20151021 greet bergmans 18de horta actiegroepen naar de raad van state

38
Actiegroepen naar de Raad van State 21/10/2015 – H ORTA - AVOND G REET B ERGMANS 1

Transcript of 20151021 greet bergmans 18de horta actiegroepen naar de raad van state

Actiegroepen naar de Raad van State 21/10/2015 – HORTA-AVOND GREET BERGMANS

1

Wat voorafging – een constructief traject ◦ 8/11/2011 - Inspraak op kennisgeving MER-onderzoek (Meccano, Musar, gezondheidsperimeters, …) ◦ 27/4/2012 - zinvolle richtlijnen voor opmaak MER-rapport ◦ 10/2/2014 – definitief MER-rapport ◦ 14/2/2014 – 4/4/2015 - Valentijnsbeslissing voor Oosterweel & ontwerp-GRUP ◦ 24/6/2014 - Actiegroepen stellen Vlaamse regering in gebreke - openbaar onderzoek MER-rapport? ◦ Bezwaarschriften mbt ontwerp-GRUP Oosterweelverbinding (en over plan-MER) ◦ 30/1/2015 - Ontwerpbeslissing Vlaamse regering ◦ Klacht bij Vlaamse ombudsman 10/3/2015

B.Vl.reg. 20 maart 2015 - definitieve vaststelling GRUP Oosterweelverbinding-wijziging

◦ 20/5/2015 - verslag Vl. Ombudsman - bevestigt onheuse behandeling actiegroepen ◦ 2/7/2015 - Spreekrecht in commissie Vlaams parlement

=> Verzoekschrift tot nietigverklaring bij de Raad van State 13 juli 2015

2

2 actiegroepen en 3 burgers 11 middelen 208 pagina’s

3

?????? Raad van State Nietigverklaring Middelen

4

11 middelen over het volledige traject Van start plan-MER-procedure tot definitieve vaststelling van het GRUP Oosterweelverbinding-wijziging:

◦ Plan-MER ◦ Richtlijnen ◦ Inhoud plan-MER

◦ Openbaar onderzoek ◦ GRUP Oosterweelverbinding-wijziging

5

1. Wijziging MER-richtlijnen - geen redelijke verantwoording / tijdige openbaarheid 2. Meccano niet gelijk onderzocht - exploitatievarianten (gedifferentieerde tol)

3. Onderzoek infrastructuur LO: fout en vertekend 4. Meccano niet gelijk en fout onderzocht - infrastructuur (insleuving en overkapping E17 thv Zwijndrecht)

5. Openbaar onderzoek over het plan-MER ontbreekt 6. Plan-MER niet conform MER-richtlijnen 7. Keuze voor het Oosterweelplan is niet draagkrachtig gemotiveerd 8. Geen onafhankelijk team van MER-deskundigen 9. Beoordeling van de bezwaarschriften: onzorgvuldig en discriminatoir 10.Rechtsonzekere voorschriften mbt bescherming woongebieden 11.Laattijdige vaststellingsbeslissing - GRUP was vervallen

6

Wijziging MER-richtlijnen gezondheidsperimeters

MER-richtlijnen - dé schakel tussen publieksinbreng en MER-onderzoek (art. 4.2.8 DABM)

Ingesproken door Ademloos: Gezondheidseffecten beoordelen aan de hand van aantal (kwetsbare) mensen in afstandszones

t.o.v. de wegrand

Opgenomen in de richtlijnen van 27 april 2012:

7

Richtlijn geschrapt en vervangen op 10 juni 2013 Pas bekendgemaakt in richtlijnen van 28 oktober 2013

8

Onwettigheden: - Niet “onverwijld” meegedeeld aan de adviesinstanties en publiek (via actieve

openbaarheid) (art. 4.1.4, §2, 3° en art, 4.2.8, §7 DABM)

- Schending van het vertrouwens- en zorgvuldigheidsbeginsel - Steunt niet op de huidige stand van de kennis en evaluatiemethoden (art. 4.2.8, §6 DABM)

9

Advies dienst Lucht (LNE) over ontwerprapport 8 november 2013:

10

Plan-MER - Deelrapport 13, syntheserapport, p. 86:

“Een belangrijke randbemerking hierbij is wel dat bij toepassing van deze beoordelingskaders de effecten uitgemiddeld worden over het volledige studiegebied, terwijl uit de analyse van de effecten blijkt dat de grootste wijzigingen in blootstelling zich voordoen in de nabijheid van de autowegen. […]

Op vlak van luchtverontreiniging doen de grootste concentratiedalingen en –stijgingen zich voor op korte afstand van de autowegen. Hier wonen relatief gezien meer jonge kinderen dan op grotere afstand van deze wegen en er zijn, vnl. in Antwerpen, ook een heel aantal kwetsbare locaties (o.a. scholen, kinderdagverblijven, speeltuinen, speelpleintjes, …) op korte afstand van autowegen gesitueerd.”

11

plan-MER niet conform MER-richtlijnen

Dienst MER mag geen plan-MER goedkeuren dat strijdt met de MER-richtlijnen (art. 4.2.10 DABM, RvS 230.151, 10 februari 2015)

◦ 10 deelgebieden specifiek in beeld brengen in een apart hoofdstuk ◦ E17 ter hoogte van Zwijndrecht onderzoeken in een verdiepte ligging ◦ Wegsegmenten die aanzienlijk uitbreiden of veranderen zijn in de discipline geluid te beschouwen als

‘nieuwe weg’ (andere referentiewaarden) ◦ Mobiliteitsonderzoek niet beperken tot spitsuren owv spitsverbreding – gebruik tijdens dag en nacht ◦ Aangeven of opvolgingsmaatregelen voor te stellen zijn ◦ De beschreven inhoud van het plan en de planalternatieven

Géén motivering voor afwijkingen in beslissing dienst MER

12

Niet gebeurd!

Kennelijk onzorgvuldige besluitvorming

Onvolledig nazicht op 2 werkdagen tijd

Ontwerprapport 8 november 2013 zéér onvolkomen (cf. adviezen adviesinstanties)

Eindrapport bevat volledige nieuwe passages en wezenlijk gewijzigde conclusies

Kennisgeving én richtlijnen voorzagen adviesronde over ontwerprapport

-> Adviesinstanties hebben zich slechts kunnen uitspreken over een onaf document

13

Illustratie - advies gemeente Zwijndrecht: “De voorliggende documenten kunnen daardoor niet worden beschouwd als een voldoende kwalitatief afgewerkt ontwerp-plan-MER waarover reeds een advies mogelijk is. […].

Dit zorgt dat het praktisch beschouwd niet mogelijk is om degelijk in te gaan op het eigenlijke voorwerp van het advies: toetsing aan de richtlijnen, aftoetsen van de milderende maatregelen, de leesbaarheid van de rapporten, ... .

De gemeente Zwijndrecht meent dat dit ontwerp eerst gecorrigeerd en herwerkt moet worden alvorens een daadwerkelijk advies mogelijk is, o.a. en niet in het minst wat betreft milderende maatregelen.”

14

Illustratie – advies Adviesraad voor Duurzame Ontwikkeling en Milieu Antwerpen (ADOMA):

Ongunstig advies: ◦ administratie wegen en verkeer – sectie geluid (owv non-conformiteit met RL) ◦ Dienst lokaal waterbeheer (“hiaten”) ◦ Agentschap Natuur en Bos (“onvoldoende naar vorm en inhoud”) ◦ …

15

Foutief en ongelijk onderzoek Meccano - infrastructuur

Richtlijnen 27 april 2012 én 28 oktober 2013 - beschrijving Meccanoalternatief:

“Ter hoogte van Zwijndrecht/Burcht is er een verdieping van de autoweg (geleidelijke overgang naar Kennedytunnel) voorzien”

16

Plan-MER onderzoekt dit NIET. Deelrapport 2:

“De insprekers van het Meccanotracé koppelen de herinrichting van knooppunt Antwerpen-West dus aan een insleuving en overkapping van de E17 t.h.v. Zwijndrecht. Maar omdat deze ingreep los staat van het eigenlijk Meccanotracé en geen verkeerskundige noodzaak/meerwaarde heeft t.o.v. het behoud van de E17 op haar huidig niveau, wordt bij de effectbeoordeling in het plan-MER geen rekening gehouden met deze insleuving en overkapping. Deze ingreep zal wel aan bod komen in de “epiloog” van deelrapport 13 m.b.t. mogelijke overkappingen in het studiegebied.” (p57)

en

“Het insleuven en overkappen van de E17, in combinatie met het afschaffen van het knooppunt Zwijndrecht, is ten andere ook toepasbaar bij de andere tracéalternatieven, mits het doortrekken van de parallelweg langs de E17 tot aan knooppunt Kruibeke, zoals bij de Meccano-variant.” (p 57, voetnoot 19)

17

-> foutief – essentieel onderdeel van het Meccano-concept schrappen knooppunt Zwijndrecht was ifv insleuving en overkapping aangepaste parallelwegen net ter ontsluiting van op- en afritten verkeerskundig onderzocht, dus ook meenemen voor lucht, geluid, ruimtelijk! -> MER-onderzoek = aan milieu en gezondheid een evenwaardige plaats geven -> inconsequent toegepast als criterium ‘bijkomende infrastructurele maatregelen’ – ‘uitvoeringsvarianten’ – ‘onderdeel van het

alternatief’ bv. Complex Schijnpoort, viaduct Merksem, R1 in tunnel onder Albertkanaal, extra capaciteit op R1 (deel oost tot noord)

18

19

Beiden onderzocht als ‘bijkomende infrastructurele maatregel’ voor de ‘Oosterweelverbinding’ (bv. deelrapport 11 ‘geluid’, p 288 of deelrapport 10 ‘lucht’, p 127).

=> Voordelen meegenomen in de beoordeling van de ‘Oosterweelverbinding’.

Insleuving van de R1 te Merksem (meerwaarde, doch niet noodzakelijk)

Voor Meccano niet beoordeeld, voor Oosterweel wel.

20

R1 in tunnel onder Albertkanaal : ◦ kan op alle alternatieven toegepast worden ◦ Voor geen enkel alternatief verkeerskundig noodzakelijk ◦ Staat los van de verschillende tracés

Vergelijkbare redeneringen voor Hollands complex en extra rijstroken op R1 (oost tot noord)

Beslissing voor Oosterweel steunt op R1 onder Albertkanaal, afbraak viaduct Merksem en in combinatie met het Hollands complex.

21

Meccano voorzag ook uitdrukkelijk de afbraak van het viaduct van Merksem:

=> geen consequente, gelijke beoordeling

-> afwijkingen steeds in het voordeel van Oosterweel

22

Ongelijke behandeling Meccano - gedifferentieerde tol

Alternatieven moeten volwaardig en op vergelijkbare wijze onderzocht worden (RvS nr. 225.449, 12 november 2013)

Richtlijnen eisen “heldere motivatie”: welke alternatieven met welke exploitatievarianten.

Tussentijds deelrapport fase 3: “Het is daarbij duidelijk dat de evaluatie van de Alternatieven zonder Exploitatievoorwaarden een aantal belangrijke tendensen weergeeft en karakteristieken van de voorgestelde Alternatieven maar dat anderzijds het toepassen van Exploitatievarianten toch een belangrijke impact zal hebben zowel op de verkeersstromen als het functioneren van de hoofdstructuur.”

Gedifferentieerde tol blijkt best functionerende exploitatievariant (richtlijnen 30/8/2014). Mobiliteitscijfers = basis voor onderzoek lucht, geluid, gezondheid

23

◦ OWV: kwantitatief onderzocht met gedifferentieerde tol ◦ Meccano: enkel kwalitatief Géén motivering

In de disciplines lucht, geluid en mens-gezondheid zelfs geen kwalitatief onderzoek naar Meccano met gedifferentieerde

Meest performante versie van Oosterweel is niet op vergelijkbare wijze onderzocht als meest performante versie Meccano.

24

Onderzoek infrastructuur LO: fout en vertekend

Kennisgeving en richtlijnen beschrijven het ‘voorgenomen plan’ en de ‘planalternatieven’

(art. 4.2.6, §1 en 4.2.8, §6 DABM)

25

26

Nieuwe/aangepaste knooppunten + parallelwegen op LO in de beschrijving Zijn noodzakelijk ifv Oosterweel Zien er anders uit bij Meccano

Wetgeving: De effecten moeten worden afgezet tegen de bestaande situatie en de mogelijke ontwikkeling ervan als het plan niet wordt uitgevoerd (4.2.8, §1, 5° DABM)

Plan-MER:

knooppunten en parallelwegen op LO in het referentiescenario als ‘beslist beleid’ Masterplan 2020

=> Niet meegenomen bij effectbeschrijving Oosterweel => Vertekening effectbeoordeling Meccano

+ Plan-MER geeft foute info over opbouw scenario’s

27

Openbaar onderzoek over plan-MER ontbreekt / is totaal gebrekkig

Wetgeving eist openbaar onderzoek over goedgekeurd plan-MER

1 Openbaar onderzoek GRUP kon niet doorgaan voor openbaar onderzoek plan-MER

Aankondiging stad Antwerpen:

“Hebt u suggesties over de gebieden die het GRUP beschrijft, of over de stedenbouwkundige voorschriften? Vindt u dat het plan ergens onvoldoende rekening mee houdt? Dan kan u een advies of een bezwaar formuleren. U moet daar wel goede argumenten voor hebben. Let wel, de beslissing om de Oosterweelverbinding aan te leggen is genomen, het tracé ligt vast. Daar kan u geen bezwaar meer over indienen.”

◦ Geen vermelding van plan-MER in aankondiging ◦ Aankondiging sloot opm. over volledige plan-MER uit (inperking tot gebieden van het GRUP)

28

Ingebrekestelling 14 juni 2014:

“Via huidig schrijven wensen wij u formeel te informeren over een ernstig te nemen fout die wordt gemaakt bij de aankondiging van het lopende openbaar onderzoek naar het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Oosterweelverbinding'-wijziging.

[…] Alleszins ontbreekt hierdoor de vereiste consultatie van het publiek over het planMER.

Als milieu- en burgerverenigingen die zich reeds jaren inzetten in dit dossier, zien wij ons door deze gang van zaken in onze belangen geschaad. Wij zullen dan ook niet aarzelen om, zo nodig, onze belangen via gerechtelijke weg te vrijwaren.

Via deze weg stellen wij de Vlaamse Regering formeel in gebreke om de nodige maatregelen te nemen om het publiek op actieve en expliciete wijze te informeren over deze fout in de aankondiging, de reële draagwijdte van het openbaar onderzoek (incl. MER en alternatievenkeuze) en toe te lichten dat het publiek alle opmerkingen kan indienen die het relevant acht. Het spreekt voor zich dat hiertoe minstens dezelfde kanalen moeten worden gebruikt als de aanvankelijk gebruikte kanalen en op dezelfde schaal, alsook dat het publiek terug moet beschikken over een volledige termijn van openbaar onderzoek.”

29

Bijkomend: ◦ Vereiste informatie ontbrak (richtlijnen / goedkeuringsbeslissing dienst MER) ◦ Geen aankondiging op website LNE (art. 10 B.Vl.reg. 12/10/2007)

◦ Geen aankondiging in alle gemeenten waarvoor het ontwerp van plan aanzienlijke milieueffecten kan hebben (gemeenten primair studiegebied) (art. 4.2.11, §1 DABM – art. 9 B.Vl.reg. 12/10/2007)

◦ Werden alle adviesinstanties in kennis gesteld van het ontwerp van plan samen met het plan-MER? (art. 4.2.11 DABM)

30

2 Beslissing vóór de organisatie van het openbaar onderzoek,

= géén rekening gehouden met de opmerkingen uitgebracht over het plan-MER (art. 4.1.7 DABM, art. 4.2.11, §3 DABM).

B.Vl.reg. 20 maart 2015 over de beslissing van 14 februari 2014:

“een tussenbesluit, waarin op afdoende gemotiveerde wijze een alternatief wordt gekozen”

“Ook bevestigde de beslissing de dato 14 februari 2014 dat de tracékeuze daadwerkelijk gedragen werd door de voltallige Vlaamse regering”.

Openbaar onderzoek: 16 juni 2014 - 14 augustus 2014

31

Overige middelen … ter info… Wat nu? De gevolgen bij vernietiging hangen af van het gegrond bevonden middel / de gegrond bevonden middelen.

Tal van fouten in het plan-MER die betrekking hebben op het onderzoeksopzet zelf.

Project-MER lijkt het nodige herstel niet te kunnen bieden.

Uitspraak te verwachten eind 2016

… tenzij eerder schorsingsprocedure vereist is.

32

*Beoordeling van de bezwaarschriften onzorgvuldig en discriminatoir

De initiatiefnemer (BAM) en dienst MER hebben mee beraadslaagd over beantwoording bezwaren over het plan en het goedgekeurde plan-MER

(openbaarheid van adviesvraag aan BAM en dienst MER werd afgewezen op basis van het geheim

van de beraadslaging en te omvangrijke communicatie)

Afschaffing Vlacoro, zonder vergelijkbaar alternatief => ongelijke behandeling mbt gewestelijke RUP’s vs. Provinciale en gemeentelijke RUP’s

33

*Laattijdige vaststellingsbeslissing met verval van het GRUP tot gevolg

(Art. 2.2.7 VCRO)

GRUP moet op straffe van verval worden vastgesteld binnen 180 d na einde openbaar onderzoek (14/8/2014 + 180 d = 10/2/2015)

Termijn wordt max. 30 d geschorst indien advies van RvS, afd. wetgeving vereist is.

(advies gevraagd 30/1/2015, ontvangen 9/3/2015 => termijn met 30d verlengd tot 12/3/2015)

Art. 2.2.7, § 7, 4de lid VCRO maakt daarnaast een termijnverlenging met max. 60 d mogelijk op “gemotiveerd verzoek van het departement”

Op 27/2/2015 werd tot een termijnverlenging beslist op voorstel van de minister bevoegd voor ruimtelijke ordening

◦ Na adviesvraag aan RvS niet meer mogelijk ◦ Enkel mogelijk om gemotiveerd advies van het departement

Op 12/3/2015 is het ontwerp-GRUP komen te vervallen.

34

*Rechtsonzekere voorschriften ter bescherming van woongebieden

Al te vaag toetsingskader voor het afleveren van vergunningen:

art. 0.3: Er moeten bij de realisatie van de Oosterweelverbinding afdoende maatregelen genomen worden om significante uitstoot aan de Scheldetunnelmonden en kanaaltunnelmonden te vermijden

Art. 0.3.2:"De realisatie van de grondbestemming dient ten aanzien van het omliggend woongebied afdoende afscherming van de wegeninfrastructuur te realiseren. Significante negatieve effecten met betrekking tot de luchtkwaliteit en geluid moeten daarbij vermeden worden.

Ten opzichte van volgende gebieden moet geluids- en visuele buffering worden gerealiseerd bij de aanleg van de Oosterweelverbinding:

- Blokkersdijk, Middenvijver, Sint-Annabos en Vliet; - de site Noordkasteel - Rivierenhof en Groot Schijn. Ter hoogte van Blokkersdijk, Middenvijver en Vliet moet de ontworpen geluidsbuffering voorzien in een reductie van de bijkomende verstoring. De verhoging mag niet meer dan 3 dB(A) bedragen."

35

*Geen onafhankelijk team van MER-deskundigen

Alternatievenonderzoek vereist onpartijdige en bij voorkeur onafhankelijke deskundigen (zorgvuldigheidsbeginsel en onpartijdigheidsbeginsel)

◦ Art. 4,2,9, §2 DABM:

◦ Onafhankelijkheid MER-coördinator vereist ◦ MER-coördinator waakt over de samenstelling van een team dat het mogelijk maakt om het plan-MER correct op te stellen

◦ Art. 4.2.8 DABM: dienst MER keurt samenstelling team goed Uiteindelijke team volledig samengesteld uit Technum, Grontmij of Arcadis (=tv SAM) ◦ Eigen plan- en studiewerk beoordelen en vergelijken met alternatieven (persoonlijk moreel belang) ◦ In nagenoeg elke MER-discipline 20-40 erkende deskundigen verbonden aan allerhande studiebureaus die

NIET hebben meegewerkt aan het Oosterweelplan Ontbreken van erkenningsregeling / taakinvulling MER-coördinator –> geen garantie voor onafhankelijkheid

36

*Onvoldoende motivering van de beslissing voor het Oosterweelplan

Art. 4.1.7 DABM vereist een motivering voor de keuze voor de voorgenomen actie, met inbegrip van de aanvaardbaarheid van de te verwachten of mogelijke gevolgen voor mens of milieu.

Geen motieven waarin wordt ingegaan op betere beoordeling van het Meccanoalternatief voor de leefbaarheidsdisciplines.

De mobiliteitsoverwegingen wegen onevenredig zwaar door in de gemaakte afweging.

37

38

Dank voor uw aandacht.