De Abianter, agrarische sector

20
Instroom van medewerkers in de agrarische sector Het rondetafelgesprek Magazine exclusief voor medewerkers, leden en agrarische ondernemers Nieuws Van Opstal over stagiaires Column Nicole Bijen Ligboxenstal ombouwen tot klimpark Veilig werken De Abianter jaargang 2 nr. 1 - april 2013

description

Magazine exclusief voor medewerkers, leden en agrarische ondernemers. Jaargang 2, nr. 1 april 2013

Transcript of De Abianter, agrarische sector

Instroom van medewerkers in de agrarische sectorHet rondetafelgesprek

Magazine exclusief voor medewerkers, leden en agrarische ondernemers

Nieuws Van Opstal over stagiaires Column Nicole Bijen Ligboxenstal ombouwen tot klimpark Veilig werken

De Abianterjaargang 2 nr. 1 - april 2013

ColofonDe Abianter is een uitgave van Abiant voor leden, opdrachtgevers, relaties en haar eigen medewerkers.

RedactieadresAbiant NL BVt.a.v. redactie De AbianterPostbus 109780 AA Bedumt 050 317 26 60e [email protected]

RedactiecoördinatieFroukje Knol

RedactieJacqueline BongersDirk BruinAnnet Mathlener

Grafische vormgevingDizain

DrukwerkZalsman Groningen

Oplage3.250

Met medewerking vanNicole Bijen en Claudia Brink

FotografieEwoud RooksJacqueline BongersDirk BruinMirjam Mulder (foto CPJ)

Wilt u de volgende keer geen exemplaar ontvangen, stuur dan een mail met uw adresgegevens naar [email protected]. Hier kunt u ook uw vragen, suggesties of opmerkingen naar aanleiding van de inhoud van deze De Abianter naar toe mailen.

Niets in deze uitgave mag, in welke vorm en op welke wijze dan ook, worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de redactie. Hoewel De Abianter zeer zorgvuldig wordt samengesteld, staan Abiant en redactie niet in voor eventuele onvolkomen­heden in de inhoud en kunnen hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld.

www.abiant.nl

Het zal u niet ontgaan zijn, 30 april is dit jaar extra bijzonder. Koningin Beatrix zal dan afstand doen van de troon en Willem Alexander wordt Koning, Prinses Máxima wordt koningin. Vanaf dat moment heeft Nederland een koningspaar. Vervolgens is de inhuldigingsplechtigheid in de Nieuwe Kerk te Amsterdam.

Wat ik mij afvraag is of de troonswisseling de economie weer op gang krijgt. Geeft een oranje feel­good dag de stimulans die het Noorden nodig heeft? Tot nu toe gaan alle maatregelen die de overheid treft om de investeringen weer op gang te brengen vergezeld van berichten dat extra bezuinigen nodig zijn en het begrotingstekort oploopt. Dat geeft weinig vertrouwen en de Nederlander houdt de hand op de knip. Hoe mooi zou het zijn als de troonswisseling het moment is dat daar verandering in brengt.

Positief nieuws. Daar zitten we op te wachten. Drukte, de productie komt weer op gang. De industrie bloeit en geld gaat weer rollen. Ik zie de extra werkgelegenheid al voor me. Meer werk voor mensen die evenementen organiseren, in het vervoer en beveiliging, maar ook andere branches kunnen meeliften met alle initiatieven rondom de troonswisseling. Dat is ‘mijn droom voor ons land’ om bij het motto van het Nationaal Comité Inhuldiging te blijven.

En dan vasthouden wat je hebt. Wat zou het mooi zijn als de economie zich vanaf dat moment positief blijft ontwikkelen. De werkgelegenheid neemt toe en de koopkracht stijgt. Zo komt Nederland weer in een positieve flow. Laat deze laatste Koninginnedag daar de opmaat voor zijn.

Voor u ligt het tweede nummer van De Abianter, het magazine dat we naar alle medewerkers, leden en relaties van Abiant sturen. In dit nummer veel aandacht voor onderwijs en de instroom van (jonge) mensen in de agrarische sector. Voldoende goed opgeleide vakkrachten is in uw en dus ook in het belang van Abiant. Laten we ons daar samen sterk voor blijven maken.

Metske KloppenburgDirecteur Abiant NL BV

Voorwoord“ Nederland weer in een positieve flow”

Rondetafelgesprek

Instroom nieuwe jonge medewerkerspagina 16

Medewerker in beeld

Bauke Jilderdapagina 20

Abiant sponsort

De Christelijke Plattelands Jongerenpagina 8

Bedrijfsreportage

De stagiaires van de familie Bouwmanpagina 6

Bedrijfsreportage

Mts Claassen-Hekmapagina 12

Nieuws 5 De cursus 7 Column Nicole Bijen 9 Veilig werken 11 Personeelstip 11 Verder in dit nummer:

Stagiaires helpen bedrijfs-blindheid te voorkomen

Bedrijfsreportage Van Opstal

Lees het op pagina 14

Inhoudsopgave

Ledenraadslid onder de loep

Goffe Jensma &Jan Jacob Ritsemapagina 10

3De Abianter

V.l.n.r.: Claudia Ellens, Jan Willem Speelman, Merel van der Zee, Niels van de Venis, Arjen Meems en Anita Beikes.

Vestiging in beeld

disciplines. Daardoor is Abiant zeer klant­ en servicegericht. Datzelfde geldt ook voor de medewerkers die zich verbonden voelen met Abiant. Wat Abiant kenmerkt is de informele werksfeer. Dat begint al bij binnenkomst op kantoor. Voor een kennismakingsgesprek met een sollicitant wordt altijd ruim tijd uitgetrokken. Werkervaring, motivatie, vaardigheden en eventuele belemmerende factoren komen tijdens het gesprek aan de orde. Door de laagdrempelige, persoonlijke manier van werken, is goed bekend wat de wensen zijn.

Ook in Drenthe dicht bij de klantDe vestiging Stadskanaal richt haar pijlen niet alleen op het werkgebied, dat grofweg tussen de N33 en de N34 ligt. Ook bedrijven in Emmen en omgeving worden bezocht. Bij het UWV in Emmen is er een afspraakmogelijkheid. Daardoor heeft de vestiging ook aansluiting met de arbeidsmarkt in Zuidoost Drenthe.

Merel van der Zee, Niels van de Venis en vestigingsleider Jan Willem Speelman onderhouden de contacten met de bedrijven in het werkgebied van de vestiging. De accountmanagers staan dicht bij de klant, denken graag mee en geven advies over de best passende personeelsinvulling voor de bedrijven. In de gesprekken met de ondernemers gaat het ook wel eens over andere zaken dan personeel. Daarom is bekendheid met wat er in de regio speelt ook zo belangrijk. Daarvoor nemen de vestigingsmedewerkers deel aan regionale netwerken.

Abiant is bijna 15 jaar gevestigd in Stadskanaal en heeft een grote vaste klantenkring opgebouwd die regelmatig een beroep doet op de allround vakkrachten die voor de vestiging werkzaam zijn. Het kantoor is te vinden op een zichtlocatie aan de doorgaande weg vanaf de N366 naar Borger. Het adres is Tinnegieter 9a op Bedrijvenpark Stadskanaal. In 2008 is de vestiging hier vanuit het centrum naar toe verhuisd.

Sterk in fysiek werkAbiant is altijd sterk geweest in het fysieke werk. Waren in het begin vooral de agro­groene sectoren en de grond­, weg­ en waterbouw afnemer van vakkrachten. Later kwam daar de bouwnijverheid, altijd een belangrijke branche in de regio Stadskanaal bij. Deze sector heeft het nu moeilijk. Daardoor is er ook minder flexibel personeel te bemiddelen naar de bouw. Dit vangt de vestiging op doordat Abiant inmiddels een brede personeelsleverancier is. Ook voor administratieve functies kunnen opdrachtgevers bij de vestiging in Stadskanaal terecht.

Klantgericht voor medewerker en bedrijfAbiant vestiging Stadskanaal biedt een totaalpakket aan dienstverlening in alle branches. Dit betreft uitzenden, detacheren en payroll. Doordat alle activiteiten die met het bemiddelen van personeel op de vestiging uitgevoerd worden, zijn er korte lijnen en kan snel worden geschakeld tussen alle

Stadskanaalpersoneelspartner in de regio

De Abianter 4

Abiant bouwt nieuw hoofdkantoor in Groningen

Het minimaster programma is een opleiding voor ondernemende melkveehouders. Binnen deze opleiding is ‘praktijkgericht leren’ de rode draad. U leert vanuit de problematiek zoals deze binnen uw eigen melkveebedrijf voorkomt. Dit levert direct voordeel voor zowel uzelf als uw onderneming op. Daarnaast ontmoet u andere ondernemende melkveehouders.

Afwisselend programmaDe opleiding bestaat uit 5 bijeenkomsten overdag. Tijdens deze bijeenkomsten leert u uzelf en uw onderneming beter kennen. U leert te analyseren waar uw sterke punten en verbeterpunten liggen en waar de kansen en bedreigingen op uw bedrijf liggen aan de hand van een aantal thema’s: persoonlijk ondernemer­schap, strategisch management, financieel management, melken, veeverzorging­ en huisvesting, voeren, omgaan met mensen en financieren. Interesse om ook een minimaster te volgen? Zie www.a­kan.nl voor meer informatie en contact.

Scholingsaanbod Talos voor ledenAbiant heeft een 50% belang in Talos, Intermediair in Techniek. Talos beschikt over een eigen opleidingsinstituut van waaruit zowel technische opleidingen als opleidingen op het gebied van arbo&veiligheid worden verzorgd, zoals BHV, VCA­basis, lassen en een basis elektriciteitscursus.

Vorig jaar heeft Talos voor de leden van Abiant een aantal cursussen opgezet die praktisch en direct toepasbaar zijn op het bedrijf. Een kleine groep leden heeft zich hiervoor aangemeld.

De instructies en lessen worden verzorgd in het opleidingscentrum van Talos in Hoogezand. Onlangs heeft de eerste cursus, onder begeleiding van een ervaren vakdocent, plaatsgevonden.

Stadskanaalpersoneelspartner in de regio

Nieuws

A-kaN organiseert Minimaster Melkveehouderij

Ondanks de economisch moeilijke tijden bouwt Abiant een nieuw hoofdkantoor op industrieterrein Eemspoort 2 in Groningen. Op 21 februari zijn de hei werkzaamheden gestart.

Over een jaar, begin 2014, zal het personeel van het huidige hoofdkantoor in Bedum verhuizen naar Groningen. In Bedum blijft een vestiging van Abiant voor het uitzenden en het detacheren en de agrarische diensten.

5De Abianter

De stagiaires van de familie Bouwman

Al bijna 40 jaar hebben ze stagiaires. Vader Daniël Bouwman begon er mee. Eerst één stagiaire per jaar, later ook wel meerdere tegelijk. Zoon Erik Bouwman ging er mee door en breidde het verder uit. Het bedrijf biedt nu continu plaats aan drie of vier stagiaires van de opleidingen akkerbouw, melkveehouderij en loonwerk.

Hoeveel stagiaires ze hebben gehad? Daar moeten Daniël en zijn vrouw Trijnie even over nadenken. “We zijn de tel kwijt geraakt” zegt Trijnie. “Meer dan 80, dat zeker. Tussen de 90 en de 100, denk ik”. In 1974 werd Daniël benaderd door een leerling van de MAS uit Groningen die een stageadres zocht. Zo kwamen ze in het stageadressenbestand van school en werden vervolgens ieder jaar benaderd door een stagiaire.

De stagiaires brachten behalve extra handen ook veel gezelligheid en leven in de brouwerij. Het maakte Trijnie niet uit of ze voor twee of drie mensen kookte. Daniël en Trijnie waren lange tijd met z’n tweeën. Ze trouwden in 1970 maar het duurde 12,5 jaar voordat hun enige zoon Erik geboren werd. “De stagiaires hielden ons jong” zegt Daniël.

Op het gemengde akkerbouw­melkveehouderijbedrijf konden stagiaires voor beide richtingen terecht. Sinds zoon Erik de kar trekt is het loonwerk uitgebreid tot een volledige tak, zodat ze nu ook regelmatig stagiaires van de loonwerkopleiding hebben.

Van links naar rechts: Ideke Klimp, Erik Bouwman, Daniël Bouwman en Trijnie Bouwman voor de nieuwe kantine.

“ Stagiaires brengen leven in de brouwerij.”

Bedrijfsreportage familie Bouwman

De Abianter 6

Het bewust en verantwoord inzetten van diergeneesmiddelen is ook in de (melk)veehouderij een onderwerp waar veel om te doen is. Met name een juist gebruik van antibiotica staat maatschappelijk in de belangstelling.

Van Stad tot Wad dierenartsen is door Abiant gevraagd om een instructie medicijngebruik te verzorgen. Tijdens deze praktische cursus werden de bedrijfsverzorgers bijgepraat over de laatste ontwikkelingen in verantwoord medicijngebruik door dierenarts Erwin Hoogland.

Het door dierenarts en veehouder opgestelde bedrijfsbehandelplan is de basis waar in eerste instantie op teruggevallen moet worden bij de inzet van diergeneesmiddelen. Uiteraard gaat het stellen van de juiste diagnose daar aan vooraf. De bedrijfsverzorgers kregen veel praktische handvatten en leerden ook van elkaars kennis en kunde bij het correct toepassen van diergeneesmiddelen. Alle deelnemers hebben na het volgen van de cursus een certificaat ontvangen.

Bedrijfsverzorgers geschoold in medicijngebruik veehouderij

Dierenarts Erwin Hoogland (in het midden) geeft uitleg

De cursus

“Ik vind het leuk om ze wat te leren” vertelt Erik. “De stagiaires mogen bij ons veel uitproberen. Er gaat wel eens wat stuk. Dat hoort erbij.” Erik vertrekt. Er wachten vier stagiaires en twee wajongmedewerkers op hem voor instructies. “De stagiaires zitten nu net in een blokstage, vandaar.”

Daniël vertelt dat Erik het leuk vindt om met personeel om te gaan. “Hij kan beter delegeren dan ik. Ik wilde alles zelf doen. In het verleden hebben we stagiaires gehad van het lbo, mbo en hbo. Nu komen ze bijna nog alleen van het mbo en soms van het lbo. Sommige stagiaires beviel het zo goed dat ze twee stages bij ons liepen. Eerst via het lbo en later via het mbo.” Door de verkoop van een stier (uit de Black­lijn voor de kenners) ontstonden er Duitse contacten. Die resulteerden in ongeveer tien Duitse stagiaires. De taal was geen enkel probleem. Gewoon Gronings praten.

De lange zomerstages veranderden in één of twee dagen per week waardoor het niet meer nodig was om de stagiaires in huis te nemen. Daniël en Trijnie maakten plaats op de boerderij voor Erik en zijn vriendin Ideke. In de loods kwam een royale kantine met voorzieningen.

“We hebben van alles meegemaakt met de stagiaires. Veel leuke dingen en soms minder leuke. Er was een stagiaire die nog nooit langere tijd van huis was geweest en tranen huilde van heimwee. Mijn schouder was er nat van,” herinnert Daniël zich. Met veel jongelui bij elkaar bloeit soms de liefde op. In één geval heeft dat zelfs tot een huwelijk geleid. Bij toeval kwamen de eerste stagiaires van de christelijke middelbare landbouwschool. “Voor ons maakte het niet uit. School dacht daar blijkbaar anders over. Op een dag werden we benaderd door een leraar met de vraag of een niet­kerkelijke leerling welkom bij ons was.” Tot slot de stagiaire die van het toilet kwam met het wc­papier in zijn broek. Hij liet al lopend naar de keuken een spoor van toiletpapier achter. Dat heeft hij nog lang moeten horen.

Bijna alle stagiaires komen nog wel eens terug. In het begin vaak als zaterdag­ of vakantiehulp. Later voor een kop koffie en een praatje.

BedrijfsgegevensDe familie Bouwman heeft 302 ha grond met het volgende bouwplan:

118 ha fabrieksaardappelen 19,5 ha suikerbieten 118 ha granen 33 ha grasland 13,5 ha snijmaïs

Er zijn 60 melkkoeien en 96 stuks jongvee. De stierkalveren blijven op het bedrijf totdat ze ongeveer 20 maanden oud zijn. Het loonwerk is zowel in de agrarische sector als in de grond­, weg­ en waterbouw.

De Abianter 7

De Christelijke Plattelands Jongeren

De CPJ is een vereniging voor en door jongeren, net als de andere verenigingen voor plattelandsjongeren in Nederland. De Groninger CPJ heeft twee bloeiende afdelingen met samen 335 leden. Iedere maand organiseren de besturen activiteiten waar de leden aan mee kunnen doen.

Je bent welkom bij de CPJ vanaf ca. 15 jaar tot ca. 35 jaar. Bijna alle CPJ­ers komen van het platteland. Behalve de afkomst van het platteland is ook de C, het christelijke, iets wat de leden bindt. Vaak komen nieuwe leden in contact met de CPJ door familie, vrienden of buren, mond­tot­mondreclame dus.

ActiviteitenBeide CPJ­afdelingen in Groningen hebben een bestuur dat iedere maand activiteiten organiseert, meestal op vrijdagavond. Dat kan van alles zijn, zoals paintball, schaatsen, waterskiën, bowlen en poolen. Middelstum en Oldehove organiseren ook regelmatig samen activiteiten zoals de schuurfeesten en het volleybaltoernooi. Er is een provinciaal bestuur dat onder andere het nieuwjaarsgala en het kerstbuffet organiseert.

De activiteiten van de CPJ zijn gezellig, je onderneemt samen dingen en leert nieuwe mensen kennen. In het ledenblaadje Kort­maar­Krachtig doet de redactie verslag van de activiteiten die geweest zijn. Uitnodigingen worden per e­mail verstuurd. CPJ Groningen heeft een pagina op Facebook en beide afdelingen hebben een eigen website.

Abiant draagt de CPJ een warm hart toe. Door te adverteren in het ledenblad Kort­maar­Krachtig, maakt Abiant het mede mogelijk om Kort­maar­Krachtig zes keer per jaar te laten verschijnen.

PlattelandsjongerenAansluitend bij het verzuilde Nederland van na de tweede wereldoorlog, kenden de agrarische en plattelandsjonge­ren in Groningen drie verenigingen. De algemene PJOG, de christelijke CPJ en de katholieke KPJ. In 1995 werd de PJOG omgedoopt tot het GrAJK en richtte zich uitsluitend op de agrarische jongeren. De CPJ en de KPJ gingen verder als verenigingen van plattelandsjongeren. De KPJ is nu niet meer actief. De CPJ nog wel. Van de zeven afdelingen die er ooit waren, zijn er nog twee over: Middelstum en Oldehove.

Abiant sponsort

De Abianter 8

Nicole BijenNicole Bijen is getrouwd met Peter. Samen hebben ze vier kinderen. Peter runt samen met zijn ouders een melkveehouderij in Overschild. Op dit moment wordt een nieuwe stal gebouwd op een tweede locatie in Stedum. Deze wordt dit voorjaar in gebruik genomen.

‘Je kunt nog lang genoeg werken’, is een gevleugelde uitspraak in huize Bijen. School is een veelbesproken onderwerp met vakantie/weekendhulpen en stagiairs. Er wordt soms wat af gemopperd op ‘die stomme school’, nog stommere leraren en tussenuren: ‘ja, ik ga toch nog niet voor twee uur hélemaal naar school fietsen, daahaag!’. Bovendien schijn je er niets te leren. Althans, als ik de betreffende jongens en meiden moet geloven.

Mijn “gepreek” levert vaak niet meer dan een alleszeggend lachje op. ‘Zou kunnen’ is de meest positieve reactie tot nu toe. Geld verdienen, dat is wat er moet gebeuren. Als ik dan voorspiegel dat je met meer opleiding misschien wel meer geld kunt verdienen, krijg ik een blik van: geld is geld en ik wil het nu. ‘Niet alleen wij, maar ook andere werkgevers willen graag medewerkers die kennis van zaken hebben. Stel dat je hier straks uitgekeken bent, dan is een diploma van het één of ander wel handig’, vervolg ik mijn relaas. Waarschijnlijk hebben ze dit gesprek thuis ook al tot vervelends toe gevoerd, dus staak ik mijn pleidooi.

Vaak blijkt niet het verlangen naar geld verdienen, maar onzekerheid over de eigen capaciteiten de belangrijkste reden om niet verder te leren. Dat snap ik. Aan de andere kant: als je het niet probeert, dan weet je het niet. Zelf ben ik via een lange route gekomen waar ik wilde komen. Mijn oma had het nooit verwacht en merkte ooit goedbedoeld, maar ontactisch op: ‘ach kind, geeft toch niet. Je nichtje is ook niet zo slim’. Ze doelde hierbij op de MAVO waarnaar wij beiden gingen. Natuurlijk verliep de weg van MAVO naar HBO niet altijd zonder hobbels. De spreuk “met de hakken over de sloot” is mij niet onbekend. Toch ben ik er gekomen. Er zijn natuurlijk genoeg redenen om niet verder te leren, maar veel meer om het wel te doen en te kijken hoe ver je kunt komen in dat waar je goed in bent of wat je leuk vindt. Of dat nu praktijkschool, mbo of hbo is. Haal eruit wat erin zit. Waar een wil is, is een weg. En die weg is echt niet zo lang als het lijkt. Wat is nu drie of vier jaar langer naar school op een mensenleven? Gelukkig komt het meestal helemaal goed en eten wij regelmatig een taartje op weer een behaald diploma of certificaat. Amen.

Eruit halen wat erin zit

Column

www.AgroStalinrichting.nl

Industrieweg 37

9781 AC Bedum

T 050 - 317 67 77

• Ligboxafscheidingen

• Waterbedden/boxmatrassen

• Voerhekken

• Drinkwaterinstallaties

• Ventilatiesystemen

Advertentie

De Abianter 9

Waarom bent u lid van de ledenraad geworden?

Goffe ­ Ons bedrijf is al meer dan 35 jaar lid van de Coöperatie. We hebben altijd gebruik kunnen en mogen maken van de diensten van Abiant. De zekerheid dat er kwalitatief goede vervanging geregeld kan worden, is belangrijk voor de continuïteit van het eigen bedrijf. Abiant heeft zich, zeker de laatste 10 jaar, sterk ontwikkeld. Deze betrokkenheid en het willen meedenken en ­praten zijn aanleiding geweest deel te nemen aan de ledenraad.

Jan Jacob ­ Als ledenraadslid ben ik in de gelegenheid om ‘in de keuken van de Coöperatie te kijken’ en op die manier leer ik het bedrijf Abiant meteen beter kennen. Als lid van Abiant geeft het mij een goed gevoel te weten dat ik ­ mocht het nodig zijn ­ op een vervanger in mijn bedrijf kan rekenen en dat deze direct beschikbaar is.

De ledenraad is namens de leden het klankbord voor het bestuur en wordt in die zin in de gelegenheid gesteld om met het bestuur en de Raad van Commissarissen mee te denken. Zo controleert de ledenraad het door het bestuur en de RvC te voeren en gevoerde financiële beleid. Daarnaast nemen ledenraad, RvC en bestuur gezamenlijk besluiten over (en borgen we daarmee) de core business van de Coöperatie: zorg voor continuïteit bij ziekte en arbeidsongeschiktheid op het bedrijf van leden. Dit is de kracht van deze samenwerking.

Jan Jacob Ritsema

Leeftijd: 49 jaarWoonplaats: ThesingeSoort en omvang: Melkveehouderijbedrijf samen met mijn vrouw met 115 melkkoeien (70 hectare).

Goffe Jensma

Leeftijd: 52 jaarWoonplaats: UithuizermeedenSoort en omvang bedrijf:Samen met mijn vrouw heb ik, in vof, een melkveehouderij met ruim 100 melk­ en kalfkoeien.

Ledenraadslidonder de

Wat wilt u bereiken als ledenraadslid?

Goffe ­ Als ledenraad bewaak je het belang van de Coöperatie. In het algemeen betekent dat: het waarborgen van de belangen van de leden én het voor ogen houden van het doel van de Coöperatie. En in het bijzonder: een goede, betaalbare reductieregeling en een juiste prijs­kwaliteitverhouding van ingehuurde arbeid voor leden.

Jan Jacob ­ Als ledenraadslid werk ik graag met bestuur en RvC samen om een organisatie neer te zetten waar je als lid en medewerker trots op kunt zijn en waar je met plezier mee en voor werkt. Daarnaast werk je samen om het voortbestaan van de Coöperatie nog jaren te waarborgen.

Wat vindt u een belangrijk onder­werp waar de ledenraad over meepraat of over meebeslist?

Goffe ­ Abiant is enorm gegroeid en heeft vooral haar activiteiten buiten de agrarische sector verbreed. Dit is ook nodig, gezien de ontwikkeling van het ledenaantal, om de kwaliteit, betaalbaarheid en continuïteit van de ziektevervanging te kunnen waarborgen. De ledenraad speelt in deze discussie en het besluitvormingsproces een belangrijke rol.

Jan Jacob ­ Belangrijk is dat het personeel goed bijgeschoold en opgeleid wordt zodat continuïteit op de bedrijven van de leden gewaarborgd is. Verder is Abiant op vele gebieden actief en vind ik het belangrijk om het succes van de Coöperatie gezamenlijk vast te houden.

De Abianter 10

Werken met machines en VCUWaar gehakt wordt, vallen spaanders. Werken met machines en levende have brengt risico’s met zich mee. Ook de agrarische medewerkers van Abiant ervaren dat. Gemiddeld zeven keer per jaar krijgt een Abianter een ongeluk tijdens zijn werk op de agrarische bedrijven met verzuim tot gevolg.

Samen zijn we verantwoordelijk voor een veilige werkplek en veilig werken, opdrachtgever, werkgever en werknemer. Abiant laat haar medewerkers goed voorbereid op pad gaan. Veel medewerkers volgen veiligheidscursussen, bijvoorbeeld vca en veilig werken met de heftruck en krijgen van Abiant persoonlijke

Veilig werken

beschermingsmiddelen uitgereikt zoals veiligheidsschoenen en werkhandschoenen. Een daarvoor opgeleide medewerker keurt jaarlijks de elektrische machines die de medewerkers van Abiant bij zich hebben.

Meerdere bedrijfsonderdelen van Abiant zijn VCU*­gecertificeerd. Een onderdeel daarvan is dat de buitendienstmedewerkers van Abiant wekelijks werkplekken bezoeken. Ze beoordelen of de werkplekken voldoen aan de veiligheidseisen. In 2011 was dat in 95% van de gevallen in orde. De meeste gebreken bij de overige 5% zijn ter plekke of binnen afzienbare tijd opgelost.

*VCU staat voor Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Uitzendbureaus.

Ongevallen die te maken hebben met werken met vee. Een hand of arm die beklemd raakt tussen een koe en hekwerk. Omver geduwd worden of een trap krijgen. De gevolgen zijn meestal (zwaar) gekneusde handen, armen en ribben. Handen die in machines komen met als gevolg gekneusde of gebroken vingers.

Uitglijden, struikelen en van de trap vallen.

1

2

3

TOP 3 van ongevallen in de afgelopen drie jaar

Ieder mens heeft behoefte aan waardering en aandacht. Oprechte aandacht loont. Het zorgt voor meer betrokkenheid. Een medewerker voelt zich prettiger en merkt dat hij belangrijk is voor het bedrijf. Aandacht is een goede manier om uw personeel gemotiveerd te houden.

Geef persoonlijke aandacht aan uw medewerker.

Geef een schouderklopje als iemand goed werk aflevert en toon belangstelling voor het werk van uw medewerker. Vooral voor jonge mensen die hun capaciteiten proberen te ontwikkelen is het krijgen van waardering en erkenning belangrijk. Aandacht voor de persoonlijke omstandigheden van medewerkers

“ Aandacht is een goede manier om uw personeel gemotiveerd te houden.”

zal doorgaans zeer op prijs worden gesteld. Denk aan verjaardagen en andere speciale gelegenheden. Betrek medewerkers bij het bedrijfsproces. Wees transparant over cijfers en problemen. Vraag hoe ze over bepaalde zaken denken en u zult verrast zijn over de praktische, bruikbare ideeën.

Personeelstip #2

11De Abianter 11

De ligboxenstal ombouwen tot een klimpark

Er wordt hard gewerkt in de voormalige ligboxenstal. De mestroosters zijn bedekt, de melkstal wordt omgebouwd tot keuken en de wanden zijn versierd met decorstukken van opera’s. Op 1 mei a.s. openen Ron Claassen en Siegrid Hekma hier Adventurepark Waddenfun, onder andere een indoor klimpark.

Stoppen met melkveeEen ligboxenstal ombouwen tot een klimpark, dat is niet een alledaags plan. Ron legt uit: “In 2010 vertrok onze medewerker. Siegrid en ik hebben onszelf toen de vraag gesteld, wat gaan we doen? Nemen we een nieuwe medewerker aan of stoppen we met de melkveetak? We kozen voor het laatste.”

Bedrijfsreportage Mts Claassen­Hekma

Siegrid Hekma en Ron Claassen in de verbouwde ligboxenstal met op de

achtergrond een poort uit het decor van opera Carmen.

Hoewel ze een redelijk melkquotum hadden, zagen ze de melkveebedrijven om zich heen groeien tot 1 miljoen kg quotum en meer. Daar voelden Ron en Siegrid niet voor. Ze hakten de knoop door. In december 2010 vertrokken de melkkoeien en in mei 2011 het laatste jongvee.

ZiekRon en Siegrid waren beiden lid van Abiant voor 50 uur per week. Na het vertrek van de melkkoeien lieten ze dat aanpassen naar 40 uur per week. Ron vertelt dat hij al lid was sinds hij in het bedrijf kwam. “Gelukkig had ik nog nooit gebruik van de reductieregeling hoeven maken.” In mei 2011 echter kreeg Ron gezondheidsklachten: vermoeidheid en hartritmestoornissen. Na diverse onderzoeken volgde in september 2011 de diagnose, sarcoïdose, een auto­immuunziekte. Gelukkig een milde variant met goede vooruitzichten op genezing.

De koeien zouden hun ogen uitkijken

De Abianter 12

BedrijfsgegevensDe maatschap Mts Claassen­Hekma in Wehe den Hoorn heeft 120 hectare grond. Het bouwplan ziet er als volgt uit:

75 ha wintertarwe 6 ha uien 14 ha suikerbieten 5 ha koolzaad voor zaaizaad 12 ha verhuur voor aardappelland 8 ha natuur, een pilotproject van NLN voor drie jaar

De ligboxenstal ombouwen tot een klimpark

Het werk op het land moest uiteraard doorgaan. “Het combinen begon en ik had hulp nodig. Een bedrijfsverzorger kwam en bleef tot augustus 2012 met uitzondering van de aardappelselectieperiode. De hulp was perfect net als het overleg met de planning op kantoor.” Ron heeft ook een arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov). “Die houd ik aan, want ik heb er al zoveel jaren voor betaald. Als ik opnieuw zou moeten kiezen, zou ik een hogere uren­ en kortingsgroep bij Abiant nemen en geen aov afsluiten. Dan ben je, denk ik, op termijn goedkoper uit.”

Wat is hier te beleven?Recreatie, dat is wel wat anders dan ploegen of koeien voeren. Toch hebben ze al ervaring met gasten en vakantiegangers. “We verhuren het voorhuis van de andere boerderij en een vakantiehuisje aan vakantiegangers en hebben een zorghotel. In dat laatste kunnen zieken en mantelzorgers terecht die er tussenuit willen. Zo nodig huren we ZZP­ers in voor de benodigde zorg.

Vaak vragen gasten: Wat is hier te beleven? Bij minder mooi weer is dat niet zo veel. Zo kwamen we op het idee van een klimpark in de ligboxenstal.” De ligboxenstal leent zich prima voor deze nieuwe bestemming. In 1991 brandde de stal af door blikseminslag. De stal werd herbouwd met zijmuren van maar liefst vier meter hoog en heeft veel lichtinval. Via veilingen wisten Ron en Siegrid decors van de opera’s Carmen, Aïda en Nabucco te bemachtigen om de stal ‘aan te kleden’. De koeien zouden hun ogen uitkijken.

Advertentie

De Abianter 13

Dit schooljaar is Jurrien Lalkens de stagiaire. Hij zit in het derde jaar van de vierjarige opleiding veehouderij aan het AOC Terra in Groningen. Kees vertelt dat er grote verschillen zijn in vaardigheden en kennis tussen de stagiaires. “Dat is niet erg. Motivatie vind ik het belangrijkste.” Dia vult aan dat het leuk is om de verschillen in karakter te zien en te ervaren. “Van stil tot de oren van je hoofd praten. Voor allemaal geldt dat ze bedeesd binnen komen en in de loop van het jaar steeds vrijer worden. Ik zeg wel eens voor de grap dat het tijd wordt voor een nieuwe stagiaire.”

Tot nu toe wordt Kees ieder jaar benaderd door een scholier die een stageplaats zoekt. “Sinds 2003 worden de koeien door een melkrobot gemolken. Dat kan ook een reden zijn dat we benaderd worden. Verder doen wij al het landwerk zelf (behalve hakselen) en ook bouwwerkzaamheden. We kiezen altijd voor iemand uit de buurt zodat de stagiaire niet intern hoeft. Dat geeft meer privacy voor ons en in het verleden voor ons gezin.”

Al 25 jaar biedt het bedrijf van Kees en Dia van Opstal in Schildwolde een stageplaats aan stagiaires. Ze houden Kees van Opstal ‘scherp’ en helpen hem bedrijfsblindheid te voorkomen. Bovendien zijn de extra handen welkom. Klussen waarvoor een tweede paar handen nodig is, doet Kees op de dag dat de stagiaire er is. Het onderwijs veranderde, maar de stagiaires bleven komen. Ieder jaar één.

Bedrijfsreportage Van Opstal

Stagiaires helpen bedrijfs­blindheid te voorkomen

Kees van Opstal geeft stagiaire Jurrien Lalkens uitleg.

“ Ik vind het goed als ze veel vragen. Het houdt mij scherp.”

De Abianter 14

Kees laat de stagiaires altijd langs komen voor een kennismakings­/sollicitatiegesprek. Dit heeft twee redenen: Kees wil weten wie hij het komende jaar gaat begeleiden en voor de scholier is het een goede oefening.

In de jaren dat Kees en Dia stagiaires hebben, zijn de agrarische sector en het onderwijs veranderd. Het aantal leerlingen aan de traditionele richtingen (akkerbouw en veehouderij) nam sterk af. Veel leerlingen kiezen voor de nieuwe richtingen: de jongens voor loonwerk en de meisjes voor de dieren, zoals paardenhouderij en dierverzorging. Kees heeft meerdere stagiaires van de paardenhouderijrichting gehad, maar dat was niet altijd een succes net als leerlingen van het lbo/vmbo. “Niet gemotiveerd genoeg” volgens Kees.

De stagiaires komen nu uitsluitend nog van de veehouderij­opleidingen van het mbo, zowel van de 2­, 3­ als 4­jarige opleiding. Hoewel het aantal leerlingen dat op het AOC voor de veehouderijrichtingen kiest sterk is teruggelopen, heeft Kees nog ieder jaar een stagiaire. Op de site van Aequor staan alle stageadressen die aan de voorwaarden van Aequor voldoen. “Zo moet je bhv (bedrijfshulpverlening) hebben en een rie (risico­inventarisatie en ­evaluatie) van je bedrijf. Iedere drie jaar komt iemand van Aequor langs. Dat is een goede zaak. Je bent je niet altijd bewust van de gevaren op je bedrijf.”

Wat ook verandert is volgens Kees, is dat er meer aan de stagiaires getrokken wordt door het thuisfront dan vroeger. “Bij inkuilen of mest rijden bijvoorbeeld, kunnen ze thuis moeilijk gemist worden. ‘Asfaltboeren’ (leerlingen die niet van een agrarisch bedrijf komen) zijn er bijna niet meer. Stage lopen is een onderdeel van school. Dit mag niet ter discussie staan” vindt Kees.

De stagiaires krijgen opdrachten mee van school. Afhankelijk van de opdracht komen dan de papieren van bijvoorbeeld de melkcontrole of de kuilonderzoeken op tafel. “Voor veel stagiaires is plannen en structuur aanbrengen nog moeilijk. Sommige vragen veel, andere weinig. Die laatsten probeer ik wel te prikkelen en uit te dagen. Ik vind het goed als ze

veel vragen. Het houdt mij scherp. Ik moet uit kunnen leggen waarom ik iets doe. Bijvoorbeeld bij de afweging tussen loonwerk of zelf doen. En je moet eerlijk zijn als bijvoorbeeld een aangeschafte machine je niet bevalt.”

Met veel stagiaires blijft er contact. Ze komen terug voor een vakantiebaan of als kalverkoopman. Vaak komt Kees ze later tegen als collega­boer. Pas kreeg hij het verzoek om een referentie voor een oud­stagiaire met emigratieplannen.Er wordt veel gelachen met de stagiaires. Zoals de stagiaire die geen plak stro in het kalverhok strooide maar een pak stro. Het kalf was bijna verdwenen. En de stagiaire die het niet nodig vond om een lasbril te dragen of zijn benen te beschermen. De volgende dag kwam hij met een zonnebril op en liep als een oude man.

BedrijfsgegevensDe mts van Opstal heeft:

135 melkkoeien 135 melkkoeien 125 stuks jongvee 50 ha grasland 14 ha maïsland

Er wordt 1,15 miljoen kg. melk geproduceerd met 2 lely melkrobots. Kees van Opstal is sinds 1986 lid van Abiant.

“ Er zijn grote verschillen in vaardigheden tussen de stagiaires. Dat is niet erg. Motivatie vind ik het belangrijkste.” Kees van Opstal

15De Abianter

Rondetafelgesprek

De instroom van nieuwe, jonge medewerkers in de agrarische sector. Is dat nu werkelijk een probleem? Waar ligt dat aan? En wat is een oplossing? Zes personen van verschillende organisaties in de agrarische sector gaan hierover met elkaar in discussie. We geven u graag een indruk van dit boeiende rondetafelgesprek dat plaatsvond in Congrescentrum Hanze Plaza in Groningen.

Het centrale onderwerp van het rondetafel­gesprek was de instroom van nieuwe en/of jonge medewerkers in de agrarische sector. Hoe groot is het probleem? Wat kan de sector doen om de instroom te bevorderen? Hoe zit het met het imago van de sector? Wat kan de overheid doen? Genoeg stof om te bediscussiëren. Aan de hand van een aantal stellingen kwamen de tongen los.

De instroom van nieuwe, jonge medewerkers is een probleem

Waar* Niet waar* *Kruis aan wat van toepassing is

Welke organisaties praten mee?

Gronings Agrarisch Jongeren KontactHet Gronings Agrarisch Jongeren Kontact (GrAJK) behartigt de belangen van de agrarische jongeren in de provincie Groningen. Het GrAJK telt op dit moment zo’n 500 leden.

Steven van der Weerd heeft met zijn ouders een melkveebedrijf in Aduard. Daarnaast is hij bestuurder bij GrAJK.

De Abianter16

De onwetendheid tussen boer en burger is groot Frans Keurentjes: ‘Ja, daar ben ik het mee eens. Boeren en burgers hebben een heel ander beeld van wat het boerenbedrijf en het werken daar inhoudt. Er is bij burgers veel onwetendheid.’

Jan Guerand: ‘Dat heeft te maken met het imago van de sector. Of eigenlijk: het ontbreken van een eenduidig imago. De burger wil een biologische kip, maar de consument wil de plofkip. En dat komt niet samen.’

Metske Kloppenburg: ‘Persoonlijke voorkeuren moeten niet tot het probleem van de sector worden gemaakt. Zo kan ik mij voorstellen dat je als burger geen mega­stal in je straat wilt hebben, maar niet iedereen zal hier moeite mee hebben.’

Perceptie is niet de werkelijkheidFrans Keurentjes komt terug op zijn mening en is het misschien juist niet eens met de stelling. ‘Was het maar onwetendheid. Dan konden we er nog iets aan doen met voorlichting. Maar dat is niet zo. Wat zijn de argumenten waarop iemand een beroepskeuze maakt? Dat heeft toch te maken met beelden en perceptie en minder met werkelijkheid.’

Klaas Jan Wenning: ‘Het heeft ook te maken met het gevoel dat mensen tegenwoordig voor de landbouw hebben. Vroeger was het gebruikelijk dat er een paar kinderen uit boerengezinnen bij je in de klas zaten. Tegenwoordig is dat niet

meer zo. Het aantal boerderijen is flink verminderd door de schaalvergroting. Minder mensen komen in contact met boerenbedrijven. En zo komen ze ook minder snel op de gedachte om binnen die sector te gaan werken. Misschien is de schaalvergroting wel debet aan het probleem?’

De aanwezigen erkennen dat de zichtbaarheid, en daarmee waarschijnlijk de aantrekkelijkheid, van de sector sterk verminderd is.

Klaas Jan Wenning: ‘De metaalsector heeft ook dat probleem gekend. Vanuit thuis werd een technische opleiding ontmoedigd, je kon beter iets anders gaan doen. Die sector heeft zich destijds goed georganiseerd en veel aan promotie gedaan.’

Toch negatief imago?Er lijkt toch sprake te zijn van een negatief imago en dat dit de basis is van het probleem. En het idyllische beeld van Boer Zoekt Vrouw kan daar niet veel aan verhelpen. Een boerenbedrijf staat voor hard werken, 24 uur per dag, 7 dagen per week. Jarenlang hebben we alleen maar gesproken over de kostprijs van een liter melk en de prijs voor een kilo aardappelen. Dat lijkt de sector geen goed te hebben gedaan.

Steven van der Weerd: ‘Je krijgt als sector geen goed imago als je product continu onder prijsdruk lijkt te staan. Dat het lijkt alsof je alleen daar mee bezig bent als boer.’

Jan Guerand vult aan: ‘Gelukkig wordt de laatste jaren steeds meer gedacht in termen van meerwaarde. Het gaat bij de producten uit de agrarische sector nu ook over duurzaamheid, natuurbeheer en milieu.’

De instroom in het onderwijs blijft uit, omdat de agrarische sector te weinig carrièreperspectief biedtHelèn van den Helm geeft aan dat het AOC Terra op dit moment ruim 900 leerlingen heeft, waarvan 350 leerlingen instromen in een van de agrarische onderdelen (akkerbouw, veehouderij, groen, grond&infra). Het grootste deel van deze leerlingen zit op niveau 2. En dat terwijl er juist in het midden­management (niveau 3 en 4) een gat dreigt te ontstaan.

Jan Guerand: ‘De sector is heel erg divers, maar de doorstroom van het ene bedrijf naar een ander bedrijf is niet vanzelfsprekend. En al helemaal niet als die zich met een ander product

Welke organisaties praten mee?

AOC TerraHet AOC Terra is een opleidingscentrum dat VMBO­Groen, Het Groene Lyceum, MBO en volwassenenonderwijs (TerraNext) aanbiedt in de provincies Drenthe, Groningen en Friesland. De opleidingen hebben een ‘groen karakter’, wat inhoudt dat de opleidingen te maken hebben met groen, voeding, dier, natuur & milieu.

Helèn van den Helm is Teamleider Landbouw bij het AOC Terra in Groningen. Daarnaast komt ze zelf uit de sector; ze is boerendochter.

AequorAequor houdt een register bij van alle erkende leerbedrijven in de groene sector. Aequor biedt als kenniscentrum oplossingen voor knelpunten op de arbeidsmarkt binnen het domein voedsel en leefomgeving. Dit doen zij door het optimaal op elkaar afstemmen van bedrijfsprocessen, arbeidsmarkt­ en onderwijsontwikkelingen.

Klaas Jan Wenning is Bedrijfsadviseur bij Aequor. Hij bezoekt en begeleidt leerbedrijven en doet onderzoek.

17De Abianter

bezighoudt. Een tomatenkweker is geen paprikateler. Er lijken geen logische vanzelfsprekende carrièreperspectieven te zijn.’

Metske Kloppenburg: ‘Lijken inderdaad. Want ik denk dat die er zeker wel zijn. Als je bereid bent om na een aantal jaren aan bijscholing te doen, dan liggen er veel kansen voor je open, zowel landelijk als internationaal. Vooral binnen de grotere bedrijven. Dan denk ik aan vertegen­woordigers of adviseurs.’

Steven van der Weerd: ‘Maar dat moet dan wel voor het voetlicht gebracht worden. Kijk, ik heb mijn pad al uitgezet. Ik ga uiteindelijk het bedrijf overnemen. Maar voor veel jongeren, die deze mogelijkheid niet hebben, ligt dat anders.

Mijn ervaring is dat binnen de opleiding wel steeds meer aandacht is voor de facetten van het ondernemerschap.’

De sector moet open staan voor andersoortige arbeidsmarktgroepen.Volgens Steven van der Weerd is het typische boerenbedrijf allang geen gezinsbedrijf meer. Familiebedrijven komen nog veel voor, maar dan in moderne zin. De vrouw des huizes is geen boerin, maar heeft een eigen carrière.

Metske Kloppenburg reageert dat het aandeel ingehuurd personeel tegen woordig groot is.

Klaas Jan Wenning: ‘De tijd dat iedereen aan de keukentafel zat te eten is voorbij. Een boerenbedrijf heeft tegenwoordig gewoon een kantine. Het traditionele boerenbedrijf heeft zijn langste tijd gehad.’

Het is al eerder besproken: de ‘natuurlijke’ instroom is niet meer vanzelfsprekend. Maar wat zijn dan mogelijkheden? Meer mensen werven uit bevolkingsgroepen die niet traditioneel in de agrarische sector zitten? Helèn van den Helm: ‘Het AOC heeft daar wel eens naar gekeken. Bijvoorbeeld om te onderzoeken of allochtonen een groep kunnen zijn waar wij ons op moeten richten. Dit bleek helaas niet het geval te zijn. In het land van herkomst heeft ‘boer zijn’ een beetje de status van mislukking.

Een agrarische ondernemer moet van alle markten thuis zijnHelèn van den Helm heeft het gevoel dat de opleidingen qua inhoud wel aansluiten op wat gevraagd wordt. Daar steekt het AOC ook veel energie in. Ze proberen de opdrachten voor hun leerlingen uit de regio te halen. Ze zijn bezig met het project ‘Stadsboerderij’ waarbij ze de leerlingen de mogelijkheid van een stadsboerderij op het Suiker Unie terrein laten onderzoeken en uiteindelijk ook mee laten runnen.

Helèn van den Helm: ’We proberen steeds meer buiten de school aanwezig te zijn.’

Steven van der Weerd herkent dit. Zijn bedrijf heeft regelmatig stagiaires vanuit de opleiding. Hij ziet verbetering in de kwaliteit van de leerlingen.’ Frans Keurentjes: ‘Het is complex aan het worden. Tegenwoordig moet je van veel markten thuis zijn om een boerenbedrijf te runnen. Operationeel, tactisch, strategisch. Je moet een hands­on mentaliteit hebben en ook een gesprekspartner voor je bank kunnen zijn. Die facetten komen niet allemaal goed uit de verf in de opleiding. Daar kan nog meer in worden geïnvesteerd.’

Steven beaamt dit, maar geeft ook aan dat dit lastig is om te realiseren. ‘Per bedrijf verschilt de behoefte. De een wil extra handjes de ander iemand die meedenkt over de bedrijfsvoering.

Ministerie van Economische ZakenHet ministerie staat voor een ondernemend Nederland met oog voor duurzaamheid en zet zich in voor het ondernemersklimaat. Ze creëert randvoorwoorden en geeft ondernemers ruimte om te groeien. Ze stimuleert de samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers. Het Ministerie bouwt ook aan topposities in de landbouw.

Jan Guerand is Sr. Beleids medewerker. Hij houdt zich bezig met de aansluiting op het bedrijfsleven van opleidingen in het agrarisch onderwijs voor de primaire productie, verwerking en afzet.

Provincie GroningenDe Provincie Groningen is begaan met de agrarische sector in haar Provincie. De agribusiness is tot een van de kansrijke sectoren in de Provincie benoemd. Daarnaast wil de Provincie investeren in duurzamere landbouw.

Frans Keurentjes is Statenlid Provinciale Staten, heeft een landbouwbedrijf en is Bestuurder bij Friesland Campina.

De Abianter 18

Als niets meer lukt, kan je altijd nog op je eigen grond groente verbouwen of vee nemen. Hoewel het hier in Nederland natuurlijk heel anders is, is de sector daardoor niet populair. ‘

Metske Kloppenburg: ‘Als je kijkt naar de lonen, dan zit een bedrijfsverzorger (mbo niveau 4) op hetzelfde salarisniveau als medewerkers in de bouw, een politieagent op straat of iemand in de metaalsector. Het salaris is dus niet het probleem.’

Frans Keurentjes: ‘Voor de uitvoerende werkzaamheden (niveau 2) worden medewerkers uit Oost­Europa gehaald. Ik denk niet dat daar het probleem zit. Het probleem zit echt in de middenlaag. Op het niveau van bedrijfsleider.’

Helèn van den Helm: ‘Zoals eerder gezegd is de instroom van de hogere niveaus een probleem. Veel van de leerlingen die dat niveau hebben gaan het HBO in en kiezen minder snel voor een agrarische opleiding.’

De overheid moet zich sterker maken.Jan Guerand reageert direct. Hij geeft aan dat het onderwerp van de instroom heel erg leeft bij het Ministerie. De sector is weliswaar krimpend, maar de uitstroom van mensen is nog groter. Er komen dus tekorten. Op dit moment kan de vraag naar productiemedewerkers nog worden ingevuld met medewerkers uit het buiten land. Maar de hogere niveaus kunnen daarmee niet worden gevuld.

Jan Guerand: ’De overheid doet al veel. Er zijn middelen beschikbaar gesteld aan het bedrijfsleven en de overheid heeft twee agrarische sectoren benoemd binnen de negen topsectoren van de Nederlandse economie: Agri&Food en Tuinbouw. De overheid hoeft niet voor te schrijven wat het bedrijfsleven moet willen. Zij schept voorwaarden. Het bedrijfsleven is nu zelf aan zet.’

De sector moet zich verenigenKlaas Jan Wenning vraagt zich af of men in de sector het probleem wel voldoende beseft. ‘Ik kom regelmatig bij bedrijven en we doen veel onderzoek naar dit onderwerp. Als ik met sommige boeren daarover praat, merk ik dat ze het probleem niet onderkennen. Ze zijn zich nog niet bewust van dit probleem en ze weten niet goed wat er gaande is. Aequor probeert bedrijven wel bewust te maken.’

Frans Keurentjes: ‘Maar zelfs als de sector het doorheeft, dan nog zou ze zich veel beter rond dit probleem moeten verenigen. Er gebeurt hier en daar wel iets, maar we zijn niet georganiseerd op dit vlak en er is geen samenhang tussen de verschillende initiatieven.’

Metske Kloppenburg: ‘Dat komt waarschijnlijk ook doordat de sector zo breed is. Partijen binnen de agrarische sector staan verder van elkaar af dan in andere sectoren. Hebben soms ook andere belangen. Dat maakt het lastig krachten te bundelen.’

Door de aanwezigen wordt de huidige campagne van de binnenvaart aangehaald. Waarin via TV­spots mensen enthousiast gemaakt worden om in de sector te werken. De pro­activiteit wordt gewaardeerd, hoewel de aanwezigen beseffen dat niet alleen een tv­campagne het verschil kan gaan maken.

Metske Kloppenburg: ’We moeten af van onze reactieve manier van werken. In onze sector reageren we vooral op incidenten. We moeten het juist omdraaien en het gesprek bepalen.’

Jan Guerand en Frans Keurentjes sluiten het gesprek af met prachtige uitspraken die iedereen zou moeten horen.

Jan Guerand: ‘Mensen beseffen vaak niet wat een kennis wij in Nederland in de agrarische sector hebben. Een voorbeeld zijn de zaden die wij hier ontwikkelen. Onze zaden gaan de hele wereld over. Daar zit zoveel kennis in, dat is bijna niet te geloven. Voor kwaliteit moet je in Nederland zijn.’

Frans Keurentjes: ‘Ander voorbeeld: melken en melkpoeder maken kunnen ze overal. Maar alleen wij slagen er in melkpoeder te maken die zo goed is dat daar in het buitenland 25 euro per kilo voor wordt betaald.’

Ook een mening over dit onderwerp? Wilt u reageren?Twitter: @abiantwerkt

Abiant Abiant is een grote personeels bemiddelaar. Actief in Noord­Nederland en Noord­Duitsland in meerdere sectoren. Voor het leveren van arbeid in de agrarische sector heeft Abiant medewerkers met verschillende opleidings­ en ervaringsniveaus en uiteenlopende specialisaties. De laatste jaren ziet Abiant dat vraag en aanbod minder goed aansluiten. Om de instroom te bevorderen heeft Abiant o.a. een project met het AOC Terra gedaan: Young Farmers. Abiant wil de sector graag enthousiasmeren om met het thema instroom aan de slag te gaan.

Metske Kloppenburg is Directeur van Abiant NL BV en is van alle facetten van het boerenbedrijf op de hoogte.

19De Abianter

Medewerker in beeld

“Na de LTS en de MAS ging ik thuis op het melkveebedrijf werken” vertelt Bauke. “Het bedrijf was niet groot en ik vroeg me af of er wel genoeg toekomstmogelijkheden waren.”

Bauke besloot na vijf jaar een andere weg in te slaan. Hij kwam in dienst van de Agrarische Unie en werd monteur en verkoper van Fullwood melkmachines. Na vier jaar, het is inmiddels 1992, vertrok hij naar Overijssel om vertegenwoordiger te worden voor Timac. Het was een Frans bedrijf dat kunstmest en mineralen verkocht. Zo snel als Timac groeide, kromp het vervolgens weer.

Het leek Bauke beter om een andere werkgever te zoeken. Hij kwam terecht bij Hendrix veevoeder en kreeg een werkgebied toegewezen in Groningen en Friesland. “Ik moest veel ‘koude’ acquisitie doen. Het was niet de leukste periode uit mijn loopbaan maar wel een leerzame.”

Naar AbiantAlle ervaringen opgedaan in zijn eerdere banen bracht Bauke mee naar Abiant waar hij bedrijfsverzorger werd. “In 2001 zat ik drie maanden op kantoor als planner, net in de periode van de mkz­uitbraak. Het was daardoor moeilijker om op bedrijfsbezoek te gaan” blikt Bauke terug. “Het werd voorjaar en ik zat iedere dag op kantoor achter de computer. Het begon te kriebelen. Zo erg dat ik weer bedrijfsverzorger wilde worden.”

Behalve tussen de koeien werkt Bauke meerdere maanden per jaar in de milieutechniek. Voor Royal Haskoning verricht hij grondboringen, plaatst peilbuizen en neemt water­ en slibmonsters. Daarnaast keurt Bauke elektrische handgereedschappen voor diverse bedrijven. De afwisseling in het werk, de contacten met verschillende mensen en het buiten bezig zijn, blijven boeien.

Na diverse banen vond Bauke Jilderda in 1998 bij Abiant zijn ideale baan. Met koeien, afwisseling en veel zelfstandigheid. Na tien jaar was Bauke terug tussen de koeien waar hij in 1988 afscheid van had genomen. Maar nu met de afwisseling van ander, niet-agrarisch werk.

“ Met verschillende mensen en het buiten bezig zijn, blijven boeien.”

Industrieweg 39Postbus 109780 AA BEDUMt 050 317 26 60e [email protected]

Abiant is in de agrarische sector de grootste personeels bemiddelaar in de regio. Abiant heeft voor bijna alle personeelsvraagstukken een oplossing. Bij ziekte, arbeidspieken en een structureel arbeidstekort. Abiant levert flexibele werkversterking. Speciaal voor ondernemers in de agrarische sector heeft Abiant diverse specialistische diensten ontwikkeld. Abiant is een coöperatie en heeft ongeveer 1.500 leden verdeeld over Nederland en Duitsland.

Bauke Jilderda