BZL-inspiratie

68
PAV: voorbeelden BZL 1/4 In dit document vind je een aantal voorbeelden van BZL-opdrachten voor algemene vakken. Deze opdrachten zijn allen ontwikkeld in functie van lessen in het VTI-Kortrijk en maken meestal deel uit van een uitgebreider pakket. Ze dienen als inspiratie bij het ontwerpen van een eigen BZL-bundel en zijn dus zeker ter verbetering vatbaar. Overzicht BZL zonder ICT - Vlakke figuren (2 pagina’s) - Oefenfiche diagrammen (2 pagina’s) - Opdrachtenfiches omzetten (8 pagina’s) - Opdrachtenfiche alcohol (2 pagina’s) - Taalhandeling (6 pagina’s) - Werkwoordenboekje (14 pagina’s) Overzicht BZL met ICT - Doelopdracht linkenoverzicht (4 pagina’s) - Ik wil een brommer (10 pagina’s) - Steropdrachten (6 pagina’s) Overzicht instrumenten voor BZL - Een presentatie maken (2 pagina’s) - Een schriftelijk verslag maken (3 pagina’s) - Uittreksel BZL-boek (2 pagina’s) PAV Inspiratievoorbeelden BZL

description

Inspirerende voorbeelden van BZL-opdrachten.

Transcript of BZL-inspiratie

Page 1: BZL-inspiratie

PAV: voorbeelden BZL 1/4

In dit document vind je een aantal voorbeelden van BZL-opdrachten

voor algemene vakken. Deze opdrachten zijn allen ontwikkeld in

functie van lessen in het VTI-Kortrijk en maken meestal deel uit van

een uitgebreider pakket. Ze dienen als inspiratie bij het ontwerpen

van een eigen BZL-bundel en zijn dus zeker ter verbetering vatbaar.

Overzicht BZL zonder ICT

- Vlakke figuren (2 pagina’s)

- Oefenfiche diagrammen (2 pagina’s)

- Opdrachtenfiches omzetten (8 pagina’s)

- Opdrachtenfiche alcohol (2 pagina’s)

- Taalhandeling (6 pagina’s)

- Werkwoordenboekje (14 pagina’s)

Overzicht BZL met ICT

- Doelopdracht linkenoverzicht (4 pagina’s)

- Ik wil een brommer (10 pagina’s)

- Steropdrachten (6 pagina’s)

Overzicht instrumenten voor BZL

- Een presentatie maken (2 pagina’s)

- Een schriftelijk verslag maken (3 pagina’s)

- Uittreksel BZL-boek (2 pagina’s)

PAV Inspiratievoorbeelden BZL

Page 2: BZL-inspiratie

PAV: voorbeelden BZL 2/4

BZL zonder ICT

- Vlakke figuren (2 pagina’s)

Een begeleidend blad bij de cursus waarin leerlingen standaardoefeningen maken met vraagstukjes

over omtrek en oppervlakte. Dit blad vormt de rode draad tijdens het oefenen en als leerlingen de

oefeningen zelf corrigeren met een correctiesleutel.

- Oefenfiche diagrammen (2 pagina’s)

De fiches op een A5-formaat worden in een doos bewaard. Leerlingen komen vooraan om een

opdracht die bij hun leerpunten aansluit. Deze voeren ze uit. Ze komen terug bij de leraar die samen

met de leerling de correctie bekijkt.

- Opdrachtenfiches omzetten (8 pagina’s)

Deze fiches vormen een uitgebreider geheel waarin theorie en oefeningen gecombineerd worden.

Leerlingen die meer oefening nodig hadden dan de basisreeks op de fiche, konden deze krijgen.

- Opdrachtenfiche alcohol (2 pagina’s)

Deze fiches op een A5-formaat worden in een doos bewaard. Leerlingen krijgen een overzicht en

komen vooraan om de fiche die ze eerst willen maken. De meeste fiches moesten verplicht worden

uitgevoerd. De leraar heeft een correctiesleutel.

- Taalhandeling (6 pagina’s)

In de lessen Nederlands vormen de Taalhandelingen een hoofdstuk in het leerwerkboek van de

leerlingen. Daarbij hoorde ook nog een tekstboek. De oefeningen die leerlingen zelfstandig konden

uitvoeren, werden gebundeld in deze BZL-opdracht. Daarbij werd een overkoepelende opdracht

uitgewerkt. Deze is deels met ICT, maar de meeste lesuren waren in een leslokaal zonder PC.

- Werkwoordenboekje (14 pagina’s)

Dit boekje werd in A5-formaat gemaakt en vormt opnieuw een voorbeeld van theorie + oefening.

Wanneer een leerling te veel fouten maakt in de eerste oefening, mag hij of zij nog niet verder naar

de volgende reeks, maar kreeg hij extra oefeningen aansluitend bij het eerste deeltje. Op die manier

doorlopen leerlingen dit boekje op hun tempo, waarbij iedere leerling andere extra opdrachten

uitvoerde. Dit boekje vormde een houvast en een rode draad.

PAV Inspiratievoorbeelden BZL

Page 3: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 12 Davy Mortier

Evaluatie opdrachten thema “Vlakke figuren” TOTAAL / 25

/ 15 Opdr. Oplossing Eigen

verbetering Grootste fout Controle

leerkracht

1 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

2 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

3 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

4 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

5 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

6 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

7 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

8 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

9 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

10 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

11 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

12 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

13 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

14 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

15 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

16 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.1 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.2 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.3 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.4 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.5 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.6 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.7 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.8 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

17.9 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.1 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.2 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.3 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.4 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.5 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

18.6 OK – NOK OK – NOK a – b – c – d – e – f – g OK - NOK

Meest voorkomende fouten: a) Geg – gevr – opl (+ onderlijning) b) Afronding c) Eenheid vergeten d) Rekenfout e) Interpretatiefout probleem f)Opdracht niet grondig gelezen g) Andere fouten

Page 4: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 13 Davy Mortier

Attitude-evaluatie: / 10 Door de leerkracht in te vullen: Het maken: - alle opdrachten gemaakt 1 - enkele extra opdrachten gemaakt 1 - opgelost zoals gevraagd – netheid 1 Correctie: - met een kleur de fouten doorstreept en ernaast gecorrigeerd 1 - alle fouten aangeduid en alle aangeduide fouten juist gecorrigeerd 3 - alle fouten aangeduid maar niet alle aangeduide fouten juist gecorr. 2 - niet alle fouten aangeduid maar alle aangeduide fouten juist gecorr. 1 - niet alle fouten aangeduid en niet alle aangeduide fouten juist gecorr. 0 Studiehouding: - efficiënt tijdgebruik 1 - het nodige materiaal bij 1 - geconcentreerd gewerkt zonder anderen te storen 1

Page 5: BZL-inspiratie

Oe fen f i che M.2.7 / Diagrammen / Staafdiagram tekenen: verkeersongevallen

In het verkeer gebeuren veel ongevallen met dodelijke afloop. Hierbij enkele leeftijdscategorieën met het aantal doden. Van 0 tot 9 jaar: 7; van 10 tot 17 jaar: 19; van 18 tot 24 jaar: 204; van 25 tot tot 34 jaar: 181; van 35 tot 44 jaar: 120; van 45 tot 54 jaar: 75; ouder dan 54 jaar: 175. Teken hieronder een staafdiagram (wees volledig!).

Oe fen f i che M.2.8 / Diagrammen / Staafdiagram tekenen: rokers Teken hieronder een staafdiagram met de gegevens uit deze tabel (wees

volledig!). Dagelijkse rokers in België (van 15 jaar en ouder)

2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006

31 % 28 % 29 % 27 % 20 % 20 % 22 %

Page 6: BZL-inspiratie

Oe fen f i che M.2.9 / Diagrammen / Staafdiagram tekenen: vrije tijd

In België hebben mannen gemiddeld 323min (5u23min) vrije tijd per dag. In deze vrije tijd hebben zij veel activiteiten. Maak met deze groepen een staafdiagram in stijgende orde: rust 26 min; lezen 31 min; tv kijken 143 min; hobby en spel 25 min; vrijwilligerswerk 11 min; cultuur 11 min; lezen 31 min; samenzijn met vrienden 42 min; sport 22 min; andere vormen 12 min.

Oe fen f i che M.2.10 / Diagrammen / Staafdiagram tekenen: busvervoer Teken hieronder een staafdiagram met de gegevens uit deze tabel (wees

volledig!). Rond de cijfers correct af! Aantal miljoen vervoerde Belgische reizigers met de bus

Page 7: BZL-inspiratie

Oe fen f i che M.2.11 / Diagrammen / Staafdiagram tekenen: zakgeld

Teken hieronder een staafdiagram met de gegevens uit deze tabel (wees volledig!). Werk in alfabetische volgorde. Hoeveel zakgeld krijg je per maand?

Jan Els Stijn Dylan Björn Steven Fien Kim Jeroen Ann David Danny

20 50 70 100 30 20 60 55 40 30 50 40

Oe fen f i che M.2.12 / Diagrammen / Lijndiagram tekenen: verkeersongevallen

In het verkeer gebeuren veel ongevallen met dodelijke afloop. Hierbij enkele leeftijdscategorieën met het aantal doden. Van 0 tot 9 jaar: 7; van 10 tot 17 jaar: 19; van 18 tot 24 jaar: 204; van 25 tot tot 34 jaar: 181; van 35 tot 44 jaar: 120; van 45 tot 54 jaar: 75; ouder dan 54 jaar: 175. Teken hieronder een lijndiagram (wees volledig!).

Page 8: BZL-inspiratie

Oe fen f i che M.2.13 / Diagrammen / Lijndiagram tekenen: rokers

Teken hieronder een lijndiagram met de gegevens uit deze tabel (wees volledig!). Dagelijkse rokers in België (van 15 jaar en ouder)

2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006

31 % 28 % 29 % 27 % 20 % 20 % 22 %

O e f en f i che M.2.14 / Diagrammen / Lijndiagram tekenen: vrije tijd

In België hebben mannen gemiddeld 323min (5u23min) vrije tijd per dag. In deze vrije tijd hebben zij veel activiteiten. Maak met deze groepen een Lijndiagram in stijgende orde: rust 26 min; lezen 31 min; tv kijken 143 min; hobby en spel 25 min; vrijwilligerswerk 11 min; cultuur 11 min; lezen 31 min; samenzijn met vrienden 42 min; sport 22 min; andere vormen 12 min.

Page 9: BZL-inspiratie

OPDRACHTENF ICHE

M e e t k u n d i g e l i c h a m e n

Maten meten: omzetten

1 Lengte

Materiaal: eventueel kladpapier

Evaluatie Z E L F E V A L U A T I E Omcirkel telkens het meest passende antwoord: ik vond de opdracht gemakkelijk haalbaar moeilijk zeer moeilijk ik begrijp de leerstof niet ongeveer voldoende goed ik vond de uitleg duidelijk verwarrend schrijf bij ‘opm.’ wat verwarrend is ik werkte geconcentreerd half geconcentreerd niet geconcentreerd

ik werkte ongeveer ……… minuten aan deze opdracht

opmerking(en):

E V A L U A T I E L E E R K R A C H T Deze opdracht telt mee als taak: ja - neen Beoordeling opdracht: zeer goed – goed – voldoende – onvoldoende Aandachtspunten: Punten: ……… / 10

Naam: ……………………………………… Klas: ………… Datum: ……/……/……

Page 10: BZL-inspiratie

1 De opdracht 1 Lees telkens eerst grondig de uitleg (info).

2 Daarna maak je de oefeningen op p. 3 en 4.

3 Tenslotte vul je de evaluatie in op het eerste blad.

2 Info Lengtematen worden in het dagelijks leven zeer veel gebruikt.

Een voorbeeld uit de houtafdeling: “Ik heb een plank van 2,5 meter. Daarmee herstel ik een kast met legplanken van 88 cm. Hoeveel planken van 2,5 meter heb ik nodig om 7 legplanken te herstellen?”

Een tabel kan helpen bij het zoeken naar het antwoord.

Alles wat vet ingevuld is in de tabel wordt door jou bijgeschreven. De rest van de gegevens in de tabel, komen uit de opgave.

km hm dam m dm cm mm

1 6 0 0

0 , 7

1 , 6

Voorbeelden:

16 m = ……… cm ? � 1600 cm

7 dm = ……… m ? � 0,7 m

16 hm = ……… km ? � 1,6 km

U I T B R E I D I N G In de metaalsector gebruikt men vaak de maat micron (µ).

Voorbeeld: 1 mm = ……… µm ? � 1000 µm

km hm dam m dm cm mm µm

Page 11: BZL-inspiratie

3 Oefeningen O E F E N I N G 1 Schrijf de lengtematen uit de eerste kolom in de tabel. Vul

vervolgens het gevraagde getal in.

km hm dam m dm cm mm

632 cm 6 3 2 = 6,32 m

17,4 km 17 4 0 0 = 17 400 m

4 km = ……………… m

1,32 km = ……………… m

0,654 km = ……………… m

25 mm = ……………… cm

315 cm = ……………… dm

1 627 dm = ……………… m

840 mm = ……………… cm

967 m = ……………… km

410 cm = ……………… m

2 170 mm = ……………… m

15 m = ……………… cm

113 cm = ……………… dm

O E F E N I N G 2 Vul in.

3 m = 30 …… 4 000 dm = 400 ……

2 km = 200 …… 2 140 cm = 214 ……

2,5 m = 25 …… 62,25 m = 622,5 ……

0,7 km = 7 …… 29,75 dm = 297,5 ……

25,3 dm = 2,53 …… 0,5 m = 5 ……

Page 12: BZL-inspiratie

O E F E N I N G 3 Vul in.

9 m = ………… dm 4 275 dm = ………… m

5 km = ………… m 16,25 km = ………… m

8 dm = ………… m 6 800 mm = ………… cm

0,7 cm = ………… mm 86,97 m = ………… dm

6,3 m = ………… dm 3 000 dm = ………… m O E F E N I N G 4 Vul in.

25 dm + 17 dm = ………… dm 5 km – 1 m = ………… m

7,5 dm + 31 cm = ………… cm 0,1 dam – 1 m = ………… m

7 m x 9 = ………… m 0,001 km – 1 dm = ………… mm

7,8 m : 0,5 = ………… m 12 dm – 1 cm = ………… mm

67 m – 67 cm = ………… cm 0,15 dm – 1 cm = ………… cm O E F E N I N G 5 Onderstreep de maten, waarin 8 de waarde heeft van 8 cm.

1) 328 hm; 285 mm; 800 mm 4) 0,28 hm; 2,008 dm; 28,6 dm

2) 0,8 m; 0,08 m; 0,008 m 5) 148 mm; 14,8 dm; 1,48 dm

3) 80 mm; 800 dm; 0,8 m 6) 2,08 m; 20,8 mm; 2,08 dm

O E F E N I N G 6 Rangschik van groot naar klein.

1) 12 m / 12 mm / 12 dam / 12 dm .....................................................................

2) 12 m / 120 cm / 1,2 hm / 12 km .....................................................................

3) 0,8 hm / 80 cm / 80 dm / 0,08 km .....................................................................

4) 3,5 cm / 3,05 cm / 300 mm / 3,1 dm .....................................................................

O E F E N I N G 7 Vul in.

1,8 m + 16 dam + 11 dm = ………… cm

0,4 hm + 160 dam + 110 m = ………… km

2,4 m + 0,06 dam + 11 mm = ………… mm

1 mm + 1000 µm = ………… mm

5400 µm + 2 mm + 0,5 mm = ………… mm

Page 13: BZL-inspiratie

OPDRACHTENF ICHE

M e e t k u n d i g e l i c h a m e n

Maten meten: omzetten

7 Landmaten

Materiaal: eventueel kladpapier

Evaluatie Z E L F E V A L U A T I E Omcirkel telkens het meest passende antwoord: ik vond de opdracht gemakkelijk haalbaar moeilijk zeer moeilijk ik begrijp de leerstof niet ongeveer voldoende goed ik vond de uitleg duidelijk verwarrend schrijf bij ‘opm.’ wat verwarrend is ik werkte geconcentreerd half geconcentreerd niet geconcentreerd

ik werkte ongeveer ……… minuten aan deze opdracht

opmerking(en):

E V A L U A T I E L E E R K R A C H T Deze opdracht telt mee als taak: ja - neen Beoordeling opdracht: zeer goed – goed – voldoende – onvoldoende Aandachtspunten: Punten: ……… / 10

Naam: ……………………………………… Klas: ………… Datum: ……/……/……

Page 14: BZL-inspiratie

1 De opdracht 1 Lees telkens eerst grondig de uitleg (info).

2 Daarna maak je de oefeningen op p. 3 en 4.

3 Tenslotte vul je de evaluatie in op het eerste blad.

2 Info Het woord zegt het al heel duidelijk: landmaten zijn de maten van het land. Hoe groot is een bepaald stuk grond, een veld, een verkavelinggrond,… Voorbeeld: In jouw gemeente wordt een groot stuk weiland aangeduid als verkavelinggrond. Dit betekent dat er verschillende huizen zullen op gebouwd worden. Elk stuk bouwgrond zal ongeveer even groot zijn. Daarvoor wordt het stuk weiland opgemeten en ingedeeld. Deze grote oppervlakte wordt aangeduid met landmaten. Deze metingen worden gedaan door een landmeter. Je hebt deze mensen vast al eens aan het werk gezien (zie foto). Er zijn drie soorten landmaten: hectare (ha), are (a) en centiare (ca) Je kan een tabel gebruiken om landmaten om te zetten naar oppervlaktematen, of omgekeerd.

Alles wat vet ingevuld is in de tabel wordt door jou bijgeschreven. De rest van de gegevens in de tabel, komen uit de opgave.

km² hm² dam² m² dm² cm² mm²

1 ha 1 are 1 ca

1 0 0

0 , 7 0

1 6

Voorbeelden:

100 dm² = ……… are ? � 1 are

70 dam² = ……… ha ? � 0,7 ha

16 m² = ……… ca ? � 16 ca

O N T H O U D 1 ha = 1 hm²

1 are = 1 dam²

1 ca = 1 m²

Page 15: BZL-inspiratie

3 Oefeningen O E F E N I N G 1 Vul in.

3 ha = 3 hm2 13 ha = 1300 dam2

18,7 ca = 18,7 m2 18,7 ca = 1870 dm2

0,33 are = 0,33 dam2 27 are = 0,27 ha of hm2

O E F E N I N G 2 Vul in.

16 ha = 16 hm² 27,38 are = 27,38 dam²

0,3 are = 0,3 dam² 116,5 ca = 116,5 m²

7 ca = 7 m² 0,57 ha = 0,57 hm²

O E F E N I N G 3 Teken een pijl tussen de gelijke maten. Schrijf daarna de letter die

erbij staat op de juiste plaats in de tabel.

1 4 are A 60 000 m²

2 13 m² B 4 ha

3 350 ha C 1,2 hm²

4 6 ca D 350 hm²

5 4 hm² E 1 300 dm²

6 120 are F 1,2 m²

7 13 hm² G 4 dam²

8 6 ha H 1 300 are

9 350 m² I 6 m²

10 120 dm² J 3,5 dam²

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

G E D I B C H A J F

O E F E N I N G 4 Vul in.

534 are = 53 400 m² 88 ha = 88 000 000 dm²

1 160 ha = 11,60 km² 72 are = 7 200 m²

123 ca = 1,23 dam² 0,7 ca = 0,007 dam²

Page 16: BZL-inspiratie

O E F E N I N G 5 Vul in.

1 823 dm² = 18,23 ca 1,23 km² = 123 ha

1 823 dm² = 0,1823 are 434,26 m² = 4,3426 are

1 823 dm² = 0,001 823 ha 28 cm² = 0,0028 ca

O E F E N I N G 6 Vul de vragen in. Zoek de antwoorden in de advertenties en zet

om indien nodig.

a) Hoe groot is de grond met villa in Wakken? ………… are b) Hoe groot is de grond van de recente villa in Wielsbeke? ………… ca. c) De luxe-villa in Wielsbeke staat op een grond van 1,7 ha ofwel ………… m². d) In Wortegem-Petegem staat een landhuis met bijgebouw op een grond van ………… ca. e) Het zeer goed gelegen perceel bouwgrond te Wortegem-Petegem staat uitgedrukt in m². Dit is ………… ha. f) De drie landbouwgronden te Zulte meten samen ………… are.

O E F E N I N G 7 Bereken, zet om en vul in.

1 Een eigenaar bezit een bos met een oppervlakte van 3 ha 05 a en verkoopt hiervan 1 ha 50 ca tegen 500 Euro per are. Hoe groot is het overblijvende deel? Hoeveel ontvangt hij?

Antwoord: hij heeft 2 ha 04 a 50 ca grond over en ontvangt 50 250 EUR.

2

Als iemand drie stukken grond bezit van respectievelijk 2 ha, 1 ha 35 a en 145 ca oppervlakte, hoe groot is dan de totale oppervlakte die hij bezit? Als hij alles wil verkopen tegen 40 Euro per vierkante meter, hoeveel hoopt hij dan te ontvangen?

Antwoord: hij heeft 3 ha 36 a 45 ca grond en hoopt 1 345 800 EUR te ontvangen.

3

De provincie Limburg is ongeveer 240000 ha groot. De provincie Antwerpen is ongeveer 286000 ha groot. Hoeveel vierkante kilometer is Antwerpen groter dan Limburg?

Antwoord: Antwerpen is 460 km² groter dan Limburg.

Page 17: BZL-inspiratie

OPDRACHTENF ICHE

0 , 5 g e b l a z e n Alcohol, niet zo onschuldig als je denkt (blz. 2-4) Materiaal: woordenboek, lat, vti-blad

- Lees de tekst op blz. 2 en 3.

- Vul de titels aan in de rechthoeken boven elk tekstdeel. De vijf titels vind je op blz. 4 (vlak boven de cartoon).

- Maak een vti-blad klaar voor de opdracht:

o vul jouw naam, klas, datum,… in

o schrijf de titel van de tekst over

- Omcirkel de moeilijke woorden in de tekst, zoek de verklaring in het woordenboek en noteer de woorden met de uitleg op jouw vti-blad.

- Onderlijn de belangrijkste zinnen. Per alinea max. 1 of 2 zinnen!

- Maak met de onderlijnde zinnen een schema. Dit is geen gewone samenvatting. Werk met pijltjes, afkortingen, laat de korte woorden weg (de, in,…),… Zorg hierbij voor een duidelijke structuur en gebruik ook de tussentitels uit de tekst.

OPDRACHTENF ICHE

0 , 5 g e b l a z e n Alcohol: niet zo onschuldig als je denkt (blz. 4) Materiaal: --- Hieronder vind je 5 vragen. Het antwoord op die vragen onderlijn je in de tekst op blz. 4. Het antwoord op vraag 3 schrijf je bij de tekst. 1 Hoe komt het dat het werkelijke gemiddelde hoger ligt dan de cijfers vertellen? 2 Wanneer steeg het alcoholverbruik enorm? 3 Wat betekent het woord consumptie? Wat is dan alcoholconsumptie? 4 Wat wordt er verteld over het eerste contact met alcohol? 5 Bij welke groepen uit onze maatschappij stijgt het alcoholgebruik?

nr. 1

nr. 2

Page 18: BZL-inspiratie

OPDRACHTENF ICHE

0 , 5 g e b l a z e n Uitdrukkingen en spreekwoorden over alcohol (werkblad) Materiaal: woordenboek; werkblad met oefeningen Er bestaan heel wat uitdrukkingen die te maken hebben met drank, alcohol of dronkenschap. In sommige uitdrukkingen komen woorden voor die bij dit thema passen, maar de spreuk zelf heeft vaak totaal niets met alcohol te maken. De opdracht staat uitgelegd op het werklbad.

OPDRACHTENF ICHE

0 , 5 g e b l a z e n Uitdrukkingen en spreekwoorden over alcohol (blz. 5) Materiaal: woordenboek Schrijf nu in jouw cursus tien uitdrukkingen die iets te maken hebben met alcohol. Je kan uiteraard jouw inspiratie halen uit het extra werkblad van de vorige opdracht. Schrijf onder elke uitdrukking in een andere kleur ook de betekenis ervan.

nr. 3

nr. 4

Page 19: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 1 Davy Mortier

Onderwerp Vak Schooljaar

BZL TaHa 3: Presenteren Nederlands 2006-2007

KORTRIJK

Naam Klas Nummer Vakleerkracht

D. Mortier

Taalhandeling 3: PresenterenTaalhandeling 3: PresenterenTaalhandeling 3: PresenterenTaalhandeling 3: Presenteren

Startdatum: ……/……/…… - Einddatum: ……/……/……

Oriënteren

Hieronder vind je een overzicht van de opdrachten die je moet uitvoeren. De uitleg, tips, instructies en bijlagen vind je op Smartschool. 1 Grammatica: verouderde en foutief gebruikte voegwoorden

• Maak je schrijfstijl veel vlotter door de correcte voegwoorden te gebruiken. • LB: 58 / WB 68-71

2 Woordenschat: schooltaalwoorden • Enkele typische woorden die je op toetsen en examens wel eens tegenkomt.

Weet jij wat ze betekenen? • WB 93-94

3 Spelling: de spelling- en grammaticacorrector • Leer de spellingcorrector van je tekstverwerker functioneel gebruiken. Je zal

merken: deze functie is niet onfeilbaar! Maar door een goed gebruik, wordt het toch een enorm handig hulpmiddel!

• LB: 76 / WB 94-96

4 Grammatica: zinnen voor een powerpoint-presentatie • Waarop moet je letten bij het formuleren van tekst voor een powerpoint-

presentatie? Hou rekening met de tips die je in deze opdracht zelf ontdekt! • LB 77 / WB 96-99

5 Schrijven: de powerpoint-presentatie • Maak stapsgewijs een powerpoint-presentatie waarin je een jeugdboek

voorstelt. • LB 64-66 / WB 80-84

Page 20: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 2 Davy Mortier

Voorbere iden

Tips

• Lees grondig de opgave van elke opdracht. Alles wordt voldoende uitgelegd. Ga op zoek naar verdere info als je iets niet meteen vindt.

• Vul deze werkfiche elke les grondig in. • Bekijk eerst in de reflectie waarop je zult beoordeeld worden voor elke

opdracht. • Als je afwezig bent, zul je de opdrachten tijdig moeten inhalen. De

computerklassen zijn beschikbaar over de middag en op vrijdag van vier tot vijf uur.

• Elke oefening verbeter je zelf met de verbetersleutel. Alle fouten corrigeer je met groen.

• Hou je aan de afspraken van de BZL-klas en aan de afspraken voor de lessen Nederlands.

• Op het einde van elk thema dien je dit verzamelmapje in, samen met alle gemaakte afdrukken en met alle ingevulde blaadjes uit je werkboek.

Nodig materiaal Voor sommige opdrachten heb je materiaal nodig dat je thuis niet beschikbaar hebt. Dit kan een boek of een dvd van de leerkracht zijn. Dit kan voor sommigen ook een computer zijn. Noteer dit hieronder.

Opdracht 1

Opdracht 2

Opdracht 3

Opdracht 4

Opdracht 5

Planning data Op deze data kunnen jullie werken aan de BZL-opdrachten. Je krijgt vijf lesuren in de klas. Dit zou ruim voldoende tijd moeten zijn om de opdrachten af te krijgen.

les 1 les 2 les 3 les 4 les 5 les 6

Data ……/…… ……/…… ……/…… ……/…… ……/…… ……/……

Opdrachten

Tips voor het maken van je planning:

- Als je ergens materiaal nodig hebt dat je thuis niet hebt, moet je deze opdracht zeker in de klas maken.

- Misschien kun je twee opdrachten in één les maken. - Misschien heb je voor sommige opdrachten meer dan één lesuur nodig. - Bekijk in je werkboek dus eerst grondig wat de opdrachten zijn en probeer een

inschatting te maken hoelang je eraan zult moeten werken.

Page 21: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 3 Davy Mortier

Uitvoeren

Duid hieronder je vorderingen aan.

Opdrachtenkaart

Afgewerkt Verbeterd Tevredenheid Tussentijdse controle leerkracht

Opdracht 1 � � + +/- -

Opdracht 2 � � + +/- -

Opdracht 3 � � + +/- -

Opdracht 4 � � + +/- -

Opdracht 5 � � + +/- -

Opmerkingen van de leerling:

1 ..............................................................................................................

2 ..............................................................................................................

3 ..............................................................................................................

4 ..............................................................................................................

5 ..............................................................................................................

Ref lecteren

Evaluatie attitudes (leerkracht)

Bekijk de tabel met uitleg op Smartschool voor meer info over je evaluatie.

Alarm-

niveau Niet aanwezig

Matig aanwezig

Sterk aanwezig

Zeer sterk aanwezig

Resultaatgerichtheid Organisatievermogen Inzet en doorzettings-vermogen

Leergierigheid Stiptheid en discipline Initiatief, creativiteit, flexibiliteit

Page 22: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 4 Davy Mortier

Gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie

Je houdt je aan de afspraken van de BZL-klas en lessen Nederlands

Punten 0-1-2 3-4 5-6 7-8 9-10

Evaluatie opdrachten BZL (leerkracht)

Opdracht 1: voegwoorden De opdracht is volledig uitgevoerd. De oefeningen zijn grotendeels correct ingevuld. De correctie is volledig en in het groen. Opdracht 2: schooltaalwoorden De opdracht is volledig uitgevoerd. De oefeningen zijn grotendeels correct ingevuld. De zinnen voldoen aan de vereisten: ond + pv + creatief De correctie is volledig en in het groen. Opdracht 3: spellingcorrector De stappen in de opdracht zijn correct en volledig opgevolgd. De checklist is ingevuld. Het afgedrukte resultaat bewijst dat de checklist opgevolgd is; er blijven minder dan twee fouten over.

Opdracht 4: zinnen voor powerpoint De opdracht is volledig uitgevoerd. De oefeningen zijn grotendeels correct ingevuld. De correctie is volledig en in het groen. Opdracht 5: powerpoint-presentatie boekbespreking De opdracht in het werkboek is volledig uitgevoerd. De oefeningen zijn grotendeels correct ingevuld. De correctie is volledig en in het groen.

Totaal op 13

Overzicht punten

Evaluatie attitudes BZL / 10

Opdrachten BZL (5 opdrachten) / 13

Evaluatie powerpoint boekbespreking / 17

Evaluatie spreekoefening boekbespreking / 10

Totaal / 50

Page 23: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 5 Davy Mortier

Zelfevaluatie BZL

Wat vind je zelf van de PPT? Kleur het vak dat het best voor jou van toepassing is.

Ik kan veel beter.

Ik kan beter. Ik deed het matig.

Ik deed het goed.

Ik deed het uitstekend.

Mijn presentatie is erg onvolledig.

Er zijn enkele delen onvolledig afgewerkt.

Ik heb geprobeerd om ordelijk en net te werken, maar bepaalde delen zijn zwak uitgevallen.

Mijn presentatie is ordelijk. De structuur is compleet en makkelijk te volgen.

Mijn presentatie is zeer ordelijk en uiterst goed georganiseerd. De structuur is compleet en makkelijk te volgen.

Wat zou je volgende keer anders doen?

...............................................................................................................

Wat vind je zelf van de spreekoefening? Kleur het vak dat het best voor jou van toepassing is.

Ik kan veel beter.

Ik kan beter. Ik deed het matig.

Ik deed het goed.

Ik deed het uitstekend.

Mijn spreekoefening is erg onvolledig en slecht gebracht.

Redelijk veel delen van mijn spreekoefening waren niet goed.

Ik deed mijn best, maar enkele delen waren zwak.

Ik voldeed aan de meeste criteria voor de evaluatie.

Ik voldeed aan bijna alle criteria voor de evaluatie.

Wat zou je volgende keer anders doen?

...............................................................................................................

Wat vind je zelf van je inzet tijdens de opdrachten? Op Smartschool vind je een document zelfevaluatie proces. Bekijk de uitleg in de tabel en geef jezelf een grondige evaluatie. (Zet een kruisje in het juiste vak.) Alarm-

niveau Niet aanwezig

Matig aanwezig

Sterk aanwezig

Zeer sterk aanwezig

Resultaatgerichtheid Organisatievermogen Inzet en doorzettings-vermogen

Leergierigheid Stiptheid en discipline Initiatief, creativiteit, flexibiliteit

Gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie

Wil je meer uitleg geven, dan kun je dit hier:

...............................................................................................................

...............................................................................................................

Page 24: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 6 Davy Mortier

Boekbespreking: evaluatie powerpoint (leerkracht)

1. Aantal dia’s (afspraak vooraf) 2. ‘pakkend begin’ (verwijzend naar actualiteit, grap,

schokkende cijfers…), verrassende opening

3. Aankondigen van de punten en punt voor punt bespreken (opbouw structuur in het begin meedelen)

4. Duidelijk verstaanbaar 5. Leesbaarheid van de dia’s (lettertypes + grootte) 6. Leesbaarheid van de dia’s (kleurgebruik beperken) 7. Leesbaarheid van de dia’s (scherpe afbeeldingen) 8. Zinvolle animaties (niet overdrijven!) 9. Correcte spelling 10. Correct gebruik van leestekens en hoofdletters 11. Kernwoorden, geen zinnen 12. Rekening houden met de 7 X 7-regel 13. Samenvatting met passende afronding (anekdote,

actualiteit, conclusie)

14. Aangepast aan de doelgroep 15. De juiste zinnen voor een powerpoint-presentatie (LB 77) 16. Een ingevulde en opgevolgde checklist voor de spelling-

en grammaticacorrector levert je twee extra punten op

Totaal op 17

Boekbespreking: evaluatie spreekoefening (leerkracht)

Zie portfolio spreken.

Page 25: BZL-inspiratie

V T I K o r t r i j k – H a r e l b e k e – G u l l e g e m

Werkwoorden

(Werkende woorden)

vullen

klimmen

meten

beschermen

plaatsen

kijken

passen

metselen

zagen

lachen

Page 26: BZL-inspiratie

2

Een werkwoord is een woord in de zin dat kan uitgevoerd worden door iets of iemand. Voorbeeld:

- Ik rij met de fiets.

- De auto rijdt in de straat. In deze beide voorbeelden is het werkwoord dus rijden. Na het doorlopen van deze werkbundel zou je al heel veel van werkwoorden moeten weten.

UITLEG - Zoek de persoonsvorm

De persoonsvorm is een werkwoord dat vervoegd is. Bijvoorbeeld: - de infinitief van het werkwoord is “denken” - de persoonsvorm van het werkwoord is “denk” of “denkt” of “dacht” of …

Hoe vinden we de persoonsvorm in een zin? Truc 1:

- Maak van de zin een vraagzin waarop je met ja of neen kunt antwoorden.

- Het woord dat aan het begin van de vraagzin staat, is de persoonsvorm (PV). Voorbeeld:

- Giovanni woont nabij de Italiaanse stad Napels.

- Woont Giovanni nabij de Italiaanse stad Napels?

- Dus “woont” is de PV.

Page 27: BZL-inspiratie

3

OEFENING - Zoek de persoonsvorm

- Maak van elke zin een vraagzin (op de stippellijntjes onder de zin). - Onderstreep in je vraagzin de persoonsvorm. - Noteer de persoonsvorm van de zin op de stippellijntjes rechts. 1 Onze toonzaal werd verruimd.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

2 Het vermoeide kind bleef in het natte gras zitten.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

3 Daarna stapte het vrolijk zingend naar huis.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

4 Een grote hond liep rakelings langs het zingende meisje.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

5 Met een pijnlijke blik onderging hij dapper de behandeling.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

6 Men vertelt dat blaffende honden niet bijten!

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

7 Jullie zullen deze makkelijke vragen foutloos moeten oplossen!

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

8 Na de spannende wedstrijd moest de dokter de gekwetste speler verzorgen.

.......................................................................................... ....................................

..........................................................................................

racen

Page 28: BZL-inspiratie

4

UITLEG - Zoek het onderwerp Het onderwerp is de persoon of het voorwerp dat het werkwoord of de PV uitvoert.

Hoe vinden we het onderwerp in een zin? Truc 1:

- Maak van de zin een vraagzin waarop je met ja of neen kunt antwoorden.

- Het woord of de woorden die vlak na de persoonsvorm komen, vormen het onderwerp.

Voorbeeld:

- Giovanni woont nabij de Italiaanse stad Napels.

- Woont Giovanni nabij de Italiaanse stad Napels?

o Ja, Giovanni woont nabij de Italiaanse stad Napels.

- Dus is Giovanni het onderwerp. Truc 2:

- Verander de persoonsvorm van getal (enkelvoud wordt meervoud en omgekeerd).

- Het woord dat mee van getal verandert, is het onderwerp. Voorbeeld:

- De jongen speelt in het bos.

- De jongens spelen in het bos.

- Dus is de jongens het onderwerp.

graven

kijken

dragen

Page 29: BZL-inspiratie

5

OEFENING - Zoek het onderwerp

- Omcirkel de persoonsvorm. - Onderstreep het onderwerp in de zin en schrijf het op de stippellijntjes rechts. 1 DVD-spelers worden betaalbaar. .................................... 2 Ik zal morgen zeker komen. .................................... 3 De mensen kennen me ondertussen wel. .................................... 4 Zorgt de leerkracht voor een verrassing? .................................... 5 In het grote bos staan enkele herten te kijken. .................................... 6 Straks ben je ook nog ziek. .................................... 7 Die jongen en dat meisje houden van elkaar. .................................... 8 Ik ga morgen terug naar school. .................................... 9 Dat zou het mooiste geschenk zijn. .................................... 10 In de tuin konden de kinderen fijn spelen. .................................... 11 Die nieuwe computer werkt fantastisch goed. .................................... 12 Kom je even kijken naar de nieuwe computer? .................................... 13 Zijn je vader en moeder tevreden met je punten? .................................... 14 Drink je graag eens iets anders dan cola? .................................... 15 Vraag je vriend eens waar hij dat gehoord heeft. .................................... 16 Vandaag gaan wij eens iets leuks doen! .................................... 17 Wat zijn je verwachtingen over het nieuwe thema? .................................... 18 Het eerste boek van Dirk Bracke is echt wel leuk om te lezen. .................................... 19 Frederik is tijdens de vakantie gaan skiën in de Alpen. .................................... 20 Zijn ski’s waren gebroken toen hij terug thuis kwam. ....................................

Page 30: BZL-inspiratie

6

UITLEG – Zoek de stam van het werkwoord

De stam van het werkwoord is de basisvorm om het werkwoord te vervoegen.

Hoe vinden we de stam van een werkwoord? Truc 1:

- Zoek de ik-vorm van het werkwoord.

Voorbeeld:

- drinken > ik drink Truc 2:

- Schrijf de infinitief van het werkwoord op een blad.

Wat is de infinitief?

Het werkwoord zelf, bijvoorbeeld: drinken, zwemmen.

- Doorstreep de laatste “-en”.

- Wat overblijft is de stam. Voorbeelden:

- drinken > drinken > drink

- antwoorden > antwoorden > antwoord Let op:

- Dubbele medeklinker: weglaten

o zwemmen > zwemmen > zwem

- Open lettergreep, de klinker verdubbelen

o eten > eten > eet

- Soms moet je de medeklinker veranderen

o blijven > blijven > blijf

Page 31: BZL-inspiratie

7

OEFENING – Zoek de stam van het werkwoord

- Noteer van elk werkwoord de stam. - Let op: niet alle vakjes dienen een letter te bevatten. - Je mag ook telkens het woord “ik” vóór de vakjes zetten als je dat makkelijker vindt.

1. wandelen

2. sturen

3. schreeuwen

4. kloppen

5. worden

6. vinden

7. fietsen

8. wassen

9. springen

10. duwen

11. rennen

12. gieten

13. luisteren

14. luieren

15. printen

16. snijden

17. houden

18. komen

19. nemen

20. eten

denken

Page 32: BZL-inspiratie

8

UITLEG - Zoek de OTT

De OTT is de Onvoltooid Tegenwoordige Tijd. De handeling is nu nog steeds bezig en dus nog niet afgewerkt of voltooid.

Hoe vinden we de OTT van een werkwoord? Truc 1:

- Onderstreep het onderwerp.

- Vergelijk telkens met het werkwoord “drinken” of “smurfen”. Ook al past “drinken” of “smurfen” totaal niet in de zin.

- Hoor je een –t, dan schrijf je ook een –t achter de stam. Voorbeeld:

- De politieagent ………………………… de bankrover. (arresteren)

- De politieagent smurft de bankrover.

- Dus “arresteren” wordt op dezelfde manier vervoegd: stam + t, dus “arresteert”

- De politieagent arresteert de bankrover. Truc 2:

- Leer onderstaand tabelletje van buiten.

E N K E L V O U D M E E R V O U D

ik stam wij infinitief

jij / je / u stam + t jullie infinitief

hij / zij stam + t zij infinitief Uitzondering: stam jij / je Voorbeelden:

- wandelen: ik wandel stam

- kruipen: jij kruipt stam + t

- kruipen: kruip jij stam > UITZONDERING !

- vliegen hij vliegt stam + t

- lopen zij lopen infinitief

Page 33: BZL-inspiratie

9

OEFENING - Zoek de OTT

Onderstreep eerst in elke zin het onderwerp. Vul de zinnen aan in de onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT). 1 drinken

De leraar …………………………… graag koffie. 2 drinken

…………………………… je vader ook koffie op zijn werk? 3 rijden

Mijn vriend …………………………… al met een motor. 4 fietsen

…………………………… jullie samen naar school?

5 wenden

…………………………… je maar tot de receptionist. 6 wenden

…………………………… u zich maar tot de receptionist. 7 antwoorden

…………………………… je buurman juist op de vraag? 8 geven

…………………………… jij dan het correcte antwoord maar. 9 worden

‘s Nachts …………………………… wordt het station afgesloten. 10 varen

Het schip …………………………… de haven uit. 11 zien

Op de speelplaats …………………………… de leraar alles. 12 bidden

De priester …………………………… in stilte.

duiken

roepen

zwemmen

Page 34: BZL-inspiratie

10

UITLEG - Zoek de OVT

Er zijn twee soorten werkwoorden: de zwakke en de sterke werkwoorden. Zwakke werkwoorden of klankvaste werkwoorden:

Deze werkwoorden zijn zo zwak dat ze hun klank niet kunnen veranderen in de OVT.

Voorbeelden: spelen, maken, … Sterke werkwoorden of klankveranderende werkwoorden:

Deze zijn zo sterk dat ze de klank wel kunnen veranderen in de OVT.

Voorbeelden: lopen, roepen, …

Hoe vinden we de OVT van een werkwoord? Zwakke werkwoorden:

- Zoek de stam van het werkwoord.

- Voeg er ofwel -te of -de aan toe in het enkelvoud; ofwel -ten of -den in het meervoud.

- Om te weten of je -te of -de moet toevoegen, luister je goed naar de klank.

o Ofwel: als de laatste letter van de stam in het woord ’t fokschaap staat, dan voeg je een -t toe, anders een –de.

Voorbeeld:

- spelen > stam + de > ik speelde

- maken > stam + te > ik maakte Let op:

Als de stam eindigt op een -t of op een -d, dan verdubbelt deze letter! Voorbeeld:

- wachten > stam + te > ik wacht + te > ik wachtte

- schudden > stam + de > ik schud + de > ik schudde Sterke werkwoorden: Deze veranderen van klank. Deze moet je echt van buiten leren. Voorbeelden: lopen > ik liep / vallen > ik viel / vinden > jij vond, wij vonden

Page 35: BZL-inspiratie

11

OEFENING – Sterk of zwak?

Nr. Infinitief OVT Sterk / zwak

vb koken ik kookte zwak

vb eten ik at sterk

1 zwemmen

2 slapen

3 blijven

4 worden

5 vinden

6 drinken

7 puzzelen

8 verblijven

9 verzekeren

10 verklaren

11 verbouwen

12 vertrouwen

13 rekenen

14 varen

15 tellen

16 vriezen

17 kruipen

18 fietsen

19 sluipen

20 klimmen

21 rijden

22 gebruiken

23 genieten

24 verhuizen

25 verhuren

26 huren

27 werken

28 ontspannen

29 invullen

30 zuchten

typen

surfen

chatten

Page 36: BZL-inspiratie

12

OEFENING - Zoek de OVT bij deze zwakke wwn

Onderstreep eerst in elke zin het onderwerp. Vul de zinnen aan in de onvoltooid verleden tijd (OVT).

1 koken

In het restaurant …………………………… de chef-kok een heerlijk gerecht.

2 puzzelen

Kleine broer en ik …………………………… uren aan een moeilijke puzzel.

3 fietsen

Ik …………………………… vele uren onder een stralende zon. 4 antwoorden

…………………………… jullie allemaal juist op die lange vraag?

5 prutsen

…………………………… je vriend weer de ganse les met zijn gsm? 6 aanmelden

…………………………… u zich reeds ………… bij de receptie?

OEFENING - Zoek de OVT bij deze sterke wwn

Onderstreep eerst in elke zin het onderwerp. Vul de zinnen aan in de onvoltooid verleden tijd (OVT).

1 eten

Filip …………………………… vroeger niet graag spruitjes. 2 zwemmen

Wij …………………………… tot aan de overkant van de rivier. 3 rijden

Vader …………………………… met de auto tot aan de garage. 4 drinken

…………………………… je moeder een glaasje wijn bij haar spaghetti?

5 zien

Ik …………………………… dat je het moeilijk had met die opdracht. 6 kijken

Hij …………………………… nauwlettend naar dat mooie meisje.

Page 37: BZL-inspiratie

13

OEFENING - Zoek de OVT (sterke en zwakke wwn)

Onderstreep eerst in elke zin het onderwerp. Vul de zinnen aan in de onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) of in de onvoltooid verleden tijd (OVT). 1 kijken (OVT)

Wij …………………………… in spanning naar het nieuwe programma. 2 weten (OTT)

…………………………… jij wanneer de trein in het station aankomt? 3 glijden (OTT)

Ik …………………………… met mijn ski’s van de helling.

4 worden (OVT)

Joeri …………………………… het nieuwe Idool 2004.

5 worden (OTT)

Wie …………………………… het Idool voor 2005? 6 rusten (OVT)

Grootmoeder …………………………… uit na de lange reis.

7 kiezen (OVT)

Welk vervoermiddel …………………………… jij om naar school te gaan? 8 vergeten (OTT)

Je …………………………… mij toch niet te betalen, he? 9 baden (OTT)

…………………………… je in de rivier omdat je zo smerig bent van al dat stof?

10 baden (OVT)

Ik …………………………… in de rivier omdat ik zo smerig was van al dat stof.

11 vinden (OTT)

…………………………… je vriendin jou ook een leuke kerel? 12 antwoorden (OVT)

Jij …………………………… alweer helemaal correct op die vraag.

Page 38: BZL-inspiratie
Page 39: BZL-inspiratie

PAV: voorbeelden BZL 3/4

BZL met ICT

- Doelopdracht linkenoverzicht (4 pagina’s)

In de lesseninformatica werd gebruik gemaakt van drie werkboekjes waarin theorie vergezeld wordt

van oefeningen. Omdat de groepen heel divers waren en iedereen een ander tempo en werkpunten

had, werd gekozen voor een doelopdracht (DO) die iets meer motiveert dan de losse oefeningen op

zich. Alvorens ze deze doelopdracht mochten beginnen, maakten ze eerst de werkopdrachten (WO)

op hun eigen tempo. Na de werkopdrachten of na de doelopdracht werd ook een toetsopdracht (TO)

gemaakt om te bewijzen dat ze de meeste efficiënte werkwijze konden hanteren. Deze

toetsopdracht was een demonstratie van enkele technieken aan de leerkracht die komt kijken.

- Ik wil een brommer (10 pagina’s)

Leerlingen 3BSO werkten zelfstandig dit pakket door. Hier werd gekozen voor een zevenstappenplan

i.p.v. de OVUR-structuur. Deze zeven stappen worden vaak gepromoot voor BZL. Na het eerste

gebruik van deze werkblaadjes werd overgestapt naar een verkorte versie in OVUR, omdat de

meeste instructies vooraan werden overgeslagen door de leerlingen.

- Steropdrachten (3+2 pagina’s)

Per thema werd een reeks steropdrachten ontwikkeld. Leerlingen werken in de computerklas op hun

eigen tempo aan deze opdrachten. Ze moesten een bepaald aantal sterren behalen en mochten

daarvoor kiezen welke opdracht ze maakten. Als bijlage vind je twee verschillende typevoorbeelden

van steropdrachten (een meer creatieve opdracht en een meer geleide zoekodpracht).

PAV Inspiratievoorbeelden BZL

Page 40: BZL-inspiratie

DoelOpdracht 2

Linkenoverz icht

V a k o v e r s c h r i j d e n d e o p d r a c h t I n f o r m a t i c a / N e d e r l a n d s / E l e k t r i c i t e i t

Naam: ……………………………………………… Startdatum: ……/……/……

Klas: ……… Einddatum: ……/……/……

Oriënteren

Elektriciteit is een heel ruim vak. Je kunt er vele

kanten mee uit. Op internet bestaat er een enorm aanbod aan websites over je vak.

In deze opdracht maak je een overzicht van links die te maken hebben met jouw vak. Je zult ook

enkele “top 3”-lijstjes maken. Enkele vereisten:

- Jouw linkenlijst moet bestaan uit 5 onderwerpen of categorieën over je vak. Denk na waarover je enkele links kunt opzoeken.

- Elke categorie bestaat uit minstens 3 links. - We maken twee “top 3”-lijstjes: een lijst voor de leerrijkste site en een lijst

voor de mooiste site. Het kan best zijn dat een website in beide lijsten staat.

Voorbere iden

Vóór je met de doelopdracht kunt starten, moet je opnieuw enkele werkopdrachten

uitvoeren. In deze werkopdrachten leer je de handelingen voor de doelopdracht op je eigen tempo. De werkopdrachten vind je in je werkboekjes “Via Informatica”.

Let op: - Volg de leidraad hieronder voor de werkopdrachten. Werk in de volgorde zoals

opgegeven. - De werkopdrachten staan meestal op de rechterbladzijde in je boek, de nodige

leerstof of tips en werkwijzen staan voor deze opdrachten staan op de

linkerbladzijde.

Page 41: BZL-inspiratie

- In dit overzicht wordt bij enkele opdrachten gevraagd naar een goocheltruc.

Dan moet je de meest efficiënte werkwijze noteren.

WO opdracht afgewerkt? controle

1 Koning software

boek 1, fiche 3 (p. 10-11), opdr. 1 > 5

/ 5

2 Starten en stoppen boek 1, fiche 4 (p. 12-15),

opdr. 1 > 13

/ 13

3 Klare taal

boek 3, fiche 1 (p. 2-7) opdr. 1 > 12 vul de vragen in op de infofiche

/ 12

4 Ordelijk surfen

boek 3, fiche 2 (p. 8-13), opdr. 1 > 6 (opdr. 7 hoef je niet te maken)

/ 6

Wat is de goocheltruc om links die je wilt bewaren ordelijk bij te houden? …………………………………………………………………………………………………………………………

5 Wie zoekt die vindt boek 3, fiche 3 (p. 14-19), opdr. 1 > 8

/ 8

Wat is de goocheltruc om op een webpagina telkens de meest recente (of pas gewijzigde) informatie te kunnen zien?

…………………………………………………………………………………………………………………………

6 Zoekinstrumenten

boek 3, fiche 4 (p. 20-23), opdr. 1 > 5

/ 5

7 Studieklare teksten boek 2, fiche 3 (p. 8-11),

opdr. 1 > 5

/ 6

Wat is de goocheltruc om alle titels in dezelfde opmaak te zetten?

………………………………………………………………………………………………………………………… Wat is de goocheltruc om een paginanummer in te voegen.

…………………………………………………………………………………………………………………………

Page 42: BZL-inspiratie

Uitvoeren

Je verdient een pluim! Na deze lange reeks werkopdrachten zou je nu alle handelingen voor de tweede doelopdracht moeten beheersen. In deze opdracht kun je de handelingen nog beter inoefenen.

In deze opdracht maak je een overzicht van links die te maken hebben met jouw vak.

Je zult ook enkele “top 3”-lijstjes maken.

Enkele vereisten: - Jouw linkenlijst moet bestaan uit 5 onderwerpen of categorieën over je vak.

Denk na waarover je enkele links kunt opzoeken.

- Elke categorie bestaat uit minstens 3 links. - We maken twee “top 3”-lijstjes: een lijst voor de leerrijkste site en een lijst

voor de mooiste site. Het kan best zijn dat een website in beide lijsten staat. - Gebruik opsommingstekens of nummering, inspringen, kaders rond tekst en

opmaakprofielen.

- Zoek ook minstens één bijpassende afbeelding.

Voor het maken van het linkenoverzicht heb je het programma Word nodig. - Op de eerste bladzijde typ je bovenaan een titel en je naam. - Op de tweede bladzijde kun je de vijf categorieën met links zetten.

- De twee “Top 3”-lijstjes plaats je dan op de eerste bladzijde, onder de titel.

De “top 3”-lijstjes: - Bij elke link uit de lijst, typ je er bij waarom je vindt dat die site in de “top 3”

thuis hoort.

- Geef bij elke link twee goede argumenten. - Je leerkracht Nederlands zal de inhoud en spelling van deze tekstjes nakijken.

Jouw taak dien je in op Smartschool, via de knop Taken indienen. Je dient jouw taak in via het vak Nederlands én via het vak Informatica. Je leerkracht informatica

bezorgt de links ook aan je vakleerkracht Elektriciteit.

Page 43: BZL-inspiratie

Ref lecteren

Zelfreflectie

Geef jezelf een score op 5: kleur per punt een vakje in. In de vrije rij onder de vraag en de score, noteer je wat uitleg bij je score:

Waarover ben je tevreden?

Wat zou je volgende keer anders doen? Wat zijn je werkpunten?

punten op 5

Wat vind je van het eindresultaat?

………………………………………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………………

Ik kan de handelingen uit de werkopdrachten.

………………………………………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………………

Heb je de werkopdrachten voldoende grondig uitgevoerd?

………………………………………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………………

Ik voel me klaar voor een nieuwe toetsopdracht!

………………………………………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………………

Reflectie door de leerkracht

Onderdeel Punten Bemerkingen

WO / 30

DO / 30

TO / 30

Attitudes / 30

Totaal / 120

Page 44: BZL-inspiratie

1

V T I K o r t r i j k – H a r e l b e k e – G u l l e g e m

Naam: Klas: Schooljaar:

“Ik wil een brommer!”

Page 45: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

2

Voor velen is een bromfiets al lang een droom die stilaan mogelijk wordt. Eens je 16 bent, kan je er al mee rondrijden. Maar er komt heel wat bij kijken: rijlessen volgen, een bromfiets kopen,… In deze opdracht kun je via de computer al heel wat info vinden om jouw droom te realiseren.

Hoofddoel(en) - Informatie kunnen opzoeken via de computer. - Informatie kunnen beoordelen en selecteren. Deeldoelen

- Informatie kunnen vergelijken. - Bruikbare informatie kunnen selecteren en onderscheiden van andere informatie. - Een routeplanner op internet kunnen gebruiken.

Je krijgt twee lesuren voor deze opdracht.

1 Toelichting

2 Doelen

3 Tijdsinvestering

Page 46: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

3

Hoe ga ik het doen?

OVUR Een taak uitvoeren doen we in vier stappen. Heel vaak gebeurt dit onbewust. In de basisschool worden deze vier stappen gesymboliseerd door beertjes. In het VTI worden deze stappen ook gebruikt, maar dan met een andere benaming:

De OVUR-strategie

Oriënteren Voorbereiden Uitvoeren Reflecteren Er ligt dus een hele weg tussen idee en eindresultaat. Om de opdracht tot een goed einde te brengen werken jullie in verschillende stappen.

Een website zoeken op internet Indien je niet gewoon bent te werken met internet, dan kun je wat uitleg vragen aan de leerkracht. Deze zal je op weg helpen.

Voor deze opdracht kun je gebruik maken van internet. Uiteraard zijn andere hulpmiddelen (folders,…) ook toegelaten.

4 Leerstof

5 Hulpmiddelen

Wat moet ik doen?

Ik doe mijn werk.

Ik kijk mijn werk na. Wat vind ik ervan?

Page 47: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

4

Enkele nuttige websites: www.vtirijscholen.be www.rijscholenlust.be www.honda.be www.bmw.be www.yamaha.be www.koopjeskrant.be www.mappy.be Al deze links kun je ook terugvinden op www.klaswerk.tk (PAV > Links > 3e jaar).

1 Wat moet ik doen? Lees hierboven grondig wat er van je verwacht wordt. Er zijn vier opdrachten: 1 Informatie opzoeken over rijlessen. 2 Informatie zoeken over nieuwe bromfietsen. 3 Informatie zoeken over tweedehands bromfietsen 4 Een route uitstippelen via internet.

2 Hoe moet ik het doen? Lees eerst de leerstof op bladzijde 3! Probeer eens in te schatten hoelang je aan elke opdracht werk zal hebben. De laatste kolom vul je natuurlijk pas in op het einde van de opdrachten.

Opdracht Geschatte tijd Werkelijke tijd

1 ……… minuten ……… minuten

2 ……… minuten ……… minuten

3 ……… minuten ……… minuten

4 ……… minuten ……… minuten

6 Opdracht en werkwijze

OR IËNTEREN

VOORBERE IDEN

Page 48: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

5

3 Eerste opdracht: het volgen van rijlessen A/ Bezoek de twee websites van rijscholen. B/ Vul aan de hand van de site van VTI Rijscholen deze tabel in.

Welke rijbewijzen zijn er? Voor welk voertuig? Vanaf welke leeftijd?

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

C/ Welke aanvullingen kan je nog doen met de info bij Rijscholen Lust? Schrijf deze met

groene balpen in de tabel hierboven. D/ In welke gemeenten vind je deze rijscholen?

VTI Rijscholen: .............................................................................................................

Rijscholen Lust: ............................................................................................................ E/ Wat is hun telefoonnummer?

VTI Rijscholen: ...............................................

Rijscholen Lust: .............................................. F/ Noteer op bladzijde 4 hoelang je aan deze opdracht werkte.

4 Tweede opdracht: een nieuwe bromfiets kopen A/ Breng een bezoek aan de sites van bromfietsmerken.

Open de drie sites en laat ze alle drie geopend staan. Let op: op elke site zal je moeten zoeken waar je de info over bromfietsers vindt.

B/ Vul aan: Yamaha is niet alleen producent van bromfietsen,

maar ook van ……………………. C/ Vul deze tabel verder aan. Let op: wij zoeken enkel naar 50 cc motorfietsen!

Prijs Gewicht Tankinhoud Max. snelheid

Honda (1)

Honda (2)

u i t v oeren

Vervolg tabel op volgende blz.

Page 49: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

6

Prijs Gewicht Tankinhoud Max. snelheid

Yamaha (1)

Yamaha (2)

BMW (1)

BMW (2)

D/ Welke lijkt jou de beste motorfiets? Waarom maak je die keuze? ...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

E/ Ken jij nog andere merken van bromfietsen? Dan kan je ook even die sites zoeken.

Noteer hieronder het merk en de website. ...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

...........................................................................................................................................

F/ Noteer op bladzijde 4 hoelang je aan deze opdracht werkte. Doe dit ook bij de volgende opdrachten.

5 Derde opdracht: een tweedehands bromfiets A/ Bezoek de website van de ‘Koopjesskrant’. Daar gaan we zoeken naar bromfietsen.

> Klik onder de titel ‘Zoek’ (links bovenaan) op ‘detail opzoeking’. > Dan krijg je onderstaande invulformuliertje te zien. > Vul het in zoals hieronder en klik op ‘Zoek’.

B/ Noteer drie van de gevonden bromfietsen in deze tabel. Het kan best zijn dat je niet bij

elk type de kolom volledig kan invullen.

1 2 3

Merk

Type of aantal cc

Prijs

Kenmerken

Leeftijd

Contact (telefoon)

C/ Welke lijkt jou hier de beste motorfiets? Waarom denk je dat?

...........................................................................................................................................

Page 50: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

7

6 Vierde opdracht: een route plannen In het thema bromfiets hebben we aandacht besteed aan het bepalen van de afstand tussen twee plaatsen. Toen hadden we geen andere mogelijkheid dan op een papieren kaart te zoeken. Een snellere manier van werken is een routeplanner op internet. A/ Bezoek de website van de routeplanner Mappy.

Op deze site zie je onderstaand venster waarop je de startplaats en de aankomstplaats kan intypen.

B/ Zoek even de kortste route van jouw huis naar school.

Het adres van de school is: Oudenaardsesteenweg 168, 8500 Kortrijk

Wat is jouw adres? .......................................................................................................

Hoeveel minuten is het rijden met de auto? .................................................................

Hoeveel kilometer bedraagt de afstand? ......................................................................

C/ Zoek nu de afstand en de vermoedelijke reisduur voor volgende bestemmingen. Wij vertrekken telkens vanuit VTI Kortrijk. - We willen een opname bijwonen van een tv-programma. Adres: VTM, Medialaan 1,

1800 Vilvoorde

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- We rijden naar Gent voor de jaarlijkse Gentse feesten. Onze auto of motor parkeren

wij op dit adres: Vrijdagmarkt, 9000 Gent

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- De uitstap voor Sint-Elooi (patroon afdeling metaal) brengt ons naar het zwembad

van Sun Parks op dit adres: Wenduinesteenweg 150, 8420 De Haan

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- We gaan met de jeugdvereniging op kamp naar “De Hoge Rielen”. Dit is het adres:

Molenstraat 62, 2460 Kasterlee

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

Page 51: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

8

7 Wat vind ik van mijn werk? Omcirkel telkens het meest passende antwoord:

Ik vond de opdracht gemakkelijk haalbaar moeilijk zeer moeilijk

Ik vond de opdracht heel leuk leuk eerder saai zeer saai

Ik begrijp de leerstof niet ongeveer voldoende goed

Ik vond de uitleg duidelijk verwarrend schrijf bij ‘opm.’ wat verwarrend is

Ik werkte geconcentreerd half geconcentreerd niet geconcentreerd

Ik werkte ongeveer ……… minuten aan deze opdracht

Ik was op tijd klaar met alle opdrachten ja / nee

Dit zou ik volgende keer beter of anders doen:

Opmerking(en):

Zeer goed Goed Zwak

Timing 5 3 1

Juistheid eerste opdracht 5 3 1

Eigen correctie eerste opdracht 5 3 1

Juistheid tweede opdracht 5 3 1

Grondige antwoorden op de vragen 5 3 1

Juistheid en volledigheid derde opdracht 5 3 1

Juistheid vierde opdracht 5 3 1

Eigen correctie tweede opdracht 5 3 1

Werkattitude in de klas tijdens de opdracht 10 7,5 3

Eindscore ………/ 50 = ……… / 25

- De manier waarop je werkt in de klas vormt reeds 20 % van de punten. (Attitudes!!) - Zorg voor een volledig antwoord bij de denkvragen en als je jouw mening moet geven!

7 Toetsing en evaluatie

8 Tips en valkuilen

REFLECTEREN

Page 52: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

9

Eerste opdracht: het volgen van rijlessen A/ Bezoek de twee websites van rijscholen. B/ Vul aan de hand van de site van VTI Rijscholen deze tabel in.

Welke rijbewijzen zijn er? Voor welk voertuig? Vanaf welke leeftijd?

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

- …………………………

C/ Welke aanvullingen kan je nog doen met de info bij Rijscholen Lust? Schrijf deze met

groene balpen in de tabel hierboven. D/ In welke gemeenten vind je deze rijscholen?

VTI Rijscholen: .............................................................................................................

Rijscholen Lust: ............................................................................................................ E/ Wat is hun telefoonnummer?

VTI Rijscholen: ...............................................

Rijscholen Lust: ..............................................

correctiesleutel

Page 53: BZL-inspiratie

Bromfiets > Zelfstandig werk

10

Vierde opdracht: een route plannen B/ Zoek even de kortste route van jouw huis naar school.

Het adres van de school is: Oudenaardsesteenweg 168, 8500 Kortrijk

Wat is jouw adres? .......................................................................................................

Hoeveel minuten is het rijden met de auto? .................................................................

Hoeveel kilometer bedraagt de afstand? ......................................................................

C/ Zoek nu de afstand en de vermoedelijke reisduur voor volgende bestemmingen. Wij vertrekken telkens vanuit VTI Kortrijk. - We willen een opname bijwonen van een tv-programma. Adres: VTM, Medialaan 1,

1800 Vilvoorde

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- We rijden naar Gent voor de jaarlijkse Gentse feesten. Onze auto of motor parkeren

wij op dit adres: Vrijdagmarkt, 9000 Gent

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- De uitstap voor Sint-Elooi (patroon afdeling metaal) brengt ons naar het zwembad

van Sun Parks op dit adres: Wenduinesteenweg 150, 8420 De Haan

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

- We gaan met de jeugdvereniging op kamp naar “De Hoge Rielen”. Dit is het adres:

Molenstraat 62, 2460 Kasterlee

aantal km: ……………… aantal minuten: ………………

correctiesleutel

Page 54: BZL-inspiratie

Roken > Website Stivoro

1

Steropdracht

Website Stivoro

Naam: ……………………………………………… Startdatum: ……/……/……

Klas: ……… Einddatum: ……/……/……

Oriënteren

In Nederland ijvert de

vereniging Stivoro voor een rookvrije toekomst. Met hun

site bereiken ze een grote doelgroep van

mensen. In deze opdracht zoeken we op hun site

informatie over enkele actuele problemen.

Ik leer… … stapsgewijs informatie zoeken op een website.

… uitleg van een website kort samenvatten in een antwoord.

Voorbere iden

Nodig materiaal: - computer

- afgedrukte versie van deze opdracht

Bezoek de site http://www.stivoro.nl/index.aspx en klik daar op de rubriek “Voor jongeren”.

Beantwoord de vragenlijst hieronder. Noteer in de cirkel voor elke vraag het nummer van de rubriek waar je het antwoord vond.

Er zijn zeven rubrieken. Deze staan rechtsboven op de pagina. Hieronder een afbeelding met het nummer dat je moet gebruiken.

1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7

1 lesuur 1 pers.

Page 55: BZL-inspiratie

Roken > Website Stivoro

2

Uitvoeren

1 Stoppen met roken doet veel in je lichaam. Hoe lang duurt het voor…

a) …er geen nicotine meer is in je lichaam? ………………………

b) …de kans op een hartaanval even klein is als iemand die niet gerookt

heeft? ………………………

c) …klachten als hoesten verminderen? ………………………

2 Aantal rokers: schrap wat niet past.

a) Het aantal volwassen rokers in Nederland is gestegen / gedaald.

b) 21 % van de jongeren rookt niet / wel.

c) Bij de 15-jarigen zijn er meer meisjes / jongens die roken.

3 Volhouden is het moeilijkste als je stopt met roken. Welke drie momenten worden op de site uitgelegd?

...........................................................................................................

...........................................................................................................

...........................................................................................................

4 Waarschuwingen

a) Welke regel beslist dat er waarschuwingen op de sigarettenpakjes moeten staan en sinds wanneer is die regel ingevoerd?

...........................................................................................................

b) Hoeveel verschillende waarschuwingen bestaan er?

...........................................................................................................

5 Geef vier openbare ruimten die op de site vernoemd worden.

...........................................................................................................

...........................................................................................................

Page 56: BZL-inspiratie

Roken > Website Stivoro

3

6 Beschrijf in één zin waarover het laatst toegevoegde nieuws-

bericht gaat.

Datum bericht: ………………………

Beschrijving: ........................................................................................

...........................................................................................................

7 Waarom krijgen we door roken problemen met het slijm in de keel?

...........................................................................................................

...........................................................................................................

8 Leg in twee zinnen uit wat ontwenning en ontwenningsver-

schijnselen zijn.

...........................................................................................................

...........................................................................................................

...........................................................................................................

9 Welke producten vallen wettelijk onder de term tabaksproducten?

........................................................................................................... 10 In de rubriek “Stoppen met roken” vind je een test over

verslaving aan sigaretten. Voer de test uit en toon meteen het resultaat aan je leerkracht.

Ref lecteren

Verbeter eerst je werk met de correctie-

sleutel. Vraag deze aan de leerkracht.

Beoordeel jezelf Ben je tevreden over je werk? Ja / nee

Wat was het moeilijkste van deze opdracht?

..........................................................................................................

Beoordeling door de leerkracht

Invullen van de vragen. / 15

Invullen van de rubriekcijfers. / 5

Zelfcorrectie / 5

Je werkte rustig en zelfstandig aan deze opdracht. / 5

/ 30

Page 57: BZL-inspiratie

Roken > Sigarettenpakje ontwerpen

1

Steropdracht

Sigarettenpakje ontwerpen

Naam: ……………………………………………… Startdatum: ……/……/……

Klas: ……… Einddatum: ……/……/……

Oriënteren

Bekijk een pakje sigaretten. Daarop staat

telkens een foto met een gevaren-boodschap. In deze opdracht ontwerp je zelf zo’n

preventieboodschap. Je zult zoeken naar een goede slogan en een bijpassende foto.

Ik leer…

… werken met afbeeldingen en figuren in een tekstverwerker. … informatie verwerken in een slogan.

… bijpassende afbeeldingen zoeken op internet.

Voorbere iden

Nodig materiaal: - cursus PAV thema Roken

- computer - voorbeeldverpakking

- meetlat

Open het programma Word. Teken een kader met dezelfde grootte als de

preventieboodschap op een echt pakje sigaretten.

Uitvoeren

1 Bedenk een slogan

- Deze slogan vertelt iets meer over één van de gevaren van het roken. Zoek inspiratie in je cursus bij de uitleg over deze gevaren en bedenk een slogan.

- Typ de slogan in een word-document.

1 lesuur 1 pers.

Page 58: BZL-inspiratie

Roken > Sigarettenpakje ontwerpen

2

2 Zoek een bijpassende afbeelding

- Ga naar de site www.google.be

- Klik op de knop “afbeeldingen zoeken”. - Typ een trefwoord. Dit trefwoord of kernwoord moet iets met je slogan te

maken hebben. - Kies een opmerkelijke afbeelding die je slogan kracht bijzet.

- Plak deze afbeelding in jouw word-document. 3 Vormgeving (lay-out)

- Je kunt je slogan mooier maken met een origineel lettertype en een

opvallende tekstkleur. - De achtergrond kan ook bijgewerkt worden met kleur.

4 Bewaren en indienen

- Bewaar je werk op de computer. - Dien je werk in via Smartschool of geef een afdruk aan je leerkracht.

Ref lecteren

Beoordeel jezelf

Ben je tevreden over je werk? Ja / nee

Waarom?

...........................................................................................................

Waarover twijfelde je eventueel? Wat zou je volgende keer anders doen?

...........................................................................................................

Beoordeling door de leerkracht

Je vond een goede slogan. / 5

Je vond een bijpassende afbeelding. / 5

Je zorgde voor een goede afwerking en vormgeving. / 5

Je werkte rustig en zelfstandig aan deze opdracht. / 5

/ 20

Page 59: BZL-inspiratie

BZL – Voorbeelden Algemene Vakken 14 Davy Mortier

Steropdrachten geschiedenis Per trimester moeten er tien sterren behaald worden. De opdracht kies je zelf. Per ster zijn er 10 punten te verdienen, dus moeten er 100 punten gehaald worden. Als je een ster te veel kiest (bijv. 10 sterren, 110 punten), worden de extra punten herleid naar 100. Naast deze opdrachten zijn er nog enkele toetsen (ter voorbereiding van het examen) en kleinere taken (bijvoorbeeld afwerken wat in de les niet klaar geraakte), die ook samen ongeveer 50 punten zullen tellen. Hou er rekening mee dat je elke opdracht maar één keer kunt maken. Sommige opdrachten staan bij twee trimesters ingedeeld. Plan dus vooraf zorgvuldig, dat je ook in het derde trimester voldoende sterren kunt behalen.

Een belangrijke tip: wees creatief en maak er voor jezelf een plezierige opdracht van! 1e trimester

TITEL STERREN 1 Bronnen van de leerkracht bespreken (SE-SP of SC) � 2 Zelf SE-SP-SC bronnen meebrengen ��

3 Einde RR kleefcollage ���

4 Interview met één van de personages uit de lessen ����

6 Een tijdbandcollage maken �

7 Een quiz over cultuur opstellen (in Word of PPT) ����

2e trimester TITEL STERREN 4 Interview met één van de personages uit de lessen ����

5 Oorsprong christelijke symbolen ���

8 Een middeleeuwse maquette maken ������

9 Een wapenschild maken ������

11 Een fotoreportage over een middeleeuws gebouw maken ���

3e trimester

TITEL STERREN 4 Interview met één van de personages uit de lessen ����

5 Oorsprong christelijke symbolen ���

8 Een middeleeuwse maquette maken ������

9 Een wapenschild maken ������

10 Een fotocollagekaart maken ����

Page 60: BZL-inspiratie

PAV: voorbeelden BZL 4/4

Instrumenten voor BZL

- Een presentatie maken (2 pagina’s)

- Een schriftelijk verslag maken (3 pagina’s)

Dergelijke hulpschema’s vormden een ondersteuning als leerlingen aan het werk zijn. Dit werd

verder ondersteund met een “Wegwijzer PAV” waarin leerlingen ook stappenplannen vonden van

een bepaalde werkwijze om een vaardigheid uit te voeren.

- Uittreksel BZL-boek (2 pagina’s)

Het BZL-boek was een compilatieportfolio waarin de leerlingen hun vorderingen gedurende een heel

schooljaar verzameld werden.

Het eerste blad is een uittreksel uit een overzicht waarin de leerlingen op basis van het toenmalige

leerplan hun vaardigheden konden beoordelen. Na het maken van een oefening bij een vaardigheid,

kleurden ze het hokje rood, blauw of groen. Zo zag de leerling en de leerkracht de evolutie van deze

vaardigheden doorheen het jaar en kwamen de werkpunten en sterktes naar voren.

Het tweede uittreksel sluit aan bij de steropdrachten en werd gebruikt om sterktes en werkpunten te

formuleren. In het begin is daar veel hulp van de leerkracht voor nodig. Na verloop van tijd lukte dit

echter beter. Na het uitvoeren van 10 sterren kregen leerlingen een bonuspunt, dat ze mochten

teruggeven bij een taak of toets naar keuze. Als het blad vol was (na vier oefeningen) werd door de

leerkracht een score gegeven die vooral op attitudes focust. Deze score kwam in het puntenboek

onder de noemer BZL-oefeningen.

PAV Inspiratievoorbeelden BZL

Page 61: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Een presentatie maken

Hoe maak je een presentatie? Op school zullen we gebruik maken van het programma Powerpoint. Hou rekening met de afspraken uit het schema hieronder.

Hoe geeft de leerkracht punten op jouw oefening? Klik hier!

Page 62: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Evaluatie door de leerkracht De leerkracht gebruikt de tabel hieronder. Kijk even na of jouw verslag voldoet aan alle afspraken.

Een goede presentatie…

INH

OU

D …heeft een goede structuur

…bevat geen lange teksten of zinnen

…is een goed schema van de inhoud (vaardigheid “een schema maken”)

VO

RM

…bevat passende afbeeldingen

…bevat tekst

…heeft enkele titeldia’s

…is creatief (enkele animaties, kleurvariatie,…)

…is niet overladen met animaties, geluiden,…

TA

AL …heeft goedgebouwde, korte zinnen

…bevat geen typfouten of spellingsfouten

Naam: …………………………………………………… Klas: ………… Punten: ………… / 10

- Hoe maak je een presentatie?

Page 63: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Een schriftelijk verslag maken

Hoe maak je een schriftelijk verslag? Onderstaand schema helpt je op weg bij het maken van een schriftelijk verslag.

Hoe geeft de leerkracht punten op jouw oefening? Klik hier!

Page 64: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Evaluatie door de leerkracht De leerkracht gebruikt één van de tabellen hieronder. Kijk even na of jouw verslag voldoet aan alle afspraken.

- Tabel 1: een kort verslag - Tabel 2: een lang verslag

Page 65: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Tabel 1: Een goed (kort) schriftelijk verslag…

INH

OU

D

…bevat een goed samengevatte tekst (teksten volledig van internet kopiëren en plakken is dus niet goed) deze vereiste staat voor twee punten!

…bestaat uit een samenvatting van teksten uit verschillende bronnen

…bevat bronvermeldingen

…is opgebouwd uit een inleiding, het verslag zelf en uit een slot

VO

RM

…heeft een aantrekkelijke titel

…bevat passende afbeeldingen

…is creatief opgemaakt (lay-out)

TA

AL …heeft een goede zinsbouw

…bevat geen typfouten of spellingsfouten

Naam: …………………………………………………… Klas: ………… Punten: ………… / 10

- Tabel 2: een lang verslag - Hoe maak je een schriftelijk verslag?

Page 66: BZL-inspiratie

V a a r d i g h e d e n

Tabel 2: Een goed (lang) schriftelijk verslag…

INH

OU

D

…bevat een goed samengevatte tekst (teksten volledig van internet kopiëren en plakken is dus niet goed) deze vereiste staat voor twee punten!

…bestaat uit een samenvatting van teksten uit verschillende bronnen

…bevat een inhoudstafel

…bevat een voorwoord

…is logisch ingedeeld in verschillende hoofdstukken

…bevat bronvermeldingen

VO

RM

…heeft een aantrekkelijke titel op een titelblad

…bevat passende afbeeldingen

…is creatief opgemaakt (lay-out)

…is eenvormig opgemaakt (zelfde lettertype, ieder hoofdstuk op nieuw blad,…)

TA

AL …heeft een goede zinsbouw

…bevat geen typfouten of spellingsfouten

Naam: …………………………………………………… Klas: ………… Punten: ………… / 15

- Tabel 1: een kort verslag - Hoe maak je een schriftelijk verslag?

Page 67: BZL-inspiratie

�����#+���

#���

,--.)

&/�-((01

?����*#�&���,��

A�(+���#�&���,��

B����6��#��)

C��'���#��)

D����,���*��#��)

E"��,����#��)

F�����,��#��)

G��&���6��0��

=���,��)����'*&��

.--2 ?�%�����#2�(���3

A������0��

B��,*����#��

C��)��������#

D�(+�)�

E���)�%

F���,$�����

G������&��,

=�����##����

?>�%���,��6����#

??���*�����6����#

#�3�*�* ?!��6��,����

A"�'6����

B����,��

C�6�����

D�������,����

E���,��)��+��,��

F���(���&���,����#

G��#��������5�

=��)����

?>����+��9�6*�.9��'

??�)���,&���,����

?A�%%.&���,����

?B�����*�

Kleurcode: rood = niet goed of

�����#+���

������� % ��!����

A�(+���#�&���,��

D����,���*��#��)

=���,��)����'*&��

?>�%���,��6����#

??���*�����6����#

D�������,����

E���,��)��+��,��

F���(���&���,����#

G��#��������5�

?>����+��9�6*�.9��'

??�)���,&���,����

?A�%%.&���,����

= niet goed of - 50 % / blauw = voldoende, kan beter / groen

17

% ��!����

= zeer goed of +75 %

Page 68: BZL-inspiratie

18

��*(+��'���#�%��(+�/4444444444444444444444444444

:��6����������44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���������

����,��(+�

�44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���,%��� 4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/4444444444444444444444444444

:��6����������44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���������

����,��(+�

�44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���,%��� 4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/4444444444444444444444444444

:��6����������44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���������

����,��(+�

�44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���,%��� 4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/4444444444444444444444444444

:��6����������44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���������

����,��(+�

�44444444444444444444444444444444444444444444444

�44444444444444444444444444444444444444444444444

���,%��� 44444444444444444444444

.���������������������� �����

���������%��(+���0��#����#���.

��$��,��������0��6*����#�����%��(+���2�

������'�,��*#�����������6.

��������<�����*%�����#�������

.�����

�����%��(+���

��*(+��'���#�%��(+�/44444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/44444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/44444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

��*(+��'���#�%��(+�/44444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

.���������������������� �����

���������%��(+���0��#����#���.

��$��,��������0��6*����#�����%��(+���2���*�0��6��6��)�����%0��,��3.

��������<�����*%�����#��������%��(+���.

�����%��(+���

4444444444 ���

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444 ���

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444 ���

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444444444444444444444444444444444444444

4444444444 ���

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444444444444444444444444444

44444444444444444444444

��*�0��6��6��)�����%0��,��3.

9D

9D

9D

9D

4�+

���?>*������