E E N U I T G A V E V A N S T I C H T I N G L E Z E NO V E R D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D

DE NATIONALE VOORLEESWEDSTRIJD

‘Voorlezen is samen veel leuker dan alleen’

Mobieltjes uit en spandoek weg

de eerste kandidaat zit klaar

Niet meer hoesten, geen gekuch

kom maar op, beginnen maar

Iedereen is gespannen

zal het goed gaan allemaal?

De jury scherpt de pennen

er valt een stilte in de zaal

Geen idee uit welk boek

er strakjes voorgelezen wordt

Wordt het weer bekende koek

of een boek waar geen mens van heeft gehoord?

Refrein:

Lees nou voor, lees nou door 2x

lees een mooi verhaaltje voor

Lees nou door, lees nou voor 2x

want daar komen wij hier voor

Lees nou door, lees nou voor 2x

hoor ons zingen hier in koor

Lees nou voor, lees nou door 2x

allemaal in deze zaal!

Wordt het soms een griezelboek

vloeit er strakkies heel veel bloed

Of is het juist een zielig boek

waar je hard om huilen moet?

Krijgen we een spannend boek

over oorlog en verzet

Wordt het weer een meidenboek

en wordt er eindeloos gechat?

Wordt het een poëtisch boek

met een heel subtiel verhaal

Met fluisterende zinnen

en schitterend van taal?

Refrein

Wat gaat de jury straks beslissen

wat gaat de jury doen

Wie strijkt er met de hoogste eer

wie wordt de voorleeskampioen

Ach, dat zien we strakjes wel

voorlopig is het niet zo laat

Wie goed luistert die vergeet

dat het om een wedstrijd gaat

Voorleeslied: Lees nou voor

U I T G AV E Stichting Lezen 2014 | T E K S T Anouk Folstar | V O R M G E V I N G Lijn 1, Haarlem | F O T O G R A F I E Jørgen Koopmanschap | D R U K Edauw + Johannissen, Den Haag

denationalevoorleeswedstrijd.nl

De Nationale Voorleeswedstrijd: al jaren een voorleesfeest

WEETJES VOORLEZEN

• Kinderen die worden voorgelezen bereiken

een hoger opleidingsniveau.

• Volwassenen, die vroeger zijn voorgelezen,

lezen vaker literatuur en populaire lectuur.

• Voorlezen vergroot de woordenschat, helpt

bij het spellen van woorden en formuleren

van zinnen én zorgt voor een beter begrip

van geschreven teksten.

• Voorlezen draagt bij aan de sociaal-

emotionele ontwikkeling en vergroot het

inlevingsvermogen en draagt bij aan goed

burgerschap.

• Kinderen genieten van voorlezen.

WEETJES DE NATIONALE VOORLEES-

WEDSTRIJD

• Voorlezen enthousiasmeert niet alleen

de voorlezers maar ook de kinderen die

worden voorgelezen.

• Bijna 200.000 kinderen per jaar lezen voor

of worden voorgelezen tijdens De Nationale

Voorleeswedstrijd.

• Uit onderzoek van de Leesmonitor blijkt

dat 80% van de deelnemende scholen De

Nationale Voorleeswedstrijd als (zeer)

goed waarderen.

• Leerkrachten zijn, buiten de wedstrijd -

rondes om, ongeveer een half dagdeel aan

voorbereiding kwijt.

• Sinds 2006 is elk jaar Achtste-groepers

huilen niet van Jacques Vriens het meest

gelezen boek.

D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D • S T I C H T I N G L E Z E N • 3

In 1993 beleefde De Nationale Voorleeswedstrijd, toen nog onder de naam

‘De Nationale Voorleesdag’ zijn eerste editie. Scholen waren enthousiast. Eindelijk

was er een aantrekkelijk leesbevorderingsproject voor groep 7 en 8, de groepen

waarin lezers vaak afhaken. Er waren ook twijfels. Een project waarin het competitie-

element centraal stond zou kinderen die minder leesvaardig waren kunnen uitsluiten.

Niets bleek minder waar. Uit een enquête onder meer dan 600 deelnemende scholen

blijkt dat de wedstrijd kinderen juist verbindt 1.

Inmiddels zijn we vele jaren verder en hebben meer dan een miljoen kinderen kennis

gemaakt met De Nationale Voorleeswedstrijd. Basisscholen geven aan dat deelname

niet alleen goed is voor de leesvaardigheid en de interesse van kinderen in boeken,

maar ook dat deelname bijdraagt aan de saamhorigheid in de groep . Bibliotheken

staan eensgezind achter de wedstrijd en dragen hun, onmisbare, steentje bij aan de

organisatie van de regiorondes. De deelname aan de wedstrijd groeit nog steeds.

In de editie 2013-2014 organiseerden bijna 3500 scholen een wedstrijd op school,

een verdubbeling ten opzichte van 2001. Leerkrachten hebben ervaren dat het niet

veel tijd kost om een schoolronde te organiseren en de zeven- en achtstegroepers te

enthousiasmeren om mee te doen, als lezer of luisteraar.

De landelijke finale met twaalf provinciaal kampioenen en twaalf juichende klassen

is nog steeds een heel mooie afsluiting van alle voorrondes. Enthousiaste aanmoedi-

gingen voor de kandidaten worden afgewisseld met absolute stilte en aandacht van

het publiek tijdens het voorlezen. Het blijft fascinerend om te zien dat kinderen van

11-12 jaar zich zo verdiept hebben in ‘hun’ boek en met hun voorleestalent een zaal

met zeker 800 leeftijdsgenoten weten te boeien. Reden genoeg om dit succesvolle

project nog jaren voort te zetten.

Deze brochure geeft alle geïnteresseerden een beeld van het landelijke voorleesfeest,

De Nationale Voorleeswedstrijd.

Veel leesplezier!

Agnes van Montfoort

Coördinator De Nationale Voorleeswedstrijd

1 In deze inleiding is gebruik gemaakt van de bevindingen uit het evaluatieonderzoek van De Nationale

Voorleeswedstrijd: ‘Het besmet kinderen met het ‘Lezen-is-leuk-virus’, Stichting Lezen, 2013

‘We vechten elkaar niet de (jury)tent uit hoor,

maar er zijn wel stevige discussies’

Leest u nog steeds voor en aan wie?

Natuurlijk lees ik veel voor als ik scholen bezoek om over mijn boeken te vertellen

en tijdens mijn eigen theatervoorstelling.

En op dit moment natuurlijk aan onze jongste kleindochter Esther. Ze is zes en zit in

groep drie. We waren net een weekje op vakantie met haar en ik heb Het Sleutelkruid

van Paul Biegel aan haar voorgelezen. Ze kan nu zelf ook al lezen en leest mij en mijn

vrouw graag voor. Vos en Haas is op dit moment haar favoriete voorleesboek.

Met onze oudste twee kleinkinderen (12 en 14) gaan we sinds een paar jaar in de

zomer een week fietsen en dan is het traditie dat we ook iedere dag aan elkaar voor-

lezen. Afgelopen vakantie was dat Mijn bijzonder rare week met Tess van Anna Woltz.

Jacques Vriens, de allereerste kinderboekenambassadeur van Nederland

Schrijver en kinderboeken -

ambassadeur Jacques Vriens is

tot nu toe de meest voorgelezen

auteur tijdens De Nationale

Voorleeswedstrijd. Daarnaast is hij

fervent voorlezer en sinds enkele

jaren voorzitter van de jury van

De Nationale Voorleeswedstrijd.

Wordt u nog wel eens voorgelezen?

Mijn vrouw en ik lezen elkaar soms bijzondere fragmenten voor uit de boeken die we

op dat moment aan het lezen zijn.

Wat is uw favoriete voorleesboek?

Oef, dat zijn er zoveel. Ik noemde al een boek van Paul Biegel, maar Robin van Sjoerd

Kuyper is ook erg leuk of Jubelientje van Hans Hagen; Superjuffie van Janneke Schot-

veld. Prentenboeken zijn ook nog favoriet. En Esther vindt het (gelukkig) nog steeds

erg leuk om te luisteren naar de sprookjes uit mijn boek Grootmoeders grote oren….

Wat maakt De Nationale Voorleeswedstrijd tot een voorleesfeest voor u?

Het feit dat in de voorrondes zo veel kinderen meedoen en dat tenslotte de beste

voorlezers naar de finale komen. Ik ben telkens weer onder de indruk van het niveau

van de kinderen.

U bent nu een aantal jaar juryvoorzitter, waar let u op bij de kinderen?

Ik wil eigenlijk even vergeten dat ik juryvoorzitter ben en door de voorlezers meege-

nomen worden in hun verhaal. Dan maakt het niet uit of ze een foutje maken tijdens

het voorlezen of even haperen. Wanneer het lukt om mij het verhaal in te trekken,

vind ik dat altijd geweldig.

Is de jury meestal eensgezind of zijn er pittige discussies?

Meestal zijn we het, na enige discussie, wel eens met elkaar. Ik heb me één keer tot

het laatst toe verzet tegen een eventuele winnaar. Ik vond het té veel theater. Uitein-

delijk is er een andere winnaar uitgekomen. Natuurlijk is het heel goed als kinderen

hun stem op verschillende manieren gebruiken en daarmee extra kleur geven aan het

verhaal. Maar het moet wel voorlezen blijven. Dat is soms best lastig voor kinderen.

Wanneer ze gaan toneelspelen, vind ik dat te veel van het goede.

Kunt u iets prijsgeven over de jury-overleggen. Hoe verlopen die?

Dat is een lastige vraag. We vechten elkaar niet de tent uit hoor. Maar soms zijn er

wel stevige discussies. Dat is ook prima, want de bedoeling is dat we de beste voor-

lezer kiezen.

Als voorzitter moet ik ook de tijd streng in de gaten houden. We hebben als jury maar

een beperkte tijd om te overleggen en ik wil wel dat alle voorlezers voldoende aan-

dacht krijgen bij de bespreking in de jury.

Wat is uw mooiste herinnering aan De Nationale Voorleeswedstrijd?

Dat gebeurde toen ik een paar jaar geleden ook voorzitter mocht zijn van de jury van

een regionale finale. Er kwam een klein wat verlegen Marokkaans meisje het podium

op. Ze droeg lange kleren en een hoofddoek. Sommige kinderen in de zaal begonnen

rare dingen te roepen. Ik heb er toen meteen iets van gezegd.

De presentator stelde haar een paar vragen en ze gaf heel zacht en verlegen antwoord.

We waren als jury dan ook benieuwd hoe het zou gaan met voorlezen. Toen gebeurde

er iets bijzonders. Ze ging zitten en het was geweldig zoals ze las. Ineens was het

kleine verlegen meisje verdwenen. Iedereen was onder de indruk. In de jury hadden

we het er later een beetje moeilijk mee. We vonden haar gewoon de beste, maar wil-

den niet de indruk wekken dat we haar hadden gekozen omdat ze allochtoon was.

Uiteindelijk hebben we de knoop doorgehakt: we vonden haar écht de beste en ze

werd de terechte winnaar! •••

D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D • S T I C H T I N G L E Z E N • 5

RECORD!

Jaarlijks groeit het aantal deelnemende

scholen aan De Nationale Voorleeswedstrijd.

Ook in het jubileumjaar, 2012–2013 was er

weer een nieuw record: 3549 deelnemende

scholen voor De Nationale Voorleeswedstrijd!

Dit betekent dat voor het eerst meer dan

50% van de scholen in Nederland hebben

meegedaan.

(VOOR)LEESPLEZIER!

Leerkrachten geven aan dat ze meedoen aan

De Nationale Voorleeswedstrijd om het voor-

lezen te promoten. Daarnaast stimuleert de

wedstrijd, volgens de leerkrachten, ook het

zelf (stil)lezen en krijgt de leerling inzicht in

het grote aanbod van kinder- en jeugdlitera-

tuur. Uit onderzoek blijkt dat er een positieve

spiraal ontstaat: wie veel leest voor zijn of

haar plezier in de vrije tijd, wordt een steeds

betere lezer, en zal als gevolg daarvan weer

vaker voor het plezier gaan lezen (Mol, 2010).

De bibliotheken en Provinciale

Service Organisaties spelen een

belangrijke rol bij het organiseren van

de regio- en provinciale rondes.

Een gesprek met Elly Cuijpers, een

van de twaalf PSO-coördinatoren.

Op welke manier bent u betrokken bij De Nationale Voorleeswedstrijd?

Ik ben vanuit de pso, Cubiss Limburg, betrokken bij De Nationale Voorleeswedstrijd,

als coördinator voor de provincie Limburg. Ik ondersteun de bibliotheken bij de voor-

bereidingen van de kwart en de halve finales en ik organiseer de provinciale finale.

Ik heb het altijd met heel veel plezier gedaan en

ik zie het enthousiasme van de bibliotheek

Elly Cuijpers,

provinciaal coördinator

van De Nationale Voor-

leeswedstrijd Limburg

Hoe lang bent u al betrokken bij De Nationale Voorleeswedstrijd?

Goh, daar vraag je me wat, volgens mij ben ik vanaf het begin betrokken. Ik heb De

Nationale Voorleeswedstrijd maar drie of vier keer niet meegemaakt. Heel lang dus.

Is er veel veranderd in de loop der jaren?

Toen De Nationale Voorleeswedstrijd van start ging was het heel anders. Toen deden

nog maar een paar scholen mee. Nu hebben we in Limburg ongeveer 211 scholen die

meedoen. Het aantal deelnemende scholen blijft constant. Ik zou het fijn vinden als

meer scholen mee zouden doen, maar dat verhoogt de druk op de organisatie ook.

Nieuwe scholen komen vaak via-via bij De Nationale Voorleeswedstrijd terecht, ze

hebben dan meestal positieve verhalen van bibliotheken en scholen gehoord. Ik kom

veel bij de bibliotheken. Als we het dan over De Nationale Voorleeswedstrijd hebben,

merk ik dat medewerkers gedreven zijn en over organisatietalent beschikken. Tijdens

de voorbereiding van de voorrondes weet iedereen wat er van ze verwacht wordt.

Het is een mooi leesbevorderingsproject met een feestelijk hoogtepunt in iedere ronde,

maar ik merk de laatste twee á drie jaar, wel dat het kostenaspect een aandachtspunt

is, mede door de bezuinigingen. We willen heel graag het aantal scholen dat meedoet

op peil houden. Komend jaar gaan we kijken op welke wijze we dat het beste kunnen

doen.

Soms zit u ook zelf in de jury, waar let u dan op?

Ik vind het een bijzondere uitdaging om te jureren. Ik wil het graag goed doen, want

je gunt het ieder kind. Bij het voorlezen vind ik de uitspraak heel belangrijk, het kind

moet goed te verstaan zijn. De deelnemer moet het verhaal niet uit het hoofd kennen.

Als dat zo is merk je dat heel goed. Het moet spontaan blijven. Het gaat om taalvaar-

digheid en je kijkt ook naar de moeilijkheidsgraad van het voorgelezen stuk.

Leest u zelf ook nog wel eens voor?

Ik heb een nichtje die nog twee moet worden en ik lees haar vaak voor. De laatste tijd

als ik bij haar kom dan zegt ze: “Elly lezen!”. Dan heeft ze een boekje en dan gaat zij

voorlezen. Ze leest heel graag, dat is leuk om te zien. Het enthousiasme is al aange-

wakkerd. Echt een Voorleeskampioentje in de dop. Het is grappig want zij wil graag

samen lezen, maar haar broertje helemaal niet. Behalve als er een boekje van de Ipad

wordt gelezen, dan wil hij wel.

Wat is uw favoriete onderdeel van De Nationale Voorleeswedstrijd?

Ik denk dat alle rondes heel mooi zijn. Onlangs heb ik gejureerd bij een voorronde.

Een jongetje dat voorlas deed zijn uiterste best maar je wist direct dat dit jongetje

niet door kon gaan naar de vervolgronde. Maar de juf merkte op dat het jongetje

ontzettend veel had bereikt die dag. Hij had ontzettende angst om voor een groep

voor te lezen. Je zag aan dat jongentje dat hij een enorme wilskracht in zich heeft.

Dat raakte me.

Wat is uw beste herinnering aan De Nationale Voorleeswedstrijd?

Wat ik merk is dat in de loop van de jaren De Nationale Voorleeswedstrijd groter en

professioneler is geworden. Ik heb het altijd met heel veel plezier gedaan en ik zie

het enthousiasme van de bibliotheek en dat vind ik heel mooi om te zien. De uitdaging

voor de komende jaren is De Nationale Voorleeswedstrijd te behouden ondanks de

bezuinigingen. •••

D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D • S T I C H T I N G L E Z E N • 7

LEESSCHOLEN

Scholen die meedoen aan De Nationale

Voorleeswedstrijd zijn typische lees -

scholen. Ze hebben een stevig leesbevor-

deringsbeleid, dat wordt aangestuurd

door een leescoördinator die collega-

docenten stimuleert om enthousiaste

leesbevorderaars te zijn. In het beleid is

aandacht voor een gerichte aanpak voor

sterke, gemiddelde en zwakke lezers, en

samenwerking met de bibliotheek. Ook is

er een geoormerkt budget voor boeken.

8 • S T I C H T I N G L E Z E N • D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D

Jaarlijks doen er duizenden kinderen

mee aan De Nationale Voorleeswed-

strijd. In 2013 was Mees van Santen

de beste voorlezer van al deze

kinderen. Hij mocht zich een jaar lang

De Nationale Voorleeskampioen

noemen.

Hoe voelt dat, winnaar van De Nationale Voorleeswedstrijd?

Vooral in het begin was het heel bijzonder, er is maar één iemand in het jaar die de

Voorleeskampioen is, van alle 80.000 deelnemers. Daarvan heb ik gewonnen en dat

is heel bijzonder.

Wat heb je gedaan om het te vieren?

Ik heb heel veel boeken gekregen, dus ik had weer wat te lezen. Ik ben vooral heel

erg verwend door mijn klas, dat was leuk.

Lees je nog vaak voor?

Ik heb in wat radio-interviews mogen voorlezen en voor de klas mocht ik heel vaak

voorlezen. Ik heb het hele boek waarmee ik heb gewonnen voorgelezen aan de klas.

Dat was heel leuk! Ik lees mijn zusje nog wel eens voor. Dat vindt ze soms wel leuk.

En word je nog wel eens voorgelezen?

Ik word nooit meer voorgelezen, ik vind het ook veel leuker om zelf voor te lezen dan

om voorgelezen te worden. Ik ben een vrij snelle lezer en dan gaat voorlezen te lang-

zaam. Ik wil het liefst zo snel mogelijk weten wat er gaat gebeuren. Ik vind voorlezen

dan wel weer leuk om te doen omdat je dan een stukje vooruit kan lezen. Vervolgens

presenteer je het aan de mensen die je voorleest, dat vind ik heel leuk om te doen.

‘Je moet niet teveel stemmetjes gebruiken.’

Mees van Santen, De Nationale Voorleeskampioen van 2013

D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D • S T I C H T I N G L E Z E N • 9

Hoe heb je je voorbereid op de verschillende rondes?

Ik heb niet te veel geoefend. Want als ik oefen, ken ik het hele stuk uit mijn hoofd en

het moet echt voorlezen blijven. Om me voor te bereiden heb ik maar één of twee

keer geoefend, anders ken ik het uit mijn hoofd. Dan wordt het een toneelstukje.

Hoe heb je het boek gekozen waar je uit hebt voorgelezen?

Dat is wel grappig. Mijn zusje had niets meer om te lezen en toen heeft mijn moeder

het boek Juffrouw Pots van Tosca Menten voor haar gekocht. Ik heb toen heel vaak

meegeluisterd omdat ik het zo’n leuk boek vind. Toen kwam de finale en vroeg ik aan

mijn zusje of ik het mocht gebruiken. Dat mocht maar ik moest er wel heel voorzichtig

mee zijn. Dat heeft me de overwinning opgeleverd.

Heb je een goede tip voor iedereen die meedoet?

Ik heb één tip, waar ik ook bijna de mist mee in ging: je moet niet teveel stemmetjes

gebruiken. Dan wordt het echt een toneelstuk en dat is niet de bedoeling.

Je bent ook de Kinderdirecteur van het Kinderboekenmuseum (geweest), heb je daar

veel leuke dingen voor gedaan?

Ik heb veel tentoonstellingen geopend en bekende schrijvers geïnterviewd, zoals

Jacques Vriens en Paul van Loon. Ik wil later schrijver of presentator of acteur worden,

ik heb dus al goed kunnen oefenen.

Nou begreep ik dat je ook een luisterboek hebt ingesproken?

Ja dat klopt, Grote vragen van kleine mensen van Gemma Elwin Harris. Ik hoefde niet

het hele boek voor te lezen, want het was een heel dik boek, maar ik mocht de 100

vragen voorlezen. Je zit voor een microfoon en je hebt een blaadje voor je met alle-

maal vragen en die moet je één voor één voorlezen, met korte pauzes tussendoor.

Ik hoop wel dat ik het vaker kan doen! •••

WINNAAR!

De winnaar wordt één jaar de Kinder -

directeur van het Kinderboekenmuseum

in Den Haag. Naast de ceremoniële rol

tijdens openingen en evenementen houdt

de Kinderdirecteur ook in de gaten of er

wel voldoende leuke dingen worden geor-

ganiseerd voor kinderen. Daarnaast krijgt

de winnaar een eigen trofee, een wissel-

trofee voor de school en boekenbonnen.

• Duidelijk en rustig spreken.

• Het publiek kunnen meeslepen in het verhaal.

• De juiste klemtonen.

• Contact met het publiek, af en toe de

luisteraars aankijken.

• Een goede voorlezer blijft dicht bij zijn/haar

eigen stem en gebruikt bijvoorbeeld kleine

verschillen in tempo, leest iets harder of iets

zachter om een sfeer of emotie duidelijk te

maken.

• Niet schreeuwen.

• Af en toe verspreken is niet erg en wordt niet

negatief beoordeeld.

Waar let de jury vooral op?

1 0 • S T I C H T I N G L E Z E N • D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D

D E N A T I O N A L E V O O R L E E S W E D S T R I J D • S T I C H T I N G L E Z E N • 1 1

Iets over elf, bij het nieuwe Vredenburg, midden in Utrecht. Het gebouw lijkt op een

poffertjespan, maar binnen is het mooi, licht en ruimtelijk. Verspreid in de catacomben

zitten de Voorleeskampioenen. Samen met hun gespannen moeders en vaders zitten

ze te oefenen. Na de doorloop is er tijd voor een foto met de presentator, Ewout

Genemans. Dan is er een lekker broodje, al hebben niet alle deelnemers evenveel

honger…

Bij de ingang is alles rustig tot er een tsunami aan geluid en spandoeken binnenkomt.

Uitbundig wordt de yell ten gehore gebracht en worden de spandoeken gehesen

(‘Kijk uit! Let op de ogen van je klasgenoot’). Eén voor één komen de klassen binnen.

Als ze het t-shirt van hun provincie hebben aangetrokken kan De Nationale Voorlees-

wedstrijd van start.

Ewout Genemans geeft de kids de kans om even de longen uit hun lijf te gillen

voordat ze stilletjes gaan luisteren naar de finalisten. Na de yell van de klas en een

bemoedigend ‘Successsss’ van de band lezen de kandidaten hun stuk voor. In de zaal

luisteren de kinderen ademloos. Opa’s en oma’s glunderen zo dat ze de hele zaal in

Vredenburg kunnen verlichten. De klassen mogen regelmatig uit hun dak gaan tijdens

de muzikale intermezzo’s van band Lollypop. Naast het voorbereid lezen is er ook het

onvoorbereide lezen, hierbij komen alle kandidaten tegelijk op het podium en lezen

om de beurt voor uit een boek dat ze die ochtend pas hebben gekregen. De spanning

in de zaal stijgt.

Wanneer de jury op het podium verschijnt klinkt een daverend applaus. De jury heeft

voor alle deelnemers een persoonlijke opmerking. Jacques Vriens, de juryvoorzitter,

bouwt de spanning vakkundig op tot een hoogtepunt en wanneer hij de top drie

aankondigt zit niemand meer op zijn stoel. Er wordt gejuicht en gegild en iedereen

is enthousiast. De aanwezige pers dringt zich naar voren om een zo mooi mogelijk

plaatje te schieten van de winnaar. De winnaar zelf staat er wat beduusd bij maar

geniet zichtbaar. •••

De grote finale! TIPS VOOR DEELNEMERS

• Lees je fragment een paar keer voor

(thuis of op school) en vraag tips.

Lees het niet zo vaak voor dat je het uit

je hoofd kent.

• Lees ook nog eens het voorafgaande

zodat je echt ‘in het verhaal zit’ als je

gaat lezen.

• Probeer bij het voorlezen aan het

publiek het verhaal voor je te zien

(ook al ken je de tekst natuurlijk al).

Dan wordt het verhaal boeiender voor

de luisteraars.

• Bekijk het juryformulier in het spelregel-

boek goed!

M e e s t g e l e z e n a u t e u r s s i n d s 2 0 0 3

1.Jacques Vriens: 4679 keer gelezen

2.Carry Slee: 4131 keer gelezen

3.Francine Oomen: 4001 keer gelezen

4.Roald Dahl: 1925 keer gelezen

5.Paul van Loon: 1015 keer gelezen

S u c c e s v o l l e n i e u w k o m e r s

Geronimo Stilton

Sinds 2010 234 keer gelezen

Tosca Menten

Sinds 2011 183 keer gelezen

Jeff Kinney

Sinds 2012 144 keer gelezen

‘Wij starten met een voorwedstrijd ‘aanstormend talent’ voor de groepen 5 en 6.

Dat bereidt de kinderen voor op de echte voorleeswedstrijd voor de groepen 7 en 8.

Het leeft echt in de periode vanaf de herfstvakantie tot aan de voorleeswedstrijd op onze school!’

‘ Met elkaar zijn we er trots op dat een klasgenootje onze school

gaat vertegenwoordigen in de ronde met andere scholen.’

‘Wij houden de voorronde altijd op een avond met ouders en grootouders.

Op deze manier betrek je hen bij het lezen.’

‘Het is ieder jaar weer een feest, de finale van de voorleeswedstrijd.’

‘De ene leerling heeft een hoger niveau dan de andere, maar dat maakt niet uit.

De kinderen leren elkaar respecteren, en complimenten en tips geven.’

‘Het is een boost voor het leesklimaat in de klas.’

‘Je biedt kinderen de gelegenheid om te ervaren hoe het is om,

door middel van lezen, te reizen naar de uithoeken in de wereld, mensen te ontmoeten,

te fantaseren over mogelijke situaties, andermans gedachten en gevoelens te herkennen en hen

nieuwsgierig te maken. En dat op vrij simpele maar effectieve wijze.’

‘Het niveau van het voorlezen is in de loop van de jaren echt omhoog gegaan binnen de school.’

‘Kinderen worden geprikkeld om het voorgelezen boek ook te lezen.’