraal (architectuur, constructie en techniek) heeft aangenomen. Een heel nuttige erva­ring, zeker omdat er onder internationaal opererende aannemers een trend waar­neembaar is om vaker op deze manier te gaan werken.”

Door het geïntegreerde advieswerk van het NACO­Deerns team is de cohesie tus­sen de technische aspecten in het ontwerp gewaarborgd. Hierdoor worden de ver­wachtingen van alle betrokken partijen goed gemanaged, wordt meerwerk voor­komen en worden (juridische) risico’s tot een minimum beperkt. Volgens planning wordt de nieuwe terminal medio 2007 opgeleverd. Sherementyevo Airport is dan klaar voor de verwachte 15 miljoen passagiers per jaar.

Sheremetyevo behoort tot de grotere luchthavens in Rusland. De nationale vliegtuigmaatschappij Aeroflot heeft de luchthaven als

thuisbasis. Om te kunnen blijven concurreren met de drie andere internationale luchthavens in de buurt en om het voor

Aeroflot mogelijk te maken om allianties aan te gaan met andere luchtvaartmaatschappijen wordt er een derde terminal gebouwd:

Sherementyevo 3. Het gehele project is ‘Design en Build’ aanbesteed. Als onderdeel van het NACO-Deerns ontwerpteam adviseert

Deerns over de luchthaven- en gebouwspecifieke installaties.

Meer informatie over dit project:De heer F. EdensTelefoon: 070 395 7489Email: [email protected]

DeernsData � DeernsData �

Procesinnovatie leidt tot sneller en beter resultaat

Integratie van ontwerp, realisatie en onderhoud in Jeroen Bosch ziekenhuis

Wim Matser, projectdirecteur nieuwbouw bij het Jeroen Bosch ziekenhuis, en Aad Bijl, vestigingsdirecteur van Deerns Maastricht, zijn goed op elkaar ingespeeld. Dat moet ook wel, want de adviserende rol die Deerns in deze opdracht speelt vergt van beide partijen nauwgezette afstemming en groot inlevingsvermogen. Vanwege de ambitieuze opleverdatum – in 2010 moet het nieuwe ziekenhuis operationeel zijn – en de omvang en complexiteit van de werkzaamheden, maken de ontwerpende partijen handig gebruik van innovatieve werk­methoden. “Procesintegratie en een nieuwe vorm van aan­besteding – dat zijn onze twee troeven in deze opdracht”, aldus Bijl.

Hoge eisen aan ontwerp ziekenhuisDeerns verzorgt het ontwerp van de werktuigkundige en elektrotechnische installaties, inclusief de centrale energievoor­zieningen. “De uitdaging is groot. Het nieuwe complex heeft een oppervlakte van 130.000 m². Daar­naast is het ontwerpen van een ziekenhuis zeer ingewikkeld”, meent Matser. “Een ziekenhuisgebouw moet aan veel verschil­lende eisen voldoen. Ze moet onderdak bieden aan een state­of­the­art ICT­ omgeving. Het gebouw dient patiënten­logistiek efficiënt en klantvriendelijk te faciliteren. Het multidisciplinaire complex – naast zorg heeft onderwijs een belangrijke functie – moet bovendien minstens dertig jaar mee gaan. Dit betekent dat ruimten flexibel gebruikt moeten kunnen worden. Daarnaast

moet het ontwerp rekening houden met aanpassingen en vernieuwingen van de technische installaties.” Nauwkeurige afstemming van ontwerp en onderhoud van installaties is daarom van groot belang. Bijl vult aan: “Een optimaal binnen­klimaat en energievoorziening worden niet alleen bedacht op de

tekentafel, maar moeten zich in de praktijk bewijzen. Het goed onderhouden van de installaties speelt hierin een sleutelrol. Om de kwaliteit van ontwerp en van onderhoud te waarborgen, hebben we beide in één proces geïntegreerd.”

Integratie van ontwerp en onderhoudHet door Deerns ontwikkelde klimaatconcept maakt al gebruik van verscheidene productinnovaties. Aangepast aan de soort ruimte – beddenkamer, kantoorachtige ruimte of hot floor (o.a. de operatiekamers) – is een ander klimaatconcept ontwikkeld. Daarnaast werken alle systemen op lage temperatuur verwarming en hoge temperatuur koeling. Dit resulteert, in combinatie met bodemopslag en warmtepompen, in een laag energieverbruik. “In dit project hebben we innovaties ook op het ontwikkel­proces toegepast. Door tijdens de ontwerpfase tevens onder­houdsprotocollen te ontwikkelen, wordt voorkomen dat een ingenieus ontwerp slecht wordt uitgevoerd of onderhouden.”

“ Om de kwaliteit van ontwerp en

onderhoud te waarborgen, hebben

we beide geintegreerd.”

Het Jeroen Bosch ziekenhuis in ’s-Hertogenbosch ondergaat de komende jaren een metamorfose. Het ziekenhuis, dat nu nog over drie

verschillende locaties in de stad is verspreid, centreert haar activiteiten op één plaats: de huidige locatie Willem-Alexander. Het

bestaande ziekenhuis wordt grondig gerenoveerd en uitgebreid met nieuwbouw. Deerns werkt mee.

Aad Bijl (links), vestigingsdirecteur van Deerns in Maastricht en Wim Matser, projectdirecteur nieuwbouw bij het Jeroen Bosch ziekenhuis

DeernsData � DeernsData �

Deze vorm van procesintegratie garandeert volgens Bijl dat installaties optimaal werken en blijven werken.

Installeren op basis van receptEen tweede noviteit in deze opdracht is het werken met zoge­naamde ‘recepten’. Normaal worden de bestekken voor indivi­duele installaties opgenomen in het overall­bestek. Dit heeft als nadeel dat de ontwikkeling van de gehele structuur veel tijd in beslag neemt. Ze moet bovendien continu worden aangepast omdat een verandering op detailniveau eveneens terugslaat op het totaalontwerp. Matser: “Gezien onze deadline hebben we te

maken met een grote tijdsdruk. Traditionele werkwijzen voldoen niet.” Deerns loste dit probleem op door het ontwerp in twee fasen op te delen: een fase waarin de hoofdstructuur bepaald wordt, en een tweede voor de inbouw van voorzieningen. “In het ontwerp van de hoofdstructuur nemen we geen voorzieningen voor de afzonderlijke ruimten op. Deze voorzieningen en hun

positie worden later exact bepaald aan de hand van de afsprakentekeningen. Ver­volgens worden deze beschreven in de zogenaamde installatierecepten. In een recept staat voorgeschreven welke onder­delen en hoeveel materiaal voor een ruimte voorzien zijn.” Bijl vervolgt: “Deze werkwijze bekort de ontwerpfase aanzienlijk. Daarnaast worden kosten beter beheersbaar. Installateurs kunnen aan de hand van deze recepten nauwkeurige offerten maken.”

Voordelen van procesinnovatieMatser is tevreden over de ingevoerde procesinnovaties. “De bundeling van ontwerp en onderhoud moet een goed resultaat over de lange termijn garanderen. De total­cost­of­ownership wordt hierdoor bovendien verlaagd.” Volgens Bijl heeft het werken met recepten de ontwerptijd enorm verkort. Dit stelt het Jeroen Bosch ziekenhuis in staat om haar ambitieuze doel­stellingen op tijd te halen. “Dankzij de doorgevoerde proces­innovaties heeft Deerns onder grote tijdsdruk een heldere installatiestructuur en een waardevast concept geleverd”, sluit Matser af.

Deerns betrokken bij nieuwbouw Voorzieningencluster

De hoofdingang van het nieuwe ziekenhuisHet Nieuwe Ziekenhuis met middenonder Revalidatiecentrum Tolbrug en middenboven locatie Willem-Alexander

EGM

Arc

hite

cten

EGM

Arc

hite

cten

Het nieuwe zorgcomplex verrijst aan de Maatweg, aan de rand van het hart van Amersfoort. De nieuwbouw omvat 90.000 m2 en vervangt daarmee de twee bestaande ziekenhuislocaties in Amersfoort. Deze concentratie brengt een veelheid aan medische functies met zich mee. Operatie­kamers, intensive care­ afdelingen, rönt­genkamers, poliklinieken, laboratoria, patiëntenkamers en een psychiatrisch centrum. Het zijn maar enkele voorbeel­den van de opnieuw te huisvesten func­ties in het nieuwe gebouw.

Hoge, specifieke eisenDe diversiteit aan functies stelt hoge en specifieke eisen aan de gebouwgebonden installaties. Daarbovenop heeft het Meander als visie dat met een minimum aan instal­laties een optimale comfortsituatie moet worden bereikt. Een sluitend ontwerp van de technische installatie kan daarom alleen tot stand komen vanuit een sterk conceptuele benadering. Om het team buiten kaders te laten denken heeft het ziekenhuis geen typische ziekenhuis­architect geselecteerd. Atelier Pro heeft en veel breder portfolio en zal een geheel nieuw ontwerpconcept neerzetten. Deerns vult deze met zijn uitgebreide ervaring goed aan. Het streven is om integraal te ontwerpen via het zogenaamde Building Information Model (BIM). In deze digitale omgeving laden zowel de architect, de constructeur en de installateur hun gege­vens. Alle wijzigingen worden real­time verwerkt zodat de ontwerpafhankelijk­heden direct inzichtelijk zijn. Daarnaast wordt er bij het project uitgegaan van

levensduurkosten en worden ontwerpen driedimensionaal gepresenteerd.

Ook ten aanzien van de energieopwekking heeft het Meander, als maatschappelijk verantwoorde onderneming, richtlijnen op­gesteld. Doelstelling is om door een inno­vatieve manier van opwekking fossiele brandstoffen zoveel mogelijk te sparen en het energieverbruik tot een minimum te beperken. Deerns speelde de laatste jaren al een belangrijke rol in projecten in de gezondheidszorg waarbij duurzaamheid, een kort en efficiënt ontwerp­ en bouw­proces en organisatorische complexiteit de uitgangspunten waren. Voorbeelden daarvan zijn het Deventer Ziekenhuis en het Martini Ziekenhuis in Groningen.

Het Meander Medisch Centrum in Amersfoort is een zorginstelling waar continu aan verbetering wordt gewerkt. De huidige faciliteiten zijn echter aan vervanging toe. Om marktconform aan de vraag naar zorg te kunnen blijven voldoen, koos het bestuur van het medisch centrum voor een geheel nieuwe huisvesting op een nieuwe locatie. Deerns is als instal-latietechnisch adviseur geselecteerd voor het ontwerp en de uitvoeringsbegeleiding.

Nieuwe locatie voor Meander Medisch Centrum

Maatwerk aan de Maatweg

“ Traditionele werkwijzen voldoen

niet. We werken daarom volgens

een nieuwe ‘receptuur’.”

‘Hergroepering’ Politie Haaglanden

Het werkgebied van de Politie Haaglanden beslaat 210 km2. Hierin liggen negen deel­gemeenten waarin totaal zo’n 1 miljoen mensen wonen. Vanuit 53 vestigingen ver­leent het regiokorps zijn service. Het gaat hier dus om een complexe en dynamische organisatie, die het kennisniveau van de ruim 5000 medewerkers op efficiënte wijze op peil moet houden.

Op de huidige decentrale locaties waar de opleidingen en trainingen plaatsvinden, is geen ruimte meer voor uitbreiding. Om toch aan de opleidingsvraag te kunnen blijven voldoen is besloten tot nieuwbouw. In de toekomst zullen medewerkers op een nieuwe locatie en in een nieuw gebouw met een oppervlakte van 35.000 m2 hun opleidingen en trainingen gaan volgen.

Deerns Concept StudioDe conceptuele visie op deze opdracht is binnen Deerns mede tot stand gekomen door inbreng van de Deerns Concept Studio. Deze Concept Studio heeft als doel om inno­vatieve oplossingen integraal aan te bieden. Het nieuwe gebouw zal geen publieke functie kennen, maar omdat het op een zichtlocatie langs de A12 komt te staan en een educatieve functie krijgt, worden er hoge eisen gesteld aan een passende uitstraling. Het moet een gebouw worden waar mensen zich prettig voelen. Naast uit­

straling spelen kernbegrippen als efficiency, degelijkheid, betrouwbaarheid, kwaliteit en een praktische inslag een bepalende rol bij de ontwikkeling van het gebouw. Aan de hand van de richtlijnen zijn Van Mourik Vermeulen architecten, Brink Groep, FA Huisvestingconsultancy, Aronsohn en Deerns aan het werk gegaan. Op dit moment bevind het project zich in de Voorlopig Ontwerp (VO)­fase.

Het zou de kop kunnen zijn van een artikel over een politieoptreden tijdens een Haagse demonstratie. Maar deze hergroepering heeft geen betrekking op een charge van politiemedewerkers. Het gaat over de organisatie zelf. Politie Haaglanden gaat namelijk alle training- en opleidingsgere-lateerde activiteiten centraliseren. Deze wens resulteerde in de nieuwbouwplannen voor het zogenaamde ‘Voorzieningencluster Politie Haaglanden’. Deerns is mede door zijn sterke conceptuele visie op dit project gekozen als adviseur voor alle technische, gebouwgebonden installaties.

VanMourikVermeulenarchitecten

DeernsData � DeernsData �

Kastelijn doet namens de gemeente de aftrap: “De bestaande gasgestookte installatie voor warmtekrachtkoppeling (WKK­installatie) van het zwembad was aan vervanging toe. De gemeente heeft zich daarop de vraag gesteld hoe wij op een milieuvriendelijke manier voor vervanging konden zorgen. Nu we de oplossing in handen hebben, lijkt alles vanzelfsprekend. Maar bij de start van het project waren een heleboel zaken onduidelijk. Het is daarom ook goed geweest dat we drie­kwart jaar voorwerk hebben verricht. Daarna zijn we echt van start gegaan. Er lagen namelijk een aantal belang­rijke speerpunten ten grond­slag aan dit project: allereerst een milieuvriendelijke oplos­sing, daarnaast inspelen op de nieuwe wet waarbij in de toe­komst één omgevingsvergunning wordt afgegeven. En het uit­werken van een op maat gesneden aanbieding. Bovendien hebben we bij dit project gekozen voor een publiekprivate samenwerking, waarbij de verschillende spelers vanuit hun expertise de benodigde input moesten leveren.” Een ingewik­keld traject dus, waarbij het de kunst was om te kiezen voor een techniek die rendement oplevert en tegelijkertijd binnen de gestelde randvoorwaarden blijft.

Andere manier van werkenKastelijn: “Bij aanvang was het überhaupt de vraag wat voor centrale de WKK­installatie moest vervangen. Moesten we kiezen voor een bio­energiecentrale of voor één op brandstof­cellen? Deerns heeft ervaringen met beide opties. Dat was voor ons een belangrijk argument om Deerns in de arm te nemen voor het technisch advies.” Toine van den Boomen vervolgt: “Energieopwekking door middel van brandstofcellen is een veelbelovende techniek, maar voor dit project is het een paar jaar te vroeg om daarmee te werken. Daarom hebben we gekozen voor een bio­energiecentrale waarbij tevens de warmte­krachtverhouding beter past bij de energiebehoefte van het zwembad. Aan ons de taak om daarvoor, samen met Van

Zanten Raadgevende Ingenieurs uit Den Haag, een design­ en buildcontract uit te werken waarbij uiteindelijk ook het main­tenance­ en operategedeelte is opgenomen (DBMO­contract). Daarbij moesten vooraf ontwerpspecificaties voor de energie­centrale worden geformuleerd, maar ook de prestatie­eisen waaraan die moest voldoen voor een levenscyclus van tien jaar. Voor ons een andere manier van werken dan gebruikelijk. Veel­

vuldig is het zo dat wij aan de hand van een programma van eisen het volledige ontwerp maken. Nu speelden we zelf een rol bij de formulering van de DBMO­eisen. We moesten in dit geval dus denken vanuit het eindresultaat. Hierbij stond de vraag centraal welke hoe­veelheid warmte en elektriciteit benodigd was voor het zwem­

bad zelf en hoe de opgewekte elektriciteit met maximaal rende­ment aan het energiebedrijf geleverd kon worden. Dit uiteraard zónder onnodig warmte weg te laten vloeien. Achterliggende gedachte was dat hoe meer elektriciteit we zouden kunnen terugleveren aan het energiebedrijf, hoe meer MEP­subsidie (MEP staat voor Milieukwaliteit elektriciteitsproductie) de gemeente zou ontvangen.”

Aanbiedingen vergelijkenCollega Guy Hendriks vult aan: “Het bepalen van de energie­vraag was het meest complex. Toen we dat eenmaal hadden vastgesteld, hebben we daarop de installatie geprojecteerd: hoe groot moet die worden en over welke kosten praten we?”

De volgende stap voor Deerns was het aanleveren van een format, “gestoeld op een rekenmodel dat wij hebben uitge­werkt”, aldus Hendriks. Dat format, simpel gezegd een lijst met een aantal punten, moest worden ingevuld door alle aanbieders in de aanbesteding. Hendriks: “Dit format stelde ons in staat om de verschillende aanbiedingen eenvoudig naast elkaar te leggen en op transparante wijze met elkaar te vergelijken.” Kastelijn: “Samen met Deerns hebben wij de randvoorwaarden

De gemeente Eindhoven heeft zichzelf ten doel gesteld de energievoorzieningen binnen

de randen van haar gemeente milieuvriendelijk in te vullen. Een project waarbij de

gemeente dit streven bij uitstek tentoon kon spreiden, was de inrichting van een bio-

energiecentrale voor het Nationaal Zwemcentrum De Tongelreep. De sleutel tot succes:

denken vanuit het eindresultaat en vervolgens terugrekenen. Frans Kastelijn, project-

leider bij de gemeente Eindhoven en Guy Hendriks en Toine van den Boomen van Deerns,

vertellen over het ambitieuze project.

Helder formuleren prestatie-eisen goed voor het milieu

Denken vanuit

het eindresultaat

“ Samen met Deerns zijn de randvoor-

waarden geschapen voor de uit-

eindelijke oplossing. Aan de

aanbieders de taak daarbinnen met

het beste voorstel te komen.”

JosLammers,Eindhoven

DeernsData 10

geschappen voor de uiteindelijke oplossing. Aan de aanbieders de taak daarbinnen met het beste voorstel te komen.”

Beloning Het bedrijf Unica Ecopower is uit­eindelijk als beste uit de bus gekomen. In september 2007 moet de bio­energiecentrale gereed zijn. Door de manier van aanbieden staat nu al vast wat de voordelen zijn van de bio­energiecentrale. “Wat het concreet oplevert aan besparingen?”, aldus Kastelijn. “Je moet je voorstellen dat we met de nieuwe centrale jaarlijks 7500 ton minder aan CO2 uit­

stoten en de centrale zeven tot acht ton per jaar oplevert aan exploitatievoordeel.” Last but not least: in cijfers uitgedrukt levert de bio­energie­

centrale zeventien miljoen kWh (kilowatturen) terug aan het elektriciteitsnet. De benodigde hoeveelheid voor de gemeente Eindhoven bedraagt 25 miljoen kWh per jaar. “Wij leveren met deze constructie dus 2/3 van de

benodigde hoeveelheid elektriciteit. Een mooi resultaat voor ons gevoel. Dat beloond wordt door de overheid met de eerder genoemde MEP­subsidie.”

Om in te spelen op de toenemende informatie- en communicatiestromen dienen de technische installaties van het datacentrum van de Rabobank in Best drastisch te worden uitgebreid en vernieuwd. Een aantal installatie-onderdelen die nodig zijn om deze uitbreiding tot stand te brengen, hebben mede vanwege hun technische complexiteit én lange levertijden een grote invloed op het welslagen van het gehele project.

De zogenaamde ‘No­break systemen’ zijn hier een voorbeeld van. Deze No­break installaties zorgen, bij eventuele uitval van de externe elektriciteitslevering, voor een ononderbroken stroomtoevoer naar alle kritische computerapparatuur in het data­centrum. Vanwege het vitale belang van deze systemen, de technische complexiteit van de systemen, de relatief hoge investeringskosten én de lange levertijden heeft de Rabobank ervoor gekozen om deze systemen apart aan te besteden. Binnen het project heeft de ‘werkgroep aanbestedingen’ de selectie van deze No­break installaties voorbereid. De specialisten van de afdeling kostenmanagement van Deerns hebben in nauw overleg met alle betrokkenen bij deze bijzondere aanbesteding geassisteerd.

‘No­break systemen’ zijn onder te verdelen in statische en dynamische systemen. Wanneer de reguliere energievoorziening wegvalt, nemen de No­break systemen de energievoorziening voor kritische apparatuur ononderbroken over. Bij statische No­breaks wordt na een spanningsuitval de energievoorziening verzorgd door energie die is opgeslagen in accu’s. Bij dynamische No­breaks wordt de benodigde energie, na een spanningsuitval, kortstondig betrokken uit een draaiend vliegwiel waarna een snel opstartend dieselaggregaat de energievoorziening vervolgens overneemt en continu­eert. Door gebruik te maken van twee onafhankelijke systemen, die ieder afzonderlijk voldoende capaciteit hebben om het totaal van de benodigde energie te kunnen leveren, wordt een maximale bedrijfszekerheid gegarandeerd.

De initiële investeringskosten van No­break systemen zijn hoog. Behalve deze initiële investeringskosten vormen onderhoudskosten en kosten als gevolg van energieverlies (rendement van de No­break) grote kostenposten. Deerns heeft met diverse berekeningen op basis van het levensduurprincipe alle kosten gedurende de levensduur van de No­break inzichtelijk gemaakt. Bij de berekeningen is uitgegaan van de netto contante waarde waardoor invloeden van prijsveranderingen en de discontovoet ook zijn meegenomen.

Een aspect waar extra aandacht naar uitgegaan is zijn de energiegerelateerde kosten. Doordat in een No­break elektrische energie wordt omgezet en opgeslagen zal dit gepaard gaan met energieverlies. Aangezien het aannemelijk is dat energiekosten (elektri­citeit) zullen stijgen, is door middel van een gevoeligheidsanalyse de impact van deze stijging van energiekosten doorgerekend voor de diverse No­breaks.

Tijdens de gehele aanbestedingsbegeleiding hebben de Rabobank en Deerns zeer nauw samengewerkt. De aanbestedingsbegeleiding heeft geresulteerd in een goed onder­bouwd advies. Op basis van deze informatie kan het management een beslissing nemen waarbij het totale inkoopvoordeel gedurende de gehele levensduur afgezet wordt tegen de hoge kwaliteitseisen waaraan deze systemen moeten voldoen.

DeernsData 11

Bio-energiecentrale voorziet

gemeente voor 2/3 in

elektriciteitsbehoefte

Toine van den Boomen (links) en Frans Kastelijn (rechts) op de plek waar de bio-energiecentrale wordt geïnstalleerd

Levensduurkosten leidend bij aanbesteding van ‘No-break systemen’ Rabobank

DeernsData 1� DeernsData 13

PPS, of liever gezegd het toepassen van geïntegreerde contracten

is in Nederland aan een opmars bezig. Ook de rijksoverheid lijkt

overstag te gaan voor deze vorm van aanbesteden. Een pilot is

inmiddels van start gegaan: de renovatie van het hoofdgebouw van

het Ministerie van Financiën. Tevens startte de Rijksgebouwendienst

(RGD) de voorbereidingen voor een drietal andere projecten op

dezelfde basis.

Diverse redenenEen aantal redenen ligt ten grondslag aan de ‘herijking’ van de huisvestingsproblematiek bij de Rijksgebouwendienst. Vanuit de politiek is, onder meer naar aanleiding van de parlementaire enquête Bouwnijverheid, de behoefte aan innovatieve vormen van aanbesteden door het Rijk gegroeid. Daarbij kwam de wens om tot een andere verdeling van de risico’s te komen tussen de RGD, klant en markt. “Het vermijden van faalkosten in de bouw is een belangrijk element. Bij traditionele vormen weet de klant pas in een laat stadium wat het allemaal gaat kosten. Bij een geïntegreerd contract liggen de risico’s aan de andere kant, bij de markt. En tot slot past deze innovatieve vorm natuurlijk bij het principe van een kleinere overheid”, aldus Franckena.

HeroriënterenHet gehele project sluit naadloos aan bij de ontwikkelingen die zowel ‘bottom down’ (vanuit de politiek) als ook ‘bottom up’ (vanuit de bouwwereld) in gang zijn gezet. Een en ander betekent wel dat men zich ook aan de adviseurskant moet herorïenteren op zijn rol. “Die traditionele rol van adviseur is

aan het veranderen. Het designgedeelte ligt bij het consortium. Maar waar neemt de adviseur het stokje over in het hele proces? En misschien moeten we onszelf wel de vraag stellen: willen we dat eigenlijk wel weten? Gebleken is namelijk dat we al met

relatief vage concepten in staat zijn om heel goed te kunnen inschatten hoe het kostenplaatje er gaat uitzien”, zegt George Müller, senior consultant bij Deerns.

MindsetCriticasters willen nog wel eens de (nog) hoge transactie­/aan­bestedingskosten van de geïntegreerde contractvorm naar voren halen als minpunt. Een onterecht punt, vinden zowel Franckena als Müller. “Wij kijken naar de kosten van het hele project. Het is een kwestie van een andere mindset: we kopen geen

Op een steenworp afstand van de dependance Oranjehout van de Rijksgebouwendienst (RGD) staat het gebouw van het Ministerie van Financiën. De inmiddels leeggeruimde ‘hoofd­zetel’ van het ministerie (daterend uit de jaren ’70) kampte al enige tijd met structurele problemen met het binnenklimaat. Het ministerie dient als pilot project voor verdere, toekomstige toepassing van geïntegreerde DBFMO­contracten (Design, Build, Finance, Maintain en Operate) bij de huisvesting van rijksdiensten­ en instellingen. De aanbesteding betreft de reno­vatie en dienstverlening voor een periode van 25 jaar. Deerns heeft in opdracht van RGD eveneens de aangeboden installatie­concepten en bijbehorende kosten gedurende het aanbestedings­proces getoetst.

Wim Franckena, plaatsvervangend directeur PPS & Innovatie bij de RGD, bekijkt het gebouw eens van een afstand en zegt: “De problemen met dit gebouw begonnen met mankementen aan de installaties. Dat gekozen is voor renovatie én onderhoud in een geïntegreerde vorm is misschien maar goed ook.”

Pilot Rijksgebouwendienst (RGD) met geïntegreerde contracten

Overheid overstag voor nieuwe vorm van aanbesteden

“ Het vermijden van faalkosten is

een belangrijk element.”

DeernsData 1� DeernsData 1�

gebouw maar de totale, integrale dienstverlening. Wel is het zo dat we meer uit handen geven. Vroeger kon je zelf alles tot op de laatste spijker bepalen. Nu ligt dat anders, maar de risico’s liggen ook bij het consortium en niet meer bij ons”, zegt Franckena.

Müller: “We worden nu al in de conceptuele fase geprikkeld om na te denken over de installatiekosten en de levenscyclus van een gebouw. Het kostenaandeel van installaties is de laatste jaren enorm gestegen; vandaar dat er eerder gekozen wordt voor duurzame materialen en technieken. Daarnaast wordt steeds meer rekening gehouden met andere gebouwfuncties en de onderhoudskosten van het gebouw. Dit alles leidt ertoe dat je te maken krijgt met lagere levensduurkosten. Die wegen ruim op tegen de intitiële kosten van een project.”

BranchegevoeligIn het specifieke geval van rijksgebouwen zou er nog een klein addertje onder het gras kunnen zitten. ‘Branchegevoelige’ zaken zouden in het geding kunnen komen wanneer diensten als

beveiliging ook deel uit maken van het geïntegreerde contract. Franckena wuift die ‘problematiek’ weg: “Dat lijkt me vergezocht. Dat domein is nog altijd van de gebruikers. Zij

kunnen de prestaties op dat gebied nog altijd formuleren. Het zou hooguit een psychologisch verschil kunnen zijn.” Dat het vertrouwen in DFBMO begint te groeien, blijkt wel uit de cijfers. In 2006 startte de RGD voorbereidingen voor aan­bestedingen van nog drie projecten: het Detentiecentrum Rotterdam­Airport, nieuwbouw Belastingkantoor Doetinchem en de gezamenlijke nieuwbouw voor de IB Groep/Belasting­dienst in Groningen.

“ Een andere mindset: we kopen

geen gebouw maar de totale,

integrale dienstverlening.”

Deerns maakt forse energiebesparingen inzichtelijk

Energiebesparing inzichtelijk maken loontIn het Klimaatverdrag en het Kyoto-protocol verplicht Nederland zich tot de vermindering van CO2 uitstoot. Reden genoeg om nu alvast in te spelen op nieuwe regelgeving met betrekking tot deze uitstoot. Naast klimaataspecten spelen natuurlijk ook een ver-laging van de energienota een rol en onlangs is zelfs aangetoond dat bepaalde energiebesparende maatregelen een positief effect hebben op de gezondheid van medewerkers*. In het Klimaatverdrag en het Kyoto-protocol verplicht Nederland zich tot de verminde-ring van CO2 uitstoot. Reden genoeg om nu alvast in te spelen op nieuwe regelgeving met betrekking tot deze uitstoot. Naast klimaataspecten spelen natuurlijk ook een verlaging van de energienota een rol en onlangs is zelfs aangetoond dat bepaalde energie-besparende maatregelen een positief effect hebben op de gezondheid van medewerkers*.

De energie en milieu specialisten bij Deerns adviseren organisaties bij het realiseren van energiebesparende maatregelen. Op­merkelijk is dat in veel gevallen relatief kleine investeringen (of zelfs helemaal geen) nodig zijn om toch tot forse bespa­ringen te komen. Het Nederlands Kanker Instituut (NKI) is één van de organisaties waar Deerns op basis van metingen en berekeningen de kostenvermindering als gevolg van de besparingsadviezen van tenminste 25.000 euro op jaarbasis in­zichtelijk heeft gemaakt.

Wisselwerking tussen nieuwe en oude installatiesVanessa Rademaker is hoofd technische dienst bij het NKI. Samen met technisch beheerder Jaap Zwiggelaar heeft zij te maken met grote veranderingen op instal­latietechnisch gebied. Het NKI bevindt zich namelijk middenin een nieuwbouw­ en renovatieproject (zie kader tekst). Oude systemen worden vervangen of aangepast en er komen nieuwe bij. Rademaker: “voorheen voorzagen bijvoorbeeld koel­machines en koeltorens in de totale koude­vraag van het ziekenhuis. Nu beschikken

we over een zogenaamde koudebuffer die samen met de koelmachines en ­torens de koudelevering voor bijvoorbeeld klimaat­koeling en koeling van MRI’s en bestralings­apparatuur verzorgen. We hebben warmte en koude opslag waardoor we in de winter koude kunnen opslaan in de bodem. Die kunnen we er op momenten van grote vraag weer uithalen.” Zwiggelaar zit achter een tweetal beeldschermen. “Hier monitoren we het hele systeem en kunnen we bijvoorbeeld zien hoeveel koude er in de bodem is opgeslagen”, legt hij uit. “Dit is onder andere belangrijk omdat we sinds de komst van de warmte en koude opslag te maken hebben met wetgeving die stelt: wat je in de bodem stopt, moet er ook weer uit en andersom.” Bij zachte winters kan met behulp van de koeltorens extra koude geladen worden.

“Het grote voordeel van de koudebuffer is dat we op termijn steeds minder afhanke­lijk zijn van koude die via machines wordt opgewekt”, vult Rademaker aan. “Eén van de maatregelen waarmee we de energiekosten flink kunnen reduceren.”

Besparingen worden zichtbaarOm de energiebesparingen en de daarbij behorende kostenreductie goed inzichte­lijk te maken hebben Deerns en IF Techno­

logy de koudeleverende en ­afnemende installaties gemonitord. De metingen hebben aangetoond dat de levering van koude door door de koelmachines is gedaald van 69 naar 37 procent van de totale vraag naar koude. Alleen deze nieuwe verhoudingen brengen voor het NKI al een vermindering van minimaal 25.000 euro energiekosten op jaar basis met zich mee.

Deze besparing maakt onderdeel uit van een groot pakket aan maatregelen die eerder zijn toegepast. Het gebruikmaken van warmte­ en koudeopslag, toepassen van warmtewielen, het aanbrengen van bewegingssensoren en hoog frequente verlichting. Allemaal adviezen van Deerns waardoor het NKI destijds een kleine mil­joen gulden aan subsidie heeft ontvangen en waardoor nu een enorme besparing in de gezondheidzorg wordt gerealiseerd.

Het Nederlands Kanker Instituut bevindt zich sinds 1997 in een omvangrijk renovatie en nieuwbouwproces. Vanaf het begin is Deerns de installatietechnisch adviseur. Bin-nen de werkzaamheden vallen het ontwerp en de uitvoeringsbegeleiding van de transport-, werktuigbouwkundige en elektrotechnische installaties, alsmede het ont-werp van de laboratorium inrichting.

*zie onderzoek naar verband tussen energiebesparing en gezondheid Senter Novem

Meer informatie over energiebesparende maatregelen? De heer A. van Aarsen,Telefoon: 070 395 7617E­mail: [email protected]

DeernsData 1� DeernsData 1�

De internetapplicatie www.pvesanitair.nl dient hierbij als handig hulpmiddel. De ISSO applicatie is tot stand gekomen in opdracht van Uneto­VNI (Groep tech­niek) en mede gefinancierd door Senter Novem. Volgend op een voorstudie, door Deerns in 2000 verricht, is de inhoud voor de applicatie voor een groot gedeelte ook weer aangeleverd door Deerns. Daarbij ondersteund door diverse verte­genwoordigers van installatiebedrijven, adviesbureaus, leveranciers, overheid en opdrachtgevers.

De internetapplicatie moet voor een advi­seur of een installateur van sanitaire voorzieningen enerzijds, en de opdracht­gever of gebruiker anderzijds, een stimu­lans vormen om vaker voor innovaties te kiezen bij het samenstellen van een Pro­gramma van Eisen. Daarnaast kan de applicatie als uitgangspunt dienen bij communicatie over kwaliteit en draagt de applicatie zo bij aan duurzaam bouwen. De internetapplicatie heeft betrekking op alle sanitaire voorzieningen en watervoe­rende brandblusinstallaties in gebouw­functies, zoals die worden onderscheiden in Bouwbesluit 2003. De applicatie is modulair opgebouwd.

Niets over het hoofd zienMet de eerste applicatie kan de gebruiker alle informatie van de ISSO databank raadplegen. De tweede hoofdmodule bestaat uit een administratief deel, waarin onder meer de gegevens van de betrok­ken partijen worden verwerkt. Daarnaast is er een technisch deel, waarin de instal­latie wordt gedefinieerd. PvE Sanitaire voorzieningen biedt van elke techniek een beschrijving en in de meeste gevallen ook een opstellingstekening (ruim 200 stuks) die bij Deerns al jaren worden toegepast als besteksbijlage.

Door middel van een uitgebreide moge­lijkheid om specificaties van een installa­tie op te geven, kan de database op efficiënte wijze worden doorzocht. Per installatieonderdeel is aangegeven welke specifieke kwaliteitseisen daaraan gesteld worden. Het grote voordeel daarbij is dat

“De wereld van sanitaire voorzieningen verandert snel. In tegenstelling tot wat de buitenwereld vaak

veronderstelt, zijn de technieken in het sanitaire vakgebied zeker niet minder innovatief dan bijvoorbeeld in de

vakgebieden met betrekking tot klimaat of elektrotechniek”, vertelt specialist sanitaire installaties Henk

Lodder van Deerns raadgevende ingenieurs. “Nieuwe ontwikkelingen gaan vaak gepaard met nieuwe voor-

schriften. En daarna dient men op de hoogte te zijn.”

weinig over het hoofd gezien kan wor­den. Daarnaast bevat de applicatie alle informatie over voorschriften en normen die van toepassing zijn op sanitaire instal­laties en is er een module opgenomen met fabrikant onafhankelijke informatie over ‘Nieuwe en Bijzondere technieken’ (ruim 100 stuks). Toetsen op volledigheidMet behulp van checklists die voor iedere installatie beschikbaar zijn, kan het over­leg met de opdrachtgever en overige bouwpartners in de programmafase en ontwerpfase worden gestructureerd. Aan de hand van ingevulde lijsten waarop kwaliteitscategorieën staan aangegeven, kan het Programma van eisen worden opgesteld. Men kan de nalooplijsten han­teren tijdens de voorbereidende gesprek­ken. Ook kan men met de lijsten een door derden opgesteld PvE op volledig­heid toetsen en nagaan welke afspraken al dan niet duidelijk zijn.

Samen met de opdrachtgever of gebruiker kan worden gekozen uit verschillende kwaliteitsniveaus. Hierbij wordt aan­dacht besteed aan verschillende aspecten zoals comfort, vandaalbestendigheid, energieverbruik of esthetica. De uitkomst wordt per project opgeslagen. In de vol­gende bouwfase dienen de gemaakte keu­zen als input voor bijvoorbeeld het definitief ontwerp of (Stabu­)bestek. Daarnaast kan het aantal sanitaire voor­zieningen automatisch worden berekend (of doorberekend) op basis van het Bouwbesluit en het Arbo­besluit.

TestperiodeTot eind 2006 is de ISSO nog druk bezig met testen en invoeren van voorbeeldpro­jecten en gaan zij bij diverse bedrijven langs om de applicatie te demonstreren. Daarna gaat ISSO de gebruikers met be­veiligde toegangscodes tot pvesanitair.nl toelaten. Leden van Uneto­VNI (5.500 bedrijven met totaal 110.000 werkne­mers) kunnen van de applicatie in 2007 overigens gratis gebruikmaken. Ook kun­nen adviseurs, fabrikanten en opleidings­instituten tegen een gereduceerd tarief een toegangscode aanschaffen.

Binnen de TVVL cursus ‘Sanitaire Tech­nieken en Aan sanitair verwante installa­ties’, waarbij Henk Lodder als docent zal optreden, zal de applicatie als leidraad worden gehanteerd.

GecharmeerdDe internetapplicatie is nu louter en alleen ontwikkeld voor sanitaire technie­ken. Na het zien van de applicatie bleken installateurs en adviseurs van andere vak­gebieden ook gecharmeerd van het prin­cipe van pvesanitair.nl. Daarom gaan nu al stemmen op om de applicatie uit te breiden voor andere deelgebieden binnen de installatiesector.

Meer informatie over deze applicatie:De heer H. LodderTelefoon: 070 395 7444E­mail: [email protected]

Deerns stimuleert innovaties met behulp van internetapplicatie Sanitaire voorzieningen

Henk Lodder achter scherm met ISSO applicatie

De opstellingstekening die voorzien is in de applicatie

Het hoofdmenu van de internetapplicatie

Voor iedere installatie is een checklist beschikbaar

DeernsData 1� DeernsData 1�

Het Lievensberg ziekenhuis kende de laatste jaren een sterke toename van de zorgvraag. Daar bovenop speelde mee dat de wensen van medewerkers en patiënten veranderden. Deze combinatie van factoren leidde tot een structureel bezettings­probleem bij de OK’s. Door de hoge bezettingsgraad (meer dan 90%) was op een gegeven moment zelfs onvoldoende capaciteit voor spoedgevallen, zonder dat dit leidde tot incidenten. Ondanks dat de twintig jaar oude operatieruimtes bouwkundig in goede staat waren, bleek uitbreiding dus zeer gewenst. Een verbouwing van de toenmalige OK’s bleek geen oplossing, simpelweg omdat niet tegemoet kon worden gekomen aan de door de overheid ingestelde bouwmaatstaven (2004). “We hebben uiteindelijk gekozen voor een nieuwe vleugel, inclusief zes ruime OK’s en opdekruimten, in combinatie met renovatie van bestaande operatieruimten, patiëntontvangstruimte en verkoeverkamer”, licht Hans Ensing, directeur Beheer van het Lievensberg Ziekenhuis, toe.

Bijzonder bouwprocesIn een conventioneel bouwproces zijn een bouwkundig aannemer, een werktuigkundig installatiebedrijf en een elektrotechnisch installatiebedrijf betrokken. Ensing koos in samenspraak met Deerns, dat de directievoering over ontwerp en uitvoering voerde, voor een alternatieve oplossing. “Nadat de aannemer een casco vleugel met twee verdiepingen had gebouwd, was

slechts één partij verantwoordelijk voor zowel de bouwkundige als installatieve realisatie van de operatiekamers. Deze specialist in cleanrooms, Interflow, werkte met prefab interieuroplossingen. Met als grote voordeel dat we na de ruwbouw in slechts vier maanden vrijwel operationele OK’s hadden van technisch hoogwaardige kwaliteit, wat zich bijvoorbeeld uit in kierloze wanden.” Ander groot voordeel was dat slechts één partij de verantwoordelijkheid had voor het voldoen aan de uitgebreide opleveringseisen. Tijdens het bouwproces waren de naastgelegen bestaande OK’s gewoon in bedrijf. Deze keuze vroeg op momenten inventiviteit van het personeel, maar leverde tegelijkertijd een grote besparing op. “Doordat we niet hoefden te zorgen voor kostbare interim­voorzieningen, hielden we budget over voor het moderniseren van de nabijgelegen centrale sterilisatieafdeling.”

Uniek luchtbehandelingsysteemAndrew Glavimans is, als projectverantwoordelijke adviseur in het Deerns­team, betrokken bij alle renovatie­ en nieuwbouw­activiteiten van het ziekenhuis. De oplevering van het OK­complex van in totaal ruim 800 m2 ervaart hij als een hoogtepunt. “Medici en patiënten profiteren van een bijzonder comfortabel en hygiënisch luchtbehandelingsysteem. Elke operatiekamer is uitgevoerd met, in jargon, ‘grote plenums’. Dit impliceert dat elke operatiekamer de kwaliteit heeft van de vroegere orthopedische OK’s. Het inblaasplenum in de operatiekamers is uitgevoerd als een drie temperaturensysteem (3­T).” Een nieuw, innovatief systeem dat door Deerns is doorontwikkeld, in samenspraak met de geestelijk vader, de heer Van Houdt van Tergooizieken­huizen. Met 3­T worden grote hoeveelheden lucht naar binnen gebracht, verdeeld over drie temperatuurzones. Hierdoor wordt over een groot gebied een zeer stabiele laminaire neerwaartse stroming van de lucht bereikt. Boven de patiënt bijvoorbeeld is het nooit minder dan 18°C. Daarnaast passen deze temperaturen

ook erg goed bij de aard van de werkzaamheden van het OK­personeel, vervolgt Glavimans: “De snijdende specialisten en assistenten staan in een voor hen comfortabele temperatuur van 19,5°C. Ter hoogte van de anesthesist, die tijdens een operatie merendeel zit, is het nog wat warmer.”

Nieuw infectiebeheersplanIn het kader van patiëntveiligheid zullen naar verwachting in de toekomst strenge(re) regels gesteld worden voor het minima­liseren van infectierisico’s. Het Lievensberg ziekenhuis loopt vooruit op het gebied van patiëntveiligheid doordat ze strikte interne procedures heeft opgesteld. “Samen met Deerns zijn we gestart met het zowel op technisch als op procedureel vlak optimaliseren van de OK’s”, verklaart Ensing. “We voldoen aan het in 2005 verschenen Beheersplan Luchtbehandeling voor de Operatieafdeling. Met als resultaat dat de infectiecijfers nu al zijn gedaald.” Als volgende stap wordt met Deerns verder gekeken naar mogelijke maatregelen om de kans op infecties verder te voorkomen in andere kritische ruimtes binnen het ziekenhuis.

Volledig toekomstbestendigDe nieuwbouw vleugel is volledig toekomstbestendig. De capaci­teit is met twee bestaande OK’s voor lichtere ingrepen en zes nieuwe operatieruimten, ruim voldoende voor de regionale functie van het Lievensberg ziekenhuis. Ook technisch gezien is voldoende ruimte voor aanvullende medische (röntgen)appa­ratuur die door de verdere digitalisering zeker kan worden verwacht. Het 3­T luchtbehandelingsysteem kan de bijbehorende temperatuurstijging eenvoudig verwerken. “Door de bouw­kundige en installatieve voorzieningen en beheersprotocollen heb ik volledig vertrouwen in het huidige OK­complex”, concludeert Ensing tevreden.

Het Lievensberg ziekenhuis in Bergen op Zoom is de laatste jaren

grondig gemoderniseerd. Naast een creatieve nieuwbouw-

oplossing voor de verpleegafdeling is een geheel nieuwe vleugel

gebouwd. Die biedt onder meer plaats aan zes hypermoderne

operatiekamers. Onderscheidend aan dit OK-complex zijn het

luchtbehandelingconcept en het prefab wandensysteem. Dankzij

deze state-of-the-art toepassingen kan het OK-personeel werken

in optimale omstandigheden, waarmee de patiëntzorg op een

nog hoger plan is gekomen.

Opereren in een state-of-the-art OK

LIEVENSBERG ZIEKENHUIS PAST NIEUW LUCHTBEHANDELINGSySTEEM TOE

DeernsData �0 DeernsData �1

Ontwerpen is teamwork en dat begint met het initiëren van een sfeer van “creativiteit” en “innovativiteit” in een juiste balans met zowel het ambitieniveau van het project als de benodigde attitude van de ontwerpers. De potentie van scholen­bouwprojecten wordt (nog) onvoldoende benut door traditioneel denken op instal­latiegebied. Ook vanuit de opdrachtgever, het bouwmanagement en de architect wordt een inspanning gevraagd. Deerns neemt hierbij een kartrekkende rol op zich bijvoorbeeld door in twee recente projecten een hoger comfortniveau te realiseren dan waar oorspronkelijk van werd uitgegaan.

Multi Functioneel Centrum De Veste te Helmond In september 2006 is MFC De Veste in Helmond opgeleverd. Dit multifunctionele complex bestaat uit een basisschool, sociaal­cultureel centrum, sportzaal, kinderdag­verblijf, eengezinswoningen, appartementen en een overdekte parkeergarage. In het Programma van Eisen en het hier op afge­stemde budget werd voor de basisschool aanvankelijk uitgegaan van natuurlijke ventilatie. Maar de gemeente Helmond wilde tijdens de ontwerpfase weten of er meer mogelijk was. Uiteindelijk wist het ontwerpteam met een beperkte verruiming

van de kaders toch een hoger klimaat­comfortniveau te realiseren.

Traditionele gebalanceerde ventilatie met een luchtbehandelingskast op het dak, een distributiesysteem van luchttoevoer en luchtafzuigkanalen bleken na een studie financieel niet haalbaar. Daarom werd een tussenvorm ontworpen. Dit ventilatie­concept bestaat uit decentrale systemen per klaslokaal en heeft grote voordelen. Zo hebben de decentrale units ten opzichte van een traditioneel systeem zeer hoge warmteterugwin­rendementen van meer dan 90% (70% in een reguliere luchtbehandelingskast).

Per klasDaarnaast is de regelbaarheid per klas­lokaal een pluspunt ten opzichte van een centrale regeling voor de noord­ en zuid­gevel bij conventionele concepten. Door ontbreken van een toevoerkanaalstelsel is er minder schachtruimte en een lagere gebouwhoogte nodig. Een welkom voor­deel want in de plafonds is al nauwelijks plaats voor de afzuigkanalen.

KOW architecten ontwierp de zeer fraaie buitenluchtroosters. Deze sluiten aan op de gevelarchitectuur van het Brabants classicisme waaruit de hele omliggende

Een muf binnenklimaat, slecht verlichtings-

niveau, verouderde gebouwen en achter-

haalde installatieconcepten. Er is de laatste

tijd veel aandacht voor de relatie tussen

schoolinstallaties met bijbehorende energie-

kosten en de prestaties van leerlingen en

personeel. De ervaring leert dat de mate

van klimaatcomfort wordt bepaald door

de kwaliteit van de initiatiefnemer.

wijk Brandevoort is opgebouwd (zie foto figuur. 1). In plaats van de gebruikelijke positie van buitenluchtroosters boven de beglazing zijn deze hier als een bouwkundig element onder de vensters geplaatst. Hier­door ontstaat een geheel met de rest van het bouwkundig ontwerp, conform de stede­bouwkundige randvoorwaarden uit het Programma van Eisen. Doordat de roosters op een lagere plek zitten dan normaal, zijn de luchtkanalen verlengd tot onder de beglazing. Dit integrale ontwerp is moge­lijk gemaakt door plaatselijk de penant te verdikken waardoor er ruimte voor de infrastructuur tussen buitenroosters en ventilatie­units is gecreëerd (zie figuur 2).

Brede school Rijkerswoerd in ArnhemEen ander schoolproject waar een slim ventilatieconcept is toegepast, is de Brede School Rijkerswoerd in Arnhem. Dit gebouw herbergt naast de basisschool ook een kinderdagverblijf en krijgt een wijkfunctie. Deerns ontwierp een innova­tief klimaatconcept waarbij natuurlijke ventilatie wordt gecombineerd met een passief gebruik van bouwfysica­principes. Door deze benadering wordt verwacht dat hogere prestaties behaald worden dan bij traditionele systemen. In dit ontwerp is de natuurlijke toevoer zo toegepast dat goede opwarming van de lucht mogelijk

is, er minder tocht ontstaat en luchtcircu­latie is gegarandeerd. (zie figuur. 3).

Het ventilatieprincipe van natuurlijke venti­latie met passieve koeling/verwarming is weergegeven in figuur 4. De luchttoevoer­roosters zijn net onder het betondek in de gevel geplaatst. Tussen het verlaagd plafond en de gevel is een strook ter breedte van de gevel opengelaten voor inductie van de recir­culerende binnenlucht. In de winter wordt de koude buitenlucht op deze wijze voor­gemengd met de binnenlucht en betreedt verderop, aan de gangzijde, het klaslokaal via een strook geperforeerde plafondtegels. De binnenstromende buitenlucht is al ver opgewarmd, waardoor de Draught Ratio (mate van tocht) sterk verbeterd is. In de zomer wordt de binnenkomende zwoele buitenlucht passief afgekoeld in de lucht­inlaatstrook boven het verlaagde plafond door gebouwaccumulatie (er is geen beton­kernactivering toegepast). Het beton koelt ’s nachts af en koelt daarmee in de ochtenduren de inkomende buitenlucht zonder dat gebruik wordt gemaakt van elektrische koelmachines.

Extra aandachtAan het ontwerp is extra aandacht besteed om te voldoen aan een aantal basisprincipes (waarborgen van turbulen­

tie van inkomende buitenlucht, inductie van circulerende lucht, het coanda­effect tegen het plafond en maatregelen tegen condensvorming op het beton). Daar­naast golden nog enkele randvoorwaarden voor het laten slagen van dit concept: de berekening van de geopende strook tussen gevel en plafond, de minimale hoogte tussen toevoerrooster en plafond en de perforatie­graad van de plafondtegels waar de verse lucht de ruimte uiteindelijk betreedt.

ConclusieEen beter klimaat is wel degelijk haalbaar binnen de beschikbare financiële kaders mits het ontwerpteam zichzelf uitdaagt en prikkelt verder te denken dan in tradi­tionele oplossingen. Deerns is een partij die een creatief out­of­the­box ontwerp kan voorstellen, de kwaliteit van de overige initiatiefnemers in het ontwerpteam maken het project tot een succes. De resultaten van bovenstaande projecten bewijzen dat het de moeite meer dan waard is.

Meer informatie over dit project:De heer ir. T.V.J. PastoorTelefoon: 040 269 7682E­mail: [email protected]

Fig. 1. Abstracte geveltoevoerroosters (zonnen en bloembakken) Fig. 2. Robuuste penanten met geïntegreerde infrastructuur

Fig. 3. Complexe façade geometrie in gevel- en plafonddetail klaslokaal

Fig. 4. Klimaatprincipe natuurlijke ventilatie met passieve koeling/verwarming

Hoger klimaatcomfort bij projecten in Helmond en Arnhem

Comfort van gebouwen wordt bepaalddoor kwaliteit initiatiefnemer

DeernsData �� DeernsData �3

City Inn Hotels is een snel groeiende Engelse hotelketen. Het bedrijf is opge­richt in 1995 en in 1999 opende het eerste hotel in Bristol. Anno 2006 heeft de hotelketen vestigingen in Londen, Birmingham en Glasgow. Met de komst van een City Inn Hotel op het Ooster­dokseiland wordt de stap naar het Europese vasteland gewaagd. De onaf­hankelijke hotelketen staat voor modern design en innovatie in combinatie met eigentijds leven en richt zich voorname­lijk op de zakelijke reiziger.

‘Vertalen’Het is van groot belang dat alle aspecten van dit Engelse concept tot in detail

worden ingepast volgens de Nederlandse regelgeving en de restricties met betrek­king tot duurzaamheid en efficiënt ontwerpen van de gemeente Amsterdam. Specialisten van Deerns zijn daarom in de vestigingen Rijswijk en Groningen hard aan het werk om het Engelse vooront­werp te ‘vertalen’ naar het bestek dat aan alle eisen voldoet.

Naast het hotel komen er op het Ooster­dokseiland onder andere een bibliotheek, woningen, kantoren, parkeergarages en winkels. Menno Hollander is project­leider bij het Amsterdamse project en schetst de kracht van de deelname van Deerns. “We hebben het masterplan

Sinds het begin van dit millennium wordt er gewerkt aan de herstructurering van het

Oosterdokseiland. Vanaf de aanvang is Deerns betrokken bij dit multifunctionele project.

Op het voormalige terrein van PTT Post wordt 200.000 m2 aan grootstedelijke functies

gerealiseerd. Op dit moment werkt Deerns aan het definitief ontwerp van het City Inn

hotel. Op papier is overnachten al bijna mogelijk. In de praktijk zal het inchecken aan de

balie nog even op zich laten wachten.

Deerns ‘vertaalt’ Engels concept bij ontwerp van City Inn Hotel

Overnachten op het Oosterdokseiland

opgesteld en kunnen op ieder moment beschikken over expertise op elk instal­latietechnisch deelgebied. Daardoor zijn we in staat om gedurende het gehele project op te treden als rechterhand van de projectontwikkelaar.”

Alle gebouwen en bijbehorende systemen moeten voldoen aan de ambitieuze richt­lijnen van de gemeente Amsterdam op het gebied van duurzaam en energie­ efficiënt ontwerpen. Uit onderzoek van Deerns kwam een centrale energievoor­ziening, gecombineerd met outscourcing, als meest gunstige naar voren.

Centrale energievoorziening Ook het centrale energie­ en distributie­systeem is door Deerns ontworpen. Het bestaat uit een configuratie van Lange Termijn Energie Opslag (LTEO) en warmtepompen. Een aantrekkelijke bij­komstigheid van dit systeem is dat de woningen een extra voorziening krijgen. De individuele woningen worden name­lijk zo op het centrale energiesysteem aangesloten dat ook energie­efficiënte koeling in de woningen mogelijk wordt. Momenteel is Deerns bezig met de uit­voeringsbegeleiding en de begeleiding van

de oplevering van het eerste centrale energiesysteem.

BibliotheekOp dit moment wordt onder andere ook de bibliotheek gebouwd. Adviseurs van Deerns hebben met de architect meege­dacht over het interieur van het gebouw. Hollander: “Door onze betrokkenheid vanaf de planvorming bij het project volgen we de uitvoering van zeer nabij. Dat had in dit geval het voordeel dat we de architect goed en tijdig konden adviseren over de inpasbaarheid van zijn interieurvoorstellen.” De bibliotheek wordt in mei 2007 door de gemeente Amsterdam in gebruik genomen en daarmee is deze bouwkavel grotendeels klaar.

Stukje bij beetje worden de verschillende bouwkavels gevuld en krijgt het Ooster­dokseiland steeds meer vorm. De voor­ontwerpen van de gebouwen op kavel twee bevinden zich momenteel in de afrondingsfase en voor de openbare parkeergarage voert Deerns inmiddels de uitvoeringsbegeleiding uit. De oplevering van de laatste bouwkavels staan gepland voor 2009.

Op het Oosterdokseiland verschijnen onder meer een hotel, een bibliotheek, woningen, kantoren, parkeergarages en winkels

Meer informatie over dit project:De heer M.L. HollanderTelefoon: 070 395 7572E­mail: [email protected]

DeernsData �� DeernsData ��

Deerns adviseert bij nieuwbouw laboratorium op basis van bouwfysische eigenschappen

RIKILT is een onafhankelijk onderzoeks-instituut op het gebied van veiligheid en gezondheid van voedsel. Momenteel is het RIKILT gevestigd in twee gebouwen op het terrein van Wageningen Universiteit en Researchcentrum (WUR), waarvan er één wordt gedeeld met de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA). De huisvesting en installaties zijn aan renova-tie én nieuwbouw toe. Een voorlopig ontwerp hiervoor kwam samen met architectenbureau BroekBakema tot stand. Vervolgens stelde Deerns het definitieve ontwerp op waarin bouwfysische aspecten een belangrijke rol spelen. Inmiddels heeft de aanbesteding plaatsgevonden.

Het RIKILT (instituut voor Voedselveilig­heid) doet hoogwaardig onderzoek naar de veiligheid en kwaliteit van het Nederlandse voedselpakket en geeft advies aan nationale en internationale overheden. Om deze toonaangevende positie te behouden en uit te breiden is een state­of­the­art onderzoeksomgeving noodzakelijk. Met de renovatie en nieuw­bouw wordt hier in belangrijke mate aan bijgedragen.

Het grondplan van het nieuwe gebouw krijgt de vorm van een halve maan en zal huisvesting bieden aan de receptie en overige facilitaire ruimten. Via een aantal loopbruggen, zowel op de begane grond als op de verdiepingen, wordt het nieuwe gebouw verbonden met de oudbouw. Parallel aan de nieuwbouwwerkzaam­heden wordt het oude gebouw geheel ‘schoongeveegd’ van installaties en inrich­ting. De vaste inrichting zoals labtafels, zuurkasten en chemicaliënkasten wordt volledig vervangen.

Door de werkzaamheden moeten verschil­lende afdelingen tijdelijk worden verhuisd, maar door een uitgekiend faseringsplan worden de werkzaamheden van het RIKILT en de VWA zo min mogelijk

gehinderd. Het RIKILT en de VWA kunnen tijdens het project gewoon in bedrijf blijven.

Bouwfysische studies De onderzoeken vereisen ruimten waarin het binnenmilieu goed kan worden beheerst. Om de effecten van de bouw­constructie in combinatie met de invloed van installaties op het binnenmilieu in kaart te brengen, voerde Deerns een aantal bouwfysische studies uit. Zo werden onder andere de dubbele huidfaçade, de binnen­temperatuur van de loopbruggen, de bezonning van de nieuwbouw en de dag­lichttoetreding nader in kaart gebracht. Via deze studies is de invloed van licht, warmte, lucht, vocht en geluid aange­toond op het binnenklimaat.

Meerwaarde integrale aanpakZeker bij gebouwen waarbij het binnen­milieu grote invloed heeft op de werkzaam­heden die daar verricht worden, heeft een bouwfysische benadering meerwaarde. Voor het RIKILT zijn bijvoorbeeld nagalmtijdberekeningen gemaakt voor de vergaderzalen. Zo werd duidelijk welke geluidsabsorberende maatregelen voor wanden en plafond ­ uit akoestisch oog­punt ­ het beste konden worden toegepast.

Een ander voorbeeld van deze aanpak is terug te vinden in het ontwerp van de laboratoria. Uiteindelijk is ervoor gekozen om een strook van 1.20 meter uit de gevel vrij te houden van opstellingen. De warmte die door de glazen gevel naar binnen komt, kan zo door de vloer­koeling in deze vrije strook optimaal ‘afgevoerd’ worden. Tevens heeft deze vrije strook een veiligheidsfunctie in de vorm van vluchtroute.

De bouwfysische benadering van het RIKILT­project leverde nog meer op. Zo adviseerde Deerns op basis van tem­peratuuroverschrijdingsberekeningen een

ander klimaatconcept dan oorspronkelijk werd voorgesteld. Het is nog een voor­beeld van hoe dergelijke studies bouw­teams in staat stellen om in een vroeg stadium cruciale ontwerpbeslissingen te nemen. Zowel op installatietechnisch als op bouwkundig gebied.

De Stichting Centraal Fonds RVVZ (Reserves Voormalige Vrijwillige Zieken­fondsverzekeringen) hierna genoemd Stichting RVVZ, kent financiële onder­steuning toe aan projecten die direct ten goede komen aan de gebruikers van gezondheidszorg én die een zorgvernieuw­end karakter hebben. De Zwieseborg is zo’n project en wordt door de Stichting RVVZ ondersteund met 2 miljoen euro.

In opdracht van deze stichting voerde Bouw Commissioning Nederland een risico­inventarisatie uit. Op basis hiervan werd een commissioningsplan opgesteld. Daarin is op structurele wijze vastgelegd welke onderdelen wanneer worden getoetst. Zo krijgt de stichting onafhan­kelijke informatie waaruit blijkt of haar financiële middelen juist worden aange­wend.

Continu inzichtelijkPeriodiek rapporteert Bouw Commis­soning Nederland aan de Stichting RVVZ over de gesignaleerde risico’s en de status van eerder genomen beheersmaatregelen. Op deze wijze is voor de Stichting RVVZ continu inzichtelijk hoe het project ervoor staat en kan er, indien nodig, door het projectteam worden geanticipeerd op gesignaleerde afwijkingen en risico’s.

Aangepaste voorzieningenHet project wordt medio 2007 opgeleverd. Dan beschikt De Zwieseborg over aan­gepaste kamers voor gehandicapten, appartementen voor familieleden en een camping. Daarnaast komen er een thee­huis waar gehandicapte mensen werken, een kinderboerderij en een aangepaste speeltuin. De gasten mogen meehelpen in de boomgaard, bij het verzorgen van de

Vanaf 2007 is het voor ouders met zwaar gehandicapte kinderen mogelijk om onder

professionele begeleiding te genieten van een gezamenlijke vakantie. Op dit moment

wordt De Zwieseborg in Hardenberg gerestaureerd en omgebouwd tot vakantie-, logeer-,

en recreatieboerderij. Een kostbaar project dat gefinancierd wordt door sponsoring en

gemeenschapsgeld. Bouw Commissioning Nederland toetst het project tot en met de

oplevering en waakt zo over de kwaliteit én alle kostentechnische aspecten van het

bouwen.

Meer informatie over dit project:De heer ir. G.A.F.G. Müller Telefoon: 070 395 7606E­mail: [email protected]

Meer informatie over dit project:Mevrouw ir. C.G.W. SimonsTelefoon: 024 383 1193E­mail: [email protected]

Bouw Commissioning Nederland toetst bouw vakantieverblijf De Zwieseborg

Bouw Commissioning Nederland B.V. is een Joint Venture tussen van Zanten Raad-gevende Ingenieurs en Deerns Raadgevende Ingenieurs. Door de ruime ervaring die beide bureaus in het ontwerp en uitvoeringstraject hebben opgedaan kan Bouw Commissioning projecten zowel procesmatig als ook inhoudelijk toetsen.

Kijk voor meer informatie over Bouw Commissioning Nederland op www.bcxn.nl

Onderzoeken voor een onderzoeksinstituut Onbezorgd met vakantie

dieren en bij het maken van streek­producten. Door deze combinatie van voorzieningen en activiteiten kunnen gezinnen met gehandicapte kinderen genieten van een onbezorgde vakantie. Zo wordt De Zwieseborg een plek waar gehandicapten en niet­gehandicapten elkaar letterlijk en figuurlijk ontmoeten.

RVVZ

DeernsData �� DeernsData ��

Thema: ‘Innovatief Aanbesteden: creativiteit in gebondenheid’

Nieuwe uitgave Good Practice Cahier Bouwcollege

Klimahaus 8° Ost: het wereldklimaat onder een glazen dak

Daarnaast wordt de complexe onderlinge relatie tussen het weer en het wereld­klimaat inzichtelijk gemaakt met de elementen vuur, aarde, water, lucht en leven. Ook kunnen bezoekers weersvoor­spellingen samenstellen en de toekomst­scenario’s van het wereldklimaat bekijken.Zeker net zo fascinerend als de tentoon­stelling is het energie­ en klimaatconcept. Deerns’ dochter Schmidt Reuter is tech­nisch adviseur voor dit uitdagende project. De technische realisatie van de verschil­

lende klimaatzones, van vochtige hitte tot ijzige koude in één gebouw is geen alledaags verschijnsel. Hoe verhouden de verschillende zones zich tot elkaar en welke invloed heeft het glas op het in standhouden van deze kunstmatige klimaten. Vragen waar het projectteam van Schmidt Reuter in de vorm van een klinkend klimaatconcept antwoorden op gevonden heeft.

De basis van het gehele concept wordt gevormd door technologieën als koude­absorptie­koeling, adiabatische koeling en desiccant koeling, waarbij hygro­scopische (water­aantrekkende) stof wordt gebruikt. Verwarming en koeling vindt plaats via watervoerende heipalen en beton­kernactivering. Om het binnenklimaat in stand te houden helpt het buitenklimaat een handje mee. Het regenwater dat op het Klimahaus valt wordt namelijk opge­vangen en daarna benut voor de irrigatie

van de planten in het ‘Samoa klimaat’. Deze herfst is begonnen met de bouw. De vorderingen kunnen worden bijgehou­den via een webcam (zie www.klimahaus­bremerhaven.de). In het voorjaar van 2008 wordt het project opgeleverd.

Met de uitgave van Good Practice Cahiers wil het Bouwcollege nieuwe ont­wikkelingen en praktijkvoorbeelden bij de realisatie van gebouwen voor de zorg onder de aandacht brengen van de zorg­instellingen en de andere partijen in de (zorg)bouw. Het Good Practice Cahier 3 biedt een inleiding over het onderwerp Innovatief Aanbesteden en een aantal concrete voorbeelden uit de adviesprak­tijk van het Bouwcollege.

Het Cahier ‘Innovatief Aanbesteden’ is geschreven door het Bouwcollege en het bouwadviesbureau van Zanten raad­gevende ingenieurs (Zri) te Den Haag. Zri participeerde als contracterings­ en aanbestedingsadviseur in zes van de beschreven zorgprojecten met een inno­vatieve contract­ of aanbestedingsvorm.

Deerns: vier projectenBij vier van de beschreven projecten over Innovatief Aanbesteden is Deerns betrokken:• nieuwbouw en renovatie van het

Nederlands Kanker Instituut ­ Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in Amsterdam;

• nieuwbouw van het Deventer Zieken­huis in Deventer;

• nieuwbouw en renovatie van het Jeroen Bosch Ziekenhuis in ’s Hertogenbosch;

• nieuwbouw Meander Medisch Centrum in Amersfoort.

RegelgevingHet Cahier besteedt ook aandacht aan de Europese aanbestedingsregelgeving. Die wordt veelal gezien als een belemmering van de vrijheid van de aanbesteder, maar de ervaring leert dat binnen de contouren van de formele regelgeving veel mogelijk is. De aanbestedingsregelgeving is der­halve geen belemmering maar juist een consistent pakket van regels die de basis vormen voor rechtmatige en doelmatige aanbestedingen.

Het Good Practice Cahier 3 kan worden aangevraagd bij Deerns (Joyce Riekerk, tel: 070 395 7504) of [email protected]

Jeroen Bosch Ziekenhuis in ’s Hertogenbosch: hierbij worden de uitvoering van het werk alsmede het langjarig onderhoud (tien jaar) van de gebouwgebonden installaties op innovatieve wijze aanbesteed.

Meander Medisch Centrum in Amersfoort: het Cahier beschrijft de Innovatieve Aanbesteding van de architectenopdracht. Na een Europese aanbesteding is Deerns geselecteerd voor het installatieadvies in dit project.

Nederlands Kanker Instituut - Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in Amsterdam.

Deventer Ziekenhuis in Deventer.

In het Duitse Bremerhaven verrijst een organisch gevormd tentoonstellingsge-bouw dat overwegend uit glas bestaat. Klimahaus 8° Ost, zoals het gebouw heet, wordt de thuisbasis van een permanente tentoonstelling over het wereldklimaat. Bezoekers kunnen hier via de ‘8ste lengte-graad oost’ de verschillende klimaatzones van bijvoorbeeld Niger, Kameroen, Antarc-tica, Samoa of Alaska beleven.

In november van dit jaar publiceerde het College bouw zorginstellingen (Bouw-college) het ‘Good Practice Cahier 3’. De titel hiervan is ‘Innovatief Aanbesteden: creativiteit in gebondenheid’. Het Good Practice Cahier beschrijft elf projecten in de gezondheidszorg waarbij een innova-tieve contract- of aanbestedingsvorm is gehanteerd. Bij enkele van deze projecten is Deerns de installatieadviseur.

Omslag cover Cahier www.klimahaus-bremerhaven.de

Meer informatie over dit project:De heer ir. H.C.J. van RooijTelefoon: 070 395 7608E­mail: [email protected]

ColofonDeerns Data is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs

Fleminglaan 10,Postbus 1211

2280 CE RijswijkTelefoon: 070 - 395 74 00

Fax: 070 - 319 10 71Deerns Groningen

Telefoon: 050 - 312 45 41Deerns Maastricht

Telefoon: 043 - 363 92 92Deerns Eindhoven

Telefoon: 040 - 269 76 80Deerns Nijmegen

Telefoon: 024 - 383 11 11www.deerns.nl

Concept en productie:Van Zandbeek corporate communicatie

Hoofdredactie:Sjoerd Hora Siccama

EindredactieJoyce Riekerk

Erwin BeswerdaSander Videler

RedactieAnne van Aarsen

Aad BijlToine van den Boomen

Willem BosmanXavier CrollaHerman DikFokko Edens

Andrew GlavimansJohn Hendriks

Menno HollanderAlex Jansen

Bernd KarstenbergJort de Bosch Kemper

Henk LodderErik Lousberg

George MüllerVictor Pastor

Huub van Rooij Hans Schaap

Claudia Simons

Ontwerp en grafische vormgeving:

Ten Bosch design

Fotografie:NFP Photography

Bladmanagement:Fleur van Zandbeek

Druk:Dijkstra & De Bresser V.O.F.

Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van de uitgever worden overgenomen of vermenigvuldigd.

Om grootschalige investeringen in energie­besparende maatregelen voor bestaande gebouwen te stimuleren, reserveerde de Nederlandse overheid een subsidiebudget van 33 miljoen euro. Instellingen konden afgelopen zomer hun aanvraag indienen om in aanmerking te komen voor de subsidie. Het moet gaan om projecten waarbij een minimale CO2­reductie van 400 ton over 20 jaar wordt behaald. Maximaal wordt 15% van de aanschaf­waarde en installatiekosten vergoed. Het Martini Ziekenhuis reduceert, bij uitvoering van het plan, zijn uitstoot over 20 jaar met meer dan 77.000 ton CO2.

Top drieDeerns is als installatieadviseur tevens betrokken bij de nieuwbouw van het zieken­huis. Ook daar wordt van een duurzaam energieconcept uitgegaan. Door de ont­werpen van Deerns scoort de nieuwbouw van het ziekenhuis 18% onder de energie­prestatienorm. Daarmee behoort het zieken­huis tot de top drie van meest energie­ zuinige ziekenhuizen in Nederland.

In 2007 wordt de nieuwbouw van het Martini Ziekenhuis in gebruik genomen. Hierna start de renovatie van 45.000 m2 oudbouw, waar de subsidie voor is aan­gevraagd. In de door Deerns ontwikkelde

energievisie wordt er ondere andere ener­gie bespaard door warmteterugwinning uit de ventilatielucht en het gebruik van HF­verlichting in combinatie met dag­lichtsensoren en zonnecollectoren. Daar­naast worden warmtepompen ingezet. In combinatie met energieopslag is het mogelijk om het watertransport in het warm­ en koudwatercircuit capaciteitsaf­hankelijk te regelen. Bovendien is er sprake van een betere inzet van de reeds bestaande warmtekrachteenheden.

Nog meer voordeel De subsidieaanvraag werd door Deerns in samenwerking met subsidiespecialist HB Berenschot ingediend. Senter Novem zegde inmiddels een subsidie van 530.000 euro toe. En er zit nog meer financieel voordeel voor het Martini Ziekenhuis in. Door een vroegtijdige besluitvorming kon het opslagsysteem voor de nieuwbouw worden voorbereid op een koppeling met die van de oudbouw. Hierdoor bespaart men (nog eens) ruim een half miljoen euro aan energiekosten op jaarbasis.

Het Martini Ziekenhuis in Groningen komt in aanmerking voor een subsidie van 530.000 euro. De zorginstelling dankt dit bedrag aan de besparingsplannen die zijn gebaseerd op de energievisie die Deerns ontwikkelde voor de oudbouw van het zieken-huis. De energiebesparende maatregelen hebben betrekking op het te renoveren gebouw op de locatie ‘Van Swieten’ en zorgen bij elkaar voor 48% minder energie-verbruik ten opzichte van de huidige situatie. Wanneer het ziekenhuis de maatregelen ook daadwerkelijk laat uitvoeren, is de noodzakelijke investering in 4,5 jaar terugverdiend.

Ruim half miljoen euro door energieconcept Deerns

Energiesubsidie voor Martini Ziekenhuis

Meer informatie over dit project:De heer ing. H.J.FekkenTelefoon: 050 312 4541E­mail: [email protected]