Bennie'sprentenboek - dbnl · 2016. 3. 7. · 4 Diekleine,kleineBobby! Bobbywilgraaggrootzijn,...

23
Bennie's prentenboek B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken bron B. Midderigh-Bokhorst, Bennie's prentenboek. G.B van Goor Zonen, Gouda ca. 1920 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/midd035benn01_01/colofon.php © 2010 dbnl

Transcript of Bennie'sprentenboek - dbnl · 2016. 3. 7. · 4 Diekleine,kleineBobby! Bobbywilgraaggrootzijn,...

  • Bennie's prentenboek

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken

    bronB. Midderigh-Bokhorst, Bennie's prentenboek. G.B van Goor Zonen, Gouda ca. 1920

    Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/midd035benn01_01/colofon.php

    © 2010 dbnl

  • 3

    Stap - stap!

    Stap - stap - stap!Klap - klap - klap!

    O, wat is ons zusje knap!Zij kan loopen op haar voetjes,Op haar kleine, kleine voetjes!Zij kan klappen in haar handjes,In haar kleine, kleine handjes!

    Stap - stap - stap!Klap - klap - klap!

    O, wat is ons zusje knap!

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 4

    Die kleine, kleine Bobby!

    Bobby wil graag groot zijn,Maar hij is nog klein;

    Want als Bobby groot was,Zou hij netter zijn.

    Kijk eens naar zijn handjes,Kijk eens naar zijn mond!

    Kijk eens zijn servetje,Kijk eens op den grond!

    Kijk eens naar zijn kieltje,Kijk eens naar zijn broek -

    Kijk eens naar zijn jasje!Kijk zijn prentenboek!

    Bobby wil graag groot zijn,Maar, wie hem zóó ziet,

    Zegt: ‘Is dat die kleine,Kleine Bobby niet?’

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 5

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 6

    Aan de haven.

    Uren lang kan Keesje kijkenNaar de schepen groot en klein,

    ‘Varen, varen!’ denkt ons Keesje,‘'k Wou zoo graag matroosje zijn!’

    Op een morgen spreekt ons ventjeZoo maar Schipper Arie aan:

    ‘Schipper’, vraagt klein Keesje dapper,‘Mag ik met je varen gaan?’

    Of je mee mag varen, baasje?Wis en zeker, kleine man,

    ‘Maar - je moet nog eerst wat groeienVoor ik jou gebruiken kan.’

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 7

    Ons broertje.

    Ons broertje is een dwingertje,Daar kun je vast op aan.

    Zegt Maatje: ‘Kom, mijn kleutertje,Nu moet je slapen gaan.’

    Dan schudt hij met zijn bolletje,Wat of dat wel beduidt?

    Klein Broertje wil zijn zinnetje,Klein Broertje wil er uit!

    Maar Maatje zegt: ‘Nee, dwingertje!Je moet gehoorzam zijn -

    Je hebt nog lang geen willetje,Je bent nog veel te klein!’

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 8

    Zus leest voor.

    Zus leest Han en Jantje voorUit hun boekje, prettig, hoor!‘Wat is onze zus toch knap,’Denken Han en Jan,

    ‘Wat is onze zus toch knap,Dat ze al lezen kan!’

    Waar leest knappe zus toch van?Van... twee koeken in de pan:Één was dun en één was dik...‘Moe,’ zei Jaapje, dien neem ik!'t Kleintje dat 's voor Piet genoeg...’Moeder gaf, waar Jaap om vroeg;Maar - ‘de, dikste’ was verbrand,Boven, onder, aan den kant!‘Ja,’ zegt Moe, ‘dat komt er van:Gijsje Schrok keek in de pan!'t Vuur werd boos, en 't sisten fel:‘“Foei, wat denkt dat heertje wel!Lekker baksel krijgt hij niet,Dat 's alleen voor kleinen Piet.”’

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 9

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 10

    Drukte!

    We hebben 't druk, o, o, zoo druk!Visite krijgt ons Keetje,

    We maken taart en pudding ook,Ons kind is jarig, weet je?

    De vrindjes komen allen hier:Pias, dat leuke heertje,

    De badpop, 't hondje en 't konijn,Zelfs Jumbo en het beertje.

    We hebeen 't druk, o, o, zoo druk!We plukken bloempjes, weet je?

    Die steken w' in de grootste taart,Want die, die is voor Keetje.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 11

    Maar kipje!

    Maar kipje, maar kipje,Wat heb je gedaan?

    Je bent naar den stalVan ons sikje gegaan.

    Ik vond er dit eitje...Hoe of ik het weet?

    Ik hoorde je kaaklen,Ik keek door een reet...

    Als Moeder het hoordeJa... kijk mij eens aan...

    Dan mocht je vooreerstNooit meer wandelen gaan.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 12

    Kersen.

    Kersen om mijn oortjes,Kersen op mijn hoed,

    Kersen in mijn maagje,Lekker, o zoo zoet.

    Kersen in mijn mandjeVoor het zieke Jantje!

    Voor dien armen Janneman,Die ze zelf niet plukken kan,

    Kijk - nu weet je 'r alles van.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 13

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 14

    Fikje.

    Fikje, luister even!Straks, bij Tante Door,

    Niet met vuile pootjesBinnen komen, hoor!

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 15

    Niet om lekkers vragen -Dat is niet beleefd...

    Wachten, moet je, Fikje,Tot men jou wat geeft.

    Ook niet snuff'len, hoor je,Netjes, voor den haard

    Blijven liggen, Fikje;Kalm zijn en bedaard!

    Heb je 't goed begrepen?Heb je 't goed verstaan!

    Ja? - Dan mag het hondjeMee naar Tante gaan.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 16

    't Maantje.

    't Kindje in zijn bedje, dat keek naar het maantje;'t Maantje, dat lachte het vriendelijk toe;

    ‘Zullen wij eventjes spelen?’ vroeg 't kindje;‘Goed!’ zei het maantje, ‘maar ben je niet moe?

    Niet? Dan komaan maar!’ En weg! kroop het maantjeAchter een wolkje, van kiek-kiekeboe!

    ‘'k Vind je!’ riep 't kindje,... maar onder het zoekenVielen zijn slaaprige kijkertjes toe.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 17

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 18

    Wel foei! Wel foei!

    Wel foei! wel foei! wat hoor ik daarNee... kijk me nu eens aan,

    Omdat Piet koude handjes heeft,Moet Pietje huilen gaan?

    Dat helpt je niet, mijn kleine man,Zet vlug dat mandje neer,

    En wrijf je handjes flink met sneeuw!Wel?... doen ze nu zog zeer?

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 19

    Niet? Kom... dan op een drafje, hoor!En... wat 'k je raden zou...

    Trek later warme wantjes aan,Bij zulk een strenge kou,

    Wat zeg je daar? Vergeet je ze...O, o! dan... kleine guit...

    In 't neusje een knoop! Kijk nu zoo'n schelm!Nu lacht hij mij nog uit!

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 20

    't Is feest!

    't Is feest, hoezee!Wie doet er mee?

    O, jongens, wat een pret!We zijn zoo blij!En Moesje zei:

    Van avond laat naar bed!

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 21

    Dag, jarig Mamaatje!

    Dag, jarig Mamaatje,Hier heb je een mooi plaatje,Een plaatje in een lijstje -Zeg, ben je niet blij?

    Het lijstje is van Paatje,Het plaatje van mij.

    Ik kleurde het, weet je,Pa hielp mij een beetje,En raad eens... je krijgt er...Tien kusjes nog bij.

    Vijf krijg je van Paatje,Vijf krijg je van mij.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 22

    Dreumes.

    Laatst ging Dreumes wand'len,Zóó maar uit haar bed,

    Op haar bloote voetjes,O! wat had z' een pret!

    Wie haar 't eerst zag loopen?Haantje ‘Kuukleku.’

    't Kraaide: ‘Goeien morgen!Wel - hoe heb ik 't nu?

    Kom je nu al voeren?Ben je nu al klaar?’

    ‘Dag - dag - dat!’ riep Dreumes,En ze lachte maar.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 23

    Toen - toen kwam het poesje,Poesje riep: ‘Miauw!

    Wat? al uit je bedje?Is dat niet wat gauw?

    Heb jij al ontbeten?Staat mijn melk al klaar?’

    ‘Poes, miauw!’ riep Dreumes,En ze lachte maar.

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek

  • 24

    Dreumes stapte verder,Wie komt daar? Broer Piet.

    Die zegt: ‘Maar... wat zie ik?Is dat Dreumes niet?

    Foei jij stoute Dreumes,Lach je - heb je pret?

    'k Zal je krijgen, hoor je?Eén - twee - drie - in 't bed!’

    B. Midderigh-Bokhorst en S. Maathuis-Ilcken, Bennie's prentenboek