De verschuiving van een viering - WordPress.com · 2011-12-30 · zelf moeiteloos nog het...

22
Het kerstfeest en zijn Transformatie De verschuiving van een viering Universiteit van Tilburg Faculteit Geesteswetenschappen, Departement Religiewetenschappen en Theologie Roel van Rijswijk (666908) 2008/2009

Transcript of De verschuiving van een viering - WordPress.com · 2011-12-30 · zelf moeiteloos nog het...

Het kerstfeest en zijn Transformatie

De verschuiving van een viering

Universiteit van Tilburg

Faculteit Geesteswetenschappen, Departement Religiewetenschappen en Theologie

Roel van Rijswijk (666908)

2008/2009

Kerst en haar transformatie 2008-2009

1 Roel van Rijswijk

Voorwoord

Kerstmis is een centraal ritueel in het westers vieren van de bekende kalenderfeesten. Van alle

terugkerende feesten behoort het (of elementen ervan), samen met het vieren van sinterklaas, tot

de meest dominante feesten, volgens een onlangs gehouden enquête van het Nederlands Centrum

voor Volkscultuur . Juist daarom leek het me buitengewoon interessant om te kijken hoe het die

dominantie heeft behouden, in een samenleving waar institutionele religiositeit een steeds minder

grote en expliciete rol lijkt te spelen. Op zich heb ik zelf weinig binding met de kerkelijk

ingegeven betekenis en invulling van het kerstfeest. Niettemin ben ik me altijd bewust geweest

van een diepere inhoud; een inhoud die het zetten van een kerstboom overstijgt. Het inspireerde

me om eens te kijken naar de grens tussen enerzijds het religieuze kerstmis en anderzijds het

seculiere kerstfeest die beide binnen een soort cascoritueel plaats hebben gekregen. Mijn focus

zou dan, vanzelfsprekend, komen te liggen bij de verschuiving ten aanzien van de christelijke

dimensie van kerstmis. Waar we uiteindelijk nu kunnen constateren dat het feest door zowel

christenen als niet-christenen op een of andere wijze gevierd wordt. Mijn hoofdvraag richt zich

dan ook expliciet op dat thema; de transformatie van het kerstritueel.

In de uitwerking van deze thesis is zowel moeite als tijd gaan zitten voor diverse betrokken

partijen. Voor mij, maar ook voor anderen. Paul Post, mijn thesisbegeleider, was van het begin

tot het einde bereid om mee te denken over de richting die mijn uiteenzetting op kon gaan.

Daarvoor ben ik hem zeer dankbaar. Daarnaast dank aan Louis van Tongeren die mij, al tijdens

het schrijven van mijn thesis, heeft geholpen bij het schetsen van een compleet overzicht van de

ontstaanshistorie van het kerstfeest. Zonder zijn aanvullingen was vooral de inleiding niet

compleet geweest en daarmee mijn thesis gebrekkig. Marloes van Mook bedank ik tot slot in het

bijzonder voor het inhoudelijk en grammaticaal kritisch tegen lezen van mijn thesis. Gaandeweg

een proces lijken bepaalde zaken vanzelfsprekend, die juist voor een leek verheldering vereisen.

Om dat op te vangen is het prettig een buitenstaander te hebben die je uiteenzetting leest en de

begrijpelijkheid er van toets. Marloes van Mook heeft zich zeer bereid getoond die taak te

vervullen.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

2 Roel van Rijswijk

Hoewel een bachelorthesis té weinig ruimte laat om daadwerkelijk de diepte in te gaan op alle

vlakken waar dat wellicht wenselijk is, geloof ik dat het overzicht van het ontstaan en de

ontwikkeling van het besproken kerstritueel uiteindelijk goed aan bod komt.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

3 Roel van Rijswijk

Inhoudsopgave

Voorwoord .............................................................................................................................................. 1

Inhoudsopgave ......................................................................................................................................... 3

Inleiding .................................................................................................................................................. 4

Ritueel als bindmiddel.......................................................................................................................... 4

Kerst .................................................................................................................................................... 4

1. Het ontstaan van kerst ...................................................................................................................... 6

2. Het begin van de transformatie ......................................................................................................... 9

3. Kerst in een multireligieuze samenleving........................................................................................ 13

4. Kerst in de toekomst ....................................................................................................................... 16

Conclusie ............................................................................................................................................... 18

Kerst en haar transformatie 2008-2009

4 Roel van Rijswijk

Inleiding

Ritueel als bindmiddel

Er zijn verschillende auteurs die de bindende functie als belangrijke functie van ritueel zien.

Emile Durkheim is er daar een van. Deze grondlegger van de sociologie ging uitgebreid in op het

ritueel als sociaal verschijnsel (Lukken, 1999, pp. 67-68). Rein Nauta, godsdienstpsycholoog

verbonden aan de Universiteit van Tilburg, schreef over de sociale functie van feest, een

specifieke uiting van ritueel: “Feestend wordt de stilte doorbroken, de eenzaamheid vergeten, is

men open voor het andere en de anderen. Opgenomen in het ritme van de muziek wordt de

eenheid van allen bevestigd.” (Nauta, 1995, p. 99). Of in de woorden van zijn collega Paul Post:

“Feesten zijn onlosmakelijk verbonden met groepscultuur. Feest valt of staat met de solidaire

groep: feesten doe je samen.” (Barnard & Post, 2001, p. 173).

Wanneer we uitgaan van die samenhang tussen feest en groepscultuur heeft het ritueel, en in het

bijzonder het feest, op zich een belangrijke bindende (groeps)functie in de groeiende diversiteit

waarmee Nederland te maken heeft. Nederland is sinds de jaren zestig geworden tot een

samenleving waarbinnen het zogenaamde multiculturalisme een belangrijke plek inneemt en dat

is herkenbaar in de mate van cohesie tussen bepaalde bevolkingsgroepen. Nederland is cultureel

en religieus verdeeld. Er kan geconstateerd worden dat de integratie van de diverse nieuwe

culturen maar mondjesmaat op gang komt: “Het integratieproces tussen de verschillende culturen

binnen onze Nederlandse samenleving verloopt moeizaam of vindt tot op de dag van vandaag

niet plaats.” (Hoekstra & Kranenborg, 2001, p. 6).

Tegelijkertijd zien we hoe verschillende religieuze rituelen door anders-religieuzen wordt

geadopteerd en hoe bepaalde emerging rituals specifieke religiositeit ontberen, zoals stille

tochten, jaarlijkse herdenkingen, aids memorial day, waarbij de deelnemers veelal op zoek zijn

naar incidentele ‘gemeenschap’. Het ritueel is duidelijk aan het transformeren; het verliest haar

specifieke religieuze vorm in de door secularisatie getekende samenleving.

Kerst

Ter illustratie van deze transformatie en in het bijzonder van de invloed van nieuwe culturele en

religieuze tradities, in deze thesis, heel specifiek worden ingegaan op de transformatie van het het

Kerst en haar transformatie 2008-2009

5 Roel van Rijswijk

kerstfeest. Om die transformatie te kunnen beschouwen, moet er een duidelijk beeld zijn van

kerst vroeger en nu. De Encyclopedia Brittanica (Brittanica Online Encyclopedia, sv: ‘christmas’)

helpt ons daarbij aardig op weg. Bij de zoektocht naar een begripsbepaling voor kerstmis toont de

online encyclopedie tevens: christmas tree, christmas card en christmas carol. Daar kunnen we

zelf moeiteloos nog het kerstdiner en de kerststal bij plaatsen, juist omdat deze twee elementen

een dominante rol hebben binnen de rituelen welke met kerst zijn verbonden. Dit vijftal

verschijnselen zal nog nader aan bod komen in de uiteenzetting, alsmede in de conclusie, waar

het de benadering van de genoemde transformatie betreft. De nachtmis, een erg kerkelijk element

dat niettemin een dominante rol speelt bij de viering van kerstmis, zal als zesde element worden

gehanteerd om in te gaan op de verschuiving van de essentie van kerstmis.

Bij de benadering van die transformatie zal in eerste instantie worden uitgegaan van de volgende

vraagstelling:

Hoe manifesteert kerstmis zich in de actuele samenleving?

Om tot de beantwoording van deze algemene vraagstelling te komen, zal stapsgewijs getracht

worden de volgende deelvragen te beantwoorden:

-Wat is de oorsprong en de ontstaansgeschiedenis van kerstmis?

-Wat voor veranderingen heeft het doorgemaakt om tot zijn huidige vorm te komen en in hoeverre

hebben externe factoren en/of culturele verschijnselen daarbij een rol gespeeld?

-Hoe verhouden multireligieuze samenleving en de rituelen rondom kerstmis zich tot elkaar?

Welke achtereenvolgens in hoofdstuk 1 t/m 3 zullen worden behandelt.

In het vierde hoofdstuk wordt stilgestaan bij een toekomstschets van het ritueel, waarbij getracht

wordt de al voltooide weg en de actuele tendens met elkaar te vervlechten.

Voor dit onderzoek maak ik gebruik van verschillende bronnen, waaronder enkele algemene

naslagwerken en werken over rituelen. Belangrijk om te noemen is het werk van Roll, Towards the

origins of Christmas, omdat dit, vooral bij de schets van de ontstaanshistorie, een zeer belangrijke

plek inneemt.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

6 Roel van Rijswijk

Naast de gebruikte literatuur is in het kader van deze thesis een kleinschalige enquete gehouden.

Aan 45 mensen werd gevraagd het kerstfeest te typeren, in enkele woorden. De resultaten van dit

onderzoekje zijn niet heel erg veelzeggend. Niettemin zijn ze als referentie interessant en daarom

zullen zij wel genoemd worden op plekken waar zij een meerwaarde hebben.

Ter afsluiting van deze inleiding een kanttekening, met betrekking tot het aangesneden thema, op

naam van Peter Nissen. In het boek Volkscultuur brengt hij twee essentiele kanttekeningen aan,

waar het de cultuuruitingen rond kalenderfeesten betreft. Enerzijds is het, volgens hem, eerder

uitzondering dan regel is dat een bepaald gebruik of een bepaalde rituele vorm een zuiver

religieuze betekenis heeft. Hierbij spelen de seizoenen een belangrijke rol. Daarnaast stipt hij aan

dat, vanwege het feit dat de meeste kalenderfeesten al lange tijd bestaan, ze een magneetfunctie

hebben uitgeoefend op allerlei elementen uit de feestcultuur (Dekker, Roodenburg, &

Rooijakkers, 2000, pp. 247-248). Beide aspecten zullen we tijdens deze thesis nog ontmoeten.

1. Het ontstaan van kerst

De Encyclopedia of Religion definieert kerstmis of christmas als de christelijke viering van de

geboorte van Jezus Christus. De naam verwijst naar naar de kerkelijke mis die dit doel dient

(Jones & Eliade, 2005, p. 1756). De New Catholic Encyclopedia definieert kerst eveneens als de

viering van de geboorte van Jezus, waarbij in de eerste alinea van die definitie ook stil wordt

gestaan bij de ‘cycle of Christmas’ welke begint met de Advent periode en eindigt met de

presentatie van Jezus Christus in de tempel (zie ook Lucas 2:22-2:40) (New Catholic

Encyclopedia, 1967, pp. 655-656).

In een lijst uit 354 CE met gedenkdagen van romeinse martelaren en sterfdagen van romeinse

bisschoppen staat op 25 december de geboorteviering van Jezus Christus. Deze vermelding

impliceert een nieuwe ontwikkeling in de viering van de jaarcyclus. Op dezelfde datum staat ook

de Natalis Invicti vermeld. Daaruit kunnen we concluderen dat in het jaar 354 het kerstfeest

bekend is en gevierd wordt, maar ook dat het samen valt met de burgerlijke gedenkdag van de

onoverwinnelijke zon (Wegman, 1991, p. 141).

Kerst en haar transformatie 2008-2009

7 Roel van Rijswijk

De bijbel biedt weinig aanknopingspunten over de datum waarop Jezus werd geboren. Met

betrekking tot de datum waarop nu kerstmis gevierd wordt, zijn er tenminste twee breed gedragen

theorieen met betrekking tot de precieze herkomst ervan.

Een van die twee is de zogeheten calculatie-theorie. Susan Roll omschrijft deze theorie zeer

treffend in haar ‘Towards the Origins of Christmas’:

“The Calculation hypothesis postulates that the symbolic number systems which the early church

fathers considered so appropriate to the action of God in the world, permitted only perfect whole

numbers, not fractions. Great personages could only live a whole number of years, implying that

the person died on his or her birthday, or in the case of Christ, the day of his conception because

of the salvific significance of the Word-becoming-flesh in the womb of mary. If Christ was

believed to have suffered and died on the fourth day following the spring equinox, 25 march, his

conception should then have taken place on the same day some 30 days before; Christ’s birthdate

could then be placed a perfect nine months afterwards, 25 december.” (Roll, 1995, pp. 87-88).

Met andere woorden: aangezien men vroeger dacht dat Jezus Christus’ geboorte- en sterfdatum

verband met elkaar hielden, ging men er van uit dat hij verwekt was op dezelfde dag dat hij stierf.

Aangezien de bijbelse traditie ons meegeeft dat Jezus met pasen is gestorven, moet hij derhalve

negen maanden na pasen zijn geboren. Een rekensommetje dus; vandaar ook de calculatietheorie

geheten. Daarbij moet worden aangetekend dat men er de voorkeur aan gaf om christelijke

feesten op een vaste dag van de maandkalender te vieren, opdat ingewikkelde berekeningen

achterwege gelaten konden worden. Daar Pasen feitelijk wél uitgerekend wordt, zou kerstmis ook

jaarlijks op een andere datum gevierd moeten worden. 25 maart echter, de datum die Roll ook

noemt, was volgens een omrekening in de juliaanse kalender 14/15 Nisan van het jaar 33, de dag

en het jaar van Jezus’ dood. Volgens sommige geleerden is dat de reden dat 25 december als

datum is gekozen voor de viering van kerstmis (Wegman, 1991, p. 142).

Kerst en haar transformatie 2008-2009

8 Roel van Rijswijk

Leaf disc dedicated to Sol Invictus. Silver, Roman artwork,

3rd century AD. From Pessinus (Bron: Wikipedia)

De andere theorie, de

godsdiensthistorische, brengt 25

december als datum in verband met de

winterzonnewende die in het Romeinse

Rijk op die datum aanleiding was tot de

viering van de ‘Onoverwinnelijke Zon’.

In die theorie zou de basis van de datum

dus stammen uit een andere religie.

Daarbij zou Constatijn de Grote heeft

met zijn poging de feestdagen van

verschillende kleine religieuze sektes bij

elkaar te brengen, een enorm belangrijke

rol hebben gespeeld (Roll, 1995, pp.

114-115).

Daarnaast claimt J.J. Mak in zijn uiteenzetting over het kerstfeest dat oorspronkelijk

Driekoningen hét geboortefeest ter viering van de geboorte van Jezus Christus was, dat op haar

beurt een poging was om de Alexandrijnse viering van de geboorte van Aion te kerstenen (Mak,

1948, pp. 3-21). Zo kunnen we voorzichtig concluderen dat de viering van de geboorte van

Christus in het verleden meerdere malen geassocieerd wordt met het kerstenen van niet-

christelijke rituelen. Iets waarvoor het zich goed leende, want zolang er geen exacte datum

bekend is van de geboorte is het gemakkelijk om opportuun zo nu en dan de feestdag te

verschuiven. Iets dat natuurlijk niet té extreem en natuurlijk niet te vaak moet gebeuren, maar dat

op de juiste momenten uitstekend het genoemde doel kan dienen. De viering van de geboorte, op

welke datum dat dan ook plaats zou hebben, was theoloog en kerkvader Origines een doorn in het

oog. Hij achtte de hele viering of herdenking van Jezus’ geboorte ongepast en zelfs zondig. (Roll,

1995, p. 86)

Vast staat dat Origines’ standpunt historisch gezien weinig sporen heeft nagelaten. In plaats van

geen aandacht meer te besteden aan de geboorte van Jezus is er juist sinds de tweede eeuw een

groeiende algemene belangstelling te constateren waar het de juistheid en plaatsing van de

Kerst en haar transformatie 2008-2009

9 Roel van Rijswijk

geboortedatum van Jezus Christus betreft (Mak, 1948, pp. 33-34). Was het in mei, januari

(rondom driekoningen) of toch in december? Volgens Clemens van Alexandrië (+/-125/150 –

215) was het 19 april. Anderen uit zijn tijd noemen 28 maart of 29 mei. Volgens de Duitse

sterrenkundige Johannes Kepler (1571-1630), die uitrekende wanneer er een ster kon zijn

geweest die de wijzen uit het oosten de weg wees, moet de geboorte op 20 mei hebben

plaatsgevonden. (Kraaijeveld, 2000, p. 8) Het is niettemin niet van substantieel belang wanneer

Jezus daadwerkelijk geboren is voor de ontwikkeling van het ritueel, alsook het weinig relevant is

of de keuze voor 25 december een kerstenende rol moest vervullen of er juist voor moest zorgen

dat christenen het niet-christelijke Dies Natalis Sol Invictus mee zouden vieren (Post, Rouwhorst,

Scheer, & Tongeren, 2001, pp. 98-99). Sinds 325 CE is de kalender in Rome uitgebreid met het

feest van de Natalis Christi op 25 december.

In tegenstelling, overigens, tot de historisch correcte (en eventueel te berekenen) geboortedag is

de aangenomen invloed van de niet-christelijke rituelen, waarvan het de bedoeling was ze te

kerstenen, wel van belang. Hoe het kerstfeest kort na de kerstening van de Kelten en de

Germanen werd gevierd weten we helaas niet. De bronnen uit die periode zijn te schaars en te

weinig concreet. Wat we wel weten is dat in de latere middeleeuwen, waarover of waarvan wel

voldoende bronnen zijn, er enkele gebruiken verbonden zijn met het kerstfeest die niet uit het

Christendom te verklaren zijn. Maaltijden waarbij men na afloop eten laat staan voor nachtelijke

bezoekers, bijvoorbeeld, of het uitwisselen van geschenken; allemaal klaarblijkelijk gekerstende

niet-christelijke gebruiken (Mak, 1948, p. 70). Tezamen vormen zij, weliswaar in

gemoderniseerde vorm, belangrijke aspecten van de hedendaagse viering van kerst. Via bewuste

integratie van dergelijke elementen, met bekering als voornaamste doel, maar ook via

aanslibbing, dramatisering en historisering kreeg het kerstfeest haar meest bekende gestalte.

2. Het begin van de transformatie

Hoe ook het kerstfeest is ontstaan, we kunnen met behoorlijke zekerheid vaststellen dat, na de

goede week en de verering van de patroonheilige van de stad, het in de Middeleeuwen een van de

hoogtepunten van de jaarkalender was. Een ritueel omringd door lichtsymboliek, waar

onderzoeker J.J. Mak over schrijft: “Wij hebben in onze Middeleeuwse Kerstvoorstellingen al

verteld, hoe deze lichtsymboliek gedurende de gehele middeleeuwen heeft doorgewerkt, al raakt

Kerst en haar transformatie 2008-2009

10 Roel van Rijswijk

ze in de volksliteratuur voor lange tijd op de achtergrond door de sterke overweging van Zijn

armoede en lijden…” (Mak, 1948, pp. 97-98). Het zijn deze armoede en lijden die, volgens Mak,

ook aan de wieg staan van een secularisatietendens die in de latere middeleeuwen als gevolg van

een historiseringsproces en ver doorgevoerd realisme van Jezus’ geboorte merkbaar is (Mak,

1948, pp. 100-102).

De niet-christelijke gebruiken uit het vorige hoofdstuk van deze thesis, die alle een bepaalde

invloed hebben uitgeoefend op de transformatie van het kerstfeest, helpen ook mee bij het de

verschuiving van de christelijke dimensie. “Wij moeten ons voorstellen, dat bij de sacrale

gerechten na de invoering van het Christendom al heel gauw allerlei profane lekkernijen zijn

gekomen en dat het kerstfeest, inzonderheid de kerstavond, zich ging onderscheiden door ‘lekker

eten en drinken’, zoals het dan vandaag de dag voor de meesten feitelijk alleen daarin bestaat.”

aldus Mak (Mak, 1948, p. 134). Mak doelt daarmee op de intrede van nieuwe elementen.

Elementen die getuigen van een nieuwe beleving van kerstmis.

Dergelijke elementen krijgen een belangrijke rol tot de reformatie. Dan, in de 16de

eeuw, komt er

een einde aan wat Vondel ooit nog ‘de hoogste feest van ’t jaer’ noemde. Kerstfeest lijkt enkele

eeuwen in stilte voorbij te gaan. Met de protestantse kerk, die de kribbe en de kerstspelen verbant

lijkt het niet-kerkelijke kerstmis verdwenen. Tot het moment dat de burgerij, in de negentiende

eeuw, kerstmis oppakt en er een familiaal feest van maakt. (de Jager, 2001, pp. 224-226) Men

haalt een kerstboom in huis (welke waarschijnlijk initieel wordt geintroduceerd door duitse

immigranten) en geeft elkaar kerstgeschenken. Ton Dekker noemt het een van de eerste

innovaties in de Nederlandse feestcultuur, die in dit geval uit Duitsland afkomstig zijn en zich in

de negentiende eeuw via winkeliers, zondagsscholen en de hogere sociale groepen in de

Nederlandse samenleving hebben verspreid (Dekker, Roodenburg, & Rooijakkers, 2000, pp. 56-

57). De kerstboom kent daarbij nog de meeste vertraging. De algemene opinie is nog altijd dat de

kerstboom een ‘heidense’ oorsprong heeft. Om die reden, maar ook omdat volgens de kerk zo’n

boom de aandacht van de essentie zou afleiden, werd het gebruik lange tijd geweerd (de Jager,

2001, pp. 225-227).

Kerst en haar transformatie 2008-2009

11 Roel van Rijswijk

De kerstkaart, een ander breed gedragen fenomeen dat met kerst wordt verbonden, stamt van

rond dezelfde tijd. De mythe verhaalt dat Henry Cole (1808-1882) te weinig tijd had om een

uitgebreide brief te schrijven, wat

toentertijd het gebruik was rond

kerst, en besloot kaart te laten

drukken. Het feit dat met een

kerstkaart in korte tijd veel relaties

te bereiken zijn, zal ongetwijfeld

grotendeels hebben bijgedragen aan

haar succes. (de Jager, 2001, pp.

225-226)

Het laatste voorbeeld van gebruiken

zoals aangehaald in de inleiding zijn de ‘christmas carols’. Het fenomeen van kerstliederen is

tevens een importproduct uit Duitsland. In Biedermeijer-Duitsland werden liederen als Stille

Nacht, Heilige Nacht en O Tannenbaum, O Tannenbaum gecomponeerd. Liederen die al snel

overgenomen werden, mede dankzij het feit natuurlijk dat zij zo gemakkelijk te vertalen waren en

bij die vertaling niets van hun essentie verloren. (de Jager, 2001, p. 226)

Sinds de brede opleving van kerstmis, met op de achtergrond een groeiende verschuiving van

religiositeit, is het kerstfeest steeds meer van zijn geclaimde christelijke betekenis verloren en

gegroeid in zijn functie als een ‘familiefeest’ met een veelal overdadig gedekte tafel en een

kerstboom voor de sfeer (Hoekstra & Kranenborg, 2001, p. 5). ‘Lekker eten en drinken’ dus,

zoals Mak dat in zijn in 1948 verschenen werk over het kerstfeest al omschreef. Voor de

betekenisgeving van decemberfeesten als kerstmis maar ook sinterklaas en st.maarten zijn

factoren als huiselijkheid, vrijetijd, toerisme en commercie van groter belang dan de christelijke

traditie die ooit zo dominant was bij de vorm van de verschillende feesten (Dekker, Roodenburg,

& Rooijakkers, 2000, p. 248).

Eerste kerstkaart ter wereld van sir Henry Cole in 1843.

(Bron: Atlas van Stolk)

Kerst en haar transformatie 2008-2009

12 Roel van Rijswijk

Met de groei in populariteit en de commerciele adoptie van de kerstman, een amerikaans

fenomeen gebasseerd op sinterklaas, werd een nieuwe fase bereikt. (Whiteley, 2008, pp. 50-67)

Dit verschijnsel dat met de marshalhulp overwaaide naar andere delen van de wereld was

tenslotte natuurlijk van groot belang voor de transformatie van kerstmis; dat nu minder sterk op

de geboorte van Jezus en sterker op de komst van de kerstman was gericht. Ook in Nederland,

waar de kerstman in de jaren 50 zijn intrede deed, werd de kerstman door onder andere

behoudende katholieken niet gezien als bijvoorbeeld een concurrent van de Nederlandse

sinterklaas, maar meer als concurrent van het kerstkind (Dekker, Roodenburg, & Rooijakkers,

2000, p. 213). Deze recente veranderingen van het kerstfeest, die we voor nu de titel

veramerikanisering mee zullen geven, toont zich tevens in grote verlichte kerstbomen, uitbunding

pakpapier met kerstmotief, geillustreerde kerstkaarten (en de gewoonte deze op de

schoorsteenmantel te zetten) en mannen in kerstmanpak die in grote warenhuizen de

verlanglijstjes van kinderen geacht worden aan te nemen (Miller, 1993, pp. 40-41). Een beweging

die, in tegenstelling tot diverse andere landen, in Nederland, waarschijnlijk dankzij het

volhardende Sinterklaas-feest, enigszins vertraagd op gang is gekomen maar niettemin steeds

duidelijkere vormen begint aan te nemen en tegenwoordig in dominantie het oorspronkelijk

religieuze feest al in populariteit voorbij is gestreeft.

Deze beweging is heel duidelijk herkenbaar in de vijf elementen die in de inleiding werden

genoemd en waarvan, voor een deel, eerder in dit hoofdstuk de oorsprong werd toegelicht. De

kerstboom, de kerstkaart, het kerstlied, het kerstdiner en de kerststal. Weliswaar voor een

belangrijk deel via buitenchristelijke weg het kerstfeest binnengedrongen, maar inmiddels

geaccepteerde onderdelen van dat kerstfeest. Maar juist in die expliciete onderdelen is de

secularisatie van het kerstfeest te herkennen. Waar het de versiering van de kerstboom betreft, de

vorm van de kerstkaart, de steeds meer op liefde en witte kerst gerichte kerstliederen (denk

daarbij aan de nummers die in de oorspronkelijke adventtijd op radio en televisie worden

gedraaid), het van de traditionele vorm van religiositeit losgemaakte kerstdiner en de huiselijke

kerststal die tegenwoordig met efteling-figuren, beertjes, muizen, aapjes etc. etc. worden gevuld.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

13 Roel van Rijswijk

Over die kersstal is meer te zeggen.

Zo werd in 1957 in het Belgische

Turnhout de aanzet gegeven tot de

zogenaamde spektakelstal. Iets dat

al snel in naburige gemeenten werd

overgenomen en al snel daarna in

Nederland terecht kwam. Bij een

dergelijke stal is het niet de

christelijke authenticiteit, de

bijbelse herkenbaarheid, maar

vooral orginaliteit en eigenheid dat

men nastreeft. Gerard Rooijakkers

stipt in zijn uiteenzetting in

Volkscultuur zelfs expliciet het hoge ‘kinderboerderijgehalte’ aan (Dekker, Roodenburg, &

Rooijakkers, 2000, pp. 209-211).

Deze ‘nieuwe’ kerststal trekt, ook via diverse kerststallenroutes, kerststaltoeristen. Met een

opstelling waar religiositeit een marginale rol speelt, trekt men moeiteloos een stramien aan

buitenstaanders aan. Rooijakkers: “De kerststallen zijn met andere woorden een ‘toeristisch-

recreatief product’ geworden (…)” (Dekker, Roodenburg, & Rooijakkers, 2000, p. 211).

3. Kerst in een multireligieuze samenleving

De specifieke christelijke inspiratie achter het kerstfeest, en verschillende afzonderlijke aspecten

van dat kerstfeest, is aantoonbaar aan het verdwijnen. Dat kunnen we vaststellen wanneer we de

oorsprong en de ontwikkeling bekijken, maar ook in de dagelijkse praktijk is het zichtbaar.

Bij wijze van een kleine steekproef werd, in het kader van dit werkstuk, aan 45 mensen gevraagd

kerstmis te typeren in enkele woorden. Slechts zes respondenten noemde überhaupt religie of

levensbeschouwing daarbij of verwezen naar de christelijke oorsprong van het ritueel. Vier

mensen vonden vooral het eten erg dominant. 35 van de 45 respondenten gebruikte bij de

Openlucht-kersstal in het Kempense Dorp Casteren, welke jaarlijks onderdeel

uitmaakt van een regionale kerststallenroute.

(bron: Dekker, Roodenburg, & Rooijakkers, 2000)

Kerst en haar transformatie 2008-2009

14 Roel van Rijswijk

typering van kerstmis in eerste instantie woorden als huiselijkheid en familie. Hierbij werd religie

niet genoemd.

Cirkelgrafiek van kleinschalige enquête m.b.t. de typering van kerst.

Deze cijfers zijn slechts ter illustratie. Toch is de uitkomst typisch en past deze in de

geconstateerde tendens. Dat die tendens zich zo duidelijk aftekent is niet onbegrijpelijk. Lukken

(1999) zegt erover: “Hoe universeler een ritueel wordt, des te groter is het gevaar van verlies aan

intensiteit en geladenheid.” (p. 118) Dat is wat zich hier voor een belangrijk deel heeft

afgespeeld. Het fundament van kerst was al verstrooid, doordrongen van verschillende culturelen

en religieuze invloeden. Gaandeweg echter heeft er zich een transformatie voltrokken die veel

van de specifiek christelijke, maar ook vroeg-niet-christelijke, elementen in de margine heeft

geduwd. Het kerstfeest heeft een groot deel van haar intensiteit en geladenheid verloren,

naarmate zij willens en wetens laagdrempelig en breedtoegankelijk werd (of bleef). Met andere

woorden: kerstmis werd een familiefeest meer dan een christelijke viering.

Die laagdrempeligheid maakte het ritueel steeds meer tot ‘instapfeest’; een feest dat vanwege

haar basaal-sacrale karakter toegankelijk is voor diverse religies en culturen. De universalisering

en verschuiving van spiritualiteit bij het kerstfeest heeft er immers onwillekeurig aan bijgedragen

dat het ritueel ook onder andere niet-christelijke groepen, zoals moslims, een bepaalde

populariteit heeft gekregen. Daaruit komt bijvoorbeeld voort dat er een groeiend aantal moslims

Kerst en haar transformatie 2008-2009

15 Roel van Rijswijk

in Nederland een kerstboom in huis plaatst, het kerstfeest in meer of mindere mate meeviert en op

onder andere internetfora de grenzen van dit meevieren bespreekt. (Marokko.nl Virtual

Community)

Specifiek bij de islamitische groepering is die populariteit zo toegenomen dat gezaghebbende

moslims in bepaalde regio’s maatregelen wilden te treffen om de populariteit van het kerstfeest

onder moslims tegen te gaan. Herman Beck schrijft hierover: “In the course of the history of

Islam, the celebration of Christmas seems to have held great attraction for Muslims. It had been

tried to dissuade Muslims from participating in the celebration of Christmas in several ways.”

(Post, Rouwhorst, Scheer, & Tongeren, 2001, p. 102). De drie manieren die vervolgens worden

genoemd, welke in het verleden zijn aangewend om ervoor te zorgen dat moslims geen kerstmis

vieren zijn:

1. Het geboortefeest van Mohammed er tegenover te zetten

2. Kerstmis bestempelen als ketterij

3. Moslims via een fatwa verbieden om bij een viering van kerstmis aanwezig te zijn (Post,

Rouwhorst, Scheer, & Tongeren, 2001, p. 102-108)

Christelijke feestdagen leiden vaker tot discussies binnen de islamitische gemeenschap. Een

bekend voorbeeld is dat van moslimkinderen op scholen met christelijke signatuur, van wie

verwacht wordt dat zij aan de christelijke vieringen deelnemen. Het kerstfeest is daarvan het

meest expliciete voorbeeld. In het boek Moslims in een westerse samenleving (Beck & Wiegers,

2008) wordt, met betrekking tot punt drie het volgende voorbeeld aangehaald:

“Zoals bekend staat, worden er in de maand december van elk jaar diverse feesten ter

gelegenheid van diverse evenementen gevierd: Sint Nikolaas, kerstmis en nieuwjaar. Deze

feesten zijn niet voor moslims bedoeld, en mogen zij volgens hun geloof geen deelname aan

betuigen, met andere woorden: deze feesten zijn voor hen streng verboden (Harâm). Toch zien

wij sommige zwakke moslims ter deze gelegenheid cadeautjes kopen, kerstkaarten versturen,

vuurwerk kopen, oud en nieuw vieren etc. Wij als moslimbroeders voelen ons verantwoordelijk

voor hen, en willen hen middels deze informatie waarschuwen voor de toorn van Allah die op

Kerst en haar transformatie 2008-2009

16 Roel van Rijswijk

hen zal neerkomen, als zij blijven deelnemen aan deze feesten. (…)” (Beck & Wiegers, 2008, pp.

160-161)

Zoals gebruikelijk wordt deze stellingname onderbouwt met een fatwa (een uitspraak van een

islamitische rechtsgeleerde over een aspect van het islamitisch recht (Clark, 2005, p. 371)),

namelijk de volgende:

“Volgens de ‘Aalim (hooggeleerde) Mohammed ibn Otheymien: Het is Harâm om deel te nemen

aan de feesten van de koeffar (ongelovige: niet-moslim), hun feliciteren met hun feesten, hun

kaarten sturen of hen bezoeken tijdens hun feesten. Al deze genoemde daden zijn voor de moslim

streng verboden (Harâm). Met deze informatie hopen wij je goed te hebben geinformeerd en

gewaarschuwd voor de gevaren die jij loopt wanneer je jou schepper Allah (de Verhevene) en

Zijn profeet Mohammed (Allah’s vrede en zegen zij met hem) niet gehoorzaamt (…)” (Beck &

Wiegers, 2008, pp. 160-161)

4. Kerst in de toekomst

Niettemin lijkt Kerst zich, in ieder geval in Nederlandse context, steeds meer te bewegen in de

richting van een supra-religieus ritueel waarbinnen familie een zeer belangrijke rol speelt. Dat is

een voorzichtige conclusie die we kunnen trekken uit de verschuivende beleving van kerstmis.

De specifiek christelijke insteek is verwaterd, zo lijkt het, en kerstmis roept tegenwoordig sneller

associaties op van huiselijkheid en familie. Er valt overigens historisch al een lijn te ontdekken

waarin we de verschuiving van specifieke religiositeit naar een basaal sacraal feest kunnen

onderscheiden. Een lijn die vanaf het ontstaan, langs allerlei gekerstende niet-christelijke rituelen

en veranderende context, uiteindelijk uitkomt bij een feest waarbij samen zijn en het beleven van

familie een dominante rol heeft gekregen boven herdenken en bidden. Weliswaar immers zitten

de meeste kerken vol met kerstmis, maar het aantal mensen in de kerk staat in schril contrast met

het aantal mensen dat kerst op een of andere manier samen met de familie viert. Bovendien, en

dat is wellicht de meest relevante ontwikkeling, is de kerk met haar kerstmis voor de meeste

aanwezigen slechts een onderdeel van een veel uitgebreider, groter, geheel.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

17 Roel van Rijswijk

Wanneer we die tendens aanschouwen, lijkt het toekomstbeeld helder; het ritueel zal ongetwijfeld

verder loskomen van de specifieke religiositeit en de breed toegankelijke sacraliteit zal zich

verder manifesteren.

Toch moeten we juist die ingezette lijn niet overschatten. Er kan veel gebeuren dat die lijn

doorbreekt. Neem bijvoorbeeld moslim fundamentalisme. Wanneer hiermee geconfronteerd

bestaat de kans dat de christelijke gemeenschap, zoals bij de reformatie, zich naar haar

fundamenten gaat richten. Dan zou het kerstfeest wellicht weer in kerkelijke of christelijke

context getrokken kunnen worden.

Fundamentalistische stromingen zijn vaak een reactie op de wetenschappelijke en seculiere

cultuur die zich vooral in de twintigste eeuw wereldwijd verspreid heeft (Armstrong, 2000, p. xi).

Daarnaast hebben verschillende fundamentalistische bewegingen invloed op elkaar.

Fundamentalisme en extremisme binnen de ene religieuze beweging, hebben een direct

aanwijsbaar oorzakelijk verband met fundamentalisme bij andere religieuze bewegingen. Met

andere woorden: wanneer een bepaalde religieuze groepering zichzelf buitengewoon profileert of

op een buitengewone wijze aanwezig is, dan zullen andere religieuze groeperingen ook een

aantrekkende werking hebben en zullen minder expliciet religieuze aanhangers sneller geneigd

zijn ook wat meer betrokken te raken bij hun oorspronkelijke religieuze gemeenschap. Denk

hierbij aan de demarcatielijn tussen protestants en katholiek gebied halverwege de 17de

eeuw

(Knippenberg, 1992, pp. 15-22). Een beweging die we overigens ook kunnen zien bij de

Amerikaanse joodse gemeenschap die als reactie op het dominante kerstfeest hun Chanoeka veel

grootser viert dan in de Joodse traditie gebruikelijk is. (Bell, 1997, p. 236)

Niettemin is het zondermeer zo dat er veel moet gebeuren, wil de vergevorderde verschuivende

beleving van kerstmis worden omgekeerd. Zoals het kerstfeest en de christelijke gemeenschap

eeuwenlang niet-christelijke rituelen hebben geadopteerd, zo is het kerstfeest, in ieder geval in

Nederlandse context, geadopteerd door de massa.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

18 Roel van Rijswijk

Conclusie

Kerstmis is historisch gezien lang een kerkelijk feest geweest waarbij de geboorte van Jezus

Christus gevierd werd. Dat wil overigens niet zeggen dat er geen ander feest of ritueel aan ten

grondslag ligt. Integendeel wellicht. Er zijn twee dominante theorieen die de datum van het

kerstfeest verklaren, een datum waarvan we inmiddels weten dat het naar alle waarschijnlijkheid

niet de datum is waarop Jezus daadwerkelijk geboren kán zijn. Enerzijds is dat de

calculatietheorie, die kortweg veronderstelt dat 25 december berekend is op basis van de

aanname dat er tussen Jezus Christus zijn verwekking en sterven een rond jaartal moet zitten; met

andere woorden: hij moet op dezelfde datum zijn verwerkt als dat hij gestorven is. Aangezien hij

stierf met pasen, moet hij toen ook verwekt zijn. Negen maanden na pasen vind dus het kerstfeest

(feest van zijn geboorte) plaats. Anderzijds is er de godsdiensthistorische theorie, welke uitgaat

van de adoptie van de 25ste december, waarop voorheen de viering van de ‘Onoverwinnelijke

Zon’ plaatsvond. In deze theorie zou het kerstfeest een rol hebben gehad in een grootschalige

kerstening, waarbij meerdere niet-christelijke feesten de basis vormden voor een christelijk feest.

Welke van deze twee theorieën het meest plausibel is, lijkt weinig relevant. Mede omdat ze

elkaar niet zondermeer uitsluiten. Vast staat in ieder geval dat Constantijn de Grote diverse kleine

religieuze sektes bij elkaar wilde brengen en daartoe de basis van het kerstfeest dusdanis vergroot

dat het óók toegankelijk moet worden voor de aanhangers van de Sol Invictus cultus en andere,

kleinere, religieuze groeperingen.

Deze niet-christelijke feesten laten hun sporen na in het kerstfeest. Zo verklaart Mak de

kerstmaaltijd en het uitwisselen van geschenken vanuit de vooraanname dat juist op dit soort

punten in het kerstfeest diverse niet-christelijke gebruiken te herkennen zijn. Zo kreeg kerst haar

meest bekende verschijningsvorm. Het feest werd laagdremeliger en toegankelijker omdat het

oorspronkelijke ritueel werd aangevuld met allerlei gebruiken die ondere andere als doel hadden

andere volkeren te bekeren. Daarnaast vond er een een langzaam proces plaats van aanslibbing,

dramatisering maar ook historisering waardoor er diverse externe elementen hun plek vonden in

het kerstfeest.

Het kerstfeest groeit tot een van de hoogtepunten op de jaar- alswel liturgische kalender. Tot aan

de reformatie. Met de protestantse kerk die kribbe en kerstspelen uitbant raakt het familiefeest

Kerst en haar transformatie 2008-2009

19 Roel van Rijswijk

voor een belangrijk deel uit de openbaarheid. Tot het moment, in de negentiende eeuw, dat de

burgerij het in zijn geheel adopteert, inclusief kerstboom en kerstgeschenken. De katholieken

beperken zich initieel nog tot de kerststal, maar na de tweede wereldoorlog krijgt het huiselijke

kerstfeest een steeds grotere omvang.

Dat gaat gepaard met een internationale commercialisering van het feest. De kerstman doet zijn

intrede. Een fenomeen dat een belangrijke rol gaat spelen in de verschuiving van het kerstfeest,

juist omdat het de aandacht verlegt van de geboorte van Jezus Christus naar de komst van deze

goedlachse kerstman op zijn arreslee. Daarnaast zien we dankzij deze commercialisering de

dominantie van diverse relatief nieuwe elementen binnen het feest toenemen. Het kan niet groot

genoeg zijn, naar goed amerikaans voorbeeld. Daar horen uiteraard grote kerstbomen, kleurige

kerstkaarten en kerstmannen in winkelcentra en warenhuizen bij.

De terugkerende elementen die in deze uiteenzetting werden gebruikt als punt ter vergelijking, te

weten de kerstboom, de kerstkaart, het kerstlied, het kerstdiner en de kerststal, hebben inmiddels

een transformatie doorgemaakt. Hoewel sommige van deze elementen van oorsprong erg

christelijk waren en andere ogenschijnlijk helemaal niet, zijn zij inmiddels alle meegenomen in

de verschuiving naar een basaal-sacrale beleving van het moderne kerstfeest. Het kerstlied is

daarvan een goed voorbeeld, aangezien het moderne lied vooral op de liefde of op een witte kerst

betrekking heeft, maar ook de kerststal past perfect in dit idee. Als voorbeeld hiervan kunnen

kerststallenroutes worden genoemd, waarbij kerststallen niet als primair doel hebben de geboorte

van Jezus Christus zo traditiegetrouw mogelijk weer te geven, maar men juist met veel groen en

dieren zo veel mogelijk toeschouwers wil trekken. Het zijn allemaal voorbeelden die moeten

aantonen dat de specifiek christelijke insteek van het kerstfeest aan het verschuiven is.

Wanneer we specifiek inzoomen op de islamitische gemeenschap vinden we op internet een

breed scala aan discussiefora waar discussies over het kerstfeest terug te vinden zijn. Bij de

meeste discussies voert een belangrijke vraag de boventoon: In hoeverre kan een moslim

kerstfeest vieren?

Kerst en haar transformatie 2008-2009

20 Roel van Rijswijk

Rationeel gezien is het feit dat moslims zich deze vraag stellen al voldoende aanleiding om de

laagdrempeligheid van kerstmis te erkennen. Het feit dat, los nog van de discussies, er een

groeiend aantal moslims in Nederland een kerstboom in huis plaatst en het feest in meer of

mindere mate viert, is van die universalisering het ultieme bewijs. Dat deze beweging zulke grote

vormen aanneemt dat onder andere islamitische rechtsgeleerden fatwas uitspreken die expliciet

het vieren van kerst door moslims moeten tegengaan is een glashelder argument om te kunnen

concluderen dat kerstmis door grote groepen niet meer ervaren wordt als een christelijk feest.

Wat deze tekenen ons zeggen over de toekomst is moeilijk in te schatten. Het lijkt erop dat het

kerstmis steeds meer een familiefeest zal worden, dat associaties oproept als huiselijkheid. Deze

beweging naar een basaal-sacrale dimensie is overigens geen opmerkelijke tendens, waar het

kerstmis betreft. Historisch gezien kunnen we constateren dat, als sinds het ontstaan van deze

viering, via allerlei gekerstende heidense rituelen, juist de tradtioneel kerkelijke dimensie haar

intensiteit en geladenheid heeft verloren.

De kerken zitten weliswaar nog vol tijdens de nachtmis, maar het vormt slechts een onderdeel

van een groter kerstfeest. De vierende massa heeft zich overgegeven aan veramerikaniseerde

vorm, waarbinnen de kerkelijke viering plaats heeft gemaakt voor een viering in kleinere,

persoonlijkere kring. Het is, ook in zijn nieuwe vorm, nog altijd een van de hoogtepunten op de

jaarkalender. Weliswaar wordt over het algemeen niet de geboorte van Jezus Christus gevierd,

maar het kerstfeest blijft een viering omringd met lichtsymboliek; Een familiefeest, met zijn allen

om de kerstboom.

Kerst en haar transformatie 2008-2009

21 Roel van Rijswijk

Bibliografie

Armstrong, K. (2000). The Battle for God. New York: Alfred A. Knopf.

Barnard, M., & Post, P. (2001). Ritueel Bestek. Zoetermeer: Meinema.

Beck, H., & Wiegers, G. (2008). Moslims in een westerse samenleving, Islam en ethiek.

Zoetermeer: Meinema.

Bell, C. (1997). Ritual: Perspectives and Dimensions. Oxford: Oxford University Press.

Clark, M. (2005). Islam voor Dummies. Indianopolis, Indiana: Wiley Publishing Inc.

de Jager, J. (2001). Rituelen; Nieuwe en oude gebruiken in Nederland. Utrecht: het Spectrum.

Dekker, T., Roodenburg, H., & Rooijakkers, G. (2000). Volkscultuur. Nijmegen: SUN.

Encyclopedia, Brittanica Online (n.d.). Geraadpleegd op 6 november, 2008, op Brittanica Online

Encyclopedia: http://www.britannica.com/

Hoekstra, E., & Kranenborg, R. (2001). Rituelen in Religieus Nederland: Gebruiken van joden,

christenen, moslims, hindoes en boeddhisten in belangrijke levensfasen. Baarn: Ten Have.

Jones, L., & Eliade, M. (2005). Encyclopedia of Religion, Second Edition. Drake Rd.: Thomson

Gale.

Knippenberg, H. (1992). De Religieuze Kaart van Nederland. Assen/Maastricht: Van Gorcum.

Kohnstamm, D., & Cassee, E. (2003). Nieuw Cultureel Woordenboek. Amsterdam: Anthos.

Kraaijeveld, J. (2000). Wat is er met kerst mis? Gorinchem: Narratio.

Lukken, G. (1999). Rituelen in overvloed. Baarn: Gooi en Sticht.

Mak, J. (1948). Het kerstfeest: ontstaan en verbreiding. Den Haag: Martinus Nijhoff.

Marokko.nl Virtual Community. (n.d.). Geraadpleegd op 27 september, 2008, op

http://forums.marokko.nl/showthread.php?t=433024

Miller, D. (1993). Unwrapping Christmas. Oxford: Clarendon Press.

Nauta, R. (1995). Ik geloof het wel: Godsdienstpsychologische studies over mens en religie.

Assen: Van Gorcum.

New Catholic Encyclopedia (1967). New Catholic Encyclopedia. Washington D.C.: Catholic

University of America.

Post, P., Rouwhorst, G., Scheer, T., & Tongeren, L. v. (2001). Christian Feast and Festivals: the

dynamics of western liturgy and culture. Leuven: Peeters.

Roll, S. K. (1995). Towards the origins of christmas. Kampen: Kok Pharos Publishing House.

Wegman, H. (1991). Riten en mythen: Liturgie in de geschiedenis van het christendom. Kampen:

J.H. Kok.

Whiteley, S. (2008). Christmas, ideology and popular culture. Edinburgh : Edinburgh University

Press.