RESEARCH REPORT doi:10.1111/add.15455 Sex-SpecificRiskPro ...
ADD groep 3 bijeenkomsten Programma eerste bijeenkomst: 1.Uitleg doel van de groep 2.Kennismaking...
-
Upload
merel-peters -
Category
Documents
-
view
212 -
download
0
Transcript of ADD groep 3 bijeenkomsten Programma eerste bijeenkomst: 1.Uitleg doel van de groep 2.Kennismaking...
ADD groep 3 bijeenkomstenProgramma eerste bijeenkomst:1.Uitleg doel van de groep2.Kennismaking3.Groepsregels4. Wat is AD(H)D?5. Waar heb ik last van?-PAUZE6.Hoe ziet ADD er bij mij uit?7.Bijkomstige problemen bij ADD8. Denk-opdracht voor 2de bijeenkomst
Doel van de groep:
• Meer leren over ADD• Meer leren over hoe ADD er bij jou uitziet• Leren van elkaar en tips uitwisselen
Kennismaking
Voorbeelden van wat jullie van elkaar willen weten kunnen zijn:• Leeftijd• Hobby• Schoolvorm• Woon/leefsituatie etc.• Hoe lang weet je al dat je ADD hebt?• Ben je het met de diagnose eens?• Medicatiegebruik en werking.
groepsregels
• geheimhouding buiten de groep• elkaar respecteren in gedrag en mening• aardig tegen elkaar doen• elkaar steunen/helpen• ……..• ………
Wat is ADHD?
AA:
DD:
HH:
DD:
• attention(1)
• deficit
• hyperactivity(2)/impulsivity(3)
• disorder
Aandachtstekortstoornis (1) met
hyperactiviteit (2) en impulsiviteit (3)
ADD is dus een vorm van ADHDAlle Dagen Heel Druk
vs.Alle Dagen Dromerig
1.ADHD van het gecombineerde type
2.ADHD van het overwegend hyperactief/impulsieve type
3.ADHD van het overwegend onoplettende type(In de volksmond ADD)
AD(H)D
A. Aandachtstekort stoornis1. Moeite met letten op details, slordigheidsfouten 2. Moeite te focussen op taak3. Lijkt niet te luisteren als aangesproken
(dromerig/staren)4. Moeite opdrachten uit te voeren (af te ronden)5. Moeite met organiseren/plannen6. Afkeer van taken waarbij concentratie nodig is (o.a.
schoolwerk)7. Vaak spullen kwijt8. Afgeleid door omgeving9. Vergeetachtig bij bezigheden
Bovenstaande kenmerken noemen we de symptomen van ADD.
Minimaal 6 van de 9 symptomen nodig voor de diagnose
B. Enkele van de 9 symptomen moeten voor 7de jaar aanwezigC. Enkele symptomen moeten aanwezig zijn op in ieder geval 2 gebieden (bv. school, thuis, werk)D. Symptomen moeten echt voor problemen zorgen, je beperken in je functionerenE. Symptomen horen niet bij andere stoornis
2de bijeenkomstProgramma:1.Korte herhaling vorige keer over ADD2.Uitleg over oorzaken ADD, werking hersenen en medicatie-PAUZE3.Navragen nadenk-opdracht 4.Tips en strategieën bedenken met elkaar 5.Voor- en nadelen6. Vragen bedenken voor ervaringsdeskundige volgende keer
Oorzaken AD(H)D
-Erfelijke aanleg (50-80% bij eeneiige tweelingen)Kinderen van ouders met ADHD krijgen het in de helft van de gevallen ook. Broertjes en zusjes hebben drie tot vijf en neefjes en nichtjes twee keer zoveel kans.
-Neurobiologische stoornis (hersenen werken anders). Veel genen spelen een rol in het ontstaan van ADHD. Deze genen hangen samen met o.a. de dopamine-stofwisseling in de hersenen. Er is ook uit onderzoek gebleken dat bij de geboorte de van de hersenen van mensen met AD(H)D kleiner zijn, na het 20ste jaar is dat meestal bijgetrokken tot normaal (gaat langzamer).
-Risicofactoren: roken of drinken tijdens zwangerschap, hoge bloeddruk tijdens zwangerschap, vroeggeboorte en laag geboortegewicht.
Let op:
• ADHD heeft niets te maken met je intelligentie!
• ADHD krijg je niet door een verkeerde opvoeding (een chaotische thuissituatie kan je klachten wel verergeren)
Werking hersenen (3 gedeeltes van je hersenen: achter, midden, voor)
Achter,Stap 1: je neemt informatie waar (ziet,hoort, voelt, ruikt, proeft)
Midden,Stap 2: je verwerkt de informatie (filtert alle informatie, alle prikkels, helpt ordenen)
Voor,Stap 3: Je reageert op de informatie, door een reactie, door je gedrag te ‘managen’ (geven instructies waar wel op te letten, waar niet op, wat te doen of niet te doen).
1. achterste, 2. midden, 3. voorste (=frontale) hersengedeeltes
1
2
3
Hersenen als elektriciteitscentrale
Door verbindingen (zenuwbanen) tussen de hersengebieden (1,2 en 3) worden signalen doorgegeven. De zenuwbanen bestaan uit zenuwcellen die zenuwcellen geven informatie aan elkaar door via boodschapperstofjes (transportstoffen of neurotransmitters genoemd).
Hersenen met AD(H)D
• Neurotransmitters zijn dus de stoffen die boodschappen doorgeven van de ene naar de andere zenuwcel.
• Bij AD(H)D ers loopt er iets fout met de productie van 2 stofjes (Dopamine en Noradrealine).
• Vermoeden is dat dit tekort gevolgen geeft voor het voorste deel van de hersenen die verantwoordelijk voor zijn het plannen organiseren (dus de combinatie van stap 2 en 3 van de werking van de hersenen gaat daardoor lastig, het filteren van de informatie en je gedrag sturen/richten)
De ontdekking van medicijnen voor ADHD• De naam ADHD bestaat sinds 1987Daarvoor bestond het gedrag wel al, met andere namen: - Minimal Brain Damage/Dysfuntioning- Hyperkinetisch syndroom, - Inhibitiezwaktesyndroom
• In 1937 probeerde Dr. Bradley amfetamine medicijnen bij kinderen, nadat de kinderen een lumbaalpunctie hadden ondergaan (dan wordt via de ruggenmerg hersenvocht afgetapt). Idee: door de medicijnen wordt sneller nieuw hersenvocht aangemaakt, om hoofdpijn na de punctie tegen te gaan. Het werkte niet, maar…kinderen vroeger daarna wel aan de dokter of ze de ‘rekenpillen’ weer mochten!
• Vanaf dat moment zijn medicijnen met amfetaminen gebruikt voor kinderen met hyperactiviteit of concentratieproblemen. In de jaren 50 is methylfenidaat ontdekt (= synthetisch amfetamine, genaamd….Ritalin)
soorten medicatie en hun werking
• (Stimulantia, met methylfenidaat):
• Ritalin (±4 uur)• Concerta (± 12 uur)• Equasym (± 9 uur)• Medikinet (±7 uur)
0
20
40
60
80
100
120
8 uur 12 uur 12.30 16 uur 16.30 20 uur 20.30uur
ritalin
0
20
40
60
80
100
120
8 uur 12 uur 12.30 16 uur 16.30 20 uur 20.30uur
equasym 30/ 70
0
20
40
60
80
100
120
8 uur 10 uur 12.30 16 uur 16.30 20 uur 20.30uur
concerta 20/ 80
0
20
40
60
80
100
120
8 uur 12 uur 12.30 16 uur 16.30 20 uur 20.30uur
medikinet 50/ 50
Non-stimulantia
• Strattera • (vaste werking, na opbouwfase
bloedspiegel)
0
20
40
60
80
100
120
wee
k 1
wee
k 2
wee
k 3
wee
k 4
wee
k 5
wee
k 6
wee
k 7
wee
k 20
strattera
Verloop ADHD
Er is lang gedacht dat je over ADHD heen groeide met het ouders wordt. Dat blijkt niet zo te zijn. Slechts bij één op de drie verdwijnen de symptomen vrijwel helemaal. Van elke drie behandelde adolescenten met ADHD blijft de diagnose bij één persoon ook na het 18e jaar bestaan; bij de overige adolescenten blijven de klachten in een iets mildere maar nog altijd hinderlijke vorm bestaan.
Meer kans op verslaving, relatie- en opleidingsproblemen, meer kan op criminele ontwikkeling bij niet behandelen.
Tips/strategieën per symptoom:1. Moeite met letten op details, slordigheidfouten 2. Moeite te focussen op taak3. Lijkt niet te luisteren als aangesproken (dromerig/staren)4. Moeite opdrachten uit te voeren (af te ronden)5. Moeite met organiseren/plannen6. Afkeer van taken waarbij concentratie nodig is (o.a.
schoolwerk)7. Vaak spullen kwijt8. Afgeleid door omgeving9. Vergeetachtig bij bezigheden
Nadelen
Voordelen (pluspunten)
Nadenk-opdracht
• Kun je nog andere voor- en nadelen bedenken?
• Vragen voor ervaringsdeskundige
3de bijeenkomst
• Kennismaking ervaringsdeskundige• Vragen aan de ervaringsdeskundige• En als tijd: - DVD - voor- en nadelen - oplossingsmethodeEvaluatie en hoe nu verder
Probleemoplossinga.Wat is je probleem? Beschrijf kort de situatie.
b.Hoe vormt de situatie, zoals hij nu is, een probleem voor jou?c. Hoe zou je het liefst willen dat het is?d. Eerdere/mogelijke oplossingen:e. Heeft de situatie, zoals het nu is, ook voordelen?f. Wil je veranderen: maak een plan (op basis van je bedachte oplossingen.Wil je (nog) niet veranderen, breng dan ik kaart wat de voor- en nadelen zijn van zo doorgaan door het voor-nadelen schema in te vullen.
De balans opmakenVul dit schema in en beslis daarna opnieuw of je wil veranderen. Zo ja, maak een plan van aanpak
voor de komende week. En….evalueer je plan van aanpak na een week!
Doel:………………………………………………………………………………………………………………………
VOORDELEN NADELEN
Hoe pak ik de situatie nu aan?........................................................................................................................................................................
Hoe zou ik het doen als ik voor veranderen zou kiezen?....................................................................................................................................................................
• Veel succes in de toekomst!
• Maar gebruik van je kwaliteiten!