Centraal College specialismen farmacie Overeenkomstig de Regeling Specialismen Farmacie maakt het CC...
Click here to load reader
Transcript of Centraal College specialismen farmacie Overeenkomstig de Regeling Specialismen Farmacie maakt het CC...
Centraal College specialismen farmacie
Jaarplan 2017
1. Inleiding
Dit is het jaarplan van het Centraal College specialismen farmacie, kortweg het Centraal College (CC) genoemd.
Het CC in relatie tot de KNMP
Het CC is een privaatrechtelijk vormgegeven regelgevend orgaan van de Koninklijke Nederlandsche
Maatschappij tot bevordering der Pharmacie (KNMP), de beroepsorganisatie van apothekers, als bedoeld in
artikel 14, tweede lid, onder d van de Wet BIG.
De KNMP voert naast verenigingstaken voor haar leden ook een aantal wettelijke taken uit voor alle
apothekers in Nederland. Deze werkzaamheden betreffen regelgeving voor de opleiding en registratie van
apotheker specialisten. Voor de uitvoering van deze taken heeft de KNMP conform artikel 14 van de Wet op de
beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG) twee organen ingesteld:
• het Centraal College (CC)
• de Specialisten Registratie Commissie (SRC)
Het CC wordt bijgestaan door een secretaris vanuit de KNMP. De secretaris van het CC is tevens adviserend lid
van het Centraal College.
De kosten van het CC worden deels gedekt door een instellingssubsidie die jaarlijks door het ministerie van
VWS wordt verstrekt.
Taken
Conform de Regeling Specialismen Farmacie (RSF) heeft het Centraal College (CC) tot taak/bevoegdheid:
• Het aanwijzen (of intrekken) van deelgebieden der farmacie als specialisme of profiel;
• het vaststellen van criteria op grond waarvan deelgebieden van de farmacie als specialisme of profiel kunnen
worden aangewezen of opgeheven;
• Het instellen (of intrekken) van een register behorend bij een specialisme;
• Het vaststellen van de titel die een beoefenaar van een specialisme of profiel mag voeren;
• Het instellen of intrekken van één of meer opleidingsregisters;
• Het vaststellen van de eisen waaraan een opleiding tot specialist moet voldoen;
• Het vaststellen van de eisen waaraan (plv.) opleiders en opleidingsinstellingen moeten voldoen;
• Het vaststellen van de eisen voor (her(nieuwde)) registratie in het register, alsmede het vaststellen van de
niet in de Wet BIG genoemde gronden voor doorhaling en schorsing van de inschrijving;
• Het omschrijven van de gelijkgestelde werkzaamheden;
• Het vaststellen van de voorwaarden aan registratie, herregistratie en hernieuwde inschrijving;
• Het bij de Minister indienen van een verzoek om een specialistentitel aan te merken als wettelijk erkende
specialistentitel, zoals bedoeld in artikel 14, eerste lid van de Wet BIG.
Voordat het CC een besluit neemt, consulteert het conform de RSF de relevante wetenschappelijke
vereniging(en) en SRC-kamer(s) en zo nodig het KNMP-bestuur.
Samenstelling
Het CC bestaat uit elf gewone leden (verdeeld over de huidige twee specialismen: ziekenhuisfarmacie (ZF) en
openbare farmacie (OF)) en zeven adviserende leden, waaronder de secretaris. De gewone leden van het CC
worden benoemd door het KNMP-bestuur op voordracht van de wetenschappelijke vereniging of het
vertegenwoordigd orgaan. De voorzitter wordt benoemd door het KNMP-bestuur op voordracht van het CC in
overleg met de wetenschappelijke verenigingen.
Per januari 2017 bestaat het CC uit de volgende leden:
Gewone leden
Specialist ZF drs. H. Spijker
drs. T. Visser
drs. N.J.J. Oldenhof
Specialist OF mevr. drs. E.C. van Roosmalen – de Feijter
mevr. drs. J. Wisse
vacature
Specialist ZF/docent RUG prof. dr. J.G.W. Kosterink
Specialist OF/docent UU dr. J. Riezebos
Specialist ZF/docent RUL mevr. dr. K.B. Gombert-Handoko
Namens AIOS-ZF mevr. N. van Rein Msc
Namens ApIOS (OF) S.G.L. Joosten MSc
Adviserende leden
Opleidingsdirecteur ZF dr. R.M. van Hest
Opleidingsdirecteur OF dr. A. Floor-Schreudering
Namens werkgevers ZF vacature
Namens werkgevers OF dr. R.H.A. Sorel
Secretaris CC mevr. M.J.N. Groothand
Secretaris SRC-ZF mevr. M.J.N. Groothand
Secretaris SRC-OF mevr. mr. S. Coppes
Dr. F.J. van de Vaart, voormalig secretaris van het CC, is medio 2016 benoemd als technisch voorzitter ad
interim, gedurende de onmiddellijk in gang gezette werving van een nieuw lid/ beoogd voorzitter van het CC, in
verband met plotselinge ziekte van de toenmalig voorzitter.
Verantwoording
Overeenkomstig de Regeling Specialismen Farmacie maakt het CC jaarlijks voor 15 maart een jaarverslag, dat
aan de besturen van de wetenschappelijke verenigingen en de kamers van de SRC wordt gezonden en op de
website van de KNMP wordt gepubliceerd.
2. Terugblik 2016
Hoogtepunten
In 2016 waren de hoogtepunten voor het CC:
• De wettelijke erkenning van het specialisme openbare farmacie en daarmee bescherming van de titel
van openbaar apotheker.
• De vaststelling van ELOZ III, het landelijk opleidingsplan voor de opleiding tot ziekenhuisapotheker
zoals in afstemming met het CC opgesteld door de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers
(NVZA).
• Het van kracht worden van Besluit Opleidingseisen Ziekenhuisfarmacie, dat op basis van ELOZ III door
het CC is opgesteld en vastgesteld, tegelijk met een bijbehorende Overgangsregeling.
• De herziening van het Besluit Buitenslands gediplomeerden o.b.v. Europese wetgeving.
Beleidsagenda
In 2016 heeft het CC in een aantal sessies een start gemaakt met het opstellen van een beleidsagenda voor
2017 en verder. In deze bijeenkomsten zijn vier clusters benoemd, t.w. specialisatie/differentiatie,
kwaliteitsverbetering specialistenopleidingen, competentiebehoud/ontwikkeling specialisten en rol/werkwijze
van het CC.
3. Beleid en uitvoering 2017 e.v.
Begin 2017 is een beleidssessie georganiseerd, waarin door het CC de beoogde doelen en resultaten zijn
gekozen en geprioriteerd. Deze worden vervolgens uitgewerkt in concrete plannen, waarbij afstemming met
relevante veldpartijen een belangrijk aandachtspunt is.
(Sub)specialisatie/differentiatie
Het CC signaleert dat er ontwikkelingen zijn in de professie die meer vormen/uitingen van aantoonbare
deskundigheid op onderdelen van de beroepsuitoefening wenselijk kunnen maken. Voorbeelden zijn reeds
bestaande erkende opleidingen/aantekeningen zoals klinische farmacologie en daarnaast klinische
differentiaties (bijv. oncologie, kindergeneeskunde, infectieziekten) en meer traditionele farmaceutische
differentiaties (bijv. bereidingen en laboratorium) in de ziekenhuisfarmacie, de poliklinische farmacie, en in de
openbare farmacie de geriatrisch apotheker. Aantoonbare deskundigheid kan op diverse manieren invulling
krijgen, zoals door middel van differentiatie in de opleiding, of “life long” door middel van een profielregister of
een formeel specialisme. Het CC acht het niet passend om hieromtrent “top down” activiteiten te ondernemen,
maar ziet wel een stimulerende rol voor zichzelf: bij het structureren en inzichtelijk maken van feitelijk
bestaande (verschillen in) deskundigheid zijn zowel patiënt en samenleving als beroepsbeoefenaren zelf
gebaat.
Het CC wil (latente) behoeften op dit gebied nader inventariseren en zal daartoe in overleg treden met de
wetenschappelijke verenigingen en de KNMP. Met betrekking tot de differentiaties in de opleiding tot
ziekenhuisapotheker laat het CC zich in 2017 door de NVZA over de ontwikkelingen informeren ten behoeve
van zijn beleidsbepaling voor 2018 en verder.
Opleiding tot specialist
Ziekenhuisfarmacie
Naar aanleiding van het in 2016 van kracht geworden gewijzigd Besluit Opleidingseisen Ziekenhuisfarmacie zijn
er geluiden vanuit het veld dat de mogelijkheden binnen het Besluit als te beperkt worden ervaren. Door de
SRC zijn knelpunten gesignaleerd met betrekking tot de handhaafbaarheid.
Het CC wil in 2017 het Besluit evalueren en aan de hand van een knelpuntenanalyse in goed overleg met de
NVZA en SRC-Ziekenhuisfarmacie tot een actualisering van het Besluit komen.
Openbare farmacie
Het CC monitort vanuit zijn verantwoordelijkheid als regelgevend orgaan ten aanzien van de specialismen maar
ook vanuit zijn visie op postacademisch opleiden en deskundigheidsbevordering in 2017 het ontwikkeltraject
omtrent de professionalisering van (erkenning van) opleidingsplaatsen in de openbare farmacie, dat is ingezet
naar aanleiding van de wettelijke erkenning van het specialisme openbare farmacie. De mogelijkheden worden
deels bepaald door de wijze waarop de opleiding wordt gefinancierd. De KNMP zet in op een
financieringssysteem waarbij de financiële lasten van de opleiding niet langer geheel voor rekening van de
opleider komen. Het financieringstraject is niet alleen bepalend voor de mate van voortvarendheid waarmee
de professionaliseringsslag kan worden vorm gegeven, maar vraagt ook om een gedegen plan met beoogde
eindresultaten en bijbehorend tijdpad. Zodra blijkt dat de bestaande regelgeving niet toereikend is, zal het CC
actie ondernemen om deze aan te passen. Het CC zal hiervoor voortdurend in overleg blijven met de SRC OF en
de WSO.
Herregistratie
Het CC stelt de eisen vast met betrekking tot de herregistratie, maar deze moeten worden gedragen door de
beroepsgroep (de wetenschappelijke vereniging) en worden gehandhaafd door de SRC. In zijn besluit
Registratie en Herregistratie heeft het CC bovendien bepaald, dat de wetenschappelijke vereniging advies geeft
ten aanzien van nader te stellen eisen aan het minimum of maximum aantal uren al naar gelang de aard en
vorm van de deskundigheidsbevordering.
Mede met het oog op de verwachte aanvullende eisen aan de BIG-herregistratie met betrekking tot
deskundigheidsbevordering, waarvan het voorstel van VWS op korte termijn wordt verwacht, acht het CC het
van belang om de herregistratie-eisen voor de specialismen tegen het licht te houden en zo nodig aan te
scherpen. De eisen aan herregistratie voor het specialisme mogen immers niet lager worden gesteld die voor
herregistratie van het basisberoep.
Tevens zou een harmonisatieslag gemaakt kunnen worden tussen de twee erkende specialismen, waarvan
momenteel de openbare farmacie specifiekere eisen kent qua invulling van de deskundigheidsbevordering,
door maxima te stellen aan categorieën nascholing. Beide specialismen kennen nog geen minima. Het CC ziet
instrumenten als intervisie, 360gr feedback en de indeling in competenties (Can MEDs 2015) als wenselijke
toevoeging.
In 2017 wil het CC in samenwerking met de wetenschappelijke verenigingen NVZA en WSO tot een uitwerking
komen.
Bij alle beleidsontwikkelingen zullen de beide Opleidingsdirecteuren, die als adviserend lid deel uitmaken van
het CC, een belangrijke rol spelen.
Functioneren CC
In 2017 wil het CC ook een kritische blik werpen op zijn eigen functioneren. In het streven van het CC naar
verbetering zijn belangrijke aandachtspunten het formuleren en uitdragen van een visie vanuit zijn eigen
domein (die uiteraard aansluit op de visie op het beroep zoals verwoord in het Handvest van de apotheker),
het (jaarlijks) opstellen van een jaarplan, het overleggen met veldpartners zoals wetenschappelijke
verenigingen over beleidsdossiers en ieders rol daarin, een efficiëntere en effectievere besluitvorming en meer
transparantie richting beroepsbeoefenaren door een verbeterde communicatie. Het CC zal daartoe een
communicatieplan opstellen.