Deblindedichterende kijkendeschrijfster · 2017. 3. 17. · 17 maart 2017, pag. 4...

1
17 maart 2017, pag. 4 De blinde dichter en de kijkende schrijfster Schrijfster Jan- nie Regnerus vond in de blinde Friese dichter Tsjêbbe Hettinga een zielsverwant. Een literaire metgezel met eenzelfde land- schap aan her- inneringen. Ze schreef een liefdevol eerbe- toon: Nacht- schrijver. Kirsten van Santen ‘B lindman recht zijn rug en trekt de klep van zijn schippers- pet nog wat dieper over zijn ogen. Dan zwelt hij aan, zijn stem draagt ver over het veld. In de toon klinkt een noodlottigheid door die de atmosfeer op slag doet kantelen.’ In Nachtschrijver, het vijfde boek van schrijfster Jannie Regnerus (Oudebildtzijl, 1971) wordt haar personage Hannah, die in het Rijks- museum als restaurator werkt, getroffen als door een mokerslag wanneer ze een blinde dichter uit Friesland op een poëziefestival hoort voordragen. Zo verging het Regnerus zelf ook, toen ze die duis- tere, stuwende, mateloos intrige- rende stem op zich af liet komen. Tsjêbbe Hettinga beschreef het noordelijk landschap dat ook het decor van haar jeugd was, in woor- den die bijna de hare hadden kun- nen zijn. Regnerus, die in Haarlem woont, wilde afspreken in een strandtent in Bloemendaal aan Zee om over haar nieuwe roman te vertellen. Over het grijze water komt de nevel aanrollen, een dichte mist omhult het houten strandpaviljoen waarin de schrijfster van haar gemberthee nipt. Het is goed dat we op deze maandagochtend aan zee zijn, ook al valt er weinig te zien. Want, zo weet Regnerus als geen ander, wanneer er weinig is te zien, ga je beter kijken. Zo was haar jeugd aan de Van Albadaweg in Oudebildtzijl: weinig prikkels waardoor haar blik intensi- veerde. ,,Er was ogenschijnlijk weinig te zien en dat nodigde mij uit om beter te kijken.’’ Lange fiets- tochten langs de dijk. Vergezichten over de weilanden. De wind die de woorden bij de lippen afsnijdt. De boerenschuur waarin het pasgebo- ren kalf aan je vingers zuigt. ,,Het noordelijk landschap woont in mij, net zoals het in Tsjêbbe woonde. Ik houd van de veranderlijkheid van de wolkenhemels boven Het Bildt. De mensen nemen er maar weinig ruimte in. Ze zijn ondergeschikt aan de natuur. Dat roept de moge- lijkheid op om zelf verhalen op je omgeving te projecteren.’’ OOGZIEKTE Voor Hettinga (1949-2013) moet het kijken een even intens proces zijn geweest. Tot zijn twintigste zoog hij de wereld in zich op, daarna werd het steeds donkerder om hem heen. Een erfelijke oogziekte ont- nam hem het licht. Hij moest het doen met de beelden die hij op jonge leeftijd vergaarde. Regnerus: ,,Zijn hoofd was een museum vol met depots, laden en kasten, waar- in hij beelden bewaarde. Ja, zo stel ik het me voor. Hij was de suppoost van zijn eigen museum.’’ En: ,,Om zijn herinneringen levend te hou- den, om de details die hij nooit meer zou zien te bewaren, moest hij ze wel in taal vatten.’’ De vele tinten grijs op deze maan- dagochtend aan zee zou Hettinga niet gezien hebben. Maar zijn ‘bin- nenoog’, zoals Regnerus het noemt, nam het op de een of andere manier wel waar. Zo schreef hij bijvoorbeeld over ‘een stoet wolken op bede- vaart’. ,,Een fenomeen dat hij als een huivering op zijn huid kan ‘lezen’, omdat de wolken een voor een het zonlicht blokkeren.’’ Haar boek, Nachtschrijver, is geïn- spireerd op een bijzondere ontmoe- ting die ze met Hettinga had, op camping Stortemelk op Vlieland. Met die ontmoeting vangt de roman aan. De dichter was pas net weduw- naar. Hij zat alleen op het eiland, voor zijn tent, erop vertrouwend dat behulpzame campinggenoten hem wel ‘een schouder aan zouden bieden’. ,,Laat mijn schouder daar dan een van zijn’’, dacht Regnerus. En zo ging het ook. De twee gingen samen het strand op, doken samen in zee. Hettinga dreef los, meters uit de kust, volledig vertrouwend op het water. ,,Als je blind bent, moet je de ruimte om je heen steeds gestalte geven. In het water hoeft dat niet. Het omgeeft je als een mal.’’ Regne- rus toonde zich solidair met Het- tinga – Blindman heet hij in het boek – draaide zich op haar rug in het zoute water en sloot haar ogen. Zij aan zij dreven ze in de Noord- zee. Later, voor de tent, schreef Het- tinga een opdracht voor Regnerus in een bundel: ‘in byld fan dy yn’e golven’. De jonge schrijfster zag hoe de blinde dichter zijn pen veel te hard in het papier drukte en hoe het zeewater, dat nog uit zijn haren drupte, de inkt vlekkerig uit liet lopen. Ze wist toen: dit is een boek. Pas in 2014, een jaar nadat Hettinga was overleden, begon ze met schrij- ven. HET ONGEWISSE Nachtschrijver is een ode aan Het- tinga, maar het werk zingt zich ook los van de werkelijkheid. De ont- moeting tussen schrijfster en dich- ter op Stortemelk is een aanleiding, een aanzet. Regnerus liet haar bverbeelding toe en zette de reali- teit vervolgens naar haar hand. Ze deed geen onderzoek, maar ver- plaatste zich, zittend aan haar bureau in een zonverlichte werkka- mer, in Hettinga’s van licht en kleur verstoken wereld. Haar romanpersonage Hannah overlapt slechts voor een deel met de schrijfster zelf. Regnerus is beel- dend kunstenaar, Hannah werkt in het Rijksmuseum als restaurator. Hannah blijft het liefst bij het ver- trouwde, binnen de lijnen, in de sporen van voorgangers. ,,Blind- man helpt Hannah om dichterbij haar andere zintuigen te komen.’’ Regnerus doet zelf niet anders dan het ongewisse tegemoet treden, haar hele leven al. Angst voor het onbekende is haar vreemd. Die eigenschap voer- de haar als 18-jarige weg uit Oude- bildtzijl en wees de weg naar de kunstacademie in Maastricht (,,Het was daar alsof de wereld zich voor mij ontvouwde’’), naar Mongolië en Japan (waarover ze Het geluid van vallende sneeuw schreef waarmee ze de VPRO Bob den Uylprijs won) en voerde uiteindelijk naar Haar- lem, waar ze als beeldend kunste- naar en schrijfster met haar doch- ter van 9 en zoon van 14 woont. Regnerus wilde geen boek over de persoon Tsjêbbe Hettinga schrij- ven (Nachtschrijver is zeker geen biografie) maar wel over het feno- meen: hoe gaat een blinde dichter te werk? Hoe werkt zijn geheugen? Hoe handhaaft hij zich? Hoe is het voor een blinde vader om zijn kinderen alleen maar te kunnen voelen? Hoe is het om altijd een hand op de schouder van je vrouw te moeten leggen en achter haar aan te lopen? ,,Ik wilde de voe- dingsbodem optekenen van waar- uit Blindman zijn poëzie haalt.’’ Hettinga’s wereld intrigeert haar, juist omdat ze zelf zo visueel is ingesteld. Nachtschrijver leest dan ook als een geschreven schilderij – de werkelijkheid ligt bij Regnerus onder een loep. ,,Kijken ligt altijd ten grondslag aan mijn associaties, aan mijn denken.’’ Het zicht verlie- zen zou voor Regnerus een grote ramp zijn. Onvoorstelbaar. ,,Ik ben 45 en heb het idee dat ik in de kracht van mijn leven ben. Het is alsof ik middenin een zon sta. Om me heen waaieren de stralen uit: boven me mijn ouders, naast me mijn vrienden en familie, mijn geliefde, onder me mijn kinderen. Iedereen is er nog. Ik ben dochter, moeder, zus, vrouw. Alles tegelijk. Het leven balt zich samen.’’ MOEDERLIJK Dat leidt tot een grote drang om te scheppen. Nu Nachtschrijver er is, dienen zich nieuwe plannen aan. Terugkeren naar het Noorden is daarbij zeker geen noodzaak. ,,Het is een veilig, moederlijk landschap. Je kent er iedereen. Niets kan je er besluipen. Die beelden heb ik al. Ik hoef er niet meer middenin te wonen. Maar een leven buiten de stad trekt me wel, om weer dichter bij de seizoenen te leven.’’ Een boerderijtje buitenuit ja, met een atelier aan huis en genoeg ruimte om een Fries paard te hou- den. Want die passie deelde ze met Hettinga. En er is een aanhoudende schrijflust. Met Nachtschrijver heeft ze hoe dan ook een nieuwe stap gezet: ging haar roman De ent nog over haar jeugd in Oudebildtzijl, en haar alom bejubelde boek Het lam over een moeder en haar ernstig zieke kind (met wie het inmiddels geluk- kig weer goed gaat); in haar laatste roman over Blindman heeft ze ‘meer ruimte’ gevonden. Het is haar gelukt om zichzelf uit het verhaal te schrijven. En dat smaakt naar meer. ,,In Het lam verliest de wereld zijn kleur. In de wanhoop om haar zieke kind kan de moeder geen schoonheid meer vinden, alles om haar heen wordt grauw en grijs. Nachtschrijver beweegt zich terug naar het licht.’’ Vertraging is het sleutelwoord, vindt de schrijfster. ,,Dit is geen boek dat je even snel als een ham- burger naar binnen schrokt.’’ Grin- nikend: ,,Ja, je moet het langzaam proeven, in die zin zou je het een slow book kunnen noemen.’’ Dan is het gesprek afgelopen en vertrekt ze, met de fotograaf, de zeemist die inmiddels nog dichter is geworden, in. De schrijfster weet al hoe ze op de foto wil. Nee, niet in zee. In het helmgras. Het is welis- waar allemaal erg grijs vandaag, maar als je goed kijkt, zo belooft ze de fotograaf, zie je allerlei tinten geel en groen. Kijk maar, zegt ze, en gaat hem voor, de duinen in. Tsjêbbe Hettinga was de suppoost van zijn eigen museum Jannie Regnerus (rechts) schreef een eerbetoon aan de Friese dichter Tsjêbbe Hettinga. FOTO ARCHIEF REYER BOXEM FOTO JEAN-PIERRE JANS Titel: Nachtschrijver. Auteur: Jannie Regnerus. Uitgever: Atlas Contact. Prijs: 21,99 euro. Op 28 maart is Jannie Regnerus te gast bij boekhandel Binnert Overdiep in Heerenveen, op 10 april signeert ze bij boekhandel Van der Velde in Sneek.

Transcript of Deblindedichterende kijkendeschrijfster · 2017. 3. 17. · 17 maart 2017, pag. 4...

Page 1: Deblindedichterende kijkendeschrijfster · 2017. 3. 17. · 17 maart 2017, pag. 4 Deblindedichterende kijkendeschrijfster SchrijfsterJan-nieRegnerus vondinde blindeFriese dichterTsjêbbe

17 maart 2017, pag. 4

De blinde dichter en de kijkende schrijfsterSchrijfster Jan-nie Regnerusvond in deblinde Friesedichter TsjêbbeHettinga eenzielsverwant.Een literairemetgezel meteenzelfde land-schap aan her-inneringen. Zeschreef eenliefdevol eerbe-toon: Nacht-schrijver.

Kirsten van Santen

‘B lindman recht zijnrug en trekt de klepvan zijn schippers-

pet nog wat dieper over zijn ogen.Dan zwelt hij aan, zijn stem draagtver over het veld. In de toon klinkteen noodlottigheid door die deatmosfeer op slag doet kantelen.’

In Nachtschrijver, het vijfde boekvan schrijfster Jannie Regnerus(Oudebildtzijl, 1971) wordt haarpersonage Hannah, die in het Rijks-museum als restaurator werkt,getroffen als door een mokerslagwanneer ze een blinde dichter uitFriesland op een poëziefestivalhoort voordragen. Zo verging hetRegnerus zelf ook, toen ze die duis-tere, stuwende, mateloos intrige-rende stem op zich af liet komen.Tsjêbbe Hettinga beschreef hetnoordelijk landschap dat ook hetdecor van haar jeugd was, in woor-den die bijna de hare hadden kun-nen zijn.

Regnerus, die in Haarlem woont,wilde afspreken in een strandtentin Bloemendaal aan Zee om overhaar nieuwe roman te vertellen.Over het grijze water komt de nevelaanrollen, een dichte mist omhulthet houten strandpaviljoen waarinde schrijfster van haar gembertheenipt. Het is goed dat we op dezemaandagochtend aan zee zijn, ookal valt er weinig te zien. Want, zoweet Regnerus als geen ander,wanneer er weinig is te zien, ga jebeter kijken.

Zo was haar jeugd aan de VanAlbadaweg in Oudebildtzijl: weinigprikkels waardoor haar blik intensi-veerde. ,,Er was ogenschijnlijkweinig te zien en dat nodigde mijuit om beter te kijken.’’ Lange fiets-tochten langs de dijk. Vergezichtenover de weilanden. De wind die dewoorden bij de lippen afsnijdt. Deboerenschuur waarin het pasgebo-ren kalf aan je vingers zuigt. ,,Hetnoordelijk landschap woont in mij,net zoals het in Tsjêbbe woonde. Ikhoud van de veranderlijkheid van

de wolkenhemels boven Het Bildt.De mensen nemen er maar weinigruimte in. Ze zijn ondergeschiktaan de natuur. Dat roept de moge-lijkheid op om zelf verhalen op jeomgeving te projecteren.’’

OOGZIEKTEOOGZIEKTEVoor Hettinga (1949-2013) moet hetkijken een even intens proces zijngeweest. Tot zijn twintigste zoog hijde wereld in zich op, daarna werdhet steeds donkerder om hemheen. Een erfelijke oogziekte ont-nam hem het licht. Hij moest hetdoen met de beelden die hij opjonge leeftijd vergaarde. Regnerus:,,Zijn hoofd was een museum volmet depots, laden en kasten, waar-in hij beelden bewaarde. Ja, zo stelik het me voor. Hij was de suppoostvan zijn eigen museum.’’ En: ,,Om

zijn herinneringen levend te hou-den, om de details die hij nooit meerzou zien te bewaren, moest hij zewel in taal vatten.’’

De vele tinten grijs op deze maan-dagochtend aan zee zou Hettinganiet gezien hebben. Maar zijn ‘bin-nenoog’, zoals Regnerus het noemt,nam het op de een of andere manierwel waar. Zo schreef hij bijvoorbeeldover ‘een stoet wolken op bede-vaart’. ,,Een fenomeen dat hij als eenhuivering op zijn huid kan ‘lezen’,omdat de wolken een voor een hetzonlicht blokkeren.’’

Haar boek, Nachtschrijver, is geïn-spireerd op een bijzondere ontmoe-ting die ze met Hettinga had, opcamping Stortemelk op Vlieland.Met die ontmoeting vangt de romanaan. De dichter was pas net weduw-naar. Hij zat alleen op het eiland,

voor zijn tent, erop vertrouwenddat behulpzame campinggenotenhem wel ‘een schouder aan zoudenbieden’. ,,Laat mijn schouder daardan een van zijn’’, dacht Regnerus.En zo ging het ook.

De twee gingen samen hetstrand op, doken samen in zee.Hettinga dreef los, meters uit dekust, volledig vertrouwend op hetwater. ,,Als je blind bent, moet je deruimte om je heen steeds gestaltegeven. In het water hoeft dat niet.Het omgeeft je als een mal.’’ Regne-rus toonde zich solidair met Het-tinga – Blindman heet hij in hetboek – draaide zich op haar rug inhet zoute water en sloot haar ogen.Zij aan zij dreven ze in de Noord-zee.

Later, voor de tent, schreef Het-tinga een opdracht voor Regnerus

in een bundel: ‘in byld fan dy yn’egolven’. De jonge schrijfster zaghoe de blinde dichter zijn pen veelte hard in het papier drukte en hoehet zeewater, dat nog uit zijn harendrupte, de inkt vlekkerig uit lietlopen. Ze wist toen: dit is een boek.Pas in 2014, een jaar nadat Hettingawas overleden, begon ze met schrij-ven.

HET ONGEWISSEHET ONGEWISSENachtschrijver is een ode aan Het-tinga, maar het werk zingt zich ooklos van de werkelijkheid. De ont-moeting tussen schrijfster en dich-ter op Stortemelk is een aanleiding,een aanzet. Regnerus liet haarbverbeelding toe en zette de reali-teit vervolgens naar haar hand. Zedeed geen onderzoek, maar ver-plaatste zich, zittend aan haar

bureau in een zonverlichte werkka-mer, in Hettinga’s van licht enkleur verstoken wereld.

Haar romanpersonage Hannahoverlapt slechts voor een deel metde schrijfster zelf. Regnerus is beel-dend kunstenaar, Hannah werkt inhet Rijksmuseum als restaurator.

Hannah blijft het liefst bij het ver-trouwde, binnen de lijnen, in desporen van voorgangers. ,,Blind-man helpt Hannah om dichterbijhaar andere zintuigen te komen.’’Regnerus doet zelf niet anders danhet ongewisse tegemoet treden,haar hele leven al.

Angst voor het onbekende ishaar vreemd. Die eigenschap voer-de haar als 18-jarige weg uit Oude-bildtzijl en wees de weg naar dekunstacademie in Maastricht (,,Hetwas daar alsof de wereld zich voormij ontvouwde’’), naar Mongolië enJapan (waarover ze Het geluid vanvallende sneeuw schreef waarmeeze de VPRO Bob den Uylprijs won)en voerde uiteindelijk naar Haar-lem, waar ze als beeldend kunste-naar en schrijfster met haar doch-ter van 9 en zoon van 14 woont.

Regnerus wilde geen boek overde persoon Tsjêbbe Hettinga schrij-ven (Nachtschrijver is zeker geenbiografie) maar wel over het feno-meen: hoe gaat een blinde dichterte werk? Hoe werkt zijn geheugen?Hoe handhaaft hij zich? Hoe is hetvoor een blinde vader om zijnkinderen alleen maar te kunnenvoelen? Hoe is het om altijd eenhand op de schouder van je vrouwte moeten leggen en achter haaraan te lopen? ,,Ik wilde de voe-dingsbodem optekenen van waar-uit Blindman zijn poëzie haalt.’’

Hettinga’s wereld intrigeert haar,juist omdat ze zelf zo visueel isingesteld. Nachtschrijver leest danook als een geschreven schilderij –de werkelijkheid ligt bij Regnerusonder een loep. ,,Kijken ligt altijdten grondslag aan mijn associaties,aan mijn denken.’’ Het zicht verlie-zen zou voor Regnerus een groteramp zijn. Onvoorstelbaar. ,,Ik ben45 en heb het idee dat ik in dekracht van mijn leven ben. Het isalsof ik middenin een zon sta. Omme heen waaieren de stralen uit:boven me mijn ouders, naast memijn vrienden en familie, mijngeliefde, onder me mijn kinderen.Iedereen is er nog. Ik ben dochter,moeder, zus, vrouw. Alles tegelijk.Het leven balt zich samen.’’

MOEDERLIJKMOEDERLIJKDat leidt tot een grote drang om tescheppen. Nu Nachtschrijver er is,dienen zich nieuwe plannen aan.Terugkeren naar het Noorden isdaarbij zeker geen noodzaak. ,,Hetis een veilig, moederlijk landschap.Je kent er iedereen. Niets kan je erbesluipen. Die beelden heb ik al. Ikhoef er niet meer middenin tewonen. Maar een leven buiten destad trekt me wel, om weer dichterbij de seizoenen te leven.’’

Een boerderijtje buitenuit ja, meteen atelier aan huis en genoegruimte om een Fries paard te hou-den. Want die passie deelde ze metHettinga. En er is een aanhoudendeschrijflust.

Met Nachtschrijver heeft ze hoedan ook een nieuwe stap gezet:ging haar roman De ent nog overhaar jeugd in Oudebildtzijl, en haaralom bejubelde boek Het lam overeen moeder en haar ernstig ziekekind (met wie het inmiddels geluk-kig weer goed gaat); in haar laatsteroman over Blindman heeft ze‘meer ruimte’ gevonden. Het ishaar gelukt om zichzelf uit hetverhaal te schrijven. En dat smaaktnaar meer. ,,In Het lam verliest dewereld zijn kleur. In de wanhoopom haar zieke kind kan de moedergeen schoonheid meer vinden,alles om haar heen wordt grauw engrijs. Nachtschrijver beweegt zichterug naar het licht.’’

Vertraging is het sleutelwoord,vindt de schrijfster. ,,Dit is geenboek dat je even snel als een ham-burger naar binnen schrokt.’’ Grin-nikend: ,,Ja, je moet het langzaamproeven, in die zin zou je het eenslow book kunnen noemen.’’

Dan is het gesprek afgelopen envertrekt ze, met de fotograaf, dezeemist die inmiddels nog dichteris geworden, in. De schrijfster weetal hoe ze op de foto wil. Nee, niet inzee. In het helmgras. Het is welis-waar allemaal erg grijs vandaag,maar als je goed kijkt, zo belooft zede fotograaf, zie je allerlei tintengeel en groen. Kijk maar, zegt ze, engaat hem voor, de duinen in.

TsjêbbeHettinga wasde suppoostvan zijn eigenmuseum

Jannie Regnerus (rechts) schreef een eerbetoon aan de Friese dichter Tsjêbbe Hettinga. FOTO ARCHIEF REYER BOXEM FOTO JEAN-PIERRE JANS Titel: Nachtschrijver. Auteur:Jannie Regnerus. Uitgever: AtlasContact. Prijs: 21,99 euro.

Op 28 maart is Jannie Regneruste gast bij boekhandel BinnertOverdiep in Heerenveen, op 10april signeert ze bij boekhandelVan der Velde in Sneek.