“Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij...

28
“Want God Zelf is Rechter” Studie over Psalm 50:1-6 Dr. Jan Weststrate Juni 2003 STICHTING DE GIHONBRON MIDDELBURG 2003 Pagina 1

Transcript of “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij...

Page 1: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

“Want God Zelf is Rechter”

Studie over Psalm 50:1-6

Dr. Jan Weststrate

Juni 2003

STICHTING DE GIHONBRON MIDDELBURG 2003

Pagina 1

Page 2: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave ................................................................................................................ 2

Inleiding .......................................................................................................................... 3

Vers 1 .............................................................................................................................. 5

“Een psalm van Asaf….”............................................................................................ 5 “….de God der goden, de HEERE spreekt….” .......................................................... 6 “…en roept de aarde, van den opgang der zon tot aan haar ondergang.”................... 8

Vers 2 .............................................................................................................................. 9

“Uit Sion…”.............................................................................................................. 10 “…de volkomheid der schoonheid...”....................................................................... 10 “…verschijnt God blinkende.”.................................................................................. 11

Vers 3 ............................................................................................................................ 12

“Onze God zal komen en zal niet zwijgen...” ........................................................... 12 “…een vuur voor Zijn aangezicht zal verteren…” ................................................... 13 “...en rondom Hem zal het zeer stormen.” ................................................................ 14

Vers 4 ............................................................................................................................ 15

“Hij zal roepen tot den hemel van boven, en tot de aarde...”.................................... 15 “...om Zijn volk te richten.” ...................................................................................... 16

Vers 5 ............................................................................................................................ 17

“Verzamelt Mij Mijn gunstgenoten…” .................................................................... 17 “...die Mijn verbond maken met offerande!”............................................................ 19

Vers 6 ............................................................................................................................ 21

“En de hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid…”................................................ 21 “…want God Zelf is Rechter.“.................................................................................. 23 “…Sela” .................................................................................................................... 23

Appendix. Analyse van de Hebreeuwse woorden ........................................................ 26 Geraadpleegde literatuur................................................Error! Bookmark not defined.

Pagina 2

Page 3: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Inleiding Psalm 50 beschrijft op een indringende wijze dat de HEERE een gruwel heeft aan godsdienstige verrichtingen waarin de uiterlijke vorm centraal staat en de geestelijke inhoud gemist wordt. Daarom is Psalm 50 geen aanklacht tegen de volkeren maar een aanklacht tegen Gods Eigen volk. Het volk dat Zijn Wet gekregen heeft aan de Sinai. Ze worden niet aangeklaagd omdat ze de ceremonieen niet naleven. Integendeel, ze onderhouden deze juist zeer stipt. “Om uw offeranden zal Ik u niet straffen” (vers 8). Er gaat geen dag voorbij dat er geen offers gebracht worden. Ze zijn uiterst godsdienstig en weten precies hoe ze moeten offeren. Als toeschouwer op het tempelplein zou je diep onder de indruk raken over al die ijver. Maar...de Heere kijkt verder dan de buitenkant. “De mens ziet aan wat voor ogen is, maar de Heere ziet het hart aan”. En daar deugde het niet. De offerdienst was een plichten-godsdienst geworden. Deze plichten-godsdienst treft men aan bij alle niet-Christelijke godsdiensten en secten. Denk aan de Jehova getuigen, de mormonen, de hindoes, de Islam en de orthodoxe Joden. Maar, laten we niet te ver van huis gaan, men treft het ook aan onder de evangelie-drijvers en de dode-orthodoxie in de rechterflank van de Gereformeerde Gezindte! Echter, de Heere heeft geen offers nodig. “Want al het gedierte des wouds is Mijne, de beesten op duizend bergen” (vers 10) en “Zo Ik hongerde, Ik zou het u niet zeggen, want Mijne is de wereld en haar volheid” (vers 12). De Heere heeft onze godsdienstige inzet en ijver niet nodig om genadig te zijn! Onze kerkgang niet, ons bestuurswerk niet, ons verenigingsleven niet, onze vrijwillige bijdragen en giften niet, onze grote dogmatische kennis niet, onze grote kennis van “hoe God de mens moet bekeren” niet, onze grote parate bijbelkennis niet, onze ijver om de hoog’lijk geboden waarheid te bewaren niet, onze grote kennis van de oud-vaders niet. En ga zo nog maar even door. De Heere heeft onze kennis, onze offers en onze grote ijver niet nodig. De Profeet Micha beschrijft dit alsvolgt:”Zou de HEERE een welgevallen hebben aan duizenden van rammen, aan tien duizenden van oliebeken? Zal ik mijn eerstgeborene geven voor mijn overtreding, de vrucht mijns buiks voor de zonde mijner ziel? Hij heeft u bekend gemaakt, o mens! wat goed is; en wat eist de HEERE van u, dan recht te doen, en weldadigheid lief te hebben, en ootmoediglijk te wandelen met uw God?” (Micha 6:7,8) Wie denkt dat de Heere onze offers nodig heeft is behept met de diep-heidense gedachte dat God omgekocht moet worden, en dat we voor Zijn gunst en heil moeten betalen. Maar, Gods heil kan niet gekocht of verdiend worden. Het is gratis voor zondaars. Tot zondaars die geen cent meer hebben en niets meer zelf kunnen verdienen roept Hij toe:”O alle gij dorstigen komt tot de wateren, en gij die geen geld hebt komt, koopt en eet, ja komt, koopt zonder geld en prijs, wijn en melk.” (Jes. 55:1). Of, in de context van onze Psalm: “En roep Mij aan in de dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren.” (Psalm 50:15). Naast de werk-heiligheid beschrijft Psalm 50 nog een ander aspect van Gods volk dat vierkant tegen Gods Woord ingaat. Hun leer en leven staan haaks op elkaar. Ze

Pagina 3

Page 4: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

overtreden Gods geboden met hand en tand terwijl ze ijverig hun offers brengen. Lees maar: Diefstal (vers 18a), hoererij (vers18b), leugen (vers 19), lasteren en roddelen over mede-broeders (vers 20). Echter, de Heere is geen ledig aanschouwer van dit hypocriete gedrag. Dat staat in vers 21:“Ik zal u straffen en zal het ordentelijk voor uw ogen stellen”. De Heere vraagt niet een stukje van ons leven, maar heel ons leven. Hij vraagt:”Mijn zoon geef Mij uw hart”. Door de zondeval hebben we ons weggezondigd uit Gods gemeenschap. We zullen nooit meer uit onszelf ons hart aan Hem kunnen geven. Toch blijft die eis er liggen voor ons als gedoopte lidmaten. Brakel zegt:”als je als gedoopt lidmaat niet van plan bent te leven zoals de Heere dat van ons eist (ook al kan je dat niet), loop dan aanstaande zondag naar voren in de kerk en vertel de gemeente dat je je doop ongedaan wilt maken. Zondig je dan maar dood”. Het bederf van het beste is het allerergst, zegt het spreekwoord. Ook Petrus gaf dat aan toen hij waarschuwde:”het oordeel begint van het huis van God”. (1 Pet 4:17). Hij was er getuige van geweest dat zijn Meester Zijn toorn had geopenbaard in de tempel en Zijn niets ontziend “wee u” had uitgeroepen over de vrome, ijverige mannen die het ambt droegen en het volk hadden te leiden naar Gods Wet. Talloos heeft de Heere door Zijn profeten gewaarschuwd dat Hij genoeg had van offers en tienden, van vasten en liederen maar dat Hij uitzag naar een verbroken en verbrijzeld hart! Het offer dat van onszelf komt is niets dan vorm en gebaar. De offerande zal een geestelijk offer moeten zijn. De heer L.M.P. Scholten beschrijft het beeld van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland (het kerkverband waar de schrijver lid is) treffend in De Wachter Sions van 5 juni 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid, gepaard met sterk afgenomen geestelijk leven en groeiende verwereldlijking......maar, zit in deze kritiek toch niet een element van waarheid?”. Mochten we als leden van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland maar met Hosea ootmoedig vragen: “Neem weg alle ongerechtigheden, en geef het goede, zo zullen wij betalen met de varren onzer lippen” (Hos 14:3). De “rechterflank” van de Gereformeerde gezindte heeft Bijbels gefundeerde belijdenis geschriften. Zoals de Oud-testamentische offerdienst zuiver was is ook onze leer zuiver. Echter, ook voor ons, als Gereformeerde gezindte, geldt dat ons leven in veel gevallen haaks staat op de zuivere leer. Ons godsdienstig leven is vaak verworden tot een vormen-godsdienst. De gruwelen die in Psalm 50 beschreven worden zijn ook te vinden in de Gereformeerde gezindte van vandaag. Het lijkt wel dat waar de leer het zuiverst is, de gruwelen het ergst zijn. De aanklacht van Psalm 50 is ook een aanklacht voor ons. Indien we ons niet bekeren van onze ongerechtigheden zal de Heere ook tot ons als Rechter komen. Mochten we ons maar als de mannen van Nineve bekeren van onze boze weg en van het geweld dat in onze handen is. “Wie weet, God mocht Zich wenden, en berouw hebben; en Hij mocht Zich wenden van de hittigheid Zijns toorns, dat wij niet vergingen!”(Jona 3:9). Psalm 50 is alsvolgt opgebouwd:

1. God komst als Rechter en Verlosser van zijn volk (vers 1-6)

Pagina 4

Page 5: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

2. De Heere heeft een gruwel aan vormen-godsdienst (vers 7 – 15) 3. De Heere heeft een gruwel aan de hypocriet wiens dagelijkse levenspraktijk haaks

staat op zijn godsdienstige verrichtingen (vers 16-23) De gruwelen uit vers 7 tot 23 zijn evident aanwezig inde rechterflank van de Gereformeerde Gezindte. Denk aan de vele financiele malversaties, de vele zonden tegen het zevende gebod, de vele incest gevallen, het vele roddelen en lasteren (al dan niet op de preekstoel) over elkaar. Denk ook aan het feit dat in veel gemeenten de (zogenaamde) eenheid belangrijker is dan de waarheid. Ook dat is een ernstige vorm van hypocretie. Ds Mallan geeft in het Reformatorisch dagblad van 12 juni terecht aan: “Als de fundamenten van waarheid en recht in het kerkelijk leven worden omgestoten, dan gaat het gebouw wankelen. Verwoesting en verscheuring zijn er het gevolg van”. Het lust me niet om al de gruwelen uit vers 7 tot 23 uit te pluizen. Daarom beperkt deze studie zich tot een onderzoek naar Gods komst (vanwege deze gruwelen) als Rechter en Verlosser van Zijn volk (vers 1-6). Toen Jeremia op de puinhopen van Jeruzalem zat beschuldigde hij niet de vijanden die de stad verwoest hadden of wees hij naar de koningen en profeten die het volk verleid hadden. Hij was zelf de schuldige:”O wee nu onzer dat wij zo gezondigd hebben” (Klaagl 5 : 16). Ik hoop dat iedereen die dit stuk leest, inclusief mezelf, deze belijdenis mag doen. Vers 1 wabm-de sms-xrzmm Ura-arqyw rbd hwhy Myhla la Poal rwmzm Een psalm van Asaf. De God der goden, de HEERE spreekt, en roept de aarde, van den opgang der zon tot aan haar ondergang. “Een psalm van Asaf….” Er zijn 12 Psalmen die als opschrift Poal rwmzm dragen. Naast Psalm 50 zijn dat Psalm 73 tot en met 83. rwmzm, vertaald door “een psalm”, komt 57 keer voor als titel van een Psalm. Het komt van de stam rmz dat “muziek maken ter verheerlijking van de HEERE” betekend. rwmzm betekend letterlijk “het technisch ontwerp van de psalm”. Met andere woorden: het notenschrift. De naam Asaf (Poa) komt van het gelijkluidende werkwoord Poa. Dit werkwoord betekend “verzamelen” of “verwijderen”. De eigennaam Asaf kan men dus vertalen door “Verzamelaar”. Er zijn drie personen in de Bijbel die Asaf heten: 1) de vader van Hiskia’s schrijver (2 Kon 18:18,37, Jes 36:3,22) 2) een zoon van Berechja, de opperzangmeester van David (1 Kron 6 : 39) 3) een Perzische opziener over het koninklijke woud (Neh 2: 8)

Pagina 5

Page 6: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Het zal duidelijk zijn dat de Asaf uit onze Psalm de zoon van Berechja, de opperzangmeester van David is. Wat is een opperzangmeester? De in totaal 38000 Levieten werden door David in 4 groepen verdeeld. Iedere groep had een andere dienst (1 Kron 23:2-5). Aan de vierde groep van in totaal 4000 Levieten werd de zorg voor de godsdienstige muziek opgedragen. Uit deze groep werden de 288 beste zangers uitgekozen. Deze werden weer verdeeld in 24 klassen van 12 zangers. De klassen stonden onder leiding van een opperzangmeester. 14 van de klassen stonden onder leiding van Heman de Kehatiet (en zijn 14 zonen), 4 stonden onder leiding van Asaf de Gersoniet (en zijn 4 zonen) en 6 onder leiding van Ethan (of Jeduthun) en zijn 6 zonen. (1 Kron 25). Het voorzetsel l in Poal rwmzm kan zowel vertaald worden door “van” als door “voor“. Men vertaald “van Asaf” als men overtuigd is dat Asaf zelf, door Gods Geest geinspireerd, de Psalm gedicht heeft. Dat is mogelijk want Asaf was ook Profeet (2 Kron 29:30). Als men vertaald “voor Asaf” dan is men van mening dat een ander geinspireerd is om deze Psalm te dichten en deze vervolgens aan Asaf als opperzangmeester ter beschikking heeft gesteld. Er zijn verklaarders die denken dat David de Psalm heeft gedicht nadat de Heere hem opgedragen had een altaar te bouwen op de dorsvloer van Aranau de Jubusiet. (1 Kron 21:8). Wie de dichter ook geweest is, zeker is dat deze Psalm onder leiding van Asaf ten gehore is gebracht. “….de God der goden, de HEERE spreekt….” hwhy is de eigennaam van de HEERE. Deze Naam beschrijft Zijn wezen. Alle andere Godsnamen drukken Zijn eigenschappen en deugden uit die bevat zijn in de Naam hwhy. De apostel Johannes vertaald hwhy als “Die is, en Die was, en Die komen zal” (Openbaring 1:4;16:5). Hiermee wordt aangegeven dat God een eeuwig wezen is. Brakel (blz 65) zegt:”Jehovah is een eigennaam, die God alleen en niemand anders eigen is, gelijk ieder schepsel zijn eigen naam heeft. Zie onder andere de volgende teksten “Ik ben de HEERE, dat is Mijn Naam” (Jesaja 42:8). “De HEERE is een krijgsman; HEERE is Zijn Naam! (Exodus 15:3).” Brakel vervolgt: “Hoewel een Naam Zijn oneindige wezen niet kan uitdrukken heeft het de HEERE toch behaagd zichzelf een Naam te geven met welke Hij genoemd wilt worden.” Bavinck zegt het alsvolgt in zijn Gereformeerde Dogmatiek (II, 67): “God is die Hij heet, en Hij heet die Hij is. Wat Hij van Zichzelven openbaart, wordt in bepaalde namen uitgedrukt en weergegeven. God stelt Zich door Zijn Naam in een bepaalde relatie tot ons; daaraan behoren wij in onze relatie tot Hem te beantwoorden”. Mozes Maimonides zegt: “….al de namen van God die in de Schrift voorkomen zijn afgeleid van Zijn werken, met uitzondering van één en dat is Jehova. Deze naam (hij doelt dan op hwhy) wordt de duidelijke Naam genoemd omdat deze duidelijk en ondubbelzinnig het wezen van God leert”. De Godsnaam la drukt de macht van God uit. Om die reden kan men la vertalen door “De Machtige”. Onder de Naam la deed Hij grote en machtige beloften aan Abraham,

Pagina 6

Page 7: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Izak en Jakob (Gen 17:1; 35:11). la leidde Zijn volk Israel uit Egypte. In Jesaja 9:5 krijgt Israels Messias ook de naam la. Hij is de Sterke God. Het hebreeuwse woord Myhla kan op twee manieren worden opgevat. Als Godsnaam en als bijvoeglijk naamwoord dat uitzonderlijke grootheid, macht of schoonheid aanduidt. Eerst Myhla als Godsnaam. Door zijn meervoudsvorm drukt deze naam uit dat de HEERE uit meerdere personen bestaat. Het komt af van het woord la dat “sterk” of “machtig” betekend, zoals hierboven beschreven. Myhla benadrukt de almacht en souvereiniteit van God. Het is Myhla die door Zijn machtige kracht het uitgestrekte heelal schiep en nog steeds onderhoudt. Hij Die spreekt en het is er, Die schept wat er nog niet was, door Wiens Woord alle dingen werden geschapen. Myhla als bijvoeglijk naamwoord. Volgens Owen (geciteerd in Calvijn) kan in het Hebreeuws het woord Myhla gebruikt worden om een uitzonderlijke schoonheid of kracht van iets te beschrijven. Bijvoorbeeld “de rivieren van God” (Psalm 65:9), “de bergen van God” (Psalm 68:15), “de bomen van God” (Psalm 104:16), “de cederen van God” (Psalm 80:10). Als Myhla opgevat wordt als bijvoeglijk naamwoord bij la dan beschrijft Myhla la “De machtigste God” of, zoals de Statenvertaling vertaald “de God der goden”. De King James Version vertaald “de machtige God”. De enige andere plaats waar de drie Godsnamen hwhy Myhla la samen voorkomen is Jozua 22:22. Daar roepen de stam van Ruben, Gad en de halve stam van Manasse hwhy Myhla la tot getuige dat men niet van plan is om de God van Israel te verlaten om andere goden te gaan dienen. In onze Psalm komt de hwhy Myhla la tot Israel om hen te toetsen aan de Wet die Hij aan hen gegeven heeft. Delitzsch komt met een theoretisch-theologische benadering. Hij vat de drie Godsnamen op als “3 concentrische cirkels” met als middelpunt “hwhy“.

• la is een algemene naam voor God (god) in het Midden Oosten, • Myhla is een algemene aanduiding voor de God van Israel. • hwhy is de eigennaam voor de God van Israel.

Het woord rbd is een algemeen woord voor “spreken”. Het komt 1142 keer voor in het Oude Testament. De oorspronkelijke betekenis is niet bekend. De Heere spreekt omdat Hij Zich wilt bekend maken. In het Paradijs kende de mens Adam God van aangezicht tot Aangezicht. Hij maakt Zich op twee manieren bekend. Artikel 2 van de Nederlandse geloofsbelijdenis formuleert dit als volgt:”We kennen Hem door twee middelen. Ten eerste door de Schepping, onderhouding en regering van de gehele wereld (…) welke dingen alle genoegzaam zijn om de mensen te overtuigen en hun alle onschuld te benemen. Ten tweede geeft Hij Zichzelven ons nog klaarder en volkomener te kennen door Zijn heilig en Goddelijk Woord, te weten, zoveel als ons van node is in dit leven tot Zijn eer en de zaligheid der Zijnen”.

Pagina 7

Page 8: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

De natuurlijk Godskennis krijgt men door: 1. De natuur - “De hemelen vertellen Gods eer en het uitspansel Zijner

handenwerk”. 2. De geschiedenis – W. Aalders zou zeggen:”de historie”. Gods vinger schrijft de

geschiedenis. 3. Het bewustzijn van de mens zelf – in ieder mens woont het gevoel van

afhankelijkheid van een hogere macht. Zelfs de super-individualistische post-moderne mens is op zoek naar de Waarheid. Volgens Paulus heeft ieder mens een drang in zich om uit de zienlijke dingen tot de onzienlijke te komen: “Want Zijn onzienlijke dingen worden, van de schepping der wereld aan, uit de schepselen verstaan en doorzien, beide Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, opdat zij niet te verontschuldigen zouden zijn.” (Rom 1:19,20).

De natuurlijke Godskennis geeft echter geen zaligmakende kennis van God. Zij wijst geen weg aan langs welke men vergeving van zonden en de zekere hoop op het eeuwige leven kan verkrijgen. Hoe krachtig de natuur en de geschiedenis ook zijn, de drieënige God wordt er niet uit gekend. Omdat de natuurlijke Godskennis niet voldoende is heeft de Heere ons ook de Heilige Schrift gegeven als kenbron van de zaligmakende Waarheid. De Waarheid van de Schrift dient ontwouwd te worden middels de prediking en de cathechese. De hoofdinhoud van de Bijbel is de verzoening met God door het geloof in de Heere Jezus Christus. Het uitgangspunt van prediking en cathechese is dat God de Eerste en de Laatste is. Uit Hem en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. De prediking en cathechese dient de mensen te bewegen om te geloven in de Heere Jezus en zich te bekeren tot de leven de God. Maar ook, dat dit een eenzijdig Godswerk is en dat de mens door de verschrikkelijke zondeval uit zichzelf Gods eer nooit meer kan bedoelen. Wie de boodschap van de Schrift ter harte neemt, gaat beseffen dat hij schuldig staat tegenover een heilig, levend en goeddoend God. De vraag wordt geboren:”Hoe kan ik ook ooit een vertoornd God ontmoeten?”. Maar ook:“Hoe kan ik ooit weer leven tot eer van God?”. Al wat de mens verplicht is te geloven om zalig te worden heeft de Heere in Zijn Woord geopenbaard. De Schrift wijst op het Lam Dat de zonde der wereld wegneemt. Alleen in Zijn bloed is vergeving van zonden en kan men hersteld worden in Gods gemeenschap. Alleen in Hem is er rust voor rustelozen, troost voor troostelozen en hoop voor hopelozen. Na het woord rbd zou een pauze ingelast kunnen worden om er van doordrongen te worden wat het betekend dat Israels Machtige Drieenige Verbondsgod tot de mensheid gaat spreken. “…en roept de aarde, van den opgang der zon tot aan haar ondergang.” Ura, vertaal door “aarde” is hier een aanduiding voor de inwoners van de aarde. Dit gebruik van Ura treft men ook aan in Gen 6:11;11:1;1Kon 2:2;1 Kon 10:24;Psalm 33:8 en Psalm 66:4. De Heere roept niet een werelddeel, een volk of een groep toe, maar geheel de aarde “van de opgang der zon tot haar ondergang”. arq wordt vertaald door “roepen”, “proclameren” of “lezen”. In modern hebreeuws betekend het “hard roepen”. In het arabisch wordt het gebruikt om het reciteren uit de

Pagina 8

Page 9: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Koran aan te geven. Het woord “Koran” komt zelf ook van dit woord af. arq is onze tekst parallel met rbd. Kohlbrugge (blz 8) geeft als toelichting op het “roepen” in onze tekst:”Hij roept dan de aarde, dat zij zich in tijds bekere en zich opmake en schikke om het Woord des geloofs en der gerechtigheid aan te nemen, waarvan de Psalm getuigt, want de gelegenheid is er.” De HEERE roept alléén de aarde op in ons vers. Niet de hemel en de aarde zoals in aandere plaatsen waar de HEERE ten gerichtte trekt tegen Zijn volk (Deut 4:26; 32:1; Jes 1:2). Het weglaten van de “hemel” in deze oproep benadrukt dat de Heere de inwoners van de aarde oproept zich te bekeren tot Hem. Deze lieflijke oproep doet Hij voordat Hij in vers 4 ten gerichtte komt. Pas dan roept hij de hemellichamen op om te getuigen in Zijn gericht tegen Zijn volk. sms-xrzmm betekend “plaats waar de zon opkomt”, “opgang der zon” of “oost”. Het voorzetsel de wordt vertaald door “zover als” of “tot”. wabm betekend letterlijk “ingaan”, “ingang” of “inkomen”. Het wordt in ons vers gebruikt om de zonsondergang aan te duiden. Ook in Ps 104:19 heeft abm deze betekenis: “de zon weet haar ondergang”. Het woord wordt ook gebruikt als synoniem voor “west”. Zie voor deze betekenis Deut 11: 30; Joz 1:4; 23:4 en Zach 8:7. wabm-de sms-xrzmm is meestal een aanduiding voor “heel de wereld”. Plevier (blz 15) legt de uitdrukking in onze tekst uit als “van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat met alle ernst en aanhoudendheid”. Ook in Maleachi 1:11 en in Psalm 113:3 treft men de uitdrukking “van de opgang der zon tot aan haar ondergang”. Maleachi gebruikt de uitdrukking om aan te geven dat er ook een Kerk uit de heidenen zal komen: “Maar van den opgang der zon tot haar ondergang, zal Mijn Naam groot zijn onder de heidenen; en aan alle plaats zal Mijn Naam reukwerk toegebracht worden, en een rein spijsoffer; want Mijn Naam zal groot zijn onder de heidenen.” De blijde boodschap van het Evangelie zal tot in alle uithoeken van de wereld gebracht worden. Tot in de uiterste uithoeken van de aarde zal de oproep klinken: “Wendt u naar mij toe, wordt behouden”. Dat zal niet zonder vrucht zijn. De Naam des HEEREN zal geloofd worden “van den opgang der zon tot haar ondergang zij de Naam des HEEREN geloofd” (Psalm 113:3). De dichter van Psalm 113 roept onder dit profetische vergezicht in verwondering uit:

Wie is gelijk de HEERE, onze God? Die zeer hoog woont. Die zeer laag ziet, in den hemel en op de aarde.

Die den geringe uit het stof opricht, en den nooddruftige uit den drek verhoogt; Om te doen zitten bij de prinsen, bij de prinsen Zijns volks.

Die de onvruchtbare doet wonen met een huisgezin, een blijde moeder van kinderen. Hallelujah!

Vers 2

Pagina 9

Page 10: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

eypwh Myhla ypy-llkm Nwyum Uit Sion, de volkomenheid der schoonheid, verschijnt God blinkende. “Uit Sion…” Het voorzetsel Nm, waarmee dit vers begint, wordt vertaald door “vanuit”, “weg”, “sedert” of “wegens”. In ons vers beschrijft het voorzetsel dat het Licht van de Heere ook buiten Sion zal schijnen. De Heere zal God zijn voor àlle volkeren. “En de heidenen zullen tot uw licht gaan, en koningen tot den glans, die u is opgegaan.”(Jes 60:3). Nwyu is de eigennaam voor de stad Sion. Het was oorspronkelijk de burcht van de Jebusieten maar is door David omstreeks 1030 ingenomen en tot zijn residentie gemaakt. In 2 Sam 5:7 en in 1 Kron 11:5 wordt Sion de “stad van David” genoemd. Sion is gelegen op het zuidelijk deel van de oostelijke heuvel van Jeruzalem. De naam Nwyu komt van de stam hyu dat “opgedroogd zijn” betekend. Volgens Kohlbrugge (blz 9) betekend de naam Nwyu “bewaar- of bergplaats”. Deze betekenis kon ik niet in het woordenboek vinden. Het woord Nwyu wordt ook gebruikt als aanduiding voor Jeruzalem en zijn inwoners (o.a. Jes 4:3, 30:19, 40:9, Zef 3:19) als aanduiding voor de tempelberg (Jes 10:12, 31:4, Klaagl 5:18) of als woonplaats van de Heere en plaats van aanbidding (Amos1:2, Jes 31:9, Psalm 132:13,14). “…de volkomheid der schoonheid...” llkm, hier vertaald door “schoonheid”, komt van de stam llk dat “volledig” of “perfect” betekend. Het woord llkm (Strong 4359) komt alleen in onze tekst voor. Het van dezelfde stam afkomende naamwoord lwlkm komt voor in de volgende teksten: Ezechiel 23:12 (vorsten en overheden bekleed met volkomen sieraad) en Ezechiel 38: 4 (ruiters volkomen gekleed). Volgens de kanttekening betekend volkomen in deze tekst “uitermate en wel toegerust en van alles wel voorzien”). In Ezechiel 27:24 (kooplieden bekleed met volkomen sieraad) wordt het woord llkm (zelfde medeklinkers, andere masoretische tekens) gebruikt. Het woord lylk komt ook van de stam llk. In Ezechiel 16:14 en in Klaagl 2: 15 wordt lylk gebruikt om de schoonheid van Jeruzalem te beschrijven. llkm staat in status constructus verbinding met ypy. Het woord ypy betekend “schoonheid”. In Jesaja 3:24 wordt het begrip “schoonheid” verduidelijkt door het tegenovergestelde te beschrijven. Tegenover “schoonheid” staat “verbranding” in de zin van “vervelling van het gezicht door zonnebrand”. ypy wordt gebruikt om de schoonheid van Christus bruid te beschrijven (Psalm 45:11), de schoonheid van koningin Vasthi (Esther 1:11); de schoonheid van het vrouwlijk geslacht (Spr 6:25 en 31:30); de schoonheid van de stad Tyrus (Ez 27:3 en 28:7) en Assur (Ez 31:8), de koning van Israel (Jes 33:17) en de schoonheid van Sions Koning (Zach 9:17). Uit bovenstaande kan de conclusie getrokken worden dat ypy-llkm een beschrijving is van de ultieme schoonheid.

Pagina 10

Page 11: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

In de literatauur is veel discussie over de vraag aan wie “de volkomenheid van schoonheid” toebehoord. Aan Sion of aan de Heere (immers op ypy-llkm volgt het woord Myhla). Deze discussie is in wezen zinloos omdat de schoonheid van Sion slechts het gevolg is, en kan zijn, van de schoonheid van Sion’s God. Dat blijkt o.a. uit

• Ezechiel 16:14 “Daartoe ging van u (d.i. Jeruzalem) een naam uit onder de heidenen om uw schoonheid (lylk); want die was volmaakt door Mijn heerlijkheid, die Ik op u gelegd had, spreekt de Heere HEERE.”

• Jesaja 60:1,2 “Maak u op, word verlicht, want uw Licht komt, en de heerlijkheid des HEEREN gaat over u op. Want zie, de duisternis zal de aarde bedekken, en donkerheid de volken; doch over u zal de HEERE opgaan, en Zijn heerlijkheid zal over u gezien worden.”

“…verschijnt God blinkende.” eypwh komt van de stam epy. Het betekend “bestralen”, “licht laten schijnen”, “stralen uitzenden”, “lichtstralen veroorzaken” of “in lichtglans verschijnen”. Dit woord komt alleen voor als Hif’iel. De Hifíel heeft met name een causatieve, dat wil zeggen een veroorzakende, betekenis (Zie Lettinga 41 a,n voor de beschrijving van de Hif’iel). In Deut 33:2 wordt eypwh gebruikt om te beschrijven hoe God verscheen toen Hij Zijn wet afkondigde. Het woord epy komt verder voor in de Psalmen en in Job. In de Psalmen komt het voor in Psalm 80:2 en 94:1. In Psalm 80 wordt het “blinkende verschijnen van de Heere” (in vers 2) in verband gebracht met de verlossing van Zijn volk: “O God , breng ons weder en laat Uw aanschijn lichten, zo zullen wij verlost zijn.” (vers 4). In Psalm 94 wordt de HEERE opgeroepen blinkende te verschijnen tot troost van Zijn volk en tot vernietiging van de vijanden van Zijn volk. In Job 10:3 is het woord epy synoniem voor “zegen geven”. In Job 3:4 is “geen glans schijnen” parallel met “dat God naar hem niet vrage”. In Job 37:15 wordt epy gebruikt voor het schijnsel van de regenboog (als teken van Gods trouw). In Job 10:22 wordt gesteld dat in het graf epy gelijk is aan de duisternis. Met andere woorden in het graf is zelfs het meest heldere licht duisternis. Uit al deze plaatsen kan de conclusie getrokken worden dat het blinkende verschijnen van God in onze tekst positief geduid dient te worden. Het blinkende verschijnen van de Heere is het komen tot Zijn volk om hen te verlossen van hun vijanden en hun te zegenen uit Sion. “De HEERE zal u zegenen uit Sion, en gij zult het goede van Jeruzalem aanschouwen al de dagen uws levens; En gij zult uw kindskinderen zien. Vrede over Israel!” (Psalm 128:5,6). Hij, Myhla, is het Licht maar ook de bron (de veroorzaker) van het licht. Immers eypwh is een Hif’iel vorm! Sion, de volmaakte schoonheid is het middelpunt van waaruit de Goddelijke verschijning,als de lichtglans van de opkomende zon, zich verbreidt:“..want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem.” (Jes 2:3). “En in Zijn Naam gepredikt worden bekering en vergeving der zonden, onder alle volken, beginnende van Jeruzalem.” (Luk 24:47) Kohlbrugge (blz 12) geeft de volgende uitleg aan deze tekst: “Waar Gods Woord komt, waar het getuigenis optreedt, daar verschijnt God blinkende, gelijk de zon die in volle

Pagina 11

Page 12: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

pracht boven alle bergen en heuvelen opgaat, zoals geschreven staat: “Ulieden, die Zijn Naam vreest, zal opgaan de Zon der gerechtigheid en er zal genezing zijn onder Zijn vleugelen, en gij zult uitgaan en toenemen als de mestklaveren” (Mal 4:2) Vers 3 dam hrevn wybybow lkat wynpl-sa srxy-law wnyhla aby “Onze God zal komen en zal niet zwijgen; een vuur voor Zijn aangezicht zal verteren, en rondom Hem zal het zeer stormen” “Onze God zal komen en zal niet zwijgen...” awb is een heel algemeen woord voor “komen”. Het komt niet minder dan 2569 keer voor in de Tenach. Het “komen” van God is het waarmaken van Zijn woord en het vervullen van Zijn beloften. Hij zal komen om Zijn volk te troosten en Zijn vijanden, in en buiten de zichtbare kerk, te richten. Psalm 96 spreekt ook over het komen van de Heere. Hij zal komen “om de aarde te richten” (d.w.z. regeren). “Hij komt om de aarde (d.w.z. de inwoners van de aarde van de opgang der zon tot haar ondergang) te richten met gerechtigheid en de volken met waarheid” (Psalm 96:13). Hij, Die komt en is gekomen, is de Leeuw uit de stam van Juda, de wortel Davids, Die overwonnen heeft “om het boek te openen en zijn 7 zegelen” (Openb 5:5). Aan Hem, de Heere Jezus, is het boek van de toekomst toevertrouwd. Het boek waarin de toekomst van elk mens en van heel de wereld staat beschreven. Hij is de Volvoerder van Gods Raad. De Heerschappij van de wereld en de Kerk is op Zijn schouders. Niet mijn God maar onze God zal komen. De dichter sluit de gelovigen van alle tijden en alle plaatsen in. Allen die op Zijn woord hopen en uitzien naar de vervulling van Zijn beloften worden ingesloten. De God Die schittert in Sion is hun God Die hun zal zegenen en zal bevrijden van hun vijanden. Zijn komen is voor Gods gunstgenoten een grote troost. Hun Heere Jezus staat aan het roer van het wereldschip dat hij stuurt volgens de wil van Zijn Vader. Voor hun geldt dat “alle dingen medewerken zal ten goede”. (Rom 8:28). Als dat achteraf gezien en geleerd wordt is het een bron van grote lofprijzing gepaard gaande met grote schaamte. “Bij U, o Heere!, is de gerechtigheid maar bij ons de beschaamdheid der aangezichten” (Dan 9 : 7). Parallel aan aan het “komen” van de Heere is het srxy-la ,“niet-zwijgen” van Hem. Srxy is een Imperfectum van srx (II). De wortel betekend “stil zijn” of “doof zijn”. Het wordt met name gebruikt in de poezie. In modern Hebreeuws betekend het “doof maken”, in het Aramees “sprakeloos zijn” of “doof”, in het Arabisch “sprakeloos” en in het Assyrisch “bedwingen”of “weerhouden”. Voor Srxy staat in onze tekst de ontkenning la. Volgens Delitzsch (blz 434) betekend srxy-la: “Hij kan, Hij mag niet zwijgen, Zijn heiligheid laat dit niet toe”.

Pagina 12

Page 13: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

In Psalm 35:22 smeekt David aan de Heere niet te zwijgen. “HEERE! Gij hebt het gezien, zwijg niet; HEERE! wees niet verre van mij.” Vers 24 beschrijft wat “niet-zwijgen” betekend: “Doe mij recht naar Uw gerechtigheid, HEERE , mijn God! en laat hen zich over mij niet verblijden.” Zwijgen betekende voor David dat de Heere Zijn gerechtigheid niet uitoefende. Met Psalm 10:14 wist David dat de Heere geen ledig aanschouwer is. Hij kan zijn nood bij de Heere kwijt. Maar de Heere is vrijmachtig wanneer Hij het antwoord geeft. Voor de mens lijkt Hij te zwijgen. Echter, Zijn heiligheid laat geen stilzwijgen toe! Als het Zijn tijd is dan zal Hij niet langer zwijgen. Dan zal Hij Zich verheffen, dan zal Hij op Zijn vijanden aanvallen, dan zal Hij Zijn Recht handhaven, dan zal Hij, de Heere Jezus, betonen een uitvoerder te zijn van Gods Raadsbesluiten. Dan zal Hij de fiolen van Zijn gramschap uitgieten over hen die Zijn Wet hebben gekregen maar niet hebben gehouden. “…een vuur voor Zijn aangezicht zal verteren…” Letterlijk staat er “een vuur voor Zijn aangezicht zal opeten”. lkat is een Imperfectum van lka dat “eten” betekend. Het vuur voor Gods aangezicht zal alles wat het tegenkomt doen verdwijnen. Er blijft niets over. Door zulk een vuur uit de hemel werden Sodom en Gomorra (Gen 19:24) en Job’s schapen en jongens (Job 1:16) ook verteerd. sa was de voorbode van de als wetgever verschijnende HEERE bij Sinaï “Deze woorden sprak de HEERE tot uw ganse gemeente, op den berg, uit het midden des vuurs, der wolk en der donkerheid, met een grote stem, en deed daar niets toe….” (Deut 5 : 22). In Zijn Wet heeft Hij zijn Wil volkomen geopenbaard. Dat is de toetsteen voor al Zijn handelen. Ieder die Zijn Wet niet volkomen doen zal, zal op grond van recht, door vuur verteerd worden. Alleen degenen die geborgen zijn in het bloed van Christus kunnen in Christus aan de Wet voldoen. Meerdere keren wordt sa in verband gebracht wordt met Gods rechtvaardig handelen. Hieronder volgen een paar van deze Schriftplaatsen:

• In Leviticus 10 : 2 verteerd het Goddelijke vuur Nadab en Abihu toen ze vreemd vuur voor Gods aangezicht brachten.

• In Amos 2 : 5 wordt voorzegd dat de HEERE Zijn vuur ook tegen Juda zal gebruiken “omdat zij de wet des HEEREN verworpen, en Zijn inzettingen niet bewaard hebben; en hun leugenen hen verleid hebben, die hun vaders hebben nagewandeld”. Naast dit vers wordt ook in andere teksten in de Profetie van Amos over Gods vuur gesproken (Amos 1:4,7,10,12,14; 2:2,5; 5:6).

• In 1 Kon 18 : 38 verteerde het Goddelijke vuur het brandoffer en het altaar om daarmee te bewijzen dat de HEERE de God van Israel was. Dit Goddelijke vuur was een teken van Gods genadige verhoring van het gebed van Elia en tevens een bevestiging dat Elia een knecht des HEEREN was.

• In 2 Kon 1 bevestigd de Heere door middel van vuur dat Elia een man Gods is. Tot 2 keer toe worden 50 man door Gods vuur verteerd.

• In Psalm 18 beschrijft David de ontzagwekkende gedaante van de Heere toen Hij David verloste uit de handen van zijn vijanden en Saul. “Als mij bange was, riep

Pagina 13

Page 14: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis, en mijn geroep voor Zijn aangezicht kwam in Zijn oren. (…) Rook ging op van Zijn neus, en een vuur uit Zijn mond verteerde; kolen werden daarvan aangestoken.(…) Hij verloste mij van mijn sterken vijand, en van mijn haters, omdat zij machtiger waren dan ik.”

• Paulus schrijft in de Hebreen brief dat God een verterend vuur is voor allen die Zijn wil niet doen, die niet rechtvaardig zijn (Hebr 12:29).

“...en rondom Hem zal het zeer stormen.” revn, hier vertaald door “stormen” is de Nif’al vorm van rev(II). rev betekend “wegstormen”, “aanstormen” of “wegvagen”. In het Assyrisch betekend rev “wind”. Het woord komt weinig voor in de Bijbel. Als Qal komt het voor in Psalm 58:10. Daar wordt het gebruikt om aan te geven dat de Heere heel snel de onrechtvaardige zal wreken:“Eer dan uw potten den doornstruik gewaar worden, zal Hij hem als levend, als in heten toorn wegstormen (rev)”. In Job 27:21 wordt rev als Pi’el gebruikt om te beschrijven hoe de oostenwind (vaak als beeld van de gramschap van de Heere) de huichelaars, de goddelozen en tirannen zal verdoen. De oostenwind is een krachtige en felle wind die uit de woestijn komt. Ook hier is rev het beeld voor snel en fel handelen. In Dan 11: 40 wordt rev als Hitpaél gebruikt. De koning van het noorden zal, als Hitler’s Blitzkrieg, snel, plotseling en met grote kracht aanvallen. Concluderend, het “stormen” in onze tekst beschrijft de snelheid waarmee de Heere zijn vijanden, degenen die Zijn wet niet naleven, zal richten: snel, onverwacht en met grote kracht. Het “verterend vuur” beschrijft het richten zelf. De wraakvorderende Gerechtigheid van de Heere is zelfs voor Gods gunstgenoten een angstaanjagend onderwerp. Toen David God’s oordelen zag zei Hij:“Het haar mijns vleses is te berge gerezen van verschrikking voor U, en ik heb gevreesd voor Uw oordelen”. Ook Job was bang voor Gods oordelen:“Want het verderf Gods was bij mij een schrik, en ik vermocht niet vanwege Zijn hoogheid”(Job 31:23). De Profeet Habakuk zegt: ”Als ik het hoorde, zo werd mijn buik beroerd; voor de stem hebben mijn lippen gebeefd ; verrotting kwam in mijn gebeente, en ik werd beroerd in mijn plaats”. De vrees van Gods gunstgenoten voor Zijn toorn staat in schril contrast met het spotten van de goddelozen met Gods oordelen. Dat blijkt o.a. uit de volgende twee teksten “waar is de God des oordeels?” (Mal 2:17) en “De HEERE doet geen goed, en Hij doet geen kwaad.” (Zef 1:12). Voor Gods kind is God een heilig God Die met de zonde geen gemeenschap kan hebben. Dat besef wekt bij hen de vrees dat ze als zondaar een rechtvaardig voorwerp van Gods toorn zijn. Het drijft hen naar de Heere toe om hun zwakheid, zondigheid en onwaardigheid aan Hem te belijden. “Heere, behoed ons, wij vergaan” (Mat 8:25). Op dit belijden zal de HEERE, naar Zijn Woord, hen genadig zijn “maar op dezen zal Ik zien, op den arme en verslagene van geest, en die voor Mijn woord beeft.” (Jes 66:2,5). Ook dan zal Hij betonen dat Hij een Rechtvaardig God is en een Heiland.

Pagina 14

Page 15: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Vers 4 wme Nydl Urah-law lem Mymsh-la arqy Hij zal roepen tot den hemel van boven, en tot de aarde, om Zijn volk te richten. “Hij zal roepen tot den hemel van boven, en tot de aarde...” Volgens Mattheus 18:16 zal “In de mond van twee of drie getuigen alle woord bestaan”. In onze tekst roept de Heere ook twee getuigen op: de hemel en de aarde. Ze zullen moeten getuigen tegen wme, tegen Zijn volk. arq, betekend “roepen”, “oproepen”, “proclameren” of “hardop lezen”. In modern Hebreeuws betekend het “luid roepen”. In het Arabisch “Luid roepen” of “reciteren”. Het woord “Koran” is ook afgeleid van deze wortel. Het woord arq , hier door “roepen” vertaald, wordt ook gebruikt in vers 1. Daar wordt het gebruikt om de inwoners van de aarde op te roepen zich tot Hem te wenden. In ons vers worden de aarde en de hemel, als hemellichamen, opgeroepen om als getuige op te treden in het gericht dat God met Zijn Volk gaat houden. Zoals beschreven in Jes 48: 15 staan hemel en aarde hun Schepper ter beschikking als ze door Hem worden opgeroepen: “Ook heeft Mijn hand de aarde gegrond, en Mijn rechterhand heeft de hemelen met de palm afgemeten; wanneer Ik ze roep, staan zij daar te zamen.” De Heere roept tot de hemel en tot de aarde. “Tot” is de vertaling van la dat een beweging naar een voorwerp of naar een persoon beschrijft. Het woord Myms, door “hemel” vertaald, komt alleen als meervoudsvorm voor. De enkelvoudsvorm komt in het Arabisch wel voor in de betekenis “verheffing” of “hoog zijn”. In ons vers wordt Myms gebruikt om het gehele universum (met uitzondering van de aarde) te beschrijven. Dezelfde betekenis treft men in bijvoorbeeld Gen 1:1, Exodus 20:11, Deut 3:24 en Hag 2:7. lem is een samenstelling van de twee voorzetsels m en le. Het betekend “van boven”, “van over”, of “van bij”. In ons vers is het een aanduiding voor alles dat “boven” (de aarde) is. In die betekenis wordt het ook gebruikt in Gen 1:7, 2 Kon 25 : 28 en Ps 148:14. Ura, beschrijft de aarde, als hemellichaam. Dezelfde betekenis treft men in Gen 1:2, Ex 20:4, Deut 5:8; 30:19 en Klaagl 2:1. In onze tekst worden de hemel en de aarde menselijke eigenschappen toegeschreven. Immers ze worden “geroepen”. Het komt vaker voor dat hemellichamen als “mensen” worden aangesproken. “Hoort gij hemelen” (Jes 1:2); “Ontzet u hierover, gij hemelen, en zijt verschrikt” (Jer 2:12); “De hemelen vertellen Gods eer” (Psalm 19:2); “De hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid” (Ps 97: 6); “Dies loven de hemelen Uw wonderen , o HEERE!” (Psalm 89:6); “Looft Hem, gij hemelen der hemelen!” (Psalm 148:4).

Pagina 15

Page 16: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Toen Mozes en Jesaja Gods gerichten aankondigden riepen ze de hemel en de aarde ook op als getuigen. “Zo roep ik heden den hemel en de aarde tot getuige tegen ulieden, dat gij voorzeker haast zult omkomen van dat land, waar gij over de Jordaan naar toe trekt , om dat te erven; gij zult uw dagen daarin niet verlengen, maar ganselijk verdelgd worden.” (Deut 4 : 26) en “Hoort, gij hemelen! en neem ter ore, gij aarde! want de HEERE spreekt: Ik heb kinderen groot gemaakt en verhoogd; maar zij hebben tegen Mij overtreden.” (Jes 1:2). De bijbel begint met de schepping van hemel en aarde “In den beginne schiep God de Urah taw Mymsh“. Omdat de hemel en de aarde vanaf het eerste begin van de schepping er geweest zijn worden ze in onze tekst door de Heere opgeroepen om te getuigen. Volken, koninkrijken en culturen komen, blinken en verzinken. Alles wat op de aarde groeit en bloeit zal eens vergaan. Maar, de hemel en de aarde zullen blijven bestaan en zijn onvergankelijk. Ze zijn sinds de zondeval getuige van de ongerechtigheden van de mensheid en de gerechtigheden van de Schepper en zijn daarom de beste getuigen in het gericht dat God gaat houden met Zijn volk. “...om Zijn volk te richten.” Nyd, hier vertaald door “richten”, heeft de volgende betekenissen: “Handelen als rechter”, “verdedigen”, “recht uitoefenen” en “regeren”. In onze tekst betekend het “handelen als rechter”. In de volgende teksten heeft Nyd (met God als rechter) dezelfde betekenis: Psalm 135 : 14 (=Deut 23:36) “Want de HEERE zal Zijn volk richten , en het zal Hem berouwen over Zijn knechten”; Psalm 7:9 “De HEERE zal den volken recht doen...”; Psalm 96:10 “Hij zal de volken richten in alle rechtmatigheid.”; Jes 3:13 “De HEERE stelt Zich om te pleiten, en Hij staat, om de volken te richten.”; Psalm 9:9 “En Hij Zelf zal de wereld richten in gerechtigheid, en de volken oordelen in rechtmatigheden.”; Psalm 72:2 “Zo zal hij Uw volk richten met gerechtigheid , en Uw ellendigen met recht.” Me is een algemeen woord voor volk. De oorspronkelijke betekenis is waarschijnlijk “degenen die verenigd- of verbonden zijn”. Onder de Oud Testamentische bedeling is “Zijn volk” het (gehele) Joodse volk dat aan de Sinai Zijn Wet heeft gekregen. Uiterlijk onderhouden ze allemaal de ceremonieen zoals door de Heere verordend. Toch is er een tweedeling onder Zijn volk. De eerste groep zijn Zijn gunstgenoten. Deze achten Zijn Verbond hoger dan de uiterlijke vormengodsdienst. De andere groep bestaat uit degenen die het Verbond denken te onderhouden door de uitwendige vormengodsdienst. In de Nieuw Testamentische bedeling behoren allen die door de doop zijn ingelijfd in de Christelijke Kerk tot “Zijn volk”. Evenals het joodse volk kan ook de Christelijke Kerk gesplitst worden in een groep die, uit genade, God dient met mond èn hart en een groep die Hem alleen dient met de mond, de hypocrieten of naamchristenen. De rechtsnorm tussen God en Zijn volk is Gods Wet. Op grond van deze rechtsnorm komt de Heere in dit vers Zijn volk (wme) te richten (Nyd). Heidense goden hebben geen

Pagina 16

Page 17: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

vaste norm voor hun handelen. Die handelen naar willekeur en zijn onbetrouwbaar. Ook de relatie tussen Allah en de Moslims is een relatie die gepaard gaat met angst en vrees. De God van Israel handelt niet naar willekeur. Hij handelt volgens Zijn Wet. Hij is niet onbetrouwbaar. Hij is de Getrouwe. Hij is het Die trouwe houdt en eeuwig leeft. ‘t is trouw al wat Hij ooit beval. Zoals Gods volk op Zijn trouw mag rekenen, zo eist God ook dat Zijn volk trouw is aan Hem en naar Zijn Wet leeft. Als dat niet het geval is, heeft de HEERE het recht Zijn volk aan te spreken op de afgesproken rechtsnorm. Onder de Nieuw Testamentische bedeling is het Evangelie de rechtsnorm. Immers, Paulus zegt dat God de wereld oordelen zal naar Zijn Evangelie. In het Evangelie is de essentie van de Wet begrepen: “liefde tot God en de naasten”. Het Evangelie heeft deze essentie ook, maar uit een ander beginsel. Het Evangelie vraagt een nieuwe gehoorzaamheid. De essentie voor oprecht gelovigen is: we hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad; daarom ook elkander. Vandaar dat Johannes zegt: Een nieuw gebod geef ik u, dat gij elkander liefhebt. Omdat er een rechtsnorm is, zal de Heere Zijn volk rechtvaardig (dat wil zeggen op grond van de rechtsnorm) richten. Maar God is toch een God van liefde? Dat is toch in strijdt met Zijn optreden als rechter. Liefde en recht zijn geen tegenstellingen. Ze zijn beiden geënt op het Verbond. In de liefde is het recht begrepen. Echte liefde kan alleen bestaan als aan het recht Gods is genoeggedaan. Het is een bewijs van Zijn liefde dat Hij met het volk van Zijn Verbond naar recht handelt. Door de zondeval kan dat volk zelf aan dat recht niet meer voldoen. Terwijl de eis er wel blijft liggen (Wie kan bestaan in Uw gericht?). Wat heeft de Heere zelf als oplossing uitgedacht? Uit oneindige liefde gaf Hij Zijn Zoon Die in plaats van Zijn volk volledig aan dat recht heeft voldaan. Door al Uw deugden (deugden van liefde en recht) aangespoord hebt Gij Uw woord en trouw verheven!

‘t Is trouw, al wat Hij ooit beval. Het staat op recht en waarheid pal

Als op onwrikbre steunpilaren Hij is het, die verlossing zond

Aan al Zijn volk. Hij zal ‘t verbond Met hen in eeuwigheid bewaren

Psalm 111: 5 (berijming 1773)

Vers 5 xbz-yle ytyrb ytrk ydyox yl-wpoa Verzamelt Mij Mijn gunstgenoten, die Mijn verbond maken met offerande! “Verzamelt Mij Mijn gunstgenoten…”

Pagina 17

Page 18: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Het vers begint met een gebiedende wijs (imperativus) van Poa . Poa kan vertaald worden door “verzamelen”, “verwijderen” of “wegnemen”. Als gebiedende wijs staat er “verzamel!”, “verwijder! Of “neem weg!”. Er wordt geen tegenspraak geduld. Poa wordt gebruikt voor het verzamelen van tastbare dingen zoals mensen (Gen 29:22), dieren (Jer 12:9), vruchten (Exodus 23:10), eieren (Jes 10:14), geld ( 2 Kon 22:4) of de as van de rode koe (Num 19:9). Poa wordt ook gebruikt voor het verwijderen van abstracte begrippen zoals “smaadheid” (Jes 4:1) of “verbolgenheid” (Psalm 85:4). Poa is ook de naam van de opperzangmeester die onze Psalm ten gehore bracht! In Jes 11:12, Ezechiel 11:17 wordt het “verzamelen” in verband gebracht met de terugkeer van de verstrooide Joden in Israel.

1. “En Hij zal een banier oprichten onder de heidenen, en Hij zal de verdrevenen van Israel verzamelen (Poa), en de verstrooiden uit Juda vergaderen, van de vier eilanden des aardrijks.” (Jes 11:12)

2. “Daarom zeg: Alzo zegt de Heere HEERE: Ja, Ik zal ulieden vergaderen uit de volken, en Ik zal u verzamelen (Poa) uit de landen, waarin gij verstrooid zijt, en Ik zal u het land Israels geven.” (Eze 11:17)

Dächsel geeft het volgende commentaar op Jes 11:12: “De vervulling dezer profetie is begonnen met de algemene verzameling en bekering der verstrooide Joden ten tijde van Christus en van de Apostelen (Hand. 2:9 vv. 1 Petr. 1:1, Joh. 1:1); zij is in de volgende tijden tot op onze dagen verder voortgezet, maar bereikt eerst haren hoogsten graad in de toekomstige algemene bekering der ronddwalende Joden, wanneer de volheid der Heidenen zal zijn ingegaan. (Rom. 11:25 vv.).” Uiteraard heeft het “verzamelen” uit onze tekst ook een toepassing voor het verzamelen van de christenen uit de heidenen tot de Christelijke Kerk. Om Zijn Kerk te verzamelen gebruikt de Heere de dienst van mensen. Het “formulier om de dienaars des Woords te bevestigen” formuleert dit alsvolgt:”God, onze hemelse Vader, willende uit het verdorven menselijke geslacht een gemeente roepen en veragderen ten eeuwigen leven, door een bijzondere genade daartoe gebruikt den dienst van mensen. Hierom zegt Paulus in Efeze 4: 11, 12:”En Dezelfde heeft gegeven sommigen tot apostelen, en sommigen tot profeten, en sommigen tot evangelisten, en sommigen tot herders en leraars; Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus”. Zie ook artikel 30 en 31 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. De Heere zal Zijn Kerk uitbreiden totdat de laatste uitverkorene is verzameld. Er zal geen klauw achterblijven. Ze zullen komen vanuit alle uithoeken van de wereld. Jesaja beschrijft dit alsvolgt: “Hef uw ogen rondom op, en zie , die allen zijn vergaderd, zij komen tot u; uw zonen zullen van verre komen , en uw dochters zullen aan uw zijde gevoedsterd worden. Dan zult gij het zien en samenvloeien, en uw hart zal vervaard zijn en verwijd worden; want de menigte der zee zal tot u gekeerd worden, het heir der heidenen zal tot u komen” (Jes 60:4,5).

Pagina 18

Page 19: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Degenen die verzameld worden noemt de Heere ydyox. In het Nederlands: “Mijn gunstgenoten”. dyox betekend “trouw”, “vriendelijk”, “goedertieren”, “heilige” of “vrome”. Het woord kan zowel de Heere als de mens als onderwerp hebben. In Kanttekening in de Statenvertaling bij 2 Kron 6:41 wordt de volgende toelichting op dit woord gegeven:“Het Hebreeuwse woord is Gode toegeschreven en den mensen; Gode toegeschreven zijnde, betekent het de goedgunstige, goedertierene of weldadige, gelijk Ps. 145:17; Jer. 3:12. Den vromen mensen wordt het toegeëigend, omdat zij goed doen, of omdat hun wordt goedgedaan van God. Naar den eersten zin kan men het overzetten met heiligen, goedertierenen, weldadigen, godvruchtigen, en naar de tweede zin met: gunstgenoten.” De benaming “Gods gunstgenoten” komt vaak voor in de Psalmen. Door deze plaatsen te onderzoeken komt men tot de volgende omschrijving van Zijn gunstgenoten. Ze worden door de HEERE afgezonderd (Psalm 4:3) en zullen door Hem bewaard worden tot in eeuwigheid (Psalm 37:28). De Heere redt hen uit de goddelozen hand (Psalm 97:10) en zal de dood van hen wreken (Psalm 116:15). Hij zal tot hen van Vrede spreken (Psalm 85:8) en hun hoorn (d.w.z. hun macht en eer) verhogen (Psalm 148:14). Een gunstgenoot maakt de Heere zijn ongerechtigheden bekend en doet belijdenis van zijn zonden (Psalm 32:5,6). Hij vraagt om Gods bewaring omdat hij zichzelf niet kan bewaren (Psalm 86:2). God is hun troost (Psalm 52:9) en blijdschap (geheel Psalm 149). Ze worden opgeroepen lof te zeggen ter gedachtenis van Zijn Heiligheid (Psalm 30:5). Als de gunstgenoten ontbreken is er geen liefde en trouw meer aanwezig (Psalm 12:1). Ook Micha profeteert dit. “De goedertierene is vergaan uit het land en er is niemand oprecht onder de mensen” (Micha 7:2). “...die Mijn verbond maken met offerande!” In ons vers geeft de Heere Zijn gunstgenoten een bijzonder kenmerk:”die Mijn verbond maken met offerande!” De term ytyrb ytrk, hier vertaald door “verbond maken”, komt veel voor in de Bijbel (Zie o.a. Gen 15:18; Ex 34:10,27; Joz 24:25; Jes 55:3; 61:8; Jer 11:10; 31:31-33; 32:40; 34:14; Eze 34:25; 37:26 en Hos 2:20). ytyrb ytrk betekend letterlijk:“snijdende Mijn verbond”. Die aanduiding verwijst naar de Oud Testamentische verbondssluiting. Tijdens zo’n verbondssluiting hieuw men een offerdier in de lengte middendoor en legde de delen paarsgewijs achter elkaar zodat de geslachtte delen als het ware een (bloed) straat vormden waar beide partijen doorheen konden lopen. De betekenis van deze handeling was, dat men bij verbondsbreking in stukken gehouwen mocht worden zoals de offerdieren (Zie Gen 15:9,10 en Jer 34:18).

Pagina 19

Page 20: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

�trk, vertaald door “makende”, is een Participium Activum. Daarmee wordt aangegeven dat het Verbond voortdurend geldig is. tyrb (vertaald door verbond) komt van hrb. Volgens Brakel (blz 346) en Plevier (blz 34) betekend hrb “uitkiezen”. Mijn woordenboek gaf geen betekenis van deze wortel. Het gaf wel het overeenkomende woord in het Assyrisch. Dat betekend “boeien”, “verdrag” of “overeenkomst”. In het Oude Testament worden verschillende verbonden tussen de HEERE en de mensen genoemd. Dé overeenkomst tussen al deze verbonden is de vrijwillige verbondenheid van de HEERE aan door Hem verkoren mensen die in zichzelf zondig en verdoemelijk zijn. Brakel (Blz 349) beschrijft de verantwoordelijkheden van beide partijen in het (genade-) Verbond alsvolgt. “De verbondshandelingen van de HEERE zijn aanbieden en beloven. De verbondshandelingen van de mensen binnen het verbond zijn aannemen en vertrouwen”. Aan de Verbondsmaking (ytyrb ytrk) wordt in onze tekst toegevoegd xbz-yle. Het voorzetsel yle komt met name voor in de poetische teksten van het Oude Testament. De afgekorte vorm van dit voorzetsel, le, komt zeer veel voor. yle kan vertaald worden door:“op grond van “(Gen 1:11); “overtreffen” (Gen 48:22); “er boven uit stijgen” (Deut 26:19); “toevoegen” (Psalm 60:7) en “er boven” (Gen 1:20). Het zelfstandig naamwoord xbz komt van het werkwoord dat “het slachtoffer slachten” betekend. Het betekend in onze tekst “slachtoffer”. xbz wordt zowel gebruikt voor een “gewoon” slachtoffer als voor het Verbondslachtoffer. Jakob slachtte een xbz om het verbond tussen hem en Laban te bekrachtigen (Gen 31:54). Het Paaslam is een xbz (Ex 34:25), evenals het jaarlijks offer (1 Sam 1:21) en het dankoffer (Ps 107:22). Volgens Plevier (blz 35) is xbz zelfs een aanduiding voor de hele Oud Testamentische offerdienst. De Statenvertaling vertaald yle door “met”. Mijn inziens is “boven” een betere vertaling voor yle. De vertaling van xbz-yle wordt dan:”Die Mijn verbond hoger achten dan slachtoffer”. Gods gunstgenoten achten de onderhouding van het Verbond, het voortdurend aannemen van het Evangelie en het vertrouwen op God en Zijn beloften, belangrijker dan het uiterlijk slachtoffer. Met andere woorden, ze achten de betekenende zaak van het slachtoffer hoger dan het slachtoffer zelf. Dàt is de betekenis van dit tekstdeel. In het formulier voor de Nieuw Testamentische verbondsluiting, de Doop, leest men hetzelfde. “De doop is een ordening Gods, om ons en ons zaad Zijn Verbond te verzegelen, daarom moeten wij hem tot dat einde, en niet uit gewoonte of bijgelovigheid, gebruiken.” Het “verbond makende”, beschreven in onze tekst, vindt plaats tijdens het Heilig Avondmaal. Het formulier voor dit sacrament geeft een mooie verklaring van onze tekst: “opdat wij dan met het waarachtige hemelse brood Christus gespijzigd mogen worden, zo laat ons met onze harten niet aan het uiterlijke brood en wijn blijven hangen”.

Pagina 20

Page 21: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Allen die gedoopt zijn hebben het zegel van het Verbond op hun voorhoofd. Alleen Gods gunstgenoten kunnen in Christus, het fundament van het Verbond, het Verbond onderhouden. Allen die buiten Christus zijn kunnen het Verbond, wegens de Zondeval, niet onderhouden en zijn daarom verbondsbrekers. Zij mogen, rechtvaardig, volgens oud testamentische traditie, in stukken gehouwen worden. Buiten Christus is God een verterend vuur. Gods gunstgenoten zullen daarentegen door Hem bewaard worden tot in eeuwigheid. “Want de HEERE heeft het recht lief, en zal Zijn gunstgenoten niet verlaten; in eeuwigheid worden zij bewaard; maar het zaad der goddelozen wordt uitgeroeid”. (Psalm 37:28). Ook de berijmde Psalm 40 geeft dit treffend aan:

Brandofferen, noch offer voorde schuld, Voldeden aan Uw eis, noch eer;

Toen zeid’ Ik: Zie, Ik kom, O HEER! De rol des boeks is met Mijn naam vervuld.

Mijn ziel, U opgedragen, Wil U alleen behagen;

Mijn liefd’en ijver brandt; Ik draag Uw heil’ge wet, Die Gij den sterv’ling zet, In ’t binnenst’ ingewand.

Psalm 40:4 (berijming 1773)

Vers 6 hlo awh jps Myhla-yk wqdu Myms wdygyw En de hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid ; want God Zelf is Rechter. Sela . “En de hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid…” Het vers begint met een koppelteken w meestal vertaald door “en”. Het haakt zich niet alleen vast aan het vorige vers maar aan alle vorige verzen. Zoals zal blijken geeft dit vers de kern weer van de vorige verzen. dygy is een Hif’iel vervoeging van dgn. De wortel betekend “opvallend zijn”. Het woord wordt alleen gebruikt in de Hif’iel en Hophal vervoeging. Als Hif’íel betekend het “vertellen”, “announceren”, “bekend maken”, ‘informeren” of “proclameren”. Het wordt, zoals in onze tekst, ook gebruikt om de deugden en daden van de Heere te verkondigen. Met name in de Psalmen en in Jesaja treft men dit gebruik van dgn aan. Zie o.a. de volgende teksten: “verkondigt onder de volken Zijn daden.” (Ps 9:12); “Zij zullen aankomen, en Zijn gerechtigheid verkondigen den volke, dat geboren wordt, omdat Hij het gedaan heeft”. (Psalm 22:32); “Heere, open mijn lippen, zo zal mijn mond Uw lof verkondigen.” (Psalm 51:17).

Pagina 21

Page 22: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

In ons vers zijn “de hemelen” het onderwerp. Dat is ook het geval in de volgende teksten. “…het uitspansel verkondigd Zijner handen werk” (Psalm 19:2); “De hemelen verkondigen Zijn gerechtigheid” ( Psalm 97:6) en “Laat ze (de hemelen) den HEERE de eer geven, en Zijn lof in de eilanden verkondigen.” (Jes 42:12). De taal van het hemelrond wordt wereldwijd verstaan “Geen spraak, en geen woorden zijn er, waar hun stem niet wordt gehoord.” (Psalm 19: 4). Omdat dit Esperanto door iedereen begrepen wordt zal niemand het excuus hebben:“Ik heb niet geweten dat de Heere rechtvaardig is”. De Hemelen zijn in Vers 4, samen met de aarde, tot getuige opgeroepen omdat ze vanaf Genesis 1:1 getuige zijn van Gods daden en de ongerechtigheden van de mensen. De hemelen (hier als beschrijving van alle planeten inclusief de aarde) zullen getuigen dat de Heere rechtvaardig is en dat Hij niemand onrechtvaardig behandeld. Volgens Openbaring zal men ook ìn de hemel Zijn gerechtigheid verkondigen: “En na dezen hoorde ik als een grote stem ener grote schare in den hemel , zeggende: Halleluja, de zaligheid, en de heerlijkheid, en de eer, en de kracht zij den Heere, onzen God. Want Zijn oordelen zijn waarachtig en rechtvaardig.” (Openbaring 19:1,2). Zie ook Openbaring 15:3,4. qdu vertaald door “gerechtigheid” of “rechtvaardigheid” is een juridisch begrip.In de bijbelse context betekend het dat de Heere Zijn Raad volvoerd. Al Zijn beloften zullen vervuld worden. “Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied.” (Math 5:18). Voor God gunstgenoten is dat een bron van troost. In tijden van nood en verdrukking pleiten ze op Gods Gerechtigheid:”Doe mij recht naar Uw gerechtigheid, HEERE , mijn God! en laat hen zich over mij niet verblijden.” (Psalm 35:24). Zie ook Psalm 5:6; 9:2-21 en 31:2. Vanwege Gods Gerechtigheid werd Israel onder de volken verstrooid (Deut 4:26 en 27). “Zo roep ik heden den hemel en de aarde tot getuige tegen ulieden, dat gij voorzeker haast zult omkomen van dat land, waar gij over de Jordaan naar toe trekt, om dat te erven; gij zult uw dagen daarin niet verlengen, maar ganselijk verdelgd worden. En de HEERE zal u verstrooien onder de volken; en gij zult een klein volksken in getal overblijven onder de heidenen, waar de HEERE u henen leiden zal.” Wegens diezelfde Gerechtigheid vind nu de huidige terugkeer van de Joden naar Israel plaats. Dat was beloofd in Deut 30:3-5 en wordt nu uitgevoerd. “En de HEERE, uw God, zal uw gevangenis wenden , en Zich uwer ontfermen; en Hij zal u weder vergaderen uit al de volken, waarheen u de HEERE, uw God, verstrooid had. Al waren uw verdrevenen aan het einde des hemels, van daar zal u de HEERE , uw God, vergaderen, en van daar zal Hij u nemen. En de HEERE, uw God, zal u brengen in het land, dat uw vaderen erfelijk bezeten hebben , en gij zult dat erfelijk bezitten; en Hij zal u weldoen, en zal u vermenigvuldigen boven uw vaderen.”.

Pagina 22

Page 23: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Gods genade is niet in strijdt met Zijn Gerechtigheid maar is een uiting van Zijn Gerechtigheid! (Psalm 51:16; 143:1,2; Micha 7:9). De Heere Jezus wordt niet zonder reden “De HEERE onze Gerechtigheid” genoemd (Jer 23:6, 33:16). Hij is de belichaming van Gods Gerechtigheid. Hij zal de verdrukten recht doen en zal de rechtvaardigen, Zijn gunstgenoten, geven wat hun naar Gods beloften toekomt. “Maar Hij zal de armen met gerechtigheid richten , en de zachtmoedigen des lands met rechtmatigheid bestraffen; doch Hij zal de aarde slaan met de roede Zijns monds, en met den adem Zijner lippen zal Hij den goddeloze doden.” (Jes 11:4). Zie ook Psalm 72:4 en Jes 42:4. “…want God Zelf is Rechter.“ Het voegwoord yk leidt de causale zin van het voorgaande in. Dat wil zeggen de zin die nu volgt is de basis van wat hiervoor geschreven is. Omdat God Zelf rechter is, kunnen de hemelen Zijn Gerechtigheid verkondigen. jps is een Qal Participium Activum. Het duidt dus een permanente bezigheid aan!! Het werkwoord jps wordt vertaald door “rechtspreken” of “regeren”. Afhankelijk van de context is de tijd van jps zowel “verleden” (Richt 4:4), “tegenwoordig” (Nah 1:2) als “toekomend” (Jes 25:31). Wie anders kan deze permanente bezigheid in verleden, heden en toekomst verrichten dan de “Ik zal zijn Die Ik zijn zal”, de “Alpha en de Omega”? Het woord beschrijft zowel de wetgevende, de (wet)uitvoerende als de rechterlijke macht. Voor de Heere als “wetgever” zie Gen 18:25 en Jes 33:22. Voor de Heere als “rechter”, in de zin van beslisser in een geschil, zie bijvoorbeeld Gen 16:5. De Heere als “uitvoerende Macht” wordt beschreven in Ezechiel 7. Omdat alle aspecten van de rechterlijke macht bij de Heere aanwezig zijn is Hij de volmaakt rechtvaardige rechter. “De natien zullen zich verblijden en juichen, omdat Gij de volken zult richten in rechtmatigheid” (Psalm 67:4). Matthew Henry geeft als verklaring bij dit vers: “Laat hen blij zijn omdat Gij de volken zult richten in rechtmatigheid; dat Gij een wet en een Evangelie zult geven, die een rechtvaardige regel van het recht zullen zijn, en overeenkomstig die regel een onfeilbaar oordeel zult uitspreken over alle kinderen van de mensen, waartegen geen uitzondering kan opgeworpen worden. Laat ons allen blij zijn dat wij elkaars rechter niet zullen wezen, maar dat Hij, die ons oordeelt, de Heere is, wiens oordeel, dies zijn wij zeker, naar waarheid is.” “…Sela” Ons vers, en daarmee vers 1 tot 6, eindigt met het bekende, onvertaalde, “Sela”. In hebreeuws schrift hlo. Dit woord komt alleen voor in de Psalmen en in Habakuk 3. Over de betekenis en het gebruik van hlo is veel verschil van mening. “Sela” is een van de twee voorkomende tussenschriften. Het andere tussenschrift is “Higgajon”. Het woord Higgajon komt voor in Ps 9:17 en Psalm 92:4. De Statenvertalers hebben het in Psalm 9:17 onvertaald gelaten. In Psalm 92:4 is het vertaald door “voorbedacht lied”.

Pagina 23

Page 24: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Het woord Sela wordt door sommige verklaarders (bijv. Kimchi) geinterpreteerd als een muzieknotatie om de verandering van toon aan te geven. Anderen interpreteren het als een pauze om aandacht te vragen voor het voorgaande of ter bevestiging van het voorgaande, zoals het woord “amen” (bijv Eben Ezra). Volgens Gill heeft een “zeer geleerd man” een proefschrift geschreven over het woordje Sela waarin hij aantoond dat het een Godsnaam is. (Zie Gill over Psalm3:2). Dr. de Groot heeft nog een andere visie. Hij wijst er op dat Sela altijd staat ter afsluiting van een kern-vers. Ook in onze Psalm is de kern: dat God een volmaakt Rechter is en dat de hemelen volmaakte getuigen zijn. Hij interpreteert “Sela” als een teken voor herhaling. Het woord “sela” moet in dat geval zelf niet gelezen worden, maar dient als leesteken beschouwd te worden. Het geeft aan dat het voorgaande nogmaals gelezen dient te worden om het te benadrukken. Graag volg ik Dr de Groot omdat nooit genoeg benadrukt kan worden dat God Zelf Rechter is. Ik eindig deze studie met een treffend stukje van Joseph Caryl waarin beschreven wordt dat God Zelf Rechtvaardigheid is. Hij schreef deze meditatie naar aanleiding van Job 35:2:”Houdt gij dat voor recht, dat gij gezegd hebt: Mijn gerechtigheid is meerder dan Gods?”. “Een mens kan geen krommere gedachte hebben dan te denken dat er ook maar de minste onrechtvaardigheid is in de wegen die God met de mens houdt. Een mens kan eigenlijk niet iets doen wat rechtvaardig is, maar het is onmogelijk dat God iets zou doen wat onrechtvaardig is. Wat God ook doet het is wel gedaan en het is rechtvaardig.Zelfs als God Job of iemand anders van Zijn kinderen kwaad laat overkomen, dan doet Hij hun toch goed. “Immers is God goed degenen die rein van hart zijn” (Ps 73:1). God is niet alleen rechtvaardig en billijk in wat Hij doet, maar ook goed en genadig. Hoewel Zijn beschikkingen soms tot grote droefenis leiden, zijn ze nooit oneerlijk. En evenals de slechtste van de mensen tenslotte zal erkennen dat God rechtvaardig is, zal de beste van de mensen, een Job of een David, ten slotte met vreugde en dankbaarheid zien dat God goed voor hem is geweest, zelfs meer dan goed – gelet op zijn staat – in de moeilijkste en zwaartse wegen die Hij met hem ging. Want “alle paden des Heeren – zowel de moeilijke als de lieflijke, zowel die bezet zijn met doornen en distelen als die met rozen zijn omzoomd – zijn goedertierenheid en waarheid (even goedertieren als waar) voor degenen die Zijn verbond en Zijn getuigenissen bewaren” (Ps 25:10). Hij die genade betoont, kan in al Zijn wegen alleen maar rechtvaardigheid betonen aan Zijn volk. Evenals “die de rechtvaardigheid doet, rechtvaardig is” (1 Joh 3:7), kan Hij Die rechtvaardig is, slechts rechtvaardige dingen doen. God is niet alleen rechtvaardig, maar de rechtvaardigheid zelf; rechtvaardig te zijn behoort tot Zijn wezen; Zijn rechtvaardigheid is God Zelf. Bij een mens zijn z’n bestaan en z’n rechtvaardigheid twee dingen. De mens kan bestaan zonder rechtvaardigheid. Alle mensen zijn van nature, en zolang ze alleen maar natuur zijn, onrechtvaardig indien zij onbekeerd zijn, hoe hoogbeschaafd ze ook mogen zijn. Voor God is het echter even onmogelijk om niet rechtvaardig te zijn als om niet te bestaan. Hoe kan Hij Die rechtvaardig is, ja de rechtvaardigheid zelf, iets anders zijn dan rechtvaardig in alles wat Hij doet, in elke zaak, in elke handeling, of het nu personen, gezinnen of volkeren betreft? Is het dan niet

Pagina 24

Page 25: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

alleronrechtvaardigst om te denken of zeggen dat God ooit iets onrechtvaardigs gedaan heeft, of kan doen?”

Pagina 25

Page 26: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Appendix. Analyse van de Hebreeuwse woorden Strong Brown

Driver Briggs

Grammaticale betekenis Vertaling

Vers 1

rwmzm 4210 274b Naamw man enkelvoud Technisch ontwerp van de psalmen

l Voorzetsel Aan, tot, voor Poa 623 63a Eigennaam Asaf la 410 42a Godsnaam El Myhla 430 43a Godsnaam Elohim hwhy De Godsnaam Jahweh rbd 1696 180a Piél, Perf, 3e pers man

enkelvoud Hij spreekt

arqyw 7121 894b Qal, Imperf Consecutivum, 3e pers man enkelvoud

En Hij roept

Ura- 776 75b Naamw vrouw enkelvoud Aarde m 4480 577 Voorzetsel Van, vanuit xrzm 4217 280b Naamw man constructus Plaats waar de

zon opkomt, oostsms- 8121 1039a Naamw vrouw enkelvoud Zon de 5704 723b Voorzetsel Zover als, tot wabm- 872 99b Naamw man enkelvoud met

suff 3e man enkelvoud Ondergang van de zon

Vers 2

m 4480 577 Voorzetsel Van, vanuit Nwyu 6726 851 Eigennaam Sion llkm 4359 483a Naamw man enkelvoud Volledigheid,

perfectie ypy- 3308 421b Naamw man enkelvoud Schoonheid Myhla 430 43a Godsnaam Elohim eypwh 3313 422a Hifíel, perf, 3e man Hij schijnt, Hij

straalt uit

Vers 3 aby 935 97b Qal, Imperfectum, 3e man

enkelvoud Hij zal komen

wnyhla 430 43a Godsnaam met suffix 1e meervoud

Onze Elohim

Pagina 26

Page 27: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

w koppelteken En la 408 39a Ontkenning srxy- 2790 361a Qal, Imperfectum, 3e man

enkelvoud Hij zal zwijgen

sa 784 77a Naamw vrouw Vuur l- voorzetsel Aan, tot, voor wynp 6440 815b Naamw man met suffix 3e man

enkelvoud Zijn aangezicht

lkat 398 37a (3) Qal, Imperfectum, 3e vrouw enkelvoud

Zij zal eten

w Koppelteken wybybo 5439 686b Voorzetsel met suffix 3e man

enkelvoud Rondom Hem

hrevn 8175 973a Nif’al, Perf 3e vrouw enkelvoud

Zij zal stormen

dam 3966 547a Naam man Zeer

Vers 4 arqy 7121 894b Qal, Imperfectum, 3e man

enkelvoud Hij zal roepen

la 413 39b Voorzetsel Tot h- Bepaald lidwoord De Myms 8064 1029b Naamw man meervoud Hemelen m 4480 577 Voorzetsel Van, vanuit le 5920 758a

(IV,2) Voorzetsel Boven, over, bij

w Koppelteken la 413 39b Voorzetsel Tot h- Bepaald lidwoord De Ura 776 75b Naamw vrouw enkelvoud Aarde l Voorzetsel In combinatie

met Inf constr “om te”

Nyd 1777 192a Richten wme 5971 766a Naamw man met suff 3e man

enkelvoud Zijn volk

Vers 5

wpoa 622 62a Qal, Imperativus, meerv man Verzamel! yl- Voorzetsel met suffix 1e man

enkelvoud Tot mij

ydyox 2623 339b (2b)

Naamw man meerv met suffix 1e man enkelvoud

Mijn gunstgenoten

Pagina 27

Page 28: “Want God Zelf is Rechter”theologienet.nl/documenten/Psalm 50.pdf · 2003:”Wij staan bij buitenstaanders bekend om strijden voor de eigen kerk, rechtzinnigheid en hardheid,

Pagina 28

ytrk 3772 503b Qal, Participium Act meerv man

Snijdende

ytyrb 1285 136a (III.1)

Naamw vrouw enkelvoud met suff 1e enkelvoud

Mijn verbond

yle 5920 752a Voorzetsel Op basis van, boven

xbz- 2077 256b (II.1)

Naamw man Slachtoffer

Vers 6

w Koppelteken wdygy 5046 616b Hif’iel Imp 3e man enkelvoud Hij zal vertellen Myms 8064 1029b Naamw man meervoud Hemelen wqdu 6664 841b Naamw man enkelvoud met

suffix 3e man enkelvoud Zijn gerechtigheid

yk 3588 471b Voegwoord Immers Myhla- 430 43a Godsnaam Elohim jps 8199 1047b

(3d) Qal Participium activum enkelvoud man

Richtende

awh Persoonlijk voornaamwoord 3e man enkelvoud

Hij

hlo 5542 699b Sela