De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de...

53
De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje Braat Annet Jager Erik Keppels Nijmegen, 30 september 2014 Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt

Transcript of De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de...

Page 1: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

De toekomst van het beroep en

de bacheloropleiding

Fysiotherapie

Opleidingsrapportage

Jos Frietman

Mariska Roelofs

Geertje Braat

Annet Jager

Erik Keppels

Nijmegen, 30 september 2014

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt

Page 2: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje
Page 3: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

Inhoudsopgave

0 Samenvatting / factsheet 1

1 Inleiding 5

2 Ontwikkelingen in de fysiotherapie 7 2.1 Naar ‘kwartiermakers in de beweegzorg’: ondernemende, multidisciplinair

samenwerkende beweegprofessionals met aandacht voor preventie 7 2.2 Uitkomsten enquête onder beroepsbeoefenaren: ontwikkelingen getoetst 18

3 Betekenis ontwikkelingen voor het beroep 19 3.1 Inleiding 19 3.2 Betekenis ontwikkelingen voor het beroep 19 3.3 Opleiding 22

4 Responsiviteit bacheloropleiding Fysiotherapie 23

5 Instroompotentieel 31 5.1 Instroomcijfers en -prognose Fysiotherapie 31 5.2 Belangstelling leerlingen voor opleiding Fysiotherapie 35

Bijlage – Tabellen 43

Page 4: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje
Page 5: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

1

0 Samenvatting / factsheet

Ontwikkelingen

Arbeidsmarkt onder druk

Diverse ontwikkelingen beperken het (arbeidsmarkt)perspectief van fysiotherapeuten, met

name de verminderde vergoedingen door zorgverzekeraars. Ondernemerschap is vereist om

mogelijkheden en kansen op de markt van bewegen te vinden en te benutten, om samen-

werking aan te gaan met andere partners in en buiten de zorg en op zoek te gaan naar an-

dere maatschappelijke contacten met bijbehorende financieringsbronnen. De fysiotherapeut

moet zijn toegevoegde waarde (meerwaarde) kennen en uitdragen (positionering en profile-

ring). Dit is bij het merendeel van de fysiotherapeuten vooralsnog onvoldoende het geval.

Preventie als potentiële nieuwe markt

Voor fysiotherapeuten liggen er in de Nederlandse gezondheidszorg kansen op het gebied

van preventie. De huidige fysiotherapeut is echter nog te veel gericht op het stabiliseren,

verminderen en verhelpen van klachten en te weinig op het voorkomen ervan. De inzet van

preventie vraagt van de fysiotherapeut een andere manier van denken, maar ook andere

competenties en activiteiten dan de ‘reguliere’ beroepsuitoefening.

Niveauverhoging en multidisciplinariteit

Voor de toekomst wordt verwacht (KNGF) dat de fysiotherapeut hoger opgeleid is, direct

toegankelijk is, complexere problematiek aan kan, meer dan nu in interdisciplinair verband

werkt, en meer bevoegdheden heeft zowel op diagnostisch als therapeutisch gebied. De

daadwerkelijke toegevoegde waarde, noodzaak en wenselijkheid van een hoger opgeleide

fysiotherapeut is onduidelijk en zou onderzocht moeten worden.

Slaat de procedurele kant van de kwaliteitszorg door?

Er is veel aandacht voor het leveren van kwaliteit van de fysiotherapeutische zorg en ook

voor het aantonen en zichtbaar maken van kwaliteit en het meten van effecten. Voorkomen

moet worden dat een te grote nadruk op de procedurele kant van de kwaliteitszorg ertoe

leidt dat de feitelijke kwaliteit van zorg voor de cliënt uit het oog wordt verloren.

Impact op beroep

Van behandelende beweegprofessionals naar ‘kwartiermakers in de beweegzorg’: meer onder-

nemende, multidisciplinair samenwerkende beweegprofessionals met aandacht voor preventie.

Kerncompetenties blijven belangrijk, bepaalde onderdelen vergen aandacht

De competentiegebieden fysiotherapeutisch handelen, communiceren, samenwerken, ken-

nis delen en wetenschap beoefenen, maatschappelijk handelen, organiseren en professio-

neel handelen, zijn toekomstbestendig. Ze zijn belangrijk, blijven dat ook en worden belang-

rijker. Met name gaat het om:

- het fysiotherapeutisch handelen, waar het handelen volgens de principes van Evidence

Based Practice belangrijker wordt. Bovendien wordt in lijn met de geschetste ontwikkeling

Page 6: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

2

genoemd dat de fysiotherapeut steeds meer een rol zal krijgen als preventief zorgverle-

ner en specialist of casemanager in de beweegzorg;

- communiceren, waarbij de fysiotherapeut een meer coachende rol krijgt, in meer geza-

menlijke besluitvorming met cliënten, met speciale doelgroepen en met sociale media;

- meer multidisciplinair werken en samenwerken met partijen binnen en buiten de zorg. Het

kennen van grenzen van de eigen competenties en het kunnen inschakelen van andere

deskundigen zijn daarbij belangrijke aspecten. Er zijn duidelijk kritische geluiden over

samenwerking met zorgverzekeraars mede gezien de afhankelijke positie van fysiothera-

peuten;

- organiseren, waarbij respondenten wijzen op bedrijfseconomische risico’s (o.a. lage ver-

goeding, tarieven, omzetdaling) en dat er een goede balans moet worden gevonden in

het beroepsmatige handelen en het meer efficiënt, bedrijfsmatig, en ondernemend wer-

ken.

Het belang om – wetenschappelijke – onderbouwing te kunnen geven aan het fysiotherapeu-

tisch handelen en daarmee de professionaliteit te vergroten wordt onderschreven, maar er

worden wel vraagtekens gezet of elke fysiotherapeut op onderzoek gericht kan zijn. Er wordt

zogezegd onderscheid gemaakt in de fysiotherapeut als ‘practicus’ en de master fysiothera-

peut.

Responsiviteit van de opleiding

Overall is de opleiding Fysiotherapie onvoldoende responsief

Discrepanties tussen enerzijds de waargenomen ontwikkelingen in het arbeidsveld en de

impact daarvan op het beroep en anderzijds de huidige inhoud en vormgeving van de oplei-

ding leiden tot de volgende aandachtspunten.

- De opleiding focust zich primair op de behandelende rol van de fysiotherapeut en speelt

nog onvoldoende in op de veranderende rol die de fysiotherapeut in het werkveld gaat

innemen (nl. die van poortwachter of kwartiermeester in de beweegzorg). Deze nieuwe

rol behoeft een brede(re) kijk op de gezondheidszorg, en heeft invloed op de kerntaken/-

competenties fysiotherapeutisch handelen, maatschappelijk handelen en professioneel

handelen.

- Nieuwe kansen voor werk liggen op het terrein van preventie. Fysiotherapeutisch hande-

len gericht op preventie heeft echter wel een andere inhoud. Zo is screening en diagnos-

tiek niet langer gericht op een klacht, maar op een risico(factor). De opleiding is nog niet

voorbereid op deze verschuiving.

- De opleiding dient meer aandacht te besteden aan (digitale) verslaglegging van behande-

lingen en resultaten.

- In de opleiding is nauwelijks tot geen aandacht voor maatschappelijke ontwikkelingen die

een belangrijke impact hebben op het beroep. Studenten moeten in de opleiding beter

voorbereid worden op bijvoorbeeld de rol die zorgverzekeraars spelen en de competen-

ties omtrent ondernemerschap, die steeds meer noodzakelijk zijn.

- De onderzoeksvaardigheden die studenten verwerven tijdens de opleiding zouden meer

in de praktische context geplaatst kunnen worden, waarbij tevens een kritische reflectie

gepleegd wordt. Het is nu nog te veel een op zichzelf staand ‘kunstje’.

Page 7: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

3

De aankomend student: instroomprognose en waardering opleiding

Numerus fixus blijft nodig gezien verwachte afname van de behoefte aan fysiotherapeuten

De instroom in de opleiding Fysiotherapie ligt sinds 2008 structureel hoger dan daarvoor

(voornamelijk als gevolg van de Engelstalige opleiding). Momenteel kent de opleiding een

numerus fixus van 220 studenten, 180 in de Nederlandstalige variant en 40 in de Engelstali-

ge variant. Fontys Paramedische Hogeschool wil zich onder het mom van internationalise-

ring profileren met de Engelstalige variant en heeft de ambitie om de numerus fixus te ver-

hogen van 40 naar 64. Dit lijkt een haalbare kaart, gezien de goede reputatie en het gege-

ven dat veel van deze leerlingen in het buitenland de arbeidsmarkt betreden. Voor de Neder-

landstalige variant is de ambitie om deze op hetzelfde peil van 180 studenten te houden.

Een groot deel van het onderzochte werkveld verwacht dat de behoefte aan fysiotherapeu-

ten in Nederland de komende vijf jaar eerder zal afnemen dan toenemen en dat de huidige

omvang van de beroepsgroep te groot is. Gezien deze verwachtingen zou een (tijdelijke)

verlaging van de (landelijke) numerus fixus in overleg met de andere hogescholen en bran-

chevereniging bespreekbaar moeten zijn. Op lange termijn zou een verhoging wellicht weer

mogelijk zijn als de verwachte effecten van vergrijzing en nadruk op preventie de vraag naar

fysiotherapeuten werkelijk weer laten toenemen.

Ruime belangstelling onder leerlingen van havo, vwo en mbo

De potentiële belangstelling onder leerlingen van havo, vwo en mbo is voldoende om het

aantal plaatsen in de opleiding te kunnen vullen. Leerlingen hebben vooral interesse voor de

opleiding Fysiotherapie omdat zij graag mensen met lichamelijke problemen willen helpen.

Zij waarderen het meest dat in de opleiding fysiotherapeutische vaardigheden worden geoe-

fend, voor een beroep wordt geleerd waarbij het omgaan met mensen centraal staat, sport

en bewegen centraal staan, geleerd wordt kritisch te kijken naar het eigen handelen en ont-

wikkelingen in het vak en gebruik wordt gemaakt van verschillend onderwijsvormen. Het

minst positief zijn zij over het thema vergrijzing dat in de opleiding centraal staat.

De opleiding hoeft weinig concurrentie van andere opleidingen van de Fontys Paramedische

Hogeschool te verwachten.

Page 8: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

4

Page 9: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

5

1 Inleiding

Deze rapportage bevat de uitkomsten van het onderzoek naar de toekomst van de bachelorop-

leiding van Fysiotherapie Fontys Paramedische Hogeschool (FPH). Onderdelen van deze op-

leidingsrapportage – en van de opleidingsrapportages Podotherapie, Orthopedische Technolo-

gie, MBRT en Logopedie – zijn benut voor de overall rapportage FPH.

Het volgende overzicht geeft weer hoe de opzet van deze rapportage correspondeert met de

diverse onderzoeksactiviteiten.

Hoofdstukken Onderzoeksactiviteiten

H2 Ontwikkelingen in de fysiotherapie literatuurstudie

interviews

enquête beroepsbeoefenaren

H3 Betekenis ontwikkelingen voor het beroep enquête beroepsbeoefenaren

H4 Responsiviteit bacheloropleiding Fysiotherapie bijeenkomst curriculumexperts

H5 Instroompotentieel

(5.1) Instroomcijfers en -prognoses Fysiotherapie

(5.2) Belangstelling leerlingen voor Fysiotherapie

trendanalyse instroomcijfers

interview opleidingsmanager

leerlingenenquête

Page 10: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

6

Page 11: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

7

2 Ontwikkelingen in de fysiotherapie

2.1 Naar ‘kwartiermakers in de beweegzorg’: ondernemende, multidisciplinair samen-

werkende beweegprofessionals met aandacht voor preventie

De ontwikkelingen binnen de fysiotherapie vragen in de kern om fysiotherapeuten die als be-

weegprofessionals meer ondernemend inspelen op de ontwikkelingen om hen heen, die meer

gericht zijn op multidisciplinair samenwerken met partners in en buiten de zorg en meer aan-

dacht hebben voor preventie. We stellen de belangrijkste ontwikkelingen hieronder aan de orde.

Daaropvolgend is het geheel van de gesignaleerde ontwikkelingen schematisch op een rij ge-

zet. De ontwikkelingen zijn door middel van literatuurstudie en interviews met experts verza-

meld.

Profilering en positionering van fysiotherapeuten

Een belangrijke rol in het (arbeidsmarkt)perspectief van fysiotherapeuten spelen de bezuinigin-

gen op het terrein van de fysiotherapie. Doordat behandelingen in mindere mate worden ver-

goed is er een afname in de vraag naar fysiotherapie. De rol van cliënten is daarbij aan het

veranderen; zij hebben meer keuzevrijheid en de zorg wordt meer vraaggericht en complexer

van aard. Daarnaast is de concurrentie op het gebied van de beweegzorg groot. Diverse ont-

wikkelingen bieden kansen om mogelijkheden op de markt van bewegen te vinden en te benut-

ten, om samenwerking aan te gaan met andere partners in en buiten de zorg en op zoek te

gaan naar andere maatschappelijke contacten met bijbehorende financieringsbronnen. Om zich

te kunnen ‘verkopen’ en onderscheiden moet de fysiotherapeut zijn toegevoegde waarde

(meerwaarde) kennen en uitdragen (positionering en profilering). Ondernemerschap is vereist

om de genoemde kansen te pakken. Dit is bij het merendeel van de fysiotherapeuten voor-

alsnog onvoldoende het geval.

Aandacht voor preventie

Op verschillende manieren wordt er in de Nederlandse gezondheidszorg aandacht gevraagd

voor en liggen er kansen op het gebied van preventie. Preventie neemt in de huidige beroeps-

uitoefening van de fysiotherapeut echter (nog) geen belangrijke plaats in en de fysiotherapeut is

nog te veel gericht op het stabiliseren, verminderen en verhelpen van klachten en te weinig op

het voorkomen ervan. Dat heeft onder andere te maken met de huidige financiering van preven-

tieve activiteiten (die veelal nog niet worden vergoed). De inzet van preventie vraag daarom van

de fysiotherapeut een andere manier van denken, maar ook andere competenties en activitei-

ten dan de ‘reguliere’ beroepsuitoefening.

Niveauverhoging en specialisatie

Er wordt in de toekomst een hoger niveau van fysiotherapeuten verwacht (KNGF). Het doel is

dat de fysiotherapeut van de toekomst hoger opgeleid is, direct toegankelijk is, complexere

problematiek aan kan, meer dan nu in interdisciplinair verband werkt, en meer bevoegdheden

heeft zowel op diagnostisch als therapeutisch gebied. De daadwerkelijke toegevoegde waarde

van een hoger opgeleide fysiotherapeut zou onderzocht moeten worden waarna geconcludeerd

kan worden of een hoger niveau wenselijk dan wel noodzakelijk is.

Page 12: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

8

Over de door het KNGF verwachte specialisatie van de beroepsgroep als geheel en specialisa-

tie van de fysiotherapeut in het veld, zijn de geïnterviewde sleutelfiguren in het onderzoek niet

eenduidig. Enerzijds leiden vele specialisaties tot onoverzichtelijkheid en onduidelijkheid voor

de cliënt, moeten generalisten een belangrijke plaats hebben in de beroepsgroep, en past een

brede basis in het huidige beroepsprofiel van de fysiotherapeut. Anderzijds wordt specialisatie

als een goede ontwikkeling gezien waarmee fysiotherapeuten zich kunnen profileren.

Aandacht voor kwaliteit van zorg.

Er is veel aandacht voor de kwaliteit van fysiotherapeutische zorg. Het gaat niet daarbij niet

enkel om het feitelijk leveren van kwaliteit maar ook om het aantonen en zichtbaar maken van

kwaliteit. De toenemende vraag vanuit de overheid en cliënten- en patiëntenorganisaties naar

transparantie en verantwoording vereist het meten van effecten van verleende zorg. Voorkomen

moet worden dat een te grote nadruk hierop de feitelijke kwaliteit – het verbeteren/ handhaven

ervan – van zorg voor de cliënt uit het oog wordt verloren.

Page 13: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

9

Totaaloverzicht ontwikkelingen

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

1 Meer zorgvragers, meer zorg Verschillende ontwikkelingen kunnen leiden tot een toenemende zorgvraag voor de fysiotherapeut:

Naast een absolute groei van de Nederlandse bevolking (tot bijna 18 miljoen in 2014) verandert ook de samenstelling

van de bevolking. Door de vergrijzing neemt niet alleen het aandeel ouderen toe, maar ook (mede als gevolg van de

succesvolle gezondheidszorg) het aandeel oude ouderen. De bevolkingsgroei- en opbouw wordt tevens beïnvloed door

emigratie en immigratie. Verwacht wordt dat het aantal niet-Nederlandse inwoners (waaronder asielmigranten) zal stij-

gen. De toenemende culturele diversiteit leidt tot een hoger palet aan hulpvragen: andere culturen importeren andere

waarden en opvattingen (en dus vragen) ten aanzien van de gezondheidszorg.

Het aandeel mensen met één of meer (chronische) aandoeningen of ziekten is de laatste decennia toegenomen. Deze

toename is het gevolg van verschillende ontwikkelingen: 1) gestegen levensverwachting en daarmee gepaard gaande

vergrijzing, 2) de opsporing en screening van ziekten en aandoeningen is verbeterd, 3) overlevingskansen bij sommige

aandoeningen zijn toegenomen (waardoor mensen langer met de aandoening kunnen leven en kinderen in leven blij-

ven – met een blijvende beperking – die voorheen vroegtijdig zouden zijn gestorven), 4) bepaalde aandoeningen zijn

daadwerkelijk meer gaan voorkomen (diabetes, obesitas).

In het algemeen neemt de aandacht voor lijf en gezondheid toe en stellen mensen hogere eisen aan de kwaliteit van

leven.

De toename van het aandeel (oude) ouderen, niet-Nederlandse inwoners en mensen met één of meer aandoeningen, en de

toegenomen aandacht voor lijf en gezondheid betekenen niet per definitie meer ‘klanten’ voor de fysiotherapeut. Dit is mede

afhankelijk van de vergoeding van behandelingen en de wijze waarop fysiotherapeuten inspelen op de zorgvraag van de

cliënt. Veelal moeten cliënten fysiotherapeutische behandelingen zelf betalen. Dat heeft tot gevolg dat zij een weloverwogen

keuze maken om al dan niet naar de fysiotherapeut te gaan. De fysiotherapeut moet mogelijke cliënten ‘overtuigen’ dat zijn

behandeling de beste keuze is. Dat vraagt van de fysiotherapeut dat hij zich profileert, aansluit bij de cliënt (bijvoorbeeld met

behulp van kennis van genetische verschillen en specifieke aandoeningen, adequate sociale en communicatieve aspecten)

en inspeelt op zijn/haar (complexe) zorgvraag. Vooralsnog doet het merendeel van de fysiotherapeuten dit onvoldoende.

2 Veranderende rol cliënt De Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie (DTF) verhoogt de keuzevrijheid van cliënten en leidt tot meer vraaggerichte

zorg. In relatie tot de DTF zijn ketenzorg en multidisciplinair werken (voor en met cliënten) een belangrijkere rol gaan spelen.

Het maakt het de fysiotherapeut makkelijker een cliënt naar bijvoorbeeld de huisarts te verwijzen (naar aanleiding van een

‘DTF-screening’) als reeds heldere lijnen zijn uitgezet met de betreffende zorgprofessional.

Page 14: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

10

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

De sterk geïndividualiseerde samenleving vindt in de gezondheidszorg onder meer zijn vertaling in een toegenomen cliënt-

gerichtheid. Een cliëntgecentreerde benadering impliceert dat de cliënt een zwaarder accent heeft in de besluitvorming.

Persoonlijke voorkeuren krijgen meer ruimte en dat speelt ook een rol in de contacten tussen fysiotherapeut en cliënt.

Cliënten met eenzelfde aandoening hebben diverse, uiteenlopende zorgbehoeften, afhankelijk van wat zij nastreven of

nodig (denken te) hebben. Mensen willen de regie over hun eigen leven behouden en zijn kritisch vanuit hun zorgbehoeften.

Via de moderne media kan de cliënt veel informatie vinden over wat er (technisch) in de gezondheidszorg mogelijk is. Cliën-

ten bezoeken fysiotherapeuten vaak goed voorbereid, stellen vragen en hebben soms al een aantal mogelijke antwoorden

paraat. Vaak heeft een cliënt zelf al ideeën over de geëigende therapie. Dergelijke ontwikkelingen vragen van de fysiothera-

peut een andere benadering van de cliënt en de zorgvraag. Onder andere communicatieve, coachende en commerciële

vaardigheden worden in dit kader belangrijker.

Opgemerkt wordt dat de rol van de cliënt inderdaad aan het veranderen is, maar dat deze verandering nog niet op grote

schaal gaande is. Cliënten in een patiëntenrol, en dat geldt met name in het ziekenhuis, laten zich veelal nog ‘leiden’ door

de fysiotherapeut. Er leeft een bepaald verwachtingspatroon over de rol van en relatie tussen zorgverlener (fysiotherapeut in

dit geval) en cliënt/patiënt. Dat verwachtingspatroon wordt niet van de ene op de andere dag doorbroken. Daarbij zijn diver-

se sleutelpersonen van mening dat de fysiotherapeut wel zelf de regie moet behouden. Hij beschikt immers over de relevan-

te kennis en ervaring en kan op basis daarvan het beste aangeven wat de meest geëigende therapie is en welke rol de

cliënt daar zelf in kan spelen.

3 Meer aandacht voor preven-

tie

Er wordt op verschillende manieren meer aandacht gevraagd voor preventie:

- Recent heeft het klassieke systeem – dat preventieve maatregelen (primaire, secundaire en tertiaire preventie) indeelde

– plaatsgemaakt voor een nieuw model waarin sprake is van universele, selectieve en zorggerelateerde preventie. De

universele en selectieve preventie valt binnen de publieke gezondheidszorg, de geïndiceerde en zorggerelateerde pre-

ventie is op het individu gericht en valt binnen het zorgdomein (in dit geval de fysiotherapie):

Geïndiceerde preventie heeft tot doel het ontstaan van ziekte of verdere gezondheidsschade te voorkomen door

een interventie bij een individu met een gedefinieerd verhoogd risico op die ziekte;

Zorggerelateerde preventie is gericht op het ondersteunen van het individu met bestaande gezondheidsproblemen

om de ziektelast te reduceren, complicaties tegen te gaan en zelfredzaamheid te ondersteunen;

Selectieve preventie beoogt de identificatie van specifieke (hoog)risicogroepen en voert preventieprogramma’s uit

die gericht zijn op gezondheidsbevordering;

Universele preventie richt zich op de gehele bevolking en heeft tot doel de kans op het ontstaan van ziekte of risi-

cofactoren te verminderen en gezondheid te bevorderen.

Page 15: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

11

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

Het College van Zorgverzekeringen (CVZ) heeft de nieuwe preventie-indeling (die uitgaat van risicodenken in plaats

van symptoom-/ziektedenken) aangenomen en daarmee meer ruimte gecreëerd voor preventieve interventies in het

zorgdomein. Als gevolg van deze preventie-indeling komt de focus niet alleen meer op preventie te liggen, maar veran-

dert ook de inhoud van preventie.

- Om kosten van de gezondheidszorg te beperken, zet de overheid in op specialistische expertise op het terrein van

preventie. De fysiotherapeut moet in het persoonlijke contact met de cliënt steeds meer gericht zijn op preventie: alert

op risicofactoren, ziekten en aandoeningen waarvan de cliënt zich nog niet bewust is.

- Lichtere hulpvragen zijn overgeheveld naar de gemeentelijke overheid via de Wmo. Dat betekent dat de gemeente zich

gaat richten op een aantal activiteiten onder andere gericht op ‘gezondheid in de buurt’ (spelen, bewegen en sporten).

Bij dergelijke activiteiten ligt de nadruk op preventie. De fysiotherapeut kan een bijdrage leveren aan het realiseren van

‘gezondheid in de buurt’ en een rol spelen in de begeleiding van (risico)groepen. Op dit terrein zijn verschillende ‘be-

weegprofessionals’ actief (bijvoorbeeld bewegingsagogen, ergotherapeuten, oefentherapeuten), waarmee samenwer-

king moet worden gezocht (‘concurrentie’).

Ondanks dat er op verschillende manieren aandacht wordt gevraagd voor en kansen liggen op het gebied van preventie

(gezond ‘beweeggedrag’, vitaliteit), speelt de fysiotherapeut hier nog onvoldoende op in en neemt preventie in de beroeps-

uitoefening (nog) geen belangrijke plaats in.

Er liggen kansen op verschillende gebieden:

- Mensen worden ouder en blijven langer zelfstandig wonen. Dit vereist dat mensen mobiel blijven en dus dat immobiliteit

voorkomen wordt. De fysiotherapeut kan hierop inspelen door zich bijvoorbeeld te richten op mensen met een grote

kans op complicaties en/of mobiliteitsverlies (risico-inventarisatie);

- Bedrijfsfysiotherapie, waarbij de fysiotherapeut zich onder andere richt op het bevorderen van een gezonde werkomge-

ving en voorkomen van gezondheidsproblemen op de werkplek;

- Sport en welzijn, bijvoorbeeld het begeleiden van sporters bij het voorkomen van blessures en klachten en het stimule-

ren van de juiste manier van bewegen in verschillende settings en bij verschillende doelgroepen.

De huidige fysiotherapeut is nog te veel gericht op het stabiliseren, verminderen of verhelpen van klachten en te weinig op

het voorkomen ervan. Het feit dat preventie in de beroepsuitoefening (nog) geen belangrijke plaats inneemt, heeft onder

andere te maken met de financiering van preventieve activiteiten en met competenties van de fysiotherapeut. Preventieve

activiteiten worden veelal (nog) niet vergoed en vereisen inzet van eigen middelen. Dit vraagt een omslag in de manier van

denken die veel fysiotherapeuten nog niet gemaakt hebben. Daarnaast vereist de inzet op preventie andere competenties

en activiteiten dan de ‘reguliere’ beroepsuitoefening. In het kader van de preventieve invalshoek is het bijvoorbeeld essent i-

Page 16: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

12

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

eel dat de fysiotherapeut meer dan voorheen samenwerking zoekt met partners buiten de zorg. Naast sportorganisaties en

bedrijven die wellness-activiteiten aanbieden, gaat het vooral om de gemeenten die in het kader van de Wmo een belangrij-

ke gezondheidstaak toebedeeld hebben gekregen. De fysiotherapeut moet zicht hebben op zijn toegevoegde waarde op

preventief gebied en deze kenbaar maken aan de genoemde partijen, beschikken over de juiste kennis om preventieve

activiteiten succesvol vorm te geven, etc. Vooralsnog mist het merendeel van de fysiotherapeuten de in dit kader benodigde

competenties.

4 Voortschrijdende technologie

/ toenemend gebruik techno-

logie

In toenemende mate wordt gebruik gemaakt van internettechnologie en andere technologische hulpmiddelen. E-Health –

‘de technologische ondersteuning van de zorg die leidt tot een verbetering van de gezondheidstoestand’ – sluit aan bij het

zelfmanagement van de cliënt en maakt het de cliënt mogelijk zelf zijn medische toestand of een aantal lichaamsfuncties te

monitoren en hierover te communiceren met de fysiotherapeut (regiefunctie cliënt). Toepassingsmogelijkheden voor de

fysiotherapie:

- apps en websites waarmee de cliënt bijvoorbeeld in staat gesteld wordt meer regie over z’n eigen aandoening te voe-

ren;

- interactie tussen fysiotherapeut en cliënt, zoals online afspraken maken en e-consults;

- ondersteuning bij diagnostiek voor fysiotherapeuten;

- ondersteuning van de behandeling zoals oefeningen thuis, monitoring en meetinstrumenten met sensoren (Wii, Ki-

nect);

- e-Health tussen zorgverleners onderling (zoals expert-consult op afstand).

Benadrukt wordt dat technologie ondersteunend kan zijn aan de behandeling en dat face-to-face contact noodzakelijk blijft

(e-Health zal de face-to-face behandeling nooit volledig kunnen vervangen). Het behandelprogramma moet worden afge-

stemd op de behoefte/situatie van de cliënt. Dat betekent dat de verhouding tussen e-Health en ‘gebruikelijke zorg’ per

cliënt verschillend kan zijn. De ene cliënt heeft meer behoefte aan en/of baat bij face-to-face contact dan de andere cliënt.

Daarbij is e-Health in bijvoorbeeld het ziekenhuis in mindere mate van toepassing; de patiënt is immers reeds aanwezig in

hetzelfde gebouw als de fysiotherapeut.

Technologische ontwikkelingen bieden veel mogelijkheden, maar er kunnen ook bepaalde risico’s aan kleven. Bijvoorbeeld,

als online oefeningen in plaats komen van reguliere behandelingen door de fysiotherapeut leidt dat mogelijk tot ‘volumever-

lies’ (‘het knabbelt volume af van de bestaande markt’) en ‘uitholling’ van het beroep. (Meer) onderzoek naar de mogelijkhe-

den van en de winst die te behalen valt met e-Health binnen de fysiotherapie is gewenst: wegen de risico’s op tegen de

kansen en mogelijkheden die de voortschrijdende technologie biedt?

Page 17: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

13

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

De opleiding Fysiotherapie wordt aangeboden door Fontys Hogescholen in Eindhoven. Eindhoven is de kern van de Euro-

pese toptechnologieregio en dat biedt voor studenten en toekomstige beroepsbeoefenaren kansen zich op dit gebied te

profileren.

5 Meer aandacht voor kwaliteit

van zorg

Er is veel aandacht voor de kwaliteit van (fysiotherapeutische) zorg. De overheid stimuleert en bewaakt de kwaliteit van

zorgvoorzieningen. Fysiotherapeuten moeten verantwoorde zorg van goede kwaliteit leveren. Wat verantwoorde zorg in-

houdt, is uitgewerkt in de Kwaliteitswet zorginstellingen. Groepspraktijken van samenwerkende fysiotherapeuten vallen

onder deze wet. Solistisch werkende fysiotherapeuten vallen niet onder de wet, maar moeten in het kader van de Wet BIG

aan soortgelijke kwaliteitseisen voldoen (hoeven alleen geen kwaliteitsjaarverslag op te stellen).

De toenemende vraag vanuit de overheid en vanuit cliënten- en patiëntenorganisaties naar transparantie en verantwoording

van zorg vereist het meten van de daadwerkelijke effecten van de verleende zorg. De effectiviteit en transparantie van het

totale zorgverleningstraject zijn belangrijke kwaliteitskenmerken. Deze zijn meetbaar gemaakt door bijvoorbeeld ‘patientre-

portedoutcomemeasure’ (PROMs), een instrument waarbij het gaat om het meten van het cliëntperspectief over de einduit-

komsten van het gehele traject dat de cliënt heeft doorlopen en niet enkel om de effecten van deelprocessen. Het Koninklijk

Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) wil in het kader van Kwaliteit in beweging (waarbij de beroepsgroep

zelf de regie neemt in de kwaliteit van het vak) de toepassing van PROMs meetinstrumenten in de eerstelijns fysiotherapie-

praktijk stimuleren. Er worden de komende twee jaar verschillende pilots uitgevoerd met PROMs (‘meten we daadwerkelijk

kwaliteit?’).

Het gaat dus niet enkel om het feitelijk leveren van kwaliteit, maar ook om het aantonen en zichtbaar maken van kwaliteit.

Om ervoor te zorgen dat alle fysiotherapeuten / praktijken aan een bepaald minimaal kwaliteitsniveau voldoen, ligt er mo-

menteel een zeer grote nadruk op het zichtbaar maken van kwaliteit – veelal ervaren als een ‘te’ grote nadruk. Voorkomen

moet worden dat de fysiotherapeuten door de grote aandacht voor registratie en administratie het feitelijke doel van kwali-

teitszorg – namelijk het verbeteren/handhaven van de kwaliteit van de zorg voor de cliënt – uit het oog verliezen.

6 Toenemende aandacht voor

personeelsbeleid en ar-

beidsmarkttekorten

Uit onderzoek van Elsevier en onderzoeksinstituut SEO Economisch Onderzoek (Studie & Werk 2013), waarin is weergege-

ven hoe afgestudeerden van opleidingen aan hogescholen en universiteiten ervoor staan op de arbeidsmarkt anderhalf jaar

na hun afstuderen, blijkt dat afgestudeerden hbo Fysiotherapie relatief snel werk hebben (op hbo-niveau).

Het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt verwacht, naar aanleiding van onderzoek, dat de arbeidsmarktper-

spectieven voor afgestudeerden hbo (Fysio)therapie slecht zijn (bron: De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2018).

De slechtere arbeidsmarktperspectieven worden herkend door de sleutelpersonen en worden veroorzaakt door verschillen-

de factoren. Een rol spelen onder andere de bezuinigingen op het terrein van fysiotherapie, die zijn doorgevoerd in 2012:

het aantal behandelingen dat verzekerden zelf moeten betalen is omhoog gegaan en een aantal aandoeningen van de

Page 18: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

14

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

‘chronische lijst’ wordt niet langer vergoed. Mede als gevolg hiervan krimpt het patiëntenbestand van veel fysiotherapieprak-

tijken. Deze trend zorgt voor een afname van de vraag naar fysiotherapeuten (en dat terwijl het aanbod gestaag toeneemt).

Sleutelpersonen merken op dat de slechtere arbeidsmarktperspectieven niet enkel te maken hebben met bezuinigingen,

maar ook met het feit dat fysiotherapeuten zich niet goed gepositioneerd hebben. Fysiotherapeuten moeten hun toegevoeg-

de waarde (ten opzichte van andere professionals op het gebied van beweegzorg) kennen en deze uitdragen. Zij moeten

kansen zoeken en pakken. Kansen liggen er onder andere op het gebied van de (multidisciplinaire) behandeling van men-

sen met chronische aandoeningen, preventieve activiteiten, bedrijfsfysiotherapie, activiteiten in de sectoren sport, welzijn en

wellness. Profilering en positionering zijn noodzakelijk om kansen te kunnen benutten.

7 Verdere invoering marktwer-

king

Het aanbod aan fysiotherapeuten en aan andere professionals op het gebied van beweegzorg is groot (concurrentie). Veelal

moeten cliënten fysiotherapeutische behandelingen zelf betalen. Dat heeft tot gevolg dat zij een weloverwogen keuze ma-

ken om al dan niet naar de fysiotherapeut te gaan. De fysiotherapeut moet mogelijke cliënten ‘overtuigen’ dat zijn behande-

ling de beste keuze is. Om zich te kunnen ‘verkopen’ en onderscheiden moet de fysiotherapeut zijn toegevoegde waarde

(meerwaarde) kennen en uitdragen (positionering en profilering). Dit is bij het merendeel van de fysiotherapeuten voor-

alsnog onvoldoende het geval.

De toegenomen eisen op het gebied van praktijkvoering, de verantwoording van de behandeling, de beschikbaarheid en

bereikbaarheid voor cliënten vragen van de fysiotherapeut meer nadruk op ondernemerschap. De ontwikkelingen bieden

kansen om mogelijkheden op de markt van bewegen te vinden en te benutten, om samenwerking aan te gaan met andere

partners in en buiten de zorg en op zoek te gaan naar andere maatschappelijke contacten met bijbehorende financierings-

bronnen. Naast de bekostiging door zorgverzekeraars zijn er andere manieren van bekostiging (bijvoorbeeld bedrijven,

gemeenten, cliënten). Veel fysiotherapeuten gaan niet op zoek naar andere ‘inkomstenbronnen’, terwijl daar wel kansen

liggen. Ondernemerschap is vereist om de genoemde kansen te pakken. Ondanks dat steeds meer fysiotherapeuten een

minder afwachtende en meer actieve houding aannemen op dit gebied, zijn er nog flinke slagen te maken.

Je kan als fysiotherapeut niet meer afwachten tot de ‘klanten’ bij jou binnen lopen. Je moet zien wat in ‘je omgeving’ ge-

beurt, anticiperen op de markt, inspelen op ontwikkelingen en trends, zien wat andere belangrijke partijen (onder andere

concurrenten) doen en daarop inspelen, nadenken over nieuwe ‘producten’, een op specifieke doelgroepen toegesneden

aanbod ontwikkelen, etc. De fysiotherapeut moet meer aandacht besteden aan het ‘in de markt zetten’ van zichzelf.

De trend dat de zorg dichter bij huis gegeven wordt, biedt de fysiotherapeut bijvoorbeeld kansen zich te positioneren als de

‘kwartiermaker van de beweegzorg’ (in samenwerking met huisarts, ergotherapeut, oefentherapeut en anderen). Vanuit zijn

expertise is de fysiotherapeut bekend met de mogelijkheden op het gebied van bewegen en draagt hij er zorg voor dat de

Page 19: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

15

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

bestaande mogelijkheden op een juiste wijze ingezet worden bij cliënten thuis, of door de cliënt te wijzen op mogelijkheden

in de wijk.

8 Meer aandacht voor be-

heersbaarheid en betaal-

baarheid / verdergaande

bezuinigingen

De overheid richt zich op het vinden van oplossingen voor de groeiende kosten van de zorg en dat betekent dat in diverse

beleidsmaatregelen kostenbeheersing centraal staat. De rol van onder andere de zorgverzekeraar is in dit kader groter en

belangrijker geworden. Door het aanbieden van bepaalde zorgpakketten wordt de keuze voor een zorgaanbieder steeds

vaker gestuurd door de zorgverzekeraar. Dit vraagt van de fysiotherapeut kwaliteiten op het gebied van communiceren met

zorgverzekeraars. De fysiotherapeut moet de zorgverzekeraar zien als een belangrijke samenwerkingspartner (en niet als

een bedreiging) en investeren in een goede relatie. Zorgverzekeraars hechten waarde aan activiteiten van fysiotherapeuten

gericht op het beheersen/verlagen van kosten. Door efficiënter te werken wordt tegenwoordig vaak met minder behandelin-

gen hetzelfde resultaat behaald.

Naast de zorgverzekeraar als ‘inkomstenbron’ moeten fysiotherapeuten ook op zoek naar andere vormen van financiering

van door hen geleverde zorg. Dit kan via cliënten zelf, maar fysiotherapeuten kunnen ook denken aan samenwerking met

partijen buiten de zorg (bijvoorbeeld gemeenten, bedrijven, sportorganisaties/-verenigingen en private investeerders).

Om de zorg beschikbaar, bereikbaar en betaalbaar te houden, zal er een steeds groter beroep gedaan worden op informele

zorg. De burger zal in toenemende mate een beroep doen op mantelzorgers. Dit biedt kansen voor de fysiotherapeut. Een

fysiotherapeut kan in deze ontwikkeling een rol spelen door bijvoorbeeld mantelzorgers zodanig te instrueren en te advise-

ren (onder andere op het gebied van tillen van zorgvragers, het doen van transfers en het helpen bewegen) dat de zorg

zowel voor de cliënt als de mantelzorgers vol te houden is. Dit type activiteiten vraagt andere competenties van de fysiothe-

rapeut, onder andere op het gebied van coaching.

9 Meer aandacht voor (multi-

disciplinaire) samenwerking

met zorgpartners

Om beter in te kunnen spelen op de zorg voor mensen met complexe zorgvragen, samengaand met toenemende chronici-

teit en vragen rond multimorbiditeit, moet de zorg integraal of als één samenhangend pakket worden aangeboden. In dit

kader is het belangrijk dat fysiotherapeuten en andere zorgverleners goed met elkaar samenwerken en de zorg op elkaar

afstemmen.

Het werken in integrale zorg vraagt van de fysiotherapeut organisatie- en samenwerkingsvaardigheden, kennis van de eigen

competenties en die van andere professionals in en buiten de beweegzorg, en een nadrukkelijke aandacht voor profilering.

Verbetering op dit vlak is noodzakelijk om kansen op het gebied van samenwerking te kunnen pakken.

De overheid zet in op verschuiving van eenvoudigere behandelingen van de tweedelijn naar de eerstelijn.

Onder andere in het kader van preventie en decentralisatie (de verschuiving van eenvoudigere behandelingen van tweede-

Page 20: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

16

Categorieën ontwikkelin-

gen zorg & welzijn

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

lijn naar eerstelijn) is het essentieel dat de fysiotherapeut meer dan voorheen samenwerking zoekt met partners buiten de

zorg. Naast sportorganisaties en bedrijven die wellness-activiteiten aanbieden, gaat het vooral om de gemeenten die in het

kader van de Wmo een belangrijke gezondheidstaak toebedeeld hebben gekregen. Alle betrokkenen, met name de cliënten,

hebben baat bij logische, naadloze en duidelijke overgangen tussen beweegactiviteiten, reguliere sportactiviteiten en zorg-

activiteiten. De fysiotherapeut moet zich in een dergelijke setting, behalve als beweegprofessional, positioneren als innova-

tieve ondernemer die netwerken opbouwt in de wijk en bij cliëntorganisaties. In projecten waar de nadruk ligt op beweeg-

zorg, functionaliteit en participatie, is de fysiotherapeut de aangewezen professional om een coördinerende functie op zich

te nemen.

De rol van en samenwerking met zorgverzekeraars is aan het veranderen. Vooralsnog is niet geheel duidelijk hoe de rol van

de zorgverzekeraar wordt ingevuld en de samenwerking met fysiotherapeuten wordt vormgegeven.

10 Meer aandacht voor (imple-

mentatie van) innovaties in

de zorg

De ontwikkelingen zoals hierboven aan de orde gekomen, geven aan dat er op zichzelf meer aandacht is voor innovaties op

verschillende gebieden. Wat betreft het daadwerkelijk (proactief) inspelen op de ontwikkelingen zijn nog slagen te maken.

Specifieke ontwikkelingen

fysiotherapie

Bevindingen: verschijningsvormen en verbijzonderingen fysiotherapie

1

Internationalisering Internationalisering is van belang voor de beroepsgroep fysiotherapie, omdat:

enerzijds de mobiliteit van fysiotherapeuten van Nederland naar diverse andere landen aanzienlijk is; en

anderzijds de Nederlandse opleidingen zich ook in de buitenlandse markt begeven en er een substantiële instroom aan

buitenlandse studenten in de Nederlandse opleiding plaatsvindt.

Er wordt door Nederlandse (of internationale) studenten vaker gebruik gemaakt van stages in het buitenland. Dit is alleen

positief voor de beroepsgroep als deze stages van toegevoegde waarde zijn en de kwaliteit voldoende is.

Wat betreft buitenlandse studenten die in Nederland komen studeren, wordt opgemerkt dat het rendement moet opwegen

tegen de kosten. Buitenlandse studenten kosten vaak veel geld en komen lang niet altijd in Nederland werken (‘wat is de

toegevoegde waarde voor de beroepsgroep?’).

2 (Gewenste) verweten-

schappelijking van het vak

fysiotherapie

De fysiotherapie heeft haar wetenschappelijke basis verbreed en het wetenschappelijk rendement verhoogd. Dit blijkt onder

meer uit de forse toename van hoogleraren, stafmedewerkers aan universiteiten, lectoraten aan het hoger beroepsonder-

wijs en de vele academische promoties door fysiotherapeuten. Het KNGF stimuleert het ontstaan van leerstoelen aan

Page 21: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

17

universiteiten en lectoraten in het hbo vanwege de gewenste verwetenschappelijking van het vak.

Conform het beleid van het KNGF, beschikt per 2025 elke nieuwe fysiotherapeut die zich inschrijft in het Centraal Kwali-

teitsregister (CKR) over een master niveau 7 (EQF). Op dit moment voldoet nog niet iedere hbo-masteropleiding aan de

kwaliteitseisen zoals deze gesteld worden aan masters niveau 7. De competenties in de beroepsprofielen 2013 zijn be-

schreven op niveau 7 en bieden daarmee ondersteuning aan het gewenste hogere niveau van fysiotherapeuten. Het doel is

dat de fysiotherapeut van de toekomst hoger opgeleid is, direct toegankelijk is, complexere problematiek aan kan, meer dan

nu in interdisciplinair verband werkt, en meer bevoegdheden heeft zowel op diagnostisch als therapeutisch gebied.

De verschillende ontwikkelingen zoals hierboven aan de orde zijn gekomen, vragen van de fysiotherapeut wel bepaalde

competenties. De vraag is of een masterdiploma de benodigde competenties garandeert.

Een hoger opgeleide fysiotherapeut zou mogelijk beter de ‘poortwachtersfunctie van de beweegzorg’ kunnen vervullen,

beter in staat zijn tot het vervullen van taken als doorverwijzen en het uitschrijven van medicijnen, en meer serieus geno-

men worden door de huisarts (zelfde niveau). Veel van de (‘lager opgeleide’) fysiotherapeuten zijn echter bang dat de

waarde van hun expertise omlaag gaat door de instroom van fysiotherapeuten met een masterdiploma.

De daadwerkelijke toegevoegde waarde van een hoger opgeleide fysiotherapeut zou onderzocht moeten worden. Behaalt

een hoger opgeleide fysiotherapeut betere resultaten en/of een hoger rendement dan de huidige fysiotherapeut die minder

hoog opgeleid is? Op basis van dergelijk onderzoek, dat vooralsnog niet gedaan wordt, kan geconcludeerd worden of een

hoger niveau wenselijk dan wel noodzakelijk is.

3 Specialisatie van de be-

roepsgroep als geheel en

specialisatie van de indivi-

duele fysiotherapeut

De toename van het aantal kwalitatief goede wetenschappelijke studies heeft geleid tot een groeiend inzicht in de factoren

die het beloop en succes van fysiotherapie bepalen. Volgens het KNGF vraagt dit om specialisatie van de beroepsgroep als

geheel en specialisatie van de fysiotherapeut in het veld (bron: Beroepsprofiel Fysiotherapeut).

De sleutelpersonen zijn niet eenduidig over het antwoord op de vraag of specialisatie gewenst/noodzakelijk is. Aan de ene

kant wordt opgemerkt dat de vele specialisaties leiden tot onoverzichtelijkheid en onduidelijkheid voor de cliënt, dat genera-

listen een belangrijke plaats moeten hebben in de beroepsgroep, en dat een brede basis past in het huidige beroepsprofiel

van de fysiotherapeut. Aan de andere kant wordt benadrukt dat specialisatie een goede ontwikkeling is en juist belangrijk is

om je als fysiotherapeut te kunnen onderscheiden (profileren, ‘in de markt zetten’).

Gespecialiseerd of niet, het lijkt op basis van eerdere constateringen belangrijker om je unieke kwaliteiten en toegevoegde

waarde te kennen en deze uit te kunnen dragen (profilering).

Page 22: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

18

2.2 Uitkomsten enquête onder beroepsbeoefenaren: ontwikkelingen getoetst

In de enquête zijn de in 2.1 geschetste ontwikkelingen nog eens aan een grotere groep respon-

denten voorgelegd om het beeld uit de interviews te kunnen verifiëren. De respondenten onder-

schrijven het merendeel van de genoemde ontwikkelingen (zie ook tabellen b2.1 en b2.2 in de

bijlage). Opvallend zijn de volgende uitkomsten:

Nagenoeg alle respondenten herkennen dat de ontwikkeling met betrekking tot ‘cliëntge-

richtheid’ zich in (zeer) grote mate voordoet. De veranderende rol van de cliënt (kritischer en

meer regie houdend) wordt tevens in grote mate herkend (82%).Ook menen nagenoeg alle

respondenten dat er op dit moment een te grote nadruk ligt op het zichtbaar maken van kwa-

liteit.

Meer dan tweederde van de respondenten meent dat de volgende ontwikkelingen zich voor-

doen: de aandacht voor preventie, het multidisciplinair werken, positionering en profilering,

en ondernemerschap.

Samenwerking met partners buiten de zorg en e-Health zijn daarentegen volgens de res-

pondenten minder belangrijke ontwikkelingen, 25 tot 35 procent ziet deze ontwikkelingen niet

in de fysiotherapie. Voorts meent 35 procent dat de kansen en mogelijkheden van de voort-

schrijdende technologie niet opwegen tegen de risico’s.

Aandacht voor preventie. Hier ziet het merendeel (88%) van de respondenten duidelijk een

coördinerende rol voor fysiotherapeuten waar het gaat om projecten met de nadruk op be-

weegzorg en participatie. Het grootste deel van de respondenten meent voorts dat de huidi-

ge fysiotherapeuten voldoende op preventie gericht zijn en competent zijn.

Echter, er is ook een meer kritische groep – een derde tot 40 procent – die meent dat de

Nederlandse fysiotherapeuten nog te weinig gericht zijn op het voorkomen van klachten en

het merendeel van hen competenties mist om preventieve activiteiten vorm te geven.

Niveauverhoging en specialisatie. Ongeveer de helft van de respondenten meent dat fysio-

therapeuten op een hoger niveau opgeleid moeten worden om in de toekomst de ‘poort-

wachtersfunctie van de beweegzorg’ te kunnen vervullen en dat meer specialisatie binnen

de fysiotherapie gewenst is.

De meerderheid van de fysiotherapeuten ziet dat bezuinigingen leiden tot een afname in de

vraag naar fysiotherapeuten. Het belang van andere financieringsbronnen wordt daarbij door

tweederde van de respondenten onderschreven. Het betreft hier het thema van positionering

en profilering. 40 tot 50 procent van de respondenten geeft aan dat fysiotherapeuten zich

hier nog onvoldoende op richten, onvoldoende inspelen op kansen en te weinig aandacht

geven aan het ‘in de markt’ zetten van zich zelf.

Respondenten wijzen verder nadrukkelijk op de – groter wordende – rol (macht) van en de

relatie met de zorgverzekeraar en de veranderingen in het vergoedingenstelsel. Ook wijzen

enkele respondenten nadrukkelijk op de extramuralisering.

Page 23: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

19

3 Betekenis ontwikkelingen voor het beroep

3.1 Inleiding

Om zicht te krijgen op de ontwikkelingen binnen de fysiotherapie en de impact daarvan op het

beroep zijn 490 fysiotherapeuten gevraagd deel te nemen aan een enquête.1 Uiteindelijk heb-

ben 98 fysiotherapeuten in de periode van 12 tot en met 26 mei 2014 meegewerkt, de behaalde

respons bedraagt daarmee 20 procent.

Kenmerken van de responsgroep (zie ook tabellen b3.1 tot en met b3.8 in de bijlage):

Vrijwel alle respondenten hebben de functie van fysiotherapeut (96%), al dan niet in combi-

natie met een managementfunctie (42%);

Meer dan de helft (57%) werkt in loondienst; de rest in een eigen praktijk (21%) of binnen

een maatschap (21%);

Het grootste deel van de fysiotherapeuten (61%) werkt in een zelfstandig gevestigde praktijk

voor fysiotherapie. 12 procent werkt in een gezondheidscentrum en eveneens 12 procent in

een verpleeg- of verzorgingstehuis;

Aangezien stagebedrijven van de opleiding Fysiotherapie van Fontys Paramedische Hoge-

school (Eindhoven) zijn bevraagd, is het merendeel gevestigd in de regio Zuid (95%), met

name in de provincie Noord-Brabant (78%);

Fysiotherapeuten werken gemiddeld zo’n 31 uur per week. Een derde werkt minder dan 30

uur en 11 procent werkt meer dan 40 uur per week;

Bij de helft van de organisaties zijn minder dan zes fysiotherapeuten werkzaam. Bij een

kwart van de organisaties zijn meer dan tien fysiotherapeuten werkzaam. Gemiddeld zijn 8

fysiotherapeuten per organisatie werkzaam.

3.2 Betekenis ontwikkelingen voor het beroep

De respondenten is gevraagd naar de betekenis van de ontwikkelingen voor het beroep. In

onderstaande tabel is weergegeven in hoeverre de competentiegebieden van de fysiotherapeu-

ten belangrijker worden als gevolg van het geheel van de in het vorige hoofdstuk geconstateer-

de ontwikkelingen.

De genoemde competentiegebieden zijn toekomstbestendig, ze zijn belangrijk en blijven dat

ook. Weinig tot geen van de respondenten geeft aan dat de genoemde competentiegebie-

den minder belangrijk worden. Kijkend naar de gemiddelde score in combinatie met het aan-

deel respondenten dat verwacht dat een gebied (veel) belangrijker wordt (score 4 / 5), zijn er

wel nuanceverschillen aan te geven waar het gaat om het belangrijker worden van bepaalde

competenties.

1 Het betreft stagebedrijven van de opleiding Fysiotherapie van Fontys Paramedische Hogeschool.

Page 24: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

20

Vooral fysiotherapeutisch handelen, communiceren, samenwerken en organiseren zijn vol-

gens – minimaal driekwart van de fysiotherapeuten - competentiegebieden die (veel) belang-

rijker gaan worden. Minder - de helft tot tweederde van de - fysiotherapeuten menen dat dit

ook het geval is voor de competentiegebieden kennisdelen en wetenschap beoefenen,

maatschappelijk handelen en professioneel handelen.

De toelichting die respondenten geven in de vragenlijst biedt waardevolle informatie over het

belang van de competentiegebieden en de ontwikkelingen die zich daarin voordoen. De fysio-

therapeuten geven duidelijk aan dat de genoemde competentiegebieden belangrijk waren, zijn

en ook in de toekomst zullen zijn. Wel worden elementen nadrukkelijker aangegeven:

Ten aanzien van het fysiotherapeutisch handelen wordt vooral het handelen volgens de

principes van Evidence Based Practice belangrijker;

Er wordt door respondenten gewezen op het toenemende belang van communicatie waar de

fysiotherapeut een meer coachende rol krijgt en met de cliënt meer tot een gezamenlijke be-

sluitvorming komt. Ook wordt gewezen op de communicatie met specifieke doelgroepen en

communicatie via sociale media;

Samenwerken is voor de fysiotherapeuten belangrijker, wel zijn er duidelijk kritische geluiden

waar het gaat om de samenwerking met zorgverzekeraars gezien de toegenomen admini-

stratieve druk en de afhankelijke positie van de fysiotherapeut zoals de volgende citaten illu-

streren. ‘Naar mijn idee werken we nu voor de zorgverzekeraars waarbij zij het beleid bepa-

len’. ‘De vraag is of een zorgverzekeraar hier een eerlijke rol in kan spelen en niet alleen kijkt

naar cijfers. Onderlinge samenwerking met zorginstanties juich ik toe.’;

Het belang om – wetenschappelijk – onderbouwing te kunnen geven aan het fysiotherapeu-

tisch handelen en daarmee de professionaliteit te vergroten, wordt door respondenten on-

derschreven. Dat wil volgens meerdere respondenten niet zeggen dat alle fysiotherapeuten

een bijdrage zouden hoeven leveren aan wetenschappelijk onderzoek, dan wel dat zouden

hoeven (kunnen) uitvoeren. Opgemerkt wordt dat een fysiotherapeut zogezegd een ‘practi-

cus’ is en wetenschappelijk onderzoek zou moeten worden overgelaten aan een weten-

schappelijke discipline (bijvoorbeeld bewegingswetenschappen), de master fysiotherapeut

en fysiotherapeuten die het kunnen en interessant vinden;

Respondenten wijzen op bedrijfseconomische risico’s (o.a. lage vergoeding, tarieven, om-

zetdaling) en dat er een goede balans moet worden gevonden in het beroepsmatige hande-

len en het meer efficiënt, bedrijfsmatig, en ondernemend werken.

Bij het professioneel handelen wordt vooral het kennen van grenzen van de eigen compe-

tenties en inschakelen van andere deskundigen genoemd in relatie tot specialisatie en sa-

menwerking met andere partijen.

De fysiotherapeuten wijzen ook op competentiegebieden die in de ontwikkelingen wel wor-

den geschetst maar niet in de vragenlijst uitdrukkelijk naar voren zijn gekomen. Specifiek

worden genoemd: casemanager/specialist rondom beweegzorg, preventieve zorgverlener,

fysiotherapeut als coach en multidisciplinair kunnen werken.

Page 25: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

21

Kwalitatief: veranderingen in taken en competenties

Tabel 3.1 – Verwachting respondenten over veranderingen in kerntaken/-competenties n.a.v.

ontwikkelingen (kerntaken/-competenties zijn ontleend aan het Beroepsprofiel fysiotherapeut)

Percentageverdeling

Kerntaken/-competenties 1 2 3 4 5 Gemid.

score (1-5)*

Fysiotherapeutisch handelen

De fysiotherapeut biedt op methodische wijze expliciet, gewetensvol en oor-

deelkundig hulp aan cliënten met persoonlijke problemen met bewegen. Hij

toont professioneel gedrag naar de stand van het vakgebied. Hij verzamelt en

interpreteert gegevens zodat hij in het screenings-, diagnostische en therapeu-

tische proces volgens de principes van Evidence Based Practice beslissingen

neemt binnen de grenzen van het beroep. Hij verleent up-to-date, effectieve,

curatieve zorg op ethisch verantwoorde wijze.

0% 1% 12% 46% 40% 4,3

Communiceren

Om een hoge kwaliteit van hulp aan cliënten en een hoge mate van cliënttevre-

denheid te waarborgen, onderhoudt de fysiotherapeut een effectieve relatie met

de cliënt en zijn naasten en/of andere betrokkenen. De fysiotherapeut commu-

niceert op heldere, transparante, effectieve en efficiënte wijze tijdens het

fysiotherapeutisch handelen. Het gaat daarbij om zowel verbale als non-verbale

communicatie.

0% 0% 26% 34% 41% 4,2

Samenwerken

De fysiotherapeut werkt samen met betrokken professionals, zorgverzekeraars,

maatschappelijke en overheidsinstanties, participeert in een netwerk van

samenwerkingsrelaties en maakt gebruik van beschikbare expertises om te

komen tot een hoge kwaliteit van hulpverlening.

0% 1% 14% 48% 36% 4,2

Kennis delen en wetenschap beoefenen

De fysiotherapeut levert een bijdrage aan de ontwikkeling van klinische experti-

se van zichzelf en anderen, levert een bijdrage aan wetenschappelijk onder-

zoek en handelt daarbij volgens de daaraan gekoppelde wet- en regelgeving en

draagt bij aan de innovatie om nieuwe kennis en procedures te ontwikkelen en

kennis te verspreiden.

2% 5% 27% 36% 30% 3,9

Maatschappelijk handelen

De fysiotherapeut weegt belangen van de cliënt af in relatie tot de belangen van

andere hulpvragers en maatschappelijke belangen. Hij oefent op maatschappe-

lijk verantwoorde wijze zijn beroep uit waarbij factoren als duurzaamheid,

beroepsethiek, juridisch kader en de sociaal-culturele context een rol spelen.

1% 6% 41% 29% 22% 3,7

Organiseren

Om als fysiotherapeut doeltreffend en doelmatig te functioneren, spant hij zich

in voor een goede organisatie. Als manager van zijn eigen werkzaamheden,

maar ook als die van anderen. Hij organiseert het werk zodanig dat er een

balans is tussen het beroepsmatig handelen en de behoefte aan verdere

ontwikkeling van zichzelf en de organisatie.

0% 1% 25% 38% 36% 4,1

Professioneel handelen

De fysiotherapeut levert hoogstaande cliëntzorg op een integere, oprechte en

betrokken wijze. Hij neemt verantwoordelijkheid voor zijn handelen en bewaart

weloverwogen een balans tussen persoonlijke en professionele rollen. Hij kent

de grenzen van zijn competenties en handelt daarbinnen of schakelt andere

deskundigen in. Hij stelt zich toetsbaar op. Hij onderkent ethische dilemma’s,

heeft inzicht in ethische normen en houdt zich aan de wetgeving.

0% 2% 40% 25% 32% 3,9

* Wordt veel minder belangrijk (score = 1), wordt minder belangrijk (score = 2), blijft even (on)belangrijk (score = 3),

wordt belangrijker (score = 4), en wordt veel belangrijker (score = 5).

Page 26: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

22

Kwantitatief: arbeidsmarktbehoefte

Op korte en middellange termijn (5 jaar) zal de behoefte aan fysiotherapeuten in Nederland

volgens de respondenten eerder afnemen (62%) dan toenemen (16%) en is de huidige om-

vang van de beroepsgroep volgens een groot deel van de respondenten (45%) op dit mo-

ment te groot.

Als het over de eigen organisatie gaat, verwacht een derde van de respondenten daarente-

gen een toename van het aantal fysiotherapeuten in de komende vijf jaar.

Tabel 3.2 – Verwachting respondenten aantal fysiotherapeuten

Percentageverdeling

Neemt af Blijft gelijk Neemt toe

Aantal fysiotherapeuten in eigen organisatie de komende 5 jaar 27% 41% 32%

Behoefte aan fysiotherapeuten in Nederland de komende 5 jaar 62% 22% 16%

Te klein Voldoende Te groot

Beoordeling omvang beroepsgroep (in NL) op dit moment 0% 55% 45%

3.3 Opleiding

Tabel 3.3 – Tevredenheid opleiding

Percentageverdeling

1 2 3 4 5 Gemiddelde score (1-5)

Tevredenheid over de opleiding Fysiotherapie van FPH

(1. zeer ontevreden – 5. zeer tevreden) 3% 14% 50% 32% 2% 3,2

Mate waarin de opleiding Fysiotherapie van FPH inspeelt

op de ontwikkelingen die spelen in het werkveld

(1. zeer slecht – 5. zeer goed)

5% 16% 33% 42% 4% 3,2

Een derde van de respondenten is tevreden over de opleiding Fysiotherapie van FPH en 17

procent is niet tevreden. Een veel genoemd kritisch punt is dat de stagiairs een te laag (ba-

sis)niveau van fysiotherapeutische kennis en vaardigheden hebben. Genoemd worden:

masseren/mobiliseren, te weinig gericht op tweedelijnszorg, kennis over oudere cliënt m.n.

CVA/Parkinson, basiskennis van anatomie, fysiologie, pathologie en neurologie.

Tevens wordt veelvuldig op de communicatie vanuit de hogeschool gewezen. Dat kan beter,

maar er wordt ook genoemd dat de hogeschool op dit punt al verbeteringen heeft laten zien.

44 procent geeft aan dat de opleiding goed inspeelt op ontwikkelingen in het werkveld, 21

procent is echter van mening dat de opleiding daar onvoldoende op inspeelt. Er wordt onder

andere gewezen op de krappe arbeidsmarkt en dat er te veel fysiotherapeuten worden opge-

leid.

Page 27: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

23

4 Responsiviteit bacheloropleiding Fysiotherapie

In dit hoofdstuk wordt nagegaan hoe het staat met de responsiviteit van de bacheloropleiding

Fysiotherapie. Worden de ontwikkelingen herkend door (curriculumexperts van) de opleiding?

Sluit de opleiding aan bij de veranderingen van het beroep van de fysiotherapeut? Op welke

aspecten loopt de opleiding achter en/of voorop?

A. Ontwikkelingen in beroep

De curriculumexperts van de opleiding Fysiotherapie herkennen de geschetste ontwikkelingen

in het beroep (vgl. hoofdstuk 2). In de kern ontwikkelt de fysiotherapeut zich naar een poort-

wachter of kwartiermaker in de beweegzorg, een meer ondernemend ingestelde professional

met aandacht voor nieuwe markten zoals preventie (KGF: ‘doorverwijzer’).

De meest in het oog springende ontwikkeling in het beroep is dat de fysiotherapeut steeds

meer de poortwachterfunctie vervult. De fysiotherapeut is direct toegankelijk, zal met meer

verschillende en complexere problematiek te maken krijgen en zal in staat en bereid moeten

zijn door te verwijzen. Deze rol vraagt om een fysiotherapeut van een hoog/hoger niveau,

die multidisciplinair kan samenwerken met andere zorgprofessionals.

Een andere kernontwikkeling voor de fysiotherapeut is de onder druk staande arbeidsmarkt.

Belangrijkste oorzaak is dat minder behandelingen worden vergoed door zorgverzekeraars

en minder aandoeningen op de lijst met chronische ziekten staan (en dus minder aandoe-

ningen in aanmerking komen voor uitgebreide vergoeding).

Omdat de traditionele markt voor fysiotherapeutisch werk onder druk staat, moeten fysiothe-

rapeuten naar nieuwe markten uitzien. Preventie wordt gezien als potentieel interessant.

Kansen voor preventie zijn te vinden bij specifieke doelgroepen, denk bijvoorbeeld aan be-

weegprogramma’s voor jongeren en bedrijfsfysiotherapie. Financiering van preventieactivi-

teiten vraagt om nieuwe bronnen, aangezien preventie vaak niet vergoed wordt in de zorg-

verzekering. Dit vraagt om innovatievermogen en een ondernemende houding van de be-

roepsgroep.

Tot slot wijzen de deskundigen uit het werkveld op de (te) hoge procedurele druk van de

kwaliteitszorg. Registratie en administratie van behandelingen en gegevens kosten te veel

tijd.

B. Impact op het beroep (veranderingen in kerntaken/-competenties) en op de opleiding

De curriculumexperts herkennen het beeld uit de enquête (vgl. hoofdstuk 3). De veranderingen

in het bcp worden op hoofdlijnen onderschreven en zijn conform eigen observaties. Op detailni-

veau worden de reacties van curriculumexperts hierna uitgewerkt.

Page 28: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

24

De impact van de ontwikkelingen op het beroep wordt behandeld aan de hand van gewenste /

verwachte veranderingen in 7 kerntaken/kerncompetenties uit het beroepscompetentieprofiel

(bcp) van de fysiotherapeut, te weten:

1. Fysiotherapeutisch handelen

2. Communiceren

3. Samenwerken

4. Kennis delen en wetenschap beoefenen

5. Maatschappelijk handelen

6. Organiseren

7. Professioneel handelen

1. Fysiotherapeutisch handelen

De fysiotherapeut biedt op methodische wijze expliciet, gewetensvol en oordeelkundig hulp aan

cliënten met persoonlijke problemen met bewegen. Hij toont professioneel gedrag naar de

stand van het vakgebied. Hij verzamelt en interpreteert gegevens zodat hij in het screenings-,

diagnostische en therapeutische proces volgens de principes van Evidence Based Practice

beslissingen neemt binnen de grenzen van het beroep. Hij verleent up-to-date, effectieve, cura-

tieve zorg op ethisch verantwoorde wijze.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

Werken volgens Evidence Based Practice

(EBP) wordt steeds belangrijker, om de kwaliteit

van het geleverde werk te kunnen verantwoor-

den en de toegevoegde waarde van de fysiothe-

rapeut aan te tonen.

De functie van poortwachter / kwartiermaker in

de beweegzorg vergt een brede(re) kijk op de

gezondheid en om een breder denkkader (over-

zien van breed spectrum van werkvelden in de

zorg en welzijn).

De aandacht voor preventie in het werkveld zou

een andere insteek betekenen m.b.t. screening

en diagnostiek. Namelijk meer gericht op risico-

factoren in plaats van de klacht.

Zit voldoende in de opleiding. De aandacht is

vooral gericht op het klinisch kunnen redene-

ren en onderbouwen van gegevens (onder

andere door middel van PROMs). Vanuit de

opleiding wordt benadrukt liever te spreken

van het Best Practice concept. Dit is een

contextueel begrip, waarbij de wensen en

behoeften van de cliënt centraal staan.

Tezamen met de wensen en behoeften van

de zorgorganisatie (en eventueel de ge-

meenschap) en op basis van beschikbare

wetenschappelijk onderbouwde kennis wordt

de best mogelijke beslissing genomen.

Op de noodzaak tot een bredere kijk moet

de opleiding nadrukkelijker inspelen: connec-

ties maken met andere disciplines, denkka-

ders en inzichten, en het gebruiken in relatie

tot de eigen beroepscontext/-dilemma’s.

Voor een deel kan dit worden gerealiseerd

door met andere paramedische opleidingen

samen te werken. Er zijn al wel ideeën om

verbindingen tussen opleidingen te leggen,

maar die moeten nog verder worden uitge-

werkt, geconcretiseerd en gerealiseerd. Voor

een ander deel zal dat buiten de muren van

de opleiding plaats moeten vinden, aange-

zien de fysiotherapeut ook contacten heeft

Page 29: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

25

met andere zorgprofessionals.

Preventie en zelfmanagement zijn aspecten

die in de opleiding duidelijk meer aandacht

behoeven.

2. Communiceren

Om een hoge kwaliteit van hulp aan cliënten en een hoge mate van cliënttevredenheid te waar-

borgen, onderhoudt de fysiotherapeut een effectieve relatie met de cliënt en zijn naasten en/of

andere betrokkenen. De fysiotherapeut communiceert op heldere, transparante, effectieve en

efficiënte wijze tijdens het fysiotherapeutisch handelen. Het gaat daarbij om zowel verbale als

non-verbale communicatie.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

Communiceren krijgt een groter gewicht als

gevolg van meer multidisciplinair samenwerken,

de omgang met de mondigere cliënt, de meer

coachende (en minder behandelende) rol naar

cliënten toe en de noodzaak om nieuwe mark-

ten aan te boren.

Met betrekking tot de omgang met cliënten

en de meer coachende rol is de opleiding

voldoende responsief, hoewel de curricu-

lumexperts aangeven dat het wat meer

geïntegreerd met vakinhoudelijke lessen

aangeboden kan worden.

Met betrekking tot de communicatie met

andere betrokkenen moet de opleiding stap-

pen maken. Onder meer m.b.t. het digitaal

verslag leggen en het verkennen van de

mogelijkheden met e-Health.

3. Samenwerken

De fysiotherapeut werkt samen met betrokken professionals, zorgverzekeraars, maatschappe-

lijke en overheidsinstanties, participeert in een netwerk van samenwerkingsrelaties en maakt

gebruik van beschikbare expertises om te komen tot een hoge kwaliteit van hulpverlening.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

Multidisciplinair samenwerken wordt steeds

belangrijker, omdat de fysiotherapeut direct

toegankelijk is en steeds meer de poortwachter-

functie bekleedt. Dit wordt onderschreven.

Het werkveld merkt op dat de samenwerking

met zorgverzekeraars van zeer groot belang is

en tot veel administratieve druk leidt. De curricu-

lumexperts herkennen dit beeld. De uitdaging

voor de beroepsgroep is om samen met zorg-

verzekeraars te komen tot een efficiënte manier

van administratievoering.

In het nieuw ontwikkelde curriculum is de

aandacht voor multidisciplinair samenwerken

versterkt. Dat is vooralsnog te instrumenteel

ingevuld, het leggen van verbindingen /

connecties binnen de opleiding, met andere

opleidingen en naar de reële praktijk is

noodzakelijk.

In het curriculum is nagenoeg geen aan-

dacht voor de ambigu rol van de zorgverze-

keraars (partner in de zorg én scheppen

financiële randvoorwaarden). De opleiding is

onvoldoende responsief: men geeft aan

meer aandacht in de opleiding te wil-

Page 30: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

26

len/moeten besteden specifiek aan de rol

van zorgverzekeraars en meer in het alge-

meen aan de impact van maatschappelijke

ontwikkelingen op het beroep. De opleiding

zou in het nieuwe curriculum aandacht willen

besteden aan een stuk geschiedenis van de

gezondheidszorg, zodat de beginnend be-

roepsbeoefenaar zich een goed beeld kan

vormen over de rol van zorgverzekeraars en

maatschappelijke en overheidsinstanties.

4. Kennis delen en wetenschap beoefenen

De fysiotherapeut levert een bijdrage aan de ontwikkeling van klinische expertise van zichzelf

en anderen, levert een bijdrage aan wetenschappelijk onderzoek en handelt daarbij volgens de

daaraan gekoppelde wet- en regelgeving en draagt bij aan de innovatie om nieuwe kennis en

procedures te ontwikkelen en kennis te verspreiden.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

De kerntaak wordt in de toekomst van groter

belang geacht waar het gaat om het werken

volgens EBP en het onderbouwen van het

fysiotherapeutisch handelen. Het doen van

wetenschappelijk onderzoek wordt minder

belangrijk geacht voor de fysiotherapeut.

Zoals bij ‘Communiceren’ vermeld, geven de

curriculumexperts aan dat verslaglegging een

verbeterpunt is voor de opleiding. Verslagleg-

ging heeft tot doel om de kwaliteit van het eigen

handelen te borgen, maar maakt deelname aan

onderzoek ook eenvoudiger (bijv. door gege-

vens vrij te geven of door zelf onderzoek te

doen).

Studenten van Fysiotherapie worden opge-

leid om onderzoek op te sporen / te selecte-

ren dat bruikbaar is voor de beroepspraktijk

(leren om op zoek te kunnen gaan naar het

antwoord). Ze zijn minder gericht op het

uitvoeren van onderzoek. Dit past bij de

ontwikkelingen in het werkveld.

Onderzoeksvaardigheden worden vooral in

losse onderdelen bijgebracht. Het trucje

wordt wel aangeleerd, maar meer aandacht

zou uit moeten gaan naar de toepassing van

deze vaardigheden in de praktische context

(betekenis van onderzoek voor ontwikkeling

en uitoefening van het beroep), inclusief

kritische reflectie op de onderzoeksvaardig-

heden. In het nieuwe curriculum is er meer

aandacht om het praktijkgerichte onderzoek

te integreren in het praktische, vaardigheids-

onderwijs.

Het bewustzijn onder studenten over de

doelen en het belang van verslaglegging zou

nadrukkelijker aandacht behoeven in de

opleiding.

Page 31: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

27

5. Maatschappelijk handelen

De fysiotherapeut weegt belangen van de cliënt af in relatie tot de belangen van andere hulp-

vragers en maatschappelijke belangen. Hij oefent op maatschappelijk verantwoorde wijze zijn

beroep uit waarbij factoren als duurzaamheid, beroepsethiek, juridisch kader en de sociaal-

culturele context een rol spelen.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

In relatieve zin neemt deze kerntaak het minst

aan belang toe. Gezien het toenemende belang

van de functie als kwartiermeester en de ambi-

ties binnen het KNGF vinden de curriculumex-

perts dat vreemd. Mogelijk heeft dat te maken

met termen als juridisch kader en duurzaam-

heid.

Hoewel maatschappelijk handelen weinig

aan belang toeneemt volgens het werkveld,

vragen de curriculumexperts zich af of de

opleiding dit aspect niet meer op zouden

moeten pakken: “Hoe kunnen we de student

op het pad zetten van de kwartiermeester?”

6. Organiseren

Om als fysiotherapeut doeltreffend en doelmatig te functioneren, spant hij zich in voor een

goede organisatie. Als manager van zijn eigen werkzaamheden, maar ook als die van anderen.

Hij organiseert het werk zodanig dat er een balans is tussen het beroepsmatig handelen en de

behoefte aan verdere ontwikkeling van zichzelf en de organisatie.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

Het doelmatig handelen neemt aan belang toe,

vanwege de economisch moeilijke omstandig-

heden. De balans tussen efficiënt werken, on-

dernemend zijn en daarnaast ook werken aan

de eigen professionalisering en die van de

beroepsgroep komt steeds verder onder druk te

staan. De curriculumexperts onderschrijven

deze ontwikkeling.

De opleiding is voldoende responsief op dit

vlak. De curriculumexperts zijn van mening

dat voldoende basis (bewustwording) wordt

gelegd in de opleiding, en dat noodzakelijke

doorontwikkeling na de opleiding ‘on the job’

moet gebeuren. Desalniettemin is de oplei-

ding bezig zich te verbeteren m.b.t. deze

kerntaak/-competentie door de studieloop-

baanbegeleiding (SLB) door te ontwikkelen

en te optimaliseren. De wijze waarop een

student zijn studieactiviteiten plant en orga-

niseert is een voorspeller voor de ontwikke-

ling van deze kerntaak/-competentie, aldus

de opleiding.

7. Professioneel handelen

De fysiotherapeut levert hoogstaande cliëntzorg op een integere, oprechte en betrokken wijze.

Hij neemt verantwoordelijkheid voor zijn handelen en bewaart weloverwogen een balans tussen

persoonlijke en professionele rollen. Hij kent de grenzen van zijn competenties en handelt

daarbinnen of schakelt andere deskundigen in. Hij stelt zich toetsbaar op. Hij onderkent ethi-

sche dilemma’s, heeft inzicht in ethische normen en houdt zich aan de wetgeving.

Reactie op verandering kerntaak/-competentie Impact op opleiding

Het deel van de kerntaak dat gaat over het

opleveren van hoogstaande cliëntzorg, wordt

door het werkveld en de curriculumexperts

De opleiding is onvoldoende responsief met

betrekking tot de poortwachterfunctie. De

curriculumexperts geven aan dat de oplei-

Page 32: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

28

gezien als iets vanzelfsprekends. Het is onder-

deel van het fysiotherapeutisch handelen en

was altijd al heel belangrijk.

Het toenemende belang van de kerntaak richt

zich op het kennen van de eigen grenzen en het

doorverwijzen naar andere deskundigen. Ofte-

wel, de functie van kwartiermaker / poortwach-

ter zal vaker gaan voorkomen.

ding vooral gefocust is op het oplossen van

een fysiotherapeutisch probleem. De studen-

ten zouden meer bewust moeten worden

gemaakt van de taak die je hebt als profes-

sional om de juiste zorg aan de cliënt te

verlenen. Het probleem is wellicht niet van

fysiotherapeutische aard en jij bent als fysio-

therapeut mogelijk niet de meest aangewe-

zen behandelaar van de cliënt. Dilemma:

doorverwijzen of behoud cliënt.

Relevante overige taken en competenties

De beroepsgroep als geheel heeft te maken met opdrogende traditionele financieringsbronnen

(dit zijn met name de zorgverzekeraars). Daarom moeten nieuwe financieringsbronnen gevon-

den worden. Het ligt voor de hand dat toekomstige fysiotherapeuten ondernemend ingesteld

zijn om nieuwe kansen te zien en te grijpen. Ondernemerschap is geen aparte kerntaak in het

bcp van de fysiotherapeut. Gezien de ontwikkelingen in het werkveld wordt ‘ondernemerschap’

momenteel gekwalificeerd als onderbelicht in de opleiding. De curriculumexperts geven aan dat

de doorsnee fysiotherapeut geen ondernemer is, terwijl hij/zij dat in de basis wel zou moeten

zijn.

De opleiding is onvoldoende responsief wat ondernemerschap betreft. De insteek zou volgens

de curriculumexperts niet zozeer het bijbrengen van onderhandelingstechnieken zijn, maar

meer het bijbrengen van de context en een ondernemende houding. Met welke maatschappelij-

ke ontwikkelingen heb je te maken, waarom is ondernemerschap van belang, hoe ziet het zorg-

landschap eruit en waar liggen eventuele kansen?

C. Conclusies met betrekking tot de responsiviteit van de opleiding

Overall is de opleiding Fysiotherapie onvoldoende responsief met betrekking tot de waargeno-

men ontwikkelingen in het arbeidsveld en gezien de impact daarvan op het beroep. Aandachts-

punten voor de opleiding zijn het gevolg van discrepanties tussen arbeidsmarkt en opleiding:

deze zijn te vinden bij kerntaken / -competenties 1, 2, 3, 4, 5 en 7. De aandachtspunten bij 1, 5

en 7 hebben op hetzelfde betrekking en worden hieronder bij elkaar genoemd. De getallen

tussen haakjes hebben betrekking op de nummering van de kerntaken / -competenties (zie

overzicht 4.1).

Page 33: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

29

Overzicht 4.1 - Resumé: aansluiting tussen belang op arbeidsmarkt en responsiviteit van de

opleiding

Responsiviteit van de opleiding

Hoog Gemiddeld Laag

Belang kerntaak/-

competentie op

de arbeidsmarkt

Neemt (sterk) toe 6 2 – 3 – 4 – 7 1

Blijft stabiel

5

Legenda:

1. Fysiotherapeutisch handelen

2. Communiceren

3. Samenwerken

4. Kennis delen en wetenschap beoefenen

5. Maatschappelijk handelen

6. Organiseren

7. Professioneel handelen

- Poortwachterfunctie: kwartiermeester in de beweegzorg (1, 5, 7)

Zowel met betrekking tot het fysiotherapeutisch handelen als met het maatschappelijk en

professioneel handelen speelt de opleiding nog onvoldoende in op de veranderende rol die

de fysiotherapeut in het werkveld gaat innemen. In de opleiding ligt de focus voornamelijk op

de behandelende rol van de fysiotherapeut. Wat is de klacht en hoe kan ik dit fysiotherapeu-

tisch behandelen? Echter, als kwartiermeester van de beweegzorg is een breder denkkader

nodig en een bredere kijk op de gezondheidszorg. De oplossing van het probleem ligt niet

per definitie bij de fysiotherapeut. Die moet in staat zijn breder naar het voorliggende pro-

bleem te kijken, de grenzen van de eigen competenties beseffen en waar nodig door weten

te verwijzen naar de juiste zorgprofessional. Er bestaan ideeën om delen van het curriculum

in samenhang met andere paramedische opleidingen vorm te geven. Afhankelijk van de in-

houdelijke vormgeving zou dit een deel van de oplossing kunnen zijn om een bredere kijk op

de gezondheidszorg te ontwikkelen.

- Preventie (1)

Deskundigen verwachten dat het werk van de fysiotherapeut in de toekomst meer in de sfeer

van preventie zal komen te liggen. Preventie leidt tot een andere inhoud van fysiotherapeu-

tisch handelen. De screening en diagnostiek zijn dan niet meer gericht op een klacht, maar

op risicofactoren. De opleiding richt zich voornamelijk op het eerste en (te) weinig op het

laatste.

- Digitale verslaglegging (2)

De opleiding is responsief waar het de communicatie met cliënten betreft, maar niet waar het

de communicatie met externen betreft. Studenten verwerven in de opleiding te weinig com-

petenties met name waar het gaat om (digitale) verslaglegging van behandelingen en resul-

taten.

- Maatschappelijke ontwikkelingen & ondernemende houding (3)

In de opleiding wordt geen aandacht besteed aan – voor de fysiotherapeut – relevante

maatschappelijke ontwikkelingen. Actueel zijn met name de rol en invloed van zorgverzeke-

raars en de noodzaak om nieuwe markten en financieringsbronnen te vinden. Laatstge-

Page 34: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

30

noemde ontwikkeling heeft bovendien tot gevolg dat fysiotherapeuten een meer onderne-

mende houding moeten hebben. In het curriculum zou meer aandacht moeten zijn voor

maatschappelijke ontwikkelingen en de impact daarvan op het beroep. Met betrekking tot

ondernemerschap dienen de studenten in ieder geval op de hoogte gebracht moeten worden

van de relevantie en noodzaak ervan voor het beroep en de beroepsgroep.

- Onderzoeksvaardigheden plaatsen in praktische context inclusief kritische reflectie (4)

In de opleiding worden studenten onderzoeksvaardigheden bijgebracht. Om de opleiding

daarin te verbeteren, is het noodzakelijk deze vaardigheden te plaatsen in een praktische

context. Daar hoort ook een kritische reflectie bij. In het huidige curriculum gaat het te veel

om ‘het trucje’ en te weinig om de praktische toepassing.

- Waardering opleiding Fysiotherapie

Het werkveld is gematigd positief over de opleiding Fysiotherapie van Fontys (vgl. tabel 3.3)

Men is vooral ontevreden over het niveau van de fysiotherapeutische kennis en vaardighe-

den van stagiairs en recent gediplomeerden. Dit heeft onder andere te maken met het niet

actief stimuleren van herhaling van aangeboden kennis en vaardigheden, mede door de hui-

dige opbouw van het curriculum. Over de mate waarin de opleiding inspeelt op actuele ont-

wikkelingen in het werkveld is men ook gematigd positief. Belangrijke oorzaak van deze niet

al te positieve beoordeling is dat de respondenten vinden dat er te veel fysiotherapeuten

worden opgeleid, gezien de onder druk staande arbeidsmarkt.

De mening van het werkveld over de opleiding zorgt voor een dubbel gevoel. Inspelen op

actuele ontwikkelingen betekent onder meer inspelen op de veranderende rol van de fysio-

therapeut (kwartiermeester in de zorg, meer coachende rol). De curriculumexperts achten

het ook noodzakelijk om daar in de opleiding meer aandacht aan te besteden, maar zijn

bang dat dit ten koste gaat van de traditionele fysiotherapeutische kennis en vaardigheden.

En dat terwijl het werkveld juist daarover van mening is dat hierin wordt tekortgeschoten. Dit

vraagt om een andere attitude van de fysiotherapeut in opleiding. De uitdaging is om de fysi-

otherapeut in opleiding concepten te leren, zodat hij dat in alle gewenste situaties weet op te

lossen en aan te pakken.

Page 35: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

31

5 Instroompotentieel

5.1 Instroomcijfers en -prognose Fysiotherapie

Instroomcijfers Fysiotherapie 2004-2013

Figuur 5.1 geeft de instroom in de opleiding Fysiotherapie van 2004 tot en met 2013 weer. Op

basis van lineaire trendanalyse wordt duidelijk hoe hoog de instroom in 2020 zal zijn.

Figuur 5.1 – Instroom Fysiotherapie: voorlopige prognose

Het verhaal achter de instroomcijfers Fysiotherapie

De opleiding Fysiotherapie is op tien hogescholen te volgen: naast Fontys Hogeschool ook

bij Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Rotterdam, Hogeschool Utrecht, Hanzehoge-

school Groningen, Saxion (Enschede), Avans (Den Bosch), HAN (Arnhem/Nijmegen), Hoge-

school Leiden en Hogeschool Zuyd (Heerlen). Daarnaast biedt de particuliere hogeschool

Thim van der Laan de erkende opleiding Fysiotherapie aan in Utrecht.

De opleiding Fysiotherapie (zowel landelijk als van Fontys) kent een lange historie van nume-

rus fixi. Tegenwoordig wordt landelijk een numerus fixus bepaald voor de opleiding Fysiothe-

rapie, die vervolgens over de diverse locaties wordt verspreid. De weergegeven instroom van

Fontys houdt de trend van de numerus fixus aan. De instroom ligt vanaf 2008 structureel ho-

ger dan daarvoor. Mogelijk is de reden dat de studenten in de Engelstalige opleiding Fysio-

therapie voor 2008 nog niet werden meegeteld. De Engelstalige opleiding bestaat sinds circa

1995/1996 en is in al die tijd redelijk constant met jaarlijks 40 (buitenlandse) studenten ge-

vuld. Voor de totale opleiding, inclusief de Engelstalige variant, bedroeg in de jaren 2010 en

2011 de numerus fixus voor Fontys 206 studenten, in 2012 en 2013 gaat het om 220 studen-

0

50

100

150

200

250

300

2004 2006 2008 2010 2012 2014 2016 2018 2020

Fysiotherapie

Page 36: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

32

ten. De numerus fixus van 220 studenten is verdeeld over de Nederlandstalige opleiding

(180) en de Engelstalige (40).

De ambitie van Fontys is de numerus fixus van de Engelstalige opleiding te verhogen naar 64

studenten. In het kader van internationalisering wil Fontys zich profileren met de Engelstalige

opleiding Fysiotherapie, die hoog staat aangeschreven in Europa. Het is nog niet duidelijk of

en zo ja, wanneer deze toename plaats gaat vinden.

Tabel 5.1 geeft de instroom in de opleiding Fysiotherapie weer per deelpopulatie. De samen-

stelling van de studentpopulatie is in de loop der jaren veranderd. Het aantal zij-instromers

vanuit hbo/wo of werksituatie is in de laatste twee jaren richting nul gegaan, omdat Fontys

geen maatwerk meer aanbiedt. Het aantal buitenlandse studenten is sinds 2008 flink toege-

nomen door het aanbieden van een Engelstalige variant.

De toekomstige instroom in de opleiding wordt bepaald door de numerus fixus. De samen-

stelling qua deelpopulaties hangt daar mee samen. De numerus fixus bedraagt momenteel

220 studenten. Er is jaarlijks ruimte voor 40 buitenlandse studenten. De overige 180 studen-

ten zullen in de komende jaren voor het grootste deel direct uit de havo komen, voor een

klein deel uit het mbo.

83 procent van de instroom in de afgelopen vijf jaar is afkomstig uit Nederland, voornamelijk

uit Noord-Brabant (56%) en Limburg (23%). 17 procent van de instroom is afkomstig uit het

buitenland. Fontys richt zich op een zo breed mogelijk geografische spreiding qua buiten-

landse studenten. De buitenlandse studenten komen dan ook van over de hele wereld. Om-

vangrijke groepen studenten komen uit Duitsland (ca. 30%), Noorwegen (ca. 20%), Italië (ca.

7%), Luxemburg (ca. 5%) en Oostenrijk (ca. 5%).

Het kernvoedingsgebied beslaat de directe omgeving van de opleidingslocatie Eindhoven, zie

kaart 5.1. Dit is logisch, aangezien de opleiding Fysiotherapie verspreid over heel Nederland

te volgen is. Enigszins opvallend is de relatief hoge instroom vanuit Limburg, aangezien de

opleiding ook bij Hogeschool Zuyd in Heerlen is te volgen. Mogelijk gaat het om studenten

die bij Zuyd niet door de selectie zijn gekomen.

Het kernvoedingsgebied is gezien de concurrentie nauwelijks uit te breiden. Dat is ook niet

nodig, aangezien het aantal aanmeldingen hoger ligt dan het aantal beschikbare plaatsen.

De markt voor fysiotherapie is de laatste jaren volop in beweging. De vergoeding voor fysio-

therapie in de zorgverzekering is momenteel niet meer zo uitgebreid als een paar jaar gele-

den. Hoewel dit gegeven ‘sec’ een negatief effect heeft op de vraag naar fysiotherapie, wordt

algemeen niet verwacht dat de vraag naar fysiotherapeuten op de (middel)lange termijn zal

dalen. Andere factoren zullen volgens verwachting een positief effect op de vraag naar fysio-

therapie hebben, zoals vergrijzing, aandacht voor inzet fysiotherapie ter preventie van klach-

ten en specialisatie in gezondheidscentra.

Aan de kant van Fontys wordt het selectiebeleid aangepast. Vanaf 2015/2016 kan decentraal

door de opleiding zelf geselecteerd worden.

Al met al zullen de factoren in het cluster arbeidsmarkt, Fontys en autonoom geen effect

hebben op de feitelijke instroom in de opleiding Fysiotherapie van Fontys. Het aantal aan-

meldingen ligt namelijk fors hoger dan het aantal plaatsen en de numerus fixus bepaalt de

instroom. Het streven is de huidige numerus fixus van 220 op te hogen naar 244.

Page 37: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

33

Tabel 5.1 – Instroom in de opleiding Fysiotherapie per deelpopulatie

2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2009-

2013

havo/vwo 16-21 jr. 102 97 103 99 108 120 112 111 114 115 54%

havo/vwo 22+ 0 3 2 5 0 4 6 6 9 7 3%

mbo 18-21 jr. 21 15 18 19 25 27 24 23 34 29 13%

mbo 22+ 6 5 4 3 6 10 11 7 10 7 4%

zij-instroom hbo/wo/werk 28 22 16 30 40 9 14 17 6 5 5%

buitenland 5 5 1 2 25 35 48 32 35 32 17%

overig 2 1 14 1 0 7 11 6 6 9 4%

Totaal 164 148 158 159 204 212 226 202 214 204 1.058

Instroomprognose Fysiotherapie

De instroom in de opleiding Fysiotherapie houdt verband met de numerus fixus (220 studenten

sinds 2012). Het is niet zeker dat de nagestreefde ophoging van de numerus fixus naar 244

wordt bewerkstelligd. Daarom wordt de instroomprognose voor de komende jaren op 220 stu-

denten gezet. Zonder de ingestelde numerus fixus zou de instroom dit aantal overstijgen, zoals

de oorspronkelijke trendlijn laat zien.

Figuur 5.2 – Instroom Fysiotherapie: definitieve prognose

Noot: de gestippelde lijn geeft de oorspronkelijke trend weer, zoals in figuur 5.1 gepresenteerd.

0

50

100

150

200

250

300

2004 2006 2008 2010 2012 2014 2016 2018 2020

Fysiotherapie

Page 38: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

34

Kaart 5.1 – Kernvoedingsgebied Fysiotherapie

Het kernvoedingsgebied Fysiotherapie bestaat uit de gemeenten waar mini-

maal 5 instromers vandaan komen (instroom 2009 t/m 2013 opgeteld).

Kernvoedingsgebied = 770 | 73%

*Overig Nederland = 106 | 10%

Buitenland = 182 | 17%

Totaal = 1.058 | 100%

Kernvoedingsgebied (73% van de instroom is afkomstig uit):

Eindhoven 135 Asten 10

Helmond 35 Boxtel 10

's-Hertogenbosch 26 Sint-Michielsgestel 10

Venlo 26 Heeze-Leende 9

Sittard-Geleen 23 Bernheze 8

Peel en Maas 22 Heusden 8

Deurne 21 Horst aan de Maas 8

Nuenen, Gerwen en Nederwetten 20 Leudal 8

Veldhoven 19 Oirschot 8

Weert 19 Oisterwijk 8

Maastricht 18 Reusel-De Mierden 8

Geldrop-Mierlo 17 Someren 8

Bladel 16 Son en Breugel 8

Tilburg 15 Eijsden-Margraten 7

Venray 15 Schijndel 7

Oss 14 Best 6

Sint-Oedenrode 14 Eersel 6

Veghel 14 Stein 6

Bergeijk 13 Vught 6

Gemert-Bakel 13 Waalwijk 6

Heerlen 13 Breda 5

Uden 13 Cranendonck 5

Laarbeek 12 Landgraaf 5

Maasgouw 12 Meerssen 5

Roermond 12 Nederweert 5

Valkenswaard 12 Nijmegen 5

Waalre 11 Roerdalen 5

Page 39: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

35

5.2 Belangstelling leerlingen voor opleiding Fysiotherapie

In deze paragraaf wordt achtereenvolgens ingegaan op:

a) Kenmerken responsgroep

b) Interesse in en keuze voor de bacheloropleiding Fysiotherapie

c) Oordeel over kenmerken van de opleiding

d) Belangstelling voor de bacheloropleiding Fysiotherapie afgezet tegen prognoses instroom

a. Kenmerken responsgroep

Om zicht te krijgen op de vraag in hoeverre er belangstelling is voor de bacheloropleiding Fysio-

therapie is een enquête gehouden onder havo-, vwo- en mbo-leerlingen. In deze paragraaf

wordt een beschrijving gegeven van de leerlingen die de vragenlijst Fysiotherapie hebben inge-

vuld (n=137). Welke opleiding en welk profiel volgen zij en waar komen ze vandaan? Daarmee

kan de belangstelling van leerlingen voor de bacheloropleiding Fysiotherapie in perspectief

worden geplaatst.

Opleiding, profiel, geslacht en regionale herkomst

Van de 137 leerlingen zijn 67 leerlingen afkomstig van havo-4, 52 van vwo-5 en 18 van het mbo

(niveau 4 leerjaar 3).

Er hebben duidelijk meer meisjes dan jongens aan het onderzoek meegedaan (havo-4 60 pro-

cent, vwo-5 71 procent, mbo 72 procent).23

Tabel 5.2 geeft de verdeling naar woonregio van de leerlingen die hebben deelgenomen aan

het onderzoek. Een derde van de leerlingen komt uit Oost-Brabant (34 procent) en 28 procent

uit Noord-Brabant.

Tabel 5.2 – Regio waarin jongeren wonen

Regio Percentage

Noord-Brabant 28%

Oost-Brabant 34%

West-Brabant 14%

Noord-/Midden-Limburg 15%

Zuid-Gelderland 9%

Totaal N (=100%) 137

Tabel 5.3 geeft voor de havo- en vwo-leerlingen weer welk profiel zij volgen. Het grootste deel

van de havo-leerlingen (45 procent) volgt het profiel Economie en Maatschappij. Op het vwo

volgt bijna de helft van de leerlingen het profiel Natuur en Gezondheid. Ook volgt een groot deel

van de vwo-leerlingen de profielen Natuur en Techniek (42 procent) of Economie en Maat-

schappij (37 procent).

2 Een oververtegenwoordiging in vergelijking met de landelijke populatie van bovenbouw havo- en vwo-leerlingen 3 Ter vergelijking; landelijke populatie mbo deelnemers niveau 4 leerjaar 3 betreft 53 procent meisjes, specifiek in de

sector zorg 77 procent en sector techniek 29 procent (oktober 2012).

Page 40: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

36

Tabel 5.3 – Leerjaar en profiel van de vo-leerlingen (%)4

Profiel havo 4 vwo 5

Natuur en Techniek (NT) 12% 42%

Natuur en Gezondheid (NG) 31% 48%

Economie en Maatschappij (EM) 45% 37%

Cultuur en Maatschappij (CM) 18% 17%

Totaal N (=100%) 67 52

b. Interesse in en keuze voor de bacheloropleiding Fysiotherapie

In dit onderdeel wordt de interesse van de leerlingen in de bacheloropleiding Fysiotherapie

beschreven. Er wordt nagegaan hoe groot de kans op keuze voor de opleiding is en er wordt

beschreven welke kenmerken van de opleiding het meest aantrekkelijk worden gevonden.

Interesse in de opleiding

De leerlingen is - voorafgaand aan het invullen van de vragenlijst - de volgende beschrijving van

de bacheloropleiding Fysiotherapie voorgelegd.

Wat houdt het vakgebied fysiotherapie in?

Fysiotherapie houdt zich bezig met het bewegend functioneren van de mens. De

fysiotherapeut is dé specialist van het menselijk bewegen. Hij onderzoekt en be-

handelt patiënten met klachten van houding en/of beweging. En de gevolgen van

deze klachten voor de dagelijkse activiteiten. De fysiotherapeut gebruikt verschil-

lende behandelvormen, zoals bijvoorbeeld oefentherapie of fysische therapie. Ook

het coachen van patiënten is een belangrijk deel van het vak. Hij geeft voorlichting

over gezond leven en over hoe je gezondheidsproblemen kunt voorkomen.

De opleiding Fysiotherapie

Tijdens de opleiding staan zowel fysiotherapeutische vakken als gedragsweten-

schappen centraal. Je leert om o.a. gewrichtsklachten, (sport)blessures, neurologi-

sche- en reumatische klachten te onderzoeken en te behandelen. Je verdiept je in

actuele thema's als sport en bewegen, vergrijzing, zorg technologie en onderne-

merschap. Je bent actief betrokken bij zowel het onderwijs, als het praktijkgericht

onderzoek, waardoor je op de hoogte bent van de nieuwste ontwikkelingen binnen

het beroep fysiotherapie.

In de praktijklessen oefen je met elkaar (en op elkaar) de fysiotherapeutische

vaardigheden, zoals massagetherapie, bewegingstherapie en gesprekstechnieken.

Tijdens de medische practica leer je over de bouw en werking van het menselijk li-

chaam. Alle vakken hangen onderling samen. Ook staat jouw omgang met mensen

centraal, wat belangrijk is omdat je een beroep leert waarbij alles om mensen

draait.

4 Leerlingen kunnen meerdere profielen (combinaties) volgen. De percentages tellen daarom op tot boven de 100

procent.

Page 41: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

37

Bijna de helft van de leerlingen toont op grond van de gegeven beschrijving (mogelijk) interesse

in de opleiding. De overige leerlingen zijn (waarschijnlijk) niet geïnteresseerd (49 procent) of

hebben nog geen idee (3 procent) (zie tabel 5.4)

Tabel 5.4 – Interesse in de bacheloropleiding Fysiotherapie

Procent

Ja, dat is zeker interessant 11%

Ja, dat is mogelijk interessant 37%

Nee, waarschijnlijk niet 39%

Nee, zeker niet 10%

Weet niet / geen idee 3%

Totaal N (=100%) 137

Kans op keuze voor de opleiding

Interesse in de opleiding betekent niet dat de leerling ook daadwerkelijk de keuze voor de op-

leiding wil maken. Tabel 5.5 laat zien wat de kans is dat leerlingen voor de opleiding willen

kiezen. Een klein deel van de leerlingen – 9 procent – acht de kans heel groot of groot dat ze

voor de bacheloropleiding Fysiotherapie zullen kiezen. Ruim een derde noemt de kans niet

groot/niet klein en meer dan de helft acht de kans (heel) klein.

Tabel 5.5 – Kans op keuze voor de bacheloropleiding Fysiotherapie

Procent

Heel groot 5%

Groot 4%

Niet groot, maar ook niet klein 35%

Klein 29%

Heel klein 26%

Totaal N (=100%) 137

In tabel 5.6 wordt een totaalplaatje geschetst door de interesse van leerlingen af te zetten tegen

de kans om voor de opleiding te kiezen. In totaal geeft 9 procent van de leerlingen (13 van de

137 leerlingen) aan dat zij de opleiding zeker of mogelijk interessant vindt, en dat de kans om

daadwerkelijk voor de opleiding te kiezen groot of heel groot is (gearceerd vlak in tabel 5.6). We

noemen deze groep leerlingen in het vervolg van deze rapportage de potentieelgroep. In de

tabellen b5.1 tot en met b5.4 (bijlage) wordt met behulp van enkele figuren een beeld gegeven

van de samenstelling van de potentieelgroep.

Page 42: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

38

Tabel 5.6 – Kans op keuze voor de bacheloropleiding Fysiotherapie, gerelateerd aan interesse

voor de opleiding

Interesse:

zeker

mogelijk waarschijnlijk

niet

zeker niet

weet niet /

geen idee

Totaal

Kans:

heel groot 3,6% 1,5% 0% 0% 0% 7 (5%)

groot 0,7% 3,6% 0% 0% 0% 6 (4%)

niet groot, maar

ook niet klein 5,8% 21,2% 5,8% 0,7% 1,5% 48 (35%)

klein 0,7% 6,6% 18,2% 2,2% 1,5% 40 (29%)

heel klein 0% 4,4% 14,6% 7,3% 0% 36 (26%)

Totaal 15 (11%) 51 (38%) 53 (39%) 14 (10%) 4 (3%) 137 (100%)

Kenmerkend voor de potentieelgroep is het aandeel jongens (46 procent) (in de totale groep is

34 procent jongen). De meeste leerlingen uit de potentieelgroep komen uit Oost-Brabant (38

procent) en Noord-Brabant (31 procent). De potentieelgroep bestaat voor meer dan de helft uit

havo-leerlingen en voor iets minder dan een derde uit vwo-leerlingen. Leerlingen met het profiel

Natuur en Techniek zijn niet in de potentieelgroep vertegenwoordigd. Ongeveer de helft van de

leerlingen volgt het profiel Economie en Maatschappij.

Leerlingen uit de potentieelgroep kiezen vooral voor de opleiding Fysiotherapie, omdat zij graag

mensen met lichamelijke problemen willen helpen. Enkele leerlingen hebben daarbij specifieke

wensen (combinatie met topsport, dansfysiotherapie).

‘Omdat ik interesse heb op het gebied van het menselijke lichaam en bewegen,

omdat ik zelf het CIOS doe. Ik vind het leuk om mensen te coachen op het gebied

van bewegen en op een gezonde manier functioneren. Ik ben hier al naar de open

dag geweest en een Fysiotherapie opleiding spreekt me aan.’

‘Je helpt mensen met iets wat misschien wel het interessantste is van onze pla-

neet. Het menselijk lichaam. Ik wilde dit al langer en als ik zie hoe het er dus blijk-

baar aan toe gaat lijkt het me heel interessant.’

‘Het lijkt me best interessant om te weten hoe je lichamelijke klachten kan verhel-

pen en in het algemeen mensen helpen is nooit verkeerd. Ik weet nu wat ik moet

doen voordat ik echt fysiotherapeut kan worden en wat ik kan verwachten mocht ik

echt de opleiding gaan volgen.’

Page 43: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

39

Ook zijn er leerlingen die de opleiding interessant vinden, maar de kans om voor de opleiding te

kiezen niet (heel) groot noemen. Zij vinden de opleiding interessant, maar zijn zich in de breed-

te of juist op andere opleidingen aan het oriënteren.

‘Ik vind het interessant om op medisch gebied te werken, en dat je dan met men-

sen moet werken. Dit zit verbonden aan fysiotherapie. Ik ben nog aan het twijfelen

tussen verschillende opleidingen, maar deze opleiding heeft een duidelijke voor-

sprong.’

‘De opleiding is voor mij interessant, omdat ik op de mens en zijn functioneren ge-

richt ben. Ik heb mijn studiekeuze al gemaakt, maar door de hoge toelatingseisen

is een second opinion belangrijk. Fysiotherapie valt onder die categorie bij mij.‘

De overigen achten de kans voor de keuze voor Fysiotherapie niet groot aangezien:

- zij hoe dan ook niet geïnteresseerd zijn (Fysiotherapie is geen optie);

- zij een universitaire opleiding willen doen;

- zij heel specifiek geïnteresseerd zijn in andere opleidingen.

c. Oordeel over kenmerken van de opleiding

Naast de interesse is ook gevraagd naar wat de leerlingen van specifieke kenmerken van de

bacheloropleiding Fysiotherapie vinden. In tabel 5.7 is het oordeel van de leerlingen over diver-

se kenmerken van de opleiding gepresenteerd. Naast een percentageverdeling voor de totale

groep geeft de tabel ook de gemiddelde scores weer voor twee subgroepen: de potentieelgroep

(n=13) en de overige leerlingen (n=124). De score varieert van minimaal 1 tot maximaal 4 en

geeft weer hoe positief leerlingen zijn: heel negatief (score = 1), negatief (score = 2), positief

(score = 3) en heel positief (score = 4). Tabel b5.5 in de bijlage geeft een beknopte weergave.

Tabel 5.7 laat zien dat de leerlingen over het geheel genomen positief zijn over de bachelorop-

leiding Fysiotherapie.

Leerlingen uit de potentieelgroep zijn over een aantal aspecten heel positief (gemiddelde score

≥ 3,5). Zij waarderen het meeste dat in de opleiding fysiotherapeutische vaardigheden worden

geoefend, voor een beroep wordt geleerd waarbij het omgaan met mensen centraal staat, sport

en bewegen centraal staan, geleerd wordt kritisch te kijken naar het eigen handelen en ontwik-

kelingen in het vak en gebruik wordt gemaakt van verschillend onderwijsvormen.

De leerlingen waarderen bovendien de carrièreperspectieven en de locatie van de opleiding in

Eindhoven.

Deze leerlingen uit de potentieelgroep zijn het minst positief over het thema vergrijzing dat als

een rode draad door de opleiding heen loopt.

De overige leerlingen beoordelen alle stellingen beduidend minder positief dan leerlingen die

wel interesse hebben. Toch waarderen zij vooral (score ≥ 3,25) dat de opleiding voor een be-

roep opleidt waarbij het omgaan met mensen centraal staat, de mogelijkheid biedt voor een

stage in het buitenland, goede carrièremogelijkheden biedt en dat studenten tijdens de oplei-

ding een studieloopbaanbegeleider (mentor) hebben.

Page 44: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

40

De leerlingen zijn – net als de leerlingen uit de potentieelgroep – het minst positief over het

thema vergrijzing dat als een rode draad door de opleiding heen loopt.

Daarnaast zijn de overige leerlingen het minst positief over het feit dat het een opleiding op hbo-

niveau is. De vwo-leerlingen zijn hierover het meest negatief (63 procent is (zeer) negatief).

Leerlingen woonachtig in Zuid-Gelderland zijn het minst positief over de locatie van de opleiding

in Eindhoven (67 procent is (zeer) negatief).

Tabel 5.7 – Oordeel over kenmerken van de bacheloropleiding Fysiotherapie

Totale groep (n=137) Gem. score (1-4)

Kenmerken van de bacheloropleiding Fysiotherapie Zeer

negatief

Negatief Positief Zeer

positief

Potentieel

groep

(n=13)

Overige

leerlingen

(n=124)

1. Dat in de opleiding zowel de medische vakken (bijv. anatomie,

fysiologie, ziekteleer) als gedragswetenschappen (bijv. ontwik-

kelingspsychologie, communicatie) centraal staan

4% 12% 64% 20%

3,46 2,97

2. Dat je in de praktijklessen de fysiotherapeutische vaardigheden,

zoals massagetherapie en bewegingstherapie oefent met en bij

elkaar

3% 19% 51% 27%

3,62 2,96

3. Dat je een beroep leert waarbij het omgaan met mensen cen-

traal staat

1% 9% 47% 42%

3,62 3,27

4. Dat er de mogelijkheid is om je stage in het buitenland te lopen 1% 11% 44% 44% 3,08 3,32

5. Dat je in je opleiding ook samenwerkt met studenten van andere

paramedische opleidingen van Fontys Hogeschool

1% 12% 74% 12%

3,23 2,94

6. Dat je tijdens je opleiding een studieloopbaanbegeleider (men-

tor) hebt, die je kan helpen indien je studieproblemen en/of be-

lemmeringen ervaart

1% 5% 53% 41%

3,38 3,34

7. Dat er in de opleiding aandacht is voor ondernemerschap

binnen het beroep van fysiotherapeut

2% 15% 58% 24%

3,38 3,01

8. Dat sport & bewegen als een rode draad door je opleiding heen

loopt

5% 21% 40% 34%

3,69 2,95

9. Dat vergrijzing als een rode draad door je opleiding heen loopt 11% 44% 40% 5% 2,92 2,34

10. Dat zorg, technologie en innovatie als een rode draad door je

opleiding heen lopen

4% 26% 51% 18%

3,31 2,78

11. Dat je in de opleiding leert kritisch te kijken naar je eigen hande-

len en de ontwikkelingen in je vak.

1% 8% 66% 25%

3,62 3,10

12. Dat er in de opleiding veel aandacht is voor praktijkgericht

onderzoek

1% 9% 61% 28%

3,46 3,15

13. Dat de carrièreperspectieven met het volgen van deze opleiding

goed zijn (88% van alle landelijk afgestudeerden heeft na 1,5

jaar werk op niveau)

2% 9% 46% 43%

3,54 3,27

14. Dat je in het eerste jaar al kort stage loopt om kennis te maken

met het werkveld en om erachter te komen of het latere beroep

iets voor je is

1% 12% 57% 31%

3,38 3,15

15. Dat je in het vierde leerjaar een half jaar stage loopt 2% 9% 53% 35% 3,46 3,19

16. Dat je in het derde leerjaar 10 weken stage loopt 1% 15% 58% 26% 3,31 3,07

17. Dat in de opleiding lesstof in verschillende onderwijsvormen

wordt aangeboden (hoorcolleges, onderwijsgroepen, practica en

projectonderwijs)

1% 8% 61% 31%

3,54 3,18

18. Dat de opleiding op hbo-niveau is (en niet op mbo of universiteit) 8% 28% 46% 18% 3,23 2,69

19. Dat de opleiding qua locatie in Eindhoven wordt aangeboden 4% 23% 51% 23% 3,62 2,85

Page 45: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

41

Kans op keuze andere paramedische opleiding Fontys Paramedische Hogeschool

De leerlingen is tevens gevraagd hoe groot zij de kans achten dat zij voor de andere paramedi-

sche bacheloropleidingen van de Fontys Paramedische Hogeschool zullen kiezen. Tabel 5.8

laat zien dat de opleiding Fysiotherapie naar verwachting weinig concurrentie van de andere

opleidingen zal hebben.

Leerlingen in de potentieelgroep zijn eerder dan de overige leerlingen geneigd voor de andere

paramedische opleidingen te kiezen.

Tabel 5.8 – Kans dat andere paramedische hbo-bacheloropleidingen aan Fontys Paramedische

Hogeschool worden gekozen (%) (n=137)

Opleidingen Heel groot Groot Niet groot maar

ook niet klein

Klein Heel klein

Podotherapie 1% 4% 11% 34% 51%

Orthopedische Technologie 1% 2% 10% 36% 51%

Medisch Beeldvormende en

Radiotherapeutische Technieken

(MBRT)

2% 3% 15% 31% 50%

Logopedie 1% 6% 17% 30% 47%

d. Belangstelling voor de bacheloropleiding Fysiotherapie afgezet tegen prognoses instroom

Negen procent van de leerlingen van havo, vwo en mbo worden gerekend tot de groep van

potentiële instromers. De potentiële belangstelling in de populatie5 is voldoende om in de prog-

nose van 220 instromers per jaar te voorzien (potentieelgroep in populatie is 9% van 33.340 =

3.000; keuze van circa 7% van de potentieelgroep is voldoende).

5 Populatie leerlingen van havo 4, vwo 5 en mbo 4 leerjaar 3 uit de geselecteerde regio’s Noord-, Oost- en West-

Brabant, Noord-/Midden-Limburg en Zuid-Gelderland. Peiljaar 2013. Bron: DUO.

Page 46: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

42

Page 47: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

43

Bijlage – Tabellen

Tabel b2.1 – Oordeel respondenten over mate waarin ontwikkelingen binnen de fysiotherapie

voorkomen*

Percentageverdeling

Ontwikkelingen 1 2 3 4 5 Gemiddelde score (1-5)

1. Multidisciplinair werken 2% 5% 26% 30% 38% 4,0

2. Cliëntgerichtheid 1% 0% 0% 30% 69% 4,7

3. Veranderende rol van de cliënt (kritischer, wil meer regie

houden) 1% 2% 15% 51% 31%

4,1

4. Aandacht voor preventie 1% 12% 10% 49% 28% 3,9

5. Samenwerking met partners buiten de zorg (o.a. gemeen-

ten, sportorganisaties) 7% 18% 35% 24% 16%

3,3

6. E-Health (technologische ondersteuning van de zorg) 15% 24% 26% 28% 7% 2,9

7. Positionering en profilering 2% 8% 19% 48% 23% 3,8

8. Ondernemerschap 2% 14% 16% 44% 24% 3,7

9. Zorg die dichter bij huis geleverd wordt 2% 12% 30% 34% 22% 3,6

* Komt helemaal niet voor (score = 1), komt in zeer grote mate voor (score = 5).

Page 48: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

44

Tabel b2.2 – Mening respondenten over stellingen fysiotherapie*

Percentageverdeling

Stellingen 1 2 3 4 5 Gemiddelde score (1-5)

1. Fysiotherapeuten richten zich onvoldoende op positio-

nering en profilering 5% 24% 29% 37% 5% 3,1

2. De huidige fysiotherapeut is (nog) te veel gericht op het

verminderen van klachten en te weinig op het voorko-

men ervan (preventie)

5% 27% 28% 34% 5% 3,1

3. Het merendeel van de fysiotherapeuten mist de compe-

tenties die vereist zijn om preventieve activiteiten vorm

te geven

10% 32% 27% 22% 10% 2,9

4. De kansen en mogelijkheden van de voortschrijdende

technologie (e-Health) wegen op tegen de risico’s 7% 27% 32% 29% 5% 3,0

5. Bezuinigingen (bijvoorbeeld m.b.t. aantal behandelin-

gen dat vergoed wordt) leiden tot een afname van de

vraag naar fysiotherapeuten

2% 6% 6% 40% 45% 4,2

6. Er ligt op dit moment een te grote nadruk op het zicht-

baar maken van kwaliteit (via registratie en administra-

tie)

0% 2% 3% 22% 73% 4,7

7. Fysiotherapeuten spelen onvoldoende in op kansen 1% 16% 40% 35% 8% 3,3

8. Fysiotherapeuten besteden te weinig aandacht aan het

‘in de markt zetten’ van zichzelf (‘zichzelf verkopen’) 3% 10% 34% 37% 16% 3,5

9. Fysiotherapeuten moeten andere financieringsbronnen

dan alleen de zorgverzekeraar benutten 2% 12% 19% 41% 26% 3,8

10. Fysiotherapeuten moeten de zorgverzekeraar meer

zien als samenwerkingspartner en investeren in een

goede relatie

9% 18% 29% 30% 14% 3,2

11. In projecten waar de nadruk ligt op beweegzorg en

participatie is de fysiotherapeut de aangewezen profes-

sional om een coördinerende functie op zich te nemen

2% 2% 8% 41% 47% 4,3

12. Om in de toekomst de ‘poortwachtersfunctie van de

beweegzorg’ te kunnen vervullen, moet de fysiothera-

peut op een hoger niveau opgeleid worden

4% 12% 27% 41% 15% 3,5

13. Meer specialisatie binnen de fysiotherapie is gewenst 4% 14% 32% 32% 18% 3,4

* 1 = zeer oneens, 5 = zeer eens.

Tabel b3.1 – Werkzaam in eigen praktijk of loondienst

N (= aantal) Percentage

Eigen praktijk 21 21%

Eigen praktijk in maatschap 21 21%

In loondienst 56 57%

Totaal 98 100%

Page 49: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

45

Tabel b3.2 – Type organisatie

N (= aantal) Percentage

Zelfstandig gevestigde praktijk voor fysiotherapie 60 61%

Gezondheidscentrum 12 12%

Ziekenhuis 4 4%

Revalidatiecentrum 2 2%

Verpleeg- of verzorgingstehuis 12 12%

Anders 8 8%

Totaal 98 100%

Tabel b3.3 – Type functie

N (= aantal) Percentage

Directeur / manager / bedrijfsleider V2 3 3%

Fysiotherapeut V2 53 54%

Combinatie fysiotherapeut / manager (directeur /

bedrijfsleider) V2 41 42%

Medewerker P&O V2 - -

Anders (manueel therapeut) 1 1%

Totaal 98 100%

Tabel b3.4 – Provincie waar organisatie is gevestigd

N (= aantal) Percentage

Groningen - -

Friesland - -

Drenthe - -

Overijssel - -

Gelderland 4 4%

Flevoland - -

Utrecht - -

Noord-Holland - -

Zuid-Holland - -

Zeeland 1 1%

Noord-Brabant 74 78%

Limburg 16 17%

Totaal 95 100%

Page 50: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

46

Tabel b3.5 – Landsdeel waar organisatie is gevestigd*

N (= aantal) Percentage

Noord (Groningen, Friesland, Drenthe) - -

Oost (Flevoland, Overijssel, Gelderland) 4 4%

Zuid (Noord-Brabant, Limburg) 90 95%

West (Zeeland, Zuid-Holland, Noord-Holland, Utrecht) 1 1%

Totaal 95 100%

* Indeling provincies naar landsdelen volgens CBS Statline

Tabel b3.6 – Aantal fysiotherapeuten werkzaam in organisatie (aantal fte)

N (= aantal) Percentage

1 3 4%

2 8 10%

3 11 13%

4- 5 18 22%

6 - 10 24 29%

11 - 20 13 16%

21 - 30 6 7%

Totaal 83 100%

Tabel b3.7 – Gemiddeld aantal uren dat fysiotherapeuten werken in organisatie

N (= aantal) Percentage

20 - 24 12 14%

25 - 29 17 20%

30 - 34 37 44%

35 - 39 9 11%

40 - 55 9 11%

Totaal 84 100%

Tabel b3.8 – Gemiddelde verhouding man-vrouw en leeftijdscategorie fysiotherapeuten binnen

organisatie

Gemiddelde

Man 37%

Vrouw 63%

≥ 40 jaar 43%

Page 51: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

47

Tabel b5.1 – Geslacht van de potentieelgroep en de overige leerlingen

Potentieelgroep (n=13) Overige leerlingen (n=124)

Tabel b5.2 – Opleidingsniveau van de potentieelgroep en de overige leerlingen

Potentieelgroep (n=13) Overige leerlingen (n=124)

46%

54%

33%

67%

Man

Vrouw

54% 31%

15%

48%

39%

13%

havo

vwo

mbo

Page 52: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

48

Tabel b5.3 – Regio van de potentieelgroep en de overige leerlingen

Potentieelgroep (n=13) Overige leerlingen (n=124)

Tabel b5.4 – Profiel van de potentieelgroep en de overige leerlingen(alleen havo en vwo)

Potentieelgroep (n=11) Overige leerlingen (n=108)

31%

38%

15%

8% 8%

28%

34%

14%

15%

9%

Noord Brabant

Oost Brabant

West Brabant

Noord/Midden-Limburg

Zuid-Gelderland

0%

27%

55%

18% 28%

40%

40%

18% Natuur en techniek

Natuur en gezondheid

Economie en maatschappij

Cultuur en maatschappij

Page 53: De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding ......De toekomst van het beroep en de bacheloropleiding Fysiotherapie Opleidingsrapportage Jos Frietman Mariska Roelofs Geertje

49

Tabel b5.5b – Beknopte weergave oordeel over kenmerken van de bacheloropleiding Fysiothe-

rapie*

Kenmerken van de bacheloropleiding Fysiotherapie Potentieel

groep

(n=13)

Overige

leerlingen

(n=124)

1. Dat in de opleiding zowel de medische vakken (bijv. anatomie, fysiologie, ziekteleer) als

gedragswetenschappen (bijv. ontwikkelingspsychologie, communicatie) centraal staan

++ -

2. Dat je in de praktijklessen de fysiotherapeutische vaardigheden, zoals massagetherapie

en bewegingstherapie oefent met en bij elkaar

+++ -

3. Dat je een beroep leert waarbij het omgaan met mensen centraal staat +++ ++

4. Dat er de mogelijkheid is om je stage in het buitenland te lopen + ++

5. Dat je in je opleiding ook samenwerkt met studenten van andere paramedische opleidin-

gen van Fontys Hogeschool

+ -

6. Dat je tijdens je opleiding een studieloopbaanbegeleider (mentor) hebt, die je kan helpen

indien je studieproblemen en/of belemmeringen ervaart

++ ++

7. Dat er in de opleiding aandacht is voor ondernemerschap binnen het beroep van fysio-

therapeut

++ +1

8. Dat sport & bewegen als een rode draad door je opleiding heen loopt +++ -

9. Dat vergrijzing als een rode draad door je opleiding heen loopt - --

10. Dat zorg, technologie en innovatie als een rode draad door je opleiding heen lopen ++ -

11. Dat je in de opleiding leert kritisch te kijken naar je eigen handelen en de ontwikkelingen

in je vak.

+++ +

12. Dat er in de opleiding veel aandacht is voor praktijkgericht onderzoek ++ +

13. Dat de carrièreperspectieven met het volgen van deze opleiding goed zijn (88% van alle

landelijk afgestudeerden heeft na 1,5 jaar werk op niveau)

+++ ++

14. Dat je in het eerste jaar al kort stage loopt om kennis te maken met het werkveld en om

erachter te komen of het latere beroep iets voor je is

++ +

15. Dat je in het vierde leerjaar een half jaar stage loopt ++ +

16. Dat je in het derde leerjaar 10 weken stage loopt ++ +

17. Dat in de opleiding lesstof in verschillende onderwijsvormen wordt aangeboden (hoorcol-

leges, onderwijsgroepen, practica en projectonderwijs)

+++ +

18. Dat de opleiding op hbo-niveau is (en niet op mbo of universiteit) + --

19. Dat de opleiding qua locatie in Eindhoven wordt aangeboden +++ -

* +++ gemiddelde ≥ 3,5 ++ gemiddelde ≥ 3,25 + gemiddelde ≥ 3 - gemiddelde < 3 -- gemiddelde < 2,75

--- gemiddelde < 2,5