160301 Modulewijzer sk3 - WordPress.com · SUSkeuze8atelier,atelier$3$ blad3$ 1. Onderwijs)inhoud)...
Transcript of 160301 Modulewijzer sk3 - WordPress.com · SUSkeuze8atelier,atelier$3$ blad3$ 1. Onderwijs)inhoud)...
Modulecode: IGO HPA 22 KH
Modulehouder: Arjan Karssenberg Publicatiedatum: maart 2016 Studiejaar; -‐last: 2015-‐2016; 2 ECTS / 56u Opleiding: IGO-‐bouwkunde Verbonden lectoraat: sustainable building technology
SUS KEUZE-‐ATELIER; ATELIER 3
SUS ATELIERS
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 2
1. Onderwijs inhoud .......................................................................................................................................... 3
1.1. Context en opbouw .............................................................................................................................. 3 1.2. Kennisgestuurd .................................................................................................................................... 4 1.3. Praktijkgestuurd ................................................................................................................................... 4
2. Werkwijze en ondersteuning ......................................................................................................................... 6 2.1. Lesprogramma ..................................................................................................................................... 6 2.2. Begeleiding en werkvorm .................................................................................................................... 7 2.3. Literatuur e.d. ...................................................................................................................................... 7 2.4. Uitvoering opdrachten ......................................................................................................................... 7
3. Beoordeling .................................................................................................................................................... 8 3.1. Beoordelingsprocedure ....................................................................................................................... 8 3.2. Herkansingsregeling ............................................................................................................................. 8 3.3. Fraude & Plagiaat ................................................................................................................................. 8
4. Organisatie ..................................................................................................................................................... 9 4.1. Module-‐informatie ............................................................................................................................... 9 4.2. Studiebelasting .................................................................................................................................... 9 4.3. Werkafspraken ..................................................................................................................................... 9 4.4. Inleverdata ........................................................................................................................................... 9 4.5. Klachten ............................................................................................................................................... 9
5. Verantwoording, Competenties .................................................................................................................... 9 Cursuscode IGO HPA 22 KH Cursusnaam SUS keuze-‐atelier 3 Studiepunten 2
Doelen cursus Integraal samenwerken aan een duurzame oplossing voor een opdracht uit de praktijk
Beginniveau -‐ Inhoud
Na lezingen en voorbereidend werk in ateliers maak je In een pressure cooker met een integrale groep bouwkundigen een nieuw duurzaam plan voor een aantal monumenten op het quarantaine terrein met een voorstel voor de uitwerking van de gebouwen met eventueel daarbij behorende aanbouwen.
Eindkwalificaties -‐ Werkvormen lezingen/atelierwerk/pressure cooker Toetsvorm presentaties/projectdossier Opmerkingen Dit keuzevak is de eerste van drie opeenvolgende ateliers. Dit is een vervolg van
een reeks voorafgaande SUS-‐keuze ateliers uit het schooljaar 2014/2015 en 2015/2016.
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 3
1. Onderwijs inhoud
1.1. Context en opbouw DE SUS ATELIERS In de SUS-‐ateliers werken verschillende studenten gericht op bouwfysica, installaties, constructie, bouwtechniek, ontwerp, BIM en uitvoering samen aan echte projecten die ook uitgevoerd worden. CHIBB is het eerste project dat nu gebouwd wordt. Het project is ontwikkeld in de minor, tot bouwplan uitgewerkt door een integraal studententeam in een leerbedrijf en vervolgens met een stage-‐atelier voor werkvoorbereiding, bouwbegeleiding en inkoop gerealiseerd. Een groep MBO-‐studenten hebben onder begeleiding van leermeesters uit het bedrijfsleven en het stage-‐atelier het project gebouwd. Dankzij onze partners hebben wij dit extreem duurzame project kunnen realiseren. Komende vier jaar gaan studenten (met onze partners) onderzoek doen op de werking. Na CHIBB zijn we bezig met dergelijke projecten voor onze huisvesting, voor een woningrenovatie op Heijplaat, voor een drijvende kaswoning en voor een herstructurering op Aruba. Duurzaamheid is een essentieel onderdeel van de bouwkunde. Het staat aan de basis van ruimtelijke ordening, architectuur, bouwtechniek, constructies, gebouw-‐installaties en de uitvoering. Bij de SUS keuze ateliers komt de vraag aan de orde hoe een duurzaam ontwerp te maken en hoe dit duurzaam-‐technisch uitgewerkt moet worden. Concepten worden ontwikkeld om gebouwen en de gebouwde omgeving meer leefbaar, milieubewust, energiezuinig, herbruikbaar, zelfvoorzienend of zelfs energieleverend te maken. SUS KEUZE-‐ATELIERS Binnen de SUS keuze-‐ateliers leren toekomstige bouwtechnici, installatietechnici, bouwfysici en duurzaamheidadviseurs integraal samen te werken aan een opgave en deze vervolgens bouwtechnisch uit te werken. Ook leren ze duurzaamheid te integreren en wordt hun kennis verruimd naar verwante vakgebieden. Dit wordt versterkt door het werken aan de projecten in pressure cookers. De opzet van de drie ateliers is dat gedurende vier avonden lezingen worden gegeven en aansluitend in atelier wordt gewerkt. Daarna is er een pressure cooker waarin je met de groep 5 dagen continue aan de opgave werkt met als resultaat een presentatie aan de opdrachtgever van jullie oplossing. JOUW EIGENSCHAPPEN: Een brede blik en creatief kunnen nadenken over je eigen vak. Inventief en gevoelig voor wat anderen willen en ook voor wat je zelf wilt bereiken. Samenwerken, bruggen slaan als er verschillen van inzicht zijn, standpunten helder onder woorden en in beeld kunnen brengen. Je weet dat andere disciplines voor de ontwikkeling van de bouwtechniek van belang zijn en weet daarvan zinvol gebruik te maken. Samenwerken en met anderen je doelen weten te bereiken is belangrijk. OPBOUW KEUZE-‐ATELIERS De SUS keuze-‐ateliers bestaan uit 3 modules van elk 1 kwartaal. De ateliers worden 4x op dinsdagavond op het Academieplein gegeven en vragen totaal 4 uur per week. De pressure cooker wordt in week 10 gegeven en vraagt full-‐time (10-‐17u) beschikbaarheid in het atelier. Daarna zijn er nog 2 dinsdagavonden voor de afronding. Elk studiejaar volgen de drie ateliers elkaar op, er wordt gewerkt aan dezelfde casus maar de opdracht per atelier zoomt steeds meer in. Van globaal plan tot detail. Je kan alle drie ateliers volgen, maar ook maar 1 of 2. Voorafgaande SUS KEUZE-‐ATELIERS: In de voorafgaande ateliers werd integraal gewerkt aan de uitwerking van een concept-‐plan tot een gedetailleerd plan voor een klein gebied in de stad. De ateliers werden afgerond met een presentatie en documentatie (overdrachtsdossier).
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 4
1.2. Kennisgestuurd STUDIE: Het studie-‐ onderdeel bestaat uit het bestuderen van de opgegeven casus, samen met de opgegeven literatuur en artikelen. Van de casus-‐studie en artikelen worden door alle studenten zelfgemaakte verslagen/samenvattingen gemaakt, die onderdeel worden van de rapportage.
1.3. Praktijkgestuurd 1. CASUS: Het Quarantaine-‐terrein ligt ten noordwesten van het dorp ‘Heijplaat’ aan het eind van de Quarantaineweg en is omringd door havens en rivier. Vroeger had iedere havenstad de verplichting om een quarantaine-‐inrichting te bouwen, voor opvang van zeelieden, die besmet waren met gevaarlijke tropische ziekten. Het complex werd gebouwd in 1943 naar ontwerp van de stadsarchitect Van der Steur, in de stijl ‘Amsterdamse school verstrakt’ en is tot heden in bezit van het Havenbedrijf Rotterdam. Op het terrein van ca. 6 hectare lagen 10 gebouwen verspreid, met elk hun eigen functie. Door de komst van antibiotica zoals penicilline en behandelingsmethoden van tropische ziekten bleek de functie van het complex overbodig. In de tijd kregen de complexen op het quarantaine gebied verschillende functies. Tussen de jaren 1986 en 1991 werden de verschillende bouwwerken gesloopt, maar met moeite werd de sloop van de andere gebouwen voorkomen. Het resterende deel van de Quarantaine-‐ terrein werd in 1993 op de voorlopige lijst van monumenten geplaatst door de gemeente Rotterdam en is uiteindelijk in april 2008 een officieel Rijksmonument geworden. Nu werken er kunstenaars van diverse disciplines in de bijzondere gebouwen en hierdoor is het gebied uitgegroeid tot een professionele productieplaats voor de culturele sector. Het gebied is omsingeld met uitsluitend industriegebieden waardoor er niet in het gebied gewoond mag worden. Dit betekent dat de verschillende gebouwen tegenwoordig ‘illegaal’ gekraakt zijn. 2. PROBLEEMSTELLING: Het terrein en de bebouwing heeft al lang geleden haar oorspronkelijke bestemming verloren, het huidige gebruik is tegen de regels, en onveilig, maar wordt tijdelijk gedoogd; voor de toekomst moet het terrein een nieuwe bestemming krijgen. Normaal gesproken is dat niet zo moeilijk, in dit geval maakt de beschermde status als rijksmonument het een stuk lastiger. Behoud en beheer kost geld, inkomsten zijn er niet dus op termijn zal het geheel verder in verval raken. In de huidige situatie moet de eigenaar zorgen dat de gebouwen niet verder vervallen, zonder dat er inkomsten tegenover staan, zonder dat hij een stip aan de horizon heeft waar hij naar toe kan werken. Je kan spreken van een pad stelling (schaakterm) of impasse. De opdrachtgever heeft nu een uitweg gevonden uit het voorstel van de vorige ateliers, maar heeft nog geen oplossingen voor alle gebouwen op het terrein. 3. RESULTAAT voorafgaande ATELIERS: De ateliers van vorig jaar hebben eerste stappen gezet om de opdrachtgever uit de impasse te helpen: -‐ Er is een voorstel gemaakt voor een nieuwe bestemming (stip aan de horizon) voor gebouwen en terrein; -‐ Er is een conceptplan gemaakt waarin deze bestemming concreet gemaakt is op het perceel; -‐ Er zijn functies gekoppeld aan verschillende stroken/gebouwen op het terrein -‐ Er is grof bepaald dat alle aanbouwen aan de grenzen van het terrein moeten komen -‐ Er is een programma gekoppeld aan de GreenTech RDM met globale oppervlakten van functies -‐ Er is een schetsontwerp getekend voor aanbouwen voor het Beambtegebouw en het ontsmettingsgebouw -‐ Er is een plan gedestilleerd om de gebouwen en het terrein aan elkaar te koppelen door middel van een paden-‐/gangenstelsel -‐ Er is een visie ontstaan voor de beleving op het terrein en binnen de gebouwen. 4. OPDRACHT: De opdracht voor dit atelier is om de opdrachtgever een schetsontwerp voor te leggen voor de overige 5 gebouwen op het terrein. Wat de opdrachtgever nodig heeft is: -‐ Een visie gekoppeld aan de gebouwen en het terrein -‐ Een ontwerpvoorstel voor herbestemming van de overige gebouwen en voor de aanbouwen
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 5
-‐ Een ontwerpvoorstel voor de buitenruimte, mede gericht op de bestemming. Onderdeel daarvan is de circulatie en koppeling tussen de verschillende functies op het terrein. 5. KANSEN: Voor jullie om een realistische oplossing te bedenken voor een concreet probleem. Voor de opdrachtgever en Rotterdam: nieuw leven inblazen van een spectaculair gebied midden in de haven met uitzonderlijke kwaliteiten. 6. BEPERKINGEN: in kaart te brengen tijdens de lezingen en ateliers. 7. EISEN: Ook dit zal naar voren komen tijdens de lezingen en ateliers; o.a. op het gebied van sustainability, monumentenzorg, beheer, opdrachtgever en hedendaagse gebruikers. 8. BELANGEN: Bedenk dat de plan moet passen in de haven, aantrekkelijk is voor zowel de opdrachtgever als voor Rotterdam, past bij de monumentale status van de gebouwen en het terrein, duurzaam inspeelt op de kansen in de directe omgeving (water, havens, industrie, RDM e.d.), haalbaar, betaalbaar en beheersbaar is en past in het beeld van Rotterdam als duurzame stad. 9. RESULTAAT: Overtuigend voorstel van de groep met onderbouwde keuzes. 10. FASES: Het atelier zal dit kwartaal bestaan uit 6 delen.
1. INFORMATIE EN VOORBEREIDING: Tussen week 4 t/m 9 worden een viertal bijeenkomsten georganiseerd die bestaan uit informatieoverdracht d.m.v. een lezing en uit atelierwerk. Deze bijeenkomsten dienen voorbereid te worden. Na iedere bijeenkomst zal vergaarde kennis verwerkt en vastgelegd moeten worden zodat deze paraat en beschikbaar blijft voor het vervolg. De presentaties zullen ook worden gegeven door professionals zoals architecten en stedenbouwkundigen met kennis uit de praktijk.
2. INDIVIDUELE SCHETS: Gebruik makend van je onbevangen blik en geïnspireerd door de bijzondere locatie maar ook door je eigen fascinaties en interesses, kom je tot een persoonlijke schets van het plangebied met de nieuwe bestemming. Deze schets geeft antwoord op de volgende vragen: -‐ waar wil je de gebouwen en het terrein voor gebruiken; -‐ hoe wil je dat de gebouwen op het terrein eruit gaan zien; -‐ hoe overtuig je de opdrachtgever van je plan; -‐ hoe kan je je plan aan het huidige plan koppelen; -‐ wat zijn de uitgangspunten voor jouw schetsen
3. PROGRAMMA EN PLAN: Hoe kan er een plan ontwikkeld worden om om te gaan met verschillende typen gebouwen. Kunnen referenties gevonden worden waaruit het programma uit gedestilleerd/ gecontroleerd kunnen worden? Hoe moeten de aanbouwen eruit komen te zien? Welke uitstraling moeten de gebouwen hebben vanuit de Maas en vanuit het terrein? Hoe kunnen de gebouwen gekoppeld worden. Hoe kunnen de bestaande ontwerpvoorstellen versterkt worden?
4. UITWERKING: Jullie maken in deze fase een eerste uitwerking van de bestaande gebouwen met eventueel aanbouwen voor de overige 5 gebouwen op schaal 1:200
5. EINDPRESENTATIE: aan het einde van de pressure-‐cooker wordt er een presentatie gegeven aan de opdrachtgever, met als doel hem te overtuigen dat jullie aan de opdracht voldaan hebben en dat jullie zijn probleem kunnen oplossen en hem uit zijn impasse kunnen helpen.
6. AFRONDING: Het gemaakte werk wordt gedocumenteerd (A5 overdrachtdossier), de inspanningen en het proces worden geëvalueerd (reflectie).
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 6
11. AFSLUITING: Het eindresultaat van het project bestaat uit één allesomvattende rapportage met tekeningen en presentatie van/door de groep:
o het rapport moet een duidelijk beeld geven van jullie antwoord op de opdracht; o van het stedenbouwkundig plan, de transitie en de eerste uitwerkingen moeten complete tekeningen
worden gemaakt en toegelicht met concept-‐tekeningen en berekeningen; o de mate van duurzaamheid en uitvoerbaarheid/toepasbaarheid moet uitvoerig worden behandeld; o het rapport moet een bondige onderbouwing geven van de gemaakte keuzes en afwegingen,
alternatieven zijn vermeld en als minder interessant aangetoond; o het rapport en de presentatie moet een professionele uitstraling hebben, passend bij de kennis van de
studenten; o het rapport moet voldoen aan de in de praktijk gangbare eisen (zoals de afgelopen studietijd geleerd); o als het eindresultaat niet voldoet aan bovenstaande voorwaarden wordt deze niet in behandeling
genomen.
12. OPDRACHTGEVER: Havenbedrijf Rotterdam
2. Werkwijze en ondersteuning
2.1. Lesprogramma
Deelname aan de ingeroosterde onderdelen is verplicht. Voor afwezigheid zie 4.3. Werkafspraken. De lessen in de weken 4 t/m 7 en 11 en 12 zijn van 17 tot 19 uur op dinsdagavond. De pressure cooker duurt 5 dagen in week 10, full-‐time. Pressure cooker vindt plaats op de SUS-‐ateliers, 3e verdieping, RDM-‐campus.
Lesprogramma week 4-‐9:
Weeknr./ onderwerp
Voorbereiding
Lezingen Atelierwerk Verwerking
Fase1-2 1u 1u 1u 1u 4.
Introductie
Lezen: zie site
Introductie: Sus atelier, Pressure Sus huisvesting
Kennismaking Stukken inlezen
Opdracht, aanpak Bezoek aan de locatie Gebied bezoeken
5. Duurzaam/ informatie
Lezen: zie site
Historie havengebied en quarantaine gebied
PVE & ontwerp-uitgangspunten opstellen m.b.t. de overige functies en gebouwen
Zoeken en kiezen referentie projecten a.d.h.v. - Ruimtes - Circulatie - Nieuwbouw/oudbouw - etc.
6. Duurzaam/ informatie
Presentatie maken van referenties Ontwerpen
Positieve en negatieve punten van ontwerpvoorstellen
7. Atelier
ontwerpen/ visievormen ontwerpen/ visievormen
Maken individuele schets
Week 8 en 9 zijn reserve en voor voorbereiding pressure cooker.
Lesprogramma week 10-‐12:
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 7
Fase 3-5 Pressure Cooker week Week 10 Onderdeel Blok 1 Blok 2 Blok 3
Dag 1
Individuele schetsen overige gebouwen
Individuele schetsen presenteren
Destilleren sterke punten uit schetsen en kneden
Vaststellen definitieve schetsen
Dag 2 Ontwerp richtlijnen vaststellen
Functies definitief indelen per gebouw a.d.h.v. schetsen en PVE
Ontwerp richtlijnen definitief vaststellen
Dag 3 Ontwerpen schetsen
Gebouwen schetsen; buitenterrein; circulatie; verbindingen
Ontwerpen vaststellen
Dag 4 Ontwerpen uitwerken
Uitwerking ontwerpen Massa modellen maken
Dag 5 Eindpresentatie Werken aan eindpresentatie
Werken aan eindpresentatie
Presenteren
Fase 6 Afronding Week 1-2 Onderdeel Omschrijving
Dag 1
Reflectie Feedback opdrachtgever en onderling, reflectieverslag
Dag 2 Documentatie Overdrachtsdossier voor volgend kwartaal maken
2.2. Begeleiding en werkvorm De begeleiding vindt wekelijks plaats tijdens de ateliers op woensdagavond. Daarnaast zal tijdens de pressure cooker dagelijkse begeleiding zijn. Tijdens de besprekingen zullen de studenten het initiatief moeten nemen om vragen te stellen en tussentijds commentaar te vragen op gemaakte keuzes. Uiteindelijk worden de studenten beoordeeld op het eindresultaat. De studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het op tijd stellen van vragen.
2.3. Literatuur e.d. Voor studiemateriaal wordt een literatuurlijst op de website gezet. Hierin staat aangegeven van welke literatuur en artikelen kennis genomen moet worden: www.suskeuzeateliers.wordpress.com. Aanvullende literatuur/leermiddelen:
Duurzame ideeën & DCBA Methodiek, Peter Teeuw e.a, ISBN 978-‐94-‐6104-‐009-‐1 Energie vademecum, Boom, ISBN 978-‐94-‐6104-‐02-‐2, voor studenten gratis, http://www.energievademecum.nl/studenten, actiecode: 104627809 Werkmodellen (zie N@tschool): Technisch tekenen en Verslaglegging Modulewijzer, zie www.suskeuzeateliers.wordpress.com.
2.4. Uitvoering opdrachten Alle rapportage uitvoeren op A3 en gebundeld inleveren.
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 8
3. Beoordeling
3.1. Beoordelingsprocedure STUDIEPUNTEN EN LENGTE De lengte bedraagt 9 weken. Aan het einde van de pressure cooker wordt de eindpresentatie gegeven en wordt dit samen met het eindrapport (waarin alle fases) beoordeeld. Bij totaal eindresultaat van een 5,5 of hoger worden 2 ects. toegekend. Het is niet mogelijk voor onderdelen van het vak ects te behalen. BEOORDELING De beoordeling heeft betrekking op de volgende onderdelen:
a. is de oplossing volledig (COMPLEET) b. zijn gemaakte keuzes voldoende toegelicht, alternatieven afgewogen (VERDEDIGBAAR) c. zijn de voorgestelde oplossingen niet tegenstrijdig (BRUIKBAAR) en passen ze bij jullie
opgestelde visie (VERDEDIGBAAR) d. is er een basis voor het uitwerken van het concept tot een concreet plan (BRUIKBAAR) e. is de eindpresentatie en de rapportage compleet en professioneel (COMPLEET) f. heb je gewerkt aan de competenties (zie hfdst. 5)
Alleen projecten conform voorwaarden zoals opgenomen in hoofdstuk 3 worden in behandeling genomen. EINDCIJFER Het eindcijfer, op basis waarvan de studiepunten worden toegekend, wordt bepaald door de verdeling:
- actieve en professionele deelname aan de ateliers en de pressure cooker: 30%; - individueel plan: 20% - eindrapportage en presentatie: 50%.
Het eindcijfer is 2 weken na het inleveren van het eindrapport en de individuele verslagen bekend. Randvoorwaarden beoordeling: 1. Er bestaat aanwezigheidsplicht voor de student. Zie 4.3. Werkafspraken; 2. De docent zal in de verslaglegging reageren op de taalvaardigheid (grammatica en spelling) van de student.
Indien nodig zal bijscholing worden opgelegd.
3.2. Herkansingsregeling Herkansing: Bij onvoldoende eindcijfer kom je in aanmerking voor een herkansingsopdracht. Herkansing zal tijdens de beoordeling van de eindpresentatie worden besproken. De herkansingsopdracht zal 2 weken na de beoordeling moeten worden ingeleverd.
3.3. Fraude & Plagiaat
Becijfering van de module vindt uiterlijk plaats in week 1 van het kwartaal. Op dat moment is ook bekend wie in aanmerking komt voor een herkansing en wanneer die gereed moet zijn. Dit wordt bekend gemaakt tijdens de beoordeling van de eindpresentatie. Het behaalde cijfer wordt ingeleverd op het bedrijfsbureau en verwerkt in Osiris. De herkansing wordt in principe binnen 10 werkdagen beoordeeld. Resultaten worden bekend gemaakt in Osiris.
Fraude is als de student probeert de inhoudelijke beoordeling op onrechtmatige wijze te beïnvloeden. Onder fraude wordt eveneens verstaan als de student een andere student in de gelegenheid stelt onderdelen van zijn of haar werk over te nemen. De ingeleverde uitwerkingen van de projecten kunnen worden gescand op plagiaat. Onder plagiaat verstaat het instituut: het letterlijk overnemen van teksten zonder correcte bronvermelding. Bij constatering van fraude en/of plagiaat wordt de Examencommissie IGO direct geïnformeerd met het verzoek tot het nemen van een maatregel. Na een hoorzitting legt de Examencommissie IGO een maatregel op die bindend is. Voor de juistheid wordt verwezen naar artikel 9.5 van de Hogeschoolgids van het instituut IGO.
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 9
4. Organisatie
4.1. Module-‐informatie Modulecode & naam : IGO SK2 01, SUS keuze-‐atelier 2 Aantal studiepunten : 2 ECTS Modulehouder : A.J. Karssenberg; [email protected] Begeleiders : P. Scheurwater en A.J. Karssenberg
4.2. Studiebelasting Studenttaken (toets, portfolio, opdrachten, eindrapport en presentatie) 2 ECTS 2 ECTS = 2 x 28 uur = 56 per student Atelier: Verplichte bijeenkomsten (6 x 2 uur) 12
Voorbereiding (±4 x 2 uur) 9 Pressure cooker (5 x 7) 35
Totaal 56
4.3. Werkafspraken De begeleiding vindt wekelijks plaats tijdens de ateliers en dagelijks tijdens de pressure cooker. Deelname houdt in dat woensdagavonden en dagelijks full-‐time tijdens de pressure cooker op het atelier gewerkt wordt. Door jezelf wordt op het prikbord je aanwezigheid dagelijks bijgehouden. Aanwezigheid van 90% is verplicht. Studenten die meer dan 1 dagdeel ongeoorloofd afwezig zijn tekenen zich hierbij automatisch uit. Afwezigheid altijd vooraf bij docent melden. Elke week dient voor de lessen de in het lesprogramma genoemde studiewerk gedaan te zijn en literatuur doorgenomen te zijn en daarvan samenvattingen gemaakt.
4.4. Inleverdata Wk Product Inlevermoment: 10-‐1 Individuele schets begin dag 10-‐1 10-‐5 Eindpresentatie en rapport eind dag 10-‐5 12 Documentatie en evaluatie dinsdag week 12
Te laat inleveren sluit je uit van de beoordeling.
4.5. Klachten
5. Verantwoording, Competenties De carrière van een duurzaam integraal bouwtechnicus waar je in de SUS-‐ateliers voor wordt opgeleid, kan zich afspelen op alle vlakken van de bouwkunde, binnen alle disciplines van de bouw. Dat kan zijn binnen de organisatie van een architectenbureau in de vorm van projectleider, de technische en organisatorische spil bij de uitwerking en vertaling naar de uitvoering van een architectonisch ontwerp, of als duurzaamheidsexpert van een raadgevend ingenieursbureau of van een bouwbedrijf. Maar ook bij duurzaamheids-‐adviseurs kan men ingezet worden om integrale duurzaamheidsscans voor projecten uit te voeren en innovatieve oplossingen aan
Het Instituut voor de Gebouwde Omgeving hanteert het reglement klachtenregeling. Deze klachtenregeling is verwoord in de bijlage van de Hogeschoolgids van het Instituut IGO. Is er een klacht over een tentamen of examen dan dient de student de klacht eerst te bespreken met de uitvoerende docent en modulehouder/onderwijsmanager. Leidt die bespreking niet tot een oplossing, dan bestaat de mogelijkheid in beroep te gaan bij de Examencommissie IGO (zie hiervoor artikel 3 van het reglement klachtenregeling). Het beroepschrift dient geadresseerd te zijn aan de voorzitter van de examencommissie en wordt ingeleverd bij het Bedrijfsbureau IGO.
SUS keuze-‐atelier, atelier 3
blad 10
te dragen. Juist de combinatie van kennis op het gebied van bouwtechniek en integrale duurzaamheid maakt je een gewilde en bijzondere specialist! In deze module wordt gewerkt aan de volgende competenties:
Arjan Karssenberg, 160301
a) Maakt een systematische analyse van de huidige en de gewenste situatie en legt deze vast in een probleemdefinitie en bijbehorende onderzoeksvragen.b) Gebruikt een (onderzoeks)aanpak die passend is om te komen tot een antwoord op de onderzoeksvraag / oplossing van het praktijkprobleemc) Verzamelt voor de opdracht relev. literatuur en gegevens en gebruikt deze adequaat in de beantwoording / oplossing van de onderzoeksvraag / het praktijkprobleem
d) Ontwikkelt een voor de opdrachtgever bruikbaar resultaat in de vorm van een oplossing/advies/ verbetervoorstel.e) Formuleert een plan voor de implementatie van de gekozen oplossing/advies/verbetervoorstel.f) In dit proces stuurt de student zijn eigen leerproces aan en verantwoord de gemaakte keuzes in het gehele traject.
CO
MPE
TEN
TIE
Niveau 3De student verricht in opdracht van een opdrachtgever een voor het werkveld relevante opdracht / onderzoek binnen het domein van één of meer van de vijf BBE’s. De student gaat hierbij zelfstandig, methodisch en resultaatgericht te werk. Hij past de tijdens de opleiding verworven kennis en vaardigheden toe, verdiept deze door het verzamelen en interpreteren van relevante literatuur en gegevens, om tot een voor de opdrachtgever bruikbaar resultaat te komen.
- Een (afstudeer)verslag met een effectieve structuur en schrijfstijl. Dit verslag omvat een probleemdefinitie, onderzoeksvragen, onderzoeksaanpak, een correcte interpretatie van de gegevensverzameling en een onderbouwde oplossing waarvan de haalbaarheid aangetoond wordt middels een implementatie. De conclusie en aanbeveling omvat een heldere en valide onderbouwing.- Een beoordeling van de opdrachtgever op de professionele houding waarmee de student aan het onderzoek werkt. Hierin is hij/zij zelfstandig, betrokken en weet vaardigheden goed in te zetten.- Een presentatie met een logische structuur en inhoud die ondersteund wordt door goed ingezette audiovisuele middelen. De presentatie is boeiend en duidelijk.- Een verdediging waarin de student adequaat vragen beantwoordt en daarmee aantoont dat hij het onderwerp beheerst en kritisch is geweest ten aanzien van zijn eigen onderzoek. De student doet dit op een professionele manier waarbij hij met het onderzoek een bijdrage heeft geleverd aan de verdere professionalisering van de beroepspraktijk.
Een initiatief begint met een vraag van een opdrachtgever of gebruiker. De ontwikkeling van het idee en het daarop volgende haalbaarheidsonderzoek door de initiatiefnemer(s) zijn onderdelen van de initiatieffase, wat leidt tot een visie die aan de vraag voldoet. De visie is gericht op waarde creatie van het product zowel op korte als lange termijn. Het haalbaarheidsonderzoek bestaat uit een indicatie van de opbrengsten versus de ontwikkelingskosten, een (markt)onderzoek naar de wensen van de eindgebruiker(s) of afnemers, en een overzicht van de voorbereidingsbesluiten. Uit de initiatieffase moet blijken of dat het idee of initiatief voor het product haalbaar is.Er worden meerdere versies van het concept uitgewerkt. Hierin wordt er gezocht naar een optimale investering voor de opdrachtgever en de omgeving. In de uitwerking van het concept worden de levenscyclus analyse, duurzaamheid en toekomstbestendigheid meegewogen. Op basis van een vastgesteld concept kan het programma van eisen worden gemaakt. Het programma van eisen vormt de eerste stap van de ontwikkelingsfase en stuurt op het vastleggen van de behoefte of vraag van de feitelijke opdrachtgever. Een investeringsvoorstel op basis van raming moet goedgekeurd zijn door de initiatiefnemer(s).
CO
MPE
TEN
TIE BBE 1
CO
MPE
TEN
TIE
BBE 2Er wordt een eerste stap gezet naar een vertaling van het PvE (Programma van Eisen). De hierin eerder opgenomen uitgangspunten worden in deze fase regelmatig getoetst. Afhankelijk van de aard van de opdracht worden er verschillende onderzoeken verricht. Een bepaalde vakdiscipline kan hierin sterker vertegenwoordigd zijn, en een leidende positie in nemen bij de vertaling naar het ontwerp. Een constante communicatie in deze fase tussen opdrachtgever en betrokken partijen is gewenst.Het proces heeft een cyclisch verloop waarbij de partijen gelijk optrekken en kennis en inzichten met elkaar uitwisselen. Het is een proces waarbij de gegenereerde ideeën vanuit het ontwerpproces om mogelijke aanpassingen in het PvE vragen. Inzicht in de uitvoeringaspecten en daarmee de financiële haalbaarheid van het ontwerp vormen belangrijke drijfveren om samenwerkingsprocessen te organiseren waarbij alle partijen vanuit de verschillende vakdisciplines al vroeg met elkaar om de tafel zitten.In het traject wordt het ontwerp vastgelegd in een steeds grotere mate van detail en zekerheid, van schetsontwerp tot definitief ontwerp. Naast het toetsen van het ontwerp aan het PvE, en aan aspecten als levenscyclus analyse, duurzaamheid en toekomstbestendigheid dienen ook de kosten van het project te worden berekend. Zo nodig zal het ontwerp op onderdelen aangepast moeten worden om binnen het budget te blijven. Dit alles in het kader van welke risico’s acceptabel zijn en welke niet.