“Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar...

20
Op maandag 24 september werd het academiejaar 2001-2002 geopend, uiteraard met de nodige pomp and circumstance. Een verslag op pagina 2. 4 Opening academiejaar aan de KULAK Kortrijkse campus reikt eerste ere- doctoraat uit Fortisprijs verdienstelijk KULAK- alumnus uitgereikt 5 Leven na de universiteit VTM-weervrouw Jill Peeters 6 Over wetenschappers, en hoe z e te pluimen Wetenschappelijke tijdschriften worden onbetaalbaar 7 Nieuw postgraduaat ‘Accounting voor niet-specialisten’ 8Onderzoeksraad reikt jaarlijkse prijzen uit Media-onderzoek, 3D-objectherken- ning en emotie-onderzoek 9 Prijzen R. De rine en Mgr. A. Janssen Vertoogonderzoek en genetische screening 16 Biotica Niet anti-, maar pre- en pro- 17 Bologna en de archit ectenopleiding 18 Studeren in Japan Buigen voor ouderejaars 24 De zaak van de gestolen schilderijen Conservator op detectivepad 11 oktober 2001 nr 3 * dertiende jaargang Verschijnt 14-daags, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor Hasselt 1 België-Belqique P.B. 3500 Hasselt 1 12/39 partners. En hoe je het ook draait of keert: we staan vér achter wat de overheidsbijdrage tot het wetenschappelijk onderzoek betreft.” “Volgens de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid, toch een betrouwbare bron, besteden wij ongeveer 1,6 procent van ons bruto binnenlands product, heel wat minder dan onze belangrijk- ste partners. Dan zwijg ik nog over landen als Zweden, dat 4 pro- cent van zijn BBP n aar de wetenschap toestuurt, of Finland, met 3,5 procent. En wat heeft Finland, buiten bossen en meren? Het- zelfde als wij: hersens ... Alleen zorgen ze er wel voor dat die her- sens comfortabeler kunn en werken. Dat heeft hun economie trouwens geen windeieren gelegd: Finland heeft op relatief korte tijd in belangrijke sectoren een aantal wereldleiders voortge- bracht. En w aar staan wij?” “Wie dagelijks met wetenschapsbeleid bezig is, kent die pro- Sabine Hagedoren heeft voorlopig misschien iets meer B V-allures, maar het VR T- wicht van hoge luchtdruk krijgt sinds enige tijd af te rekenen met weerstand van betekenis. Jill Peeters goochelt aan de Medial aan met anticyclonale wiggen, iso- baren en straalstromen. Wij vroegen aan de VTM-wee rvrouw of we morgen ons flanelletje aanmoesten. Dit jaar was de o peningsperiode voor rector André Oosterlinck nog wat drukk er dan gewoon- lijk. Hij moest niet alleen he t academiejaar openen in de K.U.Leuven en de KULAK, maar nam ook de honneurs waar in Groep T, de Hogeschool Sint-Lie- ven in Gent en Ehsal (Brussel), telkens mét toespraak. “Tja, dat was een beetje druk”, zegt hij. “ Maar je bereikt op die manier een vrij groot f orum. Als je een boodschap uit te dr a- gen hebt, is dat dus een uit gele- zen moment.” Miljarden CK: In Leuven vroeg u in uw eerste toespraak om behoorlijk wat miljarden voor het w eten- schappelijk onderzoek. In hoeverre is zoiets realistisch? Wordt daar echt naar geluisterd? “Uiteraard krijg je ‘s anderendaags niet het bericht dat de miljarden gestort zijn, zo werkt het niet. Ingrijpende aan- passingen in de betoelaging van de universiteit zijn een geleidelijk proces. Wat ik met een dergelijke toespraak beoog, is de snelheid wat aan te zw engelen, en vooral het bewustzijn van de problematiek levend te houden.” “Wetenschappelijk onderzoek heeft twee doelen: gewoon belangeloos meer willen wéten, en dienen als basis voor innovatie in een kennismaatschappij. Die wetenschap leeft tegenwoordig in een wereld ‘zonder’ grenzen. Dat betekent dat concurrentie zich ook op wetenschappelijk vlak laat voelen. Als ons land dan nog wil meetellen, moe- ten we ons verge- lijken met onze belang- rijkste handels- “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” Rector Oosterlinck over onderzoeksgelden, hervormingsdruk en human r esources Ludo Meyvis Weervrouw Jill Peeters Interview op pagina 5 vervolg op pagina 3 foto: Rob Stevens foto: Rob Stevens

Transcript of “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar...

Page 1: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

11 oktober 2001 nr 3 * dertiende jaargang

Verschijnt 14-daags,uitgez. juli en aug.

AfgiftekantoorHasselt 1

België-BelqiqueP.B.

3500 Hasselt 112/39

Op maandag 24 september werd het academiejaar 2001-2002

geopend, uiteraard met de nodige pomp and circumstance. Een

verslag op pagina 2.

partners. En hoe je het ook draait of keert: we staan vér achter wat

de overheidsbijdrage tot het wetenschappelijk onderzoek betreft.”

“Volgens de Vlaamse Raad voor Wetenschapsbeleid, toch een

betrouwbare bron, besteden wij ongeveer 1,6 procent van ons

bruto binnenlands product, heel wat minder dan onze belangrijk-

ste partners. Dan zwijg ik nog over landen als Zweden, dat 4 pro-

cent van zijn BBP n aar de wetenschap toestuurt, of Finland, met

3,5 procent. En wat heeft Finland, buiten bossen en meren? Het-

zelfde als wij: hersens ... Alleen zorgen ze er wel voor dat die her-

sens comfortabeler kunnen werken. Dat heeft hun economie

trouwens geen windeieren gelegd: Finland heeft op relatief korte

tijd in belangrijke sectoren een aantal wereldleiders voortge-

bracht. En waar staan wij?”

“Wie dagelijks met wetenschapsbeleid bezig is, kent die pro-

Dit jaar was de openingsperiode

voor rector André Oosterlinck

nog wat drukker dan gewoon-

lijk. Hij moest niet alleen het

academiejaar openen in de

K.U.Leuven en de KULAK, maar

nam ook de honneurs waar in

Groep T, de Hogeschool Sint-Lie-

ven in Gent en Ehsal (Brussel),

telkens mét toespraak.

“Tja, dat was een beetje druk”,

zegt hij. “Maar je bereikt op die

manier een vrij groot f orum.

Als je een boodschap uit te dr a-

gen hebt, is dat dus een uit gele-

zen moment.”

MiljardenCK: In Leuven vroeg u in uw

eerste toespraak om behoorlijk

wat miljarden voor het weten-

schappelijk onderzoek. In hoeverre is zoiets realistisch?

Wordt daar echt naar geluisterd?

“Uiteraard krijg je ‘s anderendaags niet het bericht dat de

miljarden gestort zijn, zo werkt het niet. Ingrijpende aan-

passingen in de betoelaging van de universiteit zijn een

geleidelijk proces. Wat ik met een dergelijke toespraak

beoog, is de snelheid wat aan te zwengelen, en vooral het

bewustzijn van de problematiek levend te houden.”

“Wetenschappelijk onderzoek heeft twee doelen:

gewoon belangeloos meer willen wéten, en dienen als basis

voor innovatie in een kennismaatschappij. Die wetenschap

leeft tegenwoordig in een wereld ‘zonder’ grenzen. Dat

betekent dat concurrentie zich ook op wetenschappelijk

vlak laat voelen. Als ons land dan nog wil meetellen, moe-

ten we

ons verge-

lijken met

onze

belang-

rijkste

handels-

“Ik geloof sterk in de maakbaarheidvan onze toekomst”Rector Oosterlinck over onderzoeksgelden, hervormingsdruk en human r esources

Ludo Meyvis

vervolg op pagina 3

foto: Rob Stevens

foto: Rob Stevens

4 Opening academiejaar aan de KULAK

Kortrijkse campus reikt eerste ere-

doctoraat uit

Fortisprijs verdienstelijk KULAK-

alumnus uitgereikt

5 Leven na de universiteit

VTM-weervrouw Jill Peeters

6 Over wetenschappers, en hoe ze

te pluimen

Wetenschappelijke tijdschriften

worden onbetaalbaar

7 Nieuw postgraduaat ‘Accounting voor

niet-specialisten’

8Onderzoeksraad reikt jaarlijkse

prijzen uit

Media-onderzoek, 3D-objectherken-

ning en emotie-onderzoek

9 Prijzen R. Derine en Mgr. A. Janssen

Vertoogonderzoek en genetische

screening

16 Biotica

Niet anti-, maar pre- en pro-

17 Bologna en de architectenopleiding

18 Studeren in Japan

Buigen voor ouderejaars

24 De zaak van de gestolen schilderijen

Conservator op detectivepad

Sabine Hagedoren heeft voorlopig misschien iets meer BV-allures, maar het VRT-

wicht van hoge luchtdruk krijgt sinds enige tijd af te rekenen met weerstand van

betekenis. Jill Peeters goochelt aan de Medialaan met anticyclonale wiggen, iso-

baren en straalstromen. Wij vroegen aan de VTM-weervrouw of we morgen ons

flanelletje aanmoesten.

Weervrouw

Jill Peeters

Interview op pagina 5

Page 2: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

11 oktober 2001

CampuskrantDriewekelijks tijdschrift van de K.U.L euven

RedactieIne Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo

Meyvis, Karla Venken, Wouter Verbeylen

Adreswijzigingen Inge Verbruggen

t(016)32 40 15

[email protected]

RedactieadresDienst Communicatie

Oude Markt 13

3000 Leuven

t(016)32 41 8 4

f(016)32 40 1 4

[email protected]

Aan dit nummer werkten meeGert Gielen, Erik Gobin, An Huts, Anne-Mie

Jaspers, Marcel Kerff, Geert Op de Beeck, Klaar-

tje Proesmans, L ieve Quaegebeur, Anouk Van-

herf, Chris Vercruysse

Stuurgroep CampuskrantRonny Vandenbroele (voorzitter), Jan Bauwens,

Bernard Boone, Paul De Boeck, Jan De Vuy st,

Jan Elen, Erik Gobin, Els H eylen, Bernard Him-

pens, Bert Overlaet, Isabel Penne, Paul Thur-

man, Myriam Van Acker, Jos Vaesen, Jan Ver-

haeghe

VormgevingTotal Design Belgium

Foto’sRob Stevens, Fabrice Kada, Michaël De Laus-

nay, Patrick Holderbeke

CartoonsJoris Snaet

ReclameregieVéronique Limbourg, t(016)32 41 8 4

Oplage35.800

DrukwerkConcentra Uitgeversmaatschappij NV, Hasselt

Verantwoordelijke uitgeverRonny Vandenbroele

Oude Markt 13

3000 Leuven

Copyright artikelsArtikels uit deze editie - of delen ervan - kun-

nen overgenomen worden mits toestemming

van de redactie.

Het volgende nummer verschijnt op 31 oktober

(woensdag!). Bijdragen dienen ons te bereiken

vóór dinsdag 23 oktober, 12u stipt. Suggesties

voor artikels en interviews zijn welkom op het

redactieadres.

2

AB = met alumnibijlage

Nr.

Verschijningsdatum

Teksten indienen vóór

4

31 oktober (woensdag!)

23 oktober (dinsdag!)

522 november (AB)

14 november

6

13 december

5 december

7

25 januari (AB)

18 januari

Bijdragen dienen ons

de dag van de deadline

te be reiken, vóór 12u

stipt. Suggesties voor

artikels of interviews

zijn welkom op het

redactieadres. De vas-

te bijdragen voor

kalenders en vacante

mandaten worden

twee dagen voor elke

deadline ingewacht bij

de betrokken diensten.

Verschijningsdata Campuskrant 2001-2002

Eerste semester

Campuskrant vindt u ook op internet: ww

Op 24 september vertrok de stoet der togati traditioneel van de Universiteitshal naar de

Sint-Pieterskerk. Marc Steen ging voor in de dienst. Hij gaf een geïnspireerde homilie, die

hij afrondde met een bedenking over de ‘pas-si-vite-tijd’.

Een nieuwigheid in de Pieter De Somer-aula:

Marcel Kerff van de Dienst Communicatie is

‘ceremoniemeester’. Als eerste spreker ver-

welkomt hij rector André Oosterlinck, die

betoogt dat onze wetenschappelijke presta-

ties een zeer hoog niveau halen, ondanks de

gebrekkige overheidstussenkomst in het

onderzoek. Hij beschrijft vervolgens een

aantal probleemgebieden, waardoor onze

wetenschappelijke wereld sterk benadeeld is

ten aanzien van onze belangrijkste handels-

partners. Er dreigen (of bestaan) problemen

van brain drain. Er is een prangende wanver-

houding tussen het aantal ZAP’ers en het

aantal tijdelijke onderzoekers, waardoor de

eerste groep een nog nauwelijks te torsen werklast ondervindt, en de t weede een

gebrekkige begeleiding. Er is bovendien ruimte voor een o ptimaler doorstroming

van onderzoeksresultaten naar de industrie. En er zijn zeer a cute infrastructurele

noden. De rector vroeg niet of onze regering dit kluwen van problemen wilde aan-

pakken, maar wanneer dit (eindelijk) zou gebeuren.

Toespraken in teken van onderzoeksfinanciering en globalisering

Opening academiejaar 2001-2002

“Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter

Michiels naar goede gewoonte de toespraak van de studen-

ten. Hij stelde dat de globalisering ook het onderwijs niet

ongemoeid zal laten, en waarschuwde voor de dreiging het

onderwijs alleen nog te benaderen als een economisch pro-

duct. In de uit werking van de Bologna-akkoorden voelen de

studenten zich onvoldoende betrokken bij de besluit vor-

ming, terwijl democratisering toch hoog in het vaandel van

deze universiteit staat. Met name wordt in het Bologna-pro-

ces geen of veel te weinig aandacht besteed aan het sociale

luik, waardoor een hoogdrempelig universitair onderwijs

dreigt te ontstaan.

De tweede toespraak van rector Oosterlinck was in feite

gewijd aan hetzelfde thema, maar hij benaderde ‘globalise-

ring en onderwijs’ uit een andere hoek. Volgens de rector is

er geen weg terug, en moet ons onderwijs, om de oprukken-

de internationale concurrentie aan te kunnen, dringend her-

vormd en verbeterd worden. Bologna is een schitterend plat-

form om die kwaliteitsverhoging vorm te geven. Hij r iep

daarom iedereen op om zeer actief, maar kritisch, mee te

werken. De rector noemde zichzelf geen true believer, maar

wel iemand die de belangen van Bologna voldoende hoog

inschat om er met volle kracht naartoe te werken.

U vindt beide toe spraken van rector Oosterlinck op

www.kuleuven.ac.be/admin/rd/niv3pbis/OPENINGN.htm.

Meer over de opening van het academiejaar in Kortrijk vindt u

op pagina 4.

Namens het wetenschappelijk personeel gaf Nico Scheerlinck een

toespraak met als titel ‘Beter opgeleide assistenten springen verder’.

Hij wees op de grote arbeidskracht en flexibiliteit van het weten-

schappelijk personeel, dat daardoor tot indrukwekkende weten-

schappelijke prestaties in staat is. Toch zou het resultaat nog veel

mooier kunnen zijn, als het “aandrijfsysteem, controlesysteem en

meetsysteem” optimaler zouden functioneren. Daarmee doelde de

spreker op lacunes in de doctoraats- en onderwijsopleiding, en op

een onvoldoende human resources-beleid. Hij brak een lans voor

een op het individu afgestemd human resources management, dat

niet ‘bestraffend’ werkt, maar dat leidt tot betere begeleiding, een

aangenamer werkklimaat en betere resultaten.

Reactie professor Bouillon ‘Onderzoeksbeleid aan deK.U.Leuven’In GeDOCumenteerd, de nieuwsbrief van de Dienst Onder-

zoekscoördinatie, reageert Onderzoekcoördinator Roger

Bouillon op het forumstuk ‘Onderzoeksbeleid aan de

F O R U M

foto: Michaël De Lausnay

foto: Michaël De Lausnay

C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

w.kuleuven.ac.be/ck/

K.U.Leuven’ van professor Johan Thevelein in Campuskrant

nr. 1 (30/8). In zijn uitgebreide reactie geeft professor Bouil-

lon ook toelichting bij de lopende procedures. U kunt de vol-

ledige tekst lezen op www.kuleuven.ac.be/gedoc, waar u ook

zelf kunt reageren.

Reacties op artikels, lezersbrieven en forumstukken zijn steeds

welkom op het redactieadres van Campuskrant (zie colofon).

Page 3: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

N I E U W S F L I T S

Gesprek met rector Oosterlinck

blematiek natuurlijk al lang. Dat geldt zeker voor de

politici die zo’n openingszitting bijwonen: zij zijn zelf

méér dan overtuigd van het belang van wetenschap in de

kennismaatschappij. Maar politici moeten gestuwd wor-

den. Ze kunnen pas drastische stappen zetten als er vol-

doende maatschappelijke druk en acceptatie is. Dus moet

de problematiek van de wetenschappelijke wereld door-

dringen tot het maatschappelijk debat. Bovendien veron-

derstelt investeren in wetenschap denken op lange ter-

mijn. In moeilijke tijden moet daar met des te meer

nadruk op gewezen worden, omdat men dan vaak ver-

zandt in brandjes blussen, korte-termijn-denken. Dat

moeten we voorkomen, onder meer via dergelijke toe-

spraken.”

“Mijn toespraak was trouwens zeker geen steek

onder water tegen degenen die nu verantwoordelijk zijn

voor het wetenschapsbeleid, dus onze ministers Vander-

poorten en Van Mechelen. Ik heb inderdaad verwezen

naar de inhaalbeweging, ingezet door de vorige regering -

de bekende jaarlijkse verhoging van het wetenschaps-

budget met 2 miljard, gedurende vier opeenvolgende

jaren. Dat was een belangrijke verdienste, maar ik heb

zeker niet willen beweren dat de huidige ploeg minder

presteert. Trouwens, de vorige regering liet wel eens ste-

ken vallen wat de praktische implementatie van die

inhaalbeweging betrof... De huidige regering heeft de

niet geringe verdienste dat ze het werkklimaat wat aan-

genamer gemaakt heeft, bijvoorbeeld door de regelgeving

te vereenvoudigen, of door ervoor te zorgen dat onze

werkingsmiddelen ons nu min of meer op tijd be reiken.

Nog een ander voorbeeld: op personeelsvlak werd adem-

ruimte geschapen door de mogelijkheid om een beperkt

aantal ZAP’ers te benoemen met BOF-middelen. Minis-

ter Van Mechelen zorgde verder ook voor meer interface-

kredieten, voor de doorstroming van onderzoeksresulta-

ten naar de industrie. Bovendien zijn de werkingsmidde-

len voor de universiteiten voor het eerst sinds lànge tijd

verhoogd. Binnen de marges van de begroting levert de

huidige ploeg wat mij betreft dus prima werk - maar ook

met al die positieve voorbeelden blijft mijn conclusie: de

marges zijn veel te klein, en de inhaalbeweging dus ook.”

Big MacCK: Uw tweede toespraak in Leuven ging over Bologna en

de associatievorming. Kan onze universiteit de Bologna-

hervorming wel aan?

“Natuurlijk. Het zou mooi zijn als het allemaal een ietsje

rustiger kon verlopen, als we bijvoorbeeld wat meer tijd

zouden hebben voor de implementatie van het semeste-

rexamensysteem, om

dan rustig Bologna te

gaan uitwerken. Maar

die tijd hébben we niet.

Dat betekent dat we een

heleboel ingrijpende

vernieuwingen - de Bachelor/Master-structuur, de

accreditering, de associatievorming, de academisering

van het twee-cycli-onderwijs, enzovoort - tegelijkertijd

en behoorlijk snel zullen moeten doorvoeren. Bovendien

zijn de meeste van die dossiers met elkaar verweven.

Dan krijg je een soort Big Mac, die in één hap naar bin-

nen moet. Dat is dus éven slikken. Ik twijfel er niet aan

dat dit een jaar met buitengewoon veel werk zal worden.

We hopen dat er wat extra tijd gecreëerd kan worden om

sommige hervormingen over meer dan één academiejaar

te spreiden, maar de tijdsdruk blijft groot.”

“En laten we de zaak ook niet overdrijven. Optimaal

onderwijs leveren is onze taak, het is datgene waarvoor

we betaald worden. Dan past het niet om destructief te

gaan zagen over het vele werk dat dit met zich mee-

brengt, toch niet te lang alleszins. Bologna is een kans om

op grote schaal optimalisatie door te voeren, een kans d ie

we niet mogen laten liggen. We moeten gewoon aan het

werk gaan. Ik hoop dat de overheid ons in deze lastige

periode bijspringt door zo snel mogelijk te zorgen voor

decretale duidelijkheid, en ik zal er het mijne toe bijdra-

gen om in de Vlaamse Interuniversitaire Raad de neuzen

in dezelfde richting te keren. Bologna moet immers een

operatie over

heel Vlaanderen

worden, niet iets

waarmee we

elkaar onderling

concurrentie

zouden aan-

doen.”

CK: Is de associatievorming nog zo’n gevoelig politiek the-

ma als een paar maanden geleden?

“Ach, ja en neen. De institutionele aspecten van onder-

wijs zijn in ons land altijd gevoelig. Het proces is op rege-

ringsniveau nog niet behandeld, maar er zullen uiteraard

moeilijke momenten uit voortvloeien, zeker als je de

standpunten van sommige partijbonzen kent. Ander-

zijds heeft de pers de zaak wat teveel beschreven in ter-

men van winnaars en verliezers. Zo wordt het te velde

zeker niet ervaren. De verantwoordelijken van de ver-

schillende instellingen hebben heel goed begrepen dat

toetreden tot een associatie een belangrijke strategische

stap is. Ze kiezen uiteraard die associatie die voor hun

eigen toekomst de beste kansen biedt.”

ToekomstCK: Het wetenschappelijk personeel sprak over de nood

aan een human resources-beleid. Het was niet de eerste

keer dat dit thema aangesneden werd. Wanneer zullen we

een degelijk HR-beleid hebben?

“Aan een universiteit wordt HR niet alleen door heel

verschillende diensten behartigd, maar ook door zeer

veel individuele personen: vergeet niet dat het eerste

niveau van HR-beleid voor het wetenschappelijk en

ATP-personeel op het niveau van het ZAP gesitueerd is,

het niveau van de individuele prof. De term zegt het al:

het gaat om zelfstandig academisch personeel, dat niet

zomaar ingeschakeld kan worden in centrale initiatieven.

Persoonlijk zie ik wel heil in het in rekening brengen van

HR-inspanningen in de opdracht van ZAP’ers, dus ook

in bevorderingsdossiers.”

“Een ander spoor zou via de departementsvoorzitters

kunnen lopen. Die zouden een meer centrale plaats moe-

ten krijgen in het HR-beleid. Om dat te kunnen realise-

ren, zouden we hun functie wat moeten stroomlijnen.”

CK: U hebt nog ongeveer vier jaar rectoraat voor de boeg.

Wat zijn uw belangrijkste ambities? En uw belangrijkste

‘angsten’?

“Ik ben niet zo vreesachtig aangelegd. Als mijn gezond-

heid goed blijft, hoop ik mij ten volle te kunnen blijven

inzetten om af te werken wat in de afgelopen jaren

begonnen werd. Ik wil de K.U.Leuven permanent onder-

brengen bij de Europese top van onderzoeksuniversitei-

ten. Ik wil er ook voor zorgen dat de situatie van de uni-

versitaire zieken-

huizen beter

wordt. De catas-

trofale toestand

van een paar jaar

geleden is nu wel

de wereld uit, maar de UZ zijn een blijvende zorg. Dat

heeft veel te maken met de lineaire en dus onrechtvaar-

dige besparingen in de RSZ en de ondermaatse financie-

ring van de universitaire taken van een UZ, zoals de

opleiding van specialisten, de overdracht van weten-

schappelijke kennis naar de klinische praktijk, enzo-

voort. Universitaire ziekenhuizen zijn veel minder goed

gewapend om in zo’n sit uatie hun belangen te verdedi-

gen.”

“Eén onbekende maakt me wel bevreesd voor de toe-

komst: komt er een heel diépe economische crisis of

niet? Dat er een crisis is, was vóór 11 september al duide-

lijk. De terroristische aanvallen hebben die alleen wat

versneld. De vraag is alleen hoelang die crisis zal duren,

en hoe diep ze zal snijden. Dat zou consequenties kun-

nen hebben die we nu nog niet kunnen inschatten.”

“Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toe-

komst. Een crisis moet je beschouwen als een uitdaging.

Maar niemand is onkwetsbaar. Een ongeluk, een zwar e

ziekte, en je ambities liggen aan diggelen. Als je ziet hoe

broos het leven is, ga je de dingen toch wat relativeren.

Laten we hopen dat zulke dingen ons en iedereen

bespaard blijven.”

N I E U W S

‘We moeten nu een heleboel ingrijpende, met elkaar verweven

vernieuwingen tegelijkertijd en behoorlijk snel doorvoeren. Dan

krijg je een soort Big Mac, die in één hap naar binnen moet.

Dat is dus éven slikken.’

vervolg van pagina 1

foto: Michaël De Lausnay

11.10.2001 C A

Universiteiten tellen meer eerstejaars“Het aantal nieuwe eerstejaarsstudenten aan de universi-

teiten van Leuven, Gent en Brussel stijgt. Antwerpen

daarentegen krijgt rake klappen. De studies Burgerlijk

Ingenieur kennen een spectaculaire stijging. Informatica

lijdt aanzienlijke verliezen.

Omdat de inschrijvingen nog lopen zijn de cijfers voor-

lopig. De universiteiten vergelijken de jongste stand van

zaken met dezelfde datum van vorig academiejaar. De

K.U.Leuven zag het aantal nieuwe eerstejaarstudenten

met een kleine 2 procent van 4.347 naar 4.433 stijgen.

Zowel de campus Leuven als Kortrijk boeken een lichte

winst.”

Het Nieuwsblad, 25.9.2001

Leuven versoepelt vergunningenbeleid studentenka-mers“Het Leuvense schepencollege heeft beslist het vergun-

ningenbeleid voor nieuwe studentenkamers te versoepe-

len. Om te vermijden dat nog meer gezinswoningen in

Leuven omgebouwd worden tot studentenkoten staat

Leuven sinds 1997 afwijzend tegen bouwaanvragen hier-

voor. De studenten wezen er recent echter op dat deze

politiek mee aan de basis ligt van de actuele koten-

schaarste en hoge huurprijzen.

Leuven zal voortaan gunstig advies geven voor nieuwe

kamers boven winkels in de commerciële binnenstad. In

andere panden kunnen er koten bijkomen zolang de

hoofdfunctie (meer dan 50 procent vloeroppervlakte)

gezinswoning blijft. Het aantal kamers dient hierbij

beperkt tot 3 of één kleine wooneenheid. De duur van d e

vergunning is geldig zolang de eigenaar het pand

bewoont. Voor de evaluatie van andere aanvragen is het

wachten op de kamermarktstudie die opgemaakt wordt

in het kader van het structuurplan.”

Belga, 27.9.2001

Minder universitairen slagen als leraar“Niet eens één op de drie universiteitsstudenten die aan

de lerarenopleiding of het aggregaat beginnen, haalt een

diploma. Bovendien neemt de interesse alleen maar af.

Tegenover 1995-1996 was het aantal inschrijvingen voor

het aggregaat in 1999-2000 met een derde gezakt. Som-

mige universiteiten zagen hun inschrijvingen met de

helft dalen. Mannen haakten nog meer af dan vrouwen:

min 38 procent tegenover min 30 procent.

Maar het probleem is lang niet alleen de afnemende inte-

resse. Minder dan één op de drie studenten die zich

inschrijven, haalt een diploma. Meisjes doen het wat

beter dan jongens, maar ook hun slaagpercentage ligt erg

laag.”

Het Nieuwsblad, 1.10.2001

HIVA-Vorming wordt LucinaHIVA-Vorming is opgegroeid in de traditie van het

Hoger Instituut voor de Arbeid, dat in 1951 werd opge-

richt als een interfacultair instituut voor de vorming van

kaderleden in bedrijven en organisaties. De opdracht van

deze instelling concretiseerde zich rond wat we vandaag

de kwaliteit van de arbeid en het welzijn op het werk

zouden noemen. HIVA-Vorming verlaat nu de ver-

trouwde HIVA-familie om directer samen te werken met

de dienst Postacademische Vorming en de verschillende

faculteiten van de K.U.Leuven enerzijds, en met de

wereld van bedrijv en en sociale organisaties anderzijds.

Bij die gelegenheid werd ook gekozen voor een nieuwe

naam.

Lucina staat voor Leuvens Universitair Centrum voor

Interdisciplinaire Navorming in Arbeidssituaties. Het gaat

dus om een hedendaagse uitdrukking van de oorspron-

kelijke opdracht van deze instelling. Lucina is de naam

van de ‘Godin van de geboorte’ en betekent in letterlijke

vertaling die aan het licht brengt. De naamsverandering

werd plechtig aangekondigd op 5 oktober, tijdens de pro-

clamatie van de cursisten van vorig academiejaar.

M P U S K R A N T 3

Page 4: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

N I E U W S

Op 25 september, tijdens de plechtige opening van het

academiejaar van de Campus Kortrijk, ontving professor

C.M. Dobson van de University of Cambridge (U.K.) een

eredoctoraat voor zijn wetenschappelijke verdiensten op

het gebied van de eiwitchemie - het eerste eredoctoraat

dat aan de KULAK werd uitgereikt. Promotoren waren

professor Marcel Joniau en professor Herman Van Dael.

Dobson is al meer dan tien jaar vertrouwd met het Inter-

disciplinair Research Centrum van de KULAK.

In zijn laudatio wees Marcel Joniau op het belang van

de eiwitchemie, “zowel omwille van de zuiver structure-

le aspecten als voor de implicaties voor de menselijke

pathologie.” Dobson is expert in de analyse van de fijn-

structuur en de conformationele dynamiek van een eiwit.

Een aantal chronische ziektes

is geassocieerd met het onver-

mogen van bepaalde eiwitten

om correct op te vouwen in

hun fysiologisch milieu - het

gaat onder meer om de ziekte

van Alzheimer, BSE en de

ziekte van Creutzfeldt-Jacob

en sommige soorten diabetes.

Dobson lag aan de oorsprong

van een school specialisten

die op basis van onderzoek

van dit fenomeen op termijn

therapeutische strategieën

zullen trachten te ontwikke-

len die ons tegen bovenver-

melde kwalen moeten

beschermen.(c.v.)

Opening academiejaar in Kortrijk

Eerste KULAK-eredoctoraat

Een dag na Leuven werd op 25 september het academie-

jaar plechtig geopend op de Kulak-campus in Kortrijk.

Na de eucharistieviering, waarin professor Nicolas Stan-

daert voorging, verzamelden de togati en een aanzienlij-

ke groep studenten zich voor de academische zitting.

Professor Piet Vanden Abeele, de nieuwe vice-rector van

de Kulak, hield een opgemerkte toespraak, waarin hij

niet naliet zijn voorganger, professor Marcel Joniau, uit-

gebreid te huldigen. Rector André Oosterlinck sprak ver-

volgens een rede uit over de gevolgen van de dotcom-cri-

sis en over de rol van de universiteit inzake economische

innovatie.

foto: Rob Stevens

Prijs voor verdienstelijk KULAK-alumnus uitgereikt

Els De Temmerman en Patricia Claeys gelauwerdChris Vercruysse

Met de Fortisprijs voor verdienstelijk KULAK-alumnus wil

de KULAK afgestudeerden belonen die blijk hebben gege-

ven van een bijz ondere maatschappelijke inzet. De prijs

werd op 25 september voor het eerst uitgereikt, aan twee

oud-studentes die

zich, respectieve-

lijk als arts en als

journalist, al

jarenlang enga-

geren voor ont-

wikkelingslan-

den.

Tijdens het

alumniconcert

op de avond van

de opening van

het academiejaar

van de Campus

Kortrijk moch-

ten Els De Tem-

merman en

Patricia Claeys

elk een cheque

van 50.000

frank in ont-

vangst nemen. KULAK-alumni wil op d ie manier - aldus

ondervoorzitter Anneleen Demasure - de gelauwerden

“een duwtje in de rug geven om hun engagement voort

te zetten.”

Patricia ClaeysPatricia Claeys studeerde in ‘83 af als arts. Nadat ze zich

verder had bekwaamd in de gynaecologie en in de tropi-

sche geneeskunde trok ze via de N.G.O. voor Ontwikke-

lingssamenwerking naar Nicaragua: “We bouwden er

een integrale consultatie voor vrouwen uit, waarbij we ook

aandacht schonken aan gezinsplanning en aan het voorko-

men van seksueel overdraagbare aandoeningen. Daarnaast

probeerden we de kindersterfte tegen te gaan, onder meer

door het organiseren van vaccinatieprogramma’s. Verder

boden we hulp bij bijvoorbeeld overstromingen en pro-

beerden we de psychische en lichamelijke gevolgen van de

burgeroorlog te bestrijden.”

Patricia Claeys maakte vervolgens deel uit van een rist

buitenlandse missies en was onder meer expert bij het

Department of Reproductive Health and Research van de

Wereldgezondheidsorganisatie in Genève. Sinds 1995 is

ze medisch coördinator van de vakgroep U ro-Gynaeco-

logie aan de RUG: “Het onderzoek daar gebeurt in

samenwerking met lokale partners en de resultaten wor-

den onmiddellijk ter plaatste toegepast. Zo gaan we bij-

voorbeeld na hoe we de programma’s voor opsporing

van baarmoederhalskanker effectiever kunnen uitvoe-

ren.”

Els De TemmermanEls De Temmerman - die als kind al van Afrika droomde

- trok na haar studies Germaanse Filologie voor drie jaar

als docente naar China en w as vervolgens hulpverlener

voor Artsen zonder Grenzen in Soedan. Ze werkte als

journaliste voor verschillende kranten en tv-stations in

binnen- en buitenland, met een bijzondere interesse voor

Afrika, waar ze de meest onmenselijke gebeurtenissen

versloeg. Haar laatste initiatief is de oprichting van de

v.z.w. Sponsoring Kinderen Oeganda: “Sinds 1994 wor-

den in Noord-Oeganda massaal kinderen ontvoerd door

rebellen om vervolgens als kindsoldaat te worden ingezet

in de oorlogen van Soedan en Oeganda. Meisjes moeten

daarnaast ook kinderen baren - zo zijn er in de kampen

van Soedan al 500 kin deren geboren, die vervolgens ook

weer tot kindsoldaat worden opgeleid.”

“Met Sponsoring Kinderen Oeganda willen we kinderen

opvangen die er in geslaagd zijn te ontkomen. Ze zijn er

fysiek en psychisch uiteraard erg aan toe. We brengen ze

onder in twee opvangcentra in Gulu in Noord-Oeganda.

Daar worden ze psychologisch begeleid en krijgen ze

onderwijs. De v.z.w. wil d aarvoor geld verzamelen.”

foto: Patrick Holderbeke

Patricia Claeys (l.) en Els De Temmerman zijn de eerste laure-

aten van de Fortisprijs voor verdienstelijk KULAKalumnus.

4 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 5: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

meer dan een half miljoen kijkers en het is verdraaid

moeilijk om er dan op te letten dat je de dingen goed

zegt. Ik probeer bijvoorbeeld nooit te spreken over goed

of slecht weer, dat is veel te subjectief. Regen of bewol-

king zijn niet altijd slecht voor bijvoorbeeld landbouwers

of voor bepaalde economische takken, en dus zal ik eer-

der termen als ‘zonnig’ of ‘somber’ gebruiken.”

“Maar echte voorbeelden heb ik dus niet. Toen ik hier

begon, kreeg ik wel de raad om naar andere weermannen

en -vrouwen te kijken, puur om op de handelingen te

letten, maar zelfs dat heb ik nauwelijks gedaan. Het pre-

senteren is ook nooit een probleem geweest, dat komt bij

mij heel natuurlijk. Wat me daarbij zeker wél geholpen

heeft, zijn de lessen voordracht en dictie die ik heb

gevolgd en de aggregatie-opleiding bij geografie. Daar

leer je immers hoe je iets uit kunt leggen aan mensen, en

of het om scholieren gaat of tv-kijkers maakt eigenlijk

niet zo veel verschil.”

“Je moet vooral beseffen dat het geen zin heeft om die

vijf minuten weerbericht vol te proppen met alle waar-

nemingen en factoren die een rol kunnen spelen. Wat

mensen willen weten is wat voor weer het morgen

wordt, of ze hun jas aan moeten trekken of een paraplu

moeten meenemen... Maar dat moet je dan wel zodanig

brengen dat je op een verantwoorde manier je tijd vol

krijgt. Zelf schrijf ik nooit iets op, ik praat gewoon vijf

minuten aan de hand van de kaarten die ik heb voorbe-

reid. Dat zijn mijn spiekbriefjes.”

uren zitten - bleek zelfs dat de prof mij niet had herkend.

Op het schriftelijke examen, dat ik liggend deed, kwam

hij me vragen waarom ik niet naar het mondeling was

gekomen!” (lacht)

CK: Toen je begon als weervrouw, werd je in krantenbe-

richten meteen ‘weerbabe’ genoemd. Stoort je dat?

“Tja, da’s

onvermijde-

lijk. Mensen

vormen zich

direct een

beeld van je

en dat is niet

altijd even

aangenaam. Ik

maak er wel

een punt van

dat ik weten-

schappelijk

ben opgeleid

voor de job en

ik denk dat de

mensen dat

ook wel voe-

len aan mijn

uitleg en de

manier waar-

op ik het

breng. Het is

ook onvermij-

delijk dat ze

mij vergelij-

ken met Sabi-

ne Hagedo-

ren. Er zijn in

Vlaanderen

nu eenmaal

maar twee

weervrouwen

en twee weer-

mannen. Maar

echt erg vind

ik dat niet.

Om het een

beetje cru te

stellen: ik heb

liever dat ze

over mijn

borsten spre-

ken dan écht

over mijn

privé-leven.”

“Het vraagt

wel heel wat

tijd om au

sérieux te

worden geno-

men. Als vrouw is het volgens mij sowieso veel moeilij-

ker om geloofwaardig over te komen op televisie dan als

man, zéker als je dan nog jong bent ook. Maar ik denk dat

ik het op dat vlak al vrij goed doe, al kan het natuurlijk

altijd beter.”

“Wat ik wel heel tof vind aan het bekend zijn, is dat veel

mensen nu weten dat ik met het weer bezig ben. Vroeger

had ik altijd de neiging om daar zelf over te beginnen,

omdat het echt wel een belangrijk deel van mijn l even

was. Maar dat heeft weinig te maken met het ‘BV-schap’

op zich. Al valt dat bij mij ook wel mee. Ik hoef niet zoals

zangers en acteurs per se in de boekjes te staan om mijn

volgende plaat te verkopen of een nieuwe rol te krijgen.

Ik zou ook absoluut niet willen dat mijn privé-leven in

de openbaarheid komt, temeer omdat ík er misschien wel

voor gekozen heb, maar mijn familie niet.”

CK: Hoe leer je het beroep van weervrouw? Door naar

andere weermannen en -vrouwen te kijken?

“Neen, in mijn geval zeker niet. Tijdens mijn studies

volgde ik wel het weerbericht op de gemeenschappelijke

kot-tv, maar ik ergerde me daar ongelooflijk aan. Ik

reageerde zelfs zo fel dat het lastig werd voor mijn kotge-

noten. (lacht) Nu besef ik dat het heel moeilijk is. E en

derde van alle Vlamingen die ‘s avonds tv kijken, kijkt

naar ons weerbericht. In de winter bereik je dus al g auw

L E V E N N A D E U N I V E R S I T E I T

Als kind droomde ze e rvan om weervrouw te worden en

stuurde ze gedichtjes naar Armand Pien. En soms worden

dromen waar: sinds december 2000 is Jill Peeters de Sabi-

ne Hagedoren van VTM.

Jill Peeters studeerde in 1997 af aan de K.U.Leuven als

licentiate geografie. Na haar studie behaalde ze een IWT-

beurs en begon ze aan een doc toraat, maar na een jaar

besloot ze in het familiebedrijf te stappen. Enkele jaren

later kreeg ze de kans om haar jeugddroom te verwezen-

lijken. Vanwaar die fascinatie voor het weer?

Peeters: “Het weer heeft natuurlijk een wetenschappe-

lijke kant, maar tegelijk: bij de bakker praten mensen óók

over het weer. En de invloed van het weer op de econo-

mie is gigantisch. Dat ondervind ik zelf dagelijks aan den

lijve. Ik werk namelijk nog altijd deeltijds in het kinder-

kledingbedrijf van mijn ouders en daar zijn we blij met

slecht weer in september, want bij 30 grad en verkoop je

geen winterkleding.”

“Mijn jeugddroom is altijd overeind gebleven, maar toen

ik geografie ging studeren, was dat heel bewust omdat ik

het een ongelooflijk interessante richting vond, en zeker

niet omdat ik dat nu eenmaal moest doen om weervrouw

te worden.”

CK: Heb je als weervrouw het gevoel dat je echt met

geografie bezig bent, of is het in de eerste plaats presenta-

tiewerk?

“Deze job kun je zeker niet doen zonder een dergelijke

achtergrond. Wij krijgen onze basisinformatie van Mete -

oservices, een bedrijfje op de campus van Heverlee, maar

uiteindelijk moeten wij ons verhaal zelf maken, besluiten

welke soorten en hoeveel kaarten we gebruiken bijvoor-

beeld. Zonder die opleiding lijkt me dat niet haalbaar. Je

moet er misschien niet specifiek geografie voor gestu-

deerd hebben, maar persoonlijk vind ik het wel de inte-

ressantste opleiding voor wie zich met weerkunde bezig

houdt, vooral omdat een geograaf het gewend is om met

101 zaken rekening te houden. Neem nu de inplanting

van een stad: daarbij spelen zoveel factoren een rol: de

geschiedenis, maar ook de ondergrond en het klimaat.”

“Die diversiteit vind je ook terug in het vakkenpakket

van geografie. We kregen economie en een heleboel

mensgerichte vakken, maar uiteraard ook een stevige

dosis wetenschappen. Net die mix is ook belangrijk bij

weerkunde. Je krijgt een geanalyseerde kaart voorgescho-

teld, maar die volgt een bepaald model en je moet je

ervan bewust zijn dat met allerlei andere factoren geen

rekening gehouden is. Met de vernieuwing van het weer-

bericht hebben we hier trouwens ook een project met

3D-animaties opgestart, dat bedoeld is om de weerstoe-

stand op verschillende plaatsen in Europa aanschouwe-

lijk te maken en waarbij ik zelf vooral instond voor de

keuze van de steden. Ook dan weer moet je r ekening

houden met toerisme, weerkundige factoren, economie,

esthetiek... Daaraan beginnen zonder een degelijke oplei-

ding zou onverantwoord zijn.”

Op haar achttiende onderging Peeters een zware rugope-

ratie, waardoor een universitaire studie allesbehalve van-

zelfsprekend was.

Peeters: “Een jaar lang moest ik voortdurend liggen,

maar ik wou per se gaan studeren. Mijn moeder is dan

met mij naar de dienst voor studenten met een handicap

gestapt en daar hebben ze mij ongelooflijk goed opge-

vangen. Wat ik bijzonder ontroerend vond, was de reac-

tie van de medestudenten. Toen in het begin van het jaar

gevraagd werd wie af en toe wou helpen met praktische

zaken - er moest bijvoorbeeld altijd een bedje worden

klaargezet in de aula - heeft iedereen zich aangeboden.

Toen besefte ik dat het sociale engagement onder studen-

ten toch enorm is.”

“Het gevolg van die situatie was wel dat iedereen mij

kende, als die van het bedje. Toen ik op het einde van het

jaar een mondeling examen deed - ik kon toen al een p aar

Weervrouw

Jill PeetersGert Gielen

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 5

Page 6: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

N I E U W S

Wie even ronddoolt in het wereldje van de wetenschappe-

lijke tijdschriften, het belang dat eraan gehecht wordt en

de prijzen die er gehanteerd worden, ziet slechts één vraag

voor ogen: wie is hier nu eigenlijk gék? Wij vroegen het

aan professor Raf Dekeyser, hoofdbibliothecaris van onze

universiteit.

“Van sommige abonnementsprijzen ga je inderdaad aan

het duizelen. En het straffe is dat we ze - voorlopig - nog

blijven betalen ook. De gevolgen zijn nochtans niet

gering. Door de hoge prijs, en doordat die bovendien

veel sneller stijgt dan onze middelen, moeten we hoe

dan ook hakken in onze aankopen. Ter informatie: voor

het jaar 2000 schatten we de totale bibliotheekuitgaven

op ongeveer 1 44 miljoen frank. Zowat 93 miljoen daar-

van gaat naar tijdschriften. Omdat we een onderzoeksbi-

bliotheek zijn, wordt er eerst bezuinigd op handboeken

en monografieën, zeker in de positieve en de biomedische

wetenschappen. Daar gaat soms tot 95 procent van het

budget naar tijdschriften. Maar daardoor wordt een bi-

bliotheek minder interessant voor beginnende studen-

ten. En als die bezuiniging op boeken niet volstaat - met

het absurde ritme van de p rijsstijgingen van de tijd-

schriften is dat trouwens een feit - moeten abonnemen-

ten opgezegd worden. Dus worden onze bibliotheken op

twee terreinen minder sterk, als onderzoeks- én als

opleidingsinstrument.”

Gouden kalf wordt gouden kip“Wetenschap moet gecommuniceerd worden, vooral via

tijdschriften. De redactie vraagt erkende specialisten,

peers, om ingezonden artikels te reviewen. Een positief

oordeel leidt niet alleen naar publicatie, maar het geeft je

ook een kwaliteitslabel: je wordt gevaloriseerd. Die twee

aspecten, communicatie en valorisatie, konden lang

naast elkaar bestaan, maar ze zijn in de laatste decennia

grotendeels ontkoppeld. Sommige tijdschriften hebben

immers gaandeweg een zo hoog aanzi en verworven, dat

ze veel meer zijn gaan betekenen dan alleen maar een

medium voor communicatie. Wie in dergelijke tijd-

schriften publiceert, geeft zijn eigen carrière of die van

zijn onderzoeksgroep een heuse boost. En dié ontwikke-

ling werd door de uitgevers van die tijdschriften aange-

grepen als excuus voor aanhoudende, haast ziekelijke

prijsverhogingen. Dat heeft de poort naar wetenschap-

pelijke vooruitgang eigenlijk sterk vernauwd. Zeker in de

positieve en biomedische wetenschappen moét je in die

selecte groep tijdschriften publiceren, of je telt niet meer

mee. Dat zijn de tijdschriften met een zogenaamde hoge

impactfactor. Ik betwist natuurlijk niet dat die topwe-

tenschap bevatten, maar of je ze dan ook maar meteen

moet vergoddelijken, betwijfel ik.”

“Er bestaan allerlei technieken om je wetenschappe-

lijke ontwikkeling te meten. Essentieel daarin zijn de

citaties, uiteraard bij voorkeur in tijdschriften met een

hoge impactfactor. En dan ontstaat een spel van tellen,

alsof het om kijkcijfers gaat. Misschien moeten we eens

nadenken over andere vormen van kwaliteitsmeting, en

afstappen van die gehypertrofieerde citatie-cijfers. Trou-

wens, de relevantie van de impact van een tijdschrift is

heel wat minder dan die van een artikel. Alleen is

dat laatste moeilijker te meten.”

“Nu, dat is een ander verhaal.

Kwestie is dat de zogezegd toon-

aangevende wetenschappelijke

tijdschriften door de uitgevers

gebruikt worden als financiële

melkkoeien. Wetenschappers vul-

len ze gratis, ze doen er gr atis peer

reviews voor, en na al d at gratis

werk betalen ze zich blauw om

de tijdschriften in hun biblio-

theek te verzamelen. Raar is dat,

als je er even bij stilstaat. Begrijp

me goed: ik wil de uit gevers

niet naar de maan wensen. Ze

hebben zonder twijfel hun rol

gespeeld in de verspreiding van

wetenschappelijke kennis, maar

met de nieuwe media en met hun uiterst laakbare

prijszetting liggen de kaarten heel anders.”

“Als je de uitgevers wijst op hun onmogelijk hoge

prijzen en op de consequenties, krijg je steevast hetzelf-

de verhaal: ‘Jà, maar de prijsstijging is toch niet meer zó

erg als in de afg elopen jaren?’ Dat klopt, alleen blijft ze

veel hoger dan de stijging van onze middelen. En als je

iets dat al veel te duur wàs, voortaan nóg duurder laat

worden, zij het iets minder snel, waar praat je

dan over? En het verhaal van de stijgende

papier- en productiekosten is te dom

om los te lopen.”

Uitwegen“Oplossingen aandragen is moei-

lijk, en het zal hoe dan ook een pro-

ces van lange adem zijn. Maar de

nood is hoog. Momenteel zien we

een aantal initiatieven ontstaan die

de situatie weliswaar niet van van-

daag op morgen zullen omgooien,

maar die toch wel iets teweeg kun-

nen brengen. Zo werd

onlangs een petitie geor-

ganiseerd door een actie-

groep uit de biomedische

hoek die zich de Public

Library of Science noemt. In die petitie vragen de

ondertekenaars dat uitgevers alle artikels enkele maan-

den na publicatie gratis online ter beschikking van het

publiek zouden stellen, omdat het verzamelde archief

van de menselijke kennis toebehoort aan de

mensheid, niet aan een handvol uitgevers. Uit-

gevers die dat niet doen, zouden geboycot wor-

den. Meer dan 26.000 wetenschappers onderte-

kenden de petitie, waaronder zowat 500 Belgen.

Of zo’n petitie veel uithaalt, betwijfel ik: je hebt

te doen met bikkelharde commerçanten. Maar in

elk geval wordt de discussie naar een ruimer

forum gehaald.”

“Veelbelovend is ook het Open Archives Ini-

tiative(OAI). Dat kan de basis vormen van een

heel nieuw model van wetenschappelijke com-

municatie. Zover is het nog lang niet, maar wie

weet ... Het OAI bestaat in het lokaal archiveren

van preprints, of eigenlijk e-prints, volgens

bepaalde relatief eenvoudige maar zeer strikt

gehanteerde metadata, een soort tags zoals die

ook bestaan in HTML-pagina’s. Je zou bijvoor-

Uitgeven en inpikken: de prijzenwedloop in tijdschriftenland

Over wetenschappers, en hoe ze te pluimenLudo Meyvis

Opgelet, we gaan rekenen.

- Eén jaargang van het Journal of Comparative Neurology

kost u 16.967 dollar. Wekelijks krijg je daarvoor zowat

200 pagina’s, voor pakweg 15.000 f rank. Als de prijs van

uw Van Dale op dezelfde manier berekend zou worden,

zou u ongeveer 320.000 frank mogen neertellen voor uw

woordenboek. En deze Campuskrant zou u 1.500 frank

kosten. Hmm, wij voelen een idee rijpen ...

- In vergelijking met dit Journal is Experimental Brain

Research natuurlijk spotgoedkoop. Voor nog geen

250.000 f rank per jaar siert het uw planken. En helemààl

voor armoezaaiers is Life Sciences (205.000 fr.). In de bio-

medische bibliotheek zijn 50 tijdschriften aanwezig die

meer dan 100.000 frank per jaar kosten.

- Reed Elsevier, een mega-uitgeverij, had in 1997 een net-

to-verkoopscijfer van 5,5 miljard dollar. Ongeveer 17

procent daarvan, of zowat 1 miljard dollar, werd gehaald

uit de verkoop van wetenschappelijke tijdschriften, met

een geboekte winstmarge van 27,3 procent (1).

- Als zowel de prijsstijging van wetenschappelijke tijd-

schriften als de aankoopmiddelen van bibliotheken blij-

ven evolueren zoals ze dat de laatste jaren gedaan heb-

ben, staat ons tegen 2012 een reductie in het bibliotheek-

aanbod te wachten dat, afhankelijk van de sector, 20 tot

50 procent kan bedragen (2).

- Een tijdschrift kostte in april 2000 per jaargang gemid-

deld ongeveer 1.900 dollar in de natuurkunde, 1.800 $ in

de scheikunde, 1.000 $ in de ingenieurswetenschappen,

670 $ in de geneeskunde, 140 $ in de rechtswetenschap-

pen, 100 $ in de fi lologie, 80 $ in de musicologie. Tussen

1996 en 2000 is de gemiddelde prijs per jaargang geste-

gen met 37,69 procent (3).

(1) www.arl.org/newsltr/200/wylytable.html

(2) www.createchange.org/

(3) www.arl.org/sparc/DI/appendixA.html

Behalve via deze URL’s vindt u informatie over de proble-

matiek op onder meer sites van de Public Library of Scien-

ce (www.publiclibraryofscience.org/), Openarchives

(www.openarchives.org/), Association of Research Libra-

ries (www.arl.org/newsltr/200/200toc.html) en ‘Decla-

ring Independence’(www.arl.org/sparc/DI/).

Cijfers om van te duizelen

vervolg op pagina 7

foto’s: Rob Stevens

6 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 7: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

N I E U W S

beeld kunnen denken aan één e-print server per universiteit, kwestie

van de zaak hanteerbaar te houden. Zoekmachines doen dan geregeld

die lokale sites aan, verzamelen de metadata, en stellen die ter beschik-

king van gebruikers. Via een uniforme zoek-interface kunnen die ver-

volgens de e-prints raadplegen, te selecteren uit ‘alles’ wat eender waar

gepubliceerd wordt - idealiter toch.”

“Over het OAI werden al een aantal internationale conferenties

belegd. De grootste zorg is niet zozeer technisch van aard - het systeem

kan eigenlijk nù al perfect werken. Het centrale probleem is veel meer

dat wetenschappelijke literatuur niet mogelijk is zonder een systeem

van peer review, zeker in de positieve en biomedische wereld. Met

name in medische literatuur is dat ‘wetenschappelijkheidslabel’ van

essentieel belang: denk je maar eens in wat er zou gebeuren als iedereen

eender wat zou kunnen publiceren in medische vakbladen ... In het OAI

zou die peer review geïmplementeerd kunnen worden via strikt bevei-

ligde metadata over de kwaliteit, maar dat is natuurlijk makkelijker

gezegd dan gedaan.”

Op eigen houtje“Het OAI is momenteel wellicht het meest veelbelovende initiatief - en

voldoende grootschalig - om aan de wur ggreep van monopolistische

uitgevers te ontsnappen, maar het slaat voorlopig alleen aan in de

natuurkunde. Op meer beperkte schaal zijn ook andere stappen moge-

lijk. Ik denk bijvoorbeeld aan wat collega Marcel Bruynooghe van C om-

puterwetenschappen gedaan heeft. Hij was voorzitter van de editorial

board van het toonaangevende Journal of Logic Programming. Pro-

bleem: dat tijdschrift was véél te duur. De editors hebben op een

bepaald moment en uiteraard na lang onderhandelen en bloc de uitge-

verij verlaten, om een nieuw tijdschrift uit de grond te stampen - met

impactfactor en dus aantrekkingskracht nul. Maar wat bleek? Al vanaf

het eerste jaar is dit niéuwe tijdschrift, dat verkocht wordt voor één

vijfde van de prijs van het oude, het belangrijkste tijdschrift in de bran-

che geworden. Het kàn dus wel. We zijn niet verplicht om ons blijvend

te laten misbruiken of ons te laten overdonderen door brutale commer-

cie.”

“Ik maak me natuurlijk geen illusies: wetenschappers zullen in dure

tijdschriften blijven publiceren - zolang er geen alternatief is. Weten-

schap en commercie kùnnen overigens perfect naast elkaar bestaan, en

ze kunnen elkaar versterken - maar een beetje respect en een iets min-

der misdadige prijsbepaling zijn dan wel essentieel.” Klopt. Anders

blijft de vraag: wie is hier nu eigenlijk gek?

vervolg van pagina 6

Bilateraal akkoord met Chinese provincie LiaoningOp 2 oktober bezocht een delegatie van het Onderwijsdepartement van deChinese provincie Liaoning de K.U.Leuven. Professor Zhang Dexiang, directeurvan het Onderwijsdepartement, en rector André Oosterlinck ondertekenden eenbilateraal akkoord dat jaarlijks 110 topstudenten uit Liaoning de mogelijkheidzal bieden een internationaal studieprogramma te volgen aan de faculteitenEconomische en Toegepaste Economische Wetenschappen, Psychologie enPedagogische Wetenschappen, Toegepaste Wetenschappen of Landbouwkundi-ge en Toegepaste Biologische Wetenschappen, naast basisopleidingen in eco-nomie en toegepaste economie en in ingenieursstudies. Het Instituut voor Leven-de Talen sloot eveneens een bilateraal akkoord af, waardoor het garant zalstaan voor een aan de opleiding aangepaste vorming in het Nederlands. Van-uit Leuven zullen professoren uit de genoemde faculteiten aan enkele van dezestig universiteiten in de provincie Liaoning gastcolleges en seminaries verzor-gen.

De onderzoeksgroep Accounting en Fiscaliteit van onze universiteit

start dit academiejaar met een postgraduaat accounting. Het avond-

programma loopt van maart tot einde juni 2002, en mikt zowel op

mensen die professioneel nood hebben aan een basiskennis accoun-

ting, als op de vrijetijdsbelegger die het jargon van financiële analy-

ses onder de knie wil krijgen.

Het opzet van het programma is de deelnemers te leren hoe je

balansen en winstcijfers leest en begrijpt. Daarnaast komen tech-

nieken van kostprijsberekening, budgettering, auditing en princi-

pes van consolidatie en financiële analyse aan bod, en h et gebruik

van case-materiaal en een computergestuurd boekhoudprogram-

ma. Campuskrant kreeg toelichting van coördinator Hylke Van-

denbussche.

Ondernemerschap“Steeds meer faculteiten en programma’s, ook buiten onze universiteit, doen een be roep op onze

vakgroep om accounting-vakken te doceren. Onder meer de faculteiten Toegepaste Wetenschap-

pen, Geneeskunde en Rechtsgeleerdheid vragen naar boekhouden en aanverwante vakken op

hun curricula. Dat doet ons vermoeden dat er een groeiende vraag bestaat naar kennis over finan-

ciële rapportering. Dit programma kadert ook in een bredere doelstelling van de K.U.Leuven,

namelijk het stimuleren van ondernemerschap.”

“Hoe je die toegenomen interesse in accounting kan verklaren? In de VS belegt meer dan de

helft van de huisgezinnen in aandelen, in Europa is dat momenteel slechts acht procent, maar dat

aantal groeit gestaag - vooral in goede beursjaren als 1998 en 1999. Daarnaast moedigt het huidige

beleid het oprichten van KMO’s aan. Zo hebben heel wat ingenieurs en bio-ingenieurs in de

voorbije jaren een eigen bedrijf opgericht - bij enke-

le heeft dit zelfs geleid tot beursintroducties. In

vele bedrijven is ook het belang van com-

municatie tussen de verschillende

afdelingen toegenomen, en werken

bijvoorbeeld ingenieurs en accoun-

tants in teamverband of plegen ze

geregeld overleg. Om elkaar te begrijpen,

moeten ze zich dus de specifieke terminolo-

gie eigen maken. Vandaar ook de groeiende

behoefte om financiële staten zoals een

balans en een resultatenrekening te kunnen

opstellen, lezen en begrijpen.”

Kostenbeheersing“Door de globalisering en de concurrentie-

druk in de productmarkt neemt ook het belang van correctere kostprijsberekeningen toe. Wan-

neer de eigen markt vrij goed afg eschermd is van concurrentie, zullen winstmarges relatief groot

zijn en is er niet zoveel behoefte om aandacht te schenken aan kostenbeheersing. Bij een lage

concurrentiedruk kan men het zich veroorloven om wat lakser te zijn.”

“Maar tegenwoordig staan de meeste markten onder zware concurrentiële druk vanuit het

buitenland, waardoor kostenbeheersing en -controle een veel grotere rol zijn gaan spelen in de

rendabiliteit. De uitdrukking you have to measure costs before you can manage them verklaart de

vernieuwde aandacht in heel Europa voor methoden van kostencalculatie.”

“En verder is de interesse voor financiële rapportering recent niet alleen toegenomen door de

dotcom-hype in de technologiesector, maar ook door de integratie van de kapitaalmarkten in het

algemeen.”

“We hebben gekozen voor een kort intensief programma omdat we de indruk hebben dat de

vraag naar aanvullende opleidingen verschuift van relatief algemene naar meer gespecialiseerde

programma’s. De Graduate School of Business Studies van het Departement TEW biedt naast

Accounting ook kortlopende programma’s over Financiewezen, Operations Management en Ver-

zekeringswe-

zen aan, zodat

men zeer doel-

gericht de

gewenste specialisatie kan kiezen. Bovendien mikken wij met ons avondprogramma op deelne-

mers die een baan hebben. Te lange, minder gespecialiseerde programma’s zijn vaak erg moeilijk

met een job te combineren.”

“We mikken in de eerste plaats op universitairen die professioneel met aspecten van accoun-

ting in aanraking komen, maar die eigenlijk geen opleiding terzake gekregen hebben, zoals inge-

nieurs, juristen, journalisten of artsen. Daarnaast willen we bijvoorbeeld ook vrijetijdsbeleggers

of Kanaal Z-kijkers aantrekken, die het jargon van de financiële analysten willen begrijpen.”

De lessen van het Postgraduaat Accounting zijn gespreid over 15 weken, telkens op maandag- en

donderdagavond van 18.30u tot 21.30u. Meer informatie via [email protected] of

t(016)32 66 23.

De Leuvense Graduate School of Business Studies coördineert alle graduaat-programma’s van het

Departement Toegepaste Economische Wetenschappen. De Master Programs worden in het Engels

aangeboden, de postgraduaten en aanvullende opleidingen in het Ned erlands. Voor een volledig

overzicht, met links naar de individuele programma’s, surf naar www.econ.kuleuven.ac.be/GSBS/.

‘In de VS belegt meer dan de helft van de huisgezinnen in aandelen.

In Europa is dat slechts acht procent, maar dat aantal groeit gestaag.’

Avondprogramma wil mee ondernemerschap stimuleren

Nieuw postgraduaat ‘Accounting voorniet-specialisten’Karla Venken

O N D E R W I J S

foto: Rob Stevens

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 7

Page 8: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

O N D E R Z O E K S P R I J Z E N

Dr. Jan Van den Bulck is hoofddocent aan het De partement Communicatiewe-

tenschap van de Faculteit Sociale Wetenschappen. Hij houdt zich bezig met

research naar media-effecten en de methodologie van dit type onderzoek. Zijn

werk werd onlangs bekroond met de Kiwanis-prijs, geselecteerd door de Onder-

zoeksraad.

“Ik ben vooral geïnteresseerd in de effecten bij de consument van tv-fictie, en

de manier waarop dat onderzocht wordt. De methodologie van media-onder-

zoek is niet altijd even zuiver. Nog te vaak wordt er gewerkt met een te sim-

plistisch kader, of met niet te verdedigen veronderstellingen. Zo wordt te snel

vertrokken van de idee dat ‘zware’ tv-kijkers meer invloed zouden ondergaan

dan degenen die minder uren voor de buis doorbrengen. Dat blijkt zeker niet

altijd zo te zijn .”

You have the right to remain silent ...“Ik doe fundamenteel wetenschappelijk onderzoek. De zin daarvan wordt wel

eens in vraag gesteld, zeker in ons kleine landje. Maar specifiek voor mijn dis-

cipline is ons land juist een schitterend labo. We kijken veel naar Amerikaanse

fictie, en als één van de weinige landen ter wereld zien we die bovendien in

originele versie. Dat maakt mooi vergelijkend onderzoek mogelijk naar de

media-effecten bij Vlaamse en bij Amerikaanse kijkers.”

“Tv is een bijzonder krachtig medium. Het wordt heel intensief geconsu-

meerd. Iemand van 12 jaar heeft, al naargelang de bron, ongeveer 10.000 fictie-

ve moorden gezien. Ter vergelijking: op die leeftijd heeft nog niemand al over

10.000 moorden gelézen ... Bovendien werkt tv met een grote ‘schijn van reali-

teit’: we wéten wel dat het fictie is, maar het ziet er zo echt uit. Het eigenaardi-

ge is dat alle kijkers - enkele psychiatrische gevallen niet te na gesproken - zich

bewust zijn van die fictionaliteit, maar desondanks heeft die fictie bepaalde

cognitieve gevolgen. Vraag een twaalfjarige maar eens wat de rechten van een

gearresteerde zijn in de Verenigde Staten: hij kan je zo de aanhoudingsformule

voordragen: You have the right to remain silent ... Alleen is er het probleem dat

die gegevens die op de kijker toestromen, vaak geen correct beeld ophangen.

Zo blijkt er een aanzi enlijke overschatting te bestaan van het aantal detectives,

politie-agenten en dokters - niet voor niets de meest populaire protagonisten

van tv-fictie.”

“Een algemeen effect van onze grote tv-con-

sumptie - voor velen is het een halftime job: 20

uur tv per week is niet zo uitzonderlijk - is moei-

lijk weer te geven, behalve dan misschien één

zaak. Diehard tv-kijkers overschatten in het alge-

meen de onveiligheid van onze samenleving.”

“Dat is op zich al erg genoeg, maar ook op

detailvlak zijn negatieve gevolgen niet uit te slui-

ten. Het is niet ondenkbaar dat bijvoorbeeld het

beeld dat van de medische wereld opgehangen

wordt, invloed kan hebben op je beslissingsmodel

met betrekking tot je gezondheid: ‘Preventie is niet

zo belangrijk, dokters kunnen met behulp van

technologie mirakels verrichten ...’.”

Geen imitatie“Het is overigens één van de grote uitdagingen van het media-onderzoek om de causaliteit

tussen een bepaald beeld en een bepaald gedrag na te gaan. Dat is zelden een rechtlijnig ver-

band. Eenvoudige imitatie komt haast nooit voor: het is niet omdat iemand een moord ziet,

dat hij meteen zelf aan het moorden slaat. Dat inzicht is niet onbelangrijk, met name dan bui-

ten de fictie. De ‘opvoedende rol’ van tv zou namelijk wel eens overschat kunnen worden.

Een programmamaker zou kunnen denken aan een objectieve weergave van het migranten-

probleem, met juiste cijfers, evenwichtige interpretatie enzovoort, met de bedoeling de kijker

een degelijk beeld van de hele kwestie bij te brengen. Zo blijkt het niet te werken: wat je ook

doet, je hebt als tv-maker weinig vat op de conclusie van de kijker. Maar het staat wel vast dat

er een invloed is - alleen kan die moeilijk van te voren ingeschat worden.”

“Media-onderzoek maakt vaak ook de fout verkeerde referentiekaders te gebruiken. Wat

voor een volwassene ‘geweld’ is, kan voor een kind ‘spel’ zijn. Zo is g ebleken dat een pro-

gramma als Power Rangers door veel kinderen nagespeeld wordt, inclusief de vecht- en kara-

te-bewegingen, wat tot nogal wat ongelukjes geleid heeft. ‘De Power Rangers leiden tot

agressie’, hoor je volwassenen dan zeggen. Maar dat is hùn visie: voor een kind gaat het om

een ongeluk tijdens het spel, en eentje dat hij zeker nooit gewild heeft.”

“Media-onderzoek is een zeer complexe materie, met nog bijzonder veel methodologische

onzuiverheden, en met een acute nood aan grootschalig veldwerk. Door de intensieve media-

consumptie kan de relevantie echter moeilijk overschat worden.”

“Ik ben daarom heel gelukkig met die Kiwanis-prijs. Wat ik er precies mee ga doen?

Media-onderzoek is in het verleden vooral in geweld geïnteresseerd geweest. De effecten van

alle - vaak absurde - medische ‘informatie’ in de media op percepties en attitudes van het gro-

te publiek zijn nauwelijks onderzocht, terwijl dat maatschappelijk minstens even relevant is.

Ik hoop dat ik deze prijs als opstapje kan gebruiken om dat domein grondig te beginnen ont-

ginnen. Ik denk dat we zo de sleutel moeten kunnen vinden voor een aantal vraagstukken die

we met geweldonderzoek nog niet hebben opgelost.”

[email protected]

Kiwanis-Prijs

Een 12-jarige heeft al 10.000 tv-moorden gezienLudo Meyvis

Elk jaar reikt de Onderzoeksraad prijzen uit om enkele veelbelovende onderzoe-

kers extra te belonen. Op woensdag 4 oktober werden de vijf laureaten van dit

jaar in een feestelijke huldiging gelauwerd voor hun baanbrekend wetenschap-

pelijk werk. Wij spraken met de winnaars.

foto: Rob Stevens

Het zal wel een beroepsmatige hang naar human interest

zijn, dat wij uit zijn cv onthielden: training van resusapen.

Uit de bijgevoegde synopsis van zijn onderzoek blijkt dat

die primaten bij uitstek model kunnen s taan bij de studie

van de werking van onze hersenen. Postdoctoraal onder-

zoeker Peter Janssen werkt in het labo voor Neuro- en

Psychofysiologie van de Faculteit Geneeskunde, en kreeg

de Prijs van de O nderzoeksraad voor zijn onderzoek naar

driedimensionale objectherkenning.

“Bij de mens en andere primaten is een groot deel van de

hersenen bezig met het verwerken van de visuele signa-

len via de ogen. Het moet essentieel twee vragen oplos-

sen: waar? of de lokalisatie in de ruimte van voorwerpen

en van de waarnemer zelf, en wat? of de herkenning van

voorwerpen of personen. Van het visuele systeem bij de

resusaap weten we al langer dat het bestaat uit twee gro-

te onderdelen of ‘stromen’, in feite verzamelingen van

hersengebieden, die beide vertrekken van achteraan in de

hersenen, uit wat men de primaire visuele cortex noemt.

De ene, dorsale stroom loopt naar voor en naar boven in

de hersenen, en houdt zich bezig met de waar?-vraag. De

andere, ventrale stroom loopt naar voor en naar beneden

in de hersenschors, en concentreert zich op de wat?-

vraag. Wij hebben het hersengebied aan het eind van de

ventrale stroom bestudeerd, de inferotemporale cortex of

IT geheten. Elektrische activiteit van groepen hersencel-

len in dit gebied maakt het mogelijk een bepaalde vorm

of gezicht te herkennen en er betekenis aan te geven,

zodat we ook weten welke reactie we verwacht worden

te stellen op die bepaalde stimulus.”

Bol“Objectherkenning verloopt schijnbaar moeiteloos, maar

is in feite een fenomenaal ingewikkeld proces. Wij moe-

ten in staat zijn voorwerpen te herkennen in een vaak

complexe omgeving en onder zeer verschillende omstan-

digheden - belichting, afstand, oriëntatie in de ruimte ...

Wij hebben nu onderzocht of dit hersengebied, dat

instaat voor de herkenning, gevoelig is voor de driedi-

mensionale structuur van voorwerpen. Met andere

woorden: ‘zien’ deze hersencellen het verschil t ussen

een bol, een hol of een vlak oppervlak? Concreet: verto-

nen ze een selectieve verhoging van elektrische activi-

teit? Tot hiertoe was enkel aangetoond dat de IT-hersen-

cellen selectief antwoorden op vlakke, tweedimensionale

vormen, op kleur en op textuur. Maar echte voorwerpen

zijn driedimensionaal. Ons onderzoek heeft uitgewezen

dat bepaalde cellen in de inferotemporale cortex wel

degelijk het verschil tussen een bolle en een holle vorm

kunnen signaleren. De 3D-str uctuur van voorwerpen is

een kenmerk dat relatief constant blijft onder zeer ver-

schillende omstandigheden, en is dus een potentieel

belangrijke informatiebron in de objectherkenning.”

“Die overigens zeer accurate gevoeligheid bleek

geconcentreerd in een bepaald onderdeel van de infero-

temporale cortex, in de Sulcus Temporalis Superior (de

sulci zijn de typische kronkelige sleuven of inkepingen in

de hersenschors, nvdr). Daarmee is dus ook aan getoond

dat de inferotemporale cortex zelf uit minstens twee

kleinere hersengebieden met eigen functionele kenmer-

ken bestaat. Nu we die groep cellen bij de resusaap heb-

ben gelokaliseerd, kunnen we nagaan welk hersengebied

Prijs Biomedische Wetenschappen voor neurofysioloog Peter Janssen

Driedimensionale objectherkenningKarla Venken

bij de

mens

hiermee

zou kun-

nen over-

eenko-

men. We

hebben in

het onder-

zoek

immers

ook bewe-

zen dat de

neuronale

gevoelig-

heid voor

3D-structuur bij de resusaap sterk gelijkt op het gedrag

van menselijke proefpersonen wanneer ze holle en bolle

vormen moeten onderscheiden.”

“Dergelijk onderzoek vergt jaren van investeringen -

het duurde bijna drie jaar voor de eerste resultaten gepu-

bliceerd konden worden. Het geeft dan ook veel voldoe-

ning, zei Janssen in een reactie op de prijs, dat onderzoek

waarvoor een langetermijnvisie noodzakelijk is, gewaar-

deerd wordt door de universiteit. Voor de besteding van

het prijzengeld (200.000 f r. -red.) zal hij gr aag met zijn

echtgenote en moeder van zijn twee dochters overleg-

gen, “want zij heeft zich vanzelfsprekend meer opoffe-

ringen moeten getroosten dan de onderzoeker zelf.”

(lacht)

[email protected]

foto: Rob Stevens

8 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 9: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

Dr. Dirk Jacobs is wetenschappelijk

medewerker aan het IPSoM (Instituut

voor Politieke Sociologie en Methodo-

logie) van de K.U.Br ussel, waar hij

zich specialiseert in onderzoek rond

etnische minderheden. Na zijn oplei-

ding in de sociologie aan de Gentse

universiteit behaalde hij in Utrecht

zijn doctoraat met de studie ‘Nieuw-

komers in de politiek’, die nu bekroond

wordt met de Prijs R aymond Derine

voor Humane Wetenschappen, gese-

lecteerd door de Vlaamse Leergangen.

“Mijn doctoraat was hoofdzakelijk

vertooganalyse over minderheden”,

zegt hij. “Momenteel hou ik me

vooral bezig met onderzoek van

minderheden zelf. Concreet doe ik

onder meer onderzoek naar Marokkaanse en Turkse zelforganisaties in het

Brussels hoofdstedelijk gewest.”

Nederland niet toleranter ...“De centrale vraag van mijn doctoraat was hoe het gekomen is dat Nederland

al in 1985 gemeentelijk stemrecht voor vreemdelingen ingevoerd heeft, ter-

wijl dat bij ons zo’n moeizame discussie is. Het frappante is nu dat de basis-

houding in beide landen grotendeels gelijklopend is. Het is dus niét zo d at

Nederland toleranter of opener is of zo. Het parlementaire debat is echter wel

beïnvloed door een geheel van factoren waarop in beide landen nogal ver-

schillend gereageerd werd, wat leidde tot verschillende vertoogallianties en

tot andere resultaten.”

“In 197 7 maakte Nederland een scharnierjaar mee. Er war en enkele

Molukse aanslagen, wat voor een aantal politieke partijen het signaal was om

een echt minderhedenbeleid te gaan voeren. Voeg daar nog aan toe dat de

Nederlandse liberalen en christen-democraten zich toen geëngageerd hebben

om extreem-rechts te allen prijze de wind uit de zeilen te houden. De idee

van integratie nam een centrale plaats in in de discussies. Het voordeel daar-

van was dat heel uiteenlopende politieke actoren dat begrip in hun eigen dis-

cours konden opnemen zonder hun eerdere gedachtegoed te verloochenen.

Links kon blijven hameren op het belang van democratische principes, dus

stemrecht, en rechts kon blijven zeggen dat een zekere politieke eenvormig-

heid of assimilatie onmisbaar was, waarbij lokaal stemrecht echter als middel

tot accultur atie zou dienen.”

... maar België politiek onstabiel“In België zag de situatie er aanvankelijk bijna gelijk uit. In 1979 was gemeen-

telijk stemrecht zelfs een actiepunt uit de regeringsakkoorden. Die periode

was er echter ook één van grote politieke instabiliteit. De ene regering volgde

de andere zo snel op dat het regeringsakkoord geen kans maakte om uitge-

voerd te worden. Bovendien zag je bij Brusselse politici een grote concurren-

tieslag ontstaan. Het was de periode waarin Roger Nols zijn extreme ideeën

kon verkondigen, wat op zijn beurt de positie van de PRL van Jean Gol beïn-

vloedde. Toen die in de regering stapte, kon de PRL onmogelijk nog een lans

breken voor gemeentelijk stemrecht. Wel werden toegevingen gedaan in de

richting van een iets mildere nationaliteitswetgeving, maar meer zat er niet

in. De traditionele partijen zouden vanaf toen hun steun voor migranten-

stemrecht stap per stap laten varen. Eind jaren ‘80 begon bovendien het

Vlaams Blok aan zijn spectaculaire opmars, en vanaf dan werd migranten-

stemrecht tot diep in de jaren negentig een politiek taboe. Men hield er zijn

mond over, uit vrees dat het Blok nog meer stemmen zou aantrekken. En

klaarblijkelijk ligt één en ander vandaag nog steeds moeilijk, ook al hebben

een aantal partijen zich ondertussen geherpositioneerd.”

“In mijn onderzoek heb ik de idee verworpen dat de politieke agenda

bepaald wordt door één dominant vertoog over een bepaalde problematiek.

Zo’n eendimensionaliteit leidt hooguit tot simplistische en onjuiste verkla-

ringen, bijvoorbeeld dat Nederland toleranter zou zijn. Dat is duidelijk niét

het geval, of in elk geval was het niet relevant. Politieke besluiten moet je

daarentegen zien als de strijd t ussen méérdere vertogen.”

[email protected]

Prijs Raymond Derine voor politiek socioloog Dirk

Jacobs

Migrantenstemrecht tot diep inde jaren ‘90 politiek taboeLudo Meyvis

Dr. Kris Dierickx, postdoctoraal onderzoeker

(FWO) en bijzonder gastdocent, is verbonden

aan het Centrum voor Biomedische Ethiek en

Recht. Zijn doctoraatsverhandeling over ‘Gene-

tische screening, gezondheid en ethiek’ werd

onlangs bekroond met de Mgr. A. Janssen-prijs

voor Christelijke Ethiek, geselecteerd door de

Vlaamse Leergangen.

“Genetische screening noemen we het aanbod

van genetische tests op grote schaal, zelfs tot

op het niveau van de hele bevolking. Het gaat

dus niet om een aanvraag voor zo’n test op

individueel niveau. Je kunt het een beetje ver-

gelijken met bijvoorbeeld de borstkankerscree-

ning.”

Geen eugenetica“Ik heb onderzocht wat de ethische implicaties

van zo’n aanbod zijn. Die screening staat inderdaad niet geïsoleerd. Ze past in een gro-

ter kader, een gezondheidsvisie, die niet altijd voldoende geëxpliciteerd wordt, en die

heel wat ethische vragen oproept.”

“Genetische screening wordt nogal eens verward met eugenetica. Nochtans zijn er

fundamentele verschillen tussen beide. Het gaat, tenminste in onze Europese context,

in de eerste plaats om de zorg voor de individuele gezondheid. Toch is het duidelijk dat

er een algemeen concept van ‘gezondheid’ in meespeelt, ook al wordt dat niet uitge-

sproken. Een bepaalde toestand ‘genetisch gezond’ noemen, houdt een hele reeks

waarde- of ethische oordelen in.”

“De notie gezondheid wordt in de literatuur grosso modo op twee manieren bena-

derd. Je hebt de analytisch-objectieve visie: dan is gezondheid iets dat je meet. Bijvoor-

beeld: is je hartslag 72 slagen per minuut? Heb je meer of minder, dan is er een gezond-

heidsprobleem. Dat is het meest gehanteerde criterium, maar het klopt natuurlijk lang

niet altijd, het is sterk vereenvoudigend. De integraal-holistische visie hanteert daarom

een meer ‘totaal’ gezondheidsbegrip, waarin de mens meer is dan alleen maar zijn

fysiologisch-organische aspect.”

Het recht op niet-weten“Genetische screening klinkt misschien een beetje futuristisch, maar het wordt wel

degelijk al toegepast, vaak zonder dat we ons dat realiseren, en zonder dat het in ons

opkomt dat we het ook kunnen weigeren. Bij de geboorte wordt bijvoorbeeld bij zowat

alle kinderen een eenvoudige test gedaan op enkele genetische aandoeningen - denk

aan de hielprik, waarbij een druppeltje bloed wordt genomen.”

“Je kunt je daarbij afvragen waar de vrije toestemming zich situeert, in mijn onder-

zoek net één van de essentiële voorwaarden om van een ethis ch verantwoorde geneti-

sche screening te kunnen spreken. Je moet de mensen adequaat informeren, maar dat

ligt anderzijds vaak ook heel gevoelig. Wil ik wel weten dat ik over 20 jaar een ernstige

ziekte zal krijgen? Wil ik wel een kind op de wereld zetten als ik weet dat het kind geen

20 jaar zal halen? Maar anderzijds kan ik ook de medische evolutie niet voorspellen -

de levensverwachting van mensen met mucoviscidose is bijvoorbeeld de laatste jaren

sterk toegenomen. Iemand die gescreend wordt, heeft dus recht op de testresultaten,

maar kan hij ook het recht om niét te weten claimen?”

“Dat staat een beetje haaks op onze objectiverende gezondheidsbenadering, maar

er valt wel wat voor te zeggen, zeker als je uitgaat van een meer integrale opvatting van

gezondheid en ziekte. Je bént je ziekte niet, je bent méér dan alleen m aar patiënt, en

dus kunnen er redenen zijn om niet te willen weten wat het resultaat is. Vergeet ook

niet dat we voor veel genetische problemen al een diagnose hebben maar nog geen the-

rapie. In veel gevallen is zo’n diagnose meteen dus ook een soort ‘veroordeling’, en het

is niet evident dat iemand ertoe verplicht kan worden nog 10 of 20 jaar met die veroor-

deling te moeten leven. Maar dat roept dan weer vr agen op als de testuitslag niet alleen

relevant is voor jou. Als jij je genetische probleem niet wil kennen, moet dat dan ook

verzwegen worden voor je familieleden, die misschien dezelfde ziekte zullen ontwik-

kelen? Of voor je kinderen?”

“Als genetische screening meer gebruikt zal worden - en zo ziet het er wel naar uit -

is het van essentieel belang dat je op het goede moment adequate informatie over de

test en over de mogelijke resultaten krijgt. In sommige buurlanden is men daar al veel

verder mee. Zo’n houding is ook bij ons nodig, als we er tenminste van uitgaan dat een

vrijwillige en goed geïnformeerde instemming inzake genetische screening ons onver-

vreemdbaar recht is.”

[email protected]

Mgr. A. Janssen-prijs voor Kris Dierickx

Wil ik weten of ik over twintig jaareen ernstige ziekte krijg?Ludo Meyvis

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 9

Page 10: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

O N D E R Z O E K

Welke mechanismen spelen een rol in de informatiever-

werking bij emoties, en wat zijn meer specifiek de onder-

liggende cognitieve processen die depressies en gevoelens

van angst in stand houden? Klinisch psycholoog en deel-

tijds docent gedragstherapie Dirk Hermans voert er al

bijna tien jaar onderzoek naar, en werkt ondertussen als

postdoctoraal F WO-onderzoeker in het C entrum voor

Leerpsychologie en Gedragstherapie van het Departement

Psychologie. Vaststelling is toch maar weer dat onze waar-

neming der dingen veel onbewuster verloopt dan we z elf

graag denken. Beroep u bij ongelukkige uitspraken voor-

taan op de automatische stimulusevaluatie.

Kleur en vorm van een object zijn een onmiddellijk gege-

ven voor onze waarneming, we hoeven daar niet eerst

over na te denken. Een stoel is een stoel met een gegeven

vorm, kleur en grootte. Dat de waarneming zo dwingend

is, is een biologische noodzaak: als onze perceptie

bewuste cognitieve oordelen zou vereisen, zouden onze

reacties voortdurend te laat komen. De waarneming van

onze omgeving valt dus grotendeels buiten onze bewus-

te controle, maar ook de affectieve waardering ervan is

een automatisch proces - aldus een hypothese die auto-

matische stimulusevaluatie wordt genoemd: de loutere

waarneming van een object of situatie zou volstaan om

het als ‘goed’ of ‘slecht’ te evalueren. Kortom, mensen

(en dieren) beschikken over een fundamenteel mecha-

nisme dat bij waarneming van een stimulus of situatie

deze categoriseert als aangenaam/positief of onaange-

naam/negatief, waarbij dit proces even dwingend en

biologisch noodzakelijk is als de herkenning van het

voorwerp zelf.

Hoewel die hypothese vanaf de jaren ‘70 in diverse

domeinen van de psychologie veel aandacht kreeg, ont-

brak het nagenoeg volledig aan empirische ondersteu-

ning. Dat was althans de situatie toen Dirk Hermans in

1991 zijn onderzoek startte. Opzet werd dan ook om de

stelling dat mensen prikkels automatisch evalueren,

experimenteel te onderzoeken.

TrendsetterOm dat te achterhalen, maakte Hermans gebruik van een

reactietijdparadigma dat ontleend werd aan het werk van

Russel Fazio en collega’s. Hermans spitte de procedure

in de vele experimenten uit en maakte ze ook voor emo-

tie-onderzoekers en gedragswetenschappers bruikbaar.

Affectieve primingparadigma werd de internationaal

aanvaarde benaming voor de procedure, die ondertussen

met tientallen studies hier en elders een trend heeft gezet

in fundamenteel onderzoek naar attitudes en emoties.

Het is niet evident om dat paradigma kort uit te leg-

gen, maar Hermans probeert het met een voorbeeld van

een experiment. “Aan proefpersonen werd gevraagd om

een reeks foto’s te beoordelen als aangenaam of onaange-

naam. Een selectie daarvan werd nadien foto per foto

opnieuw op scherm getoond aan de proefpersoon, die

simpelweg de taak kreeg om die stimulus zo snel moge-

lijk luidop als aangenaam of onaangenaam te beoordelen

- een computer registreerde de reactietijden. Elke van

deze targetstimuli werd daarbij voorafgegaan door een

andere foto uit diezelfde selectie, die slechts gedurende

200 milliseconden zichtbaar bleef (prime genoemd in de

procedure), gevolgd door 100 ms pauze. Bleek dat wan-

neer de prime en de targetfoto allebei positief of allebei

negatief waren gewaardeerd, de reactietijden significant

sneller waren dan bij de combinaties positief/negatief of

negatief/positief. Dat effect van de prime speelde ook

wanneer die subliminaal, dus te kort om bewust waar te

nemen, werd aangeboden. En omgekeerd het effect wan-

neer de tijd tussen prime en target werd opgetrokken tot

1000 ms, en de p roefpersoon dus in principe meer tijd

kreeg om de foto’s te verwerken.”

“De conclusie van deze en andere onderzoeken is dat

affectieve beoordelingen puur op automatische proces-

sen gebaseerd kunnen zijn, en dat het bewustzijn daar

geen noodzakelijke voorwaarde in is. We hebben uit

tientallen experimenten nu de evidentie dat automati-

sche stimulusevaluatie een vrij algemeen fenomeen is,

dat niet beperkt blijft tot bepaalde stimuli of gebonden is

aan een bepaald type van taak. Mensen evalueren voort-

durend en automatisch hun waarnemingen als positief of

negatief.”

Negatieve spiraalHermans heeft als klinisch psycholoog en gedragsthera-

peut vooral ervaring met angst en depressie, en trok zijn

Prijs Humane Wetenschappen voor klinisch psycholoog Dirk Hermans

Automatische stimulusevaluatie is eerste stap naar emotieKarla Venken

onderzoek open naar de meer algemene studie van auto-

matische processen in emoties en emotionele stoornis-

sen. Dit was een logische stap, aangezien automatische

prikkelevaluatie een eerste fase is in vele informatiever-

werkingsmodellen van emotie.

Dirk Hermans: “Bij mensen die een depressie door-

maken of bijvoorbeeld aan spinnenangst lijden, lijkt die

toestand soms tot een soort negatieve spiraal te leiden.

Depressieve mensen onthouden vooral negatieve dingen

en zien daarin een bevestiging van hun negatieve gevoe-

lens; mensen met spinnenvrees zijn overal en altijd alert

voor spinnen en merken hen ook altijd als eerste op.

Kennis van deze selectieve aandachts- en geheugenme-

chanismen vertelt ons veel over hoe emotionele stoor-

nissen persisteren, en leert tegelijk iets over de beperkin-

gen van pogingen tot rationalisering van hun gedrag.

Eigenlijk zijn emoties het resultaat van complexe interac-

ties tussen allerlei automatische en meer bewuste proces-

sen. Vooral het aandeel van de eerder onbewuste infor-

matieverwerkingsprocessen wordt door experimenteel

onderzoek van de laatste twee decennia sterk benadrukt.

Misschien past die vaststelling niet echt in het kraam van

diegenen die de mens liever als een rationeel, bewust en

weloverwogen wezen zien, maar in de klinische praktijk

en gedragstherapie kan die wetenschap ons toch realisti-

scher stemmen.”

[email protected]

Campuskrant 200

Terwijl u elders in dit prachtblad kunt lezen hoe schoften van uitge-

vers u gewoon plunderen terwijl u erbij zit, doen wij net het tegenge-

stelde. Al tweehonderd nummers lang krijgt u gr atis uw Campuskrant

in de bus. Tweehonderd nummers, 4.000 pagina’s, 40 miljoen karak-

ters, gewoon, voor u. Dank u, zegt.

Lang geleden, nog vóór de Guldensporenslag, was er het pittoreske

magazine Academische Tijdingen. Op 24 januari 1990 werd dat echter

met tromgeroffel vervangen door nr. 1 van dit blad. Het ging er

meteen ruig aan toe, met onderzoeksjournalistiek uit de Raad van

Beheer, een niets ontziende rubriek Publikaties, en zelfs met een ont-

hullende reeks vacatures.

Hoofd- en andere redacteurs kwamen en gingen. Freelancers die nu

het mooie weer maken in Vlaanderens boulevardbladen kregen hun

vuurdoop bij ons. “ Wil jij in de journalistiek, jochie? Ga dan ee rst

maar eens een interviewtje doen over toegepaste ethiek of discrete

wiskunde, niks beter dan dat om het vak te leren.”

Wij danken u voor uw geduld met ons, en onszelf voor het omge-

keerde. U bent een fijn publiek. En wij een fijn blad.

10 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 11: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

-

Dubbel voorproefjeOpgepast, pas geverfd! Het Arenberginstituut staat nog deels in de steigers

maar kreeg op 27 s eptember toch 250 mensen over de vloer voor een exclu-

sieve vooropening van het nieuwe STUK - om v eiligheidsredenen mochten

dat er niet meer worden. Gasten van de avond waren artiesten van het Britse

audiovisuele Touch-label. De dj-sets van Fennesz en Hazard deden boxen en

dansvloer dreunen, een video-installatie van Jon Wozencroft een verdieping

hoger gaf de geknipte chill-out. Het is nu wachten tot januari 2002 voor het

STUK definitief zijn deuren opent.

Mammobiel op Open BedrijvendagZondag 30 september namen 262 ondernemingen en instellingen deel aan de Open

Bedrijvendag Vlaanderen en Brussel. Daaronder ook het Leuvense IMEC en het UZ

Gasthuisberg. Dat laatste zette de deuren van zijn Multidisciplinair Borstcentrum

open, één van de vijf erkende borstscreeningscentra in Vlaanderen. Buiten kon ook

de mammobiel bezocht worden, een mobiele radiologische eenheid die naar

gemeenten rijdt waar onvoldoende middelen voor mammografie beschikbaar zijn .

Elke vrouw van 50 tot en met 69 jaar kan om de t wee jaar gratis een kwaliteitsvolle

mammografie laten nemen, om eventuele borstkanker in een zo vroeg mogelijk sta

dium op te sporen. In België wordt immers bij ongeveer 1 op 10 vrouwen in de loop

van haar leven borstkanker vastgesteld.

Gratis beglazingDe commissie Veiligheid en Didactiek werkte vorig jaar een actieprogram-

ma uit voor de integratie van veiligheid, gezondheid en milieu in de oplei-

ding. Een concreet resultaat hiervan is de gratis veiligheidsbril die alle eer-

ste jaa rsstudenten tijdens de pract ica scheiku nde overha ndigd kre gen.

Deze bril maakt nu samen met de l abojas deel uit van het verplichte uni-

form voor studenten scheikunde.

Op zondag 30 september werd de Leuvense nacht opgefleurd door een schitte-

rend vuur werk, onderdeel van een imponerend k lank- en lichtspel. D aarmee

werd een feestelijk orgelpunt gezet achter ‘de 575’. Dit evenement, aangeboden

door de VVV-Leuven en de stad, illustreert de zeer n auwe band tussen stad en

universiteit. Symfonie der Stenen, die vroeger al een schitterend spektakel orga-

niseerde rond het jarige stadhuis, zorgde voor de realisatie van al dit moois.

I N B E E L D

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 15

Page 12: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

O N D E R Z O E K

“ Via ons darmstelsel komen wij het meest in contact met

de buitenwereld. De darmflora spelen dan ook een belang-

rijke rol bij het afweren van ziekteverwekkende bacteriën.

En als het evenwicht tussen ‘goede’ en ‘slechte’ bacteriën

verstoord is, kan d at zeer ongunstige gevolgen hebben.”

Aan het woord is professor Yvo Ghoos, tot voor kort ver-

bonden aan het Laboratorium Digestie-Absorptie van de

UZ Leuven.

Sinds het begin van dit academiejaar is professor Yvo

Ghoos met emeritaat. Een belangrijk deel van zijn carriè-

re was gewijd aan het onderzoek naar digestie en absorp-

tie van voedingsstoffen. De laatste jaren is daaraan toege-

voegd: het doen ingang vinden van de idee dat bepaalde

voedingssupplementen een bijzonder gunstig effect heb-

ben op de gezondheid van de mens. Zo bestudeerde hij

de effecten van pre-en probiotica op het darmstelsel en

dat werk wenst hij ook na zijn emeritaat nog verder te

blijven doen.

Als je het kantoor van Yvo Ghoos, ergens in een ade-

laarsvesting op één van de hoogste verdiepingen van

Gasthuisberg, binnenwandelt, is het duidelijk: deze man

is bezeten van zijn overtuiging en van zijn missie. In de

kasten en rekken langs de muren staan potjes en doosjes

met preparaten die hij straks, in de loop van het gesprek,

zal bovenhalen om zijn uiteenzetting te illustreren. Uw

reporter bleef urenlang gekluisterd aan zijn stoel. Alleen

onderbroken voor koffie, veel en sterk.

Yvo Ghoos heeft zich merkbaar voorbereid op dit

gesprek. Hij wil zijn z aak duidelijk voorstellen, en mis-

schien ook een beetje komaf maken met vooroordelen

waar hij jarenlang tegen heeft moeten vechten. Voor

hem is het duidelijk: geneeskunde is niet alleen een zaak

van ‘genezen’, maar ook van ‘voorkomen’. Het minste

wat je kan zeggen is dat hier een gedreven man voor je

zit, die zijn roeping ook niet verloochent: de volgende

uren zullen verlopen als een waarachtig college, met

powerpoint-presentatie en al.

Evenwicht“Weinig mensen beseffen”, begint Yvo Ghoos, “dat een

groot deel van de menselijke immuniteit bepaald wordt

in de darm. Via de darm komen wij het meest in contact

met de buitenwereld. Logisch dus dat de darmflora een

belangrijke rol spelen in de menselijke afweer tegen

gevaarlijke indringers, zoals ziekteverwekkende bacte-

riën. Het kan dan ook ni et genoeg worden beklemtoond

dat we onze darmen moeten verzorgen. Er moet in ons

darmstelsel een goed evenwicht zijn tussen goede en

ziekteverwekkende bacteriën. Als dat evenwicht ver-

stoord is, kan d at zeer ongunstige gevolgen hebben, niet

alleen voor de goede werking van de darmfuncties, maar

ook voor functies of organen buiten dat systeem. Al

moet je wat dat betreft toch nog wat voorzichtig zijn - dit

soort onderzoek verkeert veelal nog in het stadium van:

naar alle waarschijnlijkheid.”

Bij het nastreven van het evenwicht tussen goede en

slechte bacteriën kunnen, volgens professor Ghoos, de

pro- en prebiotica een belangrijke rol spelen: “We moe-

ten ervoor zorgen dat de slechte bacteriën niet de over-

hand halen - dat kan gebeuren door bijvoorbeeld buiten-

landse reizen, verkeerde voedingsgewoonten of overma-

tig gebruik van antibiotica. Door levende micro-organis-

men aan onze voeding toe te voegen kan het evenwicht

worden hersteld. Die bacteriën worden probiotica

genoemd, omdat zij een gunstige invloed uitoefenen op

de algemene gezondheid. De best gekende zijn de familie

van de Lactobacilli. Probiotica zijn de laatste jaren aan

een opmars bezig, ze worden bijvoorbeeld toegevoegd

aan melkproducten als yoghurt. Overigens hebben gegis-

te melkproducten op zich al een probiotische werking.”

“Daarnaast moeten we er ook voor zorgen dat de

goede bacteriën de juiste voedingsbodem en de aange-

paste omgeving hebben om optimaal te kunnen groeien.

Prebiotica zijn voedingsstoffen voor die goede bacteriën.

Het gaat vooral om voedingsvezels en niet-verteerbare

koolhydraten - te vinden in groenten en fruit, peul-

vruchten en volkorenproducten. Het voedingspatroon

van de meeste mensen, zeker in het Westen, is te weinig

rijk aan deze voedingsmiddelen. Als we niet genoeg van

deze voedingsstoffen opnemen via het dieet moeten ze

worden toegevoegd. De meest bekende prebiotica zijn

oligo-fructose en inuline.”

Professor Ghoos troont me mee naar één van de gan-

gen vlakbij zijn bureau. Er staan een aantal dozen, die

bestemd blijken te zijn voor exotische bestemmingen:

“Probiotica voor landen in het Zuiden. Daar sterven kin-

deren door darminfecties die met probiotica mogelijks

zouden kunnen worden voorkomen. Weet je, die kinde-

ren nemen al weinig voeding tot zich, dikwijls van min-

derwaardige kwaliteit. Als hun darmflora verstoord is,

dan gaan de slechte bacteriën ook nog lopen met dat

beetje, en verergert hun toestand nog. Collega Nadine

Ectors en ik voeren samen, in opdracht van de Verenigde

Naties, een onderzoek uit in Benin, Senegal en Chili naar

de mogelijkheden om darminfecties te onderdrukken

met behulp van pre- en probiotica.”

Bij de onderzoeken van Yvo Ghoos spelen stabiele

isotopen een belangrijke rol. Dat zijn niet-radioactieve

homologen van elementen met verschillende atoommas-

sa. Zij hebben een grote waarde als tracers in het biolo-

Geen anti- maar pre- en probiotica

Allemaal beestjesMarcel Kerff

gisch onderzoek. Ze gedragen zich immers op dezelfde

manier als de gewone isotoop, maar ze zijn er toch van te

onderscheiden door middel van massaspectrometrie. Zo

kan bijvoorbeeld met ademtesten worden nagegaan in

hoeverre bepaalde bestanddelen van de voeding worden

opgenomen en verteerd en hoe deze assimilatiepatronen

veranderen - lees verbeteren - onder invloed van pre- en

probiotica. Men kan zo vaststellen of de ‘slechte’ bacte-

riën al of niet de bovenhand halen.

Dat professor Ghoos met emeritaat gaat, betekent

niet het einde van zijn onderzoeksactiviteiten. Aan het

eind van vorig academiejaar raakte bekend dat een nieuw

project van hem, samen met professor De Vuyst van de

VUB en professor Swings van de UG, kan rekenen op 67

miljoen frank Vlaamse steun. Het project loopt over vier

jaar en moet een standaard vastleggen voor pre- en pro-

biotica. Er is nood aan zo’n biologisch model om wild-

groei het hoofd te bieden in de zich sterk ontwikkelende

markt van voedingssupplementen. “Duidelijkheid”,

besluit Yvo Ghoos, “dat is wat we nodig hebben!, we -

dat is ook: de consument - hebben nood aan een objectief

wetenschappelijke parameter die de kwaliteit van de pre-

en probiotische voeding aangeeft.”

foto: Rob Stevens

16 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 13: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

Ons onderwijsbeleid wordt uitgedokterd op heel wat

niveaus. De POC’s werken te velde aan heel concrete vra-

gen: dit vak een uur tje minder, dat vak naar een ander

jaar, enzovoort. Maar ook op zeer hoog ni veau wordt hard

gewerkt - en gepiekerd. Neem nu de architecten ...

Professor Herman Neuckermans is voorzitter van de

European Association for Architectural Education

(EAAE). In de westertoren van het Arenbergkasteel was

hij nauwelijks te stuiten in zijn uitleg over het belang van

deze vereniging.

Koepel“De EAAE, opgericht in 1975, is een koepel en gemeen-

schappelijke spreekbuis van meer dan 100 instellingen

die een door hun respectieve staten erkend architecten-

diploma afleveren. Er zijn heel w at universiteiten bij,

maar ook instellingen die wij hogescholen zouden noe-

men, en zelfs enkele praktijkgerichte Fachhochschulen.

De EAAE vertegenwoordigt meer dan 1 4.000 stafleden

en meer dan 120.000 studenten architectuur, uit heel

Europa, van Las Palmas tot Irkoetsk - is dat eigenlijk nog

wel Europa?”

“We houden drie congressen per jaar, in één van de

deelnemende instellingen. We zien er nauwlettend op

toe dat die congressen, of workshops of wat dan ook,

kwalitatief hoogstaand zijn, én d at de proceedings wor-

den gepubliceerd. We zijn ook bijzonder actief op het

vlak van het toekomstig architectuuronderwijs. Let op:

die term is ruimer dan alleen architectenonderwijs,

alhoewel dat natuurlijk onze allereerste doelgroep blijft.”

“Het belangrijkste stuk legislatuur in ons domein is

de Europese R ichtlijn voor de Architectuur, die al

dateert uit 1985 maar nog altijd de basis is, voor de

wederzijdse erkenning van diploma’s. Sindsdien zijn er

natuurlijk wel een aantal belangrijke uitbreidingen en

aanvullingen gekomen, denk maar aan het SLIM-rapport,

een intentieverklaring van de Europese Commissie uit

1996, om de wetgeving betreffende de verschillende

beroepssectoren te vereenvoudigen. Daarin wordt voor-

gesteld om de directieven per sector en de bijhorende

adviescommissies te vervangen door één enkele directief

en een nieuw consultatiemechanisme. Daarin wil de

EAAE een rol spelen. Eveneens in 1996 besloten de

Unesco en de UIA - de Union Internationale des Archi-

tectes, een koepel van zowat 100 nationale beroepsver-

enigingen - gezamenlijk een charter op te stellen over de

opleiding van architecten, met de belangrijkste criteria of

eindtermen waaraan iemand moet voldoen om zich

architect te mogen noemen. Al die teksten bepleiten vijf

jaar studie als minimum voor de opleiding tot architect.”

“Met de Sorbonne-verklaring in 1998, en een jaar

later de inmiddels overbekende Verklaring van B ologna,

is het hoger onderwijslandschap in heel Europa in een

stroomversnelling op weg naar de European Higher Edu-

cation Area tegen het jaar 2010. Bologna, en inmiddels

ook Praag, bestrijken natuurlijk een veel ruimer terrein

dan alleen de architectuur, maar ze belangen ons ook ten

zeerste aan.”

De EAAE en Bologna “De EAAE wil bij de concretisering van Bologna een

effectieve inbreng realiseren. We willen bij onze natio-

nale en internationale overheden de stem van het archi-

tectuuronderwijs zijn. Als er sprake moet zijn van con-

vergentie van onderwijssystemen, kan die het beste

voorbereid worden door degenen die daar rechtstreeks

bij betrokken zijn. Dàt soort spreekbuis wil de EAAE

zijn. We zullen er onder meer op toezien dat de oplei-

ding tot architect in elk geval vijf jaar duurt. Dat ligt

anders voor architectuuronderwijs, maar voor architec-

ten moét het vijf jaar zijn. Het staat de architectuuron-

derwijsinstellingen vrij een bachelor af te leveren met

een professionele finaliteit, maar dan niet als een t ussen-

stap naar het diploma van architect. In de opleiding tot

Bologna en de architectenopleiding

Neuckermans, maandagochtend je technisch advies graag... Ludo Meyvis

architect kan de bachelor na drie jaar hooguit het

moment zijn om over te stappen naar een andere instel-

ling binnen Europa. De opleiding tot architect heeft

bovendien behoefte aan een beter theoretisch funda-

ment. Daarom bepleiten wij binnen de EAAE een stevige

inbedding van het architectuuronderwijs in het weten-

schappelijk onderzoek, en dus het universitaire karak -

ter.”

“Dat we zo hameren op die vijfjarige duur, heeft ook

alles te maken met het aanzien dat de architect geniet, of

liever het gebrek daaraan. Nog te veel mensen beschou-

wen architecten als een noodzakelijk kwaad, zonder veel

inbreng in het bouwproces. Die opvatting, of misvatting,

kan volgens ons weggewerkt worden als de opleiding

voldoende theoretische diepgang krijg t, die de architect

zijn eigen competentie en een duidelijk eigen profiel

meegeeft. Ik denk met name aan de meer ‘humane’

aspecten van onze positief-wetenschappelijke aanpak.

Een goede architect heeft oog voor méér dan alleen de

bouwtechnische aspecten van zijn constructie. Hij houdt

ook rekening met de specificiteit van de plek en de cul-

tuur waarin hij bouwt, hij geeft vorm aan de wijze w aar-

op een gebouw bijdraagt tot de omgeving, hij beheerst

elementen als de inplanting, de sfeer, de ergonomie, de

veiligheid, de ‘warmte’, de geest van een gebouw.”

Gebrek aan visie“Voor mij persoonlijk heeft mijn engagement in de

EAAE heel wat opgeleverd. Mijn ogen zijn toen eigenlijk

pas echt opengegaan, je leert jezelf beter positioneren, je

ervaart aan den lijve waar de K.U.Leuven zich op het vlak

van architectuur in Europa situeert. Ik kwam daadwerke-

lijk in contact met architectenopleidingen over zowat

heel Europa. Dat is bijzonder leerrijk, en meteen ook een

aansporing tot relativering.

Daar kan Leuven wel iets van

gebruiken. We noemen ons-

zelf graag ‘de beste’, en op

onderzoeksvlak spelen we

zeker wel mee bij de top.

Maar op onderwijsvlak en

vooral qua uitrusting is dat

bepaald niet het geval. Wij

hebben met veel kunst- en

vliegwerk een twintigtal

CAD-stations (sterke compu-

ters voor grafisch ontwerpen

-red. ) bij elkaar gescharreld

voor onze vierhonderd stu-

denten. Als ik dan zie wat er

elders mogelijk is ...”

“Eigenlijk is het toch wat

eigenaardig. Iederéén komt

dagelijks met gebouwen in

contact. We leven erin, we

werken erin, wij wonen in

architectuur, en op reis gaan

we allemaal bewust naar

architectuur kijken. Als een

universiteit dan een architec-

tenopleiding programmeert,

zou je toch denken dat ze dat

met de beste middelen omka-

dert. Zou je je een genees-

kunde-opleiding kunnen

voorstellen met twintig ste-

thoscopen voor vierhonderd

studenten?”

“Aan een universiteit

hoort architectuur - en dan

bedoel ik het ruimer dan

alleen de opleiding - één van

de primaire bekommernissen

te zijn, zeker als je het pro-

gramma zelf organiseert. Ik

O N D E R W I J S B E L E I D

moet tot mijn spijt vaststellen dat dit in L euven niet het

geval is. Ik kan je mee nemen op een lànge wandeling

doorheen de gebouwen van de K.U.Leuven, en je wijzen

op talloze voorbeelden van visuele pollutie, op gebrek

aan zorg voor de ruimtes waarin we leven, op technische

onvolkomenheden, op gebrek aan visie en o nderhoud. Ik

weet het wel, de middelen zijn beperkt, maar toch: er

zijn grenzen, en er zijn prioriteiten. We hebben bijvoor-

beeld geen continue interne architecturale kwaliteitsbe-

waking, en dat is er duidelijk aan te zien.”

“De inbreng van de architect wordt aan onze univer-

siteit ook sterk ondergewaardeerd. Ik moet soms een

‘mening’ geven over projecten van véél miljoenen. Vrij-

dag valt zo’n pak papier hier dan binnen, 800 pagina’s of

meer. ‘Neuckermans, maandagochtend je deskundig

advies graag ...’. Tja.”

“Architecturale zorg zou een evidentie moeten zijn,

niet iets waar je als man-van-het-vak dagelijks voor moet

vechten. Dat gebrek aan aandacht heeft deels ook wel te

maken met een lacune in de humaniora-opleiding. Ik

pleit dan ook resoluut voor een verplichte architecturale

component in ons humaniora-onderwijs, voor iedereen.

Net zoals iedereen wat te horen krijgt over biologie en

over zwakke werkwoorden, zou een basisinzicht in de

architectuur een grote verrijking van ons onderwijs zijn,

vooral voor diegenen die later niet beroepsmatig met

architectuur te maken krijgen, maar wel beleidsmatig

over architectuur beslissen. Dat zou het uiterlijk van ons

land ten goede komen, en op termijn natuurlijk ook de

architecturale visie van onze beleidsmensen. Daar heb-

ben we echt wel nood aan, ons land, maar zeker ook onze

universiteit.”

http://www.eaae.be

foto: Rob Stevensfoto: Rob Stevens

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 17

Page 14: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

foto: Fabrice Kada

S T U D E N T E N

“Eigenlijk is dit een m ust voor elke japanoloog. Je leert in je

cursussen over het land, de taal en de cultuur maar je kunt

je er niet echt iets bij voorstellen. Maar als je dan eenmaal

in Japan bent, lijkt het allemaal zo logisch.” Ine Jacobs en

haar vriend Kim Avoux brachten vorig academiejaar

door aan de Kansai uni versiteit in Osaka.

Sinds 1992 kunnen studenten die de kandidaturen

japanologie achter de rug hebben een jaar lang via een

uitwisselingsprogramma in Osaka gaan studeren. Ine en

Kim vertrokken na hun eerste licentie en beleefden een

behoorlijke cult uurshock. Ine: “Zeker in het begin had-

den we - met ons schoolse Japans - ook grote moeilijkhe-

den om de mensen te verstaan. Maar inmiddels beheer-

sen we de Japanse omgangstaal vlotjes - soms meng ik

zelfs onbewust Japanse stopwoordjes tussen mijn

Nederlands.”

Het leven van de 22.000 studenten van de Kansai

universiteit speelt zich af op de campus - moderne

gebouwen, veel groen - die een twintigtal kilometer bui-

ten Osaka ligt. Kim: “ Wij werden ondergebracht in een

zogenaamde dormitory, een studentencomplex gerund

door studenten. Zo’n twintig buitenlandse studenten

woonden er samen met een honderdtal Japanners - elke

buitenlander deelde een kamer met een Japanse student.

Onze helft van de kamer - afgescheiden door een gordijn

- mat twee bij vier meter. Privacy was met andere woor-

den onbestaande. In het begin was dat wel behoorlijk

wennen.”

“De dorm waar wij verbleven werd heel strikt

beheerd door de oudere studenten. Er golden regels van

zestig jaar geleden, ook bijvoorbeeld voor het ontgroenen

van de eerstejaars. Bij het openen van een deur of het

passeren van de rijen etenden in de refter, moet een eer-

stejaars buigen en zeggen: ik ben onbeleefd. Door zich op

die manier te vernederen toont hij respect voor de oude-

rejaars. De waarde van de hiërarchie en het respect voor

ouderen is wel typisch Japans, maar in onze dorm werd

dat toch tot in het extreme doorgetrokken.

Maar na een tijdje kun je daar wel om

lachen.”

“Eigenlijk was onze dorm bestemd voor

minder gegoede studenten - je kon er bij-

voorbeeld tegen spotprijzen eten - maar

aangezien de studentenraad van zo’n huis

zelf beslist wie wordt toegelaten, gebeurt het

vaak dat een rijke student aangenomen

wordt, gewoon omdat hij hen bevalt. Het

inschrijvingsgeld voor de Kansai universiteit

ligt overigens enorm hoog: tussen de

200.000 en 400.000 frank, afhankelijk van

de studierichting. Wij waren daar gelukkig

van vrijgesteld dankzij het akkoord dat tus-

sen Kansai en Leuven gesloten is.”

KaraokeKim: “Japanse studenten doen vooral veel

aan sport -iedereen is lid van een sportclub -

en verder hangen ze rond in de onvermijde-

lijke karaokebars en in lunaparken. Fuiven

worden niet zo vaak georganiseerd, en er

zijn ook niet veel cafés. Je hebt er wel typi-

sche Japanse snackbars, waar je ook wat kan

drinken. Op onze campus lag één westers

getint café, waar je voor 2.000 yen - omge-

rekend ongeveer 800 frank - gedurende

twee uur zoveel mag drinken als je wil. Dat

bleek een enorm populaire bezigheid. Kwam

je daar om negenen ‘s avonds aan, dan lagen

ze daar vaak allemaal al laveloos op de

grond.”

Japanse studenten blijken ook heel

anders aan te kijken tegen hun universitaire

studies. Ine: “Tijdens de middelbare school hebben ze

van ‘s morgens tot ‘s avonds moeten werken om toegela-

ten te worden tot een goede universiteit. Nu ze daar bin-

nengeraakt zijn, zijn ze er vrijwel zeker van dat ze over

vier, vijf jaar hun diploma op zak hebben. Hun studen-

tentijd is eigenlijk eventjes uitblazen in afwachting van

het werkende leven.”

Welke indruk hebben ze overgehouden van de Japan-

se samenleving? Ine: “Het is een strak geordende maat-

schappij, waarin voor alles regels bestaan opdat het leven

vlekkeloos zou verlopen. En alles loopt inderdaad ook

enorm vlot. Het transport is bijvoorbeeld steeds onberis-

pelijk stipt. Zelfs wanneer iemand zich voor de trein

gooit, dan nog is de trein op tijd op zijn volgende

bestemming. Een politie-escorte en een medisch hulp-

team staan klaar voor het geval zoiets zou gebeuren, om

het ‘euvel’ in een mum van tijd te verhelpen.”

Blijft er in zo’n samenleving nog

ruimte over voor het individu? Ine:

“Eigenlijk niet. Voor mij lijkt het op een

kuddegeest. Kim: “ Dat is wat sterk

geformuleerd -groepsmentaliteit vind ik

een betere benaming. Japanners zullen

altijd belang hechten aan het groeps-

voordeel, denken minder aan zichzelf.

Natuurlijk passen niet alle Japanners in

het stramien. Sommigen proberen zich

door een afwijkend uiterlijk af te zetten

tegen hun geordende samenleving en

dragen bijvoorbeeld hun kleren binnen-

stebuiten.”

Zouden ze er zelf kunnen leven?

Ine: “Absoluut. Vóór we naar Osaka

trokken, zagen we dat niet zitten, maar

we zijn van mening veranderd. Als we

na het behalen van ons diploma een paar jaar in Japan

kunnen gaan werken: heel graag!”

Japanse gewoonte bij het passeren van ouderejaars

Eerstejaarsstudent: “Ik ben onbeleefd.”Anouk Vanherf

foto: Rob Stevens

18 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Publicaties

Wie een mededeling wil laten opnemen in de rubriek

‘Publicaties’ van Campuskrant, kan dit door een d igitaal

formulier in te vullen op het adres

www.kuleuven.ac.be/ck/mededeling/publicatie.htm.

A D V A L V A S

Humane WetenschappenJ. Dumortier, F. Robben en M. Taeymans, A decade of research @ the

crossroads of law and ICT, ISBN 2-8044-0725-X, G ent, Larcier, 2000, 452

p., 4.200 fr.

Ter gelegenheid van de tiende verjaardag van het Interdisciplinair Cen-

trum voor Recht en Informatica van de Faculteit Rechtsgeleerdheid, werd

een liber discipulorum samengesteld met bijdragen uit de verschillende

onderzoeksdomeinen binnen het ICT-recht, zoals copyright, gegevensbe-

scherming, computercriminaliteit, internet, e-commerce, digitale hand-

tekening en telecommunicatie.

M. Lodewijckx, Wereldatlas van de archeologie. Meer dan 1000 vindp laat-

sen, ISBN 90-5826-113-X, L euven, Davidsfonds, 2001, 200 p., 1 .894 fr.

Dit boek biedt een overzicht van de opkomst en de ondergang van de

vroegste mensachtigen in Afrika, vier miljoen jaar geleden, tot de bloei

van grote wereldbeschavingen. Adembenemende illustraties van de

belangrijkste archeologische vindplaatsen over de hele wereld, overzich-

telijke kaarten, verhelderende tijdslijnen en een intrigerende, uiterst toe-

gankelijke tekst brengen inzicht in de recentste vindingen van de archeo-

logie.

J. Papy, M. van der Poel en D. Sacré, Erasmus: een portret in brieven, ISBN

90-5352-668-4, Amsterdam, Boom, 2001, 280 p., 1 .272 fr.

Van Desiderius Erasmus van Rotterdam (1469-1536) hee ft men vaak een

eenzijdig beeld: dat van de satiricus uit de Lof der Zotheid. Dit boek wil

een complementair beeld schetsen aan de hand van een selectie van zijn

‘programmatische’ brieven waarin onder meer zijn visies op de pedagogie

en de wetenschap naar voren komen, maar ook zijn pacifistische verzuch-

tingen en zijn vaak controversiële stellingnames in het verscheurde Euro-

pa van zijn tijd.

N. Vliegen en C. L eroy (red.), Het Moederland? De vroegste relatie tussen

moeder en kind in de psychoanalytische therapie, ISBN 90-334-4803-3,

Leuven, Acco, 2001, 160 p., 848 fr.

In de praktijk van de psychoanalytische kindertherapeut komt de moe-

der-kindrelatie op diverse wijzen aan bod: problematische evoluties bij

jonge kinderen en vroege relatie- en contactstoornissen bij kinderen van

alle leeftijden. Ook in therapieën van volwassenen is de moeder-kind-

dynamiek aan de orde. Ten slotte kan de moeder-kindrelatie dermate

bedreigd worden vanuit een ernstige psychopathologie bij de moeder dat

opname van moeder en kind noodzakelijk is. In dit boek worden kantte-

keningen gemaakt bij een dergelijk bewogen levensbegin.

Colloquium Vietnam-België

Op zaterdag 29 september vond in de Koninklijke

Musea voor Kunst en Geschiedenis in Brussel een

opmerkelijk colloquium plaats, georganiseerd door de

ambassade van Vietnam, over de interuniversitaire

samenwerking tussen België en Vietnam. De ambassade

ontving hiervoor samenwerking met de Vlir en zijn

Franstalige tegenhanger, de CIUF . Een tiental vooraan-

staande personen uit de universitaire wereld van Viet-

nam maakten er kennis met onze universiteiten en ons

beleid ter zake.

Page 15: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

IdentificatieficheAlumni Lovaniensesalumninummer:.....................................................................naam:..................................................................................(meisjesnaam voor gehuwde dames)voornaam:............................................................................(officiële voornaam, geen roepnaam)geboortedatum:....................................................................

Adresgegevens Alumnusstraat + nr:...........................................................................postcode:...........gemeente:...................................................landcode:...........land:..........................................................tel:.......................................................................................fax:.....................................................................................e-mail:.................................................................................(geeft toelating om dit e-mailadres op te nemen in het e-mail-adressenbestand op internet)

Studiegegevens Alumnuspromotiejaar:........................................................................diploma 1:...........................................................................diploma 2:...........................................................................specialisatie 1:.....................................................................specialisatie 2:.....................................................................

Huidige werkkring Alumnusfirma:...................................................................................straat + nr:...........................................................................postcode:...............gemeente:...............................................

A L U M N I

Alumni bij de MasaiOp 23 november stijgt Alumni Lovaniensis op richting

Tanzania, voor een elfdaagse tocht door Afrikaanse

weidsheid en avontuurlijke safari’s in onder meer het

Tarangire National Park, de Serengeti en de Manyara

Serena Lodge, een geliefkoosd domein voor olifanten,

neushoorns, zebra’s, impala’s, giraffen ... En niet te ver-

geten de Afrikaanse tuin van Eden en Ark van Noach, de

Ngorongoro-krater. Dit beschermd gebied is een natuur-

lijk amfitheater voor een indrukwekkende waaier van

wilde dieren. De Mount Kilimanjaro staat uiteraard ook

op het reisprogramma, en er wordt een bezoek aan ee n

Masai-dorp gebracht. Terugkeer op 3 december 2001.

De prijs bedraagt 114.600 fr. per persoon (supplement

van 16.630 fr. voor eenpersoonskamer), exclusief per-

soonlijke uitgaven, annulatie- en/of reisbijstandsverze-

kering, inentingen en medicijnen.

Voor volgende jaren plannen we reizen naar Mexico en

Peru.

Info en inschrijving bij Erik Gobin of Suzy Vandersteegen,

Alumnisecretariaat, Atrechtcollege, Naamsestraat 63,

3000 Leuven, t(016)32 40 02,

[email protected]. Op aanvraag wordt een

voorlopig reisprogramma opgestuurd.

KoepelnieuwsMet Leuvens Alumni Orkest naar de filmOp zaterdag 8 december brengt het Leuvens Alumni

Orkest in samenwerking met Gery’s Big Band een

concert met filmmuziek. Op het programma staan

bekende klassiekers zoals West Side Story van Leonard

Bernstein, The Phantom of the Opera van Andrew

Lloyd Webber, Dances with Wolves van John Barry,

Schindler’s List van John Williams met als solist Stefan

Claeys, en Les Misérables van Claude Michel Schön-

berg.

8 december, 20u, Pieter de Somer-aula, De Bériotstraat

24, Leuven. Voor meer info, surf naar www.lao.be/.

Adverteren in CampuskrantUw advertentie in Campuskrant? Neem contact op

met Vé[email protected],

t(016) 32 41 8 4.

Campuskrant met alumnibijlage heeft een oplage van

35.500.

landcode:...............land:......................................................telefoon:...............................................................................

fax:.....................................................................................e-mail:.................................................................................functie:.................................................................................

Bent u bereid om werkzoekende studenten en/of alumni te infor-meren over uw werkterrein ? Ja 0 Neen 0

Terug te bezorgen aan Alumni Lovanienses v.z.w., Atrechtcolle-ge, Naamsestraat 63, 3000 Leuven, f(016)32 41 90. U vindtdeze fiche ook op de internetpagina’s van Alumni Lovanienses,http://www.kuleuven.ac.be/alumni/

Cursus ‘Het bewegingsstelsel’ met Farma-leuvenTijdens de maanden oktober en november

organiseert Farmaleuven samen met de Facul-

teit Farmaceutische Wetenschappen een post-

universitaire cursus over ‘Het bewegingsstel-

sel’. Het programma, opgedeeld in 3 delen,

omvat ‘Aandoeningen van rug en ledematen’,

‘Reumatische aandoeningen: ziektebeelden en

behandeling’ en ‘Sport- en bewegingsletsels:

preventie en behandeling’. Het programma

start telkens om 20.30u.

Voor het volledige programma, surf naar

www.alum.kuleuven.ac.be/farmaleuven/

Debatavond Kern BrusselOp vrijdag 26 oktober organiseert de regionale

Kern Brussel een debatavond. André Ooster-

linck, rector van onze universiteit, en Dirk

Deceulaer, directeur van EHSAL, zull en in dis-

cussie treden over het onderwijslandschap in

Brussel en Vlaanderen naar aanleiding van de

Bolognaverklaring. Steven Vanackere, voorzit-

ter van de Kern Brussel, modereert het debat.

26 oktober, EHSAL, Stormstraat 2, Brussel. Info:

Alumni Lovanienses, t(016)32 40 02,

[email protected]

Politica bezoekt Den HaagOp donderdag 1 november trekt Politica naar

Den Haag voor een bezoek aan de Tweede

Kamer en het Internationaal Gerechtshof.

Leden (én partner) betalen slechts 850 frank per

persoon voor de busreis, de lunch en de rond-

leidingen in de Tweede Kamer en het Vredespa-

leis; niet-leden betalen 1.100 frank. Gelieve zo

snel mogelijk in te schrijven.

Voor meer info, surf naar

www.kuleuven.ac.be/facdep/social/politica/

politica-oudstudenten.htm

Symposium Bios en PDLOp zaterdag 10 november organiseren Bios en

PDL, de vereniging van afgestudeerden in

Plantkunde en Dierkunde, een lustrum-mini-

symposium over de geschiedenis van Bios. De

Algemene Vergadering van PDL start om

13.30u. Na de middag worden de minisymposia

Kringnieuwsgehouden, en om 18.30u worden tijdens een

receptie de PDL wetenschappelijke licentiaats-

prijzen uitgereikt. Het symposium wordt om

20u afgesloten met een banket.

10 november, 13.30u, Groot Auditorium van het

Zoölogisch Instituut, Naamsestraat 59, Leuven.

Voor meer info, surf naar

www.kuleuven.ac.be/pdl/

Jaarfeest EkonomikaOp zaterdag 10 november vindt het Jaarfeest

van Ekonomika plaats. De feestelijkheden gaan

om 18u van start met een Academische zitting,

om 20u gevolgd door een walking dinn er in de

Faculty Club. Vanaf 22u kan u een dansje wagen

op de Ekonomika Junioren-fuif in de Waaiberg.

Info: surf naar http://alumni.ekonomika.be/

Alumnidag Leuvense RomanistenOp zaterdag 17 november organiseert de Ver-

eniging van Leuvense Romanisten haar jaarlijk-

se alumnidag. Thema van de bijeenkomst: de

tweede Romaanse taal (Spaans en Italiaans).

Leden van de VLR o ntvangen nog een uitnodi-

ging, niet-leden nemen best contact op met

Dirk Vaassen, t(016)81 19 49, dir k.vaassen@

yucom.be

Algemene Vergadering Chemici LeuvenOp zaterdag 24 november houden de Chemici

Leuven hun jaarlijkse Algemene Vergadering.

Naast de voorstelling van het jaarverslag staan

er twee lezingen op het programma. Roger

Dedeyne behandelt het onderwerp ‘Edelstenen:

een eeuw revolutie’ en Francis Govaerts houdt

een voordracht over ‘Onderwijsvernieuwing in

de kandidaturen aan de K.U.L euven’. Vervol-

gens mag Erwin Lijnen de Chemici Leuven-

prijs in ontvangst nemen. De dag wordt afge-

sloten met het tweede Chemici-diner in Brasse-

rie De Waaiberg.

24 november, 1 4.30u, Seminariezaal 00.09 van

het Departement Scheikunde, Celestijnenlaan

200F, Heverlee. Chemici-diner om 19u in De

Waaiberg, Tervuursevest 60, Leuven, prijs: 1.250

fr. per persoon. Info:

[email protected]

Wekelijkse e-nieuwsbrief met K.U.Leuven-nieuwsAlumni kunnen zich gratis abonneren door hun e-mailadres te

bezorgen via www.kuleuven.ac.be/nieuwsbrief/abonneren.htm.

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 19

Page 16: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

C U L T U U R

Breek je week met een UUR KULtUUR, nu ook in Heverlee

Poëzie van Peter Holvoet-HanssenNadat Peter Holvoet-Hanssen onder meer als trainer-ver-

zorger van de zeezoogdieren in de Antwerpse Zoo en als

hulpverlener in een opvangcentrum voor thuislozen had

gewerkt, werd zijn Dwangbuis van Houdini in 1999

bekroond met de jaarlijkse ASLK-debuutprijs van de Ver-

eniging Ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen.

Eind dat jaar verscheen Stromboliccio - Uit de smidse van

Vulcanus, en het nieuwe millennium zette hij voorjaar

2001 in met Santander - ontboezemingen in het vossenvel.

Zijn flamboyante voordrachten kunnen van zeer intiem

tot theatraal-muzikaal uitpakken. Peter Holvoet-Hans-

sen was eerder al te gast op de Nacht van de Poëzie, De

Nachten en de zomerse dialoog tussen kunst en poëzie in

het dorpje Watou.

Woensdag 17 oktober, 13u10, VLAM, Vlamingenstraat 83.

Elk UUR KULtUUR is gratis.

Vragende bewegingWeak Dance Strong Questions is een eerste samenwer-

king tussen de Britse choreograaf Jonathan Burrows en

de Nederlandse regisseur Jan Ritsema, beiden docenten

van P.A.R.T.S., de school van Anne Teresa De Keersmae-

ker in Brussel. Ze werkten gedurende één jaar aan deze

50 minuten durende dans voor twee mannen, die in stil-

te gedanst wordt. “Dit is beweging die duidelijk de vir-

tuositeit voorbij gaat, uitgevoerd door twee niet meer zo

jonge performers ... een extreme afwijzing van alle

gebruikelijke verwachtingen van een dansstuk”, schreef

recensente Sylvia Staude in de Frankfur ter Rundschau.

De voorstelling in Leuven, i.s.m. Klapstuk, gaat gepaard

met de presentatie van een nieuwe themanummer van

Dietsche Warande en Belfort, Resonanties of hoe dans

tastbaar kan worden in taal.

Woensdag 24 oktober, 13.10u en 20.30u, Museumzaal van

de Universiteitshal, Naamsestraat 22. Elk UUR KULtUUR

is gratis.

Leuven en Heverlee simultaanHet middaguur in Leuven serveert op 31 oktober Barvura

of barokke kamermuziek uit het 18de eeuwse Europa.

Het Ensemble Montparnasse laat muziek uit de barok en

de klassieke periode herleven op historische instrumen-

ten. Bij gelegenheid wordt het ensemble uitgebreid voor

het meer orkestrale repertoire van Bach, Telemann,

Vivaldi. De musici maken deel uit van g erenommeerde

ensembles als La Petite Bande, Collegium Vocale en Il Fon-

damento.

Woensdag 31 oktober, 13.10u, VLAM, Vlamingenstraat 83.

Elk UUR KULtUUR is gratis.

Heverlee kan op 31 oktober de lunch aangenaam verteren

met Trio Dor. Wietse Beels (viool), Gwen Cresens (accor-

deon) en Vlad Weverbergh (klarinet en basklarinet)

delen naast muzikaal meesterschap ook een passie voor

de Europese volksmuziek. Hun niet alledaagse instru-

mentencombinatie en zowel volkse als klassieke interes-

se, zorgen ervoor dat uit een amalg aam van tradities en

stijlen, vooral uit de Balkan en het Slavische gebied, ori-

ginele adaptaties of nieuwe composities ontstaan. Trio

Dor sublimeert klassieke en volkse, westerse en oosterse

ingrediënten, tango en klezmer en improvisatie tot

muziek die u beslist zal be vallen.

Woensdag 31 oktober, 13.10u, The rmotechnisch Instituut,

Kasteelpark Arenberg 41. Elk UUR KULtUUR is gratis.

Jan Ritsema en Jonathan Burrows

Cultuur kort

Véél mensen bij De Mens. Op 26 september ging het wekelijkse gratis Uur KULTUUR van

start, met een druk bijgewoond en geanimeerd optreden van De Mens, in het Stadspark.

Waar was u?

Beiaardlessen voor studentenDe universiteitsbeiaard geeft met de regelmaat van een klok klank aan de stu-

dentenstad: tweemaal per week tijdens het academiejaar, bij bijzondere uni-

versitaire gelegenheden en evenementen, en in de maand augustus op de tra-

ditionele zomerconcerten. Studenten krijgen bovendien op dinsdagmiddag de

kans om zelf beiaard te leren spelen, op een oefenklavier in de beiaardklas.

Geoefende en gevorderde studenten kunnen op woensdagmiddag de échte

beiaard bespelen. Docent is Jo Haazen, directeur van de gerenommeerde

Koninklijke Beiaardschool Jef Denyn in Mechelen.

Kennismaking met beiaardklas en docent op dinsdag 16 oktober, om 16.30u, in de

(mooie!) Spoelberchkamer van de Universiteitsbibliotheek, info t(015)41 47 28 .

Laureaten Elisabethwedstrijd spelen gratisDe Elisabethiade Leuven biedt studenten en jongeren op 22 oktober een gratis

concert aan met twee laureaten van de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool

2001, Ning Kam en M ikhaïl Ovrutsky, in de concertzaal van het Brusselse

Conservatorium. Op het programma staan onder meer Tchaikovsky, Stein-

hardt, Grusin, Bennett, R avel en Bartok.

Maandag 22 oktober, 20.30u, Conservatorium, Regentschapsstraat 30a, Brussel.

Inschrijven bij Cultuurcoördinatie: [email protected], t(016)32 41 40. Er is

gratis busvervoer vanuit Leuven voorzien.

20 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Page 17: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

A D V A L V A S

21 sept.: Mohammad Tariqur Rahman, Wetenschappen,

Metallothionein Isogene Expression in Precursors of

Erythrocytes and Thrombocytes from Human Cord

Blood, prom. prof. M. De Ley.

21 sept.: Filip Windels, Wetenschappen, A Theoretical

Study of Two Non-Destructive Testing Phase Techni-

ques Using Reflected Bounded or Pulsed Ultrasound,

prom. prof. O. Leroy.

27 sept.: Pieter-Jan De Smet, Wetenschappen, Tachyon

Condensation: Calculations in String Field Theory,

prom. prof. W. Troost.

27 sept.: Ting Pong Tsoi, Godgeleerdheid, Let Zion Live!

A Synchronic and Diachronic Study of Isaiah 60, prom.

prof. W.A.M. Beuken.

5 okt.: An Thyssen, Wetenschappen, Characterization of

the Marine Fish P athogen Photobacterium damselae sub-

sp. piscicida, prom. prof. F. Ollevier.

11 okt.: Bert Verheyde, Wetenschappen, Convergente

synthese van stikstofhoudende heterocyclische dendri-

meren, prom. prof. W. Dehaen.

Doctoraten

19 okt.: Emmanuel Van Kerschaver, Toegepaste Weten-

schappen, Development of an Industrial Process for Fully

Back Contacted Silicon Solar Cells, prom. prof. J. Nijs en

prof. R. Mertens.

26 okt.: Dominik Van Wonterghem, Wetenschappen,

Localisation of the Fructan Metabolism in Cichorium and

Taraxacum, prom. prof. A. Van L aere.

29 okt.: Peggy De Prins , Sociale Wetenschappen, Zorgen

om zorg(arbeid). Een vergelijkend onderzoek naar oorza-

ken van stress en maatzorg in Vlaamse rusthuizen, prom.

prof. F. Lammertyn en prof. J. Bundervoet.

7 nov.: Peter Lauwers, Letteren, La description du français

entre la tradition grammaticale et la modernité linguisti-

que. Une étude historiographique et épistémologique de

la grammaire française entre 1907 et 1948, prom. prof. L.

Melis en prof. P. Swiggers.

9 nov.: Emmanuel Vreven, Wetenschappen, A Systematic

Revision of the African Spiny-eels (Mastacembelidae;

Synbranchiformes), prom. prof. G. Teugels.

5 dec.: Lieven Loots, Letteren, The Building Materials and

Building Techniques at Sagalassos, Turkey, prom. prof.

M. Waelkens.

Wie een mededeling wil laten opnemen in de rubriek

‘Doctoraten’ van Campuskrant, kan dit door een d igitaal

formulier in te vullen op het adres

www.kuleuven.ac.be/ck/mededeling/promotie.htm.

11.10.2001 C A

Aan professor Herman De Dijn, gewoon hoogleraar aan

het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, werd op 23 okto-

ber de Leerstoel Triest-Guislain 2001 toegekend. Professor

De Dijn zal t wee lezingen houden met als thema Voorbij

de ontzuiling. De Leerstoel wil de maatschappelijke

belangstelling en interdisciplinaire samenwerking bevor-

deren t.a.v. evoluties op het gebied van opvoeding,

gezondheid en welzijn.

Professor Thomas D’Hooghe, M.D., Ph.D., coördinator

van het Leuvens Universitair Fertiliteitscentrum, Dienst

Verloskunde-Gynaecologie UZ Gasthuisberg en deeltijds

hoogleraar aan de Faculteit Geneeskunde, is sedert 1 april

2001 Editor-in-Chief van het internationale peer-

reviewed medisch tijdschrift Gynaecologic and Obstetric

Investigation.

Zijn wetenschappelijke studie Recombinant human TNF

binding protein (r-hTBP-1) inhibits the development of

endometriosis in baboons: a p rospective, randomized,

placebo- and drug-controlled study is uit 1.050 ingezon-

den abstracts geselecteerd als General Program Prize

Winning Paper op de 57th Annual Meeting van de Ame-

rican Society for Reproductive Medicine in Orlando, Flo-

rida.

Benoemd of onderscheiden

Wie een mededeling wil laten opnemen in de rubriek

‘Benoemd of onderscheiden’ van Campuskrant, kan dit

door een digitaal formulier in te vullen op het adres

www.kuleuven.ac.be/ck/mededeling/benoemd.htm.

M P U S K R A N T 21

Vorige keer kreeg u de historiek en de huidige stand van zaken van de overscha-

keling van de loonadministrtaie naar het nieuwe SAP-systeem; nu rest enkel

nog de vraag: wat staat ons nog allemaal te wachten? We vroegen het aan

Arnold Denaux, Informatiearchitect Personeel van Algemeen Beheer, en kun-

nen het antwoord op die toch wel prangende vraag als volgt samenvatten.

In oktober moet voor de eerste keer een RSZ aangifte - die, zoals u ongetwijfeld

weet, onder meer uw sociale zekerheidsrechten zoals pensioen, ziekteuitkerin-

gen en dergelijke waarborgt - uitgevoerd worden. Hiermee verbonden moeten

ook de aangiftes aan het kinderbijslagfonds en de groepsverzekering of het bij-

komend pensioen worden opgemaakt. Daarna zal de eindejaarspremie via SAP

worden berekend en de specifieke betaling voor de maand december gepro-

grammeerd worden.

Ondertussen wordt werk gemaakt van de

muntomschakeling, zodat u uw wedde

vanaf januari in Euro zal o nt-

vangen. Begin 2002 zul-

len dan ten slotte, op

basis van de sedert 1 janu-

ari 2001 bijgehouden aan-

en afwezigheden, de quo-

ta berekend worden voor

vakantie, bestaanszeker-

heid, recuperatieverlof,

rechten op ontheffing

van de ambtsvervul-

ling, onderbrekingen

en zo meer; gevolgd

door de aangifte van de

belastingen en de opmaak

van de individuele taksfiches.

Ziezo. En kom nu niet zeggen dat u van niets weet.

Sappige vooruitzichten

Anne-Mie Jaspers

Nieuwjaarspremiejager

Page 18: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

A D V A L V A S

OOI-projecten - zesde ronde

Het initiatief van projectgerichte onderwijsvernieuwing via de OOI-projecten is aan

zijn zesde ronde toe. Voor deze ronde is er op de begroting 2002 opnieuw een bedrag

van 1.487.361 euro voorzien.

De verdere uitwerking van begeleide zelfstudie als concept voor universitair onder-

wijs met steun van de betrokken POC’s blijft prioritair. Zoals in de vorige rondes

bedraagt het toe te kennen budget per tweejarig project maximaal 110.000 euro. Dit

jaar kan er, onder welbepaalde voorwaarden, aan een beperkt aantal cur riculumpro-

jecten een hoger bedrag worden toegekend (maximaal 220.000 euro voor een t wee-

jarig project).

Prioritaire oriëntatie van de projectenDe verdere uitwerking van begeleide zelfstudie als concept voor universitair onder-

wijs wordt prioritair naar voren geschoven, waarbij absolute voorrang wordt ver-

leend aan projecten ingediend door POC’s. Hiermee wordt de centrale rol van de

POC’s ten aanzien van de opleidingen en de betrokken opleidingsonderdelen herbe-

vestigd. In deze ronde wordt er ook expliciet aandacht gevraagd voor: 1. onderwijs

gericht op de ontwikkeling van academische vaardigheden; 2. het aanwenden van

alternatieve evaluatievormen waardoor meer adequaat het bereiken van hogere cog-

nitieve vaardigheden en alternatieve leerdoelen kan worden nagegaan; 3. het ont-

wikkelen van multidisciplinaire vakken en opleidingen; en 4. de academische lera-

renopleiding.

Verdere informatie: de tekst van de volledige procedure is beschikbaar op CWIS

(www.kuleuven.ac.be/onderwijs/ooi) of kan worden aangevraagd via Linda Aneca,

Dienst Onderwijsbeleid, Naamsestraat 22, Leuven, t(016)32 37 21, e-mail: linda.ane-

[email protected].

Deadline voor het indienen van de intentieverklaringen is maandag 5 november 2001.

22 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01

Korte berichten

Audiovisuele dienst en Internationalenetwerken/LINOV verhuizenDe Audiovisuele dienst K.U.L euven en

ICT Internationale netwerken/LINOV

zijn beide verhuisd naar het nieuwe

gebouw naast het Innovatie- en Incubatie-

centrum in de Kapeldreef te Heverlee. U

vindt de AIV en ICT Netwerken voortaan

hier:

- Audiovisuele dienst, Kapeldreef 62, 3001

Heverlee, t(016)32 82 00, f(016)32 82 70,

[email protected],

www.avd.kuleuven.ac.be

- ICT Internationale netwerken/LINOV,

Kapeldreef 62, 3001 Heverlee, t(016)32 75

73, f(0 16)32 79 95 ,

[email protected],

www.linov.kuleuven.ac.be

Vrijwilligers klinische studies gezochtHet Centrum voor Klinische Farmacologie

(UZ Gasthuisberg) zoekt vrijwilligers

(mannen, niet-rokers, tussen 18 en 45 j aar,

en vrouwen, niet-rokers, tussen 18 en 45

jaar, in menopauze of gesteriliseerd) voor

deelname aan klinische studies in oktober,

november en december. Alle studies zijn

goedgekeurd door de Commissie voor

Medische Ethiek van de Faculteit Genees-

kunde. Er is een billijke vergoeding.

Meer info: Centrum Klinische Far macologie,

t(016)34 86 02/04, Centrum.Klinische.Far-

[email protected]

Goedkoop gsm’enBij het begin van dit a cademiejaar bieden

Mobistar en KPN O range aan de studenten

van de K.U.L euven de mogelijkheid om aan

voordelige voorwaarden mobiel te commu-

niceren. Op vertoon van de studentenkaart

zal een korting worden toegekend op een

aantal van de bestaande residentiële tarie-

ven. Ook een nieuw gsm-toestel zal aan

voordelige voorwaarden kunnen worden

aangekocht. Studenten kunnen intekenen

op dit aanbod vanaf het begin van het aca-

demiejaar 2001-2002. De intekenperiode is

beperkt tot 1 maand. Gedetailleerde infor-

matie over dit aanbod is beschikbaar op

www.kuleuven.ac.be/dsv.

Mobiliteit in de praktijk - dienstfietsenZoals u in Campuskrant nr. 1 kon lezen, bleek uit de K.U.L euven-mobiliteitsstudie dat het

personeel bereid is meer op de fiets te springen voor verplaatsingen in Leuven als daar de

nodige voorzieningen voor zijn. Daarom worden bij wijze van p roefproject tien dienstfiet-

sen ter beschikking gesteld van personeelsleden. Zij staan deels opgesteld op de parking van

de Universiteitshal in Leuven, en deels in de fietsenstalling op de parking van de C entrale

Diensten in Heverlee. Accessoires als fietstassen, regencape en helm zijn eveneens beschik-

baar.

Reserveren kan bij de C entrale Diensten, De Croylaan 58, Heverlee, t(016)32 11 11, of bij het

Algemeen Beheer, t(016)32 41 05, Krakenstraat 3, Leuven.

Onderzoekskalender

Een overzicht van alle openstaande onderzoeksprogramma’s en initiatieven is beschikbaar

op CWIS, www.kuleuven.ac.be/gedoc. Wie geen toegang heeft tot CWIS kan co ntact

opnemen met Karine Aert van de Dienst Onderzoekscoördinatie, Naamsestraat 22, 3000

Leuven, t(016)32 40 53, f(016)32 41 98 , [email protected].

Page 19: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

A D V A L V A S

Vacante mandaten van assisterend en bijz onder academisch personeel voor

het academiejaar 2001-2002, 9de lijst

De rector van de K.U.L euven maakt bekend dat onder-

staande mandaten vacant worden gesteld. Als u wil solli-

citeren voor één of mee rdere van deze functies, dient u C3-

formulieren in te vullen die u kan aanvragen op de Dienst

Academisch Personeel, t(016)32 40 88 of op het secretari-

aat van de faculteit of via onze website. Deze formulieren,

één exemplaar per kenmerk, moeten vóór 25 oktober 2001

teruggestuurd worden naar de Dienst Academisch Perso-

neel, Krakenstraat 3, 3000 Leuven.

Als u zich voor meer dan één man daat kandidaat stelt,

dient u een lijst bij te voegen waarin u de vacatures in

volgorde van voorkeur klasseert. Deze lijst wordt enkel

aan de decaan van de faculteit bezorgd. Om in aanmer-

king te komen dient u zich tijdens uw universitaire studies

bij voorkeur onderscheiden te hebben.

Faculteit Economische en Toegepaste EconomischeWetenschappen

Kenmerk: 00200209 - 50007593Functie: 100% assistent, Monitoraat, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuw-baarDiploma: licentiaat economische wetenschappen/toegepaste economi -sche wetenschappen, handelsingenieur, handelsingenieur beleidsinforma-tica, GGS economische wetenschappen/toegepaste economische weten-schappen, MBA, licentiaat informatica, burgerlijk ingenieur computerwe-tenschappenOpdracht: hulp bij begeleiden studenten 1ste kandidatuur bij monitoraatInformatica; supervisie van examens; waarnemen van ombudsfuncties;hulp bij begeleiden eindverhandelingen; onderzoeksopdrachten.

Kenmerk: 00200209 - 50009683Functie: 100% assistent, Departement Toegepaste Economische Weten-schappen, vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat economische wetenschappen/toegepaste economi -sche wetenschappen, handelsingenieur, handelsingenieur Beleidsinforma-tica, GGS economische wetenschappen/toegepaste economische weten-schappen, MBAOpdracht: assistentie bij onderwijs en onderzoek in de richting Financie-wezen; hulp bij begeleiden van eindverhandelingen in deze richting;supervisie van examens; waarnemen van ombudsfuncties.

Faculteit Letteren

Kenmerk: 00200209 - 50003358Functie: 100% assistent, Afdeling Geschiedenis van de Middeleeuwen,vanaf heden voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat geschiedenis, specialisatie MiddeleeuwenOpdracht: assistentie en hulp bij de heuristiek en de historische oefenin-gen van 1ste kandidatuur geschiedenis; beperkte administratieve enlogistieke opdrachten; assistentie bij licentiaatverhandelingen en scriptiesop het gebied van de middeleeuwse geschiedenis.

Kenmerk: 00200209 - 50005272Functie: 20% praktijklector ALO, vanaf heden tot 30 september 2002,hernieuwbaarDiploma: 2de cyclus-diploma romaanse + geaggregeerde hoger onder-wijsOpdracht: titularissen bijstaan voor de opleidingsonderdelen ‘praktijkini-tiatie’ en ‘stage in de ALO’; kandidaat moet het vak ten minste 5 jaaronderwezen hebben in het S.O. of H.O. en blijvend professioneel ver-bonden zijn met de onderwijswereld (informatie: t(016)32 94 00,f(016)32 94 01).

http://www.kuleuven.ac.be/

Vacatures AAP en BAP Kenmerk: 00200209 - 50008291Functie: 50% assistent, Subfaculteit Letteren KULAK, vanaf heden voor 2jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat moderne geschiedenisOpdracht: hulp bij begeleiding van de historische colleges (vakmonito-raat) in 1ste kandidatuur moderne geschiedenis KULAK.

Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschap-pen

Kenmerk: 00200209 - 50019975Project: GOA/2001/01Functie: 100% bursaal, Centrum Leerpsychologie, vanaf heden voor 2jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat psychologieOpdracht: experimenteel onderzoek in het kader van het project ‘Extinc-tie en terugkeer van geconditioneerde reacties’.

Kenmerk: 00200209 - 50021172Project: FWOFunctie: 100% bursaal, Centrum voor Afrika-onderzoek, vanaf 1 januari2002 voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat sociale & culturele antropologieOpdracht: terreinonderzoek in Casamance en Senegal ter voorbereidingvan een studie over droominterpretatie bij de Mandinke en de invloedvan de islam hierop dat moet resulteren in een doctoraat; kennis vanFrans vereist, Arabisch wenselijk; bereidheid tot leren van Wolof en/ofMandinke is noodzakelijk alsook terreinervaring in West-Afrika of in eenArabische context.

Kenmerk: 00200209 - 50021173Project: OT/00/10Functie: 100% wetenschappelijk medewerker, Afdeling Didactiek, vanafheden tot 30 september 2004Diploma: licentiaat pedagogische wetenschappen/psychologie/wiskun-de (eventueel regent wiskunde)Opdracht: wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de wiskunde-didactiek in de onderbouw van het secundair onderwijs, meer bepaaldop het gebied van de analyse en de beïnvloeding van het leren propor-tioneel redeneren.

Faculteit Wetenschappen

Kenmerk: 00200209 - 50003594Project: FLOF nr. 10470Functie: 100% bursaal, Afdeling Vergelijkende Fysiologie en Morfologieder Dieren, vanaf 1 januari 2002 voor 2 jaar, 1 x hernieuwbaarDiploma: licentiaat biologie/biochemie, bio-ingenieurOpdracht: deel uitmaken van de pool assistenten van het zoölogischinstituut die de practica dierkunde verzorgen, meer specifiek het practi-cum ‘Vergelijkende fysiologie’ in de licentie biologie/biochemie; voorbe-reiden doctoraat i.v.m. embryonale ontwikkeling en groei bij vertebraten.

Kenmerk: 00200209 - 50005513Project: GOA.2Functie: 100% bursaal, Afdeling Fysico-chemische geologie, vanaf 1januari 2002 voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat geologieOpdracht: neotektonisch onderzoek in het territorium van Sagalassos;integratie van structureel-geologisch, paleo- en archeoseismologisch, geo-morfologisch, mineralogisch en geochemisch onderzoek in de reconstruc-tie van de seismische geschiedenis van het studiegebied.

Kenmerk: 00200209 - 50006622Project: 15153/01/NL/SFE(A6328)Functie: 100% wetenschappelijk medewerker (barema doctor-assistent),Instituut voor Sterrenkunde, vanaf 1 januari 2002 voor 1 jaar, eventueelhernieuwbaarDiploma: doctor in de wetenschappen, specialisatie asteroseismologieOpdracht: software ontwikkeling van de star trackers van de Deenseasteroseismologische satellietmissie MONS (deeltijds verblijf in Denemar-ken); wetenschappelijk onderzoek; (gelieve 3 externe referees op tegeven).

Kenmerk: 00200209 - 50013256Project: FWO nr. G.0251.96 + G.0167.02Functie: 100% bursaal, Afdeling Fysische en Regionale Geografie, vanafheden voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat fysische geografie of geologie, bio-ingenieurOpdracht: onderzoek betreffende de ruimtelijke en temporele variaties inbodemverliezen die het gevolg zijn van het rooien van wortel- en knolge-wassen in Europa.

Kenmerk: 00200209 - 50018101Project: FWOFunctie: 100% bursaal, Afdeling Toegepaste Wiskunde, vanaf 1 januari2002 voor 2 jaar, hernieuwbaarDiploma: licentiaat wiskunde/natuurkunde/informatica, burgerlijk ingeni -eur computerwetenschappenOpdracht: onderzoek op gebied van iteratieve methoden in de numerie-ke lineaire algebra; assistentie bij oefeningen.

Faculteit Toegepaste Wetenschappen

Kenmerk: 00200209 - 50008245Functie: 100% assistent, Afdeling Fysische Scheikunde, vanaf heden voor2 jaar, hernieuwbaarDiploma: burgerlijk ingenieur scheikunde of eventueel materiaalkundeOpdracht: onderzoek in de afdeling; verzorgen van oefeningen en semi-naries in de kandidatuur burgerlijk ingenieur en in de ingenieursjarenburgerlijk ingenieur scheikunde.

Faculteit Geneeskunde

Kenmerk: 00200209 - 50021169Project: FWO nr. G.0243.98Functie: 100% wetenschappelijk medewerker (barema doctor-assistent),Departement Menselijke Erfelijkheid, vanaf 1 januari 2002 voor 2 jaarDiploma: arts, apotheker, biologie/biochemie of bio-ingenieur met docto-raatOpdracht: wetenschappelijk onderzoek i.v.m. het project: ‘Fosfomanno-mutase-genen bij mens en muis: karakterisatie van een nieuwe genfamilieen ontwikkeling van een model voor het Carbohydraat- Deficiënt Gly-coproteïne syndroom type I (CDG1)’; de taak omvat ook de dagelijksebegeleiding van een doctoraatsstudent en een technisch medewerker.

Dienst Universitair Onderwijs (DUO)

Kenmerk: 00200209 - 50021163Project: STIHOFunctie: 100% wetenschappelijk medewerker, Dienst Universitair Onder -wijs, vanaf heden tot 31 oktober 2002Diploma: licentiaat pedagogische wetenschappen (onderwijskunde)Opdracht: medewerking aan beschrijving van interessante leeromgevin-gen in het hoger onderwijs en van functionele onderwijsgerichte instru-menten.

Academisch Vormingsinstituut voor Leraren (AVL)

Kenmerk: 00200209 - 50021210Functie: 20% praktijklector AVL, vanaf heden voor 1 jaar, hernieuwbaarDiploma: 2de cyclus-diploma, bij voorkeur in de pedagogische weten-schappen of met ruime ervaring met opleidingsbeleid én het diplomavan geaggregeerde voor het onderwijs; ervaring in het S.O. of H.O.;blijvend professioneel verbonden zijn met de onderwijswereldOpdracht: belangstelling hebben voor vakoverschrijdende pedagogisch,didactische onderwerpen; interesse tonen voor beleid rond vorming vanleraren; beschikken over degelijke sociale vaardigheden; deskundig ver-gaderingen en gesprekken verslaan; redactionele vaardigheden bezitten.(informatie bij prof. M. D’Hoker: [email protected], ofbij AVL, t(016)32 94 00, f(016)32 94 01)

11.10.2001 C A M P U S K R A N T 23

In memoriam

De universitaire gemeenschap neemt afscheid van:

Jeroen Valée, student 3de jaar Burgerlijk Elektrotechnisch Ingenieur, geboren te Bree op

9 juli 1979 en overleden te Genk op 14 september 2001.

Alfons Borgers, emeritus gewoon hoogleraar aan het Departement Wiskunde, Faculteit

Wetenschappen, geboren te Herk-de-Stad op 25 maart 1919 en overleden te Leuven op 1

oktober 2001.

Jos Decorte, gewoon hoogleraar aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, geboren te

Zwevezele op 21 juli 1954 en overleden te Opvelp op 2 oktober 2001.

Page 20: “Ik geloof sterk in de maakbaarheid van onze toekomst” · 2012. 5. 22. · Opening academiejaar 2001-2002 “Beste studenten, beste niet-studenten”, zo begon Peter Michiels

Pan Am & Co

In deze rubriek legt Campuskrant allerlei vragen - van

technische, socio-economische, politieke, ethische en

filosofische aard - voor aan een denktank van Bijzonder

Wijze Mannen en Vrouwen van de K.U.Leuven. Aarzel

niet om ook uw vragen en problemen op te sturen naar

De Denktank, Campuskrant, Oude Markt 13, L euven.

Flink wat Campuskrant-lezers vragen zich

blijkbaar af hoe het nu verder moet met

onze nationale vliegtrots, Sabena. Zo ook

Aimé Waterschoot, alumnus Filosofie: “Ziet

De Denktank nog een redding en toekomst

voor Sabena. En zo ja: hoe zou die er dan

uitzien?”, wil hij weten.

Een vraag van de heer Waterschoot waar

wij hier graag wat dieper op willen ingaan,

want De Denktank volgt het dossier

Sabena inmiddels al een hele tijd op de

voet. Zo hebben wij al van bij het begin gewaarschuwd

voor die catastrofale connectie met Swissair. De geschie-

denis heeft ons immers geleerd dat die Zwitsers maar op

vier terreinen te vertrouwen zijn: kaas, muesli, koe-

koeksklokken en zwart geld. Maar ja, onze opeenvolgen-

de regeringen wisten het uiteraard weer beter dan wij,

wetenschappers, en dus k wam die rampzalige fusie met

Swissair er toch.

Tot enkele dagen geleden op een kantoor in Brussel

natuurlijk opeens een Swissair-fax met de laconieke mel-

ding “Geen geld, geen Zwitsers!” binnenrolde. Waarop

de regering en de Belgische Sabena-toplui onze gedegen

wetenschappelijke kennis natuurlijk weer wél nodig

hadden om in zeven haasten ultieme businessplannen,

overlevingsrapporten en rendabiliteitsstudies uit te teke-

nen. Wel, wij willen hen hier graag ons kant-en-klare

reconversieplan voorstellen: stuur Christoph Müller de

laan uit!

Wij van De Denktank hebben die Sabena-topman

immers altijd al een bijzonder onbetrouwbaar sujet

gevonden. En dus menen wij dat nu het moment geko-

men is die Müller te vervangen door de enige Belg die

een beetje met vliegtuigen weet om te gaan:

Panamarenko!

Deze visionaire kunstenaar-wetenschapper tekent en

ontwerpt immers al

tientallen jaren - en

met wereldwijd suc-

ces - allerhande vlie-

gende objecten.

Loden zeppelins,

supersonische jets op

warm water, helikop-

ters met voorwielaan-

drijving: u kan het

niet bedenken of de

grote Panamarenko

heeft het ooit

gebouwd en vervolgens in de meest gerenommeerde

musea over de hele planeet tentoongesteld.

“Ja maar, die Panamarenko is er nog nooit in geslaagd

zijn fameuze zelfgebouwde vliegende machines ook écht

te laten vliegen!”, horen wij onze immer kritische lezers

al brommen.

“Zeer juist, maar die van Sabena kunnen dat met hun

fors betaalde toestellen ook niet!”, zo stelden dan weer

diverse boze Denktank-leden de afgelopen maanden al

meermaals empirisch vast. En ze hadden nochtans alle-

maal netjes een reis geboekt.

Overigens vragen wij ons af w elke waaghals na de

rampzalige terroristische kapingen en de daaropvolgende

desastreuze crashes in Amerika nog echt wil vliegen.

Ons krijgt u alvast met geen stokken ooit nog met zo’n

ding de lucht in. En dus zeggen wij: geef de hele Sabena-

vloot in de kundige handen van Panamarenko, die de

Boeings, Airbussen en DC-10’s ongetwijfeld wel tot fas-

cinerende reusachtige vliegende insecten, landingsgestel-

len voor Mars-sondes en verticaal opstijgende Panama-

kopters annex duikboten weet om te bouwen.

Ten eerste is de kans dat één of andere terroristische

gek zich daarna om God/Allah/Boeddha /Jahweh /

Krishna (*) weet welke reden ooit met die dingen op het

Navo-hoofdkwartier, het parlement of onze Leuvense

Universiteitshal stort dan absoluut nihil.

En ten tweede kan de staat dat omgebouwde vlieg-

materieel op de internationale kunstmarkt zeker wel

voor een zacht prijsje verkopen. Kwestie van toch nog

een substantieel bedrag van de tientallen miljarden belas-

tinggeld te recupereren, geld dat anders compleet in rook

dreigt op te gaan.

Overigens stellen wij ook voor de Sabena-hangars op

Zaventem om te vormen tot één groot Panamarenko-

museum: kunstliefhebbers van heinde en verre zullen er

in groten getale vlak voor de museumpoorten kunnen

landen, ex-Sabena-piloten die geen job vinden kunnen er

als suppoost aan de slag en de alom geprezen Sabena-

catering kan - met de hulp van de charmante hostesses -

de snackbar en de foyer uitbaten.

U ziet: een goed uitgekiend businessplan dat alle tak-

ken van Sabena toch een solide toekomstvisie biedt,

hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn.

Namens De Denktank, Prof. T.L. Stevens (voorzitter

werkgroep Internationale Aëro-mobiliteit) en G.

Op de Beeck (secretaris-k lerk).

(*) schrappen wat niet past

D E D E N K T A N K

N I E U W S

In de nacht van 21 op 22 oktober 1998 wagen dieven zich aan een riskante

onderneming. Uit het nochtans veilig afgesloten Heilig-Geestcollege, in de

Naamsestraat, ontvreemden ze drie schilderijen. Riskant, want die hangen vier

meter hoog, je hebt minstens een ladder of circuskunsten nodig. En bovendien

verblijven er een tweehonderdtal studenten - een niet te verwaarlozen detail,

want het is bekend dat die niet voor stevig donker slapen gaan.

De volgende ochtend merkt de conciërge de diefstal op, en haalt de politie

erbij. Dat is overigens niet de eerste keer. Een jaar voordien werden er zeven-

tiende-eeuwse engelfiguren en een barok Mariabeeld gestolen

uit de eetzaal van de professoren. Uiteraard wordt conserva-

tor Anne Verbrugge op de hoogte gebracht. Zij maakt al

sinds 1987 in haar eentje de Dienst Kunstpatrimonium uit, en

beheert de kunstcollecties van de universiteit. E en onderzoek

levert echter niets op - niemand heeft iets of iemand gezien.

Een half jaartje later, juni ‘99. Anne Verbrugge neemt in

de hal van het flatgebouw waar ze dan woont, een tijdschrift

mee dat al dagen blijkbaar zonder bestemmeling blijft liggen.

Het is een chic Nederlands lifestyle-magazine, en dat laat zich

in het weekend wel eens rustig doorbladeren. Bij een inter-

view met een Nederlandse antiquair staat een foto van de

man in zijn zaak in Baambrugge, nabij Amsterdam. Daarop

ook een stuk van een grijs schilderij dat Anne Verbrugge

meteen herkent. Laat achttiende-eeuws, een allegorische uit-

beelding met mollige engeltjes en cupido’s in camaïeu of gri-

saille. Voor één keer kan Anne Verbrugge haast niet wachten

tot het maandag is, ze heeft in haar kantoor in de torenkamer van de centrale

bib goede foto’s van de schilderijen.

De Leuvense politie kan op Nederlands grondgebied niets ondernemen,

en dus trekt Anne zelf naar Baambrugge. Ze neemt een collega mee, Tine

Padmos, van Nederlandse herkomst en dus met het geschikte accent voor

een undercover-operatie. Het antiquariaat blijkt een heel mooie zaak in een

rijke buurt met grachten en herenhuizen. En daar hangen ze dus inderdaad,

alledrie. Anne vindt in het dichtstbijzijnde politiekantoor Nederlandse

bereidwilligheid. Van hun pogingen tot een minnelijke schikking komt niets, want met de anti-

quair valt niet te praten. Hij heeft ze te goeder trouw gekocht en hem kan dus niets gemaakt wor-

den, de schilderijen zijn zijn eigendom. Als de universiteit die terug wil, moet ze geld op tafel

leggen. Ze staan op het punt geveild te worden bij Sotheby’s in Amsterdam!

De politie neemt vanwege het vermoeden van diefstal de schilderijen in beslag. De antiquair

tekent beroep aan tegen de inbeslagname, de kwestie sleept aan en dus s chiet de juridische dienst

van de universiteit in actie. Arnold Naessens neemt advocaat Piet Siffert onder de arm, de vaste

raadsman van de K.U.Leuven.

OlielampjesPas in juni van dit jaar komt de zaak voor de Arrondissementsrechtbank van Utrecht. Anne

wordt als experte opgeroepen om vast te stellen dat het wel degelijk om de gestolen schilderijen

uit het Heilig-Geestcollege gaat. Het traject van de schilderijen is ondertussen ook al duidelijk.

De Nederlandse antiquair heeft ze, via een - betaalde - tussenpersoon in Maastricht, gekocht van

een Leuvense verkoper, die de schilderijen zelf kocht van een man op een brocantemarkt in Luik.

De Leuvenaar kan daarvan echter geen factuur voorleggen, en bovendien blijkt de Luikse man op

het ogenblik van de feiten ... in de cel te hebben gezeten.

Het wordt pas echt goed wanneer de advocaat van de antiquair de tussenpersoon uit

Maastricht als getuige opvoert. Die praat zichzelf en de antiquair in vijf minuten in de vernieling,

onder meer door te verwijzen naar een eerdere kwestie, deze keer met waardevolle olielampjes.

Bij die zaak was dezelfde Leuvenaar betrokken. De Maastrichtenaar had dus al ee rder slechte

ervaringen gehad met de herkomst van zijn koopwaar, maar had dat blijkbaar geen reden gevon-

den om geen zaken meer te doen met de

man. Bij Anne gaat ondertussen een belle-

tje rinkelen. Olielampjes staan ook op haar

lijstje van gestolen voorwerpen.

“Sinds ‘96 zijn er met een zekere regel-

maat kunstdiefstallen geweest, waarvan

slechts één opgehelderd werd. Een zware

houten zitbank in neogotische stijl, ont-

vreemd uit de hal van het Leo X III-semi-

narie, hebben we veel later teruggevonden

in een lokaal van een studentenvereniging.

Maar de andere diefstallen vertonen opval-

lende gelijkenissen. Het gaat iedere keer

om slechts een paar kunstvoorwerpen, de

dieven weten heel precies waar die te vin-

den, en er is op elke plek lef voor nodig

geweest. Ik bedoel, een negentiende-

eeuws olieverfschilderij stelen uit de ontvangstsalons van de rector? Als het inderdaad om

dezelfde daders gaat, dan hoop ik d at deze zaak een afschrikeffect kan hebben. Het is erg moeilijk

om historische stukken die een plaats hebben in college-interieurs en er thuishoren, achter slot

en grendel in vitrinekasten op te bergen.”

De uitspraak van 12 juli heeft u daarmee ook geraden. In het vonnis staat als conclusie te

lezen: “Teruggave van de dr ie schilderijen aan de K atholieke Universiteit Leuven is op het eerste

gezicht redelijk en komt maatschappelijk niet onverantwoord voor.” Dat geeft toch maar mooi

vertrouwen in het rechtssysteem. En de schilderijen zijn sinds eind september weer thuis.

Conservator Kunstpatrimonium op detectivepad

De zaak van de gestolen schilderijenKarla Venken

foto: Rob Stevens

24 C A M P U S K R A N T 1 1 . 1 0 .2 0 01