De Weerribben

2
Natura 2000 gebieden Nederland Recreatie Wat is er te doen? In Ossenzijl staat het Natuuractiviteitencentrum (NAC) met tentoonstellingen en filmpresentaties over het ontstaan van De Weerribben en zijn natuur. Vanuit het centrum worden vaar-, kano- en wandelexcursies verzorgd. Een paar keer per jaar is er een vaartocht met een historische Kuinderpunter. In Kalenberg is een informatieschuur ingericht met een foto- tentoonstelling die de verlanding in beeld brengt. Het gebied is heel geschikt om er te kanoën, maar ook als wandelaar en fietser kun je je natuurhart ophalen. Kano’s, fietsen en elek- trische fluisterboten zijn op verschillende plaatsen te huur. Als er natuurijs ligt, is schaatsen de methode om het winterse landschap te beleven. Voor informatie: NAC/VVV De Weer- ribben, Hoogeweg 27, 8376 EM Ossenzijl, 0561 47 72 72. Op www.npdeweerribben.nl is een activiteitenkalender te vinden. COLOFON Voor meer informatie over dit gebied en Natura 2000 zie de website www.natuurinnederland.eu. Deze brochure is gemaakt in opdracht van de KNNV [www.knnv.nl] en KNNV Uitgeverij [www.knnvuitgeverij.nl] door Blikveld [www.blikveld.nl] Foto’s Nadja Jansma, Jaap Snoeyer, en Saxifraga-Robert Ketelaar. Kaarten topografische dienst. De Europese Unie heeft een zeer gevarieerde en rijke natuur die van grote biologische, esthetische en economische waarde is. Om deze natuur te behouden heeft de Europese Unie het initiatief genomen tot Natura 2000. Dit is een samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden. In Nederland gaat het om 162 gebieden. Het doel van Natura 2000 is het behoud en herstel van de biodiversiteit (soortenrijkdom) in Europa. De Europese Unie wil door middel van de Natura 2000 gebieden bedreigde en waardevolle typen leefgebieden en soorten in stand houden en zo mogelijk herstellen. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming van de KNNV gebruikt of gereproduceerd worden. Samen met de Wieden behoort De Weerribben tot de mooiste laagveenlandschappen in ons land. Ze vormen samen één Natio- naal Park van bijna 10.000 ha. In de Weerribben is nog veel van de traditionele rietcultuur behouden gebleven, waardoor grote delen een open karakter hebben. Het landschap is een doolhof van sloten, petgaten, oude legakkers, broekbossen en rietlan- den, met alle bijbehorende soorten en levensgemeenschappen. Bewoning is in het gebied beperkt gebleven; de karakteristieke dorpjes Kalenberg en Ossenzijl ademen het grootste deel van het jaar nog rust en stilte. De Weerribben en De Wieden liggen in het oude oerstroomdal van de Vecht. Onder invloed van de stijgende zeespiegel na de laatste ijstijd raakten de lagere delen van dit dal gevuld met veen. De veenwinning vanaf 1300 heeft het landschap zijn aan- zien gegeven, maar werd na 1920 verdrongen door rietwinning. In de loop van de twintigste eeuw nam ook de vraag naar riet sterk af mede door de import van riet uit het buitenland. De Weerribben ringslang ronde zonnedauw

Transcript of De Weerribben

Page 1: De Weerribben

Natura 2000 gebieden NederlandRecreatie

Wat is er te doen?In Ossenzijl staat het Natuuractiviteitencentrum (NAC) met

tentoonstellingen en filmpresentaties over het ontstaan van

De Weerribben en zijn natuur. Vanuit het centrum worden

vaar-, kano- en wandelexcursies verzorgd. Een paar keer per

jaar is er een vaartocht met een historische Kuinderpunter.

In Kalenberg is een informatieschuur ingericht met een foto-

tentoonstelling die de verlanding in beeld brengt. Het gebied

is heel geschikt om er te kanoën, maar ook als wandelaar en

fietser kun je je natuurhart ophalen. Kano’s, fietsen en elek-

trische fluisterboten zijn op verschillende plaatsen te huur.

Als er natuurijs ligt, is schaatsen de methode om het winterse

landschap te beleven. Voor informatie: NAC/VVV De Weer-

ribben, Hoogeweg 27, 8376 EM Ossenzijl, 0561 47 72 72. Op

www.npdeweerribben.nl is een activiteitenkalender te vinden.

COLOFON

Voor meer informatie over dit gebied en Natura 2000 zie

de website www.natuurinnederland.eu.

Deze brochure is gemaakt in opdracht van de KNNV

[www.knnv.nl] en KNNV Uitgeverij [www.knnvuitgeverij.nl]

door Blikveld [www.blikveld.nl] Foto’s Nadja Jansma, Jaap

Snoeyer, en Saxifraga-Robert Ketelaar. Kaarten topografische

dienst.

De Europese Unie heeft een zeer gevarieerde en rijke natuur

die van grote biologische, esthetische en economische

waarde is. Om deze natuur te behouden heeft de Europese

Unie het initiatief genomen tot Natura 2000. Dit is een

samenhangend netwerk van beschermde natuurgebieden.

In Nederland gaat het om 162 gebieden.

Het doel van Natura 2000 is het behoud en herstel van de

biodiversiteit (soortenrijkdom) in Europa. De Europese Unie

wil door middel van de Natura 2000 gebieden bedreigde en

waardevolle typen leefgebieden en soorten in stand houden

en zo mogelijk herstellen.

Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming

van de KNNV gebruikt of gereproduceerd worden.

Samen met de Wieden behoort De Weerribben tot de mooiste

laagveenlandschappen in ons land. Ze vormen samen één Natio-

naal Park van bijna 10.000 ha. In de Weerribben is nog veel van

de traditionele rietcultuur behouden gebleven, waardoor grote

delen een open karakter hebben. Het landschap is een doolhof

van sloten, petgaten, oude legakkers, broekbossen en rietlan-

den, met alle bijbehorende soorten en levensgemeenschappen.

Bewoning is in het gebied beperkt gebleven; de karakteristieke

dorpjes Kalenberg en Ossenzijl ademen het grootste deel van

het jaar nog rust en stilte.

De Weerribben en De Wieden liggen in het oude oerstroomdal

van de Vecht. Onder invloed van de stijgende zeespiegel na de

laatste ijstijd raakten de lagere delen van dit dal gevuld met

veen. De veenwinning vanaf 1300 heeft het landschap zijn aan-

zien gegeven, maar werd na 1920 verdrongen door rietwinning.

In de loop van de twintigste eeuw nam ook de vraag naar riet

sterk af mede door de import van riet uit het buitenland.

De Weerribben

ringslang

ronde zonnedauw

Page 2: De Weerribben

Natuurwaarden Beheer en ontwikkeling Gebiedskaart De Weerribben

In het westelijke deel is het landschap door de prominente

aanwezigheid van de rietcultuur nog het meest open van

karakter. Hier zijn de grootste oppervlakten aan trilveen

te vinden: 25 van de totaal 35 hectare die De Weerribben

telt. Deze ‘natte gemeenschappen’ op kraggen (drijvende

eilanden) worden grotendeels ’s zomers gemaaid en zijn daar-

door rijk aan soorten als ronde zegge, rood schorpioenmos,

sterre-goudmos, stijve zegge, draadzegge en wateraardbei.

De zeldzame groenknolorchis doet het hier erg goed.

In de Weerribben leeft de donkere waterjuffer, een weinig

voorkomende libel in Europa. Een uitgesproken bewoner van

veen- en heidegebieden is de heikikker. In weinig gebieden

in Nederland voelt de ringslang zich zo thuis als hier; kijk

eens of u er vanuit uw kano niet een zonnend op de oever

ziet liggen.

De rietlanden zijn zeer gevarieerd van karakter, al naar gelang

de lokale watersituatie, het type maaibeheer, de bevloeiing en

het beheer. Op plekken waar de verzuring verder is voortge-

schreden en waar de waterstanden redelijk stabiel zijn, ontwik-

kelen de veenmosrietlanden zich verder naar moerasheide.

Het centrale deel van De Weerribben is het meest zure deel.

Dit komt omdat hier de invloed van kwel ontbreekt, de onder-

grond geen kleilaag heeft en omdat er geen noemenswaar-

dige bevloeiing van de rietlanden wordt uitgevoerd. De riet-

cultuur is hier grotendeels gestaakt, waardoor grote delen

in de afgelopen vijftig jaar verbost zijn. Het voorportaal van

deze verbossing zijn gagelstruwelen, waarvan hier en daar

nog mooie voorbeelden zijn te vinden.

Nergens in Nederland komt de grote vuurvlinder zó talrijk

voor als in De Weerribben. Het gaat om de endemische

(alleen hier levende) ondersoort batava; dat maakt deze

populatie van mondiaal belang. Andere diersoorten die

hier voorkomen en waarvoor De Weerribben is aangewezen

als Natura 2000-gebied, zijn de gevlekte witsnuitlibel, de

gestreepte waterroofkever, de meervleermuis en de al eerder

genoemde groenknolorchis. Vertegenwoordigers van de

rijke visfauna zijn de kleine en de grote modderkruiper en de

bittervoorn, een soort waarbij de vrouwtjes hun eitjes leggen

in zoetwatermosselen.

NATUURWAARDEN

1. Natuuractiviteitencentrum Ossenzijl

2. Informatieschuur Kalenberg

3. Gagelstruwelen

4. Vervenershuisje aan de Hogeweg

De jaargetijden

In de lente kun je ver kijken over het korte groene riet dat

snel groeit. ’s Zomers waan je je, peddelend in je kano, in een

oerwoud van hooggepluimde rietkragen en moerasbossen

met lianen van kamperfoelie, bitterzoet, hop en haagwinde.

In de herfst kleurt de laagstaande zon het gele riet tot een

gouden landschap. ‘s Winters verliest het riet zijn blad en is

de maaitijd voor riettelers aangebroken en zie je rietschoven

en opgetaste bossen, her en der een rokerig vuurtje.

Boerderijtjes en vervenershuisjes staan langs twee ontgin-

ningsassen. Aan de Hooge Weg lag in de veertiende eeuw

het oude IJsselham. De Oude Weg maakte in de vervenings-

tijd plaats voor de Kalenbergergracht. De woningen daar zijn

deels alleen per boot of fiets, dan wel te voet bereikbaar.

Van de vogels die hier voorkomen zijn met name de roer-

domp, het porseleinhoen, de zwarte stern en de snor

vermeldenswaard omdat ze landelijk tamelijk tot zeer zeld-

zaam zijn.

De broedpopulatie van de zwarte stern is gedaald tot

een dieptepunt van tien paartjes. De grootste bedreiging

vormden aanvankelijk veranderingen in het voedselaanbod

door watervervuiling en het verdwijnen van natuurlijke nest-

gelegenheid van drijvende waterplanten. Dit staat in tegen-

stelling tot De Wieden waar de zwarte stern zich wel goed

handhaaft. In het leefgebied van de zwarte stern herstelt de

libelsoort groene glazenmaker zich wél goed, na een diepte-

punt in de jaren tachtig door de toen slechte waterkwaliteit

en daardoor de afname van krabbenscheer waar de groene

glazenmaker van afhankelijk is. Lokaal kunnen de aantallen

hoog oplopen, al is de totale populatie in De Weerribben

nog vrij klein. In dit type leefgebied zien we ook de hoogste

aantallen van de landelijk bedreigde gevlekte witsnuitlibel.

Beheer

De Weerribben hangt als natuurgebied nauw samen met De

Wieden. Natuurmonumenten beheert De Wieden en Staats-

bosbeheer De Weerribben. Beide organisaties spannen zich

in om het proces te behouden waarbij open water zich via

verschillende stadia tot moerasbos ontwikkelt. Elk stadium

van verlanding heeft zijn eigen kenmerkende planten- en

diersoorten. Een enorme diversiteit dus. Dit ‘verlandings-

proces’ moet cyclisch zijn; zich keer op keer herhalen. Zonder

het werk van de beheerders zou het hele gebied definitief

veranderen in één groot moerasbos. Door steeds nieuw open

water te maken, begint ook telkens de verlanding opnieuw.

Vóór de tijd van straffe waterhuishouding zorgden daar

stormen en overstromingen voor.

De vele hooilanden worden ’s zomers gemaaid. Dat brengt elk

jaar prachtige bloemen, zoals gewone dotterbloem, ratelaar,

echte koekoeksbloem en veel soorten orchideeën tot bloei.

’s Winters oogsten rietsnijders het riet, maar Staatsbosbeheer

en Natuurmonumenten laten een deel ervan staan als schuil-

en nestgelegenheid voor de rietvogels. En voor de zwarte

stern worden broedvlotjes uitgelegd, als vervanging van het

schaarse krabbenscheer. Weidevogels vinden rust en veiligheid

in speciaal ingerichte gebieden. Sinds 2004 worden er weer

otters geboren nadat deze soort geherintroduceerd was.

rietland

orchideeenrijk grasland

donkere waterjuffer