DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar...

142
Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016 Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Transcript of DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar...

Page 1: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Hogere Zeevaartschool - Jaarverslag 2016

Page 2: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

DEEL IA

Stand van zaken, beleidsdoelstelling, verslag en verantwoording

Page 3: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 2

Inhoudsopgave

1 ORGANISATIESTRUCTUUR 4

1.1 Bestuursorganen: 4 1.1.1 Raad van Toezicht (inrichtingsorgaan) 4

1.1.2 Het bestuurscollege (bestuursorgaan) 4

1.1.3 De algemeen directeur 5

1.2 Inspraak- en medezeggenschapsorganen 5 1.2.1 Het hogeschoolonderhandelingscomité 5

1.2.2 De studentenraad 5

1.2.3 De commissie onderwijs en onderwijsvernieuwing (COO) 5

1.2.4 Het comité preventie en bescherming op het werk 6

1.2.5 De interne elektronische nieuwsbrief 6

1.2.6 De commissie wetenschappelijk onderzoek 6

1.2.7 De stuurgroep Instituut voor Hydrografie 6

1.2.8 Auditcomité 7

1.2.9 Onderwijsraad 7

2 ONDERWIJS – ACADEMIEJAAR 2015-16 8

2.1 Beleidslijn voor het hogeschoolonderwijs 8

2.1.1 Beleidsdoelen van de hogeschool voor het afgelopen academiejaar 8

2.1.2 Mate waarin de beleidsdoelen, met name de belangrijkste resultaten en prestaties, gehaald worden. 8

2.1.3 Beleidsdoelen voor de komende academiejaren 16

2.2 Kwaliteitszorg in het hogeschoolonderwijs 16

2.2.1 Interne kwaliteitszorg 16

2.2.2 Externe kwaliteitszorg voor dit en voor het volgende academiejaar 17

2.2.3 Maatregelen als reactie op de visitatierapporten 17

2.2.4 Curriculumzorg 18

2.3 Opleidingsaanbod 19

2.4 Onderwijs- en examenregeling 19

2.5 Gegevens over de studenten 19

2.6 Gegevens over de examencommissie van de Vlaamse gemeenschap 19

2.7 Internationale relaties 20

3 ONDERZOEK – WERKJAAR 2016 21

3.1 Beleid betreffende wetenschappelijk onderzoek: 21

4 PERSONEEL - WERKJAAR 2016 28

4.1 Personeelsbestand 28

Page 4: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 3

4.2 Personeelsbeleid en de effecten ervan 28

4.3 Ratioanalyse 29

4.4 Staat van personeelskosten 29

5 DIENSTVERLENING - WERKJAAR 2016 30

5.5 Beleidsdoelstellingen op het gebied van maatschappelijke dienstverlening, deelname in spin-off bedrijven en relaties met verenigingen zonder winstoogmerk en andere rechtspersonen 30

5.5.1 Verslag over het gevoerde beleid: beoogde doelen en resultaten 30

5.5.2 Beleid inzake dienstverlening 30

5.5.3 Beleidsdoelstellingen op korte en middellange termijn 30

5.6 Overzicht van de afgesloten overeenkomsten 30

5.7 De besteding van de middelen 30

5.8 Het personeelsbestand in de maatschappelijke dienstverlening, de deelname in spin-off bedrijven en de relaties met verenigingen zonder winstoogmerk en andere rechtspersonen 30

6 ONTWIKKELING EN BEOEFENING VAN DE KUNSTEN 30

Page 5: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 4

1 Organisatiestructuur Zie ook www.hzs.be (cf. rondzendbrief van de minister van 21 februari 2011)

1.1 Bestuursorganen:

De bestuursorganen van de HZS omvatten de raad van toezicht (inrichtingsorgaan), het bestuurscollege (bestuursorgaan) en de algemeen directeur.

1.1.1 Raad van Toezicht (inrichtingsorgaan)

Het inrichtingsorgaan is belast met:

1° het goedkeuren van :

a) de strategische doelstellingen;

b) het organiek reglement;

c) het pedagogische project;

d) de rechtspositieregeling van de student;

e) de algemene reglementering aangaande de deontologie en de evaluatie van het personeel;

f) overdrachten en overnames van onderwijsinrichtende bevoegdheden

g) de begroting, de jaarrekening, het jaarverslag en het strategisch meerjarenplan;

2° het benoemen en ontslaan van de niet-ambtshalve bestuurders in de schoot van het bestuursorgaan;

3° het verlenen van kwijting aan de bestuurders;

4° het aanstellen en ontslaan van de algemeen directeur;

5° het aanwijzen van een revisor.

De op grond van het eerste lid 1°, goed te keuren reglementen en beleidsdocumenten worden aan het inrichtingsorgaan voorgelegd door het bestuursorgaan. Het inrichtingsorgaan kan op eigen initiatief aanpassingen aanbrengen aan de voorstellen van het bestuursorgaan.

Indien een reglement of beleidsdocument aan de goedkeuringsbevoegdheid van het inrichtingsorgaan is onderworpen, dan geldt dit ook ten aanzien van wijzigingen van dat reglement of beleidsdocument.

1.1.2 Het bestuurscollege (bestuursorgaan)

Het bestuursorgaan bestuurt de hogeschool en beschikt daartoe over alle bevoegdheden die niet uitdrukkelijk aan een ander bestuursorgaan zijn toegekend.

Indien het bestuursorgaan vaststelt dat een orgaan van de hogeschool, met uitzondering van het inrichtingsorgaan, zijn taken kennelijk verwaarloost, dan kan het bestuursorgaan de nodige voorzieningen treffen.

Page 6: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 5

De nodige voorzieningen, hierboven vermeld, kunnen inhouden dat :

1° het bestuursorgaan de aangelegenheid bepaalt waarover het in gebreke blijvende orgaan moet beraadslagen en de termijn bepalen waarbinnen die beraadslaging moet plaatsvinden;

2° het bestuursorgaan zich in de plaats stelt van het orgaan;

3° de toewijzing van bevoegdheid of de delegatie opgeheven wordt;

4° het bestuursorgaan de beslissingen van het orgaan gedurende een door het bestuursorgaan bepaalde en verlengbare termijn afhankelijk maakt van het voorafgaand advies of de voorafgaande instemming van het bestuursorgaan of de door het bestuursorgaan aangewezen persoon of instantie binnen de hogeschool.

1.1.3 De algemeen directeur

De algemeen directeur is verantwoordelijk voor :

1° de uitvoering van de voor de werking van de hogeschool relevante regelgeving;

2° de uitvoering van reglementen en bestuurlijke beslissingen;

3° de coördinatie van de administratieve diensten, met inbegrip van het financieel beleid;

4° de goede uitvoering van de taken van de hogeschool op het vlak van onderwijs, dienstverlening, praktijkgericht onderzoek en in voorkomend geval onderzoek in de kunsten.

De algemeen directeur vertegenwoordigt de hogeschool in feite en in rechte. Een beslissing tot het optreden in rechte als eiser wordt evenwel genomen door de voorzitter van het bestuursorgaan en de algemeen directeur gezamenlijk.

.

1.2 Inspraak- en medezeggenschapsorganen

1.2.1 Het hogeschoolonderhandelingscomité

Het HOC onderhandelt over de aangelegenheden, bedoeld in en krachtens de artikelen 2, 6, 9 en 11 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, in zoverre deze betrekking hebben op de Hogere Zeevaartschool.

1.2.2 De studentenraad

De studentenraad is samengesteld uit tenminste acht en ten hoogste twaalf democratisch gekozen vertegenwoordigers van de studenten. De raad van toezicht bepaalt de samenstelling van de studentenraad en de wijze waarop de vertegenwoordigers van de studenten worden verkozen.

1.2.3 De commissie onderwijs en onderwijsvernieuwing (COO)

De COO is binnen de HZS het adviesorgaan voor onderwijsorganisatie en onderwijsvernieuwing. De commissie bespreekt onderwijsorganisatorische en onderwijsvernieuwende zaken.. De Commissie bestaat uit: - de algemeen directeur, voorzitter;

Page 7: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 6

- twee studenten uit de studentenraad; - de coördinator onderwijs en onderwijsvernieuwing; - de faculteitshoofden; - de coördinator ICT; - de coördinator IKZ; - de coördinator wetenschappelijk onderzoek; - de coördinator internationalisering; - de coördinator maatschappelijke dienstverlening; - de verantwoordelijke studentenbegeleiding, - de verantwoordelijke voor de studentenadministratie; - de secretaris. De coördinator onderwijs brengt agendapunten i.v.m. onderwijs aan en zorgt voor de inhoudelijke stoffering ervan. De coördinator IKZ verzekert de permanente link naar het kwaliteitssysteem van de HZS (ISO9001:2008). De coördinator wetenschappelijk onderzoek kan via de COO de synergie onderwijs-onderzoek mee helpen bewaken. Voor wat betreft onderwijsvernieuwing volgt de commissie vernieuwingen op in het academische onderwijs, ze inventariseert knelpunten in de opleidingen en ze stelt maatregelen voor om het onderwijs blijvend te optimaliseren. Concreet behandelt de COO onderwerpen als: organisatie academisch jaar, curricula, studiegids, cursusplannen, uurroosters, examenplanning, onderwijs- en examenreglement, EVC, HBO5, derde inschrijving, eindscripties (data, richtlijnen, evaluatiedocument, administratieve aspecten), vrijstellingen, volgtijdelijkheid, permanente evaluatie, laboploegen, blackboard, feedback na examens, schorsing lessen, inhaalweken, reorganisatie WOM, internationalisering, Erasmus, stages, STCW amendementen, samenwerking met andere onderwijsinstellingen, taalregelingen, en te nemen acties en teksten in aanloop naar visitaties en reviews.

1.2.4 Het comité preventie en bescherming op het werk

Tot de bevoegdheid van het comité behoort het geven van adviezen voor alles wat te maken heeft met veiligheid, gezondheid, verfraaiing en milieuzorg. Het comité waakt erover dat de wettelijke reglementering wordt toegepast.

1.2.5 De interne elektronische nieuwsbrief

Verzorgt de communicatie tussen de directie en het personeel van de verschillende diensten. Eind 2013 werd de Interne Communicatiecel opgeheven en werd beslist om de interne communicatie voortaan d.m.v. een Nieuwsbrief te verzorgen.

1.2.6 De commissie wetenschappelijk onderzoek

In deze stuurgroep worden alle lopende en nieuwe onderzoeksprojecten (zie hoofdstuk 3) besproken en opgevolgd. De commissie wetenschappelijk onderzoek heeft als doel informatie over wetenschappelijk onderzoek uit te wisselen en de communicatie te bevorderen. Hierbij worden open discussies gehouden om wetenschappelijke projecten te bespreken binnen het gestelde platform. Verder heeft de commissie als doel advies te geven bij de besteding van de financiële middelen om het onderzoek te bevorderen. Naast de projecten komen ook de doctoraten en de eindwerken, die een bijdrage aan het onderzoek leveren, aan bod.

1.2.7 De stuurgroep Instituut voor Hydrografie

De taken en bevoegdheden van de stuurgroep hebben betrekking tot het vastleggen van onderwijsmodaliteiten in onderling overleg, conform de overeenkomst betreffende de interuniversitaire organisatie van de postgraduaatsopleidingen hydrografie (categorie B). De opleiding wordt begeleid door een interuniversitaire stuurgroep die tevens als opleidingscommissie functioneert. De stuurgroep wordt belast met de algemene organisatie, programmatie, evaluatie van de opleiding, het algemeen en financieel beleid. De stuurgroep ziet toe op de toelatingsvoorwaarden en de voorwaarden tot het behalen van het postgraduaatsgetuigschrift.

Page 8: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 7

De stuurgroep bestaat uit telkens 2 vertegenwoordigers van de partners: Hogere Zeevaartschool, Universiteit Gent en Industrie. De voorzitter wordt aangeduid door de algemeen directeur van de Hogere Zeevaartschool. De voorzitter behoort tot de organiserende interfacultaire entiteit van één van de inrichtende instellingen. De stuurgroep komt minimaal twee keer per jaar samen. Zij neemt beslissingen met gewone meerderheid van stemmen onder de aanwezige of vertegenwoordigde leden, met dien verstande dat van elke partner één vertegenwoordiger zijn instemming met het voorstel van beslissing gegeven moet hebben. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

1.2.8 Auditcomité

Artikel 40 van het Bijzonder decreet houdende regeling van de bestuurlijke organisatie en werking van sommige publiekrechtelijke hogescholen van 13 juli 2012 stelt dat elke hogeschool beschikt over een systeem van interne controle en interne audit dat betrekking heeft over het geheel van haar activiteiten. De HZS is sinds 2003 houder van het DNV Business Asssurance Managementsysteem certificaat, ter bevestiging dat de HZS voldoet aan de eisen gesteld in de norm ISO9001:2008. Dit houdt in dat ter accreditatie de HZS jaarlijks wordt geauditeerd door de externe auditor DNV. Parallel loopt sinds twee jaar een jaarlijkse externe audit door FOD Mobiliteit aangaande de door IMO opgelegde STCW-code. De jaarlijkse financiële audit wordt uitgevoerd door een bedrijfsrevisor.. Deze drie audits hebben betrekking op het geheel van de activiteiten van de HZS. In het kader hiervan wordt conform artikel 40 van het Bijzonder decreet een auditcomité samengesteld. Er is eveneens een reglement inzake werking auditcomité. De hoofdtaken van het auditcomité bestaan uit: - Het toezicht op de financiële rapportering, zowel tussentijdse financiële informatie als de jaarrekening.

Daarnaast is het eveneens de taak om andere financiële informatie die de hogeschool naar buiten brengt, en daarbij horende toelichtingen, te superviseren. Hieronder valt ook de keuze van de door de hogeschool te hanteren boekhoudregels;

- De selectie en aanstelling van de commissaris van de hogeschool. De draagwijdte van de opdracht moet worden vastgesteld. Verder moet worden toegekeken op de hoogte van het honorarium, of de commissaris over de nodige expertise beschikt en de nodige tijd kan vrijmaken voor de uitvoering van zijn opdracht. Tevens moet bijzondere aandacht worden geschonken aan de beoordeling van de onafhankelijkheid van de commissaris;

- Het evalueren en sturen van de contacten met de interne auditafdeling. De volgende taken zijn eveneens voorbehouden voor het auditcomité: - Het opzetten en opvolgen van richtlijnen binnen de hogeschool in het kader van de preventie en opsporen van

fraude. Als het auditcomité rechtstreeks een klacht ontvangt, wordt deze steeds opgevolgd, ook als het een anonieme klacht betreft;

- Het opzetten en opvolgen van richtlijnen binnen de hogeschool in het kader van de naleving van wettelijke en statutaire verplichtingen;

- Het opzetten en opvolgen van procedures in het kader van de interne risicobeheersings- en controlesystemen; - Kennisnemen van de aanbevelingsbrief van de commissaris, het sturen van de opvolging voor uitvoering en

implementatie van de aanbevelingen; - Het vastleggen van richtlijnen en procedures voor het inhuren van niet-auditdiensten bij de commissaris. De

opvolging van de correcte naleving van deze richtlijnen en procedures hoort ook tot de taken van het auditcomité;

- Het toezicht op het opzetten en implementeren van een informatie- en communicatietechnologieplan (ICT).

1.2.9 Onderwijsraad

De Onderwijsraad werd geïnstalleerd op 28.02.2006 en bestaat uit leden van de Koninklijke Belgische Redersvereniging (KBRV), de HZS en de UAntwerpen. Deze raad is een ‘reflectiegroep’ (klankbord, denktank) die werkt rond onderwijskundige materies. Op regelmatige tijdstippen wordt een stand van zaken gegeven en worden de verwachte ontwikkelingen besproken.

Page 9: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 8

2 Onderwijs – academiejaar 2015-16

2.1 Beleidslijn voor het hogeschoolonderwijs

2.1.1 Beleidsdoelen van de hogeschool voor het afgelopen academiejaar

De algemene hogeschooldoelstellingen vinden hun oorsprong in de missie en de kernopdrachten van de Hogere Zeevaartschool Antwerpen en bepalen ook de opleidingsdoelstellingen. In de lange termijndoelstellingen stelt de HZS: - kansen te bieden om wetenschappelijke kennis, attitudes en vaardigheden te verwerven en op die manier

zelfbewust te werken in een dynamische en pluriforme samenleving; - voortdurende aandacht te besteden aan onderwijsinnovatie, het bevorderen van de zelfredzaamheid van de

studenten en de onderwijskundige professionalisering van het academisch korps; - deel te nemen aan internationale uitwisselings- en samenwerkingsprogramma’s om haar studenten een open en

mondiale visie te geven; - in het licht van de nood aan levenslang leren, een onderwijsaanbod te organiseren op het vlak van zowel initiële

en voortgezette opleidingen als bij- en nascholing en daarvoor een specifiek doelgroepenbeleid te voeren; - in samenwerking met haar alumni een direct contact met het werkveld te onderhouden door bij- en

nascholingsinitiatieven en door een geïnstitutionaliseerde terugkoppeling over haar opleidingen via de alumniwerking om op die manier zich als Hogere Zeevaartschool Antwerpen blijvend te verankeren in de maritieme en maritiem aanverwante cluster, zowel binnen de eigen regio als op internationaal vlak;

- het gedachtegoed van duurzame ontwikkeling uit te dragen naar alle geledingen van de maatschappij; - een interne cultuur tot stand te brengen die openstaat voor vernieuwing, die teamwerking stimuleert en die

aandacht heeft voor de ontwikkeling van de hogeschoolmedewerkers. Vanuit haar langetermijnvisie op onderwijs en in de context van de Associatie Universiteit Hogescholen Antwerpen (AUHA), heeft de HZS in haar Onderwijsontwikkelingsplan (OOP) drie strategische doelstellingen op het vlak van de onderwijsontwikkeling geformuleerd. 1. De HZS wil een maatschappelijk verantwoord, helder gestructureerd, samenhangend en toekomstgericht geheel van bachelor- en masteropleidingen aanbieden aan studenten uit alle sociale lagen van de maatschappij en van alle generaties. 2. De HZS wil studentgecentreerd en competentiegericht academisch onderwijs organiseren met zowel aandacht voor een brede algemene vorming als voor specialisatie. 3. De HZS is een actieve speler in de Europese hogeronderwijsruimte; bijgevolg wil de HZS de studenten stimuleren om deel te nemen aan internationale uitwisselingsprogramma's. Deze strategische doelstellingen zullen ook na afronding van het academiseringsproject het voorwerp blijven uitmaken van permanente aandacht vanwege het HZS-onderwijsbeleid. Omdat de Europese hogeronderwijsruimte snel verandert, moet de HZS haar doelstellingen permanent bijsturen en actualiseren. Daarbovenop komt nog de wereldwijde, permanente evolutie van het maritieme beroep.

2.1.2 Mate waarin de beleidsdoelen, met name de belangrijkste resultaten en prestaties, gehaald worden.

1. De HZS wil een maatschappelijk verantwoord, helder gestructureerd, samenhangend en toekomstgericht geheel van bachelor- en masteropleidingen aanbieden aan studenten uit alle sociale lagen van de maatschappij en van alle generaties. De BAMA-opleidingen aan de HZS zijn tot stand gekomen na uitgebreid overleg binnen de HZS en in nauwe samenwerking met de diverse geledingen uit de professionele maritieme sector (maritieme industrie). Vanuit de onderwijsraad (zie hoger) werd een werkgroep samengesteld met vertegenwoordigers van de HZS en de maritieme industrie (KBRV).

Page 10: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 9

Die werkgroep heeft de curricula grondig doorgelicht en getoetst aan de beroepsprofielen. 2. De HZS wil studentgecentreerd en competentiegericht academisch onderwijs organiseren met zowel aandacht voor een brede algemene vorming als voor specialisatie. Gezien de internationale verplichtingen zijn de opleidingen aan de HZS al sinds een aantal jaren in de richting van meer studentgericht onderwijs geëvolueerd. Verscheidene gespecialiseerde opleidingsonderdelen moeten op basis van internationale regelgeving en/of vanwege de noodzakelijke infrastructuur (bijv. cursussen via simulators) in kleine groepen worden onderwezen. Daarbij moeten studenten voor een gedeelte hun eigen leerproces mee (helpen) sturen.

Het is inherent aan dit systeem dat allerlei competenties die in diverse andere (zowel nautische als algemeen academische) opleidingsonderdelen worden voorbereid en opgebouwd in deze fase van de opleiding op een geïntegreerde wijze worden behandeld en getoetst.

Daarnaast heeft de COO bij de omvorming intentioneel nagegaan hoe het (hoge) aantal contacturen kon worden gereduceerd ten voordele van meer studentgecentreerde leermethodes zoals zelfstandige en teamopdrachten en begeleide zelfstudie. In deze optiek werd aan elk opleidingsonderdeel een vorm van Begeleid Zelfstandig Studeren (BZS) gekoppeld, telkens uitgedrukt in een percentage van het aantal contacturen. Zowel voor de bachelor als voor de master zijn competenties in overzichtschema’s opgelijst als referenties voor de doelstellingen op basis van:

- ontwikkelingen in de nautische en nautisch aanverwante wetenschappen; - ontwikkelingen in de nautische en nautische aanverwante sectoren binnen het werkveld; - de competenties gebaseerd op de ‘STCW 95-standaard’ - Codex Hoger Onderwijs art. II 68 en art II 141 leerresultaten en niveaudescriptoren.

Voor de opleidingen Ba NW, Ma NW en Ba SW werden in 2013 leerresultatenkaders bepaald. Basis daarvoor waren de Standards of Training, Certification and Watchkeeping (STCW) zoals bepaald door de International Maritime Organisation (IMO). De leerresultaten, nl. ‘Wat moet een beginnend beroepsbeoefenaar kennen en kunnen na het voltooien van de opleiding en het begin van de job?’ werden in groep geformuleerd. Er werd een team van medewerkers samengesteld dat de leerresultaten vanuit zijn expertise kon definiëren. Dankzij de inbreng van VLHORA kon de afstemming van de leerresultaten op het Vlaamse Kwalificatieraamwerk verzekerd worden. Daarbij werd de indeling Bachelors op niveau 6 en Masters op niveau 7 streng bewaakt. Tijdens het academisch jaar 2013-14 werden binnen de HZS aldus drie sets leerresultaten opgemaakt: respectievelijk voor de Ba NW, de Ma NW en voor de Ba SW. Per opleiding werden ca.15 leerresultaten geformuleerd die de kern van de opleiding samenvatten. Daarbij werd ingegaan op kennis, vaardigheden,en attitudes, met aandacht voor autonomie en verantwoordelijkheid. De leerresultaten werden dan via de faculteitshoofden systematisch gecheckt bij alle leden van het onderwijzend personeel. Vervolgens werden de leerresultatenkaders afgetoetst in een toetsingsgroep bestaande uit o.m. externen (werkveld, student, internationale deskundigen). Ten slotte werden de leerresultatenkaders gecontroleerd en aanvaard door de NVAO, werden ze geïntegreerd in het IKZ-systeem, en kon het onderwijzend personeel een koppeling maken tussen leerresultaten en opleidingsonderdelen. De afstemming van het domeinspecifieke leerresultatenkader op het Vlaamse Kwalificatieraamwerk uit zich in de matrix ‘Aftoetsing van het domeinspecifieke leerresultatenkader aan de Vlaamse regelgeving m.b.t. kwalificaties’. Hierin worden de leerresultaten van de Ba NW en van de Ma NW uitgezet ten aanzien van de descriptoren VKS 6 en VKS 7. De opleidingen aan de HZS zijn unieke opleidingen. De HZS werkt volgens een strikte internationale beroepsreglementering. Deze reglementering werd ingegeven door de International Convention on Standards of Training, Certification and Watchkeeping for Seafarers (STCW), in 1978 gesloten in de schoot van de International

Page 11: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 10

Maritime Organisation (IMO). In dit internationale verdrag worden de minimale eisen uiteengezet waaraan zeevarenden op zeeschepen moeten voldoen. Het verdrag werd o.m. bijgewerkt in 2010 met de Manila amendments. De STCW-normering bepaalt voor een groot stuk de inhoud van de opleidingen in de Nautische Wetenschappen en de Scheepswerktuigkunde. Voorts is er ruim aandacht voor aanvullende exacte wetenschappen, humane wetenschappen en talen, wordt invulling gegeven aan de onderzoekscomponent en aan mogelijkheden tot levenslang leren. De beoogde leerresultaten passen aldus qua niveau (Ba, Ma) en oriëntatie (academisch en professioneel) binnen het Vlaams kwalificatieraamwerk en het gevalideerd domeinspecifiek leerresultatenkader. Ze sluiten ook aan bij actuele eisen die in internationaal perspectief vanuit beroepenveld en vakgebied aan de inhoud van de opleiding worden gesteld. Deze leerresultaten werden tijdens een bevraging in september 2015 opnieuw door de leden van het panel onder de loep genomen en als nog steeds valabel bevonden. Het is de bedoeling deze her-evaluatie twee- of driejaarlijks over te doen. Bachelor en Master in de Nautische Wetenschappen De opleiding Nautische Wetenschappen bestaat uit twee cycli: • na de eerste cyclus van drie jaar behaalt de student het diploma van Bachelor in de Nautische Wetenschappen • na een tweede cyclus van één jaar behaalt de student het diploma van Master in de Nautische Wetenschappen. In deze afdeling worden dekofficieren opgeleid. Dekofficieren zorgen voor de besturing van het schip, bepalen de reisroute, zorgen voor de maritieme communicatie, beheren de lading, enz. Deze opleiding leidt tot een carrière op zee waarin men kan opklimmen tot de graad van kapitein. De masteropleiding wordt georganiseerd in samenwerking met Universiteit Antwerpen, C-MAT (voorheen Institute of Transport and Maritime Management Antwerp ITMMA), Universiteit Gent en Université de Liège. Leerresultaten Bachelor NW De Bachelors NW hebben op het einde van de opleiding de volgende leerresultaten bereikt:

1 handelen in overeenstemming met de basisvereisten (normen) van de International Convention on Standards of Training, Certification and Watchkeeping for Seafarers (STCW) en de ermee verbonden Code, zoals aangepast d.m.v. de Manila Amendments in juni 2010, voor dekofficieren op zeeschepen; en hiermee voldoen aan de STCW normen op operationeel niveau; 2 grondige kennis en inzicht hebben met betrekking tot de algemene en specifieke technische aspecten van zeeschepen, o.m. structurele elementen, touwen/trossen/kabels, energievoorziening en propulsiesystemen, nautische instrumenten, redding- en communicatiemiddelen, onderhoudswerkzaamheden aan boord, richtlijnen van classificatiemaatschappijen, stabiliteit van het schip; 3 de tools beheersen voor positiebepaling en navigatie, o.m. klassieke en elektronische kaarten, methodologie van kaartpassen en zeevaartrekenen, navigatiereglementering, getijdenleer, meteorologie, radarbeelden; 4 de vereiste kennis en vaardigheden hebben voor de overige operationele taken, o.m. wachtlopen, los- en laadoperaties, manoeuvres, scheepsadministratie en exploitatie van het schip in overeenstemming met het zeerecht, radiocommunicatie; 5 borg staan voor de veiligheid aan boord en de integriteit van het maritieme milieu, o.m. door het handhaven van veiligheid van de bemanning en eventuele passagiers van het schip (SOLAS), het adequaat inzetten van middelen voor redding, brandbestrijding (FSS) en andere veiligheidssystemen, het organiseren van noodprocedures en -communicatie (SAR, GMDSS), aandacht te hebben voor psychologische en medische zorg, het op een adequate manier omgaan met gevaarlijke stoffen aan boord (IMDG-code), het zich bewust

Page 12: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 11

zijn van de maritieme milieuproblematiek en handelen in overeenstemming met de MARPOL conventie en andere internationale conventies betreffende maritieme vervuiling; 6 voldoende basiskennis en -inzicht hebben op het vlak van exacte en toegepaste wetenschappen (wiskunde, fysica, chemie, thermodynamica, elektriciteit en elektronica, informatica) om op een adequate manier technische systemen aan boord te hanteren en problemen op te lossen; 7 in allerhande maritieme omstandigheden effectief en professioneel correct communiceren in de Engelse taal; 8 voldoende basiskennis en -vaardigheden hebben op het vlak van humane wetenschappen (o.m. psychologie, maritieme geneeskunde) en op economisch en juridisch vlak (o.m. maritieme economie, zeerecht) om de taken van dekofficier aan boord van het schip en in relatie met de maritieme partners vlot uit te voeren; 9 wetenschappelijke informatie m.b.t. nautische wetenschappen gericht opzoeken, evalueren en verwerken en er correct naar refereren; 10 binnen een afgelijnd kader een complexe onderzoeksvraag formuleren; zelfstandig relevante onderzoeksmethoden en –technieken selecteren en correct toepassen; de resultaten uit dit wetenschappelijk onderzoek wetenschappelijk verwerken en ook toepassen; 11 over het onderzoeksproject rapporteren in een verzorgd schriftelijk document dat beantwoordt aan alle vormvoorschriften van een wetenschappelijke publicatie en taalkundig en stilistisch correct is; 12 zelfstandig complexe probleemsituaties in het professionele leven analyseren en zinvolle oplossingsstrategieën ontwikkelen en implementeren in internationale omgevingen; 13 de persoonlijke leerbehoeften analyseren en deze reflectie vertalen in initiatieven om zich verder professioneel en academisch te bekwamen op nautisch terrein.

Leerresultaten Master NW De Masters NW hebben op het einde van de opleiding de volgende leerresultaten bereikt:

1 handelen in overeenstemming met de basisvereisten (normen) van de International Convention on Standards of Training, Certification and Watchkeeping for Seafarers (STCW) en de ermee verbonden Code, zoals aangepast d.m.v. de Manila Amendments in juni 2010, voor dekofficieren op zeeschepen; en hiermee voldoen aan de STCW normen op managementniveau; 2 geavanceerde kennis en inzicht hebben met betrekking tot technische aspecten van zeeschepen, o.m. propulsie (gasturbines, sleepweerstand, schroefkarakteristieken, …), inspectie, survey en onderhoud van schepen; 3 geavanceerde aspecten van navigatie beheersen, o.m. gevorderde getijdenanalyse (inclusief kritische benadering van navigatiesoftware), voyage planning, navigatie in drukbevaren vaarwaters en havengebieden (radar/ARPA), navigatie in ijsgebieden; 4 gespecialiseerde kennis, inzicht en vaardigheden hebben in operationele domeinen, bijvoorbeeld manoeuvres in moeilijke en/of bijzondere omstandigheden; maar ook o.m. scheepsexploitatie, supply chain management, zeerecht, van belang voor een tweede carrière na het varen; 5 als expert advies geven in veiligheidsproblematiek, meer bepaald ongevallenanalyse (doorgronden van de inhoud, toepassing en intenties van de International Regulations for Preventing Collisions at Sea);

Page 13: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 12

6 vanuit een grondige kennis en inzicht op het vlak van exacte en toegepaste wetenschappen (automatisatie) op een adequate manier omgaan met complexe technische systemen en problemen aan boord; 7 de geavanceerde taken van een dekofficier aan boord van het schip en in relatie met de maritieme partners behartigen. Dit omvat o.m. multiculturele communicatievaardigheden, bewustwording van de complexiteit van de rol van 'verantwoordelijk leider', conflicthantering, inzicht in de verschillende 'leiderschapsstijlen', technieken om noodtoestanden en het verlaten van het schip als wachtverantwoordelijke of gezagvoerder onder controle te houden (Crisis and Crowd Management); 8 geavanceerde kennis en inzicht hebben in één of meerdere topics uit nautische onderzoeksdomeinen als Veiligheid en gezondheid (strategisch management, maritieme medische urgenties), Maritiem transport (analysis of shipping markets, supply chain management, port management and policy, bedrijfseconomie), Mariene milieutechniek (advanced maritime ecology), Maritieme energieproblematiek, Maritieme technieken (introduction into hydrography, dynamic positioning, bijzondere schepen – olie-, gas- (LPG/LNG) en chemicaliëntankers , advanced maritime technology and safety, advanced stability, scheepsbouw, propulsie & automatisatie), Human resources en communicatie (data analysis); 9 wetenschappelijke informatie m.b.t. nautische wetenschappen gericht opzoeken, kritisch interpreteren, evalueren en verwerken en er correct naar refereren; 10 zelfstandig een eigen nautisch wetenschappelijk onderzoeksproject concipiëren, plannen en uitvoeren op het niveau van een beginnend onderzoeker; zelfstandig relevante onderzoeksmethoden en –technieken selecteren en correct toepassen; de resultaten uit dit wetenschappelijk onderzoek wetenschappelijk verwerken en ook toepassen; 11 over het onderzoeksproject rapporteren in de vorm van een proefschrift dat beantwoordt aan alle vormvoorschriften van een wetenschappelijke publicatie en dat taalkundig en stilistisch correct is; 12 zelfstandig complexe probleemsituaties in het vaak onvoorspelbare professionele leven analyseren en zinvolle oplossingsstrategieën ontwikkelen en implementeren in internationale omgevingen; 13 werken aan de verdere persoonlijke ontwikkeling op nautisch terrein door het kritisch reflecteren op het eigen functioneren, door het detecteren van nieuwe ontwikkelingen in de nautische wetenschappen en door het volgen van academische of professionele vorming.

Bachelor in de Scheepswerktuigkunde De opleiding Scheepswerktuigkunde bestaat uit één cyclus van drie jaar en leidt tot het diploma van Bachelor in de Scheepswerktuigkunde. In deze afdeling worden officieren-werktuigkundigen opgeleid. De scheepswerktuigkundige is verantwoordelijk voor het preventief onderhoud en herstelling van alle thermische, elektrische, pneumatische en hydraulische installaties aan boord van een schip, en voor de veiligheidsuitrusting. Deze opleiding leidt tot een carrière op zee waarin men kan opklimmen tot de graad van officier-hoofdwerktuigkundige. Leerresultaten Bachelor SW De Bachelors SW hebben op het einde van de opleiding de volgende leerresultaten bereikt:

1 handelen in overeenstemming met de basisvereisten (normen) van de International Convention on Standards of Training, Certification and Watchkeeping for Seafarers (STCW) en de ermee verbonden Code, zoals aangepast d.m.v. de Manila Amendments in juni 2010, voor officieren-werktuigkundigen op zeeschepen;

Page 14: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 13

2 vanuit gevorderde kennis en inzicht in de scheepswerktuigkunde en toegepaste wetenschappen, praktische handelingen uitvoeren in complexe, beroepsgerelateerde situaties; 3 handelingen en activiteiten coördineren bij ‘eerste interventies’, de procedures van branddetectie en veiligheidssystemen correct toepassen; 4 administratieve taken correct uitvoeren en documenten adequaat afwerken; 5 alle propulsie gerelateerde motoren en hulpcircuits op een functioneel veilige manier laten werken en herstellen in geval van anomalie, de oorzaak van optredende machinefouten opsporen en de geijkte reparatieprocedures toepassen; 6 op een veilige manier herstellingsgereedschap hanteren, de wacht overdragen en fuel transfers volledig begeleiden; 7 op een veilige manier elektrische en elektronische apparatuur gebruiken en repareren en op een juiste wijze elektrische en elektronische controleapparatuur afstellen; 8 op een veilige manier vermogens op hoogspanning (boven 1000 volt) aanwenden en onderhouden; 9 computernetwerken aan boord functioneel toepassen; 10 resultaatgericht werken door efficiënt te plannen en accuraat, creatief en innovatief te denken en te handelen; 11 leidinggevende taken uitvoeren: overtuigen, onderhandelen, motiveren, delegeren, efficiënt tijdmanagement uitstippelen…; 12 functioneren in een internationale, multiculturele omgeving, zich flexibel opstellen en gedragen en tijdens intermenselijke contacten respectvol handelen en optreden; 13 in allerhande maritieme omstandigheden (nautisch-technische situaties) effectief en professioneel correct communiceren in de Engelse taal; 14 wetenschappelijke en vaktechnische informatie m.b.t. scheepswerktuigkunde gericht opzoeken, analyseren en beoordelen op toepasbaarheid; 15 binnen een afgelijnd kader en onder begeleiding een complex, aan de scheepswerktuigkundige beroepspraktijk gerelateerd onderzoeksvraagstuk definiëren, analyseren, oplossingsgericht uitwerken en hierover rapporteren in een verzorgd schriftelijk, aan de vormvoorschriften beantwoordend document; 16 vanuit een besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid (milieu, veiligheid, …) plichtsbewust handelen en stressbestendig functioneren in allerlei crisissituaties, in het bijzonder binnen de beroepspraktijk van de scheepswerktuigkundige; 17 de persoonlijke leerbehoeften analyseren en deze reflectie vertalen in initiatieven om zich te professionaliseren op scheepswerktuigkundig terrein.

Wat de ondersteuning van de curriculum- en cursusontwikkeling en de professionalisering van docenten betreft, staat het op punt stellen van de curricula en opleidingsonderdelen centraal. Professoren en assistenten worden gestimuleerd bij het steeds verder ontwikkelen van adequate onderwijscompetenties. Opdat het academisch personeel zich gesteund zou voelen door de organisatie, wordt door de HZS de bestaande knowhow op onderwijskundig vlak binnen de AUHA geraadpleegd en ingezet, onder vanuit het Expertisecentrum

Page 15: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 14

Hoger Onderwijs (ECHO). Dit centrum staat ten dienste van de opleidingen en de docenten van de Universiteit Antwerpen en van de hogescholen van de associatie. Bijzondere initiatieven De opleidingen aan de HZS hebben een bijzonder oog voor ‘studeerbaarheid’. Dat blijkt bijvoorbeeld uit volgende initiatieven:

samen met de invoering van de BAMA-structuur worden meer monitoraten georganiseerd, vooral gericht op knelpuntopleidingsonderdelen (wiskunde, mechanica, maritiem Engels) in het eerste en tweede jaar bachelor Nautische Wetenschappen en Scheepswerktuigkunde;

de eerstejaarsstudenten worden aangemoedigd meer oefeningen voor wiskunde te maken door middel van een portfoliosysteem met intensieve begeleiding door de lesgevers;

het evaluatiesysteem voor het opleidingselement Boldriehoeksmeetkunde werd aangepast om de studenten extra te stimuleren;

specifiek m.b.t. het opleidingsonderdeel Wify (wiskunde-fysica) worden oefeningen via internet aangeboden als voorbereiding op de studie aan HZS;

het opleidingsonderdeel Wiskunde-fysica zelf werd ‘gerestyled’. De inhoud van ‘wiskunde’ en ‘fysica’, aanvankelijk apart aangeboden in Bachelorjaren 1 en 2, werd immers geïntegreerd zodat de relatie tussen theorie en praktijk telkens pertinent neergezet kan worden. De student kan hierdoor de relevantie van theoretische concepten voor de latere werksituatie goed vatten. OP-leden stellen de studenten een doelbewuste vorm van oefening ter beschikking, waarbij leerstof en oefeningen aansluiten bij het niveau van de lerenden en de lat telkens iets hoger wordt gelegd;

in het eerste jaar wordt in de eerste module voor de cursus Maritime English een intensieve en zeer studentgerichte 'Refresher Course English' (met 2 snelheden) aangeboden;

ex-cursus worden lessen Algemeen Nederlands aangeboden zodat de anderstalige studenten gemakkelijker toegang krijgen tot de cursus Maritiem Nederlands en zo hun potentiële arbeidsmarktkansen kunnen verruimen;

d.m.v. ‘twinning’ over de faculteiten heen (bv. Maritiem Engels en ‘Fire fighting’, bv. ‘Communiceren in een maritieme interculturele context’ en ‘Automatisering’) wordt de perinentie van communicatievaardigheden voor het werkveld duidelijk bij de studenten;

een gloednieuw initiatief ‘Projectwerk’ in 2e Ba SW heeft tot doel studenten hulp te bieden bij het redigeren van hun Bachelorscriptie;

de praktische onderdelen van de opleiding (stages en nautisch-technische practica) werden grondig hervormd naar vorm en periode van uitvoering om de competentiegerichte aspecten blijvend en stevig te verankeren;

bij diverse nautische opleidingsonderdelen worden gegevens van eenzelfde schip gebruikt en onderling items uitgewisseld over de lessen heen. Dat gebeurt bv. bij Stabiliteit en Tankers, bij Kaartpassen en Zeevaarttekenen Zo krijgen de studenten een beeld van de totaalwerking van een schip, ‘the bigger picture’; Er wordt een kader gecreëerd overheen lessen en lessen worden ingebed in de praktijk. Studenten zien zo de samenhang tussen opleidingsonderdelen en werkwereld;

in nagenoeg alle opleidingsonderdelen zijn de cursussen competentiegericht gestructureerd omdat voor de internationale accreditatie (IMO – STCW2010 – White List) de diverse competenties aantoonbaar aan bod moeten komen; dit is een verplichting die niet alleen betrekking heeft op nautische opleidingsonderdelen (aandacht voor specialisatie) maar ook op heel wat algemene (academische) opleidingsonderdelen (aandacht voor een brede algemene vorming);

voor alle leden van het onderwijzend personeel werden in de loop van de voorbije jaren sessies onderwijskundige professionalisering aangeboden omtrent ‘competenties, leerdoelen en toetsing’, permanente evaluatie, toetsbeleid. Er worden ook regelmatig onderwijstips aangeleverd en het onderwijzend personeel kan deelnemen aan professionaliseringsnamiddagen georganiseerd door de UAntwerpen;

ingaand op wensen van het werkveld werd een strikt STCW-gerichte professionele opleiding uitgewerkt; hiermee biedt de HZS alle mogelijkheden qua maritieme opleidingen aan, zowel de louter STCW-gebaseerde HBO (tot STCW-management level) als de professionele en academische bachelor, de master en het doctoraat.

Page 16: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 15

Hoe realiseren de opleidingen hun beoogd eindniveau? In het onderwijsproces van de Nautische Wetenschappen en de Scheepswerktuigkunde wordt sterk gekeken naar doelgerichtheid, ondersteuning, doeltreffendheid en ontwikkeling. Het curriculum moet doelgericht zijn, want moet beantwoorden aan de STCW-normering ingegeven door de IMO. Ondersteuning bieden is een streven binnen de opleiding: enerzijds faculteitshoofden aan OP-leden en OP-leden onderling, anderzijds OP-leden/medewerkers aan studenten. Het curriculum werkt voorts naar doeltreffendheid want wil studenten op opleidingsonderdelen laten slagen (bv. d.m.v. monitoraten, feedback, formatieve evaluatie) zodat ze nadien ook in het werkveld goed kunnen functioneren. Het curriculum staat ook open voor ontwikkeling: de sector kan in alle openheid vragen formuleren naar vernieuwing in het programma wanneer ze daar de noodzaak toe aanvoelt (bv. in de Onderwijsraad). 3. De HZS is een actieve speler in de Europese hogeronderwijsruimte; bijgevolg wil de HZS de studenten stimuleren om deel te nemen aan internationale uitwisselingsprogramma's. Studenten en docenten worden gestimuleerd om deel te nemen aan uitwisselingen in het kader van het Erasmus+ programma (2014-2020). Om in dit kader aan studenten- en stafmobiliteit te kunnen doen, vernieuwde de HZS haar Erasmus University Charter, dat in 2014 officieel werd goedgekeurd. Studentenmobiliteit krijgt in het kader van Erasmus-uitwisselingsprogramma’s steeds meer aandacht. De studenten worden tijdens informatiesessies en via het Blackboard Learning System™ geïnformeerd over de mogelijkheden om op Erasmus-uitwisseling te gaan. Naast Erasmus kunnen studenten voor hun masterproef in het kader van ontwikkelingssamenwerking een stage buiten Europa doen. Door VLIR-UOS worden reisbeurzen voor onderzoek in het buitenland voorzien. Studenten die een aanvraag indienen voor een Erasmus- of VLIR-UOS-beurs worden gescreend op basis van een aantal criteria: talenten, examenresultaten, talenkennis, motivatie en overtuiging. Studenten die geselecteerd worden, worden individueel voorbereid op hun uitwisseling. Wat de stafmobiliteit (docenten en administratief personeel) betreft, wordt er gestreefd naar een gelijk gespreide mobiliteit over alle vakgebieden en naar een groter aantal inkomende docenten. Uitgaande docenten worden geselecteerd op basis van hun meerwaarde, hetzij thematisch of lineair in lopende cursussen. De coördinator internationalisering staat in voor de screening van de buitenlandse instellingen waarmee een interinstitutional agreement wordt gesloten. De coördinator zorgt ook voor de uitwerking en het opvolgen van de Erasmus-procedure, het opstellen en ondertekenen van de vereiste documenten, de concrete organisatie van de uitwisseling en de persoonlijke begeleiding van de studenten. Hij treedt op als aanspreekpunt voor zowel inkomende als uitgaande studenten en docenten en zorgt ook voor het bevragen van studenten na hun buitenlandse ervaring via een online enquête van de Europese Commissie. Op basis van de analyse van deze resultaten worden verbeterplannen opgesteld. Alle professionele competenties zijn vastgelegd in internationale conventies van de International Maritime Organization (IMO). Het werkveld, zowel tijdens de stages als in het beroepsleven, is internationaal bepaald en georiënteerd. Door de internationale (dwingende) verplichtingen en het beroepsveld overstijgen de opleidingen aan de HZS zelfs de Europese context en zijn ze gericht op een mondiale benadering. De HZS is ook betrokken bij talrijke internationale projecten. Zo werden in het verleden twee projecten gerealiseerd in Cambodja in samenwerking met andere Europese maritieme instellingen. Momenteel loopt er onder meer een project over Maritiem Engels (SeaTALK) en wordt er samengewerkt met een Duitse en twee Oekraiënse instellingen in een door de NATO geselecteerd project over corrosie. De maritieme sector is een ‘global industry’, omdat er doorgaans grensoverschrijdend wordt gewerkt. Uitwisselingen van informatie over opleidingen, curricula en trainingsmethoden, toepassingen van STCW-normen, ... zijn daarom van groot belang en kunnen een extra dimensie geven aan het curriculum van de HZS. Aangezien de projectpartners verschillende managementsystemen gebruiken, is het ook interessant na te gaan hoe de kwaliteitsnormen worden geïmplementeerd. Verder nemen lesgevers regelmatig deel aan internationale conferenties, symposia en congressen die een rechtstreekse en aanverwante relatie met het nautische onderwijs hebben.

Page 17: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 16

Naast uitwisselingsstudenten trekt de HZS al decennialang buitenlandse reguliere studenten aan, zowel uit de Europese Unie als uit niet-EU-landen. Het is in deze internationale leeromgeving de bedoeling studenten en docenten alle mogelijkheden te bieden om een open en globale visie te verkrijgen, zowel om hun zelfzekerheid te bevorderen, als om met een ruimdenkende geest en met een kritisch georiënteerde houding te handelen in een trans- en multiculturele werk- en studieomgeving.

2.1.3 Beleidsdoelen voor de komende academiejaren

De beleidsdoelen voor de komende academiejaren zijn een voortzetting en verdere realisatie van de beleidsdoelen van het afgelopen jaar. De reeds uitgebouwde samenwerkingsverbanden met C-MAT (voorheen ITMMA), de Universiteit Gent, en de Université de Liège worden gehandhaafd en zo nodig versterkt. Voor de komende jaren staan de verdere ontwikkeling van nieuwe initiatieven inzake HBO5 op het programma. Een jaarlijkse specificering van de beleidsdoelstellingen gebeurt in de Management Review (cf. Integraal Kwaliteitssysteem HZS). In de nieuwe opvatting van de ‘visitatie’ dd. 2012 was het de bedoeling naast een instellingsreview ook individuele opleidingsbeoordelingen te organiseren. Deze piste werd eind 2014 verlaten. In academiejaren 2012-16 werd stapsgewijs gewerkt naar een andere aanpak, een uitgebreide instellingsreview, waarbij de kwaliteit van het onderwijsbeleid aan de HZS centraal staat. Inhoud en proces van het kwaliteitsbeleid aan de hogeschool komen daarin aan bod. De NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie) zal aan de hand daarvan een stand van zaken opmaken en streeft ernaar een kwaliteitsvolle werkwijze uit te denken voor het vaststellen van kwaliteitsvol beleid in de hoger onderwijsinstellingen. Eerder werden, zoals hoger beschreven, ook op vraag van de NVAO leerresultatenkaders (DLRs) opgesteld voor onze opleidingen. Doel was aan te geven wat een pas afgestudeerde Ba NW, Ma NW of Ba SW kent en kan. Basis daarvoor zijn vanzelfsprekend de STCW-normen. Zo kunnen, Europees gezien, de nautische opleidingen wat betreft verworven competenties met elkaar worden vergeleken. Het European Qualification Framework (EQF) met zijn niveau-indeling vormt hierbij het onderliggende raamwerk. Bij het opstellen van de DLR-kaders voor Ba NW, MA NW en Ba SW werden interne en externe stakeholders nauw betrokken, met name personeel, studenten, werkveld, overheid, andere onderwijsinstellingen. In 2014 werden deze kaders door de NVAO getoetst op hun consistentie en gevalideerd. In 2015 werden ze opnieuw aan de stakeholders voorgelegd en in hun waarde bevestigd. Met deze kaders wordt dan ook alvast in het huidige en ook het komende academiejaar verder gewerkt. Met de nieuwe aanpak van accreditatie van opleidingen - de instellingsreview - maakt de NVAO het mogelijk voor onze hogeschool om meerdere vormen van audits met elkaar in verband te brengen. De aanzet werd aldus gemaakt naar een aanpak die diverse doorlichtingen combineert:

1. de jaarlijkse externe audits door DNV en FOD Mobiliteit m.b.t. IKZ (ISO 9001-2015), zoals opgelegd door de International Maritime Organisation IMO);

2. de uitgebreide instellingsreview m.b.t. kwaliteitsvol onderwijsbeleid, zoals vereist door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie.

2.2 Kwaliteitszorg in het hogeschoolonderwijs

2.2.1 Interne kwaliteitszorg

Gezien zijn internationale verplichtingen heeft de HZS een systeem van interne kwaliteitszorg ontwikkeld. Het intern kwaliteitssysteem (ISO 9001) bestaat aan de HZS in een volledig uitgewerkte vorm, is operationeel sinds het academiejaar 2002-2003 en wordt bewaakt door de dienst IKZ (Interne Kwaliteit Zorg).In samenwerking met de Universiteit Antwerpen werden activiteiten opgezet om de docenten te stimuleren in hun traject naar kwaliteitszorg. Daarnaast moet ook het bijwonen van andere studiesessies (bijv. van het ECHO) op individuele basis, het

Page 18: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 17

deelnemen aan de (organisatie) van de onderzoeksdag van de AUHA, het bijwonen van studiedagen en congressen over kwaliteitszorg, ... mede garant staan voor de kwaliteitsbewaking aan de HZS Wat de onderwijsevaluaties betreft werd de waardering van de onderwijsprocessen door de studenten onderzocht (cf. studentenenquête betreffende kwaliteit van onderwijs dit zowel didactisch als inhoudelijk). In het kader van de academisering heeft de projectgroep Nautische Wetenschappen (AUHA), nu Associatiefaculteit, in het basisdocument ‘Academisering Nautische Wetenschappen’ en in de uitwerking daarvan ‘Sturing academiseringsproces hogeschoolopleiding Nautische Wetenschappen’ de kwaliteitscriteria bepaald voor de onderzoeksgebondenheid van de academische opleidingen en de verwevenheid van onderzoek en onderwijs. De coördinator Wetenschappelijk Onderzoek van de HZS zorgt voor de opvolging van de kwaliteitscriteria door ieder jaar een inventarisatie op te stellen van de onderzoeksprojecten, de samenwerkingsverbanden, de onderzoeksoutput, het gerealiseerd contract onderzoek en de valorisatieoutput.

2.2.2 Externe kwaliteitszorg voor dit en voor het volgende academiejaar

Het onderwijsbeleid zorgt ervoor dat de kwaliteitscontrole en kwaliteitsborging zich samen ontwikkelen in de context van de (onderwijs)visitaties en de accreditatie van de opleidingen. De normen die worden gehanteerd voor de accreditatie vormen de referentielijn. Voor elk extern beoordeeld kwaliteitsaspect gaat de HZS na in hoeverre ze inspanningen moet leveren om die normen te halen of in welke mate ze een bepaalde graad van excellentie wil bereiken. Daarnaast legde de internationale regelgeving voor maritiem onderwijs (International Maritime Organization, White List, STCW, Europese regelgeving) door middel van het IMO-verdrag van 1974 (gewijzigd door de STCW), de basis voor een wereldwijde geharmoniseerde minimumstandaard voor maritieme opleidingen. Dit houdt in dat de kwaliteit van de opleidingen extern moet worden geëvalueerd. Daarom werd op de HZS een kwaliteitsbeheerssysteem geïnstalleerd, wat resulteerde in een ISO9001-certificatie (2003) op maat van de HZS. De certificerende overheid met betrekking tot de internationaal erkende certificaten is daarbij de federale overheid, met name de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer. Deze instantie staat op haar beurt onder controle van de IMO (International Maritime Organization) dat als een 'agency' van de United Nations 'worldwide' de maritieme sector controleert en bepaalt welke opleidingsinstituten op de 'White list' terechtkomen. Mocht dit niet het geval zijn, dan mag de Belgische overheid geen vaarbevoegdheidsbewijzen en maritieme certificaten meer verlenen aan de afgestudeerden van de HZS en is de facto de weg naar een maritieme carrière afgesloten voor de afgestudeerden van de HZS. De certificerende organisatie voor de ISO9001-certificatie is DNV (Det Norske Veritas) en de kwaliteitscontrole moet elk jaar worden herhaald. De eerstvolgende audit gebeurt op 23, 24 februari 2017.

2.2.3 Maatregelen als reactie op de visitatierapporten

Het zelfevaluatierapport (ZER) voor de Nautische Wetenschappen werd op 15 december 2007 ingeleverd, het ZER van de Scheepswerktuigkunde op 30 juni 2008. Van 28 t.e.m. 30 april 2008 werd de Masteropleiding Nautische Wetenschappen gevisiteerd, en op 10-11-12 december was het de beurt aan de professionele Bachelor Scheepswerktuigkunde. De visitaties werden georganiseerd door de VLHORA (Vlaamse Hogescholenraad). De visitaties en de rapporten passen in de werkzaamheden van de hogescholen en van de VLHORA met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals bepaald in art. 93 van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs. Op 18 december 2009 werden de visitatierapporten officieel uitgereikt te Brussel. Met deze rapporten brengen de visitatiecommissies Nautische Wetenschappen en Scheepswerktuigkunde verslag uit over hun oordelen en de daaraan ten grondslag liggende motivering, conclusies en aanbevelingen die resulteren uit het onderzoek dat zij hebben verricht naar de onderwijskwaliteit van de academisch gerichte bachelor- en masteropleiding Nautische Wetenschappen en de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde in Vlaanderen.

Page 19: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 18

Na ontvangst van de visitatierapporten werd bij de NVAO (Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie) een aanvraag tot accreditatie van de opleidingen Ba NW, Ma NW en Ba SW ingediend, en de accreditaties werden intussen ook toegekend. Het stelsel van visitatie en accreditatie werd recent hervormd. Voor de HZS betekent dit dat in het academisch jaar 2015-16 opnieuw een uitgebreide instellingsreview plaatsvond. Het verslag van deze instellingsreview hebben we nog niet mogen ontvangen.

2.2.4 Curriculumzorg

De HZS stelt het competentiegericht leren en studentgeoriënteerd academisch onderwijs als onderwijsconcept voorop. Naar aanleiding van de invoering van de bachelor-masterstructuur heeft de HZS dan ook de curricula en opleidingsonderdelen herdacht en ontwikkeld vanuit deze nieuwe opvattingen. De commissie Onderwijsorganisatie en Onderwijsvernieuwing heeft het curriculum aangepast in het licht van de omvorming van de opleidingen naar bachelor en master. Zij houdt hierbij rekening met de nieuwe wetgeving ter zake (flexibilisering), met de wensen van de industrie en met de richtlijnen van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO, onderdeel van de Verenigde Naties) en de Europese Unie. De “Standards of Training, Certification and Watchkeeping for Seafarers” (STCW) zijn gebaseerd op het IMO-verdrag van 1974, dat volledig werd gewijzigd in 1995 en vervolgens in 2010 (Manila amendments). De doelstelling is een wereldwijd geharmoniseerde minimum standaard. Het systeem is modulair en behelst contactonderwijs en opleiding aan boord. Kwaliteitsbeheer en externe evaluatie spelen een belangrijke rol. In het kader hiervan heeft de Belgische federale overheid geopteerd voor een ISO-certificatie. Op initiatief van de COO is in het licht van het voorgaande een studiedag voor het volledige onderwijzend personeel georganiseerd in november 2006. Dit was het startpunt om in de eerste helft van 2007 een gecoördineerd systeem uit te werken dat de competenties die de opleiding nastreeft, definieert. Alle gegevens in verband met de cursusplannen, de ECTS-fiches en de studiecontracten worden beheerd in één database. Sinds 2008 bestaan deze fiches ook volledig in het Engels en het Frans. Een cruciale factor in dit omvormingsproces is het academisch personeel. Professoren en assistenten moeten kansen krijgen en gestimuleerd worden bij het steeds verder ontwikkelen van adequate onderwijscompetenties. Zij moeten zich daarin gesteund voelen door de organisatie waarbinnen zij academisch werkzaam zijn. Daartoe gebruikt de HZS de bestaande knowhow op onderwijskundig vlak binnen de associatie. De professoren en assistenten van de HZS hebben nu reeds de mogelijkheden hun expertise en competenties verder te ontwikkelen door het volgen van seminaries en conferenties in binnen- en buitenland en binnen hun onderwijsdomein. Sinds 2004 bestaat aan de Universiteit Antwerpen het Expertisecentrum voor het Hoger Onderwijs. Het ECHO staat ten dienste van de opleidingen en de docenten van de UA en van de associatie. Het coördineert instellingsbrede onderwijsinnovaties en brengt docenten van de verschillende faculteiten en opleidingen samen voor het delen van ervaringen, het ontwikkelen van onderwijscompetentie en het uitwerken van onderwijsprojecten. Het ECHO wil de groei van een authentieke onderwijscultuur in de instelling bevorderen (herkennen en zichtbaar maken van excellent onderwijs), het professioneel ondersteunen van de diverse opleidingen en het reflecteren op het onderwijsproces. Het ECHO moet door docenten ervaren worden als een ondersteunende en niet als een beoordelende instantie.

ECHO wil een essentiële bijdrage leveren tot het creëren van een onderwijscultuur die een sterke aantrekkingskracht uitoefent op en een motiverende werkomgeving biedt voor docenten, assistenten en stafmedewerkers van hoogstaand niveau. Assistenten van de hogescholen kunnen deelnemen aan de 'Semesteropleiding voor beginnende assistenten' van het ECHO. Beginnende assistenten uit de HZS gaan graag op deze uitnodiging in.

Page 20: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 19

Daarnaast moedigt de coördinator Onderwijs en Onderwijsvernieuwing onderwijzend personeel aan tot het volgen van onderwijskundige professionaliseringscursussen (o.m. via de namiddagsessies van het ECHO) om zo aan de HZS een onderwijscultuur te creëren waarin de expertisegraad op professioneel vlak systematisch wordt verhoogd. Concreet worden sinds 2010 voor alle leden van het onderwijzend personeel in-house sessies onderwijskundige professionalisering aangeboden (omtrent ‘competenties, leerdoelen en toetsing, permanente evaluatie, toetsbeleid), De laatste sessies werden door ECHO expliciet uitgewerkt vanuit eigen vragen en voorbeelden van het onderwijzend personeel van de HZS. Voorts hebben ze de kans om deel te nemen aan namiddagsessies onderwijskundige professionalisering bij ECHO en krijgen ze zowat maandelijks per mail een ECHO-tip toegestuurd. Ook kan ieder OP-lid zich verdiepen in een onderwijskundig thema d.m.v. pedagogisch materiaal te verkrijgen bij de coördinator onderwijs.

Bij decreet van 13 juli 2012 werd de taalregeling in het hoger onderwijs aangepast. Daarbij werden een aantal voorwaarden toegevoegd met betrekking tot het bewaken van de kwaliteit van het onderwijs. Leden van het onderwijzend personeel die als titularis belast zijn met een onderwijsopdracht moeten de vereiste kennis van de onderwijstaal van desbetreffende opleidingsonderdelen kunnen aantonen. Concreet moesten de meeste lesgevers een C1 kwalificatiegetuigschrift Frans en/of Engels behalen. De HZS heeft in 2013 en 2014 ter voorbereiding van de examens uitgebreide ondersteuning aangeboden aan alle lesgevers die dit wensten. In totaal behaalden de afgelopen paar jaren zowat 40 personeelsleden hun C1 Frans en een 20-tal een C1 Engels. Daarmee scoort de HZS uitzonderlijk goed binnen het hoger onderwijs.

Het overzicht van het vormingsfonds (zie bijlage 6 in deel II) werd voorgelegd aan het Hogeschoolonderhandelingscomité van 22 februari 2016.

2.3 Opleidingsaanbod

Zie databank Hoger Onderwijs en Hogeronderwijsregister (cf. rondzendbrief van de minister van 21 februari 2011)

2.4 Onderwijs- en examenregeling

Zie www.hzs.be (cf. rondzendbrief van de minister van 21 februari 2011)

2.5 Gegevens over de studenten

Zie databank Hoger Onderwijs (cf. rondzendbrief van de minister van 21 februari 2011) Inschakeling van de afgestudeerden in het beroepsleven: In 2006 is de HZS is gestart met de uitbouw van een alumniwerking. In juni 2007 werd een enquête gehouden onder de alumni. De resultaten hiervan werden uitvoerig besproken in het vorige jaarverslag. In 2014 is er geen nieuw, formeel onderzoek op dit vlak verricht. Maar de HZS staat in permanent contact met de afgestudeerden in de beroepswereld via de alumnivereniging die nu al meer dan 800 leden telt.

2.6 Gegevens over de examencommissie van de Vlaamse gemeenschap

Page 21: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 20

Dit systeem bestaat niet meer. Het is vervangen door examencontracten. In 2015-2016 werden geen examencontracten afgesloten.

2.7 Internationale relaties

De Hogere Zeevaartschool beschikt over een Erasmus Charter for Higher Education 2014-2020, toegekend door de Europese Commissie voor de volledige periode. Dankzij het Europese uitwisselingsprogramma Erasmus + kan een student voor een semester of een volledig academiejaar studeren aan een buitenlandse hoger onderwijsinstelling. Ook docenten kunnen voor een kortere periode op mobiliteit naar een partnerinstelling. Uiteraard komen er ook studenten en docenten van partnerinstellingen naar de HZS. De HZS heeft samenwerkingsakkoorden gesloten met een vijftiental Europese maritieme instellingen in Spanje (Barcelona, Bilbao, Cadiz, La Coruña, Oviedo, Santander, Tenerife), Polen (Szczecin), Finland (Rauma, Kotka en Turku), Letland (Riga), Noorwegen (Haugesund), Portugal (Lissabon) en Estland (Talinn). Het aanbod aan partnerinstellingen kan uitgebreid worden met het oog op kwaliteit van de partnerinstelling en naargelang de interesse van studenten en docenten en de aanvragen van potentiële partners. In het teken van de internationalisering wordt hiervoor het European Credit Transfer System (ECTS) gebruikt, zodat een vlotte vergelijking van curricula en de academische erkenning van studie-eenheden mogelijk is. Voor de professionalisering van de internationalisering vinden op regelmatige basis activiteiten plaats in binnen- en buitenland: zo volgt de coördinator internationalisering regelmatig workshops en opleidingen en worden er zowel door de coördinator als door docenten verschillende conferenties en Europese Nautische instellingen bezocht, eveneens ter bevordering van de uitstraling van de Hogere Zeevaartschool in Europa. De coördinator internationalisering maakt ook deel uit van verschillende overleggroepen binnen de Associatie van de Universiteit en Hogescholen van Antwerpen (Werkgroep Ontwikkelings-samenwerking en Internationalisering) en de VLHORA (Forum Adinsa). In academiejaar 2015-2016 hebben 3 HZS-studenten deelgenomen aan een uitwisselingsprogramma in het kader van Erasmus (in Barcelona) en ontving de HZS 8 inkomende Erasmusstudenten vanuit Spanje (Barcelona en Bilbao), Estland (Talinn) en Finland (Rauma). Vijf docenten van de HZS gingen binnen het Erasmus + programma een week les geven in partnerinstellingen in Spanje (A Coruña, Cadiz en Tenerife), in Portugal (Lissabon) en in Noorwegen (Haugesund). Eén staflid van het administratief personeel deed aan job shadowing in een partnerinstelling in Portugal (Lissabon). Bovendien trekt de Hogere Zeevaartschool reeds decennia studenten uit het buitenland aan, zowel uit de EU als uit niet EU-landen. Deze diversiteit aan studenten is inherent aan het leven op de Hogere Zeevaartschool. Het is dan ook onze bedoeling de studenten en docenten alle mogelijkheden te bieden om een open en globale visie te verkrijgen, zowel om hun zelfzekerheid te bevorderen als om met een ruimdenkende geest en een kritisch georiënteerde houding te handelen in een trans- en multiculturele werk- en studieomgeving. Momenteel telt de studentenpopulatie van de HZS 19 vreemde nationaliteiten en vangt de instelling ook enkele politieke vluchtelingen op. Deze laatsten worden in hun studie en op sociaal vlak speciaal begeleid door de dienst Studie- en Studentenbegeleiding (STUVO HZS) en door de studentenadministratie voor het oplossen van problemen die zich specifiek bij hen stellen. Dit alles beklemtoont de internationale profilering en het internationale draagvlak van de HZS. Tot slot kunnen nog de volgende punten worden vermeld:

deelname aan de congressen van de International Maritime Lecturers Association (IMLA). IMLA is een internationale vereniging opgericht in de schoot van de World Maritime University (WMU). WMU is één van de opleidingsinstituten van IMO. De congressen behandelen de evoluties in organisatie, curricula en problematiek van het zeevaartonderwijs en haar instellingen in landen verspreid over alle continenten;

deelname aan de IMO STW subcommittee sessions, het adviesorgaan voor de maritieme opleidingen op wereldvlak. Door deelname als adviseur en waarnemer is de HZS nauw betrokken bij de ontwikkelingen die dan doorgevoerd worden in het curriculum. Hierdoor behoudt de HZS haar status van “center of

Page 22: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 21

excellence”. Verder zijn zowel de algemeen directeur als een maritiem hoogleraar als “competent person” in de maritieme opleidingen door IMO erkend;

deelname door diverse leden van het onderwijzend personeel aan internationale conferenties, symposia en congressen die een rechtstreekse en aanverwante relatie met het maritiem onderwijs hebben.

3 Onderzoek – werkjaar 2016

3.1 Beleid betreffende wetenschappelijk onderzoek:

Binnen de HZS wordt aan toegepast wetenschappelijk onderzoek gedaan in o.a. volgende onderzoeksdomeinen:

maritiem transport;

mariene milieuthematiek;

maritieme energieproblematiek;

maritieme technieken;

human resources en communicatie;

veiligheid en gezondheid. De onderzoeksprojecten zijn geklasseerd per onderzoeksdomein. Studenten in de richting ‘nautische wetenschappen’ en van de richting ‘scheepswerktuigkunde’ zullen zoveel mogelijk ingeschakeld worden in het onderzoek. (eindscripties)

Maritiem transport

Onderzoek met als projecttitel ‘’International Piracy”.

Dit onderzoek wordt verricht door middel van een doctoraatsonderzoek in de nautische wetenschappen en is gestart op 1 oktober 2008.

Onderzoek over ‘Risicoanalyse van het vertrouwen in elektronische navigatiemiddelen’. Dit onderzoek werd uitgevoerd door middel van een doctoraatsonderzoek in de nautische wetenschappen en is gestart op 1 oktober 2011 en beëindigd in september 2016.

Onderzoek over ‘’De ontwikkeling van de zandbanken in de Schelde en de studie naar de invloed van de baggerwerken op deze ontwikkeling. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door middel van een doctoraatsonderzoek in de nautische wetenschappen en is gestart op 1 april 2014.

Op 1 januari 2015 startte het BOF academiseringsproject ‘Voorspelling van verwachte scheepsaankomsten: data analyse in nautische datasets’’ met als projectleider Marc Vervoort. Het project heeft een duur van 2 jaar.

Mariene milieuthematiek

Onderzoek naar de aanwezigheid van toxische dampen aan boord van chemicaliëntankers. Kapt. Werner Jacobs voert zijn doctoraatsonderzoek sinds oktober 2006 in de nautische wetenschappen met als promotor prof. Dirk Lamoen (UA) In de internationale tankervaart neemt het vervoer van afgewerkte producten, in het bijzonder chemicaliën, een belangrijke plaats in. Sommige van deze producten zijn brandbaar en/of toxisch. Na het lossen dienen de tanks schoon te worden gemaakt voor de volgende lading. Vooral tijdens het ontgassen van deze tanks komen er grote hoeveelheden dampen van het product in de atmosfeer. Ons onderzoek wil nagaan of en in welke concentraties deze dampen terug te vinden zijn in de leefruimten van de bemanning met als doel de luchtkwaliteit aan boord te verbeteren. Hiertoe denken we aan het aanpassen van de locatie waar de lucht wordt aangezogen om de leefruimten te ventileren tot zelfs een aanpassing van de vorm van de scheepsopbouw, zodat dampen achteraan de opbouw niet opstapelen. De bestaande metingen aan boord werden recent aangevuld met windtunnel metingen a.d.h.v. een schaalmodel bij de firma Peutz. Schepen zullen er nooit meer hetzelfde uitzien.

Page 23: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 22

Bepaling van de concentratie van ladingsdampen rondom de scheepsopbouw door windtunnelonderzoek en CFD.

Vanaf 1 januari 2013 is er een intern onderzoeksproject opgestart als vervolgproject naar de aanwezigheid van toxische dampen aan boord van chemicaliëntankers deel 1 en deel 2 en deel 3 (onderzoek naar de aanwezigheid van toxische dampen aan boord van chemicaliëntankers.) Projectleider van het onderzoek is Kapt. Werner Jacobs.

In januari 2015 startte een aanvullende BOF academiseringsproject. Het heeft een duur van twee jaar van januari 2015 tot en met december 2016.

Onderzoek naar de chemische en microbiologische factoren die de corrosie van ballasttanks aan boord van koopvaardijschepen induceren.

In 2007 is hiervoor een aanvraag ingediend voor een BOF academiseringsproject. Dit BOF academiseringsproject is van start gegaan op 1 januari 2008 en had een duur van 2 jaar. In 2009 werd er een vervolgproject ingediend voor het behalen van een BOF academiseringproject. Het BOF academiseringsproject ‘Vervolgstudie naar de chemische en metallurgische factoren die de corrosie van ballasttanks aan boord van koopvaardijschepen induceren’ is van start gegaan op 1 januari 2010 en heeft een duur van 2 jaar. In 2011 werd er een tweede vervolgproject ingediend en goedgekeurd voor het behalen van een BOF academiseringsproject. Het BOF academiseringsproject ‘Onderzoek naar de corrosieresistentie van experimentele staalsoorten in een zeewateromgeving voor de constructie van ballasttanks aan boord van koopvaardijschepen’ is van start gegaan op 1 januari 2012 en heeft een duur van 2 jaar. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door middel van twee doctoraatsonderzoeken in de nautische wetenschappen. In 2012 heeft het onderzoek geresulteerd in een eerste doctor in de Nautische wetenschappen. Op 29 maart 2013 heeft de tweede doctoraatsonderzoeker haar proefschrift publiekelijk verdedigd. In 2013 zijn 2 nieuwe doctoraalonderzoekers hun onderzoek in dit domein gestart. Remke Willemen startte in december 2013 haar onderzoek met als onderwerp ‘the influence of coatings and its application on corrosion resistance’. Raf Meskens startte eind 2013 met zijn onderzoek met als onderwerp ‘Anti-fouling bescherming van scheepsrompen, evaluatie van de recenste ontwikkelingen en formulering van innovatieve alternatieven’. In januari 2015 startte een aanvullende BOF academiseringsproject: ‘Onderzoek naar de lasbaarheid van experimenteel corrosie-resistent staal voor gebruik in ballasttanks van koopvaardijschepen’ met als teamleden: Kris De Baere, Helen Verstraelen, Raf Meskens, Remke Willemen. Het heeft een duur van twee jaar van januari 2015 tot en met december 2016.

Op 1 april 2015 startte een NATO onderzoeksproject met als onderwerp ‘Multi-year project ‘Fighting Martitime Corrosion and Biofouling with Task-Specific Ionic Compounds’, aanvaard door de Independent Scientific Evaluation Group van de Science for Peace & Security (SPS) Programme Emerging Security Challenges Division, NATO. Het heeft een duur van drie jaar. Projectleider is Geert Potters en de teamleden zijn Kris De Baere, Helen Verstraelen, Remke Willemen en Raf Meskens.

Op 5/11/2015 startte een Intern Onderzoeksproject via een externe oproep met als titel ‘SHELL PRELUDE’’. Het heeft als projectleider Kris De Baere en heeft als teamleden Geert Potters, Helen Verstraelen, Raf Meskens en Remke Willemen.

Onderzoek naar de ‘Relatieve impact van scheepsgolven versus natuurlijke waterbewegingen op de verstoring van intertidale ecosystemen in het Schelde estuarium’.

In 2011 is hiervoor een aanvraag ingediend voor een BOF academiseringsproject. Het onderzoek wordt uitgevoerd mede door de doctoraatsonderzoeker Abed Benmestoura. Hij startte zijn onderzoek op 8 januari 2013. Zijn doctoraatsonderwerp is ‘The effects of ships generated waves in the Scheldt region and the port region of Antwerp’.

Het BOF academiseringsproject ‘Data analyse van relaties tussen scheepstrafiek, windcondities, golven en erosie in intertidale ecosystemen in het Schelde-estuarium’ is gestart op 1 januari 2015 en heeft een duur van 2 jaar met als teamleden Peter Bueken en Deirdre Luyckx.

Page 24: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 23

Onderzoek naar de ‘Assessment of different aspects of microbially induced corrosion and biofilm formation in maritime conditions, onderzoek naar microbiologische corrosie en biofilmvorming onder maritieme condities’

Eind 2013 startte een drie jaar durende samenwerking met een externe onderzoeksgroep uit het instituut voor moleculaire biologie en genetica in Oekraïne.

Maritieme energieproblematiek

Onderzoek naar ‘alternatieve laminaten voor PV-panelen’. Hiervoor werd er een PWO project in de scheepswerktuigkunde afdeling opgestart vanaf 1 januari 2009 met een duur van 2 jaar tot eind december 2010. In 2010 werd er een vervolg PWO project ingediend en goedgekeurd. Het PWO - project ‘Ontwerp van een Solar Powered Vessel voor de Dutch Open Solar Challenge van 2011 en voor de Frysian Solar Challenge van 2012’ is van start gegaan op 1 januari 2011 en heeft een duur van 2 jaar. In 2012 werd er een aansluitend PWO project ingediend en goedgekeurd dat startte op 1 januari 2013 met een duur van 2 jaar tot eind december 2014. Het aansluitend PWO project heeft als titel ‘Optimalisatie van de zonneboot op gebied van romp, schroef, foils en batterij voor deelname aan de Dutch Open Solar Challenge van 2013 en voor de Frysian Solar Challenge van 2014’. Vervolgens begon het onderzoeksteam op 1 januari 2015 met een vervolgproject met als onderwerp ‘Optimalisatie van de zonneboot voor deelname aan de Solar1 Monte Carlo Cup 2015, 2016, 2017 en de Frysian Dong Solar challenge van 2016’ Het startte op 1 januari 2015 en eindigt op 31 december 2017 en heeft als teamleden: Jos Noteboom (projectleider), Willem Maes, Stefaan Bueken, Filip Van Gutte en Marc Sterkens.

Maritieme technieken

PWO onderzoeksproject ‘Impact van de samenstelling van biodiesels op motor performantie en –uitstoot’ is gestart op 1 augustus 2015 en heeft een duur van 2 jaar. Het heeft de volgende teamleden: dr. Geert Potters, Ir. Raf Maes, Ing. Stefaan Bueken, Ing. Tim Janssens. Het project wordt als vervolgproject aanzien van het PWO project dat handelde over de effecten van biodiesel op een dieselmotor onderzoek periode 2012-2015.

Human Resources en communicatie

Onderzoek over ‘Communication for maritime purposes: linguistic and (inter) cultural features of communication at sea.

Dit onderzoek wordt uitgevoerd door middel van een doctoraatsonderzoek in de nautische wetenschappen. Het is gestart op 1 oktober 2011.

Het onderzoeksproject ‘VTS-Bot: Analysis and implementation of a student-centred learning approach by using a ChatBot computer programme to provide for an outcome-based maritime communication training’ heeft een duur van 1 jaar en is gestart op 1 april 2015. Het budget komt van een externe financieringsbron namelijk IAMU.

Erasmus + ‘Marilang’ Maritime English Language Training Standards is een Erasmus+ project gestart op 1 september 2015 met een looptijd van 3 jaar. Het project heeft de volgende teamleden Alison Noble en Pieter Decancq.

IWETO gegevens van de beschreven onderzoekprojecten

Project-titel disciplinecodes toepassingscodes International Piracy S185, S186

Page 25: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 24

Risicoanalyse van het vertrouwen in elektronische navigatiemiddelen’

T110, T300

’De ontwikkeling van de zandbanken in de Schelde en de studie naar de invloed van de baggerwerken op deze ontwikkeling

T300

Invloed van externe krachten op Dynamic Positioning’

T300, T121

Toxische gassen T370, T500 O320, O400 Bepaling van de concentratie van ladingsdampen

rondom de scheepsopbouw door windtunnelonderzoek en CFD

T370, T500 O320, O400

Corrosie van ballasttanks T121, T155, T270, P300 O300, O310, O370 Onderzoek naar de lasbaarheid van

experimenteel corrosie resistent staal voor gebruik in ballasttanks van koopvaardijschepen

T121, T155, T270, P300 O300, O310, O370

Shell Prelude T121, T155, T270, P300 O300, O310, O370 Relatieve impact van scheepsgolven versus

natuurlijke waterbewegingen op de verstoring van intertidale ecosystemen in het Schelde estuarium’

B260, O240, 0754 T300, O120

Data analyse van relaties tussen scheepstrafiek, windcondities, golven en erosie in intertidale ecosystemen in het Schelde-estuarium

B260, O240, 0754 T300, O120

Optimalisatie van de zonneboot voor deelname aan de Solar1 Monte Carlo Cup 2015, 2016, 2017 en de Frysian Dong Solar challenge van 2016

P200, T110, T140, T155, T170, T190 O540, O550, O771

Microbiele corrosie (samenwerking met externe onderzoeksgroep)

T300, T450 O754, O720

PWO Impact van de samenstelling van biodiesels op motorperformantie en –uitstoot

T455, T300

Communication for maritime purposes: linguistic and (inter) cultural features of communication at sea

T300

VTS Bot T300 MariLang (Erasmus+) T300 Voorspelling van verwachte scheepsaankomsten:

data analyse in nautische datasets’ P160, P175, S180 T120, T300

Besteding academiseringsmiddelen: In 2016 kregen we 785227.42€ academiseringsmiddelen In oktober 2016 telden we 9 doctoraatsstudenten in de nautische wetenschappen. In 2016 zijn er 2 PWO projecten actief in de afdeling scheepswerktuigkunde

PWO onderzoeksproject ‘Optimalisatie van de zonneboot voor deelname aan de Solar1 Monte Carlo Cup 2015, 2016, 2017 en de Frysian Dong Solar Challenge van 2016’ startte op 1 januari 2015 en eindigt op 31 december 2017 en heeft als teamleden: Jos Noteboom (projectleider), Willem Maes, Stefaan Bueken, Filip Van Gutte en Marc Sterkens.

PWO onderzoeksproject ‘Impact van de samenstelling van biodiesels op motorperformantie en –uitstoot’ is gestart op 1 augustus 2015 en heeft een duur van 2 jaar. Het heeft de volgende teamleden: dr. Geert Potters, Ir. Raf Maes, ing. Stefaan Bueken, Ing. Tim Janssens.

Page 26: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 25

De subsidies vanuit het departement onderwijs voor projectmatig wetenschappelijk onderzoek (PWO) voor de professionele bachelor Scheepswerktuigkunde bedroeg in 2016 18722.43 euro. De volgende tabel geeft aan welke onderwijzend personeelsleden in de afdeling Nautische Wetenschappen van de hogeschool voor het jaar 2016 worden ingeschakeld in wetenschappelijk onderzoeksprojecten (geen doctoraal onderzoek).

DATUM NAAM PROJECT PROMOTOR(EN) HZS

ANDERE MEDEWERKERS (HZS)

FINANCIERING

1/12/2013-30/11/2016

Assessment of different aspects of microbially-induced corrosion and biofilm formation in maritime conditions, onderzoek naar microbiele corrosie en biofilmvorming onder maritieme condities

Geert Potters Kris De Baere Helen Verstraelen Remke Willemen, Raf Meskens

HZS acad. gelden

01/01/2014 tot 31/12/2015

Invloed van externe krachten op Dynamic Positioning

Rowan van Schaeren

Helga Van Noten HZS acad. gelden

01/01/2015 tot 31/12/2016

Voorspelling van verwachte scheepsaankomsten: data analyse in nautische datasets’

Marc Vervoort HZS acad. gelden

01/01/2015 tot 31/12/2016

Data analyse van relaties tussen scheepstrafiek, windcondities, golven en erosie in intertidale ecosystemen in het Schelde-estuarium

Deirdre Luyckx , Peter Bueken

HZS acad. gelden

01/01/2015 tot 31/12/2016

Onderzoek naar de lasbaarheid van experimenteel corrosie resistent staal voor gebruik in ballasttanks van koopvaardijschepen

Kris De Baere Helen Verstraelen, Remke Willemen, Raf Meskens

HZS acad. gelden

1/05/2015 tot 30/04/2016

VTS-Bot: Analysis and implementation of a student-centred learning approach by using a ChatBot computer programme to provide for an outcome-based maritime communication training

Alison Noble Externe financiering IAMU

1/04/2015 31/03/2018

Multi-year project ‘Fighting Martitime Corrosion and Biofouling with Task-Specific Ionic Compounds’, aanvaard door de Independent Scientific Evaluation Group van de Science for Peace & Security (SPS) Programme Emerging Security Challenges Division, NATO

Geert Potters Kris de Baere Helen Verstraelen Remke Willemen Raf Meskens

Externe financiering NATO

1/09/2015 – 31/08/2018

‘Marilang’ (Erasmus+) Alison Noble Pieter Decancq Externe financiering

Page 27: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 26

De volgende tabel geeft aan welke onderwijzend personeelsleden in de afdeling Scheepswerktuigkunde van de hogeschool voor het jaar 2016 worden ingeschakeld in wetenschappelijk onderzoeksprojecten (geen doctoraal onderzoek).

De volgende tabel geeft aan welke onderwijzende personeelsleden van de hogeschool werken aan hun doctoraat (academiseringsproces).

De doctoraatsstudent in de Nautische Wetenschappen, Paul de Coster is geen personeelslid van de hogeschool. Zijn doctoraatsonderwerp handelt over ‘International Piracy’ en is gestart op 1 oktober 2008. In januari 2011 is de heer Ronald Van Campenhout gestart met zijn doctoraalstudie in de Nautische Wetenschappen . De heer Ronald Van Campenhout is ook geen personeelslid van de hogeschool en zijn onderzoek handelt over ‘Essays on current issues of shipping finances, with special focus on alternative funding sources, financial distress, restructuring and work our processes’.

DATUM NAAM PROJECT PROMOTOR(EN) HZS

ANDERE MEDEWERKERS HZS

FINANCIERING

01/01/2015 tot 31/12/2017

Optimalisatie van de zonneboot voor deelname aan de Solar1 Monte Carlo Cup 2015, 2016, 2017 en de Frysian Dong Solar challenge van 2016.

Jos Noteboom Marc Sterkens Willem Maes Filip Van Gutte Stefaan Bueken

HZS PWO gelden

01/01/2012 tot 31/12/2014

Impact van de samenstelling van biodiesels op motorperformantie en –uitstoot

Geert Potters Raf Maes Tim Janssens Stefaan Bueken

HZS PWO Gelden

1/09/2015 – 31/08/2018

‘Marilang’ (Erasmus+) Alison Noble Pieter Decancq Externe financiering

DATUM Doctoraatsonderzoek OP-lid (HZS) FINANCIERING Vanaf 1/10/2006 tot heden

Stroomlijnvisualisatie aan boord van een chemicaliëntanker aan de hand van een schaalmodel in een windtunnel met voorbereiding voor numerieke simulatie

Werner Jacobs HZS acad. Gelden

Vanaf 1 oktober 2011 tot heden

Communication for maritime purposes: linguistic and (inter) cultural features of communication at sea

Alison Noble HZS acad. Gelden

Vanaf 1 oktober 2011 tot September 2016

Risicoanalyse van het vertrouwen in elektronische navigatiemiddelen’

Linda Van Dessel HZS acad. Gelden

Vanaf 1 janjuari 2013 tot heden

The effects of ships generated waves in the Scheldt region and the port region of Antwerp

Abed Benmestoura HZS acad. Gelden

Vanaf december 2013 tot heden

The influence of coatings and its application on corrosion resistance

Remke Willemen HZS acad. Gelden

Vanaf januari 2014 tot heden

Anti-fouling bescherming van scheepsrompen, evaluatie van de recenste ontwikkelingen en formulering van innovatieve alternatieven

Raf Meskens HZS acad. Gelden

Vanaf april 2014 tot heden

De ontwikkeling van de zandbanken in de Schelde en de studie naar de invloed van de baggerwerken op deze ontwikkeling

Axel Annaert HZS acad. gelden

Page 28: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 27

In september 2016 is de heer Marc Evens gestart met zijn doctoraalstudie in de Nautische Wetenschappen. De heer Marc Evens is ook geen personeelslid van de hogeschool en zijn onderzoek handelt over ‘Maritime Safety Management System – Possible improvement of maritime safety culture and safety management based on the

aviation world experience’.

Wanneer bepaalde categorieën van personeelsleden een gedeelte van hun opdracht (minstens 10%) besteden aan wetenschappelijk onderzoek, wordt wettelijk een vermindering/terugbetaling van de bedrijfsvoorheffing van deze personeelsleden toegekend aan de instelling. Sinds 1 januari 2009 is de HZS een Vlaamse autonome hogeschool en wordt de recuperatie van bedrijfsvoorheffing van onderzoeksassistenten (voor academische onderzoeksprojecten) en (hoofd)lectoren (voor PWO projecten) terug aangevraagd vanaf 1 oktober 2007. Op fiscaal vlak recupereerde de HZS in het jaar 2016 178376.69€.

Page 29: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 28

4 Personeel - werkjaar 2016

4.1 Personeelsbestand

Personeelsbezetting onderwijzend personeel (OP): In totaal zijn er 43,15 voltijdse eenheden (VTE) bezet en 43,15 tewerkgesteld, verdeeld over de 3 groepen. De decretale procentnormen zijn niet overschreden.

18,25 % voor het aantal praktijklectoren en hoofdlectoren (maximum 20 % van groep 1)

24,52 % voor het aantal benoemde assistenten (maximum 25% van de assistenten)

59,00 % voor het aantal VTE in groep 2 (minimum 30 % van groep 2 + 3)

69,87 % voor het aantal benoemde OP (maximum 72 % van het voltallige OP).

14,90 % voor het aantal praktijkassistenten andere studiegebieden. Personeelsbezetting administratief en technisch personeel (ATP): In totaal zijn er 13,10 voltijdse eenheden (VTE) bezet en 12,45 tewerkgesteld. Dit omvat 11,10 VTE administratieve personeelsleden en twee technische personeelsleden. Dit kader ATP personeel wordt aangevuld met enkele contractuelen voor wat betreft het technisch personeel en de jobstudenten. Personeel buiten formatie: Volgende functies werden opgevuld voor 15,46 VTE in totaal:

1 VTE opvoedend hulppersoneel met behoud op persoonlijke titel;

1,89 VTE onderwijzend personeel (gastprofessoren) op contractuele basis;

5,37 VTE externe lesgevers op zelfstandige basis;

6,55 VTE ATP op contractuele basis (bediendenstatuut);

0,65 VTE jobstudenten (0,2 administratief 0,8 technisch .

Uit bovenstaande grafiek blijkt dat het aandeel van de vrouwelijke personeelsleden vroeger geleidelijk is toegenomen en nu ongeveer gelijk blijft.

4.2 Personeelsbeleid en de effecten ervan

Het personeelsbeleid van de HZS is steeds zeer zuinig geweest en wordt enkel aangepast waar nodig zodat momenteel alles ingevuld is zoals voorzien in het personeelsbehoefteplan, waarvan enkele jaren geleden een externe doorlichting gebeurde. De hoofdbetrachting blijft de continuïteit van de diverse opdrachten van het personeel te verzekeren in alle omstandigheden. Hierbij wordt ook altijd het “genderevenwicht” gerespecteerd.

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016

vrouw

man

Page 30: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 29

Bevorderingspolitiek en selectiebeleid zijn een open structuur waarbij de vrijgekomen betrekkingen vacant verklaard worden, zowel intern als extern. De evaluaties van alle personeelsleden gebeuren in drie fasen:

een planningsgesprek bij een nieuwe opdracht of bij een gewijzigde opdracht;

functioneringsgesprekken;

een evaluatiegesprek, minstens om de vijf jaar of frequenter zoals voorzien in het decreet. Binnen de HZS zijn geen mandaten voorzien waarvoor een vergoeding wordt toegekend. Premies worden momenteel ook niet toegekend aan de HZS. Bijscholing van de personeelsleden gebeurt voornamelijk op vrijwillige basis en doorgaans op eigen initiatief. Simultaan is er een gericht beleid waarbij specifieke bijkomende opleidingen gestimuleerd worden (zie ook kwaliteitszorg en ECHO-project). De nieuwe opleidingsactiviteiten werden eveneens goedgekeurd door het vormingsfonds, waarvoor een subsidie werd toegekend. Dit jaar hebben leden van het onderwijzend personeel onder meer aan volgende opleidingen deelgenomen: Maritime Resource Management, hydrografie, green ship technology, maritieme veiligheidstechnieken, navigatie, marine engineering, ECDIS, simulatietechnieken, stoomtechnieken, maritiem recht, scheepsbouw, internationalisering, radarsimulator, ladingssimulator, scheepsmachinekamersimulator, ijsnavigatie, machinebeveiliging, havenbeheer, maritiem transport en infrastructuur, GMDSS, PPT, STCW-conferenties IMO, nautische opleidingen, onderwijsproblematiek, bibliotheek & archief, elektronische overheidsopdrachten, studiebegeleiding, studiekeuze, socio-emotionele begeleiding studenten, Maritime Education Programme, Human Ressources, maritiem Spaans en Engels, DP (Dynamic Positioning), BLAST (Bringing Land And Sea Together), corrosion conferences, accountancy en fiscaliteit, shipboard high voltage training, new learning technologies, begeleiden en beoordelen scripties, enz. In 2016 waren er geen promoties.

4.3 Ratioanalyse

Ten overstaan van het totaal aantal personeelsleden gelden volgende percentages (koppen):

71,29 % onderwijzend personeel

28,71 % administratief en technisch personeel

89,87 % van het personeel is statutair (benoemd of tijdelijk).

4.4 Staat van personeelskosten

Wat betreft de personeelsratio’s m.b.t. de lonen is de verhouding tussen de loonkost betaald door AHoVoS en de werkingsuitkeringen 72,78 %. Dit ligt buiten de drempel die decretaal voorzien werd, de 80/20 norm met afwijking van 5 % naar onder of naar boven. De gerealiseerde totale loonkost is 2,10 % lager dan voorzien in de begroting (zie ook deel I B).

Page 31: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 – HZS 30

5 Dienstverlening - werkjaar 2016

5.5 Beleidsdoelstellingen op het gebied van maatschappelijke dienstverlening, deelname in spin-off bedrijven en relaties met verenigingen zonder winstoogmerk en andere rechtspersonen

5.5.1 Verslag over het gevoerde beleid: beoogde doelen en resultaten

Binnen het kader van maatschappelijke dienstverlening (DAD-opdrachten) biedt de HZS reeds sinds lang op ruime schaal cursussen aan voor diverse specifieke doelgroepen (andere dan de klassieke doelgroep van 18- tot 25-jarigen). Het gaat hierbij onder meer om cursussen op het vlak van Maritime Resource Management, Crisis and Crowd Management, olie- gas- en chemicaliëntankers, ISPS, GMDSS, Basic Safety Training, Voyage Planning, ECDIS, Refresher courses, enz. Daarbij kunnen deze specifieke doelgroepen ook gebruik maken van de gesofisticeerde infrastructuur van de HZS zoals o.m. de radarsimulator, ECDIS simulator en de GMDSS-simulator. Op die manier worden zowel specifieke doelgroepen uit de maritieme beroepswereld, als uit maritieme overheidsbedrijven en de maritieme onderwijssector bereikt. Tot de specifieke doelgroepen die recentelijk op die wijze aan bod kwamen behoren personeelsleden van onder meer het Loodswezen, de Belgische Marine, de Koninklijke Belgische Redersvereniging, de baggerbedrijven, de rederijen, de sleepdiensten en la Congolaise des Voies Maritimes.

5.5.2 Beleid inzake dienstverlening

In de maritieme sector bestaat er een grote vraag naar dienstverlening door de HZS, omdat de HZS in ruime mate beschikt over specifieke kennis en infrastructuur. Als de vraag voldoende aanleunt bij de kerntaken van de Hogere Zeevaartschool en past binnen de decretale bepalingen wordt er altijd op ingegaan.

5.5.3 Beleidsdoelstellingen op korte en middellange termijn

Sinds oktober 2004 is er een coördinator DAD en Internationalisering aangesteld zodat de dienstverlening verder aan de stijgende vraag kon voldoen. Begin 2007 werd een tweede coördinator in dienst genomen, om specifiek de tak Internationalisering verder uit te bouwen.

5.6 Overzicht van de afgesloten overeenkomsten

Bijlage 4B bevat een overzicht van de maatschappelijke dienstverlening.

5.7 De besteding van de middelen

De wijze van besteding van de middelen is vastgelegd in een intern reglement (zie bijlage 4A). Ze worden aangewend voor de verdere ontwikkeling van projecten.

5.8 Het personeelsbestand in de maatschappelijke dienstverlening, de deelname in spin-off bedrijven en de relaties met verenigingen zonder winstoogmerk en andere rechtspersonen

Vroeger werden de contracten zoveel mogelijk uitgevoerd binnen het bestaande personeelsbestand. In 2005 is er een pool van externe instructeurs opgericht om te kunnen voldoen aan de sterk gestegen vraag.

6 Ontwikkeling en beoefening van de kunsten Dit is niet van toepassing op de HZS.

Page 32: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

JAARVERSLAG 2016

1B JAARREKENING

Page 33: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 2

Hogere Zeevaartschool Antwerpen

Page 34: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 3

Inhoud Jaarrekening 2016

1. Samenstelling raad van toezicht en bestuurscollege 4

2. Commentaar bij de jaarrekening 6

3. Balans 7

4. Commentaar bij de balans 9

5. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum 15

6. Resultatenrekening 16

7. Commentaar bij de resultatenrekening 18

8. Toelichtingen 28

9. Sociale balans 42

10. Financieel beleid – Variatieanalyse 43

11. Investerings- en financieringsbeleid 51

12. Cashflow 53

13. Belangrijke projecten en activiteiten 54

14. Ratio’s 55

15. Enveloppe 2015 59

16. Initiële enveloppe 2016 60

17. Bijlagen 61

Page 35: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 4

Lijst met afkortingen HZS Hogere Zeevaartschool Antwerpen AUHA Associatie Universiteit en Hogescholen Antwerpen OP Onderwijzend personeel ATP Administratief en technisch personeel VTE voltijdse eenheden/equivalenten FT full time of voltijds AHOVOKS Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen BOF Bijzonder Onderzoeksfonds – Universiteit EWI Departement Economie, Wetenschap en Innovatie van de

Vlaamse Gemeenschap MOW departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse

Gemeenschap PWO Projectmatig Wetenschappelijk Onderzoek NVAO Nederlands - Vlaamse Accreditatieorganisatie VLHORA Vlaamse Hogescholenraad EER Europese Economische Ruimte

Page 36: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 5

1. Samenstelling raad van toezicht en bestuurscollege Hogere Zeevaartschool Noordkasteel oost 6 2030 Antwerpen

Raad van toezicht Raes Peter Voorzitter Blondé Patrick Algemeen directeur

Vertegenwoordigers personeel

Chamon Dirk Janssens Ynse Van Son Ludwina Reynaerts Carine

Vertegenwoordigers studenten

Lefevere David Rudokov Boris

Gecoöpteerde leden Andries Rebecca D’Havé Jacques Jan De Beurme Van Rompuy Frans Ondervoorzitter Larbalestrier Luc Delegatie Universiteit Antwerpen Meersman Hilde Verschoren Alain Regeringscommissaris Van Haecke Nadine

Secretaris & co-secretaris Van Roy Kristel

Page 37: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 6

Bestuurscollege

Ambtshalve bestuurders

Raes Peter Voorzitter Blondé Patrick Algemeen directeur

Niet-ambtshalve bestuurders Verschoren Alain D’Havé Jacques Andries Rebecca Regeringscommissaris Van Haecke Nadine

Secretaris Van Roy Kristel Commissaris Bedrijfsrevisor KPMG Bedrijfsrevisoren Burg CVBA

Page 38: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 7

2. Commentaar bij de jaarrekening De jaarrekening geeft de stand van zaken weer van opbrengsten en kosten gerealiseerd in het boekjaar 2016, d.w.z. de effectieve realisaties van dat boekjaar en de globale situatie van de HZS op 31 december 2016. De commentaar bij de jaarrekening wordt opgenomen in het jaarverslag van de HZS. De begroting 2016 en de meerjarenbegroting werd opgesteld op basis van volgende elementen:

De raming van de werkingsuitkeringen op basis van het decreet betreffende de Hogere Zeevaartschool van 20 februari 2009

De inkomsten uit studiegelden

Academiseringsmiddelen van Onderwijs en EWI

PWO middelen

Opbrengsten maatschappelijke dienstverlening

Recuperatie bedrijfsvoorheffing onderzoekers

Het resultaat van voorgaand boekjaar 2015 en de halfjaarlijkse resultaten van 2016

Voor de meerjarenbegroting werd uitgegaan van een constante financiering

Financiering van diverse projecten Deze elementen werden verwerkt in de begroting 2016, deze werd nog gewijzigd in de begroting 2017 en goedgekeurd door de Raad van Toezicht van 24 oktober 2016. Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736.000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO-middelen, meegedeeld via e-mail. Het boekjaar 2016 sluit af met een positief resultaat van € 551.208 . De financiële ratio’s m.b.t. de liquiditeiten, resultaten en solvabiliteit blijven gunstig en duiden aan dat de hogeschool op 31/12/2016 financieel gezond is. Deze ratio’s worden verder in dit document besproken.

Page 39: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 8

3. Balans Balans na winstverdeling ACTIVA codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

VASTE ACTIVA 20/28 2.279.997 2.402.885

I. Oprichtingskosten 20

II. Immateriële vaste activa 21 13.415 7.399

III. Materiële vaste activa 22/27 2.266.582 2.395.486

A. Terreinen en gebouwen 22 872.064 873.799

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 22/91 872.064 873.799

2. Overige 22/92

B. Installaties, machines en uitrusting 23 919.257 1.065.621

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 231 919.257 1.065.621

2. Overige 232

C. Meubilair en rollend materieel 24 30.337 32.041

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 241 30.337 32.041

2. Overige 242

D. Leasing en soortgelijke rechten 25

E. Overige matriële vaste activa 26 7.120 4.620

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 261 7.120 4.620

2. Overige 262

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 27 437.804 419.404

IV. Financiële vaste activa 28 0 0

A. Verbonden entiteiten 280/1 0 0

1. Deelnemingen in verbonden vennootschappen 280

2. Vorderingen 281

B.282/3 0 0

1. Deelnemingen 282

2. Vorderingen 283

C. Andere financiële vaste activa 284/8 0 0

1. Aandelen 284

2. Vorderingen en borgtochten in contanten 285/8

VLOTTENDE ACTIVA 29/58 3.871.763 3.728.815

V. Vorderingen op meer dan één jaar 29 0 0

A. Handelsvorderingen 290

B. Overige vorderingen 291

2915

VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering 3 0 0

A. Voorraden 30/36 0 0

1. Grond- en hulpstoffen 30/31

2. Goederen in bewerking 32

3. Gereed product 33

4. Handelsgoederen 34

5. Onroerende goederen bestemd voor verkoop 35

6. Vooruitbetalingen 36

B. Bestellingen in uitvoering 37

VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar 40/41 706.981 632.023

A. Handelsvorderingen 40 524.970 417.089

B. Overige vorderingen 41 182.011 214.934

415

VIII. Geldbeleggingen 50/53

IX. Liquide middelen 54/58 2.954.605 2.597.606

X. Overlopende rekeningen 490/1 210.177 499.185

TOTAAL DER ACTIVA 20/58 6.151.760 6.131.700

Andere vennootschappen waarmee een

deelnemingsverhouding bestaat

waarvan niet-rentedragende vorderingen of

gekoppeld aan een abnormaal lage rente

waarvan niet-rentedragende vorderingen of

gekoppeld aan een abnormaal lage rente

Page 40: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 9

PASSIVA codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

EIGEN VERMOGEN 10/15 4.590.972 4.181.913

I. Fondsen van de vereniging 10 1.555.842 1.555.842

A. Beginvermogen 100 1.555.842 1.555.842

B. Permanente financiering 101

III. Herwaarderingsmeerwaarden 12

IV. Bestemde fondsen 13 2.678.805 2.136.677

V. Overgedragen winst 140 91.002 81.922

Overgedragen verlies (-) 141

VI. Kapitaalsubsidies 15 265.324 407.473

VOORZIENINGEN 16 44.500 44.200

VII. A. Voorzieningen voor risico's en kosten 160/5 44.500 44.200

1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 160 44.500 44.200

2. Belastingen 161

3. Grote herstellings- en onderhoudswerken 162

4. Overige risico's en kosten 163/5

B.168

SCHULDEN 17/49 1.516.288 1.905.587

VIII. Schulden op meer dan één jaar 17 416.657 556.252

A. Financiële schulden 170/4 416.657 556.252

1. Achtergestelde leningen 170

2. Niet-achtergestelde obligatieleningen 171

3. Leasingschulden en soortgelijke schulden 172

4. Kredietinstellingen 173 416.657 556.252

5. Overige leningen 174

B. Handelsschulden 175 0 0

1. Leveranciers 1750

2. Te betalen wissels 1751

C. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 176

D. Andere schulden 179 0 0

1. Rentedragend 1790

2. Niet-rentedragend of gekoppeld aan een abnormaal lage rente 1791

3. Borgtochten ontvangen in contanten 1792

IX. Schulden op ten hoogste één jaar 42/48 540.326 862.693

A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 42 139.596 139.064

B. Financiële schulden 43 0 0

1. Kredietinstellingen 430/8

2. Overige leningen 439

C. Handelsschulden 44 171.754 509.184

1. Leveranciers 440/4 171.754 509.184

2. Te betalen wissels 441

D. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 46

E.45 216.436 210.685

1. Belastingen 450/3 3.269 3.032

2. Bezoldigingen en sociale lasten 454/9 213.167 207.653

F. Andere schulden 48 12.540 3.760

1.480/8 1.788 1.758

2. Rentedragend 4890

3. Niet-rentedragend of gekoppeld aan een abnormaal lage rente 4891 10.752 2.002

X. Overlopende rekeningen 492/3 559.306 486.642

TOTAAL DER PASSIVA 10/49 6.151.760 6.131.700

Voorzieningen voor schenkingen en legaten met

terugnemingsrecht

Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen

en sociale lasten

Vervallen obligaties, coupons en borgtochten

onttvangen in contanten

Page 41: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 10

4. Commentaar bij de balans

ACTIVA : Vaste activa De balans bevat alle nog in gebruik zijnde vaste activa die aangekocht werden in de periode 2000 – 2016. De vaste activa worden afgeschreven volgens de vastgelegde gebruiksduur. II- immateriële vaste activa

deze rubriek bevat: octrooien, licenties, know-how, merknamen en andere gelijkwaardige rechten die zijn aangekocht;

gedurende het boekjaar werden volgende aankopen gedaan: er werd bij Quercus een simulator aangekocht ad € 18.634,00.

III- materiële vaste activa

A. terreinen en gebouwen in volle eigendom: deze rubriek bevat

het terrein van Noordkasteel Oost 6, dit werd aangekocht in december 2010 voor een bedrag van € 738.930. Hierop staat het gebouw van de HZS (hierbij eindigde de erfpacht voor de grond waarop het gebouw staat met de parking en het sportterrein). In 2015 werd 5.673,22 m2 (boekwaarde € 206.900) van de 20.250,3 m2 onteigend samen met het gebouw Campus Zuid (hieronder) door de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM).

Verder werden schilderwerken en aanpassingen aan de keuken gedaan tijdens 2016 voor € 14.572,00.

B. installaties, machines en uitrusting : er werd voor € 211.801;26 nieuwe investeringen gerealiseerd, waarvan de belangrijkste zijn:

€ 88.891,02 Dimension Data ICT materiaal;

€ 15.515,00 Labomat levering zoutkast;

€ 12.440,60 Filter Service;

€ 15.111,16 Priminfo voor 14 computers.

C. meubilair en rollend materiaal : aangroei van € 11.721,95, dit betreft oa:

€ 4.093,43 gekoelde werktafel keuken (Stuvo);

€ 2.522,85 Manutan zelfbouwkast.

D. leasing en soortgelijke rechten: deze rubriek bevat de Polaris simulatoren die volledig zijn afgeschreven en de K-bridge radar. In het boekjaar werd geen nieuwe contracten afgesloten. E. overige materiële activa: in 2016 werden voor € 2.500,00 nieuwe kunstfoto’s aangekocht. Deze rubriek bevat kunstfoto’s en een We Drift Sponsorpakket van kunstenaar Tellier. Deze activa worden niet afgeschreven. (zie waarderingsregels) F. activa in aanbouw en vooruitbetalingen: de in 2016 betaalde kosten van erelonen met betrekking tot het nieuwbouwproject worden geactiveerd. Dit voor een totaal van € 18.399,25.

Page 42: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 11

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

BRUTO-INVESTERINGEN

I. Oprichtingskosten 8002

II. Immateriële vaste activa 802 18.634 2.977

III. Materiële vaste activa 816 258.994 1.050.607

A. Terreinen en gebouwen 14.572

B. Installaties, machines en uitrusting 211.801 624.104

C. Meubilair en rollend materieel 11.722 7.098

D. Leasing en soortgelijke rechten

E. Overige materiële vaste activa 2.500

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 18.399 419.404

IV. Financiële vaste activa 836-858 0 0

A. Verbonden entiteiten

B.

C. Andere financiële vaste activa

Totaal bruto-investeringen 277.628 1.053.583

FINANCIERING

I. Eigen middelen 103.067 479.022

II. Vreemde middelen 400.000

III. Kapitaalsubsidies 174.561 174.561

IV. Andere

Totaal financiering 277.628 1.053.583

Andere vennootschappen waarmee een deelnemingsverhouding

bestaat

De geplande investering door studentenvoorzieningen in een aanlegsteiger wordt in 2017 verwacht. De gemaakte kosten in het kader van het project nieuwbouw worden geactiveeerd op een 27-rekening (gebouwen in aanbouw). Pas bij de ingebruikneming zullen de afschrijvingen hierop starten.

Page 43: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 12

Vlottende activa VII- vorderingen op ten hoogste één jaar

a. Handelsvorderingen: € 524.970,34

openstaande studiegelden: € 48.985,28

te ontvangen werkingsuitkeringen: € 475.985,06

provisie vakantiegeld : € 188.367,18

saldo werking : € 287.617,92 b. overige vorderingen: € 182.010,73 oa.

recuperatie bedrijfsvoorheffing onderzoekers: € 53.098,54

stuvo diverse werkingsvorderingen: € 3.614,80

leveranciers met debetsaldi: € 1.000,00

terugvorderingen personeel: € 871,80

andere vorderingen: € 96.686,92 (dit zijn de openstaande facturen op 31/12/16 aan klanten die geen reguliere studenten zijn, hierbij werden de grootste openstaande facturen ondertussen betaald.)

rekening courant Stuvo: € 10.752,30 VIII. Geldbeleggingen

b. overige beleggingen

Op het einde van het boekjaar hebben we geen lopende termijn rekening. De HZS gelden staan op de gewone zichtrekening en spaarrekening.

IX- liquide middelen

Per 31 december 2016 beschikt de HZS over € 2.954.605,25 in bewaring op een spaarrekening en gedeeltelijk op een zichtrekening. Hierin zien we een stijging tov 2015 van € 356.999 of 13,74%. In bovenstaand bedrag zijn ook de liquide middelen van Stuvo opgenomen: zichtrekening € 64.057,14 en spaarrekening € 251.390,13.

X- overlopende rekeningen

het gedeelte van de kosten die in het boekjaar werden gemaakt maar die ten laste vallen van het komende boekjaar (of boekjaren): € 141.845,63. Dit betreft ontvangen facturen van oa. stage met de Dar die zal plaatshebben in 2017 en verzekeringen.

voor Stuvo werd een afzonderlijke rekening van over te dragen kosten gecreëerd, dit betreft studietoelagen en fietshuur mbt 2017.

bij de verworven opbrengsten staat een bedrag van € 58.763,50, dit betreft een cursus die loopt in het academiejaar 2016-2017, waarvoor deel 2 nog gefactureerd moet worden.

Page 44: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 13

PASSIVA : Eigen vermogen I- fondsen van de vereniging

beginvermogen: € 1.555.842

IV- bestemde fondsen

bestemd fonds voor investeringen: uit het resultaat 2009 werd € 200.000 bestemd om de aankoop van de terreinen en het gebouw Noordkasteel Oost 6 mogelijk te maken. Dit bestemd fonds wordt nu voorzien en verder aangevuld voor de toekomstige nieuwbouw. Per einde boekjaar 2016 bedraagt het bestemd fonds voor nieuwbouw € 2.350.000,00

Stuvo bestemd fonds voor investeringen wordt aangelegd volgens het IBR advies (zie hieronder) € 9.551,54.

Er worden twee bestemde fondsen gecreëerd. Een eerste bestemd fonds waarop het netto-actief van de Stuvo per 01.01.2013, dat wordt overgedragen aan de hogeschool, wordt ingeboekt en een tweede bestemd fonds waarop de investeringen worden aangerekend. Bij investeringen voor de Stuvo wordt het bedrag dat overeenstemt met het investeringsbedrag overgeboekt van het eerste bestemde fonds naar het tweede. Voor de investeringen die reeds plaatsvonden voor de inkanteling van de Stuvo in de hogeschool, dient een overboeking te worden gedaan van bestemd fonds 1 naar bestemd fonds 2 voor een bedrag dat overeenstemt met het niet-afgeschreven deel van deze vroegere investeringen. De toekomstige afschrijvingen komen ten laste van de hogeschool, maar worden analytisch ten laste gelegd van de Stuvo (in overeenstemming met het Stuvodecreet). Er wordt aldus een aparte afschrijvingstabel opgemaakt voor de Stuvo. De afschrijvingen worden dan in mindering gebracht van het resultaat van de Stuvo dat aan het bestemd fonds 1 wordt toegevoegd. Op het jaareinde wordt dan een overboeking gedaan van het bestemd fonds 2 naar het bestemd fonds 1 voor een bedrag dat overeenstemt met de afschrijvingslast op de investeringen van de Stuvo. Zo zal bestemd fonds 2 op "0" vallen van zodra de activa van de Stuvo volledig werden afgeschreven. In deze methode wordt zowel het Stuvodecreet gevolgd (dat zegt dat de kosten eigen aan de Stuvo analytisch ten laste moeten worden gelegd aan de Stuvo), maar wordt ook duidelijk getoond welke middelen nog ter beschikking zijn voor de Stuvo om investeringen mee uit te voeren in de toekomst (bestemd fonds 1).

Fondsen bestemd voor investeringen - Ba |130|

Boekjaar2016

Onttrekking aan 'Fondsen bestemd voor investeringen'

en overboeking naar …

Ba |101|

Permanente

financiering

Ba |131|

Bestemd fonds

sociaal passief

Ba |132|

Andere

bestemde

fondsen

Ba |140|

Overgedragen

overschot

1 Sociale toelagen Vlaamse Gemeenschap 0

2 130000 nieuwbouwreserve 2009 2018 200.000 200.000

3 130000 nieuwbouwreserve 2011 2018 15.000 15.000

4 130000 nieuwbouwreserve 2012 2018 215.000 215.000

5 130000 nieuwbouwreserve 2013 2018 180.000 180.000

6 130000 nieuwbouwreserve 2014 2018 300.000 300.000

7 130000 nieuwbouwreserve 2015 2018 940.000 940.000

8 130000 nieuwbouwreserve 2016 2018 500.000 500.000

9 0

10 130001 stuvo bestemd fonds voor investeringen 2012 6.540 6.540

11 130001 overboeking a rato van investreingen/afschrijvingen 2013 1.328 1.328

12 130001 overboeking a rato van investreingen/afschrijvingen 2014 790 790

13 130001 overboeking a rato van investreingen/afschrijvingen 2015 1.112 1.112

14 0

15 0

16 0

Ba |130| 2.359.770

Boekjaar 2016

Toevoeging

aan

'Fondsen

bestemd voor

investeringen'

Saldo

per einde

boekjaar 2016

Rek. nr.

Ba |130|

Omschrijving doel bestemd fonds

Boekjaar

waarin

bestemd fonds

werd

aangelegd

Geplande

aanwendings-

periode

Saldo

per einde

boekjaar 2015

De bestemde fondsen stuvo : dit bestemd fonds geeft de waarde weer van het gecumuleerde beschikbare resultaat van de vorige jaren waarover de stuvo kan beschikken. Deze worden overgeboekt volgens de regels hierboven omschreven.

Page 45: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 14

Boekjaar2016

Onttrekking aan 'Andere bestemde fondsen'

en overboeking naar …

Ba |101|

Permanente

financiering

Ba |130|

Bestemd fonds

investeringen

Ba |131|

Bestemd fonds

sociaal passief

Ba |140|

Overgedragen

overschot

1 Overdracht bijkomende middelen 0

2 Sociale toelagen Vlaamse Gemeenschap 0

3 133000 Stuvo bestemd fonds overdracht 115.824 115.824

4 133000 Sociale toelagen Vlaamse Gemeenschap 2013 53.735 53.735

5 133000 Sociale toelagen Vlaamse Gemeenschap 2014 54.135 54.135

6 133000 Sociale toelagen Vlaamse Gemeenschap 2015 53.213 42.128 95.341

7 0

Ba |132| 319.035

Boekjaar 2016

Toevoeging

aan

'Andere

bestemde

fondsen'

Saldo

per einde

boekjaar 2016

Rek. nr.

Ba |132|

Omschrijving doel bestemd fonds

Boekjaar

waarin

bestemd fonds

werd

aangelegd

Geplande

aanwendings-

periode

Saldo

per einde

boekjaar 2015

Aansluitend op regeling uit

CAO II :

Saldo van niet in de initiële of

aangepaste begroting

opgenomen middelen waarop

personeel kan betaald worden

V- overgedragen winst

de overgedragen winst na resultaatsbestemming bedraagt € 91.001,43. VI- kapitaalsubsidies

de reeds opgebouwde kapitaalsubsidies bedragen in totaal € 1.213.850,80, voor 2016 werd € 174.561,20 ontvangen.

de in resultaatname van kapitaalsubsidies a rato van de afschrijvingen is voor dit jaar € 177.646 . Er wordt ook € 139.064 in resultaat genomen a rato van de gedane kapitaalaflossingen van de leningen. Het totaal komt hierbij op € 948.526,51.

VII- Voorzieningen voor risico’s en kosten:

1% van de loonkost wordt hier voorzien voor regularisaties op wedden: € 44.500,00 Schulden VIII- schulden op meer dan één jaar

leasingschulden en soortgelijke schulden: geen

kredietinstellingen: € 195.000,00 en € 221.656,82 Deze rubriek betreft het nog af te lossen bedrag van het investeringskrediet op 10 jaar. (2011-2021) De lening werd aangegaan voor de aankoop van het terrein waarop het gebouw van Noordkasteel Oost 6 staat. Jaarlijks betalen we € 60.000 aan kapitaal terug. De tweede lening betreft een lening met een looptijd van 5 jaar voor de financiering van de Kongsberg simulator-upgrade.

IX- schulden op ten hoogste één jaar

schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen Deze rubriek omvat het in 2017 terug te betalen kapitaal van € 60.000 voor het hypothecair krediet voor de financiering van het HZS schoolgebouw en € 79.595,55 voor het tweede kortlopende investeringskrediet van € 400.000,00 aangegaan voor de financiering van de upgrade van de simulator (Kongsberg).

handelsschulden: € 171.753,68 Het bedrag van de nog niet betaalde facturen einde boekjaar: € 112.933,63 In 2016 is er een bedrag ad € 55.238,50 aan te ontvangen facturen, oa factuur voor DAB Vloot en een onderzoeksproject ‘Analysis of the ballast tank coating failures’, Komida catering december, factuur Blackboard. Er is nog een bedrag van € 3.581,55 aan terug te betalen studiegelden.

schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten: € 216.436,47

- belastingen

Page 46: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 15

Er is een te betalen BTW bedrag van € 3.269,35. Sinds 2012 hebben we de maximumgrens voor internationale aankopen overschreden en dienen we per kwartaal een bijzondere BTW aangifte in. Buitenlandse leveranciers maken facturen zonder BTW en wij voldoen aan de BTW plicht hier in België.

- bezoldigingen en sociale lasten. - een saldo RSZ van € 1.660,90

- voorziening vakantiegeld (Ahovoks en HZS) mbt prestaties 2016: € 188.367,18 + € 23.139,04

andere schulden - ontvangen waarborgen: € 1.787,61 (borgen van sleutels en badgen) - rekening courant studentenvoorzieningen € 10.752,30 (advies Rekenhof om geen doorfacturatie meer te doen)

X- overlopende rekeningen

over te dragen opbrengsten Dit zijn opbrengsten die betrekking hebben op het volgende boekjaar maar die al toegekend/ontvangen werden in 2016: € 187.101,67 (ontvangen gelden in 2016 voor stage aan boord in 2017, cursussen beroepsopleiding 2016-2017)

over te dragen studiegelden: € 348.290,00 het ontvangen studiegeld dat pro rata wordt verdeeld over 2016 en 2017.

toe te rekenen kosten: € 23.913,92. Dit betreft een kost te voorzien van Flanders Hydraulics voor vaarsimulaties waarvan we de factuur nog niet hadden ontvangen.

Totaal der activa / passiva: € 6.151.760,07

Page 47: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 16

5. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum

Aard van de gebeurtenissen

NVT

Schatting van de financiële gevolgen NVT

Page 48: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 17

6. Resultatenrekening en resultaatverwerking

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

I. Bedrijfsopbrengsten 70/74 7.555.998 7.281.091

A. Omzet 70 7.059.035 6.903.666

B.

71

C. Geproduceerde vaste activa 72

D. Lidgeld, schenkingen, legaten en subsidies 73 493.561 373.434

E. Andere bedrijfsopbrengsten 74 3.402 3.991

II. Bedrijfskosten (-) 60/64 (7.129.737) (6.970.412)

A. Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen 60 0 0

1. Inkopen 600/8

2. Wijzigingen in de voorraad (toename -, afname +) 609

B. Diensten en diverse goederen 61 2.269.116 2.137.074

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 62 4.450.280 4.419.375

D.

630 400.198 408.376

E.

631/4

F.635/8 300 800

G. Andere bedrijfskosten 640/8 9.843 4.788

H.(-) 649

III. Bedrijfswinst (+) 70/64 426.261 310.679

Bedrijfsverlies (-) 64/70 0 0

IV. Financiële opbrengsten 75 2.752 4.207

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa 750

B. Opbrengsten uit vlottende activa 751 2.680 3.883

C. Andere financiële opbrengsten 752/9 72 325

V. Financiële kosten (-) 65 (16.552) (15.463)

A. Kosten van schulden 650 12.677 13.829

B.651 2.384

C. Andere financiële kosten 652/9 1.491 1.634

VI. Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening (+) 70/65 412.461 299.423

Verlies uit de gewone bedrijfsuitoefening (-) 65/70 0 0

VII. Uitzonderlijke opbrengsten 76 139.064 882.294

A.760

B.761

C.762

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa 763 802.611

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten 764/9 139.064 79.683

VIII. Uitzonderlijke kosten (-) 66 (317) (178.806)

A.

660 317

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa 661

C.662

D. Minderwaarden bj de realisatie van vaste activa 663

E. Andere uitzonderlijke kosten 664/8 178.806

F.669

IX Winst van het boekjaar (+) 70/66 551.208 1.002.911

Verlies van het boekjaar (-) 66/70 0 0

Als herstructureringskosten geactiveerde uitzonderlijke

kosten

Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeververminde-

ringen op oprichtingskosten, op immateriële en

materiële vaste activa

Als herstructureringskosten geactiveerde

bedrijfskosten

Waardeverminderingen op andere vlottende activa dan

bedoeld onder II. E (toevoegingen +, terugnemingen -)

Terugneming van afschrijvingen en van waardever-

minderingen op immateriële en materiële vaste activa

Terugneming van waardeverminderingen op financiële

vaste activa

Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

(toevoegingen +, bestedingen -)

Wijziging in de voorraad goederen in bewerking en

gereed product en in de bestellingen in uitvoering

(toename +, afname -)

Afschrijvingen en waardeverminderingen op

oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste

activa

Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in

uitvoering en handelsvorderingen (toevoegingen +,

terugnemingen -)

Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +,

bestedingen en terugnemingen -)

Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke

risico's en kosten

Page 49: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 18

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

RESULTAATVERWERKING

A. Te bestemmen winst 70/69 633.130 1.076.247

Te verwerken verlies 69/70 0 0

1. Winst van het boekjaar 70/66 551.208 1.002.911

Verlies van het boekjaar 66/70 0 0

2. Gecumuleerde winst vorig boekjaar 790 81.922 73.336

Gecumuleerd verlies vorig boekjaar 690 0 0

B. Onttrekking aan het eigen vermogen 791/2 0 0

1. aan de bestemde fondsen 791

2. aan de permanente financiering 792

C. Toevoeging aan het eigen vermogen 691/2 542.128 994.325

1. aan de bestemde fondsen 691 542.128 994.325

2. aan de permanente financiering 692

D. Over te dragen resultaat

1. Over te dragen winst 693 91.002 81.922

2. Over te dragen verlies 793

In 2015 was de winst van het boekjaar 1.002.911 €. De belangrijkste verschillen met het boekjaar 2016 (winst € 551.208) situeren zich bij: - Afschrijvingingen en waardeverminderingen: door de beperkte investeringen tijdens

boekjaar 2016 daalden de afschrijvingskosten van 408.376,70 € in 2015 naar € 400.198,13 in 2016.

- Opbrengsten uit vlottende activa: deze daalden van 3.882,58 € in 2015 naar 2.679,61 € in 2016. De marktrente zorgt ervoor dat spaargelden nauwelijks iets opbrengen.

- Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa: In 2015 werd het gebouw Campus Zuid onteigend. Op meerwaarden realisatie vaste activa werd 802.610,60 EUR geboekt. Dit is het saldo van de ontvangen onteigeningsvergoeding 1.009.511 EUR min de afboeking van 28% van de HZS grond die mee werd onteigend. De boekwaarde van dit stuk grond was 206.900 EUR. In 2016 werden geen activa verkocht;

- Andere uitzonderlijke opbrengsten ad € 139.064,19 betreffen de inresultaatname van kapitaalsubsidies ter dekking van gedane kapitaalaflossingen tijdens 2016 van de twee lopende kredieten. (€ 60.000 hypothecair krediet + € 79.064,19 krediet simulatoren). In 2015 werd het krediet simulatoren aangegaan en de kapitaalaflossingen hiervan waren € 19.683,44.

- Andere uitzonderlijke kosten: in 2015 werd de planbatenheffing ad € 178.806,19 betaald voor de bestemmingswijziging ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP). In 2016 werden geen uitzonderlijke kosten gemaakt.

Page 50: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 19

7. Commentaar bij de resultatenrekening

I. Bedrijfsopbrengsten

omzet : € 7.059.035,34

1. werkingsuitkeringen

codes JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016

BEDRIJFSOPBRENGSTEN 70/74

A. OMZET 70 7.059.035

1. Werkingsuitkeringen 700 5.523.728

. Effectieve werkingsmiddelen 700000 4.736.000

. Aanvullende onderzoeksmiddelen (AOM) 700020 785.227

. Specifieke lerarenopleiding (SLO) 700030

. Bevallingsverlof 700070

. Toelage HBO5 - opleidingen

. Bijkomende financiering beurs

. Terugvorderingsbrieven centraal fonds 700100

. Rekening 120 centraal fonds 700101

. Recuperatiefonds - Kiné centraal fonds 700102

. Vormingsfonds 700300 2.501

. Anciënniteitstoelage - CAO III 7.3

. Toevoeging aan werkingsuitkering hogeschool (Codex HO - Art. III.25§3)

.

. Kindergeld (Hogere Zeevaartschool)

. Overige 700900 0

- Brusselmiddelen

- Islamleerkracht

- Andere

Page 51: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 20

2. studiegelden en inschrijvingsgelden:

In 2016 werd € 557.810 ontvangen aan studiegeld / inschrijvingsgeld van de studenten. Ten overstaan van 2015, boekjaar waarin € 515.977 werd ontvangen, betekent dit een stijging van 8,1%. 2. Studiegelden en inschrijvingsgelden 701 557.810

. Bachelor en master opleidingen 7010 483.244

. BANABA en MANAMA en voortgezette opleidingen 7011

. Specifieke lerarenopleiding (SLO) 7012

. Postgraduaten 7013 21.567

. Hoger Beroepsonderwijs (HBO) 7014

. Permanente vorming 7015

.

.

.

. Overige 7019 53.000 Voor nieuwe niet EER studenten wordt het verhoogde inschrijvingsgeld toegepast. Al eerder ingeschreven niet EER studenten betalen jaarlijks het inschrijvingsgeld dat ze bij hun eerste inschrijving betaalden en vallen nog niet onder de nieuwe voorwaarden. We hebben wel de indruk dat de trend zich stabiliseert en dat we de komende jaren meer reguliere studenten mogen verwachten. Het aantal inschrijvingen voor het academiejaar 2014-2015 was 687. Academiejaar 2015-2016 telt 656 inschrijvingen, academiejaar 2016-2017 is het 628. De stijging in de omzet is te wijten aan het verhoogde inschrijvingsgeld. De inkomsten van het studiegeld worden verdeeld over twee boekjaren: 1/3 wordt toegewezen aan het jaar van ontvangst, 2/3 wordt overgedragen naar het volgende boekjaar om de kostenverdeling over het academiejaar te kunnen spreiden. Van het inschrijvingsgeld, ontvangen in 2016, wordt € 348.290,00 overgedragen naar 2017.

Page 52: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 21

3. opbrengsten uit onderwijsactiviteiten en verkoop

3. Opbrengsten uit onderwijsactiviteiten en verkoop 702 58.296

. Boeken en cursussen 7020

. Overige facturatie aan studenten 7021 2.801

. Voeding 7022 53.986

. Omzet aan derden (niet studenten) 7023 1.275

. Commissielonen 7024

. Stuvo opbrengsten uit verkoop 234

.

.

.

. Overige 7029 Overige facturatie aan studenten bevat de inkomsten van copies, opmaak extra certificaten,... Bij de voeding inkomsten horen zowel de verkoop van belegde broodjes als de verkoop van frisdranken via de automaten. De HZS stelt ook verse soep en vers fruit ter beschikking van de studenten. Deze kosten worden analytisch toegewezen aan de studentenvoorzieningen en vanuit hun middelen betaald.

Page 53: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 22

4. dienstverlening en onderzoek

5. Dienstverlening en onderzoek, op contractuele basis 704 786.166

. Dienstverlening, andere dan contractonderwijs 7040

. Contractonderwijs 7041

. Projectmatig wetenschappelijk onderzoek 7042 18.722

. Gebruik simulatoren door derden 6.320

. Cursussen permanente vorming 281.541

. Dienstverlening: beroepsopleidingen 479.582

.

.

.

.

.

. Overige 7049

In totaal is er een stijging van € 49.431 of 6,7 % tov 2015, toen was het € 736.735. Dienstverlening en permanente vorming zijn gestegen door de STCW opleidingen (refresher courses) die werden besteld. De middelen voor Projecten Wetenschappelijk Onderzoek zijn voor 2016, € 18.722. De verhuring van lokalen en labo’s bracht € 6.320 op in 2016. Permanente vorming omvat in hoofdzaak de modules voor de Commerciële Yachting.

Lidgelden, schenkingen, legaten en subsidies € 493.560,90

7. Subsidies 736 312.553

. In resultaatname kapitaalsubsidies (prorata afschrijvingen) 7360 177.646

. Subsidies en toelagen van de Federale Overheid 7361

. Subsidies en toelagen van de Vlaamse Overheid 7362

. Lokale en regionale besturen (provincie, steden gemeenten, intercommunales, …) 7363

. Subsidies, toelagen van de Europese Gemeenschap 7364

. Toelagen voor eigenaarsonderhoud (VAH's) 736500 19.439

. Overige overheidssubsidies 7368 115.469

. Overige subsidies 7369

8. Compenserende bedragen ter vermindering van de loonkost 738 181.007

. Vrijstelling bedrijfsvoorheffing onderzoekers betaald via AHOVOKS 7381 178.377

. Vrijstelling bedrijfsvoorheffing onderzoekers betaald via de instelling 7382

. Compensatie meerkost bediendenstatuut 2.631

.

.

. Overige compenserende bedragen ter vermindering van de loonkost 7389 Kapitaalsubsidies komen in het resultaat a rato van de afschrijvingen van de investeringen die werden gedaan met de ontvangen kapitaalsubsidies. Dit jaar werd voor € 174.561,20 aan kapitaalsubsidies opgebruikt aan gedane investeringen en kapitaalaflossingen. Dit bedrag is 89,98% van de € 194.000 ontvangen vanuit de enveloppe. De overige 10,02% (€ 19.439) wordt gebruikt/geboekt voor eigenaarsonderhoud. De afschrijvingen gedaan op investeringen gefinancieerd door kapitaalsubsidies bedragen € 177.646, voor dit bedrag mogen de kapitaalsubsidies in opbrengst geboekt worden. Ook komen voor € 139.064,19 gedane kapitaalaflossingen van de leningen in het resultaat.

Page 54: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 23

De rekening overige bevat middelen die we ontvangen voor wetenschapscommunicatie. Tevens loopt er een groot project gesubsidieerd door de NATO. De HZS krijgt middelen van ERASMUS voor de financiering van het Erasmusproject. Er waren voor het academiejaar 2015/2016 3 outgoing students en 8 incoming students, alsook 6 outgoing teaching staff en 3 incoming teaching staff. Voor de expertisecel (wetenschapscommunicatie) werd voor 2016, € 31.237,97 toegekend. Binnen deze cel werden verschillende projecten ontwikkeld om bij de jeugd de interesse voor wetenschappen op te wekken:

de mini-hoovercraft

“nautisch maritieme doedagen” i.s.m. het Havencentrum Lillo

“overleven op zee” op de vijver van het Noordkasteel Voor de onderzoekers – assistenten en lectoren – aan de HZS kan de bedrijfsvoorheffing à rato van 75% gerecupereerd worden. Hiermee kunnen nieuwe projecten worden opgestart. Voor 2016 zal de HZS, 178.376,69 ontvangen. (nog niet alle gelden werden per 31/12/2016 ontvangen). Hiertoe behoren ook verschillende assistenten, die gedeeltelijk vrijgesteld worden om te doctoreren of aan wetenschappelijk onderzoek te doen.

andere bedrijfsopbrengsten € 3.402,05

C. ANDERE BEDRIJFSOPBRENGSTEN 74 3.402

1. Terugbetaling arbeidsongevallen 740

2. Meerwaarde op de courante realisatie materiële vaste activa 741

3. Meerwaarde realisatie handelsvorderingen 742

4. Recuperatie doorgerekende kosten aan derden 743 2.265

5. Recuperatie loonkost 744

6. Recuperatie van vzw Stuvo (exclusief personeelskosten) 745

7. Sponsoring 746

8. Overige 749 1.137 De doorgerekende kosten aan derden betreffen: de opbrengst van de gebruiksvergoedingen, vnl. telefoonkosten, € 92,08 en recuperatie van reiskosten bij derden ad € 2.172,87. Er werden geen doorfacturaties meer gedaan tussen HZS en studentenvoorzieningen, vanaf 2015 wordt gewerkt met een rekening courant tussen beiden.

De overige bedrijfsopbrengsten ad € 1.137 betreffen vergoedingen die de HZS ontving voor adviesverlening.

Page 55: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 24

Uitzonderlijke opbrengsten: € 139.064,19 De andere uitzonderlijke opbrengsten ad € 139.064,19 betreffen de inresultaatname van kapitaalsubsidies ter dekking van gedane kapitaalaflossingen tijdens 2016 van de twee lopende kredieten. (€ 60.000 + € 79.064,19).

STUVO inkomsten De grootste inkomstenbron is uiteraard de sociale toelage van de Vlaamse Gemeenschap van 133.034,51 EUR. Dit werd in vier stortingen ontvangen. Bijkomend wordt nog een opbrengst gerealiseerd door de verkoop van cultuurcheques en sportstickers (€ 234,00). Voor de gelden op de Stuvo bankrekeningen wordt nog 300,70 EUR intresten ontvangen.

Page 56: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 25

II. bedrijfskosten € (7.129.737,33) 2016 2015 II. Bedrijfskosten (-) 60/64 (7.129.737) (6.970.412) - 159.325 - 2,29 %

A. Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen 60 0 0 + 0

1. Inkopen 600/8 0 0 + 0

2. Wijzigingen in de voorraad (toename -, afname +) 609 0 0 + 0

B. Diensten en diverse goederen 61 2.269.116 2.137.074 + 132.042 + 6,18 %

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 62 4.450.280 4.419.375 + 30.905 + 0,70 %

D.

630 400.198 408.376 - 8.178 - 2,00 %

E.

631/4 0 0 + 0

F.635/8 300 800 - 500 - 62,50 %

G. Andere bedrijfskosten 640/8 9.843 4.788 + 5.056 + 105,59 %

H.(-) 649 0 0 + 0

Afschrijvingen en waardeverminderingen op

oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste

activa

Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in

uitvoering en handelsvorderingen (toevoegingen +,

terugnemingen -)

Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +,

bestedingen en terugnemingen -)

Als herstructureringskosten geactiveerde

bedrijfskosten De bedrijfskosten zijn ten opzichte van 2015 gestegen met € 159.325 of met 2,29 %.

diensten en diverse goederen : € 2.269.116 bevatten alle kosten voor werking, projecten & wetenschappelijk onderzoek en dienstverlening - detail zie volgende pagina. Deze post vertoont een stijging met € 132.042 of 6,18%. Dit is het gevolg van oa. software-updates, stijging in huurlasten (volledig jaar 2016, 2015 vanaf mei), indexering huur stageboot. Deze post werd begroot op € 2.235.981. (verschil 1,48%).

Page 57: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 26

2016 2015

B. DIENSTEN EN DIVERSEN 2.269.116,07 2.137.073,87

Onderhoud gebouwen en instal. 610000 17.715,86 39.924,65

Onderhoud terreinen, tuinen en p610050 14.495,68 14.495,69

Onderhoud didactisch materieel 610100 42.341,93 25.904,89

Stuvo werkveld voeding 610101 11.949,62 9.059,01

Stuvo werkveld sociale dienstver610103 33.262,81 27.656,10

STUVO werkveld 5 Vervoer 610105 4.039,67 2.886,01

Stuvo werkveld studentenwerking 610106 35.203,88 34.555,42

Stuvo werkveld algemeen 610107 2.500,00 2.500,00

Onderhoudscontracten/updates sof610350 102.388,28 65.273,83

Onderhoud rollend materieel 610500 856,47 1.591,90

Schoonmaakdiensten en -produkt 610600 124.829,69 126.627,10

Hygi雗ische voorzieningen 610610 6.661,69 6.228,42

Klein materiaal voor onderhoud 610700 7.231,26 5.465,84

Publiciteit 611000 10.456,80 10.482,99

Relatiegeschenken 611300 1.887,22 3.615,52

Representatie 611400 20.984,48 13.554,03

Beurzen 611410 15.789,62 10.963,03

Sponsering 611420 8.028,42 8.905,40

Recepties & Seminaries 611500 34.044,15 24.081,19

Arbeidsgeneeskunde 611550 2.604,27 2.769,37

Kosten voor medische begeleiding611560 5.645,43 4.034,93

Lidgelden 611600 6.029,11 4.270,53

Didactisch materiaal 611700 73.248,41 58.889,66

Catering 611800 97.846,17 51.347,16

Kantoorbenodigdheden 612000 21.260,32 16.436,76

Telefoonkosten 612100 12.350,40 9.789,61

GSM 612110 6.497,09 5.149,43

Internet/datalijnen 612120 10.731,39 5.328,61

Drukwerk 612200 11.631,07 7.598,54

Verzending 612300 7.005,49 9.236,72

Computerbenodigdheden 612500 14.339,05 7.700,92

Bijscholing personeel 612600 31.724,46 18.483,09

Academische activiteiten 612800 76.514,50 42.633,20

Didactische uitstappen 612810 93.655,30 187.285,56

Stagekosten 612820 340.350,73 331.197,40

Erasmustoelage 612830 4.706,00 4.980,00

Visitatie's en academisering 612870 7.507,60 6.080,25

Bijdragen werking externe organi612900 65.151,56 22.106,44

ERASMUS 612950 1.000,00 1.000,00

Electriciteit 613000 51.619,26 49.352,44

Water 613100 12.635,03 10.070,08

Gas 613200 9.442,31

Stookolie 613300 26.735,35 25.945,44

Benzine 613400 337,54 543,18

Huur en -lasten onroerend goed 614000 57.683,32 37.600,00

Huur kantoormachines 614100 56.580,81 48.727,70

Huur materieel (overige) 614300 606,28

Verzekeringen algemeen 614600 27.439,36 21.261,98

Verzekering didactisch materieel614630 1.313,51

Verzekering studenten 614810 2.759,65

Dienstreizen - binnenland 615000 14.407,72 26.080,05

Dienstreizen - buitenland 615100 106.820,87 82.030,16

Reiskosten 615200 5.324,08 7.563,76

Bus & taxi 615300 2.933,80 1.942,60

Transport 615400 1.938,69

Tijdschriften 616100 20.279,42 18.999,89

Boeken 616200 18.411,08 20.469,77

Losbladige aanvulwerken 616300 563,83 650,88

Specifiek bibliotheekmateriaal 616500 2.780,06 6.878,15

Kaarten 616600 10.162,43 10.386,12

Presentiegelden RvB/departements618000 9.000,00 9.000,00

Lesopdrachten door derden 619000 92.491,96 94.471,25

Dienstverlening 619050 311.587,84 344.760,90

Erelonen advokaten/deurwaarders 619100 3.398,89 895,4

Presentiegelden derden (jury's, 619260 255,79

Ereloon bedrijfsrevisor 619300 8.712,00 5.077,83

ereloon accountants & belastingc619350 5.566,00

Erelonen archit/studiebureau 619400 21.489,60

Erelonen andere 619450 7.260,00 8.525,67

Website 619600 1.197,90 1.827,10

Sociaal secretariaat 619800 11.432,99 12.366,51

Aankoop diensten,werk en studies619900 7.651,86 35.388,77

Page 58: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 27

Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen : € 4.450.279,82. Deze rubriek bevat alle personeelskosten (statutair en contractueel) - detail hierover volgt bij de toelichting. De personeelskosten vertonen een stijging met € € 30.905 tov 2015 of 0,70 %. De afwijking met de begroting is -2,19% (overschatting) is o.a. te wijten aan een indexering die eerder werd begroot, een ontslag zonder vervanging, een ouderschapsverlof met een contractuele vervanging, een vervanging na pensioen dat pas in september startte, een ontslag dat werd vervangen door een contractueel personeelslid (onderschatting loonkost betaald via instelling).De post gastdocenten die doceren bij de beroepsopleidingen is moeilijk in te schatten omdat deze afhankelijk is van het aantal bestelde cursussen.

Afschrijvingen : € 400.198,13. Deze post geeft een daling aan met € 8.178 of 2,00%. Er werd in 2016 minder geïnvesteerd in vergelijking met 2015.

Voorzieningen voor risico’s en kosten: dit is 1% van de loonkost die voorzien wordt voor regularisaties op wedden: € 44.500. De voorziening aangelegd in 2015 (€ 44.200) werd teruggenomen.

Andere bedrijfskosten : € 9.843,31: Deze post bevat de belastingen en taksen zoals, milieutaks, autotaks en roerende voorheffing. Een stijging t.o.v. 2015 omdat er nu onroerende voorheffing betaald moet worden op de gehuurde panden en een aantal oude vorderingen werden afgeboekt.

Uitzonderlijke kosten: betreft een minderwaarde bij de boeking van de buitengebruikstelling van oude activa.

Vanaf 1 januari 2013 maakt Stuvo mee deel uit van de HZS, de kosten worden op rekeningniveau als op analytisch niveau gescheiden van deze van de HZS. De bedrijfskosten voor stuvo kunnen hierboven ook op de algemene rekeningen onderscheiden worden.

Page 59: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 28

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

2016 2015

III. Bedrijfswinst (+) 70/64 426.261 310.679

Bedrijfsverlies (-) 64/70 0 0

IV. Financiële opbrengsten 75 2.752 4.207

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa 750 0 0

B. Opbrengsten uit vlottende activa 751 2.680 3.883

C. Andere financiële opbrengsten 752/9 72 325

V. Financiële kosten (-) 65 (16.552) (15.463)

A. Kosten van schulden 650 12.677 13.829

B.651 2.384 0

C. Andere financiële kosten 652/9 1.491 1.634

VI. Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening (+) 70/65 412.461 299.423

Verlies uit de gewone bedrijfsuitoefening (-) 65/70 0 0

VII. Uitzonderlijke opbrengsten 76 139.064 882.294

A.760 0 0

B.761 0 0

C.762 0 0

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa 763 0 802.611

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten 764/9 139.064 79.683

VIII. Uitzonderlijke kosten (-) 66 (317) (178.806)

A.

660 317 0

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa 661 0 0

C.662 0 0

D. Minderwaarden bj de realisatie van vaste activa 663 0 0

E. Andere uitzonderlijke kosten 664/8 0 178.806

F.669 0 0

IX Winst van het boekjaar (+) 70/66 551.208 1.002.911

Verlies van het boekjaar (-) 66/70 0 0

Als herstructureringskosten geactiveerde uitzonderlijke

kosten

Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeververminde-

ringen op oprichtingskosten, op immateriële en

materiële vaste activa

Waardeverminderingen op andere vlottende activa dan

bedoeld onder II. E (toevoegingen +, terugnemingen -)

Terugneming van afschrijvingen en van waardever-

minderingen op immateriële en materiële vaste activa

Terugneming van waardeverminderingen op financiële

vaste activa

Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke

risico's en kosten

Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

(toevoegingen +, bestedingen -)

+ financiële opbrengsten € 2.752,01

opbrengsten uit vlottende activa : € 2.679,61 dit zijn de intrestrente op de liquiditeiten.

Andere financiële opbrengsten: € 72,40, dit zijn vooral resultaten uit de omrekening vreemde valuta.

- financiële kosten : € (16.552,10)

Kosten verbonden aan schulden : € 192,49

Intresten investeringskrediet: € 10.179,00

Intresten investeringskrediet (lening 2015 400.000 eur): € 2.305,65

andere financiële kosten : € 1.491,01 in hoofdzaak bankkosten.

Page 60: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 29

Er zijn in 2016 € 139.064,19 aan andere uitzonderlijke opbrengsten. Dit betreft de in resultaatname van kapitaalsubsidies a rato van de gedane kapitaalaflossingen van de lopende kredieten.

Page 61: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 30

8. Toelichtingen Een aantal activa/passiva rubrieken en rubrieken van de resultatenrekening Vanaf 2010 is gestart met een analytische toewijzing van kosten en opbrengsten. Deze worden onderverdeeld in volgende hoofdcategorieën:

- werking

- projecten en wetenschappelijk onderzoek

- dienstverlening

- studentenvoorzieningen

6.008.301

573.741

473.12391.441

werking

projecten

dienstverlening

stuvo

Werking De hoofdpost ‘werking’ bestaat uit verschillende deelgebieden: algemeen, administratie, bibliotheek, catering, didactisch, ict, ikz, public relations, studentenbegeleiding, vorming personeel. Enerzijds worden de personeelskosten over deze deelgebieden uitgesplitst en anderzijds ook de kleinere werkingskosten. Vanaf boekjaar 2013 werd studentenbegeleiding STUVO een analytische hoofdgroep. Stuvo werd per 31/12/12 vereffend en mee opgenomen onder de Hogere Zeevaartschool. De uitgaven voor werking omvatten in totaal € 6.008.301,31, en zijn onder andere samengesteld uit:

voor het grootste gedeelte uit de bezoldigingen van het personeel ad € 3.883.255,76, (totale loonkost € 4.450.279,82) deze kosten worden toegewezen aan bovenstaande subcategoriën. De loonkost van de coördinator beroepsopleidingen wordt aan de hoofdcategorie dienstverlening toegewezen, de loonkost van de coördinator internationalisering aan Projecten,…

de algemene werking omvat het onderhoud van de gebouwen, terreinen en installaties, arbeidsgeneeskunde, bijdragen voor AUHA en Vlhora, energiekosten, verzekeringen, personeelskosten OP en administratief en onderhoudspersoneel. Ook de afschrijvingen worden hieraan toegewezen. De afschrijvingen voor

Page 62: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 31

studentenvoorzieningen worden toegewezen aan de stuvo analytische rekening. Grote kosten onder algemene werking zijn bijvoorbeeld: onderhoud didactisch materieel (€ 42.341,93), schoonmaakdiensten (€ 124.829,69), elektriciteit (€ 51.619,26), stookolie (€ 26.735,35), verzekeringen algemeen (€ 27.439,36).

werking van de bibliotheek / mediatheek inclusief de FT bibliothecaris: € 97.517,37 In deze kost zit ook de aankoop van tijdschriften, boeken, losbladige werken etc. De enige omzet die de bibliotheek genereert zijn verkopen van kopieerkaarten en de recuperatie van verloren boeken (€ 163,10).

catering service, rekening houdend met de inkomsten liep de catering ongeveer break-even, exclusief personeel. Indien de 3 VTE personeelskosten meegerekend worden zou het analytisch resultaat catering negatief zijn. Maar om deze service naar de studenten toe aan democratische prijzen te kunnen aanbieden wordt de personeelskost door de werking van de HZS gedragen. Sinds september 2016 verzorgt Komida de catering en voorziet hiervoor ook het nodige personeel.

Didactisch: de post didactisch omvat vier deelgebieden: algemeen, opleidingen extra muros, medisch labo en stage op zee. Onder algemeen komt het onderhoud van het didactisch materieel, updates en kleine aankopen.

opleiding extra muros, zoals brandbestrijding, DAB Vloot en het Waterbouwkundig Laboratorium. Totale kost € 179.967,36

medisch labo in de HZS en medische urgentie op de UA ad € 6.570,00

stage op zee met het opleidingsschip Dar Mlodziezy voor de periode van één maand. Hierbij wordt rekening gehouden met de bijdrage van de studenten. Globale kost € 317.515,21

ICT werking en installatie: hieronder worden 1,5 VTE personeelslid toegewezen en aankopen van materiaal en updates. Totale kost: € 98.846,08.

Organisatie van de Interne Kwaliteitszorg (IKZ) voor de accreditatie bij NVAO, de accreditatie FOD Mobiliteit en het behouden van het kwaliteitslabel ISO 9001:2008 – onkosten incl. de personeelskosten voor 0,7 VTE : € 48.111,13.

Het verzorgen van de communicatie en public relations ad € 140.282,12 waaronder alle PR kosten ressorteren, inclusief personeelskost (0,5 FT), de alumniwerking van de HZS en de helft van de onkosten voor de zeilrace EDHEC. Deze laatste kosten worden gedeeld met de studentenvoorzieningen.

Werking van de dienst studie- en studentenbegeleiding inclusief personeelskosten 1,3 VTE ad € 112.057,38.

Vorming van het personeel inclusief zendingen ad € 76.755,01. Dit betreft zowel de inschrijvingsgelden als de daaraan verbonden dienstreizen.

Page 63: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 32

Projecten en wetenschappelijk onderzoek: Onder de analytische code projecten vinden we nog volgende onderverdelingen: academisering, internationalisering en expertisecel. Deze worden op zich dan nog eens verder uitgesplitst. De onderverdeling van de analytische code projecten vindt vooral zijn uitwerking in de uitsplitsing van de personeelskosten. Hiervoor wordt een verdeelsleutel gehanteerd. In 2016 werden onkosten gemaakt voor projecten voor een totaal van € 573.741,26. Tegenover sommige onkosten staan opbrengsten en subsidies oa:

Academiseringsmiddelen: € 785.227,42

PWO: € 18.722,43

Expertisenetwerk via de AUHA: € 31.237,97 Dienstverlening (beroepsopleidingen) Dienstverlening/beroepsopleidingen is de afdeling die zorgt voor extra opleidingen voor derden op maat of in een vaste vorm waarop men kan inschrijven buiten het gewone lessenpakket. Dit zijn oa opleidingen voor commerciële yachting, radartrainingen, advanced medical care, personal survival technique, basic fire fighting,… De opleiding Hydrografie werd in 2012 opgestart. Hiervoor werd 0,5 VTE aangesteld. De afdeling dienstverlening/beroepsopleidingen maakte in 2016 volgende onkosten voor een totaal van € 473.123,27:

de algemene onkosten voor dienstverlening betreffen in hoofdzaak de vergoedingen voor de interne en externe lesgevers en de coördinator dienstverlening (1 VTE) en de coördinator hydrografie .

Verder zien we nog kosten voor didactisch materiaal, didactische uitstappen dienstreizen, boeken.

De dienstverlening/beroepsopleidingen wordt gefactureerd aan de ondernemingen of personen die de lessen volgen: € 729.787,25. Ook in 2016 sluit deze post dienstverlening af met een positief resultaat.

Page 64: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 33

STUVO Sinds 1 januari 2013 maakt STUVO integraal deel uit van de HZS. De boekhouding wordt gevoerd in hetzelfde boekhoudprogramma maar zowel op analytisch als rekeningniveau gescheiden gehouden. Een uitgebreide toelichting over hun werking wordt opgenomen in het jaarverslag Deel III. De boekhoudkundige opdeling wordt binnen Stuvo vrij eenvoudig gehouden en wordt opgedeeld in volgende kostengroepen:

Werkveld Voeding (EUR 11.949,62) Dit betreft de huur van waterfonteinen en de bijdrage aan de gratis verstrekking van soep en fruit aan de studenten. Bovendien is er een nieuw initiatief van de studenten: ze hebben tweemaal een gezond ontbijt georganiseerd.

Werkveld huisvesting (EUR 0) Aan de universiteit Antwerpen wordt een bijdrage betaald voor het gebruik van de website Kotweb. Dit jaar moest niets betaald worden.

Werkveld sociale dienstverlening (EUR 33.262,81) Aan minder begoede studenten wordt na indiening van een dossier een toelage toegekend na positief advies van het Sociaal Comité. Eventueel betreft het een lening die later omgezet wordt naar een toelage als de student voor 60% van de studiepunten minstens 50% scoort.

Werkveld medische en psychologische dienstverlening (EUR 0) Deze kost bestaat grotendeels uit de bijdrage die aan de universiteit Antwerpen wordt betaald voor het gebruik van de website Psynet. Ook hier waren er voldoende reserves en moest niets betaald worden.

Werkveld vervoer (EUR 4.039,67) De studenten kunnen een fiets huren bij Levanto. STUVO betaalt 8 EUR per fiets per maand van de huur.

Werkveld studentenwerking (EUR 35.203,88) Dit is de meest uitgebreide kostenpost. Studenten vragen diverse budgetten aan bij Stuvo: busvervoer voor Rugbyploeg, cultuurcheques, bijdrage Studay, diverse studentenactiviteiten, deelname in kosten van wedstrijden, huur boten,… Kort samengevat betreft het hier 4 domeinen: studietoelagen, studentenjobs, juridisch advies en administratieve hulp.

Werkveld algemeen ( EUR 2.500) Hieronder vinden we de overeenkomst met de hogeschool i.v.m. de administratieve ondersteuning en onderhoud en herstellingen van de vaste activa.

Verder vinden we nog volgende kosten: afschrijvingen over de vaste activa die Stuvo in het verleden aankocht, roerende voorheffing ingehouden op de ontvangen intresten. De financiële kosten vormen een laatste post in de kosten. Vergelijking met het budget:

Page 65: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 34

Opbrengsten (EUR 133.034,51/budget 133.034,51) De sociale toelage van de Vlaamse Gemeenschap werd correct begroot.

Werkveld Voeding (EUR 11.949,62/budget 8.512) De volledige kostprijs van de drinkbussen werd voorzien, de kost van de niet verdeelde drinkbussen werd naar 2016 overgedragen.

Werkveld huisvesting (EUR 0/budget 473) Er diende geen bijdrage voor Kotweb betaald te worden in 2016.

Werkveld sociale dienstverlening (EUR 33.262,81/budget 30.827)

Werkveld medische en psychologische dienstverlening (EUR 0/budget 930) Er diende geen Psynet vergoeding betaald te worden in 2016.

Werkveld vervoer (EUR 4.039,67/budget 2.024) Het aantal studenten dat een fiets huurt varieert van jaar tot jaar.

Werkveld studentenwerking (EUR 35.203,88/budget EUR 59.410) In de begroting 2016 werd de jaarlijkse bijdrage aan de concessie van de steiger op het Galgenweel mee voorzien ad 17.000 EUR. De steiger wordt pas in 2017 in gebruik genomen.

Werkveld algemeen, afschrijvingen inbegrepen (EUR 6.863/budget 14.209) Hieronder vinden we de overeenkomst met de hogeschool i.v.m. de administratieve ondersteuning, afschrijvingen van vakkenkasten en andere infrastructuur. De afschrijving op de geplande investering in de steiger ( 83.000 EUR af te schrijven op 10 jaar) was opgenomen in de begroting. Deze kon nog niet geplaatst worden.

Er werd een gekoelde werktafel aangekocht voor € 4.093,43 Het positief resultaat van € 42.128,17 wordt bestemd voor de vernieuwing van de sportinfrastructuur na de realisatie van de vernieuwbouw.

Page 66: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 35

Personeelsratio’s (loonkost en formatie)

Personeelsformatie De personeelsbezetting voor 2016 ziet eruit als volgt: PERSONEEL OP WERKINGSUITKERING IN VTE - ONDERWIJZEND PERSONEEL (OP)

Effectieve bezetting door titularissen (VTE) Effectieve tewerkstelling (VTE)

Vast

TOR

Codex HO - Art.

V.264 en V.204

Tijdelijk

Groep 1 Groep 1 Groep 1

1. praktijklector 2,00 1,33 3,33

2. lector 4,65 1,00 5,65

3. hoofdpraktijklector 1,00 0,00 1,00

4. hoofdlector 1,00 0,00 1,00

Totaal 8,65 0,00 2,33 10,98

Groep 2 Groep 2 Groep 2

5. assistent 1,92 8,22 10,14

praktijkassistent (titel) 1,13 1,17 2,30

6. doctor-assistent 0,00 0,00

7. werkleider 3,00 0,00 3,00

Totaal 6,05 0,00 9,39 15,44

Groep 3 Groep 3 Groep 3

8. docent 11,25 1,28 12,53

9. hoofddocent 0,20 0,00 0,20

10. hoogleraar 4,00 0,00 4,00

11. gewoon hoogleraar 0,00 0,00 0,00

Totaal 15,45 0,00 1,28 16,73

Groep 4 Groep 4 Groep 4

12. lesgever (Codex HO - Art. V.276) 0,00

TOTAAL ONDERWIJZEND PERSONEEL 30,15 0,00 13,00 43,15

Ambt

De totale personeelstewerkstelling omvat 71,71 voltijdse eenheden (VTE). Het statutair kader (tijdelijke en vastbenoemden, OP en ATP) omvat 56,25 VTE, hiervan zijn 43,08 VTE vast benoemd en 13,17 VTE tijdelijk. Het contractueel personeel omvat 15,46 VTE. Personeelsbezetting onderwijzend personeel (OP) In totaal zijn er 43,15 voltijdse eenheden (VTE) bezet en 43,15 VTE tewerkgesteld, verdeeld over groep 1, 2 en 3. Groep 1 omvat alle praktijklectoren, lectoren, hoofdpraktijklectoren en hoofdlectoren. Groep 2 omvat alle assistenten en werkleiders. Groep 3 omvat alle docenten, hoofddocenten, en hoogleraren. De decretale procentnormen zijn niet overschreden.

18,21 % voor het aantal praktijklectoren en hoofdlectoren - dit mag maximum 20 % bedragen van groep 1

14,90 % voor het aantal praktijkassistenten andere studiegebieden

Page 67: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 36

24,52 % voor het aantal vast benoemde assistenten - dit percentage mag maximum 25% van de assistenten bedragen

59 % voor het aantal VTE in groep 2 - dit percentage moet minimum 30 % van groep 2 + 3 bedragen

69,87 % voor het aantal vast benoemde leden van het onderwijzend personeel - van deze personeelscategorie mag maximum 72 % van het voltallige OP benoemd zijn

Personeelsbezetting administratief en technisch personeel (ATP) PERSONEEL OP WERKINGSUITKERING IN VTE - ADMINISTRATIEF EN TECHNISCH PERSONEEL (ATP)

Effectieve bezetting door titularissen (VTE) Effectieve tewerkstelling (VTE)

Vast Tijdelijk Totaal

Niveau A Niveau A Niveau A

1. Graad A5 0,00

2. Graad A4 0,00

3. Graad A3 2,00 2,00

4. Graad A2 4,58 0,17 4,75

5. Graad A1 0,00

Totaal 6,58 0,17 6,75

Niveau B Niveau B Niveau B

6. Graad B3 1,33 0,00 1,33

7. Graad B2 2,52 0,00 2,52

8. Graad B1 0,00

Totaal 3,85 0,00 3,85

Niveau C Niveau C Niveau C

9. Graad C2 0,50 0,00 0,50

10. Graad C1 1,00 0,00 1,00

Totaal 1,50 0,00 1,50

Niveau D Niveau D Niveau D

11. Graad D2 1,00 0,00 1,00

12. Graad D1 0,00

Totaal 1,00 0,00 1,00

TOTAAL ADMINISTRATIEF EN TECHNISCH PERSONEEL 12,93 0,17 13,10

Ambt

In totaal is er een bezetting van 13,10 voltijdse eenheden (VTE) en een tewerkstelling van 12,45 VTE. Dit omvat 11,10 administratieve personeelsleden en 2 technische personeelsleden. Dit kader ATP personeel wordt aangevuld met 5,15 VTE contractuele technische personeelsleden. (zie personeelsleden buiten formatie) en 1,80 VTE administratieve personeelsleden. Personeel buiten formatie:

Page 68: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 37

PERSONEEL BUITEN FORMATIE (BF) IN VTE

Ambt Effectieve bezetting door titularissen (VTE)Effectieve

tewerkstelling (VTE)

Gastprofessoren (onderwijs) Gastprofessoren Gastprofessoren

a. geboekt op RR |62| 1,89

- betaald via het ministerie van onderwijs en vorming

- betaald via de instelling 1,89

b. geboekt op RR |61| 5,37

Totaal 7,26

Personeelsleden op persoonlijke titel Personeelsleden op persoonlijke titel Personeelsleden op persoonlijke titel

a. administratief personeel

b. opvoedend hulppersoneel (OHP) 1,00

Totaal 1,00

Centraal betaalde personeelsleden Centraal betaalde personeelsleden

a. onderwijzend personeel 0,00

- onderwijzend personeel (excl. kinéfondsers ten laste van het centraal fonds)

- kinéfondsers ten laste van het centraal fonds: weder tewerkgesteld in eigen instelling

- kinéfondsers ten laste van het centraal fonds: weder tewerkgesteld buiten eigen instelling

- kinéfondsers ten laste van het centraal fonds: zonder wedertewerkstelling

b. administratief personeel

c. opvoedend personeel

d. MVD-personeel

Totaal 0,00

Contractuele personeelsleden (andere dan gastprofessoren) Contractuele personeelsleden Contractuele personeelsleden

a. bedienden 7,20

- administratief personeel 1,80

- technisch personeel 5,15

- onderzoekers

- in kader van wetenschappelijke of maatschappelijke dienstverlening 0,25

b. arbeiders

Totaal 7,20

Gedetacheerde personeelsleden Gedetacheerde personeelsleden Gedetacheerde personeelsleden

a. inkomende gedetacheerde personeelsleden (Codex HO - Art. IV.55§2) - OP

b. inkomende gedetacheerde personeelsleden (Codex HO - Art. IV.55§2) - ATP

Totaal 0,00

TOTAAL PERSONEEL BUITEN FORMATIE 15,46 Volgende functies werden opgevuld voor 15,46 VTE in totaal:

1,89 VTE onderwijzend personeel (gastprofessoren & wetenschappelijk onderzoek) op contractuele basis

5,37 VTE externe lesgevers op zelfstandige basis

1 VTE opvoedend hulppersoneel met behoud op persoonlijke titel

7,20 VTE op contractuele basis, waarvan 1,8 VTE bediende administratie 0,25 medewerker wetenschappen

4,50 VTE technisch personeel, 0,65 VTE technische jobstudenten.

Personeelskosten De totale personeelskost bedraagt € 4.450.279,82 Hiervan wordt 4.031.961 EUR betaald door het departement onderwijs (AHoVokS) voor de statutaire personeelsleden (vast benoemden en tijdelijke personeelsleden). Door de Hogere Zeevaartschool zelf werd € 418.319 betaald voor de contractuele personeelsleden. In dit totaal is tevens 1,4 voltijdse eenheid vervat voor de werking van de studentenvoorzieningen. Hiervoor is er geen financiële verrekening gebeurd, noch analytische toewijzing van de personeelskost aan stuvo.

Page 69: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 38

Ten overstaan van 2015 (€ 4.419.374,72) zijn de totale personeelskosten gestegen met € 30.905 of met 0,70%.

Personeelsratio’s Cijfers 2016 en vergelijking met vorig boekjaren Ten overstaan van het totaal aantal personeelsleden (VTE) gelden volgende percentages:

60,17 % onderwijzend personeel

39,83 % administratief en technisch personeel De cijfers voor 2015 geven 59,19% OP aan, een stijging met 0,98% tov het totaal. In 2014 is deze ratio 61,57%.

JR - Boekjaar JR - Boekjaar JR - Boekjaar

2016 2015 2014

PERSONEELSRATIO'S - Bezetting

1. Totaal OP 60,17% 59,19% 61,57%

Teller 43,15

Noemer 71,71

Totaal OP T Totaal OP 43,15

Totaal personeel Totaal OP 43,15

+ Totaal ATP 13,10

+ Totaal BF 15,46

N

Het aantal contractuele personeelsleden, zonder gastprofessoren, bedraagt 7,20 VTE, dit omvat het technisch personeel met 4,50 VTE, 1,80 VTE administratief personeelslid, jobstudenten 0,65 VTE en 0,25 VTE medewerker wetenschappen. Het technisch personeel is tewerk gesteld in de catering afdeling en in de technische cel onderhoud. Ook de huisbewaarster behoort tot deze categorie van personeelsleden, zij zorgt voor het toezicht van de gebouwen. De tewerkstelling van de jobstudenten catering is gespreid over het hele jaar. Het aantal contractuele personeelsleden is ten opzichte van 2015 gestegen door de aanwerving van een administratief personeelslid ter vervanging van een statutair personeelslid. De personeelsbezetting en effectieve tewerkstelling verschillen met 0,2%. Een technisch personeelslid heeft 20% loopbaanonderbreking voorafgaand aan pensioen. Wat betreft de personeelsratio’s m.b.t. de lonen is de verhouding tussen de loonkost betaald door AhovoS en de werkingsuitkeringen 72,78 %. Voor 2015 bedroeg dit 74,25% en voor 2014: 72,82%. De bezoldigingen ten opzichte van de bedrijfsopbrengsten bedragen in 2016 60,32 %, ten opzichte van 2015, 62,21%, een daling van 1,89 %. In 2014 was de economische loonnorm 62,82%. De totale loonkost ten overstaan van de bedrijfskosten is 62,42%. Voor 2015 was dit 63,40%, dus een daling van 0,89%. In 2014 bedroeg deze ratio 61,51%. In vergelijking met de begroting werd de loonkost 2,19 % te hoog geschat.

Page 70: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 39

Vergelijking met de jaarrekening 2015/2016/BG Vergelijking 2015/2016/bg

2015 bez 2016 tew 2016 bg 2016

Groep 1

1. praktijklector 3 3,33 3,33 3 1

2. lector 5,65 5,65 5,65 5,65 2

3. hoofdpraktijklector 1 1 1 1 3

4. hoofdlector 1 1 1 1 4

Totaal 10,65 10,98 10,98 10,65

Groep 2

5. assistent 11,32 10,14 10,14 10,8 5

praktijkassistent (titel) 1,3 2,3 2,3 2,3 6

6. doctor-assistent 0 0 0 0

7. werkleider 2,58 3 3 3 7

Totaal 15,2 15,44 15,44 16,1

Groep 3

8. docent 13,1 12,53 12,53 12,55 8

9. hoofddocent 0,2 0,2 0,2 0,2 9

10. hoogleraar 4 4 4 3 10

11. gewoon hoogleraar 0 0 0 1 11

Totaal 17,3 16,73 16,73 16,75

Groep 4

12. lesgever (Codex HO - Art. V.276)

TOTAAL ONDERWIJZEND PERSONEEL 43,15 43,15 43,15 43,5

Niveau A

1. Graad A5

2. Graad A4

3. Graad A3 2 2 2

4. Graad A2 7 4,75 4,25 6 12

5. Graad A1 1 0 0 0 13

Totaal 8 6,75 6,25 8

Niveau B

6. Graad B3 0,77 1,33 1,33 1,33 14

7. Graad B2 1,13 2,52 2,47 2,07 15

8. Graad B1

Totaal 1,9 3,85 3,8 3,4

Niveau C

9. Graad C2 2,67 0,5 0,4 1 16

10. Graad C1 1 1 1 1 17

Totaal 3,67 1,5 1,4 2

Niveau D

11. Graad D2 1 1 1 1 18

12. Graad D1

Totaal 1 1 1 1

TOTAAL ADMINISTRATIEF EN TECHNISCH PERSONEEL14,57 13,1 12,45 14,4

Ambt

Ambt

Page 71: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 40

1. Praktijklector: 3 VTE 2015- 3,33 VTE 2016 en 3 VTE begroot 2. Lector: 5,65 VTE 2015- 5,65 in 2016 – 5,65 VTE begroot. 3. Hoofdpraktijklector: 1 VTE 2015- 1 VTE 2016 en 1VTE begroot 4. Hoofdlector: 1 VTE 2015- 1 VTE 2016 en 1VTE begroot 5. Assistent: daling met 1,18 VTE van 2015 naar 2016. Personeelslid PM gaat op 01/4 met

pensioen en wordt op 01/09 vervangen. Personeelslid MU wordt praktijkassistent. 6. Praktijkassistent: 1,3 in 2015 – 2,3 in 2016 – 2,3 begroot. 7. Werkleider: stijging met 0,42 VTE tov 2015. Personeelslid B wordt vanaf 01/05/2015 (1

VTE) werkleider en telt in 2016 voor 1 VTE in 2015 voor 0.67 VTE. 8. Docent: 0,20 VTE TBS PA wordt vervangen door 0,2 VTE niet-vacant, 0,2 VTE wordt

statutair (in 2015 nog contractueel), docent PM gaat op 01/04/2016 met pensioen; 9. Hoofddocent: 0,2 VTE 2015- 0,2 VTE 2016, 0,2 begroot; 10. Hoogleraar: Algemeen Directeur moet onder ambt hoogleraar opgenomen worden

ipv Gewoon Hoogleraar. 1 Gewoon Hoogleraar was begroot. 11. Gewoon hoogleraar: Algemeen Directeur moet onder ambt hoogleraar opgenomen

worden ipv Gewoon Hoogleraar 12. Graad A2/A3: Per 01/01/2016 krijgen diensthoofden administratie graad A3,

personeelslid KM neemt ontslag per 01/10/2016, personeelslid ML neemt per 01/01/16 ontslag en wordt door contractueel personeelslid BW vervangen, personeelslid neemt 2 maanden voltijds ouderschapsverlof en wordt vervangen door contractueel personeelslid WJ.

13. Graad A1: 1 VTE 2015 wordt per 01/01/2016 A3 14. Graad B3: personeelslid GB gaat van graad B2 naar B3 15. Graad B2: personeelsleden TW en SM gaan van graad C2 naar B2 16. Graad C2: personeelsleden TW en SM gaan van graad C2 naar B2 17. Graad C1: 1 VTE in 2015 – 1 VTE in 2016 – 1 VTE begroot 18. Graad D2: 1 VTE in 2015 – 1 VTE in 2016 – 1 VTE begroot

Afwijking tussen de begrote en de gerealiseerde personeelsformatie De afwijking tussen de totale begrootte personeelskosten en de totale realisatie in 2016 bedraagt -2,19 %, dit is op het totaal van de personeelskosten betaald door het departement onderwijs (Ahovoks) voor de statutaire personeelsleden (tijdelijk en vast benoemd) en de door de HZS zelf betaalde contractuele personeelsleden en de externe lesgevers.

JR - Boekjaar BG - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2016 afwijking afwijking

PERSONEELSKOST : JR - BG

. Personeelskost betaald via AHOVOKS 4.031.961 4.237.814

. Begrote reserve opgenomen in de personeelskost betaald via AHOVOKS

Effectief aangewende reserve in de personeelskost betaald via AHOVOKS

Personeelskost betaald via AHOVOKS (exclusief reserve) 4.031.961 4.237.814 - 205.853 - 4,86 %

. Personeelskost betaald via de instelling 418.319 312.138

. Begrote reserve opgenomen in de personeelskost betaald via de instelling

Effectief aangewende reserve in de personeelskost betaald via de instelling

Personeelskost betaald via de instelling (exclusief reserve) 418.319 312.138 + 106.181 + 34,02 %

Totale personeelskost (exclusief reserve) 4.450.280 4.549.952 - 99.672 - 2,19 %

Verklaring afwijking met cijfergegevens loonkosten betaald via AHOVOS

Page 72: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 41

Ahovoks betaalde € 4.031.961 aan loonkosten. De begroting voorzag een bedrag van € 4.237.814. Dit verschil heeft diverse redenen, zie VTE vergelijking hierboven. De afwijking met de begroting is -2,19% (overschatting) is o.a. te wijten aan een indexering die eerder werd begroot, een ontslag zonder vervanging, een ouderschapsverlof met een contractuele vervanging, een vervanging na pensioen die pas in september startte, een ontslag dat werd vervangen door een contractueel personeelslid (onderschatting loonkost betaald via instelling). Dit geeft een niet uitgave van € 205.853 hetzij -4,86%.

Verklaring afwijking met cijfergegevens loonkosten betaald via eigen sociaal secretariaat hogeschool

De hogeschool betaalde € 418.319 aan loonkosten. De begroting voorzag een bedrag van € 312.138. Dit heeft verschillende redenen en deze houden nauw verband met het verschil met de afwijking op de statutaire loonkost. Een overschatting bij de statutaire loonkost betekent een onderschatting van de contractuele loonkost. Een statutair personeelslid wordt vervangen door een contractueel personeelslid, een statutair personeelslid neemt 2 maanden ouderschapsverlof en wordt vervangen door contractueel personeelslid, halftijds medewerker wetenschappen wordt per 01/10/2016 aangeworven.

Berekening afwijking tussen begroting en realisatie totale loonkosten Het totaal bedrag betaald aan loonkosten is € 4.450.280. Bij de begroting werd een bedrag van € 4.549.952 voorzien. Dit geeft een niet-uitgave van € 99.672 of 2,19% over het totaal van de loonkosten.

Page 73: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 42

9. Sociale balans De sociale balans geeft informatie betreffende tewerkstelling, personeelsverloop, voor de hogeschool. De sociale balans die wordt opgelegd in het kader van de jaarrekening is deze die geldt voor de vzw’s. Deze dient door de vzw’s te worden neergelegd bij de Balans Centrale van de Nationale Bank. Dit geldt niet voor de Publiekrechtelijke Hogescholen. De informatie die wordt aangeleverd, in bijlage gevoegd, is aangeleverd door het sociaal secretariaat SD Worx. Voor de HZS is het departement Onderwijs het sociaal secretariaat voor de statutaire personeelsleden. Voor de contractuele personeelsleden is SDworx het sociaal secretariaat. Omdat het departement Onderwijs deze informatie niet kan aanleveren is enkel deze van SDworx opgenomen in de bijlagen. Hierdoor is de verstrekte informatie fragmentair en dus niet relevant voor de HZS. De sociale balans wordt enkel ter informatie bijgevoegd.

Page 74: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 43

10. Financieel beleid - variatieanalayse

vergelijking (absoluut en procentueel) tussen de gegevens van de jaarrekening 2016 en de begroting 2016

Het totaal van de activa en passiva is € 295.347 lager, m.a.w. 4,58 % lager dan begroot. 1. BALANS NA WINSTVERDELING HORIZONTALE ANALYSE

absolute en relatieve afwijking JR 2016 - BG 2016

ACTIVA codes JR - Boekjaar BG - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2016 afwijking afwijking

VASTE ACTIVA 20/28 2.279.997 2.235.970 + 44.027 + 1,97 %

I. Oprichtingskosten 20 0 + 0

II. Immateriële vaste activa 21 13.415 992 + 12.423 + 1252,31 %

III. Materiële vaste activa 22/27 2.266.582 2.234.978 + 31.604 + 1,41 %

A. Terreinen en gebouwen 22 872.064 877.328 - 5.264 - 0,60 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 22/91 872.064 877.328 - 5.264 - 0,60 %

2. Overige 22/92 0 + 0

B. Installaties, machines en uitrusting 23 919.257 884.917 + 34.340 + 3,88 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 231 919.257 884.917 + 34.340 + 3,88 %

2. Overige 232 0 + 0

C. Meubilair en rollend materieel 24 30.337 48.709 - 18.372 - 37,72 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 241 30.337 48.709 - 18.372 - 37,72 %

2. Overige 242 0 + 0

D. Leasing en soortgelijke rechten 25 0 + 0

E. Overige matriële vaste activa 26 7.120 4.620 + 2.500 + 54,11 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 261 7.120 4.620 + 2.500 + 54,11 %

2. Overige 262 0 + 0

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 27 437.804 419.404 + 18.400 + 4,39 %

IV. Financiële vaste activa 28 0 0 + 0

VLOTTENDE ACTIVA 29/58 3.871.763 4.211.137 - 339.374 - 8,06 %

VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar 40/41 706.981 639.404 + 67.577 + 10,57 %

A. Handelsvorderingen 40 524.970 426.878 + 98.092 + 22,98 %

B. Overige vorderingen 41 182.011 212.526 - 30.515 - 14,36 %

415 0 + 0

VIII. Geldbeleggingen 50/53 0 + 0

IX. Liquide middelen 54/58 2.954.605 3.061.891 - 107.286 - 3,50 %

X. Overlopende rekeningen 490/1 210.177 509.842 - 299.665 - 58,78 %

TOTAAL DER ACTIVA 20/58 6.151.760 6.447.107 - 295.347 - 4,58 %

waarvan niet-rentedragende vorderingen of

gekoppeld aan een abnormaal lage rente

De vaste activa zijn 1,97 % hoger en de vlottende activa 8,06 % lager dan begroot.

De materiële vaste activa stegen 1,41 % meer dan voorzien voor een bedrag van € 31.604. De overlopende rekeningen zijn 58,78%, € 299.665 lager dan begroot (de facturen van stage 2017 werden dit jaar pas in 2017 ontvangen en moesten bijgevolg niet overgedragen worden). De vorderingen op ten hoogste één jaar liggen 10,57 % (€ 67.577) hoger dan begroot. De overige vorderingen betreffen openstaande facturen van beroepsopleidingen per 31/12/2016 (deze werden ondertussen grotendeels al betaald/ontvangen), de nog te ontvangen recuperatie bedrijfsvoorheffing over oktober, november, december 2016. De liquide middelen stegen iets minder dan werd begroot (3,5%).

Page 75: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 44

Aan de passiefzijde is het eigen vermogen 1,37% hoger dan geschat, de voorzieningen zijn 2,20% lager dan begroot en de schulden zijn 19,04% lager dan begroot. 1. BALANS NA WINSTVERDELING HORIZONTALE ANALYSE

absolute en relatieve afwijking JR 2016 - BG 2016

PASSIVA codes JR - Boekjaar BG - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2016 afwijking afwijking

EIGEN VERMOGEN 10/15 4.590.972 4.528.796 + 62.176 + 1,37 %

I. Fondsen van de vereniging 10 1.555.842 1.555.842 - 0 - 0,00 %

A. Beginvermogen 100 1.555.842 1.555.842 - 0 - 0,00 %

B. Permanente financiering 101 0 + 0

III. Herwaarderingsmeerwaarden 12 0 + 0

IV. Bestemde fondsen 13 2.678.805 2.500.000 + 178.805 + 7,15 %

V. Overgedragen winst 140 91.002 65.481 + 25.521 + 38,97 %

Overgedragen verlies (-) 141 0 + 0

VI. Kapitaalsubsidies 15 265.324 407.473 - 142.149 - 34,89 %

VOORZIENINGEN 16 44.500 45.500 - 1.000 - 2,20 %

VII. A. Voorzieningen voor risico's en kosten 160/5 44.500 45.500 - 1.000 - 2,20 %

1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 160 44.500 45.500 - 1.000 - 2,20 %

SCHULDEN 17/49 1.516.288 1.872.815 - 356.527 - 19,04 %

VIII. Schulden op meer dan één jaar 17 416.657 416.657 - 0 - 0,00 %

A. Financiële schulden 170/4 416.657 416.657 - 0 - 0,00 %

1. Achtergestelde leningen 170 0 + 0

2. Niet-achtergestelde obligatieleningen 171 0 + 0

3. Leasingschulden en soortgelijke schulden 172 0 + 0

4. Kredietinstellingen 173 416.657 416.657 - 0 - 0,00 %

IX. Schulden op ten hoogste één jaar 42/48 540.326 855.685 - 315.359 - 36,85 %

A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 42 139.596 139.596 - 0 - 0,00 %

B. Financiële schulden 43 0 0 + 0

1. Kredietinstellingen 430/8 0 + 0

2. Overige leningen 439 0 + 0

C. Handelsschulden 44 171.754 488.031 - 316.277 - 64,81 %

1. Leveranciers 440/4 171.754 488.031 - 316.277 - 64,81 %

2. Te betalen wissels 441 0 + 0

D. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 46 0 + 0

E.45 216.436 224.381 - 7.945 - 3,54 %

1. Belastingen 450/3 3.269 3.093 + 176 + 5,70 %

2. Bezoldigingen en sociale lasten 454/9 213.167 221.288 - 8.121 - 3,67 %

F. Andere schulden 48 12.540 3.677 + 8.863 + 241,04 %

1.480/8 1.788 + 1.788 BG = 0

2. Rentedragend 4890 0 + 0

3. Niet-rentedragend of gekoppeld aan een abnormaal lage rente 4891 10.752 3.677 + 7.075 + 192,42 %

X. Overlopende rekeningen 492/3 559.306 600.473 - 41.167 - 6,86 %

0

TOTAAL DER PASSIVA 10/49 6.151.760 6.447.111 - 295.351 - 4,58 %

Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen

en sociale lasten

Vervallen obligaties, coupons en borgtochten

onttvangen in contanten

Het resultaat en bijgevolg de stijging in de bestemde fondsen zijn wat hoger dan begroot. Het bestemd fonds investeringen dat in 2016 op de jaarrekening staat is volledig bestemd voor het vernieuwbouwproject. De bestemde fondsen Stuvo zijn voor de ondersteuning van de werken van de studentenvoorzieningen. De kapitaalsubsidies worden in resultaat afgeboekt a rato van de gedane afschrijvingen en kapitaalaflossingen van de leningen. De voorziening die werd aangelegd is voor mogelijke regularisaties van wedden in de toekomst.

Page 76: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 45

De schulden op meer dan één jaar zijn correct begroot en de schulden op ten hoogste één jaar ook wat betref de financiële schulden. De schulden konden relatief goed worden begroot omdat we ons konden baseren op de aflossingstabellen. De handelsschulden vielen veel lager uit, dit vooral doordat we de facturen voor de zeilstage allemaal na jaareinde ontvingen. 2. RESULTATENREKENING HORIZONTALE ANALYSE

absolute en relatieve afwijking JR 2016 - BG 2016

codes JR - Boekjaar BG - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2016 afwijking afwijking

I. Bedrijfsopbrengsten 70/74 7.555.998 7.471.795 + 84.203 + 1,13 %

A. Omzet 70 7.059.035 7.191.324 - 132.289 - 1,84 %

B.

71 0 + 0

C. Geproduceerde vaste activa 72 0 + 0

D. Lidgeld, schenkingen, legaten en subsidies 73 493.561 275.471 + 218.090 + 79,17 %

E. Andere bedrijfsopbrengsten 74 3.402 5.000 - 1.598 - 31,96 %

II. Bedrijfskosten (-) 60/64 (7.129.737) (7.174.848) + 45.111 + 0,63 %

A. Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen 60 0 0 + 0

1. Inkopen 600/8 0 + 0

2. Wijzigingen in de voorraad (toename -, afname +) 609 0 + 0

B. Diensten en diverse goederen 61 2.269.116 2.235.981 + 33.135 + 1,48 %

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 62 4.450.280 4.549.952 - 99.672 - 2,19 %

D.

630 400.198 381.915 + 18.283 + 4,79 %

E.

631/4 0 + 0

F.635/8 300 1.300 - 1.000 - 76,92 %

G. Andere bedrijfskosten 640/8 9.843 5.700 + 4.143 + 72,69 %

H.(-) 649 0 + 0

III. Bedrijfswinst (+) 70/64 426.261 296.947

Bedrijfsverlies (-) 64/70 0 0

IV. Financiële opbrengsten 75 2.752 3.952 - 1.200 - 30,36 %

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa 750 0 + 0

B. Opbrengsten uit vlottende activa 751 2.680 3.952 - 1.272 - 32,20 %

C. Andere financiële opbrengsten 752/9 72 + 72 BG = 0

V. Financiële kosten (-) 65 (16.552) (14.018) - 2.534 - 18,08 %

A. Kosten van schulden 650 12.677 12.384 + 293 + 2,37 %

B.651 2.384 + 2.384 BG = 0

C. Andere financiële kosten 652/9 1.491 1.634 - 143 - 8,75 %

VI. Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening (+) 70/65 412.461 286.881

Verlies uit de gewone bedrijfsuitoefening (-) 65/70 0 0

VII. Uitzonderlijke opbrengsten 76 139.064 60.000 + 79.064 + 131,77 %

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten 764/9 139.064 60.000 + 79.064 + 131,77 %

VIII. Uitzonderlijke kosten (-) 66 (317) 0 - 317 BG = 0

A.

660 317 + 317 BG = 0

IX Winst van het boekjaar (+) 70/66 551.208 346.881

Verlies van het boekjaar (-) 66/70 0 0+ 204.327 + 58,90 %

Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeververminde-

ringen op oprichtingskosten, op immateriële en

materiële vaste activa

+ 129.314 + 43,55 %

Waardeverminderingen op andere vlottende activa dan

bedoeld onder II. E (toevoegingen +, terugnemingen -)

+ 125.580 + 43,77 %

Wijziging in de voorraad goederen in bewerking en

gereed product en in de bestellingen in uitvoering

(toename +, afname -)

Afschrijvingen en waardeverminderingen op

oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste

activa

Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in

uitvoering en handelsvorderingen (toevoegingen +,

terugnemingen -)

Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +,

bestedingen en terugnemingen -)

Als herstructureringskosten geactiveerde

bedrijfskosten

De bedrijfsopbrengsten werden begroot met een afwijking van 1,13 %. De werkingsmiddelen en de overige omzetposten zoals studiegelden, opbrengsten onderwijsactiviteiten, sociale toelagen, dienstverlening liggen in lijn met de begroting.

Page 77: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 46

De post lidgelden, schenkingen en subsidies is hoger dan begroot door de in resultaat name van kapitaalsubsidies a rato van de 2 leningen en middelen die we krijgen voor een NATO project. De vrijstelling bedrijfsvoorheffing onderzoekers is hoger door gewijzigde wetgeving waarbij een vrijstelling nu ook voor meer mensen kan aangevraagd worden. Hieronder wordt detail gegeven van de diensten en diverse goederen. Per saldo komen we hier op een meerkost in vergelijking met wat werd begroot van 1,48%. Onderlinge verschuivingen bij boekingen en begroting hebben plaatsgevonden.

Page 78: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 47

Nummer Omschrijving nederlands JR 2016 BG 2016

index 1,0180

610000 Onderhoud gebouwen en instal. 17.715,86 16.448,10

sanering keuken

610050 Onderhoud terreinen, tuinen en parken 14.495,68 15.022,22

610100 Onderhoud didactisch materieel 42.341,93 19.686,54

610101 Stuvo werkveld voeding 11.949,62 8.511,54

610102 Stuvo werkveld huisvesting 0,00 473,34

610103 Stuvo werkveld sociale dienstverlening 33.262,81 30.826,67

610104 Stuvo werkveld medische en psych dienstverlening 0,00 929,58

610105 STUVO werkveld 5 Vervoer 4.039,67 2.023,95

610106 Stuvo werkveld studentenwerking 35.203,88 59.410,03

610107 Stuvo werkveld algemeen 2.500,00 3.589,92

610200 Onderhoud meubilair & inrichting 0,00 0,00

610300 Onderhoud en herstel hardware 0,00 0,00

610350 Onderhoudscontracten/updates software 102.388,28 82.361,87

610400 Onderhoud kantoormachines 0,00 0,00

610500 Onderhoud rollend materieel 856,47 2.267,87

610600 Schoonmaakdiensten en -produkt 124.829,69 128.377,13

610610 Hygiënische voorzieningen 6.661,69 6.344,31

610700 Klein materiaal voor onderhoud 7.231,26 3.500,24

610800 Bewakingsfirma's 0,00 0,00

611000 Publiciteit 10.456,80 13.243,48

611100 Studiegidsen 0,00 0,00

611200 Mailings 0,00 0,00

611300 Relatiegeschenken 1.887,22 1.288,52

611400 Representatie 20.984,48 15.529,37

611410 Beurzen 15.789,62 13.039,04

611420 Sponsering 8.028,42 9.707,27

611500 Recepties & Seminaries 34.044,15 27.162,17

611550 Arbeidsgeneeskunde 2.604,27 2.191,99

611560 Kosten voor medische begeleiding 5.645,43 5.653,27

611600 Lidgelden 6.029,11 5.259,09

611700 Didactisch materiaal 73.248,41 69.221,65

611800 Catering 97.846,17 55.367,52

612000 Kantoorbenodigdheden 21.260,32 14.194,05

612100 Telefoonkosten 12.350,40 8.235,62

612110 GSM 6.497,09 7.163,92

612120 Internet/datalijnen 10.731,39 6.119,67

612200 Drukwerk 11.631,07 10.588,99

612300 Verzending 7.005,49 10.705,69

612400 Fotocopies 0,00 0,00

612500 Computerbenodigdheden 14.339,05 17.646,41

612600 Bijscholing personeel 31.724,46 40.596,85

612650 Eenmalige opleiding 0,00 0,00

612700 Documentatie 0,00 0,00

612800 Academische activiteiten 76.514,50 54.339,28

612810 Didactische uitstappen 93.655,30 188.665,46

612820 Stagekosten 340.350,73 333.568,47

612830 Erasmustoelage 4.706,00 2.000,11

612870 Visitatie's en academisering 7.507,60 3.448,37

612900 Bijdragen werking externe organisaties 65.151,56 46.769,55

612950 ERASMUS 1.000,00 1.678,84

613000 Electriciteit 51.619,26 43.877,29

613100 Water 12.635,03 12.449,79

613200 Gas 9.442,31 0,00

613300 Stookolie 26.735,35 25.552,87

613400 Benzine 337,54 846,03

614000 Huur en -lasten onroerend goed 57.683,32 56.400,00

614100 Huur kantoormachines (kopiërs) 56.580,81 50.732,44

614200 Huur didactisch materieel 0,00

614300 Huur materieel (overige) 1.036,32

614400 Verhuiskosten 0,00

614500 Erfpacht grond 0,00

614600 Verzekeringen algemeen 27.439,36 26.529,27

614610 Verzekering materieel 0,00

614620 Verzekering kantoormachines & hardware 0,00

614630 Verzekering didactisch materieel 2.331,46

614800 Verzekering personeel 0,00

614810 Verzekering studenten 2.859,89

614820 Verzekering jobstudenten 0,00

614830 Verzekering bestuurders 0,00

614840 Verzekering burgerlijke aansprakelijkheid 0,00

615000 Dienstreizen - binnenland 14.407,72 16.902,48

615100 Dienstreizen - buitenland 106.820,87 68.833,10

615200 Reiskosten 5.324,08 12.082,96

615300 Bus & taxi 2.933,80 2.107,05

615400 Transport 1.938,69 0,00

616100 Tijdschriften 20.279,42 15.935,95

616200 Boeken 18.411,08 15.168,82

616300 Losbladige aanvulwerken 563,83 504,87

616400 Databanken en CD-ROM 5.090,00

616500 Specifiek bibliotheekmateriaal 2.780,06 2.520,08

616600 Kaarten 10.162,43 8.104,96

616700 DVD & andere multimedia 0,00

617000 Uitzendpersoneel 0,00

618000 Presentiegelden RvB/departementsraad 9.000,00 9.326,92

618100 Verplaatsing RvB/departementsraad 0,00

619000 Lesopdrachten door derden 92.491,96 126.604,68

619050 Dienstverlening 311.587,84 267.842,95

619100 Erelonen advokaten/deurwaarders 3.398,89 16.047,32

619200 Vergoedingen aan derden 255,79 0,00

619250 Presentiegelden werkgroepen 0,00

619255 Verplaatsing werkgroepen 0,00

619260 Presentiegelden derden (jury's, e.a.) 0,00

619265 Verplaatsing derden (jury's, e.a.) 0,00

619300 Ereloon bedrijfsrevisor 8.712,00 5.210,17

619350 ereloon accountants & belastingconsulenten 5.566,00 0,00

619400 Erelonen archit/studiebureau 0,00 68.926,29

619450 Erelonen andere 7.260,00 4.915,99

619500 voorschot nieuwbouw architecten 0,00

619600 Website 1.197,90 3.895,53

619800 Sociaal secretariaat 11.432,99 13.494,92

619900 Aankoop diensten,werk en studies 7.651,86 6.692,46

Verhuiskosten

2.269.116,07 2.235.980,80

cfr jr 0,0148

Page 79: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 48

De afwijking in de personeelskosten werd eerder besproken. De afschrijvingen werden iets te laag begroot, dit houdt verband met de gedane investeringen die ook wat hoger lagen dan initieel begroot. De andere bedrijfskosten bevatten de afboeking van oude vorderingen, wat niet werd voorzien. De financiële opbrengsten (rente op spaargelden) vielen nog lager uit dan begroot, te verklaren door de algemeen gedaalde marktrente.

vergelijking (absoluut en procentueel) tussen de gegevens van de jaarrekening 2016 en de gegevens van het voorgaande boekjaar (jaarrekening 2015)

1. BALANS NA WINSTVERDELING HORIZONTALE ANALYSE

absolute en relatieve wijziging JR 2016 - JR 2015

ACTIVA codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2015 wijziging wijziging

VASTE ACTIVA 20/28 2.279.997 2.402.885 - 122.888 - 5,11 %

I. Oprichtingskosten 20 0 0 + 0

II. Immateriële vaste activa 21 13.415 7.399 + 6.016 + 81,30 %

III. Materiële vaste activa 22/27 2.266.582 2.395.486 - 128.904 - 5,38 %

A. Terreinen en gebouwen 22 872.064 873.799 - 1.735 - 0,20 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 22/91 872.064 873.799 - 1.735 - 0,20 %

2. Overige 22/92 0 0 + 0

B. Installaties, machines en uitrusting 23 919.257 1.065.621 - 146.364 - 13,74 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 231 919.257 1.065.621 - 146.364 - 13,74 %

2. Overige 232 0 0 + 0

C. Meubilair en rollend materieel 24 30.337 32.041 - 1.704 - 5,32 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 241 30.337 32.041 - 1.704 - 5,32 %

2. Overige 242 0 0 + 0

D. Leasing en soortgelijke rechten 25 0 0 + 0

E. Overige matriële vaste activa 26 7.120 4.620 + 2.500 + 54,11 %

1. Die volle eigendom zijn van de vereniging 261 7.120 4.620 + 2.500 + 54,11 %

2. Overige 262 0 0 + 0

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 27 437.804 419.404 + 18.399 + 4,39 %

IV. Financiële vaste activa 28 0 0 + 0

VLOTTENDE ACTIVA 29/58 3.871.763 3.728.815 + 142.949 + 3,83 %

VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar 40/41 706.981 632.023 + 74.958 + 11,86 %

A. Handelsvorderingen 40 524.970 417.089 + 107.881 + 25,87 %

B. Overige vorderingen 41 182.011 214.934 - 32.924 - 15,32 %

415 0 0 + 0

VIII. Geldbeleggingen 50/53 0 0 + 0

IX. Liquide middelen 54/58 2.954.605 2.597.606 + 356.999 + 13,74 %

X. Overlopende rekeningen 490/1 210.177 499.185 - 289.008 - 57,90 %

TOTAAL DER ACTIVA 20/58 6.151.760 6.131.700 + 20.060 + 0,33 %

waarvan niet-rentedragende vorderingen of

gekoppeld aan een abnormaal lage rente

Het algemeen totaal der activa / passiva € 6.151.760 is 0,33 % of € 20.060 hoger dan in 2015. Het totaal van de vaste activa € 2.279.997 is 5,11 % of € 122.888 lager dan in 2015.

Page 80: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 49

Er werd tijdens het boekjaar 2016 geïnvesteerd in allerlei ICT materiaal, didactisch materiaal en de gemaakte kosten van erelonen vernieuwbouwproject werden geactiveerd.

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

BRUTO-INVESTERINGEN

I. Oprichtingskosten 8002

II. Immateriële vaste activa 802 18.634 2.977

III. Materiële vaste activa 816 258.994 1.050.607

A. Terreinen en gebouwen 14.572

B. Installaties, machines en uitrusting 211.801 624.104

C. Meubilair en rollend materieel 11.722 7.098

D. Leasing en soortgelijke rechten

E. Overige materiële vaste activa 2.500

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 18.399 419.404

IV. Financiële vaste activa 836-858 0 0

A. Verbonden entiteiten

B.

C. Andere financiële vaste activa

Totaal bruto-investeringen 277.628 1.053.583

Andere vennootschappen waarmee een deelnemingsverhouding

bestaat

Het totaal van de vlottende activa € 3.871.763 is 3,83% of € 142.949 hoger dan in 2015.

De vorderingen op ten hoogste één jaar stegen met 11,86% of met € 74.958 ten opzichte van 2015. De vordering op werkingsmiddelen is hoger dan in 2015, de andere vorderingen (openstaand saldo beroepsopleidingen) liggen lager dan in 2015. De liquide middelen vertoonden een stijging van € 356.999. Per 31/12/2016 zijn er geen lopende termijnrekeningen. Al de gelden staan op de zicht en spaarrekening van de HZS en de studentenvoorzieningen (STUVO).

De overlopende rekeningen daalden met € 289.008. 3 van de 4 voorschotfacturen van de zeilstage 2017 zijn gedateerd op 2017, deze kosten moesten daarom niet met overlopende rekeningen worden overgedragen.

Page 81: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 50

PASSIVA codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar Absolute Relatieve

2016 2015 wijziging wijziging

EIGEN VERMOGEN 10/15 4.590.972 4.181.913 + 409.059 + 9,78 %

I. Fondsen van de vereniging 10 1.555.842 1.555.842 + 0 + 0,00 %

A. Beginvermogen 100 1.555.842 1.555.842 + 0 + 0,00 %

B. Permanente financiering 101 0 0 + 0

III. Herwaarderingsmeerwaarden 12 0 0 + 0

IV. Bestemde fondsen 13 2.678.805 2.136.677 + 542.128 + 25,37 %

V. Overgedragen winst 140 91.002 81.922 + 9.080 + 11,08 %

Overgedragen verlies (-) 141 0 0 + 0

VI. Kapitaalsubsidies 15 265.324 407.473 - 142.149 - 34,89 %

VOORZIENINGEN 16 44.500 44.200 + 300 + 0,68 %

VII. A. Voorzieningen voor risico's en kosten 160/5 44.500 44.200 + 300 + 0,68 %

1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 160 44.500 44.200 + 300 + 0,68 %

2. Belastingen 161 0 0 + 0

3. Grote herstellings- en onderhoudswerken 162 0 0 + 0

4. Overige risico's en kosten 163/5 0 0 + 0

B.168 0 0 + 0

SCHULDEN 17/49 1.516.288 1.905.587 - 389.299 - 20,43 %

VIII. Schulden op meer dan één jaar 17 416.657 556.252 - 139.596 - 25,10 %

A. Financiële schulden 170/4 416.657 556.252 - 139.596 - 25,10 %

1. Achtergestelde leningen 170 0 0 + 0

2. Niet-achtergestelde obligatieleningen 171 0 0 + 0

3. Leasingschulden en soortgelijke schulden 172 0 0 + 0

4. Kredietinstellingen 173 416.657 556.252 - 139.596 - 25,10 %

5. Overige leningen 174 0 0 + 0

B. Handelsschulden 175 0 0 + 0

1. Leveranciers 1750 0 0 + 0

2. Te betalen wissels 1751 0 0 + 0

C. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 176 0 0 + 0

D. Andere schulden 179 0 0 + 0

1. Rentedragend 1790 0 0 + 0

2. Niet-rentedragend of gekoppeld aan een abnormaal lage rente 1791 0 0 + 0

3. Borgtochten ontvangen in contanten 1792 0 0 + 0

IX. Schulden op ten hoogste één jaar 42/48 540.326 862.693 - 322.367 - 37,37 %

A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 42 139.596 139.064 + 531 + 0,38 %

B. Financiële schulden 43 0 0 + 0

1. Kredietinstellingen 430/8 0 0 + 0

2. Overige leningen 439 0 0 + 0

C. Handelsschulden 44 171.754 509.184 - 337.431 - 66,27 %

1. Leveranciers 440/4 171.754 509.184 - 337.431 - 66,27 %

2. Te betalen wissels 441 0 0 + 0

D. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 46 0 0 + 0

E.45 216.436 210.685 + 5.752 + 2,73 %

1. Belastingen 450/3 3.269 3.032 + 237 + 7,83 %

2. Bezoldigingen en sociale lasten 454/9 213.167 207.653 + 5.514 + 2,66 %

F. Andere schulden 48 12.540 3.760 + 8.780 + 233,55 %

1.480/8 1.788 1.758 + 30 + 1,71 %

2. Rentedragend 4890 0 0 + 0

3. Niet-rentedragend of gekoppeld aan een abnormaal lage rente 4891 10.752 2.002 + 8.750 + 437,10 %

X. Overlopende rekeningen 492/3 559.306 486.642 + 72.664 + 14,93 %

0 0

TOTAAL DER PASSIVA 10/49 6.151.760 6.131.700 + 20.060 + 0,33 %

Voorzieningen voor schenkingen en legaten met

terugnemingsrecht

Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen

en sociale lasten

Vervallen obligaties, coupons en borgtochten

onttvangen in contanten

Aan de passiefzijde is het eigen vermogen met 9,78% gestegen ten opzichte van boekjaar 2015 en de schulden zijn 20,43% lager dan in 2015. Er werden geen nieuwe leningen aangegaan in 2016 en er werden tijdens 2016 € 139.064,19 kapitaalaflossingen gedaan.

Het eigen vermogen steeg met 9,78 % of met € 409.059 ten opzichte van 2015.

Page 82: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 51

Dit is te wijten aan de grote toewijzing die we konden doen aan het bestemd fonds dankzij van het positieve resultaat.

De overlopende rekeningen stegen met 14,93% of met (€ 72.664) ten opzichte van 2015. Dit betreft ontvangen studiegelden die worden overgedragen naar 2017 volgens de 1/3de 2/3de regeling. Ook andere cursussen die over het jaareinde verder lopen worden naar de juiste periode toegewezen via deze overlopende rekeningen.

een uitgebreide verklarende commentaar bij de onderlinge verschillen.

De stijging in de liquide middelen is te wijten aan het zuinig beleid dat de HZS met het oog op het vernieuwbouwproject voert. Het bestemd fonds investeringen dat in 2016 op de jaarrekening staat is volledig bestemd voor het vernieuwproject. De bestemde fondsen Stuvo dienen te worden aangewend voor de werking van de studentenvoorzieningen. De voorziening die werd aangelegd is voor mogelijke regularisaties van wedden in de toekomst en bedraagt 1% van de loonkost van 2016. De schulden op meer dan één jaar daalden omdat er enkel aflossingen werden gedaan van de twee bestaande leningen en geen nieuwe kredieten werden aangegaan. De daling van de overlopende rekeningen op het actief is toe te wijzen aan het feit dat 3 van de 4 facturen voor de bootstage 2017 allen in 2017 kwamen en dus de kosten niet via overlopende rekeningen moeten overgedragen worden. Stuvo draagt ook de kost van de nog niet verdeelde drinkbussen over naar volgend jaar. In 2017 werden ook nog een verkoopfactuur voor dienstverlening opgemaakt voor academiejaar 2016-2017, die met de overlopende rekeningen voor een gedeelte aan 2016 werden toegewezen. De daling van de schulden op meer dan 1 jaar komt doordat er geen nieuwe lening werd aangegaan. De overlopende rekeningen van de passiefzijde stegen ten opzichte van 2015 doordat er meer ontvangen studiegelden dienden te worden overgedragen naar 2017 volgens de 1/3de 2/3de regeling.

Page 83: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 52

11. Investerings- en financieringsbeleid Commentaar op het investerings- en financieringsbeleid van het afgelopen boekjaar

Belangrijke investeringen voor de HZS die in 2016 plaatsvonden zijn:

B. installaties, machines en uitrusting : er werd voor € 211.801 nieuwe investeringen gerealiseerd, waarvan de belangrijkste zijn:

€ 88.891, ICT materiaal Dimension Data

€ 15.515 levering zoutkast

€ 12.440 aankoop didactisch materiaal filtersysteem

€ 15.111,16 Priminfo computers

C. meubilair en rollend materiaal : aangroei van € 11.721, dit betreft oa:

€ 2.500 aankoop foto’s Wim Tellier project

€ 4.093 aankoop stuvo gekoelde werktafel

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen, hier werden de gemaakte kosten van erelonen mbt het vernieuwbouwproject op geactiveerd. Deze worden pas vanaf oplevering van het project afgeschreven. € 18.399,25.

De investeringen die niet werden gefinancierd door kapitaalsubsidies gebeurden met eigen middelen. Er werd in 2016 voor een totaal van € 277.628 geïnvesteerd, waarvan € 4.093 door stuvo.

Page 84: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 53

codes JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

BRUTO-INVESTERINGEN

I. Oprichtingskosten 8002

II. Immateriële vaste activa 802 18.634 2.977

III. Materiële vaste activa 816 258.994 1.050.607

A. Terreinen en gebouwen 14.572

B. Installaties, machines en uitrusting 211.801 624.104

C. Meubilair en rollend materieel 11.722 7.098

D. Leasing en soortgelijke rechten

E. Overige materiële vaste activa 2.500

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 18.399 419.404

IV. Financiële vaste activa 836-858 0 0

A. Verbonden entiteiten

B.

C. Andere financiële vaste activa

Totaal bruto-investeringen 277.628 1.053.583

FINANCIERING

I. Eigen middelen 103.067 479.022

II. Vreemde middelen 400.000

III. Kapitaalsubsidies 174.561 174.561

IV. Andere

Totaal financiering 277.628 1.053.583

Andere vennootschappen waarmee een deelnemingsverhouding

bestaat

In het boekjaar werden geen nieuwe leasingcontracten afgesloten. De kapitaalsubsidies werden volledig besteed. Bij de Raad van Toezicht van 24 oktober 2016 werd een begrotingswijziging goedgekeurd. De belangrijkste wijziging betrof de vermindering van de kosten diensten en diverse goederen met de geplande uitgaven erelonen architecten vernieuwbouwproject ad € 300.000.

Page 85: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 54

12. Cashflow EVOLUTIE VAN DE THESAURIEPOSITIE VAN DE HOGESCHOOL De cashflowanalyse werd gedaan volgens het schema artikel 4 van het BVR van 21 december 2007 betreffende de begroting en de personeelsformatie voor de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap. De liquide middelen bedragen op 31/12/2016 € 2.954.605,25. Ten overstaan van vorig boekjaar is er een stijging van 13,74% of € 356.999. In vergelijking met de begroting van 2016 is er een afwijking van 3,5% of € 107.286. De cashflow van het boekjaar is positief en bedraagt € 635.313. Ten overstaan van vorig jaar is er een daling van de netto cashflow met 45,04 % of € 451.703. In 2015 bedroeg de cashflow van het boekjaar € 1.002.911, in 2015 werd de grote onteigeningsvergoeding voor Campus Zuid ontvangen.

JR - Boekjaar JR - Boekjaar

(eenheden euro) 2016 2015

LIQUIDITEITSBRONNEN EN -AANWENDING - CASHFLOW

Winst/Verlies van het boekjaar (+/-) 551.208 1.002.911

+ Afschrijvingen (+) 400.198 408.376

+ Overige niet-kaskosten (+) 617 800

- Niet-kasopbrengsten (+) 316.710 234.321

(+ -)Cashflow van het boekjaar (1) 635.313 1.177.766

(+ -)Mutatie werkingsmiddelen (na correctie waardeverminderingen) (2) (35.652) 94.719

- Investeringen (inbegrepen FVA en vorderingen > 1 jaar) (+) 277.628 1.053.583

+ Desinvesteringen (inbegrepen FVA en vorderingen > 1 jaar) (+) 206.900

(+ -)Netto-investeringen (3) (277.628) (846.683)

+ Nieuwe leningen (+) 380.317

- Aflossingen (+) 139.596 139.064

(+ -)Netto-ontleningen (4) (139.596) 241.253

(+ -)Overige (o.a. kapitaalsubsidies) (5) (+) 174.561 174.561

(+ -)Netto-cashflow (6) = (1) + (2) + (3) + (4) + (5) 356.999 841.616

Geldbelegging + Liquide middelen begin periode (7) 2.597.606 1.755.990

Geldbelegging + Liquide middelen einde periode (6) + (7) 2.954.605 2.597.606

Page 86: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 55

13. Belangrijke projecten en activiteiten FINANCIELE WEERSLAG VAN BELANGRIJKE PROJECTEN EN ACTIVITEITEN DIE TIJDENS HET AFGELOPEN BOEKJAAR WERDEN ONTWIKKELD Belangrijke investeringen voor de HZS die in 2016 plaatsvonden zijn:

B. installaties, machines en uitrusting : er werd voor € 211.801 nieuwe investeringen gerealiseerd, waarvan de belangrijkste zijn:

€ 88.891, ICT materiaal Dimension Data

€ 15.515 levering zoutkast

€ 12.440 aankoop didactisch materiaal filtersysteem

€ 15.111,16 Priminfo computers

C. meubilair en rollend materiaal : aangroei van € 11.721, dit betreft oa:

€ 2.500 aankoop foto’s Wim Tellier project

€ 4.093 aankoop stuvo gekoelde werktafel

F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen, hier werden de gemaakte kosten van erelonen mbt het vernieuwbouwproject op geactiveerd. Deze worden pas vanaf oplevering van het project afgeschreven. € 18.399,25.

In de begroting werden € 215.000 investeringen voorzien, er werd in 2016 voor € 277.628 geïnvesteerd.

Page 87: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 56

14. Ratio’s RATIOANALYSE

berekening van de liquiditeitsratio’s De liquiditeit geeft aan in welke mate een onderneming haar lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. De netto werkingsmiddelen zijn ten overstaan van vorig jaar gestegen met € 759.928 tot het bedrag van € 3.156.110. In 2014 bedroegen de netto werkingsmiddelen 1.720.276 €. De quick ratio, of acid test ratio, is een kengetal om de financiële toestand en specifiek de liquiditeit van een bedrijf te meten. Het geeft de mate aan waarin de verschaffers van het kort vreemd vermogen uit de vlottende activa kunnen worden betaald. De quick ratio is voor 2016 6,59 - een stijging ten overstaan van 2015 (3,70). In 2014 was de quick ratio 3,22. Een gezonde waarde moet minimaal 1 zijn. De liquiditeit van de werkingsschulden is voor 2016, 28 dagen, terwijl dit voor 2015, 87 dagen was. De rekeningen worden normaal betaald op 30 dagen. Per 31/12/2016 is het leverancierssaldo lager doordat de 3 van de 4 facturen van de stage 2017 na jaareinde werden ontvangen in tegenstelling tot het jaar 2015. In 2014 was de liquiditeit van de werkingsschuld 75 dagen.

JR - Boekjaar JR - Boekjaar JR - Boekjaar

2016 2015 2014

FINANCIËLE RATIO'S - Liquiditeitsratio's

1. Netto werkingsmiddelen 3.156.110 2.396.182 1.720.276

Beperkt vlottende activa Balans |40/41| 706.981 759.928

+ Balans |50/53| 0

+ Balans |54/58| 2.954.605

+ Balans |491| 58.764

Vreemd vermogen op korte termijn - Balans |42| (139.596)

- Balans |43| 0

- Balans |44| (171.754)

- Balans |45| (216.436)

- Balans |46| 0

- Balans |48| (12.540)

- Balans |492| (23.914)

2. Quick ratio 6,59 3,70 3,22

Teller 3.720.350

Noemer 564.240

Beperkt vlottende activa Balans |40/41| 706.981

+ Balans |50/53| 0

+ Balans |54/58| 2.954.605

+ Balans |491| 58.764

Vreemd vermogen op korte termijn Balans |42| 139.596

+ Balans |43| 0

+ Balans |44| 171.754

+ Balans |45| 216.436

+ Balans |46| 0

+ Balans |48| 12.540

+ Balans |492| 23.914

3. Liquiditeit van de werkingsschulden 28 dagen 87 dagen 75 dagen

Teller 62.690.093

Noemer 2.269.116

Werkingsschulden op ten hoogste één jaar x 365 Balans |44| 171.754

x 365 62.690.093

Inkopen inclusief BTW RR |600/8| 0

+ RR |61| 2.269.116

T

N

T

N

Page 88: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 57

Berekening van de rentabiliteitsratio’s De nettomarge voor het jaar 2016 is 5,64% tegenover 4,27% in 2015 en 4,30% in 2014.

De cashflow van het boekjaar tegenover de werkingsuitkeringen is 11,50% t.o.v. 21,63% voor 2015 en 8,56% in 2014. De cashflow is positief en wijst op een gezonde financiële toestand.

facultatief in te vullen

JR - Boekjaar JR - Boekjaar JR - Boekjaar

2016 2015 2014

FINANCIËLE RATIO'S - Resultatenratio's

1. Netto marge (1) 5,64% 4,27% 4,30%

Bedrijfswinst/-verlies T RR |70/64| of RR |64/70| 426.261

Bedrijfsopbrengsten N RR |70/74| 7.555.998

2. Netto marge (2) 5,46% 4,11% 4,20%

Winst/Verlies uit de gewone bedrijfsuitoefening T RR |70/65| of RR |65/70| 412.461

Bedrijfsopbrengsten N RR |70/74| 7.555.998

3. Netto marge (3) 7,29% 13,77% 5,05%

Winst/Verlies van het boekjaar T RR |70/66| of RR |66/70| 551.208

Bedrijfsopbrengsten N RR |70/74| 7.555.998

4. Bedrijfwinst/-verlies tegenover werkingsuitkeringen 7,72% 5,71% 5,56%

Bedrijfswinst/-verlies T RR |70/64| of RR |64/70| 426.261

Werkingsuitkeringen N RR |700| 5.523.728

5. Cashflow van het boekjaar tegenover werkingsuitkeringen 11,50% 21,63% 8,56%

Cashflow van het boekjaar T 635.313

Werkingsuitkeringen N RR |700| 5.523.728

Page 89: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 58

berekening van de solvabiliteitsratio’s De graad van financiële onafhankelijkheid is 74,63 % tegenover 68,20 % in 2015 en 66,56 % in 2014. Deze stijging komt er dankzij de ontvangen kapitaalsubsidies, het positief resultaat en de hoge bestemde fondsen.

ACTIVA PASSIVA

Vaste Activa 2.279.996 (2.402.885 – 2015)

Eigen vermogen 4.635.472 (4.266.112 -2015)

Vlottende activa 3.871.763 (3.728.814 -2015) Vreemd vermogen

1.516.288 (1.905.586 -2015)

De algemene schuldgraad is gedaald tot 34% t.o.v. 46,62% voor het boekjaar 2015. Er werden in 2016 geen nieuwe leningen aangegaan en het openstaande saldo leveranciers is lager dan in 2015. In 2014 bedroeg de algemene schuldgraad nog 50,24%.

JR - Boekjaar JR - Boekjaar JR - Boekjaar

2016 2015 2014

FINANCIËLE RATIO'S - Sovabiliteitsratio's

1. Graad van financiële onafhankelijkheid 74,63% 68,20% 66,56%

Eigen vermogen T Balans |10/15| 4.590.972

Totaal der passiva N Balans |10/49| 6.151.760

2. Algemene schuldgraad 34,00% 46,62% 50,24%

Teller 1.560.788

Noemer 4.590.972

Vreemd vermogen Balans |16| 44.500

+ Balans |17/49| 1.516.288

Eigen vermogen N Balans |10/15| 4.590.972

3. Dekkingsratio van het vreemd vermogen op lange termijn door de cashflow 137,77% 196,15% 130,37%

Teller 635.313

Noemer 461.157

Cashflow van het boekjaar T 635.313

Voorzieningen Balans |16| 44.500

Schulden op méér dan één jaar + Balans |17| 416.657

4. Omgekeerde van de dekkingsratio van het vreemd vermogen op lange termijn door de cashflow9 maanden 6 maanden 9 maanden

72,59% 50,98% 76,70%

Teller 461.157

Noemer 635.313

Voorzieningen Balans |16| 44.500

Schulden op méér dan één jaar + Balans |17| 416.657

Cashflow van het boekjaar N 635.313

T

N

T

Page 90: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 59

Nieuwe ratio is de autofinancieringsmarge of het verschil tussen het exploitatiesaldo en de aflossingen van de leningen. Het is de indicatie of de Hogeschool op een structurele manier in evenwicht is en geeft aan of de leningslast gedragen kan worden met het overschot van de gewone werking. Zoals blijkt uit onderstaande tabel stijgt de autofinancieringsmarge jaarlijks.

5. Autofinancieringsmarge 497.372 471.704 398.342

Exploitatieontvangsten RR |70/74| 7.555.998 7.281.091 7.056.096 - RR |7360| TRc -

10 (177.646) (154.637) (124.097)

Exploitatieuitgaven - RR |60/64| (7.129.737) (6.970.412) (6.752.562) + RR |630| 400.198 408.376 294.780 + RR |631/4| 0 0 + RR |635/8| 300 800 100

Aflossingen van leningen

- Aflossingen op Ba |42| TRc - 7 (139.064) (79.683) (60.000)

in de loop van het boekjaar

- Aflossingen op Ba |43| TRc - 7 0 0

- Vervroegde aflossing op Ba |17|

TRc - 7 0 0

Kosten van schulden - RR |650| (12.677) (13.829) (15.976)

commentaar die inzicht verschaft in de financiële toestand en de evolutie tijdens de laatste 3 boekjaren

Vanaf 2009 is de Hogeschool autonoom geworden en nadien publiekrechtelijk. Dit was een overgangsjaar, omdat pas in de loop van dat jaar het decreet betreffende de Hogere Zeevaartschool van kracht is geworden. Sedert 2010 stijgen de netto werkingsmiddelen, stijgt de quick ratio en daalt de liquiditeit van de werkingsschulden. De graad van financiële onafhankelijkheid stijgt en de algemene schuldgraad daalt. Ondanks de opgelegde besparingen van de overheid wordt de financiële toestand van de HZS jaar na jaar sterker, steunend op het gevoerde beleid in de loop der jaren.

Page 91: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 60

15. Enveloppe 2016

Definitieve cijfers werden medegedeeld per mail op 11 mei 2016.

1. Werkingsuitkeringen 700 5.523.728

. Effectieve werkingsmiddelen 700000 4.736.000

. Aanvullende onderzoeksmiddelen (AOM) 700020 785.227

. Specifieke lerarenopleiding (SLO) 700030

. Bevallingsverlof 700070

. Toelage HBO5 - opleidingen

. Bijkomende financiering beurs

. Terugvorderingsbrieven centraal fonds 700100

. Rekening 120 centraal fonds 700101

. Recuperatiefonds - Kiné centraal fonds 700102

. Vormingsfonds 700300 2.501

. Anciënniteitstoelage - CAO III 7.3

. Toevoeging aan werkingsuitkering hogeschool (Codex HO - Art. III.25§3)

.

. Kindergeld (Hogere Zeevaartschool)

. Overige 700900 0

- Brusselmiddelen

- Islamleerkracht

- Andere

Uitbetaling in 4 schijven: 1ste begin januari: € 151.108,90 dd 29/01/2016 2de einde maart: € 113.331,68 dd 29/03/2016 3de einde juni: € 151.108,90 dd 28/03/2016 Saldo begin 2017: € 287.617,92 dd 16/01/2017 Eigenaarsonderhoud en investeringsbijdrage: 194.000 Uitbetaling in 4 schijven op het einde van het kwartaal

---------------------------------- Detail eigenaarsonderhoud en investeringsbijdrage:

a. € 174.561 voor investeringsmiddelen (kapitaalsubsidies) b. € 19.439 voor eigenaarsonderhoud

----------------------------------

Page 92: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarrekening 2016 – HZS 61

16. Initiële enveloppe 2017

Cijfers werden medegedeeld per mail op 5 juli 2016.

Werkingsenveloppe Hogere Zeevaartschool 4.883.000 euro

Investeringen en eigenaarsonderhoud 194.000 euro

Middelen praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek

16.391 euro

Academiseringsmiddelen 895.791 euro

Stuvo middelen 127.826 euro

TOTAAL 6.117.008 euro

Page 93: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

DEEL II

Gedetailleerde informatie

Overzicht bijlagen

Bijlagen 1 en 2 onderwijs en reglementen zie www.hzs.be (cfr. rondzendbrief van de minister van 21 februari 2011)

Bijlage 3 A Personeelsbestand

Bijlage 3 B Personeel, promoties

Bijlage 3 C Personeelsverloop

Bijlage 4 A Intern reglement overhead

Bijlage 4 B Overzicht dienstverlening

Bijlage 5 Taalverslag

Bijlage 6 Vormingsfonds

Bijlage 7 Protocol Wervings-, selectie- en bevorderingsreglement Protocol Benoemingsreglement Protocol Personeelsformatie

Page 94: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Bijlage 3A

Personeelsbestand HZS - 2016

Opsplitsing naar departement en studiegebied

Slechts één departement en één studiegebied: totaal aantal personeelsleden: 77 Opsplitsing naar geslacht

Mannelijke personeelsleden: 50 Vrouwelijke personeelsleden: 27 Opsplitsing van de statutaire personeelsleden naar financiering

Eigen middelen: 10 Werkingsmiddelen: 67 Opsplitsing van de personeelsleden naar administratieve toestand

Contractueel: 10 Statutair tijdelijk: 17 Statutair vast benoemd: 50 Opsplitsing van het onderwijzend personeel naar ambt

Assistent: 13 ATP A21: 3 ATP A22: 3 ATPA32: 2 ATP B21: 1 ATP B22: 2 ATP B32: 2 ATP C11: 2 ATP D11: 1 ATP D12: 3 ATP D22: 1 Docent: 21 Hoofddocent: 1 Hoofdlector: 1 Hoofdpraktijklector: 1 Hoogleraar: 4 Lector: 8 Praktijkassistent: 3 Praktijklector: 4 Studiemeester: 1 Werkleider: 3

Page 95: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Leeftijdsstructuur van het personeel

≥ 60 jaar 10 < 60 jaar en ≥ 50 jaar 14 < 50 jaar en ≥ 40 jaar 26 < 40 jaar en ≥ 30 jaar 24 < 30 jaar en ≥ 20 jaar 3

0 5 10 15 20 25 30

< 30 jaar en > of = 20

jaar

<40 jaar en > of = 30

jaar

< 50 jaar en > of = 40

jaar

< 60 jaar en > of = 50

jaar

> of = 60 jaar

Page 96: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Bijlage 3B

Personeelsbestand HZS – Gemiddelde anciënniteit bij promoties - 2016 Er zijn geen bevorderingen geweest in 2016.

Bijlage 3C

Personeelsverloop HZS 2016

Ontslag genomen 1

Ontslagen 0

Overleden 0

Pensioen 3

TBS persoonlijke aangelegenheden (niet uit dienst)

0

TBS ziekte -

TBS 55+ deeltijds 0

TBS 58+ voltijds 0

Einde tijdelijk contract 1

Totaal uit dienst getreden 5

Totaal in dienst getreden 4

Page 97: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Bijlage 4A

Intern reglement overhead

Rechtsgrond Deze regeling geeft uitwerking aan art. 8 van het decreet van 22 februari 1995 betreffende de wetenschappelijke of de maatschappelijke dienstverlening door de universiteiten of hogescholen en betreffende de relaties van de universiteiten en de hogescholen met andere rechtspersonen. Internationalisering wordt als een vorm van maatschappelijke dienstverlening beschouwd. De activiteiten van de Hogere Zeevaartschool die worden gefinancierd met externe middelen worden in toenemende mate belangrijk. Dit heeft gevolgen voor de werking en het beleid van de Hogere Zeevaartschool. Dit impliceert dat de Hogere Zeevaartschool een regeling uitwerkt betreffende de centrale beheerskosten en de algemene exploitatiekosten(overhead). Algemene Bepalingen

1. Toepassingsgebied: elke vorm van externe financiering van wetenschappelijke activiteiten, onderzoek, dienstbetoon en internationalisering valt onder de overheadregeling, behoudens de hieronder specifiek vermelde uitzonderingen. De overhead wordt berekend als een forfaitair percentage, zowel op personeelskosten, apparatuurkosten als op werkingskosten. De overhead wordt door de Hogere Zeevaartschool ingehouden als minimum vergoeding voor de terbeschikkingstelling van haar algemene infrastructuur en diensten en voor kosten die voortvloeien uit de uitvoering van de overeenkomsten maar niet éénduidig door de hogeschool bepaald of gemeten kunnen worden. Het gebruik ervan dient niet door verantwoordingsstukken te worden bewezen. De overheadregeling is van kracht zodra ofwel personeel en/of infrastructuur en/of knowhow van de Hogere Zeevaartschool wordt ingezet of gebruikt.

2. Definitie: Overhead, of vergoeding voor de centrale beheerskosten en de algemene exploitatiekosten

van de hogeschool bij de uitvoering van wetenschappelijke activiteiten of activiteiten van maatschappelijke dienstverlening en internationalisering, betreft kosten die niet door afzonderlijke bewijsstukken moeten worden gestaafd. Met andere woorden overhead betreft het doorrekenen van de indirecte kosten van onderzoeks- of dienstverleningsprojecten, ook wel genoemd ‘kosten eigen aan een project’. Deze kosten zouden zonder een gegeven project onbestaande zijn. Indirecte kosten situeren zich op het vlak van ruimte, administratie en beheer, enz. Duidelijke voorbeelden zijn onder meer kosten van verwarming, elektriciteitsverbruik, bezetting en gebruik van lokalen, maar ook van de noodzakelijke bijkomende personeelsinzet voor de ontwikkeling, opvolging, afhandeling alsook het personeels- en financieel beheer van het project. De heffing is forfaitair omdat een meting van de direct door het project veroorzaakte extra kosten niet mogelijk of inefficiënt is. De compensatie ten laste van het project van de veroorzaakte indirecte kosten voor de instelling staat ook los van de directe werkingskosten van het project die doorgaans apart zijn begroot.

3. Percentage: in principe wordt een overhead aangerekend van tenminste 17 pct. op alle

ontvangsten, behalve voor de gevallen waarvoor een afwijking kan gelden. Mogelijke afwijkingen worden onder punt 5 bepaald.

4. Betwistingen: worden voorgelegd aan de algemeen directeur en het bestuurscollege.

5. Afwijkingen: een verminderd tarief of een vrijstelling van overhead kan in onderstaande gevallen

worden toegepast bij beslissing van het bestuurscollege. 5.1 Vrijstelling van inning van overhead

Page 98: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Voor reisbeurzen en vergoedingen voor reis- en verblijfskosten in het kader van de bilaterale en de multilaterale samenwerking.

Voor projecten gefinancierd vanuit Kredieten voor Wetenschappelijke Onderzoek van de Vlaamse Gemeenschap.

1 Opdrachten uitgeschreven door ministeriële kabinetten, Administraties van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en gedecentraliseerde overheden zoals provincies, steden en gemeenten.

2 Volgende onderzoeksopdrachten: studie-opdrachten op ministerieel initiatief onderzoek in het kader van Vlaamse impulsacties of -programma's IWT-onderzoeksprojecten Onderwijskundig beleids- en praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek Vlaamse openbare, semi-private en pararegionale instellingen Vlaamse wetenschappelijke instellingen Vlaamse Beleidssteunpunten .

Voor projecten gefinancierd vanuit Kredieten voor Wetenschappelijke Onderzoek van de Federale Overheid

1 Opdrachten uitgevoerd in opdracht van de diensten van federaal wetenschapsbeleid. 2 Opdrachten uitgevoerd in opdracht van parastatale instellingen

Opdrachten uitgeschreven door ministeriële kabinetten, Administraties van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en gedecentraliseerde overheden zoals provincies, steden en gemeenten.

Vlaamse overheidsinstellingen zoals daar zijn DAB Vloot, DAB Loodswezen, enz.

Federale overheid zoals daar is de Federale Overheid Mobiliteit, enz.

Vrijstellingen opgelegd door andere overheden

Indien de opdracht afkomstig is van instellingen en rechtspersonen waarmee de HZS een geprivilegieerde relatie heeft

partners in de AUHA (in het kader academiseringsprojecten) socio en culturele maritieme relaties zoals daar zijn Koninklijk Belgisch

Zeemanscollege, Argonaut, Nautical Institute, maritieme en nautische opleidingscentra met vestigingen in België, enz.

Alle andere gevallen mits expliciet schriftelijke verzoek met motivering

5.2 Verminderde inning van overhead Voor de uitvoering van een overeenkomst uitgevoerd in onderaanneming: de

overheadregel opgelegd door de oorspronkelijke opdrachtgever aan de primaire opdrachtnemer wordt aanvaard

Indien ingeschreven wordt op een oproep waarbij een afwijkende regeling op de overhead werd aangekondigd en deze afwijkende regeling werd aanvaard en/of een afwijkende regeling op de overhead wordt opgelegd

Voor contractinkomsten vanuit EU buiten kaderprogramma en contractinkomsten vanuit EU of Vlaamse Gemeenschap in het kader van Erasmus, Tempus, Socrates, Lingua, … wordt het contractueel vastgelegde overheadpercentage aanvaard

Voor contractinkomsten vanuit internationale instellingen zoals daar zijn IMO, ontwikkelingsbanken, enz… wordt het contractueel vastgelegde overheadpercentage aanvaard

Alle andere gevallen mits expliciet schriftelijke verzoek met motivering

Page 99: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Bijlage 4B Overzicht dienstverlening in 2016:

Refresher courses:

10x Medical care refresher 23x personal survival techniques 16x advanced fire fighting 16x proficiency in survival craft and rescue boat 7x Combi refreshers URS

Verhuur infrastructuur aan CVO (15 halve dagen), MDK Loodswezen (24 hele dagen), GO

De Scheepvaartschool (9 halve dagen), NaviClass (4 hele dagen)

STCW management opleiding

Commerciële Yachting:

o 2x opleiding 500 GT (unlim + 200NM)

o 2x opleiding 200 GT

AB Deck rating Brabo: 2x

High Voltage open cursus: 8x

Ecdis open cursus: 6x

GMDSS open cursus: 4x ROC, 2x GOC

MRM + Crisis and crowd: 4x

ISPS

o Security for all: 10x

o Designated duties: 3x

o SSO/CSO: 2x

CVM – élèves pilotes

Radar/Arpa AII/2

Advanced Gas Ahlers

Mooring Deme

Ijsnavigatie Sea Tankers Bordeaux

Bijlage 5

Page 100: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Bijlage 5

Verslag inzake het gebruik van de onderwijstaal in de Hogere Zeevaartschool (art. II.261 Codex Hoger Onderwijs van 20/12/2013) Ref. HZS-BW-C213-984

1. Doelstellingen en rechtsgrond

De bestuurstaal in de Hogere Zeevaartschool is het Nederlands. Bron: art. II.261 Codex Hoger Onderwijs van 20/12/2013.

De onderwijstaal in de Hogere Zeevaartschool: Nederlands + Frans. Bron: art. II.261 §5 Codex Hoger Onderwijs van 20/12/2013.

Besluit: Het is de doelstelling van de HZS om onderwijs aan te bieden in het Nederlands en het Frans. Aan de Nederlandstalige studenten wordt enkel onderwijs aangeboden in het Nederlands en de Franstalige studenten krijgen enkel Franstalig onderwijs aangeboden.

Er zijn ook anderstalige opleidingsonderdelen waarvoor de instelling kan aantonen dat de andere taal een meerwaarde voor de student en de functionaliteit van de opleiding meebrengt: Motivering: in de scheepvaart is de voertaal Engels. Alle communicatie, zowel mondeling als schriftelijk (scheepsdocumenten, naslagwerken enz…) gebeurt in het Engels. Om de functionaliteit van de opleiding te garanderen en de studenten grondig voor te bereiden op het beroepsleven is het dan ook noodzakelijk om bepaalde opleidingsonderdelen in het Engels te doceren. Deze opleidingsonderdelen worden achteraan het verslag opgesomd (zie 4. Lijst anderstalige opleidingsonderdelen).

2. Voorwaarde inzake kwaliteit en democratisering

2.1. Onderwijzend personeel

Voor het behalen van de ERK C1 Frans en Engels worden i.s.m. een externe organisatie taalcursussen op maat georganiseerd voor het onderwijzend personeel.

Aantal Nederlandstalige (gast)docenten die opleidingsonderdelen of delen van opleidingsonderdelen in een andere taal doceren: Nautische Wetenschappen: 10 NW-Scheepswerktuigkunde: 1

2.2. Studenten 2.2.1. Taalkennis andere taal

Studenten kunnen hun taalkennis testen via studiemateriaal dat voorzien is in de bibliotheek van de HZS. Dit betreft bijvoorbeeld “Marlins English for Seafarers Study Pack” (boek + CD-rom) en “The International Maritime Language Programme: An English Course for students at Maritime Colleges and for on-board training” (boek + CD-rom). Naast het studiemateriaal dat specifiek gericht is op maritiem Engels, zijn er ook algemene werken over Engelse grammatica, schrijfstijl enz.

2.2.2. Taalbegeleidingsmaatregelen

Vanaf de eerste Bachelor wordt er een Refresher Course English georganiseerd door de HZS, die bestaat uit 24 lesuren.

2.2.3. Aangepaste voorzieningen

De dienst Studentenvoorzieningen komt tegemoet in de onkosten van de organisatie van externe taalcursussen.

Het studiemateriaal waar de bibliotheek over beschikt (zie 2.2.1.), kan kosteloos geraadpleegd en/of ontleend worden.

2.2.4. Examen in het Nederlands afleggen

Geen enkele HZS-student heeft reeds gebruik gemaakt van het recht om een examen van een AOO in het Nederlands af te leggen (zie 4.2.).

De procedure om dit aan te vragen, is opgenomen in het Onderwijs- en examenreglement van de HZS.

3. Gedragscode

Page 101: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

De gedragscode zoals omschreven in artikel II.272 is opgenomen in het Onderwijs- en examenreglement van de HZS en wordt ter beschikking gesteld op de homepagina van de website van de HZS (www.hzs.be). Het reglement kan worden geraadpleegd bij de brochures en documenten onder het menu “Inschrijvingen & Info” < “Brochures en documenten”/ “Inscriptions & info” < “Brochures et documents”.

Nederlandstalige versie: https://www.hzs.be/images/documenten/OER_NL_1617.pdf

Franstalige versie: https://www.hzs.be/images/documenten/OER_FR_1617.pdf

4. Lijst anderstalige opleidingsonderdelen Bacheloropleidingen: Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Maritime Resource Management (MRM) – is een element van het opleidingsonderdeel “Navigatieproblematiek” (deel 3)

- Fast Rescue Boat is een opleidingsonderdeel

- Informatics in a maritime context is een opleidingsonderdeel

- Propulsion part 1 theory – is een element van het opleidingsonderdeel “Propulsion part 1”

- Ship’s construction (part 2) – is een element van het opleidingsonderdeel “Thermodynamica & Ship’s construction (part 2)”

Bachelor in de Scheepswerktuigkunde: - Maritime Resource Management MRM & MRM-CC is een opleidingsonderdeel

Masteropleidingen: Master in de nautische wetenschappen Verplichte opleidingsonderdelen:

- Ship’s Exploitation (Part 2) is een opleidingsonderdeel - Supply Chain Management I is een opleidingsonderdeel - MRM- Crisis and Crowd management is een element van het opleidingsonderdeel Communicatiestrategieën - Propulsion (part 2) theory – is een element van het opleidingsonderdeel Propulsion (Part 2)

Keuze opleidingsonderdelen:

- Analysis of shipping markets is een opleidingsonderdeel - Supply Chain Management II is een opleidingsonderdeel - Port management and policy is een opleidingsonderdeel - Advanced maritime ecology is een opleidingsonderdeel - Advanced maritime technology and safety is een opleidingsonderdeel - Advanced Stability is een opleidingsonderdeel - Information and communication technology is een opleidingsonderdeel - Data analysis is een opleidingsonderdeel - Dynamic Positioning is een opleidingsonderdeel - Introduction into hydrography is een opleidingsonderdeel

4.1. De instellingen geven aan hoe zij aan de beperkingen opgenomen in artikel II.261 tegemoetkomen Op een totaalprogramma van 180 studiepunten (Bachelor Nautische Wetenschappen) worden 2 studiepunten voorzien voor het deel van het opleidingsonderdeel MRM, 2 studiepunten voor Propulsion part 1 theory en 1 studiepunt voor Ship’s construction part 2, zijnde in totaal 6,11%. Op een totaalprogramma van 180 studiepunten (Bachelor Scheepswerktuigkunde) worden 3 studiepunten voorzien voor het opleidingsonderdeel MRM & MRM-CC, zijnde 1,67 %. Op een totaalprogramma van 60 studiepunten (Master Nautische Wetenschappen) zijn er 10 studiepunten van de verplichte opleidingsonderdelen Engelstalig en 30 studiepunten Engelstalige keuzeopleidingsonderdelen, waarvan de student er maar 15 studiepunten kan kiezen. In de veronderstelling dat alle mogelijke opleidingsonderdelen in het Engels worden keuzen (i.e. verplichte en keuzeopleidingsonderdelen), kan de student maximum 25 studiepunten Engelstalige opleidingsonderdelen hebben, zijnde 41,67%. 4.2. Voor bachelor-en masteropleidingen: studenten hebben het recht om een examen in het Nederlands af te

leggen (uitgez. artikel II.261) Bacheloropleiding Bedoeld deel van het opleidingsonderdeel heeft als examenvorm “permanente evaluatie” zodat geen eigenlijk examen dient te worden afgenomen in het Nederlands.

Page 102: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

Masteropleiding Deze procedure is opgenomen in het Onderwijs-en Examenreglement van de Hogere Zeevaartschool. Geen enkele student heeft reeds gebruik gemaakt van deze mogelijkheid.

4.3. Informatie over de toetsing van de adequate taalbeheersing door de Nederlandstalige docenten van de

andere taal in functie van hun vakgebied

4.4. Anderstalige opleidingsonderdelen – voortgezette opleidingen Bacheloropleidingen: Verplichte opleidingsonderdelen: *Maritime Resource Management (MRM) is een element van het opleidingsonderdeel Navigatieproblematiek (deel 3)

- Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: 3de Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Navigatieproblematiek (deel 3)

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 2

*Maritime Resource Management MRM & MRM-CC is een opleidingsonderdeel

- Studiegebied: Scheepswerktuigkunde

- Opleiding: 3de Bachelor in de Scheepswerktuigkunde

- Opleidingsonderdeel: Maritime Resource Management MRM & MRM-CC

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Propulsion part 1 – Theory is een element van het opleidingsonderdeel Propulsion (part 1) - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: 3e Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Propulsion (Part 1)

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 2

*Ship’s construction part 2 is een element van het opleidingsonderdeel Thermodynamica & Ship’s Construction (Part 2)

- Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: 2e Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Thermodynamica & Ship’s Construction (Part 2)

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 1

Keuze opleidingsonderdelen: *Fast Rescue Boat is een opleidingsonderdeel

- Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: 3e Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Fast Rescue Boat

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Informatics in a Maritime Context is een opleidingsonderdeel

- Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: 3e Bachelor in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Informatics in a maritime context

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

Page 103: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

- Aantal studiepunten: 3

Masteropleidingen: Verplichte opleidingsonderdelen:

*Ship’s Exploitation is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Ship’s exploitation

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 4

*Supply Chain Management I is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Supply Chain management I

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Crisis & Crowd Management is een element van het opleidingsonderdeel Communicatiestrategieën - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Communicatiestrategieën

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 1

Keuze opleidingsonderdelen:

*Analysis of shipping markets is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Analysis of shipping markets

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Supply Chain Management II is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Supply Chain Management II

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Port management and policy is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Port management and policy

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Advanced maritime ecology is een opleidingsonderdeel

Page 104: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

- Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Advanced maritime ecology

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Advanced maritime technology and safety is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Advanced maritime technology and safety

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Advanced stability is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Advanced stability

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Information and communication technology is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Information and communication technology

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Data Analysis is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische Wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Data analysis

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Dynamic Positioning is een opleidingsonderdeel

- Studiegebied: Nautische wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Dynamic Positioning

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

*Introduction into Hydrography is een opleidingsonderdeel - Studiegebied: Nautische wetenschappen

- Opleiding: Master in de Nautische Wetenschappen

- Opleidingsonderdeel: Introduction into Hydrography

- Taal opleidingsonderdeel: Engels

- Aantal studiepunten: 3

Page 105: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Jaarverslag 2016 - HZS

4.5. Anderstalige opleidingsonderdelen – voortgezette opleidingen

niet van toepassing

4.6. Opleidingen met internationaal karakter

niet van toepassing

Page 106: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

Het vormingsverslag is goedgekeurd door het HOC (Hogeschoolonderhandelingscomité), het lokale medezeggenschapsorgaan met de afgevaardigden van het personeel, in hun vergadering van 13 maart 2017.

Bijlage 6

personeelslid Bedrag inschrijving pp Totaal Bedrag Inschrijving Omschrijving vorming plaats

Gonsaeles Gwendoline 3824,14 3824,14 Comité Maritime International - Internationale conferentie New York

Meskens Raf + De Baere Kris 540 1080 18th International Congress on marine Corrossion and Fouling Toulon

Dequick Rudy 490 490 MASHCON conferentie 2016 Hamburg

Noble Alison 390 390 International Maritime English conference Göteborg

Willemen Remke + De Baere Kris + Verstraelen Helen 50 150 MID Thema-avond over Corrosie Breda

Leysen Vincent 1975 1975 Cursus Frans ter voorbereiding van op lesopdracht Antwerpen

Adriaenssens Sylvia 112,5 112,5 Cursus Intervisie voor vertrouwenspersonen Antwerpen

Adriaenssens Sylvia 175 175 Cursus Mindfulness Antwerpen

Annaert Axel 490 490 Hydro 2016 Rostock

Bogaert Ilse 2850 2850 Appreciative Inquiry Lerend Netwerk 2016-2017 Gent

Bueken Stefaan + Maes Willem 37 74 Composite- en aluminiumbeurs Dusseldorf

De Baere Kris 50 50 Voordachtsavond MID Breda

Uten Marieke 125 125 Het belang van Handels en verzekeringsdocumenten Berchem

Speelman Kathy 1425 1425 Cursus Chartering Berchem

Bellekens Griet 362 362 Iproject Kwaliteitszorg in een Universiteitssetting Antwerpen

De Winter Tom 180 180 Studiedag over overheidsopdrachten Nazareth

Totaal

13752,64

Page 107: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 108: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 109: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 110: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 111: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 112: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 113: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 114: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 115: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 116: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 117: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 118: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 119: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 120: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 121: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 122: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 123: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 124: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 125: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 126: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 127: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 128: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me
Page 129: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

DEEL III

STUVO HZS

Jaarverslag 2016

Page 130: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 2

1. Doelstellingen Hieronder volgen de doelstellingen zoals verwoord in het beleidsplan. De nummering van de werkvelden is aangepast aan de nieuwe wetgeving. Strategische doelstellingen STUVO verbindt er zich toe om met betrekking tot de studenten die ingeschreven zijn aan de Hogere Zeevaartschool, een bijdrage te leveren aan het democratiseren van het hoger onderwijs dit door gepreciseerde werkvelden, doelgroepen, opdrachten en aanpakvormen, universele en selectieve voorzieningen aan te bieden. STUVO waakt erover dat het hogeschoolonderwijs betaalbaar blijft zodat dit voor iedereen toegankelijk is. Hierbij dient het recht op een basisopleiding maximaal gegarandeerd te zijn. STUVO creëert de kansen voor het samenleven in diversiteit binnen de hogeschool. Gezien haar internationaal karakter heeft deze hogeschool daar intens mee te maken. STUVO levert een bijdrage tot de democratisering van het hoger onderwijs op het gebied van voeding, studentenkamers en bepaalde sociale diensten. STUVO verbindt er zich toe om, met betrekking tot de studenten die ingeschreven zijn aan de Hogere Zeevaartschool, een bijdrage te leveren tot de optimalisering van de fysieke, sociale en culturele randvoorwaarden van de studieomgeving. Dit ongeacht de afkomst, de financiële mogelijkheden en het socio-cultureel milieu van de student. Het gaat hier om voeding, advies voor studentenhuisvesting en mobiliteit, psychotherapeutische diensten, bepaalde sociale diensten, een jobdienst, juridisch advies, sociale begeleiding, sport en cultuur, ondersteuning studentenorganisaties en logistieke diensten. STUVO verbindt er zich toe om de studentenparticipatie te bevorderen. Hiertoe stimuleert STUVO de studentenvertegenwoordigers om een zo actief mogelijke rol op te nemen binnen STUVO en gebruik te maken van het adviesrecht van de studentenraad, bijvoorbeeld in bijkomende orde regelmatig een onderzoek uit te voeren betreffende de noden van de studenten. STUVO HZS streeft ernaar goede relaties te onderhouden met de Hogere Zeevaartschool en elkaars werking onderling af te stemmen, zodat de student hiervan zoveel mogelijk baten ondervindt. STUVO verbindt zich er toe om, gelet op de schaalvoordelen, de kaart van samenwerkingsakkoorden te trekken, zodat de studenten die ingeschreven zijn aan de Hogere Zeevaartschool, op dezelfde wijze kunnen genieten van de studentenvoorzieningen als de studenten die ingeschreven zijn in nabij gelegen hoger onderwijsinstellingen. STUVO gaat ook na of de lopende samenwerkingsakkoorden met andere studentenvoorzieningen, overheden of private ondernemingen tegen gunstige voorwaarden bedongen zijn, en onderneemt indien dit niet het geval is stappen om gunstigere voorwaarden te bekomen. Het project “nieuwbouw HZS” zal op alle domeinen een comfortverhoging voor de student bieden. Per werkjaar zullen de doelstellingen per domein kritisch worden bekeken en aangepast. Operationele doelstellingen op korte termijn, gespecificeerd op de vooropgestelde werkvelden - stappenplan De werking van STUVO werd aangepast aan de bepalingen van het stuvodecreet van 29 juni 2012 betreffende de studiefinanciering en studentenvoorzieningen in het hoger onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, en de beheersovereenkomst die overeenkomstig dat decreet gesloten is. Belangrijk is het informeren, opvangen en begeleiden van studenten, de instroom, doorstroom en uitstroom van de studenten te bevorderen, door op volgende 6 werkvelden actief te zijn;

Page 131: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 3

huisvesting;

sociale dienstverlening;

medische en psychische dienstverlening;

vervoer;

voeding;

studentenwerking.

De operationele doelstellingen worden in het hiernavolgend stappenplan per werkveld uiteengezet.

Werkveld 1: Voeding STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten, door hen goedkope gezonde voeding aan te bieden en tegelijk bij te dragen aan de democratisering van het hoger onderwijs door minvermogende studenten extra kortingen toe te staan. Er wordt door STUVO over gewaakt om voeding te verstrekken aan democratische prijzen, waarbij handhaving van de huidige prijzen verder betracht wordt. Extra prijskortingen worden selectief toegekend door een beslissing van het sociaal comité, opgericht binnen STUVO, op basis van een voorstel van de DSB, die de aanvragen van de studenten doorlicht wat betreft financiële middelen. Het project “nieuwbouw” HZS zal nieuwe perspectieven openen en het mogelijk maken een uitgebreider cafetaria aanbod te realiseren. Operationele doelstellingen:

minimum aanbod van “gezonde” voeding en dranken: water, soep en een gevarieerd aanbod fruit wordt gratis ter beschikking gesteld . Broodjes, warme en koude snacks, salades, desserten en drank zijn te verkrijgen aan democratische prijzen;

studenten sensibiliseren omtrent gezonde eetgewoonten;

streven naar een zo efficiënt mogelijke uitbating van kantine en refter;

aandacht voor een aanvaardbare verhouding tussen het aanbod van voeding via drank- en snoepautomaten en de gezonde voeding;

aandacht voor aangepaste en aantrekkelijke infrastructuur van kantine en refter;

toekennen van extra prijskortingen door het sociaal comité aan individuele studenten;

aandacht voor milieu, afval en duurzaamheid door gebruik van herbruikbare drinkflessen;

Stappenplan:

in samenwerking met de UA via Komida wordt de cateringservice georganiseerd;

ter beschikking stellen van waterfonteinen en gratis bedelen van soep en fruit;

aanwerving van jobstudenten en specifieke materiaalbehoeften nagaan;

automatenservice;

infrastructuuraanpassingen;

extra prijskortingen via het sociaal comité toe te kennen op basis van een individueel dossier, opgesteld door de dienst studentenbegeleiding;

gratis uitdelen van hervulbare drinkflessen aan alle eerstejaarsstudenten;

aanbieden aankoop hervulbare drinkfles aan democratische prijs.

Werkveld 2: Huisvesting STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten, door hen via adviesverlening over huisvesting in de mogelijkheid te stellen om een kwalitatieve studentenkamer te vinden.

Page 132: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 4

STUVO voert hierbij een continu beleid door het verder zetten van de participatie in de samenwerkingsovereenkomst met de andere studentenvoorzieningen voor wat betreft Kotweb, een online databank voor het zoeken van een degelijk kot. Operationele doelstellingen:

de student een ruim aanbod aan studentenkamers kunnen aanbieden aan aanvaardbare prijzen;

controle op het aanbod van de kamers en eenvormige huurcontracten, op maat van de student;

ter beschikking stellen van infrastructuur om online een geschikt logement te zoeken;

selectiemogelijkheden op basis van verschillende criteria (locatie, prijs, inrichting). Stappenplan:

participatie in Kotweb d.m.v. een samenwerkingsovereenkomst voor het aanbod en de controle op de studentenkamers;

in samenwerking met de HZS de mogelijkheid voorzien om kotweb zowel thuis als in de bib van de HZS online te kunnen zoeken naar een geschikte studentenkamer;

Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk. Resultaatsindicatoren:

jaarlijks wordt er een evaluatie gedaan van de bereikte resultaten;

de plus- en minpunten worden besproken bij die gelegenheid;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen.

Werkveld 3: Sociale Dienstverlening Het werkveld sociale dienstverlening wordt onderverdeeld in 4 subwerkvelden. 1. Studietoelagen /financiële ondersteuning STUVO voert een continu beleid voor wat betreft het selectief toekennen van een sociale bijdrage in de vorm van het verlenen van renteloze leningen, niet-terugvorderbare toelagen en voorschotten op de studietoelage (in afwachting van toekenning toelage door de dienst studietoelagen) aan minvermogende studenten, studenten uit nieuw samengestelde leefeenheden of alleenstaande studenten (met kinderen ten laste, en andere). De financiële middelen worden selectief toegekend door een beslissing van het sociaal comité, opgericht binnen STUVO, op basis van een voorstel van de studentenbegeleiding, die de aanvragen van de studenten doorlicht wat betreft financiële middelen (op basis van vermogensrechtelijke criteria zoals inkomen, gezinslast, type inkomsten, enz). Operationele doelstellingen:

de student financieel ondersteunen door middel van het uitkeren van een toelage, lening of voorschot op de studietoelage teneinde de studies te kunnen voortzetten;

opvolgen van de sociale dossiers;

opvolgen van de behaalde resultaten indien de lening werd gelinkt aan de voorwaarde te slagen voor een bepaald percentage van de ingeschreven studiepunten.

Stappenplan:

de student uitgebreid informeren over de mogelijke financiële ondersteuningen zoals de aanvraag van een studietoelage;

een uitgebreid en diepgaand middelenonderzoek instellen;

sociaal dossier openen met ook navraag naar de familiale omstandigheden. Doelgroep:

de toekenning van een studietoelage van de overheid gebeurt op basis van een aantal officiële documenten en specifieke voorwaarden;

Page 133: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 5

de toekenning van financiële ondersteuning vanuit STUVO is een selectieve voorziening; als basisvoorwaarde dient men in aanmerking te komen voor een studietoelage van de overheid;

uitzonderingen hierop zijn mogelijk na een uitgebreid en diepgaand middelenonderzoek op basis van een lijst vooropgestelde officiële documenten.

2. Studentenjobs STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten, door een jobdienst te organiseren om hen gemakkelijker de weg naar een studentenjob te wijzen en tegelijk bijdragen tot de democratisering van het hoger onderwijs door middel van de oprichting van een eigen jobdienst voor minvermogende studenten. STUVO voert hierbij een continu beleid door de participatie in het samenwerkingsakkoord met de andere studentenvoorzieningen inzake Jobweb, een online databank. Tijdens de open campusdag is er steeds plaats voor de maritieme bedrijven, zodat de student makkelijk in contact kan komen met mogelijke toekomstige werkgevers. Ook de eigen jobdienst wordt via de samenwerkingsovereenkomst met de HZS georganiseerd, die de loonregeling en administratieve opvolging regelt. Hierbij wordt voorrang gegeven aan minvermogende studenten op basis van een selectie door de DSB. Operationele doelstellingen:

een zo groot mogelijk aanbod van studentenjobs kenbaar maken aan de studenten;

de jobstudent informeren over zijn sociaal juridisch statuut;

organisatie van een eigen jobdienst voor studenten;

aandacht voor aanwezigheid bedrijven tijdens open campus dag;

info aan schoolverlaters verstrekken. Stappenplan:

participatie in Jobweb verder zetten via de samenwerkingsovereenkomst; Jobweb kan geconsulteerd worden door iedere student;

via de website van de HZS worden de vacatures kenbaar gemaakt, die rechtstreeks verband houden met de maritieme sector;

brochures voorzien en info geven over het statuut van jobstudent via de dienst studentenbegeleiding;

via de samenwerkingsovereenkomst met de HZS wordt een aantal studentenjobs voorzien; deze worden in eerste instantie toegekend aan minvermogende studenten, op basis van een selectie door de medewerker van de dienst studentenbegeleiding; criteria hierbij zijn; familiale situatie, leefomstandigheden, al dan niet een inkomen.

voor schoolverlaters is er de mogelijkheid om tijdens de open campusdag, die elk jaar in maart georganiseerd wordt, een groot aantal werkgevers uit de maritieme sector persoonlijk te contacteren; op regelmatige basis worden er ook tijdens het academiejaar voordrachten gegeven door de werkgevers uit deze sector voor de laatstejaarsstudenten;

het aanbieden van folders en info rond schoolverlaters.

Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk;

de toekenning van een studentenjob aan de HZS is een selectieve voorziening.

Resultaatsindicatoren:

jaarlijks wordt er een evaluatie gedaan van de bereikte resultaten;

de plus- en minpunten worden besproken bij die gelegenheid;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen. 3. Juridisch advies

Page 134: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 6

De studenten kunnen juridisch advies bekomen inzake studentenmateries en o.a. de organisatie van de studentenparticipatie. Er is voornamelijk doorverwijzing naar eerstelijns rechtsbijstand. Operationele doelstellingen:

de student zo breed mogelijk informeren over de mogelijke vormen van rechtshulp. Stappenplan:

op basis van de informatie gegeven aan de medewerker studiebegeleiding de student doorverwijzen naar de meest gepaste instantie bv. in geval van geschil verhuurder studentenkamer doorverwijzen naar de Huurdersbond (kosteloos).

Doelgroep

dit is een universele voorziening, toegankelijk voor alle studenten. 4. Administratieve hulp STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar (buitenlandse) studenten, door hen sociaal te begeleiden en hun wegwijs te maken bij de administratieve verplichtingen via de verantwoordelijke studentenbegeleiding. STUVO voert hierbij een continu beleid waarbij de (buitenlandse) studenten uiteraard toegang hebben tot alle universele voorzieningen, en dat op zich is de beste manier tot integratie. De HZS stelt hiervoor een half time personeelslid ter beschikking via een samenwerkingsovereenkomst. Operationele doelstellingen:

(buitenlandse) studenten zo breed mogelijk informeren over de administratieve vereisten en verplichtingen (bij hun verblijf in België);

ondersteuning in vertalen van officiële briefwisseling;

aandacht vestigen op de leefregels . Stappenplan:

de dienst studentenbegeleiding geeft info hierover via persoonlijk contact, mail of telefoon;

opvolgen van dossiers aanvraag verblijfsvergunningen. Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk. Resultaatsindicatoren:

jaarlijks wordt er een evaluatie gedaan van de bereikte resultaten;

de plus- en minpunten worden besproken bij die gelegenheid;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen.

Werkveld 4: Medische en psychologische dienstverlening STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten, door psychotherapeutische dienstverlening mogelijk te maken. STUVO voert hierbij een continu beleid door het verder zetten van het samenwerkings-akkoord met de andere studentenvoorzieningen voor Psynet, een netwerk dat voorziet in een aantal therapeuten voor psychologische begeleiding. Drugpreventie en de controle hierop is sedert enkele jaren opgenomen in het onderwijs- en examenreglement (OER) van de HZS. Er wordt een nultolerantie gehanteerd omdat een

Page 135: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 7

zeevarende geweigerd wordt om zijn beroep uit te oefenen indien positief bevonden. De dienst studenten-begeleiding begeleidt dit hele proces. STUVO voert een continu beleid voor wat betreft de psychosociale begeleiding en geeft de mogelijkheid aan iedere student voor een individuele begeleiding. Voor studenten met een functiebeperking of chronische ziekte kan voorzien worden in een aanpassing van de studeeromgeving en studiemogelijkheden. Tevens kan men tweemaal per jaar een aanvraag indienen voor het bekomen van het bijzonder statuut voor doelgroep-studenten. Operationele doelstellingen:

opvangnet voor studenten met problemen van diverse aard, waardoor het studieproces kan verstoord worden;

drempelverlagend werken door individueel contact tijdens het eerste studiejaar;

doorverwijssysteem voor professionele hulp bij psychologische problemen;

organisatie van sessies over drugpreventie ism de studentenraad;

organisatie en begeleiding bij aanvraag bijzonder statuut voor doelgroepstudenten. Stappenplan:

iedere student kan met diverse psychologische problemen steeds terecht bij de dienst studentenbegeleiding; buiten de kantooruren en in geval van nood kan men steeds een medewerker bereiken op een gsmnummer;

alle eerstejaarsstudenten worden uitgenodigd op een vrijblijvend intake gesprek; op die manier kan de DSB al een schets neerzetten van de sociale situatie van de student; dit eerste contact werkt ook drempelverlagend naar verdere contactname tijdens het academiejaar;

handhaven van de samenwerkingsovereenkomst Psynet, waarbij studenten op korte termijn kunnen worden doorverwezen voor professionele hulp;

indien nodig worden studenten doorverwezen naar groepssessies georganiseerd door Psynet waarin diverse onderwerpen aan bod kunnen komen (studiemethode, faalangst, assertiviteit, stressweerbaarheid enz.);

de sessie over drugpreventie gebeurt in nauwe samenwerking met de studentenorganisaties, de professor/dokter verbonden aan de HZS en de dienst studentenbegeleiding; een algemene toelichting over de nul - tolerantie wordt gegeven aan al de nieuwe studenten; bij steekproef en op onaangekondigde tijdstippen worden de studenten gecontroleerd op drugs (voorzien in het OER); een individuele begeleiding bij positief resultaat behoort tot de mogelijkheden.

Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk. Resultaatsindicatoren:

jaarlijks wordt er een evaluatie gedaan van de bereikte resultaten;

de plus- en minpunten worden besproken bij die gelegenheid;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen.

Werkveld 5: Vervoer STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de democratisering van het hoger onderwijs door minvermogende studenten te ondersteunen wat betreft mobiliteit, en aanvullend aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten. STUVO voert hierbij een continu beleid voor wat betreft de participatie in de samenwerkingsovereenkomst met de andere studentenvoorzieningen en de Stad Antwerpen inzake het ter beschikking stellen van huurfietsen. Ook de impact van de werken aan de Oosterweelverbinding/Royersluis en nieuwbouw HZS zal de nodige aandacht moeten krijgen. Externe mobiliteit dient in de toekomst meer aandacht rond bereikbaarheid te krijgen.

Page 136: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 8

Operationele doelstellingen:

tegemoet komen aan de mobiliteitsproblemen van de studenten;

de studenten stimuleren om het openbaar vervoer te gebruiken of de fiets;

erover waken dat er een vlotte verbinding met het openbaar vervoer is van en naar de HZS vanuit het stadscentrum, omdat de HZS buiten het centrum van Antwerpen ligt;

voorzien van betaalbare huurfietsen voor de studenten;

uitbouw van de begeleiding bij externe mobiliteit van de studenten. Stappenplan:

in overleg met De Lijn zijn twee extra buslijnen ingelegd tussen de HZS en het centrum van Antwerpen (Rooseveltplaats), omdat de HZS net buiten het centrum van Antwerpen ligt en bijgevolg minder vlot bereikbaar is;

handhaven van de samenwerkingsovereenkomst van studentenvoorzieningen met de Stad Antwerpen betreffende Fietshaven (Levanto), waarbij elke student een fiets kan huren aan een voordelig tarief, STUVO betaalt een bijdrage in de huur;

de dienst internationalisering zal zich meer specialiseren in de begeleiding van de studenten inzake externe mobiliteit.

Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk;

Resultaatsindicatoren:

de plus- en minpunten worden besproken bij die gelegenheid;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen;

Werkveld 6: Studentenwerking STUVO HZS wil een bijdrage leveren aan de optimalisering van de randvoorwaarden van de studieomgeving van al haar studenten, door sport en cultuur te promoten en door de werking van studentenorganisaties die actief zijn op academisch, sociaal, sportief en cultureel vlak, te ondersteunen. STUVO voert een continu beleid waarbij steun verleend wordt aan de activiteiten georganiseerd door de studenten van de HZS in het bijzonder voor de sporttakken zoals rugby, voetbal, basketbal, roeien en zeilen. Het aanbod wordt tevens uitgebreid door de samenwerkingsovereenkomst met de andere studentenvoorzieningen, diverse sporten worden gepromoot via sportweb/Sportsticker, waarvoor een bijdrage per prestatie betaald wordt door STUVO. Ook culturele activiteiten georganiseerd door de studenten van de HZS worden gesteund. Het budget is afhankelijk van de aanvragen en wordt permanent geëvalueerd opdat de budgetten optimaal kunnen worden aangewend. Via een samenwerkingsovereenkomst met de andere studentenvoorzieningen en de Stad Antwerpen wordt Studay ingericht . Tevens worden cultuurcheques voorzien tegen voordelige prijs. STUVO betaalt een bijdrage per verbruikte cultuurcheque en een bijdrage per student voor de organisatie van Studay. Operationele doelstellingen:

het beoefenen van diverse sporten zo veel mogelijk promoten bij de studenten;

de werking en de activiteiten van de studentenorganisaties binnen de HZS ondersteunen en stimuleren op academisch, sociaal, sportief en cultureel vlak;

het waken over de betaalbaarheid van de sportbeoefening;

ondersteunen van sportieve activiteiten;

sportvoorzieningen in en rond de eigen campus zoveel als mogelijk uitbouwen;

cultuur promoten bij de studenten;

ondersteunen van culturele activiteiten;

investeren in een aanlegponton voor zeilboten op het Galgenweel;

investeren in zeilboten;

onderhoud en gebruik van het zeiljacht dat aan STUVO geschonken werd.

Page 137: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 9

Stappenplan:

aanhouden van de samenwerkingsovereenkomsten inzake sportweb, verkoop van sportstickers, divers aanbod en betaalbaarheid voor de student (bijdrage per student voorzien);

de studentenorganisaties worden elk jaar bevraagd om hun aanvragen voor ondersteuning van diverse activiteiten binnen te brengen bij STUVO HZS, zodat een budget hiervoor kan goedgekeurd worden;

materiële ondersteuning op gebied van infrastructuur en werkingsmiddelen;

ter beschikking stellen van aula of andere lokalen voor voordrachten of voorstellingen, georganiseerd door de studentenverenigingen van de HZS;

deelname aan de regionale en Vlaamse studenten sportwerking door participatie in de VSSF;

ondersteuning van de sportieve activiteiten door het voorzien van een budget voor verzekering, materiaal, huur locatie, trainingen, verplaatsingen met autocar voor deelname aan wedstrijden, onkosten bij internationale wedstrijden enz. voor diverse sporttakken zoals onder meer rugby, voetbal, basketbal, roeien, zeilen;

ter beschikking stellen van individuele lockers voor sportkledij aan de sportverenigingen van de HZS;

voorzieningen in de eigen campus verder uitbouwen en onderhouden: onder meer onderhoud van de sportterreinen, kleedkamers, douches, tafelvoetbal, pingpongtafels, onderhoud van een zeiljacht (schenking), infrastructuur en zeilboten Galgenweel;

in het kader van een samenwerkingsovereenkomst wordt cultuur gepromoot via de cultuurcheques; de student betaalt een bijdrage van 10 euro voor 7 cheques; STUVO betaalt per opgebruikte cheque de opleg en een bijdrage per student voor de organisatie;

studenten met een sociaal dossier krijgen, indien gewenst, jaarlijks 1 chequeboekje CC ter beschikking;

ondersteuning van de culturele activiteiten door een bijdrage te voorzien per activiteit om de kosten voor de student te beperken;

eerst zal het zeiljacht gerestaureerd moeten worden, dit in samenwerking met de HZS, daarna kan bepaald worden hoe, wanneer en door wie het jacht gebruikt kan worden.

. Doelgroep:

dit is een universele voorziening, voor alle studenten toegankelijk;

de gratis cultuurcheques zijn enkel toegankelijk voor de minvermogende student die reeds een goedgekeurd sociaal dossier heeft

Resultaatsindicatoren

de plus- en minpunten worden besproken;

indien nodig worden bijsturingen gedaan of aangepaste maatregelen genomen;

gebruik van het jacht zal bepaald worden in overleg met de HZS.

Page 138: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 10

2. Samenwerkingsverbanden KOTWEB is een overeenkomst afgesloten tussen studentenvoorzieningen van de Antwerpse universiteit en hogescholen en heeft als doel de studenten te voorzien van een degelijke en gecontroleerde studentenkamer met een gestandaardiseerd huurcontract. Studentenvoorzieningen van de Associatie Antwerpen (AUHA) verenigd in STUVANT hebben in 2003 een nieuwe samenwerking uitgewerkt: PSYNET. Dit is gebaseerd op verbintenissen met meerdere therapeuten en instellingen die een eerste opvang (eventueel ook residentieel), na doorverwijzing door de begeleiders, garanderen. Zij hebben er zich ook toe verbonden de nodige feedback en vorming te geven aan de psychosociale begeleiders. JOBWEB is eveneens een gezamenlijke initiatief van studentenvoorzieningen van de Antwerpse universiteit, de hogescholen en de VDAB. Via JOBWEB participeert STUVO ook in JOS, JObstudentenSysteem, een project in samenwerking met de VDAB. JOS bestaat uit 2 delen: een infogedeelte en een jobdatabank. Er wordt met de andere Antwerpse studentenvoorzieningen en de Stad Antwerpen samengewerkt inzake

Cultweb, Studay en cultuurcheques;

Studentsportweb;

Fietshaven: fietsenverhuur. Op 1/11/05 is er een beheersovereenkomst en een beleidsplan met de Vlaamse gemeenschap afgesloten. Dit is in werking getreden op 1 januari 2006.

Page 139: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 11

3. Detail van de activiteiten Een overzicht van de activiteiten en bestedingen per werkveld en de mate waarin de doelstellingen bereikt werden. Tenzij anders vermeld zijn alle initiatieven voor herhaling of voortzetting vatbaar. 1. Voeding (11.950€):

Het studentenrestaurant werd tot einde augustus beheerd en gefinancierd door de hogeschool. Het aanbod bestond uit diverse soorten broodjes, verse soep, koude schotels en fruit. De prijzen zijn zeer democratisch, de soep en het fruit zijn gratis en hebben veel succes. Sinds begin september wordt het studentenrestaurant uitgebaat door Komida (UA) en het assortiment is nu nog uitgebreider dan tevoren: diverse soorten broodjes, warme en koude snacks, salades, koffiekoeken en andere desserten (pralinémousse, yoghurt, fruitsalade, crumble enz.). STUVO voorziet eveneens gratis drinkwater. Voor dit werkveld waren er geen selectieve maatregelen, m.a.w. er werd geen korting gegeven aan studenten uit de selectieve doelgroepen.

2. Huisvesting (0€): Qua advies i.v.m. huisvesting zijn er geen uitgaven gebeurd. Zowel in 2015 als in 2016 moest geen bijdrage aan KOTWEB betaald worden omdat er voldoende reserve was. In de voorgaande jaren was dit 457€ per jaar. KOTWEB is een huisvestingsbestand gerealiseerd door alle Antwerpse hogescholen, het Instituut voor Tropische Geneeskunde en de Universiteit Antwerpen. Een allereerste versie werd in gebruik genomen op 1 juli 1996, de bijgewerkte versie wordt jaarlijks ter beschikking gesteld. Het bestand bevat een 1.100-tal eigenaren, een 1.300-tal panden en een 6.000-tal woongelegenheden te Antwerpen en omstreken.De studentenkamers zijn op de computer opvraagbaar via een aantal selecties (zone, maximum huurprijs, aantal personen, kamer of appartement). Al deze woongelegenheden gebruiken de standaard KOTWEB - studentenhuurovereenkomst. Zij moeten voldoen aan strengere eisen dan voorzien in de Vlaamse wetgeving en ze worden steekproefsgewijs gecontroleerd. Elk jaar wordt door GATE 15, het huis voor de student van Antwerpen, een open-kot-dag georganiseerd, als kennismaking voor de nieuwe studenten. De dienst studiebegeleiding bemiddelt geregeld tussen studenten en eigenaars. De studiebegeleiders helpen ook de buitenlandse studenten die het dikwijls moeilijk hebben om een kot te vinden. Tijdens het academiejaar 2015-2016 kwamen van 14 studenten vragen rond huisvesting

3. Sociale dienstverlening (33.2636€)

In de loop van het academiejaar 2015-2016 zijn 279 studenten (op een totaal van bijna 600) langsgekomen bij de dienst studiebegeleiding (DSB). In totaal ging het om ongeveer 700 gesprekken.

academiejaar aantal studenten

aantal gesprekken

2008-2009 147 376

2009-2010 181 500

2010-2011 229 485

2011-2012 240 679

2012-2013 270 878

2013-2014 239 770

2014-2015 231 700

2015-2016 279 700

Page 140: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 12

De eerstejaarsstudenten worden bij aanvang van het academiejaar uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek met de studiebegeleiders. Dit is echter geen verplichting, dit jaar zijn er 108 studenten hierop ingegaan, wat uitzonderlijk veel is in vergelijking met andere jaren. Er wordt informatie gevraagd over hun studieverleden, hun familiesituatie, hun motivatie enz. Uit de verkregen informatie kunnen de begeleiders een inschatting maken van de problemen waar de studenten eventueel mee te maken krijgen in het eerste jaar op de Hogere Zeevaartschool.

3.1. Studietoelagen / financiële ondersteuning Op 117€ na voor het drukken van brochures ging hier alle geld naar selectieve hulpverlening. STUVO HZS besteedt altijd veel aandacht aan de individuele toelagen en studieleningen aan studenten. Hiervoor is er in 2003 een sociaal comité met een beperkt aantal leden opgericht, om op die manier de privacy van de studenten beter te beschermen. Voor het bepalen van de aard en de omvang van de hulp is er een objectief systeem uitgewerkt. De sociale tegemoetkomingen bedroegen in het boekjaar 2016 33.146€. Dit behelst 6 verderzettingen van maandelijkse toelagen die reeds in 2015 toegekend werden. In 2016 werd aan 2 studenten een nieuwe maandelijkse toelage toegekend. Acht studenten kregen diverse eenmalige toelagen voor uniform, stage en medisch onderzoek. Acht vroegere leningen zijn omgezet in een toelage. Er werd één voorschot op een studiebeurs toegekend. Verder zijn er 6 nieuwe renteloze leningen (alle 6 omzetbaar in toelage) toegekend. Afhankelijk van de situatie wordt er van de student meestal verwacht dat hij voor 60% van de studiepunten slaagt in eerste of tweede zittijd. De studiebegeleiders volgen de behaaIde resultaten tijdens het jaar nauw op. Op het einde van 2016 waren er geen aanvragen in behandeling. 3.2. Studentenjobs 43 studenten hebben in 2015-2016 in de kantine van de HZS gewerkt. De meeste vragen voor studentenjobs komen van Franstalige studenten. De Nederlandstalige studenten die een studentenjob zoeken, weten zelf wel waar ze een studentenjob kunnen vinden. Voor anderstaligen is dit een probleem omdat in Antwerpen de Nederlandse taal bijna altijd een vereiste is. De niet-Europese studenten die willen werken, moeten eerst een geldige verblijfsvergunning hebben en een arbeidskaart. Een student krijgt een contract van ongeveer 20 uur per maand, soms 40 uur wanneer de student in financiële problemen verkeert. Deze uren worden ingepland volgens het lessenrooster van de student. 3.3. Juridisch advies Dit vroegen de studenten vooral i.v.m. het huren van een kot.

3.4. Administratieve hulp Vooral Franstalige studenten komen langs met Nederlandstalige documenten. O.a. aanvragen of verlengen verblijfsvergunning, invullen belastingbrief, documenten kindergeld, vakbond, RVA, ziekenfonds, boetes, facturen gas en elektriciteit, inschrijvingen bijles, …

4. Medische en psychologische dienstverlening (0€)

In 2016 moest zoals in 2015 geen bijdrage voor PSYNET betaald worden omdat er voldoende reserve was. In de voorgaande jaren was dit 609€ per jaar.

Page 141: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 13

Stress, motivatie, faalangst, concentratiestoornissen, rouwverwerking, relationele problemen, depressie, isolatie, vereenzaming zijn de meest voorkomende klachten. Drie studenten werden tijdens het academiejaar 2015-2016 door de studiebegeleiders doorverwezen naar een therapeut van psynet, 1 student volgde de groepssessies faalangsttraining.

In 2015-2016 vroegen 21 studenten het bijzonder statuut van doelgroepstudent met de daaraan verbonden onderwijs- en examenfaciliteiten aan. Het gaat zowel om nieuwe aanvragen als om een verlenging van het statuut. De nodige faciliteiten worden besproken, waarna de DSB deze groepeert per docent. Reacties van docenten worden door DSB naar de student gestuurd. De communicatie tussen docenten en studenten verloopt dus langs de DSB en niet zoals voorheen rechtstreeks tussen student en docent. Dit is een intensieve aanpak van DSB, maar eenvoudiger voor docent en student. Hierdoor heeft DSB regelmatig contact met de studenten.

De studiebegeleiders van de hogeschool staan in voor de praktische uitvoering van het drugsbeleid. Elk jaar wordt een infosessie over drugspreventie en nultolerantie georganiseerd. De testen voor een drugscontrole werden in samenspraak met de geneesheer op de HZS afgenomen.Tijdens het academiejaar 2015-2016 werden 60 studenten steekproefsgewijs getest. Alle testen waren negatief. Bij deze controles wordt gezocht naar alcohol, amfetamines, cocaïne, methadon, cannabis en opiaten.

5. Vervoer (4.040€)

De Fietshaven (vzw Levanto), een tewerkstellingsinitiatief van de Stad Antwerpen, verhuurt fietsen aan studenten van de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen. Alle studenten kunnen aan een gunstprijs een fiets huren. STUVO betaalt daarbovenop 8€ per fiets per maand. Het aantal verhuurde fietsen is opnieuw gestegen. In 2009 bedroeg deze kost 2.399€, in 2010 2.899€, in 2011 2.755€, in 2012 5.620€, in 2013 1.652€, in 2014 1.953€, in 2015 2.886€ en in 2016 3.640€. Omdat de spoorwegen in januari 2016, tijdens de examens, staakten is STUVO tussengekomen voor de overnachtingen van 4 studenten (elk 3 nachten) in het Zeemanshuis (400€ in het totaal voor 12 overnachtingen).

6. Studentenwerking (35.204€):

Guido-gids voor Antwerpen;

abonnementen op Nederlandstalige en Franstalige kranten;

Studay;

Cultuurcheques;

Studentengharmonie AUHA;

Learn 2 Swim;

sportstickers en Sportweb;

onderhoud, verzekering, liggeld en renovatie van het zeiljacht;

sportwedstrijden, rugby, karate, basket en voetbal: verplaatsingen, overnachtingen, inschrijvingsgeld van tornooien, uitrustingsmateriaal, trainer, arbiters etc;

roeiwedstrijd in Bremen: bus en bijdrage overnachtingen voor 50 studenten;

EDHEC, zeilwedstrijd in Frankrijk, de ene helft wordt betaald door de HZS (promotie van de school) en de andere helft door STUVO (in 2010 was dit de helft van 9.500€, in 2011 de helft van 12.510€, in 2012 de helft van 12.928€, in 2013 de helft van 10.051€, in 2014 de helft van 11.520€, in 2015 de helft van 11.616€, in 2016 de helft van 12.596€);

Antwerp 10 miles en triatlon;

Spartacus run;

cultuurreis naar Cadiz;

verzekering en licenties;

promotiemateriaal voor de studentenraad;

Page 142: DEEL IA - repertorium.vlaanderen.be · Op 11 mei 2016 werd de definitieve enveloppe voor het jaar 2016 ad 4.736 .000, de aanvullende onderzoeksmiddelen, Stuvo en PWO -middelen, me

STUVO HZS - 2016 14

bloemen en beeldjes voor de Popeye verkiezingen (beste docenten);

sportkledij en onderhoud sportmateriaal. De Guido-gids en de kranten worden gewaardeerd door de studenten. Studay wordt een steeds groter succes. De interesse voor de cultuurcheques gaat op en neer, in 2005 kochten twee studenten een boekje, in 2006 werden er 15 boekjes verkocht, in 2007 21, in 2008 19, in 2009 8 en in 2010 nog slechts 2. In 2011 zijn er 10 verkocht, in 2012 zeven, in 2013 zeventien, in 2014 slechts drie, in 2015 vijf en in 2016 zeven. Het systeem is redelijk omslachtig. De aanbieders van de cultuur, vooral theaters en filmzalen, versturen facturen voor soms zeer kleine bedragen (in 2016 vier facturen voor in het totaal 5 cheques). Hogeschoolstudenten van de Antwerpse Associatie in het bezit van een Hogeschool Sportsticker (kostprijs 18€) kunnen deelnemen aan de Antwerp Student League (veldvoetbal, zaalvoetbal, basketbal en volleybal) en het recreatief sportaanbod van de hogescholen en de Universiteit Antwerpen. Op de HZS zijn er een rugbyploeg, een basket- en een voetbalploeg actief. In 2009 is er een karateclub opgericht. In het kader van de sportsticker is sinds 2010 is een frisbeeclub actief op het terrein van de HZS. Alle activiteiten zullen verder ondersteund worden door STUVO. In 2016 is het zeiljacht overgebracht naar de Madrasstraat, hierdoor vallen de ligkosten weg. De Hogere Zeevaartschool telt één studentenvereniging: Argonaut. De club organiseert niet alleen de klassieke activiteiten zoals fuiven, cantussen, uitstappen en een jaarlijks galabal. Ze onderhoudt ook contacten met gelijkaardige studentenverenigingen in het buitenland, organiseert lezingen of infosessies over maritieme onderwerpen en neemt deel aan roei- en zeilwedstrijden.

lokalen met telefoon- en faxaansluiting, telefoonkosten, afschrijvingen ICT;

danslessen ter voorbereiding van het galabal en sponsoring (4.800€). 7. Logistieke diensten en infrastructuur (6.812€):

Hieronder vallen alle administratieve en wettelijke kosten, het forfait aangerekend door de hogeschool (2.500€), onderhoud sportinfrastructuur en de afschrijvingen (4.312€). Daarnaast stelt de hogeschool enkele personeelsleden deeltijds ter beschikking zonder dit analytisch in rekening te brengen. Het positief resultaat wordt bestemd voor de vernieuwing van de sportinfrastructuur na de realisatie van de uitbreiding/nieuwbouw.