Booklet NVZ 2018.indd 1 19/11/2018 09:06 · faciliteiten gericht op inzetbaarheid. Het Martini...
Transcript of Booklet NVZ 2018.indd 1 19/11/2018 09:06 · faciliteiten gericht op inzetbaarheid. Het Martini...
Booklet_NVZ_2018.indd 1 19/11/2018 09:06
Booklet_NVZ_2018.indd 2 19/11/2018 09:06
Voorwoord
Yvonne van Rooy
Voorzitter Nederlandse Vereniging
van Ziekenhuizen
Het NVZ-brancherapport bevat feiten en cijfers
over financiering en verleende ziekenhuiszorg
in 2017. Elk jaar wordt een hoofdstuk over
een actueel thema aan het brancherapport
toegevoegd. Dit jaar is gekozen voor de
arbeidsmarkt. Een logische keuze, mede gezien
de huidige arbeidsmarktproblematiek. In de
uitgave die nu voor u ligt, is een samenvatting
van dit themahoofdstuk opgenomen, aangevuld
met enkele aansprekende cases die het effect
van de geschetste ontwikkelingen voor
werkgevers en werknemers weergeven. Wat
betekenen de ontwikkelingen voor (nieuwe)
kennis en vaardigheden, voor verdeling van
werkzaamheden en voor de context waarin
gewerkt wordt?
De zorg is verreweg de grootste werkgever in
Nederland. Inmiddels werken in deze branche
meer dan 1,2 miljoen mensen. Tegelijkertijd zien
we dat in 2017 het aantal moeilijk vervulbare
vacatures in de zorg opnieuw verder toenam.
Vooral verpleegkundige functies zijn zeer moeilijk
in te vullen. Hiervoor zijn onvoldoende mensen
beschikbaar op de arbeidsmarkt. Ook voor
andere functies wordt de werving van geschikte
kandidaten steeds lastiger.
Om in de toekomst minder afhankelijk te zijn
van de factor arbeid, moeten ziekenhuizen meer
investeren in technologische innovaties als
ICT, e-health en sociale innovaties; een andere
organisatie van het werk. Uit ons brancherapport
blijkt echter een tegengestelde beweging:
ziekenhuizen investeren steeds minder. Dat
baart ons zorgen. Dit betekent echter niet dat
ziekenhuizen hun ogen sluiten voor de huidige
arbeidsmarktproblematiek.
In deze uitgave worden vier actuele
arbeidsmarktthema’s behandeld. Aan elk thema
zijn concrete praktijkvoorbeelden toegevoegd. We
laten bijvoorbeeld zien hoe ziekenhuizen omgaan
met de huidige situatie op de arbeidsmarkt. Ook
is er veel aandacht voor innovatieve oplossingen
en technologische mogelijkheden. Ziekenhuizen
worden immers steeds meer hightech- en ict-
gedreven organisaties, waar met apps, wearables
en sensoren wordt gewerkt. Hierdoor ontstaat
er ruimte op de arbeidsmarkt voor professionals
die zorg voor mensen willen combineren met
techniek. Ik nodig hen van harte uit om zich te
oriënteren op een mooie carrière in een van onze
ziekenhuizen of revalidatie-instellingen.
Het NVZ-brancherapport 2018 is een
digitale publicatie, beschikbaar via
ziekenhuiszorgincijfers.nl. De gedrukte
uitgave die nu voor u ligt, betreft de korte
samenvatting van het themahoofdstuk uit
het brancherapport.
Booklet_NVZ_2018.indd 3 19/11/2018 09:06
Hoe organisaties de krapte te lijf gaan De arbeidsmarkt in de zorg is gespannen: zo’n
80 procent van de ziekenhuizen heeft te maken
met tekorten en moeilijk vervulbare vacatures.
Ziekenhuizen zetten in op actieve werving en
hebben aandacht voor ‘branding’ en ‘marketing’.
Zij vergroten hun zichtbaarheid door mooie
slogans, de inzet van recruiters, en door het
inzetten van eigen medewerkers als social-
media-ambassadeurs. Op verschillende plekken
proberen ziekenhuizen actief zij-instromers te
werven met behulp van scouts, bindingspremies,
opleidingsprogramma’s en arbeidsvoorwaarden
op maat.
Nieuwe medewerkers zijn niet de enige
oplossing, er zit ook ruimte in het fundamenteel
anders kijken naar werk en naar de
verdeling van werk over mensen. We zien
hernieuwde aandacht voor taakherschikking,
functiedifferentiatie en functiecreatie. Sommige
ziekenhuizen hanteren een rekenkundige aanpak
om taken anders over functies en mensen te
verdelen. Daarmee maakt het ziekenhuis niet
alleen een efficiencyslag, maar creëert het ook
ruimte voor de inzet van mensen op lagere
functieniveaus of voor inzet van mensen met een
afstand tot de arbeidsmarkt.
Booklet_NVZ_2018.indd 4 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Sjef Cortenraede, senior beleidsadviseur, via [email protected]
Functiecreatie in Zuyderland
In de zoektocht naar arbeidspotentieel
combineert het Limburgse ziekenhuis
Zuyderland ‘keiharde’ functiecijfers met een
gezonde maatschappelijke verantwoordelijkheid.
Sjef Cortenraede, senior beleidsadviseur P&O:
“De arbeidsmarktkrapte dwingt ons om te kijken
hoe functies zijn opgebouwd en hoe je die
anders kunt verdelen.”
Functiecreatie op het lab voor preventief darmonderzoek
Op het Klinisch Chemisch Hematologisch
Laboratorium in Sittard-Geleen komen sinds
2014 dagelijks duizenden enveloppen binnen met
buisjes ontlasting voor het bevolkingsonderzoek
naar darmkanker. Sinds 2016 heeft het team op
de afdeling versterking van twee medewerkers
met een afstand tot de arbeidsmarkt.
Afdelingsmanager Jeanneke Jungblut: ”Wil de
Hoogh en Debby Feitsma-Van Eck knippen
de zakjes open en controleren of de buisjes
volgens de richtlijnen zijn gevuld, zodat ze in
het analyseapparaat kunnen.” Inmiddels hebben
De Hoogh (55-plus en door omstandigheden
afgekeurd) en Feitsma-Van Eck (Wajong) een vast
contract.
Geen liefdadigheidswerk
Hoe blij Jungblut ook is dat ze voor deze
medewerkers nieuwe kansen heeft kunnen
creëren, ze benadrukt dat hun werk geen
liefdadigheidswerk is. “Ik heb 0,89 fte van mijn
formatie gebruikt voor hen. In het begin vroegen
ze wat extra begeleiding in de vorm van structuur
en duidelijkheid, maar ik zie weinig verschil met
andere medewerkers. Wat ik belangrijk vind, is
dat ze onze afdeling ontlasten: onze analisten
kunnen nu meer tijd inzetten voor de analytische
werkzaamheden waarvoor ze zijn opgeleid.”
Initiatieven uitbreiden
Zuyderland wil de initiatieven op het gebied van
functiedifferentiatie en inclusiviteit uitbreiden. Om
de functies anders te kunnen verdelen, is Lisette
Wienbreyer, beleidsadviseur P&O, gestart met
een analyse van het functiegebouw: “Hoeveel
elementaire taken zitten er in ons functiehuis?
En welke afdelingen zijn geschikt voor
functiedifferentiatie?” Wienbreyer en Cortenraede
hopen dat ze als volgende stap hun analyses
kunnen uitbreiden voor geheel Zuyderland, naar
Cure en Care. Gezien de huidige tekorten een
heel aantrekkelijk idee. “De schatting is dat over de
hele linie een gedeelte van alle werkzaamheden
geschikt zijn (te maken) voor mensen met een
afstand tot de arbeidsmarkt. Zo kan bijvoorbeeld
de verpleegkundige zich dan focussen op de
taken die echt bij het vak horen.”
Booklet_NVZ_2018.indd 5 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Sjoerd van der Zee, directeur HR, via [email protected]
Generatiebeleid in het Martini Ziekenhuis
Sinds 1 januari is in het Martini Ziekenhuis in
Groningen de regeling Generatiebeleid van
kracht. De regeling is opgenomen in de Cao
Ziekenhuizen en maakt het mogelijk dat oudere
werknemers minder gaan werken en jongere
medewerkers kans krijgen op een (grotere)
arbeidsovereenkomst.
Sterk in je werk
Sjoerd van der Zee, directeur HR, vertelt dat het
Martini Ziekenhuis sterk inzet op behoud en
duurzame inzetbaarheid. Onder de noemer ‘sterk
in je werk’ maakt het ziekenhuismedewerkers
ervan bewust dat ze zelf de regie hebben over
hun loopbaan. De regeling Generatiebeleid is
een instrument, dat het ziekenhuis aanbiedt
als onderdeel van een rijk aanbod aan
faciliteiten gericht op inzetbaarheid. Het Martini
Ziekenhuis koos voor ‘de lichte variant’ van
het generatiebeleid: medewerkers krijgen de
mogelijkheid 20 procent minder te gaan werken,
tegen inlevering van 10 procent salaris. Het Martini
besloot ook om de regeling open te stellen voor
alle 60-plussers, ongeacht de functie die zij
vervullen.
De afweging is voor iedereen anders
Goed over de regeling communiceren, dat was
een belangrijk punt voor de OR.
Nantje Bruins, verpleegkundige en voorzitter van
de OR: “Er werden personeelsbijeenkomsten
georganiseerd en er waren inloopspreekuren bij
HR. Dat gaf iedereen vertrouwen.” Een van de
deelnemers aan de Generatieregeling is Robert
Koorneef, 62 jaar. De Generatieregeling maakte
het mogelijk dat hij een stap terug deed, naar 24
uur per week. Koorneef: “De afweging is voor
iedereen anders, je moet kijken of het bij je past
en of je het financieel aankunt. In mijn geval heb
ik advies gevraagd bij HR en gebruik gemaakt van
de rekentool die het Martini voor medewerkers
heeft gemaakt. Dat maakte voor mij de effecten
snel inzichtelijk. “
Kritiek op de generatieregeling
In de cao is bij de Generatieregeling opgenomen
dat de uren die vrijkomen worden herbezet.
Daar zit meteen ook een punt van kritiek: oudere
medewerkers verlaten voortijdig het arbeidsproces
en er is geen nieuwe aanwas voorhanden om
de vrijgevallen uren op te vullen. Een ander
kritiekpunt is het verlies van ervaring en senioriteit.
Van der Zee maakt korte metten met die kritiek:
“Denk eens aan de andere kant: hoeveel mensen
zouden er door ziekte en burn-out kunnen
uitvallen als je hen deze mogelijkheid niet biedt?”
Booklet_NVZ_2018.indd 6 19/11/2018 09:06
Hoe technologie het werken in de zorg verandert Technologische ontwikkelingen in de
gezondheidszorg gaan razendsnel. Denk aan
operatierobots, zelfmeetapparatuur, 3D-printers
en virtual reality. Technologie maakt het
mogelijk om met minder mensen meer werk
te verrichten, maar verandert werkprocessen
en zorgrelaties wel fundamenteel. Functies
veranderen, functies verdwijnen en nieuwe
functies – zoals de 3D-printing-operator –
ontstaan.
Ziekenhuizen gaan in toenemende mate
professionals inzetten die kennis hebben
van techniek én zorg, zoals technisch
verpleegkundigen en ‘chief medical information
officers’ (CMIO’s). Dit zijn zorgprofessionals
die nieuwe technologie naar binnen halen,
begrijpen, delen en toepasbaar maken. Om
de potentie van de technologie optimaal te
benutten, moeten professionals leren met
nieuwe technologie te werken en oude manieren
van werken en routines loslaten. Het zoeken
is naar een optimale samenwerking tussen
zorgprofessional, patiënt en technologie.
Booklet_NVZ_2018.indd 7 19/11/2018 09:06
Beeldbellen en contact
Remote Patiënt Management software
Medische interventie
Multidisciplinair team
Overleg en acties uitzetten
Verpleegkundige / Casemanager
Data gemeten door patiënten Monitoren van data en alerts
Patiënten
Telemonitoring inhet Máxima Medisch Centrum
Patiënten met COPD én hartfalen meten
zelf thuis hun gezondheid. Hart- en
longverpleegkundigen van Flow Máxima
Medisch Centrum (MMC) monitoren iedere
dag deze data vanuit het ziekenhuis. Via
chatberichten en videobellen hebben de
verpleegkundigen contact met de patiënt. Het
meest bijzondere? Deze zorg op afstand brengt
de zorg juist dichterbij.
Remote Patient Management (RPM)
Ongeveer 30 procent van de patiënten met
hartfalen heeft COPD, en andersom. Voor
deze ernstig zieke patiënten startte MMC een
revolutionair programma voor zorg op afstand:
het Remote Patient Management programme
(RPM). Met RPM meten patiënten iedere dag thuis
hun waarden, zoals bloeddruk, gewicht, fysieke
activiteit, temperatuur en hartfrequentie in rust.
Ook vullen zij iedere dag een vragenlijst in over
hun gezondheid. Een casemanager beoordeelt
vervolgens elke ochtend vanuit het ziekenhuis de
ingevoerde data. Bij patiënten met rode vlaggetjes
wordt meteen actie ondernomen. Dat varieert
van videobellen met de patiënt om te horen hoe
het gaat, tot het bespreken met de longarts en
de cardioloog wat er nodig is aan interventies of
medicatie.
Op huisbezoek
Om er zeker van te zijn dat patiënten goed meten,
gaan verpleegkundigen eerst op huisbezoek.
Een verpleegkundige ziet dan met eigen ogen
de leefsituatie en beoordeelt of thuismonitoring
haalbaar is. De ervaring leert dat de meeste
patiënten digi-vaardig genoeg zijn voor RPM.
“Toen wij aan patiënten vroegen of zij zelf thuis
wilden gaan meten, was hun reactie ‘liever
gisteren dan vandaag’”, aldus longarts Lidwien
Graat. “Het geeft vertrouwen dat wij meekijken.”
Booklet_NVZ_2018.indd 8 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Laurence Oostveen, manager Flow van het MMC, via [email protected]
Een omwenteling in denken
Laurence Oostveen, manager van Flow, het
centrum voor Preventie, Telemedicine en
Revalidatie Chronische Ziekten in het MMC,
is trots op het team. In een jaar tijd hebben
zij een omwenteling in werken en denken
gemaakt. “De techniek is niet het moeilijkste”,
stelt Oostveen. “Het moeilijke zit in de compleet
andere werkwijze op de polikliniek.” Normaal
start een zorgverlener op de polikliniek een
behandeling en komt de patiënt een aantal
weken later terug voor controle. Nu heeft het
behandelteam voor alle mogelijk afwijkende
waarden nieuwe behandelprotocollen ontwikkeld.
Door alle ervaringen met RPM is de kennis en
expertise van de hartfalenverpleegkundigen
en longverpleegkundigen toegenomen. Niet
alleen door de intensieve samenwerking met
cardiologen en longartsen, maar ook omdat ze de
triggers voor verslechtering beter leren kennen.
‘Zorg op afstand’ brengt zorg dichterbij dan ooit
En er is nog iets. Longarts Lidwien Graat legt uit
dat RPM de patiënt veel dichter bij de behandelaar
brengt. “Als patiënten bijvoorbeeld de palliatieve
fase ingaan, dan hadden wij dat niet direct in het
vizier. Maar nu zien we in de waarden en tijdens
het videobellen wanneer het een langere periode
niet goed gaat met een patiënt”. Blijven meten
met RPM is dan niet zinvol. De verpleegkundige
gaat op huisbezoek en bespreekt samen met
de patiënt en de huisarts een palliatief beleid.
Oostveen: “Voor zorg op afstand is soms nog
koudwatervrees, terwijl dit nieuwe programma
juist aangeeft dat mét technologie de relatie met
patiënten veel indringender wordt”. Deze vorm
van zorg op afstand brengt voor patiënten en
verpleegkundigen de zorg juist dichterbij dan ooit.
Booklet_NVZ_2018.indd 9 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Marjan Keune, teamleider van de opleiding G&T bij Saxion, via [email protected]
Opleiden voor de toekomst bij Saxion Hogeschool
Technologie zo benutten, dat het bijdraagt aan
de kwaliteit en betaalbaarheid van de zorg.
Daarvoor zijn mensen nodig met kennis van
techniek én zorg.
Ruim 500 studenten
Hogeschool Saxion startte in 2011 de opleiding
hbo-v Gezondheid & Technologie (G&T). In het
eerste jaar waren er 20 studenten, nu zijn het
er ruim 500. Deze verpleegkundigen kunnen
de verbindende rol vervullen tussen zorg en
technologie. Maar technisch verpleegkundigen
zijn vooral ook gewoon verpleegkundigen. Mét
extra vakken over elektriciteit, natuurkunde,
informatica en producttechnologie. Dat maakt
dat een technisch verpleegkundige een super
user kan zijn in het verpleegkundige team, een
innovator, iemand die meedenkt bij de aanschaf
van nieuwe technologie, iemand die meehelpt
bij het ontwikkelen van zorgtechnologie, en die
anderen kan ondersteunen en trainen bij het
gebruik ervan. Ook de leerlijn ‘onderzoek en
innovatie’ wordt extra zwaar aangezet. Studenten
worden vanaf het eerste jaar uitgedaagd om
steeds op zoek te gaan naar technologische
oplossingen.
Meer mannen in de zorg
De technologiecomponent trekt meer mannelijke
studenten dan een reguliere hbo-v-opleiding.
Dit biedt kansen om een nieuwe doelgroep
over de streep te trekken om in de zorg te
gaan werken. Als het aan Marjan Keune ligt,
teamleider van de opleiding, komt er ook een
zij-instroom-traject. Dat zou nog meer helpen
om de arbeidsmarktkrapte in de zorg op te
lossen. De studenten van G&T worden inmiddels
vanuit de wijde omgeving van Enschede en
Deventer gevraagd voor stages en opdrachten.
Afgestudeerden vinden werk op de afdeling
medische technologie van een ziekenhuis, of
werken als verpleegkundige en zijn tegelijkertijd
betrokken bij technologische innovaties.
Opleiden voor de toekomst
Hoe je in deze tijd als verpleegkundige
toekomstbestendig blijft, is een uitdaging.
Volgens Keune gaat het niet om ‘het aanleren van
kunstjes op een machine’ maar om het scholen in
gedegen verpleegkundige én technische kennis
en vaardigheden. Zoals de juiste vragen kunnen
stellen en kunnen onderzoeken. Studenten leren
ook samenwerken met andere professionals,
want ook dat wordt steeds belangrijker. Zo
gaan studenten van verschillende opleidingen
samen aan de slag met opdrachten, zoals:
ontwerp een slimme deken die de patiënt op de
juiste temperatuur houdt. Dat deze manier van
samenwerken werkt, blijkt uit de interesse van het
bedrijfsleven voor de ontwikkelde ideeën, plannen
en producten van studenten.
Booklet_NVZ_2018.indd 10 19/11/2018 09:06
‘Super user’
Adviseren bijaanschaf vantechnologie
Trainen enondersteunen
van collega’s bijhet gebruiken
van technologie
Ontwikkelenvan zorgtechnologie
Titel infographic
Booklet_NVZ_2018.indd 11 19/11/2018 09:06
Hoe de juiste zorg naar de juiste plek gaat Substitutie van zorg krijgt overtuigender vorm.
Ziekenhuizen stellen zich steeds vaker de vraag:
welke zorg moet er écht in dit ziekenhuis?
Diagnostiek en controles worden verplaatst
naar de huisarts of de thuissituatie. Ook
relatief eenvoudige medische ingrepen zijn
tegenwoordig mogelijk in de eerste lijn. Hoe
verandert het werk van zorgprofessionals in het
ziekenhuis door het herpositioneren van zorg?
Op dit moment is substitutie van zorg vooral
zichtbaar in de toenemende samenwerking
tussen ziekenhuizen, huisartsen en
wijkverpleegkundigen. Nieuw is dat ook
complexere ziekenhuiszorg in toenemende mate
thuis wordt georganiseerd. Technologische
ontwikkelingen dragen daaraan bij. Apps,
wearables en sensoren maken het mogelijk
dat patiënten hun gezondheid zélf meten en
monitoren, waardoor zorg (langer) thuis kan
plaatsvinden. Voor ziekenhuisprofessionals
betekent dit dat zij hun kennis en expertise
in toenemende mate buiten het ziekenhuis
inzetten, in de regio en in de keten.
Het werk verandert. Niet straks, maar nu. De
zorgprofessional van de toekomst is nu al aan
het werk. Bijvoorbeeld in het Beatrix ziekenhuis
in Gorinchem. En in de Peel-regio bij integrale
geboortezorgorganisatie JIJWIJ.
Booklet_NVZ_2018.indd 12 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Els van der Stelt, programmamanager KAM, via [email protected]
De juiste zorg op de juiste plek in het Beatrixziekenhuis
Binnen een meerjarenafspraak van vijf jaar met
zorgverzekeraar VGZ, werken Rivas Zorggroep
(met als onderdeel het Beatrixziekenhuis) en de
huisartsen in Gorinchem en omstreken (HenZ)
aan het herpositioneren van de zorg in de regio.
Specialisten en huisartsen wegen telkens samen
af wat voor patiënten de juiste zorg op de juiste
plek is. Zelf hebben ze deze beweging ‘Kwaliteit
als medicijn’ genoemd, afgekort tot KAM.
Zorg zonder productieprikkel
Ziekenhuisdirecteur Anja Blonk, internist Martijn
Canoy en huisarts Vincent Coenen vertellen dat
in de nieuwe samenwerking de productieprikkel
voor in ieder geval vijf jaar onder water is
gebracht, en de focus is verlegd naar waarden
als samenwerken en vertrouwen. De gedachte
is als volgt: als specialisten en huisartsen elkaar
goed kennen en meer tijd krijgen voor een
goed gesprek met een patiënt, gaan zij minder
doorverwijzen, minder onnodige diagnostiek
aanvragen en minder behandelen. Dat komt de
kwaliteit en de betaalbaarheid ten goede.
Mooie resultaten
Het allerbelangrijkst voor de omwenteling, vertelt
Els van der Stelt, programmamanager KAM, was
dat medisch specialisten en huisartsen elkaar
nog beter leerden kennen. Inmiddels zijn er al
zestig kwaliteitsprojecten opgestart en zijn er
mooie resultaten zichtbaar (zie infographic op
de volgende bladzijde). Een onderdeel dat veel
resultaat opleverde, is de poli review: op iedere
polikliniek bekijken specialisten en huisartsen
welke patiënten naar de huisarts kunnen. De
vakgroep Cardiologie boekte de eerste grote
resultaten met de poli review, door de zorg voor
een grote groep chronische hartpatiënten naar de
huisartsen te verplaatsen.
Verrijking van het werk
Men is ervan overtuigd dat dit het juiste is om te
doen, maar er is ook angst rond de continuïteit.
Wat gebeurt er na vijf jaar? Ondanks deze
onzekerheid wil niemand terug naar hoe het was.
Volgens Canoy betekent KAM een verrijking van
het werk. Over het oude, op productie gebaseerde
systeem zegt hij: “Het is een perverse prikkel
waardoor het gevaar bestaat dat je patiënten snel
wilt afwerken en je werkzaamheden te veel door
financiële aspecten gedreven worden, waardoor
de kwaliteit van zorg onder druk komt te staan.”
Ook huisarts Coenen wil niet meer terug: “Als
huisarts is het veel leuker om meer te doen voor
iets minder mensen, dan relatief weinig voor heel
veel mensen.”
Booklet_NVZ_2018.indd 13 19/11/2018 09:06
Huisarts
Polikliniek
Radiodiagnostiek
Verpleegafdeling
OK
Verpleegafdeling
> 3.300 directe verwijzingen naar het ziekenhuis voorkomen door telefonisch overleg tussen huisartsen en specialisten en betere samenwerkingsafspraken
35.000 minder herhaalbezoeken, door o.a. transmurale protocollen en intensieve samenwerking met huisartsen
>1.800 patiënten geen radiologisch onderzoek, door o.a. het voorkomen van onnodige diagnostiek en meer tijd voor besluitvorming
10 procent minder opnames op de verpleegafdelingen, door o.a. meer behandelingen in dagbehandeling of op de polikliniek te doen
> 700 minder operaties door o.a. meer aandacht te besteden aan de zorgvragen van de patiënt tijdens het beslisproces
> 11.500 minder ligdagen door o.a. het e�ciënter en beter passend inrichten van zorgprocessen
Bron: Rivas, december 2017
Resultaten van de beweging Kwaliteit als Medicijn in het Beatrixziekenhuis
Booklet_NVZ_2018.indd 14 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Veronique Serrarens-Janssen, gynaecoloog bij het Elkerliek ziekenhuis, [email protected]
Integrale geboortezorg bij JIJWIJ
In JIJWIJ werken alle geboortezorgverleners
in de Peelregio samen: verloskundigen,
gynaecologen, kraamzorg, anesthesisten,
echoscopisten en kinderartsen. Bij deze integrale
geboortezorgorganisatie staat de zwangere
centraal. Niet alleen is de zorg zelf een kwestie
van gezamenlijkheid, ook als bedrijfsmatige
organisatie neemt JIJWIJ steeds meer stappen
richting volledig integrale geboortezorg.
Shared care
Het beleid van JIJWIJ is: ‘waar het kan in de
eerste lijn, waar het moet in de tweede lijn’.
Gynaecoloog Veronique Serrarens, werkzaam
bij het Elkerliek ziekenhuis: “Sinds we met
integrale geboortezorg bezig zijn, verwijzen we
veel meer heen en terug. Waar een zwangere
voorheen bij twijfel naar de gynaecoloog werd
verwezen, en daar om wat voor reden dan
ook vaak bleef, vragen verloskundigen nu veel
vaker of wij een keer meekijken.” Steef Hoeks,
sectormanager zorg van het Elkerliek ziekenhuis,
benadrukt dat integrale bekostiging daaraan
bijdraagt. Dat betekent dat de verloskundige
die nu een bevalling doet die voorheen door
een gynaecoloog begeleid werd, deze mag
declareren, maar dat er ook wat tegenover de
24/7-beschikbaarheid van de gynaecoloog staat.
Het totale budget is niet groter, maar wordt
anders verdeeld.
Samenwerken voor betere klinische uitkomsten
De verwachting is dat deze manier van
organiseren leidt tot betere klinische uitkomsten.
Serrarens: “Nu word ik in een eerder stadium
geconsulteerd, waardoor ernstige situaties
kunnen worden voorkomen.” Naast betere
klinische uitkomsten, ervaart de zwangere door
gezamenlijke protocollen meer eenheid in zorg.
Zo geven de verloskundigen en gynaecologen
samen voorlichtingsavonden en heeft JIJWIJ een
gezamenlijke website.
Eén verandering in het ziekenhuis springt in
het oog: bij gezonde kraamvrouwen die in
het ziekenhuis zijn bevallen, komen eerstelijns
kraamverzorgenden en verloskundigen naar
het ziekenhuis om het kraambed te doen. De
afdeling zelf ziet er ook anders uit dan voorheen:
vanuit een gezinsgerichte visie zijn de kraam- en
couveuseafdeling geïntegreerd.
Continuïteit en autonomie van betrokken partijen
Hoeks: “Alle betrokkenen zijn heel positief. Als
de pilot na drie jaar is afgelopen en integrale
geboortezorg leidt tot een definitieve herverdeling
van financiële middelen, dan gaat het gesprek ook
over de continuïteit of autonomie van betrokken
partijen. Tot hoeveel omzetverlies ben je als
organisatie bereid, voor goede geboortezorg in de
regio? Het is aan het bestuur van JIJWIJ om dat in
goede banen te leiden en de zorg voor moeder,
baby en gezin voorop te stellen.”
Booklet_NVZ_2018.indd 15 19/11/2018 09:06
Hoe minder regels en meer vertrouwen samen gaanMinder regels, minder administratie, en meer
ruimte voor vakmanschap en werkplezier. Deze
boodschap klinkt steeds luider in de zorg. Vanuit
zorgmedewerkers zelf ontstaan initiatieven
als ‘(Ont)regel de zorg’. Ook het kabinet merkt
het terugdringen van de administratielast voor
zorgpersoneel aan als ‘topprioriteit’. Er wordt
steeds kritischer gekeken naar wat zinvolle
registraties zijn. Wanneer en in welke context
kun je regels verminderen en wanneer kan dat
niet?
Met het verminderen van regels en
administratieve taken en meer nadruk op
uitkomsten van zorg, moet kwaliteit nog veel
meer de gezamenlijke verantwoordelijkheid
worden van de beroepsgroepen en de
ziekenhuizen. Samen moeten zij ervoor
waken dat partijen afzonderlijk van elkaar
nieuwe registraties initiëren, waarvan
de administratielast uiteindelijk naar de
zorgprofessional trechtert. Andersom,
loont het om in te zetten op uniforme
registratiestandaarden. Het wordt cruciaal om
zorginformatie eenmalig op een eenduidige
manier vast te leggen. En net zo belangrijk is
een veilige werkomgeving: een cultuur waarin
men elkaar feedback geeft, elkaar aanspreekt,
fouten durft toe te geven en nieuwe ideeën
waardeert. Dat geeft ruimte voor vakmanschap
en meer werkplezier. Belangrijk daarbij is
patiëntgerichtheid, zodat steeds de vraag
centraal staat: ‘wat heeft de patiënt eraan?’
Booklet_NVZ_2018.indd 16 19/11/2018 09:06
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met Henk Klaasboer (manager HRM) of Jenny Krabbenborg (leidinggevende HR Advies) via [email protected] of [email protected]
Bevlogen medewerkers in het Deventer ZiekenhuisHet Deventer Ziekenhuis werd dit jaar
uitgeroepen tot Beste Werkgever van Nederland
in de categorie Zorg/Ziekenhuizen. Het Deventer
Ziekenhuis blijkt ten opzichte van andere
ziekenhuizen uit te blinken in betrokkenheid en
bevlogenheid van medewerkers. Hoe doen ze
dat in Deventer en wat valt er van het ziekenhuis
te leren?
Zeer betrokken medewerkers
Nog voor de resultaten bekend waren, was het
Deventer Ziekenhuis al verrast door de respons:
ruim 70 procent van alle medewerkers nam de
tijd om de vragenlijst in te vullen. Medewerkers
gaven hun mening bij stellingen als ‘ik heb plezier
in mijn werk’, ‘ik doe zinvol werk’ en ‘ik heb het
gevoel dat ik bij het Deventer Ziekenhuis pas’. De
tevredenheid van medewerkers in het ziekenhuis
bleek hoog (een score van 7,8 ten opzichte van de
gemiddelde 7), evenals de betrokkenheid (een 8,3
ten opzichte van de gemiddelde 7).
Leren zit in onze genen
De elementen die bijdragen aan de goede
resultaten, liggen voor een deel besloten in
het soort ziekenhuis, denken Henk Klaasboer
(manager HRM) en Jenny Krabbenborg
(leidinggevende HR Advies en Personeels- en
Salarisadministratie). Het Deventer Ziekenhuis
is een STZ-ziekenhuis: een topklinisch
opleidingsziekenhuis waar leren en opleiden in de
genen van de organisatie zitten. Daarnaast is er
binnen het ziekenhuis veel ruimte voor innovatie.
Er is een afdeling Wetenschap & Innovatie, er is
een Innovatiecoördinator, en er is de Leef-je-
uit-prijs. Die laatste is in het leven geroepen om
ervoor te zorgen dat iedereen in de organisatie
betrokken kan zijn bij innoveren en verbeteren.
Kleinschalig met korte lijnen
Ook de omvang van de organisatie draagt bij aan
het succes. Klaasboer: “Omdat wij minder groot
zijn dan andere STZ-ziekenhuizen, is er minder
regulerende bureaucratie. Er zijn korte lijnen en
onze organisatie kent ook weinig disfunctionele
politiek.” Krabbenborg: “Het gebouw waarin we
zitten draagt daaraan bij. Wij zitten bijvoorbeeld
met HR naast de afdeling Interne Geneeskunde.
Daardoor ben je meer betrokken bij het primair
proces en de directe zorg, en is onderling contact
makkelijk.
Maatwerk voor patiënten en medewerkers
Een derde succesfactor wordt genoemd door bestuursvoorzitter Gita Gallé: de nadruk op maatwerk en persoonsgerichte zorg in het ziekenhuis. Met een nieuwe slogan die de missie onderschrijft: Jouw leven, jouw Deventer Ziekenhuis. Ook de kernwaarden die net opnieuw benoemd zijn, passen daarbij: mensgericht, open en bevlogen. De nieuwe slogan slaat niet alleen op patiënten, maar is er ook voor de medewerkers. Ook voor hen geldt: maatwerk waar nodig. Mensen zijn niet allemaal gelijk en zitten niet allemaal in dezelfde levensfase. Daarom is het belangrijk om te durven differentiëren.
Booklet_NVZ_2018.indd 17 19/11/2018 09:06
Meer vertrouwen, minder regels: een tweegesprek
“De beste manier om nieuwe schoenen te
krijgen, is je oude wegdoen.” De toon is
gezet. Hans van der Schoot, één van de eerste
ziekenhuisbestuurders die zijn handtekening
zette onder de brief van Actiecomité ‘Het Roer
Moet Om’, zit aan tafel met senior onderzoeker
Marieke Zegers. Zij is een van de projectleiders
van het experiment Zinvolle Registratie
(ZIRE), waarin drie ziekenhuizen - Rijnstate,
UMC Groningen en Radboudumc - twee jaar
vrijstelling hebben gekregen van de Inspectie
voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) om
te onderzoeken of minder registreren leidt tot
meer kwaliteitsverbeteringen, betere uitkomsten
en ook meer werkplezier.
Kan het? Meer kwaliteit met minder regels?
Van der Schoot: “Laten we vooropstellen dat
het sowieso móet. Zorgverleners besteden
veertig procent van hun tijd aan registratie of
administratie. Als ik dat doorreken, gaat het om
miljarden euro’s.”
Zegers: “Het is ons met deze vrijstelling in elk
geval gelukt om kernsets van zestien parameters
te maken in plaats van de ruim honderd
indicatoren waar afdelingen gemiddeld mee
werken. Artsen, verpleegkundigen en patiënten
hebben samen kwaliteitsindicatoren – bestaande
en nieuwe – gekozen die volgens hen direct
relevant zijn voor het verbeteren van zorg en
van toegevoegde waarde zijn voor patiënten.
De nadruk ligt op behandeluitkomsten en
patiëntervaringen. Proces- en structuurmetingen
hebben we tijdelijk ‘uitgezet’.”
Kun je al resultaten noemen uit het experiment?
Zegers: “We kwamen er bijvoorbeeld achter dat
er zo veel incidentmeldingen waren, dat zelfs
ernstige meldingen niet meer werden opgepakt.
Op de IC melden we nu helemaal niets meer. We
hebben gezegd: als jij iets ziet dat niet volgens
protocol verloopt, spreek je je collega daar direct
op aan. Daardoor dragen ineens alle driehonderd
verpleegkundigen bij aan kwaliteit van zorg.”
Van der Schoot: “Zo breng je kwaliteitsverbetering
terug naar de kleinschaligheid van de werkvloer.”
Zegers: “Dit hele project vraagt heel veel
vertrouwen van de inspectie. Vertrouwen in het
woord van een bestuurder, een afdelingshoofd,
en in mij als onderzoeker. De inspectie was
tevreden over de eerste resultaten. Ze zagen
wat het teweegbrengt op de afdeling. Mensen
die vertelden: ik kan veel meer bezig zijn met de
patiënt en zijn naasten.”
Kunnen ziekenhuizen hier zelf ook al mee starten?
Zegers: “Ze kunnen niet tijdelijk de indicatoren
‘uitzetten’, maar elk ziekenhuis kan starten met
inventariseren. Wie vraagt wat uit, is het verplicht
en doet het ertoe in jouw ziekenhuis?”
Meer weten? Lees de hele casus in het themahoofdstuk via www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Of neem contact op met een van de projectleiders van experiment ZIRE: Marieke Zegers (evaluatie) via [email protected] of Gera Welker (landelijke coördinatie) via [email protected]
Booklet_NVZ_2018.indd 18 19/11/2018 09:06
Ziekenhuisprofessionals maken de toekomst!
In 2018 is het arbeidsmarktprogramma
“Ziekenhuisprofessionals maken de toekomst!” van
start gegaan. Met het programma wil de Nederlandse
Vereniging van Ziekenhuizen de komende jaren
gezamenlijk investeren in een toekomstgerichte,
goedwerkende arbeidsmarkt met voldoende gemotiveerde
medewerkers met de juiste vaardigheden op de juiste plek.
Het programma zet daarbij nadrukkelijk in op het
versterken van nieuwe ontwikkelingen gerelateerd aan
toekomstbestendige zorg, om de arbeidsmarkt van de
branche verder te versterken. Naast het bieden van een
aantrekkelijk werkklimaat voor huidige en toekomstige
ziekenhuisprofessionals zal het toepassen van sociale en
technologische innovaties daarvoor in dit programma niet
ontbreken.
Hele hele themahoofdstuk is te lezen als onderdeel van
het brancherapport 2018 van de NVZ:
www.ziekenhuiszorgincijfers.nl
Booklet_NVZ_2018.indd 19 19/11/2018 09:06
Ziekenhuisprofessionals maken de toekomst! is tot stand gekomen onder regie
en verantwoordelijkheid van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ)
in samenwerking met FWG, het advies- en onderzoeksbureau voor HR in de
zorg.
Op www.ziekenhuiszorgincijfers.nl vindt u meer informatie over deze en andere
voorbeelden en kunt u het gehele brancherapport 2018 van de NVZ lezen.
Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen
Oudlaan 4
Postbus 9696
3506 GR Utrecht
030 2739 883
FWG
Lunettenbaan 59
3524 GA Utrecht
©2018 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen
Booklet_NVZ_2018.indd 20 19/11/2018 09:06