Rijke speel-leeromgeving in de bovenbouw

Overdenken van de inhoud en betekenis van

het onderwerp

Stageschool: ‘De Ark’, groepen 4 tot en met 8. Thema: ‘De aarde beweegt’ -- Onderwerp: ‘Seizoenen’ Subthema’s: 1. Kleding en het weer 2. Isoleren, klimaten, dieren in klimaten Concrete leefsituatie – Wij maken dit thema concreet

door te kijken naar het weer en verschillende materialen die je kunt dragen in de seizoenen. De leerlingen hebben elke dag met het weer en hun kleding te maken.

Actualiteit – De seizoenen zijn altijd aanwezig, dus is het actueel.

Ruimere wereld – De seizoen hebben te maken met de hele wereld. De leerlingen leren meer overde seizoenen en verbreden zo hun kijk op de wereld.

Multiperspectieven: Natuurlijk omdat kleding, het weer, klimaten en dieren allemaal met natuur te maken hebben. Historisch omdat de leerlingenkunnen onderzoeken of de seizoen vroeger ook al zowaren en of er dezelfde kleding werd gedragen.

Kleding leek ons meer geschikt voor de groepen 4 t/m 6 en het weer voor groep 7 t/m 8. Maar beide subthema’s breiden we zo uit dat ze voor de groepen 4 t/m 8 geschikt zijn.

Verdiepen in de waarde en mogelijkheden van de leidende

activiteiten rollenspel en onderzoek

Onze vragen die de leerlingen zouden kunnen stellen: Wat voor verschillen zie je tijdens de vier seizoenen?Denk aan het weer, bomen, kleren enzovoort.(waarnemen) Zijn alle vier seizoenen altijd hetzelfde? Alle lenteshetzelfde etc. (Herkennen) Hoe komt het dat er seizoenen zijn en niet het hele jaar hetzelfde weer? (Verklaren) Zijn de seizoenen over 100 jaar nog steeds hetzelfde? (Voorspellen) Welk seizoen vind ik het leukst? (Waarderen)

Startactiviteiten die prikkelen en motiveren

De startactiviteit hebben wij uitgewerkt met activiteiten die te maken hadden met het weer en kleding. We zijn zelf begonnen met een toneelstukje waarbij we beeldvormers gebruikten en waardoor we de leerlingen enthousiast maakten. We zijn daarbij naar buiten geweest, we hebben gesprekken gevoerd hierover, we hebben kleding onderzocht met microscopen en de leerlingen mochten zelf experimenteren met kleding en water en wind.

Begeleiding waarmee je activiteiten verrijkt

Impuls 1: Samen met de leerlingen georiënteerd op de te gebruiken materialen Impuls 2: Als verdieping nieuw materiaal toegevoegd (de loepen) Impuls 3: Activiteiten doormiddel van toneelspel aan elkaar gekoppeld. Impuls 4: Reflecteren met de leerlingen op de gedane activiteiten.

Samenhang met andere activiteiten

Onderzoeksactiviteiten: leerlingen onderzoeken eigen kleding en onderzoeken welke materialen isoleren en welke niet. Lees/schrijfactiviteiten: leerlingen schrijven en tekenen een eigen logboek en tekenen de structuren van de kleding Constructieve en beeldende activiteiten: Het maken van een eigen logboek en een eigen dier Gespreksactiviteiten: evalueren van de onderwijsactiviteiten en onderzoeksresultaten bespreken. Spelactiviteiten: de klimaatquiz en de Ijsblokjeswedstrijd.

Vaststellen van brede en specifieke doelen

Brede doelen: Leerlingen uit verschillende groepen met elkaar laten samenwerken. Leerlingen zijn zelf onderzoekend bezig

Specifieke doelen: Leerlingen lerenwelke materialen goed isoleren en welke niet, leerlingen kunnen een impressie geven van een eigen ontwikkeld klimaat

en een dier voor dit klimaat ontwerpen.

Inzetten van beeldvormers en materialen voor een rijke

leeromgeving

Gebruik gemaakt van vele materialen

Materialen lagen voorin de klas op een tafel uitgestald

Toneelstukje als pakkende inleiding

Materialen nodigden uit tot onderzoek

Afronden en evalueren Activiteit 1 geëvalueerd met leerlingen Verbeterpunten meegenomen in vervolgactiviteit Kinderen voelden zich gewaardeerd en betrokken Showtafel waar eindresultaten op zijn gepresenteerd