Beslishulp Beroerte

42
Testset voor het bepalen van het zorgpad voor mensen met een beroerte in de ziekenhuisfase Gebaseerd op de Dutch Stroke Clinimetric Core Sets Beslishulp Beroert e

Transcript of Beslishulp Beroerte

Page 1: Beslishulp Beroerte

Testset voor het bepalen van het zorgpad voor mensen met een beroerte in de ziekenhuisfase

Gebaseerd op de Dutch Stroke Clinimetric Core Sets

Bes

lish

ulp

Ber

oert

e

Project1_Opmaak 1 25-03-10 15:39 Pagina 3

Page 2: Beslishulp Beroerte

Beslishulp Beroerte

Page 3: Beslishulp Beroerte

Colofon

Ontwikkelling Beslishulp: Dr Anne Visser-Meily en Dr Ronald Meijer,

namens de Werkgroep CVA Nederland (WCN)

Steven Berdenis van Berlekom,

Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht

ICT-ontwerp: Syncope

Redactie: Rosanne Faber en Martien Naber,

Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht

Vormgeving: John de Vries, Vriedesign, Tiel

Druk: Mewadruk, Hilversum

Uitgave: maart 2010

Tot stand gekomen met financiële ondersteuning door Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten

Meer informatie over de software is te verkrijgen bij Syncope: www.syncope.nu

Page 4: Beslishulp Beroerte

Beslishulp Beroerte

Testset voor het bepalen van het zorgpad voor mensen met een beroerte in de ziekenhuisfase

Gebaseerd op de Dutch Stroke Clinimetric Core Sets

Page 5: Beslishulp Beroerte

Invoerscherm van de Applicatie Beslishulp Beroerte. Invulvakken en keuze-menu’s helpen de gebruiker de scores en uitkomsten van de tests in te voeren. Resultaat is een overdrachtsformulier dat op één A4-pagina kan worden uitgeprint (zie pagina 38).

Page 6: Beslishulp Beroerte

Inhoud

Inleiding 6

Meten met de Dutch Stroke Clinimetric Core Set voor de ziekenhuisfase en het gebruik van de Beslishulp Beroerte 8

Overzicht van de items van de Beslishulp Beroerte 11

Overzicht van eigenschappen van de opgenomen instrumenten 14

De tests� BI Barthel Index 16� HAC Heteroanamneselijst Cognitie 18� HADSd Depression scale van de Hospital Anxiety Depression Scales 20� GCS Glasgow Coma Scale 22� Watersliktest 24� Rompbalanstest 25� MI Motricity Index subsecties arm en been 26� MMSE Mini-Mental Status Examination 28� Sleutelzoektaak 33� Kloktekentest 34� FAC Functional Ambulation Categories 35� SAN Stichting Afasie Nederland-schaal 36� Thuissituatie 37

Werken met de Applicatie Beslishulp Beroerte 39

Page 7: Beslishulp Beroerte

6

Dit boekje en de digitale Applicatie Beslishulp Beroerte zijn praktische hulp-middelen. Ze dienen als instrument om het behandelteam in het ziekenhuis,onder leiding van de revalidatiearts, te helpen een volledig beeld te krijgenvan de problemen van de patiënt en zijn naasten (die de gevolgen onder-vinden van een beroerte). Een goede, volledige diagnostiek geeft houvast bijhet prognosticeren van het functioneel herstel en daarmee bij het bepalenvan de ontslagbestemming.

Testset voor diagnostiek en prognostiekDe Beslishulp Beroerte bestaat uit een selectie van tests en is gebaseerd op de Dutch Stroke Clinimetric Core Sets, die zijn ontwikkeld door de Werkgroep CVA Nederland (WCN). De WCN is een werkgroep van de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA). Deze core sets worden aanbevolen om toe te passen bij onderzoek en behandeling van mensen met een beroerte. De prognostische waarde van de instrumenten uit de Dutch StrokeClinimetric Core Sets is wetenschappelijk onderzocht en de daarop gebaseerdesignaalwaarden in de Beslishulp Beroerte zijn evidence based. Een signaal-waarde is een waarschuwingssignaal: vanaf de genoemde score wordt deprognose voor functioneel herstel ongunstig beïnvloed.

Digitale invoer en analyse van testgegevensDe digitale versie van dit boekje, de Applicatie Beslishulp Beroerte, biedt demogelijkheid om alle informatie, die door het multidisciplinaire behandelteamin het ziekenhuis wordt verzameld, bij elkaar te brengen en te analyseren. Alsde testresultaten worden ingevoerd met behulp van deze applicatie, wordtduidelijk welke problemen een ongunstige invloed hebben op de prognose.De probleemvelden worden duidelijk gemarkeerd. Het blijft de revalidatiearts(en het revalidatieteam) die de ernst van en de samenhang tussen de proble-men waardeert, interpreteert en er conclusies aan verbindt voor de behande-ling in de acute fase en voor de ontslagbestemming.

Inleiding

Page 8: Beslishulp Beroerte

7

Waarom gebruik maken van de testset?Gebruik van klinimetrie in de CVA-zorg in de ziekenhuizen ondersteunt de besluitvorming over het behandelbeleid en de ontslagbestemming*. Standaardisatie bij de verzameling van gegevens tijdens de ziekenhuisfase verbetert tevens de overdracht naar partners in de zorgketen, zoals het verpleeghuis, het revalidatiecentrum of een thuiszorginstelling. Het is de ambitie van de WCN om de kwaliteit van de CVA-behandeling te verbeterendoor eenduidige toepassing van klinimetrie op de stroke units in alle zieken-huizen van Nederland.

Aanbeveling EPDVoor efficiënt en effectief gebruik van de klinimetrische uitkomsten is het opden duur noodzakelijk dat de meetinstrumenten uit de Dutch Stroke ClinimetricCore Sets onderdeel worden van het EPD (Elektronisch patiëntendossier).

* Tyson S, Greenhalgh J, Long AF, Flynn R. The use of measurement tools in clinical practice: an observational study of neurorheabilitation. Clin Rehab 2010;24:74-81.

Page 9: Beslishulp Beroerte

Het revalidatiegeneeskundig onderzoek in de acute en subacute fase (de ziekenhuisfase) na een beroerte is erop gericht grote problemen te identificeren, die invloed hebben op het behandelbeleid, en het zorgpad voor de patiënt te bepalen.

Het revalidatiegeneeskundig onderzoek begint zodra de patiënt medisch stabiel is. Dat is meestal vanaf de tweede dag na de beroerte. De belangrijkstedoelen van het onderzoek in deze fase zijn: � Bepalen van de (ernst van de) gevolgen van de beroerte;� Vaststellen en monitoren van neurologisch en functioneel herstel;� Inzicht krijgen in de aanwezigheid en belastbaarheid van de familie;� Voorspellen van de functionele uitkomst van het herstelverloop;� Identificeren van secundaire complicaties die een negatieve invloed

hebben op activiteiten en participatie.

Het revalidatiegeneeskundig onderzoek bestaat uit een serie van metingen enobservaties verspreid in de tijd en op onderdelen zich herhalend gedurendede gehele periode waarin er sprake is van herstel na de beroerte.

8

Meten met de Dutch Stroke Clinimetric

Core Set voor de ziekenhuisfase en het

gebruik van de Beslishulp Beroerte

Beroerte

Functies Activiteiten Participatie

Contextuele factoren Persoonlijke factoren(waaronder gezinsfactoren)

Page 10: Beslishulp Beroerte

De items en de erbij gekozen instrumenten van de Dutch Stroke ClinimetricCore Set voor de ziekenhuisfase zijn primair gekozen om hun prognostischewaarde voor het bepalen van het optimale revalidatietraject na ontslag uit hetziekenhuis (Meijer et al, 2006). Enkele items zijn ook opgenomen om hun diagnostische waarde en om tijdig een noodzakelijke behandeling te kunneninstellen. Zo zal een hersenbloeding in vergelijking met een infarct mogelijkeen vertraagd herstel te zien geven en kan afname van de watersliktest en heter op volgende voedingsregime een aspiratiepneumonie helpen voorkomen.

De signaalwaarden van de scores zijn gebaseerd op wetenschappelijke evidentie (evidence based) en hebben een prognostische waarde ten aanzienvan het, al dan niet met ondersteuning, zelfstandig kunnen wonen van de patiënt een jaar na de beroerte. Deze kennis is zeer belangrijk voor de keuzevan het revalidatietraject.

Bij het onderzoek naar de cognitieve functies verdient met name de score van de MMSE (Mini-Mental State Examination) bijzondere aandacht. DeMMSE wordt afgenomen om de cognitieve stoornissen oriëntatie, geheugen, aandacht, taal en visuoconstructie te detecteren. Als de score kleiner of gelijkis aan 13, dan zijn er ernstige cognitieve stoornissen met gevolgen voor deprognose. Uitgebreid neuropsychologisch onderzoek is dan geïndiceerd endient zo mogelijk al in het ziekenhuis, maar in ieder geval in het vervolg-traject, te worden uitgevoerd. Als de MMSE-score groter is dan 23 (het bekende afkappunt voor de MMSE), dan zijn de door de MMSE gemeten cognitieve stoornissen mild of zelfs afwezig. De niet door de MMSE gemeten(cognitieve) stoornissen, zoals neglect en de executieve functiestoornissen,kunnen dan echter onopgemerkt toch aanwezig zijn. Daarom worden bij een score groter dan 23 de kloktekentest en de sleutelzoektaak afgenomen.Als het resultaat van die tests afwijkend is moet er bij de prognose en het bepalen van de ontslagbestemming rekening worden gehouden met mogelijkverminderde zelfstandigheid.

9

Het revalidatiegeneeskundig handelen richt zich in het algemeen op alle domeinen van het ICF- model (International Classification of Functioning, Disability and Health). In de ziekenhuisfase na een beroerte zijn met name dehier grijs gekleurde domeinen van het model van belang: functies, activiteiten,contextuele factoren (waaronder gezinsfactoren) en persoonlijke factoren.

Page 11: Beslishulp Beroerte

Het triageproces vindt vaak al binnen drie tot vijf dagen plaats. Een enkele test(bijvoorbeeld de HADS) is de eerste dagen echter nog niet valide af te nemen.Het is daarom aan te bevelen om de patiënt in de tweede week opnieuw tebeoordelen en eventueel het ontslagbeleid te veranderen.

Het vermogen om zelfstandig te wonen hangt af van: de prognose voor rest-beperkingen in het uitvoeren van ADL, de aanwezigheid van sociale steun ende aanwezigheid van ernstige beperkingen op het gebied van cognitie, oriën-tatie, communicatie en gedrag. Andere factoren die de keuze van het ontslag-traject bepalen zijn: medische, verpleegkundige en therapeutische behoeftenvan de patiënt, zoals de behoefte aan situationeel leren, de fysieke conditievan de patiënt en de afstand tot de betreffende instelling.

De patiënt wordt in kaart gebracht op basis van de ICF-domeinen (zie schemaop pagina 8).� Ziekte: o.a. de aard van de laesie (bloedig/onbloedig), de lokalisatie,

wel/geen recidief;� Functies: HADS, MI, MMSE, kloktekentest en sleutelzoektaak;� Activiteiten: SAN, BI, Rompbalanstest, FAC;� Contextuele factoren: de thuissituatie;� Persoonlijke factoren: het premorbide functioneren.

De aard, de ernst en de hoeveelheid van de uitval op de diverse instrumentenbepalen de prognose ten aanzien van het vermogen om in de toekomst zelf-standig te kunnen wonen, en daarmee ook van de ontslagbestemming naarhet optimale revalidatiezorgtraject.

Behalve voor de prognose is het vastleggen van de uitkomsten van de DutchStroke Clinimetric Core Set voor de ziekenhuisfase zeer belangrijk als basis van dehele verdere behandeling van de patiënt in de stroke service-keten.

10

Page 12: Beslishulp Beroerte

11

Overzicht van de items van de

Beslishulp Beroerte

In de tabel op de volgende pagina’s wordt de informatie beschreven die in de ziekenhuisfase moet worden verzameld ten behoeve van revalidatiegenees-kundige diagnostiek en prognostiek.

ToelichtingIn de tabel worden per item een aantal gegevens gepresenteerd. Een toelich-ting op de kolommen:� Score: soort informatie die wordt vastgelegd (numerieke score, gegevens,

ja/nee, afwijkend/niet afwijkend).� Signaal als: signaalwaarde ofwel het scoreniveau waarop de prognose voor

functioneel herstel ongunstig wordt beïnvloed.� Interpretatie score: gevolgen voor prognose of aanvullende actie te

nemen bij het bereiken van de signaalwaarde.� Meten op dag: advies over de dag waarop de informatie het beste kan

worden verzameld, gerekend vanaf het ontstaan van het CVA.� Door: advies over de discipline die de betreffende informatie kan verwer-

ven of de test kan afnemen. Let wel, dit is slechts een advies. Diverse testskunnen in de praktijk door meerdere disciplines worden afgenomen en desituatie zal per locatie ook verschillen. Voorbeeld: we adviseren om deMMSE te laten afnemen door de ergotherapeut maar in veel situaties zalhet gebruikelijk zijn dat de verpleging dit doet.

Page 13: Beslishulp Beroerte

12

Do

mei

nen

en

ite

ms

Sco

reSi

gn

aal

als

Inte

rpre

tati

e sc

ore

Met

en o

p d

agD

oo

r

(advies)

Per

soo

nli

jke

geg

even

s

1Zieken

huis

Tekst

1

2Afdeling

Tekst

1

3Naam

Tekst

1

4Geb

oorted

atum

Datum

≥ 72

jaar

Checken op com

orbiditeit

1

5BSN

Num

mer

Getal

1

6Pa

tiën

tnum

mer

Getal

1

7Datum

ontstaan

CVA

Datum

1

Zie

kte

/bio

log

ie

8Med

isch

e diagnose

1/2

Arts

9Bloed

ing

Ja/N

eeJa

Mog

elijk vertraagd herstel

1/2

Arts

10Linker/rechter Hem

isfeer

Li/Re

Effect op m

ate van bep

erking bij dom

inan

te lichaamshelft

1/2

Arts

11Fron

tale Laesie

Ja/N

eeJa

Mog

elijk ged

ragsproblematiek

1/2

Arts

12Re

cidief CVA

Ja/N

eeJa

Mog

elijk slechter herstel

1/2

Arts

13Re

valid

atie bep

erkende comorbiditeit

Ja/N

eeJa

Toelichting in

invu

lvak

1/2

Arts

Pre

mo

rbid

e si

tuat

ie

14ADL en

ambulan

tie: Barthel In

dex (BI)

bij partner/naaste af te nem

enGetal

≤ 18

Prem

orbide al hulp en/of toezicht noo

dzakelijk

1/2

VP

15Cog

nitie: 1

gerichte vraag

aan

partner/naaste

Ja/N

eeJa

HAC afnem

en1/2

VP

15aHeteroa

nam

neselijst Cog

nitie (HAC)

Getal

> 1

Ongun

stige prognose

1/2

VP

16Stem

ming: 1

gerichte vraag

aan

partner/naaste

Ja/N

eeJa

HADSd

afnem

en1/2

VP

16aDep

ression scale (HADSd

)Getal

≥ 8

Ongun

stige prognose

1/2

VP

Page 14: Beslishulp Beroerte

13

Do

mei

nen

en

ite

ms

Sco

reSi

gn

aal

als

Inte

rpre

tati

e sc

ore

Met

en o

p d

agD

oo

r

(advies)

Fun

ctie

s/st

ruct

ure

n

17Bew

ustzijn

sverlies (< 48 uu

r post-CVA

): Glasgow

Com

a Scale

Getal

≤ 8

Ongun

stige prognose

2VP

18Slikstoo

rnis d.m

.v. w

atersliktest

Afw

ijken

d /

Afw

ijken

dKan

s op

deh

ydratie en

/of pneu

mon

ie

Niet afwijken

dInvo

eren

son

devoe

ding?

1VP

18aSo

ndevoe

ding

Ja/N

eeJa

Invloe

d op ontslag naar huis

4 + 7

VP

19Ve

rstoorde Ro

mpbalan

s Ja/N

eeJa

Ongun

stige prognose

2 + 5

FT

20Pa

rese: M

otricity In

dex arm

Getal

≤ 27

Ongun

stige prognose

2 + 5

FT

21Pa

rese: M

otricity In

dex been

Getal

≤ 27

Ongun

stige prognose

2 + 5

FT

22Stem

ming: H

ADSd

(patiënt)

Getal

≥ 8

Mog

elijk traag

herstel

7VP

23Cog

nitie: M

MSE

(Mini-M

ental S

tatus Exam

ination)

Getal

≤ 13

Ve

el cog

nitieve problemen

> 23

Sleu

telzoe

ktaak en

klokteken

test afnem

en2 tot 5

ET

23aExecutieve fun

cties: Sleutelzo

ektaak

Afw

ijken

d /

Afw

ijken

dVe

iligheid beo

ordelen

Niet afwijken

dBij thuisplaatsing con

troleafspraak op korte termijn

2 tot 5

ET

23bNeg

lect: K

lokteken

test

Afw

ijken

d /

Afw

ijken

dVe

iligheid beo

ordelen

Niet afwijken

dBij thuisplaatsing con

troleafspraak op korte termijn

2 tot 5

ET

Act

ivit

eite

n

24Lo

opvaardigheid: Fun

ctional Ambulation Categ

ories (FAC)

Omschrijving

≤ 2

Invloe

d op ontslagbestemming, d

uur op

nam

e en

herstel

2 + 5

FT

25ADL en

ambulan

tie: Barthel In

dex (patiënt)

Getal

≤ 6

Effecten

op (duu

r) herstel/prognose/beleid

2 + 5 + 7

VP

26Com

mun

icatie: S

AN (Stichting Afasie Ned

erland-sch

aal)

Getal

≤ 2

Effecten

op (duu

r) herstel/prognose/beleid

2 tot 5

LO

Th

uis

situ

atie

27Gesch

ikte w

oning

Ja/N

eeNee

Mog

elijk in

vloe

d op ontslagbestemming

2 tot 5

VP

28Vo

ldoe

nde draag

kracht naaste(n)

Ja/N

eeNee

Beg

eleiding partner overw

egen

, 2 tot 5

VP

bij thuisplaatsing extra steun

nod

ig

29Naaste(n) bereid en beschikbaar

Ja/N

eeNee

Mog

elijk in

vloe

d op ontslagdatum

/bestemming

2 tot 5

VP

Page 15: Beslishulp Beroerte

14

Overzicht van eigen

schap

pen

van

de op

gen

omen

instrumen

ten*

Inst

rum

ent

�A

anta

l it

ems

�D

om

ein

enK

lin

isch

e to

epas

baa

rhei

d /

Op

mer

kin

gen

�A

fnam

etij

d (

in m

inu

ten

)�

Sco

ren

�Sc

ore

nd

e

Barthel In

dex

�10

item

s�

Meet activiteiten

van

het dag

elijks leven en ambulan

tie

Meest geb

ruikte ADL-schaal

(BI)

�3-5 minuten

1 gesum

meerde totaalscore

�interviewer/w

aarnem

er

Heteroa

nam

neselijst Cog

nitie

�16

item

s �

Test dom

einen

oriën

tatie, aan

dacht, reken

en, taal,

Eenvo

udig om te scoren

(HAC)

�5 minuten

geh

eugen

en uitvo

eren

van

activiteiten

�man

telzorger

�1 score

Hospital Anxiety an

d Dep

ression Scale

�7 item

s�

Screen

ingstest om

sym

ptomen

van

dep

ressie te

Geen in

vloe

d van

motorische problemen

;

(HADSd

: dep

ressie deel)

�2 minuten

ontdekken

eenvo

udige screen

ingstest

�Pa

tiën

t/interviewer/m

antelzorger

�1 totaalscore

Glasgow

Com

a Scale

�15

item

s �

Afkap

pun

t 8/15

om com

a van niet-coma te onderscheiden

Eenvo

udig; m

eest geb

ruikte schaal voo

r

(GCS)

�< 5 minuten

�1 gesom

meerde score met oog

, motorische en

verbale

meten

van

bew

ustzijn

sniveau

�waarnem

ersubscores

Watersliktest

�4 item

s�Beslismod

el voo

r het veilig

kun

nen

slikken

Eenvo

udig toe

te passen

�5 minuten

�1 score: w

el/niet veilig kun

nen

slikken

�waarnem

er

Page 16: Beslishulp Beroerte

15

* Meijer R, Lim

beek van

J, Haan de

RJ. Develop

men

t of the

Strok

e-un

it Disch

arge

Guide

line: cho

ice of assessm

ent instrumen

ts fo

r pred

ictio

n in the

sub

acute ph

ase po

st-strok

e Internationa

l Jou

rnal of R

ehab

ilitatio

n Re

search

200

6; 29(1): 1

-8.

Rompbalan

stest

�1 item

�Korte een

voud

ige test (zitbalan

s item

)Erg nuttig in

rou

tine klinische praktijk

�2 minuten

�1 score

�waarnem

er

Motricity In

dex arm

/ been

�3 item

s�

Korte een

voud

ige test voo

r krachtsverlies

Erg nuttig in

rou

tine klinische praktijk

(MI)

�2 minuten

(3 arm

item

s / 3 been item

s)

�waarnem

er�

1 score

Mini M

ental S

tatus Exam

ination

�19

item

s�

Screen

ingstest vo

or oriën

tatie, geh

eugen

, aan

dacht,

Een van

de meest geb

ruikte korte m

entale

(MMSE

)�

5-10

minuten

taal en visuo

constructie

screen

ingstesten

�interviewer

�Beste om naar de score per dom

ein te kijken

en niet

alleen

naar de totaalscore

Sleu

telzoe

ktaak

�1 item

�Test voo

r executieve fun

cties

Korte, e

envo

udige en

sen

sitieve test voo

r

�< 5 minuten

�1 score

executieve fun

ctiestoo

rnissen

�waarnem

er

Klokteken

test

�1 item

�Test voo

r neg

lect

Korte en een

voud

ige test voo

r screen

ing op

�< 5 minuten

�1 score

neg

lect

�patiënt

Functional Ambulation Categ

ories

�1 item

�Meet mate van zelfstandigheid van

lopen

Eenvo

udig om te scoren

(FAC)

�2 minuten

�1 score

�waarnem

er

Stichting Afasie Ned

erland-schaal

�6 item

s �

Talig

com

mun

icatieniveau

Kort, een

voud

ig, in Ned

erland veel g

ebruikt

(SAN)

�2 minuten

�1 score

�waarnem

er

Page 17: Beslishulp Beroerte

16

Barthel In

dex (BI)

Premorbide (partner/familie)� Doel: via de partner/familie nagaan of er voor de beroerte problemen

waren op gebied van ADL en ambulantie.� Af te nemen op dag 1 of 2 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als score ≤ 18 (effecten op (duur) herstel/prognose/beleid).

Huidige situatie� Doel: nagaan of er problemen zijn op gebied van ADL en ambulantie.� Af te nemen op dag 2, 5 en 7 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als score ≤ 6 (effecten op (duur) herstel/prognose/beleid).

Barthel Index (BI)

1. DarmIncontinent 0Af en toe een ongelukje (max. 1x/week) 1Continent (of stoma volledig zelfverzorgend) 2

2. BlaasIncontinent of katheter en niet in staat daarmee om te gaan 0Af en toe een ongelukje (max. 1x/24 uur) 1Continent (gedurende meer dan 7 dagen) 2

3. Uiterlijke verzorgingHeeft hulp nodig 0Onafhankelijk; gezicht, haar, tanden, scheren (aanreiken mag) 1

4. ToiletgebruikAfhankelijk 0Heeft enige hulp nodig, maar kan sommige dingen zelf 1Onafhankelijk (op en af, uit- en aankleden, afvegen) 2

5. EtenNiet in staat 0Heeft hulp nodig bijv. bij snijden (voedsel wordt fijngemaakt, eet zelf) 1Onafhankelijk 2

Page 18: Beslishulp Beroerte

6. ‘Transfer’ (van bed naar stoel en terug)Niet in staat 0Veel hulp (1-2 mensen, lichamelijk) 1Weinig hulp (met woorden of lichamelijk) 2Onafhankelijk 3

7. MobiliteitKan zich niet verplaatsen 0Onafhankelijk met rolstoel, inclusief hoeken, enz. 1Loopt met hulp van 1 persoon (met woorden of lichamelijk) 2Onafhankelijk (maar mag gebruik maken van een hulpmiddel bijv. stok) 3

8. Aan- en uitkleden Afhankelijk 0Heeft hulp nodig maar kan ongeveer de helft zelf 1Onafhankelijk (ook voor keuze van kleding) 2

9. TrappenNiet in staat 0Heeft hulp nodig (met woorden, lichamelijk, dragen van een hulpmidel) 1Onafhankelijk naar boven en beneden (kan hulpmiddel zelf dragen) 2

10. Bad/douchenAfhankelijk 0Onafhankelijk (zonder toezicht/hulp, inclusief in/uit bad stappen) 1

Totaal

17

Barthel In

dex (BI)

Page 19: Beslishulp Beroerte

Vraag vooraf aan partner/familie� Doel: via de partner/familie nagaan of er voor de beroerte cognitieve

problemen waren.� Vraag te stellen op dag 1 of 2 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als antwoord = ja (HAC afnemen). NB als antwoord = nee hoeft

de HAC dus niet te worden afgenomen.

Heeft uw partner/familielid/naaste de afgelopen 3 maanden voor de beroerte problemen gehad met één of meer van de volgende zaken: � oriëntatie (weten welke dag het is, of waar men is),� zijn/haar aandacht ergens bij houden,� eenvoudige rekensommen maken,� begrip van eenvoudige opdrachten of het uitvoeren ervan,� eenvoudige informatie onthouden?

Heteroanamneselijst Cognitie (HAC) � Doel: via partner/familie inventariseren van cognitieve problemen voor

de beroerte.� Af te nemen op dag 1 of 2 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als score > 1 (ongunstige prognose).

Vraag 1OriëntatieHeeft uw partner/familielid de afgelopen 3 maanden voor het CVA problemen gehad met één of meer van de volgende zaken:� weten wat voor dag het is,� welke datum, � hoe laat het is, � in welke stad en� in welke straat men woont? Ja / NeeAandacht en rekenenHeeft uw partner/familielid de afgelopen 3 maanden voor het CVA problemen gehad met één of meer van de volgende zaken:� een moeilijk woord spellen, � eenvoudige rekensommen maken? Ja / Nee

18

Heteroa

nam

neselijst Cog

nitie (HAC) Heteroanamneselijst Cognitie (HAC)

Meijer (2005), onderdeel van de AMDAS-lijst

Page 20: Beslishulp Beroerte

TaalHeeft uw partner/familielid de afgelopen 3 maanden voor het CVA problemen gehad met één of meer van de volgende zaken:� begrijpen wat u bedoelde,� het uitvoeren van een eenvoudige opdracht, zoals een verzoek om de deur dicht te doen? Ja / Nee

GeheugenHeeft uw partner/familielid de afgelopen 3 maanden voor het CVA problemen gehad met één of meer van de volgende zaken:� het onthouden van eenvoudige informatie, bijvoorbeeld

3 boodschappen? Ja / NeeUitvoeren van activiteitenHeeft uw partner/familielid de afgelopen 3 maanden voor het CVA problemen gehad met één of meer van de volgende zaken:� zelfstandig boodschappen doen,� thuis een maaltijd bereiden, � huishoudelijke taken verrichten, � een hobby uitoefenen? Ja / NeeZijn alle vragen met ‘nee’ beantwoord: stop.Worden één of meer van deze vragen met ‘ja’ beantwoord, ga naar vraag 2.

Vraag 2Waren deze problemen zodanig, dat hij/zij hierbij hulp van u of een ander nodig had? Ja / NeeWordt deze vraag met ‘nee’ beantwoord: stop.Wordt deze vraag met ‘ja’ beantwoord: ga naar vraag 3.

Vraag 3Heeft uw partner/familielid voor de met ‘ja’ benoemde problemen professionele hulp nodig gehad, dat wil zeggen is hij/zij behandeld door een arts, psycholoog of andere gezondheidswerker? Ja / NeeWordt deze vraag met ‘nee’ beantwoord: stop.Wordt deze vraag met ‘ja’ beantwoord.

Uitkomst HAC als score is ≤ 1: Nee, geen cognitieve problemen premorbide.als score > 1: Ja, aanwijzingen voor cognitieve problemen premorbide.

19

Heteroa

nam

neselijst Cog

nitie (HAC)

Score = 0

Score = 1

Score = 2Score = 3

Page 21: Beslishulp Beroerte

Premorbide: vraag vooraf aan partner/familie� Doel: via de partner/familie nagaan of er voor de beroerte stemmings-

problemen waren.� Vraag te stellen op dag 1 of 2 na de beroerte door de verpleging.� Signaal bij antwoord = ja (HADSd afnemen op dag 1 of 2). NB als

antwoord = nee de HADSd pas afnemen op dag 7 na de beroerte (zie Huidige situatie).

Was uw partner/familielid/naaste de afgelopen 3 maanden voor de beroerte depressief, lusteloos, of had hij/zij geen plezier meer? Ja / Nee

Huidige situatie� Doel: nagaan of er stemmingsproblemen zijn.� Af te nemen op dag 7 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als score ≥ 8 (mogelijk traag herstel).

20

Dep

ression scale van

de HADS (H

ADSd

) Depression scale van de HADS (HADSd)(Hospital Anxiety and Depression scales, Snaith & Zigmond (1994)

Ik geniet nog steeds van de dingen waar ik altijd van heb genoten:Zeer regelmatig 0Niet zo vaak 1Alleen een beetje 2Helemaal niet 3

Ik kan lachen en zie de leuke kant van de dingen weer:Zo vaak als ik eerst kon 0Nu niet zo vaak 1Zeker niet zo vaak nu 2Helemaal niet 3

Ik voel mij blij en opgeruimd:Helemaal niet 3Vaak niet 2Soms 1Meestal 0

Page 22: Beslishulp Beroerte

21

Dep

ression scale van

de HADS (H

ADSd

)

Ik voel mij trager:Bijna altijd 3Vaak 2Soms 1Helemaal niet 0

Ik heb geen interesse meer in mijn uiterlijk:Zeer zeker 3Niet zoveel als ik gewend ben 2Ik heb minder interesse dan nodig is 1Ik heb dezelfde interesse als voorheen 0

Ik kijk met plezier vooruit naar de dingen:Zo vaak als ik voorheen deed 0Eerder minder dan ik voorheen deed 1Zeker minder dan ik voorheen deed 2Nauwelijks 3

Ik kan genieten van een goed boek, radio- of tv-programma:Vaak 0Soms 1Niet vaak 2Héél af en toe 3

Totaal

Score depression scale van de HADS0 – 7 = Normal8 – 10 = Borderline abnormal

11 – 21 = Abnormal

Page 23: Beslishulp Beroerte

22

Glasgow Coma Scale (GCS)

Enkele opmerkingen� Een pijnprikkel wordt toegediend door met iets hards, b.v. een pen, op

het nagelbed te drukken, liefst aan beide handen van het slachtoffer. Als het slachtoffer aan één zijde van het lichaam niet reageert, wordt deprikkel aan de andere zijde toegediend (een halfzijdige verlamming ismogelijk).

� Bij twijfel tussen twee cijfers wordt het cijfer genomen dat overeenkomtmet de beste reactie.

� Er moet uiteraard rekening worden gehouden met storende factoren bijvoorbeeld gezwollen ogen, niet kunnen spreken door intubatie, gehoorgestoorden, anderstaligen, e.d. Als er niet gemeten kan worden,is er natuurlijk ook geen score. Dan laat men het vakje open of schrijftmen de reden waarom de reactie niet werd gemeten.

� Doel: inventariseren van bewustzijnsverlies of -vermindering in de eerste 48 uur na de beroerte. Met de GCS kan het bewustzijn worden weergegeven in een cijfer, van volkomen helder tot diep bewusteloos.

� Af te nemen op dag 2 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als score ≤ 8 (ongunstige prognose).

Glasgow

Com

a Scale (G

CS)

Page 24: Beslishulp Beroerte

23

Glasgow

Com

a Scale (G

CS)

Respon

sDetail

Score

Open

en van

de og

enGeen

Zelfs niet op

pijn

prikkels (supra-orbitale druk)

1Op pijnprikkel

Pijnprikkel o

p sternu

m/ lede

maten

/ supra-orbitale ran

d 2

Op spraak

Niet-specifieke respon

s, niet no

odzakelijk op

com

man

do3

Spon

taan

Oge

n op

en, n

iet no

odzakelijk be

wust

4

Motorische respon

sGeen

Op elk soort pijnprikkel; lede

maten

blijven slap

1Strekken

‘Ged

ecereb

reerd’, sch

oude

r in add

uctie

en en

dorotatie

, ond

erarm in

prona

tie2

Abn

ormaal b

uige

n‘G

edecortic

eerd’, scho

uder in

flex

ie/add

uctie

3Terugtrekken

De arm bew

eegt w

eg van

de pijnprikkel, scho

uder in

abd

uctie

4Lo

kaliseren

van

de pijn

De arm probe

ert de

sup

raorbitale/sternale pijnprikkel w

eg te du

wen

5Vo

lgt co

mman

do op

Volgt eenv

oudige

com

man

do’s op

6

Verbale respon

sGeen

Geen verbale reactie

1Onb

egrijpe

lijk

Kreu

nt/steun

t, geen woo

rden

2Misplaatst

Verstaan

baar, g

een vo

lledige

zinne

n3

Verw

ard

Reag

eert m

et con

versatie, m

aar verw

ard

4Geo

riënteerd

Besef v

an tijd

, plaats en

persoon

5

Totale score

(max

imaal 4

+ 6 + 5 = 15)

Page 25: Beslishulp Beroerte

24

Watersliktest Watersliktest

� Doel: nagaan of er sprake is van slikproblemen.� Af te nemen op dag 1 na de beroerte door de verpleging.� Signaal als antwoord = ja (kans op dehydratie en/of pneumonie,

sondevoeding instellen?)

Patiënt zit rechtop en wordt 3 keer een theelepeltje water toegediend. Na iedere toediening observeren/beoordelen: � Afwezigheid slikbeweging;� Water loopt uit de mond;� Patiënt verslikt zich, moet hoesten;� Patiënt spreekt met natte, borrelende stem.Uitkomst Ja/ Nee

Indien toediening van drie theelepels zonder problemen verloopt, patiënt vragen een half glas water te drinken. Beoordeel het voorkomen van dezelfde kenmerken: � Afwezigheid slikbeweging;� Water loopt uit de mond;� Patiënt verslikt zich, moet hoesten;� Patiënt spreekt met natte, borrelende stem.Uitkomst Ja/ Nee

Als één van de kenmerken optreedt is er sprake van slikproblemen.

Slikscreening zoals gepubliceerd in de CBO-richtlijn 2009; uitgewerkte versie van de Staff Swallowing Assessment (CODA 2000)

Page 26: Beslishulp Beroerte

25

Rompbalan

stest

� Doel: nagaan of de rompbalans verstoord is.� Af te nemen op dag 2 en 5 na de beroerte door de fysiotherapeut.� Signaal als antwoord = ja (ongunstige prognose).

Laat de patiënt op de rand van het bed zitten. Als de patiënt NIET in staat is om al dan niet met steun van de handen gedurende 30 seconden op derand van het bed te zitten, met de benen los van de grond, dan is er sprakevan een verstoorde rompbalans (antwoord ‘ja’).

Rompbalanstest

Page 27: Beslishulp Beroerte

26

Motricity In

dex sub

secties arm en been (MI) Motricity Index subsecties arm en been (MI)

Motricity Index subsectie arm� Doel: evalueren van willekeurige armbewegingen.� Af te nemen op dag 2 en 5 na de beroerte door de fysiotherapeut.� Signaal als score ≤ 27 (ongunstige prognose).

Activiteit arm:1. Pincetgreep: vasthouden van een blokje van 2,5 x 2,5 cm tussen

duim en wijsvinger2. Willekeurige elleboogflexie tot volledige flexie (ong.160 graden)3. Abductie van de schouder van 0 tot 90 graden

Totaal

Motricity Index subsectie been� Doel: evalueren van willekeurige beenbewegingen.� Af te nemen op dag 2 en 5 na de beroerte door de fysiotherapeut.� Signaal als score ≤ 27 (ongunstige prognose).

Activiteit been:4. Willekeurige dorsaalflexie van de enkel vanuit 0 graden flexie.5. Willekeurige extensie van de knie vanuit 90 graden flexie6. Willekeurige flexie van de heup vanuit 90 graden flexie

TotaalScores: zie schema Beoordeling test 2 t/m 6.

De Motricity Index van de arm is optelling van de scores op test 1, 2 en 3.

De Motricity index van het been is optelling van de scores op test 4, 5 en 6.

Scores: zie voor de eerste test het schema Beoordeling test 1, zie voor test 2en 3 het schema Beoordeling test 2 t/m 6.

Page 28: Beslishulp Beroerte

Beoordeling test 1:0 = geen beweging

11 = elke willekeurige beweging van vinger en/of duim19 = patiënt pakt het blokje, maar kan het niet optillen (tegen de

zwaartekracht in)22 = patiënt pakt het blokje, maar kan het niet stevig vasthouden26 = patiënt pakt het blokje, maar kan het minder stevig vasthouden dan

aan de niet-paretische zijde 33 = normale knijpkracht (in vergelijking met de niet-paretische zijde)

Beoordeling test 2 t/m 6:0 = geen beweging9 = willekeurige activiteit is palpabel maar geen beweging is zichtbaar

14 = willekeurige beweging is zichtbaar, maar niet over de hele bewegingsrange

19 = willekeurige beweging is over de hele bewegingsrange mogelijk, maar niet tegen weerstand

25 = willekeurige beweging is tegen weerstand in over de hele bewegings-range mogelijk maar zwakker dan aan de niet-paretische zijde

33 = normale kracht

27

Motricity In

dex sub

secties arm en been (MI)

Page 29: Beslishulp Beroerte

� Doel: nagaan of er sprake is van cognitieve stoornissen (oriëntatie, geheugen, aandacht, taal en visuoconstructie).

� Af te nemen op dag 2 tot 5 na de beroerte door de ergotherapeut.� Signaal als score ≤ 13 (veel cognitieve problemen, neuropsychologisch

onderzoek afnemen)*.� Signaal als score > 23 (sleutelzoektaak en kloktekentest afnemen)**.

* Als de score kleiner dan of gelijk is aan 13, dan zijn er ernstige cognitievestoornissen met gevolgen voor de prognose. Uitgebreid neuropsychologischonderzoek is dan geïndiceerd en dient zo mogelijk al in het ziekenhuis maarin ieder geval in het vervolgtraject te worden uitgevoerd.

** Als de MMSE-score groter is dan 23 (het bekende afkappunt voor deMMSE), dan zijn de gemeten cognitieve stoornissen mild of zelfs afwezig. De niet door de MMSE gemeten (cognitieve) stoornissen zoals neglect en de executieve functiestoornissen kunnen dan echter onopgemerkt toch aanwezig zijn. Daarom worden bij een score groter dan 23 de kloktekentesten de sleutelzoektaak afgenomen. Als het resultaat van die testen afwijkend is moet er bij de prognose en het bepalen van de ontslagbestemming rekening worden gehouden met mogelijk verminderde zelfstandigheid.

Algemene instructies� Zorg dat voor het starten van de afname de persoon tegenover u zit.

Beoordeel of iemand u verstaat en begrijpt middels eenvoudige vragenzoals ‘Wat is uw naam?’ Zorg dat de persoon de beschikking heeft overeventuele gehoorapparaten en brillen.

� Introduceer uzelf en probeer de persoon op zijn/haar gemak te stellen.Vraag toestemming om vragen te mogen stellen, zoals ‘Vindt u het goed dat ik u enige vragen over het geheugen stel?’. Dit kan helpen om paniekreacties te voorkomen.

� Stel iedere vraag maximaal 3 keer, tenzij anders aangegeven. Als de persoon geen antwoord geeft, scoor 0.

� Als de persoon incorrecte antwoorden geeft, scoor 0. Geeft geen hints,stel de vraag nogmaals. Accepteer het antwoord, stel de vraag niet opnieuw, geef geen suggesties of fysieke duidingen zoals hoofd schudden, enz.28

Mini-M

ental S

tatus Exam

ination (MMSE

) Mini-Mental Status Examination (MMSE)© RM Kok, FRJ Verhey, 2002

Page 30: Beslishulp Beroerte

� Benodigde hulpmiddelen zijn: een horloge, een pen, potlood/gum en papier. Een blaadje met hierop ‘sluit uw ogen’ in grote letters en de figuur is eveneens nodig.

� Als iemand vraagt ‘Wat zegt u’ geef geen uitleg of begin een gesprek,herhaal slechts dezelfde aanwijzing tot maximaal 3 keer.

� Als de persoon u onderbreekt met b.v. de vraag ‘Waar is dit voor’, antwoordt met ’Ik zal het u uitleggen over enkele minuten als we klaarzijn. Kunnen we nu alstublieft doorgaan, we zijn bijna aan het eind’.

1a. Welk jaar is het?1b. Welk seizoen is het?1c. Welke maand van het jaar is het?1d. Wat is de datum vandaag?1e. Welke dag van de week is het?Uitleg: Geef 10 seconden voor ieder antwoord. Alleen exact jaar is goed. Gedurende de laatste week van het oude seizoen, of de eerste week van het nieuwe seizoen reken beide seizoenen goed. Reken zowel 1 maart als 21 maart goed voor het begin van de lente, enzovoorts. Op de eerste 2 dagen van een nieuwe maand en laatste 2 dagen van de vorige maandreken beide maanden goed. Accepteer 2 dagen ernaast m.b.t. datum. Alleen exacte weekdag is goed.Score 0-5

2a. In welke provincie zijn we nu?2b. In welke plaats zijn we nu?2c. In welk ziekenhuis (instelling) zijn we nu?2d. Wat is de naam van deze afdeling?2e. Op welke verdieping zijn we nu? Uitleg:Geef 10 seconden voor ieder antwoord. Accepteer alleen exact goede antwoorden. Indien de patiënt niet opgenomen is vraag dan in welke instelling we zijn (bij de patiënt thuis: welke straat) en in welke kamer we zijn, in plaats van de naam van het ziekenhuis en de afdeling.Score 0-5

29

Mini-M

ental S

tatus Exam

ination (MMSE

)

Page 31: Beslishulp Beroerte

3. Ik noem nu 3 voorwerpen ‘appel, sleutel, tafel’. Wilt u die herhalennadat ik ze alle drie gezegd heb? Onthoud ze want ik vraag u over enkele minuten ze opnieuw te noemen.Uitleg: Zeg de woorden langzaam met een interval van ongeveer 1 seconde. Geef 1 punt voor ieder goed antwoord bij eerste poging. Geef 20 seconden voorhet antwoord. Als de persoon niet alle 3 voorwerpen genoemd heeft, herhaalze tot de persoon ze heeft geleerd tot een maximum 5 van herhalingenScore 0-3

4. Wilt u van de 100 7 aftrekken en van wat overblijft weer 7 aftrekkenen zo doorgaan tot ik stop zeg? of als het rekenen niet lukt:Wilt u het woord ‘worst’ achterstevoren spellen? Uitleg:Schrijf de antwoorden van de persoon op. Als iemand is begonnen -onder-breek niet- laat hem/haar doorgaan tot 5 aftrekkingen zijn gemaakt. Als depersoon stopt voordat 5 aftrekkingen zijn gemaakt herhaal maximaal 3 maalde oorspronkelijke instructie ‘blijf 7 aftrekken van wat er is overgebleven’.Scoringsvoorbeelden: 93, 86, 79, 72, 65 5 punten (allen goed)93, 88, 81, 74, 67 4 punten (4 goed, 1 fout)92, 85, 78, 71, 64 4 punten (4 goed, 1 fout)93, 87, 80, 73, 64 3 punten (3 goed, 2 fout)92, 85, 78, 71, 63 3 punten (3 goed, 2 fout)93, 87, 80, 75, 67 2 punten (2 goed, 3 fout)93, 87, 81, 75, 69 1 punt (1 goed, 4 fout)

Als het rekenen niet lukt ga dan over tot het achteruit spellen van het woord‘worst’. Reken van deze 2 opdrachten de hoogste score.Instructie; ‘Wilt u het woord “worst” achterstevoren spellen’? Geef 30 seconden de tijd hierbij. Als de persoon het woord “worst” niet kan spellen,zelfs niet met hulp, scoor dan 0.Scoringsvoorbeelden:ontbreken van 1 letter, b.v. tsrw, trow, tsow, tsro score 4ontbreken van 2 letters, b.v. tsr, sro, tsw score 3omkering van 2 letters, b.v. tsorw, trsow, tsrwo, tswor score 3ontbreken of omkeren van 3 letters, b.v. torsw, ts, ow score 2omkeren van 4 letters, b.v. trswo, strwo score 1Score 0-530

Mini-M

ental S

tatus Exam

ination (MMSE

)

Page 32: Beslishulp Beroerte

5. Noemt u nogmaals de drie voorwerpen van zojuist. Uitleg:Scoor 1 punt voor ieder goed antwoord, ongeacht de volgorde. Neem 20 seconden voor het antwoordScore 0-3

6. Wat is dit? En wat is dat? (Wijs een pen en een horloge aan). Uitleg:Scoor 1 punt voor ieder goed antwoord. Laat een horloge zien. Accepteer‘polshorloge’ of ‘horloge’, maar niet ’klok’ of ‘tijd’ o.i.d. Geef 10 secondenvoor het antwoord.Laat een pen zien. Accepteer alleen pen en niet bijvoorbeeld potlood. Geef 10 seconden voor het antwoord.Score 0-2

7. Wilt u de volgende zin herhalen: ‘Nu eens dit en dan weer dat’.Uitleg:Reken alleen het exacte antwoord goed.Score 0-1

8. Wilt u deze woorden lezen en dan doen wat er staat? papier met daarop in grote letters: ‘Sluit uw ogen’Uitleg: Geef papier met daarop ‘sluit uw ogen’. Als persoon alleen leest en de ogen niet sluit, herhaal maximaal 3 maal de zin ‘Wilt u deze woorden lezen en dan doen wat er staat’. Geef 10 seconden, geef alleen 1 punt als de persoon de ogen sluit. De persoon hoeft niet hardop voor te lezenwat er staat.Score 0-1

9. Wilt u dit papiertje pakken met uw rechterhand, het dubbelvouwenen het op uw schoot leggen? Uitleg:Herhaal deze opdracht niet. Geef 30 seconden. Scoor 1 punt voor iederecorrect uitgevoerde instructie.Score 0-3

31

Mini-M

ental S

tatus Exam

ination (MMSE

)

Page 33: Beslishulp Beroerte

10. Wilt u voor mij een volledige zin opschrijven op dit stuk papier? Uitleg: Geef 30 seconden. Scoor 1 punt als de zin een onderwerp en gezegde heeft en betekenis heeft. Negeer spellingsfouten.Score 0-1

11. Wilt u deze figuur natekenen?Uitleg:Leg de figuur, papier, pen of potlood en gum voor de persoon neer. Stameerdere pogingen toe tot de patiënt klaar is en het papier terug geeft.Scoor 1 punt voor een correct getekend diagram. De persoon moet eenvierhoek hebben getekend tussen twee vijfhoeken in. Maximaal toegestane tijd: 1 minuut. Score 0-1

Totaal

32

Mini-M

ental S

tatus Exam

ination (MMSE

)

Niet correct = 0 punten

Scoringsvoorbeelden:Correct = 1 punt

Page 34: Beslishulp Beroerte

33

Sleu

telzoe

ktaakSleutelzoektaak

� Doel: executieve functies beoordelen. � Af te nemen op dag 2 tot 5 na de beroerte door de ergotherapeut.� Signaal wanneer resultaat afwijkend (veiligheid laten checken door een

ADL-taak te laten observeren door de ergotherapeut en bij ontslag naar huis controleafspraak op korte termijn).

Voldoende = als de gete-kende route het gehelevierkant beslaat met parallel lopende cirkels of rechte lijnen (zie voor-beeld). Andere opties zijnniet voldoende adequaat.

Punten om op te letten en enkele voorbeelden:1 binnen komen2 eindigen3 ononderbroken4 parallel5 verticaal/horizontaal6 patronen7 gehele oppervlakte8 vinden van sleutel

Stelt u zich voor dat u opeen groot veld uw sleutelbent verloren (wijs op hetgrote vierkant). U staathier (wijs op de stip). Wiltu met potlood tekenenhoe u het veld op zougaan en hoe u zou lopenzodat u zeker weet dat ude sleutel vindt als hij erzou liggen.

foutgoed goed

Page 35: Beslishulp Beroerte

34

Klokteken

test Kloktekentest

� Doel: executieve functies beoordelen.� Af te nemen op dag 2 tot 5 na de beroerte door de ergotherapeut.� Signaal wanneer resultaat afwijkend (veiligheid laten checken door een

ADL-taak te laten observeren door de ergotherapeut en bij ontslag naarhuis controleafspraak op korte termijn).

Opdracht: Teken een wijzerplaat van een klok met de wijzers op 10 minuten over 11.

Ontbreken van één van de volgende punten is voldoende om de opdrachtals afwijkend te kwalificeren:� een ronde wijzerplaat;� (duidelijk) afleesbare tijd van 11.10 aan de hand van grote en

kleine wijzer;� symmetrische verdeling over de wijzerplaat (3,6,9,12 mag ook

mits goed verdeeld).

Page 36: Beslishulp Beroerte

35

Functional Ambulation Categ

ories (FAC)Functional Ambulation Categories (FAC)

� Doel: evalueren van de mate van zelfstandigheid van lopen.� Af te nemen op dag 2 en 5 na de beroerte door de fysiotherapeut.� Signaal bij score ≤ 2 (invloed op ontslagbestemming, opnameduur en

duur herstel)

Indien de patiënt een loophulpmiddel gebruikt, moet dit apart vermeld worden (bijvoorbeeld een enkel-voetorthese, ARJO-walker, rollator, elleboogkrukken, vierpoot of wandelstok). Wanneer de patiënt in een loopbrug loopt, wordt een nul gescoord.

Score Categorie Criterium

0 Niet of niet functioneel De patiënt kan niet lopen of heeft hierbijhulp nodig van twee of meer personen.

1 Afhankelijk (niveau 2) De patiënt heeft continu stevige onder-steuning nodig van een persoon om het gewicht te dragen en de balans te houden.

2 Afhankelijk (niveau 1) De patiënt heeft voortdurend of met tussenpozen hulp nodig bij het bewaren van de balans of de coördinatie.

3 Supervisie De patiënt heeft voor de veiligheid super-visie nodig van een persoon en behoeft hooguit verbale begeleiding tijdens het lopen. De patiënt heeft echter geen fysiekcontact nodig om te kunnen lopen.

4 Onafhankelijk beperkt De patiënt kan zelfstandig lopen op een vlakke ondergrond, maar kan niet veilig traplopen, hellingen nemen of op oneffen ondergronden lopen.

5 Onafhankelijk onbeperkt De patiënt kan zelfstandig lopen op een vlakke ondergrond, op oneffen onder-grond, op hellingen en kan traplopen.

De categorieën worden gescoord op een ordinale 6-puntsschaal (0-5 pts.).

Page 37: Beslishulp Beroerte

36

Stichting Afasie Ned

erland-schaal (SA

N) Stichting Afasie Nederland-schaal (SAN)

� Doel: signaleren van taal-/spraakstoornissen.� Af te nemen op dag 2 tot 5 na de beroerte door de logopedist.� Signaal als score ≤ 2 (effecten op (duur) herstel/prognose/beleid)

SAN-schaal

1 Geen communicatie door middel van taal mogelijk.2 Enige communicatie komt tot stand door fragmentarische uitingen van

de patiënt. De onderzoeker moet veelvuldig vragen stellen en radennaar wat bedoeld wordt. Over een beperkt aantal onderwerpen kanmen met elkaar spreken. De onderzoeker moet het gesprek vollediggaande houden.

3 Met hulp van de onderzoeker is een gesprek mogelijk over enkele alledaagse dingen. Vaak lukt het de patiënt niet de bedoeling over te brengen, maar patiënt en onderzoeker houden samen het gesprekgaande.

4 Bijna zonder hulp of geheel zonder hulp kan de patiënt een gesprekvoeren over bijna alle alledaagse dingen. De beperkingen in het uitenen/of verstaan van taal maken echter een gesprek over bepaalde onderwerpen moeilijk of onmogelijk.

5 In vloeiend spreken en/of in het verstaan van taal schiet de patiënt merkbaar tekort, zonder dat dit het uiten van gedachte of de manier van uitdrukken duidelijk beperkt.

6 Nauwelijks waarneembare moeilijkheden met de taal. Het is mogelijk dat de patiënt zelf moeilijkheden ervaart, die de onderzoeker niet ofnauwelijks opvallen.

7 De spraak en het taalbegrip zijn normaal.

Page 38: Beslishulp Beroerte

37

Thuissituatie

Woning Is de woning geschikt voor de patiënt om thuis te verblijven, alof niet met improvisaties?

Draagkracht naaste(n)Is partner/familielid/naaste fysiek en mentaal voldoende belastbaar om ondersteuning te kunnen leveren?

Bereidheid en Beschikbaarheid PartnerIndien het ten tijde van ontslag nodig is, is partner/familielid/naaste dan bereid om bij de verzorging, huishoudelijke taken of emotionele problemen ondersteuning te leveren, en is hij/zij hier ook in voldoende mate voor aanwezig? Ja / Nee

Ja / Nee

Ja / Nee

Thuissitua

tie

� Doel: thuissituatie en draagkracht partner/familie in kaart brengen.� Vragen te stellen op dag 2 tot 5 na de beroerte door de verpleging.� Signaal wanneer woning ongeschikt, partner/familie onvoldoende

draakracht of partner/familie niet bereid en beschikbaar (mogelijke invloed op ontslagbestemming).

Page 39: Beslishulp Beroerte

38

Overdrachtsformulier, eindresultaat van de Applicatie Beslishulp Beroerte. Als depatiëntgegevens en de scores van de tests zijn ingevuld, wordt een formulier sa-mengesteld met alle gegevens, aanvullingen en conclusies. Dit formulier kan opéén A4-pagina worden uitgeprint. (Zie ook invoerscherm applicatie op pg. 4.)

Page 40: Beslishulp Beroerte

39

Werken met de Applicatie Beslishulp

Beroerte van Syncope

De Applicatie Beslishulp Beroerte bevat alle tests die afgenomen kunnen worden en leidt u daarnaast ook door het proces van afnemen heen. Afhan-kelijk van uw antwoorden worden er automatisch andere velden gevuld ofworden tests zichtbaar die alleen bij een bepaald antwoord ingevuld dienente worden. Witte vlaggetjes geven aan of tests zijn ingevuld en rode vlag-getjes geven aan dat de uitkomst van de test negatieve gevolgen heeft voorde totale uitslag van de test. Hierdoor krijgt de invuller alleen maar die tests te zien die ook ingevuld dienen te worden, hetgeen de efficiëntie ten goedekomt. Het tonen van het totaal aantal rode vlaggetjes helpt de arts om eenconclusie te formuleren. Een verslag van de test is uit te printen op één A4-pagina en kan zo nodig ook opgeslagen worden binnen MS Word. Dit overzichtelijke verslag kan gebruikt worden tijdens een multidisciplinairoverleg. Voor aanvullende informatie, bijvoorbeeld bij doorverwijzing, kunt u naast het testverslag ook drie vrije tekstvelden gebruiken waarvan u zelf dekop kunt bepalen.

InstallatieHet programma is gebouwd op het platform MS Acces en kenmerkt zich dooreen eenvoudige installatie. Een installatie van MS Acces op het werkstationvan de gebruiker is wenselijk, maar niet noodzakelijk. Indien er geen licentievan MS Acces aanwezig is, kan de applicatie toch gebruikt worden door installatie van de MS Acces Runtime. Deze wordt met de applicatie meege-leverd. De applicatie werkt vanaf MS Acces 2000, maar aanbevolen wordt versie 2003 of 2007. De runtimeversie kan eventueel naast een bestaande versie geïnstalleerd worden. Voor de installatie van MS Acces Runtime verschijnt nà de installatie van de Applicatie Beslishulp Beroerte een keuze-scherm. In het formulier op de pagina hiernaast is bijvoorbeeld gekozen voor: aanvullingen door fysiotherapeut en ergotherapeut.

Page 41: Beslishulp Beroerte

Over Syncope De Applicatie Beslishulp Beroerte is ontwikkeld door Syncope BV. Syncope iseen bedrijf dat zich bezig houdt met het bouwen van software, het ontsluitenvan managementinformatie in dashboards en analysetools, en het leveren vanprojectleiding (op het gebied van planning, zorglogistiek, informatiemanage-ment, ICT) en interim management. Doordat medewerkers ook daadwerkelijkin de zorg actief geweest zijn kunnen zij goed met u meedenken en u praktijk-gericht adviseren. Naast de registratie van meetinstrumenten voor beroertebouwt Syncope ook op maat gemaakte applicaties voor andere meetinstru-menten die eenvoudig te installeren zijn. Meer informatie vindt u opwww.syncope.nu.

DownloadenDe applicatie is te downloaden op www.syncope.nu/beslishulp beroerte. Hier staan ook de instructies.

VragenVragen over de applicatie kunt u mailen naar [email protected]. Inhoudelijke vragen over de tests kunt u mailen naar [email protected]. Deze vragen zullen periodiek besproken worden door leden van de WCN en medewerkers van het Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht, het onderzoeks- en innovatiecentrum van Revalidatiecentrum De Hoogsraat en UMC Utrecht.

40

Page 42: Beslishulp Beroerte

Project1_Opmaak 1 25-03-10 15:39 Pagina 2