DE JURISTENKRANT Mensen - Lynn Verrydt

1
30 JANUARI 2013 - DE JURISTENKRANT | 15 MenSen Lynn Verrydt: ‘Shell begon te boren naar olie in de Nigerdelta en kreeg te maken met protest van de lokale bevolking. Het plaatselijk dictatoriaal regime heeft de negen leiders van die protestbeweging na een schijnproces geëxecuteerd. De rol van Shell in deze zaak is op z’n minst gezegd dubieus.’ ‘Grote bedrijven komen weg met genocide. Onvoorstelbaar!’ LYNN VERRYDT © Elisabeth Broekaert Gebeten door het internationaal recht, dat is ze. Eén zinnetje tijdens een gastcollege deed haar de wenkbrauwen fronsen. Is de bevoegdheid van het Internationaal Strafhof in Den Haag echt beperkt tot natuurlijke personen? Ze vond dat zo vreemd, dat ze het ging opzoeken. En op die manier was Lynn Verrydt aan het onderzoek voor haar thesisonderwerp begonnen, zonder dat ze het zelf besefte. Ze schreef er zo’n sterke masterproef over, dat ze er de Vlaamse Scriptieprijs mee won. Annelien Keereman ‘I k was ervan overtuigd dat ik niet zou winnen, ik had helemaal niet zoveel mensen uitgenodigd voor de prijsuitreiking.’ Dat vond Lynn Verrydt achter- af wel jammer. Gelukkig konden een aantal vrienden nog inpikken voor de receptie. De ju- ry zei onder andere dat haar scriptie vlot ge- schreven was. Ze schrijft erg graag, overwoog nog om journa- listiek te studeren, maar het werd rechten. Deels vanuit een maatschappelijke interesse, deels voor de jobzekerheid achteraf. ‘Toen ik koos, sprak de advocatuur mij erg aan. Maar je weet pas echt wat iets inhoudt, als je er een- maal mee bezig bent en vooral internationaal recht sprak me aan. Dat is niet echt een klas- sieke advocatenspecialisatie.’ Voorlopig heeft ze die optie even opgeborgen. Ze koos haar vakken in de master uit interesse, niet volgens werklast, moeilijkheidsgraad of combineer- baarheid. In haar eerste masterjaar slorpte een moot court in Den Haag haast al haar tijd op, ze had nauwelijks tijd voor haar andere vakken. Het loonde: haar team behaalde de derde plaats. Ze leerde er erg veel van bij, zo- wel inhoudelijk als menselijk Ondertussen had ze al een thesisonderwerp gekozen, over geïnterneerden die in gewone gevangenissen opgesloten worden. Maar haar kleine onderzoek over de bevoegdheid van het Internationaal Strafhof na dat gastcollege vond ze eigenlijk interessanter. ‘Ik vond het echt onvoorstelbaar dat grote bedrijven niet internationaal aansprakelijk gesteld konden worden voor echte misdaden tegen de mense- lijkheid en genocide, gewoon omdat ze een rechtspersoon zijn. Je hebt rechtstreekse da- ders, bijvoorbeeld private military companies zoals Blackwater in Irak, maar de meest voor- komende vorm is medeplichtigheid. Eén van de bekendste voorbeelden is Shell. Shell be- gon te boren naar olie in de Nigerdelta en kreeg uiteraard te maken met protest van de lokale bevolking. Het plaatselijk dictatoriaal regime heeft de negen leiders van die protest- beweging na een schijnproces geëxecuteerd. De rol van Shell in deze zaak is op z’n minst gezegd dubieus.’ Ze veranderde haar thesisonderwerp en ging er voluit voor. ‘Bijna obsessief zelfs. Elke mi- nuut ging naar mijn thesis. Hoe meer ik erover las, hoe meer ik ontdekte dat er eigenlijk wei- nig tot geen specifieke rechtsleer bestond over het onderwerp.’ In haar scriptie ging Lynn Ver- rydt de internationale strafrechtelijke aan- sprakelijkheid van rechtspersonen na. Voorlo- pig bestaat die nog niet. Ze onderzocht de verschillende nationale modellen van straf- rechtelijke aansprakelijkheid van rechtsper- sonen. Die paste ze toe op de internationale context. Ze ging de wenselijkheid na en hoe het concept verwezenlijkt zou kunnen wor- den. Ze bouwde gestaag haar eigen theorie op. ‘Het spannende aan mijn onderzoek was dat op het einde ofwel alle puzzelstukken mooi in elkaar zouden passen, ofwel zou blijken dat mijn theorie ergens mank liep en ik dus eigen- lijk geen besluit kon vormen. In dat geval stond ik nergens met mijn thesis. Gelukkig kreeg ik alles rond, kon ik de redenering hele- maal maken en zo een eigen theorie over het onderwerp uitwerken.’ MODELLEN VAN AANSPRAKELIJKHEID ‘Voor alle duidelijkheid: ik pleit niet voor een vervanging van de persoonlijke aansprakelijk- heid, ik stel voor om internationale strafrech- telijke aansprakelijkheid voor rechtspersonen toe te voegen en zowel de rechtspersoon als de natuurlijke persoon aansprakelijk te stellen. Dat komt de compensatie van het slachtoffer ten goede - soms zijn de natuurlijke personen onvermogend terwijl het bedrijf nog geld met hopen heeft. Soms is er ook geen natuurlijke persoon om aansprakelijk te stellen, omdat hij of zij gevlucht is of omdat er niet echt één persoon aan te wijzen is die de fout gemaakt heeft. Een derde, misschien eerder emotio- neel, argument is dat er op die manier meer rechtvaardigheid geschiedt.’ Blijft nog de vraag: volgens welk systeem? ‘Er zijn eigenlijk vier modellen van strafrechtelij- ke aansprakelijkheid van rechtspersonen: vi- carious liability approach, het aggregation mo- del, de identification approach en het self-identity model. Bij de eerste twee is er een soort objectieve aansprakelijkheid van het be- drijf voor alle werknemers, maar het toepas- singsgebied beperkt zich vooral tot de Ver- enigde Staten. Het derde model, het identification model, is het model dat in Eu- ropa vooral toepassing vindt. Bij dat model hanteert men een aansprakelijkheid naar ana- logie met het menselijk lichaam: een werkne- mer die een uitvoerende functie heeft, symbo- liseert de handen en een werknemer die beslissingsbevoegdheid heeft, is dan het men- selijk brein. Het self-identity model gaat na of de inwendige bedrijfscultuur het plegen van een misdrijf uitlokt, dat model wordt vooral gebruikt in Australië.’ Verrydt kwam tot het besluit dat het identifica- tion model om meerdere redenen het beste zou zijn: ‘Het systeem werkt zonder objectieve aansprakelijkheid, dat volgens mij niet echt een plaats heeft in het strafrecht. Daarnaast sluit dat model ook erg goed aan bij artikel 25 van het Statuut van Rome van 1998, dat het In- ternationaal Strafhof oprichtte. Dat artikel spreekt over ‘perpetration by means’: een eer- ste persoon pleegt een misdrijf ‘door middel van’ een tweede persoon. Volgens de identifi- cation approach wordt die eerste persoon die de opdracht geeft, dus bij een bedrijf de be- drijfsleider, gelijkgesteld met de rechtsper- soon. Daarnaast hebben internationale hoven ook de traditie om vooral personen aan te spreken die iets hoger op de ladder staan; je zult er zelden een uitvoerende soldaat terecht zien staan, maar wel Ratko Mladic, een opper- bevelhebber. Dat past bij het identification model, dat het brein en niet de handen aan- sprakelijk stelt. Bovendien is het politiek ge- zien het model waarmee de meeste lidstaten bij het Internationaal Strafhof die al in straf- rechtelijke aansprakelijkheid voor rechtsper- sonen voorzien, zich zullen kunnen identifice- ren. Het is iets minder vergaand dan de modellen die in de Verenigde Staten gebruikt worden, omdat niet alle werknemers maar al- leen hogere functies aansprakelijkheid kun- nen veroorzaken. Daarnaast zijn er echter nog een heel aantal landen die het concept van strafrechtelijke aansprakelijkheid van rechts- personen niet kennen. Zij vormen het groot- ste struikelblok voor de drie vierde meerder- heid die nodig is om het Statuut aan te passen.’ UITDIEPEN ‘In tegenstelling tot sommige andere studen- ten was ik mijn thesis niet beu, toen ik ze had ingediend. Wel de stress errond, maar het on- derwerp bleef ik heel boeiend vinden. In de zoektocht naar een job wist ik vooral dat ik graag in het internationaal recht wou werken. Ik had eerst gesolliciteerd voor een doctoraat aan de UGent, maar dat ging uiteindelijk naar een andere kandidaat. Nadien heb ik gepro- beerd een onbetaalde stage bij een ngo te pak- ken te krijgen, maar de concurrentie daar is moordend. Vaak vragen ze ook een specialisa- tiejaar in diplomatieke betrekkingen. Dat ben ik nu aan het bijstuderen aan de Universiteit Antwerpen. Het geeft me de kans mijn kennis uit te diepen. Ik steek vooral veel op van inter- nationale economie, een eerder atypisch vak binnen de rechten en net daarom extra inte- ressant.’ Maar de ngo’s zullen nog even moe- ten wachten, want Lynn Verrydt gaat dan toch doctoreren aan de UGent. ‘Een assistent die me goed geholpen had bij mijn thesis heeft me aangeraden om gewoon nog eens te probe- ren. Tijdens het onderzoek voor mijn master- proef bleek het onderwerp groter dan ik kon uitwerken en moest ik me echt beperken tot een deel ervan. Er zat nog een extra dimensie in die ik nu verder hoop uit te diepen in mijn doctoraatsonderzoek bij het Institute for In- ternational Research on Criminal Policy (IR- CP). Mijn promotor is professor Gert Vermeu- len. Ik hoop onder andere door middel van een vergelijkende studie meer zicht te krijgen op welke landen nu precies op nationaal ni- veau voorzien in strafrechtelijke aansprake- lijkheid voor rechtspersonen. Daardoor zou je dan beter kunnen inschatten of de nodige meerderheid voor een amendering van het statuut haalbaar is. Ik ben heel dankbaar dat ik aan de slag kan in het internationaal straf- recht.’ Wie internationaal strafrecht zegt, denkt na- tuurlijk ook onmiddellijk aan het Belgische icoon daarvan: Chris Van den Wyngaert. Met glanzende ogen: ‘Dat is echt een vrouw om naar op te kijken! Ik heb de eer gehad haar eens te ontmoeten. Ze was zo vlot en down to earth. Ze gaf me de tip om de rechtspraak van het Internationaal Strafhof te vergelijken met die van het Internationaal Joegoslavië Tribu- naal voor het mentaal element van de mede- plichtige, wat voor rechtspersonen heel be- langrijk is. Chris Van den Wyngaert is een groot voorbeeld voor mij. Wat zij bereikt heeft, is echt indrukwekkend.’ www.scriptiebank.be NAAM: Lynn VERRYDT °1988 LOOPBAAN: - Master Rechten, Universiteit Gent (2012) - Winnares Vlaamse Scriptieprijs 2012 - Master Internationale Betrekkingen en Diplomatie, Universiteit Antwerpen (2013) - Doctoraatstudent en assistent Universiteit Gent (vanaf februari 2013) BIOGRAFIE Copyright De Juristenkrant 2013

description

Verscheen op 30-01-2013 De juristenkrant had een boeiend gesprek met Lynn Verrydt, de juriste die de Vlaamse Scriptieprijs 2012 op haar naam schreef.

Transcript of DE JURISTENKRANT Mensen - Lynn Verrydt

30 januari 2013 - de juristenkrant | 15

MenSen

Lynn Verrydt: ‘Shell begon te boren naar olie in de Nigerdelta en kreeg te maken met protest van de lokale bevolking. Het plaatselijk dictatoriaal regime heeft de negen leiders van die protestbeweging na een schijnproces geëxecuteerd. De rol van Shell in deze zaak is op z’n minst gezegd dubieus.’

‘grote bedrijven komen weg met genocide. onvoorstelbaar!’LYNN VERRYDT

© E

lisa

beth

Bro

ekae

rt

Gebeten door het internationaal recht, dat is ze. Eén zinnetje tijdens een gastcollege deed haar de wenkbrauwen fronsen. Is de bevoegdheid van het Internationaal Strafhof in Den Haag echt beperkt tot natuurlijke personen? Ze vond dat zo vreemd, dat ze het ging opzoeken. En op die manier was Lynn Verrydt aan het onderzoek voor haar thesisonderwerp begonnen, zonder dat ze het zelf besefte. Ze schreef er zo’n sterke masterproef over, dat ze er de Vlaamse Scriptieprijs mee won.

annelien keereman

‘Ik was ervan overtuigd dat ik niet zou winnen, ik had helemaal niet zoveel mensen uitgenodigd voor de

prijsuitreiking.’ Dat vond Lynn Verrydt achter-af wel jammer. Gelukkig konden een aantal vrienden nog inpikken voor de receptie. De ju-ry zei onder andere dat haar scriptie vlot ge-schreven was. Ze schrijft erg graag, overwoog nog om journa-listiek te studeren, maar het werd rechten. Deels vanuit een maatschappelijke interesse, deels voor de jobzekerheid achteraf. ‘Toen ik koos, sprak de advocatuur mij erg aan. Maar je weet pas echt wat iets inhoudt, als je er een-maal mee bezig bent en vooral internationaal recht sprak me aan. Dat is niet echt een klas-sieke advocatenspecialisatie.’ Voorlopig heeft ze die optie even opgeborgen. Ze koos haar vakken in de master uit interesse, niet volgens werklast, moeilijkheidsgraad of combineer-baarheid. In haar eerste masterjaar slorpte een moot court in Den Haag haast al haar tijd op, ze had nauwelijks tijd voor haar andere vakken. Het loonde: haar team behaalde de derde plaats. Ze leerde er erg veel van bij, zo-wel inhoudelijk als menselijkOndertussen had ze al een thesisonderwerp gekozen, over geïnterneerden die in gewone gevangenissen opgesloten worden. Maar haar kleine onderzoek over de bevoegdheid van het Internationaal Strafhof na dat gastcollege vond ze eigenlijk interessanter. ‘Ik vond het echt onvoorstelbaar dat grote bedrijven niet internationaal aansprakelijk gesteld konden worden voor echte misdaden tegen de mense-lijkheid en genocide, gewoon omdat ze een rechtspersoon zijn. Je hebt rechtstreekse da-ders, bijvoorbeeld private military companies zoals Blackwater in Irak, maar de meest voor-komende vorm is medeplichtigheid. Eén van de bekendste voorbeelden is Shell. Shell be-gon te boren naar olie in de Nigerdelta en kreeg uiteraard te maken met protest van de lokale bevolking. Het plaatselijk dictatoriaal regime heeft de negen leiders van die protest-beweging na een schijnproces geëxecuteerd. De rol van Shell in deze zaak is op z’n minst gezegd dubieus.’Ze veranderde haar thesisonderwerp en ging er voluit voor. ‘Bijna obsessief zelfs. Elke mi-nuut ging naar mijn thesis. Hoe meer ik erover las, hoe meer ik ontdekte dat er eigenlijk wei-nig tot geen specifi eke rechtsleer bestond over het onderwerp.’ In haar scriptie ging Lynn Ver-rydt de internationale strafrechtelijke aan-sprakelijkheid van rechtspersonen na. Voorlo-pig bestaat die nog niet. Ze onderzocht de verschillende nationale modellen van straf-rechtelijke aansprakelijkheid van rechtsper-sonen. Die paste ze toe op de internationale context. Ze ging de wenselijkheid na en hoe het concept verwezenlijkt zou kunnen wor-den. Ze bouwde gestaag haar eigen theorie op. ‘Het spannende aan mijn onderzoek was dat op het einde ofwel alle puzzelstukken mooi in elkaar zouden passen, ofwel zou blijken dat mijn theorie ergens mank liep en ik dus eigen-lijk geen besluit kon vormen. In dat geval stond ik nergens met mijn thesis. Gelukkig kreeg ik alles rond, kon ik de redenering hele-

maal maken en zo een eigen theorie over het onderwerp uitwerken.’

modellen Van aanSprakelIjkheId‘Voor alle duidelijkheid: ik pleit niet voor een vervanging van de persoonlijke aansprakelijk-heid, ik stel voor om internationale strafrech-telijke aansprakelijkheid voor rechtspersonen toe te voegen en zowel de rechtspersoon als de natuurlijke persoon aansprakelijk te stellen. Dat komt de compensatie van het slachtoffer ten goede - soms zijn de natuurlijke personen onvermogend terwijl het bedrijf nog geld met hopen heeft. Soms is er ook geen natuurlijke persoon om aansprakelijk te stellen, omdat hij of zij gevlucht is of omdat er niet echt één persoon aan te wijzen is die de fout gemaakt heeft. Een derde, misschien eerder emotio-neel, argument is dat er op die manier meer rechtvaardigheid geschiedt.’Blijft nog de vraag: volgens welk systeem? ‘Er zijn eigenlijk vier modellen van strafrechtelij-ke aansprakelijkheid van rechtspersonen: vi-carious liability approach, het aggregation mo-del, de identifi cation approach en het self-identity model. Bij de eerste twee is er een soort objectieve aansprakelijkheid van het be-drijf voor alle werknemers, maar het toepas-singsgebied beperkt zich vooral tot de Ver-enigde Staten. Het derde model, het identifi cation model, is het model dat in Eu-ropa vooral toepassing vindt. Bij dat model hanteert men een aansprakelijkheid naar ana-logie met het menselijk lichaam: een werkne-mer die een uitvoerende functie heeft, symbo-liseert de handen en een werknemer die beslissingsbevoegdheid heeft, is dan het men-selijk brein. Het self-identity model gaat na of de inwendige bedrijfscultuur het plegen van een misdrijf uitlokt, dat model wordt vooral gebruikt in Australië.’Verrydt kwam tot het besluit dat het identifi ca-tion model om meerdere redenen het beste zou zijn: ‘Het systeem werkt zonder objectieve aansprakelijkheid, dat volgens mij niet echt een plaats heeft in het strafrecht. Daarnaast sluit dat model ook erg goed aan bij artikel 25 van het Statuut van Rome van 1998, dat het In-ternationaal Strafhof oprichtte. Dat artikel spreekt over ‘perpetration by means’: een eer-ste persoon pleegt een misdrijf ‘door middel van’ een tweede persoon. Volgens de identifi -cation approach wordt die eerste persoon die de opdracht geeft, dus bij een bedrijf de be-drijfsleider, gelijkgesteld met de rechtsper-soon. Daarnaast hebben internationale hoven ook de traditie om vooral personen aan te spreken die iets hoger op de ladder staan; je zult er zelden een uitvoerende soldaat terecht zien staan, maar wel Ratko Mladic, een opper-bevelhebber. Dat past bij het identifi cation model, dat het brein en niet de handen aan-sprakelijk stelt. Bovendien is het politiek ge-zien het model waarmee de meeste lidstaten bij het Internationaal Strafhof die al in straf-rechtelijke aansprakelijkheid voor rechtsper-sonen voorzien, zich zullen kunnen identifi ce-ren. Het is iets minder vergaand dan de modellen die in de Verenigde Staten gebruikt worden, omdat niet alle werknemers maar al-leen hogere functies aansprakelijkheid kun-nen veroorzaken. Daarnaast zijn er echter nog

een heel aantal landen die het concept van strafrechtelijke aansprakelijkheid van rechts-personen niet kennen. Zij vormen het groot-ste struikelblok voor de drie vierde meerder-heid die nodig is om het Statuut aan te passen.’

UItdIepen‘In tegenstelling tot sommige andere studen-ten was ik mijn thesis niet beu, toen ik ze had ingediend. Wel de stress errond, maar het on-derwerp bleef ik heel boeiend vinden. In de zoektocht naar een job wist ik vooral dat ik graag in het internationaal recht wou werken. Ik had eerst gesolliciteerd voor een doctoraat aan de UGent, maar dat ging uiteindelijk naar een andere kandidaat. Nadien heb ik gepro-beerd een onbetaalde stage bij een ngo te pak-ken te krijgen, maar de concurrentie daar is moordend. Vaak vragen ze ook een specialisa-tiejaar in diplomatieke betrekkingen. Dat ben ik nu aan het bijstuderen aan de Universiteit Antwerpen. Het geeft me de kans mijn kennis uit te diepen. Ik steek vooral veel op van inter-nationale economie, een eerder atypisch vak binnen de rechten en net daarom extra inte-ressant.’ Maar de ngo’s zullen nog even moe-ten wachten, want Lynn Verrydt gaat dan toch doctoreren aan de UGent. ‘Een assistent die me goed geholpen had bij mijn thesis heeft me aangeraden om gewoon nog eens te probe-ren. Tijdens het onderzoek voor mijn master-proef bleek het onderwerp groter dan ik kon uitwerken en moest ik me echt beperken tot een deel ervan. Er zat nog een extra dimensie in die ik nu verder hoop uit te diepen in mijn doctoraatsonderzoek bij het Institute for In-ternational Research on Criminal Policy (IR-CP). Mijn promotor is professor Gert Vermeu-len. Ik hoop onder andere door middel van een vergelijkende studie meer zicht te krijgen

op welke landen nu precies op nationaal ni-veau voorzien in strafrechtelijke aansprake-lijkheid voor rechtspersonen. Daardoor zou je dan beter kunnen inschatten of de nodige meerderheid voor een amendering van het statuut haalbaar is. Ik ben heel dankbaar dat ik aan de slag kan in het internationaal straf-recht.’Wie internationaal strafrecht zegt, denkt na-tuurlijk ook onmiddellijk aan het Belgische icoon daarvan: Chris Van den Wyngaert. Met glanzende ogen: ‘Dat is echt een vrouw om naar op te kijken! Ik heb de eer gehad haar eens te ontmoeten. Ze was zo vlot en down to earth. Ze gaf me de tip om de rechtspraak van het Internationaal Strafhof te vergelijken met die van het Internationaal Joegoslavië Tribu-naal voor het mentaal element van de mede-plichtige, wat voor rechtspersonen heel be-langrijk is. Chris Van den Wyngaert is een groot voorbeeld voor mij. Wat zij bereikt heeft, is echt indrukwekkend.’

www.scriptiebank.be

naam:Lynn VERRYDT°1988loopBaan:- Master Rechten, Universiteit Gent (2012)- Winnares Vlaamse Scriptieprijs 2012- Master Internationale Betrekkingen en

Diplomatie, Universiteit Antwerpen (2013)- Doctoraatstudent en assistent Universiteit Gent

(vanaf februari 2013)

BIOGRAFIE

Copyright De Juristenkrant 2013