184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het...

103
DENTERGEM Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Ontwerp Deel 1 : informatief gedeelte F:\2001\042\Inh\GRS\VO_OW\ 184524_OW_INF1_LCR.doc Gemeentebestuur Dentergem Kerkstraat 1 8720 Dentergem Grontmij afdeling Verkeer en Ruimte Brugge, maart 2008

Transcript of 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het...

Page 1: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

DENTERGEM

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan

Ontwerp

Deel 1 : informatief gedeelte

F:\2001\042\Inh\GRS\VO_OW\ 184524_OW_INF1_LCR.doc

Gemeentebestuur Dentergem

Kerkstraat 1 8720 Dentergem

Grontmij afdeling Verkeer en Ruimte Brugge, maart 2008

Page 2: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 3: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

@ Grontmij 2

Gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van 17 april 2008.

Op bevel, De Secretaris, De Burgemeester,

K. Naessens K. Degroote

Zegel van de gemeente

Het College van Burgemeester en Schepenen verklaart dat onderhavig gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voor ieder-een ter inzage heeft gelegen van ………………… tot ………………………………

Namens het College

Op bevel, De Secretaris, De Burgemeester,

K. Naessens K. Degroote

Zegel van de gemeente

Gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van ………………………….

Op bevel, De Secretaris, De Burgemeester,

K. Naessens K. Degroote

Zegel van de gemeente

Verantwoordelijk ruimtelijk planners,

K. Vanackere R. Houthaeve

Page 4: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 5: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

Inhoudsopgave

1 INLEIDING .................................................................................................6 1.1 Structuurplanning als proces ................................................................6 1.2 Structuurplanning op drie niveaus.......................................................7 1.3 Een structuurplan is opgebouwd uit drie delen ................................7 1.4 Organisatie van het planningsproces.................................................8 1.4.1 Overlegorganen.....................................................................................8 1.4.2 Verloop van het planningsproces tot op heden ..............................8

2 LIGGING EN ENKELE KENCIJFERS .......................................................10 2.1 Begrenzing en ligging ..........................................................................10 2.2 Enkele kencijfers....................................................................................11

3 RUIMTELIJKE CONTEXT ..........................................................................12 3.1 De gemeente binnen haar ruimere omgeving...............................12 3.1.1 Dentergem binnen de regionale open ruimte structuur ...............12 3.1.2 Dentergem binnen de regionale nederzettings- en

tewerkstellingsstructuur........................................................................14 3.1.3 Dentergem binnen de regionale verkeersstructuur .......................16 3.2 Bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente ........................17 3.2.1 Basisstructuur van de gemeente .......................................................17 3.2.2 Bestaande natuurlijke structuur..........................................................19 3.2.3 Bestaande agrarische structuur.........................................................21 3.2.4 Bestaande landschappelijke structuur .............................................23 3.2.5 Bestaande nederzettingsstructuur.....................................................26 3.2.6 Bestaande structuur bedrijvigheid.....................................................29 3.2.7 Bestaande structuur sport en recreatie ............................................32 3.2.8 Bestaande structuur verkeer en vervoer ..........................................33 3.2.9 Overzicht bestaande ruimtelijke structuur........................................35 3.3 Uitwerking van de bestaande ruimtelijke structuur per deelruimte36 3.3.1 Dentergem-kern ...................................................................................36 3.3.2 Driepolengebied ..................................................................................38 3.3.3 Versnipperd middengebied ...............................................................41 3.3.4 Plateau van Tielt ...................................................................................42 3.3.5 De valleigebieden van Leie, Mandel en Oude Mandelbeek ......45

4 MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT............................................................47 4.1 Wonen....................................................................................................47 4.1.1 Bevolkings- en gezinsprognose ..........................................................47 4.1.2 Behoeften inzake wonen ....................................................................51 4.1.3 Analyse van het woningaanbod.......................................................53 4.2 Bedrijvigheid..........................................................................................59 4.2.1 Kenmerkende elementen en trends inzake bedrijvigheid ............59 4.2.2 Ruimte voor ambachtelijke bedrijven...............................................60 4.3 Land- en tuinbouw...............................................................................67 4.4 Sport en ontspanning ..........................................................................69

5 PLANNINGSCONTEXT............................................................................70 5.1 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven op Vlaams niveau ......70 5.1.1 Dentergem in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (1997).....70 5.1.2 Dentergem in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen ...........72 5.1.3 Gewestplan...........................................................................................72 5.1.4 Beschermde monumenten, dorpsgezichten en landschappen..73

Page 6: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

Inhoudsopgave

@ Grontmij 4

5.1.5 Afbakening van de landbouw-, natuur- en bosgebieden............73 5.1.6 … inzake open ruimte..........................................................................74 5.2 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven op provinciaal niveau77 5.2.1 Dentergem in het provinciaal ruimtelijk structuurplan West-

Vlaanderen ...........................................................................................77 5.2.2 Relevante elementen uit het provinciaal ruimtelijk structuurplan

Oost-Vlaanderen..................................................................................81 5.2.3 … inzake verkeer ..................................................................................82 5.3 Structuurplannen van aangrenzende gemeenten ........................83 5.3.1 GRS Wielsbeke ......................................................................................83 5.3.2 GRS Oostrozebeke ...............................................................................83 5.3.3 GRS Tielt..................................................................................................84 5.3.4 GRS Deinze ............................................................................................84 5.3.5 GRS Zulte ................................................................................................84 5.4 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven in de gemeente..........85 5.4.1 Plannen van aanleg – BPA’s...............................................................85 5.4.2 Verkavelingen.......................................................................................87 5.4.3 Mobiliteitsplan .......................................................................................88

6 EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR...............89 6.1 Kwaliteiten, knelpunten en kansen op niveau van de

deelstructuren.......................................................................................89 6.1.1 Natuur.....................................................................................................89 6.1.2 Landbouw .............................................................................................91 6.1.3 Wonen....................................................................................................92 6.1.4 Bedrijvigheid..........................................................................................93 6.1.5 Verkeer en vervoer...............................................................................94 6.2 Kwaliteiten, knelpunten en kansen op niveau deelruimten..........95

Page 7: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

Inhoudsopgave

@ Grontmij 5

Kaarten

Kaart 1 : Bodemkaart Dentergem (OC Gis-Vl 2001) ...................................... 18 Kaart 2 : Waterlopen in Dentergem (OC GIS-Vl, 2001).................................. 18 Kaart 3 : Kwetsbaarheid van het grondwater (AMINAL, afdeling Water,

2000) .............................................................................................................. 18 Kaart 4 : Bestaande natuurlijke structuur ......................................................... 19 Kaart 5 : Bestaande agrarische structuur ........................................................ 21 Kaart 6 : Bestaande landschappelijke structuur............................................. 23 Kaart 7 : Bestaande nederzettingsstructuur .................................................... 26 Kaart 8 : Bestaande structuur bedrijvigheid .................................................... 29 Kaart 9 : Confrontatie bestaande structuur bedrijvigheid met het

gewestplan................................................................................................... 30 Kaart 10 : Bestaande structuur sport en recreatie.......................................... 32 Kaart 11 : Bestaande structuur verkeer en vervoer........................................ 33 Kaart 12 : Synthese bestaande ruimtelijke structuur ...................................... 35 Kaart 13 : Aanduiding deelruimten................................................................... 36 Kaart 14 : Bestaande ruimtelijke structuur Dentergem-kern ......................... 36 Kaart 15 : Entiteiten van de deelruimte driepolengebied ............................ 38 Kaart 16 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebiedl - focus

Markegem .................................................................................................... 40 Kaart 17 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebied - focus Wakken

........................................................................................................................ 40 Kaart 18 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebied - focus

Oeselgem ..................................................................................................... 40 Kaart 19 : Bestaande structuur zuidelijk open ruimtegebied........................ 41 Kaart 20 : Bestaande ruimtelijke structuur Plateau van Tielt – ten westen

van de Statiestraat...................................................................................... 42 Kaart 21 : Bestaande ruimtelijke structuur Plateau van Tielt- ten oosten van

de Statiestraat.............................................................................................. 43 Kaart 22 : Bestaande ruimtelijke structuur deelruimte drie valleien............. 45 Kaart 23: Woningdichtheid van de dorpen .................................................... 53 Kaart 24: Inventaris onbebouwde percelen ................................................... 55 Kaart 25: Dentergem in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ............... 70 Kaart 26: Afbakening van het Vlaams Ecologisch Netwerk......................... 72 Kaart 27 : Uittreksel uit het gewestplan Roeselare – Tielt, goedgekeurd bij

KB van 17.12.1979 en gewijzigd bij MB 15.12.1998) ................................ 72 Kaart 28: Landschapsatlas (2001) ..................................................................... 74 Kaart 29: Afbakening ruilverkaveling Wontergem (1997) ............................. 75 Kaart 30 : Risicozones overstromingen 2003 .................................................... 76 Kaart 31 : Dentergem in provinciaal ruimtelijke structuurplannen West- en

Oost-Vlaanderen......................................................................................... 77 Kaart 32 : Provinciaal fietsroutenetwerk........................................................... 82 Kaart 33 : Situering goedgekeurde BPA's ........................................................ 85

Page 8: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 9: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc

@ Grontmij 6

1 INLEIDING

Het studiebureau Grontmij werd door het gemeentebestuur van Denter-gem aangesteld als ontwerper van het gemeentelijk ruimtelijk structuur-plan. De opmaak van dit plan kadert in het decreet houdende de organi-satie van de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999.

1.1 Structuurplanning als proces

Vlaanderen vormt een zeer dens bebouwd gebied. De ruimte draagt duidelijk de sporen van het menselijk ingrijpen vanuit de verschillende maatschappelijke activiteiten. Tijdens de laatste decennia is de schaal van het menselijk ingrijpen danig vergroot. Het veranderingsproces van de ruimte is in een stroomversnelling terechtgekomen. Om dit proces con-troleerbaar en beheersbaar te houden en er op die manier voor te zorgen dat de behoeften van de toekomstige generaties niet in het gedrang komen, is het noodzakelijk een goed gestructureerd ruimtelijk beleid te voeren. Dit veronderstelt een planmatige en rationele aanpak.

Structuurplanning kan als instrument gehanteerd worden om tot een effi-ciënte planning te komen. Deze methodiek kan beschreven worden aan de hand van volgende slagzinnen:

→ Structuurplanning is kijken naar het geheel : het louter analytisch en pragmatisch niveau (fragmenten) overstijgen om te zoeken naar de samenhang (structuren) tussen de verschillende elementen. Dit betekent het voeren van een geïntegreerd in plaats van een ge-fragmenteerd beleid.

→ Structuurplanning moet groeien: een structuurplan komt stap voor stap tot stand

→ Structuurplanning is nooit af: het is niet de intentie van een struc-tuurplan de toekomstige ruimtelijke structuur definitief vast te leg-gen. Structuurplanning is dan ook nooit af, in tegenstelling tot de klassieke eindtoestandsplannen (gewestplan, BPA’s)

→ Structuurplanning is gericht op actie: structuurplanning is géén lucht-ledig begrip, het moet realiseerbaar kunnen zijn.

→ Structuurplanning is een vorm van planning op lange termijn

→ Structuurplanning is een flexibele vorm van planning: het dient in zich het vermogen te dragen om verschillende interpretaties op te nemen zonder dat daardoor het proces dreigt te ontsporen. Dankzij deze flexibiliteit kan een structuurplan beter inspelen op de snel wijzigende maatschappelijke dynamiek.

Page 10: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING

@ Grontmij 7

Hoe verhoudt een ruimtelijk structuurplan zich nu ten aanzien van dit proces?

Het tot stand komen van een ruimtelijk structuurplan vormt een moment in dit proces waarop belangrijke uitspraken worden gedaan. Een structuur-plan is immers tijd- en plaatsgebonden. Het geeft namelijk voor een be-paalde periode en een bepaald gebied (in dit geval de gemeente) de ruimtelijke visie weer, een concept over de gewenste structuur en maat-regelen om deze te realiseren. Daarmee waarborgt dit plan de inhoud, doelgerichtheid, doorzichtigheid en controleerbaarheid van het ruimtelij-ke beleid.

1.2 Structuurplanning op drie niveaus

Om het centralistische karakter van het ruimtelijke beleid uit het verleden tegen te gaan, moet er volgens artikel 18 van het decreet van 18 mei 1999 zowel op gewestelijk, provinciaal als gemeentelijk niveau structuur-plannen worden opgemaakt.

De relatie tussen de drie beleidsniveaus is decretaal vastgelegd en dit volgens het subsidiariteitsbeginsel. Het decreet legt een coördinatie tus-sen de verschillende niveaus over het eindresultaat op. Zo mogen de bin-dende bepalingen van het provinciaal ruimtelijk structuurplan niet afwij-ken van die van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen. Het richtingge-vend gedeelte ervan mag enkel na uitvoerige motivering afwijken van dat van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen. Op dezelfde manier moet een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan zich richten naar het provinciaal ruimtelijk structuurplan1.

Om mogelijke tegenstrijdigheden te vermijden, worden in het structuur-planningsproces op geregelde tijdstippen terugkoppelingsmomenten georganiseerd tussen de verschillende beleidsniveaus.

1.3 Een structuurplan is opgebouwd uit drie delen

Conform artikel 19 van het decreet bestaat elk structuurpan uit een infor-matief, een richtinggevend en een bindend gedeelte.

Het informatief gedeelte brengt de bestaande toestand van de gemeen-te in kaart, geeft inzicht in de ruimtelijke ontwikkeling van de verschillende sectoren en geeft de relaties aan met bestaande plannen en projecten (planningscontext)

1 BRON : Dierickx, C., Jacobson C., Maes J. en Van Hecke E. Omgaan met ruimte. Een vormingspakket over ruimtelijke ordening in opdracht van AROHM (1999)

Page 11: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING

@ Grontmij 8

Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan. Het geeft aan waar de gemeentelijke overheid naar toe wil en welke (ruimtelijke) beleidskeuzes ze maakt. Het geeft bijvoorbeeld aan waar de gemeente een nieuw lokaal bedrijventerrein plant, hoe men de uitbreiding van een kern voorziet of men een valleigebied wenst te vrijwa-ren. Concrete overheidsbeslissingen mogen niet tegen dit richtinggevend gedeelte ingaan, tenzij daar een grondige motivering voor wordt gege-ven (cfr. artikel 19 van het decreet)2.

Het bindend gedeelte van het gemeentelijk structuurplan geeft de taak-verdelingen en concrete engagementen aan waarvan de desbetreffen-de overheid niet mag afwijken. Hier geeft de gemeente bijvoorbeeld aan voor welke gebieden of knelpunten ze in de eerste plaats een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) zal opmaken.

1.4 Organisatie van het planningsproces

1.4.1 Overlegorganen

Om het communicatieproces tussen ontwerper, bevolking en gemeente-bestuur in praktijk te brengen worden volgende overlegorganen geraad-pleegd:

• een ambtelijke werkgroep, bestaande uit ambtenaren van de be-trokken diensten, de ontwerper en de verantwoordelijke beleids-mensen.

• een stuurgroep, bestaande uit de leden van de gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening

1.4.2 Verloop van het planningsproces tot op heden

1.4.2.1 Startfase (2001 – juli 2003)

Deze fase betekent letterlijk de start van het structuurplanningsproces. Dit is in eerste instantie een fase van analyse. Zo wordt onderzocht hoe de gemeente ruimtelijk in elkaar zit, meer bepaald welke de elementen zijn die de gemeente ruimtelijk vorm geven. Daarnaast bevat de startfase ook een belangrijk beleidsmatig luik. De startfase beperkt zich echter niet tot het louter analytische. Er wordt ook inzicht geboden op de trends die hun invloed kunnen hebben op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente. Zaak is deze trends te kunnen detecteren en op gepaste wijze te begeleiden, teneinde tot een duurzame ruimtelijke invulling van de gemeente te komen. Op basis van een analyse van de bestaande ruimtelijke structuur, van de bestaande beleidskaders en van de trends die de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente sturen werden knelpun-ten en potenties gedetecteerd.

2 BRON : Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Visie en praktijk, de krachtlij-nen van de ruimtelijke ordening in Vlaanderen.

Page 12: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING

@ Grontmij 9

Op basis van deze knelpunten en potenties werd een eerste aanzet tot visievorming geformuleerd. Hiervoor worden al een aantal oplossingsrich-tingen naar voren geschoven, teneinde vroegtijdig in het proces een aantal fundamentele discussies over concrete opties te voeren. Op die manier wordt beoogd het planningsproces concreet en actiegericht te ontwikkelen.

De startfase resulteerde in de opmaak van de startnota. Deze startnota werd besproken op vergaderingen met de ambtelijke werkgroep en GE-CORO. Structureel overleg met de bevoegde administraties op Vlaams en provinciaal niveau vond plaats op 9 juli 2003.

1.4.2.2 Voorontwerpfase (juli 2003 – maart 2005)

In de voorontwerpfase wordt verder gewerkt op de resultaten en het overleg van de startfase. Visie en ruimtelijke concepten worden na over-leg verder bijgestuurd en uitgewerkt. Deze uitwerking gebeurt aan de hand van deelstructuren en – ruimten. Hierbij worden de nodige instru-menten aangereikt om de gewenste structuur in praktijk om te zetten. Een selectie uit deze instrumenten maakt de beleidsprioriteiten van de ge-meentelijke overheid tijdens de planperiode duidelijk. Het herwerken van de startnota op basis van de in de startfase geformuleerde opmerkingen zorgt uiteindelijk voor het totstandkomen van een structuurplan in drie delen: informatief, richtinggevend en bindend gedeelte. Dit vormt het voorontwerp.

Dit voorontwerp wordt opnieuw besproken met ambtelijke werkgroep, GECORO en hogere overheid.

1.4.2.3 Officiële fase (maart 2005 – goedkeuring)

Op basis van voorgaande besprekingen en adviezen wordt het vooront-werp aangepast tot een definitief voorontwerp. In eerste instantie maakt dit definitieve voorontwerp onderwerp uit van een plenaire vergadering met de verschillende adviesverlenende instanties en overheden.

Het definitieve voorontwerp leidt uiteindelijk tot een ontwerp waarmee de officiële procedure kan ingezet worden. De officiële procedure volgt de stappen zoals voorzien in het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening:

− advies van de GECORO over het ontwerp − voorlopige vaststelling van het ontwerp in de gemeenteraad − openbaar onderzoek, te starten maximaal 30 dagen na voorlopige vaststelling

door gemeenteraad (90 dagen) − eindadvies van de GECORO (maximaal 60 dagen na afloop van het open-

baar onderzoek, eventueel verlengbaar tot 120 dagen) − definitieve vaststelling ontwerp in de gemeenteraad (maximaal 210, respectie-

velijk 270 dagen na voorlopige aanvaarding door de gemeenteraad) − goedkeuring door provinciebestuur − publicatie in het Belgisch Staatsblad, 14 dagen later is het gemeentelijk ruimte-

lijk structuurplan van kracht.

Page 13: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc

@ Grontmij 10

2 LIGGING EN ENKELE KENCIJFERS

2.1 Begrenzing en ligging

De gemeente Dentergem is gelegen op de grens van West-Vlaanderen met Oost-Vlaanderen, meer bepaald in het oosten van de provincie West-Vlaanderen en maakt deel uit van het arrondissement Tielt.

Tielt

Meulebeke

WielsbekeZulte

Deinze

Oostrozebeke

Gent

BruggeOostende

Kortrijk

Waregem

Roeselare

Eeklo

Tielt

0 5000 10000 Meters

GemeentegrenzenarrondissementProvinciegrensDentergem

Figuur 1: situering van Dentergem in de regio

De dichtbijgelegen regionale steden zijn Brugge, Roeselare en Kortrijk. Dentergem wordt omgeven door de kleinere steden Tielt, Waregem en Deinze.

De buurgemeenten zijn:

in het noorden Tielt in het oosten Deinze in het zuidoosten Zulte in het zuidwesten Wielsbeke in het westen Oostrozebeke

Dentergem bestaat uit de deelgemeenten Dentergem, Wakken, Marke-gem en Oeselgem.

OOST-VLAANDERENWEST-VLAANDEREN

0 4000 8000 12000 16000 20000 Meters

Page 14: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc LIGGING EN ENKELE KENCIJFERS

@ Grontmij 11

2.2 Enkele kencijfers

Dentergem heeft 8202 inwoners in 2005 op een oppervlakte van 2593 ha, dit geeft een woondichtheid van 316 inw/km².

2005 Aantal inwoners % Dentergem 2652 32,3% Markegem 757 9,2% Oeselgem 1949 23,8% Wakken 2834 34,6% Totaal 8202 100%

In 2003 waren er 2393 arbeidsplaatsen in Dentergem. Hiervan zijn er 747 op zelfstandige basis en 1646 in loondienst. 896 hiervan situeerden zich in de secundaire sector en 7224 in de tertiaire of quartaire sector. In de land-bouw zijn ongeveer 218 mensen tewerkgesteld, waarvan het grootste deel als zelfstandige en een klein deel in loondienst.

Page 15: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 12

3 RUIMTELIJKE CONTEXT

3.1 De gemeente binnen haar ruimere omgeving

In eerste instantie heeft het ruimtelijk structuurplan slechts betrekking op het grondgebied van de gemeente. De gemeente kan echter niet als een eiland beschouwd worden. Enerzijds zijn bepaalde ontwikkelingen (en voorstellen) binnen de gemeente van grensoverschrijdend belang, terwijl anderzijds een aantal bovengemeentelijke processen sturend op-treden in het lokaal ruimtelijk functioneren.

Het is dan ook van belang de gemeente eerst vanuit een ruimer perspec-tief te behandelen, vooraleer in een volgend deel dieper in te gaan op de gemeentelijke problematiek.

3.1.1 Dentergem binnen de regionale open ruimte structuur

Op het raakvlak van drie traditionele landschappen

Sinds de 18de eeuw is de ontwikkeling van het landschap in een stroom-versnelling gekomen. Moderne ontwikkelingen zorgden ervoor dat de eeuwenoude relatie tussen het fysisch draagvlak en de landontginning door de mensen sterk vervaagde.

Page 16: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 13

Zowel op basis van fysische en natuurlijke kenmerken zoals reliëf en bo-demgesteldheid als op cultuurlandschappelijke kenmerken zoals be-woningsvormen, landgebruik, percelering en landschapstype werd een overzicht gemaakt van de Vlaamse “traditionele” landschappen. Aan de hand van deze kenmerken werd inzicht verworven in het landschap zoals het er vóór de moderne ingrepen zou hebben uitgezien.

Dentergem bevindt zich hierbij op het raakvlak van drie traditionele land-schappen. Het gebied ten noorden van de Mandel sluit aan op het pla-teau van Tielt. Het centraal gedeelte van de gemeente behoort tot het land van Roeselare – Kortrijk. De zuidelijke flank van de gemeente maakt deel uit van de Leievallei. Alle drie behoren ze tot de zandleem en leem-streek van het Vlaamse Heuvelland.

→ Het plateau van Tielt vormt de noordelijke uitloper van het Leie – Schelde interfluvium. Het landschap kreeg er vooral vorm door de lokale verplaat-sing van dekzanden tijdens het pleistoceen. Het gebied kenmerkt zich dan ook door haar opeenvolging van hoger gelegen zandige ruggen en lager gelegen depressies. Bossen ontbreken vooral. De bewoning komt nogal verspreid voor met kerndorpen van diverse types en verspreide gro-te hoeves soms met omwalling. Het gebied bezit nog een uitgesproken landelijk karakter, maar staat onder sterke verstedelijkingsdruk.

→ Het land van Roeselare – Kortrijk is een sterk verstedelijkt gebied, met ster-ke versnijding door infrastructuren en een aan elkaar groeien van verste-delijkte gemeenten door lintbebouwing.

→ De Leie wordt tussen Deinze en Gent gekenmerkt door gave meanders, oeverwallen en meersen. Tussen Kortrijk en Deinze zijn er afgesneden me-anders met oeverwallen en een steile dalwand3.

Een hoogdynamische en gedifferentieerde landbouwgemeente

Dentergem wordt in het informatief gedeelte van het RSV getypeerd als ‘hoogdynamische landbouwgemeente’, omwille van het uitgestrekt land-bouwareaal, fysische karakeristieken (voorkomen van ruilverkavelingen, bodemgeschiktheid en drinkwaterwinningen) en socio – economische karakteristieken.

De landbouw van Dentergem kenmerkt zich door het naast elkaar voor-komen van grondloze en grondgebonden agrarische bedrijven. Ten noorden van de gemeente, meer bepaald tussen Tielt, Torhout, Diksmuide en Roe-selare bevindt zich een gebied met uitgesproken concentratie van inten-sieve varkenshouderijen.

In Dentergem bedraagt de oppervlakte cultuurgrond 77% van de totale oppervlakte. De open ruimte binnen de gemeente wordt dan ook voor een groot deel gedragen door de landbouw.

Drie structurerende valleien

Drie waterlopen hebben de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente in belangrijke mate gestuurd. Het zijn de Leie, de Oude Mandel en de Man-del.

3 Indeling en gebiedskenmerken gebaseerd op Antrop M., Het landschap meer-voudig bekeken (1989) 139 – 141.

Page 17: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 14

De Leie behoort tot het structurerend fysisch systeem op Vlaams niveau. De steden Kortrijk, Deinze en Gent danken voornamelijk hun ontwikkeling aan de ligging langs deze rivier.

De Mandel ontspringt in de streek van Passendale en verloopt via Roese-lare, Izegem, Ingelmunster en Oostrozebeke naar Dentergem. Aan de gemeentegrens met Dentergem buigt de Mandel af in zuidelijke richting om te Vijve uit te monden in de Leie. De Oude Mandel vormt een aftak-king van de Mandel en doorkruist de gemeente in oost – west richting.

Langs deze waterlopen bevindt zich een gordel van alluviale gronden, met hier en daar nog een aantal waardevolle graslandcomplexen. Hun onbebouwd karakter zorgt ervoor dat ze kunnen fungeren als brede open ruimte corridors in het druk bebouwd gebied tussen Tielt, Deinze en Ware-gem-Kortrijk.

3.1.2 Dentergem binnen de regionale nederzettings- en tewerkstel-lingsstructuur

Dentergem bevindt zich temidden de stedendriehoek Deinze – Tielt – Wa-regem. Vooral langs de zijde Waregem – Deinze heeft zich een sterke economische ontwikkeling voorgedaan. Deze ontwikkeling werd in eerste instantie gegangmaakt door de deels gekanaliseerde Leie in combinatie met de N43 als verbindingen tussen Gent en Kortrijk. Later werd deze ont-wikkeling nog verder versterkt door de aanleg van de E17 – autostrade. De economische dynamiek deed de ruimte tussen de drie structuurdra-gers dichtslibben. Kortrijk, Wielsbeke, Zulte, Machelen en Deinze raakten op die manier aan elkaar gesmeed tot één “Leieband”.

In het gebied rond Tielt gebeurde de economische ontwikkeling vooral vanuit de agrarische sector. Men vindt er tal van geïndustrialiseerde land-bouwbedrijven en een concentratie aan intensieve veehouderijen. Toe-nemende lint- en verspreide bebouwing heeft het landschap doen dicht-slibben, waardoor het oorspronkelijk verspreid kernenpatroon sterk ver-vaagt.

In deze stedendriehoek is Dentergem – centrum voornamelijk gericht op Tielt, terwijl de meer zuidelijk gelegen kern als Wakken, Markegem en Oe-selgem eerder afgestemd zijn op Waregem.

Aangewezen op omringende centra voor secundair onderwijs

Dentergem beschikt zelf over een aantal basisscholen. Voor secundair onderwijs is men aangewezen op de omringende centra. Uit een enquête in het kader van het mobiliteitsplan blijkt dat het grootste deel van de Dentergemse scholieren tussen 12 en 18 jaar school loopt in Tielt (39%) of Waregem (32%). Daarna komt Deinze met bijna 10% en Ruiselede en Kort-rijk met 4,6%4. De scholieren uit Dentergem – centrum zijn hierbij meer ge-richt op Tielt, terwijl de leerlingen uit Wakken, Markegem en Oesegem eerder school lopen in Waregem.

Aangewezen op omringende centra voor tewerkstelling

4 BRON : Belconsulting, Mobiliteitsplan Dentergem, Synthesenota (2002) 5 – 10.

Page 18: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 15

Het merendeel van de werkende beroepsbevolking te Dentergem is te-werkgesteld buiten de gemeente. De tewerkstelling in eigen gemeente ligt vrij laag, wat vrij logisch is gezien de aanwezigheid van sterke tewerk-stellingspolen als Tielt, Deinze, Waregem en Kortrijk in de onmiddellijke na-bijheid. Dentergem beschikt niet over een station, zodat de meeste woon – werkverplaatsingen met de wagen gebeuren5.

Handelsactiviteiten

Voor de aankoop van convenience6 – goederen (bvb. vlees, groenten, brood) kan men in Dentergem terecht. Voor de aankoop van shopping7- en speciality – goederen8 is men veeleer aangewezen op de omringende centra Tielt en Waregem. De noordelijk gelegen kern Dentergem vindt hierbij meer aansluiting op Tielt, terwijl Wakken, Markegem en Oeselgem eerder op Waregem zijn gericht.

Vrije tijdsverplaatsingen

Dentergem beschikt over een gemeentelijke sporthal en een aantal niet – overdekte sportterreinen. Deze voorzieningen bezitten een uitgesproken lokaal karakter. Voor culturele activiteiten (film, theater, kunstacademie, …-) en voor andere sportactiviteiten is men voornamelijk afgestemd op Waregem.

Medische voorzieningen

De gemeente telt twee rusthuizen die in totaal 220 personen kunnen huis-vesten. Inzake ziekenhuisverlening is Dentergem afgestemd op Tielt en Waregem. Voor een gespecialiseerde medische behandeling is men eer-der op Gent aangewezen.

5 BRON : NIS – gegevens 1991 6 Convenience – goederen zijn goederen met een hoge aankoopfunctie en staan ook bekend als dagdagelijkse goederen zoals vlees, brood, fruit en groenten, drank, enz. 7 Shopping – goederen zijn goederen die met grotere tussenpozen worden ge-kocht zoals kleding, boeken, geschenken, schoeisel, enz. 8 Speciality – goederen zijn goederen die slechts occasioneel worden aangekocht en dit omwille van hun luxe – karakter, hun grote zeldzaamheid en exclusiviteit of hoge duurzaamheid zoals meubelen, kunstvoorwerpen, verwarmingstoestel-len, enz.

Page 19: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 16

3.1.3 Dentergem binnen de regionale verkeersstructuur

Autowegen

De N43 Deinze – Waregem - Kortrijk en de N35 Deinze – Tielt bevinden zich net buiten het grondgebied van de gemeente. De N327, die de verbin-ding tussen Waregem en Tielt maakt, passeert door Dentergem aan de westkant. Ongeveer parallel in het oosten loopt de N459 van Kruishoutem door Dentergem naar Aarsele. De oost-west verbinding wordt gemaakt in het noorden door de N305 van Dentergem naar Meulebeke.

Er zijn aansluitingsmogelijkheden op de E17 ter hoogte van Waregem, Zulte en Deinze.

Openbaar vervoer

In Dentergem is er geen station aanwezig. Men is dus voor het treinverkeer aangewezen op de stations van Deinze, Tielt, Waregem of Kortrijk. Met de stations van Deinze, Tielt en Kortrijk bestaat een vlotte busverbinding.

Waterwegen

De Leie werd tussen Deinze en Kortrijk deels gekanaliseerd en bevaarbaar gemaakt voor schepen tot 1350 ton (klasse IV).

Nutsleidingen

Een hoogspanningsluchtlijn doorkruist het zuidelijk gedeelte van de ge-meente.

Page 20: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 17

3.2 Bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente

3.2.1 Basisstructuur van de gemeente

In dit hoofdstuk gaan we na welke fysisch – landschappelijke patronen aan de basis liggen van de ruimtelijke opbouw van de gemeente.

Lusvormig patroon in het zuiden van de gemeente

De Mandel, de oude Mandelbeek en de Leie schragen de fysisch – land-schappelijke structuur van de gemeente. Het alluvium van deze waterlo-pen bestaat uit een aaneenschakeling van (zeer) vochtige kleigronden. Deze valleigebieden omgorden een hoger gelegen plateau met zand-leemgronden. Op het plateau zelf zorgen Binnenbeek, Saaisenbeek, Scheldeputbeek, Vennebosbeek en Aalbeek voor kleine reliëf- en bo-demverschillen. Zo vinden we langs deze waterlopen een smalle strook van natte zandleemgronden terug. Deze kleine beken verlopen quasi parallel met de Leie.

De randen van het plateau bestaan uit een aaneenschakeling van opge-stoven zandgronden. Op de overgang van extensief gebruikte valleige-bieden (hooi- en graasweiden) en de zeer vruchtbare zandleemgronden van het plateau vormde deze zandgordel een ideale vestigingsplaats. Dit kan het huidige lusvormig nederzettingspatroon van de kernen Marke-gem, Wakken en Oeselgem verklaren.

Figuur 2 : Valleien zorgen voor een lusvormig patroon

Het grondwater in het ganse gebied ten zuiden van de Oude Mandel-beek wordt beschouwd als “matig tot zeer kwetsbaar”. De grondwaterta-fel bevindt er zich op minder dan 10 m en de deklaag is vrij dun (< 5m).

Page 21: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 18

Noord – zuid gericht patroon ten noorden van de Oude Mandelbeek

Ten noorden van de Oude Mandelbeek vinden we de eerste aanzet van het plateau van Tielt terug. De hoogte neemt er langzaam toe van min-der dan 10m in beekdal tot circa 27,5 m in de noordwestelijke hoek van de gemeente (ter hoogte van het toponiem ‘Veld’). Net als het plateau tussen Oude Mandelbeek en Leie wordt ook dit gebied gekenmerkt door het voorkomen van zeer vruchtbare zandleemgronden.

Ook hier situeert de bebouwing zich in het overgangsgebied tussen het zandleemcomplex en de beekvallei. De Krommendijkbeek en de Spei-beek geven het gebied een noord – zuid gerichtheid. Beide waterlopen monden uit in de Oude Mandelbeek. De Krommendijkbeek vormt een kleinschalig beekalluvium met natte klei- en zandleemgronden.

Figuur 3 : Noord-zuid gericht patroon ten noorden van de Oude Mandelbeek

Het grondwater in het gebied ten noorden van de Oude Mandelbeek is over het algemeen “matig tot zeer kwetsbaar”. Meer naar het noordwes-ten komen minder kwetsbare zones voor.

Kaart 1 : Bodemkaart Dentergem (OC Gis-Vl 2001)

Kaart 2 : Waterlopen in Dentergem (OC GIS-Vl, 2001)

Kaart 3 : Kwetsbaarheid van het grondwater (AMINAL, afdeling Water, 2000)

Page 22: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 19

3.2.2 Bestaande natuurlijke structuur

Kaart 4 : Bestaande natuurlijke structuur

De natuurwaarden van de gemeente zijn voor het grootste deel gebon-den aan de fysische hoofdstructuur, met name aan de valleien van Man-del, Oude Mandelbeek en Leie. Daarbuiten bevinden zich twee kleinere boskernen (Vijverbos en het recent aangeplante Baliekouterbos) en een kasteelpark.

Oude Leiemeanders en oevers van het Leiekanaal

De oude Leiemeanders vormen de zuidwestelijke grens van de gemeen-te. De structuur van het oorspronkelijke valleigebied van de Leie is door het kanaliseren van de waterloop in de perioden 1965 – 1982 ingrijpend veranderd. Het kanaal deelt het bochtige Leietracé op in een aantal ruimtelijk van elkaar gescheiden fragmenten. De Leie verliest hierdoor een belangrijk deel van zijn ecologisch verbindende waarde. Tussen Deinze en Gent heeft het deze oorspronkelijke rivierdynamiek wél weten te bewa-ren.

De natuurwaarde van deze waterloop werd grotendeels herleid tot de oevers van de oude Leiemeanders. Deze stilstaande waters leveren een ecologisch zeer interessante veenontwikkeling op.

De oevers van het nieuwe Leiekanaal werden met betonplaten verste-vigd. Door de toenemende en zwaardere scheepvaart en de sterk toe-nemende vloedperiodes zijn de oevers op diverse plaatsen verzwakt en vertonen ze grote inkalvingen. In het kader van de herstellingswerken werden in het begin van de jaren 1990 de eerste natuurvriendelijke oevers aangelegd, op de rechteroever van de Leie tussen Machelen- en Olse-nebrug. De betonplaten werden verwijderd en vóór de oever werd een plasberm geïnstalleerd. De oevers werden beplant met riet, grote lisdod-de, gele lis en mattenbies. De beheerder van de waterwegen, AWZ, wenst het natuurvriendelijk herinrichten van de Leieoevers ook in de toe-komst verder te zetten9.

In de bocht van Neerhoek is het historische graslandgebruik nog in be-langrijke mate aanwezig. Ook het historisch perceleringspatroon is er nog duidelijk herkenbaar. Op de randen van de smalle, gelijkgerichte perce-len komen hier en daar nog fragmenten voor van de oorspronkelijke randbegroeiing met knotwilgen en rietkragen.

Mandelvallei en Baliekouterbos

Het valleigebied van de Mandel is nog steeds herkenbaar in het land-schap, voornamelijk omwille van de reliëfovergangen en het historisch graslandgebruik. Deze graslandcomplexen dragen relatief weinig biologi-sche waarde, met uitzondering van de omgeving van Baliekouter en de kruising met de Oude Mandelbeek. De oevers van de Mandel zijn vrij breed en vlak opgaand, maar dragen weinig waardevolle beplanting.

9 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, AWZ, Informatiebrochure De Water-weg en de natuur, natuurtechnische milieuzorg bij AWZ

Page 23: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 20

Aan de rand van de Mandelvallei bevindt zich het grootste boscomplex van de gemeente, namelijk het provinciale domein Baliekouter. Het be-treft een 24ha groot recent aangeplant loofbos. De ligging van het bos aan de rand van het Mandelalluvium maakt een interessante ecologi-sche wisselwerking mogelijk.

Oude Mandelbeek

De Oude Mandelbeek doorkruist de gemeente van oost naar west en vormt de ruimtelijke scheidingslijn tussen het noordelijk open koutergebied en het meer versnipperde landbouwgebied ten zuiden. De Oude Man-delbeek heeft zijn meanderend patroon grotendeels weten te behouden. Het historisch graslandgebruik op de natte klei- en zandleemgronden is relatief ongeschonden, enkele percelen met afwijkend grondgebruik niet te na gesproken. Verder wordt de biologische waarde van het valleige-bied bepaald door het voorkomen van knotbomen en rietkragen in een fijnmazig greppelpatroon. Ten zuiden van de kern Dentergem komen in het valleigebied een aantal biologisch waardevolle populieraanplanten voor.

Krommendijkbeek en Speibeek

Krommendijkbeek en Speibeek doorkruisen het noordelijk open ruimtege-bied en monden uit in de Oude Mandelbeek. Beide waterlopen bezitten nog een vrij meanderend patroon.

Langs de Krommendijkbeek komt een praktisch aaneengesloten gordel van waardevolle graslanden voor. De oevers van de beek zijn vrij breed en vlak opgaand en dragen een vrij soortenrijke beplanting.

De Speibeek doorsnijdt aan de noordelijke gemeentegrens een complex van soortenrijke graslanden. De aanwezigheid van het Gaverbos (grond-gebied Tielt) vormt hierbij een belangrijk element. Eenmaal de beek defi-nitief afbuigt in zuidelijke richting, beperkt de natuurwaarde zich tot oe-verbeplanting met rietkragen. Vanaf de kern Dentergem tot aan de mon-ding in de Oude Mandelbeek draagt de beek nagenoeg geen ecologi-sche waarde. Aan de kerk van Dentergem verdwijnt de beek immers in een koker om vervolgens aan de overzijde van de Wontergemstraat via verstevigde oevers rond de bedrijfssite van Abbeloos geleid te worden.

Vijverbos als restant van het veldgebied

De minder vruchtbare gronden ten noorden van de Meulebeekse steen-weg werden vroeger aangeduid als “veldgebied”. Typerend aan een veldgebied is het voorkomen van bospercelen op de minst vruchtbare gronden en een raamwerk van hoogstammige bomenrijen en houtkanten rond de landbouwpercelen.

Het huidige Vijverbos is een restant van een oorspronkelijk vrij uitgestrekt boscomplex. Het eikenbos bevat ondanks zijn geïsoleerde ligging, nog een belangrijke biologische waarde. In de onmiddellijke omgeving van het bos zijn nog een aantal hoogstammige bomenrijen bewaard geble-ven.

Page 24: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 21

Saaisenbeek, Aalbeek, vijvers en het kasteelpark van Wakken

Deze waterlopen ontspringen op de zandrug langs de Mandel en vervol-gen hun weg in oostelijke richting om net voorbij de gemeentegrens uit te monden in de Oude Mandelbeek. De beken zijn in het landschap her-kenbaar als twee kleine depressies, maar dragen zelf weinig ecologische waarde. Op de zandrug Wakken – Oeselgem zijn twee visvijvers aanwe-zig. Enkel op de oevers van de Mandelvijvers is oeverbeplanting (riet) aanwezig.

Het kasteelpark van Wakken wordt als biologisch waardevol beschouwd omwille van de oude boomsoorten en de vijver.

3.2.3 Bestaande agrarische structuur

Kaart 5 : Bestaande agrarische structuur

Dentergem is bij uitstek een agrarische gemeente. Landbouw is de be-langrijkste grondgebruiker binnen de gemeente en bepaalt in grote mate het landelijk beeld van de gemeente. In de valleien van Oude Mandel-beek, Mandel en Leie vinden we hoofdzakelijk grondgebonden land-bouw terug. Hier past de landbouw zich in een kleinschalig meersenland-schap. Het gedeelte van de Oude Mandelbeek kenmerkt zich door een aantal grote, aaneengesloten landbouwgebieden. Hier voert grondge-bonden landbouw duidelijk de boventoon. In het gebied tussen Oude Mandel en Leie is het landbouwgebied door toenemende bebouwing meer versnipperd geraakt.

1. Grote, aaneengesloten landbouwgebieden

Dit zijn grote, aaneengesloten landbouwgebieden waar grondgebonden landbouw primeert. Deze gebieden vertonen nog een sterke interne sa-menhang omdat ze weinig aangetast zijn door niet – agrarische functies (residentiële bebouwing, ambachtelijke bedrijven) of door infrastructuren (kanalen, drukke wegen). Deze gebieden lopen door op het grondge-bied van de buurgemeenten.

Volgende gebieden kunnen onderscheiden worden. De nummering in de tekst verwijst naar de aanduidingen op Kaart 5.

1. Omgeving Overbeke – Veld : Dit is het grootste, aaneengesloten landbouwge-bied van de gemeente. Het bevindt zich tussen vallei van de Oude Mandelbeek en de grens met Tielt in het noordwesten van de gemeente. Het gebied telt een veertigtal landbouwbedrijfszetels, verspreid in het landschap. De landbouwfunctie is er nog dominant aanwezig, hier een daar vinden we ambachtelijke of met de landbouw verwante bedrijvigheid (handel in landbouwproducten, aardappel-verwerking) terug. De kavels zijn er vrij groot. Akkerteelten (wintertarwe, maïs en aardappelen) en weilanden wisselen elkaar af. De teelt van volle grond groenten komt sterk opzet-ten. Op de droge zandgronden ten noorden van de Oude Mandelbeekvallei, in de omgeving van de Poelbergmolen en rond Katteknok vinden we een concen-tratie aan akkerteelten terug. Door het ontbreken van perceelsrandbegroeiing krijgt het landschap hier een zeer open karakter. Op de natte klei- en zandleem-gronden langs de Krommendijkbeek situeert zich een smalle gordel met perma-nent grasland.

Page 25: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 22

2. Omgeving Speibeek : Dit aaneengesloten landbouwgebied is voor het grootste deel op grondgebied van buurgemeenten Deinze en Tielt gelegen. In het gebied bevinden zich een zestal bedrijfszetels. Akkerteelten (voedergewassen als maïs en suikerbieten, aardappelen) en weilanden wisselen elkaar af. De kavels zijn vrij groot en vertonen een onregelmatige vorm. 3. Omgeving Kapittelstraat : Het gaat om een uitloper van een langwerpig kou-tergebied, parallel aan de Oude Mandelbeek. Akkerteelten (aardappelen, maïs, bieten en volle grondgroenten) primeren. In het gebied komen slechts een be-perkt aantal landbouwbedrijfszetels voor.

2. Grote, versnipperde landbouwgebieden

Dit zijn grote, aaneengesloten landbouwgebieden die door toenemende bebouwing sterk versnipperd zijn geraakt. Deze bebouwing is zowel agra-risch als niet – agrarisch (residentieel, ambachtelijk).

4. Omgeving Vennebos – Oosthoek : het betreft een langwerpige strook tussen Saaisenbeek en de bebouwing van Oeselgem. Dit gebied telt ongeveer 14 land-bouwbedrijfszetels. Een aantal onder hen komen geclusterd voor (Oosthoek), an-dere zitten verweven in een groepering met woningen en ambachtelijke bedrij-ven. De zuivere landbouwfunctie is niet meer dominant aanwezig in dit gebied. Aan de landbouw verwante commerciële activiteiten (vb. tuincentra, handel in landbouwproducten) en zuiver ambachtelijke bedrijven zijn er zich komen vesti-gen. Op die manier krijgt dit gebied een zeer heterogeen karakter. De kavels zijn veelal kleiner dan in het noordelijk open ruimte gebied, wat kan wijzen op de hoge productieopbrengsten van deze zeer vruchtbare, vochtige zandleemgronden. Akkerteelten (aardappelen, maïs, volle grondgroenten, suiker-bieten) en weilandpercelen wisselen elkaar af. Aansluitend op de kern van Wak-ken bevinden zich een aantal fruittelers.

3. Kleinere landbouwgebieden

Dit zijn gebieden die door toenemende bebouwing en infrastructuur afge-sloten raakten van een groot, aaneengesloten landbouwgebied. Ze func-tioneren momenteel nog als een kleiner landbouwgebied.

5. Omgeving Markegem en omgeving Wakken : Het uitdeinend patroon van woonlinten heeft hier een aantal “gaten” doen ontstaan, waar momenteel nog aan landbouw wordt gedaan. Gezien de beperkte schaal van deze gebieden primeren oppervlakte intensieve teelten zoals fruitteelt. 6. Omgeving Baliekouter : Het betreft de restanten van een langwerpig kouterge-bied parallel aan de Mandelvallei. Op de droge zandgronden komen nog steeds akkerteelten (aardappelen, maïs, tarwe, volle grondgroenten) op vrij grote, recht-hoekige percelen voor. Langs de noordelijke flank sluit dit gebied aan op het valleigebied van de Oude Mandelbeek. De overgang kouter – vallei is er nog duidelijk herkenbaar. 7. Omgeving Steengat : Het betreft de restanten van een uitgestrekt koutergebied die de kruising van Mandel- en Leievallei begeleidde. Op de droge zandgronden komen nog steeds akkerteelten (aardappelen, maïs, tarwe, volle grondgroenten) op vrij grote, rechthoekige percelen voor. Langs de zuidelijke en de westelijke flank sluit dit gebied aan op Mandel- en Leievallei. De overgang kouter – vallei is er nog duidelijk herkenbaar. Op deze overgang bevindt zich een historische hof-stede (‘Hof ter Linden’ of ‘Steengathoeve’). 8. Omgeving Oeselgem : Het uitdeinend patroon van woonlinten heeft hier een aantal “gaten” doen ontstaan, waar momenteel nog aan landbouw wordt ge-daan. In deze “gaten” zijn een tweetal serrebedrijven gevestigd. 9. Omgeving Neerhoek en omgeving Ponthoek : deze gebiedjes raakten door de aanleg van het Leiekanaal afgesneden van de overige landbouwgebieden rond Oeselgem. Akkerteelten (maïs, tarwe en bieten) en weilanden wisselen elkaar af.

Page 26: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 23

10. Omgeving Vierschaar : het betreft de uitloper van een langwerpig kouterge-bied parallel aan het kronkelend tracé van de oude Leie. Op de droge zand-gronden komen nog steeds akkerteelten (aardappelen, maïs, tarwe, volle grond-groenten) op vrij grote, rechthoekige percelen voor.

4. Landbouw in meersenlandschap

Het gaat hier om landbouw in de valleigebieden van Oude Mandelbeek, Mandel en Leie. Op de lager gelegen, zeer natte kleigronden primeert van oudsher gras- en hooilandgebruik. Vooral de vallei van de Oude Mandelbeek is in zijn geheel nog duidelijk herkenbaar. De perceelsindeling gebeurt er op basis van grote, regelmatige vormen. Afwijkend bodemgebruik onder de vorm van akkerteelten is er vrij zeldzaam, dit in tegenstelling tot de Mandel- en Leievallei. De vallei van de Oude Mandelbeek is grotendeels onbebouwd gebleven, de historische hofstede ‘Goed ter Hooien’ en enkele woningen langs de Gottem-straat niet te na gesproken.

3.2.4 Bestaande landschappelijke structuur

Kaart 6 : Bestaande landschappelijke structuur

De landschappelijke structuur is een volwaardige deelstructuur die de nauwe samenhang tussen de andere deelstructuren (natuur landbouw, nederzetting, enz. ) beschrijft. De landschappelijke structuur plaatst de objecten van de overige deelstructuren in een ander daglicht. Het uitzicht of het beeld van deze objecten en de mate waarin deze objecten inter-fereren of juist tegengesteld zijn aan elkaar, vormt de landschappelijke structuur.

3.2.4.1 Drie landschapseenheden

Binnen de gemeente kunnen drie landschapseenheden onderscheiden worden:

Open koutergebied ten noorden van de Oude Mandelbeek: Het land-schap ten noorden van de Oude Mandelbeek kenmerkt zich als zeer open. Bossen en lineaire begroeiing ontbreken veelal. Enkel rond de kern van Dentergem en aan de grens met Oostrozebeke beperkt bebouwing het open landschapsbeeld.

Versnipperd middengebied: Het gebied tussen Markegem, Wakken en Oeselgem is sterk versnipperd door een hoge dichtheid aan bebouwing en infrastructuur. Het maakt immers deel uit van de sterk verstedelijkte “Leieband” tussen Kortrijk, Waregem en Deinze. Graslanden wisselen af met akkers en enkele parallel verlopende beekjes doorkuisen het gebied.

Valleigebieden van Oude Mandelbeek, Mandel en Leie: de valleigebie-den zijn duidelijk herkenbaar gebleven in de gemeente. De bebouwing is er schaars en weilanden overwegen. Het landschap is er vrij open. De traditionele perceelsrandbegroeiing is immers grotendeels verdwenen. Zeer bepalend zijn de bomenrijen langs beide zijden van het Leiekanaal.

Page 27: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 24

3.2.4.2 Traditionele elementen in het landschap

1. Gave open ruimte landschappen

Een gaaf landschap is een landschap waarvan de samenhangende landschappelijke structuur slechts in beperkte mate geschonden en ver-snipperd is door recente, meer grootschalige ingrepen. De historisch ge-groeide patronen van bewoning, wegen, kavels of perceelsbeplanting zijn hier nog op herkenbare manier bewaard gebleven10.

Het betreft volgende gebieden11:

1. omgeving Vijverbos : het betreft een restheuvel van het plateau van Tielt. Het is een licht golvend landschap met verschillende bodemtypes. Er zijn een aantal bronniveaus en steilranden terug te vinden. Het kleine Vijverbos is een restant van een groter boscomplex, herkenbaar op de 18de eeuwse Ferrariskaart. De aanwe-zige bewoningskernen (met kapel) dateren uit de 19de eeuw.

2. beekvallei Oude Mandel : het betreft een valleigebied gelegen tussen het pla-teau van Tielt en het zandig Leie – Schede interfluvium. De overgang tussen het lager gelegen valleigebied en de zandige kouterruggen nog duidelijk herkenbaar. Vochtige valleigronden worden nog steeds als wei- en hooiland gebruikt. Bebou-wing situeert zich van oudsher aan de rand van het valleigebied.

3. omgeving Baliekouter : het betreft een valleigebied op de kruising van de Oude Mandelbeek en de Mandel met het aangrenzend koutergebied (Baliekouter). Overgang vallei – kouter is hier nog duidelijk herkenbaar. Aan de rand van het valleigebied bevinden zich enkele historisch waardevolle hofsteden.

4. omgeving Steengat, Neerhoek en Ponthoek in de Leievallei : de vallei is goed herkenbaar op 18de eeuwse Ferrariskaart, toen waren er wel nog meer meanders aanwezig. De resten van de meanders zijn grotendeels nog goed bewaard ge-bleven. Historisch gras- en hooilandgebruik is nog steeds aanwezig. Aan de rand van het valleigebied zijn enkele historisch waardevolle hofsteden aanwezig. De overgang vallei – kouter is vooral te Steengat nog duidelijk herkenbaar.

2. Markante terreinovergangen

Het Dentergemse landschap vertoont een licht golvend karakter. Vooral de reliëfovergangen vallei – kouter zijn structurerend. Ze werken identi-teitsversterkend, zowel voor de valleien als voor de kouters. Ook de insnij-ding van de Krommendijkbeek zorgt voor markante terreinovergangen.

3. Lijnvormige relicten

Lijnrelicten zijn lijnvormige landschapselementen die drager zijn van een cultuurhistorische betekenis en op die manier de ruimtelijke ontwikkeling mee gestuurd hebben. Het gaat om volgende elementen:

1. De gekanaliseerde Leie : de kronkelende Leie werd in de jaren 1970 rechtge-trokken en verbreed zodat de waterweg bevaarbaar werd voor schepen tot 1350 ton. De waterweg wordt in het landschap geaccentueerd door de bomenrij aan beide oeverzijden.

10 BRON : Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap – Afdeling Monumenten en Landschappen, Nieuwe impulsen voor de landschapszorg : De land-schapsatlas, baken van een verruimd beleid (2001) 28.

11 BRON : Landschapsatlas, beschrijvende fiches (2001)

Page 28: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 25

2. Mandel, Oude Mandelbeek en Leiemeanders : dragen een grotere historische referentie dan de gekanaliseerde Leie. Ze zijn ook van doorslaggevend belang voor het ruimtelijk nederzettingspatroon van de gemeente, getuige het hoefijzer-vormig patroon van de kernen Markegem, Wakken en Oeselgem.

3. Oude hoofdweg Wontegemstraat – Markegemse steenweg – Dentergemstraat – Wakkenstraat – Markegemstraat – Oeselgemstraat – Wakkensteenweg – Dein-zestraat. Deze oude hoofdweg verbindt de kernen onderling en staat in voor de verbinding met de naburige centra Wontergem, Gottem, Grammene enz. Het tracé van deze oude hoofdweg volgt grotendeels het fyisisch patroon van kouter-ruggen. Het is op deze kouterruggen en meer bepaald langs de oude hoofdweg dat de kernen Dentergem, Markegem, Wakken en Oeselgem zich lineair hebben ontwikkeld.

4. Puntvormige relicten en cultuurhistorische bakens

Puntrelicten bestaan uit afzonderlijke objecten met hun onmiddellijke om-geving. Het zijn bouwkundige elementen met een bijzondere erfgoed-waarde12. In de landschapsatlas werden volgende elementen als puntre-lict aangeduid:

1. St.-Annakapel of koortskapel 6. Hoeve Ter Mote 2. Hoeve Zesbunder 7. Markegem – kerk 3. Hoeve ’t Goed Ter Hooyen 8. Roterij 4. Patrijzenhof (Wielsbeke) 9. Kasteel van Wakken 5. Pannenhuis 10. Steengathoeve (Hof ter Linden)

Deze puntrelicten fungeren eveneens als cultuurhistorische bakens. Ba-kens zijn visuele en mentale blikvangers en fungeren als oriënteringspun-ten in het landschap. Cultuurhistorische bakens zijn site- en gebiedsge-bonden en verhogen aldus de leesbaarheid van het landschap waarmee ze een duidelijke band dragen.

3.2.4.3 Nieuwe elementen in het landschap

“Nieuwe” elementen danken hun ontstaan aan de versnelde en groot-schalige ruimtelijke ontwikkelingen na de tweede wereldoorlog. Vooral de nederzettingsstructuur kende in de gemeente een grondige transformatie vanaf de jaren 1950. Deze dynamiek vervaagde de eeuwenoude relatie met de meer “traditionele” elementen van het landschap.

1. Recente woonlandschappen

De term “woonlandschap” wordt hier gehanteerd als grootschalige ver-kavelingen of wooncomplexen die na de tweede wereldoorlog werden ingeplant. Ze vertonen de typische kenmerken van een verkaveling: sterk vertakte straten en veelal percelen van gelijke grootte. Het gaat om vol-gende wijken:

In Dentergem : Bunderswijk In Wakken : Baliekoutr, Hekkenstraat, Oostdreef, Mandelvijver-Groenhove In Oeselgem : Vlassenhove, Heuvelhoek

12 BRON : Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap – Afdeling Monumenten en Landschappen : De Landschapsatlas : baken van een verruimd beleid (2001) 30.

Page 29: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 26

2. Bedrijvenlandschap

Bedrijvenlandschappen komen tot stand door de invulling van KMO – zo-nes. De KMO – zone langs de Leie ter hoogte van Oeselgem is zulk een KMO – zone. De gebouwen vertonen een uniforme basisarchitectuur, waarbij reclame en bedrijfslogo’s de enige attractieve elementen vor-men.

3. Recente bakens

Dit zijn bakens die een oriënteringspunt vormen in het landschap, maar geen historische achtergrond dragen en daardoor niet site- of plaatsge-bonden zijn. Men kan ze a.h.w. verplaatsen naar om het even welke loka-tie. Het gaat om volgende bakens:

1. Brouwerij Riva in het centrum van Dentergem 2. Brug over het kanaal 3. Mandelvijver 4. Vijver Oeselgem

3.2.5 Bestaande nederzettingsstructuur

Het nederzettingspatroon van de gemeente kenmerkt zich door het voor-komen van een stervormige kern in het noorden van de gemeente (Den-tergem) en drie aan elkaar gegroeide dorpen in het zuiden (Markegem, Wakken en Oeselgem). Dentergem en Wakken functioneren als hoofd-centra, Markegem en Oeselgem als deelcentra.

Naast deze dorpen telt de gemeente heel wat verspreide bebouwing. Vooral in het zuidelijk open ruimtegebied is bebouwing nadrukkelijk aan-wezig.

3.2.5.1 Ruimtelijke opbouw

Kaart 7 : Bestaande nederzettingsstructuur

1. Historische dorpenstructuur

Historische centra kenmerken zich door het voorkomen van gesloten bouwvormen, door hun historische context alsook door de aanwezigheid van voorzieningen en handelszaken.

GROTERE CENTRA

Dentergem en Wakken zijn de belangrijkste centra binnen de gemeente. De centra kenmerken zich door het voorkomen van gesloten en hogere bouwvormen in een vrij dense structuur. Daarnaast bevatten ze de be-langrijkste concentratie aan kerngebonden voorzieningen (school, biblio-theek, OCMW, gemeentehuis, enz.) en handelszaken (bakker, slager, su-perette, enz.). Tenslotte dragen deze centra ook een zekere historische lading. Ze bepalen in grote mate de identiteit van de gemeente. Histori-sche elementen zoals kerk, kasteel, dorpsplein en historische woonhuizen geven invulling aan deze identiteit.

Page 30: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 27

KLEINERE CENTRA

Markegem en Oeselgem hebben een minder dichte bebouwingsstructuur en heel wat minder voorzieningen en kleinhandel. De oorspronkelijke straatdorpen zijn door recente nieuwe verkavelingen uitgegroeid. Beide centra hebben wel een basisvoorzieningenniveau dat voor de dagelijkse behoefte instaat. Voor andere noden is Oeselgem aangewezen op Wak-ken en Zulte, en Markegem op Wakken en Dentergem. Beide centra heb-ben ook nog een eigen school. Daarnaast is in Markgem de gemeentelij-ke sporthal gelegen, wegens de centrale ligging, en aansluitend bij Oe-selgem ligt de grootste ambachtelijke zone van de gemeente.

2. Woonwijken en woonlinten buiten de dorpscentra

De historische centra worden geflankeerd door een aantal uitgestrekte woongebieden. Aansluitend op het kerngebied van Dentergem zijn deze woongebieden opgebouwd volgens een stervormig patroon. In het drie-poolgebied vertonen deze gebieden een dominant lintvormige structuur.

Naar vormgeving en functies kunnen we binnen deze woongebieden drie deelentiteiten onderscheiden:

WOON – WERKGEBIEDEN ALS UITLOPERS VAN DE DORPEN

Aansluitend op de dorpen vinden we een aantal woongebieden terug met een sterke - vaak historisch gegroeide - verwevenheid tussen wonen en bedrijvigheid. Het gaat om de bebouwing langs Meulebekesteenweg, Statiestraat, Markegemsesteenweg-Dreve, Gottemstraat-Wontergemstraat aansluitend op het kerngebied van Dentergem. In het driepoolgebied gaat het om de verbindingsstukken tussen Markegem en Wakken (Wakkenstraat – Markegemstraat), tussen Wakken en Oeselgem (Oeselgemstraat-Wakkensesteenweg)

De talrijk aanwezige verkavelingen geven de gebieden een geordend patroon en een uniform karakter. Open en gesloten bouwvormen komen naast elkaar voor. Deze woon-werkgebieden kunnen beschouwd worden als uitlopers van de dorpen. Bij Dentergem vormen ze een soort over-gangszone naar de open ruimte. Binnen de driepool vormen ze de ver-bindende stukken tussen Markegem, Wakken en Oeselgem.

WOONWIJKEN

Ze zijn vaak het resultaat van een grootschalig planmatig ingrijpen (verka-velingen, BPA). Ze vormen een aparte entiteit met een vaak uniforme bebouwingsstructuur. Open bebouwing primeert. Deze woonwijken dra-gen een louter residentieel karakter.

In de omgeving van Dentergem, Wakken en Oeselgem vinden we een aantal woonwijken terug, namelijk de Bunderswijk aansluitend op het kerngebied van Dentergem, de Baliekouterwijk, Hondiuspark en Oostdreef aansluitend op het centrumgebied van Wakken, Groenhove en wijk rond Mandelvijver en wijk Vlassenhove aansluitend op Oeselgem.

WOONLINTEN

Page 31: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 28

Het betreft bebouwingsgroeperingen met een vrij ruim patroon en hier en daar open stukken die zicht bieden op de achterliggende landbouw-gronden. De talrijk aanwezige verkavelingen geven de linten een sterk geordend patroon en een uniform karakter. Deze woonlinten dragen een louter residentieel karakter.

Het betreft woonlinten langs Kapittelstraat, Wontergemstraat, Statiestraat, Bulmolenweg en Vaerestraat.

3. Centrumvrij gehucht Vierschaar

Gehuchten in de gemeente zijn schaars of werden door de uitwaaieren-de bebouwing al opgenomen in het kernweefsel. De bebouwing rond de Vierschaar kan nog als apart gehucht beschouwd worden. Het gaat om twee lintvormige stroken langs de N459 en de N440 vanaf hun kruising tot aan de gemeentegrens. Er zijn geen voorzieningen aanwezig. Net als de woon-werkgebieden is er een sterke verwevenheid met ambachtelijke bedrijvigheid.

4. Bebouwing in de open ruimte

De agrarische bebouwing ligt verspreid over de gemeente. Hier en daar komen groeperingen van agrarische bebouwing voor, meestal vermengd met woningen. Vele vroegere landbouwbedrijven worden omgevormd tot woningen en vormen momenteel, samen met vrij nieuwe woningen, groeperingen van zonevreemde woningen in de open ruimte.

De problematiek van zonevreemde woningen is uitdrukkelijk aanwezig in de gemeente. De gemeente kent immers, net als vele andere gemeen-ten in de streek, een vrij sterk verspreid bebouwingspatroon. Het versprei-de bebouwingsbeeld is tot op zekere hoogte een historisch fenomeen, dat de afgelopen decennia echter sterk is toegenomen door de trans-formatie binnen de landbouwsector. Meer en meer vrijkomende land-bouwzetels krijgen immers een louter residentiële invulling.

Deze zonevreemde woningen komen momenteel voor, naast resterende agrarische bedrijven en verspreide ambachtelijke bedrijven. Tussen de gebouwen bevinden zich nog kleine weilandpercelen of boomgaarden, wat een transparant karakter oplevert. De meeste vertonen een domi-nant rijvormige structuur. Dit is te verklaren door hun ligging langs een his-torische verbindingsweg (zoals de weg Wakken – Tielt) of langs een cen-trale as van waaruit men de achterliggende landbouwgronden ontgon.

Er bevinden zich groeperingen:

− in het noordelijk open ruimtegebied: Jager (Pontbrouckstraat), Kloefke (Meulebekesteenweg), Tieltseweg, Meulebekestraat, Tiel-straat-noord en Tieltstraat-zuid.

− In het zuidelijk open ruimtegebied: Galgenhoek, Vennebos, Vol-derstraat-west, Papegaai, Volderstraat-oost en Pontstraat.

− In het driepoolgebied: Steengat.

In Dentergem zijn slechts een beperkt aantal woningen gelegen in kwets-baar gebied. De woningen in het agrarisch gebied met ecologische waarde rond de Leievallei en in het Baliekouterbos (bosgebied) vallen thans onder de bepalingen van art. 195bis 3°.

Page 32: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 29

3.2.6 Bestaande structuur bedrijvigheid

3.2.6.1 Ruimtelijke opbouw

Kaart 8 : Bestaande structuur bedrijvigheid

De ruimtelijk – economische structuur van de gemeente vertoont een zeer diffuus beeld. Enkel in de historische centra, hun lineaire uitlopers en op de KMO – zone vinden we een concentratie van economische bedrijvigheid terug. Het overgrote deel van de economische activiteiten situeert zich echter buiten deze concentratiegebieden.

Het verspreid patroon van de bedrijvigheid is kenmerkend voor de Leie-streek. Het is wellicht te verklaren door de agrarische achtergrond van vele van deze bedrijven.

1. Het ‘hart’ van de kernen met concentratie kleinhandel

De kleinhandel situeert zich in de verschillende centra. Vooral de centra van Dentergem en Wakken hebben nogal wat voorzieningen en klein-handel: van een krantenwinkel tot een supermarktje of een elektrowinkel. In Markegem en Oeselgem is de kleinhandel veel minder aanwezig.

2. Lineaire uitlopers met concentratie ambachtelijke bedrijvigheid

Langs de belangrijke invalswegen vinden we een concentratie van am-bachtelijke bedrijvigheid terug. Het gaat om volgende gebieden:

− aansluitend op het kerngebied van Dentergem : Statiestraat, Meulebeke-steenweg, gebied tussen Dreve en Markegemsesteenweg

− aansluitend op het woongebied van Wakken : Markegemstraat, Oost-dreef en Oeselgemstraat

− aansluitend op het centrum van Oeselgem : Wakkensesteenweg en Dein-zestraat

− aansluitend op Markegem : langs de Wakkenstraat en de Dentergem-straat

3. KMO – zone Oeselgem

De gemeente telt slechts één zone bestemd voor een concentratie van lokaal ambachtelijke bedrijvigheid. De KMO – zone is gelegen ten oosten van Oeselgem en telt een zevental bedrijven. De oorspronkelijk op het gewestplan voorziene KMO – zone (7,6 ha) is uitgebreid via een BPA (BPA Centrum Oeselgem). Momenteel is deze KMO – zone volledig bezet.

4. Grootschalige bedrijvigheid

Naast deze KMO – zone komen verspreid over de gemeente nog een aantal grootschalige bedrijven voor.

Vier bedrijven bevinden zich langs de zuidoostelijke flank van de kern Dentergem. Het gaat om brouwerij Riva, textielproducent Abbeloos, All – drain (producent draineerbuizen – transport) en het transportbedrijf Van-steenkiste.

Page 33: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 30

Autohandel Debels is gelegen langs de verbindingsweg tussen Markegem en Wakken. Het textielbedrijf ‘Spinning Mills’ bevindt zich in het centrum van Wakken. Twee grootschalige bedrijven zijn langs de Mandel gelegen, met name een constructiebedrijf (‘Levrau’) en een lederwarenfabriek (‘Anci – LSP’).

5. Lintvormige concentratie ambachtelijke bedrijvigheid buiten de kernen

Buiten de kernen vinden we lintvormige concentraties van ambachtelijke bedrijven terug langs de Statiestraat ten noorden van Dentergem, langs de Meulebekesteenweg tussen Bamstraat en Ankelaarstraat en rond de kruising van de Deinzestraat met de Olsenesteenweg (‘Vierschaar’).

6. Open ruimte met hoge dichtheid aan verspreid gelegen, ambachtelijke bedrij-ven

De densiteit aan ambachtelijke bedrijven verspreid in de open ruimte is behoorlijk en dit in het bijzonder in het versnipperde landbouwgebied tussen de drie zuidelijke deelkernen.

3.2.6.2 Confrontatie bestaande structuur bedrijvigheid met het gewestplan

Kaart 9 : Confrontatie bestaande structuur bedrijvigheid met het gewestplan

1. Ambachtelijke zone / industriegebied volgens gewestplan en BPA’s

Op het gewestplan zijn één gebied voor milieubelastende industrieën en acht zones voor kleine en middelgrote ondernemingen voorzien. De zones zijn aangeduid op Kaart 9.

2. (Potentieel) zonevreemde ambachtelijke bedrijvigheid

De problematiek van zonevreemde ambachtelijke bedrijven is nadrukke-lijk aanwezig in de gemeente. Uit een analyse in het kader van de op-maak van het sectoraal BPA bleken 48 ambachtelijke bedrijven (potenti-eel) zonevreemd te zijn. Deze zijn aangeduid op Kaart 913. Een groot deel van de bedrijven werden behandeld in het sectoraal BPA. De selectie gebeurde op basis van hoogdringendheid van uitbreiding, ligging t.o.v. waardevolle gebieden, huidige oppervlakte, aard van de activiteit (nog aanleunend bij para – agrarisch) en haalbaarheid.

3. Aan de landbouw gerelateerde bedrijvigheid

Naast de zuiver ambachtelijke bedrijven worden we in het landbouwge-bied geconfronteerd met een aantal functies die vaak – in min of meer-dere mate – een ruimtelijk-functionele band hebben met de zuiver agrari-sche bedrijfsvoering. We kunnen een onderscheid maken tussen toeleve-rende en verwerkende bedrijven en bedrijven die landbouwproducten verhandelen.

13 WVI, Sectorale visie zonevreemde bedrijven Dentergem (2002) 37.

Page 34: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 31

Agrarisch toeleverende en verwerkende bedrijven verzorgen de toeleve-ring van landbouwgrondstoffen noodzakelijk voor of de verwerking van de landbouwproducten afkomstig van beroepslandbouwactiviteiten uit de omgeving (lokaal) of op regionaal of Vlaams niveau14. Voorbeelden zijn: vleesversnijderijen, loonwerkers, aardappelverwerking, herstelbedrijf voor landbouwmachines.

Bepaalde bedrijven specialiseren zich in het verhandelen van landbouw-producten (eieren, vlas) of van dieren.

De aan de landbouw gerelateerde bedrijven zijn eveneens aangeduid op Kaart 9.

4. Zonevreemde kleinhandel

In het kader van diezelfde inventarisatie weden twee zonevreemde klein-handelszaken gelokaliseerd (een bierhandel en een bloemenwinkel). Door eigen terreininventarisatie werd nog één bijkomende zonevreemde kleinhandelszaak gedetecteerd (fietswinkel). De zonevreemde kleinhan-delszaken zijn eveneens aanduid op Kaart 9).

14 AROHM, Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, 396.

Page 35: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 32

3.2.7 Bestaande structuur sport en recreatie

Kaart 10 : Bestaande structuur sport en recreatie

De sport- en ontspanningsmogelijkheden liggen verspreid over de ge-meente. Dentergem, Wakken en Oeselgem beschikken over een voet-balveld. De gemeentelijke sporthal is in Markegem gelegen. Fietsrecrean-ten maken veelvuldig gebruik van het jaagpad langs het kanaal.

1. Sporthal Markegem

De gemeentelijke sporthal bevindt zich te Markegem, naast het gemeen-telijke containerpark en de Markegemse basisschool. Naast de sporthal zijn twee tennisterreinen aangelegd, alsook een petanqueplein, speel-plein ene beachvolleyplein.

2. Voetbalterreinen

Elk dorp beschikt over zijn eigen voetbalveld(en).

Te Dentergem zijn een voetbalterrein met tribune en een oefenterrein gevestigd ten noorden van de Bunderswijk. Deze sportterreinen zijn gelegen in woongebied. Het Markegemse voetbalveld bevindt zich net achter de schrijnwerkerij F. De Stoop langs de Wakkenstraat. Het is gelegen in agrarisch gebied en aldus zone-vreemd. Er is géén tribune of kantine aanwezig. Het veld van voetbalclub KFC Wakken is gelegen ten zuiden van de recent woonwijk Baliekouter. Het terrein bevindt zich deels in woon- en deels in woonuit-breidingsgebied. Langs het terrein is een kantine aanwezig. FC Oeselgem maakt gebruik van een terrein dat net over de grens op het grond-gebied van Zulte is gelegen. Het voetbalterrein is echter gelegen in het valleige-bied van de Leie. In het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Zulte wordt dan ook een herlokalisatie voorgesteld. We zullen dus in de onmiddellijke nabijheid van Oeselgem op zoek moeten gaan naar een alternatieve locatie. Tot slot is er nog een voetbalveld aanwezig in de omgeving van het gehucht Vier-schaar. Dit voetbalplein is echter eveneens gelegen in het valleigebied van de Leie.

3. Visvijvers

De gemeente beschikt over twee visvijvers: de Mandelvijver tussen Wak-ken en Oeselgem en de vijver tussen Oeselgem en Vierschaar. De Man-delvijver wordt volledig omringd door woningen. Deze vijver is in woonge-bied gelegen. De vijver tussen Oeselgem en Vierschaar is als gebied voor dagrecreatie aangeduid. Ook de oude Leiemeanders.

4. Jeugd- en ontspanning

In Oeselgem (Leieheem), Wakken (Hondius) en Dentergem (JOC) zijn er lokalen aanwezig voor de plaatselijke jeugdbewegingen. In deze gebou-wen zijn ook ontmoetingslokalen aanwezig. Ook in Markegem (Pax) is een ontmoetingsruimte voorzien. De bibliotheek bevindt zich in Dentergem (JOC) en Wakken (Hondius).

5. Provinciaal domein “Baliekouter”

Dit recent aangeplant bos bezit een belangrijke potentie op recreatief vlak. Dit domein is publiek toegankelijk en gelegen langs de Mandeldal-route. Er zijn plannen om het gebied verder uit te breiden.

Page 36: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 33

6. Recreatieve fiets- en wandelpaden

De vrijliggende fietsweg langs het Leiekanaal fungeert als belangrijkste recreatieve as. Daarnaast zijn er in de gemeente volgende uitgestippelde fiets- en wandelroutes:

Mandeldalroute (44 km): Zoals de naam laat uitschijnen, verkent deze route het stroombekken langs de benedenloop van de Mandel. De streek vormt een uitge-sproken landbouwgebied. Als uitgangspunt voor deze route fungeert het nieuwe provinciedomein De Baliekouter te Wakken. Via Oostrozebeke wordt eerst naar de Tieltse Poelberg gereden. De route buigt daarna af richting Oost-Vlaanderen. Te Wontergem wordt de Leie bereikt. Op de terugweg maakt de fietser kennis met het Leie-landschap. Via Oeselgem en Ooigem wordt tenslotte naar Wakken terug gefietst.

Fiets- en wandelpad Gavermeers en Bulken (9 km): pad aangelegd in het kader van de ruilverkaveling Wontergem, die in het noordoosten van Dentergem pas-seert. Deze route verbindt een aantal realisaties van de ruilverkaveling. Op het grondgebied van Dentergem is dat een veerooster en rietveld. Er werd ook een nieuw stukje wandelpad voorzien.

Fiets- en wandelpad vallei Oude Mandel en Kouters (12 km): ook dit pad verbindt een aantal realisaties van de ruilverkaveling. Het betreft hier onder andere een tweesporenbetonweg, een rietveld op privé en een voetgangersbrug. Ook hier zijn nieuwe stukken wandelpaden aangelegd.

7. Provinciaal ruiterpad

Voor de ruiters werd er in het zuidelijk deel van de gemeente een ruiter-pad aangelegd. Dit werd officieel ingereden op 18 juni 2006.

3.2.8 Bestaande structuur verkeer en vervoer

Kaart 11 : Bestaande structuur verkeer en vervoer

3.2.8.1 Auto- en vrachtverkeer

De hoofdontsluiting van de gemeente is geënt op twee parallel verlo-pende assen. De N459 Olsenesteenweg – Gottemstraat – Statiestraat vormt de hoofdontsluiting voor de kern Dentergem, enerzijds in de richting van de N35 Deinze – Tielt, anderzijds naar de N43 Deinze – Waregem. De N327 Tieltstraat – Markegemstraat – Mandelstraat ontsluit vooral de kern Wakken en het driepoolgebied, enerzijds in de richting van Tielt, anderzijds in de richting van Waregem. Naast een ontsluitende functie voor de ge-meente, staan beide wegen ook in voor de ontsluiting van een aantal naburige kernen naar het hogere wegennet. Op regionaal niveau dragen ze echter géén verbindende functie.

Drie oost-west georiënteerde assen zorgen voor een verdere maasverfij-ning. Ze staan in voor de verbinding tussen de verschillende kernen binnen de gemeente en met de kernen van de buurgemeenten:

• N305 – Meulebeeksteenweg verbindt Dentergem met Meulebeke • De as Markegemsesteenweg – Dentergemstraat – Markegemstraat staat

in voor de verbinding tussen Dentergem, Markegem en Wakken

Page 37: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 34

• De as Oeselgemstraat – Wakkensesteenweg – Deinzestraat verbindt Wak-ken en Oeselgem met Gottem en Grammene (Deinze). Een aftakking ter hoogte van Oeselgem leidt naar Zulte.

3.2.8.2 Openbaar vervoer

Op het grondgebied Dentergem lopen 3 streeklijnen:

- 727/1: Kortrijk-Ooigem-Wakken-Aarsele-Tielt; - 727/2: Tielt-Oostrozebeke-Wakken-Ooigem; - 75A: Kortrijk-Deinze.

Dentergem en Markegem worden ontsloten door de lijn 727/1. Hierdoor is Dentergem met Tielt en Kortrijk verbonden. Wakken wordt ontsloten door alle lijnen. Iedere lijn heeft een halte aan de kerk. Hierdoor is Wakken ver-bonden met elke deelgemeente en met Tielt en Kortrijk. Oeselgem wordt ontsloten door de 75A-lijn. Oeselgem is hierdoor rechtstreeks verbonden met Kortrijk en Waregem-Deinze.

3.2.8.3 Fietspaden

Langs de voornaamste lokale en bovenlokale verbindingswegen zijn fiets-paden aanwezig. Deze zijn in hoofdzaak aanliggend en smal. Op sommi-ge wegen ontbreekt een fietspad: o.a. aan de N459 vanaf de vierschaar richting Olsene, langs de Meulebeeksesteenweg en in de dorpskern van Dentergem.

- N327 (van Tielt tot Wakken): aanliggend fietspad, tweezijdig; - N327(in doortocht Wakken): fietssuggestiestroken, tweezijdig; - Oeselgemstraat: aanliggend fietspad, eenzijdig; - Staatsbaan (Dentergemdorp tot Vierschaar): afwisselend aanliggend en

vrijliggend fietspad, eenzijdig; - Wontergemstraat: aanliggend, eenzijdig; - Statiestraat (Dentergemdorp tot Aarsele): aanliggend, eenzijdig; - Markegemsesteenweg: aanliggend, eenzijdig; - Wakkenstraat (tot bebouwde kom): aanliggend, eenzijdig; - Wakkenstraat (vanaf bebouwde kom tot N327): aanliggend, tweezijdig.

Er zijn concrete plannen voor de aanleg van fietspaden langs de Olsene-steenweg en de Meulebekesteenweg.

3.2.8.4 Overige lijninfrastructuren

Waterwegen

Het gedeelte van de Leie tussen Kortrijk en Deinze werd gekanaliseerd, waardoor het momenteel bevaarbaar is voor binnenvaartschepen, beho-rende tot klasse V (2000 ton). Op het grondgebied van de gemeente zijn géén laad- en losplaatsen voorzien (géén watergebonden bedrijvigheid).

Elektriciteitsleidingen

In het zuiden van de gemeente loopt een hoogspanningsluchtlijn (70 kV) parallel aan de Leie.

Page 38: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 35

3.2.9 Overzicht bestaande ruimtelijke structuur

Kaart 12 : Synthese bestaande ruimtelijke structuur

Bovenstaande kaart geeft een synthesebeeld van de bestaande ruimtelij-ke structuur.

Het basispatroon van de gemeente wordt gevormd door het fysisch stel-sel van beek- en riviervalleien. Oude Mandelbeek, Mandel en Leie geven vorm aan een hoefijzervormig patroon van lager gelegen valleien. In deze valleien primeert graslandgebruik. De ecologische waarde blijft tot een aantal kleinere natuurgebiedjes (rond de Oude Leiemeanders en het Ba-liekouterbos). Landschappelijk zetten de valleigebieden zich nog wel dui-delijk af tegen de omgeving.

Deze fysische basisvorm bepaalt in belangrijke mate het nederzettingspa-troon van de gemeente. De dorpen bevinden zich aan de rand van de valleien. Dentergem en Wakken vormen de twee grotere centra in de gemeente. Zij verdelen de voornaamste kerngebonden voorzieningen en handelszaken. De kern van Dentergem kenmerkt zich nog door de aan-wezigheid van een aantal grootschalige bedrijven, waaronder brouwerij Riva.

Markegem en Oeselgem zijn twee kleinere centra. De historische centra van Markegem, Wakken en Oeselgem zijn vergroeid aan elkaar door de realisatie van een aantal grootschalige woonwijken, in combinatie met een lintvormige uitbouw van de nederzettingsstructuur. Deze linten ken-merken zich door een sterke vermenging van ambachtelijke en commer-ciële activiteiten met het wonen. Aansluitend bij Oeselgem bevindt zich een KMO – zone.

Het zuidelijk open ruimtegebied kenmerkt zich door een sterke versnippe-ring van het landschap. Tal van woningen, ambachtelijke bedrijven en landbouwbedrijven komen al dan niet gegroepeerd in het gebied voor. Enkele kleine waterlopen geven het gebied een dominante oost-west gerichtheid.

Het gebied ten noorden van de Oude Mandelbeek toont een heel ander beeld. Hier is de ruimte minder sterk versnipperd door bebouwing. De open landbouwgebieden genereren talrijke vergezichten, o.m. op de omgeving van de Poelbergmolen net over de grens op grondgebied Tielt. Historisch kenmerkt dit gebied zich als een veldgebied, met uitgestrekte bospartijen en landbouwgronden, omzoomd met houtkanten en rijen hoogstammen. Van de uitgestrekte boscomplexen rest enkel nog het Vij-verbos. Krommendijkbeek en Speibeek meanderen doorheen het gebied en dragen op bepaalde plaatsen nog waardevolle, beekbegeleidende beplanting.

Page 39: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 36

3.3 Uitwerking van de bestaande ruimtelijke structuur per deelruimte

Kaart 13 : Aanduiding deelruimten

In dit hoofdstuk worden een aantal deelruimten van Dentergem nader in detail bekeken. Deelruimten bieden het voordeel dat de verschillende actoren die hun invloed hebben op de ruimtelijke structuur (wonen, wer-ken, recreëren, landbouw, natuur en landschap) in relatie tot elkaar wor-den gebracht binnen een bepaald gebied.

Omwille van de complexe ruimtelijke structuur opteren we ervoor om gans de gemeente op deelruimteniveau te benaderen. De indeling in deelruimten gebeurt deels op basis van fysische grenzen, zoals de afba-kening van de valleigebieden, en deels aan de hand van het voorkomen van een aantal karakteristieke elementen binnen een bepaald gebied. Aldus onderscheiden we volgende deelruimten:

− Dentergem-kern: dit is de hoofdkern van de gemeente.

− Driepolengebied: dit gebied omvat de drie dorpen Markegem, Wakken en Oeselgem die een aaneengeschakeld geheel vormen.

− Versnipperd middengebied: dit is het sterk versnipperd landbouw-gebied ten zuiden van de Oude Mandelbeek.

− Plateau van Tielt: dit is het relatief open gebleven landbouwgebied ten noorden van de Oude Mandelbeek. Gezien de grootte van dit gebied wordt dit gebied opgesplitst in twee delen, met de statie-straat als scheiding.

− Drie valleien: dit zijn de valleigebieden van de Oude Mandelbeek, Mandel en Leie. Deze valleigebieden dragen in hun ecologisch functioneren en op recreatief vlak een bovenlokale dimensie.

3.3.1 Dentergem-kern

Kaart 14 : Bestaande ruimtelijke structuur Dentergem-kern

Deze deelruimte vormt de hoofdkern van de gemeente. De structuur van de kern is opgebouwd vanuit een kruisvormig patroon van wegen. De Mandelvallei stelt ten zuiden van de kern een duidelijke grens. Deze beekvallei vormt vooralsnog een “achterkant” van de kern. Er bestaat immers géén duidelijke ruimtelijke relatie tussen de kern en de vallei. De aanwezigheid van de brouwerij en de bijhorende cafeetjes geeft Denter-gem wél een specifiek karakter.

Volgende elementen typeren het kerngebied van Dentergem:

Page 40: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 37

Historisch kerngebied met Meulebekesteenweg en Wontergemstraat als struc-tuurdrager

Het centrumkarakter van dit gebied is duidelijk afleesbaar uit de ruimtelij-ke structuur. Kerngebonden voorzieningen en kleinhandelszaken vermen-gen zich tussen de woningen. Gesloten bouwwanden wijzen op de densi-teit van een kerngebied. Een aantal historische gebouwen geven blijk van het verleden van dit centrumgebied. Het smalle en bochtige stratenpro-fiel levert een zeer typerend kernbeeld op. Meulebekesteenweg en Won-tergemstraat begeleiden de passant door het centrumgebied. Zij vormen de dragers van het kerngebied, gezien de bebouwing en de aanwezige handelszaken. De aanleg van verhoogde kruispunten en de andersoorti-ge bestrating zorgt voor een duidelijk begin- en eindpunt van het kernge-bied.

De publieke ruimte blijft zeer beperkt in het historische kerngebied. Er is eigenlijk geen centraal gelegen dorpsplein of ontmoetingsruimte. De plei-nen rond de kerk zijn niet gelinkt aan de twee structuurdragers en funge-ren enkel als parkeerruimte. In de eerste helft van 2006 zijn de herinrich-tingswerken gestart.

Een geïndustrialiseerde flank

De zuidoostelijke flank van het kerngebied verkreeg door de aanwezig-heid van een aantal grootschalige bedrijven een geïndustrialiseerd karak-ter. De belangrijkste is uiteraard brouwerij RIVA langs de Wontergemstraat. De oude brouwerijgebouwen behoren tot het industriële erfgoed en ge-ven de straat een zeker historisch cachet. Dit wordt nog versterkt door een aantal historische afspanningen in de Gottemstraat.

Het Dentergemse kerkhof ligt ietwat verdrongen achter de brouwerij. Dit achtergelegen gebied vertoont weinig ruimtelijke kwaliteit. Naast de brouwerij behoren ook het textielbedrijf Abbeloos, All-drain en het trans-portbedrijf Vansteenkiste tot deze geïndustrialiseerde flank. De twee laatst vernoemde bedrijven zijn gelegen in agrarisch gebied en aldus zone-vreemd. Ze kregen een oplossing via het sectoraal BPA en het BPA Ker-kemeerschkouter.

Woonlobben rond het historisch kerngebied

Rond het historisch kerngebied doet de bebouwing zich voor in een lob-vormige structuur. Deze lobben dragen voornamelijk een residentieel ka-rakter, met uitzondering van twee basisscholen, een rustoord en twee kleinere ambachtelijke bedrijfjes. De westelijk gelegen woonlobben heb-ben zich het sterkst ontwikkeld, en dit voornamelijk door de aanwezigheid van de Bunderswijk. De Bunderswijk is in twee fasen gerealiseerd. Het deel dat het dichtst aansluit bij het kerngebied dateert uit de jaren zestig. Het gedeelte rond de Tijputstraat en Nieuwerwalle is van recentere datum. Deze woonwijk bevat een aantal sociale huurwoningen. Aansluitend op de Bunderswijk vinden we twee voetbalterreinen en een speelplein terug. Deze voorzieningen zijn goed bereikbaar vanuit de rest van het centrum-gebied. Autovrije buurtwegen doorkruisen het gebied en zorgen voor vei-lige en comfortabele fiets- en voetgangersverbindingen. De aangeplante bomenrijen geven de woonwijken een extra cachet en benadrukken de ruimtelijke relatie met het historische kerngebied.

Page 41: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 38

Geen ruimtelijke link met het valleigebied van de Oude Mandelbeek

De vallei van de Oude Mandelbeek heeft in zekere mate de ruimtelijke ontwikkeling van het dorp gestuurd door een duidelijke grens te stellen aan de bebouwing. Toch bestaat er geen link tussen beide elementen. Vanuit het valleigebied toont de dorpswand zich via “achterkanten” van tuinen en hobbyweiden. Enkel de woningen in de Kapittelstraat zijn ge-richt op het valleigebied. Vanuit de dorpskern is het valleigebied niet visu-eel aanwezig. Er zijn ook geen wandelpaden die beide elementen met elkaar verbinden.

Het valleigebied is als reliëfelement duidelijk af te lijnen. Het beekalluvium is grotendeels onbebouwd gebleven, een klein woonlint langs de Got-temstraat niet te na gesproken.

3.3.2 Driepolengebied

Kaart 15 : Entiteiten van de deelruimte driepolengebied

De dorpen Markegem, Wakken en Oeselgem zijn praktisch volledig aan elkaar gegroeid met de hoefijzervormige zandrug als leidraad. Deze ho-ger gelegen zandrug heeft zich gevormd aan de rand van de valleien van Oude Mandelbeek, Mandel en Leie.

Dit “hoefijzer” doet zich niet voor als één uniforme ruimte. Er is eerder spra-ke van een aaneenschakeling van fragmenten met elk hun eigen vor-mentaal en programma. De as Dentergemstraat – Wakkenstraat – Mar-kegemstraat eselgemstraat – Wakkensesteenweg – Deinzestraat fungeert als centrale drager. Tussen Markegem en Wakken ligt het accent van de bebouwing ten noorden van de as. Ten zuiden van de Wakkenstraat stelt de Saaisenbeek immers een grens aan de bebouwing. In Wakken doet de bebouwing zich zowel ten oosten als ten westen van de centrale as voor. Tussen Wakken en Oeselgem ligt het accent weer op de zuidelijke flank. Ten noorden van de Oeselgemstraat kan de Aalbeek immers een zekere grens stellen. Vanaf Oeselgem verbreedt de bebouwing zich weer langs beide zijden van de centrale as.

Een kort overzicht van deze fragmenten, komende van Dentergem en zich verplaatsend in de richting van Gottem:

• De vallei van de Oude Mandelbeek en de begeleidende kouterruggen zorgen voor een duidelijke ruimtelijke scheiding met de kern van Den-tergem.

• Markegem is opgebouwd rond de Z-vormige structuur van de as Den-tergemstraat – Wakkenstraat. Aansluitend bij de kern bevindt zich een cluster van voorzieningen (sporthal, containerpark, school).

• Een breed woonlint zorgt voor de ruimtelijke binding tussen Markegem en Wakken. Dit woonlint is louter residentieel van aard, twee bedrijfssi-tes niet te na gesproken (autohandel Debels en schrijnwerkerij De Stoop). Open bebouwing domineert. De Wakkenstraat is langs beide zijden bebouwd. Vooral langs de zuidelijke flank zijn echter nog “ga-ten” in het woonlint. De Brouwerijstraat is slechts langs één zijde be-bouwd. De woningen geven uit op de Baliekouter.

Page 42: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 39

• Wijk Baliekouter: Na een versmalling langs de Wakkenstraat verbreedt de bebouwing hier opnieuw door de Baliekouterwijk en de bedrijfssite Spinning Mills. Tussen beide bevindt zich het voetbalterrein van KFC Wakken. Het woonlint langs de Markegemstraat vormt een aanloop naar het kerngebied van Wakken. De bebouwing langs deze straat draagt immers een meer historisch karakter. In het woonlint komen ook halfopen en gesloten bouwvormen voor.

• De wijk Hondiuspark draagt een meer gesloten karakter dan de Balie-kouterwijk. Aansluitend op de wijk bevindt zich het cultureel centrum en het rusthuis.

• Het centrum van Wakken bestaat uit een driehoek, met het Kerkplein als punt. Dit plein vormt de schakel tussen de twee historische compo-nenten van de kern, namelijk de kerk en het kasteel. In zijn geheel draagt de kern van Wakken een meer historisch karakter dan de ove-rige kernen.

• Ten zuiden van Wakken maakt de Oeselgemstraat een vrij scherpe bocht. In deze bocht heeft zich industriële bedrijvigheid (DW-projects machinebouw, Lami Mousse) en detailhandel (slaapwinkel, electro – speciaalzaak, supermarkt) ontwikkeld.

• Tussen het bedrijf Lami-Mousse en het woonlint dat de aanloop vormt naar Oeselgem is nog een klein deel van de centrale as onbebouwd gebleven. Deze opening vormt een welgekomen afwisseling na het aaneensluitende woonlint tussen Markegem en Wakken. Dit open ruim-te venster zet zich in zuidelijke richting verder tot aan de Mandelvallei.

• De wijk Groenhove bestaat uit een deel met gesloten bouwvormen en een deel met uitsluitend open bebouwing. Deze alleenstaande wo-ningen groeperen zich rond de kunstmatig aangelegde Mandelvijver. De woningen langs de Vijverstraat zijn gericht op de Steengatkouter en het valleigebied van de Leie. Dit alles levert een kwalitatief woonmilieu op. Op de overgang naar de Mandelvallei bevindt zich een construc-tiebedrijf Levreau en een lederfabriek Anci – LSP.

• Ten oosten van de wijk Groenhove vernauwt de bebouwing zich op-nieuw tot in de kern van Oeselgem. Wakkensesteenweg en Vijverstraat fungeren hier als dragers. Tussen de woningen komen ook enkele am-bachtelijke bedrijven voor.

• Het historische centrum van Oeselgem is vrij beperkt van oppervlakte en kent een dominant lineaire structuur. Het bedrijventerrein sluit zeer nauw aan bij het dorp.

• De wijk Vlassenhove vormt een afzonderlijke entiteit ten noorden van Oeselgem. Het woongebied tussen Vaerestraat en Wakkensesteen-weg is voor een groot deel onbebouwd gebleven.

• Verder ten oosten van Oeselgem kent de bebouwing een bredere uit-waaiering langs beide zijden van de centrale as. Deze uitwaaiering doet zich voor via een aantal woonlinten, waarbij de tussenliggende ruimte grotendeels onbebouwd is gebleven. In de woonlinten domi-neert open bebouwing. Ook hier is er sprake van een sterke verweven-heid met ambachtelijke bedrijvigheid.

De historische centra van Markegem, Wakken en Oeselgem vormen de verdichtingspunten in dit “hoefijzer” en worden verder in detail behan-deld.

Page 43: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 40

3.3.2.1 Focus Markegem

Kaart 16 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebiedl - focus Markegem

Het historische centrumgebied van Markegem is opgebouwd rond de Z-vormige structuur van de as Wakkenstraat – Dentergemstraat. Enkel de gesloten bouwwanden en de historische bebouwing wijzen op het kern-gebonden karakter van dit gebied. De inrichting van het openbaar do-mein geeft niet de indruk dat men zich in een centrum bevindt. Het klein-handelsapparaat is slechts in zeer beperkte mate aanwezig. Bovendien vormen de voorzieningen aparte entiteiten, los van het kerngebied.

Er is geen ruimtelijke relatie tussen het centrum en de lager gelegen de-pressies van Oude Mandelbeek en Saaisenbeek. Met de kouters ten oos-ten en ten westen van de kern bestaat er wel een duidelijke zichtrelatie. Vanop de Kouterweg is de dorpssilhouet nog duidelijk te herkennen. Langs de Brouwerijstraat zijn de woningen gericht op de Baliekouter.

3.3.2.2 Focus Wakken

Kaart 17 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebied - focus Wakken

Kapellestraat en Markegemstraat vormen de zijden van een driehoekig bebouwd gebied dat eindigt op de Wapenplaats. Dit plein vormt op zich dan weer een onderdeel van een historische noord-zuid as. Deze as start aan de Mandelvallei waar het traditionele dorpssilhouet nog duidelijk te herkennen is. Van daaruit gaat het verder via de historische bebouwing van de Mandelstraat naar de kerk en de Wapenplaats. De omringende historische gebouwen en de aanwezige bomenrijen geven het plein een charmant karakter. Vanuit de wapenplaats gaat de historische as verder via een bomendreef tot aan het kasteel van Wakken.

Op de overgang tussen het historische centrumgebied en de woonwijk “Hondiuspark” bevinden zich het rusthuis, het cultureel centrum en de basisschool. Tussen het kerngebied en de Baliekouterwijk situeert zich de bedrijfssite “Spinning Mills en Utexbel” en het voetbalterrein van KFC Wak-ken.

3.3.2.3 Focus Oeselgem

Kaart 18 : Bestaande ruimtelijke structuur driepolengebied - focus Oeselgem

Oeselgem is een uitgesproken straatdorp, gegroeid rond de as Wakkense-steenweg – Deinzestraat. De kerk bevindt zich ietwat verscholen van deze as, aan de rand van de Leievallei. De overgang tussen de dorpsbebou-wing en de vallei bestaat uit een reeks “achterkanten” en kleine land-bouwgebiedjes. Er is dan ook geen duidelijke zichtrelatie tussen het dorp en de Leie. Het voetbalterrein van Oeselgem bevindt zich aan de overzij-de van de Leie, op grondgebied Zulte. De KMO – zone sluit onmiddellijk aan op de dorpsbebouwing. De woonwijk Vlassenhove situeert zich ietwat geïsoleerd ten noorden van het historische centrum.

Page 44: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 41

3.3.3 Versnipperd middengebied

Kaart 19 : Bestaande structuur zuidelijk open ruimtegebied

Een versnipperd landbouwgebied met…

Het zuidelijk open ruimte gebied kent een vrij sterke versnippering. De be-bouwing deelt het landbouwareaal op in een aantal kleinere fragmenten. In deze landbouwgebiedjes domineert het akkerlandgebruik. Op de landbouwgronden is nagenoeg geen perceelsrandbegroeiing aanwezig. Het zijn dan ook de gebouwen die het zicht beperken, want ook op de huiskavels ontbreekt vaak opgaande begroeiing. In het overgangsgebied naar Markegem en Wakken toe zijn een aantal fruittelers gevestigd.

… vier oost-west gerichte beken…

Dit landbouwgebied wordt praktisch volledig omsloten door de aaneen-gesloten bebouwing van het driepoolgebied. Vier oost-west gerichte be-ken structureren het gebied intern: de Saaisenbeek, de Scheldeputbeek, de Vennebosbeek en de Aalbeek. Vooral de Saaisenbeek is duidelijk in het landschap herkenbaar door de beekbegeleidende graslandcom-plexen en de lichte depressie waarin de beek is gelegen. Hier en daar accentueren knotbomenrijen en oeverbeplanting de beek. Langs de Aalbeek komen ter hoogte van Baalhoek en ten noorden van de Zand-straat graslandcomplexen voor. Andere delen van de het beektraject zijn echter ingebuisd. De twee andere beken zorgen telkens voor een kleine depressie tussen Saaisen- en Aalbeek. Dominant graslandgebruik is echter niet aanwezig. Voor deze beken is de ecologische waarde vrij gering te noemen. Het hoofddoel is de waterafvoer.

… als basis voor een rijvormig nederzettingspatroon

Tussen de oost-west gerichte beken bevindt zich telkens een kleine opho-ging. Vanop deze hoger gelegen gedeelten werden de lager gelegen landbouwgronden ontgonnen. Dit gaf aanleiding tot een rijvormig neder-zettingspatroon. In dit rijvormig patroon kunnen we op vandaag een aan-tal clusters onderscheiden. In de omgeving van Saaisenbeek en Schelde-putbeek groeperen de gebouwen zich rond de Boerderijstraat en Pape-gaaistraat. Rond de Vennebosbeek verzamelen de gebouwen zich langs de Oosthoekstraat, Vennebosstraat en Volderstraat. Ten zuiden van de Aalbeek vinden we clusters terug langs de Vaerestraat (Galgenhoek) en rond het kruispunt Olsensesteenweg – Deinzestraat (‘Vierschaar’). Met uitzondering van de groepering ‘Vierschaar’ dragen deze clusters een zekere historische lading. Dit blijkt uit de gebruikte naamgeving (‘Venne-bos’, ‘Papegaai’), uit het ongeordend patroon van de gebouwen, de kronkelende wegen en de aanwezige historische hoevegebouwen en kapelletjes. Onderstaande figuren maken het verschil duidelijk tussen de historisch gegroeide cluster ‘Boerderijstraat’ en de meer recente groepe-ring rond Olsenesteenweg.

Page 45: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 42

Bebouwing in cluster Boerderijstraat Bebouwing in woonlint Olsenesteenweg

… met een diversiteit aan functies

Deze clusters kenmerken zich door de vermenging van woningen met zuiver agrarische bedrijven en ambachtelijke bedrijven. Deze vermenging is deels een historisch gegroeid fenomeen. Al van oudsher werd de land-bouw in deze streek gecombineerd met huisnijverheid, zoals vlasroten of spinnen. Op vandaag zijn er nog steeds ambachtelijke bedrijven die een duidelijk ruimtelijk – functionele band dragen met de landbouwactivitei-ten. Het gaat dan bijvoorbeeld om het verhandelen van landbouwpro-ducten of om loonwerkers.

3.3.4 Plateau van Tielt

3.3.4.1 Plateau van Tielt – ten westen van de Statiestraat

Kaart 20 : Bestaande ruimtelijke structuur Plateau van Tielt – ten westen van de Statiestraat

Dit open ruimtegebied is gelegen ten noorden van de vallei van de Oude Mandelbeek en ten westen van de kern Dentergem en de Statiestraat.

Een aaneengesloten open ruimtegebied …

Deze deelruimte vormt het grootste open ruimte gebied van de gemeen-te. In tegenstelling tot het zuidelijk open ruimtegebied is de grondgebon-den landbouw hier nog manifest aanwezig. Landbouwbedrijfszetels ko-men verspreid in het landschap voor.

… met het reliëf als een belangrijke vormgever…

Dit deelgebied kenmerkt zich als een vrij golvend landschap en behoort hiermee tot het Plateau van Tielt. Het hoogste punt in de omgeving, de Poelberg, ligt net ten noordwesten van de gemeentegrens. In het gebied zelf bevinden zich een aantal lokale ophogingen. Het traditionele bo-demgebruik op deze zandruggen is nog voor een groot deel in voege, wat leidt tot open kouterlandschappen met prachtige vergezichten. Op deze kouterruggen fungeren de kerktorens en molens uit de omgeving als beelddragers of bakens.

Page 46: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 43

De valleien van Poelbergbeek, Krommendijkbeek en Waterratbeek door-kuisen het gebied en zorgen voor lokale depressies. Vooral de Krommen-dijkbeek creëert enkele scherpe reliëfovergangen. Rond deze beek strekt zich een aaneengesloten gordel van graslanden uit. Op bepaalde plaat-sen zijn nog knotwilgenrijen aanwezig. Dit kleinschalige landschap con-trasteert met de openheid van de kouterruggen.

… noord – zuid georiënteerde bebouwingsassen…

Dit deelgebied draagt een zeer lage bebouwingsgraad in vergelijking met de rest van de gemeente. We vinden de bebouwing in verspreide orde terug langs een breedmazig stratennet. Dit breedmazig wegenpa-troon is wellicht te wijten aan de ontginningswijze van dit voormalige veld-gebied.

Ten noorden van de Meulebekesteenweg is dit stratennet hoofdzakelijk noord-zuid georiënteerd (Pontbrouckstraat, Bamstraat, Ankelaarstraat, Tieltseweg). De Meulebekesteenweg zelf is met uitzondering van een klei-ne uitloper van het kerngebied van Dentergem voor een groot deel on-bebouwd gebleven, wat zorgt voor mooie zichten op het achterliggende kouterlandschap. Naar de grens met Oostrozebeke en naar de Statie-straat toe, krijg je opnieuw een grotere concentratie aan bebouwing.

Ook hier is echter sprake van een vermenging van functies, gezien de aanwezigheid van woningen en ambachtelijke bedrijven in het land-bouwgebied.

… en het Vijverbos als relict van het veldgebied.

Het kleine Vijverbos vormt de restant van een zeer bosrijk veldgebied, her-kenbaar op de 18de – eeuwse Ferrariskaart. Ook het oorspronkelijk dre-venpatroon is nagenoeg volledig verdwenen, enkele bomenrijen uit-gaande van het Vijverbos niet te na gesproken.

3.3.4.2 Plateau van Tielt – ten oosten van de Statiestraat

Kaart 21 : Bestaande ruimtelijke structuur Plateau van Tielt- ten oosten van de Sta-tiestraat

Woonlinten zorgen voor ruimtelijke scheiding

Dit is het open ruimtegebied ten oosten van de kern Dentergem. Langs Wontergemstraat en Statiestraat komen woonlinten voor als uitloper van de kern. Zij scheiden deze deelruimte van het noordelijk open ruimtege-bied en zorgen intern voor een duidelijke grens tussen het gebied rond de Speibeek en de omgeving van Dentergem-kouter. Zowel langs de Won-tergemstraat als langs de Statiestraat is telkens één smalle strook onbe-bouwd gebleven, zodat er nog een zekere link blijft bestaan tussen de verschillende open ruimte gebieden. Dit open ruimtegebied kent zijn ver-volg op het grondgebied van Deinze en Tielt, maar wordt hier ook al snel afgegrensd door de spoorlijn en de bebouwing van Wontergem – kern.

Page 47: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 44

De woonlinten langs Statiestraat en Wontergemstraat dragen naast hun residentiële ook een ambachtelijke en in beperkte mate een commercië-le functie. Aansluitend op het kerngebied van Dentergem bevinden zich een aantal meer grootschalige ambachtelijke en aan de landbouw gere-lateerde bedrijven. Het gaat dan om het veevoerderbedrijf Maes en de eierhandel Euro – ei langs de Statiestraat en transportbedrijf Vansteenkiste langs de Wontergemstraat.

Landbouwgebied met verspreide landbouwbedrijven ten noorden van de Wonter-gemstraat

Het gebied ten noorden van de Wontergemstraat sluit qua ruimtelijke op-bouw nauw aan bij het noordelijk open ruimte gebied. Ook hier komt de bebouwing in verspreide orde voor langs noord-zuid gerichte straten. De Speibeek onderstreept verder deze noord-zuid structuur. In tegenstelling tot de overige open ruimte gebieden is de bebouwing hoofdzakelijk agra-risch.

Open koutergebied tussen Wontergemstraat en vallei van de Oude Mandelbeek

Op de zandrug tussen Wontergemstraat en de vallei van de Oude Man-delbeek domineert het akkerlandgebruik. Het ontbreken van bebouwing en perceelsrandbegroeiing zorgt voor een zeer open landschap. Dit is één van de weinige plaatsen in de gemeente waar de relatie tussen kou-terrug en lager gelegen vallei nog zeer nadrukkelijk aanwezig is. Deze snelle overgang levert een landschappelijk zeer divers beeld op.

Op de overgang van het koutergebied naar de kern van Dentergem be-vindt de planmatige gerealiseerde verkaveling van Kapittelstraat. Het betreft een woningbouwproject uit de jaren zestig met voornamelijk ge-sloten bouwvormen. De densiteit van de woonwijk contrasteert met het open kouterkarakter van zijn omgeving.

Page 48: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 45

3.3.5 De valleigebieden van Leie, Mandel en Oude Mandelbeek

Kaart 22 : Bestaande ruimtelijke structuur deelruimte drie valleien

Deze deelruimte omvat de valleigebieden van Leie, Mandel en Oude Mandelbeek en doorkruist daarmee de ganse gemeente.

Valleigebieden beheersen het landschappelijke beeld

De valleigebieden van Leie, Mandel en Oude Mandelbeek zijn zeer na-drukkelijk aanwezig in het landschappelijke beeld van de gemeente. Ze hebben voor een groot deel de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente gestuurd. De hoefijzervorm van de bebouwde as Markegem – Wakken – Oeselgem is hiervan de voornaamste getuige.

Een verbindende natuurlijke structuur

De valleien staan in voor de ecologische verbinding tussen grotere na-tuurgehelen op regionaal niveau. Het zijn voornamelijk de natte grasland-complexen die deze natuurverbindende functie waarnemen. De ecologi-sche waarde van deze natte graslandcomplexen komt vooral voort uit de perceelsrandbegroeiing. Het Baliekouterbos voegt een extra dimensie toe aan het ecologisch functioneren. De ligging van het bos aan de rand van het valleigebied maakt een vertikale uitwisseling van soorten mogelijk. Bovendien verrijkt de snelle overgang tussen bos en vallei de landschap-pelijke diversiteit (zie schema).

In de Leievallei worden deze natuurwaarden vooral waargenomen door de oude Leiemeanders. Op verschillende plaatsen is er dicht struikgewas en er zijn meerdere kleine bosjes aanwezig (waaronder ook populieren-aanplant). Dit benadrukt de oude meanders in het landschap. Oeselgem is vlak langs zo’n oude meander gelegen. De tweede meander ligt ter hoogte van het recreatiegebiedje met vijver. De vijver wordt van deze meander gescheiden door een weg die de uitwisseling tussen beide ge-bieden bemoeilijkt. Langs het Leiekanaal wordt de natuurfunctie in be-perkte mate waargenomen door de oevers. De dubbele bomenrij structu-reert de ruimte.

De relatie tussen de valleien en de omgevende bebouwing

Page 49: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc RUIMTELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 46

De vallei van de Oude Mandelbeek is slechts in beperkte mate aangetast door bebouwing of infrastructuur. Enkel langs de Gottemstraat onder-breekt een klein woonlint de continuïteit van het valleigebied. De kernen Dentergem en Markegem bevinden zich aan de rand van het valleige-bied, maar bezitten er geen duidelijke visuele relatie mee. Buiten deze kernen is rand van het valleigebied grotendeels onbebouwd gebleven. Hierdoor is de overgang tussen de lager gelegen valleigebieden en de hogere kouterruggen nog duidelijk merkbaar. Waar er dan toch vallei-randbebouwing aanwezig is, draagt deze vaak een historische inslag. De archeologische site langs de Markegemsesteenweg en de oude hoeve-gebouwen (Goed Ter Hooien en Patrijzenhof (Wielsbeke) aan de monding van de Oude Mandelbeek getuigen hiervan.

De Mandelvallei kent echter wel een sterk bebouwde oostelijke flank. En-kel ter hoogte van Baliekouter en Steengat is de valleiflank onbebouwd gebleven. Tussen de historische kern van Wakken en het valleigebied be-staat er een duidelijke zichtrelatie. Vooral in het gedeelte tussen Wakken en de monding in de Leie komt er wel wat bebouwing voor in het vallei-gebied.

De Leievallei vormt een brede open ruimte corridor tussen de bebouwde as Wakken – Oeselgem – Wontergem en de bebouwing rond de N43. In een aantal bochten sluiten de bebouwde flanken van deze assen zeer nauw aan op het bochtige parcours van de oude Leie. Toch is er geen duidelijk voelbare ruimtelijke relatie tussen de kernen en het valleigebied. In de bochten van Neerhoek en Ponthoek bevinden zich enkele land-bouwbedrijfszetels aan de valleirand. Aan de rand van de meest zuidelijk gelegen Leiebocht bevindt zich de historische hoeve ‘Hof ter Linden’. Op grondgebied Zulte is hier het kasteel ter Lake gevestigd.

Page 50: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 51: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 47

4 MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

4.1 Wonen

In 1999 werd de opdracht gegeven tot de opmaak van een woningbe-hoeftestudie voor de gemeente Dentergem. De richtlijnen van de om-zendbrief RO 97/03 in verband met het aansnijden van woonuitbreidings-gebieden en het opmaken van een gemeentelijke woningbehoeftestudie vormen het kader voor de opmaak ervan.

Voor het voeren van een gericht woonbeleid in de gemeente, is een in-zicht in vraag en aanbod van essentieel belang. De studie behandelt naast kwantitatieve gegevens en kwalitatieve aspecten ook beleidsele-menten.

4.1.1 Bevolkings- en gezinsprognose

Bij de behoefteberekening wordt uitgegaan van de behoefte aan bijko-mende woongelegenheden ten gevolge van de aangroei van het aantal gezinnen. Voor het inschatten van de behoefte voor de buitengebied-gemeente Dentergem wordt uitgegaan van een gesloten bevolkings-prognose, conform de principes van het RSV en omzendbrief 97/03. Hierbij wordt vertrokken van de bevolkingscijfers van 1 januari 1997. Een gesloten bevolkingsprognose houdt enkel rekening met het natuurlijk saldo en stelt een nivellerend migratiesaldo als voorwaarde (aantal migraties = aantal emigraties). De prognoseperiode omvat een termijn van 10 jaar (1997-2007).

4.1.1.1 Bevolkingsevolutie

De bevolking in de gemeente Dentergem nam in de periode 1970-2005 toe van 7.006 naar 8.202 personen. Dit komt overeen met een relatieve toename van 17% of een gemiddelde jaarlijkse groei van 0.5% per jaar. In 1970 was de kern Dentergem de grootste deelgemeente met 2.631 inwo-ners, in 2005 was dat Wakken door een bevolkingstoename van 17%. De sterkste toenamen situeerde zich in de kern Oeselgem, waar de bevolking met 1/3 toenam.

Tabel 1: bevolkingsevolutie voor de verschillende deelkernen

1970 1981 1991 2001 2005 Dentergem 2.631 2.601 2.639 2.638 2.652 Markegem 764 731 740 753 757 Oeselgem 1.181 1.393 1.468 1.779 1.949 Wakken 2.430 2.576 2.712 2.780 2.834 Nt te lokaliseren 3 0 4 10 totaal 7.006 7.304 7.559 7.954 8.202

Bron: NIS, WES

Page 52: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 48

Tabel 2: relatieve bevolkingsevolutie per deelkern

1970-81 1981-91 1991-01 2001-05 Dentergem -1.1% +1.5% +0.0% +0.0% Markegem -4.3% +1.2% +1.75% +0.0% Oeselgem +18.0% +5.4% +21.2% +9.5% Wakken +6.0% +5.3% +2.5% +1.9% Totaal +4.3% +3.5% +5.2% +3.1% Bron: NIS, WES

De positieve bevolkingsevolutie in de voorbije tien jaar in de gemeente Dentergem is toe te schrijven aan de jaarlijkse inwijkingsoverschotten. In de periode 1986-1997 was er een gemiddeld vestigingsoverschot van 36 personen per jaar. In dezelfde periode werd de gemeente geconfron-teerd met een gemiddeld sterfteoverschot van 12 personen per jaar. Vooral in 1995-1996 was het negatief natuurlijk acres relatief groot.

4.1.1.2 Bevolkingsprognoses

Uit de resultaten van de gesloten bevolkingsprognose blijkt dat het bevol-kingsaantal de komende tien jaar toeneemt met 29 personen (als gevolg van het geboorteoverschot). Dit betekent een zeer lage gemiddelde na-tuurlijke aangroei van 3 personen per jaar.

Tabel 3: gesloten bevolkingsprognose van de totale bevolking over 10 jaar

Totale populatie bevolkingsindex Jaar Mannen vrouwen totaal Mannen vrouwen totaal 2002 4.015 3.913 7.928 100.0 100.0 100.0 2007 4.019 3.915 7.934 100.1 100.1 100.1 2012 4.010 3.909 7.919 99.9 99.9 99.9 Toename -5 -4 -9

Bevolkingsprognose per leeftijdklassen

Tabel 4: gesloten bevolkingsprognose per leeftijdklassen van 20 jaar

2002 2007 2012 Leeftijds-klasse mannen vrouwen mannen vrouwen mannen vrouwen 0-19 1.020 885 982 846 918 814 20-39 1.171 1.114 1.061 1.050 1.014 957 40-59 1.013 912 1.153 1.016 1.201 1.113 60-79 675 760 681 745 716 731 80+ 136 242 142 258 161 294 totaal 4.015 3.913 4.019 3.915 4.010 3.909

De recente bevolkingevolutie heeft te maken met twee fenomenen, ont-groening en vergrijzing. In het woonbeleid dient rekening gehouden wor-den met deze vergrijzing, daar bejaarden specifieke behoeften hebben.

Page 53: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 49

De ouderdomscoëfficiënt, di. de verhouding van het aantal 60-plussers tot het aantal jongeren, geeft een indicatie tav. de vergrijzing. In de ge-meente waren er 65 ouderen op 100 jongeren in 1981. In 1991 was de ver-houding al 76 op 100, in 1997 86 op 100, in 2005 88 op 100. In het arrondis-sement was dit cijfer kleiner (61/100) in 1981 maar in 1991 en 1997 (79 en 88/100) was de verhouding groter dan in de gemeente Dentergem. In de provincie West-Vlaanderen tenslotte waren de cijfers als volgt: 1981 (63/100), 1991 (86/100) en 1997 (96/100).

Hieruit blijkt dat de afname van het aantal jongeren in de gemeente iets meer uitgesproken is dan in het arrondissement Tielt, maar minder dan in de provincie. De vergrijzing in de gemeente neemt minder sterk toe dan in het arrondissement en de provincie.

Uit de gesloten prognose blijkt dat de ontgroening en de vergrijzing zich verder zullen zetten. Tussen 1997 en 2007 is er een te verwachten daling van het aantal jongeren met 132 personen of 6.9%. Het aantal 20 tot 59-jarigen zal toenemen met 125 personen of een stijging met 3.0%. Het aan-tal 60-plussers neemt toe met 36 personen of een stijging met 2.1%. Bij de open prognose is de vergrijzing nog sterker uitgesproken. Het feit dat in het recente verleden de grootste inwijkingsoverschotten zich situeerden bij de oudere bevolking en met deze overschotten rekening gehouden wordt bij de open prognose, biedt hiervoor de verklaring.

4.1.1.3 Gezinsevolutie

Hier is vooral het fenomeen van de gezinsverdunning belangrijk.

Op 1/01/97 telde de gemeente Dentergem 2.755 private gezinnen. Het gemiddeld aantal leden per gezin bedroeg 2,71 personen. Tussen de volkstellingen van 1970-1981 nam het aantal private gezinnen toe met 287 eenheden; in de periode 91-97 steeg het aantal gezinnen met 186 een-heden. Deze stijging is vooral te verklaren door de toenemende gezins-verdunning.

Tabel 5: evolutie van het aantal gezinnen en de gezinsgrootte

Particuliere gezinnen Collectieve gezinnen

Aantal Aantal leden

Gem. grootte

Aantal leden

Bevolkings-aantal

1970 2012 6866 3.41 140 7006 1981 2299 7054 3.07 250 7304 1991 2569 7338 2.86 221 7559 1997 2755 7464 2.71 212 7676 Bron: NIS, WES

Page 54: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 50

Tabel 6: evolutie van het aantal leden per gezin

alleenwonende Aantal personen mannen vrouwen 2 3 4 5+

1970 94 128 498 430 377 485 1981 115 194 683 490 436 381 1991 190 230 780 542 534 293 1997 233 287 870 584 532 249 2001 256 313 962 602 545 224 1970 4.7% 6.4% 24.8% 21.4% 18.7% 24.1% 1981 5.0% 8.4% 29.7% 21.3% 19.0% 16.6% 1991 7.4% 9.0% 30.4% 21.1% 20.8% 11.4% 1997 8.5% 10.4% 31.6% 21.2% 19.3% 9.0% 2001 8.8% 10.7% 33.1% 20.6% 18.7% 7.7% Bron: NIS, WES

De gezinsverdunning verloopt in de gemeente Dentergem nagenoeg aan hetzelfde tempo als in het arrondissement Tielt. Het gemiddeld aantal leden verminderde met 0.70 personen. In 1997 bedroeg de gemiddelde gezinsgrootte in de gemeente 2.71 personen. Dit is hoger dan het arron-dissementeel gemiddelde.

4.1.1.4 Gezinsprognose

Tabel 7: evolutie van het aantal gezinnen en de gem. gezinsgrootte (gesloten prognose)

2002 2007 2012 Aantal leden 7464 7486 7493 Aantal gezinnen 2.943 3.036 3.127 Gem. grootte 2.69 2.61 2.53

Uit de prognose kan afgeleid worden dat de gemiddelde gezinsgrootte in de prognoseperiode verder afneemt van 2.69 in 1997 tot 2.53 in 2012 (ge-sloten prognose).

Opgesplitst naar tijdsperiode van 5 jaar betekent dit dat er in de periode 2002 – 2007 jaarlijks naar schatting 19 nieuwe gezinnen zullen bijkomen, enkel en alleen door een gesloten bevolkingsprognose (geen invloed van migratie) en een continuering van de trend van daling van de gezins-grootte. In de periode 2007 – 2012 blijft deze trend nagenoeg gelijk.

Het blijkt dat vooral in de leeftijdsklassen 40-59 en 60+ het aantal referen-tiepersonen sterk toeneemt. In de gesloten prognose wordt de toename van de gezinnen met referentiepersonen ouder dan 60 jaar tenietgedaan door de daling van het aantal gezinnen met referentiepersonen beneden 30 jaar. In de open prognose is de toename van het oudere gezinnen aanzienlijk groter dan de daling van de jonge gezinnen.

Page 55: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 51

4.1.2 Behoeften inzake wonen

4.1.2.1 Eigen berekende behoefte aan bijkomende wooneenheden

1. Behoefte aan bijkomende wooneenheden 2007 – 2012

De behoefte aan bijkomende wooneenheden is het gevolg van een aan-tal demografische ontwikkelingen zoals hierboven beschreven. Het aantal gezinnen zal immers blijven toenemen als gevolg van de gezinsverdun-ning of m.a.w. het afnemend aantal personen per gezin. Dit heeft te ma-ken met de vergrijzing van de bevolking (ouderen die langer zelfstandig wonen), een toenemend aantal echtscheidingen, het zelfstandig wonen van ongehuwden, enz.

Bij de bepaling van de woningbehoefte wordt uitgegaan van de veron-derstelling dat er voor elk gezin één woning nodig is. Bijgevolg is de bere-kende groei van het aantal gezinnen eveneens de behoefte aan bijko-mende woningen. Er moet echter ook rekening gehouden worden met een woningmutatiereserve of een ‘frictieleegstand’. De woningmutatiere-serve of frictieleegstand is de leegstand van korte of zeer korte duur die noodzakelijk is om verhuisbewegingen toe te laten op de woningmarkt. Deze frictieleegstand bedraagt voor de gemeente 3%, analoog aan het percentage dat door het RSV werd gehanteerd voor het arrondissement Tielt. We verkrijgen de behoefte aan bijkomende woningen door de aan-groei van de gezinnen te vermenigvuldigen met een factor 1,03.

Uit de prognose blijkt dat het aantal gezinnen in Dentergem op 1 januari 2007 gelijk zou zijn aan 3036. Op 1/1/2008 zou het aantal gezinnen dan gelijk zijn aan 3054 (3036+18,2). In de periode 2008-2012 bestaat er een behoefte aan 167 woongelegenheden (3127*1.03-3054).

4.1.2.2 Differentiatie van de algemene woonbehoeften i.f.v. sociale doeleinden

1. Sociale huisvesting

De sociale huisvestingsmaatschappijen ‘Helpt Elkander’ en ‘Mijn Huis’ rea-liseerden in Dentergem reeds 259 sociale woningen. Hiervan worden er nog 158 verhuurd.

Ligging Aantal en aard Dentergem Nellekeshof 48 woningen waarvan 32 verhuurd Oeselgem Vlassenhove 48 woningen waarvan 27 verhuurd Wakken Groenhove-C. Cluys-

straat-Burg.Verstaenlaan 145 woningen waarvan 81 verhuurd

Wakken Molenstraat 13 huurwoningen Markegem Wakkenstraat 5 huurwoningen Daarenboven beschikt het OCMW nog over 11 huurwoningen in Denter-gem (Nellekenshof), 7 in Oeselgem en 2 in Wakken.

Page 56: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 52

Als richtcijfer voor sociale woningen geldt 5% sociale koopwoningen en 5% sociale huurwoningen van het totale woningenbestand15. Dentergem beschikt in 2005 over 178 sociale huurwoningen of zo’n 6% van de wo-ningvoorraad. Alle sociale koopwoningen zijn ouder dan 20 jaar en kun-nen aldus niet meegerekend worden in het aandeel sociale woningen. Het aandeel sociale koopwoningen dient dus opgekrikt te worden in de komende planperiodes.

2. Bejaardenhuisvesting

Uit de gesloten bevolkingsprognose voor de periode tot 2007 kan men afleiden dat het aantal ouderen ( > 60jaar) binnen de totale bevolking stelselmatig toeneemt. In 2007 telt Dentergem 1826 personen boven de 60 jaar. Tegenover 976 in 1997 is dit dus een stijging met 850 eenheden.

Het toekomstig woonbeleid zal dus terdege moeten rekening houden met de vergrijzing van de bevolking, temeer daar deze bevolkingscategorie t.a.v. wonen specifieke behoeften draagt. Woningen moeten immers qua grootte en comfort aangepast zijn aan bejaarden. Daarnaast is het feit dat hoogbejaarden die zelfstandig wonen minder mobiel zijn en bijgevolg voor dagelijkse voorzieningen afgestemd zijn op de nabijheid ervan.

Het rusthuis in Dentergem telt momenteel 70 bewoners. Een uitbreiding met circa 30 wordt verwacht. Het Wakkense rustoord bezit een capaciteit voor 150 personen. Op die manier tellen de Dentergemse rusthuizen 250 plaatsen.

In de gemeente zijn geen serviceflats aanwezig.

3. Woonvernieuwingsbehoefte

Naast een kwantitatieve behoefte aan nieuwe woningen, is er ook een zogenaamde woonvernieuwingsbehoefte, waarbij een verbetering van de woningkwaliteit centraal staat. Om een indicatie te geven van de woonvernieuwingsbehoefte, wordt een beroep gedaan op de NIS – cijfers i.v.m. het aantal woningen zonder klein comfort (géén WC, badka-mer/douche en stromend water). We kunnen veronderstellen dat het grootste deel van deze woningen aan vernieuwing of renovatie toe is.

Op basis van deze veronderstelling zou ongeveer één vijfde van het wo-ningenbestand aan vernieuwing toe zijn. De woonvernieuwingsbehoefte wordt aldus geraamd op 580 wooneenheden.

15 AROHM, Cel Huisvesting, ‘woonbehoeften in Vlaanderen 1990-2000’ en de Vlaamse Wooncode.

Page 57: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 53

4.1.3 Analyse van het woningaanbod

4.1.3.1 Woningvoorraad en trends inzake woonbebouwing

1. Kwaliteit en ouderdom van de woningen

De kwaliteit van het woningenbestand wordt bepaald door de ouderdom van de woningen, de uitrustingsgraad en het comfort. Qua ouderdom valt op te merken dat het woningenbestand merkelijk ouder is in Wakken (groot aandeel van vóór 1919) en Markegem. Het woningbestand in Oe-selgem is duidelijk van recentere datum. Van het totale woningaanbod mag ongeveer 10% als te klein omschreven worden. Verder beschikt 1/5 van de woningen in de gemeente niet over ‘het klein comfort’, wat ver-gelijkbaar is met hogere niveaus. Oeselgem kent weinig woningen zonder klein comfort, in Wakken daarentegen is bijna ¼ van de woningen zonder klein comfort.

Buurten die slecht scoren voor deze criteria zijn: Markegem-centrum, De Bul in Markgem en Wakken-centrum. Zij worden geconfronteerd met een lage aantrekkingskracht en een hoge leegstand. Sanering kan hierbij ge-deeltelijk een oplossing bieden.

2. Typologie van de bebouwing

Wat de bebouwingstypologie betreft, volgt Dentergem de trend van het arrondissement met een groot aandeel eengezinswoningen en een zeer klein aandeel appartementen. Hieruit blijkt het niet-stedelijke karakter van Dentergem. De open bebouwing neemt de helft van de bebouwing voor zijn rekening, wat een zeer hoog aandeel is. Slechts 1/4de van de bebou-wing is gesloten.

Tabel 8: typologie van de bebouwing

eengezinswoningen appartement open halfopen gesloten

Dentergem (1293) 50% (501) 20% (655) 26% (95) 4% Arr. Tielt 46% 22% 27% 5% Prov. W-Vl. 31% 18% 34% 17% Bron: witab

3. Woningdichtheid

Kaart 23: Woningdichtheid van de dorpen

De woondichthedenkaart is opgemaakt op basis van de statische secto-ren. De woningdichtheid ligt in de dorpscentra tussen de 6 en de 8 WE/ha. In Markegem is de woningdichtheid een stuk lager, ze bedraagt er onge-veer 4 WE/ha. In de overige statische sectoren ligt de dichtheid nog lager.

4. Evolutie bouwvergunningen

In de periode 1995-2005 zijn er gemiddeld 45 vergunningen voor woning-bouw in Dentergem afgeleverd. Uitspringers daarbij zijn de jaren 1995-96, waar maar liefst 68 respectievelijk 65 vergunningen zijn afgeleverd. Vier nieuwe verkavelingsprojecten, drie in Dentergem en één in Wakken, zijn hiervoor grotendeels verantwoordelijk.

Page 58: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 54

De laatste vier jaar zijn gemiddeld ook zes vergunningen per jaar voor appartementen afgeleverd, voornamelijk voor de deelgemeente Wak-ken.

4.1.3.2 Aanbod aan reële bouwmogelijkheden

Waar kunnen de woonbehoeften nu opgevangen worden? In eerste in-stantie komen deze gronden in aanmerking die kunnen aangewend wor-den zonder de aanleg van bijkomende weginfrastructuur. Het betreft de ‘reële bouwmogelijkheden’ die – mits een gepast stimuleringsbeleid – haast onmiddellijk kunnen ingezet worden voor de opvang van de woon-behoeften. We kunnen een onderscheid maken tussen reële bouwmoge-lijkheden:

− door het verminderen van de langdurige leegstand − door verdichting van het bestaand woonweefsel − door het aansnijden van uitgeruste gronden en juridisch vastlig-

gende kavels − door de realisatie van het woonproject in het BPA Nieuwstraat-

Sportveld te Oeselgem − door de realisatie van geplande projecten in de sociale huisves-

tingssector

1. … door het verminderen van de langdurige leegstand

Door het verminderen van de overtollige leegstand door renovatie en/of het opnieuw bewoonbaar maken van langdurig leegstaande en/of ver-waarloosde woningen, kunnen bijkomende wooneenheden gecreëerd worden zonder bijkomend ruimtebeslag.

Op 1/07/2007 telt de gemeente 10 leegstaande woningen. Slechts 4 wo-ningen staan langdurig leeg. Voor langdurige leegstand wordt een reali-satiegraad van 10% op een periode van 10 jaar genomen of 5% op 5 jaar. De kortdurende leegstand wordt verrekend met een realisatiegraad van 80% op 10 jaar of 40% op 5 jaar.

Tabel 9 : Inschatting van de mogelijkhedenvoor leegstand (2007)

Aantal percelen realisatiegraad Reële bouwmogelijkheden

Langdurige leegstand 4 5% 0 Kortdurende leegstand 6 40% 2

Algemeen totaal 10 2

2. … door verdichting van het bestaand woonweefsel

Onder verdichting wordt onder meer het vervangen van eengezins- door meergezinswoningen verstaan binnen het bestaand woonweefsel. Ver-dichtingsprojecten komen tegemoet aan de vraag naar kleinere woon-eenheden. Hiermee wordt ingespeeld op de behoefte van specifieke doelgroepen zoals starters, bejaarden en alleenstaanden. Bovendien creëert verdichting extra woongelegenheden zonder bijkomend ruimte-beslag.

Page 59: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 55

Binnen Wakken-centrum zijn enkele verdichtingsprojecten gerealiseerd de voorbije jaren. Door verdichting werden in totaal 19 extra wooneenheden gecreëerd (28 appartementen en 3 woningen in plaats van 12 wonin-gen). Dit zorgde voor meer dan een verdubbeling van de woongelegen-heid tov. de verdwenen, waarbij ook nog ruimte voor andere activiteiten gecreëerd werd. Behalve Oeselgem (1 woning vervangen door 7 appar-tementen) hebben de andere deelgemeenten geen specifieke realisaties van inbreiding.

Recentelijk is in Dentergem-kern een voormalige bedrijfssite vrijgekomen. Het gaat om de site van Abbeloos langs de Gottemstraat. Deze site heeft de bestemming woongebied volgens het gewestplan. De gemeente op-teert ervoor, gezien de ligging tussen de kernbebouwing en de Oude Mandelbeekvallei, om de site niet langer in te zetten voor bedrijvigheid maar om op deze site een woonproject te realiseren. Op de site zullen 40 woongelegenheden gerealiseerd worden in de periode 2008-2012. De woningdichtheid zal daarmee hoger liggen dan 15WE/ha.

De gemeente denkt ook aan de site van de Spinnerij in Wakken. Deze site is gelegen in woongebied in het centrum van Wakken. Een realisatie van een woonproject is, gezien de ligging wenselijk. Er zijn echter nog geen concrete plannen voor deze site gekend. De realisatie van woningen te-gen 2012 op deze site lijkt dan ook weinig waarschijnlijk en kan niet in het aanbod voor 2012 worden meegeteld.

3. … door het aansnijden van uitgeruste gronden en juridisch vastliggende kavels

a) Inventaris

Kaart 24: Inventaris onbebouwde percelen

Tabel 10 : Aantal onbebouwde percelen in Dentergem (2007)

Totaal

In goedgekeurde verkavelingen : 112 Langs uitgeruste weg : 168 Onbebouwde binnengebieden 82 Algemeen totaal 362

BRON : actualisatie inventaris onbebouwde percelen gemeente (1/1/2008).

Page 60: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 56

Op basis van de hierboven gemaakte inventaris komt men op 280 poten-tieel te bebouwen percelen langs uitgeruste weg of kavels in goedge-keurde, niet-vervallen verkavelingen. De onbebouwde binnengebied worden gerealiseerd met een dichtheid van 15 woningen per hectare. Dit levert bijkomend 82 percelen op wat het totaal brengt op 362.

b) Inschatting van de reële bouwmogelijkheden

Niet al deze theoretisch beschikbare percelen of kavels zullen de eerst-volgende jaren daadwerkelijk op de markt komen.

Voor onbebouwde percelen in verkavelingen en de onbebouwde bin-nengebieden wordt een realisatiegraad van 80% op een periode van 10 jaar genomen, of 32% op een periode van 4 jaar.

Voor onbebouwde percelen langs uitgeruste weg werden de potentiële percelen berekend volgens de te hanteren perceelsbreedte conform de omzendbrief RO97/03, namelijk 6, 10, 15 m voor respectievelijk gesloten, halfopen en open bebouwing. Hier wordt een realisatiegraad van 30 % op 10 jaar genomen, of 12% op 4 jaar.

Per kern geeft dit volgende resultaten:

Tabel 11 : Inschatting van de reële bouwmogelijkheden in Dentergem (2007)

Aantal percelen realisatiegraad Reële bouwmogelijkheden

In goedgekeurde verkavelingen 112 32% 36

Langs uitgeruste weg 168 12% 20

Onbebouwde binnengebieden in woongebied

82 32% 26

Algemeen totaal 346 82

Bron : inventaris onbebouwde percelen gemeente 1/1/2008 en eigen berekenin-gen

c) Reserveaanbod

Naast het juridische aanbod kan men ook nog een reserveaanbod on-derscheiden. Dit zijn de onbebouwde binnengebieden in woonuitbrei-dingsgebieden (die groter zijn dan 0,5 ha). Deze mogen pas aangesne-den worden als het juridische aanbod niet kan voldoen aan de behoefte.

Tabel 12 : reserveaanbod

Oppervlakte Aantal percelen

Onbebouwde binnenge-bieden in woonuitbrei-dingsgebied

5 ha 75

Bron : actualisatie gemeente (2008)

Page 61: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 57

Dentergem-kern beschikt over één woonuitbreidingsgebied en één reser-vegebied voor wonen. Het reservegebied voor wonen is al volledig verka-veld. Het woonuitbreidingsgebied bevindt zich tussen de bebouwing van Dentergem-dorp en de bedrijfssite van brouwerij Riva. De Speibeek vormt de grens met de achtertuinen van de bebouwing langs de Meulebeke-steenweg.

Het woonuitbreidingsgebied van Markegem bevindt zich tussen Brouwerij-straat en Bulmolenweg. Voor dit gebied werd een BPA opgemaakt (BPA Den Bul, 18.02.1993). De gemeentelijke sporthal en het containerpark ne-men een belangrijk deel van het gebied in. De overige gronden zijn al verkaveld of bevinden zich langs een uitgeruste weg.

Wakken beschikt over drie woonuitbreidingsgebieden. Het gebied ‘Balie-kouter’ is nagenoeg volledig volzet, een klein perceel achter de bebou-wing van de Markegemstraat niet te na gesproken. Rond de Kapellestraat bevinden zich twee, volledig onbebouwde woonuitbreidingsgebieden.

Page 62: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 58

4.1.3.3 Confrontatie reële bouwmogelijkheden – woonbehoeften

De vergelijking van de woonbehoeften met het aanbod aan reële bouw-mogelijkheden leidt tot volgend resultaat:

Behoefte aan bijkomende wooneenheden 2008 – 2012: 167

Aanbod aan reële bouwmogelijkheden …

→ door vermindering van de langdurige leegstand 2

→ door verdichting van het bestaande woonweefsel 40

→ door aansnijden van uitgeruste gronden:

o in goedgekeurde verkavelingen 36

o langs uitgeruste weg 20

→ door realisatie van binnengebieden in woonge-bied

26

Totaal 124

Uit de confrontatie blijkt een tekort van 43 woongelegen voor de periode 2008-2012.

Page 63: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 59

4.2 Bedrijvigheid

4.2.1 Kenmerkende elementen en trends inzake bedrijvigheid

In 2003 bedraagt de actieve bevolking (= bevolking tussen 18 en 64 jaar) van Dentergem 4793 personen. Dit betekent 59.5% op een totale bevol-king van 8045 personen.

De beroepsbevolking16 van Dentergem bestond in 2003 uit 3729 eenhe-den of 46.3% van het totale inwonersaantal. Hiermee ligt de activiteits-graad17 (77,8) vrij hoog. De werkloosheid in de gemeente ligt dan ook vrij laag. De werkloosheidsgraad18 bedraagt 4,3.

De werkgelegenheid geeft het aantal arbeidsplaatsen weer in de ge-meente en omvat zowel de bezoldigde als de zelfstandige tewerkstelling. In Dentergem zijn er in 2003 2393 arbeidsplaatsen, waarvan 1646 (=68.8%) bezoldigd en 747 (=31.2%) als zelfstandigen. Hiermee bedraagt de werk-gelegenheidscoëfficiënt 0,6419, wat impliceert dat een deel van de inwo-nende beroepsbevolking aangewezen is op de vraag naar arbeid buiten de gemeentegrenzen.

De bezoldigde tewerkstelling concentreert zich voornamelijk in de secun-daire sector, wat kenmerkend is voor de ganse regio rond Tielt. Binnen de gemeente heeft er zich de voorbije 20jaar een belangrijke verschuiving voorgedaan in de tewerkstelling van de primaire sector (-9%) naar de tertiaire sector (+9%).

Tabel 13 : Bezoldigde tewerkstelling in diverse sectoren naar bedrijfstak

Gemeente Dentergem Arr. Tielt Provincie West-Vlaanderen

In abs en % tov de be-zoldigde tew.

1981 1999 1981 1999 1981 1999

Primaire sector20 240 11,4 % 34 2% 12,3 % 2,5% 0,9% 1,2% Secundaire sector21 1223 58,2 % 972 58,3% 52,5% 57,4% 47,5% 34,4% Tertiaire sector22 638 30,4% 661 39,7% 35,2% 40,1% 51,6% 64,4% Totaal tewerkstelling 2105 100 % 1667 100% 26718 28601 345547 365719

BRON : RSZ

16 De beroepsbevolking geeft aan hoeveel mensen zich aanbieden op de ar-beidsmarkt om betaalde arbeid te verrichten en omvat dus zowel de werkende als de niet-werkende werkzoekenden. 17 De activiteitsgraad is de verhouding tussen de beroepsbevolking en de actieve bevolking. 18 De werkloosheidsgraad is de verhouding tussen het aantal werkzoekenden en de beroepsbevolking. 19 De werkgelegenheidscoëfficiënt is een indicatie van de mate waarin een ge-meente als een centrum van tewerkstelling fungeert. Het is de verhouding tussen het aantal arbeidsplaatsen en de beroepsbevolking (werkenden en werkzoeken-den), of anders gesteld de verhouding van de beroepsbevolking werkend in de gemeente tot de beroepsbevolking wonend in de gemeente. 20 Primaire sector : landbouw, bosbouw, visserij 21 Secundaire sector : energie- en waterhuishouding, verwerkende industrie en bouwnijverheid 22 Tertiaire sector : handel, horeca, vervoer en communicatie, bank- en verzeke-ringswezen, andere dienstverlening

Page 64: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 60

4.2.2 Ruimte voor ambachtelijke bedrijven

4.2.2.1 Behoefte voor lokale bedrijvigheid

De behoefte aan een lokaal bedrijventerrein kan ontstaan door:

1) Herlokalisatie van bestaande lokale bedrijven binnen de gemeente

Als voorbereiding van het sectoraal BPA – zonevreemde bedrijven werd een inventaris opgemaakt van de zonevreemde bedrijven, de gedeelte-lijk zonevreemde bedrijven en de bedrijven die zonevreemd zullen wor-den doordat ze wensen uit te breiden. Uit deze inventaris bleken 48 am-bachtelijke bedrijven (potentieel) zonevreemd te zijn. Het grootste deel van deze bedrijven kan ter plaatse bestendigd worden, mits het voorzien van de nodige maatregelen voor de landschappelijke integratie van de bedrijfssite. Het bedrijf Levrau is gelegen in een waardevol valleigebied en kan aldus niet verder ter plaatse bestendigd worden. De gemeente wenst dan ook de mogelijkheid te bieden aan dit bedrijf om zich te herlokalise-ren. Rekening houdend met het huidig ruimtegebruik kan er uitgegaan worden van een behoefte van 2ha en meer. Aldus is dit bedrijf niet als een lokaal bedrijf te beschouwen en kan het niet in rekening worden ge-bracht voor de behoefte aan lokale bedrijventerreinen.

2) Nieuwe lokale bedrijfjes die worden opgericht

Om in de toekomst nieuwe bedrijfjes uit de eigen gemeente de kans te geven binnen de gemeente op een lokaal bedrijventerrein te starten is het noodzakelijk hiervoor ruimte te voorzien. Om zicht te krijgen op deze lokaal economische dynamiek, zullen we onderzoeken hoeveel lokale bedrijfjes de laatste 10 jaar zijn opgestart.

Methodiek

Sinds 1980 werd in de gemeente geen substantiële oppervlakte meer bestemd als bedrijfsgronden (zie ook onder 4.2.2.2 ,evolutie van de ruimte voor bedrijvigheid). De bijkomende ruimte aansluitend op KMO-zone Oeselgem-zuid (1995) is enkel bestemd voor een uitbreiding van de daar gevestigde, bestaande bedrijven.

Aldus is er geen substantiële verkoop van bedrijfsgronden sinds 1980 geweest en kan dus geen extrapolatie van deze gegevens gebeuren. In deze periode werden binnen de gemeente uiteraard wel bedrijfjes opgericht. Vele van deze bedrijfjes zouden in aanmerking komen voor een bedrijfskavel op een lokaal bedrijventer-rein.

Daarom wordt volgende methode voorgesteld om een inschatting van de lokale dynamiek binnen de gemeente te kunnen maken. Deze behoefteberekening moet los beschouwd worden van de juridische context. Het gaat erom hoeveel bedrijven er opgericht werden binnen de gemeente over een relevante 10-jarenperiode, los van gewestplan- of BPA-bestemmingen.

Er werd een selectie gemaakt van alle opgerichte bedrijven binnen de gemeente in de periode 01.01.92 - 01.01.02. Per bedrijf werd de naam genoteerd, samen met de uitgeoefende activiteit en de grootte van de kavel waarop het bedrijf zijn acti-viteit uitoefent.

Een tweede stap verfijnde de selectie. Enkel deze bedrijven werden weerhouden die in de periode 01.01.1992 – 01.01.02 potentieel in aanmerking zouden gekomen zijn voor een bedrijfskavel op een lokaal bedrijventerrein. Dit wil zeggen:

• Enkel ambachtelijke bedrijven, dus géén kleinhandel, land- en tuinbouw, enz.

Page 65: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 61

• Enkel bedrijven die uit de gemeente zelf komen en maximaal 5000 m² be-slaan.

Resultaat

In de periode 1992 – 2003 (11 jaar) 18 nieuwe lokale bedrijfjes opgericht die poten-tieel in aanmerking zouden gekomen zijn voor een kavel op een lokaal bedrijven-terrein. De gemiddelde bedrijfsoppervlakte bedraagt 2700 m². Dit is van belang als richtcijfer voor nieuw te ontwikkelen bedrijfskavels.

Tabel 14 : Lijst van nieuw opgerichte ambachtelijke bedrijven (> 2000 m²) in de pe-riode 1992 - 2002 a.h.v. milieuvergunningenregister

Naam van het bedrijf Nieuw adres Activiteit Bedrijfsoppervlakte

1. Declercq, J. Meulebekestraat 8 - Dentergem

schrijnwerkerij 3267 m²

2. Mandel Auto bvba

Olsenesteenweg 7 – Oeselgem

garage 2925 m²

3. New Coussement bvba

Olsenesteenweg 9 - Oeselgem

Constructie en in-richting laadkasten, mobilhomes en gehandicapten-wagens

Samen met Mandel Auto

bvba

4. Tack R. bvba Gottemstraat 12 - Dentergem

metaalconstructie 1518 m²

5. Ruyssen transport NV

Wontergemstraat 79 transportbedrijf 3698 m²

6. Demaegt W. Goedlevenstraat 6 - Dentergem

Opslagplaats en sorteerplaats van oude metalen en autowrakken

3196 m²

7. Goeminne, M. Heuvelhoekstraat 1 - Oeselgem

aannemersbedrijf 2294 m²

8. Callens, F. Markegemsesteen-weg 40 – Dentergem

groothandel 4300 m²

9. DW Projects Molenstraat 45a - Wakken

metaalconstructie-bedrijf

3000 m²

10. Erno - konstruktie Bamstraat 3 - Den-tergem

Metaalconstructie 3027 m²

11. Decraene, A. Ankelaarstraat 51 - Dentergem

Transportbedrijf 4000 m²

12. Gernaey F. Fonteynestraat 4 - Dentergem

schrijnwerkerij 874 m²

13. Tiarelli bvba Staatsbaan 20 - Oe-selgem

Textielbewerkend bedrijf

1532 m²

14. Tack H. bvba Bulmolenweg 44 - Markegem

metaalconstructie 3706 m²

15. Loosveldt H. Vennebosstraat 11 - Oeselgem

telecommunicatie-apparatuur

2523 m²

16. Galle Transport bvba

Vijvestraat 31 - Oe-selgem

transportbedrijf 3594 m²

17. Debusschere L. Wakkensesteenweg 75 – Oeselgem

Herstel en onder-houd motorvoertui-gen

1800 m²

18. Lanckriet E. Markegemsesteen-weg 137 - Dentergem

metaalconstructie 893 m²

Page 66: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 62

Totaal 48 600 m²

BRON : Gegevens gemeente, lijst nieuw opgerichte lokale bedrijvenop basis van milieuvergunningen in de periode 1992 – 2002.

18 bedrijfjes op 10 jaar tijd betekent dat er in de periode 1992 – 2002 van-uit een gelijke verspreiding in de tijd elk jaar 1,8 bedrijfjes bijkwamen. Dit is de trend.

Indien we deze trend in de periode 2007 – 2012 (5 jaar) zouden verderzet-ten, betekent dit dat er in 2007 9 nieuwe bedrijfjes bijgekomen zijn. Indien we ervan uitgaan dat de gemiddelde oppervlakte van een bedrijfskavel gemiddeld 2700 m² bedraagt, betekent dit een behoefte aan 2.43 ha nieuw lokaal bedrijventerrein (netto-oppervlakte). Dit komt overeen met 2.43*1.3 = 3.2 ha bruto-oppervlakte.

4).Conclusie

Behoefte aan nieuw lokaal bedrijventerrein voor …

1) herlokalisatie bestaande lokale bedrijven binnen de gemeente 0 ha

2) nieuwe lokale bedrijfjes die worden opgericht 2007-2012 3.2 ha

3) vraag naar bedrijfsgrond –kavels op KMO-zone geen

Totaal 3.2 ha

Page 67: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 63

4.2.2.2 Analyse van het aanbod aan bedrijventerreinen

1) Evolutie van de ruimte voor bedrijvigheid

• Evolutie van de totale bedrijvigheid in de periode 1980-2000 adv. ka-dastrale statistieken

Tabel 15 : Evolutie van de totale bedrijvigheid in de periode1980 – 2000

1980 1991 2000 2001

Ambachts- en industriegebouw

26 ha 1 % 34,7 ha

1,3 % 43,5 ha 1,7 % 44,12 ha

1,7 %

Opslagruimte 7 ha 0,3 % 10,6 ha

0,4 % 13,1 ha 0,5 % 13,3 ha 0,5 %

Handel, horeca en kantoren

1 ha 0,04 % 15,6 ha

0,6 % 17,8 ha 0,7 % 17,7 ha 0,7 %

BRON : NIS, kadastrale statistiek

De ambachts-, industriegebouwen en opslagruimten zijn op 20 jaar (1980 – 2000) met 71% toegenomen (van 33 naar 56,6 ha). De handels-, horeca- en kantorenfunctie is zeer sterk op gang gekomen gedurende de voorbije 20 jaar (van niets naar bijna 18 ha).

• Evolutie van de bestemde oppervlakte aan bedrijventerreinen in de periode 1980 – 2007

Tabel 16 : evolutie van de bestemde oppervlakte aan bedrijventerreinen in de perio-de 1980 - 2007

Goedkeurings-besluit

Opper-vlakte

Opmerkingen

Op het gewestplan voorziene oppervlakte industriegebied

5,5 ha

Op het gewestplan voorziene oppervlakte KMO – zone

15,8 ha

Bijkomende oppervlakte KMO – zone door BPA Centrum (Oeselgem)

MB 12.11.1993

0,3 ha

Bijkomende oppervlakte KMO – zone door wijziging BPA Nieuwstraat – Sportveld (Oe-selgem)

MB 27.04.1995

12,3 ha In de stedenbouwkundige voorschriften wordt uitdruk-kelijk vermeld dat deze bij-komende oppervlakte be-drijventerrein enkel bestemd is voor de uitbreiding van bestaande, aldaar geves-tigde bedrijven.

Bijkomende oppervlakte be-drijventerreinen door secto-raal BPA zonevreemde be-drijven (fase 1 en 2)

MB 16.06.04

MB 12/01/07

1,10 ha

0,38 ha

Het gaat in totaal om 25 bedrijven.

Page 68: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 64

Totaal bijgekomen opper-vlakte tussen 1994 – 2007

+13,8ha

2) Analyse van de bestaande bedrijventerreinen

Dentergem telt twee grotere en verschillende kleine zones voor bedrijvig-heid. De kleine zones zijn er steeds gekomen voor slechts één enkel bedrijf. Ook de zone voor milieubelastende industrie telt maar één bedrijf.

Tabel 17 : Overzicht van het aanbod op bestaande bedrijventerreinen

Benaming Bestemming gewestplan / BPA

Totale opp.

Opp. on-bebouwde percelen23

Opmerkingen

1. Riva Industriege-bied voor milieubelas-tende indu-strie

5,5 ha 1,7 ha De resterende opper-vlakte is bestemd voor milieubelastende indu-strie. Zonder bestem-mingswijziging komt deze grond niet in aanmerking voor de locatie van lokale be-drijven.

2. Oeselgem-zuid KMO –zone 19,86 ha

6,9 ha Deze terreinen waren in het BPA Nieuwstraat – Sportveld enkel be-stemd voor de uitbrei-ding van bestaande, aldaar gevestigde be-drijven.

3. Dentergem-noord

KMO - zone 0,57 ha 0 Volledig ingenomen door het bouwbedrijf Verhaege

4. Meulebekes-traat

KMO - zone 1,9 ha 0 Volledig ingenomen door champignonkwe-kerij Vandecasteele

5. Tieltstraat KMO - zone 0,55 ha 0 Volledig ingenomen door het metaalbedrijf Vangaever

6. Oostrozebekes-traat

KMO - zone 0,79 ha 0 Volledig ingenomen door het metaalbedrijf Vangaever

7. Papegaaistraat KMO - zone 0,23 ha 0 Volledig ingenomen door het metaéalbedrijf Desmet Ateliers

8. Volderstraat KMO - zone 1,2 ha 0 ? Volledig ingenomen door het constructie-bedrijf ISODEC

9. Baalhoek KMO - zone 1,4 ha 0 ? Volledig ingenomen door schrijnwerkerij Vanden Berghe

23 De oppervlakte onbebouwde percelen is gebaseerd op onderzoek van de gescande kadasterkaarten van 1998 – 1999, aangevuld met een recent terrein-onderzoek (2003).

Page 69: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 65

10. Vaerestraat KMO - zone 0,33 ha 0 Volledig ingenomen door het Socodecor

11. Wakkensesteen-weg

KMO - zone 0,31 ha 0 Volledig ingenomen door het bandenbedrijf Vandekerckhove

12. Vijvestraat KMO - zone 1,31 ha 0 Volledig ingenomen door het lederbewer-kingsbedrijf Anci - LSP

BRON : gemeente, eigen verwerking

3) Leegstaande en/of verwaarloosde gebouwen en terreinen

Volgende bedrijfsruimten of voorzieningen komen voor op de lijst van leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsruimten.

Slechts een beperkt aantal bedrijfsruimten betreffen voormalige ambach-telijke of commerciële activiteiten. Een groot deel is ook gelegen in agra-risch gebied.

De bedrijfsruimten gelegen in woongebied staan niet langdurig leeg. Ze worden terug gebruikt als bedrijfsruimte of er wordt gezocht naar moge-lijkheden voor andere functie-invullingen zoals wonen. Vanuit deze hoek is er dus geen aanbod.

Kern Adres Bestemming volgens ge-westplan

Voormalige gebruik van het gebouw

Dentergem Kerkstraat 10 Woongebied Winkelruimte

Dentergem Statiestraat 20 Woongebied Autogarage

Dentergem Statiestraat 113 Woongebied met lande-lijk karakter

?

Wakken Markegemstraat 127 Woongebied Verffabriek

Wakken Oostdreef 26 Woongebied, ambachte-lijke zone BPA Hondi-uspark

Vlasbedrijf

Wakken Wapenplaats 20 Woongebied ?

Oeselgem Staatsbaan 20 Woongebied met lande-lijk karakter

?

Dentergem Bamstraat 7 Agrarisch gebied ?

Dentergem Nieuwe veldstraat 1 Landschappelijk waarde-vol agrarisch gebied

?

Dentergem Tieltseweg 68 Landschappelijk waarde-vol agrarisch gebied

Schuur

Wakken Ommegangstraat 11 Bosgebied Hoeve

Wakken Oosthoekstraat 11 Agrarisch gebied Aannemersbedrijf

Wakken Oosthoekstraat 24 Agrarisch gebied ?

Markegem Dentergemstraat 30 Agrarisch gebied Varkensstal

Oeselgem Staatsbaan 32 Agrarisch gebied Hoeve

Oeselgem Volderstraat 54 Agrarisch gebied ?

Bron: lijst van leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten, gemeente Denter-gem (26/06/06).

Page 70: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 66

4) Conclusie

Aanbod aan lokale bedrijventerrein op 01/01/07

1) bestaande industrieterreinen 1,7 ha

2) bestaande KMO-zones 6,9 ha

3) leegstaande fabriekspanden 0 ha

Totaal 8,6 ha

Theoretisch gezien bestaat er dus een aanbod aan bedrijventerreinen van 8,6 ha.

Volgens de voorschriften van het BPA Nieuwstraat – Sportveld is het bijko-mend bedrijventerrein aansluitend op KMO – zone Oeselgem – zuid enkel bestemd voor een uitbreiding van de aldaar gevestigde, bestaande be-drijven. Uit navraag bij de betreffende bedrijven blijkt dat deze bedrijven dat op korte en middelllange termijn ook zo wensen te houden. De vesti-ging van nieuwe bedrijven is dus uitgesloten.

Brouwerij Riva heeft slecht twee derden van het op het gewestplan voor-ziene industriegebied effectief in gebruik. Er rest nog circa 1,7ha structu-reel aanbod. Het gaat hier echter om zone voor milieubelastende bedrij-vigheid. Dit aanbod kan zonder bestemmingswijziging niet ingezet worden voor de opvang van de behoefte aan lokale bedrijvigheid.

Het effectieve aanbod aan lokale bedrijventerreinen bedraagt dus 0 ha.

4.2.2.3 Confrontatie aanbod – behoefte

In de periode 2007-2012 bestaat een behoefte aan 3.2 ha bedrijventer-rein.

Page 71: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 67

4.3 Land- en tuinbouw

Dentergem heeft een vrij sterke landbouwsector. In 1999 bedroeg het aantal bedrijven in Dentergem 158. In de landbouw waren op dat mo-ment 194 mensen bestendig tewerkgesteld en nog eens 97 niet besten-dig. De aanwezigheid van een opvolger op het bedrijf is belangrijk voor de voortzetting van het bedrijf.

Opvolging van het bedrijf

Op 13.2% van de bedrijven is vermoedelijk een opvolger aanwezig en op 12.6% van de bedrijven is het nog niet duidelijk of de opvolging van het bedrijf verzekerd is. Op 24% van de bedrijven is waarschijnlijk geen opvol-ger aanwezig. Dit komt overeen met 38 bedrijven. Dit betekent dat hoogst waarschijnlijk een heel aantal landbouwbedrijfszetels in de toekomst zullen vrij komen te staan. De meeste landbouwers wensen op het bedrijf te blij-ven wonen na stopzetting. Toch zullen de landbouwers in dit geval een nieuw gebruik van de leegstaande bedrijfsgebouwen overwegen. Er dient daarom een visie ontwikkeld te worden omtrent leegkomende bedrijfsge-bouwen.

Grondgebruik

De totale oppervlakte cultuurgrond bedroeg in 1999, 2534 ha.

Tabel 18: overzicht inventarisatiegegevens areaal cultuurgrond voor Dentergem (NIS land- en tuinbouwtellingen)

Are

aal c

ultu

ur-

gron

d (h

a)

Wei

den

en

gras

land

en

(ha)

Voe

der

gew

as-

sen

(ha)

Gra

nen

(ha)

Nijv

erhe

ids-

gew

asse

n (h

a)

Aar

dap

pele

n (h

a)

Gro

ente

ntee

lt (h

a)

Frui

tteel

t (ha

)

Ove

rige

(ha)

1999 889 508 96 84 734 130 47 48

% 58 33 6 5 48 8 3 3

Onder weiden en graslanden nemen de permanente graslanden voor het afgrazen het grootste aandeel in met 450 ha. Bij de voedergewassen wordt het grootste deel van de oppervlakte ingenomen door maïs (463 ha). Granen omvatten vooral korrelmaïs (62 ha) en wintertarwe (15 ha). Onder de nijverheidsgewassen zijn bieten de belangrijkste gewassen met 57 ha. Vermeldenswaardig zijn 4 bedrijven die vezelvlas produceren, sa-men goed voor 16,24 ha. Onder de groenten wordt vooral prei geteeld, naast stamslabonen voor industriële verwerking. Ook nog belangrijk zijn tuinwortelen, schorseneren, bloemkolen en spinazie. De fruitteelt heeft een zeer specifieke landschappelijke impact. De laagstamboomgaarden vallen sterk op en kunnen een zeer eigen karakter geven aan een be-paald gebied.

Het landbouwlandschap in Dentergem wordt vooral bepaald door wei-den en graslanden, maïsvelden, aardappelvelden en boomgaarden.

Page 72: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 68

Opbouw van de veestapel

Tabel 19: overzicht van aantal dieren per categorie voor Dentergem in 1999 (NIS land- en tuinbouwtellingen)

Dieren per catego-rie

runderen (melk)koeien varkens Hennen en vleeskippen

Aantal 6604 (1111) 50413 110612

Aantal bedrijven 98 (38) 60 7

% 62 (24) 38 4

(Melkkoeien vormen een onderdeel van de kolom runderen)

Er is geen zicht op toekomstige verschuivingen binnen de veestapel. Meer als de helft van de bedrijven op het grondgebied van Dentergem zijn bedrijven met runderen. Hiervan zijn de meeste gericht op het kweken van mestvee. Dit verklaart het belangrijk aandeel weilanden en voeder-gewassen.Bij de hennen en kippen gaat het vooral om hennen voor de eiproductie en minder om vleeskippen.

Bedrijfstypes

Een overzicht van alle verschillende bedrijfstypes binnen Dentergem wordt in volgende tabel weergegeven.

Tabel 20: overzicht inventarisatiegegevens bedrijfstype (VLM-gemeentestatistieken Mestbank)

bed

rijfs

type

akke

rbou

w

Com

bina

tie

van

rund

-ve

e

mel

kvee

mes

tvee

vark

ens

plui

mve

e

Com

bina

tie

rund

vee/

ak

kerb

ouw

Com

bina

tie

rund

vee,

ak

kerb

ouw

/ ve

red

elin

g m

estk

alve

-re

n d

e la

nd-

bouw

tota

len

1999 14 22 5 25 23 5 9 32 1 10 146

2000 22 20 5 22 21 5 9 28 1 8 141

2001 11 27 3 19 21 5 17 27 1 10 141

1999-2001 -3 +5 -2 -6 -2 0 +8 -5 0 0 -5

Ook hier is het moeilijk tendensen te ontdekken. Wel kan uitgegaan wor-den van de algemenen tendens namelijk een afbouw en stopzetting van klein bedrijven en de uitbreiding van grote bedrijven. De uitbreiding van grote bedrijven zal zijn invloed hebben op het uitzicht van de gemeente. Er dient dan ook aandacht te gaan naar de inkleding van grote bedrijven en de esthetiek van de gebouwen.

Page 73: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT

@ Grontmij 69

4.4 Sport en ontspanning

Sportinfrastructuur

Naam Juridische toestand Opmerkingen

Voetbalveld Dentergem Grotendeels woon-gebied

Voetbalveld Markegem Agrarisch gebied Gebruik is beperkt, weinig voorzieningen aanwezig, geen juridische verankering nodig.

Voetbalveld Wakken Woongebied

Voetbalveld Oeselgem Valleigebied Herlokalisatie nodig

Sporthal en tennispleinen BPA Bul

FC Oeselgem maakt gebruik van een terrein dat net over de grens op het grondgebied van Zulte is gelegen. Het voetbalterrein is echter gelegen in het valleigebied van de Leie. In het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Zulte wordt dan ook een herlokalisatie voorgesteld. We zullen dus in de onmiddellijke nabijheid van Oeselgem – kern op zoek moeten gaan naar een alternatieve lokatie.

Jeugdbewegingen

Naam Locatie Juridische toestand

Chiro ‘t Sleutelke KLJ Oeselgem

Leieheem Oeselgem BPA Centrum Oeselgem

Chiro Nellekijn KLJ Dentergem

JOC Dentergem Deels in woongebied/deels in agrarisch gebied

VKST Wakken Spelewei Wakken BPA Hondiuspark

Jeugdhuis Kernelle Jeugdhuis zjuzjup

Wontergemstraat 16 Wapenplaats

Woongebied

Ontspanning

Naam Locatie Juridische toestand

Hondius Oostdreef, Wakken BPA Hondiuspark

Pax Markgem Brouwerijstraat, Markegem Woongebied

JOC Wontergemstraat, Dentergem Deels in woonge-bied/deels in agrarisch gebied

Leieheem Oeselgem BPA Centrum Oeselgem

Page 74: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 75: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 70

5 PLANNINGSCONTEXT

5.1 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven op Vlaams niveau

5.1.1 Dentergem in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (1997) 24

Kaart 25: Dentergem in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geeft het ruimer kader aan waar-op het ruimtelijk beleid op provinciaal en gemeentelijk niveau gebaseerd dient te worden. Uitgangshouding is het streven naar duurzame ruimtelijke ontwikkelingen.

Kern in het buitengebied tussen stedelijke gebieden Tielt, Waregem en Deinze

In het richtinggevend gedeelte van het RSV wordt Dentergem niet gese-lecteerd als stedelijk gebied. De gemeente behoort dus tot het buitenge-bied. Het buitengebied is dit gebied waar de open en onbebouwde ruim-te overweegt. Het RSV wil het bestaande buitengebied behouden en waar mogelijk versterken. De belangrijkste doelstellingen voor het buiten-gebied zijn het ontwikkelen van landbouw, natuur en bossen in goed ge-structureerde gehelen, het afstemmen van ruimtelijk beleid en milieube-leid op basis van het fysisch systeem en het tegengaan van versnippering van de open ruimte door landbouw-, bosbouw-, woon- en werkfuncties zoveel mogelijk te bundelen. Met betrekking tot het buitengebied doet het RSV volgende uitspraken die relevant zijn voor de gemeente:

Wonen : In het buitengebied wordt gestreefd naar een woondichtheid van 15 wo-ningen per ha. Bovendien moet de woonbebouwing opgevangen worden in de daartoe best uitgeruste kernen. Dentergem wordt omringd door drie structuuron-dersteunend kleinstedelijke gebieden, namelijk Tielt, Deinze en Waregem.

Natuur : Het RSV volgt voor wat betreft de natuurlijke structuur de filosofie en de terminologie van het Decreet op het Natuurbehoud (dd. 8.10.1997). Hierin maakt men een onderscheid tussen grote eenheden natuur (GEN), grote eenheden na-tuur in ontwikkeling (GENO), natuurverbindings- en natuurverwevingsgebieden. Het afbakenen van GEN’s, GENO’s en natuurverwevingsgebieden is een taak van het Vlaams Gewest. Natuurverbindingsgebieden worden afgebakend in provinci-ale ruimtelijke uitvoeringsplannen. Maar niet enkel deze grote gebieden hebben een belangrijke natuurwaarde. Ook minder grote of minder opvallende natuur-elementen in de gemeente zijn van belang, vb. kleine biotopen of kleine land-schapselementen in landbouwgebied (holle wegen, poelen, bomenrijen, enz. ). De Leievallei wordt in het RSV aangehaald als structuurbepalend natuurelement op Vlaams niveau.

24 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen integrale versie, versie conform het B.Vl.R. van 23/09/1997.

Page 76: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 71

Landbouw : Landbouw is een belangrijke functie in het buitengebied. Om de land-bouwstructuur te versterken stelt het RSV de afbakening van de gebieden voor beroepslandbouw in het vooruitzicht. Tegelijkertijd worden ook de verwevingsge-bieden tussen landbouw en natuur afgebakend, waar plaats is voor natuur én landbouw. Tenslotte bakent het Vlaams Gewest bouwvrije zones af. Dit zijn sa-menhangende zones voor grondgebonden landbouw, waarin geen bedrijfszetels gevestigd zijn.

Géén economisch knooppunt

Dentergem werd in het RSV niet opgenomen als economisch knooppunt. De gemeente bevindt zich wel temidden vier economische knooppunten: Meulebeke en Wielsbeke als specifiek economisch knooppunt, Tielt en Deinze als stedelijk gebied. Doel is om (grootschalige) economische acti-viteiten zoveel mogelijk te bundelen in deze economische knooppunten.

In het RSV wordt een onderscheid gemaakt tussen regionale en lokale bedrijventerreinen. De regionale bedrijventerreinen kunnen enkel gelokali-seerd worden in de stedelijke gebieden en in de gemeenten die geselec-teerd zijn als economisch knooppunt. Lokale bedrijventerreinen kunnen worden gelokaliseerd aansluitend bij een hoofddorp (selectie van hoofd-dorpen gebeurt in het provinciaal structuurplan) of een bestaand bedrij-venterrein, met een beperking in oppervlakte van 5ha. De inrichting ervan dient afgestemd te worden op lokale bedrijven (géén zuivere kleinhan-del). Ontsluiting ervan gebeurt via gemeentelijke verzamelwegen recht-streeks op primaire of secundaire wegen.

Belangrijke lijninfrastructuren in Dentergem

Het RSV vertrekt van een hiërarchische wegencategorisering. Hierbij wordt uitgegaan van de gewenste functie (verbinding, gebiedsontsluiting, erfontsluiting) van de weg ten aanzien van de bereikbaarheid en de leef-baarheid.

Autowegen: Op het grondgebied van de gemeente werd er geen weg op Vlaams niveau geselecteerd. De E17 fungeert als hoofdweg met een verbindende functie op Vlaams en internationaal niveau. De N382 (Waregem) en de N35 (Deinze) dra-gen een verzamelende functie op Vlaams niveau (primaire weg II).

Spoorwegen: Ten oosten van de gemeente behoort de spoorlijn Deinze – Waregem – Kortrijk tot het hoofdspoorwegennet. De lijn Deinze – Tielt – De Panne wordt ver-der onderzocht op zijn structurerend vermogen op Vlaams niveau.

Waterwegen: Het Leiekanaal is momenteel bevaarbaar voor schepen tot 1350 ton en maakt deel uit van het hoofdwaterwegennet. Dit ontsluit naast zijn internatio-naal verbindende functie ook de belangrijke economische knooppunten. Een verbetering en een plaatselijke capaciteitsuitbreiding wordt nagestreefd.

Herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (2004)

De herziening van het RSV werd bekrachtigd bij decreet van 19 maart 2004. Voor Dentergem is vooral de herziening inzake de behoeftenbere-kening voor bedrijventerreinen van belang. Zo maakt het RSV duidelijk dat een herbestemming voor in 1994 (startdatum ruimtebalans) bestaande en vergunde vestigingen in hun toenmalige omvang, niet in mindering moe-ten worden gebracht van de taakstelling.

Page 77: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 72

5.1.2 Dentergem in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen

Ter uitvoering van de beleidsopties uit het RSV zijn momenteel volgende processen lopende die van belang zijn voor Dentergem:

Afbakening van het Vlaams Ecologisch Netwerk (2002)

Kaart 26: Afbakening van het Vlaams Ecologisch Netwerk

Een deel van de oude Leiearmen, alsook een deel van het oud traject van de Mandel, werden opgenomen in de eerste fase van de afbakening van het Vlaams Ecologisch Netwerk (2002).

Gewestelijk RUP voor de afbakening van de gewenste open ruimte structuur

De administratie van het Vlaams Gewest bereidt momenteel een gewes-telijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor als integrale benadering voor de afba-kening van de gewenste agrarische, natuurlijke en landschappelijke struc-tuur op Vlaams niveau.

5.1.3 Gewestplan

Kaart 27 : Uittreksel uit het gewestplan Roeselare – Tielt, goedgekeurd bij KB van 17.12.1979 en gewijzigd bij MB 15.12.1998)

De gemeente Dentergem valt onder het gewestplan Roeselare-Tielt, goedgekeurd bij K.B. van 17/12/1979 en gewijzigd bij M.B. van 15/12/1998.

Het grootste deel van de gemeente bestaat uit agrarisch gebied. Daarnaast is het gebied in het noordwesten en rond de beekvalleien van de Mandel en de Oude Mandel landschappelijk waardevol gebied. Agrarisch gebied met ecologische waarde bevindt zich rond de monding van de Mandel en de meanders van de Leie.

Alle kernen bestaan uit woongebied waarbij Oeselgem, Wakken en Markegem met elkaar verbonden zijn door woongebied met landelijk karakter. In het westen van Dentergem is een uitbreidingszone voor woonwijken. Langs de Statiestraat komt nog een geïsoleerd lint woongebied met landschappelijk karakter voor. Aansluitend op het kerngebied van Markegem, Wakken en Dentergem bevinden zich woonuitbreidingsgebieden.

In het centrum van Dentergem bevindt zich een industriezone voor milieubelasten-de industrie. Bij de recente gewestplanwijziging werd een deel van deze zone herbestemd als zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Deze zone is bedoeld als uitbreiding van het rustoord Mariaburcht. Momenteel is deze zone nog niet inge-nomen. Een grotere ambachtelijke zone ligt tussen de kern van Oeselgem en de Leie. Verspreid in het agrarisch gebied komen verschillende kleine KMO-zones voor.

Verder valt het gebied voor dagrecreatie op. Het vijverbos staat, samen met enkele kleinere bosjes in de vallei van de Oude Mandelbeek en ter hoogte van de Krommendijkbeek, aangeduid als natuurgebied. Met de recente gewestplanwijzi-ging werd het Vijverbos verder uitgebreid in noordelijke richting. Ook de Leieme-anders zijn als natuurgebied ingekleurd, sommige pas na de gewestplanwijziging. De Baliekouter te Wakken kreeg met de wijziging de bestemming bosgebied.

Tenslotte zijn er op het gewestplan twee archeologische sites bestemd. Een gebied langs de Krommendijkbeek nabij de monding in de Oude Mandel en een cirkel-vormige site ten westen van Dentergem.

Page 78: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 73

5.1.4 Beschermde monumenten, dorpsgezichten en landschappen

monumenten O.L.Vr. en St.-Stefanuskerk 27/01/2000 Toren van St.-Amandskerk in Markegem 19/04/1937 Stenen windmolen D’Hondt-Goethals te Wakken 29/04/2002 Kasteel van Wakken 14/01/1998 Voormalige pastorie van Wakken 14/01/1998 Woonhuis, Wapenplaats 16 14/01/1998 Woonhuis, Wapenplaats 20 14/01/1998 Kerk van de H.H. Petrus en Catharina 14/01/1998 Schandpaal 14/01/1998 dorpsgezicht Dorpskom van Wakken

Figuur 4 : Beschermd dorpsgezicht van Wakken (www.monumenten.vlaanderen.be)

14/01/1998

5.1.5 Afbakening van de landbouw-, natuur- en bosgebieden

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wil het buitengebied vrijwaren voor de essentiële functies landbouw, natuur en bos. Om dit doel te be-reiken wordt er 750.000 ha agrarisch gebied, 150.000 ha natuurgebied, 53.000 ha bosgebieden en 34.000 ha andere groengebieden vastgelegd in bestemmingsplannen.

In 2001 besliste de Vlaamse regering de afbakening van de landbouw, natuur en bosgebieden aan te pakken in twee fasen. De afbakening startte met de afbakening van 86.500 ha natuurgebieden als onderdeel van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN). De afbakening van de land-bouwgebieden en de rest van de natuurgebieden schoof door naar een tweede fase die in 2004 aanving.

De tweede fase van de afbakening verloopt via een meer geïntegreerde benadering waarbij landbouw, natuur en bos gelijktijdig ten opzichte van elkaar worden afgewogen. In overleg met de gemeenten, provincies en belangengroepen wordt een ruimtelijke visie opgesteld die op hoofdlijnen aangeeft wat de belangrijkste structuren zijn, hoe zij de open ruimte in de regio de komende jaren zien ontwikkelen en welke acties ondernomen kunnen worden om dit te realiseren.

Dentergem is gelegen in de buitengebiedregio Leiestreek. De besluitvor-ming hieromtrent is nog niet afgerond.

Page 79: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 74

5.1.6 … inzake open ruimte

5.1.6.1 Landschapsatlas : atlas van de relicten van de traditionele landschappen (2001)

Kaart 28: Landschapsatlas (2001)

Doel van de landschapsatlas is een overzicht te bieden van de overblijfse-len of relicten van de “traditionele” landschappen, m.a.w. van het land-schap zoals het er voor de moderne ingrepen van de 19de – 20e eeuw zou hebben uitgezien. De landschapsatlas verdeelt deze erfgoedelementen in vier categorieën : ankerplaatsen, relictzones, lijn- en puntrelicten. Voor het ruimtelijk beleid zijn vooral ankerplaatsen en relictzones van belang.

Relictzones zijn gebieden van wisselende oppervlakte waarin de land-schappelijke structuren van bewoning, wegen, kavels of perceelsbepla-ting van de traditionele landschappen op een herkenbare manier be-waard zijn gebleven25. Op het grondgebied van de gemeente werden vier relictzones aangeduid :

A. omgeving Poelbergmolen – Vijverbos B. Baliekouter C. Vallei Zeverenbeek, Oude Mandel en Mandel D. Leievallei

Ankerplaatsen zijn gebieden waar complexen bewaard zijn van verschil-lende erfgoedelementen die een genetische samenhang vertonen. Ze hoeven daarom niet typisch de kenmerken te vertonen van het traditio-neel landschap waartoe ze behoren, maar bezitten een uitgesproken identiteit. Het zijn plaatsen met een duidelijk verhaal, die daarom een structurerend element in de ruimte kunnen vormen26. Deze ankerplaatsen werden gedetailleerd afgebakend op schaal 1/10.000. Net ten noorden van de gemeente werd de omgeving van de Poelbergmolen aangeduid als ankerplaats.

De punt- en lijnrelicten staan op kaart aangeduid.

Betekenis van de landschapsatlas voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

In zijn beleidsnota Landschapszorg beklemtoonde de minister de nood-zaak aan een effectieve doorwerking van de landschapatlas in de ruim-telijke ordening27. Door zich in te schrijven in de ruimtelijke planning kan de landschapszorg een ruimere juridische draagwijdte en een grotere effec-tiviteit krijgen.

25 BRON : Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap – Afdeling Monumenten en Landschappen, Nieuwe impulsen voor de landschapszorg : de landschapsatlas, baken voor een verruimd beleid (2001) 29. 26 BRON : idem 27 BRON : Johan Sauwens, Beleidsnota monumenten, landschappen en archeolo-gie 2000 – 2004 (2000) 25.

Page 80: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 75

In de landschapsatlas werden erfgoedelementen geselecteerd op basis van natuurwetenschappelijke, cultuurhistorische, esthetische en socio – culturele waarden. In de structuurplanning worden in de eerste plaats de voor het ruimtelijk beleid relevante relicten van de traditionele land-schappen beschouwd als structuurbepalende elementen en componen-ten. In die zin vormen de gegevens van de landschapsatlas slechts ten dele een – weliswaar zeer waardevolle – bron. In het richtinggevend ge-deelte van het GRS geeft men dan aan wat de krachtlijnen van de ruim-telijke planning zijn ten aanzien van de belangrijkste landschappelijke elementen. Enerzijds gebeurt een selectie van elementen waarvoor het noodzakelijk is een specifiek ruimtelijk beleid te voeren. Anderzijds wordt bekeken in hoeverre het ruimtelijk beleidsinstrumentarium kan bijdragen tot het beschermen, behouden of ontwikkelen van landschappelijke ele-menten28.

Decreet erfgoedlandschappen

Om de meest waardevolle landschappen – de ankerplaatsen uit de land-schapsatlas – met hun belangrijkste waarden te verankeren in de ruimtelij-ke ordening, is het decreet van 16 april 1996 gewijzigd. In het decreet wordt een procedure uitgewerkt om ankerplaatsen op Vlaams niveau te selecteren en af te bakenen. Daarna kan de integratie in de ruimtelijke planning van start gaan door op Vlaams niveau de afbakening en alge-mene voorschriften inzake bescherming, beheer en ontwikkeling te bepa-len. Een volgende stap is de omzetting van de typische landschapswaar-den van elk van deze landschappen in stedenbouwkundige voorschriften.

5.1.6.2 Bosdecreet

Het bosdecreet gaat uit van de multifunctionaliteit van het bos. Zowel voor openbare als voor privé-bossen dient onder bepaalde voorwaarden een beheersplan te worden opgemaakt.

5.1.6.3 Ruilverkaveling Wontergem (1997)

Kaart 29: Afbakening ruilverkaveling Wontergem (1997)

De landbouwgebieden langs de oostelijke flank van de gemeente maken deel uit van de ruilverkaveling Wontergem. Op 12 december 1997 was de realisatie van de ruilverkaveling een feit met het verlijden van de akte.

De moeilijke toegankelijkheid van de landbouwpercelen werd verholpen door het verbeteren van de wegverhardingen. De versnippering van het landbouwareaal werd aangepakt en resulteerde in een verdubbeling van de gemiddelde perceelsoppervlakte en een halvering van het gemid-deld aantal percelen. Er werden echter niet enkel maatregelen voorge-steld te verbetering van de landbouwkundige structuur. Het ruilverkave-lingsplan ‘nieuwe stijl’ gaat immers uit van een integrale aanpak, waarbij eveneens waterhuishouding, wegennet, landschapszorg, natuur (inrich-ting) en recreatie aan bod kwamen.

28 BRON : Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap – Afdeling Monumenten en Landschappen, Nieuwe impulsen voor de landschapszorg : de landschapsatlas, baken voor een verruimd beleid (2001) 85 – 86.

Page 81: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 76

Op vlak van de waterhuishouding werden de knelpunten in de vallei van de Speibeek en de Oude Mandelbeek opgelost. Ter hoogte van de Kapit-telstraat, Kruisstraat en Houtstraat werd een rietveld aangelegd ter zuive-ring van het huishoudelijk afvalwater, respectievelijk afkomstig van de dorpskernen Dentergem en Markegem en van de woonwijk Heuvelhoek – Vlassenhove te Oeselgem. Langs de Speibeek voorziet men de aanplant van rietkragen en knotbomen. De steilranden van de Oude Mandelbeek-vallei worden geaccentueerd door de aanleg van brede houtkanten. Ook langs kleinere waterlopen, zoals de beek ten zuiden van de Wonter-gemstraat, de Binnenbeek, Saaisenbeek en de Vennebosbeek, worden beekbegeleidende bomenrijen aangeplant29.

5.1.6.4 Integraal waterbeheer

Kaart 30 : Risicozones overstromingen 2003

De laatste jaren vindt het begrip ‘integraal waterbeheer’ steeds meer ingang bij de beleidsmakers op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk ni-veau. Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen, zoals een woonproject, moet via een watertoets het mogelijke effect op het regionaal watersysteem nagegaan worden.

In opdracht van AMINAL, afdeling Water en AROHM, afdeling ruimtelijke planning, werden de risicozones voor overstromingen in kaart gebracht. Deze kaart is een combinatie van de recent overstroomde gebieden (ROG) en de mogelijk overstroombare gebieden (MOG). De kaart van de recent overstroomde gebieden is gebaseerd op gegevens van overstro-mingen tussen 1998 en 2003. De mogelijk overstroombare gebieden be-treffen beschikbare, gemodelleerde overstromingsgebieden.

29 Vlaamse Landmaatschappij, Ruilverkaveling Wontergem, Beheersplan Land-schapselementen (1997).

Page 82: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 77

5.2 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven op pro-vinciaal niveau

Kaart 31 : Dentergem in provinciaal ruimtelijke structuurplannen West- en Oost-Vlaanderen

5.2.1 Dentergem in het provinciaal ruimtelijk structuurplan West-Vlaanderen30

5.2.1.1 Deelruimten

Dentergem wordt in het provinciaal ruimtelijk structuurplan West-Vlaanderen langs twee invalshoeken benaderd: enerzijds wordt de ge-meente gerekend tot de Leieruimte tussen Kortrijk en Waregem, anderzijds behoort de gemeente tot de middenruimte in de omgeving Roeselare - Tielt.

De Leieruimte wordt gezien als een complementaire en/of ondersteunen-de schakel tussen de Vlaamse zeehavens en het Rijselse dat in belang toeneemt op het vlak van logistiek en dienstverlening. Hierbij wordt ge-streefd naar dynamische economische ontwikkelingen en naar een kwali-tatieve leefomgeving. Volgende elementen zijn bepalend voor het ruim-telijk beleid:

− de Leie als multi-functionele drager − wegeninfrastructuur als economische drager − stedelijke gebieden Kortrijk-Waregem-Menen als knooppunten van ontwik-

keling, ondersteund door Wervik en Wielsbeke op vlak van bedrijvigheid − open-ruimteverbindingen als groene longen in de Leieband

Figuur 5 : Gewenste ruimtelijke ontwikkeling Leieruimte. Provincie West-Vlaanderen, Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan (2001)

30 Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan West-Vlaanderen, op 6 maart 2002 definitief goedgekeurd door de Vlaamse Regering

Page 83: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 78

De middenruimte omvat de stedelijke gebieden Roeselare, Tielt en Torhout. Deze driehoek wordt in het westen begrensd door de rug van Westroze-beke, in het noorden door de overgang zandleem-zandstreek en in het zuiden door de Leievallei. De omgeving van Tielt is één van de belangrijke gebieden van de agrarische structuur op het Vlaams niveau. Volgende elementen zijn bepalend voor de gewenste ruimtelijke structuur:

− Stedelijke gebieden en een gelijkmatig gespreid rasterpatroon van kernen als bundeling van activiteiten

− Concentraties van bestaande bedrijvigheid in specifieke economische knooppunten voor clustering en endogene economische ontwikkeling

− Kanaal Roeselare-Ooigem als drager van watergebonden industrie en ecologische potenties

− Het sterk verspreide bovenlokale verkeer als gevolg van de uitwaaie-rende activiteiten, bundelen via aangepaste ontsluitingen naar het hogere wegennet. A17 als de belangrijke noordzuidverbinding tussen Brugge en Kortrijk

− Beekvalleien, heuvelruggen, bosgebieden en openruimteverbindingen als natuurlijke bouwstenen van het industriële landschap

Figuur 6 : Gewenste ruimtelijke structuur Middenruimte. Provincie West-Vlaanderen, Provinciaal Ruimetlijk Structuurplan (2001)

5.2.1.2 Deelstructuren

Met deze visie en concepten als basis zijn de ontwikkelingsperspectieven per deelstructuur verder uitgewerkt:

Wonen en bedrijvigheid

De provincie selecteert de hoofddorpen. Er zijn twee categorieën die elk voor een bepaalde ontwikkeling staan, vooral voor (al dan niet bijkomen-de) wooneenheden en bijkomende bedrijventerreinen. Dentergem wordt aangeduid als structuurondersteunend hoofddorp, Wakken fungeert als herlokalisatiehoofddorp.

Page 84: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 79

Beleidscategorie

(geselecteerd door)

Rol Mogelijkheid bij-komende voorzie-ningen

Mogelijkheid loka-le bedrijvigheid

Structuurondersteunend hoofddorp

(Provincie)

Structuuronder-steunend voor wonen en wer-ken in het bui-tengebied en een bovenlokale verzorgende rol

Opvang van de eigen groei van huishoudens op niveau van de kern + aangroei huis-houdens die niet kerngebonden zijn + mogelijkheid eigen groei huis-houdens van an-dere geselecteer-de kernen in het buitengebied

In verwevenheid met het wonen en de mogelijkheid voor een lokaal bedrijventerrein van 5 ha met de mogelijkheid tot uitbreiding tijdens de planperiode

Herlokalisatiehoofddorp

(provincie)

Ondersteunend voor wonen en werken in het buitengebied en een lokale ver-zorgende rol

Opvang van de eigen groei van de huishoudens op niveau van de kern

In verwevenheid met het wonen en de mogelijkheid voor een lokaal bedrijventerrein enkel voor herlo-kalisatie van be-drijven uit de kern en omgeving

Natuur

Wat de natuurlijke structuur betreft, heeft de provincie de taak om na-tuurverbindingsgebieden en ecologische infrastructuur van bovenlokaal niveau aan te duiden. Voor Dentergem gelden volgende beleidscatego-rieën:

− Natuuraandachtsgebieden (hypothese) Leie- en Mandelvallei

− Natuurverbindingsgebieden :

o Rivier- en beekvalleien Oude Mandel, Speibeek, Krom-mendijkbeek

o Zoekzones van kleine land-schapselementen en kleine na-tuurgebieden

Gebied rond de Poelberg en Aarsele

Landbouw

Wat landbouw betreft, behoort Dentergem tot een intensief gedifferenti-eerd agrarisch gebied. Het beleid dient de nodige maatregelen te ne-men om de verwevenheid tussen grondgebonden en grondloze land-bouw te ondersteunen en de infrastructuur te optimaliseren. Een verfijning van de gewenste agrarische structuur is een taak voor de gemeentelijke ruimtelijke structuurplannen. Er werden dan ook geen selecties gemaakt. Deze kunnen volgen uit de provinciale uitvoeringsplannen en het ge-meentelijk ruimtelijk structuurplan. Verder kunnen ook bovenlokale (door provincie) of lokale (door de gemeente) bouwvrije zones afgebakend worden.

Page 85: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 80

Verkeer

In het provinciaal ruimtelijk structuurplan worden secundaire wegen gese-lecteerd. De N459 werd aangeduid als secundaire weg II, als ontsluitings-weg op regionaal niveau voor het gebied tussen N35 en E17.

Landschap

De omgeving rond de Poelbergmolen, de vallei van de Oude Mandel-beek en de Mandelvallei, Baliekouter en delen van de Leievallei worden aangeduid als gaaf landschap. Gave landschappen bestaan uit relictzo-nes van traditionele landschappen. In gave landschappen richt het be-leid zich op het behoud van de traditionele elementen en karakteristieke relicten. De meest waardevolle delen van deze gave landschappen fun-geren als ankerplaats. Deze ankerplaatsen moeten gevrijwaard blijven van versnippering, verandering of toevoeging van storende elementen, die de samenhang van de ankerplaats verstoren.

Het grootste deel van Dentergem wordt aangeduid als nieuw landschap. Dit is een gebied waar onder invloed va grootschalige ingrepen bestaan-de structuren zijn uitgewist. Voor nieuwe landschappen staat het zoeken naar een nieuwe identiteit centraal. De gebieden moeten opgebouwd worden rond een ruimtelijk concept, waarin nieuwe ingrepen kunnen ge-kaderd worden.

De Mandelvallei wordt aangeduid als structurerende reliëfcomponent. De Leie fungeert als structurerend lineair element. Het beleid voor deze struc-turerende elementen is erop gericht de visuele kwaliteiten en de herken-baarheid ervan te versterken.

Toerisme en recreatie

Voor Dentergem is het lijnelement de Leie van belang en werd ook de Mandelvallei vanaf Oostrozebeke tot de monding in de Leie geselec-teerd. De lijnvormige toeristisch-recreatieve elementen zorgen voor een aangename verplaatsing van bezoekers binnen een netwerk. Ze verbin-den ook netwerken en knooppunten en zijn dragers waaraan andere re-creatieve routestructuren worden opgehangen. Bestaande lijnelementen worden geoptimaliseerd en verlengd met het oog op meer comfort en ruimtelijke kwaliteit. Op gemeentelijk niveau kunnen bijkomende lijnele-menten worden aangeduid die het provinciale netwerk verder aanvullen.

Verder werden alle domeinen in provinciaal beheer geselecteerd. Hier-onder valt de Baliekouter te Wakken. De Leievallei komt ook in aanmer-king voor het zoeken naar nieuwe openlucht recreatieve domeinen.

Page 86: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 81

5.2.2 Relevante elementen uit het provinciaal ruimtelijk structuurplan Oost-Vlaanderen

Gezien de ligging van Denergem op de grens met Oost-Vlaanderen zijn volgende elementen uit het PRS Oost-Vlaanderen31 van belang:

Dentergem sluit aan op de Leieruimte en het Westelijk open ruimte gebied

De groei van één aaneengesloten verstedelijkte band tussen Zulte, Deinze en Gent dient vermeden. De Leievallei, Mandelvallei en Schipdonkkanaal worden als natuurlijke dragers van de deelruimte versterkt. Ze garanderen de relatie met de omliggende open ruimtegebieden. In de nog aanwezi-ge open ruimtefragmenten worden de landbouw-economische potenties maximaal gevaloriseerd als buffer tegen verstedelijking.

Het westelijk open ruimtegebied omvat het gebied vanaf Gent tot aan de provinciegrens met West-Vlaanderen en vanaf de Leie tot aan de grens met Nederland in het noorden. In deze deelruimte staat een ge-biedsgerichte afstemming van landbouw, natuur, bos en recreatie op basis van de landschappelijke differentiatie centraal.

Ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang

Het Afleidingskanaal van de Leie, de Oude Leie en het vervolg van de Mandelbeek (Zeverenbeek, Klaverbeek, Vondelbeek) worden geselec-teerd als ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang.

Leiekanaal als toeristisch – recreatieve hoofdroute

Het Leiekanaal vormt de drager van het toeristisch – recreatief netwerk tussen Gent en Kortrijk. Het kanaal zelf is belangrijk voor het vaarttoerisme. De autovrije jaagpaden langs het kanaal zijn aangename fietsroutes.

N35 en N43 als secundaire wegen

Perifeer ten opzichte van Dentergem worden N43 en N35 geselecteerd als secundaire wegen. De N459 (E17 – Aarsele) wordt niet als secundaire weg weerhouden.

In het fietsverkeer wordt het jaagpad langs het Leiekanaal aangeduid als hoofdroute en het fietspad langs de N459 als functionele fietsroute.

31 Goedgekeurd bij M.B. op 18 februari 2004.

Page 87: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 82

5.2.3 … inzake verkeer

5.2.3.1 Provinciaal fietsroutenetwerk

Kaart 32 : Provinciaal fietsroutenetwerk

Het provinciaal fietsroutenetwerk werd opgemaakt door de provincie West-Vlaanderen, maar bezit geen juridische waarde. Het werd opge-maakt in opdracht van het Vlaams Gewest en is één van de 3 taken van de provincie naast het afbakenen van de bebouwde kommen en de ongevallen-GIS. In Dentergem zijn volgende routes aanwezig:

Hoofdroutes: het pad dat langs de Leie loopt (Machelen-Deinze ↔ Sint-Eloois-Vijve – Kortrijk)

Bovenlokale routes: - Tieltstraat (Wakken Tielt) - Dentergemstraat + Markegemsesteenweg (Markegem ↔ Dentergem) - Markegemstraat + Wakkenstraat (Markegem ↔Wakken) - Statiestraat (Dentergem Aarsele) - Wontergemstraat (Dentergem Wontergem) - Gottemstraat + Staatbaan + Olsenesteenweg (Dentergem Olsene) - Mandelstraat (Wakken Wielsbeke en Sint-Baafs-Vijve)

Page 88: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 83

5.3 Structuurplannen van aangrenzende gemeenten

5.3.1 GRS Wielsbeke

Wielsbeke beschikt over een reeds goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (M.B. 7.12.2002). Volgende elementen uit het GRS zijn rele-vant voor Dentergem :

Leie - en Mandelvallei : De gemeente schaart zich achter de suggestie van de provincie om Leie – en Mandelvallei te selecteren als natuuraan-dachtszone. Beide valleien vormen dan de basis voor de uitbouw van een lokaal ecologisch netwerk.

Toeristisch – recreatief netwerk : Langs de leie en de Mandel worden be-staande wegen ingeschakeld in een toeristisch-recreatief netwerk. Tussen Patrijzenhof en Teeuwkensbrug wordt via bestaande wegen een natuur-educatief leerpad uitgebouwd.

N327: Het GRS selecteert N327 (Wakken – N43) als weg met een verzamel- en verbindingsfunctie op lokaal niveau. Bovendien functioneert deze weg als bovenlokaal functionele fietsroute.

Behoud open ruimte: Tussen Wakken en de dubbelkern Wielsbeke - St.Baafs Vijve staat het maximale behoud van de open ruimte centraal. Grond-gebonden landbouwactiviteiten worden hierbij als troef ingezet.

5.3.2 GRS Oostrozebeke

Het structuurplan van de gemeente Oostrozebeke is goedgekeurd bij besluit van 13 maart 2006. Volgende elementen uit het GRS zijn relevant voor Dentergem :

N327 en N305 : Het GRS selecteert beide wegen als lokale verbindingswe-gen (I). De N327 fungeert daarenboven als bovenlokaal functionele fiets-route. De N305 werd in het lokaal fietsroutenetwerk aangeduid.

Behoud open ruimte: De gebiedsdelen die grenzen aan de gemeente Den-tergem worden voorgesteld als open agrarisch gebied. Behoud van het open en agrarische karakter staan voorop. In de omgeving van de Krom-mendijkbeek worden open ruimte corridors aangeduid.

Verre Ginste: wordt voorgesteld als landelijke woonconcentratie. Een iden-titeitsgericht consolidatiebeleid staat voorop, zonder dat er aanspraak kan gemaakt worden op bijkomende sites buiten de juridische voorraad.

Page 89: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 84

5.3.3 GRS Tielt

Het structuurplan Tielt is goedgekeurd bij besluit van 1 maart 2007. Vol-gende elementen uit het GRS zijn relevant voor Dentergem:

Poelbergmolen en omgeving: de omgeving van de Poelbergmolen wordt aangegeven als te versterken recreatieve pool. Aansluitend op het Vij-verbos (grondgebied Dentergem) wordt bosontwikkeling verder onder-zocht worden,, in samenwerking met de landbouw. Tussen Poelbergmolen en Tielt wordt gezocht naar een groen-recreatieve verbinding.

Speibeek : in de ruime omgeving van de Speibeek wordt gezocht naar een versterking van de aanwezige natuurwaarden.

N327 : Het GRS selecteert de N327 als lokale verbindingsweg.

5.3.4 GRS Deinze

Het openbaar onderzoek van het structuurplan Deinze is momenteel af-gerond.

5.3.5 GRS Zulte

Het GRS van de gemeente Zulte is goedgekeurd bij besluit van 18 maart 2004. Volgende elementen uit het GRS zijn relevant voor Dentergem :

Het GRS suggereert aan het Vlaams Gewest om de oude Leiearmen als natuurgebied in ontwikkeling (GENO) op te nemen in het Vlaams Ecolo-gisch Netwerk (VEN). Het verbeteren van de waterkwaliteit en aldus het versterken van de natuurwaarde staan hierbij centraal. In het omringende valleigebied komen natuur en landbouw verweven voor (natuurverwe-vingsgebied). In het valleigebied wordt bijkomende bebouwing maximaal geweerd. Het voetbalterrein van FC Oeselgem bevindt zich midden in het valleigebied en zal dan ook op termijn moeten herlokaliseren. Overleg met de buurgemeente Dentergem moet hieraan vooraf gaan.

De Oeselgemstraat (verbinding Zulte – Oeselgem) wordt geselecteerd als lokale verbindingsweg.

Page 90: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 85

5.4 Ruimtelijk beleid en sectorale initiatieven in de ge-meente

5.4.1 Plannen van aanleg – BPA’s

Kaart 33 : Situering goedgekeurde BPA's

5.4.1.1 Goedgekeurde BPA’s

Naam Besluitvorming Gewestplan Doel – huidige situatie

1. Centrum Tuinwijk Dentergem

KB 02.03.1972, gewijzigd bij MB 06.02.1987 en herzien bij MB 04.05.2005

Woongebied Herziening van het gedeelte tussen Dreve en Boulevard ivm de realisatie van een inbreidingsproject

2. Tuinwijk – West Dentergem

KB 23.10.1975, gewijzigd bij MB 06.02.1996

Woongebied

3. Nieuwenwalle Dentergem

MB 06.04.1994 Uitbreidings-zone voor woonwijken

Inrichting van een woon-gebied. Reeds 100% gerea-liseerd.

4. Kerkemeerschkouter Dentergem

MB 25.08.1988 Agrarisch gebied

Ambachtelijke zone voor één bestaand bedrijf

5. Pellerijnkouter I Dentergem

MB 04.05.2005 Zone-eigen maken en beperkt uitbreiden kerkhof Dentergem. Verbeteren van de ontslui-ting van de begraafplaats.

6. De Bul Markegem

MB 06.02.1987, gewijzigd bij MB 18.02.1993

Woonuitbrei-dingsgebied

Inrichting van een woon-gebied, sportzone en con-tainerpark. Reeds 100% gerealiseerd.

7. Hondiuspark Wakken

KB 29.12.1975, gewijzigd bij MB van 8.07.1986 en 15.05.2003

Woongebied Inrichten van een woon-gebied, zone voor ge-meenschapsvoorzieningen (uitbreiding rustoord), zo-nes voor ambachtelijke bedrijven en parkgebied (herbestemmen van een deel woongebied : 1,4ha). Voorziene parkgebied dient verder ingericht te worden.

8 Centrum Oeselgem Oeselgem

KB 10.12.1975, gewijzigd bij MB 12.11.1993

Woongebied Inrichten van een cen-trumgebied, beperkte uitbreiding van KMO – zone Oeselgem.

Page 91: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 86

9. Nieuwstraat - Sportveld Oeselgem

KB 14.06.1972, gewijzigd bij MB 8.03.1988 en 27.04.1995

Woongebied, agrarisch gebied

Inrichten van een woon-gebied, voorzien van uit-breidingsmogelijkheden voor bestaande bedrijven in KMO – zone Oeselgem. Slechts één bedrijf heeft tot op heden gebruik ge-maakt van de uitbrei-dingsmogelijkheden.

10

Sectoraal BPA – zonevreemde bedrijven, 1e uitvoeringsfase :

1/1 : All drain 1/2 : Attec 1/3: Aveve Warnez P. 1/4 : Cannie Gebr 1/5: Debels 1/6 : Declercq 1/7: Delussine 1/8 : Dewibo bvba 1/9 : Ruysen NV 1/10: Tack H. 1/11: Van Betsbrugge 1/12: Vandekerckhove 1/13: Vangaever 1/14 : VHT Hout & Bouw

De deel – BPA’s 1/4 en 1/11 werden van goed-keuring onthouden

MB 16.06.2004 (volledig of gedeeltelijk) in (land-schappelijk waardevol) agrarisch gebied

Zone-eigen maken en beperkt uitbreidingsmoge-lijkheden bieden aan be-staande, verspreid gele-gen bedrijven.

Ontwikkelingsmogelijkhe-den werden bepaald op basis van een sectorale visie economische bedrij-vigheid.

11

Sectoraal BPA zone-vreemde bedrijven, 2° uitvoeringsfase:

2/1: Baudoncq J. 2/2: De Bel J. 2/3: Defoer 2/4: Demeyer G. 2/5: Desmet E. 2/6: Desmet J. 2/7: NV Devaere 2/8: Erno constructie 2/9: Levrau A. 2/10: Moyaert G. 2/11: Pypaert

De deel-BPA’s 2/3 en 2/7 werden van goedkeuring onthouden

MB 12.01.2007

5.4.1.2 Lopende BPA’s

Naam Status Doel

12.

Sectoraal BPA – zonevreemde bedrijven 3e uitvoeringsfase. Voorlopige lijst van op te nemen bedrijven :

• Levrau NV • Defoer bvba • De Meyer G.

voor-ontwerp

Zone-eigen maken en beperkt uitbreidingsmo-gelijkheden bieden aan bestaande, verspreid gelegen bedrijven.

Page 92: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 87

• Moyaert • Desmet E. • De Bel • Desmet J. • Baudoncq bvba • Pypaert bvba

13 BPA Pellerijnkouter II voor-ontwerp

Omzetten van zone voor milieubelastende industrie naar KMO-zone en omzetten van agrarisch gebied naar gebied voor gemeen-schapvoorzieningen.

14 Herziening BPA Nieuwstraat - Sportveld voor-ontwerp

Omzetten van KMO-zone naar woonzone en voorzien van een vrachtwagenparking .

5.4.1.3 Geschrapte BPA’s

Naam Besluitvorming Gewestplan Doel

Landelijke gedeelten Oeselgem

KB 21.01.1951 Agrarisch gebied

BPA bood een kader voor woning-bouw in het landelijk gebied rond Oeselgem. Percelen van minimum 25 are, waarvan 20m langs de straatzijde, kwamen in aanmerking voor woningbouw.

Aalbeek KB 25.01.1951 Woongebied, agrarisch gebied

5.4.2 Verkavelingen

Overzicht van de belangrijkste verkavelingvergunningen met aanduiding van bezettingspercentage (van laatste 5 jaar):

Jaar Bezetting op 01/01/06) Aantal loten

Dentergem - VK Vandevelde 1995 100% 14 - VK Oikos 2000-2001 0% (in aanleg) 6

Markegem

- VK Verhaege-Declervk

2000 100% 9

Oeselgem - VK Bostoen 2000 100% 46

Wakken - VK Taelman 1998-2001 100% 25 Fase 2

Page 93: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc PLANNINGSCONTEXT

@ Grontmij 88

5.4.3 Mobiliteitsplan

Dentergem startte in november 2000 met de opmaak van het mobiliteits-plan. De oriëntatienota werd in augustus 2001 afgerond. De synthesenota was rond op 30 april 2002. Het beleidsscenario omvat onder andere vol-gende aandachtspunten met een ruimtelijke impact:

• woningbehoefte wordt bij voorkeur voldaan binnen de huidige woonzones, verdere verlinting en verspreide bebouwing wordt tegengegaan;

• mogelijke locaties voor nieuwe lokale bedrijventerreinen: uitbreiding Baalhoek, uitbreiding Brugstraat, uitbreiding Wontergemstraat;

• uitbreiding zonevreemde bedrijven wordt tegengegaan, uitdovend beleid naar zonevreemde bedrijven;

• categorisering van de wegen: N459 (sec. weg II), N327 (Lokale weg I), Dein-zestraat, Wakkensesteenweg, Oeselgemstraat, Wontergemstraat, Markegem-sesteenweg, Dentergemstraat, Wakkenstraat, Meulebeeksesteenweg, N440, Brugstraat (Lokale weg II);

• optimaliseren van voetgangersgebied, aanpak doortochten en schoolomge-vingen, uitbouw fietsnetwerk.

Het mobiliteitsplan werd afgerond en conform verklaard op 8 juli 2002.

Page 94: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.
Page 95: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc

@ Grontmij Verschave 89

6 EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

Op het einde van dit informatief deel willen we een evaluatie maken van de bestaande ruimtelijke structuur. Deze evaluatie zal gebeuren aan de hand van drie trefwoorden: kwaliteiten, knelpunten en kansen. In een eerste paragraaf zal ingegaan worden op de kwaliteiten, knelpunten en kansen voor de gemeente in zijn geheel. Een tweede deel bespreekt de-ze factoren per deelruimte.

6.1 Kwaliteiten, knelpunten en kansen op niveau van de deelstructuren

6.1.1 Natuur

6.1.1.1 Kwaliteiten

• Krommendijkbeek en Speibeek vertonen nog een sterk meanderend patroon en geven structuur aan het noordelijk open ruimtegebied.

• Oude Leiemeanders dragen vrij hoge ecologische waarde.

• Historisch graslandgebruik in de Leievallei en de vallei van de Oude Mandelbeek.

6.1.1.2 Knelpunten

• Verlies van ecologische diversiteit:

o Ophogen en scheuren van graslanden in depressies en vallei-gebieden.

o Verdwijnen van kleine landschapselementen (hagen, knotbo-men, poelen enz.)

o Verdwijnen van bospartijen (o.m. in de nabijheid van het Vij-verbos).

o Rechttrekken van waterlopen: bij onderhoud van de water-loop géén rekening houden met ecologische waarde van de oevers.

• Versnippering door bebouwing en infrastructuur werkt zeer negatief op het ecologisch functioneren.

Page 96: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 90

6.1.1.3 Kansen

• De fysische basisstructuur biedt voldoende mogelijkheden om aan natuurontwikkeling te doen:

o De natte klei- en leembodems uit de valleien van Oude Man-delbeek, Mandel en Leie bieden uitstekende kansen voor het ontwikkelen van soortenrijke graslandcomplexen.

o Ook langs de Speibeek en de Krommendijk is verdere natuur-ontwikkeling mogelijk. Het natuurlijk meanderend patroon van deze beken biedt een goed aanknopingspunt.

o De duidelijke reliëfovergang tussen vallei en begeleidende kouters biedt mogelijkheden voor gerichte natuurontwikkeling en landschapsherstel.

• De Speibeek kruist de kern van Dentergem en biedt op die manier diverse aanknopingspunten om meer groen in de kern te brengen.

• Het grootste deel van de open ruimte binnen de gemeente wordt gebruikt door de agrarische sector. De landbouw vormt dan ook de belangrijkste partner in het streven naar ecologische en landschappe-lijke diversiteit. Diverse instrumenten staan klaar (o.m. beheersover-eenkomsten) om ze de kans te bieden een rol als landschaps- en na-tuurbeheerder op te nemen.

Page 97: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 91

6.1.2 Landbouw

6.1.2.1 Kwaliteiten

• Goede bodemgeschiktheid: Het grootste deel van de gemeente be-staat uit zandleemgronden. Deze gronden zijn zowel voor akkerteelten als weilanden geschikt.

• Dentergem is een uitgesproken agrarische gemeente. Vooral de ruim-te ten noorden van de Oude Mandelbeek vertoont nog een sterke, in-terne samenhang.

6.1.2.2 Knelpunten

• Schaalvergroting en intensivering: Het aantal bedrijven daalt, terwijl de gemiddelde bedrijfsoppervlakte toeneemt. Kleine landbouwbe-drijven krijgen het hierdoor vaak moeilijk om te concurreren.

• Meer en meer bedrijfsgebouwen komen leeg te staan, onder meer omwille van de intensivering en schaalvergroting binnen de land-bouw, maar ook door de risicovolle investeringen, de lagere inkomens en de gewijzigde mestwetgeving.

• Uithollen van de agrarische sector. De aanwezigheid van steeds meer niet – agrarische functies (woningen, horeca, enz.) in de open ruimte (bvb. op vrijkomende bedrijfszetels) zorgt voor een versnippering in de eigendomsstructuur. Het begrip “huisweiden” (weiden die zich in de onmiddellijke omgeving van de hoeve bevonden) verdwijnt dan ook meer en meer.

6.1.2.3 Kansen

• Agrarische verbreding: een klassieke omschakeling binnen de akker-bouw is bijvoorbeeld het opnemen van grove groenten in het teelt-plan of het bijnemen van een dierlijke sector of tuinbouwactiviteiten.

• Nieuw economische dragers: de vrijkomende bedrijfszetels bieden kansen voor het ontwikkelen van nieuwe activiteiten op het platte-land, dit binnen de beleidskaders opgesteld door hogere beleidsni-veaus.

• Financiële ondersteuning voor natuur – en landschapsbeheer : Het groeiend bewustzijn inzake natuur en landschap zorgt ervoor dat de landbouw ook financieel de kans krijgt om zijn rol als landschaps- of natuurbeheerder op te nemen.

Page 98: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 92

6.1.3 Wonen

6.1.3.1 Kwaliteiten

• Dentergem is op regionaal niveau vrij strategisch gelegen. Zowel Kort-rijk als Gent zijn vrij makkelijk bereikbaar voor pendelaars. Bovendien genereert de gemeente zelf een belangrijk aandeel van de tewerk-stelling.

• De grotere kernen Dentergem en Wakken bezitten een goed uitge-bouwd voorzieningen- en kleinhandelsapparaat.

6.1.3.2 Knelpunten

• Uniforme verkavelingsbeweging leidt tot identiteitsverlies: tijdens de voorbije decennia werd het historisch nederzettingspatroon van de kernen aangevuld met een aantal nieuwe woonwijken. De schaal en de inrichting (wegenpatroon, type woningen) van deze verkavelingen staat nauwelijks in relatie tot het historisch gegroeid woonweefsel van de kernen. Men zou deze woonwijken dan ook in gelijk welke andere gemeente kunnen tegenkomen. Dit leidt tot identiteitsverlies.

• Een belangrijk deel van het woningenbestand is zonevreemd. Het gaat hierbij niet enkel om verspreid gelegen woongebouwen, maar ook om (delen van) woonconcentraties die niet in de geëigende zone zijn gelegen.

• Sterke verlinting binnen de gemeente. In het driepolengebied zijn de drie kernen aan elkaar gegroeid via woonlinten. Dit heeft ervoor ge-zorgd dat de kernen niet meer als afzonderlijke ruimtelijke entiteiten herkenbaar zijn.

6.1.3.3 Kansen

• De gemeente beschikt over een ruim aanbod aan reële bouwmoge-lijkheden binnen de bestaande woongebieden. Door bij de ontwikke-ling van deze gronden rekening te houden met randvoorwaarden die gesteld worden vanuit de omgeving, kunnen deze projecten een be-langrijke bijdrage leveren aan het verhogen van de ruimtelijke kwali-teit van de woonomgeving.

• Het openbaar domein en het aanwezig historisch erfgoed vormen voor de gemeente belangrijke aanknopingpunten om de woonkwali-teit en uitstraling van de kernen te verhogen.

Page 99: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 93

6.1.4 Bedrijvigheid

6.1.4.1 Kwaliteiten

• Aanwezigheid bedrijven met regionale uitstraling. In de gemeente zijn een aantal bedrijven gevestigd met regionale uitstraling en een vrij grote tewerkstelling.

• Lokaal aanwezige dynamiek. Zowel in de kerngebieden als verspreid in de open ruimte komen tal van kleinschalige ambachtelijke bedrij-ven voor. Zij geven voeding aan een lokaal economische dynamiek.

6.1.4.2 Knelpunten

• Ontbreken van reëel aanbod aan uitgeruste en goed gelegen be-drijfskavels. De onbebouwde terreinen op KMO – zone Oeselgem – zuid zijn enkel bestemd voor de al ter plaatse gevestigde bedrijven. Het onbebouwd deel van het industriegebied te Dentergem was voorbestemd voor een mogelijke uitbreiding van de brouwerij. Een uitbreiding zit er echter niet aan te komen. Er dient gezocht naar mo-gelijkheden om deze gronden op de markt te brengen.

• Zonevreemde bedrijven en handelszaken: een belangrijk aandeel van de aanwezige lokaal ambachtelijke bedrijven en handelszaken is zon-evreemd. Deze zonevreemdheid is een belangrijke rem voor de be-drijfseconomische ontwikkeling.

6.1.4.3 Kansen

• Inrichten van een lokaal bedrijventerrein: Uit de analyse van de lokaal economische dynamiek, alsook vanuit een reorganisatie van de be-drijvigheid binnen de gemeente kan een beperkte behoefte voor de aanleg van een nieuw lokaal bedrijventerrein aangetoond worden. In de gewenste ruimtelijke structuur worden hiervoor diverse locaties af-gewogen.

Page 100: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 94

6.1.5 Verkeer en vervoer

6.1.5.1 Kwaliteiten

• Een sterk vertakt lokaal wegennet zorgt voor een optimale verbinding tussen de kernen onderling en met de stedelijke gebieden in de om-geving (Tielt en Deinze).

6.1.5.2 Knelpunten

• Ontsluiting regionaal functioneren bedrijven via woonstraten.

• Ontbreken van fietspaden langs enkele wegen; onsamenhangend fietsnetwerk.

• De inrichting van de wegen te Wakken, Markegem en Oeselgem is niet afgestemd op het verblijfskarakter van de kerngebieden.

• Spreiding van economische activiteiten leidt tot een sterke versprei-ding van het auto – en vrachtverkeer in de gemeente.

• Stationeren van vrachtwagens in de woonwijken.

6.1.5.3 Kansen

• Trage wegen als alternatief: Oude buurtwegen en tramzaten kunnen een alternatief bieden voor fietsers en voetgangers.

• De aanwezige attractiepunten, evenals het wijd vertakte netwerk van landelijke wegen bieden voldoende kansen om het recreatief mede-gebruik in de gemeente verder uit te bouwen. De kernen kunnen hierbij als knooppunten fungeren.

• Herinrichting van wegen – zowel in de verblijfsgebieden als in de open ruimte – aangrijpen om de gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit en identiteit te versterken.

Page 101: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 95

6.2 Kwaliteiten, knelpunten en kansen op niveau van de deelruimten

Dentergem

KWALITEITEN • Aanwezigheid historisch waardevolle gebouwen.

• Goed uitgebouwd voorzieningenapparaat.

• Door bomenrijen begeleide voetwegels doorheen de woon-wijk ten westen van het kerngebied (Bunderswijk) geven struc-tuur aan het gebied. Ruim aanbod aan verblijfsaccommoda-tie.

KNELPUNTEN • Publieke ruimte in de kern is zeer beperkt. Gebrek aan een echt “dorpsplein”. Ontbreken van groenelementen.

• Kerkhof in industriële omgeving.

• Schaal bedrijfsgebouwen contrasteert met kerngebonden bebouwing.

KANSEN • Aanwezigheid van een nog onbebouwd woonuitbreidings-gebied aansluitend op het kerngebied van Dentergem.

• Speibeek als leidraad voor de inbreng van meer groen in de kern.

• Ligging aan de rand van een valleigebied.

Driepolengebied

KWALITEITEN • Belangrijke voorraad aan reële bouwmogelijkheden.

• Goed uitgebouwd voorzieningenapparaat.

• Het kerngebied van Wakken bevat nog heel wat historische gebouwen en een écht dorpsplein.

KNELPUNTEN • In het driepolengebied zijn de kernen onvoldoende herken-baar. Het is niet duidelijk waar het ene kerngebied begint en het andere eindigt.

• Lage beeldkwaliteit van het openbaar domein en ontbreken van een echt dorpsplein in Markegem en Oeselgem.

• Aanwezigheid van bedrijvigheid in woonomgeving met daar-aan gekoppeld de problematiek van het stationeren van vrachtwagens in woonomgevingen.

• Weinig groen in de kernen.

KANSEN • Het openbaar domein vormt een belangrijk aangrijpingspunt om de beeldkwaliteit te verhogen en op die manier iedere kern een eigen “gezicht” te geven.

• De voorraad aan reële bouwmogelijkheden geven de kans om toch nog enige diversiteit te verkrijgen in de woonlinten (bvb. door het voorzien van doorkijken).

• Omgevende groenelementen mee betrekken in de gewenste ruimtelijke opbouw van de kern.

Page 102: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 96

Noordelijk open ruimtegebied

KWALITEITEN • Open en samenhangend landbouwgebied: minder versnip-pering door bebouwing en infrastructuur.

• Grondgebonden landbouw primeert: goede bodemgeschikt-heid, zowel voor akkerteelten als voor graslandgebruik.

• Restanten van een traditioneel veldgebied rond Vijverbos.

• Krommendijkbeek en Speibeek vertonen nog een sterk me-anderend patroon en geven structuur aan het open ruimte-gebied.

• Aanwezigheid van traditionele akkerlandgebieden.

• Historisch – archeologische waarde (paaldorp).

• Zicht op Poelbergmolen (grondgebied Tielt).

KNELPUNTEN • Versnippering door bebouwing langs Statiestraat en Tieltstraat

• Door verdwijnen van bos, houtkanten en bomenrijen is het karakter als veldgebied grotendeels verloren gegaan.

• Vrijkomende agrarische bedrijfszetels.

KANSEN • Speibeek en Krommendijk als leidraad voor natuurontwikke-ling.

• Oude boskern van het Vijverbos als basis voor nieuwe bos-ontwikkeling.

• Licht golvend landschap in combinatie met het open karakter opent perspectieven voor recreatief medegebruik in relatie tot de omgeving van de Poelbergmolen.

Versnipperd middengebied

KWALITEITEN • Aanwezigheid van een open koutergebied, aansluitend op de kern van Markegem.

• goede bodemgeschiktheid, zowel voor akkerteelten als voor graslandgebruik.

KNELPUNTEN • Sterke versnippering door bebouwing.

• Kleine landschapselementen zijn praktisch volledig verdwe-nen.

• Inbuizen of rechttrekken van beken.

• Vrijkomende agrarische bedrijfszetels.

KANSEN • Aanwezige functies in het gebied genereren een zeker draagvlak om in het gebied aan gerichte landschapsbouw te doen. Bij het vorm geven van het gebied vormen de vier pa-rallel verlopende beken een belangrijk aangrijpingspunt.

• Mogelijkheden voor het ondersteunen van een meer dynami-sche ontwikkeling van de landbouw: inplanting nieuwe agrari-sche bedrijfszetels, grondloze agrarische bedrijvigheid, aan de landbouw verwante activiteiten.

Page 103: 184524 OW INF1 LCR - Dentergem · 2018-08-14 · 184524_OW_INF1_LCR.doc INLEIDING @ Grontmij 8 Het richtinggevend gedeelte vormt het belangrijkste onderdeel van het structuurplan.

184524_OW_INF1_LCR.doc EVALUATIE VAN DE BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR

@ Grontmij 97

Drie valleien

KWALITEITEN • Aanwezigheid van een aantal gebieden met ecologische waarde (Leiemeanders, Baliekouterbos).

• Op een aantal plaatsen is de overgang vallei – kouter nog duidelijk zichtbaar.

• Historisch waardevolle hoevecomplexen aan de rand van de vallei.

• Historisch permanent graslandgebruik op natte kleigronden.

KNELPUNTEN • Ecologisch waardevolle gebieden zijn uiterst kwetsbaar.

• Te weinig aandacht voor landschappelijke beeldkwaliteit en identiteitsbepalende factoren.

• Versnippering van ecotopen door infrastructuur (wegenis, Leiekanaal) en bebouwing.

• Zonevreemd voetbalterrein van Oeselgem gelegen in de Leievallei (grondgebied Zulte).

KANSEN • De bodemstructuur en het historisch permanent graslandge-bruik openen perspectieven voor gerichte natuurontwikkeling.

• Valleiranden accentueren via opgaand groen.

• Deze valleigebieden vervullen een belangrijke rol als verbin-dend element binnen het ecologisch functioneren van de re-gio.

• Mogelijkheden voor bosuitbreiding aansluitend op Baliekou-terbos.