Decentralisatie Jeugdzorg Inhoudelijke zorgvernieuwing · 2019-10-14 · Krachtenveldanalyse van...
Transcript of Decentralisatie Jeugdzorg Inhoudelijke zorgvernieuwing · 2019-10-14 · Krachtenveldanalyse van...
Decentralisatie Jeugdzorg
Inhoudelijke zorgvernieuwing
1
Decentralisatie Jeugdzorg Inhoudelijke zorgvernieuwing
Lessen uit Welzijn Nieuwe Stijl Praktijkvoorbeelden stadsregio Rotterdam
2
Opgaven
3
Stelsel
Organisatie
Uitvoering
Budgetverdeelsysteem
Wetgeving / Bestuursafspraken
Organisatiemodel
Governance
Strategie / beoogd effect
Sturing - interactie
Allocatie - inkoop
Verantwoording
Professionals - competenties
Werkwijze
Dienstverlening
Interactie met cliënt
Opgaven
Stelsel
Organisatie
Uitvoering
Transitie
Transformatie
Transitie; de
overgang van
verantwoordelijk (rijk
-> gemeente)
Transformatie: het
opnieuw inrichten
van processen
Transitie en transformatie
Transitie:
• Structuurwijziging.
• Nieuwe bestuurlijke verantwoordelijkheden, bevoegdheden en
financieringsrelaties.
• Veranderen van het ‘huidige stelsel’: de regels, wetten, financiële
verhoudingen, die het mogelijk moeten maken om tot de nieuwe situatie te
kunnen komen
Transformatie:
Inhoudelijke wijziging of vernieuwing.
Nieuwe principes: zelfredzaamheid, actief burgerschap, participatie,
sociale stijging
Andere filosofie: een nieuwe verhouding tussen overheid en samenleving;
eigen kracht van burgers, krachtigere samenleving, de civil society
Andere verantwoordelijkheidsverdeling tussen stakeholders: burgers,
professionals, instituties, fondsen, bedrijven, en overheden
Ander gedrag: andere en nieuwe onderlinge omgangsvormen en andere
manieren van agenderen, inrichten, organiseren en handelen.
Transformatie in de praktijk
Nieuwe verhoudingen
Ambities van de stelselwijziging kunnen alleen worden gerealiseerd wanneer
ook de transformatie in de dagelijkse praktijk vorm krijgt.
Rijk Provin
cie
Ge-
meente
Instel-
ling
Profes
sional
Samen
leving
Transitie Transformatie
Welzijn Nieuwe Stijl
1. Gericht op de vraag achter de vraag 2. Eigen kracht van de burger
3. Direct er op af 4. Formeel en informeel in verhouding 5. Balans van collectief en individueel
6. Integraal werken 7. Resultaatgericht
8. Ruimte voor de professional
Eigen kracht
Vier opgaven voor een andere werkwijze in
het maatschappelijk domein
Transformatie: inhoudelijk
Effect
Maatschappelijke agenda (over de domeinen heen)
Wat zijn de belangrijkste problemen? Zicht op zorg: aard, ernst
en omvang
Herdefiniëring: probleem & vraaganalyse
Visie vorming => wat wil je bereiken, beoogde effecten
Krachtenveldanalyse van belangrijkste partners
Opdrachtgever / opdrachtnemerschap
Aard van het vraagstuk: enkelvoudig / meervoudig
Identificeren van het krachtenveld
Rollen en verhoudingen: kapitaliseren van aanwezig kapitaalgoed
Afspraken op basis van beoogd effect
Aanpak
Nieuwe vormen van aanbod => domeinbreed
Rekenschap: verantwoordingsafspraken => horizontaal en
verticaal
Nieuwe werkwijze
• Interactie formeel en informeel
• Nieuwe relatie cliënt – professional
Relaties
Profes-
sionali-
sering
Inte-
graal
Transformatie in Rotterdam
Rotterdamse kansen
Van (gespecialiseerde) zorg naar ondersteuning en participatie
Eigen kracht versterken
Meer ruimte en vertrouwen voor professionals
Zorg voor jeugd laagdrempeliger, integraler en efficiënter: 1 gezin, 1
plan, 1 aanspreekpunt
mooiste uitdaging voor de stad / regio: betere zorg voor jeugd.
Eerder, beter, sneller.
‘Zelfredzaam waar het kan, ondersteunen waar het hoort, doorpakken waar het
moet.’
Benodigde zorg snel, dichtbij & samenhangend
organiseren
Niveaus
Ambtelijk: GGD / Rotterdamse diensten;
Politiek bestuurlijk: wethouder – college – gemeenteraad Rotterdam
Stadsregio: Portefeuillehouders regiogemeenten – portefeuillehouders
jeugd - db - ab stadsregio
Partners in de stad: zoals zorgaanbieders, BJZ, CJG, MEE e.a. (oa.
expertgroep)
Landelijk: VWS, V&J, VNG, IPO - G4 – G32 e.a.
Samenleving:
Kind, jongere &
gezin
Niveaus
Politiek-
Bestuurlijk
domeinover
-stijgend
Ambtelijk:
domeinover
-stijgend
Stadsregio
Wie heeft
de regie?
Aanbieder
Middelen
vs. Inhoud
Profes-
sional
Wie doet
wat?
Programma Rotterdam
16
Paradigma-
verandering en
professionalisering
Versterken van de
basis (w.o. CJG)
Diagnose en
verwijzing
Zorginkoop,
Sturing, Financiën
Inbedding
landelijke
jeugdzorg taken
(o.a. J-GGZ, J-LVG)
Onderwijs en Zorg
Onderzoek, audit,
kennis-
ontwikkeling
Zorgcoördinatie
Programma Decentralisatie Jeugdzorg / IKW2 / Passend Onderwijs
Communicatie
Proeftuinen
Gezamenlijk ontwikkelen in plaats van voorafgaand definiëren
Vernieuwend leren
Verbinden van decentralisatieopgaven
Stadsregionaal programmaplan: ontwikkelagenda
17
Gezamenlijk
implementeren
Lokaal
implementeren
Verhouden tot de lokale situatie
en vice versa
Gezamenlijke agenda:
primaat bij samen verdiepen
Maatschappelijk effect
Werken vanuit
gezamenlijke visie
Proeftuinen
Decentralisatie Jeugdzorg
Vanuit de
dagelijkse
praktijk loop je
tegen
knelpunten aan
Praktijkgestuurde pilots
- Opgave
- Beoogde
resultaten
- Tijdpad (eindig)
Monitoring door
programma
Input voor gestuurde
proeftuin
- Kaders
- Context /
vindplaats
- Monitoring
Programmagerichte
proeftuin
Vanuit decentralisatie
jeugdzorg wil je
bepaalde resultaten
bereiken
Simulatie Out-of-the-box.
Laboratoriumsituatie
waarin vanuit verschillende
scenario’s geoefend wordt.
Gearrangeerde
bijeenkomsten
Terugleggen
- Verschillende rollen
- Verschillende
mogelijkheden
- Tegenstrijdige
opgaven
- Verschillende
scenario’s
Transformatie
19
1. Visievorming
Gezamenlijke uitgangspunten t.a.v. opgroeien en opvoeden
Visie op zorg voor de jeugd
2. Opdrachtgever / opdrachtnemer
Versterking sociale context: gebiedsgericht organiseren
Belangrijke rol voor ouders
3. Professionalisering
Andere competenties
Nieuwe spelregels
Transformatie in twee trajecten
20
1. Betrekken professionals bij het programma Decentralisatie Jeugdzorg:
- Als expert bij de projecten (inhoud)
- Om handen en voeten te geven aan een nieuwe manier van werken
tussen en door professionals / ambtenaren / bestuurders (handelen en
gedrag)
Stand van zaken: professionals raken aangehaakt (toeleiding en diagnose,
zorgcoördinatie, paradigmaverandering en professionalsering)
2. Campagne
- Over opvoedvisie, zorgcoördinatie en decentralisatie
- Gericht op professionals, samen met instellingen, samen vormgeven
- Meer toolkit (interactie) dan campagne (zenden)
Stand van zaken: professionals vanaf eerste voorbereiding betrokken.
Andere houding & gedrag
Geldt voor alle stakeholders:
- Wethouders
- Bestuurders instellingen
- Professionals
- Gemeente ambtenaren
Dilemma’s:
Wie heeft de regie?
Wie levert de zorg?
Wie bepaalt?
Kennen we elkaar?
Bezuinigingen versus goede zorg
Uit de comfort zone: spiegel beoogde resultaten aan het veranderproces
Vooroordelen
Veronderstellingen gemeente
- Directeuren van instellingen zijn uit op behoud van de eigen organisatie
- Als we strakker sturen dan komt het veld vanzelf in beweging
- Financiële prikkels leiden tot ander gedrag
- Een andere structuur (bijv. zorgcoördinatie) zorgt voor verandering
Veronderstellingen jeugdzorgveld:
- Er is geen interesse in kwaliteit
- Afkalving van het vak van professional in de zorg
- Gemeenteambtenaar weet niets van de zorg
- Het is de taak van onze organisatie om een centrale rol te spelen
Wat maakt
professionals
ontvankelijk voor
verandering?
Hoe kan er vernieuwing
ontstaan met beperkte
middelen en met
behoud van kwaliteit?
Vooroordelen
Werken aan een gezamenlijke opvoedvisie
1. Doel: echt andere manier van werken
- Ontzorgen: van “zorgen voor” naar “zorgen dat”
- Versterken: eigen kracht van kind/jongere en het gezin
- Integraal: over domeinen heen, focus op kind/jongere/gezin
2. Eigenschappen van de visie
- Concreet, niet te theoretisch
- Aansluiten bij de taal van de professionals
- Niet normatief: term “opvoedvisie” pretendeert een norm voor goed opvoeden
- Gebruik maken van wat er al is
3. Rol gemeente:
- Faciliterend
- Nieuwe taal
- Zorgen voor een gezamenlijk proces
4. Eigenschappen van de procesbegeleider
- Open, onafhankelijk, onbevooroordeeld
- Spreekt de taal van wethouders, bestuurders en professionals
Proces: gedeelde basis voor opvoeden en zorg
voor jeugd
1. Oriënteren
Opbouwen van vertrouwen
2. Gezamenlijk initiatief
Gezamenlijk gespreksgremium (expertgroep)
3. Bouwstenen verzamelen
Gebruik maken van de gegevens die er al zijn
Geen oordeelsvorming
4. Terugleggen bij bestuurders
Eerst alleen bouwstenen presenteren
Draagvlak creëren, Mandaat vergaren
Duo-schap: gemeente en bestuurders
5. Eerste concept individueel toetsen
=> Aanscherpen juiste taalgebruik
Proces: gedeelde basis voor opvoeden en zorg
voor jeugd
6. Plenair bespreken
Concept visie vaststellen
Schrijver van het stuk vaststellen (“gemeente als regievoerder zonder
partnerschap uit het oog te verliezen”)
7. Spiegelbijeenkomst in het veld
Professionals jeugdzorg
Professionals welzijn
Professionals onderwijs
8. Leidt tot “normaliseren” en concretiseren
Clientperspectief wordt verscherpt (visie gaat ook over situaties waarin
het goed gaat)
Concept uitvoeringsagenda
9. Vertalen in professionaliseringstraject
Gezamenlijk belangrijkste thema’s selecteren
Combinatie van aanscherpen kaders en stimuleren
Aansluiten bij de praktijk
Vraagstukken voor professionals
27
Professional
Kind /
jongere en
gezin
Instelling,
jeugdzorg-
aanbieder
Gemeente
Professional
Zorg naar de klant
Wrap around care
Eigen kracht
Mét kind en gezin
Zorg dichtbij
Handelingsruimte
Rekenschap
Netwerk voor
jeugd en gezin
Proces ontwikkeling campagne
State of the art: wat
doen de professionals al,
wat is al praktijk, welke
innovatie vindt al plaats?
Zorg dichtbij Wrap around care
Netwerkdenken Zorg naar de klant
Eigen kracht Mét kind en gezin
Handelingsruimte Rekenschap
De grote thema’s
gezamenlijk bepalen
Toolkit samenstellen
Diverse werkvormen rondom de grote
thema’s in toolkit waarmee instellingen
zelf en gezamenlijk met elkaar aan de
slag kunnen gaan.
Met professionals uit instellingen en
organisaties de inhoud van de
campagnethema’s vormgeven
Bijlage
Veranderende rollen
Rich-
ting Ruimte
Resul-
taat
Reken-
schap
A. Richting geven, ruimte bieden, resultaat afspreken en rekenschap
afleggen
B. Hangt af van het vraagstuk: enkelvoudige (“tame”) vraagstukken versus
meervoudige (“wicked”) vraagstukken
C. Diversiteit van kapitaalgoederen: geld, expertise, capaciteit, netwerk,
tijd
Vijf uitgangspunten t.a.v. opgroeien en opvoeden
1. Elk kind en elke jongere is uniek en ontwikkelt zich in zijn eigen
tempo. Het kind staat centraal in de opvoeding.
2. Ouders zijn allereerst zelf verantwoordelijk voor de opvoeding van
hun kinderen. Ouders willen in principe het beste voor hun kind.
3. Opvoeden is een uitdaging voor alle ouders, waarbij zij soms tegen
vragen of problemen aanlopen. De gemeente biedt laagdrempelige
en toegankelijke faciliteiten voor hulp bij opvoed- en opgroeivragen.
4. Soms is er specifiekere hulp nodig bij het opvoeden of opgroeien.
Deze hulp richt zich op het kind én op het versterken van de kracht
van de ouders en de sociale omgeving.
5. Hulp bij het opvoeden duurt zo lang als nodig is en als de veiligheid
van het kind of de jongere in gevaar is, neemt de gemeente zijn
verantwoordelijkheid.
Tip 1. Geef veldpartners
opdracht:
• Maak arrangementen voor
top 10 van meest
voorkomende
problemen/vragen
• Vraag bijv. uw GGD naar de
top 10
Tip 4. Opdracht aan CJG:
• Inroepen intensieve zorg
(‘indicatie-stelling’) voldoet
aan kwaliteitseisen
• Beslissers zijn
gekwalificeerd
• Er is toetsing op kwaliteit
Tip 2. Geef veldpartners mee:
• Ga uit van één gezin, één
plan
• Zorg voor zo min mogelijk
smoelen
• Per arrangement
• Per gezin & leerkracht
Tip 5. Alleen zaken met
aanbieders die:
• Zich voegen in stepped care
• Werken met 1 gezin/1 plan
• Keurmerk hebben
• Gecertificeerde professionals
• Resultaat cijfers leveren
Tip 3. Opdracht aan CJG:
• Organiseer versterking
pedagogisch klimaat
• Organiseer sterke eerste lijn
voor info, advies,
ondersteuning
(‘pedagogische
huisartsenpost’)