Dichter bij de taal Nederlands leren met liedjes en poëzie · Wat voor weer zou het zijn in Den...

33
Dichter bij de taal Nederlands leren met liedjes en poëzie Folkert Kuiken, Universiteit van Amsterdam, INTT [email protected] NUT-Jubileumconferentie ‘Macht en pracht van taal’ Antwerpen, 5 april 2018

Transcript of Dichter bij de taal Nederlands leren met liedjes en poëzie · Wat voor weer zou het zijn in Den...

  • Dichter bij de taal Nederlands leren met liedjes en poëzie

    Folkert Kuiken, Universiteit van Amsterdam, INTT [email protected] NUT-Jubileumconferentie ‘Macht en pracht van taal’ Antwerpen, 5 april 2018

  • Wat is ‘Dichter bij de taal’?

    Een bundel met twintig lessen gebaseerd op een gedicht of lied van een bekende Nederlandse schrijver en/of zanger

    Ontwikkeld door studenten van de duale master Nederlands als tweede taal en Meertaligheid (Universiteit van Amsterdam) in het kader van de module Ontwikkeling leermiddelen NT2

    2

  • Liedjes en gedichten als ‘glijmiddel’

    Melodie, ritme en intonatie maken het makkelijker om teksten tot ons door te laten dringen

    Mooie woorden, zinnen of zelfs hele strofen en coupletten worden daardoor gemakkelijk opgenomen en gememoriseerd

    3

  • Gedichten

    Gedichten zetten aan om over woorden na te denken zoals we dat normaliter niet doen

    Poëzie als middel bij uitstek om een dieper niveau van taalbewustzijn aan te boren

    Gedichten dagen ons intellectueel uit en werpen vragen opwerpen die de mens zich door de eeuwen heen stelt Cf. het Egidiuslied (+ 1400): Egidius waer bestu bleven?

    Gedichten inspireren om een eigen betekenis aan de tekst te geven, waarbij er niet één interpretatie de juiste is

    De lezer moet zich voortdurend creatieve en kritische vragen stellen om de tekst te doorgronden. Net zoals in het leven zelf

    4

  • Liedjes

    Ook in liedjes worden op een suggestieve, creatieve manier vaak meer vragen opgeroepen dan er worden beantwoord Wat voor weer zou het zijn in Den Haag? Ben ik te min? Waarheen leidt de weg die we moeten gaan? Enzovoort

    Liedteksten zijn vaak nog toegankelijker dan gedichten en met name jongeren voelen zich er door aangesproken voelen

    Ook songteksten zijn vaak voor meerdere uitleg vatbaar zijn en de luisteraar kan er zijn eigen interpretatie aan geven

    Op die manier komen taalleerders letterlijk ‘dichter bij de taal’

    5

  • Doelgroep en doelstelling

    Niveau A2 - B1

    Doel Vergroten van de algehele taalvaardigheid van de leerders

    (luisteren, lezen, spreken, schrijven, woordenschat, grammatica) Interculturele uitwisseling

    Door algemeen menselijke thema’s als relaties, liefde, generatieverschillen, opvoeding, verdriet, troost, enz.

    Aandacht voor ritme, klemtoon, intonatie en melodie Geen volledige leergang, willekeurige volgorde Geschikt als extra, herhalings- of verrijkingsmateriaal

    6

  • Werkwijze

    Vaste lesopbouw (afwijken hiervan is mogelijk) Introductie, luisteren, woordenschat, lezen,

    grammatica, spreken, schrijven, cultuur

    Afwisseling van klassikale, groeps- en individuele opdrachten Thuis voorbereiden of als huiswerk achteraf:

    luisteren, woordenschat, lezen, grammatica, schrijven Interactie met medecursisten: spreken en cultuur

    7

  • De liedjes en gedichten 1. JURK! – Dit is het leven Luce van Donkersgoed 2. Jochem Myer – Weduwnaar Frits Los 3. Fluitsma & Van Tijn – 15 miljoen mensen Janneke Vijfvinkel 4. George Groot – In wezen is de mens alleen Anna Ietswaart 5. Veldhuis & Kemper – Te blond Romee van den Bos 6. Kees Spiering – Thuis Marjolein Maljaars 7. Doe maar – Pa Fleur Daemen 8. Linda Vogelesang – Lieve juf Britt de Kroon 9. Nielson – De kleine dingen Josine Burgers 10. Jan Boerstoel – Recht op vrije meningsuiting Marloes Winkel

    11. Marco Borsato – Mooi Josine Burgers 12. Drs. P. – Troostvogel Irina Vargas Rivera 13. Guus Meeuwis – Brabant Céline Notermans 14. Annie M.G. Schmidt – De regenworm en zijn moeder Lisanne Plutschouw 15. 3J’s – Watermensen Kyra Hanekamp 16. Toon Hermans – Als de liefde niet bestond Sanne Jansen 17. Herman Finkers – Aladdin Susan Rosink 18. Elka le Mair – De boekenwurm Mikal Grevelink 19. Teske de Schepper – Oesters en champagne Samira van Rhee 20. Klein orkest – Raar is leuk Lisa Duenk

    8

  • Inhoud les 1-10

    9

    Auteur – Titel Thema Grammatica Cultuur

    1. JURK! – Dit is het leven Werkleven en stress

    Aanwijzende voornaamwoorden

    Werkcultuur

    2. Jochem Myer – Weduwnaar

    Rouw Inversie Omgaan met verlies

    3. Fluitsma & Van Tijn – 15 miljoen mensen

    Nederland Tegenwoordige tijd Nederland

    4. George Groot – In wezen is de mens alleen

    Eenzaamheid Bezittelijke voornaamwoorden

    Eenzaamheid

    5. Veldhuis & Kemper – Te blond

    Uiterlijk Bijvoeglijke naamwoorden

    Uiterlijk

    6. Kees Spiering – Thuis Thuis Wederkerende werkwoorden

    Zich thuis voelen

    7. Doe maar – Pa Generatie- verschillen

    Gebiedende wijs Generatie-verschillen

    8. Linda Vogelesang – Lieve juf

    Toekomst en beroepen

    Ontkenning Aanspreekvormen

    9. Nielson – De kleine dingen Tevredenheid Trappen van vergelijking

    Tevreden zijn met wat je hebt

    10. Jan Boerstoel – Recht op vrije meningsuiting

    Vrijheid (van meningsuiting)

    Plaats van het werkwoord in de bijzin

    Rechten en vrijheden

    Auteur – Titel

    Thema

    Grammatica

    Cultuur

    1. JURK! – Dit is het leven

    Werkleven en stress

    Aanwijzende voornaamwoorden

    Werkcultuur

    2. Jochem Myer – Weduwnaar

    Rouw

    Inversie

    Omgaan met verlies

    3. Fluitsma & Van Tijn – 15 miljoen mensen

    Nederland

    Tegenwoordige tijd

    Nederland

    4. George Groot – In wezen is de mens alleen

    Eenzaamheid

    Bezittelijke voornaamwoorden

    Eenzaamheid

    5. Veldhuis & Kemper – Te blond

    Uiterlijk

    Bijvoeglijke naamwoorden

    Uiterlijk

    6. Kees Spiering – Thuis

    Thuis

    Wederkerende werkwoorden

    Zich thuis voelen

    7. Doe maar – Pa

    Generatie-

    verschillen

    Gebiedende wijs

    Generatie-verschillen

    8. Linda Vogelesang – Lieve juf

    Toekomst en beroepen

    Ontkenning

    Aanspreekvormen

    9. Nielson – De kleine dingen

    Tevredenheid

    Trappen van vergelijking

    Tevreden zijn met wat je hebt

    10. Jan Boerstoel – Recht op vrije meningsuiting

    Vrijheid (van meningsuiting)

    Plaats van het werkwoord in de bijzin

    Rechten en vrijheden

  • Inhoud les 11-20

    10

    Auteur – Titel Thema Grammatica Cultuur

    11. Marco Borsato – Mooi Denken over het leven

    Vraagzinnen Denken over het leven

    12. Drs. P. – Troostvogel

    Verdriet en troost Voltooide tijd Geloof en bijgeloof

    13. Guus Meeuwis – Brabant

    Brabant Voegwoorden Bezienswaardig-heden

    14. Annie M.G. Schmidt – De regenworm en zijn moeder

    Opvoeding Verleden tijd Opvoeding

    15. 3J’s – Watermensen Water Persoonlijke voornaamwoorden

    Water

    16. Toon Hermans – Als de liefde niet bestond

    Liefde Onvoltooid verleden toekomende tijd

    Relaties

    17. Herman Finkers – Aladdin Wensen en moralen

    Modale hulpwerkwoorden

    Moralen

    18. Elka le Mair – De boekenwurm

    Lezen en de bibliotheek

    Voorzetsels Leescultuur

    19. Teske de Schepper – Oesters en champagne

    Relaties Als/dan-constructies Relaties

    20. Klein orkest – Raar is leuk Anders zijn Scheidbare werkwoorden

    Anders zijn

    Auteur – Titel

    Thema

    Grammatica

    Cultuur

    11. Marco Borsato – Mooi

    Denken over het leven

    Vraagzinnen

    Denken over het leven

    12. Drs. P. – Troostvogel

    Verdriet en troost

    Voltooide tijd

    Geloof en bijgeloof

    13. Guus Meeuwis – Brabant

    Brabant

    Voegwoorden

    Bezienswaardig-heden

    14. Annie M.G. Schmidt – De regenworm en zijn moeder

    Opvoeding

    Verleden tijd

    Opvoeding

    15. 3J’s – Watermensen

    Water

    Persoonlijke voornaamwoorden

    Water

    16. Toon Hermans – Als de liefde niet bestond

    Liefde

    Onvoltooid verleden toekomende tijd

    Relaties

    17. Herman Finkers – Aladdin

    Wensen en moralen

    Modale hulpwerkwoorden

    Moralen

    18. Elka le Mair – De boekenwurm

    Lezen en de bibliotheek

    Voorzetsels

    Leescultuur

    19. Teske de Schepper – Oesters en champagne

    Relaties

    Als/dan-constructies

    Relaties

    20. Klein orkest – Raar is leuk

    Anders zijn

    Scheidbare werkwoorden

    Anders zijn

  • JURK! – Dit is het leven

    https://www.youtube.com/watch?v=Cob4GrI82K0

    https://www.youtube.com/watch?v=p3M8EQXzQro

    https://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXg

    11

    https://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXghttps://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXghttps://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXghttps://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXghttps://www.youtube.com/watch?v=53dJG2DyFXg

  • Tekst ‘Dit is het leven’

    De laatste dag De laatste loodjes voor de zomer begint En dan het paradijs Eén dag nog knikken naar de baas Een dag nog zitten in de banken op school En dan begint de reis

    Dit is de lucht Dit is de vlucht Dit is het zweven Dit is de dag Dit is de tijd Dit is het leven

    Hoe ‘k verlang Naar de zon, de zee, het hemelsblauw Maar het meeste nog naar jou Ik wil met jou de wereld in Weg van de stress, van de agenda, de tijd Naar de onbevangenheid

    Dit is de lucht Dit is de vlucht Dit is het zweven Dit is de dag Dit is de tijd Dit is het leven

    12

  • Tekst ‘Dit is het leven’

    De laatste dag De laatste loodjes voor de zomer begint En dan het paradijs Eén dag nog knikken naar de baas Een dag nog zitten in de banken op school En dan begint de reis

    Dit is de lucht Dit is de vlucht Dit is het zweven Dit is de dag Dit is de tijd Dit is het leven

    Hoe ‘k verlang Naar de zon, de zee, het hemelsblauw Maar het meeste nog naar jou Ik wil met jou de wereld in Weg van de stress, van de agenda, de tijd Naar de onbevangenheid

    Dit is de lucht Dit is de vlucht Dit is het zweven Dit is de dag Dit is de tijd Dit is het leven

    13

  • Introductie

    Bedenk op basis van de titel waar het lied over gaat (individueel, twee- of drietallen)

    Vergelijk je ideeën met andere cursisten

    Beluister het lied

    Komen de verwachtingen overeen met de inhoud van het lied?

    14

  • Luister naar het lied. Geef aan welke woorden in het lied voorkomen

    o Bootjes o Loodjes o Baas o Chef o Reis o Vakantie o Lucht o Vlucht

    o Zucht o Leven o Streven o Zweven o Curaçao o Hemelsblauw o Les o Stress

    15

  • Wat betekenen de woorden? Koppel de juiste letter aan het juiste woord 1. de laatste loodjes 2. het paradijs 3. knikken 4. de vlucht 5. zweven 6. verlangen naar 7. de agenda 8. de onbevangenheid

    a. een boekje waarin je je afspraken opschrijft b. het laatste gedeelte c. je hoofd buigen, bijvoorbeeld om te groeten

    of om ‘ja’ te zeggen d. niet van tevoren weten wat er gaat gebeuren

    en daardoor heel open zijn = naïef e. een ideale plaats waar het mooi en rustig is =

    het eldorado f. iemand heel graag willen zien; iets heel

    graag willen g. de keer dat je in een vliegtuig vliegt h. zonder ergens op te steunen in de lucht

    blijven hangen

    16

  • Woordenschat – Rebus: Wat staat hier?

    17

  • (Begrijpend) lezen

    1. Wat is het centrale thema van dit lied? 2. Bedenk een andere titel voor ‘Dit is het leven’. 3. Waar of niet waar? a. De hoofdpersoon in het lied verlangt het meest naar vakantie. waar/niet waar b. De hoofdpersoon in het lied kijkt uit naar de laatste dag. waar/niet waar c. De hoofdpersoon in het lied wil weg van de stress. waar/niet waar

    4. Wat bedoelt de hoofdpersoon in het lied met de uitspraak ‘Ik wil met jou de wereld in’? 5. Wat is de relatie tussen alinea 2 en 3? a. alinea 3 is een voorbeeld van alinea 2 b. alinea 3 geeft een toelichting op alinea 2 c. alinea 3 geeft een samenvatting van alinea 2 d. alinea 3 is de oorzaak van alinea 2

    18

  • Grammatica Aanwijzende voornaamwoorden Voorbeelden uit de tekst

    Dit is de lucht, Dit is de dag, Dit is het leven. Uitleg van ‘deze’, ‘die’, ‘dit’ en ‘dat’

    Goed of fout?

    Dit jas is lekker warm. goed/fout Ik vind die taal mooi. goed/fout

    Vul het aanwijzende voornaamwoord in.

    Zie je __________ man daar? __________ is mijn vader.

    19

  • Spreken

    Laat de cursisten tweetallen vormen. Laat ze aan elkaar vertellen wat ze belangrijk vinden in het leven.

    20

  • Schrijven

    Je moet morgen een opdracht voor werk/school inleveren, maar vanwege een te hoge werkdruk lukt het je niet om de opdracht op tijd af te krijgen. Schrijf een excuusbrief aan je docent of werkgever waarin je meer tijd vraagt voor het maken van de opdracht. De brief moet ten minste aan de volgende eisen voldoen: ongeveer 100 woorden; gepaste aanhef; reden schrijven; oorzaak niet afkrijgen van de opdracht; verzoek om de opdracht later in te mogen leveren; schatting nog benodigde tijd; gepaste afsluiting.

    21

  • Cultuur

    • Elk land kent een eigen werkcultuur. In Nederland hebben veel mensen last van stress door werk en Japan kent zelfs een woord voor ‘dood door overwerk’: karoshi.

    • Laat de cursisten eerst individueel bedenken/opschrijven hoe de werkcultuur er in hun land van herkomst uitziet.

    • Laat de cursisten vervolgens groepjes van vier vormen en de antwoorden met elkaar bespreken en vergelijken. Zorg voor heterogene groepjes wat land van herkomst betreft.

    • Bespreek de antwoorden ten slotte klassikaal. 22

  • Kees Spiering – Thuis Alsof je een plek bereikt. Om je heen kijkt en weet dat je thuis bent. Een weiland, vergeten langs duinen en bosrand, iemand buigt tussen jou en een feest - op zoek naar de wijn, een gezicht wordt zijn eerste woorden, wat geschreven werd voor jou door een nooit gevoelde hand. Alsof je dit al kende voor je het zag. Er geweest was voor je er zou komen. Zo thuis

    23

  • Luister naar het gedicht en lees mee. Vul de ontbrekende woorden in. Alsof je een plek (1) __________. Om je heen kijkt en weet dat je thuis bent. Een weiland, vergeten (2) __________ duinen en bosrand, iemand buigt tussen jou en een feest - op zoek naar de wijn, een (3) __________ wordt zijn eerste woorden, wat geschreven werd voor jou door een nooit (4) __________ hand. Alsof je dit al kende voor je het zag. Er (5) __________ was voor je er zou komen. Zo thuis 24

  • Woordenschat: Welk woord hoort niet in de reeks thuis? Waarom niet? 1. buigen – knikken – krommen – strekken 2. de boulevard – het duin – de kust – het strand 3. omheen – overheen – onderdoor - tijdens 4. de kant – het midden – de rand – de zijde 5. de boerderij – de wei – de weide – het weiland 6. het bier – de cola – de jenever – de wijn

    25

  • (Begrijpend) lezen

    1. Wat is het centrale thema van dit gedicht?

    2. Wat bedoelt de auteur van het gedicht met de uitspraak ‘Zo thuis’?

    a. snel thuis b. op deze manier thuis c. bijna thuis

    3. De auteur van het gedicht gebruikt meerdere malen

    het woord ‘alsof’. Waarvoor wordt dit woord gebruikt?

    26

  • Grammatica: Wederkerende werk- woorden. Zoek iemand die…

    … zich weleens

    ergens op abonneert.

    naam: _________

    … zich weleens bemoeit met

    iemand anders. naam: ________

    … zich altijd

    netjes gedraagt.

    naam: ________

    … zich goed kan

    inleven in anderen.

    naam: ________

    … zich tijdens de les weleens misdraagt.

    naam: ___________

    … zich altijd ontfermt over de

    kinderen.

    naam: _________

    … zich weleens overeet.

    naam: ________

    … zich weleens

    schaamt als hij/zij Nederlands

    praat. naam: ________

    … zich altijd

    uitslooft voor het andere geslacht.

    naam: ________

    … zich weleens vergist in de datum.

    naam: ___________

    … zich graag wil verloven.

    naam: _________

    … zich weleens

    verschuilt achter iemand anders.

    naam: ________

    … zich weleens

    verslikt in zijn/haar eigen

    speeksel. naam: ________

    … zich weleens verspreekt.

    naam: ________

    … zich altijd

    voorneemt om zijn/haar best te

    doen tijdens de les. naam: ___________

    27

  • Spreken

    Werk samen met een medecursist. Stel elkaar ‘wat-doe-je-als-je…?’-vragen. Verwerk in je antwoord telkens een aantal van de gegeven wederkerende werkwoorden.

    Situatie 1: Wat doe je als je ziek bent? Gebruik: zich zorgen maken, zich afmelden, zich ziekmelden Situatie 2: Wat doe je naar het theater gaat? Gebruik: zich amuseren, zich vermaken, zich voornemen Situatie 3: Wat doe je als je je schaamt? Gebruik zich vergissen, zich verspreken, zich uit de voeten maken

    28

  • Schrijven

    Je medecursist wil graag iets leren over jouw land van herkomst. Schrijf een persoonlijke brief gericht aan je medecursist waarin je hem/haar vertelt over jouw land van herkomst. De brief moet ten minste aan de volgende eisen voldoen: o ongeveer 100 woorden; o gepaste aanhef; o beschrijving van het land van herkomst; o mening over het land van herkomst; o gepaste afsluiting.

    29

  • Cultuur

    • Iedereen voelt zich ergens anders thuis. • Laat de cursisten eerst individueel

    bedenken/opschrijven waar zij zich thuis voelen en wat zich thuis voelen voor hen betekent.

    • Laat ze vervolgens groepjes van vier vormen en de antwoorden met elkaar bespreken en vergelijken. Zorg voor heterogene groepjes wat land van herkomst betreft.

    • Bespreek de antwoorden ten slotte klassikaal.

    30

  • Boek (docent) en website (cursist)

    https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8

    31

    https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8https://www.nt2school.nl/portal/site/5cf5a154-5819-4f89-a0db-dc3fd4331fc0/page/e6bdf14a-20f7-4e04-a64c-129b21508be8

  • Waar vind je gedichten? Decavele, A., Schoenaerts, P. & Van Loo, H. (2009). Als ik jou. Poëzie

    voor anderstaligen. Antwerpen/Apeldoorn: Garant. De 100 beste gedichten voor de VSB-poëzieprijs Pfeijffer, I.L. (2016). De Nederlandse poëzie van de twintigste en de

    eenentwintigste eeuw in 1000 en enige gedichten. Amsterdam: Prometheus.

    Dichtvorm.nl; http://dichtvorm.nl/flaatjes/main.htm Dichter draagt voor; http://dichterdraagtvoor.nl/ Awater; https://www.poezieclub.nl/ Meander; https://meandermagazine.nl/ Plint; https://www.plint.nl/ Het Liegend Konijn; http://www.hetliegendkonijn.be Archief Laurens Jansz Costerproject http://laurensjzcoster.blogspot.nl/

    32

    http://dichtvorm.nl/flaatjes/main.htmhttp://dichterdraagtvoor.nl/https://www.poezieclub.nl/https://meandermagazine.nl/https://www.plint.nl/http://www.hetliegendkonijn.be/http://laurensjzcoster.blogspot.nl/

  • Vragen?

    33

    Dichter bij de taal�Nederlands leren met liedjes en poëzieWat is ‘Dichter bij de taal’?�Liedjes en gedichten als ‘glijmiddel’GedichtenLiedjesDoelgroep en doelstellingWerkwijze�De liedjes en gedichtenInhoud les 1-10Inhoud les 11-20JURK! – Dit is het levenTekst ‘Dit is het leven’Tekst ‘Dit is het leven’IntroductieLuister naar het lied. Geef aan welke�woorden in het lied voorkomen Wat betekenen de woorden? Koppel�de juiste letter aan het juiste woordWoordenschat – Rebus: Wat staat hier?(Begrijpend) lezenGrammatica�Aanwijzende voornaamwoordenSprekenSchrijvenCultuurKees Spiering – Thuis Luister naar het gedicht en lees mee.�Vul de ontbrekende woorden in. �Woordenschat: Welk woord hoort niet�in de reeks thuis? Waarom niet?�(Begrijpend) lezenGrammatica: Wederkerende werk-�woorden. Zoek iemand die…SprekenSchrijvenCultuurBoek (docent) en website (cursist)Waar vind je gedichten?�Vragen?