260 Extra Geld Voor Huisarts In Achterstandswijk

2
zorg 84 2-2006 > zorg & financiering Huisartsen laten de zorg voor diabetespatiënten vaak volledig over aan praktijkondersteuners, verpleegkundigen en doktersassistenten. Ze overtreden daarmee geregeld de wet omdat zij onbevoegd medicijnen voorschrijven. Dit blijkt uit een onderzoek van huisartsen en medisch specialisten dat in maart in Huisarts en Wetenschap wordt gepubliceerd. De onderzoekers vroegen ruim vierhonderd praktijkondersteu- ners naar de zorg die zij aan diabetespatiënten verlenen. Ruim de helft van de artsen blijkt deze patiëntengroep niet meer te zien. Het onderzoek bevestigt eerdere signalen dat ondersteuners regelmatig onbevoegd medicijnen voorschrij- ven. De onderzoekers zijn bang dat deze taak- verschuiving tot een gebrek aan controle leidt en verwachten dat het een keer mis zal gaan. Verkeerde conclusie Onderzoeker Houweling stelt dat huisartsen niet genoeg toekomen aan het controleren van praktijkverpleegkundigen. ‘Het is wachten tot het een keer misgaat’, zei Houweling zelfs. Die zorg is niet terecht, meent Marian Kaljouw van de landelijke koepel van verpleegkundigen en verzorgenden AVVV. Door de inzet van verpleeg- kundigen is de zorg in de huisartsenpraktijk juist verbeterd. ‘Taakverschuiving vindt plaats omdat verpleegkundigen als geen ander zijn opgeleid voor het begeleiden en ondersteunen van patiënten die een chronische ziekte hebben. Daarmee vormen zij niet alleen een doelmatig alternatief voor de kostbare zorg die huisartsen leveren. De inzet van verpleegkundigen resul- teert ook in een toegankelijker zorg, omdat pa- tiënten snel terecht kunnen met problemen.’ Juist in dit verband is de uitspraak van Houweling een verdraaiing van de feiten. Want binnen huisartsenpraktijken wordt al vele jaren gewerkt met praktijkverpleegkundigen en prak- tijkondersteuners. En al die jaren wordt er uit- stekende zorg en begeleiding geleverd. Het wachten is dus allerminst tot het misgaat. De conclusie dient te zijn dat het juist beter gaat, aldus de AVVV. Ook de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) heeft vertrouwen in het werk van praktijkonder- steuners. Bronnen: MedNet, 1 en 3 maart 2006 en persbericht AVVV, 1 maart 2006< 259 huisartsen laten assistenten onbevoegd voorschrijven Huisartsen in achterstandswijken kregen tot voor kort een vergoeding per ingeschreven zie- kenfondsverzekerde. Deze vergoeding is als gevolg van de invoering van het nieuwe zorg- stelsel uitgebreid naar alle verzekerden die ingeschreven staan in een huisartsenpraktijk. De vergoeding aan huisartsen is tweeledig. Huisartsen krijgen enerzijds een toeslag op het inschrijftarief voor iedere verzekerde woon- achtig in een erkende achterstandswijk. Ander- zijds bestaat er een regeling waarbij voor iedere verzekerde in een erkende achterstandswijk een bedrag wordt gestort in een lokaal achterstands- fonds. Het College tarieven gezondheidszorg/de Zorgautoriteit in oprichting (CTG/ZAio) heeft voor 2006 de hoogte van de vergoedingen vast- gesteld. Op jaarbasis krijgt een huisarts per ver- zekerde in een achterstandswijk een vergoeding van 6,80 euro (¤ 1,70 per kwartaal). Dit bedrag is onderdeel van de module populatiegebonden vergoedingen. Deze module wordt tegelijkertijd met het inschrijfbedrag gedeclareerd en betaald. Het bedrag aan de achterstandsfondsen wordt door verzekeraars rechtstreeks overgemaakt. Het gaat op jaarbasis om zes euro (¤ 1,50 per 260 extra geld voor huisarts in achterstandswijk

Transcript of 260 Extra Geld Voor Huisarts In Achterstandswijk

Page 1: 260 Extra Geld Voor Huisarts In Achterstandswijk

zorg

84 2-2006 > zorg & financiering

Huisartsen laten de zorg voor diabetespatiëntenvaak volledig over aan praktijkondersteuners,verpleegkundigen en doktersassistenten. Zeovertreden daarmee geregeld de wet omdat zijonbevoegd medicijnen voorschrijven.

Dit blijkt uit een onderzoek van huisartsen enmedisch specialisten dat in maart in Huisarts enWetenschap wordt gepubliceerd. De onderzoekersvroegen ruim vierhonderd praktijkondersteu-ners naar de zorg die zij aan diabetespatiëntenverlenen. Ruim de helft van de artsen blijkt dezepatiëntengroep niet meer te zien. Het onderzoekbevestigt eerdere signalen dat ondersteunersregelmatig onbevoegd medicijnen voorschrij-ven. De onderzoekers zijn bang dat deze taak-verschuiving tot een gebrek aan controle leidt enverwachten dat het een keer mis zal gaan.

Verkeerde conclusie

Onderzoeker Houweling stelt dat huisartsenniet genoeg toekomen aan het controleren vanpraktijkverpleegkundigen. ‘Het is wachten tothet een keer misgaat’, zei Houweling zelfs. Diezorg is niet terecht, meent Marian Kaljouw van

de landelijke koepel van verpleegkundigen enverzorgenden AVVV. Door de inzet van verpleeg-kundigen is de zorg in de huisartsenpraktijkjuist verbeterd. ‘Taakverschuiving vindt plaatsomdat verpleegkundigen als geen ander zijnopgeleid voor het begeleiden en ondersteunenvan patiënten die een chronische ziekte hebben.Daarmee vormen zij niet alleen een doelmatigalternatief voor de kostbare zorg die huisartsenleveren. De inzet van verpleegkundigen resul-teert ook in een toegankelijker zorg, omdat pa-tiënten snel terecht kunnen met problemen.’Juist in dit verband is de uitspraak vanHouweling een verdraaiing van de feiten. Wantbinnen huisartsenpraktijken wordt al vele jarengewerkt met praktijkverpleegkundigen en prak-tijkondersteuners. En al die jaren wordt er uit-stekende zorg en begeleiding geleverd. Hetwachten is dus allerminst tot het misgaat. Deconclusie dient te zijn dat het juist beter gaat,aldus de AVVV.Ook de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV)heeft vertrouwen in het werk van praktijkonder-steuners.Bronnen: MedNet, 1 en 3 maart 2006 en persberichtAVVV, 1 maart 2006<

259 huisartsen laten assistenten onbevoegd voorschrijven

Huisartsen in achterstandswijken kregen totvoor kort een vergoeding per ingeschreven zie-kenfondsverzekerde. Deze vergoeding is alsgevolg van de invoering van het nieuwe zorg-stelsel uitgebreid naar alle verzekerden dieingeschreven staan in een huisartsenpraktijk.

De vergoeding aan huisartsen is tweeledig.Huisartsen krijgen enerzijds een toeslag op hetinschrijftarief voor iedere verzekerde woon-achtig in een erkende achterstandswijk. Ander-zijds bestaat er een regeling waarbij voor iedereverzekerde in een erkende achterstandswijk een

bedrag wordt gestort in een lokaal achterstands-fonds. Het College tarieven gezondheidszorg/deZorgautoriteit in oprichting (CTG/ZAio) heeftvoor 2006 de hoogte van de vergoedingen vast-gesteld. Op jaarbasis krijgt een huisarts per ver-zekerde in een achterstandswijk een vergoedingvan 6,80 euro (¤ 1,70 per kwartaal). Dit bedragis onderdeel van de module populatiegebondenvergoedingen. Deze module wordt tegelijkertijdmet het inschrijfbedrag gedeclareerd en betaald.Het bedrag aan de achterstandsfondsen wordtdoor verzekeraars rechtstreeks overgemaakt.Het gaat op jaarbasis om zes euro (¤ 1,50 per

260 extra geld voor huisarts in achterstandswijk

ZenF-0206 cyaan.qxd 13-3-2006 21:37 Pagina 84

Page 2: 260 Extra Geld Voor Huisarts In Achterstandswijk

huisartsen

85zorg & financiering > 2-2006

kwartaal) per verzekerde in een achterstands-wijk. Om vast te stellen of een wijk tot eenachterstandswijk behoort, is een postcodetabel

vastgesteld, die te raadplegen is via de site vanhet CTG. Bron: MedNet, 27 januari 2006<

Huisartsen en medisch specialisten zijn in 2005minder uren gaan werken. Vooral bij manne-lijke huisartsen is een sterke daling te zien, van0,94 fte naar 0,89 fte. Dat blijkt uit het Capaci-teitsplan 2005 dat Minister Hoogervorst aan deTweede Kamer heeft aangeboden.

De arbeidstijd van vrouwelijke huisartsen isgedaald van 0,66 fte naar 0,64 fte. Medisch spe-cialisten werken op dit moment 45 tot 50 uur,van wie vijftig procent daarover tevreden is, ter-wijl de andere helft minder uren zou willenwerken. Tegelijkertijd zijn er in dit verband ooksignalen van een mogelijke kentering naar stabi-

lisatie en zelfs verlenging van de arbeidstijd.Ondanks de daling in het aantal arbeidsuren,verwacht het Capaciteitsorgaan niet dat eromstreeks 2016-2020 noemenswaardige capaci-teitstekorten zijn. Beleidsmaatregelen als hetuitbreiden van de opleidingscapaciteit, hetinzetten van nieuwe disciplines als de nursepractitioner, de physician assistant en praktijk-ondersteuner, noemt het Capaciteitsorgaan alssuccesfactoren. Ook is er sprake van een groei-end aantal afgestudeerde, maar niet praktiseren-de huisartsen. Volgens Hoogervorst is hiermeehet verwachte tekort aan huisartsen opgelost.Bron: MedNet, 19 januari 2006<

261 artsen zijn minder uren gaan werken

Van alle Nederlandse huisartsen zijn apotheek-houdende huisartsen of huisartsen die opleidenhet meest tevreden over hun werk. Het minsttevreden zijn collega’s die bedreigd zijn doorhun patiënten. Dat blijkt uit promotieonder-zoek van Irene van Ham van de Rijksuniversi-teit Groningen.

Afwisseling in het werk, de contacten met colle-ga’s en het geven van onderwijs aan geneeskun-destudenten zijn voor huisartsen andere facto-ren die hun werk extra aantrekkelijk maken.Minder aantrekkelijke aspecten zijn: de hoogtevan het inkomen, de lange werkdagen, de toege-nomen administratieve last, het teveel aan werken gebrek aan tijd en het gebrek aan erkenning.Het onderzoek toont ook aan dat apotheekhou-dende huisartsen meer tevreden zijn over hunwerk dan collega’s die niet-apotheekhoudendzijn. Zij zijn vooral te spreken over hun inkomen.

Er zijn drie voorspellers voor het moment waar-op een huisarts wil stoppen. Hoe ouder eenhuisarts is, des te minder deze de neiging heeftom de praktijk voort te willen zetten. Ook demate waarin huisartsen tevreden zijn met deavond- en weekenddiensten bepaalt deze beslis-sing. Hetzelfde geldt voor de algemene tevre-denheid over het werk, zoals de tevredenheidover het doen van spreekuren en het respect vanpatiënten. Van Ham stelt maatregelen voor om het huisart-senvak aantrekkelijker te maken, zoals het ver-beteren van de arbeidsvoorwaarden door beterewet- en regelgeving over bijvoorbeeld het waar-borgen van de huisarts als poortwachter van dezorg. Het vak kan ook aantrekkelijker wordendoor huisartsen meer medisch-technische han-delingen te laten verrichten, waaronder kleinechirurgische of gynaecologische ingrepen. Bron: MedNet, 24 februari 2006<

262 apotheekhoudende huisartsen en opleiders meest tevreden

ZenF-0206 cyaan.qxd 13-3-2006 21:37 Pagina 85