Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Noord ... · 171013 AB 3 V ingekomen en verz...
Transcript of Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Noord ... · 171013 AB 3 V ingekomen en verz...
Bundel van de Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Noord-Holland Noord van 13 oktober 2017
1 Opening en vaststelling agenda2 Mededelingen3 Ingekomen en verzonden stukken
171013 AB 3 V ingekomen en verz stukken.doc
171013 AB 3B1 Besluit DB Terrorismegevolgbestrijding.docx
171013 AB 3B2 bijlage Terrorismegevolgbestrijding.docx
4 Vaststelling verslag vergadering 13 februari 2017 (LMO sessie) en 7 juli 2017171013 AB 4 V verslag 13 februari en 7 juli 2017.docx
171013 AB 4B3 Conceptverslag 13 februari 2017.docx
171013 AB 4B4 Conceptverslag 7 juli 2017.docx
5 Bezuinigingsmaatregelen 2018171013 AB 5 V Bezuinigingsmaatregelen 2018.docx
171013 AB 5B5 Bezuinigingsmaatregelen 2018.docx
6 Voorstel bestuurlijke auditcommissie171013 AB 6 V auditcommissie.docx
7 Rondvraag8 Sluiting
3 Ingekomen en verzonden stukken
1 171013 AB 3 V ingekomen en verz stukken.doc
pagina 1 van 1
Vergadering algemeen bestuur
Datum 13 oktober 2017
Agendapunt 3
Onderwerp Ingekomen en verzonden stukken
Steller -
Bijlage nr 1 – 2
Voorstel Voor kennisgeving aannemen
Besluit Akkoord / Niet akkoord / Anders nl.
Toelichting
Ingekomen stuk
Besluit inclusief bijlage van het dagelijks bestuur van 8 september 2017 inzake
terrorismegevolgbestrijding LMO.
1 171013 AB 3B1 Besluit DB Terrorismegevolgbestrijding.docx
pagina 1 van 1
Vergadering Dagelijks bestuur
Datum 8 september 2017
Agendapunt
Onderwerp Vaststelling multidisciplinaire afspraken- en multiscenariokaarten
extreem geweld. Steller
Bijlage nr
Voorstel U wordt voorgesteld de Multidisciplinaire afspraken Extreem geweld vast
te stellen.
Besluit Akkoord / Niet akkoord / Anders nl., vastgesteld in de vergadering van
het dagelijks bestuur op 8 september 2017
Kern
Met de voorliggende multidisciplinaire afspraken wordt een belangrijke stap gezet in de preparatie
op extreem geweld. De veiligheidsregio sluit zich met deze multidisciplinaire afspraken en de
operationele plannen aan bij de landelijke ontwikkelingen. Deze planvorming is afgestemd binnen
het samenwerkingsverband van de veiligheidsregio’s Noord-West 3 en Politie-eenheid Noord-
Holland.
Medewerkers hebben de beroepsplicht vanuit de CAR-UWO en de CAO Ambulancezorg om in
opdracht op te treden. Voor schade ten gevolge van optreden bij een aanslag in opdracht, zijn
medewerkers in dat geval gedekt. Hiervoor zijn een tweetal polissen afgesloten.
Toelichting
Waar voorheen de stelregel ‘eigen veiligheid eerst’ voor hulpdiensten gold en waarin de hulpdiensten
al jaren zijn getraind, is als gevolg van het nieuwe landelijk beleid nu een andere benadering
opgetreden. Nu wordt gesproken van ‘een acceptabel risico’.
Het traject van training, opleiding en voorlichting in het kader van bewustwording van de
gevaarsetting in relatie tot de eigen veiligheid bij extreem geweld, is enkele jaren geleden ingezet,
maar nog niet voor alle monodisciplines en de multidisciplinaire crisisteams afgerond. Met name
bewustwording is van groot belang ten opzichte van een zo veilig mogelijk handelingsperspectief.
Trainen, oefenen en voorlichten zal de komende jaren structureel onderdeel zijn van het jaarlijkse
vakbekwaamheidsprogramma.
Voorstel
U wordt voorgesteld de Multidisciplinaire afspraken Extreem geweld vast te stellen.
1 171013 AB 3B2 bijlage Terrorismegevolgbestrijding.docx
Multidisciplinaire afspraken extreem geweld versie 1.0 dd. 28 juli 2017 Pagina 1 van 4
Multidisciplinaire afspraken Extreem Geweld
Inleiding
Dit document beschrijft de kaders en regionale uitgangspunten voor de inzet van de crisisorganisatie van
VR NHN bij incidenten waarbij sprake is van extreem geweld / terrorismegevolgbestrijding. De gestelde
kaders zijn afkomstig van het NCTV, de Nationale Politie en de Raad van Directeuren Veiligheidsregio. De
regionale uitgangspunten zijn afkomstig van de betrokken partners en Brandweer Nederland, GHOR-GGD
Nederland. Tot extreem geweld wordt gerekend:
Aanslagen met vuur- of steekwapens, handgranaten;
Aanslagen met objecten (voertuigen, vaartuigen, vliegtuigen, drones);
Aanslagen met explosieven (bomaanslag);
Aanslag met een gevaarlijke stof (CBRN);
Een gijzeling of geplande aanhouding.
Deze term wordt inmiddels landelijk en generiek gebruikt. Terrorismegevolgbestrijding is, zoals het woord
zegt, gericht op de bestrijding van de gevolgen van een incident van extreem geweld, wat terrorisme feitelijk
is.
Het actuele dreigingsbeeld in Nederland wordt aangeduid in vijf fases: ‘Minimaal’, ‘Beperkt’, ‘Aanzienlijk’,
‘Substantieel’ en ‘Kritiek’. De door het NCTV afgegeven fase bepaalt de voorbereiding op het optreden van
de crisisorganisatie. ‘Substantieel’ vraagt voorbereiding en optreden in het kader van een algemene of
concrete dreiging, ‘Kritiek’ vergt optreden bij een concrete aanslag. De afspraken over dit optreden zijn
vastgelegd in drie multidisciplinaire scenariokaarten (MSK).
De MSK-en zijn gebaseerd op vijf scenario’s:
MSK 1:
a. Concrete dreiging op handen zijnde aanslag.
MSK 2:
a. Aanslagen met vuur- en steekwapens, handgranaten;
b. Aanslagen met objecten: voertuigen, vaartuigen, vliegtuigen, drones;
c. Aanslagen met explosieven.
MSK 3:
a. Aanslagen met een gevaarlijke stof – CBRN .
Zonering en operationeel optreden
De crisisorganisatie onderscheidt drie zones t.w. de Hot-, Warm- en Cold Zone.
Hulpverleners werken in een veilige werkomgeving. Bij ‘extreem geweld-incidenten’ kunnen onvoldoende
garanties worden geboden voor een veilige werkomgeving. Vandaar dat wordt gewerkt met het begrip
‘acceptabel risico’ De zone-indeling geeft inhoud aan de mate van een acceptabel risico.
De zgn. ‘First responders’ zijn de hulpverleners die het eerste ter plaatse zijn bij het incident. De afspraken
voor VR NHN over de inzet van ‘first responders’ zijn gebaseerd op landelijke afspraken over zonering,
corridors en overnameplaatsen.
De first responder van de politie bepaalt de zonegrenzen, de corridors en overnameplaatsen.
Voor onderlinge communicatie wordt gebruik gemaakt van een C2000 gespreksgroep per discipline.
Indien nodig kondigt de GMK radiostilte af.
Multidisciplinaire afspraken extreem geweld versie 1.0 dd. 28 juli 2017 Pagina 2 van 4
Hot Zone: onveilig gebied waarbinnen zich aanslagplegers bevinden, (resten van-) explosieven
aanwezig zijn of gevaarlijke stoffen vrijkomen. In deze zone treedt uitsluitend de politie op. Bij CBRN/E-
incidenten gaat de brandweer in overleg met de politie, de Hot Zone in voor specialistische
incidentbestrijding en/of hulpverlening.
Warm Zone: in deze zone vindt de overdracht en de levensreddende hulpverlening plaats.
Slachtoffers worden zo snel als mogelijk verplaatst naar de Cold Zone.
Cold Zone: gebied waarin de hulpverleningsdiensten veilig kunnen werken. In deze zone zijn de
gewondennesten ingericht en staan de voertuigen van de operationele diensten opgesteld.
Corridors zijn door de politie beveiligde doorgangen voor slachtoffers en hulpverleners tussen de drie
zones.
Zie bijlage voor invulling van afspraken per discipline per zone.
Bestuurlijk optreden
Bij het bestuurlijk optreden in geval van een dreiging tot extreem geweld of een incident van extreem
geweld, gelden de volgende uitgangspunten en aandachtspunten.
Uitgangspunten bestuurlijk optreden
De lokale/regionale driehoek wordt aangevuld met de VR (= vierhoek) vormt kern van het beleidsteam
bij dreiging en/of een aanslag van extreem geweld en terrorisme. Dit is een landelijke trend, die direct
alle betrokken partijen efficiënt bijeen brengt. Een en ander geschiedt in nauwe afstemming met de
NCTV en het ministerie van V&J.
Het bestuurlijk gezag (burgemeester of RBT-voorzitter) bepaalt binnen de driehoek/vierhoek de
bestuurlijke strategie en de uitgangspunten voor de crisisbeheersing.
Het bestuurlijk gezag bepaalt in overleg met de driehoek/vierhoek de besluitvorming over effecten van
(vervolg)dreigingsmaatregelen (o.a. inzet van noodbevelen en noodverordeningen).
Duiding van het incident als een daad van terrorisme of van een terroristische dreiging is voorbehouden
aan de NCTV en de premier. De recente bestuurlijke handreiking hierover geeft u concrete handvatten.
Bij schaarste (politie)capaciteit gaat beschermen van personen voor het faciliteren van
maatschappelijke initiatieven
Let wel: bij een aanslag zijn de first responders en kort daarop het CoPI reeds operationeel, terwijl het BT
nog moet opkomen. Veel maatregelen worden ter plaatse omwille van het redden van mensenlevens al
getroffen zonder bestuurlijke interventie. De bestuurlijke rol richt zich op de taken en verantwoordelijkheden
van de driehoek/vierhoek, strategie van de crisisbeheersing en bestuurlijke duiding in afstemming met het
Multidisciplinaire afspraken extreem geweld versie 1.0 dd. 28 juli 2017 Pagina 3 van 4
Rijk/de NCTV, handhaving van de lokale en regionale openbare orde en veiligheid en mogelijk
capaciteitsvraagstukken.
Bestuurlijke aandachtspunten
Bestuurders hebben te maken met andere partners, dan bij een ‘regulier’ incident (o.a. NCTV,
ministerie van V&J, IccB, Landelijk Parket OM).
De bestuurder draagt zijn of haar lokale/regionale verantwoordelijkheden bij een dreiging en het
voorkomen van een vervolgaanslag, zoals bij reguliere grote incidenten.
De bestuurder dient rekening te houden met het optreden van spanning tussen bevolkingsgroepen en
het namen van maatregelen om deze te beperken of te voorkomen.
Houdt rekening met ontwrichting van de samenleving als gevolg van de maatregelen die u treft
(verkeer, OV, mobiliteit, economie etc).
De strategie van de bestuurder en het beleidsteam is primair gericht op risicobeheersing, niet op risico-
uitsluiting.
In samenwerking met regionale en landelijke partijen is de bestuurder gericht op een zo snel mogelijke
terugkeer naar een normale situatie en maatschappelijke veerkracht.
Multidisciplinaire afspraken extreem geweld versie 1.0 dd. 28 juli 2017 Pagina 4 van 4
Bijlage - Afspraken en maatregelen zonering first responders en CoPI
4 Vaststelling verslag vergadering 13 februari 2017 (LMO sessie) en 7 juli 2017
1 171013 AB 4 V verslag 13 februari en 7 juli 2017.docx
pagina 1 van 1
Vergadering algemeen bestuur
Datum 13 oktober 2017
Agendapunt 4
Onderwerp Conceptverslagen algemeen bestuur van 13 februari en 7 juli 2017
Steller -
Bijlage nr 3-4
Voorstel de conceptverslagen van de vergaderingen van het algemeen bestuur
Veiligheidsregio Noord-Holland Noord van 13 februari en 7 juli 2017
vaststellen Besluit Akkoord / Niet akkoord / Anders nl.
Voorstel
de conceptverslagen van de vergaderingen van het algemeen bestuur Veiligheidsregio Noord-
Holland Noord van 13 februari en 7 juli 2017 vaststellen.
Toelichting
Het verslag van de extra vergadering van het algemeen bestuur van 13 februari 2017 in het kader
van de LMO was abusievelijk nog niet ter vaststelling aan het algemeen bestuur aangeboden.
1 171013 AB 4B3 Conceptverslag 13 februari 2017.docx
Vergaderdocument
Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
Datum 13 februari 2017
Tijd 16.15 – 16.45 uur
Locatie Van der Valk Oostzaan (zaal Zaan 1)
Westeinde 1, 1511 MA Oostzaan
Deelnemers Zie presentielijst
Afmelding Zie presentielijst
Verslag Sandra Rooijers
Status Conceptverslag
Verslag
Nr Onderwerp
1. Opening en vaststelling agenda
De voorzitter heet allen welkom bij deze extra vergadering van het algemeen bestuur. Een
bijzonder welkom voor de heer Van Beek, de waarnemend burgemeester van Stede Broec.
Er is bericht van verhindering ontvangen van de heren Bruinooge, Streng, Pijl, Oude Kotte en
Mans, waarbij laatstgenoemde wordt vervangen door de heer Rood.
Vanwege de afwezigheid van de heer Bruinooge zit de heer Schuiling de vergadering voor.
2. Instelling Meldkamer Noord-Holland
Het Algemeen Bestuur wordt gevraagd:
1. In te stemmen met de wijze waarop invulling is gegeven aan de gestelde randvoorwaarden;
2. De meldkamer Noord-Holland in te stellen cf. de Wet veiligheidsregio’s;
3. In te stemmen met de verdeelsleutel voor frictiekosten voor de meldkamer Noord-Holland:
• politie - 50%
• RAV-en - 20,5%
• Brandweer/veiligheidsregio’s - 19,5%
• Koninklijke Marechaussee - 10%
4. In te stemmen om de verdeling van het aandeel van de veiligheidsregio/brandweer in de
frictiekosten en afdekking van de risico’s verbonden aan het instellen van de Meldkamer Noord-
Holland, te baseren op de gemeentefondsnormeringen, resulterend in de verhouding 43:37:20
voor resp. Noord-Holland Noord, Kennemerland en Zaanstreek-Waterland.
5. In te stemmen met het gezamenlijk optrekken richting het ministerie van V&J over de
uitvoering van de afspraken uit het Transitieakkoord en de notitie ‘heroriëntatie LMO’
6. In te stemmen met het inbrengen en optellen van de besparingen van iedere Veiligheidsregio,
ter dekking van de gezamenlijke frictiekosten.
7. Kennis te nemen van het standpunt van V&J over hun bijdrage aan de afdekking van
resterende frictiekosten inclusief overhead, waaruit volgt dat het risico voor de Veiligheidsregio’s
minimaal is.
8. Veiligheidsregio Kennemerland te verzoeken de opdracht tot verbouwing van de Meldkamer
Noord-Holland definitief te gunnen.
De voorzitter vraagt of er nog vragen over het voorstel zijn.
Mevrouw Van Kampen wil graag weten hoe de overgang van meldkamerpersoneel van
veiligheidsregio naar politie is geregeld en wanneer dit gebeurt? De heer Smeekes reageert dat
hier nu nog geen besluitvorming over heeft plaatsgevonden en dat dit in de tweede fase van het
Vergaderdocument
project gebeurt. Uiteraard wordt er dan zorgvuldig gekeken dat de overgang op een correcte en
gepast wijze gebeurt.
De heer Posthumus benadrukt nogmaals zijn bezorgdheid over het op tijd gereedkomen van de
ICT-omgeving voor de landelijke meldkamer. De stappen zoals gepresenteerd zijn helder en
kloppend, maar de heer Posthumus heeft sterk de behoefte dit met zijn raad te delen en te
bespreken. De heer Romeyn antwoordt dat hier uitvoering met het ministerie en de politie over
is gesproken waarbij duidelijk de voorwaarde is gesteld dat eventuele vertraging niet op het
bordje van de gemeenten komt te liggen. ICT is altijd een risico, zeker financieel, maar
vooralsnog is hierover binnen het bestuurlijke overleg geen ongerustheid. De separate
meldkamers gaan niet eerder over dan dat de ICT omgeving klaar is.
De voorzitter vult aan dat de communicatie eenduidig moet worden georganiseerd, zodat alle
raden over dezelfde informatie beschikken.
De heer Cornelisse vindt het positief dat er in de toekomst regelmatig wordt gerapporteerd over
de risico’s. Daarnaast vraagt de heer Cornelisse of er behalve het voorstel van de heer Van
Herpen een advies vanuit het dagelijks bestuur is opgesteld. De heer Romeyn meldt dat dit in
een eerder stadium is gebeurd.
De heer Nawijn geeft te kennen ook behoefte te hebben aan eenduidigheid in het
communicatietraject.
De voorzitter leest het voorstel ter stemming puntsgewijs voor, waarbij punt drie nog kort wordt
belicht.
Het algemeen bestuur besluit positief conform voorstel.
Naar aanleiding van de presentatie van de heer Van Herpen tijdens het gezamenlijk deel, vraagt
de heer Nijpels of bij de uitnamen van de bijdrage aan de meldkamer uit het gemeentefonds de
VNG moet worden betrokken? De voorzitter geeft aan dat dit het geval zal zijn.
3. Sluiting
De voorzitter sluit de vergadering om 16.19 uur.
1 171013 AB 4B4 Conceptverslag 7 juli 2017.docx
Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
Datum 7 juli 2017
Tijd 9.15 – 12.00 uur
Locatie De Hertog, persruimte
Hertog Aalbrechtweg 22, 1823 DL ALKMAAR
Deelnemers Zie presentielijst
Afmelding Zie presentielijst
Verslag Sandra Rooijers
Status Concept
Verslag
Nr. Onderwerp
1 Opening en vaststelling agenda
De voorzitter heet iedereen welkom en in het bijzonder de plaatsvervangers; de heer Bijman
vervangt de heer Posthumus (Koggenland), de heer Nieuwenhuizen is aanwezig namens de
gemeente Langedijk en de heer Pijl wordt vervangen door de heer Te Grotenhuis.
Voor wat betreft de agenda stelt de voorzitter voor om eerst punt 12, het themadeel, te
behandelen en daarna in beslotenheid het besloten verslag van 3 maart vast te stellen.
Vanwege de beslotenheid worden deze stukken aan het begin van dit agendapunt uitgereikt.
De heer Blase vraagt of agendapunt vijf en zes niet beter in omgedraaide volgorde behandeld
kunnen worden. De voorzitter geeft aan dat dit achteraf beter was geweest en zegt toe hier
een notitie van te laten maken bij behandeling van deze agendapunten.
2 Mededelingen
De voorzitter meldt dat bij voormalig directeur Jos Stierhout een hersentumor is ontdekt net
na het moment dat hij besloot afscheid te nemen bij de KNRM. Dit laatste heeft u vanuit de
media kunnen vernemen. Uiteraard is de schok bij de heer Stierhout en zijn familie groot. Wel
is bekend dat de tumor goedaardig is en operatief kan worden verwijderd. Namens het
bestuur en medewerkers van de veiligheidsregio is een boeket met beterschapswensen
gestuurd.
De heer Romeyn deelt mee dat de RUD, GGD en VRNHN gezamenlijk optrekken in het
project omgevingswet. Mevrouw Van Kampen is gevraagd dit bestuurlijk te trekken en de
heer Romeyn bedankt haar voor het aanvaarden van de opdracht.
Wat betreft de samenvoeging van de meldkamers meldt de heer Romeyn dat de verwachting
is dat de planning van 1 juni 2018 niet gaat worden gehaald doordat de samenvoeging van
de meldkamers Oost-Brabant en Oost-Nederland vertragingen oplopen.
Aanvullend hierop deelt de heer Romeyn mee dat er medio juni bij onze meldkamer wat
onrust heeft geheerst bij het personeel. Aanleiding hiervoor was een verzoek van regio
Kennemerland om in te springen vanwege capaciteitstekort. Indien mogelijk worden dit soort
verzoeken gehonoreerd, maar er zitten risico’s aan en onze centralisten ervaren dit als zeer
belastend. De betreffende RAV-bestuurders hebben hierover gesproken en heldere
afspraken gemaakt. De centralisten zijn hierover geïnformeerd.
Pagina 2
De heer Romeyn doet nog een mededeling over de doorontwikkeling brandweer. Alle
betreffende medewerkers zijn geïnformeerd en ook de rest van de organisatie is op de hoogte
gebracht van de op handen zijnde organisatieveranderingen bij de brandweer. Het proces
heeft in goed overleg met de ondernemingsraad plaatsgevonden. De zomermaanden staan
in het teken van doorvoering van deze veranderingen en per 1 september dienen de teams
conform te werken.
De heer Schuiling meldt dat hij aan het einde van de vergadering een memo zal uitreiken met
de resultaten van het fraudeteam.
Over het onderzoek huisvesting vertelt de heer Schuiling dat Twynstra Gudde was gevraagd
onderzoek te doen naar het beheer en eigendom van de brandweerkazernes en dat de
algehele conclusie luidt dat het ontbreekt aan richting en visie op het vastgoedbeleid en dat
deze door gemeenten en de veiligheidsregio verschillend wordt geïnterpreteerd. Derhalve
kunnen er discussies ontstaan over de rolverdeling, ontwikkeling van de
brandweerorganisatie, beheer, inrichting etc. Aan Twynstra Gudde is de opdracht verstrekt
om een toetsingskader op te stellen. Daarnaast zijn er ook principiële vraagstukken, maar de
heer Schuiling wil hier op een later moment dieper op in gaan met het bestuur. Hij doet de
toezegging er dan uitvoeriger op terug te komen en het bestuur mee te nemen in de keuzes
die dan voorliggen.
Mevrouw Van Kampen vraagt hierbij aandacht te houden voor de aankomende
gemeenteraadsverkiezingen. De raden moeten goed worden geïnformeerd en zich betrokken
voelen.
De heer Nieuwenhuizen geeft aan dat hij vindt dat er eerst over de organisatieontwikkeling
moet worden gepraat en dan pas over kazernes.
De heer Schuiling reageert dat het over infrastructuur gaat en niet over mensen. De
opmerking van mevrouw Van Kampen deelt de heer Schuiling en bevestigt dat het een
handzaam stuk moet worden welke goed is voorbereid.
De heer Nieuwenhuizen verduidelijkt dat hij het eens is met de kwaliteitseisen, maar dat er
bij discussie over gebouwen automatisch, met name bij vrijwilligers, ontrust ontstaat en er
over sluiting van kazernes wordt gepraat.
De voorzitter is het er mee eens dat we de vrijwilligers gemotiveerd moeten houden en
daarom geïnformeerd moeten houden.
De heer Nieuwenburg maakt uit de mededeling op dat er een vervolgopdracht aan Twynstra
Gudde is verstrekt en dat dit wel een soort planning aangeeft. Hij adviseert goed op te letten
dat het juiste pad wordt gelopen.
De heer Uitdehaag is het eens met de heer Nieuwenburg dat we, na alle discussies over de
verdeelsleutel, nu weer risico lopen op een extra discussie in dit gremium.
De voorzitter geeft aan dat we het positief moeten benaderen en goed moeten bedenken hoe
we het gaan doen. In een volgende vergadering gaan we hier dieper op in, zoals ook
toegezegd door de heer Schuiling.
3 Vaststelling verslag van de vergadering van 3 maart 2017
Het conceptverslag van de vergadering van het algemeen bestuur veiligheidsregio Noord-
Holland Noord van 3 maart 2017 wordt ongewijzigd vastgesteld.
4 Interregionaal Coördinatieplan Overstroming, Wateroverlast en Evacuatie
Het algemeen bestuur wordt voorgesteld het Interregionaal Coördinatieplan Overstroming,
Wateroverlast & Evacuatie boven het Noordzeekanaal vast te stellen. Het algemeen bestuur
stemt conform voorstel in.
Pagina 3
5 Staat van de Rampenbestrijding
Het algemeen bestuur wordt gevraagd akkoord te gaan met de uitvoering van het
voorgestelde programma om de crisisorganisatie op niveau te brengen. Het algemeen
bestuur besluit conform voorstel met in achtneming van de opmerking van de heer Blase dat
het formeel na besluitvorming over de jaarrekening 2016 en begroting 2018 wordt
vastgesteld.
6 Jaarrekening 2016 en begroting 2018
Het algemeen bestuur wordt voorgesteld om:
1. De jaarstukken 2016 en de begroting 2018 van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord
volgens bijgaande exemplaren vast te stellen;
2. Het negatieve saldo programma ambulancezorg € 228.000, voor € 95.000 te onttrekken
aan de algemene reserve ambulancezorg. Het restant tekort van € 133.000 conform het
AB besluit van 3 december 2016 te verrekenen met de 11 gemeenten uit de Noordkop
en West-Friesland. Het verrekenen wordt gedaan met de positieve resultaten
ambulancezorg 2017 tot en met 2019;
3. Het positieve saldo € 2.820.000 van de overige programma’s van de veiligheidsregio als
volgt te bestemmen:
Aflossen restant van de projectkosten regionalisering € 1.145.000.
Vormen van een bestemmingsreserve landelijke meldkamer organisatie van €
525.000,-, voor projectkosten, frictiekosten en financiële risico’s op het gebied van
huisvesting, ICT en personeel.
€ 413.000,- toevoegen aan de algemene reserve tot het gewenste afgesproken
niveau van 2,5% van onze lasten.
Ontvangen Europese gelden brandweerscholing € 72.000,- net als eerdere
ontvangen Europese gelden toevoegen aan de bestaande bestemmingsreserve
brandweerscholing.
Vormen van een bestemmingsreserve Staat van de rampenbestrijding van €
300.000,-.
Vormen van een bestemmingsreserve bedrijfsvoering op orde van € 365.000,-.
De voorzitter geeft het woord aan portefeuillehouder Schuiling.
De heer Schuiling licht toe dat er van alle gemeenten zienswijzen zijn ontvangen. De
vragen/opmerkingen over de aanrijtijden zal de heer Romeyn later beantwoorden.
De heer Schuiling gaat in op het punt bestemmingsreserve LMO. Hier is veelvuldig een
negatieve zienswijze op ontvangen. Echter is tijdens de extra vergadering van het algemeen
bestuur op 13 februari afgesproken dat er rekening gehouden moeten worden met financiële
tegenvallers en nu is de ruimte er dit te reserveren. De systematiek is wellicht niet helemaal
juist, maar we moeten pragmatisch zijn en kunnen nu kosten waarvan we voorzien dat ze er
aan komen alvast reserveren.
Het volgende punt van de heer Schuiling betreft de indexering van loon- en prijscompensatie.
Hij geeft een toelichting op de manier waarop de indexering is verwerkt in de stukken en dat
dat conform de uitgangspunten gemeenschappelijke regelingen is gebeurd. De heer
Schuiling zal vanwege het technische verhaal een memo doen uitgaan aan het algemeen
bestuur waarin dit verder wordt toegelicht.
Pagina 4
De heer Romeyn reageert op de zienswijzen die de aanrijtijden betreft en geeft aan dat alle
wensen, adviezen en opmerkingen worden meegenomen in de ontwikkeling van het nieuwe
dekkingsplan.
De voorzitter doet een mededeling over de recente commotie over inhuur derden. Dit betrof
de begroting 2016. Met het dagelijks bestuur is over dit onderwerp gesproken en het streven
is zo min mogelijk in te huren, maar zonder inhuur is nooit helemaal mogelijk. Nu ook met het
oog op de meldkamer. Wel is het dagelijks bestuur van mening dat vooruitzien regeren is en
dat het vooraf informeren voorkomt dat we overvallen worden door dit soort wob-verzoeken.
De voorzitter geeft het algemeen bestuur de gelegenheid in een eerste ronde te reageren:
De heer Nieuwenburg meldt dat de gemeente Hoorn een positieve zienswijze afgeeft op de
begroting 2018. De zienswijze op de jaarrekening is echter nog niet definitief vanwege verlate
behandeling in de raad. De indexering heeft Hoorn kunnen kanaliseren zoals door de
voorzitter aangegeven. Inhuur derden was inderdaad veel commotie, ook binnen de
organisatie en proactief handelen is derhalve zeer gewenst. De bestemmingsreserve voor de
LMO is inderdaad op 13 februari uitgebreid besproken, maar de gemeente Hoorn wil meer
precies weten welke risico’s er worden voorzien en denkt dat dit op een andere wijze kan
worden vastgelegd.
De heer Uitdehaag geeft aan dat er vanuit Texel niet zo veel aanmerkingen zijn. De
brandweerkazernediscussie en de loon- en prijscompensatie duiden wel op reactief
handelen. Hierdoor mist hij de regie en denkt hij dat tijdig handelen en de raad informeren
een hoop discussie uit de weg gaat. De ambulance-aanrijtijden, en dan met name de niet-
spoedeisende ritten, baart de heer Uitdehaag zorgen. Waar het voor de brandweer is uit te
leggen, is dat het voor de ambulance niet. 2 á 3 uur wachten op een ambulance is echt te
lang.
De heer Van Beek geeft aan dat het ook niet zijn keuze is om de LMO op deze wijze in te
stellen en sluit zich aan bij collega Nieuwenburg en wil alleen een signaal afgeven vanuit een
adviesfunctie. De gemeente Stede Broec heeft een positieve zienswijze afgegeven en gaat
uit van structurele opvang uit het gemeentefonds en ziet dit als incidenteel.
De heer Van Beek dankt de voorzitter voor zijn reactie op het wob-verzoek inhuur derden.
De heer Nijpels is tevreden over de kwaliteit van de voorstellen. Wat betreft de zorg van
collega Uitdehaag, begrijpt de heer Nijpels de wens, maar ziet niet in hoe dit anders zou
kunnen.
Mevrouw Hafkamp vraagt wanneer de reactie op de zienswijzen komen? De voorzitter geeft
aan dat deze, niet anders dan in voorgaande jaren, na vaststelling in het algemeen bestuur
wordt verstuurd.
Mevrouw Hafkamp herinnert zich de discussie van 13 februari ook nog goed en heeft het
gevoel dat ons vooral iets wordt opgedrongen en daardoor heeft zowel haar raad als zijzelf
moeite met het instellen van de LMO reserve. Daarnaast is in de zienswijze opgenomen dat
zij tijdig willen worden geïnformeerd over de invulling van € 900.000 bezuinigingen in 2018
en de achteruitgang van de uitruktijden Egmond aan Zee. Graag ziet de raad vóór 1
november haar vragen beantwoord.
Pagina 5
Mevrouw Van Kampen is blij met het overzicht van de zienswijzen, maar heeft er moeite mee
vandaag de jaarstukken 2016 en begroting 2018 vast te stellen nog voordat er een reactie is
ontvangen op deze zienswijzen. Raden voelen zich hierdoor niet serieus genomen.
De voorzitter reageert dat de werkwijze niet afwijkt van voorgaande jaren, maar dat als de
wens er is om het anders te doen, het dagelijks bestuur zich hierover kan beraden. Dit geldt
dan echter pas voor volgende jaren.
Mevrouw Van Kampen vraagt zich af wat we nu vandaag gaan vaststellen als er nog geen
antwoorden op de vragen zijn?
Nogmaals reageert de voorzitter dat de procedure is gevolgd en dat het voor dit jaar niet
anders kan. Volgend jaar kunnen we de discussie op een andere manier voeren.
Mevrouw Hafkamp vult aan dat als zij de toezegging krijgt, dat er voor 1 november een
antwoordt komt op de genoemde zienswijze, zij geen amendement zal indienen.
Mevrouw Van Kampen gaat inhoudelijk akkoord met de jaarrekening en begroting, maar
benadrukt nogmaals benieuwd te zijn naar de antwoorden op de zienswijzen.
De heer Nawijn heeft inhoudelijk geen opmerkingen, maar is het wat betreft de procedure
eens met collega’s Van Kampen en Hafkamp.
De heer Blase geeft aan op dezelfde lijn te zitten als de heer Nawijn en vindt het een lastige
spagaat om in te zitten. Technisch gezien is de heer Blase huiverig over het instellen van
reserves. Bij andere veiligheidsregio’s werden er wel vooraf concept-antwoorden op de
zienswijzen verstrekt. Wellicht is dit een overweging voor de toekomst. Daarnaast is het
instellen van auditcommissie een aanvullende optie voor de toekomst.
De heer Baas sluit zich aan bij collega’s Nawijn en Blase.
De heer Bijman meldt dat er in Stede Broec zorgen zijn over de ambulancezorg en de regio-
indeling en verzoekt de directie hierover het gesprek te blijven voeren. De gemeente
Heerhugowaard heeft een negatieve zienswijze afgegeven omdat zowel de begroting 2018
als de jaarrekening 2016 niet voldoen aan de bestuurlijk vastgestelde indexatiebrief en de in
2012 door de raden vastgestelde uitgangspunten gemeenschappelijke regelingen.
De heer Te Grotenhuis kan zich vinden in het betoog van collega Nieuwenburg.
De heer Mans gaat de punten niet specifiek benoemen, maar geeft aan dat hij met een gerust
hart de jaarrekening 2016 en begroting 2018 kan vaststellen omdat de beantwoording van de
zienswijze altijd spoedig en zakelijk volgt.
De instelling van de reserve LMO vindt de heer Mans echter verkapt, want eerder is
gesproken dat het individuele gemeenten niet zou raken, maar met het instellen van de
reserve worden de gemeenten gezamenlijk geraakt.
De heer Streng geeft namens de gemeente Medemblik een positieve zienswijze op de
jaarrekening 2016, maar zou een negatieve zienswijze willen afgegeven over het niet
informeren over de excessieve uitgaven inhuur. De reactie vanuit het dagelijks bestuur
waardeert de heer Streng daarentegen wel.
De heer Romeyn meldt dat nog niet iedere raad zich heeft uitgesproken over de jaarstukken.
Zo geldt dit ook voor de gemeente Heiloo.
Pagina 6
Wat betreft de meldkamer verduidelijkt de heer Romeyn dat het ministerie van Veiligheid en
Justitie heeft toegezegd mee te delen in de kosten, maar dat een deel van de frictiekosten
ook zeker uit eigen middelen moeten worden bekostigd.
De heer Nieuwenhuizen kan zich niet vinden in de toelichting op de loon- en prijsindexatie.
Hij verwijst daarbij naar pagina 6 van de begroting. Daarnaast is de heer Nieuwenhuizen
verbaasd dat er geen nota voor de reserves en voorzieningen is. Verder sluit de heer
Nieuwenhuizen zich aan bij de heer Blase en pleit voor een auditcommissie.
De voorzitter constateert dat er met name over de procedure discussie is. Zoals eerder
gezegd kan het dagelijks bestuur zich beraden over een aanpassing van de procedure voor
de toekomst, zoals bijvoorbeeld het verstrekken van een preadvies vanuit het dagelijks
bestuur. Dit heeft echter wel gevolgen voor de planning en hierover moet goed worden
nagedacht.
De voorzitter vraagt de heer Schuiling te reageren.
De heer Schuiling merkt op dat er over het geheel zeer positief wordt gereageerd op de
behandeling van de jaarrekeningen van de gemeenschappelijke regelingen in de raden,
doordat de directies altijd bereid zijn deze bij te wonen en ter plaatse te reageren op vragen.
Voor het grootste deel van de zienswijzen is een conceptbeantwoording gereed en voor de
toekomst zal deze, zoals geopperd door de voorzitter, worden gedeeld met het algemeen
bestuur voorafgaand aan behandeling van de jaarstukken en begroting.
Wat betreft de LMO reserve geeft de heer Schuiling aan dat er niks principieels achter zit,
maar dat het vanuit het dagelijks bestuur een pragmatische insteek is; we hebben nu een
meevaller, daarom een reserve instellen en indien niet gebruikt, dan vloeit het terug naar de
algemene reserve of de gemeenten.
De voorzitter meldt nog dat VRNHN wel degelijk een vastgesteld nota reserves en
voorzieningen kent. De heer Nieuwenhuizen is blij dit te horen, maar reageert dat deze
blijkbaar niet zo duidelijk is.
De heer Schuiling stelt voor om de discussie over de indexeringspercentages niet hier te
voeren en zegt nogmaals toe dat hierover een memo wordt verstuurd.
De voorzitter wil alle vragen met betrekking tot uitruktijden meenemen in de discussie die
hierover in een later algemeen bestuur gaat plaatsvinden bij de behandeling van het
dekkingsplan en stelt een tweede reactieronde voor.
De heer Nieuwenburg geeft aan dat er wat hem betreft alleen nog discussie is over de
bestemmingsreserve en vraagt of het mogelijk is om op een later moment te kiezen om deze
in te stellen?
De heer Uitdehaag vindt het geen strategisch signaal richting het rijk als we zelf een reserve
instellen; het geeft aan dat we de middelen hebben om het zelf te betalen. Anderzijds weten
we dat we iets moeten betalen. Voor nu kiest de heer Uitdehaag ervoor geen strategisch
signaal af te geven of het anders te benoemen.
Pagina 7
De heer Van Beek sluit zich hierbij aan. Hij begrijpt het verhaal van de heer Romeyn dat het
om andere type kosten gaat, maar wil graag ander signaal afgeven.
Mevrouw Hafkamp dankt voor de toezegging, maar geeft er politiek gezien geen voorkeur
aan de bestemmingsreserve op deze wijze te benoemen.
Mevrouw Van Kampen geeft aan behoefte te hebben aan 15 minuten schorsing. De voorzitter
stemt hiermee in en wil de tweede ronde afmaken en daarna de vergadering schorsen.
De heer Nawijn sluit zich aan bij de wens van mevrouw Van Kampen.
De heer Blase vraagt wanneer de jaarrekening en begroting moeten worden vastgesteld? De
voorzitter reageert dat er vandaag een besluit moet volgen.
De heer Blase wil verder graag nog een antwoord op zijn vraag over het instellen van een
auditcommissie.
De heer Baas is tegen het instellen van de bestemmingsreserve LMO.
De heren Bijman en Te Grotenhuizen volgen de burgemeester van Hoorn.
De heer Mans herhaalt zijn vertrouwen in de beantwoording van de zienswijze.
De heer Streng geeft aan ook behoefte te hebben aan een schorsing.
De heer Romeyn vindt het pragmatisch om nu een reserve in te stellen.
De heer Nieuwenhuizen heeft een onbevredigend gevoel over het antwoord van de
portefeuillehouder over de indexeringspercentages, maar snapt dat het een technische vraag
betreft en dankt voor de memo als handreiking. Verder sluit de heer Nieuwenhuizen zich aan
bij de opmerking van collega Nieuwenburg en ziet graag een aanvulling op de risicoparagraaf.
Ook ziet hij de vraag van de heer Blase over de auditcommissie graag beantwoord.
De voorzitter geeft aan behoefte te hebben nog kort terug te gaan naar het voorstel en
benoemt de bestemmingsreserves nogmaals en geeft aan dat als we geen € 525.000
instellen voor de LMO, dit geld wordt terug betaald aan de gemeenten.
De heer Blase en Nieuwenhuizen geven aan dat dit niet persé het geval is, maar dat het ook
op een nog nader te bestemmen reserve kan worden geboekt.
De heer Romeyn stelt voor dat het algemeen bestuur het dagelijks bestuur vraagt een andere
bestemming te formuleren voor deze € 525.000.
De voorzitter omarmt de diverse voorstellen die zijn gedaan en stelt voor nu eerst te schorsen
zodat collega’s onderling kunnen overleggen.
De vergadering van het algemeen bestuur wordt om 10.52 uur geschorst en wordt om 11.05
uur weer door de voorzitter geopend.
Het woord is aan mevrouw Van Kampen. Zij bedankt voor de schorsing en heeft deze als
zeer nuttig ervaren. Met collega’s heeft zij overlegd en zij zijn van mening als de algemene
reserve op orde is, dat er geen extra reserves dienen te worden ingesteld. Zij kan zich vinden
in het voorstel om het dagelijks bestuur met een aanvaardbare onderbouwing te komen voor
de bestemming van de € 525.000 in de volgende vergadering van het algemeen bestuur.
Pagina 8
De voorzitter vraagt of anderen nog willen reageren of dat hij alles in één keer kan
samenvatten? De leden knikken instemmend.
Zoals eerder gezegd doet de voorzitter de toezegging namens het dagelijks bestuur dat zij
zich buigen over aanpassing van de procedure en in de toekomst een preadvies zullen
uitbrengen met de kanttekening dat de tijdslijn goed in acht wordt gehouden.
Voor de € 525.000 reserve volgt een nadere motivering van het dagelijks bestuur in de eerst
volgende vergadering van het algemeen bestuur. De term bestemmingsreserve meldkamer
wordt daarbij verwijderd en omgezet in nader te bestemmen reserve.
Het dagelijks bestuur zal eveneens in de volgende algemeen bestuursvergadering met een
voorstel komen over de instelling van een auditcommissie op bestuurlijk niveau.
De voorzitter vraagt of de leden van het algemeen bestuur met deze drie toezeggingen
instemmen met het voorstel ter vaststelling van jaarrekening en begroting?
De heer Nijpels vult nog aan dat er ook een rol voor de raden is weggelegd als toezichthouder.
De voorzitter neemt alle aspecten uiteraard mee.
De heer Van Beek vraagt om de omschrijving ‘nader te bestemmen resultaat’ te gebruiken
in plaats van ‘nader te bestemmen reserve’.
De voorzitter bevestigt deze wijziging en vraagt nogmaals of het algemeen bestuur akkoord
gaat met het voorstel aangevuld met de drie toezeggingen?
De heer Streng gaat akkoord met de jaarrekening 2016, niet met de begroting 2018.
De heer Nieuwenburg meldt dat er vanuit Hoorn nog een zienswijze volgt.
De jaarrekening 2016 wordt conform vastgesteld, de begroting 2018 wordt met in achtneming
van de tegenstem van Medemblik vastgesteld. Voor wat betreft de resultaatsbestemming
wordt conform het voorstel besloten, behoudens de bestemmingsreserve voor de LMO.
7 Bestuursrapportage 2017-01
Aan het algemeen bestuur wordt voorgesteld om:
1. de financiële afwijkingen (inclusief mutaties reserves) bij te stellen in de begroting 2017
en het te bestemmen resultaat veiligheidsregio (exclusief ambulancezorg) vast te stellen
op € 1.000 positief;
2. de financiële afwijkingen (inclusief mutaties reserves) ambulancezorg bij te stellen in de
begroting 2017 en vast te stellen op € 125.000 negatief;
3. de bestuursrapportage 2017-01 vast te stellen.
De heer Uitdehaag geeft aan dat vanuit Texel er de behoefte was om inzicht te krijgen in de
begroting 2017 en dat dit in de zienswijze is opgenomen. Echter met deze rapportage is aan
deze wens voldaan.
De heer Streng geeft aan dat de prestatie-indicator ‘paraat staan’ (formatie op orde) voor
ambulancezorg niet op groen staat en zou dit graag toegelicht zien.
De heer Smeekes meldt dat dit is opgenomen omdat het zeer moeilijk is om verpleegkundigen
in te huren.
Het algemeen bestuur stelt de bestuursrapportage 2017-01 conform voorstel vast.
Pagina 9
8 Wijziging gemeenschappelijke regeling
Het algemeen bestuur besluit om de voorliggende gewijzigde gemeenschappelijke regeling
ter besluitvorming voor te leggen aan de colleges van de gemeenten in Noord-Holland Noord.
9 Rondvraag
De heer Uitdehaag bedankt de veiligheidsregio voor haar inzet tijdens het chloorlek. Dit
incident heeft het belang van de inzet van de veiligheidsregio nog maar eens verduidelijkt.
Ook de heer Nieuwenburg meent namens het gehele bestuur te kunnen spreken en bedankt
de directie voor haar inzet in een bewogen jaar en het opleveren van de jaarstukken. Een
mooie prestatie.
De heer Van de Looij bedankt hiervoor en zegt toe te zorgen dat de complimenten worden
overgebracht aan de collega’s.
12 Thema – Omgevingswet
Mevrouw van Kampen meldt dat de omgevingswet in 2019 wordt geïmplementeerd.
Sommige gemeenten zijn hier al mee bezig, andere starten nu. De uitvoeringsorganisaties
proberen in deze de handen in één te slaan. Graag vraagt zij aandacht voor Renée Linck die
vandaag de stand van zaken omgevingswet aan het algemeen bestuur presenteert.
De voorzitter bedankt mevrouw Linck na afloop voor haar bijdrage.
De presentatie zal na de vergadering aan de bestuurders worden verspreid.
11 Sluiting
De voorzitter staat in het openbare gedeelte stil bij het afscheid van waarnemend
burgemeester Van Beek. Hij dankt de heer Van Beek voor zijn bijdrage in het algemeen
bestuur. De heer Van Beek spreekt zijn dank uit en wil het bestuur meegeven dat hij onder
de indruk is van de betrokkenheid en sfeer in de vergadering en bedankt allen voor de prettige
samenwerking.
De voorzitter sluit de openbare vergadering van het algemeen bestuur om 11.55 uur.
5 Bezuinigingsmaatregelen 2018
1 171013 AB 5 V Bezuinigingsmaatregelen 2018.docx
pagina 1 van 1
Vergadering Algemeen bestuur
Datum 13 oktober 2017
Agendapunt 5
Onderwerp Bezuinigingsmaatregelen 2018
Bijlage nr 5
Voorstel De bezuinigingsmaatregelen 2018 vaststellen
Besluit Akkoord / Niet akkoord / Anders nl.
Kern en aanleiding
De veiligheidsregio heeft bij de start in 2015 een bezuinigingstaakstelling van €7,4 mln van het
bestuur opgelegd gekregen, die in 2018 behaald moet zijn. Voor de jaren 2015, 2016 en 2017 zijn
de vastgestelde bezuinigingen allen behaald en verwerkt in de begroting. De laatste tranche van de
bezuinigingen betreft € 921.264 en moet in 2018 worden gerealiseerd.
Toelichting
In 2015 is gekozen om de bezuinigingsmaatregelen niet per 2015 te realiseren, maar te spreiden
over 4 jaar. Dit gaf de organisatie de tijd om door te ontwikkelen en de mogelijkheid om
bezuinigingsmaatregelen te vinden door een andere en slimmere manier van organiseren als gevolg
van de grotere schaal waarop kan worden georganiseerd en ingekocht. Hierdoor zijn tot nu toe
onomkeerbare bezuinigingsmaatregelen voorkomen.
De bezuinigingsmaatregelen in dit voorstel hebben betrekking op de programma’s Brandweer en
Bedrijfsvoering, omdat deze op grotere schaal zijn georganiseerd als gevolg van de regionalisering.
De maatregelen zijn dan ook gevonden in verbeteren van de logistiek met betrekking tot oefenen, de
nieuwe gebiedsindeling van de brandweer en inkoopvoordelen op brandweermaterieel, huisvesting,
werkplekinrichting en ICT. Voor de vertaling van de bezuinigingsmaatregelen naar de budgetten
verwijzen wij u naar de bijlage.
Het is verder goed te vermelden dat er nog geen sluitend meerjarenperspectief is voor de jaren 2019-
2021. Tevens moet er blijvend gewerkt worden aan een weerbare en wendbare organisatie, die
voorbereid is op de komende ontwikkelingen, zoals de overgang naar de landelijke meldkamer en
die kan investeren in diverse bedrijfsvoeringsthema’s (bijv. automatisering en informatiebeveiliging),
brandweerthema’s (bijv. brandweer 360 en dekkingsplan) en landelijke thema’s vanuit het
veiligheidsberaad.
1 171013 AB 5B5 Bezuinigingsmaatregelen 2018.docx
Pagina 1 van 1
Taakstelling 2018 921.264,00
Brandweer
Budgetten diensten en middelen 327.000,00
budgetbijstelling: uniform-/werkkleding, warmtebeeldcamera's,
CO-/RA-/explosiemeters, controle, onderhoud en nieuwe
brandkranen
Budgetten wagenpark 20.000,00
budgetbijstelling: jeugdbrandweervoertuig,
hulpverleningshaakarmbak,
Budgetten HRM 390.000,00
budgetbijstelling: vakbekwaamheid officieren, bevelvoerders
en basisbrandweerzorg
Budgetten personele lasten 102.400,00
saldo van personele wijzigingen binnen het programma
brandweer. Toename capaciteit voor veilig werken en
leiderschap, brandveilig leven en duikcoördinatie. Afname
minder geografische teams (van 4 naar 3).
Sub totaal maatregelen Brandweer 839.400,00
Bedrijfsvoering
Budgetten huisvesting 34.413,00
budgetbijstelling: aanpassing afschrijvingslasten en budget
voor klein onderhoud
Budgetten diensten en middelen 20.240,00
budgetbijstelling: werkplekinrichting en klein onderhoud
Budgetten ICT 50.000,00
budgetbijstelling: afname licentiekosten
Sub totaal maatregelen Bedrijfsvoering 104.653,00
Totaal gevonden maatregelen 944.053,00
6 Voorstel bestuurlijke auditcommissie
1 171013 AB 6 V auditcommissie.docx
pagina 1 van 1
Vergadering algemeen bestuur
Datum 13 oktober 2017
Agendapunt 7
Onderwerp Auditcommissie
Bijlage nr -
Voorstel De huidige leden van de commissie bestuurlijke meedenkers te
benoemen als leden van de nieuw te vormen auditcommissie;
In te stemmen met de in het voorstel genoemde werkwijze van de
auditcommissie.
Besluit Akkoord / Niet akkoord / Anders nl.
Kern
In de vergadering van het algemeen bestuur van 7 juli 2017 heeft de burgemeester van
Heerhugowaard voorgesteld aan het DB om te overwegen een commissie in te stellen om de
bestuurlijke besluitvorming rond financiële onderwerpen als indexaties en reservevorming te
verbeteren.
Toelichting
In het dagelijks bestuur is dit onderwerp besproken en is van mening dat het goed is om een
dergelijke commissie te hebben. Mede op verzoek van de toenmalige portefeuillehouder
bedrijfsvoering, dhr. Van Veldhuizen is in 2015 er een commissie bestuurlijke meedenkers ingesteld,
die de afgelopen jaren op diverse momenten de portefeuillehouder heeft geadviseerd. Deze
commissie bestond uit mevrouw Van Kampen, de heer Posthumus en de heer Mans en de
portefeuillehouder bedrijfsvoering, de heer Schuiling. Zij werden ondersteund door de controller en
de directeur.
Het dagelijks bestuur stelt voor om de leden van de commissie bestuurlijke meedenkers de nieuwe
auditcommissie te laten vormen conform de hieronder beschreven werkwijze.
De commissie heeft als doel het algemeen bestuur te adviseren over alle financiële en
bedrijfsvoeringaspecten, in het bijzonder over de aspecten die samenhangen met de planning- en
controlcyclus (financiële documenten). De commissie is in de eerste plaats adviseur van het
algemeen bestuur, met tevens een adviesrol naar het dagelijks bestuur als het gaat om de financiële
verantwoording en de bijbehorende informatievoorziening.
De auditcommissie bestaat uit drie leden van het algemeen bestuur (door het AB aangewezen) en
de portefeuillehouder bedrijfsvoering. Adviseurs van de auditcommissie zijn de directeur (belast met
bedrijfsvoering) en de concerncontroller.
Adviezen van de commissie worden tijdig bekend gemaakt aan het dagelijks bestuur, zodat het
advies kan worden betrokken bij verdere bestuurlijke besluitvorming. De commissie streeft naar
consensus bij het uitbrengen van haar adviezen. Op verzoek van het algemeen bestuur geeft de
commissie een toelichting in de vergadering van het algemeen bestuur.