Bijlage WOII 2014

4
Ergens in het Zierikzeese archief bevindt zich, enigszins ver- borgen, een schat. Een dubieuze schat weliswaar, een schat die oudere Nederlanders misschien van hun levensdagen niet wil- len zien. Maar fotohistorisch is het niettemin en onweerspreek- baar een schat: liefst 260 foto’s, tijdens de Tweede Wereldoorlog gemaakt door Duitse soldaten, tijdens hun verblijf op Schouwen- Duiveland. Deze verzameling, aan het archief geschonken door de Zierikzeese apothekersassistent en fotograaf Rykel ten Kate, toont het leven van alledag van deze soldaten. Het zijn schul- deloos ogende privé-kiekjes, waarop zij voor elkaar zorgeloos poseren, soms piemelnaakt. De amateurfoto’s waren bedoeld als herinnering en als geruststellende groet aan het mogelijk veront- ruste thuisfront: Liebe Grüße von Hans aus Holland. Ten Kate heeft deze opnamen, die in feite het vrolijke vrijetijds- gezicht van de vijand laten zien, voor huidige generaties veilig weten te stellen, door stiekem extra afdrukken te maken van fotorolletjes die bij hem ter ontwikkeling werden ingeleverd. Toch is zijn illegaal tot stand gekomen collectie vrijwel onbe- kend: enkele zijn via beeldbanken op te roepen, slechts drie ervan zijn gepubliceerd in een boek. In deze reportage meer achtergrond over deze onontgon- nen Schouwse schat. Hoe ging Ten Kate, overleden in 1992, te werk? Wat fotografeerde hij tijdens de wrede oorlog zelf? Wie heeft hem geholpen bij het redden van de ongemakkelijke kiek- jes? Hoe waardevol zijn de foto’s voor het streekarchief? En ten slotte: wat is in landelijk en fotohistorisch opzicht de betekenis van beelden van Duitse militairen? Rykel ten Kate genoot bij leven grote faam, maar deze strekte zich niet verder uit dan de omtrek van Schouwen-Duiveland. Daar, op dat eiland dat hij zo hartstochtelijk beminde, was hij bekend, tot in alle hoeken, vooral door zijn fotografie. Daarbuiten oogstte zijn naam geen herkenning, behalve in kringen van natuurmen- sen: Ten Kate vertoonde, en dat al vanaf 1937, kleurendia’s op bij- eenkomsten van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN). Maar dat hij verder niet zoveel bekendheid genoot, deerde hem niet: Ten Kate was “een bescheiden man”, zoals de PZC hem in 1996, vier jaar na zijn overlijden op 31 december 1992, herdacht in een profiel. In die tijd hoefde Ten Kate ook niet bij het Schouwse lezers- publiek te worden geïntroduceerd. Menigeen herinnerde zich hem nog wel, de man die zich onvermoeibaar inspande voor de natuur en de heemkunde, en die Schouwen-Duiveland, decennia lang, in al zijn facetten, en met hondse trouw als fotograaf heeft vastgelegd. Hij hád het allemaal nog, op negatief, al datgene wat op het eiland verdwenen was: landschappen, rituelen, dorpsge- zichten, de vervlogen tijden. Maar tegenwoordig roept zijn naam steeds minder op, vandaar deze korte biografie. Jongmensch Ten Kate was geen Zeeuw. Hij kwam uit Friesland, uit Sexbierum, waar hij op 13 oktober 1912 de wereld betrad. Lang, zeker twin- tig jaar, was Noord-Nederland zijn biotoop, totdat hij in 1932 een fietstocht maakte naar Zierikzee. Volgens de PZC had een advertentie in het Pharmaceutisch Weekblad hem hiertoe aan- gezet. Daarin werd “een net jongmensch” gevraagd voor de dro- gisterij en fotozaak van de weduwe P.C. van der Valk (op de Dam, hoek Meelstraat). Ten Kate had al een diploma apothekers-assis- tent op zak, in de fotografie zou hij zich nog wel bekwamen. Hij besloot Schouwen-Duiveland grondig te verkennen tijdens het weekeinde. Hij deed het en was daarna verkocht. Bij terugkeer in Zierikzee zou hij hebben gezegd: “Wat is dit eiland mooi. Hier ga ik nooit meer weg.” Al spoedig deed hij zich gelden op het eiland, in opbouwende zin. Hij richtte op 5 mei 1932 de afdeling Schouwen-Duiveland op van de NJN; in 1939 was hij betrok- ken bij de oprichting van de heemkundige kring Stad en Lande. De fotografie maakte hij zich inderdaad serieus eigen. Hij stu- deerde schriftelijk aan de Foto Vakschool voor het diploma Fotohandelaar, een studie waartoe hij regelmatig fotowerk moest opsturen. Dat Ten Kate zo bijvoorbeeld leerde ontwik- kelen en afdrukken was ook wel noodzakelijk: zijn winkel was de enige van de weinige plekken, naast Foto Feijter (Schuithaven) en P. Coerdes (Appelmarkt), waar men fotorolletjes kon afgeven. Maar Ten Kate ging ook zelf fotograferen, bovenal in de natuur. Talloos veel opnamen heeft hij gemaakt, die nu, met het verstrij- ken van de tijd, documentaire waarde hebben gekregen. Landelijk verwierf Ten Kate geen enkele roem met zijn werk, en hoe weinig hem dat ook interesseerde, in één opzicht is dit onterecht. Rykel ten Kate was de eerste, mogelijk zelfs de aller- eerste fotograaf die in de rampnacht van 1953 vastlegde hoe woest water door Zierikzee kolkte. Zijn watersnoodfoto’s zijn geschiedkundig zonder meer belangwekkend. Stiekem Minstens even uitzonderlijk is die andere collectie van hem: de tientallen foto’s van Duitse soldaten die hij stiekem extra afdrukte én achterover drukte, tijdens de Tweede Wereldoorlog. Over deze verzameling zijn tot dusverre slechts summiere gege- vens naar buiten gekomen, informatie die deels ook nog eens niet klopt. Hij wordt bijvoorbeeld nogal eens zelf als maker genoemd en hij is tot ‘oorlogsfotograaf’ uitgeroepen – allemaal onzin. Los daarvan is het opmerkelijk dat de Duitse kiekjes nog nauwe- lijks aan de openbaarheid zijn prijsgegeven. Er is geen tentoon- stelling aan gewijd of een boek van gemaakt. Als je als pc-gebrui- ker weet hoe je moet zoeken, kun je foto’s uit de collectie-Ten Kate in zeker twee beeldbanken bekijken, maar dan nog hoog- uit een handjevol. Elders in Nederland is er de afgelopen jaren juist aandacht gekomen voor de amateurfoto’s van Heinz aus Holland. Op Schouwen-Duiveland is welgeteld één persoon die exact weet hoe het zit met die heimelijke afdrukken, die kleine daad van Rykel ten Kate: Teun Rosmolen uit Zierikzee. In deze bijlage van de ‘WereldRegio’ vertelt hij voor het eerst hoe hij de nalaten- schap van zijn vriend Rykel als fotografisch erfgoed heeft weten te behouden. Ter verduidelijking: Teun Rosmolen (1934) kent Rykel al vanaf zijn derde levensjaar. “Wij woonden toen op een eendenkooi in Ellemeet, aan de Slikweg. Rykel ten Kate was een groot natuurliefhebber. Hij kwam graag op de eendenkooi en fotografeerde daar onder andere ons huis, mijzelf als klein ventje en verder vooral vogels.” Propaganda In de oorlog waren het volgens Rosmolen voornamelijk offi- cieren die de fotozaak van Ten Kate wisten te vinden voor het laten ontwikkelen en afdrukken. “Gewone manschappen had- den geen camera’s en mochten ook niet fotograferen. De offi- ciële foto’s werden door de Kriegsberichters gemaakt, de pro- fessionele Duitse propagandafotografen.” Nadat Ten Kate de ingeleverde fotorolletjes had ontwikkeld, maakte hij van de films contactafdrukken. “Het formaat van deze afdrukken varieerde, naar het gelang van het cameratype, van 4x4 tot 6x9 cm.” Van interessante foto’s maakte hij in het geniep een extra afdruk, die hij opborg in een onopvallend gemerkte doos in zijn donkere kamer. Zo ontstond langzaam die curieuze verzameling Duitse kiekjes die een beeld geven van Schouwen-Duiveland in bezet- tingstijd. Rosmolen benadrukt dat Ten Kate de afgedrukte foto’s met bij- behorende negatieven niet zomaar mocht teruggeven aan de des- betreffende militairen. “Hij moest ze verplicht laten controle- Een bijlage van WereldRegio, 02 mei 2014. Tekst: Gert van Engelen w De verborgen schat: 260 privé-kiekjes van Duitse soldaten op Schouwen-Duiveland Teun Rosmolen stelt nalatenschap van zijn vriend veilig in Zierikzees streekarchief Drogist en fotograaf Rykel ten Kate hield heimelijk extra afdrukken achter, die in zeventig jaar grotendeels onontdekt zijn gebleven TWEEDE WERELDOORLOG Ten Kate heeft tijdens de oorlog slechts enkele (loeischerpe) foto’s zelf gemaakt, elf stuks in juli 1940. Ze tonen poserende Kriegsmarinemensen bij het kantoor van de Duitse havendienst op de Vissersdijk in Zierikzee. Dit zijn een paar voorbeelden ervan. Foto’s Collectie-Rosmolen

description

Een bijlage van WereldRegio in het kader van de Tweede Wereldoorlog. Een uitgave van JeVanHet.

Transcript of Bijlage WOII 2014

Ergens in het Zierikzeese archief bevindt zich, enigszins ver-borgen, een schat. Een dubieuze schat weliswaar, een schat die oudere Nederlanders misschien van hun levensdagen niet wil-len zien. Maar fotohistorisch is het niettemin en onweerspreek-baar een schat: liefst 260 foto’s, tijdens de Tweede Wereldoorlog gemaakt door Duitse soldaten, tijdens hun verblijf op Schouwen-Duiveland.

Deze verzameling, aan het archief geschonken door de Zierikzeese apothekersassistent en fotograaf Rykel ten Kate, toont het leven van alledag van deze soldaten. Het zijn schul-deloos ogende privé-kiekjes, waarop zij voor elkaar zorgeloos poseren, soms piemelnaakt. De amateurfoto’s waren bedoeld als herinnering en als geruststellende groet aan het mogelijk veront-ruste thuisfront: Liebe Grüße von Hans aus Holland.Ten Kate heeft deze opnamen, die in feite het vrolijke vrijetijds-gezicht van de vijand laten zien, voor huidige generaties veilig weten te stellen, door stiekem extra afdrukken te maken van fotorolletjes die bij hem ter ontwikkeling werden ingeleverd. Toch is zijn illegaal tot stand gekomen collectie vrijwel onbe-kend: enkele zijn via beeldbanken op te roepen, slechts drie ervan zijn gepubliceerd in een boek.In deze reportage meer achtergrond over deze onontgon-nen Schouwse schat. Hoe ging Ten Kate, overleden in 1992, te werk? Wat fotografeerde hij tijdens de wrede oorlog zelf? Wie heeft hem geholpen bij het redden van de ongemakkelijke kiek-jes? Hoe waardevol zijn de foto’s voor het streekarchief? En ten slotte: wat is in landelijk en fotohistorisch opzicht de betekenis van beelden van Duitse militairen?

Rykel ten Kate genoot bij leven grote faam, maar deze strekte zich niet verder uit dan de omtrek van Schouwen-Duiveland. Daar, op dat eiland dat hij zo hartstochtelijk beminde, was hij bekend, tot in alle hoeken, vooral door zijn fotografi e. Daarbuiten oogstte zijn naam geen herkenning, behalve in kringen van natuurmen-sen: Ten Kate vertoonde, en dat al vanaf 1937, kleurendia’s op bij-eenkomsten van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN). Maar dat hij verder niet zoveel bekendheid genoot, deerde hem niet: Ten Kate was “een bescheiden man”, zoals de PZC hem in 1996, vier jaar na zijn overlijden op 31 december 1992, herdacht in een profi el.

In die tijd hoefde Ten Kate ook niet bij het Schouwse lezers-publiek te worden geïntroduceerd. Menigeen herinnerde zich hem nog wel, de man die zich onvermoeibaar inspande voor de natuur en de heemkunde, en die Schouwen-Duiveland, decennia lang, in al zijn facetten, en met hondse trouw als fotograaf heeft vastgelegd. Hij hád het allemaal nog, op negatief, al datgene wat op het eiland verdwenen was: landschappen, rituelen, dorpsge-zichten, de vervlogen tijden. Maar tegenwoordig roept zijn naam steeds minder op, vandaar deze korte biografi e. JongmenschTen Kate was geen Zeeuw. Hij kwam uit Friesland, uit Sexbierum, waar hij op 13 oktober 1912 de wereld betrad. Lang, zeker twin-tig jaar, was Noord-Nederland zijn biotoop, totdat hij in 1932 een fi etstocht maakte naar Zierikzee. Volgens de PZC had een advertentie in het Pharmaceutisch Weekblad hem hiertoe aan-gezet. Daarin werd “een net jongmensch” gevraagd voor de dro-gisterij en fotozaak van de weduwe P.C. van der Valk (op de Dam, hoek Meelstraat). Ten Kate had al een diploma apothekers-assis-tent op zak, in de fotografi e zou hij zich nog wel bekwamen. Hij besloot Schouwen-Duiveland grondig te verkennen tijdens het

weekeinde. Hij deed het en was daarna verkocht. Bij terugkeer in Zierikzee zou hij hebben gezegd: “Wat is dit eiland mooi. Hier ga ik nooit meer weg.” Al spoedig deed hij zich gelden op het eiland, in opbouwende zin. Hij richtte op 5 mei 1932 de afdeling Schouwen-Duiveland op van de NJN; in 1939 was hij betrok-ken bij de oprichting van de heemkundige kring Stad en Lande.

De fotografi e maakte hij zich inderdaad serieus eigen. Hij stu-deerde schriftelijk aan de Foto Vakschool voor het diploma Fotohandelaar, een studie waartoe hij regelmatig fotowerk moest opsturen. Dat Ten Kate zo bijvoorbeeld leerde ontwik-kelen en afdrukken was ook wel noodzakelijk: zijn winkel was de enige van de weinige plekken, naast Foto Feijter (Schuithaven) en P. Coerdes (Appelmarkt), waar men fotorolletjes kon afgeven. Maar Ten Kate ging ook zelf fotograferen, bovenal in de natuur. Talloos veel opnamen heeft hij gemaakt, die nu, met het verstrij-ken van de tijd, documentaire waarde hebben gekregen.Landelijk verwierf Ten Kate geen enkele roem met zijn werk, en hoe weinig hem dat ook interesseerde, in één opzicht is dit onterecht. Rykel ten Kate was de eerste, mogelijk zelfs de aller-eerste fotograaf die in de rampnacht van 1953 vastlegde hoe woest water door Zierikzee kolkte. Zijn watersnoodfoto’s zijn geschiedkundig zonder meer belangwekkend.

StiekemMinstens even uitzonderlijk is die andere collectie van hem: de tientallen foto’s van Duitse soldaten die hij stiekem extra afdrukte én achterover drukte, tijdens de Tweede Wereldoorlog. Over deze verzameling zijn tot dusverre slechts summiere gege-vens naar buiten gekomen, informatie die deels ook nog eens niet klopt. Hij wordt bijvoorbeeld nogal eens zelf als maker genoemd en hij is tot ‘oorlogsfotograaf’ uitgeroepen – allemaal onzin.Los daarvan is het opmerkelijk dat de Duitse kiekjes nog nauwe-lijks aan de openbaarheid zijn prijsgegeven. Er is geen tentoon-stelling aan gewijd of een boek van gemaakt. Als je als pc-gebrui-ker weet hoe je moet zoeken, kun je foto’s uit de collectie-Ten Kate in zeker twee beeldbanken bekijken, maar dan nog hoog-uit een handjevol. Elders in Nederland is er de afgelopen jaren juist aandacht gekomen voor de amateurfoto’s van Heinz aus Holland.

Op Schouwen-Duiveland is welgeteld één persoon die exact weet hoe het zit met die heimelijke afdrukken, die kleine daad van Rykel ten Kate: Teun Rosmolen uit Zierikzee. In deze bijlage van de ‘WereldRegio’ vertelt hij voor het eerst hoe hij de nalaten-schap van zijn vriend Rykel als fotografi sch erfgoed heeft weten te behouden. Ter verduidelijking: Teun Rosmolen (1934) kent Rykel al vanaf zijn derde levensjaar. “Wij woonden toen op een eendenkooi in Ellemeet, aan de Slikweg. Rykel ten Kate was een groot natuurliefhebber. Hij kwam graag op de eendenkooi en fotografeerde daar onder andere ons huis, mijzelf als klein ventje en verder vooral vogels.”

PropagandaIn de oorlog waren het volgens Rosmolen voornamelijk offi -cieren die de fotozaak van Ten Kate wisten te vinden voor het laten ontwikkelen en afdrukken. “Gewone manschappen had-den geen camera’s en mochten ook niet fotograferen. De offi -ciële foto’s werden door de Kriegsberichters gemaakt, de pro-fessionele Duitse propagandafotografen.” Nadat Ten Kate de ingeleverde fotorolletjes had ontwikkeld, maakte hij van de fi lms contactafdrukken. “Het formaat van deze afdrukken varieerde, naar het gelang van het cameratype, van 4x4 tot 6x9 cm.” Van interessante foto’s maakte hij in het geniep een extra afdruk, die hij opborg in een onopvallend gemerkte doos in zijn donkere kamer. Zo ontstond langzaam die curieuze verzameling Duitse kiekjes die een beeld geven van Schouwen-Duiveland in bezet-tingstijd.

Rosmolen benadrukt dat Ten Kate de afgedrukte foto’s met bij-behorende negatieven niet zomaar mocht teruggeven aan de des-betreffende militairen. “Hij moest ze verplicht laten controle-

Een bijlage van WereldRegio, 02 mei 2014. Tekst: Gert van Engelen w

De verborgen schat: 260 privé-kiekjes van Duitse soldaten op Schouwen-DuivelandTeun Rosmolen stelt nalatenschap van zijn vriend veilig in Zierikzees streekarchief

Drogist en fotograaf Rykel ten Kate hield heimelijk extra afdrukken achter, die in zeventig jaar grotendeels onontdekt zijn gebleven

TWEEDE WERELDOORLOG

Ten Kate heeft tijdens de oorlog slechts enkele (loeischerpe) foto’s zelf gemaakt, elf stuks in juli 1940. Ze tonen poserende Kriegsmarinemensen bij het kantoor van de Duitse havendienst op de Vissersdijk in Zierikzee. Dit zijn een paar voorbeelden ervan. Foto’s Collectie-Rosmolen

ren bij de Hafenüberwachungsstelle, de Duitse havendienst, die zetelde in een groot gebouw aan de Vissersdijk 4 in Zierikzee. Op het fotomapje kwam dan een stempel te staan, waarna de foto’s overhandigd mochten worden aan de makers.” In totaal ontfutselde Ten Kate zo’n zestig foto’s aan de Duitse soldaten, denkt Rosmolen. Lang gebeurde daar niets mee. Nederland richtte zich op nadat de oorlog was beëindigd en begon zichzelf weder op te bouwen; de wereld was niet meer overstuur. Wie de verschrikkingen van de nazi’s had overleefd, keek vooruit, liever niet terug. Ten Kate zal zijn collectie stiekeme foto’s allicht niet zijn vergeten, maar sprak er nauwelijks over. Het bestaan ervan bleef zodoende verborgen voor de buitenwereld. Pas in septem-ber 1990, 45 jaar na de bevrijding, richtte de PZC het zoeklicht op de collectie, met een kort nieuwsartikel.

BevriendTen Kate had toen al tegenover Teun Rosmolen iets losgelaten over de Duitse kiekjes. Hij was al behoorlijk op leeftijd. Hij had zijn drogisterij verkocht en woonde aan de Lange Blokweg 34, in een grondig gerenoveerd pand dat hij had gekocht van de erven Goetsch. Rosmolen zat “een eindje verderop”, op num-mer 3, in een huis in wat voorheen een boomgaard van 4000 m� was. Zodoende ontmoetten hij en Ten Kate elkaar, en raakten de mannen bevriend.

“Op een dag was ik bij hem”, reconstrueert Rosmolen, “en liet hij mij het doosje met de contactafdrukken zien. Rykel zei dat hij het betreurde dat het zulke kleine foto’s waren (contactaf-drukken zijn even groot als het negatief). Ik bood toen aan om die afdrukken te reproduceren en te vergroten, tot het formaat dertien bij achttien. Op die manier zouden er dan gelijk nieuwe negatieven ontstaan.”

Rosmolen ging aan de slag. Hij fotografeerde de contactafdruk-ken, en blies het formaat een beetje op. Op diens tachtigste ver-jaardag, op 12 oktober 1992, liet hij Rykel ten Kate het resultaat zien: een fl inke stapel foto’s, waarop geen gruwelijke oorlogs-handelingen waren te zien, maar vooral de gemoedelijke omgang van soldaten met hun kameraden, of met de lokale bevolking, tijdens uitjes, patrouilles en landingsoefeningen. Bedrieglijke vriendelijkheid, kortom, en ook wel landerige alledaagsheid.

De gezondheid van de toch al met reuma kampende Ten Kate was in die oktobermaand al slecht, reden waarom Teun Rosmolen met hem afspraken maakte over zijn nalatenschap. “Mijn vrouw en ik waren het eerste contactadres. Afgezien van neven en nich-ten denk ik niet dat er nog familie van Rykel in leven is. Hij was de jongste van het grote bakkersgezin in Sexbierum.” Op oude-jaarsdag 1992, tweeëneenhalve maand later, stierf Ten Kate in het ziekenhuis in Goes. Rosmolen droeg daarna de oorlogs- en watersnoodfoto’s van Ten Kate (en niet de natuurfoto’s) in over-leg met de executeur-testamentair over aan archivaris Huib Uil. “Ook de kleine originele contactafdrukken gingen naar het archief. Achterop die foto’s staan de namen van de makers, vrijwel allemaal offi cieren.”

AandurvenHuib Uil vertelt dat de collectie Duitse foto’s van Ten Kate onge-veer 260 foto’s omvat. Bij zijn weten zijn het vrijwel de enige foto’s van Duitse dienstplichtigen op Schouwen-Duiveland. “Afgezien van een of enkele, hebben wij geen andere, soortge-lijke foto’s.” De collectie is in die zin dus al uniek, ook door hun herkomst (Duitse makelij) zijn zij opmerkelijk. Uil: “Het was ook wel heel bijzonder dat een fotograaf dit soort illegale werk deed en aandurfde.”

Gevraagd een indruk te geven van de 260 opnamen, meldt Uil: “De foto’s geven een verrassend beeld van de bezetting van Schouwen-Duiveland, gezien door de camera van Duitse mili-tairen. Wat vooral overheerst, is de ontspanning. De foto’s tonen de andere kant van de oorlog. Geen ruwe gevechtscènes, maar militairen die zich vermaakten, hun werk deden en voor zichzelf of voor hun familie foto’s maakten als herinnering.” Hij compli-menteert Ten Kate. Net als zijn watersnoodfoto’s getuigen de oorlogsfoto’s van “bewogen episodes”, en Ten Kate heeft daar toch maar “het belang van onderkend”, door deze tijden als foto-graaf vast te leggen. Het is een gedegen bijdrage aan de streek-geschiedenis geworden.

Behalve op de beeldbank van het streekarchief zijn de oor-logsfoto’s van Ten Kate ook waar te nemen op de beeldbank Zeeland, een onderdeel van de Zeeuwse Bibliotheek. Maar hoe zijn ze daar terechtgekomen? Rosmolen had ze toch alleen aan het Zierikzeese archief afgestaan? Daarover is geen sluitende klaarheid te brengen. Ester van Dooren, medewerkster van de

Zeeuwse bibliotheek, bericht dat sommige foto’s zijn geschon-ken door Rosmolen zelf. Deze laat weten dat hij alleen de elf foto’s van de Kriegmarine-mensen (zie verderop) heeft gegeven. De Beeldbank toont ook andersoortige foto’s. Huib Uil veron-derstelt dat deze foto’s misschien via Ten Kate in de beeldbank zijn beland. “Ten Kate had diverse contacten.” Ook dit klopt niet, zegt Rosmolen. “Ten Kate kan dat nooit hebben gedaan, want de beeldbank was er bij zijn leven helemaal nog niet.”

KriegsmarineHet doet er ook verder niet zoveel toe, vindt Rosmolen: de foto’s verdienen het om in grotere kring bekend te raken. Hem storen alleen de fouten die hij her en der ziet opduiken. Zo ziet hij foto’s die toch werkelijk deel uitmaken van de collectie-Ten Kate, soms toegeschreven aan anderen, “onder de vreemdste namen”. Ook doemt regelmatig het “hardnekkige misverstand” op dat Ten Kate de maker van de Duitse foto’s is. “Dat is dus niet het geval”.

Rosmolen licht toe dat “de enige foto’s” die Ten Kate tijdens de oorlog zelf heeft gemaakt, de foto’s zijn van de manschappen van de Havendienst aan de Vissersdijk. “Vermoedelijk hebben deze mensen van de Kriegsmarine hem gevraagd, toen hij toch weer foto’s moest laten controleren, om foto’s voor ‘thuis’ te maken. De negatieven daarvan waren overigens vrij slecht. Ik heb ze opnieuw gespoeld, waarna ze beter waren. Het resultaat was een mooie serie van elf, gerestaureerde foto’s. ” Loeischerp zijn ze.

Buiten foto’s maken of überhaupt met een camera rondlopen, mocht in de oorlog sowieso “al vrij snel niet meer”; daar werd streng op toegezien. Alleen binnen was fotograferen nog toege-staan en bij bruiloften. Toen Ten Kate op een vroege zondagmor-gen toch eens zwanen in de stadsgracht wilde fotograferen, met een nieuwe camera die hij voor een klant uitprobeerde, werd hij meteen opgepakt en meegenomen door een Duitser met motor en zijspan. Maar op het bureau wist hij blijkbaar zijn onschuld aan te tonen. “Hij mocht weer gaan, met de camera.”

Eén boekDe Duitse foto’s van Rykel ten Kate zijn tot nog toe in één seri-eus boek verschenen, in deel 2 van het werk van de historicus Gijs van der Ham over Zeeland 1940-1945, uitgebracht in 1990. Welgeteld drie foto’s staan hierin, op de pagina’s 31, 43 en 128. De ene foto is die vreemde foto van naakte Duitse militairen in het gelid, tijdens een appèl op het strand bij Westenschouwen. De tweede foto toont een groep leden van de Duitse politie bij de Plompetoren van Koudekerke. In het bijschrift staat abusievelijk ‘Stompetoren’, een dorp bij Alkmaar. De derde foto laat een bord bij de afgesloten Nobelpoort zien, dat waarschuwt voor de heer-sende difterie-epidemie. Volgens de PZC heeft Ten Kate deze foto zelf gemaakt, eind 1943, toen er “vanwege het besmettings-gevaar, in geen velden of wegen, toch geen bezetter te beken-nen was”.

Maar verder ontbreekt Ten Kate in offi ciële publicaties totaal. Zijn ‘oorlogsoeuvre’ is welbeschouwd een onontdekte schat. Dat is een groot gemis. Misschien is het een idee om dit deel van het Schouwse verleden onder de mensen te brengen? Teun Rosmolen is er een enthousiast voorstander van. Hij denkt dat het aantal foto’s “waarschijnlijk te weinig” is voor een voldragen boek. Maar een expositie in het gemeentearchief zou passend zijn, en volgens hem zeker belangstelling kunnen losweken.

VeelzeggendHet is jammer dat Ten Kates collectie zo toegedekt blijft. Vooral nu er, bijna zeventig jaar na het einde van de oorlog, veel meer aandacht is gekomen voor foto’s (en fi lmbeelden, dagboeken en geluidsfragmenten) van de Duitse bezettingsmacht. Al dit per-soonlijke materiaal van gewone soldaten is onbedoeld veelzeg-gend geworden, omdat het inzicht geeft in henzelf, in hun men-taliteit, hun dagindeling en hun ervaringen. In, kortweg, hoe zij hun vijandelijk werk in vreemde landen beleefden.

In Dordrecht was bijvoorbeeld in 2005 de fototentoonstel-ling ‘Ongenode gasten’ te zien, in de plaatselijke Kunstkerk. In plaats van de Holocaust, het verzet en de verwoesting van steden concentreerde deze expositie van het Stadsarchief zich op “de gewone Duitse dienstplichtige militair”. Foto’s van de Wehrmacht-soldaten zelf waren hier nog niet in ruime mate te zien. De tentoonstelling leunde voor “een belangrijk deel” op het grote aantal foto’s dat de twee Dordtse fotografen H. Beerman en W. Meijers maakten.

Beerman met name had beelden van het Wehrmachtsheim, de plek in Dordrecht waar de Duitse soldaten in hun vrije tijd terecht konden om te lezen, praten en drinken. Als aanvulling

TWEEDE WERELDOORLOG

Puur door toeval zag Rykel ten Kate in Gorinchem, waar hij tijdens de oorlog anderhalf jaar als evacué woonde, vlak na elkaar foto’s te maken van een bom die naast de drogisterij viel waar hij werkte, van I. Meijer op de hoek van de Havendijk en Burgstraat. Staande aan de overkant maakte hij de ene foto om 14 uur, de tweede om 16 uur: ravage bij de buren. Foto’s Regionaal Archief Gorinchem

‘Verboden te fotograferen’, staat op dit bord op de hoek van de Nieuwe Haven en Hoofdpoortstraat in Zierikzee. Maar deze waarschuwing gold natuurlijk niet voor de bezettende soldaten zelf, die hier olijk en zelfverzekerd de spot drijven met hun eigen verbodsregel.Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0179)

waren citaten te lezen uit de dagboeken die de Duitsers hebben achtergelaten, dagboeken die weergaven wat hen zoal bezig-hield. Volgens het persbericht kreeg de bezoeker door al dit materiaal, deels ook afkomstig van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD), “een genuanceerde beeld van de rol die de Duitse soldaten tijdens de oorlog in de Dordtse gemeenschap speelden.” VreemdenOmvangrijker pakte het Delftse Legermuseum in juli 2012 uit met de tentoonstelling “Vreemden in het vizier”. Deze expo-sitie was een bewerking van een tentoonstelling die twee jaar lang door Duitsland had gereisd, en daar veel discussie had los-gemaakt. Voor het eerst lieten de samenstelsters, de onderzoek-sters Petra Bopp en Sandra Starke, de privé-albums zien, die zij met honderden tegelijk hadden gekregen na oproepen in Duitse kranten. Ze lagen ongeopend op zolders; ze vormden een taboe.

De foto’s waren vooral kiekjes van het Oostfront, in de Sovjet-Unie. Voor de Nederlandse versie van deze tentoonstelling wer-den deze honderden beelden aangevuld met albums en foto’s van Duitse soldaten in Nederland, die het Rijksmuseum in de afge-lopen jaren had verworven. (Daar zitten overigens geen speci-fi eke foto’s tussen van Schouwen-Duiveland, heeft collectiebe-heerder Harm Stevens van het Rijksmuseum desgevraagd aan ‘WereldRegio’ laten weten.)

‘Delft’ toonde, meer dan Dordrecht eerder, hoofdzakelijk ama-teurkiekjes van Duitse soldaten, foto’s zoals Rykel ten Kate deze heimelijk heeft verzameld. Ook anderszins bood het Legermuseum meer: met video-interviews, lezingen, een digi-taal gastenboek, een uitgebreide website en een symposium. Alles cirkelde om het belang en de veelzeggendheid van beelden van gewone militairen. Duidelijk werd dat Duitse soldaten wer-den aangemoedigd veel foto’s te maken met hun simpele Agfa- en Kodaktoestellen – door de legerleiding, maar ook door pro-pagandaminister Joseph Goebbels. Honderdduizenden soldaten deden dit, wat miljoenen foto’s moet hebben veroorzaakt. Ze poseerden voor elkaar, op en rond de kazernes, tijdens oefenin-gen en aan het front. Op foto’s van executies rustte offi cieel een verbod, maar ze komen toch voor in privé-albums. Gesneuvelde soldaten waren absoluut niet toegestaan. ContrastHet samenbrengen van de foto’s uit de Sovjet-Unie en uit Nederland, toont een groot contrast, berichtte het Legermuseum, “een tegenstelling die schrijnend is”. De foto’s uit de Sovjet-Unie verraden dat de Wehrmacht-soldaten de bevolking als Untermenschen beschouwden. Ze zagen ze als achterlijke onder-geschikten; hun blik was racistisch. “Dit blijkt uit de onderwer-pen (ellende, armoede, gruwelijke beelden van lijken) en de wijze van fotograferen (van bovenaf). De Duitse soldaten zijn duidelijk door de eigen propaganda beïnvloed.”De foto’s uit Nederland daarentegen lijken vakantiekiekjes. Ze tonen gezellige tafereeltjes, ogenschijnlijke vriendschap, gemoedelijkheid en lol. De Duitsers beschouwden Nederlanders merkbaar als een broedervolk; ze leken zich hier wel thuis te voe-len. Ze hielpen waar nodig op het land, ze probeerden er het beste van te maken. In hun vrije tijd, constateerde beeldonderzoeker René Kok van het NIOD in een lezing, “gedroegen ze zich als ongenode, maar tegelijk enthousiaste toeristen”. Wat ook niet zo verwonderlijk is: in eigen land waren de jonge soldaten vaak niet verder geko-men dan eigen dorp of stad. In Nederland konden ze zich verga-pen aan molens, klompen, grachten, de zee en de klederdracht van Volendam.Meegespeeld zal zeker hebben dat er in Nederland maar kort gevochten hoefde te worden. De Duitse opmars verliep voor-spoedig en zonder zwaar verzet. “Het leven in de eerste oor-logsjaren is zichtbaar aangenaam in het kleine Nederland.” De foto’s, ook bedoeld als herinnering, werden massaal en enthou-siast naar huis gestuurd, ook ter geruststelling. “Kijk eens, met mij gaat het goed.”

GewoonIndirect ook oordelend over de foto’s die Ten Kate dubbel afdrukte, zegt Kok dat al die gewone foto’s van gewone Duitsers inmiddels een grote waarde vertegenwoordigen. “De eenvou-dige foto’s van Duitse soldaten zijn interessante historische foto’s geworden. Ze tonen aan hoe Wehrmacht-militairen hun verblijf in het bezette Nederland zelf zagen. De oorlog, met zijn verschrikkingen, leek ver weg. Later overgeplaatst naar één van de vele oorlogsfronten waar hevig strijd werd gevoerd, zouden ze met weemoed terugdenken aan de aangename en ontspannen tijd als Soldat in Holland.”

TWEEDE WERELDOORLOG

Naakte Duitse soldaten op oefening op het strand van Schouwen. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0228)

De spullen liggen klaar, en de soldaten maken zich op, voor een amfi bische oefening. Op ‘t Luitje van Zierikzee worden zij toegekeken door nieuwsgierige volwassenen en kinderen. De datering: mei 1940. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0173)

Juni 1940: vijf Duitse soldaten poseren voor een kiekje thuis trots op hun uitkijkpost, die zich bovenop de Sint Lievens Monstertoren van Zierikzee bevond. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0181)

Duitse offi cieren laten zich van de Grüne Polizei laten zich fotograferen bij hun hoofdkwartier, Huize ‘De Aveling’ aan de Oude Haven 55 in Zierikzee. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0182)

Rykel ten Kate heeft niet helemaal zijn belofte kunnen nako-men dat hij Schouwen-Duiveland niet meer zou verlaten. In de oorlog woonde hij anderhalf jaar in Gorinchem – noodgedwon-gen. Dit is niet algemeen bekend, zij het wel bij zijn vriend Teun Rosmolen. In Gorkum oefende Ten Kate zijn oorspronkelijke beroep uit, en doorkruiste hij de stad met zijn camera, voorzover moge-lijk. Het Gorkums archief heeft aan Ten Kate’s verblijf minstens zeventig “welkome” foto’s overgehouden. Schouwen-Duiveland was tijdens de oorlog in zijn geheel Sperrgebiet, legt Rosmolen de gedwongen verhuizing van Ten Kate uit. “De kust maakte deel uit van de Atlantikwall, met bijbehorende bunkers. Nazi-Duitsland beschouwde elke kust-streek als mogelijke landingsplaats voor een invasie die er zeker zou komen. Om dat te bemoeilijken, werd het achterland geïn-undeerd, onder water gezet.” Dit overkwam ook Schouwen-Duiveland; de bewoners kregen in februari 1944 het bevel te vertrekken; winkeliers en ambachtslieden mochten later ver-trekken.

Ten Kate kwam zo in Gorkum terecht, waar hij op de Nieuwe Hoven 61 ging logeren bij zijn oom S. Visser, een leraar. Op 21 juni 1944 werd hij ingeschreven in het bevolkingsregister. Midden in de binnenstad, op de hoek van de Havendijk en de Burgstraat zette hij zijn Zierikzeese drogisterij en fotohandel voort, in het pand van de verdreven joodse drogist Izak Meijer. De winkel ging open op 3 juni 1944, op de etalageruit kwam te staan: “Firma wed. P.C. van der Valk, v/h te Zierikzee”.

Tot 19 september 1945 zou Ten Kate in Gorkum blijven. Daarna keerde hij terug naar Zierikzee, naar een ander pand aan de Nieuwe Boogerdstraat (C 169 in plaats van D 224). Volgens Rosmolen waren deze adressen “kosthuizen”, pensi-ons. Het fotograferen kon hij in Gorkum niet laten. Openlijk foto’s maken was schier onmogelijk, vandaar dat hij maar wei-nig “actiefoto’s” van hem zijn met patrouillerende Duitsers bij-voorbeeld. “Curieus” zijn volgens de Gorkumse voormalige archivaris A.J. Busch alleen de foto’s die Ten Kate maakte van zijn eigen winkel.

Volgens aantekeningen richtte hij op 4 november 1944 om 14.00 uur de camera vanuit een pand aan de overkant van de haven op zijn drogisterij, die toen nog onbeschadigd was. Om 16.00 uur fotografeerde hij alles weer: nu zijn de winkel en naastgelegen huizen zwaar beschadigd, door een tussentijds bombardement. Volgens Rosmolen was pal naast Ten Kate’s drogisterij het hoofdkwartier van de Gestapo gevestigd. BevrijdingDe oorlogsravage noodzaakte Ten Kate de zaak te sluiten. Volgens Busch, die erover schreef in de Historische Reeks Oud-Gorcum van 1995, werkte hij tijdens de hongerwinter zolang in een apotheek. Bij de bevrijding kon Ten Kate weer in alle vrijheid fotograferen; de meeste van zijn foto’s tonen daar dan ook beelden van – van de aftocht van Duitse militairen, het weghalen van Duitse verkeersborden door padvinders en de uitbundige feestelijkheden op het stadhuisplein, op 5 mei. Het was Teun Rosmolen die na het overlijden van Ten Kate con-tact zocht met het Gorkums archief, en er hoorde dat het de tientallen foto’s en negatieven van Rykel’s Gorkumse periode “graag wilde hebben”. Rosmolen ordende en beschreef alles en droeg de collectie over, op 29 juni 1993. Busch schreef nader-hand dankbaar: “De foto’s betekenden een welkome aanvul-ling op de schaarse foto’s uit de jaren 1944 en 1945.” Huidig archiefmedewerker René van Dijk meldt dat het archief nog altijd “ruim 70 foto’s” van Ten Kate bezit. “Maar daar zitten veel dubbele bij.”

Ten Kate fotografeerde tijdens de oorlog volop Zierikzeese Fries moest Schouwen-Duiveland noodgedwongen verlaten

De Duitse ordepolitie, ofterwel de Grüne Polizei, pauzeren in juli 1940 op het Muralt-muurtje bij de Plompetoren van Koudekerke. Of de naaststaande fi etsen van henzelf zijn, of ingepikt, is niet bekend. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0184)

Enkele leden van het Luftwaffe Baubataljon poseren manhaftig voor de camera van een collega, op het vliegveld van Nieuw-Haamstede. Links op de achtergrond hangen camoufl agenetten. Blijkbaar schijnt de zon nogal heftig, sommige mannen hebben overtollige kleren uitgetrokken. Foto Gemeentearchief Zierikzee (RK 0001)

TWEEDE WERELDOORLOG

Rykel ten Kate zelf, op een na-oorlogse foto uit omstreeks 1949. Foto’s van hem tijdens of vlak na de oorlog zijn er niet, meldt Teun Rosmolen. Ten Kate is op deze foto bezig met fotografe-ren bij het oude stadhuis in de Meelstraat in Zierikzee. Rosmolen: “Het kan zijn dat hij een bruidspaar fotografeert òf iets van de ‘Eeuwfeesten’ in 1949. Hij gebruik hier twee gekoppelde ‘Exacta’-kleinbeeldcamera’s, zodat hij over 2 x 36 opnamen kon beschik-ken.” Foto Collectie-Rosmolen