Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040 - hoofdrapport...2 2 Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040...
Transcript of Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040 - hoofdrapport...2 2 Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040...
1
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
Jaco van MeijerenMaaike SnelderTariq van Rooijen
Bart Egeter
Hoofdrapport – Juni 2010
2
Hoofdrapport - Juni 2010Bereikbaarheidsvisie Mainports 20402
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Inleiding
• Wegen
• Spoor
• Binnenvaart
• Conclusies
Dit rapport betreft het hoofdrapport van deze studie, daarnaast is er een achtergrondrapport waarin de uitgangspunten, de methode en de conclusies nader worden toegelicht.
3
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20403
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Uitgangspunt:
De Nederlandse mainports moeten optimaal bereikbaar zijn om in 2040 tot de meest vitale mainports van Europa te
behoren.
• Doel:
Visie op de landzijdige bereikbaarheid van de mainports Rotterdam en Schiphol voor het zichtjaar 2040.
• De opdracht:
Het ontwikkelen van één bereikbaarheidsvisie voor beide mainports Schiphol en Rotterdam.
Hoofdrapport - Juni 2010
4
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20404
Mainports: waarom apart bekijken?
• Landzijdige bereikbaarheid van de mainports is een vitaal nationaal belang, dat niet optimaal tot zijn recht komt binnen de regionale context
• Mainportgebonden verkeer heeft een specifieke samenstelling:• verkeer over relatief lange afstand
(bovenregionaal, internationaal);• groot aandeel zakelijk verkeer;• groot aandeel goederenverkeer.
Hoofdrapport - Juni 2010
Mainports: waarom apart bekijken?
De mainports vormen een vitaal economisch belang voor Nederland. Het bovenregionale belang van de mainports en van het mainportgebonden verkeer vragen om een speciale aanpak. Deze aanpak is specifiek gericht op de samenstelling van het mainport gerelateerde verkeer (lange afstand, groot aandeel zakelijk personenvervoer, groot aandeel goederenvervoer). De studie richt zich op dit verkeer en maakt inzichtelijk welke netwerkkwaliteit en welke maatregelen voor dit verkeer nodig zijn.
De visie op de bereikbaarheid van de mainports kan als input dienen in regionale bereikbaarheidsstudies zodat het bovenregionale mainport belang ook binnen de regionale context beter meegenomen wordt.
Deze studie kan beschouwd worden als een eerste stap op weg naar een nationale bereikbaarheidsvisie, waarin vanuit nationaal perspectief de bereikbaarheid van alle knooppunten van nationaal belang systematisch en in onderling verband bekeken wordt.
5
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20405
Aard van de studie
• Visievormend, op basis van logische analyse, met notie van kwantiteiten;
• De visie biedt een mogelijke uitwerking (het is geen plan) zonder dat deze kwantitatief of financieel wordt getoetst;
• Gericht op kwaliteit en structuur van netwerken vanuit het perspectief van de mainports Schiphol en Rotterdam;
• Focus op bovenregionale bereikbaarheid, inclusief toegang mainports, voor de lange termijn met zichtjaar 2040;
• Verder bouwen op maatregelen om de doorstroming te verbeteren (zoals maatregelen in de MobiliteitsAanpak);
• Wegennet: ontwikkeling van visie op robuuste netwerkstructuur, toegesneden op bereikbaarheid mainports;
• Spoor en binnenvaart: specifieke aandachtspunten.
Hoofdrapport - Juni 2010
Aard van de studie
De studie richt zich op de kwaliteit en structuur van de netwerken vanuit het perspectief van de mainports Schiphol en Rotterdam. Vanwege het belang van de bovenregionale stromen van en naar de mainports heeft deze studie een onderscheidende insteek ten opzichte van veel andere studies: naast aandacht voor de lokale en regionale stromen ligt de nadruk op de bovenregionale stromen van en naar de mainports (inclusief de toegang tot de mainports).
Bij de functionele analyse en het netwerkontwerp speelt het mainport perspectief en het bovenregionale perspectief een belangrijke rol. Het is goed te bedenken dat vanuit een ander perspectief (lokaal, regionaal of nationaal voor geheel Nederland) wellicht andere keuzes gemaakt zouden worden.
6
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20406
Toekomstvastheid
• Robuust voor verschillende toekomsten: diversiteit faciliteren;
• Padafhankelijkheid: voortbouwen op bestaande sterkten;
• Infrastructuur niet alleen vraagvolgend, maar ook richtinggevend voor ruimtelijk-economischeontwikkelingen.
Hoofdrapport - Juni 2010
Omgaan met onzekerheid
Deze bereikbaarheidsvisie is zodanig opgezet dat deze robuust is voor verschillende toekomsten. Dit betekent dat het netwerkontwerp voor verschillende mogelijke toekomsten een goede bereikbaarheidskwaliteit moet realiseren. We pinnen ons dus niet vast op één toekomstscenario, maar bieden juist een bereikbaarheid die ruimte biedt aan een diversiteit van ontwikkelingen. Hierbij wordt uitgegaan van bestaande sterkten van de mainports en van de netwerken en wordt bekeken waar, of en hoe het netwerk kan worden verbeterd.
Belangrijk uitgangspunt daarbij is, dat de structuur en de kwaliteit van verkeersnetwerken in sterke mate bepalend is voor ruimtelijk-economischeontwikkelingen. Infrastructuur is dus niet (alleen) volgend aan sociaal-economischeontwikkelingen. Door aanleg van nieuwe infrastructuur en/of opwaardering van bestaande infrastructuur kunnen juist ook nieuwe ruimtelijk-economischeontwikkelingen ontstaan.
7
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20407
Maatgevende functiesvoor eisen aan netwerkstructuur
Schiphol
Zakelijk personenverkeer
(bovenregionaal)
Snelle, betrouwbarehoofdroutes van/naar zakelijkehotspots
Rotterdam
Containervervoer
(bovenregionaalen internationaal)
Betrouwbare hoofdroutesvan/naar logistieke hotspots en buitenlandse corridors
De functionele analyse en het ontwerp richten zich specifiek op dezetwee maatgevende functies. Als de netwerkkwaliteit voor deze tweefuncties goed is, is de netwerkkwaliteit ook goed voor andere functies.
Hoofdrapport - Juni 2010
Maatgevende functies voor eisen aan wegenstructuur
De netwerken die de bereikbaarheid van de mainports waarborgen, moeten een groot aantal functies vervullen, en dus ook aan vele verschillende eisen voldoen. Voor het bepalen van de benodigde netwerkkwaliteiten is uitgegaan van twee maatgevende functies. Deze functies stellen de zwaarste eisen aan de netwerkkwaliteit. Als de netwerken voldoen aan de eisen van deze maatgevende functies, voldoen zij ook aan de andere functies.
Voor Schiphol gaat het primair om zakelijk personenverkeer (bovenregionaal) waarvoor snelle en betrouwbare hoofdroutes van en naar de zakelijke hotspots van belang zijn.
Voor Rotterdam gaat het primair om containervervoer (bovenregionaal en internationaal). Voor het containervervoer zijn betrouwbare hoofdroutes van en naar de logistieke hotspots en buitenlandse corridors een belangrijke kwaliteitseis.
8
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20408
Zakelijkehotspots
Nationale ruimtelijkehoofdstructuur meteconomische kerngebieden(gebieden binnen zwarte lijnen)
Bron: Atlas hoofdwegennet, AVV, 2006
Hoofdrapport - Juni 2010
Zakelijke hotspots, economische kerngebieden
Op basis van de economische kerngebieden is nagegaan wat belangrijke zakelijke hotspots zijn in Nederland en de directe buurlanden. De zakelijke hotspots zijn:- Regio Amsterdam, regio Utrecht en regio Rotterdam;- Regio Bergen op Zoom, Breda, Tilburg, Eindhoven en ‘s-Hertogenbosch;- Regio Antwerpen, Brussel en Gent;- Regio Maastricht, Luik en Aken;- Het Roergebied;- Regio Arnhem en Nijmegen;- Regio Enschede, Hengelo en Almelo;- Regio Groningen.
Deze gebieden moeten primair goed met Schiphol verbonden zijn. Secundair is ook een goede verbinding met Rotterdam van belang.
9
Bereikbaarheidsvisie Mainports 20409
Venlo
Schiphol
Amsterdam
Rotterdam
Den Bosch/
Oss/Veghel
TilburgRoosendaal
Moerdijk
Utrecht
Breda/ Oosterhout
Logistieke hot spot van internationaal belang
Logistieke hot spot van nationaal belang
Multimodale overslag
White spot; potentiële logistieke hot spot
Internationale transport corridors
Nationale transport corridorsLogistiekehotspots
Bron: Overzicht netwerklogistieke hotspots in Nederland,TNO, oktober 2009
Hoofdrapport - Juni 2010
Logistieke hotspots
Belangrijke logistieke hotspots in Nederland zijn in volgorde van belang: - Groot-Rijnmond; - Groot-Amsterdam;- West-Noord-Brabant (Moerdijk, Breda);- Noord-Limburg (Venlo);- Noordoost-Noord-Brabant (Den Bosch);- Utrecht;- Midden-Noord-Brabant (Tilburg);- Zuidoost-Zuid-Holland (Dordrecht);- Twente;- Zuidoost-Noord-Brabant (Eindhoven).
Qua logistieke hotspots is er een duidelijke concentratie zichtbaar in Midden en Zuid Nederland. In Noord Nederland komen geen logistieke hotspots voor.
Deze gebieden moeten primair goed met Rotterdam verbonden zijn. Secundair is ook een goede verbinding met Schiphol van belang.
10
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204010
“Optimale bereikbaarheid”: hoe?
• Bereikbaarheid mainports via drie modaliteiten • Weg;• Spoor;• Binnenvaart.
• Per modaliteit • Netwerk van primaire hoofdroutes;• Met een uitstekende kwaliteit;• Toegesneden op het mainportgebonden verkeer.
• Robuustheid• Zoveel mogelijk functiebehoud bij calamiteiten.
Hoofdrapport - Juni 2010
“Optimale bereikbaarheid”: hoe?
De wens tot een “optimale bereikbaarheid” van de mainports wordt vertaald in drie kernelementen:
- Uitstekende bereikbaarheid via alle relevante modaliteiten, want:- Bereikbaarheid via verschillende modaliteiten is een belangrijke vestigingsplaatsfactor; - Bereikbaarheid via verschillende modaliteiten biedt keuzemogelijkheden en faciliteert dus diversiteit;- De sterke punten van elke modaliteit kunnen benut worden;- De modaliteiten kunnen dienen als elkaars backup.
- Per modaliteit: een selectief netwerk van primaire hoofdroutes- Binnen elke modaliteit wordt een beperkt aantal routes geselecteerd als “primaire hoofdroute”. Dit netwerk van primaire hoofdroutes biedt een uitstekende kwaliteit, toegesneden op het mainportgebonden verkeer, en waarborgt zo een uitstekende bereikbaarheid van de mainports, die past bij het vitale economische belang van de mainports voor Nederland.
-Robuustheid:- Zoveel mogelijk overeind houden van de bereikbaarheid van de mainports, ook bij calamiteiten. Dit wordt op de volgende sheet verder toegelicht.
11
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204011
Robuustheid
Hoe?
• Verkeersrobuustheid: goede doorstroming – voldoende restcapaciteit wegvakken en knooppunten onder reguliere omstandigheden;
• Netwerkrobuustheid: alternatieve routes van vergelijkbare kwaliteit bij incidentele situaties;
• Modale robuustheid: alternatieve modaliteiten.
Hoofdrapport - Juni 2010
Robuustheid
Er worden verschillende vormen van robuustheid onderscheiden:
- Bij verkeersrobuustheid gaat het om het vermogen van schakels en knooppunten in het netwerk om tot op zekere hoogte kleine schommelingen in de verkeersvraag en –aanbod te kunnen opvangen. Dit betekent dat er voldoende restcapaciteit op de wegvakken moet zijn om de doorstroming ook bij (kleinschalige) incidenten redelijk op peil te houden.
- Netwerkrobuustheid wil zeggen: het bieden van alternatieve routes bij incidenten of calamiteiten. Als een deel van het netwerk geheel of gedeeltelijk uitvalt, is het nodig dat er alternatieve routes beschikbaar zijn van vergelijkbare kwaliteit en capaciteit waardoor de gewenste verplaatsingen toch gemaakt kunnen worden.
- Modale robuustheid gaat over de beschikbaarheid van verschillende vervoerswijzen voor een verplaatsing, waardoor de verschillende modaliteiten als elkaars backup kunnen dienen. Dit kan in serie waarbij overgestapt wordt van de ene op de andere vervoerswijze of parallel waarbij alternatieve vervoerswijzen beschikbaar zijn voor de gehele verplaatsing.
12
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204012
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Inleiding
• Wegen
• Spoor
• Binnenvaart
• Conclusies
Hoofdrapport - Juni 2010
13
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204013
Componenten visie wegennet
• Selectie van een beperkt aantal primaire routes, met een uitstekende kwaliteit toegesneden op de bereikbaarheid van de mainports;
• Robuustheid (zoveel mogelijk functiebehoud bij incidenten en calamiteiten).
• Voorstellen tot verbeteren netwerkstructuur (nieuwe verbindingen);
Hoofdrapport - Juni 2010
Componenten visie wegennet
De visie van het wegennet bestaat uit drie componenten:
- Een selectie van primaire routes waarop de doorstroming van en naar de mainports gegarandeerd wordt. Autonoom gaat de bereikbaarheidskwaliteit achteruit. Daarom is het nodig op de primaire routes maatregelen te nemen om een uitstekende kwaliteit toegesneden op de bereikbaarheid van de mainports te realiseren;
- Robuustheid van zowel de primaire routes (verkeersrobuustheid), door middel van het bieden van alternatieve routes in het netwerk (netwerkrobuustheid) als door de beschikbaarheid van verschillende vervoerswijzen voor dezelfde verplaatsing (modale robuustheid).
- Voor de selectie van de primaire routes en de alternatieve routes is in eerste instantie uitgegaan van het huidige netwerk inclusief een aantal projecten waarvan verwacht wordt dat deze op termijn gerealiseerd worden. Vervolgens is bekeken welke verbeteringen van de netwerkstructuur mogelijk zijn door middel van nieuwe verbindingen en/of opwaardering van infrastructuur. De nieuwe verbindingen en/of opwaardering van infrastructuur kunnen leiden tot nieuwe primaire en alternatieve routes.
14
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204014
Uitstekende kwaliteit op selectie van primaire routes
• Fysiek ontvlechten van doorgaand en regionaal verkeer waar nodig:
• vooral in stedelijke regio’s met veel op-/afritten en groot aandeel lokaal en regionaal verkeer;
• Beprijzen (via welke techniek dan ook);
• Daarvoor in ruil: een hoog serviceniveau (naast infrastructurele maatregelen ook andere maatregelen).
Hoofdrapport - Juni 2010
Uitstekende kwaliteit op primaire routes
Het hoofdwegennet heeft zich in de loop van de afgelopen decennia steeds verder ontwikkeld tot een netwerk dat vele verschillende functies tegelijk vervult. Het hoofdwegennet dient al lang niet meer alleen de oorspronkelijke functie, het bieden van verbindingen tussen steden en regio’s op nationale schaal. Onder invloed van sterke uitbreiding van het verstedelijkt gebied, de (gemiddeld) afgenomen inwonersdichtheid in stedelijk gebied en de (door specialisatie, schaalvergroting en ruimtelijke spreiding) sterk toegenomen verplaatsingsafstanden, heeft het hoofdwegennet steeds meer de rol gekregen van stedelijk en regionaal hoofdwegennet, met bijbehorende grote stromen over relatief korte afstand. Deze ontwikkeling heeft er, met name in de (brede) Randstad, toe geleid dat de oorspronkelijke nationale verbindingsfunctie steeds meer in het gedrang is geraakt.
Voor een optimale bereikbaarheid van de mainports is het cruciaal dat de nationale verbindingsfunctie weer een eigen plaats krijgt naast het massale stadsregionale verkeer. Daartoe wordt een beperkt aantal primaire routes geselecteerd, waarop een uitstekende kwaliteit wordt geboden die past bij het vitale economische belang van de mainports en bij de aard van het mainportgebonden verkeer: veel zakelijk en goederenverkeer over relatief lange (bovenregionale en internationale) afstanden.
Om deze optimale bereikbaarheid te realiseren zijn drie zaken noodzakelijk- het betrachten van selectiviteit: alleen door het aantal primaire routes beperkt te houden, is de gewenste kwaliteit te realiseren;- het fysiek ontvlechten van doorgaand en regionaal verkeer waar dat nodig is, zodat het mainportgebonden verkeer niet ‘vastloopt’ in massale regionale en stedelijke verkeersstromen. Dit ontvlechten is vooral noodzakelijk in sterk verstedelijkte regio’s met, veel op- en afritten en een groot aandeel stedelijk en regionaal verkeer;- het beprijzen van de primaire routes, in welke (technische) vorm dan ook, met een prijsniveau dat past bij de geboden/gewenste kwaliteit.
15
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204015
Voorbeelden serviceniveau op primaireroutes
• Geen files in reguliere situatie door middel van voldoende capaciteit, adequaat prijsniveau, buffers en toeritdosering;
• Weinig op- en afritten (minimaliseren interferentie met regionaal en lokaal verkeer), daartoe ontvlechten waar nodig (met name in verstedelijkte regio’s);
• Standaard 120 km/uur (wellicht met uitzondering van dedicated vrachtroutes), op andere (snel)wegen (niet-primaire routes) 100 km/uur;
• Vrachtwagens mogen standaard inhalen op de primaire routes van en naar de mainportRotterdam;
• Verkeersmanagement en grensoverschrijdende verkeersinformatie (België en Duitsland);
• Hoogwaardig incidentmanagement;
• Onderhoudsarme wegen (hogere ontwerpstandaard, lagere onderhoudsfrequentie);
• Invoering innovaties zoals dedicated lanes voor automatisch vervoer of invoering van systemen die rijtaken overnemen;
• Drie sterren verzorgingsplaatsen op regelmatige afstanden.
Hoofdrapport - Juni 2010
Voorbeelden serviceniveau op primaire routes
Met een hoog serviceniveau wordt bedoeld dat in reguliere situaties filevrij en met hoge snelheid over de primaire routes gereden kan worden. Dit wordt gerealiseerd door middel van voldoende capaciteit, een adequaat prijsniveau, buffers, toeritdosering en minimale interferentie met lokaal en regionaal verkeer door ontvlechten in verstedelijkte regio’s. Daarnaast bestaat deze service uit hoogwaardige verkeersinformatie en verkeersmanagement. Om vertragingen als gevolg van verstoringen te minimaliseren zal het incidentmanagement van topkwaliteit zijn. Tevens worden op het primaire netwerk innovaties ingevoerd zoals dedicated lanes en systemen die de rijtaken overnemen.
16
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204016
Robuustheid wegennet
• Voldoende restcapaciteit op primaire hoofdroutes;
• Alternatieve routes
• Buiten Randstad:
• altijd minimaal één alternatieve route van autosnelwegkwaliteit;
• Binnen Randstad:
• robuuste randstadring (A4, A2/A9, A12);
• reservecapaciteit onderliggend net.
Hoofdrapport - Juni 2010
Robuustheid wegennet
De robuustheid van het wegennet kan gerealiseerd worden door:
- Het creëren van voldoende restcapaciteit op de primaire hoofdroutes zodat bij (kleinschalige) verstoringen en calamiteiten de doorstroming op de primaire hoofdroutes redelijk op peil blijft;
- Het creëren van kwalitatief goede alternatieven voor situaties waarbij grootschalige verstoringen en calamiteiten optreden;
- Buiten de Randstad: altijd minimaal één alternatieve route vanautosnelwegkwaliteit;
- Binnen de Randstad: een robuuste Randstadring in combinatie metreservecapaciteit op het onderliggend wegennet.
• kaartje Primaire routes wegennetvan en naar de MainportsSchiphol en Rotterdam
Overzicht primaire routes, alternatieve routes en internationale aansluitingen(lichtblauw)
Huidig netwerk inclusief verwachte projecten
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204017 Hoofdrapport - Juni 2010
Primaire routes wegennet van en naar de mainports Schiphol en Rotterdam
De primaire routes voor het zakelijke verkeer van en naar Schiphol zijn:- A4-A16 naar Den Haag, Rotterdam en Antwerpen;- A2 naar Utrecht, ‘s-Hertogenbosch en Eindhoven;- A2-A12 naar Arnhem en Nijmegen;- A6 richting Lelystad en verder;- A1 richting Amersfoort en verder.
Deze selectie is zodanig gemaakt dat Schiphol via primaire routes verbonden is met de zakelijke hotspots in Nederland die voor Schiphol van belang zijn.
Belangrijke primaire routes voor Rotterdam zijn: - A4 naar Amsterdam;- A15 naar Arnhem en Duitsland;- A15/A12/A1 naar Twente en Duitsland;- A16 naar België;- A16/A58 naar Brabant en Duitsland
Deze selectie is zodanig gemaakt dat Rotterdam via primaire routes verbonden is met de logistieke hotspots in Nederland die voor Rotterdam van belang zijn.
Conclusies functionele analyse primaire en alternatieve routes wegennet
• Zeer kwetsbare toegangen mainport• Schiphol afhankelijk van één afrit van de A4;• Rotterdam afhankelijk van één hoofdroute, de A15/N15;
• Zeer beperkt aantal routes door Randstad, sterke bundeling van verkeersstromen, maximale functiemenging, stedelijke passages
• A4-A16: zakelijk én goederen;• A2: essentiële zakelijke as;
• Primaire toeleidende routes:• robuust op niveau gehele route• kwetsbaar op regionaal/lokaal niveau
• Internationale corridors:• Roergebied voldoende alternatieve routes, andere richtingen
weinig alternatieve routes
• Suboptimaal verdeelsysteem oost-west-routes• A15, A12, A1
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204018 Hoofdrapport - Juni 2010
Fuctionele analyse primaire en alternatieve routes wegennet
Op basis van een functionele analyse van het wegennet wordt het volgende geconstateerd:
- De toegang van de mainports is zeer kwetsbaar. Zowel Schiphol (met één afrit van de A4) en Rotterdam (met één belangrijke hoofdroute naar het havengebied) zijn afhankelijk van één belangrijke ontsluiting zonder dat er goede alternatieven zijn.
- Binnen de Randstad is een beperkt aantal alternatieve routes. Bovendien is op deze routes sprake van sterke bundeling van verkeersstromen, maximale functiemenging (lokaal, regionaal en bovenregionaal) en stedelijke passages.
- De primaire toeleidende routes van en naar de Randstad zijn robuust, de routes worden kwetsbaar binnen de Randstad en bij de toegang tot de mainports.
- De internationale corridors zijn robuust voor de route van en naar het Roergebied waar verschillende alternatieve routes mogelijk zijn. Routes van en naar andere richtingen zijn niet robuust omdat er niet of nauwelijks alternatieven zijn.
- Vanuit Duitsland (via Arnhem of Twente) is er geen goed verdeelsysteem over de A15, A12 en A1. Of Arnhem of Utrecht moet gepasseerd worden hetgeen vanuit verwachte congestie niet wenselijk is.
19
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204019
Bereikbaarheidsvisie wegennet vanuit mainportperspectief
Variant 1
Nieuwe tracés“buitenom”voordoorgaandverkeer
VerbindingA4 – A16 via A14 en verbindingA15 – A1 viaA30-zuid
A12
A16
A4
A15
A1
A58
A67
A4
A6
A1
A2
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
A14 A30
A59
Hoofdrapport - Juni 2010
Bereikbaarheidsvisie wegennet vanuit mainportperspectief – variant 1
Deze kaart geeft het eindbeeld van de bereikbaarheidsvisie op het wegennet vanuit mainportperspectief.
In de kaart zijn zowel de primaire routes, de alternatieve routes en nieuwe verbindingen opgenomen. In de visie wordt er vanuit gegaan dat: - maatregelen genomen worden om de doorstroming op het primaire netwerk te garanderen
(beprijzen in combinatie met een zeer hoog serviceniveau);- maatregelen genomen worden om de doorstroming op alternatieve routes bij incidentele
situaties te garanderen (o.a. dimensionering knooppunten);- maatregelen genomen worden om nieuwe verbindingen te realiseren.
Specifiek voor de Randstad betekent dit dat in deze visie uitgegaan wordt van zowel het creëren van een robuuste Randstad ring als van een back-up van het onderliggend wegennet.
In deze kaart zijn twee tracés opgenomen voor doorgaand verkeer buiten stedelijke gebieden om waardoor mening met lokaal en regionaal verkeer grotendeels wordt vermeden. Het gaat om de tracés A30-zuid voor de verbinding A15 – A1 en om de A14 voor de directe verbinding A16 – A4.
In deze visie gaat het bij de nieuwe verbindingen om ontbrekende schakels in het primaire netwerk. Op de kaart zijn mogelijke tracés voor deze verbindingen ingetekend. Zo is de verbinding tussen de A59 en de A58 nodig voor een nieuwe route van de mainportRotterdam naar Brabant. In de kaart is voor de nieuwe verbinding de A59 recht doorgetrokken naar de A16. Een andere mogelijkheid is om de A59 direct aan te sluiten op de A58. In deze studie gaat het meer om het belang van de nieuwe verbindingen dan om de exacte invulling van de nieuwe verbindingen.
20
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204020
Variant 2
Uitbouw / ontvlechtenroutes door stedelijkgebied
VerbindingA4 – A16 viaA13 en A13/A16en verbindingA12 – A1 viaA50
Bereikbaarheidsvisie wegennet vanuit mainportperspectief
A12
A2
A16
A4
A15
A1
A58
A67
A4
A6
A1
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
Bereikbaarheidsvisie wegennet vanuit mainportperspectief – variant 2
Deze kaart geeft het eindbeeld van de bereikbaarheidsvisie op het wegennet vanuit mainportperspectief.
In de kaart zijn zowel de primaire routes, de alternatieve routes en nieuwe verbindingen opgenomen. In de visie wordt er vanuit gegaan dat: - maatregelen genomen worden om de doorstroming op het primaire netwerk te garanderen (beprijzen in combinatie met een zeer hoog serviceniveau);- maatregelen genomen worden om de doorstroming op alternatieve routes bij incidentele situaties te garanderen (o.a. dimensionering knooppunten);- maatregelen genomen worden om nieuwe verbindingen te realiseren.
Specifiek voor de Randstad betekent dit dat in deze visie uitgegaan wordt van zowel het creëren van een robuuste Randstad ring als van een back-up van het onderliggend wegennet.
In deze kaart zijn twee tracés opgenomen voor doorgaand verkeer met uitbouw capaciteit en ontvlochten rijbanen om menging met lokaal en regionaal verkeer te voorkomen. Het gaat om de tracés A50 voor de verbinding A15 – A1 en om de A13/16 en A13 voor de directe verbinding A16 – A4.
Interactie netwerk en ruimtelijk-economischeontwikkelingen
• Meerwaarde netwerk met onderscheid primaire routes, alternatieve routes en het overige netwerk: door selectiviteit mogelijkheid om uitstekende kwaliteit op primaire routes te bieden.
• Door verbetering kwaliteit netwerk primaire routes ontstaat interactie tussen het netwerk en ruimtelijk-economische ontwikkelingen.
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204021 Hoofdrapport - Juni 2010
Interactie netwerk en ruimtelijk-economische ontwikkelingen
Een belangrijke meerwaarde van een netwerk met onderscheid naar primaire routes , alternatieve routes en het overige netwerk is dat het door selectiviteit mogelijk is beperkte middelen zodanig in te zetten dat een uitstekende kwaliteit geboden kan worden die past bij het vitale economische belang van de mainports en bij de aard van het mainportgebondenverkeer.
Door verbetering van het netwerk ontstaat interactie tussen het netwerk en ruimtelijk economische ontwikkelingen. De uitstekende kwaliteit op de primaire routes leidt tot kortere en meer betrouwbare reistijden waarbij tevens een hoog serviceniveau geleverd wordt. Hierdoor verbeteren vestigingsplaatsfactoren en wordt de catchment area van de mainportsvergroot. Als gevolg hiervan ontstaan extra activiteiten en nieuwe activiteiten langs de primaire routes die leiden tot de generatie van extra vervoer en verkeer.
Een toename van het vervoer en verkeer kan geremd worden door de invoering van beprijzing. Indien dit niet gedaan wordt kan een toename van het vervoer en verkeer leiden tot aanvullende eisen aan de infrastructuur. Hierbij kan gedacht worden aan voldoende capaciteit, maar ook aan het meer ontvlechten van verschillende functies.
Een inschatting van de hoeveelheid extra vervoer en verkeer wordt in deze studie niet gemaakt omdat deze visie niet kwantitatief wordt onderbouwd. Het extra vervoer en verkeer bij verbetering van de kwaliteit op de primaire routes is wel een belangrijk aandachtspunt.
22
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204022
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Inleiding
• Wegen
• Spoor
• Binnenvaart
• Conclusies
Hoofdrapport - Juni 2010
23
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204023
Primaire routes spoornet mainportsSchiphol en Rotterdam
Huidig netwerk inclusief verwachte projecten
• Spoorvervoer biedt goede verbindingen op belangrijke corridors voor zowel Schiphol als Rotterdam;
• De doorstroming op het spoornet moet verbeterd worden (bijvoorbeeld door maatregelen MobiliteitsAanpak);
• Weinig alternatieve routes. Concentratie op de Betuwelijn is logisch, maar alternatieven via andere routes (zoals de Brabantroute moeten beschikbaar blijven).
• Europees worden maatregelen genomen om de doorstroming te verbeteren (ERTMS corridors);
• Aansluiting Betuwelijn in Duitsland, capaciteit spoornet in Duitsland en capaciteit spoorterminals zijn aandachtspunten.
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
Primaire routes spoornetwerk mainports Schiphol en Rotterdam
Deze kaart geeft de primaire routes en de alternatieven op het spoornetwerk voor Schiphol (personenvervoer) en Rotterdam (goederenvoer). Het betreft het huidige netwerk inclusief verwachte projecten.
Zowel in Nederland als in Europa worden maatregelen genomen om de doorstroming op de primaire routes te verbeteren. In Nederland gaat het bijvoorbeeld om maatregelen uit de MobiliteitsAanpak (zoals uitbreiding van capaciteit), in Europa gaat het om maatregelen zoals aanpak barrières en invoering ERTMS corridors.
Voor de alternatieve routes is het van belang dat de knooppunten zodanig worden uitgevoerd dat de alternatieve routes in niet-reguliere situaties gekozen kunnen worden zonder omslachtige operaties.
Aandachtspunten zijn de aansluiting van de Betuwelijn in Duitsland, de capaciteit op het Duitse spoornetwerk en de capaciteit op terminals.
24
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204024
Bereikbaarheidsvisie spoornetwerk vanuit mainportperspectief
Toekomstig netwerk inclusief nieuwe verbindingen
Nieuwe verbindingen:
• HSL Oost (Amsterdam – Duitsland);
• Goederen verbinding Rotterdam – Antwerpen.
• Goederenvervoer via de HSL.
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
Bereikbaarheidsvisie spoornetwerk vanuit mainportperspectief
Op kaart zijn de primaire routes, de alternatieve routes en de nieuwe verbindingen opgenomen.
De volgende nieuwe verbindingen zijn opgenomen:
- De HSL Oost (Amsterdam – Duitsland) met een hoog kwaliteitsniveau waaronder een hoge frequentie;
- De directe verbinding Rotterdam – Antwerpen speciaal voor goederenvervoer waarmee ook externe veiligheidsproblemen worden voorkomen. Dit vormt een alternatieve verbinding voor het spoorvervoer tussen Rotterdam en de regio Antwerpen en verder. Hierbij is de aansluiting in/bij Antwerpen op het doorgaande spoornetwerk een aandachtspunt.
- Goederenvervoer via de HSL waarvoor voorzieningen (een terminal) nodig zijn op Schiphol (niet ingetekend).
Voor de Betuweroute, de HSL Zuid, de HSL Oost en een nieuwe verbinding Rotterdam – Antwerpen geldt als belangrijk kwaliteitskenmerk dat de infrastructuur ontvlochten is waardoor er geen functiemenging optreedt tussen de voor de mainports belangrijke bovenregionale stromen en de lokale en regionale stromen.
25
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204025
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Inleiding
• Wegen
• Spoor
• Binnenvaart
• Conclusies
Hoofdrapport - Juni 2010
26
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204026
Primaire routes binnenvaart netwerk mainports Schiphol en Rotterdam
Huidig netwerk inclusief verwachte projecten
• Binnenvaart biedt goede verbindingen op belangrijke corridors voor Rotterdam;
• De doorstroming op het binnenvaart netwerk moet worden verbeterd (bijvoorbeeld door maatregelen uit de MobiliteitsAanpak);
• Beperkt aantal alternatieve routes beschikbaar, wel zeer veel capaciteit;
• Aandachtspunt betreft de capaciteit van terminals in zeehavens en van inlandterminals;
• Op lange termijn kunnen de effecten van klimaatverandering een probleem worden. Dit moet nu reeds een aandachtspunt zijn.
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
Primaire routes binnenvaartnetwerk mainports Schiphol en Rotterdam
Deze kaart geeft de primaire routes en de alternatieven op het binnenvaartnetwerk voor Rotterdam (goederenvoer). Voor Schiphol is het binnenvaartnetwerk niet relevant. Het betreft het huidige netwerk inclusief verwachte projecten.
Zowel in Nederland als in Europa worden maatregelen genomen om de doorstroming op de primaire routes te verbeteren. In Nederland gaat het bijvoorbeeld om maatregelen uit de MobiliteitsAanpak (zoals 24-uurs bediening van sluizen en het antipiceren op problemen als gevolg van klimaatverandering), in Europa gaat het bijvoorbeeld om maatregelen uit NAIADES.
Voor de alternatieve routes is het van belang dat de knooppunten zodanig worden uitgevoerd dat de alternatieve routes in niet-reguliere situaties gekozen kunnen worden zonder omslachtige operaties.
Aandachtspunten zijn de mogelijke problemen als gevolg van klimaatverandering en de capaciteit op terminals.
27
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204027
Bereikbaarheidsvisie binnenvaartnetwerk vanuit mainportperspectief
Toekomstig netwerk inclusief nieuwe verbindingen
Nieuwe verbindingen:
• In Nederland zijn geen nieuwe verbindingen voorzien;
• Buiten Nederland wordt de Seine-Schelde verbinding aangelegd. Hierdoor ontstaat een goede binnenvaartverbinding tussen Rotterdam – Noord Frankrijk / Parijs. Daarom is de route via Terneuzen in het toekomstige netwerk een primaire route.
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
Bereikbaarheidsvisie spoornetwerk vanuit mainportperspectief
Op kaart zijn de primaire routes, de alternatieve routes en de nieuwe verbindingen opgenomen.
Binnen Nederland zijn geen nieuwe verbindingen opgenomen. Door de aanleg van de Seine-Schelde verbinding ontstaat een zeer goede verbinding tussen Rotterdam en Noord Frankrijk / Parijs waarbij de grootste schepen kunnen worden ingezet. Daarom is in de binnenvaartkaart van het toekomstig netwerk de route van Rotterdam via Zeeland naar Terneuzen en verder als primaire route opgenomen.
28
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204028
Bereikbaarheidsvisie Mainports 2040
• Inleiding
• Wegen
• Spoor
• Binnenvaart
• Conclusies
Hoofdrapport - Juni 2010
29
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204029
Conclusies
• Toegang tot de mainports via het wegennet is zeer kwetsbaar:
- Schiphol- Eén afrit van de A4 (geen alternatieven); - Veel knelpunten op de toeleidende routes A4 en A2
(maximale functiemenging en stedelijke passages); - Niet of nauwelijks alternatieven voor de A4 en de A2 binnen
de Randstad;
- Rotterdam - Afhankelijk van de hoofdroute A15/N15 (geen
alternatieven);- Veel knelpunten op de A15 en de toeleidende routes A4 en
A16 (maximale functiemenging en stedelijke passages); - Verkeer moet langs de flessenhals bij Ridderkerk waar de
A16 en de A15 samenkomen;- Voor de internationale corridors naar Antwerpen en verder
(A16) en Twente / Noord Duitsland en verder (A1) zijn geen alternatieven.
Hoofdrapport - Juni 2010
30
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204030
Conclusies
• Autonoom verslechtert de doorstroming op het wegennet, het spoornet en het binnenvaartnetwerk terwijl de doorstroming juist moet worden verbeterd.
• Om de doorstroming te verbeteren wordt in deze bereikbaarheidsvisie voorgesteld:
- Om voor elke vervoerswijze een beperkt aantal primaire routeste selecteren, waarop een uitstekende kwaliteit wordt geboden die past bij het vitale economische belang van de mainports en bij de aard van het mainportgebonden verkeer;
- Om voor elke vervoerswijze alternatieve routes te selecteren die voldoende capaciteit bieden bij grootschalige incidenten en calamiteiten;
- Om de netwerken uit te breiden met nieuwe verbindingengericht op verbetering van de primaire en alternatieve routes.
Hoofdrapport - Juni 2010
31
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204031
Conclusies
Geschetste bereikbaarheidsvisie vraagt voor het wegennet om:
- Een selectie van primaire routes waarop een uitstekende bereikbaarheidskwaliteit van en naar de mainports geboden wordt door:
- Fysiek ontvlechten van doorgaand en regionaal verkeer waar nodig;
- Beprijzen (via welke techniek dan ook);- Bieden van een hoog serviceniveau.
- Een selectie van routes die goede alternatieven biedenin het geval van grootschalige incidenten en calamiteiten door:
- Minimaal één alternatief van autosnelwegkwaliteit;- Een robuuste Randstadring;- Voldoende reservecapaciteit op het onderliggend wegennet.
- Uitbreidingen van het wegennetwerk met nieuwe verbindingen- Nieuwe infrastructuur of opwaardering infrastructuur;
- Bereikbaarheidsgarantie internationale netwerken.
Hoofdrapport - Juni 2010
32
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204032
Conclusies
Geschetste bereikbaarheidsvisie vraagt voor het spoornetwerkom:
- Een selectie van primaire routes waarop een uitstekende bereikbaarheidskwaliteit van en naar de mainports geboden wordt;
- Een selectie van routes die goede alternatieven biedenin het geval van grootschalige incidenten en calamiteiten;
- Uitbreidingen van het spoornetwerk met nieuwe verbindingen;
- Voldoende capaciteit op terminals in zeehavens en het achterland;
- Bereikbaarheidsgarantie internationale netwerken.
Hoofdrapport - Juni 2010
33
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204033
Conclusies
Geschetste bereikbaarheidsvisie vraagt voor het binnenvaartnetwerkom:
- Een selectie van primaire routes waarop een uitstekende bereikbaarheidskwaliteit van en naar de mainports geboden wordt;
- Voldoende capaciteit op terminals in zeehavens en het achterland;
- Bereikbaarheidsgarantie internationale netwerken.
Hoofdrapport - Juni 2010
34
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204034
Conclusies
Kaartbeeldenbereikbaarheidsvisie mainports
Wegennetwerk Spoornetwerk Binnenvaartnetwerk
Hoofdroute van/naar Mainport Rotterdam
Hoofdroute van/naar Mainport Schiphol
Alternatieve route van/naar Mainport Rotterdam
Nieuw aan te leggen infrastructuur
Legenda netwerk
Op te waarderen infrastructuur
Alternatieve route van/naar Mainport Schiphol
Aansluiting overige gebieden
Hoofdrapport - Juni 2010
35
Bereikbaarheidsvisie Mainports 204035
Opmerkingen
• Mainports vormen niet het enige nationale belang op het gebied van bereikbaarheid
• Deze studie kan prima dienen als startpunt voor een nationale bereikbaarheidsvisie waarbij vanuit verschillende perspectieven (waaronder het mainportperspectief) naar het netwerk wordt gekeken.
• Dit is een visie, geen plan
• Deze visie biedt een mogelijke uitwerking (met notie van kwantiteiten);
• De visie is echter niet kwantitatief en financieel getoetst.
• Voor meer informatie wordt verwezen naar het achtergrondrapport waarin de uitgangspunten, de methode en de conclusies nader worden toegelicht.
Hoofdrapport - Juni 2010