De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

16
2 Story: “Zal ik met Ramin trouwen?” | 6 Specialist: “Sommige grenzen verleg je niet” | 7 Test: Ben jij een gastvrije school? | 11 In de klas: Redder, wegwijzer of steunpilaar? 10 IN DE KLAS ASIELZOEKERS “Plots zijn ze er niet meer”

description

Als bijlage bij Klasse voor Leraren behandelt De Eerste Lijn telkens één thema: van crisiscommunicatie tot nieuwe gezinsvormen. De Eerste Lijn ondersteunt elke leraar in de aanpak en preventie van probleemgedrag op school.

Transcript of De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Page 1: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

2 Story: “Zal ik met Ramin trouwen?” | 6 Specialist: “Sommige grenzen verleg je niet” | 7 Test: Ben jij een gastvrije school? | 11 In de klas: Redder, wegwijzer of steunpilaar?

10

IN DE KLAS

ASIELZOEKERS

“Plots zijn ze er niet meer”

Page 2: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

“Er ging geen alarmbelletje rinkelen toen we Ramin en Ramish vorig schooljaar inschreven”, zegt Elke Derre, leraar zedenleer in het Koninklijk Atheneum van Schoten. “Ze hadden geen identiteitskaart bij, enkel een SIS-kaart en een verblijfsvergunning. Dat hadden we vroeger al meegemaakt met twee andere leerlingen en toen kwam alles wel goed.”

Elke, leraar:

“Dit krijg je

niet uitgelegd”

Story

Page 3: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

“Ramin en Ramish zijn vier jaar geleden naar Bel-gië gevlucht. Hun vader werd in Afghanistan door de Taliban gedwongen om zijn kledingzaak te slui-ten. Omdat hij vrouwenkleren maakte. Hun oudere broer werd opgepakt omdat hij geen baard droeg. Ze hebben hem nooit meer gezien. Het gezin vluchtte naar Pakistan. Toen hun vader daar stierf, brachten mensensmokkelaars hen naar België.” VIER jAAR bELGIË“In onze school liep alles vlekkeloos. De broers spraken al goed Nederlands, haalden prima resul-taten en vonden hun plekje in de klasgroep. Het OCMW betaalde hun rekeningen, de school stak wat geld toe voor uitstappen. Hun moeder toonde

haar dankbaarheid door Afghaanse koekjes te bak-ken voor schoolfeestjes. Ramin sprak met mondjes-maat over zijn ‘geweld(ig) verhaal’. Ramish zweeg.Pas dit schooljaar vernamen we dat hun asielaan-vraag niet goedgekeurd zou worden. Hoe kan dat nu? Vier jaar België heeft de broers zo hard verwes-terd dat ze onmogelijk nog kunnen functioneren in Afghanistan. Ramin en Ramish zijn mondige, kritische jongens. Dat hebben ze hier geleerd, maar dat zal niet geapprecieerd worden in hun geboorte-land. Daarom lopen ze gevaar.”

LEERLINGEN REAGEREN LAuw“We hadden nog nooit een leerling die terugge-stuurd werd naar het land waar hij in doodsangst weggevlucht is. Hoe ga je daarmee om? Er werd geen klassenraad bijeengeroepen om af te spreken wat we konden doen. Samen met enkele collega’s schreven we een brief naar de staatssecretaris voor Asiel en Migratie. Omdat het verhaal me zo diep raakte, dacht ik na over meer acties. Niet iedereen op de school reageerde op dezelfde manier, en ik begrijp dat ook. Enkele collega’s sprongen mee op de kar. De leerlingen reageerden eerst wat lauw. Tot Ramin zijn verhaal ‘rapte’. Er kwam een Facebook-groep, een blokfl uitconcert, spandoeken, een pe-titie. De leerlingen uitten elk op hun manier hun medeleven.”

NAChTMERRIES“Toen de einddatum van hun verblijfsvergunning dreigend dichterbij kwam, probeerde ik al mijn contacten in de pers en media. Hun verhaal kwam in de kranten en op tv. Ik had het gevoel dat de jon-gens hun leven een stukje in mijn handen hadden gelegd. Ik beet me vast in hun procedure en pro-beerde zoveel mogelijk inzicht te krijgen in het gi-gantische kluwen van logge instanties. Ik werkte tot diep in de nacht, sliep slecht en kreeg nachtmer-ries. Th uis begon mijn man te klagen dat de was zich opstapelde en ik geen tijd had voor hem. ‘Mis-schien moet ik met Ramin trouwen, dan kunnen ze wel hier blijven’, opperde mijn dochter. Het illus-treerde haar empathie en onze wanhoop.”

“Intussen heeft de Dienst Vreemdelingenzaken de asielaanvraag geweigerd. Ramin en Ramish leefden een tijdje ondergedoken. Nu zit hun aanvraag bij de Raad van State. Onze school is veranderd, maar de verontwaardiging en machteloosheid blijft . Je krijgt dit toch niet uitgelegd!”

“Misschien moet ik met Ramin trouwen”

100.000 MENSEN ZONDER PAPIEREN

• In 2012 werden in België 21.461 asielaan-vragen ingediend. Het CGVS nam 19.731 beslissingen. 15,4 procent werd erkend als vluchteling. 7 procent kreeg subsidiaire bescherming. (CGVS)

• Eind september 2012 zaten 7.309 kinderen tussen 0 en 18 jaar in de belgische op-vangcentra. Ongeveer 60 procent daarvan ging naar school. (fedasil)

• In België leven naar schatting 100.000 mensen zonder papieren. Minstens tien procent zijn kinderen. (Schattingen van de Europese unie)

3

Page 4: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Een asielzoeker is geen mens zonder papieren

WAT IS EEN VLuCHTELING?

• Een vluchteling is ‘iemand die vreest dat hij in zijn land van herkomst wordt vervolgd vanwege zijn ras, religie, nationaliteit, zijn poli-tieke opvattingen of omdat hij behoort tot een bepaalde sociale groep (homo’s, vrouwen …).’ (Conventie van Genève 28 juli 1951).

• Wie in België erkend wil worden als vluchte-ling moet een asielaanvraag indienen. Tijdens die procedure verblijft de asielzoeker wettig in ons land en garandeert het een aantal basis-rechten, waaronder het recht op een mens-waardig bestaan. De kinderen kunnen naar

school en hebben bijvoorbeeld recht op een schooltoelage.

• Soms komen kinderen ook zonder ouders in België aan. Niet-begeleide minderjarige vreemdelingen (NBMV) krijgen een voogd die hen begeleidt tot ze meerderjarig zijn. België wijst hen alleen uit als de opvang in hun thuisland gegarandeerd is. Tot hun acht-tiende worden ze niet gedwongen uitgewezen. De voogd kan het aanspreekpunt zijn voor de school.

“Waarom denken mensen het recht te hebben om te zeggen wie wel of wie niet mag blijven? Heb een beetje respect voor je medemens.

Een mens is nooit illegaal!”(Sofi e, juf vijfde leerjaar)

De vreemdelingenwetgeving is complex en wordt voortdurend aangepast. De recentste info vind je op www.vreemdelingenrecht.be

4

Het fenomeen

Page 5: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

ASIELZOEKERS

KINDEREN ZONDER PAPIEREN OP SCHOOL

Wie erkend wil worden als vluchteling en dus recht wil krijgen op een verblijf van onbeperkte duur, moet een hele procedure door.

z DIENST VREEMDELINGENZAKEN (DVZ): gaat na of België de aanvraag voor asiel mag behandelen.

z Als dat zo is wordt doorverwezen naar het COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLuChTELINGEN EN STAATLO-ZEN (CGVS). Dat onderzoekt het vluchtver-haal en beslist. Er zijn drie mogelijkheden:

• De asielzoeker wordt erkend als vluchte-ling en krijgt de toelating tot een verblijf van onbeperkte duur.

• De asielzoeker krijgt geen erkenning als vluchteling, maar hij kan ook niet terug naar zijn land omdat hij de doodstraf riskeert of onmenselijke behandeling in een gewapend conflict (oorlog of burger-oorlog). Hij heeft recht op subsidiaire bescherming en mag tijdelijk in België verblijven.

• De asielzoeker wordt niet erkend als vluchteling en krijgt ook geen subsidiaire bescherming.

z Bij een negatieve beslissing kan de asiel-zoeker in beroep gaan bij de RAAD VOOR VREEMDELINGENbETwISTINGEN (RVV). Die rechtbank bevestigt de beslissing van het CGVS, beveelt een nieuw onderzoek of kent zelf het statuut van vluchteling of sub-sidiaire bescherming toe.

z Als een asielzoeker meent dat er procedu-refouten gebeurd zijn, kan hij nog in beroep gaan bij de RAAD VAN STATE (RVS).

uITGEpROCEDEERD

Als een asielzoeker een negatief antwoord op zijn asielaanvraag krijgt én hij kan niet meer in beroep gaan, mag hij niet langer verblijven in open opvangcentra. Hij krijgt het bevel het grondgebied binnen de dertig dagen te verlaten (‘BGV’). Hij kan het land vrijwillig verlaten of be-geleid terugkeren. Vaak duikt hij onder. We noe-men ze ‘mensen zonder papieren’ of ‘mensen zonder wettig verblijf’. Als de politie hen oppakt lopen ze het risico op een gedwongen uitwijzing.

• Elk kind tussen 6 en 18 jaar in België is leer-plichtig. Een school mag de inschrijving van een leerling zonder papieren niet weigeren. Ze is niet verplicht om de aanwezigheid van de kinderen zonder papieren te melden bij de politie of de Dienst Vreemdelingenzaken. Ou-ders zonder wettig verblijf kunnen hun kind dus zonder angst inschrijven op school.

• De school krijgt werkingsmiddelen voor elke

regelmatige leerling die ingeschreven is, ook die zonder wettig verblijf. Een leerling zonder papieren kan stage lopen en zijn diploma halen. De schoolverzekering geldt ook voor hem. Hij heeft geen recht op een schooltoelage. Minder-jarige leerlingen mogen ook deeltijds leren en werken. Ze zijn vrijgesteld van een arbeidskaart.

(Voor meer info: raadpleeg het ‘Infodossier Leerlingen zonder wettig verblijf ’ op www.kruispuntmi.be)

(Meer info over de procedure: www.cgvs.be)

Page 6: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Kinderen naar school sturen en dan weer uitwijzen. botst dat niet? “Op school leren kinderen strategieën om een nieu-we taal te leren, zich uitdrukken, over hun gevoelens praten, vriendschappen sluiten ... Dat is de taak van scholen: kinderen alle mogelijke ontwikkelingskan-sen geven, welk perspectief ze ook hebben. Een kind in procedure of zonder wettig verblijf verschilt daar-

in niet van andere kinderen. Maar natuurlijk botst het langetermijnperspectief op school met het onze-kere vooruitzicht van zo’n kind. Of je met onderwijs de hoop geeft aan ouders dat ze hier mogen blijven? Nee. Onderwijs gaat over kinderen ontwikkelen, niet over mensen hoop geven op een verblijfsvergunning.”

Leraren willen vaak meer betekenen voor zo’n kind. Is dat oké?“Je beslist zelf wat je wil betekenen voor die kinde-ren. Dat zijn je groene grenzen. Als leraar zorg je voor een stabiele omgeving en zoveel mogelijk ont-wikkelingskansen. Dat is jouw rol, daar ben jij uniek en de beste in. Ga het best geen te persoonlijke bin-dingen aan. Speel geen redder of hulpverlener. Daar zijn anderen voor.”

“Er zijn ook rode grenzen, dat is het juridische kader, vaak ook de Europese wetgeving. Daar kan je niks aan veranderen. Soms willen leraren of scholen die rode grenzen verleggen. Wie dat doet, bokst zich ka-pot. Het is je volste recht om als mens op de barrica-des te staan. Het gevaar is dat dat gaat kleven aan het schoolleven. Natuurlijk kan je je persoonlijk enga-gement en je rol als professional moeilijk scheiden.

Maar uiteindelijk heeft zo’n kind meer aan een leraar die zijn job goed doet dan aan een leraar die zich helemaal verliest in zijn rol als redder van het gezin.”

Solidariteits- en protestacties bij uitwijzin-gen hebben geen zin? “Uitwijzingen van goed ingeburgerde leerlingen zorgen voor heel wat emoties: woede, verontwaardi-ging, onbegrip. Plots zie je als leraar al je inspannin-gen teniet gedaan, je vindt het onrechtvaardig. Die emoties zijn terecht. Een solidariteitsactie kan die woede en die verontwaardiging een kanaal geven. Maar verlies je daar niet in en mispak je niet aan het eff ect van zo’n actie: de wet aanpassen kan je niet. Andere organisaties die wél wegen op het beleid kunnen je signaal wel oppikken. Dat is hun taak.”

“De school is de enige plaats waar kinderen van asielzoekers en mensen zonder papieren

op een normale manier kunnen omgaan met leeftijdsgenoten, waar ze kind kunnen zijn tussen de kinderen.” Dat zegt Rachel

Laget van het Kruispunt Migratie-Integratie. “Scholen betekenen dus heel veel als ze enkel

al doen waar ze goed en uniek in zijn.”

“Speel niet te veel hulpverlener. Daar zijn anderen voor”

“Sommige grenzen kan je niet verleggen”

6

Specialist

Page 7: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Test

ja nee De school heeft een taalbeleid en een stappenplan voor anderstalige nieuwkomers.

ja nee De school werkt nauw samen met een netwerk aan hulpverleners: OCMW, armoedeorganisaties, het CLB …

ja nee De school bewaakt haar draagkracht en bakent die ook af.

ja nee Er is een duidelijk en warm inschrijvingsbeleid. Iedereen kent de afspraken.

ja nee De school verwelkomt alle leerlingen tijdens de inschrijvingen, ook die zonder een wettige verblijfplaats.

ja nee De school volgt leerlingen op via een leerlingvolgsysteem. Niet alle informatie is voor iedereen toegankelijk.

ja nee Er is een centraal aanspreekpunt die de knowhow op school vasthoudt.

ja nee De school organiseert regelmatig oudercontacten.

ja nee De communicatie is heel laagdrempelig. Er wordt speciale aandacht besteed aan moeilijk bereikbare ouders (tolken, pictogrammen …).

ja nee Leraren volgen nascholing om anderstalige nieuwkomers goed op te vangen.

DOE DE TEST

“Tijdens de les maken we soms uitstapjes. Naar de winkel en zo. En dan zeggen we daarna wat we gezien hebben. Soms leren we ook Nederlands met

de computer, heel leuk!” (Jasmine, 12)

Hoe gastvrijis jouw school?

hoe meer je ‘ja’ antwoordt, hoe beter de school voorbereid is.

Page 8: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

De school als

veilige havenNa een periode van vluchten, angst en onzekerheid maakt de school het leven van een kind op de vlucht weer voorspelbaar en gestructureerd. Kinderen pikken de draad van hun leven weer op. Zo kunnen ze ook beter verwerken wat gebeurd is.

HET ONTHAAL

Vaak is specifi eke informatie nodig om een gerichte school- en studiekeuze te maken.

1. Maak van de inschrijving een warm moment en geen ondervraagsessie. Wat wil je weten? Waarom is het kind op de vlucht, waar ver-blijft het, wat is zijn gezinssituatie? Wat is zijn schoolloopbaan: behaalde diploma’s, vaardig-heden … ? Zit de leerling in een asielprocedu-re, is hij een erkend vluchteling, een kind zon-der papieren, alleen of met zijn ouders?

2. In overleg maken het zorgteam, de interne leerlingenbegeleiding, het CLB, de schoolarts een ontwikkelingsplan op basis van socio-emo-

tionele problemen, een taaltest, het studieni-veau … Stel realistische verwachtingen. Bekijk in welk leerjaar de leerling mag beginnen.

3. Laat de informatie doorstromen. Maar doe dat gelaagd in het leerlingvolgsysteem. Niet alle leraren hebben alle informatie nodig. Be-reid ook de andere leerlingen voor.

4. Breng het netwerk in kaart. Op wie kan de school steunen? CLB, voogd, verantwoordelij-ke onderwijs van een asielcentrum, tolken … Welke partners kunnen het gezin ondersteu-nen: CLB, OCMW, CAW, vzw’s, vrijwilligers, armoedeorganisaties … een ontwikkelingsplan op basis van socio-emo-

“Het is niet omdat ze zeggen ‘I am a refugee’, dat ze ook een vluchteling zijn”

(Tinne, vormingswerker)

Welk verblijfsstatuut een kind ook heeft , het beïnvloedt zijn recht op onderwijs niet.

8

Op school

Page 9: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

AANPASSINGSPROBLEMEN

HOE BEN jE EEN STERKE SCHOOL?

ONThAALONDERwIjS

Onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwko-mers (OKAN) wil leerlingen zo snel mogelijk Nederlands leren om zo hun sociale integratie te bevorderen. Een leerling heeft altijd recht op een volledig schooljaar onthaalonderwijs en extra on-dersteuning in de reguliere klas het jaar daarop.

In het basisonderwijs: de minderjarige an-derstalige nieuwkomer wordt zo veel moge-lijk geïntegreerd in de gewone klaspraktijk.

In het secundair onderwijs zijn er aparte onthaalklassen waar de leerlingen een taal-bad Nederlands krijgen om daarna door te stromen naar het gewoon onderwijs. Tijdens en na de overstap kan de leerling rekenen op een vervolgcoach.

Zie www.ond.vlaanderen.be (zoekwoord: ‘onthaalklas’)

De anderstalige nieuwkomers kunnen zich soms moeilijk aanpassen.• Ze hebben een voorgeschiedenis: oorlog,

politiek geweld, mishandeling, verlies van familie …

• Ze leven in een totaal onbekende wereld, een andere samenleving, andere cultuur, andere taal, andere gewoonten, weg van hun vertrouwde omgeving.

• Ze groeien vaak op met getraumatiseerde ouders die hun verantwoordelijkheid niet al-

tijd kunnen/mogen opnemen (geen perspec-tieven, schuldgevoelens, werkloosheid …). uit schuldgevoel stellen ze vaak minder duidelijke grenzen.

• Ze leven in onzekerheid (‘Mag ik blijven?’).• Ze leven vaak in gemeenschappelijke

opvangvoorzieningen (weinig privacy, geen plaats voor huiswerk, spanningen tussen bewoners …).

• Vaak moeten de gezinnen van opvangplaats naar opvangplaats verhuizen.

• Zorg voor een open en veilige sfeer. Dwing kinderen nooit om te praten.

• Een duidelijke structuur helpt. Voorspel-baarheid brengt veiligheid. Die wordt nog groter als de leerling weet dat hij terecht kan bij de leraar.

• behandel het kind zo gewoon mogelijk, speel in op zijn talenten en vaardigheden. Hou rekening met zijn moeilijke thuissituatie.

• Geef de leerling verantwoordelijkheid. Geef hem kleine taken, opdrachten die haalbaar zijn. Zo krijgt de leerling een zelf-waardegevoel. Niet zelden krijgen of nemen ze taken die voor volwassenen bestemd zijn: tolken, voor jongere kinderen zorgen …

• betrek de ouders zoveel mogelijk. Dat is niet eenvoudig. Vaak is onderwijs niet hun eerste zorg. Schakel tolken in.

• werk samen met het netwerk rond de school: OCMW, voogd bij niet-begeleide minderjarige vreemdeling, vzw’s, vrijwilligers, armoedeorganisaties, CAW, het centrum waar de leerling verblijft.

Page 10: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

SCREENING “In onze school zitten nu achttien kinderen uit Valkenhof, het opvangcentrum voor asielzoekers van het Rode Kruis waar we al twin-tig jaar mee samenwerken. Daar is op basis van een CLB-test al een eerste screening gebeurd: wat kunnen de kinderen, welke schoolervaring hebben ze, zijn er traumatische ervaringen? Kinderen ou-der dan acht worden uitvoeriger getest. Hebben ze weinig of geen schoolse ervaring, dan gaan ze eerst naar de OKAN-klas in een school in de buurt. Jon-gere kinderen gaan naar onze onthaalklas.”

VEILIG GEVOEL “Veel kinderen weten niet wat een school is”, zegt Liesbeth Vos, die de onthaalklas van de Clementiaanschool begeleidt. “We nemen genoeg tijd voor hun eerste schooldag. In een om-geving waar niemand je taal spreekt, valt je zeker-heid weg. We zorgen ervoor dat het kind zich veilig voelt: wat gebeurt hier, waar is het toilet, waar eten we …? Per kind maken we een leertraject op maat. ’s Ochtends zitten de kinderen in de onthaalklas, in de namiddag gaan ze naar de gewone klas. Na

een paar maanden maken ze de overgang naar de gewone klas.”

GRENZEN “Kinderen van asielzoekers komen en gaan. Dat vraagt veel flexibiliteit en overleg”, zegt Marina. “Leraren reageren erg verschillend. Som-migen willen meer betekenen voor zo’n kind. Maar snel botsen ze op hun grenzen en lijden eronder. Andere leraren leggen de verantwoordelijkheid te veel bij het zorgteam.”

“Soms vertrekken kinderen zonder enige waar-schuwing”, zegt Liesbeth. “Als ze het zelf komen vertellen, praten we erover en organiseren een af-scheidsmoment. Je ziet zo’n kind vaak in de illegali-teit verdwijnen. Dat is hard maar we hebben er hier na al die jaren mee leren leven.” “Wat we soms op een korte tijd hebben meegegeven, houdt een kind voor het leven bij”, besluit Marina. “Maar wonderen kunnen we niet doen. Af en toe moet ik de leraren daaraan herinneren.”

“De leraren mogen over het asielbeleid in Belgïë denken wat ze willen”, zegt

Marina Sleurs, directeur van de Clementiaanschool in Overpelt. “Maar de

kinderen van asielzoekers hebben daar niet om gevraagd. Dus zorgen we goed voor hen, ook al is het maar voor enkele

maanden.”

“Die kinderen hebben daar niet om gevraagd”

Goede praktijk

10

Page 11: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

In de klas

DRIE ROLLEN VAN EEN LERAAR

DE REDDER is sterk betrokken en wil hel-pen. Deze leraar luistert naar het verhaal van het kind en biedt oplossingen voor dagelijkse problemen.

Valkuil: Sommige redders geraken ook in hun privéleven nauw betrokken bij het traject van de leerling. Anderen proberen zelf trauma’s te behandelen.

DE wEGwIjZER neemt liever afstand. Deze leraar verwijst door naar een hulpverlener of specialist.

Valkuil: De wegwijzer denkt soms te snel dat hij of de school niet kunnen helpen. Hij concludeert snel dat de leerling beter van school of studierichting verandert.

DE STEuNpILAAR zorgt, gewoon door les te geven, voor structuur en regelmaat. Hij geeft opdrachten die het zelfbeeld van de leerling opkrikken.

Valkuil: De steunpilaar voelt soms frus-tratie omdat hij de capaciteiten van de leerling ziet, maar eerst nog de school-achterstand moet wegwerken.

Redder, wegwijzer of steunpilaar?Een leraar kan zich op drie manieren opstellen tegenover kinderen van asielzoekers en mensen zonder papieren. Als redder (helpen), als wegwijzer (doorverwijzen) of als steunpilaar (ondersteunen). Zijn belangrijkste rol is die van leraar: hij zorgt ervoor dat elk kind zich goed voelt op school en maximale ontwikkelingskansen krijgt.

pen. Deze leraar luistert naar het verhaal van het kind en biedt oplossingen voor dagelijkse

in hun privéleven nauw betrokken bij het traject van de leerling. Anderen proberen

neemt liever afstand. Deze leraar verwijst door naar een hulpverlener of

De wegwijzer denkt soms te snel

Hij concludeert snel dat de leerling beter

zorgt, gewoon door les te geven, voor structuur en regelmaat. Hij geeft opdrachten die het zelfbeeld van de leerling

“Vaak sturen we die jongeren naar het beroeps, omdat ze snel een vak moeten leren en zelfstandig zijn. Vaak zitten ze waar ze niet horen te zitten.”(Arlette, coördinator opvangcentrum)

Page 12: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

1 bereid de komst van de nieuwkomer voor: praktisch (plaats in de klas, schriften, boeken, leerlingenkaart …) maar ook met de klasgeno-ten (wie komt er …).

2 Stel hem meteen op zijn gemak. Laat voelen: het niet is omdat je geen Nederlands kent, dat je niets kan.

3 Zorg dat hij meteen meedoet aan het dage-lijkse leven. Die regelmaat brengt rust. Laat hem dingen doen die hij aankan. Benadruk ook als iets goed gaat.

4 Sommige nieuwkomers hebben nog nooit onderwijs gevolgd. Maak duidelijk wat de gewoonten zijn op school: waar is de eetzaal, wanneer zwemmen we, hoe verloopt dat? Toon de belangrijke plaatsen op school. Zorg voor een peter/meter/buddy in de klas. Hij kan naast de nieuwkomer zitten, samen de oefening in het boek maken, aanwijzen, helpen ...

5 Leer de nieuwkomer snel de basistaal aan die je gebruikt in de klas: ‘Kom aan het bord’, ‘Neem je boek’, ‘Nu is het speeltijd’. In basis-scholen is er vaak geen onthaalklas. Misschien kan een gepensioneerde leraar of vrijwillige ouder helpen? In het middelbaar stuur je de leerling beter door naar een secundaire school die wel onthaalonderwijs organiseert. (Zie www.ond.vlaanderen.be, klik op ‘onthaalklas’.)

6 benut vooral de praktische lessen om taal aan te leren: de knutselles, de turnles, de praktijkles. Begrippen als voor, achter, links, rechts, eerst doe je dit, dan doe je dat … kan je makkelijk aanbrengen door handelingen voor te doen. De nieuwkomer is nooit ‘het probleem’ van de klasleraar of taalleraar alleen.

7 Maak de lessen zo visueel en concreet mo-gelijk. Biologielessen lenen zich daar bijvoor-beeld makkelijker toe dan pakweg geschiedenis.

8 De lessen Nederlands zijn de moeilijkste. Ook al komt de leerling uit de onthaalklas, reflecteren op een vreemde taal is moeilijk. Let vooral op de evolutie die hij maakt.

9 Als de basisrust er is kan je bekijken of de leerling ook andere interesses heeft: jeugdbe-weging, voetbal, muziek, knutselen …

10 Laat de leerling vertellen waarom hij in België is. Geef een les over andere culturen, oorlogen in de wereld … Schat eerst goed in wat zo’n leerling aankan.

11 Ga niet op zoek naar alle verhalen. Probeer niet de therapeut te spelen. Geef de leerling de ruimte om te praten en toon dat je bereid bent om te luisteren, forceer niets.

12 Overleg regelmatig met het zorgteam op school, de interne leerlingbegeleiding, het CLB …

ANDERSTALIGE NIEuWKOMER: 12 STAPPEN

In de klas

hEVIGE EMOTIES bIj DE LERAREN

uitwijzingen roepen woede op, frus-tratie omdat je het niet kan voorko-men, machteloosheid tegenover het beleid, maar vaak ook schaamte. Scholen en leraren hebben weinig invloed op procedures en wetten. Deel je gevoelens met je collega’s. Zet externe organisaties met je ervaringen aan het werk. Wie geen uitlaatklep vindt voor stress, loopt gevaar op een burn-out. (vrij naar Pharos, Kenniscentrum voor vluchtelin-gen en gezondheid in Nederland)

Page 13: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Vluchtelingenkinderen hebben vaak al veel meege-maakt voor ze in je klas zitten: moord, foltering ... Wat zijn mogelijke reacties?• Ze zijn ontgoocheld in autoriteitsfiguren (ou-

ders, lokale leiders, het leger).• Soms hebben ze een heel andere moraal:

stelen of agressie kan omdat zij dit jarenlang zo hebben ervaren.

• Ze willen dokter of leraar worden om op die ma-nier iets aan hun omstandigheden te veranderen.

• Ze worden onzeker, kwetsbaar omdat ze voelen dat hun ouders niet in staat zijn om gevaarlijke gebeurtenissen te controleren.

• Ze zijn pessimistisch over de toekomst.• Ze zijn teruggetrokken in de klas. Dat kan ook

verklaard worden vanuit een andere cultuur.• Niet-begeleide minderjarigen moeten vaak geld

sturen naar hun gezin of hun reis betalen aan smokkelaars. Vaak voelen ze zich verplicht om te gaan werken i.p.v. naar school te gaan.

Afscheid nemen hoort bij het onderwijs aan kin-deren met een onzeker verblijfsstatuut. Scholen en leraren denken daar dus beter op voorhand over na. 1 Maak de onzekerheid dat de nieuwe

klasgenoot in belgië kan blijven be-spreekbaar. Praat daar eerlijk over. Vraag wat de leerlingen voelen. Vertel wat je zelf voelt. Gevoelens delen geeft eerlijkheid en schept vertrouwen. Naast goed onderwijs geven moet je kinderen leren omgaan met onzekerheden in het leven.

2 Afscheidsrituelen zijn belangrijk, zowel voor het kind dat vertrekt als zijn klasgeno-ten (afscheidsbrief, klasfoto, oorkonde, knuf-fel van de klas, gelukssteen, afscheidslied …). Door samen bezig te zijn met afscheid, wordt het groepsgevoel versterkt. Als het kan: betrek ook ouders.

3 Als de klas plots wordt geconfronteerd met een lege stoel in de klas: praat erover. Doe niet alsof er niets is gebeurd. Ook dan is een afscheidsritueel belangrijk (bijvoor-beeld een afscheidsbrief van de klas, een werkstukje dat je kan opsturen …).

uITWIjZINGEN EN AfSCHEID NEMEN

LEERLINGEN MET EEN TRAuMA

Page 14: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Help!

Heb je zelf ervaringen met asielzoekers in de klas en wil je die delen? Doe het via het forum van www.klasse.be/eerstelijn (doorklikken naar

asielzoekers in de klas).

7 VRAGEN, 7 ANTWOORDEN

“Wat doe ik als een ouder me komt vragen of ik hem aan werk kan helpen?”

Mensen helpen met papieren, voedsel, kledij, onderdak, een medisch probleem

mag altijd. Bepaal zelf welk persoonlijk engagement je wil nemen. Als leraar mag je geen (zwart) werk regelen voor een persoon zonder wettig verblijf. Asielzoekers voor wie de procedure langer duurt dan zes maanden en die geen negatief advies hebben gekregen, kunnen een aanvraag indienen voor een arbeidskaart.

“Is een leerling zonder papieren ook verzekerd op school?”

jawel. Leerlingen zonder papieren hebben vaak geen ziekteverzekering. Bij

een ongeval met medische gevolgen moet de school een beroep doen op haar ongevallen-verzekering. Sommige polissen vermelden uitdrukkelijk dat de verzekeraar op de hoogte moet worden gebracht als de slachtoffers of hun vertegenwoordigers geen beroep doen op de tegemoetkoming van de ziekteverzekering. Voorziet de schoolverzekering niet in een volledige terugbetaling, dan kan de school contact opnemen met het OCMW.

“Mogen ouders lessen Nederlands volgen in een CVO?”

Het volwassenenonderwijs is sinds juni 2011 niet langer toegankelijk voor mensen

zonder wettig verblijf. Mensen die in een asielprocedure zitten kunnen zich wel inschrijven.

“De advocaat vraagt de school om te helpen met het regularisa-tiedossier. Gaan we daarop in?”

Officiële papieren over bijvoorbeeld regelmatige aanwezigheid kan je altijd

doorgeven. Een brief schrijven naar de Dienst Vreemdelingenzaken of een advocaat in het voordeel van de leerling doe je beter niet. Dat zou je ook niet doen als een gescheiden ouder je vraagt om een brief in haar voordeel te schrijven voor de rechtbank. De school is geen juridische helpdesk. Bovendien zal je nooit het volledige verhaal kennen en weet je nooit met welke advocaat je te doen hebt.

“Mag hij mee naar Parijs?”Om te kunnen reizen naar het buitenland (en terug naar België) moet een

niet-Belgische leerling een geldig paspoort hebben en een Belgisch verblijfsdocument. Leerlingen zonder papieren hebben die documenten niet. Binnen de Schengenzone zijn de grenscontroles afgeschaft. Maar een controle van identiteit en verblijf kan ook op andere plaatsen gebeuren: een ongeluk met een bus, naar aanleiding van een diefstal. Heeft de leerling wel wettige verblijfspapieren, dan is het toch nog altijd aangeraden om na te gaan of hij met die documenten kan reizen. Vraag het na bij de Dienst Vreemdelingenza-ken, cel registratie en Administratie Asiel.

14

Page 15: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Meer info vind je bij het CLb, de begeleidings-dienst van je school, of bij:

www.kruispuntmi.be en www.vreemdelingenrecht.bemet Infodossier ‘Leerlingen zonder wettig verblijf’ en tolkendienst

www.dofi .fgov.be, www.fedasil.be/nl, www.rodekruis.be, www.cvgs.be/nl meer informatie over asielprocedures en opvang

www.vluchtelingenwerk.be en www.kinderenopdevlucht.be/Kinderenmeer informatie over vluchtelingen en niet-bege-leide minderjarige vreemdelingen

www.meertaligheid.be en www.cteno.beondersteunt je bij het taalonderwijs aan anders-talige nieuwkomers

www.kleurbekennen.be en www.pharos.nlondersteunt de lessen in je klas

www.solentra.behulpverlening voor vluchtelingenkinderen met een trauma

MEER INfO NODIG?

De Eerste Lijn: nu ook op TV.KlasseBij deze Eerste lijn hoort ook een fi lmpje. Kijk en leef mee met de getuigen. Leer van andere scholen. www.tvklasse.be

“Mag de politie een leerling zonder papieren komen weghalen in de klas?”

Dat mag niet. De politie mag kinderen zonder papieren ook niet opsporen via de

school. Ze mag de leerlingen enkel opwachten bij de schoolpoort als het gevaar bestaat dat ze op school worden achtergelaten of als de ouders zelf zijn aangehouden. In dat geval moet de politie de school op de hoogte brengen. Ze moet in burger komen en als het mogelijk is begeleid door een gezinslid of tolk.

“Een niet-begeleide minderjarige vreemdeling vraagt me om zijn familie in het thuisland te helpen opsporen. Wat kan ik doen?”

Het Rode Kruis heeft daar een speciale dienst voor: de dienst ‘Tracing’. Het

Rode Kruis stuurt dan een brief of bericht naar de collega’s in het land van herkomst. Daar probeert het Rode Kruis het bericht aan de familie te overhandigen. De familie kan op dezelfde manier antwoorden. je bereikt de dienst op [email protected].

“Onderwijs creëert geen rechten op een wettig verblijfsstatuut”

(Infodossier ‘Leerlingen zonder wettig verblijf’)

De vreemdelingenwetgeving is complex en wordt voortdurend aangepast. De recentste info vind je op www.vreemdelingenrecht.be

15

Page 16: De Eerste Lijn: Asielzoekers in de klas

Printable

hoofdredacteur: Pieter LesafferRedactie: Bart Dewilde en Michel Van LaereVormgeving: Tim Sels TV.Klasse: Wouter Vanmol en Hans Vanderspikken

Verantwoordelijke uitgever: Luc jansegers Foto’s: Katrijn Van Giel

Dit dossier werd gemaakt in samenwerking met leraren, directeurs, Kruispunt Migratie en

Integratie, het Rode Kruis, Vluchtelingenwerk Vlaanderen, fedasil en het Platform Kinderen op de Vlucht. Het is het tiende van een vernieuwde reeks. De andere dossiers raadpleeg je op www.klasse.be/eerstelijn.

Taalwijzer Deze taalwijzer helpt een anderstalige nieuwkomer te ver-tellen waar hij vandaan komt. Laat het hem aanduiden op de kaart of met een woord. Print de taalwijzer op

www.KLASSE.bE/EERSTELIjN

Taal

wijz

er

Shqip AlbaneesKantonees Taqbaylit Kabyl

Mongools Slovencina Slowaaks

Deutsch DuitsKoreaans

KazachsMontenegrijns Slovenšcina Sloveens

Arabisch Hrvatski Kroatisch Kikongo KikongoNapalees Af Soomaali Somalisch

ArameesDari Kinyarwanda Kinyarwanda

Urdu Kiswahili Swahili

Armeens Español Spaans Kirundi KirundiPashtu

Tamil

Azeri Eesti Keel Ests Latviešu valoda Lets Polski Pools Ceština Tsjechisch

BengaalsFarsi Lingála Lingala Português Portugees

Tsjetsjeens

Wit-RussischGeorgisch Lietuviu Kalba Litouws Pulaar Pular Türkce Turks

BirmaansHakka

MacedonischPunjabi

Oekraïens

Bosanski BosnischHindi

Malayalam Româna RoemeensVietnamees

Bulgaars Magyar HongaarsMandarijns

Russisch

Kasjmiri Italiano Italiaans Limba moldoveneasca MoldavischServisch

˛

Zie ook www.sociaaltolkenenvertalen.be

EL_130010_Printable.indd 1

21/12/12 15:46