“les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès...

105

Transcript of “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès...

Page 1: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 2: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

“les courons d’Auchel 1975-1980”“Auchel Revisited 2001-2004”

Les corons d’Auchel 1975-1980 Auchel Revisited 2001-2004

carl uytterhaegen

Page 3: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Over Carl Uytterhaegen –de fotograaf– zijn al talloze essays en artikels geschreven. In dit kort voorwoord voor de publicatie ‘Auchel revisited’ wil ik dan ook graag stilstaan bij een onderbelicht aspect van Carl Uytterhaegen, namelijk de docent fotografie aan de Koninklijke Academie van de Hogeschool Gent. Niet mijmerend terugblikken uiteraard, want daarmee bewijs je een geëngageerde, actieve kunstenaar geen dienst. Hulde smaakt immers dikwijls naar tragiek, alsof iets definitief wordt afgesloten. Een eerbetoon bij iemand die vrijwillig (of onvrijwillig) een facet van zijn leven afsluit en dit is in deze context gelukkig niet van toepassing. Ja, het is een feit, Carl Uytterhaegen heeft één hoofdstuk in 2000 afgerond, namelijk het lesgeven en bezielen van zijn fotoatelier in de Academiestraat. Wel stel ik mezelf voor dat hij ‘no hard feelings’ koestert tegenover de Academie. Afgaand op zijn hoge graad van aanwezigheid op onze manifestaties, voel ik dat de K.A.S.K. nog steeds mag rekenen op zijn steun en sympathie. Het doet me uiteraard plezier dat hij net als Julien Vandevelde, Marc Van Gysegem en Armand Verspeeten, bijzonder bedrijvig blijft in zijn kunstpraktijk.

woord VOORAF — Eric Ubben

Page 4: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Maar we gingen het over Carl Uytterhaegen-de-pedagoog hebben en misschien terloops toch ook nog even de magie van de Gentse school betrekken in dit verhaal. De uitstraling van die Gentse fotoschool is immers ook voor een groot deel zijn verdienste. Samen met Armand Verspeeten, Julien Vandevelde, Marc Van Gysegem, Jef Ost en Carl Uytterhagen kun je hem als één van de founding fathers van de optie fotografie bestempelen. Fotografen met een sterke persoonlijkheid en een unieke background. Tussen de onrustige, verbale einzelgänger Julien Vandevelde, de beschouwende diplomatische Marc Van Gysegem, Armand Verspeetens solide metier, het technisch vernuft van Jef Ost, bevindt zich Carl Uytterhaegen in het brandpunt van die kwaliteiten. Uiterst erudiet en belezen, rustig/nerveus in zijn artistieke zoektocht, compromisloos in zijn fotogra-fische keuzes en uiterst veeleisend op vlak van zijn studenten. Van de vijf, was/is hij wellicht de meest documentair geprofileerde fotograaf en heeft daarmee expliciet een stempel gedrukt op de veelgeprezen fotojournalistieke poot van de afdeling. In de prille jaren zeventig, lang voordat internationalisering ‘fashionable’ werd in onderwijsmiddens, trok Carl met zijn studenten naar Duitsland om er o.a.

Page 5: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

de subjectieve en apparatieve fotografie te bestuderen. Hij initieerde en stuurde bovendien verschillende artistieke projecten, steeds met een duidelijke maatschappelijke dialoog in het achterhoofd. Over de resultaten van die afdeling bestaat eigenlijk al lang geen twijfel en de galerij van alumni staat als een spreekwoordelijk huis; Carl De Keyzer, Dirk Braeckman, Michiel Hendryckx, Lieve Blancquaert, Patrick DeSpiegelaere, Freya Maes, Lucas Jodogne, Priscilla Bistoen, Sebastiaan Schutyser,… en last but not least, het (quasi) voltallig docentencorps in de vakgroep fotografie. In mijn titel verwees ik naar de notie revisited, een beetje zoals Carl Uytterhaegen terugkeert naar Auchel, kijk ik terug naar één van de boeiendste en markantste docenten uit bijna vijfendertig jaar fotografie aan de KASK. Sta me toe, ‘hic et nunc’ een bescheiden hulde te brengen aan de tweede ‘ere-docent’ van de Gentse Academie die in De Zaal tentoonstelt, namelijk Carl Uytterhagen.

— Eric Ubben (departementshoofd academie)

Steeg cité 3 / ca. 1975

Page 6: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 7: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Personne, aujourd’hui, ne peut s’imaginer ce qu’était la cité du n°3 d’Auchel (les corons du 3) au temps du plein emploi, il y a 50 ans, quand j’y vivais une enfance heureuse. Quand l’on voyait fumer les cheminées, signe de la présence du bonheur, en dépit de tout ce qu’on pouvait dire et des douleurs engendrées par l’exploitation charbonnière. J’ai vécu de tout mon être cette époque dite « bénie » ; pourquoi pas, après tout, si l’on considère le paternalisme –privé ou d’Etat– comme une « bonne solution ». La vie battait son plein, les gens semblaient heureux. Les

Niemand kan zich vandaag inbeelden wat de cité 3 van Auchel was toen er vijftig jaar geleden nog volop in de kool- mijnen gewerkt werd en ik er een gelukkige jeugd kende. Als men er de schoorstenen zag roken, een teken van geluk niette-genstaande alles wat men ervan kon zeggen, niettegenstaande de pijn die de koolontginning met zich meebracht (veroorzaakte). Zowel lichamelijk als geestelijk, kortom met mijn gehele zijn heb ik deze tijd, een ‘gezegende tijd’ zoals men zegt, beleefd. En waarom niet, als we, alles welbeschouwd, het paternalisme, privé of van staatswege, als een ‘goede oplosssing’ beschouwen. Het leven scheerde hoge toppen, de mensen leken gelukkig. Bij de ouderen, de overlevenden blijft de nostaligie van deze leefwereld levendig.

Pierre DELANNOY— januari 2005

Page 8: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

anciens, les survivants, restent nostalgiques de cet univers. J’ai assisté à l’agonie de cet univers ; mais j’avais déserté. Avec la bénédic-tion familiale, j’avais coupé le cordon ombilical qui relie à la cité chacun de ses membres. J’ai fait des études. Je n’étais plus vrai-ment des « LEURS ». Je suis pourtant resté proche de ma cité. Je l’ai servie, en tant qu’en-seignant au lycée d’Auchel et par mes actions militantes bénévoles. Mais il y avait la frontière ! La rue, qui sépare le Lycée de la cité. Quand NOUS franchissions cette frontière, « ILS » m’appelaient : « Monsieur ». J’ai vu lentement se dégrader la situation. Furtivement, la cité s’est vidée de son sang et de son esprit. Au fur et à mesure que les anciens disparaissaient et avec eux, les revenus de leurs retraites, la cité s’est enfoncée dans le

Ik heb deze wereld zien ten ondergaan maar ik deser-teerde. Met de familiale zegen heb ik de navelstreng die iedereen aan de cité bindt doorgeknipt. Ik heb gestudeerd, ik behoorde niet echt meer tot ‘hun’. Ik ben nochtans dicht bij mijn cité gebleven. Ik heb er ten dienste van gestaan door mijn beroep als leraar aan het lyceum van Auchel en mijn militant vrijwilligerswerk. Maar er was een grens: Er was een straat die het lyceum van de cité scheidde. Eens ‘Wij’ die grens overschreden noemden ‘Zij’ mij ‘Monsieur’. Ik heb de situatie stilaan zien verslechteren. Ik heb de cité zien doodbloeden en zijn aard verliezen. Naarmate de ouderen met mondjesmaat vertrokken en de inkomsten van hun pensioen meenamen, verzonk de cité in werkeloos-heid, hulpverlening, miserie en alcoholisme. De jongeren, de snuggerste of de moedigste onder hen, trokken weg naar ergens anders, op zoek naar ‘fortuin’, simpelweg op zoek naar werk. Moeders tranen vloeiden, vaders vuisten

Page 9: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

chômage, l’assistanat, la misère, l’alcoolisme. Les jeunes les plus courageux ou intelligents, s’en sont allés chercher « fortune » ailleurs, simplement du travail. Les larmes des mères ont coulé, les poings des pères se sont serrés. Des fenêtres ont été murées, des esprits se sont refermés. Ceux qui restaient s’étiolèrent, vieillirent et s’aigrirent, même les enfants. Les jardins sont restés en friche. J’ai vu se flétrir l’univers de ma jeunesse sans que quiconque ne songe à reconnaître son passé et la dignité de ses survivants... Sauf un « étranger ». Passant là par hasard le grand homme maigre, discret mais souriant, a porté son « regard » sur cette « fin d’un monde ». L’agonie d’une communauté que certains considéraient, comme une quasi réserve d’Indiens, réservoir de voix, de bulle-

balden zich. Vensters werden dicht gemetst. De geesten doof-den. Zij die bleven verkommerden, vergrijsden en verbitterden, zelfs de kinderen. De tuintjes werden verwaarloosd, de wereld van mijn jeugd heb ik zien zien verleppen... zonder dat er maar om het even wie aan denkt er het verleden in te erkennen. Uitgezonderd een ‘vreemdeling’, er per toeval langskomend heeft die grote magere man, discreet maar goedlachs zijn ‘blik’ laten vallen op dit ‘einde van de wereld’. De doodsstrijd van een gemeenschap, door sommige beschouwd als een quasi indianenreservaat, een voorraad stemmen en stembrieven. Carl Uytterhaegen heeft de keerzijde van de spiegel, voor de eeuwigheid, ontsluierd. Natuurlijk zijn er beelden die cho-queren, voor hen die niet weten, voor hen die de ogen sluiten, voor hen die zichzelf overtuigen dat zoiets niet meer kan noch moet blijven bestaan. Ik heb er nochtans mijn ‘pijnen’ terug gevonden. Het kleine jongentje met de ballon oplichtend van hoop, waarvan ik meteen wist dat hij veroordeeld zou zijn

Page 10: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

tins de vote. Carl Uytterhaegen a dévoilé, pour l’éternité, l’autre côté du miroir. Bien sûr sont là, présentes, les images qui choquent ceux qui ne savent pas, ou qui ferment les yeux, ou qui se persuadent que « cela » ne peut, ni ne doit plus exister. J’y ai pourtant retrouvé mes « souffrances ». Le petit garçon au ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être. Cette jeune fille en fleur, future matrone acariâtre, ou virago d’un peuple de désespérés. Ce Don Juan de cité que l’alcool finira par anéantir. Et tant d’autres angoisses. Tout ce qui existe encore et que des démolitions sans gloire ne feront que trans-planter ailleurs. Aux traumatismes de l’agonie et du rejet, vient s’ajouter celui de « l’exil ». Tout être privé du soutien de sa communau-

niets te zijn noch te worden. Het jonge meisje in de fleur van haar leven, een toekomstige kniezerige matrone of een manwijf van een volkje wanhopigen. De don Juan van de cité die er door de alcohol onderuit gehaald zal worden. En al die andere angsten. Alles wat er nog rest en wat de luisterloze afbraak slechts naar ergens anders kan verkassen. Het trauma van deze doodsstrijd en van deze verstoting komt bovenop het trauma van ‘de verbanning’ en accentueert de fysieke en geestelijke ontwrichting van het individu die het moet stellen zonder steun van de gemeenschap. De weinige warmte die er er nog is verwarmt enkel nog de huizen, graven of belachelijke urnes geworden. Nochtans, indien de schemerige schijnsels de film door-drenkt hebben, heeft het leven in al zijn facetten de hoop van het licht behouden. Onder elke mist schuilt een zon. In elke somberheid licht een vonkje op. Op elke plaats van mise-rie schittert en kostbaar moment. In elke degeneratie ligt

Page 11: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

té ne peut que se disloquer, moralement et physiquement. Le peu de chaleur qui demeure ne réchauffe que des maisons tombes ou des urnes dérisoires. Pourtant, si les lueurs crépusculaires ont imprégné la pellicule, la vie sous toutes ses facettes a maintenu l’espérance des clartés de l’aube. Sous chaque brume se cache le soleil. Dans chaque noirceur, s’allume une lueur. Dans chaque lieu de misère, brille un moment pré-cieux. Dans chaque dégénérescence, source une renaissance. Si un monde se meurt, un autre est en gestation. Il y a des regards de haine mais des enfants qui rient. Il y a des gestes de provocateurs , des attitudes de parias, des hommes qui hésitent et tremblent … mais leurs enfants jouent avec des riens, avec le vent, avec leurs rêves. Il y a des femmes qui vieillis-

een bron van wedergeboorte. Als een wereld afsterft is een andere in wording. Er zijn hatelijke blikken maar de kinderen lachen. Er zijn de gebaren van provocateurs, het gedrag van paria’s, mensen die twijfelen en beven, maar hun kinderen spelen met niets, met de wind, met hun dromen… De vrouwen verouderen maar hun blikken blijven een uitdaging die uitnodigt tot strijd, tot hoop. Vandaag groeien tussen de lijkenhoop van bakstenen en dakpannen, ijzeren staven … waaruit nieuwe huizen groeien die men met kleur uniformiseert … de angst blijft …De oude baas van het terrein, de terril, waakt. Men dicht hem steriliteit toe maar hij dekt zich toe met groen, de hoop keert terug. Vandaag, in een wereld waar media oppermachtig zijn, zou geen enkel menselijk milieu mogen verdwijnen zonder dat er een spoor van achter blijft. Ieder wezen, begaafd met geweten en verstand, die ontdekt dat een stukje menselijkheid aan het verdwijnen is, zou moeten getuigen.

Page 12: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

sent mais leurs regards restent un défi qui invite à la lutte, à l’espérance. Aujourd’hui dans le charnier de briques et de tuiles, poussent des tiges de fer, d’où naissent de nouvelles maisons que l’on uniformise en couleur. L’angoisse reste. Mais le vieux maître des lieux, le terril, veille. Lui, que l’on disait stérile, se couvre de verdures, des arbres y poussent, l’espoir revient. A l’heure de l’infinie puissance médiatique, aucune par-celle d’humanité ne devrait disparaître sans qu’il en reste une trace. Tout acteur de cette puissance devrait avoir le devoir de témoigner. Carl Uytterhaegen a témoigné. Conscient de la dignité des humbles, il a mis son regard au service de leur mémoire. Il était de mon devoir, au nom de mon enfance, de ceux qui furent mon passé et de ceux qui sont mon avenir, de lui dire simplement, merci.

Carl Uytterhaegen heeft omdat hij zich bewust is van de waardigheid van de mensen, getuigenis afgelegd. In alle bescheidenheid en nederig, in naam van zij die mijn verleden waren, van mijn kindertijd en van zij die mijn toekomst zijn, dank ik hem.

— Pierre Delannoy (Rosati d’Artois)

Page 13: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 14: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Bruno, het jongetje met de ballon, is de schakel tussen het begin en het einde van het verhaal, een nooit eindigend verhaal. Een schakel tussen verleden en heden, heden en toekomst, droom en werkelijkheid. De foto’s van Cité 3 hebben een diepe gelaagdheid die je niet zomaar kan laten verdwijnen met een speldenprik. Carl schetst, situeert en maakt beelden die beklijven, beelden met een levend weefsel. De fotograaf en het decor zijn als het ware één. Maar schijn bedriegt. Carl slaagt erin om de dualiteit van kijken en niet kijken, gezien en niet gezien worden, constant door elkaar te verweven. Net alsof elk beeld een ‘still’ is uit de film van hun dagelijks leven. Als je door de catalogus bladert of door de tentoonstelling wandelt ga je met hem mee, alsof je ‘op visite’ gaat. Je krijgt een rustig, ongegeneerd gevoel, er is geen haast, de tijd raast voorbij en wanneer je afscheid neemt, het decor uitstapt, weet je dat er niets zal veranderd zijn, of toch? ...het decor is veranderd, de essentie is gebleven.

woord VOORAF — Christine Deboosere

Page 15: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Het verhaal wekt gemengde gevoelens op, je kan niet ontkennen dat er een zekere poëzie van het leven verborgen zit in deze documentaire beelden, maar toch zijn de foto’s een directe en eerlijke weergave uit het monotone leven van een familie. Het is een voortdurend aftasten, een zoeken naar het juiste evenwicht tussen verborgenheid en geborgenheid, tussen tonen en suggestie. Ieder beeld is tegelijk teder, kwetsbaar, eerlijk en rauw. Dit beeldverhaal is zo fragiel als het simpele geluk van het jongetje met de ballon.

— Christine Deboosere (Curator)

Page 16: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 17: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 18: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 19: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 20: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 21: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 22: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 23: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 24: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 25: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 26: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 27: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 28: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 29: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 30: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 31: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 32: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 33: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 34: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 35: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 36: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 37: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 38: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 39: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 40: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 41: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 42: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 43: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 44: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 45: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 46: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 47: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 48: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 49: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 50: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 51: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 52: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 53: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 54: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 55: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 56: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 57: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 58: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 59: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 60: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 61: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 62: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Ik heb de foto’s van het Noordfranse koolmijndorp Auchel teruggezien Dit is het kamp, het getto. De foto’s zijn gemaakt met een zo grote gevoeligheid achter een strakke objectiviteit, dat je er niet over kunt schrijven zonder de schaamte en het respect dat ellen-de oproept. Het is een beeld van verschrikking met nog enkele zeld-zame herinneringen aan mooie en echte dingen, een glimlachend kind,

een bloem, ravottende jongens, een jonge vrouw. Maar die geven juist aan dat Auchel is als een schunnige verwensing. De foto’s bij dit artikel zijn een beperkte keuze uit enkele duizen-den opnamen die Carl Uytterhaegen, fotograaf en leraar fotografie aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent, gemaakt heeft van 1975 tot ‘80 in Auchel (département du Pas de Calais).

Op terugreis van een vakantie in Zuid-Frankrijk ontdekt hij dit ver-bijsterend decor. Hij zal er 5 jaar blijven fotograferen en is er intus-sen in alle seizoenen meer dan 50 keer geweest, geobsedeerd door een verwoest landschap waarin mensen zijn blijven leven. Deze selectie geeft wel een goed beeld van de kwaliteit van deze foto- grafie. Je denkt aan de foto’s van oorlogsinvaliden, zigeuners, bede-

AUCHEL verwensing kamp getto — Verbijsterende documentaire van Carl Uytterhaegen

Page 63: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

laars die Sander heeft gemaakt en waarin je ziet hoe Sander deze mensen heeft ontmoet en hoe hij ze heeft aangesproken. In deze reeks van Uytterhaegen heb je dezelfde indruk: Auchel is gezien met dee-moed en mededogen. Dit is het portret van les Corons d’Auchel (les Corons is het complex van straten met arbeiderswoningen, gebouwd door de mijnexploitatie- maatschappij), waar de mijnont-ginning werd stilgelegd na WO 2. Maar de terrils en de crassiers, de heuvelhoge hopen aarde en steen die uit de mijnschatten werden opgehaald, en de cités van mijn-werkershuizen zijn er nog altijd zoals ze er in 1920 waren.

Er is na de mijnsluiting weinig veranderd aan het uitzicht van de streek, maar er is wel meer armoede gekomen, want behalve de mijnen was er geen industrie. De mannen die nieuw werk gevonden hebben zijn pendelaars die ‘s nachts om 3.45 uur thuis vertrekken om 7 uur op hun job te zijn. De werkloosheidscijfers zijn zeer hoog. Auchel leeft in een sfeer van apathie onder de zwavelstank die geregeld aanwaait. Kinderen spelen op de terrils tussen het afval, kerels hangen in de kroegjes of zitten op de stoep te kaarten voor geld, de vrouwen zitten thuis, kijken tv en zorgen voor de familie met één keer per week vlees op tafel.

Naast materiële en culturele armoede, ook veel fysiek en mentaal gehandicapten. Mensen die dicht tegen elkaar aan leven, een sterk solidariteitsgevoel in alle misère, in een decor van rommel, aange-bouwde houten hokken, fietsen, karretjes, opgelapte moto’s, kapot speelgoed, honden en katten, kippen en eenden, graffiti op de muren, enz. En kinderen, soms met een bloeme-tje, een knuffeldiertje in de armen voor de warmte, pathetische gezicht-jes, zondagse pakjes en jurkjes die het nog erger maken. Toch ook een jongetje met een ballonnetje (weet je nog: le ballon rouge?). Er is ook een zeldzame boom. Hoe verdien je dat om daar geboren te worden?

Page 64: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Deze kostbare portfolio (die voor elke buitenlandse uitgever direct een prestigieus fotoboek- project zou zijn) is een voorbeeld van wat documentaire fotografie is in tegenstelling tot reportage. De traditionele reportage is immers fotografie van (meestal gloeiend actuele) gebeurtenissen, van situaties die de gebeurtenis- sen samenvatten en (als het kan, dat hangt van de fotograaf af) ze ook verklaren, iets aanduiden van de achtergronden of van de draagwijdte van de gebeurtenissen. Documentaire fotografie is veeleer een illustratieve fotografie in die zin dat ze met een wetenschap-pelijke zorgvuldigheid is voorbereid,

of alleszins een onderwerp heel grondig en uitvoerig behandelt in al zijn verschillende facetten met een streven naar objectiviteit; meestal sociologische thema’s, zoals ook bij het werk van Carl Uytterhaegen het geval is. Dit omvangrijke werk over Les Corons d’Auchel beantwoordt per-fect aan de eisen van de documen-taire fotografie. Alleen is voorstudie ook nog aangevuld door grondige kennis van het onderwerp: een leefgemeen- schap van mensen die je alleen na talrijke ontmoetingen echt per-soonlijk kunt benaderen zoals Uytterhaegen dat met vriendelijk geduld en aandacht heeft gedaan.

De historische schets van de ont- wikkeling van Auchel van agrarisch dorp tot mijn stad, is samengevat uit een Histoire de la Ville d’Auchel uit de jaren 30, waarvan de bibliografie ontbreekt.

Page 65: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

1. Het landschap met zijn terrils aan de horizon en de ritmische herhaling van de citéhuisjes situeren het stadje in zijn geheel.2. Het totaalbeeld van de straten van de cité met links en rechts een toekijkend, spelend of weglopend figuurtje. Het algemeen aspect van het milieu.3. Groepjes stoeiende kinderen in het landschap die de verhouding aangeven van de mensen in dit decor.4. Mensen in de straat, groepjes die tonen welk type van mensen hier woont (sociologisch), subs. aangeven hoe deze mensen zich vervelen, ook een sterk samenhorigheidsgevoel hebben.5. Personen voor het decor van hun dagelijks leven, een koertje. een achterhuis; vereenzaamde mensen met om zich heen symbolisch werkend afval. Individualisering van de sociale problematiek.6. Geposeerde portretten van (meestal jonge) mensen aan wie Uytterhaegen gevraagd heeft even in de camera te kijken; pathetische gezichten van mensen die met overwonnen wantrouwen constateren dat er vriendelijke belangstelling voor hen bestaat. Een vorm van intiem contact met de buitenwereld, de andere wereld. Dat deze fotografie uitsluitend zwart-wit fotografie is, is evident. Hetzelfde kun je zeggen van de kleinbeeld- fotografie waarbij we wel onderstrepen dat deze foto’s uitsluitend volledig

IN 5 JAAR IS ER EEN SYSTEMATIEK ONTSTAAN IN DE BEHANDELING

VAN HET ONDERWERP

Page 66: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

afgedrukte negatieven zijn. Er zijn enkele elementen van vormgeving die Uytterhaegen hier met duidelijke voorkeur hanteert.

a. Vooreerst het licht, dat grijs blijft en slechts zeer uitzonderlijk echt zonnig wordt. b. Horizontlijn ligt meestal buiten het beeld, maar als ze zichtbaar wordt, ligt ze hoog in de rechthoek, wat een gesloten landschapsbeeld oplevert. c. Vele buitenopnamen tussen de terrils zijn gemaakt en plongée (van boven naar onderen) wat hetzelfde effect van geslotenheid heeft. d. Als er poserende personen vooraan in het beeld zijn, komen die met deze opstelling sterk naar voren, dichter naar de kijker toe met achter zich het landschap dat alles beheerst. e. Het haaks rechte camerastandpunt in het straatbeeld accentueert de eentonigheid van het decor. f. Er is altijd een duidelijke relatie tussen de personen en de achtergrond waarvoor ze geplaatst zijn. g. Vele staande personen zijn zo in de rechthoek geplaatst dat ze ter hoogte van de knieën afgesneden zijn, waardoor ze prominent in beeld komen; een portret tenvoeten uit maar zonder de minder expressieve elementen.

Page 67: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Inderdaad, een zeer efficiënt opge-bouwde fotografie die met grote intuïtieve trefzekerheid en tech-nisch raffinement beheerst wordt. Een thema dat altijd opnieuw terugkeert in gesprekken met Vlaamse fotografen is het thema van de teleurstelling, ontmoedi-ging, (soms) woede over het gebrek aan mogelijkheden in België. Het heeft te maken met het feit dat we geen jaarboeken hebben, geen markt voor artistieke fotografie, geen uitgeverijen die actuele foto-grafie (als fotografie) publiceren, geen grote magazines of revues die van kwaliteitsfotografie moeten leven en er dus geld voor over heb-ben. Dan krijg je jonge fotografen

die met hun plannen rondlopen, dan een tijd lang met beloften en die tenslotte de ervaring opdoen dat het niet volstaat ideeën te hebben en goed werk te kunnen leveren. Je moet ze ook nog kunnen verkopen. En dat lukt zelden. Meestal is het zo dat daarover de oorzaak niet dient te worden gezocht bij puur mercan-tilisme, kortzichtigheid of een reac-tionaire mentaliteit, maar dat we inderdaad in een klein taalgebied leven met alle beperkingen die daar aan vastzitten. Als je ziet wat er in de States of de Bondsrepubliek aan fotografie besteed wordt, onverge-lijkelijk. Het blijft een frustrerende zaak voor Vlaamse fotografen die al heel blij zijn als ze eens een repor-

tage bijv. in Avenue krijgen. Wellicht hebben ze hun heil te verwachten van een verdere culturele inter-gratie van het hele Nederlandse taalgebied met tegelijkertijd een verdere ontwikkeling van vormen van commerciële samenwerking. Carl Uytterhaegen behoort tot die fotografen met de negatieve erva-ring van te veel nooit gepubliceerd werk. (Hij signaleert ons voor het ter perse gaan dat zijn Auchelfoto’s in juni te Cardiff (Wales, UK) ten-toongesteld worden. Uit deze algemeen verspreide skepsis ten aanzien van de fotogra-fiecultuur in België is te Gent het Centrum voor Creatieve Fotografie ontstaan (Uytterhaegen met Walter

Page 68: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

De Mulder en Johan Valcke), in de hoop ergens een doorbraak op gang te brengen. Ik heb er wel behoefte aan iets toe te voegen aan het curriculum vitae van Carl Uytterhaegen in de box in dit artikel, om aan deze foto’s En aan het profiel van de fotograaf iets meer achtergrond te geven. Uytterhaegen komt uit een groot gezin, studeerde na zijn humaniora pedagogie, Frans en geschiedenis, maar zwenkte vrij snel af naar de fotografie waarin hij zichzelf her-kende. Hij fotografeerde zigeuners, jazzmusici, maakte conceptuele reeksen, soms ook in samenwerking met plastische kunstenaars, land-schappen, een erg boeiende reeks

landschappen met verkeersspie-gels (waarover hijzelf spitse teksten schreef), een reeks Olijfbomen van San Donato, de mijnstreek van Wales, ook straatportretten die hij contactportretten genoemd heeft. Uytterhaegen is een man die zeer geëngageerd is in alles wat hij doet, zijn werk, zijn leraarschap, de res-tauratie van zijn huis, zijn wijk, zijn stad. Hij is actief in een buurtcomité en zeer betrokken bij de problemen van stadsvernieuwing en milieu-bescherming. Hij vindt Vietnam en Cambodja schrijnende dingen maar te geruststellend ver weg. Zijn activiteit in het buurt-comité is voortgevloeid uit de restauratie van een pand dat hij

was gaan betrekken in het oude Begijnhof te Gent, meteen in de kern van de hele woon en leefproble- matiek van deze prachtige histo- rische stad. Als je bij Carl Uytterhaegen binnenloopt, dan weetje dat dit een zeer persoonlijk decor is voor een zeer persoonlijk artiest.Trappen en niveaus, kunst aan de wanden, mooi licht, veel natuur- steen en hout, speels en geordend, een fraai interieur om zichzelf te zijn, en een ongelooflijke stilte in het hart van een stad. Een stilte die nazindert, ook als je weg bent, den-kend aan les Corons d’Auchel en de mensen die veroordeeld zijn er met hun kinderen te overleven.

Page 69: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel 1975-1980 | Les corons d’Auchel

STUKJE HISTORISCHPANORAMA VAN AUCHEL

Door Europa loopt van west naar oost een koolmijnengebied van meer dan 450 km lengte, van Hamm (Bondsrepubliek) tot FléchinelIe (Frankrijk) over Dortmund, Essen, Aken, Luik, Charleroi, Mons, Valen-ciennes, Douai, Lens en Auchel. In 1720 wordt de eerste steen-kool gedolven te Fresnes, meer dan een eeuw later in 1851 ook in Auchel, waar de exploitatie in handen was van twee maatschap-pijen. De eerste put werd in 1853 geboord, in 1855 werd een conces-sie voor bijna 1000 ha verkregen. Rond 1860 was het rendement van de mijn slecht. Door fusie ontstaat

een nieuwe maatschappij, die na de Frans-Duitse oorlog van 1870 in een diepe crisis terecht komt en geli-quideerd wordt in 1880, Een nieuwe maatschappij wordt opgericht om te moderniseren en de concessie weer op gang te brengen. Januari 1884: gasontploffing die ook een dynamietexplosie veroorzaakt, 17 doden en 23 andere slachtoffers. 1893: werkloosheid na verzakking van de gangen. 1900: de financi-ele toestand is niet schitterend. Er komt een opleving in de oorlog 1914-18 tot in 1925 gefusioneerd wordt met een andere maatschap-pij die een concessie had van 2900 ha waartoe o.a. grondgebied van Auchel behoorde, In 1866 zou deze

Page 70: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

1975-1980 | Les corons d’Auchel

andere maatschappij de eerste mijn in Auchel in ontginning nemen, Het is in de jaren 1870 dat de Corona van Auchel gebouwd worden, ze zijn de oudste van Frankrijk en nog steeds in het bezit van de mijnmaatschap-pij. 1876 zijn er in Auchel drie putten. Rond 1890 komt er weer een nieuwe fase van expansie met vernieuwing van de technologie en het aantrek-ken van Belgische arbeiders. Een trots historicus van voor een halve eeuw: het onooglijke Dorp uit het verleden is een Stad geworden van meer dan 12,000 inwoners. Massale stakingen in 1889, 1891 en 1893 die de arbeidsvoorwaarden men-selijker maken. Van die tijd dateren de terrils en de crassiers in het

landschap. De expansie gaat door, er worden nieuwe putten geboord. Er wordt weinig geleden onder de oorlog’14-18, waarna een nieuwe expansiegolf volgt met elektrifice-ren en installatie van twee centra-les, te Choques en te Auchel, die samen 50 miljoen kWh leveren. In 1920 worden 6000 Poolse arbei-ders met hun familie aangevoerd, die zich o.a. in Auchel vestigen. De periode 1920’30 is er een van economische bloei: 3 miljoen ton kolen per jaar, 18.500 arbeiders, 6800 huizen van de mijn. De vol-gende 5 jaar zijn minder bloeiend, hoewel de elektrificering doorgaat en de cokesindustrie expandeert. De crisis staat toe, de lonen gaan

omlaag en de Poolse gezinnen wor-den rond 1935 gerepatrieerd. Als de oorlog over Europa losbreekt is Auchel de hoofdstad van de conces-sie (zegt de historicus) met 10 put-ten op zijn grondgebied. Het moet in de jaren vijftig geweest zijn dat de mijn gesloten werd.

– Karel Van Deuren Nederlands fototijdschrift ‘foto’, nr 08, 1981, p. 52-59

Page 71: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

Les Corons d’Auchel. Privé terrein, waar nog steeds een ‘maison de garde’ is, mét bewakers. Les Corons, grauw

en dof, in de schaduw van terrils en veelal met de stank van een eeuwig brandend stort. Een stort als bron van

plezier voor de kinderen, als scharrelplaats en bijverdienste voor volwassenen. Pierre, Bruno, Didier, Jean-Luc,

Daniël, René, Jean-Claude, Anita, Noëlla, Martine, Patricia, kinderen uit één gezin, Kinderen uit les Corons.

Ze leven er op straat omdat er binnen geen plaats is, omdat er binnen niets mag en buiten alles kan. Een gezin

waar men om nu en dan vlees te kunnen eten kippen, konijnen, duiven en eenden kweekt op een binnenkoer-

tje. Drie honden, kort geketend, bewaken er met scherpe tanden het hele zootje. Een gezin, waar apathie en

lusteloosheid meegroeien met de kinderen. Waar men evolueert van niets naar niets. En toch valt er een vleugje

geluk te bespeuren: misschien betekent het niets iets voor hen. Ik ben blij dat ik er zolang ben blijven ‘hangen’.

AUCHEL, een terugblik — Carl Uytterhaegen, 1982

1975-1980 | Les corons d’Auchel

Page 72: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

Meer dan een kwart eeuw geleden was ik voor het eerst in Cité 3. Vandaag ligt de ‘Grande

Rue’ erbij als een mens met één been. Uitgerekend het huis van de familie Lecointe – ‘mijn’

familie – is weg. De familie is weg. Uit de portefeuille van Sofie’s moeder, Lecointe’s overbuur,

kwam een fotootje uit 1979 te voorschijn: ‘…zie je wel dat we je nog kennen, we gaan je tonen

waar de Lecointe’s nu wonen’. De hond blafte bitsig. Moeder Lecointe was verrast, een onver-

wacht hartverwarmend weerzien. Op drie zonen na zijn de kinderen het huis uit. De drang

naar vernieuwing halveert Cité 3, de terrils gaan plat, twintig nieuwe woningen: een stuk

geschiedenis krijgt een nieuwe vorm. De Lecointe’s blijven wie ze zijn. Ik ben hun dankbaar

voor het warme weerzien.

AUCHEL, revisited — Carl Uytterhaegen, 2005

2001-2004 | Auchel Revisited

Page 73: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

BRUNO Grande rue / ca. 1977

Page 74: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 75: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 76: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 77: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 78: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 79: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 80: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 81: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 82: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 83: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 84: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

pierre °29-01-72

Page 85: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

BRUNO Grande rue / ca. 1977

Page 86: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

BRUNO Grande rue / ca. 1977

Page 87: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

BRUNO Grande rue / ca. 1977

Page 88: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.
Page 89: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

noella °29-01-72

Page 90: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 91: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

rené °29-01-72

Page 92: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 93: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

anita °29-01-72

Page 94: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 95: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

jean-claude °29-01-72

Page 96: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 97: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

bruno °29-01-72

Page 98: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 99: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

martine °29-01-72

Page 100: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 101: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

patricia°29-01-72

Page 102: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 103: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

eglantine °29-01-72

Page 104: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Page 105: “les courons d’Auchel 1975-1980” · ballon lumineux de ses espérances, dont je savais dès le départ qu’elles seraient condam-nées qu’à n’être rien, à ne pas être.

2001-2005 | Auchel Revisited

Met dank aanChantal de Smet

(diensthoofd Cultuur, Hogeschool Gent)

Johan Bosschem

(voorzitter Droom en Daad)

Eric Ubben

(departementshoofd, Academie)

Dirk Deschepper

(departementssecretaris Academie)

Technische ondersteuningTony Dewispelaere

Yvan Raman

Filip De Baudringhien

Carlos Dekeyrel

Dino Vandevelde

Franky Kermaire

VormgevingVeerle Verbrugge

RedactieCarl Uyterhaegen

Christine Deboosere

UitgeverHogeschool Gent / Dienst Cultuur

Droom & Daad vzw

DrukDrukkerij St. Joris

Losstraat 4 - 9850 Merendree

colofon

Het Cultuurcahier V? van de Hogeschool Gent, ‘Cité 3’

kwam tot stand naar aanleiding van de gelijknamige

tentoonstelling die van 14 april tot 1 mei 2005 georga-

niseerd werd door de dienst Cultuur in DE ZAAL

Nonnemeerstraat 26, 9000 Gent

Deze realisatie is een initiatief van Johan Bosschem, Martin Baeyens en Christine Deboosere.

Concept tentoonstelling Johan Bosschem

Curator tentoonstelling Christine Deboosere

Cultuurcahiers van de Hogeschool Gentproductieverantwoordelijke Chantal De Smet

Hogeschool / Dienst Cultuur - Jozef Kluyskensstraat 2 - 9000 [email protected] - http://www.hogent.be

ISBN xxxxxxxxx

Auchel Revisited 2001-2004 kwamen tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.