AOC MeemaakKrant Borculo 2013

8
MeeMaak Krant morgenisgroen.nl Borculo M eM Maa k r K M r a e

description

AOC Oost vmbo Borculo, nieuwskrant 2013.

Transcript of AOC MeemaakKrant Borculo 2013

Page 1: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

MeeMaak

Krant

morgenisgroen.nl

Borculo

M e M Maa k rK

M rae

Page 2: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

AOC Oost verzorgt (voorbereidend) middel-baar beroepsonderwijs voor natuur, voedingen leefomgeving in Almelo, Borculo, Doetin-chem, Enschede en Twello. Daarnaast ver-zorgt het opleidingen op de werkvloer vanbedrijven en advies vanuit het opleidings-centrum Groeipunt. Het College van Bestuuren de Centrale Services zijn gevestigd in Lo-chem. AOC Oost heeft 550 medewerkers enruim 5.600 leerlingen, studenten en deelne-mers.

OpleidingenAOC Oost biedt opleidingen aan, die uiteen-lopen van de meeste praktische vmbo-oplei-ding tot Het Groene Lyceum, waarmeeaansluitend in drie jaar een hbo-diploma ge-haald kan worden. Daarnaast worden diversegroene mbo-opleidingen aangeboden, vanniveau 1 tot en met niveau 4.

LocatiesAOC Oost heeft vijf scholen: in Almelo, Bor-culo, Doetinchem, Enschede en Twello. Dank-zij deze vijf locaties is er altijd een geschiktevervolgopleiding binnen handbereik. Devmbo-opleidingen worden in alle vijf plaat-sen gegeven, Het Groene Lyceum is te vol-gen in Almelo en Doetinchem en mbo- opleidingen overal, behalve in Borculo.

We hebben een groene wereld nodig, waarin jij en je omge-ving goed kunnen leven. Daar zijn veel groene handen voornodig. Nu en in de toekomst. Doe je mee? In de vertrouwdewereld van AOC Oost beleef je groen onderwijs: je ruikt debloemen, voelt de dieren, proeft het voedsel en werkt aanschone techniek. Zo bouw je in de praktijk van nu aan degroene wereld van morgen.

Morgen is groen bij het AOC

Leven lang lerenMet een diploma op zak de school verlaten,betekent niet, dat je dan voor de rest van jeleven genoeg weet. Om te zorgen dat groenemensen na verloop van tijd niet voor een roodlicht komen te staan, heeft AOC Oost Groei-punt opgezet. Daar kunnen bedrijven trainin-gen en opleidingen afnemen, die op dewerkplek worden gegeven. Veel van die oplei-dingen geven ook nog eens recht op een offi-cieel erkend mbo-diploma. Groeipunt biedt de mogelijkheid om je levenlang te leren én geeft medewerkers met on-voldoende startkwalificatie nog alle kansenop een groene loopbaan.

Open dagen HetGroene LyceumAlmeloWoensdag 30 januari van 14:30-17:00 uuren van 18:30-21:00 uurDoetinchemWoensdag 23 januari van 14:00-16:30 uuren van 18:00-21:00 uur

Open dagen mboAlmeloVrijdag 25 januari van 16:00 tot 21:00 uur en zaterdag 26 januari van 10:00 tot 13:00 uur. Bornerbroeksestraat 3487609 PH Almelo Tel. 0546 834 210DoetinchemVrijdag 1 februari van 16:00 tot 21:00 uur en zaterdag 2 februari van 10:00 tot 12:00 uur.• informatieavond dinsdag 26 maart 2013 van

19:00 tot 21:00 uur.• Meeloopdagen voor vmbo-leerlingen woensdag

16 januari en woensdag 13 maartGezellenlaan 167005 AZ DoetinchemTel. 0314 375 990EnschedeVrijdag 25 januari van 16:00 tot 20:30 uur en zaterdag 26 januari 2013 van 10:00 tot 13:00 uur.Hengelosestraat 4817521 AG EnschedeTel. 053 480 46 00TwelloVrijdag 1 februari van 15:30 tot 20:30 uur en zaterdag 2 februari van 10:00 tot 13:00 uur.Mr. Zwiersweg 67391 HD TwelloTel. 0571 271 670

Open dagen!AOC Oost houdt leuke open dagen omeens te snuffelen aan de opleidingen.Hierbij in het overzicht alle opendagen in de komende maanden. Komen beleef de groene wereld. Het kostniets en de meesten willen meteenwel blijven!

Open dagen vmboAlmelo Woensdag 30 januari van 14:30-17:00 uur en van 18:30-21:00 uur.Bornerbroeksestraat 348 7609 PH Almelo Tel. 0546 834 210BorculoWoensdag 23 januari van 14:30-17:00 uur en van18:30-21:00 uur.Ruurloseweg 35 7271 RS BorculoTel. 0545 259 910DoetinchemWoensdag 23 januari van 14:00-16:30 uur en van18:00-21:00 uur.Gezellenlaan 147005 AZ DoetinchemTel. 0314 375 980EnschedeVrijdag 25 januari van 16:00 tot 20:30 uur en zaterdag 26 januari 2013 van 10:00 tot 13:00 uur.Hengelosestraat 4817521 AG EnschedeTel. 053 480 46 00TwelloVrijdag 1 februari van 15:30 tot 20:30 uur en zaterdag 2 februari 2013 van 10:00 tot 13:00 uur.Meester Zwiersweg 67391 HD TwelloTel. 0571 271 670

Meedoen!

Komen dus! Wedden dat je blijft!?

Op alle open dagen van het vmbo is er van alles te beleven. Gel maken? Ja, het kan echt!Maar ook bloemstukjes maken, proefjes doen, straten, iets lekkers koken en nog veelmeer. Ook vertellen de leraren alles over de vakken, inclusief theorievakken als Neder-lands en wiskunde. En ben je dyslectisch of is er iets anders aan de hand? Hoe wij als schooldaarmee omgaan, word je ook verteld. En jouw ouders? Zij kunnen ook alleinformatie krijgen, lekker zien hoe de school in elkaar steekt en net als jijmet de leerlingen en leraren praten.

Page 3: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

De vmbo-leerwegen

Basisberoepsgerichte leerweg(BB): vooral praktijkDe basisberoepsgerichte leerweg past bijjou als je graag met je handen werkt. Na-tuurlijk krijg je ook theorievakken, maar eris veel afwisseling en je hoeft niet steedsuit boeken te leren. Met BB kun je doorstro-men naar niveau 2 en soms 3 van het mbo.

Kaderberoepsgerichte leerweg(KB): praktijk en ook een beetjetheorieAls je graag leert door praktisch bezig tezijn, kies je voor de kaderberoepsgerichteleerweg. Je bent bezig met de praktijk,maar volop ondersteund door theorie.Doorstroming naar niveau 3 en soms 4 vanhet mbo is mogelijk.

Gemengde leerweg (GL): theorieen een beetje praktijkDe gemengde leerweg is een combinatievan denken en doen. Heb je weinig moeitemet leren en weet je al een beetje welkerichting je op wil? Dan is de gemengdeleerweg iets voor jou. Je stroomt meestaldoor naar niveau 3 en 4 van het mbo ofnaar het Havo.

Theoretisch diplomaMet de gemengde leerweg (GL) behaal jeeen meer theoretisch diploma. Soms is hetmogelijk om via de staatsexamencommis-sie het diploma theoretische leerweg (TL)te halen. Dit kan, als je naast de gemengdeleerweg voor één of meer extra vakken,zoals Duits, economie of natuur-/schei-kunde, geslaagd bent. Het TL-diploma opdie manier halen kan, omdat de inhoud enzwaarte van de theorievakken van de GLen de TL exact hetzelfde zijn. Met een TL-diploma kun je naar het mbo én het Havo.

VM2-leergangHet is belangrijk dat je altijd een zoge-naamde startkwalificatie hebt. Dat is eenmbo-diploma op niveau 2. Je kunt die start-kwalificatie halen met de VM2-leergang.Deze leerroute is er voor leerlingen uit debasisberoepsgerichte leerweg en is debrug tussen vmbo en mbo. Vanaf het derdejaar volg je de VM2- route. Daarna stroomje op niveau 2 van het mbo in.

Op het vmbo krijg je vakken als Nederlands, wiskunde enaardrijkskunde, ook op AOC Oost. En je krijgt een gewoonvmbo-diploma. Maar vanaf de eerste klas heb jij wél veelgroene doevakken, zoals bloemschikken, plantenteelt,techniek en dierverzorging. Aan het eind van het tweedejaar stap je de leerweg in die het beste bij je past. Welkeleerwegen zijn er?

Leerwegondersteunend onder-wijs (lwoo)Heb je extra ondersteuning en begelei-ding nodig? Dan hebben we het leerweg-ondersteunend onderwijs. Je krijgt extrahulp, onderwijs in kleinere groepen of bij-les. Zowel je ouders als je basisschoolkunnen bij aanmelding voor het vmboaangeven of extra begeleiding of onder-steuning gewenst of nodig is. Dan word jegetest door de Regionale Verwijzingscom-missie.

LeerwerktrajectBij het leerwerktraject leer je voor eengroot deel buiten de school, bij een bedrijf.Het leerwerktraject is een variant op debasisberoepsgerichte leerweg. Je krijgt inieder geval Nederlands en een beroepsge-richt programma. Ook leer je ICT-vaardig-heden. Met een diploma leerwerktrajectmag je doorstromen naar een niveau-2-opleiding van het mbo die aansluit bij jepraktijkervaring. Hiervoor maakt het vmbogroen goede afspraken met het mbogroenonderwijs of met het ROC.

Stages helpen bij kiezenJe kunt pas kiezen voor een vak, als jeweet wat het inhoudt. Daarom heb je opAOC Oost veel stages. In de eerste en inde tweede klas ga je acht weken op snuf-felstage. Je leert dan wat bloemsierkunstprecies inhoudt. En groenvoorziening, VAP(verwerking van agrarische producten),plantenteelt en dierverzorging. In dederde klas doe je een maatschappelijkestage. Dat is in feite dertig uur vrijwilli-gerswerk, bijvoorbeeld op een zorgboer-derij. In de vierde klas ga je echt bij eenwinkel of een bedrijf aan de slag. Dat doeje vier maanden.

De mentor helpt je op wegHet is een grote stap, van de basisschoolnaar het vmbo. Een nieuwe school, eenander gebouw, nieuwe gezichten. Enmeer leraren en vakken. Hoe vind je daarde weg? Heel simpel: dankzij jouw mentor.

Jouw mentor helpt jou, maar ook jouw ou-ders. Daardoor voel jij je snel thuis op AOCOost. Heb jij vragen, of jouw ouders? Jouwmentor geeft antwoord en zorgt er ookvoor dat extra zorg geregeld wordt, als ditnodig is. Dat gebeurt dan via het zorg-team.

Groene assistentMeestal gaat het op school prima. Somsniet. Toch wil je een diploma halen.Daarom is er de opleiding Groene assis-tent. Je haalt dan in één jaar tijd het di-ploma niveau mbo-1. Je kunt daarnaaltijd verder leren!

De opleiding is bestemd voor leerlingenuit de bovenbouw van het vmbo die zichdaar niet meer thuis voelen. Maar ookvoor leerlingen van andere scholen. Ofleerlingen die het op niveau-2 van hetmbo even niet redden. AOC Oost sluitaan bij wat jij kunt, wilt en nodig hebt.

Kortom, er is heel veel mogelijk binnen het vmbo groen.

DierverzorgerPaardrijinstructeurBloemistBoswachterHovenierMedewerker zorgboerderijBoomkwekerLoonwerkerBodemonderzoekerMilieucoördinatorMedewerker weg en wegenbouwVeehouderLandmeterMedewerker dierenspeciaalzaakProductontwikkelaarKwaliteitscontroleurVoorman bierbrouwerijMedewerker tuincentrumPlantentelerKwekerMedewerker op een kinderboerderijHouder van een dierenpensionHondentrimmer

Een groen beroep?Wat denk jehiervan?

Page 4: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

De twee leerlingen van AOC Oost in Borculoreageren daarmee op het gesprek dat zij metandere leerlingen uit het derde jaar hebbengehad samen met Marcel van der Haar. Dezebloemist zit al 25 jaar in het vak. Hij verkochtzijn bloemenwinkel in 2007 en ging work-shops geven. Hij doet dat op zijn boerderij inGroenlo, maar ook op locatie en is daarmeeerg succesvol. Genoeg redenen om hem naarBorculo te halen voor een ontmoeting. Hijbeantwoordde tal van vragen van de leerlin-gen. Bijvoorbeeld waar de vele prijzen staandie hij gewonnen heeft: “Thuis, op de kast. Ikben er heel trots op, maar je moet wel devolgende dag weer hard aan het werk. Eenprijs winnen opent gemakkelijker de deurendie anders misschien gesloten blijven. Jekrijgt daardoor eerder uitnodigen om demon-straties te geven, en om leuke dingen tedoen. Het is heel afwisselend.”

Gevoel kwijt kunnenDe leerlingen wilden helemaal graag wetenwaarom Marcel van der Haar zijn werk zoleuk vindt: “Je kunt er ontzettend veel van jeeigen gevoel in kwijt. Je kunt creëren en ont-wikkelen, van niets kun je iets moois maken.Dat doen wij in ons vak. Het is leuk om het tebedenken en het dan ook uit te voeren. Enals bloemist heb je met alle emoties vanmensen te maken, met geboorten, huwelij-ken, maar ook met overlijden. En altijd kun jehet maar één keer goed doen. Als het lukt,heb je echt het mooiste beroep dat er be-staat.”

Nick Lenderink lijkt het helemaal fantastischom bloemist te worden, zelfstandig, in eenwinkel of ergens anders, als het maar met

Bloem, zo’n mooi vak“Ik wil doorleren in Bloem. Het is zo’n mooi vak.” Voor Nick Len-derink (14) uit Groenlo is het wel duidelijk wat hij later wil gaandoen. Lynn Stokkers (14) twijfelt nog: “Misschien ga ik wel deverzorging in. Ik wil in ieder geval met mijn handen werken.”

7

bloemen te maken heeft. Vooral met hetmaken van bloemstukken: “Ik werk met deseizoenen. Ik zoek graag buiten naar materi-aal om in het bloemstuk te verwerken. Hetmooiste vind ik de herfst, vanwege de kleu-ren.”

Lynn snapt haar medeleerling helemaal: “Metbloemschikken kun je je gevoel helemaaluiten. Ik word er ook rustig van. Als ietstegen zit, vind ik het fijn om een bloemstukte maken. Ik kies altijd voor rustige kleuren,meestal wit. Misschien ga ik toch wel debloemkant op. Dan wil ik wel in een winkelwerken, want ik heb graag mensen om meheen.”

Marcel van der Haar

Lynn Stokkers Nick Lenderink

De school is actief in het betrekken van ou-ders bij het onderwijs. “Voor de inhoud vanhet onderwijs zijn wij verantwoordelijk. Datis duidelijk. Ook voor de benadering van dekinderen op school. Maar dat betekent niet,dat de ouders daarover niets te vertellenhebben. Wij horen juist graag van de ouderswat zij ervan vinden en hopen dat ze metvragen naar de docenten of naar mij toekomen. Zeker als ze kritische vragen hebben.Daar leren wij weer van, dat helpt ons.”

Omgekeerd kunnen de ouders rekenen opsteun van de school: “Het is niet altijd ge-makkelijk om pubers aan het huiswerk tekrijgen, en ook niet om de kinderen te hel-pen bij hun huiswerk. Die verantwoordelijk-heid van ouders is vaak best een lastige.Hoe pak je het aan? Daarbij kunnen wij alsschool de helpende hand bieden door ouderstips te geven”

Kritische vriendenKinderen van ouders die zich betrokken voe-len bij het onderwijs, doen het op schoolmeestal goed. Ouderbetrokkenheid is dusbelangrijk voor de leerling. Vandaar dat deschool het stimuleert, en ook stellen oudersdat op prijs, zo weet Julia Beernink: “Oudersworden graag op de hoogte gehouden. Datmerken we tijdens ouderbijeenkomsten,maar ook bij de individuele contacten. Wijgaan echter verder dan informeren, we gaanmet de ouders in gesprek. Docenten willen

Julia Beernink-Tackenkamp, waarnemend locatiedirecteur:

‘School en ouders zijn samen verantwoordelijk’De betrokkenheid van ouders bij het onderwijs is erg belangrijkbij AOC Oost in Borculo. “Het gaat om de leerlingen. De ouderswillen dat zij het hier goed doen en wij ook. Daarmee hebbenwij een gezamenlijk doel, een gezamenlijk belang”, vertelt JuliaBeernink-Tackenkamp.

als het ware kritische vrienden hebben.Daarom ontmoeten we elkaar, ouders endocenten. Wij vertellen wat we van elkaarverwachten. We luisteren naar elkaar enproberen samen een oplossing voor even-tuele problemen te vinden.”

De locatiedirecteur haalt als voorbeeld noghet huiswerk maken aan, “Willen de oudersdaarbij steun krijgen, dan geven we tips enhouden bijvoorbeeld een themabijeenkomst.Ook dan geldt, in gesprek gaan met de ou-ders en gewoon praktisch bezig zijn.”

Boeiend lesgeven.Een ander voorbeeld is dat ouders willen datdocenten hun kinderen op een boeiende ma-nier onderwijs geven. “Dat betekent voorons, dat we zo nodig bijscholen om ervoor tezorgen dat een docent ook les geeft op eenmanier die de leerlingen aanspreekt.”

Page 5: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

Arnold Arends ging na de basisschool eerst twee jaar naar delagere landbouwschool in Vorden. Hij wilde toen per se naarAOC Oost in Borculo (toentertijd De Drietelaer). Dáár zou hijhet hoveniersvak leren. “In die tijd deed een frater van de LeoStichting nog het tuinonderhoud, op een trekkertje. En Jan Kok,docent groene ruimte, was er toen ook al. Hij heeft als docentveel voor me betekend. Ik heb veel van hem geleerd en hij ge-loofde in mij. Hij komt nog steeds naar ons bedrijf en vindt hetmooi hoe we alles hebben opgebouwd.”

De broers hebben dat samen gedaan, in Wichmond. “Ikwerkte na mijn schoolopleiding bij TuincentrumVreeman in Lochem en deed in mijn vrije tijd nog weleens een klus. Op een gegeven moment vroeg eenondernemer of ik een ontwerp voor een tuin inLeeuwarden wilde maken en of ik ‘m wilde aan-leggen. Ik heb dat in mijn vrije tijd gedaan en deopdrachtgever schreef me een bedankbrief metonderaan de woorden: ’gelijk voor jezelf begin-nen’. Toen heb ik eigenlijk meteen mijn baan op-gezegd en ben ik met ons hoveniersbedrijfgestart.”

Helemaal uit de lucht vallen kwam het idee vaneen eigen bedrijf niet. Toen Arnold en Jan sameneen garage bouwden, ging de samenwerking zogoed, dat ze gekscherend zeiden: “Wat beginnen wesamen, een hoveniersbedrijf of een aannemersbe-drijf?” Het is dus het eerste geworden. Toen Arnolddaarvoor koos, was het voor Jan vanzelfsprekend om meete doen. Hij is de man van de uitvoering en de nazorg ge-worden. Arnold is de man die de klanten binnenhaalt en hijmaakt de ontwerpen, waarmee Jan en de medewerkers aan deslag gaan.

OnwennigHet bedrijf startte op 1 januari 1989 en groeide gestaag. Erkwamen steeds meer medewerkers bij en de broers werdenmeer manager dan dat ze de handen letterlijk uit de mouwenstaken. Beiden vonden dat een moeilijke ontwikkeling, “Jekunt niet meer alles tot in detail zelf bepalen. Je moet dingenoverlaten aan anderen. Natuurlijk met goede afspraken, maartoch. We aten in de beginjaren samen met ons personeel inons eigen huis, maar op een gegeven moment groeiden we uitonze huisvesting. We hebben toen een nieuwe schuur ge-bouwd, met daarin een kantine. Dan moet je uitleggen datdaar voortaan geschaft zou worden, terwijl wij er steeds vakerer niet meer bij zaten. Dat was voor iedereen wennen, ookvoor ons.”

Stagiaires uit BorculoTegenwoordig hebben de broers zestien medewerkers endaarnaast stagiaires, ook van AOC Oost in Borculo. Arnold: “Zekrijgen hier de kans om alles te leren. Ze moeten ook allesdoen in de tuinaanleg en het tuinonderhoud, dus groen onder-houden en aanleggen, maar ook straten en vijvers maken. Enwat we vooral willen, is dat ze de ogen open houden. Dat zekijken naar wat er gebeurt, hoe het gebeurt en vooral vragenstellen”Jan: “Wij vinden het heel belangrijk, dat als leerlingen stagehebben gelopen, ze ervaringen hebben opgedaan. Ze horen erook gewoon bij.”Elke dag schrijven de stagiaires op wat ze gedaan hebben. Demedewerker met wie ze die dag hebben opgetrokken, geefteen beoordeling. “Ze moeten ook opschrijven waarom ze diebeoordeling geven. Dit systeem werkt perfect. Als we ietszien wat heel goed is of niet, dan gaan we met de stagiairepraten. Stagiaires zijn belangrijk, ook voor de toekomst vanons vak.”

Arnold Arends wordt tuinmanJongensdroom komt uit voor oud-leerling Borculo:

Hij wist het zeker, later zou hij tuinman worden. Dat hij een fantastischbedrijf zou opbouwen, samen met zijn broer Jan, dat wist Arnold Arendsniet. En evenmin dat hij op een gegeven moment alleen nog achter de te-kentafel en het bureau zou zitten, in plaats van in de grond te wroeten.

We willen niet dehele dag in deboeken zittenDe twee eerstejaars leerlingen LennyKonniger uit Noordijk (13) en Demi Völkeuit Borculo (12) zijn het roerend eens, zewillen niet de hele dag in de boeken zit-ten. Nee, ze willen vooral veel doen.Daarom zijn ze naar AOC Oost in Borculogekomen.

Lenny zat op basis-school De Tormijnschoolin Noordijk. “Naar eenandere school kon ikniet, vanwege mijnADHD. Ik ben daaromhier gaan kijken en ikvond het meteen eenleuke school. Leuke le-raren en ook leuke vak-ken.” Zelfs natuur- enscheikunde vindt Lennyniet vervelend, “Nee,want we doen proefjes.”Hij vindt het heerlijk alshij geen huiswerkheeft. “Als ik uit schoolkom, wil ik dingen voormezelf doen.”

Demi luistert geduldig,maar springt er nu stra-lend tussen: “Ik vindhuiswerk niet erg. Mijnvader is goed in wis-kunde en mijn moeder in spelling en taal. Dus ik heb altijdhulp. Waarom ik naar AOC Oost ben gegaan? Ik kan lastig stil-zitten. Hier heb je lekker veel praktijklessen. Ik wil graag din-gen doen.” Ze is vooral gek op de dieren. “En de groteplantenkas hier vind ik ook mooi. En het is hier gezellig.”Lenny is het met haar eens: “Ja, de dieren vind ik ook leuk, netzoals het koken. Pannenkoeken, eierkoeken, schuimpjes. Wemaken hier van alles.” “Ja, ook mayonaise”, vult Demi aan.

Beiden missen hun basisschool niet en vonden de overgangnaar het vmbo ook niet moeilijk. Lenny: “Ik vind het leuk omniet één meester of juf te hebben, maar meer. En steeds an-dere vakken vind ik ook fijn.” “En weet je wat ik ook fijn vind?”, vraagt Demi. En ze verteltmeteen verder: “Dat ik niet drie jaar achter elkaar de hele dagdezelfde leraar of lerares heb. Dat had ik op de basisschool. Ikvond dat niet leuk.”

Demi is bovendien blij met de pauzes, “Op de basisschool wasdie veel te kort om te spelen. Hier zijn ze langer.” Lenny gaatdan graag voetballen en Demi zit meestal in de kantine tekletsen of op het klimrek. “En thuis speel ik liever buiten dandat ik achter een laptop ga zitten. Mijn pony staat bij mijn opaen oma en daar ben ik dus veel.”Lenny: “Ik speel ook het liefst buiten. Ik vis graag en doe aanfietscrossen. Ik doe soms spelletje online tegen andere men-sen.”

Lenny heeft nog geen idee wat hij wil worden. De kans dathet iets op gebied van geschiedenis of aardrijkskunde wordt,is klein. Maar rekenen vind ik echt leuk.” Demi trekt daarbijeen vies gezicht, zij vindt rekenen helemaal niets. Zij weetechter wel wat ze later wil gaan doen, “Ik wil met dierengaan werken, zoals bij een dierenarts of in een paardenkli-niek.”Lenny heeft even nage-dacht: “Politie lijkt mewel leuk, mijn moe-der werkt bij depolitie.”

Links Arnold en rechts Jan Arends.

Page 6: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

Daniël ter Haar, die samen met Mark Jacobs delessen dierverzorging geeft, is zelf ook hele-maal enthousiast: “Vroeger gingen we naar eenwatervogelfokker, maar daar konden de leerlin-gen niet de dagelijkse verzorging doen. Nu wel.En dat niet alleen: bij andere vakken hebben zeer ook wat aan. Bijvoorbeeld bij scheikunde, omhet water te testen op bijvoorbeeld de hoe-veelheden nitraat, kalk en zuurstof. De leerlin-gen leren daardoor hoeveel water ze moetenbijvullen om het schoon genoeg te krijgen voorde dieren.”De leerlingen krijgen ook les over giftige plan-ten. “Ze gaan daarvoor op zoek naar giftige énnaar niet-giftige planten. Je kunt wel foto’s vanplanten laten zien, maar het is prettig dat zekunnen voelen, ruiken en echt zien. En dat kun-nen ze in het eendenverblijf veilig, want daarzijn geen giftige planten te vinden.”Met de eenden wordt er ook gefokt. De leerlin-gen van techniek hebben de nestkastjes alklaar, zo noemt Daniël ter Haar nog een voor-deel van de komst van eenden.

Schoolexamen met hondenNieuw is ook de verdere ontwikkelingen van dehondenkennel. Dat wordt langzaamaan een be-drijfje. Leerlingen laten niet alleen tegen ver-goeding honden van docenten uit, maar gaanveel meer doen. En daardoor kunnen ze er ookeen schoolexamencijfer mee halen. De leerlin-gen onderzoeken bijvoorbeeld het gedrag vande hondenrassen en kijken dan naar de ver-schillen tussen de honden. Bij het uitlaten isbijvoorbeeld snel te zien welke hond de natuur-lijke leider is en welke echt onderdanig is.Hoort dat bij het ras?En wat de leerlingen ook doen, is rekeningenuitschrijven voor de eigenaren van de hondenen ervoor zorgen dat ze betaald worden. Daniëlter Haar en Mark Jacobs vinden het een voor-deel, dat de leerlingen ook meteen weer eenpraktijkles rekenen krijgen. Mark Jacobs: “Het isheel handig als je weet wat de btw betekenten het ook kan uitrekenen.”Bij de kennel hangen bordjes met daarop dehondennaam, de naam van het baasje en hetras van het dier. Op het bordje kan gezet wor-den wat er precies met de hond moet gebeu-ren. Bijvoorbeeld wassen en dan weet hetbaasje dat hij daarvoor betaalt. Hoeveel, datstaat op een tarieventabel dat er ook hangt.

Sharinda Krabben:

Van vmbo naar hboSharinda Krabben (22) uit Ruurlo knipt met plezier de nagels van eencavia, ze vindt het heerlijk klanten te woord te staan en grijpt zo uit deschappen het juiste product… Ze lijkt geknipt voor de dierenspeciaalzaak,maar daar heeft ze haar langste tijd doorgebracht.

Sharinda begon op het vmbo kaderniveau, terwijl ze vwo-advies had gekregen. “Ik wilde mijn handen gebrui-ken en ging daarom naar AOC Oost in Borculo. Mijn doel was bloemist worden én een eigen bloemenwinkel.Na twee jaar bloemsierkunst heb ik toch voor dierverzorging gekozen en ben ik na het vmbo, mbo paraveteri-nair op AOC Oost in Enschede gaan volgen. Ik studeerde op mijn negentiende af als dierenartsassistente,maar wist in het tweede jaar al dat dit ‘m niet zou worden, ook al waren er veel leuke stages, zoals bij het Dol-finarium. Voor de vijf stageplaatsen waren er twaalfhonderd aanmeldingen!”Helemaal top was ook haar stage bij het dierenasiel en -pension Brammelo in Haaksbergen. Ze heeft erdaarna nog lange tijd als vrijwilligster gewerkt. Bij Marcel Kruit kwam ze terecht, omdat ze nog twee maan-den moest overbruggen voor ze bij Brammelo aan de slag kon.” Hij bood me na die twee maanden aan, dat ikterug kon komen als ik een ander weekendbaantje wilde. In maart 2010 was ik klaar met de opleiding parave-terinair en het nieuwe schooljaar begon pas in september, dus ik ben fulltime voor hem gaan werken. Nuwerk ik 30 uur per week, naast mijn hbo-opleiding tot docent biologie. Wat een avondstudie is. Ik zit nu inmijn laatste jaar van de opleiding. Met dit diploma ga ik zeker wat doen: ik word een echte lerares!”

Dierenspeciaalzaak Marcel Kruit:

Ook voor advies

Wat is het verschil tussen eendierenwinkel en een dieren-

speciaalzaak? Marcel Kruit van dedierenspeciaalzaak in Borculogeeft het antwoord: “In de die-renspeciaalzaak kun je ook ad-vies krijgen. Wij verkopen dus

niet alleen dieren en productendie daarbij horen, we weten ookalles over de behandeling en ver-

zorging van de dieren.”

Veertien jaar geleden begon Marcel Kruit metzijn bedrijf, dat nu gevestigd is in een ruim pandaan de Lochemseweg. Hij had al vrij snel contac-ten met AOC Oost in Borculo. “Daar hebben zenatuurlijk de nodige dieren. In het begin mochtik aan hen het een en ander leveren. Dan leer jeelkaar kennen en worden de contacten beter. Ikkrijg nu ook stagiaires uit de derde en vierdeklassen, die voor de richting Dier hebben geko-zen.”Stagiaires die het goed doen, hebben bij MarcelKruit alle kans om te blijven. “Onze weekend-kracht bijvoorbeeld, en onze vaste medewerkerSharinda. Ze wilde eerst buschauffeur worden.Ze haalde echter het diploma voor dierenartsas-sistente en zou dan stoppen, maar ze bleef. Zestudeert nu voor docent biologie. Ze heeft ver-teld dat ze weggaat, maar wie weet gaat ze op-nieuw doorleren. Dan hebben wij geluk.”Ervaren personeel in de winkel vindt de onder-nemer namelijk erg belangrijk: ”Je moet heelveel weten en kunnen. Het allerbelangrijkste isechter, het met mensen kunnen omgaan. Hetzijn mensen die de dieren kopen, die vragenover de behandeling hebben, over producten,huisvesting, noem maar op. Je moet dus in ditvak met de baasjes en bazinnetjes kunnen om-gaan. Je zit echt niet de hele dag met een konijnop schoot om die te borstelen en te aaien.”

Mark Jacobs en Daniël ter Haar:

Nieuw: eenden op school!

BeroepsvaardighedenOm het oefenen in de dierenpraktijk nog completer te maken wordt het le-slokaal ook gerust omgebouwd tot een dierenwinkel. “Dan komen onbe-kenden daar hun dieren en dierenproducten kopen en moeten deleerlingen in de rol van verkoper stappen. Voordat dit gebeurt, hebben zenatuurlijk kunnen oefenen, zodat ze weten hoe een kassa werkt en derge-lijke. Maar toch is het nog spannend. Beroepsvaardigheden oefenen is be-langrijk. Daarop leggen wij steeds meer het accent. Dat alles in een veiligeomgeving, waarin ze zonder zorgen kunnen oefenen en ook fouten kun-nen en mogen maken”, aldus Mark Jacobs.

AOC Oost Borculo wil dat de dieren die in de lessen worden behandeld, ook opschool te vinden zijn. De veestapel is daarom uitgebreid met eenden. Niet zomaareenden, maar diverse eendenrassen. Allemaal in stelletjes, in een speciaal eenden-verblijf. Voor de leerlingen is het genieten!

Page 7: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

culose basisscholen. Dat hebben we gedaandoor ze hier te laten sporten. Daarmee heb-ben ze natuurlijk ook meteen kennisgemaaktmet AOC Oost, want zij zijn nu de kinderendie een schoolkeuze moeten gaan maken.”Dit betekent niet dat AOC Oost alleen methet oog op schoolkeuze het schoolpleinonder de aandacht brengt. “Nee”, vertelt DickHulshorst, “we willen het breed tonen, maarmoeten dat stapsgewijs doen. Zo willen weook bij de buitenschoolse opvang in Borculohet plein presenteren.”

EerstejaarsDe combinatiefunctionarissen helpen ook tij-dens de introductieweek voor eerstejaars.“Daarbij zijn wij op het schoolplein om deleerlingen kennis te laten maken met hetMarc Lammers Plaza en het parcours.”

Gymdocent Rembrandt Middelhuis vindt diteen perfecte methode om de leerlingen telaten zien wat er allemaal mogelijk is op hetgebied van bewegen. “Het kan de tennisver-eniging zijn die komt, maar ook jongeren dieaan hiphop doen. Denk echter ook aan golf,mountainbiken, boksen, schermen enzo-voorts. Alles is mogelijk. Liefst niet het be-kende aanbod, zoals voetbal en volleybal.”

PraktijkgerichtAOC Oost zou AOC Oost niet zijn als er nietook een verband gelegd zou worden met an-dere vakken, zoals biologie. De gymdocentzegt met een lach: “Natuurlijk! We laten deleerlingen testjes doen, zoals hartslagmetin-gen na een inspanning. Dan worden de ef-fecten van het sporten meteen zichtbaar. Degymles is zo perfect te combineren met hetvak biologie. Onze school is en blijft er omdingen te doen en daardoor te leren.”

Bij een groene schoolhoort bewegenHet schoolplein van AOC Oost in Borculo is een speel-plek van jewelste. De leerlingen voetballen in hetMarc Lammers Plaza en de andere sportievelingenklauteren of freerunnen over een speciaal parcours. En wie wil, kan ook gewoon lekker chillen, op eenklimrek of op de bankjes die op het plein staan.

Freerunnen en Marc Lammers Plaza op schoolplein

Het schoolplein was nieuw voor Nederlanden heeft enorm veel belangstelling gekre-gen. Ook van de media. De opening was bij-voorbeeld te zien in het NOS-jeugdjournaal.Al een paar andere scholen in het land heb-ben nu voor een soortgelijk plein gekozen.Logisch, vindt Rembrandt Middelhuis, eenvan de gymdocenten van AOC Oost in Bor-culo.“Wij hebben destijds onze nek uitgestokenen ook fors onderhandeld met de leverancier,want het was erg prijzig. Naar onze meningis het de moeite waard. Bij een groeneschool hoort bewegen. We hebben eenschool waar de leerlingen vooral doeners zijnen wat past daar beter bij dan dit plein?”

BaldadigNiet alleen dat is belangrijk, “Bewegen is ookenorm belangrijk om het hoofd weer leeg tekrijgen, om weer energie op te doen. Bij onsop school kennen we nauwelijks incidenten,maar baldadigheid in de pauzes kwam na-tuurlijk voor. Nu is dat een zeldzaamheid. Nahet eten gaan de leerlingen naar buiten.Voetballen, rennen over het parcours of ge-woon lekker bezig zijn op de toestellen. Wehoopten dat dit zou gebeuren als het pleinklaar zou zijn en het gebeurt ook écht!”

Wie in de pauze de school bezoekt, zal zekeracht voetballers aantreffen in het Marc Lam-mers Plaza en een tiental klauteraars enfreerunners. Voor het Marc Lammers Plazagelden wel regels. Zo mag er niet te wildworden gespeeld en mogen er zeker geenwerkschoenen worden gedragen. Er zijn na-melijk in de randen van het Plaza sensoreningebouwd, die de gescoorde punten oppik-ken, zodat de stand van een wedstrijdsteeds duidelijk is. De sensoren zijn gevoeli-ger dan bijvoorbeeld een stenen muur. Ookvoor stoeipartijen is het voetbalplaza nietbedoeld.

Les in freerunnenAls je een parcours hebt om te kunnen free-runnen, dan moet deze Amerikaanse sportnatuurlijk ook tijdens de gymlessen gegevenworden. Freerunner Philip van Ees heeft alleklassen les gegeven in freerunnen, ook degymdocenten kunnen het nu. “Ja, wij gevende nieuwe leerlingen op school de basisles-sen. Dat kan in de gymzaal, maar bij goedweer gebeurt het natuurlijk buiten”, aldusRembrandt Middelhuis.

BasisscholenZo’n mooi plein moet door meer mensen ge-bruikt worden, zo vindt de school. Samenmet de Sport Federatie Berkelland wordenbijvoorbeeld de basisscholen naar AOC Oostin Borculo getrokken. Dat doen de combina-tiefunctionarissen Dick Hulshorst en WaldoRhebergen. Zij leggen in de gemeente Bor-culo het contact tussen scholen en vereni-gingen als het gaat om sport.

“Wij zijn ook een tijdje betrokkengeweest bij het begeleiden vande leerlingen zelf, in hetbegin van het gemoderni-seerde schoolplein. Daar-naast hebben we hetplein in mei geïntrodu-ceerd bij leerlingen vande groepen 7 van de Bor-

Page 8: AOC MeemaakKrant Borculo 2013

“Groeipunt is er voor bedrijven in het groenedomein, in de meest brede zin van hetwoord. We begonnen met cursussen en trai-ningen en daar zijn BBL-opleidingen bij ge-komen. De werknemers halen daardoor viaGroeipunt officieel erkende mbo-diploma’s”,vertelt Tom Lucassen, directeur van Groei-punt.

Accountmanager Richard Langeslag: “Wehebben in het groene domein veel mensennodig. In 2020 is de helft van de mensen dienu in de zuivelsector werken, bijvoorbeeldmet pensioen. We hebben dus nieuwe in-stroom nodig. Maar ook goed opgeleid perso-neel.”Hij kijkt samen met de opdrachtgevers welkescholing nodig is en die wordt op de werk-vloer gegeven. “De bedrijfsscholen zijn weerterug. Dat betekent dat de medewerkersleren wat zij in hun dagelijkse werk nodighebben.” Tom Lucassen: “Het aantrekkelijkevan Groeipunt voor ondernemers is ook, datde opleiding op elk moment kan starten.”

Meer lol in werkMalou Spanjaard is operator bij Enkco Food-group in Holten, waartoe onder meer ook hetvegetarische merk Vivera behoort. Malouheeft via Groeipunt Voedingsmiddelentech-nologie 2 gedaan. Ze nam deel aan het pro-ject Talent4Food waarin een groep food-bedrijven gezamenlijk opleiden voor de ar-beidsmarkt (www.talent4food.nl). Malou: “Jekomt dingen te weten over het voedingspro-ces, waarmee je in je werk niet altijd in aan-raking komt. Je snapt daardoor beter waaromje doet, wat je doet. Microbiologie vond ikdaarom heel interessant. Ik weet nu veelbeter wat de risico’s van bacteriën zijn enwaarom hygiënisch werken zo belangrijk is.Ik vind mijn werk nu ook veel leuker.”

Voor haar functie hoefde Malou de opleidingniet per se te volgen. Anouk Boers, mede-werker P&O: “Nee, maar medewerkers dieenthousiast zijn en weten wat ze doen,geven het goede voorbeeld. Collega’s nemendat over, dus het verhoogt de kwaliteit vanhet werk.” Malou gaat zo weer een opleidingdoen, als haar dat wordt aangeboden. “Ik hebal geïnformeerd naar niveau 3.”

Enkco begon bij Groeipunt enkele jaren gele-den met de opleiding Arbeidsmarktgekwalifi-ceerd assistent niveau 1, een tweejarigeopleiding. Anouk Boers “Nu gaan we verdermet Voedingsmiddelentechnologie op niveau2, die Malou dus al afgerond heeft. Niet ie-dereen doet opleidingen. Mensen aan deband hebben dat niet altijd nodig, wel als zeeen team leiden en collega’s begeleiden. Eenpraktijkdocent Groeipunt komt om les tegeven en onze teamleider begeleidt de me-dewerkers in de dagelijkse praktijk.”De kansen op de arbeidsmarkt nemen daar-door ook toe. Anouk bevestigt dat, maarvindt dat geen risico: “Natuurlijk krijgen zemeer kansen, maar wij zijn een goede werk-gever en de medewerkers zijn trots op watze hier doen.” En daar helpen prijzen aanmee! Enkco heeft onlangs de Vegan Awardgewonnen voor de veganistische productendie Enkco onder de merknaam Vivera ook inzijn assortiment heeft.

Groeipunt: Leven lang lerenJe stapt met het AOC-diploma opzak de groene werkwereld bin-nen. Je hebt genoeg kennis omeen goede start te maken. Endie kennis kun jij jouw levenlang op peil houden. DankzijGroeipunt kan jouw groenewerkgever namelijk alle scho-ling inkopen die nodig is omgoede werknemers te houden.En daarmee zorgt hij voor eenbloeiend bedrijf. Twee vliegenin één klap, met dank aan AOCOost dat Groeipunt in 2000 voorbedrijven in het leven riep.

Maatwerk in ontwikkelingDe SWB en het daaraan gekoppelde OpenLeerhuis, zijn dik tevreden met Groeipunt.Dick van Keulen, manager groenvoorzieningvan de SWB: “Wij kopen opleidingen in omonze mensen meer kansen te bieden op dearbeidsmarkt. De begeleiding die daarvoornodig is, kan heel veel zijn, maar ook heelweinig. Dat betekent aangepaste lespro-gramma’s samenstellen en ter plekke geven.Dus niet op school, maar bij ons, in de werk-voorziening.”Willy Weenk, coördinator Open Leerhuis vultaan dat de lesmethodes vaak in de praktijkworden ontwikkeld. “Groeipunt zorgt er danvoor dat ze voldoen aan de landelijke norm,want natuurlijk willen we dat onze mede-werkers een erkend diploma krijgen.”

Dick van Keulen: “Kijk, in de praktijk de men-sen scholen, dat kunnen we zelf. De kunst isdat diploma voor elkaar te krijgen. Zeker bijveel van de medewerkers die wij hebben.Het gros behoort tot de kwetsbare groep,met vaak weinig goede ervaring met onder-wijs. Dat vergt een heel andere manier vanlesgeven. Je moet coachen.”

Daarnaast zijn er de nodige medewerkersdie zonder een goede startkwalificatie vanschool zijn gekomen. “Als ze hier komen,moeten ze vaak nog medewerkerskwalitei-ten ontwikkelen, want de arbeidsmarktvraagt om gemotiveerde medewerkers. Dusdie kwaliteiten trainen wij hier ook”, aldusWilly Weenk. “En zo nodig zorgen we er metGroeipunt voor dat ze eveneens alsnog hun –vereiste - diploma halen.” De kansen op dearbeidsmarkt zijn goed: “Er is behoefte aanmensen op niveau 1 en 2, dus aan de doe-ners. En dat zijn de mensen die in onze doel-groep vallen.”

Onderdeelvan AOC Oost

Malou stralend tijdens de diploma-uitreiking

CursussenGroeipuntEen kleine greep uit de cursussen van Groeipunt:

Modulaire leergang leiding geven aanen begeleiden van medewerkers meteen afstand tot de arbeidsmarkt in reguliere bedrijven.

Reguliere bedrijven krijgen nu of in denabije toekomst te maken met werkne-mers met een afstand tot de arbeids-markt. De nieuwe Participatiewet zaldat bedrijven ook verplichten. Voor hetbegeleiden van deze doelgroep zijn metname de ‘soft skills’ onontbeerlijk. Ermoet gekeken worden naar wat er goedgaat en niet altijd eerst naar wat er nietgoed gaat.

Avondvakopleiding hovenierVia de avondvakopleiding hovenier is indrie jaar het vakdiploma te behalen. Deopleiding richt zich op werkenden in desector of mensen die in de toekomst inde sector willen gaan werken. Omdat deopleiding in de avonduren en op zater-dagen wordt gegeven, is ze uitstekendte combineren met een fulltime baan,ook buiten de groensector.

ProfessionelecursussenbloemsierkunstElke professional weet dat stilstandachteruitgang betekent. Zeker in eencreatieve sector als de bloemsierkunstis dat het geval. Daarom bieden wij basiscursussen en TOP-cursussen aan.

Meer informatie?Neem voor meer informatie contact op,telefonisch via 0546-83 44 60 of per mail: [email protected].