163 Forum Voor Versterking Europese Eerstelijnszorg

2
algemeen 169 zorg & financiering > 1-2005 Werkgroep Tot slot is besloten een werkgroep in het leven te roepen die zich gaat bezig houden met de hiervoor genoemde punten. Ook gaat deze groep onderzoeken wat de sociale verzekeraars en overheden gezamenlijk en wat ze apart kun- nen en moeten doen. De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers vergoedingsautoriteiten uit acht landen, waaronder Ad Schuurman namens het CVZ, de WHO en de twee EU-directoraten Enterprise en Sanco. Half september 2005 komt de werkgroep bijeen, ditmaal in Wenen. Bron: A. van der Elst, CVZ Magazine, december 2004< In de diverse Europese landen worden gegevens verzameld om een antwoord te vinden op de vraag hoe vaak en met welke klachten mensen naar de huisarts gaan. Omdat het voor de Europese Commissie niet duidelijk was of deze gegevens onderling wel te vergelijken zijn, heeft het Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg (Nivel) onderzocht in hoeverre internationale gezondheidszorggege- vens naast elkaar kunnen worden gelegd. Vooral internationale gegevens over ernstige lichamelijke aandoeningen bij volwassenen (bijv. beroerte, diabetes of gordelroos) zijn vol- gens het Nivel met redelijke betrouwbaarheid te vergelijken. De Europese Commissie wil een grote databank aanleggen met daarin gegevens over de gezond- heid van de Europese burger in verschillende landen. De Nivel-onderzoekers concluderen dat nationale huisartsennetwerken heel goed (een deel van) die gegevens zouden kunnen verzame- len. Wel moet steeds gecontroleerd worden of de verschillen tussen de landen werkelijk ver- schillen in gezondheid zijn of dat ze bijvoor- beeld worden veroorzaakt door uiteenlopende manieren van gegevens verzamelen. Uit het onderzoek blijkt dat drie factoren het moeilijker maken om de informatie uit de ver- schillende landen te vergelijken. Ten eerste zijn er verschillen in de beschikbaarheid van de informatie, ten tweede in de definitie van een ziekte of aandoening en ten derde in gezond- heidszorgsystemen en cultuur. Gaan patiënten bijvoorbeeld direct naar een specialist of heeft de huisarts een poortwachterrol? Ook wordt in het ene land de huisarts sneller bezocht dan in het andere. Aan dit onderzoek werd meegewerkt door ver- tegenwoordigers van België, Duitsland, Engeland en Wales, Frankrijk, Nederland, Portugal en Spanje, en door de huisartsennet- werken uit deze landen. De onderzoekers beve- len sterk aan om in ieder Europees land een of meer nationale of regionale, door huisartsen gevoede informatiesystemen op te richten. Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 2004, nr. 51< 162 vergelijking internationale gezondheidsgegevens De Gezondheidsraad adviseert Minister Hoogervorst dat de eerstelijnszorg in Europa verder uitgebouwd zou moeten worden. Om dit te bereiken zou op korte termijn een Europees Forum moeten worden opgericht. Op dit moment zijn er grote verschillen tussen Europese landen in de organisatie van de gezondheidszorg buiten de ziekenhuizen. Zo zijn in veel landen lang niet alle patiënten inge- schreven bij een huisarts. Het beschikbare inter- nationaal vergelijkend onderzoek laat zien dat 163 forum voor versterking europese eerstelijnszorg

Transcript of 163 Forum Voor Versterking Europese Eerstelijnszorg

Page 1: 163 Forum Voor Versterking Europese Eerstelijnszorg

algemeen

169zorg & financiering > 1-2005

Werkgroep

Tot slot is besloten een werkgroep in het levente roepen die zich gaat bezig houden met dehiervoor genoemde punten. Ook gaat dezegroep onderzoeken wat de sociale verzekeraarsen overheden gezamenlijk en wat ze apart kun-

nen en moeten doen. De werkgroep bestaat uitvertegenwoordigers vergoedingsautoriteiten uitacht landen, waaronder Ad Schuurman namenshet CVZ, de WHO en de twee EU-directoratenEnterprise en Sanco. Half september 2005 komtde werkgroep bijeen, ditmaal in Wenen. Bron: A. van der Elst, CVZ Magazine, december 2004<

In de diverse Europese landen worden gegevensverzameld om een antwoord te vinden op devraag hoe vaak en met welke klachten mensennaar de huisarts gaan. Omdat het voor deEuropese Commissie niet duidelijk was of dezegegevens onderling wel te vergelijken zijn,heeft het Nederlands Instituut voor Onderzoekvan de Gezondheidszorg (Nivel) onderzocht inhoeverre internationale gezondheidszorggege-vens naast elkaar kunnen worden gelegd.

Vooral internationale gegevens over ernstigelichamelijke aandoeningen bij volwassenen(bijv. beroerte, diabetes of gordelroos) zijn vol-gens het Nivel met redelijke betrouwbaarheid tevergelijken.De Europese Commissie wil een grote databankaanleggen met daarin gegevens over de gezond-heid van de Europese burger in verschillendelanden. De Nivel-onderzoekers concluderen datnationale huisartsennetwerken heel goed (eendeel van) die gegevens zouden kunnen verzame-len. Wel moet steeds gecontroleerd worden ofde verschillen tussen de landen werkelijk ver-

schillen in gezondheid zijn of dat ze bijvoor-beeld worden veroorzaakt door uiteenlopendemanieren van gegevens verzamelen.Uit het onderzoek blijkt dat drie factoren hetmoeilijker maken om de informatie uit de ver-schillende landen te vergelijken. Ten eerste zijner verschillen in de beschikbaarheid van deinformatie, ten tweede in de definitie van eenziekte of aandoening en ten derde in gezond-heidszorgsystemen en cultuur. Gaan patiëntenbijvoorbeeld direct naar een specialist of heeftde huisarts een poortwachterrol? Ook wordt inhet ene land de huisarts sneller bezocht dan inhet andere.Aan dit onderzoek werd meegewerkt door ver-tegenwoordigers van België, Duitsland,Engeland en Wales, Frankrijk, Nederland,Portugal en Spanje, en door de huisartsennet-werken uit deze landen. De onderzoekers beve-len sterk aan om in ieder Europees land een ofmeer nationale of regionale, door huisartsengevoede informatiesystemen op te richten.Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 2004,nr. 51<

162 vergelijking internationale gezondheidsgegevens

De Gezondheidsraad adviseert MinisterHoogervorst dat de eerstelijnszorg in Europaverder uitgebouwd zou moeten worden. Om ditte bereiken zou op korte termijn een EuropeesForum moeten worden opgericht.

Op dit moment zijn er grote verschillen tussenEuropese landen in de organisatie van degezondheidszorg buiten de ziekenhuizen. Zozijn in veel landen lang niet alle patiënten inge-schreven bij een huisarts. Het beschikbare inter-nationaal vergelijkend onderzoek laat zien dat

163 forum voor versterking europese eerstelijnszorg

ZenF-0105-cyaan.qxd 9-2-2005 19:39 Pagina 169

Page 2: 163 Forum Voor Versterking Europese Eerstelijnszorg

europese/internationale ontwikkelingen

170 1-2005 > zorg & financiering

een sterke eerstelijnszorg samengaat met eeneffectievere en doelmatiger gezondheidszorg.De eerstelijnshulpverleners zorgen ervoor datpatiënten terechtkomen bij de juiste specialis-ten. Ze bewaken ook de continuïteit. En ze sti-muleren door hun gidsfunctie en evidence-basedprotocollen een doelmatiger gebruik vanzorg.Deze wetenschappelijke kennis over de gunstigerol van de eerste lijn kan goed benut worden nude zorgsystemen in Europa de komende jarennaar elkaar toe zullen groeien. Alle landen wor-den geconfronteerd met zaken als vergrijzing,nieuwe technologieën, een mondige bevolkingen financiële beperkingen. Het ligt voor de handdat gezocht zal worden naar overeenkomstigeoplossingen. In dat kader is versterking van deeerstelijnszorg een belangrijk aandachtspunt.

Forum

Het verdient dan ook aanbeveling om op kortetermijn een Europees forum op te richten om deeerstelijnszorg verder te ontwikkelen. DeGezondheidsraad ziet veel in teams en netwer-ken van eerstelijnszorgverleners die verantwoor-delijk zijn voor alle mensen in een gebied. Opdie manier kan de gidsfunctie van de eerste lijnoptimaal benut worden. Uiteraard is nauwesamenwerking met andere sectoren in degezondheidszorg, zoals preventie en arbeids-gerelateerde zorg, van groot belang. Voor allelanden, dus ook voor Nederland, geldt dat decapaciteit moet meegroeien met de toenamevan het aantal chronisch zieken en ouderen.Bron: Gezondheidsraad, 17 december 2004<

Nederlandse huisartsen behoren tot de bestbetaalde huisartsen in Europa. Dit blijkt uit cij-fers over de verhouding van de inkomens vanNederlandse medisch specialisten en huisartsentot die van hun Europese collega’s.

Minister Hoogervorst heeft de cijfers aan deTweede Kamer gegeven om zijn stelling tebevestigen dat Nederlandse huisartsen tot debest betaalde huisartsen in Europa behoren.Op basis van de huidige normpraktijk bedraagthet inkomen circa 100.000 euro (90.000 inko-men plus 10.000 ANW). Daarmee moet deNederlandse huisarts in de inkomensvergelij-king alleen zijn Duitse collega’s voorlaten.

Grote verschillen

Uit de inkomensvergelijking blijkt dat er groteverschillen bestaan tussen het inkomen en de

werklast van huisartsen in Europese landen. Hetgemiddeld inkomen varieert van 16.000 tot136.000 euro. In Duitsland en Nederland verdie-nen huisartsen het meest, gevolgd door huisart-sen in Portugal en Oostenrijk. Ook voor hetinkomen van huisartsen geldt dat de vergelij-king met het gemiddelde salaris per werknemer(‘compensation per employee’) grote verschillentussen landen vertoont. In Nederland verdienteen huisarts gemiddeld 2,9-maal zoveel als de‘compensation per employee’, terwijl dit inBelgië maar 1,2-maal is. Net als voor de medischspecialisten geldt ook voor de huisartsen dat hetinkomen niet evenredig toeneemt met de werk-last. Zo wordt in België gemiddeld langergewerkt dan in Oostenrijk, terwijl het jaarlijksbruto-inkomen in Oostenrijk 35.000 euro hogerligt. De werklast van een Nederlandse huisarts isgemiddeld.Bron: ZN Journaal, 2004, nr. 52<

164 nederlandse huisarts scoort hoog in europese salarisschaal

ZenF-0105-cyaan.qxd 9-2-2005 19:39 Pagina 170