2.5 Casussen aangepaste examinering

19
1 Casus 1: Kimberley Opleiding: Kapper (niveau 3) Beperking: ADHD / ADD Omschrijving problematiek: Kimberley wil het diploma Kapper (niveau 3) halen. Vanwege haar beperking is zij niet in staat om handmatige handelingen te verrichten terwijl ze een gesprek voert. Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): Een proeve van bekwaamheid waarbij de kandidaat tijdens het uitvoeren van de handmatige handelingen een gesprek voert met de klant. Aangepaste aanpak van het examen: Handmatige handelingen en het voeren van een gesprek worden op verschillende momenten geëxamineerd. Toelichting Het lijkt logisch om handmatige handelingen en het voeren van een gesprek met de klant geïntegreerd te examineren. Uit analyse van de werkprocessen blijkt echter niet dat de onderdelen persé geïntegreerd moeten worden. Op basis daarvan kiest de school ervoor om het uitvoeren van de handmatige handelingen apart te examineren van het voeren van een gesprek met de klant. Dit blijft een reële werksituatie: er zijn tegenwoordig kappers die zich onderscheiden van anderen door weinig te praten tijdens de behandeling. Vooraf worden de wensen geïnventariseerd. Tijdens de behandeling kijkt de klant naar een video of leest. Aanpassing: Elementen worden apart van elkaar geëxamineerd in plaats van geïntegreerd Reflectie toetsexpert (inspectie): Het apart examineren van verschillende elementen is een valide aanpassing die recht doet aan de kandidaat en de eisen uit het kwalificatiedossier

Transcript of 2.5 Casussen aangepaste examinering

Page 1: 2.5 Casussen aangepaste examinering

1

Casus 1: Kimberley

Opleiding: Kapper (niveau 3)

Beperking: ADHD / ADD

Omschrijving problematiek: Kimberley wil het diploma Kapper (niveau 3) halen. Vanwege haar beperking is zij niet in staat om

handmatige handelingen te verrichten terwijl ze een gesprek voert.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): Een proeve van bekwaamheid waarbij de kandidaat tijdens het uitvoeren van de handmatige

handelingen een gesprek voert met de klant.

Aangepaste aanpak van het examen: Handmatige handelingen en het voeren van een gesprek worden op verschillende momenten

geëxamineerd.

Toelichting Het lijkt logisch om handmatige handelingen en het voeren van een gesprek met de klant

geïntegreerd te examineren. Uit analyse van de werkprocessen blijkt echter niet dat de

onderdelen persé geïntegreerd moeten worden. Op basis daarvan kiest de school ervoor om het

uitvoeren van de handmatige handelingen apart te examineren van het voeren van een gesprek

met de klant.

Dit blijft een reële werksituatie: er zijn tegenwoordig kappers die zich onderscheiden van anderen

door weinig te praten tijdens de behandeling. Vooraf worden de wensen geïnventariseerd. Tijdens

de behandeling kijkt de klant naar een video of leest.

Aanpassing: Elementen worden apart van elkaar geëxamineerd in plaats van geïntegreerd

Reflectie toetsexpert (inspectie): Het apart examineren van verschillende elementen is een valide aanpassing die recht doet aan de

kandidaat en de eisen uit het kwalificatiedossier

Page 2: 2.5 Casussen aangepaste examinering

2

Casus 2: Mark

Opleiding: Opleiding tot brood- en banketbakker (niv.2)

Beperking: Stoornis in het autistisch spectrum

Omschrijving problematiek:

Mark wil brood- en banketbakker worden. Door zijn stoornis heeft Mark moeite met plannen.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): Een proeve van bekwaamheid waarbij de kandidaat in een bedrijf (niet het eigen BPV-bedrijf) een

bestelling van brood- of banketproducten binnen een bepaalde periode moet afleveren. De proeve

start met het maken van een planning van de werktijden, voorraden, apparaten.

Aangepaste aanpak van het examen:

Mark voert de proeve van bekwaamheid uit in een voor hem bekende setting, namelijk het bedrijf

waar hij BPV-stage heeft gelopen. Het gaat om een bedrijf waar elke dag dezelfde bestelling wordt

verwerkt. Mark werkt met een planhulpmiddel: een bord met symbolen en uitwisbare stift. In deze

setting en met dit hulpmiddel is Mark in staat de werktijden, voorraden en apparaten te plannen.

Toelichten / reflectie De school heeft voorkeur voor een examensetting waarin de kandidaten in een ‘nieuwe’ situatie

laten zien wat zij kunnen. Dit is echter geen eis. Mark kan in de vertrouwde setting met een

hulpmiddel laten zien dat hij de werkprocessen beheerst.

Aanpassingen: - Hulpmiddel bij het plannen (bord)

- Examen in een vertrouwde setting

Reflectie toetstexpert (inspectie): Het inzetten van hulpmiddelen en het examineren in een vertrouwde omgeving zijn prima

aanpassingen die tegemoet komen aan de mogelijkheden van de kandidaat; de omgeving is voor

hem herkenbaar, maar heeft nog steeds de functie van een examensetting.

Page 3: 2.5 Casussen aangepaste examinering

3

Casus 3: Zeliha

Opleiding: Opleiding Helpende Zorg en Welzijn (niv 2)

Beperking: Doof

Omschrijving problematiek: Zeliha wil een diploma halen voor de opleiding Zorg en Welzijn (niv.2). Ze wil gaan werken op een

kinderdagverblijf voor dove en slechthorende kinderen.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): Een proeve van bekwaamheid waarbij de kandidaat verschillende werkprocessen

(zoalsondersteunen bij dagelijkse zorg, ondersteunen bij sociale activiteiten, evalueren van

werkzaamheden) uitvoert in de praktijk.

Aangepaste aanpak van het examen: Zeliha doet dezelfde proeve van bekwaamheid als de andere kandidaten. Zij voert deze proeve uit

op een kinderdagverblijf voor dove en slechthorende kinderen.

Toelichting In het KD van de opleiding Helpende Zorg&Welzijn komen veel elementen voor met betrekking tot

sociale interactie (toelichten, hulpvraag inventariseren, feedback geven). Zeliha kan in een

werkomgeving waar mensen net als zij gebarentaal beheersen, laten zien dat zij deze elementen

beheerst.

Aanpassing: - Examen in een specifieke setting (kinderdagverblijf voor dove en slechthorende kinderen)

Reflectie toetsexpert (inspectie): Hoewel het aanbod van geschikte kinderdagverblijven gering is, zijn er mogelijkheden voor deze

kandidaat en is het zaak om deze mogelijkheden in ieder geval te bestuderen. Het feit dat er

sprake is van non-verbale communicatie i.p.v. verbale doet niets af aan de eisen uit het

kwalificatiedossier; de wijze van examineren biedt voldoende dekking en is daarmee valide.

Page 4: 2.5 Casussen aangepaste examinering

4

Casus 4: John

Opleiding: Medewerker ICT-beheer (niveau 3)

Beperking: Ziekte van Marfan

Omschrijving problematiek: John heeft de ziekte van Marfan. Hij heeft problemen met zijn hart en ernstige

vermoeidheidsklachten. Hij kan hooguit drie uur per dag werken.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De opleiding bevat drie kerntaken. De kandidaten leggen per kerntaak een proeve van

bekwaamheid af, die een halve dag duurt. De proeven van bekwaamheid worden binnen een

tijdsbestek van een week afgelegd.

Aangepaste aanpak van het examen: John doet een proeve van bekwaamheid per werkproces in plaats van een proeve van

bekwaamheid per kerntaak. Deze proeven duren maximaal 3 uur per dag. Vanwege zijn

vermoeidheidsklachten worden deze proeven van bekwaamheid afgelegd binnen een tijdsbestek

van 3 maanden.

Toelichting De school vindt het belangrijk om te zien dat kandidaten een gehele kerntaak beheersen. Dit is

voor John echter niet haalbaar omdat hij dan langer dan drie uur aan het werk moet zijn. De

school kiest ervoor om op het niveau van de werkprocessen te beoordelen.

Het ‘uitsmeren’ van de opdrachten over een langere periode dan gebruikelijk heeft geen

consequenties voor de betrouwbaarheid of inhoudelijke dekking van het examen. Wel op de duur

van de examenperiode, wat mogelijk betekent dat de student langer over zijn opleiding doet.

Aanpassing: - Examinering op het niveau van werkprocessen in plaats van kerntaken

- Examinering ‘uitgesmeerd’ over een langere periode

Reflectie onderwijsexpert (inspectie) : Het examineren op het niveau van de werkprocessen doet afbreuk aan de uitgangspunten van

geïntegreerd beoordelen, waardoor de validiteit van het examen discutabel wordt.

Los van het examen is het bij deze casus essentieel dat er tijdens de intake voldoende stilgestaan

wordt bij het beroepsbeeld van deze kandidaat bij deze opleiding op niveau 3. Door de ziekte die

deze kandidaat heeft is het de vraag of hij überhaupt in staat is om een dergelijke functie uit te

oefenen. Doordat deze jongen slechts 3 uur per dag kan werken is het de vraag welke baan in de

ict hiervoor geschikt is. Wellicht zijn de beperkingen van deze ziekte dusdanig dat deze jongen

beter tot zijn recht komt als hij op een sociale werkplaats terechtkomt.

Page 5: 2.5 Casussen aangepaste examinering

5

Casus 5: Christiaan

Opleiding: Dakdekker pannen/leien (niv.2)

Beperking: Antisociale gedragsstoornis

Omschrijving problematiek: Christiaan wil het diploma Dakdekker halen. Hij is zeer wantrouwig naar anderen en kan moeilijk

omgaan met kritiek.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De kandidaten voeren een praktijkopdracht uit terwijl ze geobserveerd (en daarna beoordeeld)

worden door twee voor hem onbekende beoordelaars.

Aangepaste aanpak van het examen: Christiaan voert een praktijkopdracht uit terwijl hij geobserveerd wordt door een beoordelaar die

hij van school kent, en een externe beoordelaar met wie hij twee maal een gesprek heeft gehad

ter kennismaking.

Toelichting Christiaan heeft moeite met de aanwezigheid van onbekenden terwijl hij zijn examen aflegt.

Daarom is één van de beoordelaars een bekende docent van school. De onafhankelijkheid van de

beoordeling wordt vergroot doordat er tevens een externe beoordelaar beoordeelt. Deze externe

beoordelaar moet echter wel eerst het vertrouwen van Christiaan winnen omdat Christiaan zich

anders dusdanig ongemakkelijk voelt dat hij niet kan laten zien wat hij kan.

Aanpassing: - Beoordelaar die bekend is met de problematiek van de kandidaat en een goede relatie met

hem heeft

- Kennismakingsgesprekken met de externe beoordelaar

Reflectie toetsexpert (inspectie): De voorgestelde aanpassing is zeker geschikt om tegemoet te komen aan de beperking van deze

student.

Het is echter de vraag of deze jongen geschikt is om in de ‘ruwe’ cultuur van de bouwwereld te

werken, gezien zijn wantrouwige gedrag en problemen met het krijgen van kritiek. Dit zal tijdens

de intake al besproken moeten worden met deze student, zodat het beroepsbeeld bij start van de

opleiding helder is. Een suggestie voor deze student is dat hij in een klein bouwbedrijf gaat

werken. Hier zou ook tijdens de opleiding, bij het vinden van een BPV-plaats en bij de

examinering, al rekening mee gehouden kunnen worden.

Page 6: 2.5 Casussen aangepaste examinering

6

Casus 6: Kevin

Opleiding: Bedrijfsautotechnicus (niveau 2)

Beperking: Een ernstige spraak- en taalmoeilijkheid (ESM)

Omschrijving problematiek: Kevin heeft verschillende beperkingen, waaronder ESM. Dat uit zich bijvoorbeeld doordat hij

weinig spreekt en onduidelijk spreekt. Hij kan zinnen moeilijk onthouden: als een zin te lang duurt

is hij halverwege de zin, het eerste gedeelte van de zin alweer vergeten.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De kandidaten voeren een proeve van bekwaamheid uit, waarbij tijdens of na afloop van de

uitvoering vragen gesteld mogen worden door de beoordelaar, bijvoorbeeld over de onderdelen-

en werking van de motor.

Aangepaste aanpak van het examen: Kevin krijgt meer tijd beschikbaar voor het beantwoorden van de vragen en het gesprek wordt

uitgevoerd door een beoordelaar die bekend is met de problematiek van Kevin en al vaker met

hem gewerkt heeft. Er worden korte vragen gesteld.

Toelichting Door meer tijd te nemen voor het gesprek is er geen sprake van tijdsdruk, want dit kan het

beantwoorden bemoeilijken. Door het gesprek uit te laten voeren door een beoordelaar die Kevin

kent en bekend is met zijn problematiek zullen zij elkaar al beter verstaan en staat vooral de

inhoud van de antwoorden centraal en niet de uitspraak van Kevin.

Aanpassing: - Beoordelaar die bekend is met Kevin en zijn problematiek voert het gesprek.

- Verlenging van de examenduur

Reflectie toetsexpert (inspectie): Het gesprek is een aanvullend beoordelingsinstrument waarbij niet de mondelinge vaardigheden

van de student worden beoordeeld, maar specifieke vakkennis. Door het gesprek op deze manier

in te richten kom je tegemoet aan de mogelijkheden van Kevin, zonder daarbij af te doen aan de

inhoud.

Optie: schriftelijke toets afleggen?

Page 7: 2.5 Casussen aangepaste examinering

7

Casus 7: Diane

Opleiding: Vakbekwaam Medewerker Bloembinden (niveau 2)

Beperking: Borderline persoonlijkheidsstoornis

Omschrijving problematiek: Diane schrijft zich in voor de opleiding Bloembinden omdat ze graag in een bloemenwinkel wil

werken. Haar gedrag is onvoorspelbaar. Ze heeft sterke stemmingswisselingen en reageert sterk

emotioneel op stressvolle situaties.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De kandidaten voeren gedurende 3 weken verschillende opdrachten uit bij een bedrijf. Op

verschillende, vooraf vastgelegde momenten, worden zij bij de uitvoering van een opdracht

geobserveerd door twee beoordelaars. Ook leveren zij producten op en hebben ze aan het einde

van de periode een criteriumgericht interview met twee beoordelaars.

Aangepaste aanpak van het examen: Gedurende de 3 weken waarbinnen zij examen moet doen, krijgt Diane intensieve sociaal-

emotionele begeleiding van haar vaste ambulant begeleider. Hij praat dagelijks met haar over hoe

zij zich voelt. Diane en haar begeleider hebben afgesproken dat zij hem kan opzoeken als ze

emotioneel wordt. Ook tijdens de observaties van de beoordelaars en het gesprek is de ambulant

begeleider aanwezig.

Toelichten / reflectie De aanwezigheid van de ambulant begeleider en de mogelijkheid om op elk moment met hem te

spreken, zorgen ervoor dat Diane zich gemakkelijker voelt en dat zij haar emoties kwijt kan.

Hierdoor is zij minder geneigd zich te veel te richten op de beoordelaars.

De ambulant begeleider heeft wel met Diane en de betrokkenen op school en bij het bedrijf

afgesproken dat hij geen inhoudelijke begeleiding biedt.

Aanpassing: - Intensieve sociaal-emotionele begeleiding door een ambulant begeleider.

Reflectie toetsexpert (inspectie): Bij deze aanpassing is het erg belangrijk om goed te onderscheiden welk gedrag specifiek

afkomstig is van de borderline en welk niet. De ambulant begeleider zou bij dit examen van Diane

alleen begeleiding moeten geven als er sprake is van een belemmering in de uitvoering van haar

examen vanwege de borderline. Vooraf moet duidelijk aangegeven worden wanneer de ambulant

begeleider begeleiding mag geven.

Page 8: 2.5 Casussen aangepaste examinering

8

Casus 8: Valerie

Opleiding: Leisure & Hospitality Executive (niveau 4)

Beperking: Lichamelijke handicap (verlamming van de benen)

Omschrijving problematiek: Valerie zit in een rolstoel omdat haar benen verlamd zijn door een dwarslaesie.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): Verschillende proeven van bekwaamheid waarbij de kandidaten geobserveerd worden. De laatste

proeve bestaat uit het organiseren, uitvoeren en begeleiden van een recreatieve activiteit. Op de

school van Valerie wordt veel aandacht besteed aan sport; daarom gaat het tijdens het examen

om een sport- en spelactiviteit.

Aangepaste aanpak van het examen: De activiteit die Valerie organiseert, uitvoert en begeleidt, betreft geen sport- en spelactiviteit,

maar een muzikale of creatieve activiteit.

Toelichting: Zonder afbreuk te doen aan het niveau van het examen en de inhoud van de werkprocessen, kan

Valerie op een andere manier dan haar studiegenoten aantonen dat zij de werkprocessen

beheerst.

Reflectie toetsexpert (inspectie): Dit is een prima aanpassing omdat de context verandert, maar niet de inhoud van het examen.

Valerie moet nog steeds aan dezelfde eisen voldoen, maar voert haar examen uit in een andere

context. Het is hierbij wel belangrijk dat deze context ook tijdens de opleiding aan de orde is

geweest en het niet een geheel nieuwe context betreft.

Page 9: 2.5 Casussen aangepaste examinering

9

Casus 9: Evelien

Opleiding: Sport –en Beweegleider (niveau 3)

Beperking: Ziekte van Graves

Omschrijving problematiek algemeen: Evelien heeft een schildklierziekte (ziekte van Graves). Dit beperkt haar in haar fysieke

smogelijkheden. Haar hulpvraag richt zich vooral op begeleiding bij– en aanpassing van de

uitvoering van vaardigheidstesten Atletiek, TKF (trainingskundige vaardigheden) en het parcours

Basisvormen Bewegen.

Omschrijving problematiek specifiek: 1. Evelien heeft een schildklierziekte. Hiervoor gebruikt zij medicijnen en is zij behandeld met

een serie bestralingen. Evelien heeft een hoge hartslagfrequentie in rust, waardoor intensieve

fysieke belasting niet mogelijk is (bron: medisch dossier internist).

2. Door haar beperkte fysieke mogelijkheden kan Evelien niet deelnemen aan een parcours

Basisvormen Bewegen en de afsluitende atletiekonderdelen 100m sprint, 1500 meter en

coopertest. Daarnaast is niet mogelijk om t.b.v. TKF de 8 ½ km-loop uit te voeren.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): In het kwalificatiedossier Sport- en Beweegleider 3 zijn drie kerntaken opgenomen. De kandidaten

dienen per kerntaak een proeve van bekwaamheid af te leggen (assessmentdossier + gesprek).

Ten behoeve van kerntaak 1 (sport- en beweegactiviteiten aanbieden) dienen de kandidaten te

voldoen aan sportvaardigheidseisen (volgens de CIOS-normering).

Aangepaste aanpak van proeve van bekwaamheid eigen vaardigheid: Evelien heeft zich samen met een in aangepast sporten gespecialiseerde CIOS-docent ingezet

voor het ontwikkelen van alternatieve vaardigheidstesten, waarbij rekening wordt gehouden met

haar fysieke beperkingen. De keuze hierbij is gevallen op de uitvoering van twee

vaardigheidstesten op het gebied van de wandelsport, afgestemd op de fysieke mogelijkheden van

Evelien.

Toelichting: De opleiding vindt het belangrijk om te zien dat Evelien binnen de gestelde werkprocessen en

competenties van kerntaak 1 inzicht heeft in haar eigen vermogen tot het leveren van een

duurprestatie, hiervoor een op haar mogelijkheden afgestemd trainingsschema kan opstellen en

deze duurprestatie ook daadwerkelijk kan uitvoeren binnen de daarvoor gestelde normering.

Reflectie toetsexpert (inspectie): De aangepaste vaardigheidstesten zijn een prima aanpassing/alternatief omdat het volledig recht

doet aan de binnen de gestelde werkprocessen van kerntaak 1 te ontwikkelen

beroepscompetenties (o.a. analyseren, onderzoeken, vakdeskundigheid toepassen, presteren) met

de daarbij behorende prestatie-indicatoren. De toegepaste normering van de wandelsporttesten is

valide binnen de wandelsport en geeft een vergelijkbaar vaardigheidsniveau met betrekking tot de

CIOS-normering.

Page 10: 2.5 Casussen aangepaste examinering

10

Casus 10: Rik

Opleiding: Deeltijd , Sport– en Beweegleider (niveau 3)

Beperking: Dwarslaesie

Omschrijving problematiek: Rik heeft ten gevolge van een motorongeluk een lage dwarslaesie opgelopen. Deze beperking

maakt Rik rolstoelgebonden.

Voor Rik is het als rolstoelgebonden student niet mogelijk om wat betreft de vaardigheidseisen te

voldoen aan de gestelde CIOS-normering. In overleg met de diverse sportdocenten is afgesproken

dat afgeleid van de gestelde normering de vaardigheidstesten worden ’aangepast’.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): In het kwalificatiedossier Sport- en Beweegleider 3, zijn drie kerntaken opgenomen. De

kandidaten dienen per kerntaak een proeve van bekwaamheid af te leggen (assessmentdossier +

gesprek).

Ten behoeve van kerntaak 1 (sport- en beweegactiviteiten aanbieden) dienen de kandidaten te

voldoen aan gestelde sportvaardigheidseisen (volgens de CIOS-normering).

Aangepaste aanpak van proeve van bekwaamheid eigen vaardigheid: Rik heeft zich, samen met een in aangepast sporten gespecialiseerde CIOS-docent en een externe

bewegingsagoog, ingezet voor het ontwikkelen en aanpassen van de vaardigheidstesten voor

rolstoelgebonden studenten (Sportspelen, TKF en Presteren). Deze aangepaste testen zijn

uitgevoerd en beoordeeld.

Concrete Aanpassingen: 1e: Vaardigheidstesten Sportspelen

De vaardigheidstesten betreffende de sportspelen (basketbal, handbal, volleybal, badminton)

worden uitgevoerd vanuit de rolstoel. Specifieke uitvoeringsmogelijkheden

worden in overleg met de docent aangepast.

2e Vaardigheidstesten TKF en Presteren

De vaardigheidstesten TKF en Presteren worden vervangen door de nieuw ontwikkelde test

Rolstoelvaardigheid en de shuttle run test voor rolstoelgebruikers (rolstoel -runtest). De binnen

het vaardigheidsexamen gevraagde KCLUS-

testcomponenten zijn in deze test vertaald naar de rolstoelgebruiker.

3e Deelname keuzevak Sportleider Aangepast Sporten

Richard heeft het keuzevak Sportleider Aangepast Sporten gevolgd. Op deze wijze leert hij hoe

valide sporten aan te passen aan de diverse groepen mensen met een beperking.

Zijn proeve van bekwaamheid les- en leidinggeven (kerntaak 1, SB-activiteiten aanbieden,

werkproces 1 t/m 5), bestaande uit het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van sport- en

bewegingsactiviteiten en het begeleiden en beoordelen van deelnemers, heeft hij binnen de

setting van het keuzevak Sportleider Aangepast Sporten vanuit de rolstoel kunnen uitvoeren.

Toelichting: De vaardigheidstesten van deze opleiding kennen vijf overeenkomstige testcomponenten–:

Page 11: 2.5 Casussen aangepaste examinering

11

kracht, coördinatie, lenigheid, uithoudingsvermogen en snelheid (KCLUS). Doel is om de

genoemde testcomponenten terug te laten komen in de aangepaste testen rolstoelvaardigheid,

zonder daarbij afbreuk te doen aan het niveau van het vaardigheidsexamen.

Door deelname aan het keuzevak Sportleider Aangepast Sporten en het laten uitvoeren van zijn

proeve les en leidinggeven binnen de setting van het aangepast sporten, zijn voor Rik die wegen

bewandeld die uitzicht geven op een tewerkstelling binnen de sportrevalidatie. Voor het CIOS

heeft de ontwikkeling van de gevraagde aanpassingen van de diverse vaardigheidstesten meer

inzicht gegeven in de mogelijkheden van deelname van rolstoelgebruikers aan de CIOS-opleiding

Sport en Bewegen.

Reflectie toetstexpert (inspectie): De aangepaste vaardigheidstesten zijn een prima aanpassing/alternatief omdat het volledig recht

doet aan de gestelde toetscriteria van de vaardigheidsthema’s kracht, coördinatie, lenigheid,

uithoudingsvermogen en snelheid. Hierbij wordt geen afbreuk gedaan aan de gestelde

werkprocessen van kerntaak 1 en de daarbij te ontwikkelen beroepscompetenties. De toegepaste

aangepaste uitvoering is door de specifieke vakdocenten en de externe deskundige vooraf

gevalideerd en geeft een vergelijkbaar vaardigheidsniveau ten opzichte van de valide CIOS-

vaardigheidstesten.

Page 12: 2.5 Casussen aangepaste examinering

12

Casus 11: Leo

Opleiding: Sport –en Beweegleider (niveau 3)

Beperking: Beperking onderbeen

Omschrijving problematiek: Leo heeft ten gevolge van een ernstig ongeval en een daaropvolgende ernstige botinfectie een

blijvende beperking aan zijn onderbeen opgelopen.

Sinds zijn ongeval is het voor Leo niet meer mogelijk om volgens de CIOS-normering, staande de

diverse sporten te beoefen. Leo is niet rolstoelgebonden maar heeft zich sinds zijn ongeval

bekwaamd in het zitvolleybal. Op dit moment maakt Leo deel uit van de nationale

zitvolleybalselectie. Het is voor Leo niet mogelijk om voor wat betreft de vaardigheidseisen te

voldoen aan de gestelde normering. In overleg met de diverse sportdocenten is afgesproken dat

afgeleid van de gestelde normering de vaardigheidstesten worden aangepast.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): In het kwalificatiedossier sport -en beweegleider 3 zijn drie kerntaken opgenomen. De kandidaten

dienen per kerntaak een proeve van bekwaamheid af te leggen (assessmentdossier + gesprek). Ten

behoeve van kerntaak 1 (sport- en beweegactiviteiten aanbieden) dienen de kandidaten te voldoen

aan eigen vaardigheidseisen (volgens CIOS-normering).

Aangepaste aanpak van de proeve van bekwaamheid eigen vaardigheid: - Leo heeft zich, samen met een in ’aangepast sporten’ gespecialiseerde CIOS- docent,

ingezet voor het ontwikkelen en aanpassen van de vaardigheidstesten voor de sportspelen,

TKF en Presteren. Deze aangepaste testen zijn uitgevoerd en beoordeeld.

- Leo heeft aangegeven zijn proeve les- en leiding te willen uitvoeren binnen de setting van

het aangepast sporten, waar mogelijk het zitvolleybal.

Concrete aanpassingen: 1e: Vaardigheidstesten Sportspelen

In overleg met de sportdocent wordt bekeken welke testonderdelen uitgevoerd kunnen worden

zonder deze te hoeven aanpassen. Voor de testonderdelen die niet kunnen worden uitgevoerd wordt

verwezen naar de proeve van bekwaamheid training geven (onderdeel eigen vaardigheid) van de

door Leo gevolgde bondsopleiding trainer Zitvolleybal. (zie 4e)

2e Vaardigheidstesten TKF en Presteren

De vaardigheidstesten TKF en Presteren worden vervangen door de nieuw ontwikkelde test

Rolstoelvaardigheid en de shuttle run test voor rolstoelgebruikers (rolstoel -runtest). De binnen het

vaardigheidsexamen gevraagde KCLUS- testcomponenten zijn in deze test vertaald naar de

rolstoelgebruiker.

3e Deelname keuzevak Sportleider Aangepast Sporten

Leo heeft het keuzevak Sportleider Aangepast Sporten gevolgd. Op deze wijze heeft hij geleerd hij

hoe valide sporten aan te passen aan de diverse groepen mensen met een beperking.

Ook heeft hij, daar waar dat niet mogelijk was binnen de valide vaardigheidstesten, zijn

vaardigheden(KCLUS-thema’s) kunnen demonstreren binnen dit keuzevak (o.a rolstoelbasketbal,

rolstoel- en zitbadminton).

4e Deelname aan de NeVoBo bondsopleiding Trainer Zitvolleyba”

Om de proeve van bekwaamheid lesen leidinggeven (kerntaak 1, SB activiteiten aanbieden,

Page 13: 2.5 Casussen aangepaste examinering

13

werkproces 1 t/m 5) bestaande uit het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van sport- en

bewegingsactiviteiten en het begeleiden en beoordelen van deelnemers, succesvol uit te kunnen

voeren, is besloten om deze proeve te laten plaatsvinden tijdens de PvB-examens Training Geven en

Coaching van de door Leo gevolgde NeVoBo sportopleiding Trainer Zitvolleybal. De pvb’s zijn

afgenomen door een NeVoBo-gekwalificeerde pvb–beoordelaar. De betrokken CIOS-SAS-docent was

tijdens deze pvb aanwezig. De pvb’s kennen, in vergelijking met de pvb binnen de MBO- kwalificatie

Sport- en Bewegen, geheel overeenkomstige werkprocessen en kerncompetenties.

Bijgevoegd: bijlage PvB coachen van wedstrijden door Leo.

Toelichting: De vaardigheidstesten van de opleiding kennen vijf overeenkomstige testcomponenten: –kracht,

coördinatie, lenigheid, uithoudingsvermogen en snelheid (KCLUS). Doel is om de genoemde

testcomponenten terug te laten komen bij de aangepaste vaardigheidstesten, zonder daarbij

afbreuk te doen aan het niveau van de pvb eigen vaardigheid.

Voor het CIOS heeft de samenwerking tussen het nationaal zitvolleybalteam en de Nevobo geleid tot

samenwerking op het gebied van het ontwikkelen en uitvoeren van pvb’s (training geven, coachen

van wedstrijden), het verzorgen van gastlessen binnen de stream bewegingsagogiek en het

aanpassen van de sporthal aan de eisen van het zitvolleybal.

Reflectie toetsexpert (inspectie): De aangepaste vaardigheidstesten zijn een prima aanpassing/alternatief omdat het volledig recht

doet aan de gestelde toetscriteria van de vaardigheidsthema’s kracht, coördinatie, lenigheid,

uithoudingsvermogen en snelheid. Hierbij wordt geen afbreuk gedaan aan de gestelde

werkprocessen en de daarbij te ontwikkelen beroepscompetenties van de kerntaak. De aangepaste

uitvoering is door de specifieke vakdocenten en de externe deskundige vooraf gevalideerd en geeft

een vergelijkbaar vaardigheidsniveau ten opzichte van de valide CIOS-vaardigheidstesten.

Door deelname aan het keuzevak Sportleider Aangepast Sporten en de NeVoBo-opleiding

TrainerZitvolleybal, heeft Leo zijn proeve Training Geven geheel kunnen uitvoeren binnen de door

hem gewenste setting van het aangepast sporten.

Page 14: 2.5 Casussen aangepaste examinering

14

BIJLAGE bij casus 11: Leo: Protocol PVB 3.2 Coachen van wedstrijden – Praktijkbeoordeling

Datum PVB-afname 30 mei 2010 Naam

kandidaat Leo ******

Plaats PVB-afname Meerstad

PVB-beoordelaar ****** Deelnemer

aan VT 3

in

ZVT 3 2009 Duur van wedstrijd 40 minuten

Afnamecondities en voorbereiding kandidaat

V Het materiaal is in orde

(Kandidaat neemt zo nodig maatregelen)

V Wedstrijdstrategie is vooraf op papier

beschikbaar

V Sporters zijn op tijd aanwezig V Omstandigheden zijn veilig voor alle

betrokkenen

V Kandidaat is tijdig aanwezig V Scheidsrechters op tijd aanwezig

Toelichting

Het betreft de eerste wedstrijd ronde bij een niet officieel toernooi met teams van KNSP/Waalwijk, Werknet/Kaatsheuvel,

WIK/Oss en Dors-ZVV/Deventer.

Beoordelingscriteria

Vo

ldaa

n

Pra

ktijk

Ref

lect

ie Waargenomen gedrag en/of uitspraken

(of nalaten daarvan) waarop score is gebaseerd

Stimuleren sportieve ontwikkeling

1 Houdt rekening met persoonlijke

verwachtingen en motieven van de sporters

2 Motiveert, stimuleert en enthousiasmeert

sporters

3 Informeert en betrekt spelers bij de

wedstrijd

4 Bewaakt waarden en stelt normen

5 Past de omgangsvormen en taalgebruik aan

bij de belevingswereld van de sporters

6 Treedt op als een sporter zich onsportief

gedraagt

7 Besteedt aandacht aan het voorkomen van

blessures bij de sporters

8 Treedt op bij onveilige sportsituaties

9 Adviseert sporters over materiaal

(keuze en gebruik)

Coachen van wedstrijden

10 Ziet er op toe dat de sporters zich voorbereiden op

de wedstrijd

11 Houdt een bespreking voor de wedstrijd

Page 15: 2.5 Casussen aangepaste examinering

15

12 Maakt een wedstrijdplan

13 Analyseert tijdens de wedstrijd en neemt

op basis hiervan adequate maatregelen

14 Gaat flexibel om met organisatorische veranderingen

rond de wedstrijd

15 Handelt wedstrijdformaliteiten af

16 Houdt zich aan de regels die gelden

tijdens de wedstrijd

Coachen van wedstrijden

17 Zorgt dat sporters zich aan regels en reglementen

houden

18 Geeft aan de sporters na de wedstrijd

aan wat goed ging en wat beter kan

Burgerschapscompetentie

19 Gaat correct om met alle betrokkenen

20 Komt afspraken na

21 Houdt zich aan de gedragscode

22 Vertoont voorbeeld gedrag op en

rond de sportlocatie

23 Gaat vertrouwelijk om met persoonlijke

informatie

Leercompetentie

24 Reflecteert op het eigen handelen

25 Vraagt feedback

26 Verwoordt eigen leerbehoeften

Resultaat van de praktijkbeoordeling Toelichting

Geslaagd Handtekening PVB-beoordelaar

Akkoord Toetsingscommissie

Page 16: 2.5 Casussen aangepaste examinering

16

Casus 12: Maria

Opleiding: Helpende Zorg & Welzijn

Beperking: Doof

Omschrijving problematiek: Maria wil een diploma halen voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn niveau 2. Zij wil gaan

werken in een woonvoorziening voor dove en slechthorende mensen,

zoals de Gelderhorst in Ede, een landelijk centrum waar huisvesting, zorg en verpleging wordt

gegeven aan oudere doven of in Sint Michielsgestel (Het Spijt) met een woonvoorziening voor

oudere doven.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De student verzamelt bewijzen in zijn bewijsmap aan de hand van opdrachten met algemene en

beroepseisen. De opdrachten worden onder examencondities uitgevoerd. Over de bewijsmap

wordt een criteriumgericht interview gehouden

Aangepaste aanpak van het examen: Maria verzamelt dezelfde bewijsmap als de andere kandidaten. Zij verzamelt de bewijzen bij een

zorginstelling met dove en slechthorende personen. Het criteriumgericht interview vindt plaats

met een doventolk.

Toelichten / reflectie In het KD van de opleiding Helpende Zorg & Welzijn ligt veel nadruk op systematisch werken,

klantgerichtheid en communicatieve vaardigheden. Maria kan in een werkomgeving waar mensen

net als zij gebarentaal beheersen, laten zien dat zij deze elementen beheerst.

Aanpassing: - Examen in een specifieke setting (zorginstelling met dove- en slechthorende personen)

- Aanwezigheid van doventolk

Reflectie toetsexpert (inspectie): Hoewel het aanbod van geschikte landelijke centra gering is, zijn er nu en in de toekomst

mogelijkheden voor deze kandidaat en is het zaak om deze mogelijkheden in ieder geval te

bestuderen. Het feit dat er sprake is van non-verbale communicatie in plaats van verbale doet

niets af aan de eisen uit het kwalificatiedossier; de wijze van examineren biedt voldoende dekking

en is valide.

De aanwezigheid van een doventolk hoeft geen invloed te hebben op de betrouwbaarheid van de

beoordeling, zolang men bewaakt dat de vragen duidelijk overkomen bij de kandidaat, en de

antwoorden van de kandidaat duidelijk overkomen bij de beoordelaar.

Page 17: 2.5 Casussen aangepaste examinering

17

Casus 13: Gertine

Opleiding: Uiterlijke Verzorging (niv.4)

Beperking: Migraineaanvallen

Omschrijving problematiek: Gertine heeft zeer vaak migraineaanvallen en kan dan dagenlang niet functioneren. Medicatie

wordt niet goed verdragen. Gertine heeft ook leerproblemen en is snel onzeker en emotioneel

instabiel. Zij mist vaak lessen en toetsen; de spanningen en onzekerheid spelen hier ook een rol.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De theorie wordt schriftelijk, centraal getoetst

Aangepaste aanpak van het examen: Omdat ze toetsen door ziekte niet heeft kunnen maken, sommige tot twee keer toe, heeft ze de

examencommissie om toestemming gevraagd de toetsen op een ander moment te mogen maken

en mondeling. Dit is gehonoreerd.

Aanpassingen: - Extra toetsmoment

- Aanpassing toetsvorm: niet schriftelijk maar mondeling

Reflectie toetsexpert (inspectie): Doordat de examencommissie op de hoogte is van de problematiek kan zij een goede inschatting

maken of een extra toetsmoment gepast is. De reden waarom Gertine de toetsen heeft gemist zijn

duidelijk. Het maken van een uitzondering (extra toetsmoment) doet geen afbreuk aan de

betrouwbaarheid van de examinering.

Het aanpassen van de toetsvorm (niet schriftelijk maar mondeling) doet ook geen afbreuk aan de

validiteit, gelijkwaardigheid en betrouwbaarheid van de beoordeling zolang de beoordelaar

onafhankelijk is en de inhoud van de toets niet beïnvloedt tijdens het mondeling.

Page 18: 2.5 Casussen aangepaste examinering

18

Casus 14: Han

Opleiding: Autobranche en Mobiliteit, niveau 2

Beperking: Dyslexie en PDD-Nos

Omschrijving problematiek:

Han is dyslectisch en is gediagnosticeerd met PPD-nos. Hij heeft moeite met het lezen van de

toetsopgaven.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De theorie wordt schriftelijk getoetst.

Aangepaste aanpak van het examen: De theorie wordt mondeling getoetst door iemand zonder inhoudelijk kennis om te voorkomen dat

degene die het examen afneemt informatie prijsgeeft die het beantwoorden van de vragen

makkelijk maakt voor de student.

Eerder heeft men deze jongen de mogelijkheid geboden om het examen te doen via

geluidsopnamen: de vragen uit de schriftelijke toets waren ingesproken. Han kon hiermee moeilijk

overweg omdat het terugspoelen onpraktisch was.

Aanpassingen: - Aanpassing toetsvorm: niet schriftelijk maar mondeling

Reflectie toetsexpert (inspectie): Het aanpassen van de toetsvorm (niet schriftelijk maar mondeling) doet geen afbreuk aan de

validiteit, gelijkwaardigheid en betrouwbaarheid van de beoordeling, te meer omdat de

beoordelaar de inhoud van de toets niet kan beïnvloeden. Dat geldt ook voor de toetsvorm waarin

de student geluidsopnamen krijgt van de vragen, zolang er op gelet wordt dat de student de vraag

op een makkelijke manier meerdere keren kan horen (zoals een andere student de vraag

meerdere keren kan lezen) en vragen kan stellen als er onduidelijkheden zijn (zoals andere

studenten vragen kunnen stellen aan de surveillant).

Page 19: 2.5 Casussen aangepaste examinering

19

Casus 15: Aysha

Opleiding: Juridisch medewerker sociale zekerheid

Beperking: Depressief

Omschrijving problematiek: Student is tijdens haar 3e leerjaar in een zware depressie geraakt. Hierdoor is zij tijdelijk gestopt

met haar opleiding en in juni 2010 op een gesloten psychiatrische afdeling opgenomen. Student

maakt nu gebruik van medicijnen en is nog onder behandeling. Zij neemt weer bijna volledig deel

aan de lessen maar heeft af en toe nog last van vermoeidheidsklachten, duizelingen / hoofdpijn en

moeite zich te concentreren. Haar depressieve klachten zijn verminderd door de medicijnen, maar

nog wel aanwezig. Van haar psychiater mag zij in dit stadium max. 24 uur per week stagelopen.

Aanpak van het reguliere examen (volgens het toetsplan): De proeve van bekwaamheid wordt in zijn geheel tijdens de BPV afgetoetst. Studenten stellen

tijdens de stageperiode van 5 maanden, 36 uur per week, 625 uur in totaal, een portfolio samen

en maken per werkproces examenopdrachten. Dit wordt afgesloten met een CGI.

Aangepaste aanpak van het examen: Student neemt deel aan de BPV maar loopt per week geen 36 uur maar 24 uur stage, 3 dagen van

8 uur. Om dit te compenseren loopt zij in plaats van 5 maanden, 6 maanden stage. In deze

periode gaan we uit van 21 werkweken van 24 uur, dat is 504 uur, ruim 80% van de reguliere

stage-uren. Tijdens deze stage-uren stelt zij haar portfolio samen en kan zo toch haar stage

afronden. De student wordt extra begeleid door de BPV-docent om te borgen dat de

examenopdrachten ook in de tijdsbestek kunnen worden afgerond. Op haar stagebedrijf zal zij net

zoveel tijd als reguliere studenten krijgen om aan haar portfolio te werken.

Toelichting Het aanpassen van het aantal stage-uren heeft geen consequenties voor de betrouwbaarheid of

inhoudelijke dekking van het examen. Mocht het de student niet lukken haar examenopdrachten

af te ronden in de aangepaste stageduur, kan dit betekenen dat de stageduur wordt verlengd

teneinde een volledig portfolio samen te stellen. Wat dan ook betekent dat de (nog) student

langer over zijn opleiding doet.

Aanpassing: Examinering in een minder intensieve en langere stageperiode, hierbij wordt 80% van het aantal

reguliere stage-uren aangehouden.

Reflectie toetsexpert Dit is een aanpassing die inderdaad geen consequenties heeft voor de betrouwbaarheid of

validiteit van het summatieve (kwalificerende) examen, ten opzichte van de reguliere aanpak. Het

gaat er om dat de student kan aantonen de werkprocessen te beheersen, niet om het moment

waarop dit wordt aangetoond.