Voor de gebruiker

Gebruiksaanwijzing

atmoMAGGeiser

NL

Gebruiksaanwijzing

Uitgever/fabrikant

Vaillant GmbHBerghauser Str. 40   D-42859 RemscheidTel. +49 21 91 18‑0   Fax +49 21 91 18‑28 10info@vaillant.de   www.vaillant.de

Inhoudsopgave

2 Gebruiksaanwijzing atmoMAG 0020189942_01

Inhoudsopgave

1 Veiligheid.............................................................. 3

1.1 Waarschuwingen bij handelingen.......................... 3

1.2 Algemene veiligheidsinstructies ............................ 3

2 Aanwijzingen bij de documentatie..................... 5

2.1 Aanvullend geldende documenten in achtnemen.................................................................... 5

2.2 Documenten bewaren ........................................... 5

2.3 Geldigheid van de handleiding .............................. 5

3 Productbeschrijving............................................ 5

3.1 CE-markering......................................................... 5

3.2 Serienummer ......................................................... 5

3.3 Gegevens op het typeplaatje................................. 5

3.4 Bedieningselementen ............................................ 5

4 bedrijf.................................................................... 5

4.1 Kastachtige mantel ................................................ 6

4.2 Ingebruikneming voorbereiden .............................. 6

4.3 Product in gebruik nemen...................................... 6

4.4 Product inschakelen .............................................. 6

4.5 Warmwater tappen ................................................ 6

4.6 Warmwatertemperatuur instellen........................... 6

4.7 Productvermogen instellen .................................... 6

5 Verhelpen van storingen..................................... 7

5.1 Storing herkennen en verhelpen ........................... 7

5.2 Product ontstoren .................................................. 7

6 Onderhoud ........................................................... 7

6.1 Onderhoud............................................................. 7

6.2 Product onderhouden ............................................ 7

7 Buitenbedrijfstelling............................................ 7

7.1 Product tijdelijk buiten bedrijf stellen ..................... 7

7.2 Product definitief buiten bedrijf stellen................... 7

7.3 Wat te doen bij vorstgevaar................................... 8

8 Recycling en afvoer............................................. 8

9 Garantie en serviceteam ..................................... 8

9.1 Garantie ................................................................. 8

9.2 Serviceteam........................................................... 8

Veiligheid 1

0020189942_01 atmoMAG Gebruiksaanwijzing 3

1 Veiligheid

1.1 Waarschuwingen bij handelingen

Classificatie van de waarschuwingen bijhandelingenDe waarschuwingen bij handelingen zijn alsvolgt door waarschuwingstekens en signaal-woorden aangaande de ernst van het potenti-ële gevaar ingedeeld:

Waarschuwingstekens en signaalwoordenGevaar!Direct levensgevaar of gevaar voorernstig lichamelijk letsel

Gevaar!Levensgevaar door een elektrischeschok

Waarschuwing!Gevaar voor licht lichamelijk letsel

Opgelet!Kans op materiële schade of milieu-schade

1.2 Algemene veiligheidsinstructies

1.2.1 Reglementair gebruik

Er kan bij ondeskundig of oneigenlijk gebruikgevaar ontstaan voor lijf en leven van de ge-bruiker of derden resp. schade aan het pro-duct en andere voorwerpen.

De producten zijn geisers en in deze functievoor de warmwaterbereiding bestemd.

Het reglementaire gebruik houdt in:

– het naleven van de meegeleverde ge-bruiksaanwijzingen van het product alsookvan alle andere componenten van de in-stallatie

– het naleven van alle in de handleidingenvermelde inspectie- en onderhoudsvoor-waarden.

Dit product kan door kinderen vanaf 8 jaaralsook personen met verminderde fysieke,sensorische of mentale capaciteiten of ge-brek aan ervaring en kennis gebruikt worden,als ze onder toezicht staan of m.b.t. het vei-lige gebruik van het productie geïnstrueerdwerden en de daaruit resulterende gevarenverstaan. Kinderen mogen niet met het pro-duct spelen. Reiniging en onderhoud door de

gebruiker mogen niet door kinderen zondertoezicht uitgevoerd worden.

Een ander gebruik dan het in deze handlei-ding beschreven gebruik of een gebruik datvan het hier beschreven gebruik afwijkt, geldtals niet reglementair. Als niet reglementairgebruik geldt ook ieder direct commercieel ofindustrieel gebruik.

Attentie!

Ieder misbruik is verboden.

1.2.2 Installatie alleen door installateur

Installatie, inspectie, onderhoud en reparatievan het product alsook gasinstellingen mo-gen alleen door een installateur uitgevoerdworden.

1.2.3 Gevaar door foute bediening

Door foute bediening kunt u zichzelf en ande-ren in gevaar brengen en materiële schadeveroorzaken.

▶ Lees deze handleiding en alle andere do-cumenten die van toepassing zijn zorgvul-dig, vooral het hoofdstuk "Veiligheid" en dewaarschuwingen.

1.2.4 Levensgevaar door afgesloten ofondichte verbrandingsgasleiding

Bij gaslucht in gebouwen:

▶ Doe alle toegankelijke deuren en ramenwijd open en zorg voor tocht.

▶ Schakel het product uit.▶ Breng een installateur op de hoogte.

1.2.5 Levensgevaar door lekkend gas

Bij gaslucht in gebouwen:

▶ Vermijd ruimtes met gaslucht.▶ Doe, indien mogelijk, deuren en ramen

wijd open en zorg voor tocht.▶ Vermijd open vuur (bv. aansteker, lucifer).▶ Niet roken.▶ Bedien geen elektrische schakelaars, geen

stekkers, geen deurbellen, geen telefoonsen andere communicatiesystemen in hetgebouw.

▶ Sluit de gasteller-afsluitkraan of de hoofd-kraan.

▶ Sluit, indien mogelijk, de gaskraan op hetproduct.

1 Veiligheid

4 Gebruiksaanwijzing atmoMAG 0020189942_01

▶ Waarschuw de huisbewoners door te roe-pen of aan te kloppen.

▶ Verlaat onmiddellijk het gebouw en verhin-der het betreden door derden.

▶ Alarmeer politie en brandweer zodra ubuiten het gebouw bent.

▶ Neem contact op met de storingsdienstvan het energiebedrijf vanaf een telefoon-aansluiting buiten het gebouw.

1.2.6 Levensgevaar door explosieve enontvlambare stoffen

▶ Gebruik of bewaar geen explosieve of ont-vlambare stoffen (bijv. benzine, papier,verf, enz.) in de opstellingsruimte van hetproduct.

1.2.7 Levensgevaar door ontbrekendeveiligheidsinrichtingen

Ontbrekende veiligheidsinrichtingen (bijv. vei-ligheidsklep, expansievat) kunnen tot levens-gevaarlijke brandwonden en andere letselsleiden, bijv. door explosies.

▶ Laat uw installateur de positie en de wer-king van de veiligheidsinrichtingen uitleg-gen.

1.2.8 Levensgevaar door veranderingenaan het product of in de omgevingvan het product

▶ Verwijder, overbrug of blokkeer in geengeval de veiligheidsinrichtingen.

▶ Manipuleer geen veiligheidsinrichtingen.▶ Vernietig of verwijder geen verzegelin-

gen van componenten. Alleen geautori-seerde vaklui en serviceteams mogen ge-lode componenten veranderen.

▶ Breng geen veranderingen aan:– aan het product– aan de toevoerleidingen voor gas en

water– aan de volledige rookgasinstallatie– aan bouwconstructies die de gebruiks-

veiligheid van het product kunnen beïn-vloeden

1.2.9 Vergiftigingsgevaar dooronvoldoende toevoer vanverbrandingslucht

Voorwaarden: Van omgevingslucht afhan-kelijke werking

▶ Zorg voor voldoende toevoer van verbran-dingslucht.

1.2.10 Verwondingsgevaar en gevaar voormateriële schade door ondeskundigof niet-uitgevoerd onderhoud enondeskundige of niet-uitgevoerdereparatie

▶ Probeer nooit om zelf onderhoudswerk ofreparaties aan uw product uit te voeren.

▶ Laat storingen en schade onmiddellijk dooreen installateur verhelpen.

▶ Neem de opgegeven onderhoudsinterval-len in acht.

1.2.11 Kans op corrosieschade doorongeschikte verbrandings- enbinnenlucht

Sprays, oplosmiddelen, chloorhoudende rei-nigingsmiddelen, verf, lijm, ammoniakverbin-dingen, stof e.d. kunnen tot corrosie aan hetproduct en in de VGA leiden.

▶ Zorg ervoor dat de verbrandingsluchttoe-voer altijd vrij is van fluor, chloor, zwavel,stof enz.

▶ Zorg ervoor dat er op de opstellingsplaatsgeen chemische stoffen opgeslagen wor-den.

Aanwijzingen bij de documentatie 2

0020189942_01 atmoMAG Gebruiksaanwijzing 5

2 Aanwijzingen bij de documentatie

2.1 Aanvullend geldende documenten in achtnemen

▶ Neem absoluut alle gebruiksaanwijzingen die bij de com-ponenten van de installatie worden meegeleverd in acht.

2.2 Documenten bewaren

▶ Bewaar deze handleiding alsook alle documenten dievan toepassing zijn voor het verdere gebruik.

2.3 Geldigheid van de handleiding

Deze handleiding geldt uitsluitend voor:

Productartikelnummer

MAG mini NL 11-0/1 XZ L 0010006939

3 Productbeschrijving

3.1 CE-markering

 

Met de CE-markering wordt aangegeven dat de productenvolgens het typeplaatje voldoen aan de fundamentele vereis-ten van de geldende richtlijnen.

De conformiteitsverklaring kan bij de fabrikant geraadpleegdworden.

3.2 Serienummer

Het serienummer vindt u op een sticker achter het bedie-ningsveld. Trek hiervoor de bovenste afscherming van hetbedieningsveld naar boven toe uit.

3.3 Gegevens op het typeplaatje

Het typeplaatje is af fabriek vooraan aan de stromingsbevei-liging onder de productmantel aangebracht.

Gegevens op hettypeplaatje

Betekenis

MAG Productcategorie

11 Capaciteit in l/min

-0/1 Schoorsteenaansluiting/productgeneratie

Z met piëzo-ontsteking

X met rookgassensor

atmoMAG Productreeks

Type B11 BS Toegestane gastoesteltypes

cat II Meergastoestel

2L 3B/P Toegestane gascategorieën

G25/30 Toegestane gassoorten met aansluit-drukwaarden

Pnom. Maximaal warmtevermogen

Pmin. Minimaal warmtevermogen

Qnom. Maximale warmtebelasting

Qmin. Minimale warmtebelasting

Gegevens op hettypeplaatje

Betekenis

Pw max. Maximaal toegestane waterdruk

CE-markering → Hoofdst. "CE-markering"

Serienummer 7e tot 16e cijfer = artikelnummer van hetproduct

3.4 Bedieningselementen

12

3

4

5

1 Temperatuurkeuzeknop

2 Vermogensdraaischa-kelaar (10-traps van50–100 %)

3 Piëzo-ontsteker

4 Bovenste afschermingvan het bedieningsveld

5 Kijkgat ontstekingsvlam

4 bedrijf

Waarschuwing!Verbrandingsgevaar door heet water!

Verkeerd ingestelde warmwatertemperaturenen heet water in de leidingen kunnen tot ver-brandingen leiden.

▶ Controleer de warmwatertemperatuur metde hand.

4 bedrijf

6 Gebruiksaanwijzing atmoMAG 0020189942_01

4.1 Kastachtige mantel

Een kastachtige mantel van het product valt onder de betref-fende uitvoeringsvoorschriften.

Als u een kastachtige mantel voor uw product wenst, neemdan contact op met een installateur. Breng in geen geval zelfeen ommanteling aan het product aan.

4.2 Ingebruikneming voorbereiden

1. Laat uw installateur de positie en de werking van deafsluitvoorzieningen uitleggen.

2. Open de gasafsluitkraan tot aan de aanslag.

3. Open de door de klant geplaatste koudwaterstopkraan.

4.3 Product in gebruik nemen

▶ Neem het product alleen in gebruik als de mantel vollediggesloten is.

4.4 Product inschakelen

1

2

1. Draai de vermogensdraaischakelaar (1) tegen de klokin in de ontstekingsstand (flits) en druk deze in.

2. Houd de vermogensdraaischakelaar in deze stand inge-drukt en bedien de piëzo-ontsteker (2) door meermaalsindrukken.

◁ Bij elke indrukken van de piëzo-ontsteker wordteen ontstekingsvonk gemaakt. De ontstekingsvlamwordt ontstoken.

3. Houd bij brandende ontstekingsvlam de vermogens-draaischakelaar nog 10-15 seconden in deze stand.

4. Controleer de ontstoken ontstekingsvlam door het kijk-gat. Als het product langer buiten bedrijf was, dan heeftzich evt. lucht in de ontstekingsgasleiding verzameld.Herhaal in dit geval de ontstekingsprocedure.

Aanwijzing

Als u ondichtheden in het warmwaterleiding-bereik tussen product en aftappunten op-merkt, sluit dan onmiddellijk de door de klantgeplaatste koudwateraftapkraan.

Laat ondichtheden door een installateur re-pareren.

4.5 Warmwater tappen

1. Open de warmwaterkraan aan het tappunt.

◁ Het product treedt automatisch in werking.

Voorwaarden: Er wordt geen warm water geleverd.

▶ Zorg ervoor dat een eventueel voor de warmwaterkraangemonteerde afsluitklep volledig geopend is.

▶ Zorg ervoor dat de ontstekingsvlam ontstoken is.

▶ Demonteer de in de warmwaterkraan ingebouwde zeefen controleer de zeef op vervuiling en verkalking.

▶ Verwijder de verkalking in de zeef met een kalkoplos-send middel.

2. Sluit de warmwaterkraan aan het tappunt.

◁ Het product treedt automatisch buiten werking.

4.6 Warmwatertemperatuur instellen

2

1

1. Draai de temperatuurkeuzeknop (1) met de klok meeom de watertemperatuur te verhogen.

2. Draai de temperatuurkeuzeknop tegen de klok in om dewatertemperatuur te verlagen.

◁ Het product zorgt voor het constant aanhouden vande warmwatertemperatuur, onafhankelijk van degetapte hoeveelheid warm water.

4.7 Productvermogen instellen

1

1. Draai de vermogensdraaischakelaar (1) zonder deze inte drukken uit de ontstekingsstand tegen de klok in omde bedrijfsgereedheid tot stand te brengen.

Verhelpen van storingen 5

0020189942_01 atmoMAG Gebruiksaanwijzing 7

– De vermogensdraaischakelaar moet een stand tus-sen de opgedrukte vlamsymbolen innemen. Hetkleine vlamsymbool markeert het minimale pro-ductvermogen, het grote vlamsymbool markeert hetmaximale productvermogen.

– De ontstekingsvlam blijft ontstoken.

– Als de bedrijfsgereedheid tot stand gebracht is, dangaat het product bij het bedienen van de warmwa-terkraan automatisch in werking.

2. Draai de vermogensdraaischakelaar met de klok meeom het productvermogen te verlagen.

3. Draai de vermogensdraaischakelaar tegen de klok inom het productvermogen te verhogen.

– U kunt het productvermogen in tien stappen tussen50% en 100% van de nominale verwarmingswaardeinstellen en de warmwatertemperatur onafhankelijkvan de waterhoeveelheid veranderen.

Aanwijzing

Een reductie van het max. productvermogenleidt tot een geringere uitlooptemperatuuren zorgt dus voor een energiebesparing.Wel daalt de watertemperatuur bij een hogetaphoeveelheid.

4.7.1 Modulatie

In het bereik van de gekozen vermogenstrap en het mini-maal mogelijke productvermogen (ca. 40%) wordt de gas-hoeveelheid automatisch aan de afgenomen taphoeveelheidtraploos aangepast en daardoor wordt de uitlooptemperatuurconstant gehouden.

5 Verhelpen van storingen

5.1 Storing herkennen en verhelpen

Er is een storing als het product geen warm water levert. Alsgebruiker mag u uitsluitend als volgt te werk gaan:

▶ Controleer aan het kijkgas of de waakvlam nog brandt.

▶ Als de waakvlam uitgegaan is, schakel dan het product in(→ Pagina 6) en stel het productvermogen (→ Pagina 6)opnieuw in.

▶ Als de ontstekingsvlam meermaals uitgaat of als er geenwarm water geleverd wordt, neem dan contact op meteen installateur om het probleem te verhelpen.

5.2 Product ontstoren

▶ Als het product door een veiligheidsinrichting geblok-keerd werd, wacht dan ca. 15 minuten en neem het pro-duct dan opnieuw in gebruik.

▶ Als het product meermaals door een veiligheidsinrichtinggeblokkeerd wordt of niet in werking treedt, neem dancontact om met een installateur om de storing te verhel-pen.

▶ Neem het product pas opnieuw in gebruik als de storingdoor een installateur verholpen werd.

6 Onderhoud

6.1 Onderhoud

Voor de continue inzetbaarheid en gebruiksveiligheid, be-trouwbaarheid en lange levensduur van het product zijn eenjaarlijkse inspectie en een jaarlijks onderhoud van het pro-duct door de installateur noodzakelijk.

6.2 Product onderhouden

Opgelet!Risico op materiële schade door onge-schikte reinigingsmiddelen!

▶ Gebruik geen sprays, geen schuurmid-delen, afwasmiddelen, oplosmiddel- ofchloorhoudende reinigingsmiddelen.

▶ Reinig de mantel met een vochtige doek en een beetjeoplosmiddelvrije zeep.

7 Buitenbedrijfstelling

7.1 Product tijdelijk buiten bedrijf stellen

1

▶ Draai de vermogensdraaischakelaar (1) uit de stand be-drijfsgereedheid met de klok mee tot aan de aanslag.

▶ Sluit de door de klant geplaatste gasafsluitkraan.

◁ De gastoevoer naar de brander van de geiser is nuafgesloten.

▶ Sluit de door de klant geplaatste koudwaterstopkraan.

7.2 Product definitief buiten bedrijf stellen

▶ Laat het product door een installateur definitief buitenbedrijf stellen.

8 Recycling en afvoer

8 Gebruiksaanwijzing atmoMAG 0020189942_01

7.3 Wat te doen bij vorstgevaar

1

Bij vorstgevaar is het nodig dat u het product vóór het bevrie-zen beschermt. Hiervoor moet u uw geiser legen.

▶ Stel het product tijdelijk buiten bedrijf (→ Pagina 7).

▶ Draai de aftapschroef (1) uit.

▶ Open alle aan het product aangesloten warmwaterkranenzodat product en leiding volledig leeglopen.

▶ Laat de warmwaterkranen en de aftapschroef geopendtot u het product opnieuw in gebruikt neemt als er geenvorstgevaar meer is.

▶ Neem het product bij het later vullen pas opnieuw in ge-bruik als na het openen van de door de klant geplaatstekoudwaterafsluitkraan water aan de geopende warmwa-terkranen zonder bellen naar buiten komt.

8 Recycling en afvoer

▶ Laat de verpakking door de installateur afvoeren die hetproduct geïnstalleerd heeft.

Als het product met dit teken gekenmerkt is:

▶ Gooi het product in dat geval niet met het huisvuil weg.

▶ Geeft het product in plaats daarvan af bij een inzamel-punt voor oude elektrische of elektronische apparaten.

Als het product batterijen bevat die met dit teken ge-kenmerkt zijn, kunnen de batterijen substanties bevatten dieschadelijk zijn voor gezondheid en milieu.

▶ Breng de batterijen in dat geval naar een inzamelpuntvoor batterijen.

9 Garantie en serviceteam

9.1 Garantie

Fabrieksgarantie wordt verleend alleen indien de installatieis uitgevoerd door een door Vaillant Group Netherlands B.V.erkende installateur conform de installatievoorschriften vanhet betreffende product.

De eigenaar van een Vaillant product kan aanspraak makenop fabrieksgarantie die conform zijn aan de algemene garan-tiebepalingen van Vaillant Group Netherlands B.V.

Garantiewerkzaamheden worden uitsluitend door de service-dienst van Vaillant Group Netherlands B.V. of door een doorVaillant Group Netherlands B.V. aangewezen installatiebe-drijf uitgevoerd.

Eventuele kosten die gemaakt zijn voor werkzaamheden aaneen Vaillant product gedurende de garantieperiode komenalleen in aanmerking voor vergoeding indien vooraf toestem-ming is verleend aan een door Vaillant Group NetherlandsB.V. aangewezen installatiebedrijf en als het conform de al-gemene garantiebepalingen een werkelijk garantiegeval be-treft.

9.2 Serviceteam

Mocht u nog vragen hebben, dan staan onze mede-werkers van de consumentenservice u graag te woord:(020) 565 94 20.

0020189942_01   02.06.2015

Vaillant Group Netherlands B.V.

Postbus 23250   1100 DT Amsterdam

Telefoon 020 565 92 00   Telefax 020 696 93 66

Consumentenservice 020 565 94 20   Serviceteam 020 565 94 40

info@vaillant.nl   www.vaillant.nl

© Deze handleidingen, of delen ervan, zijn auteursrechtelijk beschermd en mogen alleen met schriftelijke toe-stemming van de fabrikant vermenigvuldigd of verspreid worden.