Bevindingen Ribw
description
Transcript of Bevindingen Ribw
Bevindingen
Strategische Vastgoedplannen voor RIBW’enKennisbijeenkomst voor organisaties in de RIBW-sector6 oktober 2011
De sector van de Regionale Instellingen voor Beschermd Wonen (RIBW) is bekend met normatieve bekostiging. De aanstaande introductie van prestatiebekostiging heeft echter ook op deze sector grote invloed. De bekostiging van de huis vesting wordt nu direct gekoppeld aan de zorgproductie. Dit betekent een verandering in het perspectief voor de vastgoedprofessionals, werkzaam bij deze instellingen.
In het kantoor van AT Osborne verdiepen
veertien deskundigen uit acht regionale
instel lingen voor beschermd wonen zich in
de huisvestingsvraagstukken van hun sector.
De gespreksdeelnemers vinden elkaar in het
besef dat de veranderingen die op de sector
afkomen een doordacht huisvestingsbeleid
noodzakelijk maken. Aanleiding voor SBWU
en AT Osborne om een kennisbijeenkomst
te organiseren over dit onderwerp.
Met elkaar spraken de deelnemers over de
veranderende relatie tussen de RIBW en
woningcorporaties. Over kwaliteit van huis-
vesting vanuit het perspectief van de klant,
en van de zorgorganisatie. Ook het onder-
werp sturing geven aan vastgoedprocessen
ligt op tafel, waarbij men ingaat op de daar-
voor benodigde management informatie.
Kortom, wat betekenen de ontwikkelingen
in de sector voor de strategische vastgoed-
plannen voor de RIBW? Daarover gaat
de kennisbijeenkomst, die plaatsvond op
6 okto ber 2011.
Strategisch huisvesten voor RIBW’en
2
3
4
Op zoek naar nieuw huisvestingsbeleid
“Hoe krijgt een instelling de visie verwerkt in stenen?” Met deze vraag opent Else Bezemer de door AT Osborne en SBWU georganiseerde bijeenkomst. Volgens haar moet het herstel van de klant centraal staan in de visie op het vastgoed.
De ontwikkelingen gaan hard in de RIBW-
sector, vertelt adviseur Else Bezemer van
AT Osborne. Na jaren van onstuimige groei
– veel RIBW’en werden drie tot vijf keer
zo groot – vlakt de stijging van het aantal
cliënten af. Daarnaast is de sector bezig
met een kwalitatieve verdiepingsslag. Zo
ver drievoudigde in drie jaar tijd het aantal
een persoonsappartementen. Tegelijkertijd
worden klinische plaatsen afgebouwd.
Terugtrekkende overheidOok in het financieringsstelsel staan volgens
Bezemer de nodige veranderingen op stapel.
De overheid trekt zich terug, de integrale
tarieven komen eraan, het zorgkantoor ver-
dwijnt. Verder is het de verwachting dat er
in de AWBZ gesnoeid gaat worden. Sowieso
ontstaat er een aardverschuiving doordat de
functie verblijf van de zorgzwaartepakketten
1 en 2 uit de AWBZ wordt gehaald en het
aantal ZZP3 en hoger stijgt.
AnticiperenElse Bezemer constateert dat RIBW’en vol-
op bezig zijn met anticiperen op de toe-
komst. Dat begint al bij de medewerkers.
Steeds meer professionals doen hun werk
in de wetenschap dat hun organisatie meer
risicodragend wordt over huisvestings- en
andere lasten.
Voor RIBW’en en individuele medewerkers
geldt eens te meer dat een sluitende
business case een voorwaarde is om plan-
nen gerealiseerd te krijgen. Verdere groei
zoeken veel organisaties in specifieke doel-
groepen, zoals jeugdigen of mensen met
stoornissen in het autistische spectrum,
zegt Bezemer. Ook innovatieve en efficiënt
ingerichte zorgprogramma’s en e-health zijn
in opkomst.
HuisvestingsbeleidOndertussen bezinnen organisaties zich op
hun huisvestingsbeleid. Vergrijzing wordt een
4
belangrijk thema en de woonwensen veran-
deren. Bezemer ziet in de RIBW-sector meer
op het individu gerichte wooneen heden ont-
staan. “Nog steeds woont de overgrote
meerderheid van de cliënten in de klassieke
een gezinswoning, waar de bad kamer en
huis kamer gedeeld worden met een tot drie
huisgenoten.” Het lastige van dit woon-
type is dat bij partiële leegstand de bedrijfs-
voering vaak moeilijk rond te krijgen is.
VastgoedplannenMaar hoe kom je van die bestaande voor-
raad eengezinswoningen af? Hoe krijg je de
veranderende visie op herstel van de klant
en de verschuivingen in de financiering
verwerkt in stenen?
2008200920102011
ZZP 1 ZZP 2 ZZP 3 ZZP 4 ZZP 5 ZZP 6
40
35
30
25
20
15
10
5
0
Ontwikkeling zorgzwaartepakket
5
6
Oplossingen voor eengezinswoningen“Leegstand is bij eengezinswoningen inder-
daad een probleem voor de bedrijfsvoering.
Clustering is dan een oplossing”, reageert
manager vastgoed Jan Willem Gouverneur
van Riwis Zorg & Welzijn op het inleidende
verhaal van Else Bezemer. “Je kunt een-
gezinswoningen en andere woonvormen bij
elkaar plaatsen. Op die manier is de bedrijfs-
voering eenvoudiger sluitend te krijgen.”
Bovendien is clustering volgens Gouverneur
een steun in de rug voor cliënten die een
wooncarrière willen maken of willen uit-
stromen.
Omslag“Leegstand is in een eengezinswoning inder-
daad het minst aantrekkelijk voor een
RIBW”, zegt ook Rienk Buter, hoofd huis-
vesting en onderhoud van Kwintes. “En de
cliënt die naar de kwaliteit van het wonen
kijkt vindt het eveneens de minder aantrek-
kelijke optie. Maar als straks het scheiden
van wonen en zorg beleid wordt, dan kan
hierin een omslag komen. Want wanneer
mensen zelf hun woonlasten moeten betalen
zullen ze de eengezinswoning vanuit kosten-
oogpunt ineens weer aantrekkelijk vinden.”
EenpersoonsTweepersoonsDrie- of vierpersoonsVijfpersoons of meer
5000
4000
3000
2000
1000
0
Verdeling BW cliënten over woonvormen
6
Begeleid wonen zit in de liftUit het longitudinale UTOPIA-onderzoek
blijkt dat het aantal plaatsen voor begeleid
wonen en begeleid zelfstandig wonen de
afgelopen jaren sterk is toegenomen. Bege-
leid wonen steeg met 40 procent in drie jaar
tijd, begeleid zelfstandig wonen 43 procent.
Veel RIBW’en zijn dan ook enorm gegroeid.
Nu lijkt de groei wat af te vlakken. Het
UTOPIA-onderzoek beoogt meer inzicht in
de psychiatrische woonzorg te verkrijgen.
De doelgroep wordt goed in kaart gebracht
en gedefinieerd. En ook het zorg- en activi-
teitenaanbod dat zij krijgen. Doel is om de
effectiviteit van de interventies over de jaren
te meten. Het UTOPIA-onderzoek wordt uit-
gevoerd door het Rob Giel Onderzoek-
centrum (RGOc), in opdracht van de RIBW
Alliantie.
Aantal BW plaatsen
Aantal BZW cliënten
2006 2007 2008 2009 2010 2011
12000
10000
8000
6000
4000
2000
0
Groei BW en BZW plaatsen
Utopia
7
8
“�Aan�de�ene�kant���probeer�ik�veel��kennis��te�halen,�aan�de�andere��kant�ben�ik�ook�gekomen��om�te�netwerken�en���ervaring�te�delen.”
Jos Peters� �Senior�beleidsmedewerker��
bedrijfsvoering�van�RIBW��Arnhem�&�Veluwe�Vallei�
“�Netwerkbijeenkomsten��als�deze�leveren�vooral�op��dat�je�van�elkaar�hoort�hoe��je�met�de�dingen�bezig�bent.��Wellicht�kunnen�we�tot�een�blijvende��uitwisseling�komen.”
Jan Willem Gouverneur� Manager�vastgoed�bij�Riwes
8
“�Hoe�kun�je�het��vastgoedbeleid��van�de��organisatie��ondersteunen�en��monitoren�met��geautomatiseerde��systemen�en�hoe��ontwikkelt�de��bekostiging�zich?”�
Johan van Luttikhuizen� Manager�bedrijfsvoering�van�SBWU
“�We�willen�ons��vastgoedbeleid��doorontwikkelen,��daarom�ben�ik�op��deze�bijeenkomst.”
Rob Joosten� Directeur�RIBW��� Gooi�&�Vechtstreek�
“�Zoals�veel�organisaties�zijn�ook�wij�met�ons�strategisch�vastgoedplan�bezig.�Hoe�doen�andere�RIBW’en�het?”
Rienk Buter� �Hoofd�huisvesting�en��
onderhoud�van�Kwintes
9
10
“Wij horen geen klachten, dus het zit vast goed.” Dat is volgens Maurice Vliegen toch vaak de manier waarop er in een organisatie tegen het vastgoedbeleid wordt aangekeken. Hij vertelt als manager bedrijfsbureau van RIBW Heuvelland & Maasvallei hoe zijn organisatie met vastgoed omgaat.
RIBW Heuvelland & Maasvallei is een relatief
kleine organisatie, vertelt Vliegen. Het beno-
digde vastgoed wordt grotendeels gehuurd
van woningcorporaties. Acht locaties zijn
eigendom. De huisvesting varieert van wonin-
gen voor 4 tot wooncomplexen voor 25 cliën-
ten. Wat betreft de vergoeding die ze voor
de kapitaallasten krijgen, staan RIBW’en er
volgens Vliegen nu niet slecht voor.
Eisen aan de woningvoorraadDe vastgoedportefeuille van de organisatie
is redelijk courant. Het beheer is bij een bouw-
managementbureau belegd, waar het in goede
handen is. Ook de inkomsten liggen goed op
peil met de kosten die de organisatie maakt.
“Dus daar liggen onze risico’s niet”, stelt de
manager bedrijfsbureau vast. “Maar wat ons
in toenemende mate bezighoudt is de vraag
welke eisen de cliënt aan de woning gaat
stellen. Bij het scheiden van wonen en zorg
wordt die vraag pas echt urgent. Wat bete-
kent dat voor onze woningvoorraad? Het
gaat om de vraag wat we moeten verbeteren
aan ons vastgoed, wat de indirecte opbrengst-
waarde van een woning moet zijn en hoe
toekomstbestendig ons vastgoed is.”
MarketingHuisvesting speelt in toenemende mate een
rol voor het onderscheidend vermogen van de
RIBW, stelt Vliegen vast. “Waar het er vroeger
een beetje bij kwam, zullen we huisvesting
nu meer gaan inzetten als iets unieks dat
wij als organisatie te bieden hebben. Huis-
vesting wordt een marketing instrument, ook
ten opzichte van concurrerende zorgaanbie-
ders vanuit de AWBZ.”
Vastgoedportefeuille courant houden
Casus 1
“�Hoe�kom�je�van�je�zorgvisie�naar�je��beleid?�Met�die�vraag�ben�ik�hier�gekomen.”
Maurice Vliegen� �Manager�bedrijfsbureau�van�RIBW�Heuvelland�&�Maasvallei
10
Kortlopende huurcontractenRienk Buter ziet als hoofd huisvesting
en onderhoud van Kwintes een veran-
dering optreden in de manier waarop
RIBW’en woningcorporaties benade-
ren. “Dat heeft alles te maken met het
scheiden van wonen en zorg dat eraan
komt. Dat leidt ertoe dat we liever met
kortlopende huurcontracten werken.”
Op die manier zit de organisatie straks
niet aan contracten vast als er geen
huisvestingsvergoeding voor de cliënt
meer binnenkomt.
11
12
“De woningcorporatie was erg verrast toen we begin 2010 na jaren van stil zwijgende contractverlenging de huur opzegden van een pand voor acht cliënten aan de Bloemenweg”, vertelt bestuurder Monique Heffels van RIBW Heuvelland & Maasvallei. “Zij zaten juist te denken aan een forse huurverhoging.” Heffels legt uit hoe het nieuwe vastgoedbeleid van deze RIBW in elkaar steekt.
“Het pand had lange gangen met links en
rechts kleine kamertjes. En overal systeem-
plafonds. Ze zagen er meer uit als een studen-
tenhuis dan een woonomgeving voor mensen
van rond de vijftig jaar”, schetst Heffels de
situatie. “Er lag wel een verbouwingsplan,
maar ik heb intern de vraag gesteld: Wat als
we nou eens de huur opzeggen?” Reacties van
ongeloof alom. De huur opzeggen was bijna
ondenkbaar.
Strategische uitgangspuntenEn welke implicaties zou het allemaal heb-
ben? De organisatie vergaderde er een dag
lang over. Heffels: “Dat leverde gelijk mate-
riaal op voor het langetermijnhuisvestings-
plan. We hebben de landelijke ontwikkelingen
in de zorg en de trends in de RIBW-sector
bekeken. Ook namen we de financiering en
risico’s van het vastgoed onder de loep.
Aan de hand hiervan hebben we strategische
uitgangspunten opgesteld.”
OmklapwoningenOp basis van de strategische uitgangspunten
werd de huur van het pand opgezegd. Onder-
tussen huurde de RIBW zes appartementen
boven een winkelcentrum bij. Daar zijn om-
klapwoningen van gemaakt: om de cliënt
de kans te geven op een wooncarrière, kun-
nen bewoners desgewenst het huurcontract
overnemen. De organisatie huurt dan weer
een andere woning van de corporatie.
Zo heeft RIBW Heuvelland & Maasvallei in
het klein alvast een begin gemaakt met een
nieuw vastgoedbeleid. “De vraag is nu wel
hoe we vanuit dit startpunt verder moeten.
Dit moet een doorvertaling krijgen in ons
langetermijnvastgoedplan. Daar gaan we de
komende tijd mee bezig.”
“ De huuropzegging kwam als een verrassing”
Casus 2
“�We�zitten�aan�de�vooravond�van�ons�vastgoedplan.��We�zijn�hier�om�elementen�voor�dit�plan�mee�te�nemen.”
Monique Heffels� Bestuurder�RIBW�Heuvelland�&�Maasvallei
12
Zelf verhuren geen goed idee?De constructie met de omklapwonin-
gen levert bij de andere deelnemers
aan deze middag veel herkenning op.
Meerdere RIBW’en hebben hier goede
ervaringen mee. Soms hebben deze
afspraken met de woning corporatie
een formeel-juridische achtergrond, bij
RIBW Heuvelland & Maasvallei leunt
de regeling wat sterker op vertrouwen.
“Dat kan bij ons doordat we met de
corpo ratie een VOF vormen”, merkt
Monique Heffels op. “Als je die in-
stroom, doorstroom en uitstroom
goed begeleidt, dan is de omklap-
woning een prachtig instrument in de
carrière die je met de cliënt opbouwt”,
zegt Jan Willem Gouverneur van de
RIBW- organisatie Riwes.
GedoeZelf woningen verhuren daarentegen is
voor RIBW’en geen goed idee, vinden
de deel nemers. Het levert een hoop
gedoe op voor een relatief gering aantal
woningen. Alle problemen rond de
woning komen dan op het bordje van
de RIBW terecht. Ook kan er juridisch
getouwtrek ontstaan wanneer de zorg-
overeenkomst wel beëindigd wordt en
de huurovereenkomst niet.
Buter ziet toch wel mogelijkheden
voor het verhuren van woningen. “Zelf
verhuren kan je helpen om je bedrijfs-
voering onder controle te houden.
Je kunt dan makke lijker clusteren en
je 24-uurszorg organiseren. Daarin ben
je dan niet afhankelijk van een woning-
corporatie.”
13
14
Bestuurder Marlies van Loon van SBWU vertelt hoe de vastgoedstrategie van deze Utrechtse RIBW tot stand is gekomen. Haar organisatie kiest er bewust voor een zwaardere doelgroep aan te trekken en om de locaties verantwoordelijk te maken voor het vastgoedbeleid.
Bij SBWU groeide in tien jaar tijd het aantal
plaatsen van 150 naar 660 plaatsen begeleid
en 600 begeleid zelfstandig wonen. Op veel
van de 17 locaties worden beide vormen van
begeleiding aangeboden. De helft van de groei
zit in het eenpersoonswonen. In 2010 had de
organisatie 10 procent van het vastgoed in
eigendom en huurde voor 90 procent.
TransitieplanHet vastgoedtransitieplan vormt bij SBWU
het fundament onder de plannen voor
verdere groei in het aantal cliënten en voor
de kwaliteitsverbetering bij de eengezins-
woningen. Volgens dit plan stoot de orga-
nisatie tot 2015 27 eengezinswoningen af.
Daarnaast worden ongeveer 100 plaatsen
voor ZZP 3 en hoger geherhuisvest. Verder
verwerft SBWU 317 appartementen voor
begeleid en begeleid zelfstandig wonen.
Tegelijkertijd worden de laatste plaatsen
voor ZZP 1 en 2 uitgefaseerd, omdat de
organisatie zich daar niet langer op richt.
“Wij kiezen ervoor om ook op locatieniveau
een transitieplan te maken”, zegt Van Loon.
“Want de locatiehoofden kunnen op de
bezetting, de leegstand en de uitgaven
sturen en zien direct wat er binnenkomt aan
inkomsten uit de normatieve huisvestings-
component. Ook kunnen zij het beste
beoordelen welke maatregelen wel en welke
niet in de lokale situatie passen.”
Zelf op zoekTegelijkertijd wordt de leegstand centraal
gecoördineerd en werken alle locatie hoofden
met een periodieke gebruiksscan. In deze
scan beoordelen ze de woningen op hun
locatie op onder meer aantrekkelijkheid,
verhuurbaarheid en rendement. Deze decen-
trale manier van werken wordt volgens Van
Loon ver doorgevoerd. “We zeggen locatie-
hoofden dat ze niet bij ons om kantoorruimte
moeten vragen. Dus gaan ze zelf op zoek.
Vaak vinden ze dan onderdak in het kantoor
van een welzijnsorganisatie of in een buurt-
centrum en ontstaan daar weer hele nieuwe
contacten, die ook nog ‘ns goed voor onze
cliënten zijn.”
Casus 3
Marlies van LoonBestuurder�van�SBWU
Locaties zelf verantwoordelijk maken
14
“�We�zijn�stevig��gegroeid.��In��hoeverre��moeten��we�ons�in�vastgoed��gaan�begeven?�Blijven�huren�kan�ook,�maar�corpo�raties�hebben��het�steeds�moeilijker.”
Jan Ruiter� �Controller�van�RIBW��
groep�Overijssel
“�We�hebben�onlangs��een�inventarisatie��gedaan�van�al�ons��vastgoed.�Nu�zijn�we�bezig�met�het�langetermijnhuis�vestingsplan�en�in�het�verlengde�daarvan��werken�we��aan�het��strategisch�vastgoedplan.”
Bart Haverkamp� �Manager�bedrijfsvoering�
van�RIBW�Kennemerland/�Amstelland�en�de�Meerlanden�
15
16
Michel van RooijenAT�Osborne
Adviseur Michel van Rooijen van AT Osborne legt uit hoe organisaties tot een strategische analyse van hun vastgoedportefeuille kunnen komen. Ze moeten vooral letten op de vraag en het aanbod, zowel in de heden als in de toekomst. Natuurlijk laat de toekomst zich niet voorspellen. Maar door verschillende scenario’s uit te werken, kan een RIBW zich wel zo goed mogelijk voorbereiden.
DoelgroepDe doelgroep, van grote invloed op het (vast-
goed)beleid, is aan veranderingen onder-
hevig. Cliënten worden ouder en zullen meer
comorbiditeit gaan vertonen. Het kan zijn dat
de vraag door politieke maatregelen afneemt.
Maar het is ook mogelijk dat de grote organi-
saties in de GGZ en gehandicaptenzorg hun
capaciteit afbouwen en er – via de Wet maat-
schappelijke ondersteuning – juist meer cliën-
ten bij de RIBW terecht komen.
RentabiliteitKijk ook welke woningen vanuit bedrijfs-
economische overwegingen rendabel zullen
blijven, zegt Van Rooijen. Ook de aanwezig-
heid van voorzieningen in de nabije omge-
ving is belangrijk. En het kan verstandig zijn
wanneer een organisatie zich op bepaalde
wijken van een stad concentreert. Verder
moeten RIBW’en hun vastgoed per woning-
type in kaart brengen en vaststellen welke
verschuiving ze in dit aanbod willen reali-
seren. En tenslotte moet er ook voldoende
flexibiliteit in de vastgoedportefeuille zitten,
om tijdig op nieuwe ontwikkelingen te kun-
nen inspelen.
SamenwerkingVoor het vastgoed is de woningcorporatie
doorgaans een partner. “Vaak moest je als
RIBW in deze samenwerking smeken om
woningen. Maar door nieuwe regelgeving is
de woningcorporatie niet langer de gedood-
verfde partner. Je zou er ook voor kunnen
kiezen om met eindbeleggers in zee te gaan.
De rendementen die zij zoeken laten zich
goed vergelijken met de rendementen die een
RIBW zelf nastreeft. En je bent voor hen een
betrouwbare, solvabele en liquide partij.”
OnderhandelenDe zorgverzekeraar wordt een belangrijke
speler in de wereld van de RIBW’en. Met hen
onderhandelen organisaties vanaf 2018 over
de tarieven. Wordt de prijs de bepa len de
factor in deze onderhandelingen, of gaat
de kwaliteit ook een rol spelen? Dat is nog
onduidelijk, maar Van Rooijen denkt dat
RIBW’en zich kunnen onderscheiden als ze
een kwalitatief hoogwaardig aanbod van
zorg en vastgoed hebben.
Werk verschillende scenario’s uit
16
Flexibel en omkeerbaar bouwenHet afstoten van groepswoningen
moet een optie zijn, geeft controller
Jan Ruiter van RIBW groep Overijssel
aan, in reactie op Van Rooijens verhaal.
“Hebben die groeps woningen über-
haupt nog een toekomst? Als je ze ooit
wilt kunnen afstoten, dan moet je om-
keerbaar bouwen. Dat kan eigenlijk
alleen met appartementen.” In feite is
alles wat specifiek voor een RIBW
gebouwd wordt na vijftien jaar ver-
ouderd, stelt Berndsen. “Maar orga-
nisaties kunnen flexibiliteit ook invul-
len door het bouwconcept zo flexibel
mogelijk te maken”, vult Michel van
Rooijen aan.
17
Wat kan AT Osborne voor u betekenen?
AT Osborne lost ruimtelijke vraagstukken opAT Osborne lost ruimtelijke vraagstukken op. Onderscheidend is
de verbinding tussen plannen en praktijk. U kunt de consultants
en manager van AT Osborne inschakelen voor strategische vraag-
stukken of een second opinion maar ook voor de volledige bege-
leiding van uw investeringsproject. Daarmee kunt u van het begin
tot het einde op AT Osborne rekenen. AT Osborne is een multi-
disciplinair bureau met 150 specialisten. Samen leveren zij alle denk-
bare diensten, van project- en procesmanagers tot experts op het
gebied van techniek, financiën of juridische vraagstukken. Zij zijn
snel en op uw maat inzetbaar. De mensen van AT Osborne zijn
vindingrijk en daadkrachtig. Met als drive: de beste oplossing voor u.
Strategen in vastgoedAT Osborne heeft langjarige en brede ervaring in de gezondheids-
zorg. Daarbij hebben we veel ervaring in de sector van RIBW’en.
Wij weten wat er in uw sector en in de vastgoedwereld speelt. Voor
het uitzetten van een vastgoedstrategie voor de toekomst van een
RIBW ontwikkelde AT Osborne een aansprekende en herkenbare
woningtypologie, aansluitend bij de in de sector bekende herstel-
18
Hoofdkantoor AT Osborne, Baarn
filosofie. Daarnaast beschikken wij over een tool dat de financiële
stromen van het vastgoed over de jaren in beeld brengt. Met dit
instrument zijn simulaties voor toekomstscenario’s eenvoudig door
te rekenen. Zo is het voor bestuurders mogelijk om hun toekomst-
visie voor de organisatie te toetsen op de financiële consequenties
en is de ruimte voor innovatie en kwaliteitsverbetering van de
vastgoedportefeuille snel inzichtelijk.
De managers en consultants van AT Osborne werken bij voorkeur
‘hands on’ en zijn altijd proactief. In onze teams van adviseurs en
projectmanagers is de mix van kennis en ervaring afgestemd op uw
project. Hierdoor zijn wij als geen ander in staat om successen te
bereiken in complexe projecten met diverse stakeholders, zoals het
opstellen van een strategisch vastgoedbeleid voor uw orga ni satie.
Dat hebben wij in eerdere opdrachten laten zien en terug gehoord
van onze opdrachtgevers.
Meer weten? Neem contact op met Else Bezemer, senior consultant gezondheids-
zorg, via [email protected] / 035 543 43 43. Of kijk op www.atosborne.nl
foto: Hoofdkantoor AT Osborne, Baarn
19
AT Osborne lost ruimtelijke vraagstukken opAT Osborne lost ruimtelijke vraagstukken op. Onderscheidend is
de verbinding tussen plannen en praktijk. U kunt de consultants
en managers van AT Osborne inschakelen voor strategische
vraagstukken of een second opinion maar ook voor de volledige
begeleiding van uw investeringsproject. Daarmee kunt u van
begin tot eind op AT Osborne rekenen. AT Osborne is een multi-
disciplinair bureau met 150 specialisten. Samen leveren zij alle
denkbare diensten, van project- en proces-managers tot experts
op het gebied van techniek, financiën of juridische vraagstuk-
ken. Zij zijn snel en op uw maat inzetbaar. De mensen van
AT Osborne zijn vindingrijk en daadkrachtig. Met als drive de
beste oplossing voor u.
J.F. Kennedylaan 100
3741 EH Baarn
Postbus 168
3740 AD Baarn
T 31 (0)35 543 43 43
F 31 (0)35 543 43 44
Kijk op onze website
voor meer informatie:
www.atosborne.nl
Huisvesting & Vastgoed | Infrastructuur, Gebiedsontwikkeling & MilieuAT Osborne Utrecht | Brussel | Parijs