Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport...

60
Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II.1 Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 © DHV Groep Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV Groep, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitssysteem voor beleidsvorming en besturing van de DHV Groep is gecertificeerd volgens ISO 9001.

Transcript of Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport...

Page 1: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

Brondocument WRM-examen: Toetsdomein Examenthema II.1 Lesvoorbereiding (toets 2.a)

Rapport Versie: 3

IBKI

Mei 2016

© DHV Groep Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV Groep, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitssysteem voor beleidsvorming en besturing van de DHV Groep is gecertificeerd volgens ISO 9001.

Page 2: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

INHOUD BLAD

1. INLEIDING ................................................................................................................................................... 1

2. KENNISHANDELINGEN .............................................................................................................................. 2

2.1 Lesplanning op maat maken ........................................................................................................................ 2

2.2 Uitwerken van rijvaardigheidsdidactiek (ook wel: didactiseren) .................................................................. 9

2.3 Organiseren ............................................................................................................................................... 25

3. GEDRAGSREPERTOIRE .......................................................................................................................... 29

3.1 Taakdomein 2.1 Lesplanning op maat maken ........................................................................................... 29

3.1.1 Onderdeel 2.1.1: lesprogramma ontwerpen .............................................................................................. 29

3.1.2 Onderdeel 2.1.2: planning aanpassen aan leerlingkenmerken ................................................................. 32

3.2 Taakdomein 2.2 Uitwerken van rijvaardigheidsdidactiek ........................................................................... 35

3.2.1 Onderdeel 2.2.1: Instructie voorbereiden .................................................................................................. 35

3.2.2 Onderdeel 2.2.2: Opdrachten en oefensituaties voorbereiden .................................................................. 43

3.2.3 Onderdeel 2.2.3: Leermotivatie.................................................................................................................. 46

3.3 Taakdomein 2.3 Organiseren .................................................................................................................... 50

3.3.1 Onderdeel 2.3.1: Voorbereiding leersituatie .............................................................................................. 50

3.3.2 Onderdeel 2.3.2: Les- en leertijd ............................................................................................................... 52

3.3.3 Onderdeel 2.3.3: Regels en afspraken ...................................................................................................... 55 

Page 3: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

IBKI/Lesvoorbereiding - 1 -

1. INLEIDING

Dit brondocument hoort bij het rapport “Toetsspecificaties theoretische deeltoetsen WRM-examen”. In dit brondocument zijn het kennisdomein en het gedragsrepertoire beschreven die centraal staan in cluster 2 “Competent in het voorbereiden van lessen” (toets 2.a).

Page 4: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 2 -

2. KENNISHANDELINGEN

2.1 Lesplanning op maat maken Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.1.1 Lesprogramma ontwerpen

Ordenen van rij- en

oefentaken

LP1. De instructeur ordent de te behandelen

rij- en oefentaken in een lesprogramma van

gemakkelijk naar moeilijk

LPMD1 Door rijtaken te ordenen van eenvoudig naar

complex, krijgen de leerlingen op tijd de passende

onderdelen van de rijtaak aangeboden waar ze op

dat moment aan toe zijn.

LPOG1 Rijomstandigheden maken dat de rijtaak

voor de leerling moeilijker of gemakkelijker kan zijn

(drukte, weersomstandigheden, zicht, soorten

verkeersdeelnemers etc).

LPMD2 Uitgewerkte ordeningen in rijtaken zoals die

van de RIS geven weer wat in verschillende fasen

van de rijopleidingen aan de orde zou moeten

komen.

LPMD3 De leergang heeft in de rijopleiding een

kompasfunctie: duidelijk wordt de route van grote en

kleine leerstappen waarlangs het lesprogramma leidt

tot de te bereiken leerdoelen.

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

32 leerlijnen uitzetten/volgen:

ordening tussendoelen en ordening

leerstof

4.2 Cursus- en lesopbouw

1. eenvoudig-complex

4.8 Leerplanniveaus

1. Leergang/cursus, 2. lesplan

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.1 Hoofdtaken naar opleidingsfase

(alle)

10.2 Deeltaken naar opleidingsfase

(alle)

11. Rijomstandigheden die de

moeilijkheid van de rijtaak

bepalen

11.1 Weg, 11.2 Weer, 11.3 Verkeer,

(zie toetsdomein verkeersdeelname)

11.4 verkeersdeelnemers (zie

toetsdomein verkeersdeelname)

Ordenen van

lesactiviteiten

LP2. plant een reeks lesactiviteiten waarin

leerlingen rijtaken leren op een steeds iets

moeilijker/complexer niveau, en wel voor

verschillende onderdelen van de rijtaak.

LPMD4 Als een rijinstructeur ervoor zorgt dat binnen

één les de rij-activiteiten oplopen in moeilijkheid,

krijgt de leerling de kans steeds iets rijvaardiger te

worden.

Tussendoelen en

einddoelen

LP3. geeft bij de voorbereiding van een

programma in gedragstermen aan wat

leerlingen op tussengelegen momenten en

aan het eind van de reeks kunnen.

LPMD5 Door einddoelen en tussendoelen te stellen

wordt duidelijk langs welke tussenfasen de leerling

een (onderdeel van de) rijtaak aanleert.

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

32 leerlijnen uitzetten/volgen

4.7 Aard van de leerdoelen:

1. Kennis

Page 5: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 3 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

LPOG2 Hoe concreter een doel beschreven is, des

te meer houvast geeft dit aan de instructeur om zijn

lesactiviteiten te plannen.

2. Vaardigheden:

a. Cognitieve (beslis)vaardigheden

b. Psychomotorische vaardigheden

c. Regulatievaardigheden

d. Sociaal-communicatieve

vaardigheden

3. Attitude/motivatie

Deeltaken en totale

rijtaak

LP4. hanteert een zodanige opbouw in het

lesprogramma dat sprake is van afwisseling

tussen leren van deeltaken (keren, invoegen)

en leren van de totale rijtaak (rijden van A

naar B).

LPMD6 Afwisseling tussen deeltaken en totale taken

zorgt ervoor, dat de leerling gedurende de opleiding

het autorijden als een zinvol geheel blijft zien en niet

als een verzameling van losse taken. De leerling

overziet het grotere geheel (oriënteren), blijft zichzelf

persoonlijke doelen stellen en zal gemotiveerd blijven

leren.

1 Leeractiviteiten

1.2 Beleving

21 persoonlijke leerdoelen stellen

23 motiveren

1.3 Regulerende leeractiviteiten

31 doelen stellen

32 oriënteren

4. Ontwerp van instructie

4.3 Ontwerp leertaken

1. Deeltaken

2. Globale taken

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.1 Hoofdtaken naar opleidingsfase

(alle)

10.2 Deeltaken naar opleidingsfase

(alle)

10.3 Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

Anticiperen op

exameneisen en -

procedure

LP5. werkt, gebruikmakend van een

instructievorderingenkaart, toe naar de

exameneisen in de voorbereiding van zijn

programma en de afzonderlijke rijlessen

LPMD7 Door de vorderingen van een leerling bij te

houden op een instructievorderingenkaart wordt

duidelijk waar de leerling zit op weg naar het

gewenste niveau van rijvaardigheid, zoals vereist in

de rijprocedure B.

2. Rijgedrag

2.4 Rijvaardigheidsniveau volgens

taken en criteria van de rijprocedure

B

Page 6: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 4 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

6. Gebruik van media en

leermiddelen

1. Instructiekaart of leskaart

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.4 De rijprocedure B

Page 7: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 5 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.1.2 Aanpassen aan leerlingkenmerken

LL1 Inschatten

lessenaantal

LL1. schat bij leerlingen op basis van het

getoonde rijgedrag en leerlingkenmerken

na maximaal twee lessen hoeveel lessen

nodig zullen zijn tot het examen

LLMD1 Het aantal benodigde lessen is afhankelijk van

het rijgedrag van de leerling in de eerste twee lessen

en zijn kenmerken.

Voorbeelden:

- Affectieve kenmerken: een onjuist zelfbeeld kan extra

lessen kosten

- Cognitieve kenmerken: een leerling met een hoog

leertempo zal minder lessen nodig hebben; slechte

taalbeheersing kan vertragend werken voor het leren,

ervaring in andere rijbewijsplichtige voertuigen kan

aanleiding zijn voor minder aantal benodigde lessen

- Persoonlijkheidskenmerken: onzorgvuldigheid,

gebrek aan emotionele stabiliteit kunnen vertragend

werken op leren; niet openstaan voor instructie kan

vertragend werken

- Leerbeperkingen als ADHD en

concentratiestoornissen verhogen het aantal

benodigde rijlessen. Epilepsie is een reden om af te

zien van leren autorijden

- Objectieve persoonskenmerken: meisjes en ouderen

hebben gemiddeld meer lessen nodig dan jongens

respectievelijk jongeren

- Lichamelijke beperkingen: de bij wet geregelde

mogelijkheden om met lichamelijke beperkingen in een

aangepaste auto te rijden houden een andere leerlijn

en daarmee een ander lessenaantal in.

LLMD2 Door gebruik te maken van een voortoets

(intest) kan de instructeur een inschatting maken van

het beginniveau en daarmee van het benodigde aantal

rijlessen (zie ook domeinonderdeel 4.1).

2. Rijgedrag leerling

2.1 Foutgedragingen

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

2.3 Verloop informatieverwerkings-

proces in de auto

2.4 Prestatie volgens taken en

criteria van de rijprocedure

3. Leerlingkenmerken (alle)

4. Ontwerp van instructie

32 leerlijnen uitzetten/volgen

33 Verdeling van leerstof over

lessen

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar opleidingsfase

(alle)

10.3 Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

LL2 Passende

lesroutes

LL2. plant als onderdeel van het

lesprogramma verschillende lesroutes die

passen bij de in het programma aan te

LLMD3 In de beginfase van de rijopleiding passen

routes door rustige gebieden met weinig verkeer of

zelfs afgesloten terreinen. In gevorderde fasen zijn

1 Leeractiviteiten

1.4 Stadia van psychomotorisch

leren

Page 8: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 6 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

leren rijtaken en de fase van de opleiding routes door drukkere gebieden en complexere

omstandigheden meer passend.

LLMD4 De geschiktheid van een lesroute hangt af van

verschillende factoren: wat laat een leerling in de les

aan rijgedrag zien (fouten, zijn informatieverwerking),

zijn rijprestaties, zijn kenmerken (leertempo).

Voorbeeld 1: Maakt een leerling nog veel fouten bij de

bediening, dan moeten geen routes met ingewikkelde

verkeerssituaties worden gereden.

Voorbeeld 2: Als de rijomstandigheden te complex zijn

voor deze leerling in deze fase van de opleiding (te

weinig ruimte en tijd om te handelen, fouten die

gemaakt worden bij deze complexiteit), zal de leerling

de bewuste taak niet adequaat kunnen oefenen.

LLOG1 De geschiktheid van een lesroute wordt

bepaald door de combinatie van de volgende factoren:

- Welke taken, deeltaken, scripts staan centraal?

- Hoever is de leerling gevorderd?

- In welke stadium beheerst hij de rijtaken?

- Welk rijgedrag laat hij zien in de les?

- Wat zijn de kenmerken van de leerling?

41 Cognitief stadium, 42 associatief

beheersingsniveau, 43

geautomatiseerd beheersingsniveau

2. Rijgedrag

2.1 Foutgedragingen

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

2.3 Verloop informatieverwerkings-

proces in de auto

2.4 Prestatie volgens taken en

criteria van de rijprocedure

3. Leerlingkenmerken (alle)

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

43 Lesroutes kiezen

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar opleidingsfase

(alle)

10.3 Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

11. Rijomstandigheden die de

moeilijkheid van de rijtaak

bepalen (alle) (zie toetsdomein

verkeersdeelname)

LL3 Aangepaste route

kiezen

LL3. kiest een lesroute die wat betreft

complexiteit en verscheidenheid van

rijtaken (omgeving en verkeerssituaties)

past bij het getoonde

rijvaardigheidsniveau van de cursist

Zie LL1

LLOG2 Uitzonderlijke weer- of verkeerssituaties leiden

tot een grotere taakcomplexiteit die niet meer kan

passen bij het niveau van de leerling. De kans op leren

wordt kleiner als de route niet wordt aangepast.

LLMD5 De aard van de benodigde routeaanpassing bij

Zie LL1

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

Page 9: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 7 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

uitzonderlijke weers- of verkeersomstandigheden

hangt af van de fase van de opleiding, het vertoonde

rijgedrag en van leerlingkenmerken.

- leerlingen aan het eind van de rijopleiding kunnen

onder moeilijker omstandigheden rijden dan leerlingen

in het begin

- leerlingen die nog veel fouten maken zijn gebaat bij

een sterk vereenvoudigde route of zelfs bij verzetten

van de les.

- bij faalangstige leerlingen, niet emotioneel stabiele

leerlingen, leerlingen met thrill seeking-behoeftes,

leerlingen met weinig zelfvertrouwen zijn uitzonderlijke

weer- of verkeerssituaties extra ongunstig voor hun

beleving van de rijles.

8.3 Steun op maat bieden (leren op

aangepast niveau)

3. leer- of rijtaak vereenvoudigen

9. Evaluatie, beoordelen

assessment en bijstellen

9.5 Aanpassen van de opleiding,

cursus, les

1. Onderweg de les aanpassen

LL4 Vereenvoudigen

bij langzame

vorderingen

LL4. vereenvoudigt een lesroute en de

bijbehorende rijopdrachten om deze meer

op maat van de langzaam vorderende

leerling te maken

Zie LL1

LLMD6 Door een programma te maken met kleine

leerstapjes wordt de (langzame) leerling in de zone

van naaste ontwikkeling gebracht. Hierdoor heeft deze

een grotere kans op succeservaringen en blijft hij

gemotiveerd en ontwikkelt hij zelfvertrouwen.

LLMD7 De moeilijkheidsgraad van een lesroute hangt

af van de rijomstandigheden en de gevraagde rijtaken

LLMD8 Vereenvoudigen van lesroutes kan door

moeilijke rijomstandigheden te omzeilen of te mijden.

Voorbeelden: het leren invoegen op een snelweg

oefenen op rustige tijdstippen, rustige weggedeelten.

Oversteken van meervoudige kruispunten uitstellen

totdat het oversteken van enkelvoudige kruispunten

1 Leeractiviteiten

1.2 Beleving

23 motiveren

261 emotioneel welbevinden

a. positieve emoties/gevoelens (alle)

b. negatieve emoties/gevoelens

(alle):

263 succeservaringen opdoen

30 zelfvertrouwen opbouwen

1.5 Vorderingen maken

1. Zone van naaste ontwikkeling

(eerstvolgende leerstap)

2. Leerstap maken

2. Rijgedrag

2.1 Foutgedragingen

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

2.3 Verloop informatieverwerkings-

proces in de auto

2.4 Prestatie volgens taken en

Page 10: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 8 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

wordt beheerst.

criteria van de rijprocedure

3. Leerlingkenmerken

3.2 Cognitieve kenmerken

1. leertempo

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.3 Steun op maat bieden

3. extra leerstap inbouwen

4. taak vereenvoudigen

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud (alle)

11. Rijomstandigheden die de

moeilijkheid van de rijtaak

bepalen

LL5 Snelle leerlingen LL5. maakt een lesroute en rijopdrachten

complexer om deze meer op maat van de

snel vorderende leerling te maken

LLMD9 Door een programma te maken met grotere

leerstappen wordt de leerling extra gemotiveerd.

LLMD10 Moeilijker maken van lesroutes kan door

moeilijke rijomstandigheden op te zoeken.

Voorbeelden: het invoegen op een drukke snelweg

oefenen op drukke tijdstippen, drukke weggedeelten.

Oversteken van meervoudige kruispunten als

complexere taak dan het oversteken van enkelvoudige

kruispunten.

Als LL4

8.3 Steun op maat bieden

5. taak complexer maken

Page 11: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 9 -

2.2 Uitwerken van rijvaardigheidsdidactiek (ook wel: didactiseren) Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.2.1 Instructie voorbereiden

IV1. lesplan IV1. bereidt met behulp van een lesplan (en

leergang)een les voor waarin leerlingen

kennismaken met alle relevante onderdelen

van een (nieuwe) rijtaak.

IVMD1 Een lesplan fungeert als een handleiding voor

één les, bedoeld als hulpmiddel om naar de lesdoelen

toe te werken. In het lesplan worden de doelen, de te

gebruiken middelen en materialen en het verloop van

lesactiviteiten vastgelegd (praktijk: lesroute,

oefenplaatsen).

IVMD2 Door een lesplan te maken weet een

instructeur onderweg wat hij gaat doen. Daarnaast

kan hij met het lesplan in de hand een les later

evalueren (Wat hebben we deze les bereikt? Wat

ging goed en minder goed in het lesverloop?).

IVMD3 Door de fasen van instructie in het lesplan uit

te werken verloopt een les systematisch. Afhankelijk

van de leerling maakt de instructeur een passende

keuze uit de stappen van de mentorfase.

IVMD4 De leergangen theorie en praktijk spelen een

ondersteunende rol bij het maken van een lesplan:

welke rijtaken zijn al eerder aan de orde geweest en

welke komen in deze les aan de orde?

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten:

10 Doelen vastleggen:

cursusdoelen, lesdoelen,

leerdoelen

41 Taken kiezen of maken

42 Lesroutes kiezen

62 time management

65 inrichting/organisatie

lesvoertuig

81 Ondersteuningsvormen kiezen

91 Afstemming doel-werkvorm

4.8 Leerplanniveaus

2. lesplan

5. Onderwijs- en

instructiestrategieën

5.3 Fasen van instructie:

1. Introductie: Leerdoelen, lesplan,

kern van de les/motivering van de

lesonderdelen

2. Uitleg: Aansluiting voorgaande

lesonderdeel (Inhoud:

deelhandelingen, omgaan met

foutgedragingen)

3. Aanbieden oefensituaties

4. Feedback: lesafronding

(samenvatten van de verrichte

activiteiten, bespreking

leerresultaat, evaluatie leerproces)

6. Gebruik van media en

leermiddelen

Page 12: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 10 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

6.1 Leermiddelen tijdens de

rijopleiding: 7. instructiekaart

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud: 10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar

opleidingsfase (alle); 10.3

Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen

IV2 . Lesdoelen IV2. geeft bij de voorbereiding van een les in

gedragstermen aan wat leerlingen aan het

eind ervan kunnen.

IVMD5 een lesdoel of leerdoel is sturend voor de rij-

instructie. Het beschrijft tot in detail het exacte gedrag

waartoe de leerling in staat moet zijn en de

omstandigheden waarin een leerling gedrag moet

tonen. In elk leerdoel zit een actiewoord, zoals steekt

over, voegt in, laat zien, berekent etc, en een

taakomgeving (op 120 km/u-wegen, met druk

verkeer).

IVMD6 Het onderscheid in verschillende typen

leerdoelen dient ertoe om daarbij passende

leeractiviteiten te plannen.

Voorbeeld: om beslisvaardigheden aan te leren wordt

bijvoorbeeld de hardop-denkmethode ingezet. Om

schakelen te leren zal de instructeur eerst

demonstreren, waarna de leerling uitvoert onder

begeleiding

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

10 Doelen vastleggen:

cursusdoelen, lesdoelen,

leerdoelen, concrete doelstellingen

4.7 Aard van de leerdoelen

(Romiszowski aangepast, alle)

IV3. Toegankelijk

maken leerinhoud

IV3. maakt de leerinhoud van de les

toegankelijk voor de leerling door

ingewikkelde rijtaken of situaties

vereenvoudigd voor te bereiden.

IVMD7 Door ingewikkelde situaties vereenvoudigd

voor te stellen wordt de aandachtscapaciteit/het

geheugen van de leerling niet te zwaar belast. De

leerling kan zich richten op de essentie van de rijtaak.

Maatregelen kunnen bijvoorbeeld zijn: het gebruik

van een situatieschets (hoe rijd je over een

1. Leeractiviteiten

1.1 Cognitieve leeractiviteiten

11 aandacht richten

12 selecteren (hoofd- en bijzaken)

13 analyseren

15 concretiseren

Page 13: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 11 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

rotonde?), het gebruik van ezelsbruggetjes, het

gebruik van een analogie (verkeer is als een

waterstroom, als er een auto stilstaat net als een

steen in de stroom, wordt de stroom geblokkeerd),

het lesgeven aan de hand van handelingsscripts en

de stapjes of onderdelen hiervan.

16 structuur aanbrengen

111 begrijpen

2. Rijgedrag leerling

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

(alle)

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

leerlingen

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

22 inhoud toegankelijk maken,

didactiseren

6. Gebruik van media en

leermiddelen

6.1 Leermiddelen tijdens de

rijopleiding

4. situatieschetsen, foto’s van

situaties, miniatuurmodellen

10. Schematische overzichten van

bijv. stappen

15. Modellen van voertuig,

verkeerssituatie

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.3 Steun op maat bieden

1. leersteiger bieden

(Ondersteuning bieden)

2. extra leerstap inbouwen

3. leer- of rijtaak vereenvoudigen

Page 14: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 12 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

10.3 Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

IV4. kiezen

leermiddelen

IV4. maakt een verantwoorde keuze voor te

gebruiken leermiddelen in de auto

(situatieschetsen, modellen, videocamera,

schematische overzichten van stappen,

instructiekaart) waardoor het praktijkleren

wordt ondersteund

IVMD8 Modellen geven in kort tijdsbestek een

versimpelde weergave van een verkeerssituatie.

Daardoor kan de leerling zijn aandacht richten op de

essentie van de verkeerssituatie. Een stappenplan

verdeelt een complexe vaardigheid in voor de leerling

overzichtelijke stappen.

2. Rijgedrag leerling

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

(alle)

2.3 Verloop informatieverwerkings-

proces in de auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

leerlingen

6. Gebruik van media en

leermiddelen

6.1 Leermiddelen tijdens de

rijopleiding

4.situatieschetsen, foto’s van

situaties, miniatuurmodellen

7. Instructiekaart

10.Schematische overzichten van

bijv. stappen

13. Lesvoertuig

14. Videocamera (Pr)

15.Modellen van voertuig,

verkeerssituatie

IV5. Instructie in

stappen

IV5. bedenkt per rijtaak, script, vaardigheid

een stapsgewijze instructie inclusief

passende ondersteunende aanwijzingen

waardoor leerlingen de rijtaak in stappen

aanleren

IVMD9 Instructie in stappen zorgt ervoor dat de

leerling eerst delen van een complexe vaardigheid

leert te beheersen, alvorens hij de totale vaardigheid

leert. Verloopt de instructie niet in stappen, dan

bestaat het risico dat de leerling overladen wordt en

niet weet waar hij moet beginnen.

2. Rijgedrag leerling

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

(alle)

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

Page 15: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 13 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

leerlingen

5. Onderwijs- en

instructiestrategieën

5.3 Fasen van instructie:

1. Introductie: Leerdoelen, lesplan,

kern van de les/motivering van de

lesonderdelen

2. Uitleg: Aansluiting voorgaande

lesonderdeel (Inhoud:

deelhandelingen, omgaan met

foutgedragingen)

3. Aanbieden oefensituaties

4. Feedback: lesafronding

(samenvatten van de verrichte

activiteiten, bespreking

leerresultaat, evaluatie leerproces

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.3 Steun op maat bieden (leren

op aangepast niveau, alle)

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud: 10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar

opleidingsfase (alle); 10.3

Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

IV6 Vragen

voorbereiden en

stellen

IV6 Stelt verschillende soorten vragen die het

leerproces van de leerling ondersteunen

(deels tijdens de les)

IVMD10 Elk vraagtype stimuleert een ander type

leeractiviteit. In het algemeen stimuleren open vragen

het zelfstandig denken bij leerlingen; gesloten vragen

dienen om feitenkennis te inventariseren.

IVMD11 Als het gaat om het memoriseren van

1.leeractiviteiten

1.1 Cognitieve leeractiviteiten (alle)

1.2 Beleving (alle))

1.3 Regulerende leeractiviteiten

(alle)

Page 16: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 14 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

eenvoudige feiten is het gebruik van gesloten vragen

afdoende.

IVMD12 Met vragen dienen alle typen leeractiviteiten

te worden gestimuleerd: cognitieve activiteiten (het

begrijpen, toepassen, opslaan van kennis), beleving

en regulatieve leeractiviteiten.

2. Rijgedrag leerling

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

Waarnemen, voorspellen,

evalueren beslissen tijdens de

rijtaak

2.4 Prestatie volgens taken en

criteria van de rijprocedure

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.6 Vragen stellen

1. Open vragen

2. gesloten vragen

3. begripsvragen

4. denkvragen

5. toepassingsvragen

6. Procesvragen of 'waarom-

vragen'.

IV7. Commentaar

voorbereiden

IV7 bereidt commentaar voor, eventueel

thuis, op de door de leerling gemaakte

opdrachten. Dit commentaar heeft betrekking

op concreet gedrag van de leerling en wordt

op een passend moment gegeven.

IVMD13 Commentaar draagt bij aan cognitieve,

affectieve en regulatieve leeractiviteiten door de

leerling (zie de genoemde activiteiten onder

Begrippen). Het biedt de leerling inzicht in de mate

waarin hij vordert in rijvaardigheid.

IVMD14 Er zijn verschillende vormen van

commentaar die elk passend zijn bij verschillende

situaties. Voorbeelden:

a Positief commentaar werkt motiverend en draagt bij

aan succeservaring, zelfvertrouwen bij de leerling.

b. Overmatig negatief commentaar werkt

demotiverend en schadelijk voor het zelfvertrouwen.

Negatief commentaar in combinatie met positief

commentaar zorgt ervoor dat leerlingen hun

successen en falen aan de juiste oorzaken

toeschrijven (en niet aan geluk of pech).

1. Leeractiviteiten

1.1 Cognitieve leeractiviteiten

12 selecteren (hoofd- en bijzaken)

13 analyseren

17 verbanden leggen

111 begrijpen

23 motiveren

25 verwachten

261 emotioneel welbevinden

a. positieve emoties/gevoelens:

b. negatieve emoties/gevoelens:

263 succeservaringen opdoen

27 waarderen

28 zichzelf beoordelen

29 toewijzen van succes en falen

aan oorzaken

30 zelfvertrouwen opbouwen

Page 17: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 15 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

c. Verklarend commentaar draagt bij aan beter begrip

bij de leerling. Waarom doet hij iets adequaat of

inadequaat?

d. Productfeedback heeft vooral nut als het gaat om

taken met eenduidige oplossingen, waarvan er veel

zijn (theorieles: betekenissen van borden, regels,

tekens op de weg; praktijkles: er is correct gehandeld,

voorrang verleend)/

IVMD15 Vaag en algemeen commentaar is niet

leerzaam, want het levert geen aanknopingspunten

voor verbetering. Te gedetailleerd commentaar kan

daarentegen de leerling demotiveren.

IVMD16 Commentaar dient zo snel mogelijk na de

taakuitvoering te worden gegeven, wil deze leerzaam

zijn. In een praktijkles moet dit binnen enkele minuten

zijn. Bij opdrachten voor theorielessen kan dit uiterlijk

de volgende les zijn, als het gaat om schriftelijk

gemaakte opdrachten (zoals een verkeersdagboek).

1.3 Regulerende activiteiten

35 diagnosticeren

36 bijstellen

37 evalueren

40 herstellen

2. Rijgedrag

2.1 Foutgedragingen

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

2.4 Rijvaardigheidsniveau volgens

taken en criteria van de

rijprocedure

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.2 Ondersteuning bieden

3. Corrigerende aanwijzingen

4. Positieve feedback/commentaar

5. Negatieve

feedback/commentaar

6. Verklarend commentaar

7. Productfeedback

8. Timing van commentaar

IV8. Afwisseling

globale en specifieke

taken.

IV8. zorgt ervoor dat in de les steeds sprake

is van een afwisseling is tussen het trainen

van meer globale taken en meer specifieke

taken, zoals deeltaken, of taakonderdelen

(gasgeven, insturen, kijken) en het aanleren

van de globale taak.

Zie LP5

IVMD17 Afwisseling tussen deeltaken en totale taken

zorgt ervoor dat de leerling gedurende de les het

autorijden als een zinvol geheel blijft zien en niet als

een verzameling van losse taken. De leerling overziet

het grotere geheel (oriënteren), blijft zichzelf

1 Leeractiviteiten

1.1 Cognitieve leeractiviteiten

11 aandacht richten

17 verbanden leggen

112 synthetiseren

1.2 Beleving (affectieve

leeractiviteiten)

Page 18: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 16 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

persoonlijke doelen stellen, en zal geconcentreerd en

gemotiveerd blijven leren, zal een positieve

waardering hebben voor het rijden.

IVMD18 De passendheid van elementinstructie of

integrale instructie hangt af van de opleidingsfase, het

vertoonde rijgedrag en van de leerlingkenmerken.

a. weinig zelfstandige leerlingen en leerlingen met

weinig zelfvertrouwen kunnen onzeker worden van

integrale instructie.

b. bij leerlingen die graag verantwoordelijkheid nemen

voor het eigen leren en rijgedrag is integrale instructie

meer passend dan bij leerlingen voor wie dit niet het

geval is.

c. Leerlingen met ervaring in andere verkeersrollen

met rijbewijsplicht (bromfiets) komen eerder in

aanmerking voor integrale instructie dan leerlingen

zonder die ervaring.

d. leerlingen bij wie de aandachtscapaciteit beperkt is

of wie snel overladen zij, hebben (aanvankelijk)

minder baat bij integrale instructie, gebruikmaken van

globale taken.

IVMD19 Een lesopbouw waarin sprake is van

afwisseling tussen meer globale taken neemt per

opleidingsfase verschillende gedaanten aan.

22 concentreren

23 motiveren

261 emoties opwekken

262 gevoelens opwekken

27 waarderen

2. Rijgedrag leerling

2.1 Foutgedragingen

1. Fouten in de kijkfase

2. Fouten in de uitvoeringsfase

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

1. Waarnemen, 2. voorspellen, 3.

evalueren en 4. beslissen tijdens

de rijtaak

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

leerlingen

2.4 Rijvaardigheidsniveau volgens

taken en criteria van de

rijprocedure

3. Leerlingkenmerken

3.1 Affectieve kenmerken

8. Verantwoordelijkheid voor eigen

leren en rijgedrag

11. Zelfvertrouwen

12. Zelfstandigheid

3.2 Cognitieve kenmerken

1. leertempo

2. cognitieve complexiteit

4. Ervaring in andere

Page 19: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 17 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

verkeersrollen

4. Ontwerp instructie

4.3 Ontwerp leertaken

1. Deeltaken

2. Globale taken

4.5 Basisvormen van leren:

3. integrale instructie.

4. element instructie:

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud: 10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar

opleidingsfase (alle); 10.3

Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

IV9. Afwisseling in

lesactiviteiten

IV9. maakt bij het kiezen van lesactiviteiten

een verantwoorde mix tussen voordoen,

uitleg geven en opdrachten geven.

IVMD20 Het al dan niet verantwoord zijn van een mix

van lesactiviteiten hangt af van de opleidingsfase, de

te bereiken leerdoelen, het vertoonde rijgedrag en

van leerlingkenmerken. Bijvoorbeeld:

- in het begin van een opleiding zal de instructeur

vaker zelf hardop denken dan de leerling, zal hij meer

voordoen, zal hij meer uitleg geven dan later in de

opleiding.

- als het doel is zelfstandig rijden, zal de instructeur

meer coachingselementen inbouwen dan instructie-

elementen.

IVMD21 Afwisseling in lesactiviteiten kan bereikt

worden door afwisseling tussen meer instructie

gerichte activiteiten en op coaching gerichte

activiteiten; afwisseling in de mate van steun (mits

verantwoord), afwisseling in te berijden gebieden en

2. Rijgedrag leerling

2.1 Foutgedragingen

1. Fouten in de kijkfase

2. Fouten in de uitvoeringsfase

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

1. Waarnemen, 2. voorspellen, 3.

evalueren en 4. beslissen tijdens

de rijtaak

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

leerlingen

2.4 Rijvaardigheidsniveau volgens

taken en criteria van de

rijprocedure

Page 20: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 18 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

bijbehorende rijtaken.

3. Leerlingkenmerken

3.1 Affectieve kenmerken

3.2 Cognitieve kenmerken

3.3 Leerstijl

3.4 Persoonlijkheidskenmerken

(big five)

3.5 Leerbeperkingen

3.6 Objectieve

persoonskenmerken

3.7 Lichamelijke beperkingen

5. Onderwijs- en

instructiestrategieën

5.4 Lesactiviteiten

1. Aanschouwelijk maken;

2. demonstratie;

3. hardop denken

4. modelgedrag

5. informatie geven

6. vertellen

7. herhalen

8. Coachen en begeleiden van

leerlingen

8.3 Steun op maat bieden (leren

op aangepast niveau)

5. Bij fasen passende begeleiding

bij praktijkles

1. Doe mee met mij (DMMM):

2. Doe op aanwijzing (DOA): 3.

Doe op minder aanwijzing

(DOMA): 4. Doe zonder aanwijzing

(DZA):

Page 21: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 19 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud: 10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar

opleidingsfase (alle); 10.3

Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

Page 22: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 20 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.2.2 Opdrachten en oefensituaties voorbereiden

OP1. Bij lesdoelen

passende leer- en

oefensituaties

OP1. plant passende leersituaties voor het

aanleren van een aspect van rijvaardigheid,

d.w.z. onderdelen van een route of

oefenplaatsen waar alle essentiële

kenmerken van een rijtaak kunnen worden

aangeleerd.

OPMD1 De geschiktheid van oefensituaties wordt

bepaald door de combinatie van de volgende

factoren:

Wat zijn de lesdoelen? Welke taken, deeltaken,

scripts staan centraal? Wat laat een leerling in de les

aan rijgedrag zien (fouten, zijn informatieverwerking),

Hoever is de leerling gevorderd? In welke stadium

beheerst hij de rijtaken? Wat zijn zijn/haar kenmerken

(leertempo)?

a. passen bij beginfase: staat een leerling aan het

begin van de rijopleiding, waarin bediening centraal

staat, dan moeten eenvoudige oefensituaties worden

gekozen,.zoals een afgesloten terrein, een rustig deel

van de openbare weg, een verkeersoefenterrein.

b. passen bij fase en vorderingen: Als de

oefensituaties te moeilijk zijn voor deze leerling in

deze fase van de opleiding (te weinig ruimte en tijd

om te handelen, fouten te maken bij deze

complexiteit) dan zal de leerling de bewuste taak niet

adequaat kunnen oefenen (vergelijk LLMD2)

c. Passen bij rijgedrag leerling: als een leerling nog

veel aandacht nodig heeft voor de rijtaken, zal het

aanleren van manoeuvres (keren op de weg) op de

weg op een rustige plaats met weinig verkeer

verzekeren dat hij niet overladen raakt. Hij kan zich

richten op het leren uitvoeren van de manoeuvre.

d. passen bij doelen: Als er essentiële kenmerken

ontbreken aan een situatie (bijvoorbeeld het

gelijkwaardig zijn van kruispunten) kan de vaardigheid

niet doelgericht worden geoefend (voorrang verlenen

van bestuurders van rechts).

1 Leeractiviteiten

1.4 Stadia van psychomotorisch

leren

41 Cognitief stadium, 42

associatief beheersingsniveau, 43

geautomatiseerd

beheersingsniveau

2. Rijgedrag

2.1 Foutgedragingen

2.2 Aanpak taakprocessen rijtaak

2.3 Verloop

informatieverwerkingsproces in de

auto

2.4 Prestatie volgens taken en

criteria van de rijprocedure

3. Leerlingkenmerken (alle)

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

10 Doelen stellen

41 Taken kiezen of maken

91 Afstemming doel-werkvorm

92 Afstemming leertaak op

leerdoel

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud

10.1 Hoofdtaken naar

opleidingsfase (alle)

10.2 Deeltaken naar

opleidingsfase (alle)

10.3 Handelingsscripts,

handelingswijzers en hun

taakelementen (alle)

Page 23: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 21 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

OP2. Inslijpen rijtaak OP2. bedenkt voldoende opdrachten om

leerlingen de kans te geven een nieuw aan te

leren rijtaak of onderdeel in te slijpen, te

automatiseren

OPOG1 herhaalde oefening draagt bij aan

automatisering van een script, deelvaardigheid. Te

weinig oefening zal ertoe leiden dat de leerling nog

veel moet nadenken bij wat hij moet doen.

11. Rijomstandigheden die de

moeilijkheid van de rijtaak

bepalen (alle) (zie toetsdomein

verkeerstaak)

5. Onderwijs- en

instructiestrategieën

5.3 Fasen van instructie:

3. Aanbieden oefensituaties

OP3. Variatie in

moeilijkheidsgraad

OP3. bedenkt voor een (onderdeel van een)

rijtaak oefensituaties die van elkaar

verschillen in moeilijkheidsgraad.

OPOG2 Het oefenen in oplopende moeilijkheidgraad

vergroot de kans op verfijnde en automatische

beheersing van de rijtaak, bovendien in nieuwe

omstandigheden

Zie OP1 t/m OP3

1 Leeractiviteiten

1.5 Vorderingen maken

3. Transfer van kennis en

vaardigheden

OP4. Gevarieerde

routes en

oefenplaatsen

OP4. maakt bij de voorbereiding van rijlessen

een gevarieerde keuze uit beschikbare routes

en oefenplaatsen

OPOG3 Veel variatie in routes en oefenplaatsen

vergroot de kans op beheersing van de rijtaak, het

script, de (deel)vaardigheid in nieuwe

verkeerssituaties.

Page 24: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 22 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.2.3 Leermotivatie

MT1. Uitdagingen MT1. besteedt aandacht aan uitdagingen

voor de leerling, zoals verrassende, nieuwe

verkeerssituaties

MTMD1 Een positieve beleving van de activiteiten

tijdens de rijles is een voorwaarde voor effectief

aanleren van rijtaken.

MTOG1 Als de leerling een positief welbevinden

ervaart (met positieve emoties) dan is er alle ruimte

voor leren.

MTOG2 Het bieden van uitdagingen (taken die net

iets boven het huidige niveau van de leerlingen liggen

of vrij nieuw zijn, maar nog wel uitvoerbaar met enige

steun) heeft een positieve invloed op de beleving.

Omgekeerd heeft het ontbreken van uitdagingen een

negatief effect op de beleving.

MTOG3 Als negatieve emoties de overhand gaan

nemen in een rijles, is er minder ruimte voor leren.

Alle aandacht gaat dan naar het herstellen van het

emotioneel welbevinden.(verschillende

copingstrategieën: terugtrekken/afhaken, vechten,

conflict opzoeken, onverschillig worden)

1 Leeractiviteiten

1.2 Beleving

21 persoonlijke leerdoelen stellen

22 concentreren; 23 motiveren

24 inspannen; 25 verwachten

261 emotioneel welbevinden

a. positieve emoties/gevoelens:

plezier, vreugde, voldoening, trots,

gerustgesteld zijn, uitgedaagd

voelen, betrokkenheid

b. negatieve emoties/gevoelens:

boosheid, gespannenheid,

frustratie, onvrede, verveling,

afhaken, verdriet, irritatie,

onzekerheid, onverschilligheid,

gespannenheid, (faal)angst,

onbegrepen voelen.

c. soms positief soms negatief:

opgewondenheid

263 succeservaringen opdoen

264 Stress ervaren en

copinggedrag tonen

27 waarderen

28 zichzelf beoordelen

29 toewijzen van succes en falen

aan oorzaken

30 zelfvertrouwen opbouwen

2. Rijgedrag leerling

2.3 Verloop informatieverwerkings-

proces in de auto

1. Aandachtscapaciteit

2. Mentale overladenheid bij

MT2.

Keuzemogelijkheden

en persoonlijke

leerbehoeften

MT2. bereidt bij een lesplanning verschillende

opties voor waaruit leerlingen tijdens de rijles

naar behoefte een keuze kunnen maken (bijv.

een bepaalde route)

MTOG4 Het bieden van keuzemogelijkheden aan de

leerling draagt bij aan het verwezenlijken van

persoonlijke doelen door de leerling en aan een

positief emotioneel welbevinden tijdens de rijlessen

(zoals zich uitgedaagd voelen, plezier beleven).

Leerlingen zullen beter gemotiveerd zijn, zich graag

inspannen om er het beste van te maken.

MT3. MT3. houdt bij voorbereiding ruimte voor

activiteiten waaraan leerlingen zelf behoefte

hebben.

MTOG5 Persoonlijke leerbehoeften van leerlingen

kunnen sterk afhangen van hun affectieve kenmerken

Faalangst: faalangstige leerlingen kunnen behoefte

tonen om bepaalde taken extra vaak te oefenen.

Thrill seekers zullen andere voorkeuren hebben voor

lesroutes dan niet-thrill seekers (met extra veel

Page 25: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 23 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

uitdagingen, snelheid, bochten etc.)

Extrinsieke motivatie: Extrinsiek gemotiveerde

leerlingen zullen minder interesse tonen in het worden

van sociale, veilige, milieubewuste bestuurders dan

intrinsiek gemotiveerde leerlingen. Bijgevolg hebben

ze ook andere behoeften: laat maar komen, als ik

maar zo snel mogelijk mijn rijbewijs haal.

leerlingen

3. Leerlingkenmerken

3.1 Affectieve kenmerken

1. Leeftijdsgebonden emotionele

kenmerken:

a. Thrill seeking

b. Gevoeligheid voor druk van

leeftijdsgenoten

2.Examenangst en faalangst

3. Intrinsieke motivatie

4. Extrinsieke motivatie

5. Regelconform gedrag

6.Sociale betrokkenheid

7. Toeschrijvingstijl

8.Verantwoordelijkheid voor eigen

leren en rijgedrag

9. Volharding,

doorzettingsvermogen,

impulscontrole

11. Zelfvertrouwen

12 Zelfstandigheid

4. Ontwerp van instructie

4.4 Keuzevrijheid leerlingen: 1

opgedragen taak, 2 gebonden

keuze uit taken; 3 vrije keuze/eigen

initiatief; 4 mengvormen

10. Opleidingsfase en instructie-

inhoud (alle)

11. Rijomstandigheden die de

MT4. Stresssituaties MT4. houdt bij het plannen van een lesroute

bewust rekening met afwisseling in

inspannende en minder inspannende

lesonderdelen.

MTMD2 Door lesroutes met milde vormen van stress

te gebruiken wordt de leerling uitgedaagd het beste uit

zichzelf te halen, zonder dat het welbevinden wordt

bedreigd. De passende mate van stress hangt af van

de opleidingsfase, het rijgedrag, de rijomstandigheden

en leerlingkenmerken.

MTOG6 Tijdens de rijles kunnen zich stressoren of

stresssituaties voordoen die het welbevinden van de

leerling aantasten en daarmee de aandacht voor

verder leren bedreigen.

MTOG7 Naarmate de stress toeneemt worden de

leerprestaties en dus ook de rijprestaties slechter.

MTOG8 Of stress ook werkelijk invloed heeft op de

rijprestaties hangt voor een groot deel af van het

copinggedrag door de leerling.

MTOG9 Door leerlingen te helpen in het omgaan met

stress (coping) herwinnen ze aandacht voor de rijtaak

en is er ruimte voor verder leren. Dit kan bijvoorbeeld

door tijdig aanpakgedrag te suggereren, emoties te

bedwingen.

MTOG10 Het aantal stresssituaties als gevolg van

verkeersomstandigheden zal minder worden

naarmate de leerling vaardiger rijdt. Vooral omdat

mentale overladenheid minder vaak zal gaan

optreden.

Page 26: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 24 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

MT5. Waarborgen

zelfstandigheid

MT5. bereidt die vormen van steun voor

waarbij leerlingen geholpen worden zonder

hen het initiatief of de zelfstandigheid uit

handen te nemen.

AFOG7: Naarmate een leerling een hoger leertempo

heeft , een hoger rijvaardigheidsniveau heeft en/of

verder gevorderd is in zijn opleiding kan de instructeur

een aantal leeractiviteiten (cognitief en regulatief)

meer aan de leerling zelf overlaten. De leerling

bewaakt mede of hij voldoende leert, evalueert en

diagnosticeert zijn eigen rijgedrag, stelt dit zelf bij en

herstelt zelf fouten, reflecteert zelfstandig op zijn

rijgedrag.

MTOG11 Als leerlingen tijdens rijinstructie waar

mogelijk zelfstandig rijtaken uitvoeren, zonder

tussenkomst van de instructeur zal de leerling de les

positiever beleven, meer gemotiveerd meedoen aan

de les. Omgekeerd, als de leerling een les krijgt

voorgeschoteld waarin weinig overgelaten wordt aan

zijn zelfstandigheid (alles wordt voorgebakken, overal

wordt op gewezen; geen eigen keuzes voor de

leerling), zal hij eerder afhaken, minder gemotiveerd

zijn etc.

moeilijkheid van de rijtaak

bepalen (alle)

Page 27: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 25 -

2.3 Organiseren Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.3.1 Voorbereiding leersituatie

VL1.

Routevoorbereiding

VL1. anticipeert op mogelijk gevaar en

problemen, dat de route gereden kan

worden zonder onnodige risico's

VLOG1 Als de instructeur voorafgaand aan de rijles nagaat hoe de verkeerssituatie

en weersituatie is, kunnen gevaarlijke of risicovolle situaties tijden de les worden

voorkomen. Idem door rekening te houden met het lestijdstip en de route (spitsuur,

uitgaande scholen en bedrijven). Bovendien kan de lestijd optimaal benut worden

(files, wegwerkzaamheden, spitsuur). Gedoseerd rijden in situaties met opstoppingen

kan daarentegen tot het lesplan behoren.

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

42 Lesroutes kiezen

7. Organisatie en

management

7.1 Inrichting van de

leersituatie

7.1.c Veilige leersituatie 1.

Op de weg

10. Opleidingsfase en

instructie-inhoud (alle)

11. Rijomstandigheden die

de moeilijkheid van de

rijtaak bepalen (alle)

VL2 Inrichting en staat

lesvoertuig,

leermiddelen

VL2 Praktijk: zorgt ervoor dat het

lesvoertuig technisch in orde is en er

verzorgd uitziet; gaat na of de te

gebruiken leermiddelen beschikbaar

zijn en werken.

VLOG2 Door de rijles in een technisch adequaat lesvoertuig te verzorgen worden

risico’s en tijdverlies vermeden; hetzelfde geldt voor het functioneren van dubbele

bediening en de juiste stand van de instructeursspiegels.

VLOG3 Bij beschikbaarheid van benodigde leermiddelen (zoals

instructievorderingenkaart, eventuele situatieschetsen) kan de les tijdig gestart

worden en kunnen de lesactiviteiten doelgericht en op maat van de leerling verlopen.

7.1 Inrichting van de

leersituatie

7.1.b Inrichting lesvoertuig

(praktijkonderwijs)

1. Dubbele bediening

2. Spiegels om mee te kijken

3. Technische staat

VL3 Theorie: inrichting

en voorbereiding

onderwijsruimte

VL3 Theorie: De rij-instructeur past de

indeling van een onderwijsruimte aan

de activiteit aan, zodanig dat

deelnemers elkaar en de instructeur

goed kunnen zien en verstaan, en

zorgt ervoor dat leermiddelen (bijv.

video, beamer) beschikbaar zijn.

VLMD1 De functionaliteit van een groepsopstelling hangt af van het doel en de

geplande activiteiten. Doceren: rijen of U-vorm, zodat iedereen de docent en zijn

leermiddelen goed kan zien. Discussie in subgroepen, uitvoering van opdrachten:

groepen (maximaal 4 cursisten). Leergesprek en plenaire discussie: U-vorm; carré-

vorm, cirkel, halve cirkel, zodat cursisten elkaar zien en verstaan.

VLOG4 De tijdige beschikbaarheid van leermiddelen waarborgt een doelmatig verloop

van lesactiviteiten, en voorkomt verlies van les- en leertijd.

7.1 Inrichting van de

leersituatie

7.1a inrichting fysieke

leeromgeving

(theorieonderwijs)

1. Groepsopstellingen: rijen,

groepen U-vorm; carré vorm,

Page 28: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 26 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

VL4 Beschikbaarheid

leermiddelen

VL4 De rij-instructeur zorgt ervoor dat

leermiddelen (bijv. video, beamer)

beschikbaar zijn en werken

cirkel, halve cirkel

2. Leermiddelen en hun

beschikbaarheid (zie 6.1)

Page 29: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 27 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.3.2 Les- en leertijd

LT1: effectieve

voorbereiding

LT1 heeft activiteiten zodanig

voorbereid dat er weinig effectieve

lestijd tijd verloren gaat (tijdens de les)

LTOG1 Als de rijinstructeur onderweg nog moet bedenken wat hij tijdens de les met

de leerling wil gaan doen gaat dit ten koste van de effectieve leertijd. Ook zullen de

lesactiviteiten minder op maat zijn. Bij het omgekeerde zal er meer effectieve lestijd

beschikbaar zijn.

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

62 time management

63 organisatie leermiddelen

64 organisatie regels en

procedures

65 inrichting/organisatie

lesvoertuig/leslokaal

effectieve lestijd

7. Organisatie en

management

7.3 management van tijd

1. Activiteitenplanning

communiceren

Optimaliseren effectieve

leertijd

2. Procedures verhelderen

3. Opvangen van les

onderbrekingen

7.4 management van

activiteiten

1. Indeling van de werkdag

2. Planning lesactiviteiten

3. Omgaan met afwijkingen

van planning

4. Eigen werkzaamheden

8. Coachen en begeleiden

van leerlingen

8.5 Communicatieve,

relationele en

gespreksvaardigheden

2. Contact leggen:

LT2: opvangen

onderbrekingen

LT2 vangt onderbrekingen van de

rijles zo op dat deze zo min mogelijk

tijdverlies voor de leerling opleveren

(tijdens de les)

LTOG2 Onderbrekingen van de les zijn een bron van verlies van leertijd, waardoor de

leerling minder gelegenheid krijgt om te leren.

LTOG3 Door tijdige opvang van lesonderbrekingen (afkappen van telefoontjes e.d.)

wordt het verlies tot een minimum beperkt.

LT3: eigen

werkzaamheden

LT3. besteedt het grootste deel van de

rijles aan het oefenen van geplande

rijtaken en vermijdt tijdbesteding aan

eigen werkzaamheden (tijdens de les)

LTOG4 Het verrichten van eigen werkzaamheden (op orde brengen van de eigen

administratie, instructievorderingenkaarten, tanken, mobiele telefoontjes met de

rijschool of met anderen) tijdens de rijles gaat ten koste van de beschikbare leertijd

voor de leerling. Deze dingen worden idealiter buiten de lestijd gedaan. LT4 indeling van de

werkdag

LT4. maakt zelfstandig een indeling

van de werkdag door lessen in te

plannen; zorgt ervoor dat er ruimte is

om van de geplande route af te

wijken.

LTOG5 Een planning van de werkdag voorkomt problemen tijdens de uitvoeringsfase

van lessen. Beschikbaarheid van alternatieven voorkomt stress in geval van

veranderingen en waarborgt dat leerlingen hun normale lessen krijgen aangeboden.

Bijvoorbeeld alternatieve routes beschikbaar hebben (bijvoorbeeld bij het uitvallen van

leerlingen)

LTOG6 Buffertijd tussen de verschillende lessen voorkomt misverstanden en

teleurstellingen bij leerlingen en draagt zorg voor opvang van kleine vertragingen.

LT5 afwijken van

planning

LT5. Bij afwijken van de planning zorgt

hij ervoor dat de overlast voor de

leerling wordt vermeden.

LTOG7 Als de instructeur, door welke omstandigheden dan ook, zijn lesdag anders

moet indelen en hij laat dit niet tijdig weten aan de leerling, dan kan dit ten koste gaan

van de leertijd van de leerling en op termijn ook van de relatie tussen instructeur en

leerling.

Page 30: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 28 -

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

aansluiten bij eigen

ervaringen van leerlingen

6. wederzijds vertrouwen

7. vertrouwensbasis leggen

10. Op de hoogte houden

van veranderingen die

leerling betreffen

Subtaak Onderdeel Handelingsrepertoire Principes: oorzaak-gevolg; middel doel relaties Begrippen

2.3.3 Regels en afspraken

RA1/2. afspraken RA1. maakt na afloop van een les

vervolgafspraken met de leerling ten

aanzien van begintijd, het nieuwe

lesonderwerp, voor te bereiden

activiteiten, die voor de leerling helder

zijn.

RAOG1 Het beschikbaar zijn van door ieder gedeelde afspraken voorkomt

misverstanden in de communicatie, teleurstellingen, irritatie en ergernis. Bovendien

wordt de vertrouwensrelatie tussen instructeur en leerling erdoor versterkt.

4. Ontwerp van instructie

4.1 Ontwerpactiviteiten

64 organisatie regels en

procedures

7. Organisatie en

management

7.2 regels, procedures en

afspraken

1. Functionele regels en

afspraken praktijkles: a.

halen en brengen van

leerlingen, 2. plannen

lestijden, 3. afzeggen, 4.

betalingen, 5. afwijkingen

van lesprogramma

(uitbreiden, verkorten)

2. Functionele regels en

afspraken theorieles: 1.

deelname aan activiteiten 2.

inleveren van opdrachten

3. Handhaven van afspraken

en regels

RA2. maakt concrete en functionele

afspraken met de cursist over de

uitvoering van lessen, nakomen van

afspraken, procedure rond afzeggen,

betalingen, afwijkingen van leergang.

RA3a. handhaven van

regels

RA3a. Praktijk: de instructeur hanteert

regels en doet dat consequent.. Bij

ongewenst en storend gedrag spreekt

de instructeur de betreffende leerling

consequent direct aan op dit gedrag.

RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen in het verkeer

hebben tot doel een positieve en vruchtbare leersituatie te scheppen, waarbinnen

duidelijk is welke gedrag wel en niet acceptabel is.

RAOG3 Consequent en direct aanspreken op ongewenst of storend gedrag voorkomt

dat dit permanent wordt en verstorend voor leerklimaat/leersituatie.

RA3b Theorie:

afspraken en regels

theorielessen

RA3b Theorie: maakt concrete en

functionele afspraken met de cursisten

over het inleveren van opdrachten en

hun deelname aan activiteiten.

Regels over het inleveren van opdrachten en de deelname aan lesactiviteiten

voorkomen wederzijdse frustratie, misverstanden en ergernis tijdens lessen.

Page 31: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 29 -

3. GEDRAGSREPERTOIRE

3.1 Taakdomein 2.1 Lesplanning op maat maken

3.1.1 Onderdeel 2.1.1: lesprogramma ontwerpen LP1. De instructeur ordent de te behandelen rij- en oefentaken in een lesprogramma van gemakkelijk naar moeilijk.

Contraproductief gedrag (-) Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

- Er zit geen lijn in de rijtaakonderdelen:

leerlingen krijgt al meteen moeilijke

onderdelen, terwijl eerst nog de eenvoudige

onderdelen aan de orde zouden moeten

komen.

- De rijomstandigheden zijn niet op maat bij de

fase (te vroeg al op drukke snelweg in begin

opleiding; op een plek met veel bestuurders)

- Onderdelen van bijvoorbeeld RIS staan in

een onlogische volgorde

Gevolgen:

Leerling krijgt niet de kans om rijtaken in een

leerlogische volgorde te leren.

Op onderdelen voldoet de

ordening aan kenmerken

van productief gedrag op

enkele onderdelen klopt

een ordening niet. Geen

grote onlogische fouten in

de ordening.

Gevolgen:

Leerling krijgt gedeeltelijk

de kans om rijtaken in

een leerlogische volgorde

te leren.

- Er zit een leerlogische lijn in de

rijtaakonderdelen: leerling krijgt pas moeilijke

onderdelen aangeboden nadat de gemakkelijke

onderdelen aan de orde zijn geweest;

- De geplande rijomstandigheden zijn exact op

maat bij de fase

- Onderdelen van bijvoorbeeld RIS staan in een

logische volgorde

Gevolgen:

Leerling krijgt de kans om rijtaken in een

leerlogische volgorde te leren.

LP2. De instructeur plant een reeks lesactiviteiten waarin leerlingen rijtaken leren op een steeds iets moeilijker/complexer niveau, en wel voor verschillende onderdelen van de rijtaak.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Geen enkele aanwijzing dat binnen één les rij-

activiteiten oplopen in moeilijkheid (van

complex kruispunt naar rustig kruispunt, terwijl

aanleren kruisdingen centraal staat)

Gevolgen:

Leerling krijgt niet de kans steeds iets

rijvaardiger te worden en eerst op laag

moeilijkheidsniveau aan te leren.

Binnen één les lopen de rij-activiteiten op in

moeilijkheid (van rustig en eenvoudig kruispunt

naar complex kruispunt, als aanleren

kruisdingen centraal staat)

Gevolgen:

Leerling krijgt de kans steeds iets rijvaardiger te

worden.

Page 32: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 30 -

LP3. De instructeur geeft bij de voorbereiding van een programma in gedragstermen aan wat leerlingen op tussengelegen momenten en aan het eind van de reeks kunnen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Er zijn geen einddoelen en tussendoelen in de

planning. Er wordt gewoon begonnen.

Gevolgen:

Onduidelijk blijft waar de leerling uitkomt en

welke tussenfasen de leerling een (onderdeel

van de) rijtaak aanleert.

De rijinstructeur heeft geen houvast tijdens

zijn, rijdt maar wat rond.

Er zijn concrete in gedragstermen uitgewerkte

doelen en tussendoelen in het lesprogramma.

De doelen zijn verwerkt in een lesprogramma,

eventueel genomen uit een voorgestructureerde

lesmethode

Gevolgen:

Duidelijk wordt waar de leerling uitkomt en welke

tussenfasen de leerling een (onderdeel van de)

rijtaak aanleert.

De rij-instructeur ervaart veel houvast aan de

gestelde doelen en tussendoelen bij de

lesplanning en voert zijn les daarop gericht uit.

LP4. De instructeur hanteert een zodanige opbouw in het lesprogramma dat sprake is van afwisseling tussen leren van deeltaken (keren, invoegen) en van de totale rijtaak (zoals rijden van een route van a naar b).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

- Er wordt, getuige het lesplan, uitsluitend op

kleine deeltaakjes geoefend, zonder dat een

tijdje gewoon gereden wordt van A naar B

(veel stilstaan en praten)

- Er wordt uitsluitend lange stukken gereden,

zonder dat afzonderlijke rijtaken worden

geoefend en/of besproken

Gevolgen:

De leerling ziet gedurende de opleiding het

autorijden als een zinvol geheel en niet als

een verzameling van losse taken. De leerling

overziet het grotere geheel (oriënteren), blijft

zichzelf persoonlijke doelen stellen, en zal

gemotiveerd blijven leren.

Er is, getuige het lesplan, afwisseling tussen

deeltaken (schakelen, gas geven, remmen,

keren) en totale taken (een stukje rijden op een

80km-weg.

Gevolgen:

De leerling ziet gedurende de opleiding het

autorijden als een zinvol geheel en niet als een

verzameling van losse taken. De leerling

overziet het grotere geheel (kan zich oriënteren,

het geheel begrijpen), blijft zichzelf persoonlijke

doelen stellen, en zal gemotiveerd blijven leren.

Page 33: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 31 -

LP5. De instructeur werkt in de voorbereiding van zijn programma en de afzonderlijke rijlessen, gebruikmakend van een instructiekaart, toe naar de exameneisen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Er wordt niet of nauwelijks of onsystematisch

gebruik gemaakt van de instructiekaart (half

ingevuld; bijvoorbeeld de scripts en

onderdelen daarvan op een RIS-

instructiekaart).

Gevolgen:

Er is niet duidelijk af te lezen waar de leerling

zit op weg naar het gewenste niveau van

rijvaardigheid, zoals vereist in de rijprocedure

van CBR.

In de instructiekaart is een duidelijk gebruik van

voortgangsregistratie zichtbaar op de

verschillende onderdelen van het lesprogramma

(bijvoorbeeld de scripts en onderdelen daarvan

op een RIS-instructiekaart)

Gevolgen:

In een oogopslag wordt duidelijk waar de leerling

zit op weg naar het gewenste niveau van

rijvaardigheid, zoals vereist in de rijprocedure

van CBR.

Page 34: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 32 -

3.1.2 Onderdeel 2.1.2: planning aanpassen aan leerlingkenmerken LL1. De instructeur schat op basis van het getoonde rijgedrag en leerlingkenmerken na maximaal twee lessen bij leerlingen hoeveel lessen nodig zullen zijn tot een het examen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Gegeven een aantal kenmerken* en de

resultaten van de eerste twee lessen schat de

instructeur het aantal benodigde lessen onjuist

in Meer dan 40% te veel of te weinig)

Gevolgen:

De leerling krijgt geen onderwijs op maat,

want stappen zullen te groot of juist te klein

zijn.

Gegeven een aantal

kenmerken en de

resultaten van de eerste

twee lessen schat de

instructeur het aantal

benodigde lessen niet

geheel adequaat in.

Tussen 10 en 40% te veel

of te weinig)

Gegeven een aantal kenmerken en de resultaten

van de eerste twee lessen schat de instructeur

met een nauwkeurigheid van +-10% lessen het

aantal benodigde lessen.

Gevolgen:

De leerling krijgt onderwijs op maat, want door

het juiste lessenaantal zullen de geplande

leerstappen op maat zijn

N.B. * zie uitwerking domein kennishandelingen

LL2. De instructeur plant als onderdeel van het lesprogramma verschillende lesroutes die passen bij de in het programma aan te leren rijtaken en de fase van de opleiding.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Gegeven factoren* als:

fase van de opleiding, getoonde rijgedrag van

de leerling, leertempo, de rijtaken die centraal

staan

Kiest de instructeur niet passende routes (te

moeilijk of te gemakkelijk)

Voorbeeld 1: een leerling maakt nog veel

fouten bij de bediening, en de instructeur kiest

routes met ingewikkelde verkeerssituaties.

Voorbeeld 2 de rijomstandigheden zijn

complex, maar de leerling is voldoende

gevorderd om dit aan te kunnen. Toch kiest de

instructeur voor een route in simpeler

omstandigheden.

Gevolgen:

De leerling krijgt te weinig ruimte en tijd om te

handelen, fouten te maken bij deze

complexiteit. Hij zal de bewuste rijtaak niet

adequaat kunnen aanleren en oefenen

Gegeven factoren* als:

fase van de opleiding, getoonde rijgedrag van de

leerling, leertempo, de rijtaken die centraal staan

kiest de instructeur precies passende routes

(qua moeilijkheidsgraad)

Voorbeeld 1: een leerling maakt nog veel fouten

bij de bediening, en de instructeur kiest routes

met rustige verkeerssituaties

Voorbeeld 2: de rijomstandigheden zijn complex,

maar de leerling is voldoende gevorderd om dit

aan te kunnen. De instructeur kiest dan terecht

voor een route in die omstandigheden.

Gevolgen:

De leerling krijgt volop ruimte en tijd om te

handelen, fouten te maken bij deze complexiteit.

Hij zal de bewuste rijtaak kunnen aanleren en

oefenen zonder steeds mentaal overbelast te

raken.

N.B. * zie voor alle factoren uitwerking domein kennishandelingen.

Page 35: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 33 -

LL3. De instructeur past de oorspronkelijke lesroute verantwoord aan wanneer zich plotselinge gebeurtenissen in de weer- of verkeerssituatie voordoen, die veel effect hebben op de rijles (bijv. bij sneeuwval) bij een bepaalde leerling.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur past de lesroute bij

uitzonderlijke weer- en verkeerssituatie niet

aan, terwijl dit wel nodig is gezien de fase van

de opleiding, het door de leerling vertoonde

rijgedrag en zijn leerlingkenmerken*.

Voorbeeld**:

Leerlingen in de beginfase van de opleiding, of

leerlingen met weinig zelfvertrouwen worden

bij sneeuwval over een route geleid met

gladde wegen geleid. In ernstige gevallen gaat

de les gewoon door.

Gevolgen:

De grotere taakcomplexiteit past niet meer bij

het niveau van de leerling. De kans op leren

wordt klein. Ook de beleving van de les kan

negatief zijn (angst, minder zelfvertrouwen)

De rij-instructeur past de lesroute bij

uitzonderlijke weer- en verkeerssituatie op maat

aan gezien de fase van de opleiding, het door de

leerling vertoonde rijgedrag en zijn

leerlingkenmerken.

Voorbeeld:

Leerlingen in de beginfase van de opleiding, of

leerlingen met weinig zelfvertrouwen worden bij

sneeuwval over een route met de goed

bestrooide wegen geleid. In ernstige gevallen

wordt de les verzet.

Gevolgen:

De taakcomplexiteit past door de aanpassing

nog goed bij het niveau van de leerling. De kans

op leren is aanwezig. Ook de beleving van de

les blijft positief (vertrouwen)

N.B. * zie voor alle factoren en kenmerken uitwerking domein kennishandelingen. ** Zo zijn er verschillende voorbeelden te

bedenken door combinatie van factoren en kenmerken.

LL4. De instructeur stelt voor leerlingen die langzaam vorderen een programma op waarin kleine leerstapjes worden gezet.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur past zijn lesprogramma niet aan

aan de langzaam vorderende leerling, terwijl

het vertoonde rijgedrag door de leerling hier

wel aanleiding toe geeft. Of hij past het

lesprogramma onvoldoende aan: nog te grote

stappen, de taak niet wezenlijk

vereenvoudigen (dezelfde lastige

oefensituaties kiezen of lesroutes blijven

rijden)

Gevolgen:

Door het uitblijven van kleinere leerstapjes in

het lesprogramma ervaart de leerling minder

successen en is de kans op demotivatie en

verlies aan zelfvertrouwen aanwezig.

De instructeur past zijn lesprogramma aan op

maat* van de langzaam vorderende leerling:

vereenvoudigen van leertaken (bijv. door alleen

onderdelen van een script te oefenen; door naar

gemakkelijker omstandigheden uit te wijken: het

leren invoegen op een snelweg oefenen op

rustige tijdstippen, rustige weggedeelten).

Gevolgen:

Door de kleinere leerstapjes in het

lesprogramma wordt de (langzame) leerling in

de zone van naaste ontwikkeling gebracht: hij

leert met hulp van de rij-instructeur wat hij

anders met de grotere stappen niet had kunnen

leren. Hierdoor heeft deze een grotere kans op

succeservaringen en blijft hij gemotiveerd en

ontwikkelt hij zelfvertrouwen.

N.B. * zie voor alle factoren die het aanpassen op maat bepalen.

Page 36: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 34 -

LL5. maakt een lesroute en rijopdrachten complexer om deze meer op maat van de snel vorderende leerling te maken.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur past zijn lesprogramma niet aan

aan snel vorderende leerling, terwijl het

vertoonde rijgedrag door de leerling hier wel

aanleiding toe biedt. Of hij past het

lesprogramma onvoldoende aan: nog te veel

kleine leersstappen, de taak of route niet

uitdagender maken (dezelfde routinematige

oefensituaties kiezen of lesroutes blijven

rijden)

Gevolgen:

Door het uitblijven van grotere leerstappen in

het lesprogramma ervaart de leerling minder

uitdaging, is de kans op demotivatie en verlies

aan aandacht aanwezig.

De instructeur past zijn lesprogramma aan op

maat* van de snel vorderende leerling: moelijker

maken van leertaken (bijv. door meer taken

tegelijkertijd te oefenen; door naar moeilijker

omstandigheden te zoeken: het invoegen op een

drukke snelweg oefenen op drukke tijdstippen,

drukke weggedeelten.)

Gevolgen:

Door de grotere leerstappen in het

lesprogramma wordt ook de snelle leerling in de

zone van naaste ontwikkeling gebracht: hij wordt

uitgedaagd op zijn hogere niveau. Hierdoor heeft

deze een grotere kans op extra

succeservaringen en blijft hij gemotiveerd.

N.B. * zie voor alle factoren die het aanpassen op maat bepalen.

Page 37: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 35 -

3.2 Taakdomein 2.2 Uitwerken van rijvaardigheidsdidactiek

3.2.1 Onderdeel 2.2.1: Instructie voorbereiden IV1. De instructeur bereidt met behulp van een lesplan een les voor waarin leerlingen kennismaken met alle relevante onderdelen van een (nieuwe) rijtaak.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur maakt nauwelijks gebruik van

een lesplan of het plan is incompleet,

onlogisch van opbouw, gezien datgene wat de

leerling in een les zou moeten aanleren

(uitgaande van een ingevulde leskaart)

Het lesplan is niet of zeer onvolledig

uitgewerkt:

- niet duidelijk is welke rijtaken of scripts aan

de orde zullen komen

- instructiestappen ontbreken of zijn vaag

beschreven

- de route is niet beschreven

- in een volgorde gezet die niet klopt met de

logische leerstappen van de methode (van de

RIS) volgen

- het geheel is niet in een overzichtelijk

schema opgenomen.

Gevolgen:

Instructeur en leerling werken zeer ongericht

tijdens de rijles. Het wordt lastig om een les

systematisch te evalueren.

De instructeur maakt op basis van een ingevulde

leskaart een lesplan waarin duidelijk wordt welke

rijtaken (scripts, onderdelen daarvan)

achtereenvolgens worden aangeleerd en welke

instructiestappen daarin zijn te herkennen, welke

middelen en materialen daarin aan bod komen

en de route die wordt gereden. Het geheel is in

een overzichtelijk schema opgenomen

Gevolgen:

Instructeur en leerling werken gericht naar de

lesdoelen toe. Het is mogelijk om een les

systematisch te evalueren.

Page 38: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 36 -

IV2 . De instructeur geeft bij de voorbereiding van een les in gedragstermen aan wat leerlingen aan het eind ervan kunnen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur maakt geen gebruik van

concrete lesdoelen voor zijn les,

Hij neemt genoegen met:

- Een vage aanduiding van het leerdoel,

bijvoorbeeld “we gaan kruispunten oefenen”;

- vage aanduidingen als “kennismaken met

snelwegen”;

- geen of vage aanduidingen van de graad van

beheersing: bijv. “moet dit goed kunnen”.

Gevolgen:

Er is geen strakke doelgerichtheid. De kans

dat ongericht wordt gewerkt is groot. De

instructeur kan niet precies aan de leerling

aangeven wat hij gaat leren of heeft geleerd.

De instructeur kiest of beschrijft zelf zeer

concrete lesdoelen voor zijn les, waarin

gedetailleerd het exacte gedrag is vermeld

waartoe de leerling in staat moet zijn, de

omstandigheden waarin een leerling gedrag

moet tonen. In elk leerdoel zit een actiewoord,

zoals ‘steekt over’, ‘voegt in’, of ‘laat zien’, etc,

en een taakomgeving (op 120 km/u wegen, met

druk verkeer) en geeft idealiter een graad van

gewenste beheersing weer (handelt in 80% van

de gevallen volgens het script).

Gevolgen:

Instructeur en leerling werken doelgericht tijdens

rijlessen. Het onderscheiden van verschillende

leerdoelen helpt de instructeur bij het kiezen van

passende leeractiviteiten.

IV3. De instructeur maakt de leerinhoud van de les toegankelijk voor de leerling door ingewikkelde rijtaken of situaties vereenvoudigd voor te bereiden.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur maakt zaken nodeloos

ingewikkeld of slaagt er niet in om leerinhoud

toegankelijk te maken.

- houdt vast aan moeilijke vaktermen, zonder

deze toe te lichten;

- verzuimt de beschikbare lesmethodiek met

vereenvoudigde stapjes (volgens RIS) te

gebruiken.

Gevolgen:

De kans is dat de leerling het wel gelooft en

niet echt de instructie oppikt, de essentie niet

begrijpt. Zijn aandachtscapaciteit wordt

mogelijke overbelast.

De instructeur slaagt er volop in een lesopzet te

maken waarbij hij leerinhoud toegankelijk maakt,

ingewikkelde zaken vereenvoudigd voorstelt.

Maatregelen kunnen bijvoorbeeld zijn:

- het gebruik van een situatieschets (hoe rijd je

over een rotonde?),

- het gebruik van ezelsbruggetjes,

- het gebruik van een analogie (verkeer is als

een waterstroom, als er een auto stilstaat net als

een steen in de stroom, wordt de stroom

geblokkeerd),

- het lesgeven aan de hand van

handelingsscripts en de stapjes of onderdelen

hiervan.

Gevolgen:

De leerling kan zich richten op de essentie van

de rijtaak of de theorie die hiermee samenhangt.

Zijn aandachtscapaciteit wordt niet overbelast.

Page 39: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 37 -

IV4. De instructeur maakt een verantwoorde keuze voor te gebruiken leermiddelen in de auto (situatieschetsen, modellen, videocamera, schematische overzichten van stappen, instructiekaart) waardoor het praktijkleren wordt ondersteund.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur verzuimt in situaties die daarom

vragen passend gebruik van leermiddelen te

maken (passend bij IV1 t/m IV3). Zoals

nevenstaand genoemd onder productief

gedrag.

Gevolgen:

De leerling ervaart weinig houvast bij het

leren. Diverse leeractiviteiten worden niet

ondersteund (zoals aandacht richten,

concretiseren, structureren), waardoor het

leren minder doelgericht is. Ook bestaat risico

voor mentale overbelasting van de leerling.

De instructeur maakt in situaties die daarom

vragen passend gebruik van leermiddelen

(passend bij IV1 t/m IV3)

Situatieschetsen: om vooraf een overzichtelijk

beeld te geven van moeilijke taaksituaties (hoe

berijd je een rotonde?)

Modellen (vaak bij theorieonderwijs):

Videocamera: bij een tussentijdse proef om met

leerling te bespreken welke onderdelen van

rijden goed en minder goed verlopen

schematische overzichten van stappen: bij

toegankelijk maken van lesinhoud; als de taak

enkele malen geoefend is en de taakprocedure

vast te houden

instructiekaart: uitgangpunt voor het plannen van

de les; het bepalen van leerdoelen, lesplan en

om de voortgang en lesplan met de leerling te

bespreken

Gevolgen:

De rijinstructie krijgt structuur, de leeractiviteiten

worden direct ondersteund, de mentale belasting

van de leerling blijft binnen de perken

Page 40: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 38 -

IV5. De instructeur bedenkt per rijtaak, script, vaardigheid een stapsgewijze instructie inclusief passende ondersteunende aanwijzingen waardoor leerlingen de rijtaak in stappen aanleren.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De (opzet van de) rij-instructie kenmerkt zich

als

- weinig stapsgewijs: wegvallen van stappen in

de rij-instructie (zoals hiernaast onder

productief gedrag genoemd)

- meteen de volledige taak laten uitvoeren,

zonder instructie vooraf

- oefenfase sluit niet aan op de uitlegfase

(gaat over andere of veel moeilijker

onderdelen)

- overslaan van stappen in de aan te leren

rijtaak (van onderdelen van een script zoals

afslaan of invoegen)

Gevolgen:

De leerling ‘wordt in het diepe gegooid’: krijgt

niet de voorwaarden voor moeilijke taken

aangeleerd, weet niet waar hij moet beginnen,

raakt mogelijk mentaal overbelast.

De (opzet van de) rijinstructie is zeer

gestructureerd en laat duidelijk de volgende

stappen zien en de opeenvolging in stappen

1. Introductie: Leerdoelen, lesplan, kern van de

les/ motivering van de lesonderdelen

2. Uitleg: Aansluiting voorgaande lesonderdeel

(Inhoud: deelhandelingen, omgaan met

foutgedragingen)

3. Aanbieden oefensituaties

4. Feedback: lesafronding (samenvatten van de

verrichte activiteiten, bespreking leerresultaat,

evaluatie leerproces

- De instructie-onderdelen sluiten inhoudelijk

nauw bij elkaar aan

- alle deelstappen in de aan te leren rijtaak

krijgen aandacht

Gevolgen:

De leerling leert eerst delen van een complexe

vaardigheid te beheersen,alvorens hij de totale

vaardigheid leert.

Page 41: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 39 -

IV6. De instructeur stelt verschillende soorten vragen die het leerproces van de leerling ondersteunen (deels tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Ofwel: de rijinstructeur stelt nauwelijks vragen

om het leerproces te ondersteunen. Ofwel: de

rij-instructeur stelt vragen zodanig dat het

leerproces niet wordt ondersteund of zelfs

wordt gehinderd.

Dit blijkt uit:

- Geen passende vraagvorm*: bij eenvoudige

feiten stelt hij moeilijk denkvraag of een

feitvraag stellen als hij een denkvraag zou

moeten stellen

- een onduidelijke vraag stellen (die niet

begrepen wordt)

- geen denkpauze bieden

- twee of meer vragen tegelijk stellen

- zelf direct het antwoord geven op de vraag

Gevolgen:

De leerling wordt op het verkeerde spoor

gezet, in verwarring gebracht, of passief

gemaakt.

de rijinstructeur stelt vragen die passen bij het

type leeractiviteit dat gevraagd wordt, die het

leerproces te ondersteunen.

Dit blijkt uit:

- Passende vraagvorm*: bij eenvoudige feiten

stelt hij gesloten vragen; bij probleemoplossen of

hardop denken een open vraag/denkvraag

- een duidelijke vraag stellen: die begrepen

wordt

- denkpauze bieden

- één vraag tegelijk stellen

- de leerling de kans bieden het antwoord zelf te

geven

Gevolgen:

De leerling wordt op passende momenten

aangezet om gewenste leeractiviteiten in te

zetten, zoals voorbeelden te geven ,

denkvragen, iets toe toepassen, zijn denken te

verwoorden.

* Voor overzichten van passende vraagvormen: zie uitwerking kennishandelingen en woordenlijst rij-instructie.

Page 42: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 40 -

IV7. bereidt commentaar voor, eventueel thuis, op de door de leerling gemaakte opdrachten. Dit commentaar heeft betrekking op concreet gedrag van de leerling en wordt op een passend moment gegeven (deels tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur geeft ofwel weinig

commentaar of niet passende, ofwel op een

niet passend moment.

- erg weinig of overmatig positief commentaar;

- veel negatief commentaar;

- pas aan het eind van de les voor het eerst;

- heel algemeen (je reed wel aardig he?);

- erg veel details en herhalingen;

- bij schriftelijke opdrachten: tijden volgende

les;

- net gedetailleerd op gedrag en gevolgen

daarvan.

Gevolgen

Overmatig negatief commentaar werkt

demotiverend en kan schadelijk zijn voor het

zelfvertrouwen.

Afwezigheid of gebrekkig commentaar stuurt

het leerproces niet goed bij.

Te laat gegeven commentaar wordt door

leerling slecht herkend en draagt niet bij een

leren.

De rij-instructeur geeft verschillende vormen van

commentaar op momenten dat dit passend is

(zie Tabel x).

- gedoseerd positief commentaar

- gedoseerd negatief commentaar

- verklarend commentaar

- productfeedback

- (vrijwel) direct na de taakuitvoering (in

praktijklessen)

- bij schriftelijke opdrachten: tijden volgende les

- Net gedetailleerd op gedrag en gevolgen

daarvan

Gevolgen:

Passend commentaar op gemaakte opdrachten

draagt bij aan cognitieve, affectieve en

regulatieve leeractiviteiten* door de leerling. Het

biedt de leerling inzicht in de mate waarin hij

vordert in rijvaardigheid.

Positief commentaar: werkt motiverend en

draagt bij aan succeservaring, zelfvertrouwen bij

de leerling

In combinatie met positief commentaar zorgt

verklarend commentaar ervoor dat leerlingen

hun successen en falen aan de juiste oorzaken

toeschrijven

Verklarend commentaar draagt bij aan beter

begrip bij de leerling: waarom doet hij iets

adequaat of inadequaat

Productfeedback heeft vooral nut als het gaat

om taken met eenduidige oplossingen, waarvan

er veel zijn (theorieles: betekenissen van

borden, regels, tekens op de weg; praktijkles: is

correct gehandeld, voorrang verleend)/

Zie voor voorbeelden en betekenis: begrippenlijst rijinstructie

Page 43: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 41 -

IV8. De instructeur zorgt ervoor dat in de les steeds sprake is van een afwisseling is tussen het trainen van meer globale taken en meer specifieke taken, zoals deeltaken, of taakonderdelen (gas geven, insturen, kijken) en het aanleren van de globale taak. (Zie ook LP5).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Gegeven een fase in de rijopleiding

(bijvoorbeeld module 1, 2, 3, 4, van de RIS) is

er in de geplande les sprake van een

eenzijdige nadruk op ofwel:

- 1) steeds oefenen in kleine taken

(onderdelen van scripts)

Ofwel

- 2) louter lange stukken rijden zonder

specifieke oefentaken.

Gevolgen

De leerling ziet de rijles

- niet als een zinvol geheel zien; als een

verzameling van losse taken

- als een moeilijk te leren taak zien

- als een saaie en onplezierige bezigheid zien

- waarderen het autorijden minder positief

Tijdens de les is er sprake van gepaste mix van

1) oefenen in kleine taken (onderdelen van

scripts)

en 2) lange stukken rijden zonder specifieke

oefentaken.

- Beginners 70% 1, gevorderd 70% 2.

- LLn met weinig zelfvertrouwen meer 1 dan lln

met veel zelfvertrouwen

- Lln met snel overbelaste aandachtscapaciteit

meer 1 dan 2

- zelfstandige lln meer 2 dan 1.

- Lln met bromervaring meer 2 dan lln zonder

bromervaring

Gevolgen:

De leerling blijft de rijles

- als een zinvol geheel zien en niet als een

verzameling van losse taken

- als een te leren taak zien

- als een motiverende en plezierige bezigheid

zien

- waarderen het autorijden

Page 44: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 42 -

IV9. De instructeur maakt bij het kiezen van lesactiviteiten een verantwoorde mix tussen voordoen, uitleg geven en opdrachten geven, dat leerlingen zowel kijkend, rijdend, als hardop denkend aan bod komen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Gegeven een fase in de rijopleiding

(bijvoorbeeld module 1, 2, 3, 4, van de RIS) en

dat wat de leerling laat zien, steunt de

instructeur op een nogal eenzijdige

didactische aanpak. Bijvoorbeeld:

- Laat een leerling in een complexe

verkeerssituatie voortdurend hardop denken,

terwijl ook aandacht nodig is voor oefenen

(module 1)

- Plant demonstraties of uitleg waar coaching

gepast zou zijn (vanaf module 1)

- Besteedt relatief weinig aandacht aan

coaching in de laatste fase van de opleiding

(module 4)

- erg veel nieuwe dingen tegelijk aanbieden of

juist erg veel nadruk op herhalen, waar dit niet

meer nodig is gezien de voortgang

- Rijdt verhoudingsgewijs in veel lessen

dezelfde routes en gebieden

Gevolgen

De leerling voert leeractiviteiten uit die passen

bij zijn fase van rijvaardigheid. Mogelijke

gevolgen: de leerling:

- wordt weinig uitgedaagd, raakt minder

gemotiveerd, zal met minder plezier rijden

- ontwikkelt geen adequaat beeld van zichzelf

als chauffeur (wat kan ik goed en minder

goed?)

- wordt in het rijden afhankelijk van de

instructeur

Gegeven een fase in de rijopleiding (bijvoorbeeld

module 1, 2, 3, 4, van de RIS) en dat wat de

leerling laat zien, hanteert de instructeur een

passend gevarieerde didactische aanpak:

- Wisselt periodes van hardop laten denken af

met periodes waarin veel geoefend kan worden

zonder hardop denken

- Plant demonstraties en uitleg bij nieuwe

onderdelen en wisselt deze af met

coachingsfasen bij onderdelen waarop de

leerling al enigszins vaardig is

- hanteert een balans tussen herhalen en

inoefenen van nieuwe onderdelen, afhankelijk

van de voortgang

- hanteert veel variatie in lesroutes en gebieden

Gevolgen:

De leerling voert leeractiviteiten uit die passen bij

zijn fase van rijvaardigheid. Mogelijke gevolgen:

De leerling

- blijft gemotiveerd en met plezier rijden

- ontwikkelt een adequaat beeld van zichzelf als

chauffeur (wat kan ik goed en minder goed?)

- leert zelfstandig rijden

Page 45: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 43 -

3.2.2 Onderdeel 2.2.2: Opdrachten en oefensituaties voorbereiden Op1. De instructeur plant passende leersituaties voor het aanleren van een aspect van rijvaardigheid, d.w.z. onderdelen van een route of oefenplaatsen waar alle essentiële kenmerken van een rijtaak kunnen worden aangeleerd.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De gekozen oefensituaties passen niet bij het

te leren script, of onderdelen van een script.

- Er ontbreken essentiële componenten aan

de oefensituatie, waardoor de vaardigheid niet

kan worden geoefend op het beoogde niveau

of in de beoogde situaties Bijvoorbeeld

voorrang verlenen van bestuurders van rechts:

kruispunten zijn niet gelijkwaardig, kruispunten

zijn niet meervoudig waar dat wel nodig is

gezien de lesdoelen

Gevolgen

Leerling leert maar een deel van de beoogde

vaardigheid, in maar een deel van de beoogde

situaties. Hij kan de bewuste taak niet

adequaat oefenen, krijgt weinig kans om

nauwkeurig en bewust aan te leren, vormt zich

geen goed beeld van de rijtaak en zal de

vaardigheid niet snel automatiseren

De gekozen oefensituaties passen goed bij het

lesdoel, de te leren scripts, of onderdelen van

een script.

- De oefensituaties passen exact bij het doel van

de les: voldoende ruimte en tijd om te handelen,

voldoende kans om te oefenen, gelegenheid om

fouten te maken bij deze complexiteit (bijv.

bediening oefenen in verkeerssituaties op de

weg)

- Alle essentiële componenten zijn in de

oefensituatie aanwezig, waardoor de

vaardigheid doelgericht kan worden aangeleerd.

Gevolgen:

Leerling krijgt de kans alle onderdelen van de

vaardigheid in alle benodigde situaties aan te

leren. Hij kan de bewuste taak adequaat

oefenen, krijgt voldoende kans om de taak

nauwkeurig en bewust aan te leren, zich een

goed beeld te vormen van de rijtaak en de

vaardigheid te automatiseren

Page 46: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 44 -

Op2. De instructeur bedenkt voldoende opdrachten om leerlingen de kans te geven een nieuw aan te leren rijtaak of onderdeel

in te slijpen, te automatiseren.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur plant onvoldoende

oefensituaties in:

- In een les minder dan 3 oefensituaties voor

een rijtaak

- Geen herhaling van dezelfde situaties (2 of 3

keer dezelfde rotonde berijden)

Gevolgen

De leerling krijgt weinig kans om een script te

automatiseren. Hij moet nog veel nadenken bij

wat hij moet doen.

De rij-instructeur plant voor alle rijtaken

voldoende oefensituaties in:

- In een les minstens 5 oefensituaties voor een

rijtaak

- waar nodig herhaling van dezelfde situaties (2

of 3 keer dezelfde rotondeberijden)

Gevolgen:

De leerling krijgt volop kans om een script te

automatiseren. Hij zal op den duur niet lang

hoeven na te denken wat hij moet doen bij het

inzetten van een handeling in het verkeer.

Op3. De instructeur bedenkt voor een (onderdeel van een) rijtaak oefensituaties die van elkaar verschillen in

moeilijkheidsgraad.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De oefensituaties in de les lopen op geen

enkele wijze op in moeilijkheidsgraad ofwel ze

beginnen (onterecht) te moeilijk en worden

dan gemakkelijker.

Bijvoorbeeld:

Meteen al op drukkere wegen en in druk

centrum oefenen.

Gevolgen

De leerling krijgt weinig kans om een script te

steeds meer verfijnd aan te leren en onder

steeds moeilijker omstandigheden. Ook

automatisering wordt hierdoor mogelijk

belemmerd.

Leerling zal snel gevoel een van

overladenheid ervaren.

De oefensituaties in de les lopen volmaakt op in

moeilijkheidsgraad.

Bijvoorbeeld:

Eerst in rustige wijk kruisingen oefenen, dan op

drukkere wegen, daarna in druk centrum

Gevolgen:

De leerling krijgt volop kans om een script te

steeds meer verfijnd aan te leren en onder

steeds moeilijker omstandigheden. Ook de kans

op automatisering wordt hierdoor vergroot.

Leerling zal niet zo snel een gevoel van

overladenheid ervaren.

Page 47: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 45 -

Op4. De instructeur maakt bij de voorbereiding van rijlessen een gevarieerde keuze uit beschikbare routes en oefenplaatsen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De oefenplaatsen die worden aangedaan zijn

nogal eenzijdig gekozen en lijken alle sterk op

elkaar.

Bijvoorbeeld:

- maar één of twee soorten invoegsituaties

over alle lessen;

- gebrek aan bepaalde oefenplaatsen,

bijvoorbeeld 60km gebieden buiten de

bebouwde kom

- veel kruispunten met geregelde voorrang, en

weinig gelijkwaardige kruispunten.

Gevolgen

Er is een kleinere kans op beheersing van de

rijtaak, het script in nieuwe verkeerssituaties

(= transfer). De kans bestaat op verassingen

(nooit geoefende situaties) tijdens het

rijexamen.

De oefenplaatsen die worden aangedaan, zijn

ster k gevarieerd en hebben alle unieke

eigenschappen.

Bijvoorbeeld:

- diverse soorten invoegsituaties over alle lessen

(met en zonder weefvakken; korte invoegstrook

etc.)

- alle gebieden worden doorkruist, binnen en

buiten de bebouwde kom

- variatie aan kruispunten met geregelde en

ongeregelde voorrang.

Gevolgen:

De kans op beheersing van de rijtaak, het script,

in nieuwe verkeerssituaties (= transfer) wordt

vergroot. De kans op verassingen tijdens het

rijexamen is klein.

Page 48: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 46 -

3.2.3 Onderdeel 2.2.3: Leermotivatie MT1. De instructeur besteedt aandacht aan uitdagingen voor de leerling, zoals verrassende, nieuwe verkeerssituaties.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Het ontbreekt in de (voorbereide) les aan

uitdagingen voor de leerling, zoals

verrassende, nieuwe verkeerssituaties.

Nevenstaande uitdagende situaties komen

niet voor.

Gevolgen

De leerling zal de les plichtmatig doorlopen. In

het ernstigste geval zal de leerling geen zin

meer hebben om te komen lessen of zich

gaan verzetten tegen de aanpak van de rij-

instructeur.

De voorbereide les bevat rijtaken/situaties die

net iets boven het huidige niveau van de

leerlingen liggen of vrij nieuw zijn, maar nog wel

uitvoerbaar met enige steun van de rij-

instructeur.

Bijvoorbeeld overgang RIS-module 1 naar 2:

Leerling gaat een stukje rijden op een rustige

weg buiten de bebouwde kom. Instructeur biedt

steun (met korte aanwijzingen en dubbele

bediening als ‘vangnet’).

Bijvoorbeeld overgang RIS-module 3 naar 4:

Leerling gaat een stukje zelfstandig rijden naar

een zelf te kiezen bestemming. Instructeur biedt

steun door navigatie-aanwijzingen.

Gevolgen:

De leerling zal de les als uitdagend doorlopen en

succes ervaren. Hij zal met plezier naar de

(volgende) lessen komen.

Page 49: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 47 -

MT2. De instructeur bereidt bij een lesplanning verschillende opties voor waaruit leerlingen tijdens de rijles naar behoefte een keuze kunnen maken (bijv. een bepaalde route.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De leerling krijgt op geen enkele wijze de kans

om keuzes te maken bij de inrichting van de

rijles.

Nevenstaande situatie komt niet voor. De

instructeur heeft één uniform lesplan, dat de

les bepaalt.

Gevolgen

De leerling zal de les plichtmatig doorlopen. In

het ernstigste geval zal de leerling zich niet

serieus genomen voelen.

De voorbereide les biedt de leerling de kans om

keuzes te maken uit een breed aanbod van

oefenstof, rijtaken, routes, gebieden, kortom in

wat en hoe iets aan de orde komt.

Bijvoorbeeld:

De instructeur oppert een aantal (geschikte)

routes voor de les of onderdelen die extra

geoefend kunnen worden. Of: hij laat kiezen uit

de aard van de les (wel of geen

tussenbeoordeling, iets herhalen, nieuwe

onderdelen aan de orde laten komen).

Gevolgen:

De leerling voelt zich serieus genomen, zal met

plezier naar de (volgende) lessen komen, zal

beter gemotiveerd zijn, zal zich graag inspannen

om er het beste van te maken.

MT3.De instructeur houdt bij voorbereiding ruimte voor activiteiten voor waaraan leerlingen zelf behoefte hebben.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De leerling krijgt op geen enkele wijze de kans

om eigen keuzes te maken bij de inrichting

van de rijles.

Nevenstaande situatie komt niet voor. De

instructeur bepaalt wat er gebeurt.

Gevolgen

De leerling zal in wat en hoe hij leert

afhankelijk worden van de rij-instructeurs en

zo niet snel een zelfstandige bestuurder

worden.

De voorbereide les biedt de leerling de kans om

zelf keuzes te maken in wat en hoe er iets aan

de orde komt.

Bijvoorbeeld:

De leerling krijgt kans om rijtaken of onderdelen

te oefenen waaraan hij nog behoefte heeft,

waarover hij onzeker is; of nieuwe dingen die hij

graag zou willen leren.

Gevolgen:

De leerling zal persoonlijke doelen kunnen

verwezenlijken, zal zich graag inspannen om er

het beste van te maken, werkt aan zijn

zelfstandigheid als bestuurder.

Page 50: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 48 -

MT4. De houdt bij het plannen van een lesroute bewust rekening met afwisseling in inspannende en minder inspannende lesonderdelen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Rekening houdend met wat de leerling kan in

deze fase van de opleiding is de geplande les

sprake van

een aaneenschakeling van

Ofwel:

- Zeer inspannende en mogelijk stresserende

verkeerssituaties

- Ofwel: weinig inspannende en weinig alert

houdende verkeerssituaties

Gevolgen

De rijprestaties worden slechter door mentale

overladenheid, ontwikkeling van onzekerheid,

angst of juist verveling. Er ontstaat een

negatieve spiraal omdat de leerling bezig is de

stress het hoofd te bieden. Kans bestaat op

angst, afhaken, conflict zoeken of onverschillig

worden.

Rekening houdend met wat de leerling kan in

deze fase van de opleiding is in de geplande les

een aaneenschakeling van

een mix van zeer inspannende en mogelijk

stresserende verkeerssituaties en weinig

inspannende verkeerssituaties

Gevolgen:

De leerling is steeds op tijd emotioneel hersteld

van een mogelijke stressituatie, kan alle

aandacht blijven richten op de rijtaak, kan de

situaties voldoende het hoofd bieden, waardoor

succeservaringen ontstaan.

Page 51: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 49 -

MT5. De instructeur bereidt die vormen van steun voor waarbij leerlingen geholpen worden zonder hen het initiatief of de zelfstandigheid uit handen te nemen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rijinstructeur heeft steun voorbereid die

niet is afgestemd op het getoonde

rijvaardigheidsniveau, het getoonde

leertempo:

a. Ofwel is deze sturing te groot: de instructeur

neemt alle leerfuncties (zie nevenstaand) zelf

in handen (alles wordt voorgebakken, overal

wordt op gewezen; geen eigen keuzes voor de

leerling).

b. Ofwel is deze te gering: de instructeur laat

alles aan de leerling over, terwijl deze daaraan

nog duidelijk niet toe is.

Gevolgen

De leerling zal de les op den duur niet positief

beleven, zich niet serieus genomen voelen,

afhankelijk worden van de instructeur bij het

besturen.

De rijinstructeur zorgt voor passende steun bij

het door de leerling getoonde

rijvaardigheidsniveau, het getoonde leertempo

De gevorderde leerling en de leerling met een

hoog leertempo krijgen een deel van de

leerfuncties in handen: de leerling voert

zelfstandig rijtaken uit zonder tussenkomst van

de instructeur, bewaakt zelf mede of hij

voldoende leert, evalueert en diagnosticeert het

eigen rijgedrag, herstelt zelf fouten, reflecteert

zelfstandig op zijn rijgedrag.

De beginnende leerling of de traag vorderende

leerling krijgt extra steuntjes in de rug, maar

behoudt het initiatief in de les: instructeur bouwt

hints in bij het uitvoeren van moeilijke taken

zoals invoegen en inhalen.

Gevolgen:

De leerling zal de les positief beleven, zich

serieus genomen voelen, zijn zelfstandigheid als

chauffeur ontwikkelen

Page 52: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 50 -

3.3 Taakdomein 2.3 Organiseren

3.3.1 Onderdeel 2.3.1: Voorbereiding leersituatie VL1. De instructeur anticipeert op mogelijk gevaar en problemen, zodat de route gereden kan worden zonder onnodige risico's.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

Neemt geen maatregelen tegen

omstandigheden die kunnen leiden tot gevaar

tijdens de les (afzeggen les, aanpassen

lesroute). Bijvoorbeeld in omstandigheden als:

- Veranderende weersomstandigheden

(regen, sneeuw, opkomende mist e.d.)

- Grotere drukte rondom risicovolle gebieden

in een wijk waar gelest wordt (uitgaande

scholen, carnavalsoptocht e.d.)

Gevolgen

De leerling (en daardoor mogelijk ook

anderen) wordt tijdens de les aan onnodige

gevaren blootgesteld

Neemt passende maatregelen tegen

omstandigheden die kunnen leiden tot gevaar

tijdens de les (afzeggen les, aanpassen

lesroute). Bijvoorbeeld in omstandigheden als:

- Veranderende weersomstandigheden (regen,

sneeuw, opkomende mist e.d.)

- Grotere drukte rondom risicovolle gebieden in

een wijk waar gelest wordt (uitgaande scholen,

carnavalsoptocht e.d.)

Gevolgen:

De leerling (en daardoor mogelijk ook anderen)

wordt tijdens de les niet aan onnodige gevaren

blootgesteld

VL2. Praktijkles: De instructeur zorgt ervoor dat het lesvoertuig technisch in orde is en er verzorgd uitziet; hij gaat na of de te gebruiken leermiddelen beschikbaar zijn en werken.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De leermiddelen zijn niet goed geprepareerd

en/of beschikbaar:

- De rijinstructeur komt aanrijden in een

rommelige auto. Bijvoorbeeld : de ruimte

rondom de instructeur en de achterstoelen zijn

bezaaid met papieren of privéspullen.

- De rijinstructeur moet lang zoeken naar de

leermiddelen als deze nodig zijn. Bijvoorbeeld

de instructiekaart is niet beschikbaar;

situatieschetsen moeten gezocht worden

Gevolgen

Er gaat tijd verloren aan zoeken en op orde

brengen van de leermiddelen. Hierdoor is

minder tijd beschikbaar voor lesinhoudelijke

zaken.

De leermiddelen zijn goed geprepareerd en/of

beschikbaar:

- De rijinstructeur komt aanrijden in een

opgeruimde auto. Bijvoorbeeld : de ruimte

rondom de instructeur en de achterstoelen zijn

vrij. Noodzakelijke leermiddelen zijn

overzichtelijk opgeborgen.

- De rijinstructeur heeft de leermiddelen direct

beschikbaar als deze nodig zijn (bijvoorbeeld

instructiekaart of situatieschetsen).

Gevolgen

Er gaat (bijna) geen tijd verloren aan zoeken en

op orde brengen van de leermiddelen. Hierdoor

is praktisch alle tijd beschikbaar voor

lesinhoudelijke zaken.

Page 53: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 51 -

VL3 Theorieles: De rij-instructeur past de indeling van een onderwijsruimte aan de activiteit aan, zodanig dat deelnemers elkaar en de instructeur goed kunnen zien en verstaan ((deels tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De indeling van de onderwijsruimte stemt niet

overeen met de uit te voeren activiteiten

Bijvoorbeeld:

- Leergesprek in rijen waardoor interactie

wordt bemoeilijkt

- Doceren voor groepjes, waardoor sommigen

met de rug naar de docent zitten

Gevolgen

Cursisten kunnen docent en elkaar niet goed

zien/horen/spreken

De indeling van de onderwijsruimte is afgestemd

op de uit te voeren lesactiviteiten.

Bijvoorbeeld:

- Doceren: rijen of U-vorm,

- Discussie in subgroepen, uitvoering van

opdrachten: groepen (maximaal 4 cursisten).

- Leergesprek en plenaire discussie: U-vorm;

carré vorm, cirkel, halve cirkel

Gevolgen

Iedereen kan de docent en elkaar goed

zien/horen/spreken.

VL4 Theorieles: De rij-instructeur zorgt ervoor dat leermiddelen (bijv. video, beamer) beschikbaar zijn (deels tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rijinstructeur moet nog tijdens de les alle

leermiddelen klaarleggen of checken op

gereedheid, terwijl hiervoor alle tijd

beschikbaar was:

- Een computer-beamer is nog niet aangezet

en/of gecheckt

- hand-outs zijn nog niet uitgedeeld

- tafels staan op de gewenste plaats

Gevolgen

De benodigde leermiddelen zijn niet

beschikbaar of functioneren op kritieke

momenten niet, als gevolg van niet tijdig

testen

Er gaat tijd verloren aan zoeken en op orde

brengen van de leermiddelen. Hierdoor is

minder tijd beschikbaar voor lesinhoudelijke

zaken.

De rijinstructeur heeft ruim voorafgaand aan de

les alle leermiddelen klaargelegd en gecheckt op

volledigheid en gereedheid.

- Een computer-beamer is gecheckt en werkt

- hand-outs zijn uitgedeeld

- tafels staan op de gewenste plaats

Gevolgen

Er gaat (bijna) geen tijd verloren aan zoeken en

op orde brengen van de leermiddelen. Hierdoor

is praktisch alle tijd beschikbaar voor

lesinhoudelijke zaken.

Page 54: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 52 -

3.3.2 Onderdeel 2.3.2: Les- en leertijd LT1. De instructeur heeft activiteiten zodanig voorbereid dat er weinig effectieve lestijd tijd verloren gaat (bijvoorbeeld met het organiseren van leermiddelen (tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rijinstructeur moet onderweg nadrukkelijk

nog bedenken wat hij tijdens de (verder) les

met de leerling wil gaan.

Er gaat zichtbaar tijd verloren aan

overpeinzingen aangaande de rest van de les,

daar waar dit niet veroorzaakt wordt door

toevallige omstandigheden (een route is

ineens geblokkeerd).

Gevolgen

Er gaat les- en leertijd verloren

Aan het lesverloop is te zien dat de rijinstructeur

vooraf exact heeft bedacht wat hij tijdens de

(verder) les met de leerling wil gaan.

Gevolgen

(Bijna) alle tijd is beschikbaar voor

lesinhoudelijke zaken.

LT2. De instructeur vangt onderbrekingen van de rijles zo op dat deze zo min mogelijk tijdverlies voor de leerling opleveren (tijdens de les observeren).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rijinstructeur vangt lesonderbrekingen tijdig

op

Bijvoorbeeld:

- hij geeft telefoontjes van privépersonen of

collega’s van de rijschool ruim aandacht;

- een onvoorzien mankementje aan de auto

kost veel tijd om te verhelpen

Gevolgen

Er gaat les- en leertijd verloren

De rijinstructeur vangt lesonderbrekingen tijdig

op

Bijvoorbeeld:

- hij kapt telefoontjes van privépersonen of

collega’s van de rijschool vlot af

- een onvoorzien mankementje aan de auto weet

hij vlot te verhelpen

Gevolgen

(Bijna) alle tijd is beschikbaar voor

lesinhoudelijke zaken.

Page 55: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 53 -

LT3. De instructeur besteedt het grootste deel van de rijles aan het oefenen van geplande rijtaken en vermijdt tijdbesteding aan eigen werkzaamheden (tijdens de les).

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rijinstructeur is veelvuldig bezig met eigen

werkzaamheden.

Bijvoorbeeld:

- hij gaat tijdens de les tanken;

- hij werkt een aantal afspraken in zijn agenda

bij, waar dit ook buiten de les zou kunnen

- hij voert op eigen initiatief onnodig

telefoontjes met privépersonen of collega’s,

waar dit ook buiten de les zou kunnen.

Gevolgen

Er gaat les- en leertijd verloren.

De rijinstructeur beperkt het aantal eigen

werkzaamheden tijdens de rijles tot een

minimum.

Bijvoorbeeld:

- hij verschijnt met een voldoende gevulde tank

bij elke leerling;

- hij voert geen initiatief telefoontjes op eigen

initiatief met privépersonen of collega’s, waar dit

ook buiten de les zou kunnen.

Gevolgen

(Bijna) alle tijd is beschikbaar voor

lesinhoudelijke zaken.

LT4. De instructeur maakt een zodanige planning van de werkdag dat er ruimte is om van problemen op te vangen.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De indeling van de werkdag biedt nauwelijks

opvangmogelijkheden voor veranderingen in

lesschema’s en op te lopen kleine

vertragingen.

Tussen de lessen van de verschillende

leerlingen zit niet of nauwelijks buffertijd,

waardoor lessen kunnen vertragen.

De rijinstructeur beschikt bij het uitvallen van

leerlingen niet over alternatieve lesroutes

Gevolgen

De leerlingen lopen de kans niet de met hen

afgesproken lessen te krijgen, lestijd te gaan

missen, of een minder passende les te krijgen.

De indeling van de werkdag biedt voldoende

opvangmogelijkheden voor veranderingen in

lesschema’s en op te lopen kleine vertragingen.

Tussen de lessen van de verschillende

leerlingen zit voldoende buffertijd, om lessen niet

te laten vertragen.

De rij-instructeur beschikt bij het uitvallen van

leerlingen over alternatieve lesroutes

Gevolgen

De leerlingen krijgen te allen tijde de met hen

afgesproken lessen aangeboden (qua aard en

lesduur).

Page 56: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 54 -

LT5. De instructeur zorgt bij afwijken van de planning ervoor dat de overlast voor de leerling wordt vermeden.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De instructeur laat niet of te laat aan zijn

leerling weten dat hij zijn lesdag anders moet

indelen.

- Hij laat dit niet weten

- Hij laat dit pas een half uur voor de les weten

Gevolgen

De leerlingen krijgt geen alternatief voor de

veranderde planning. Het vertrouwen tussen

instructeur en leerling kan worden geschaad.

- hij spreekt een voice

mail in

De instructeur laat tijdig aan zijn leerling weten,

wanneer hij door welke omstandigheden dan

ook, zijn lesdag anders moet indelen. Hij doet dit

liefst door rechtstreeks contact met de leerling.

- hij belt de leerling op

Gevolgen

De leerlingen krijgt tijdig een alternatief voor de

veranderde planning. Het vertrouwen tussen

instructeur en leerling blijft optimaal.

Page 57: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 55 -

3.3.3 Onderdeel 2.3.3: Regels en afspraken RA1. De instructeur maakt na afloop van een les vervolgafspraken met de leerling ten aanzien van begintijd, het nieuwe lesonderwerp, voor te bereiden activiteiten, die voor de leerling helder zijn.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De vervolgafspraken met de leerling ten

aanzien van begintijd, het nieuwe

lesonderwerp, de voor te bereiden activiteiten,

zijn vaag en worden niet schriftelijk vastgelegd

(niet in de agenda, niet op de leskaart etc).

- we kunnen de volgende keer wel dit gaan

doen ….

- je zou dit wel eens kunnen bekijken in je

theorieboek …

Gevolgen

De leerling krijgt geen duidelijkheid over het

vervolg van de huidige les. Hij krijgt niet de

kans zich grondig te oriënteren op de

volgende les.

De vervolgafspraken met de leerling ten aanzien

van begintijd, het nieuwe lesonderwerp, voor te

bereiden activiteiten, zijn ondubbelzinnig en

worden schriftelijk vastgelegd (in agenda, op de

leskaart etc). De rij-instructeur checkt of alle

afspraken begrepen zijn.

Gevolgen

De leerling krijgt duidelijkheid over het vervolg

van de huidige les. Hij krijgt de kans zich grondig

te oriënteren op de volgende les.

Page 58: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 56 -

RA2. De instructeur maakt concrete en functionele afspraken met de cursist over de uitvoering van lessen, nakomen van afspraken, procedure rond afzeggen, betalingen, afwijkingen van de leergang.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur blijft vaag over afspraken

rondom genoemde zaken. Er zijn nauwelijks

afspraken. Voor zover ze er zijn, worden die

niet tussentijds herhaald, noch gecheckt op

begrip en acceptatie bij de leerling.

Dit gedrag geldt voor hiernaast genoemde

zaken

Gevolgen

Er is een grote kans op misverstanden in de

communicatie, teleurstellingen, irritatie, en

ergernis. Bovendien wordt de

vertrouwensrelatie tussen instructeur en

leerling bedreigd.

De afspraken rondom genoemde zaken worden

bij aanvang van de opleiding doorgenomen en

tussentijds herhaald en gecheckt op begrip en

acceptatie bij de leerling. Denk daarbij aan

zaken als:

- nakomen van lessen: wat wordt verwacht van

cursisten?

- nakomen van afspraken: wat als men

afspraken niet nakomt

- procedure rond afzeggen: hoe te handelen?

Betalingen: hoe te handelen? Binnen welke

termijn e.d.

- afwijkingen van de leergang: wat als lessen

niet doorgaan, als het lesprogramma naar de

mening van instructeur of leerling nodig

aangepast moet worden?

Gevolgen

Er is heldere communicatie tussen leerling en

instructeur, zonder misverstanden,

teleurstellingen, irritatie, en ergernis. Bovendien

wordt de vertrouwensrelatie tussen instructeur

en leerling erdoor versterkt.

Page 59: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 57 -

RA3. Praktijkles: De instructeur hanteert op een (consequente) manier regels. Bij ongewenst en storend gedrag spreekt de instructeur de betreffende leerling consequent direct aan op dit gedrag.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur treedt niet of inconsequent

op bij overtreding van met de leerling

overeengekomen regels. Denk aan de

volgende voorbeelden:

- de leerling komt afspraken over

lesvoorbereiding niet na;

- de leerling staat niet op de afgesproken

plaats;

- de leerling meldt zich niet af voor een les;

- de leerling verzuimt te betalen voor extra

lessen of andere diensten door de rijschool;

- de leerling overtreedt normen van fatsoenlijk

gedrag in de (les)auto.

Gevolgen

Het probleem van regelovertredingen wordt

permanent, omdat niet duidelijk is binnen

welke grenzen gedrag wel of niet acceptabel

is. Er kan een onplezierige leersituatie

ontstaan.

De rij-instructeur treedt consequent op bij

overtreding van met de leerling

overeengekomen regels. De leerling doorziet de

gevolgen van zijn gedrag en geeft aan dit gedrag

te verbeteren.

Denk aan de volgende voorbeelden:

- De leerling komt afspraken over

lesvoorbereiding niet na

- de leerling staat niet op de afgesproken plaats

- de leerling meldt zich niet af voor een les

- de leerling verzuimt te betalen betaalt voor

extra lessen of andere diensten door rijschool;

- de leerling overtreedt normen van fatsoenlijk

gedrag in de (les)auto

Gevolgen

De leerling weet exact waar hij aan toe is. Het

probleem van regelovertredingen is tijdelijk.

Duidelijk is binnen welke grenzen gedrag wel of

niet acceptabel is. Er blijft een constructieve

leersituatie.

Page 60: Brondocument WRM- examen: Toetsdomein Examenthema II · Lesvoorbereiding (toets 2.a) Rapport Versie: 3 IBKI Mei 2016 ... RAOG2 Regels in de omgang met elkaar in de auto en met anderen

DHV Groep/ Cito

IBKI/Lesvoorbereiding - 58 -

RA4. Theorielessen: De instructeur maakt concrete en functionele afspraken met de cursisten over het inleveren van opdrachten en hun deelname aan activiteiten.

Contraproductief gedrag (-)

Beginnend productief

gedrag (-/+)

Productief gedrag (+)

De rij-instructeur blijft vaag over afspraken

rondom hiernaast genoemde zaken. Er zijn

nauwelijks afspraken. Voor zover ze er zijn,

worden die niet tussentijds herhaald, noch

gecheckt op begrip en acceptatie bij de

leerling. Dit gedrag geldt voor hiernaast

genoemde zaken.

Gevolgen

Er is een grote kans op misverstanden in de

communicatie, teleurstellingen, irritatie, en

ergernis. Bovendien wordt de

vertrouwensrelatie tussen instructeur en

leerling bedreigd.

De afspraken over hieronder genoemde zaken

worden bij aanvang van de opleiding

doorgenomen en tussentijds herhaald en

gecheckt op begrip en acceptatie bij de leerling.

Denk daarbij aan zaken als:

- inleveren van opdrachten: wat wordt

verwacht van cursisten?

- deelname aan lesactiviteiten: wat als men

afspraken niet nakomt tijdens de les?

- procedure rond afzeggen: hoe te handelen?

Betalingen: hoe te handelen? Binnen welke

termijn e.d.

- afwijkingen van de leergang: wat als lessen

niet doorgaan, als het lesprogramma naar de

mening van instructeur of leerling nodig

aangepast moet worden?

Gevolgen

Er is een communicatie tussen leerling en

instructeur, zonder misverstanden,

teleurstellingen, irritatie, en ergernis. Bovendien

wordt de vertrouwensrelatie tussen instructeur

en leerling erdoor versterkt.