1422 Haast Komt Zorgvuldigheid Opleidingsfonds Niet Ten Goede

2
kwaliteitsstandaarden/opleidingen 111 zorg & financiering > 10-2006 komst gesloten met de KNOV om de beroeps- groep in staat te stellen de bestaande richtlijnen verder uit te werken. Bos beklemtoont dat er in het prestatiecontract over de ontwikkeling en toepassing van richtlijnen volstrekt geen sprake is van bemoeienis van de zorgverzekeraars met de inhoud van de richtlijn. Mede op verzoek van de KNOV zelf, bekijken zorgverzekeraars in hoeverre de beroepsbeoefenaren de door hen- zelf opgestelde richtlijnen ook uitvoeren. ‘Want, zoals u ook weet, blijkt uit nationaal en interna- tionaal onderzoek dat veel medische fouten ont- staan door behandelingen van professionals die hun eigen medische richtlijnen niet volgen’, schrijft Bos aan Nijhuis. Het uitgangspunt van de zorgverzekeraars is dat zij de beste zorg wil- len contracteren. Volgens Bos is het algemeen bekend dat slechte zorg duur uitpakt, omdat de kans op complicaties groter is en het extra be- handeling noodzakelijk maakt. Kenniscentrum Omdat zorgverzekeraars – mede onder invloed van de Zorgverzekeringswet – steeds meer zorg inkopen op basis van de beste prijs-kwaliteitver- houding, oriënteren zorgverzekeraars zich voortdurend op de vraag wat dan die best prac- tice is. Kwalitatief goede zorg omvat de weten- schappelijke, onderbouwde behandelingen met inachtneming van de maatschappelijk vereiste doelmatigheid. Dat is iets totaal anders dan de goedkoopste zorg. ZN haalt de kennis over best practices en richtlijnen bij medische professio- nals in Nederland en het buitenland. Het Ken- niscentrum van ZN beschikt inmiddels over een databank met nationaal en internationaal erken- de, wetenschappelijk onderbouwde best practi- ces en richtlijnen. Bronnen: ZN Journaal, 2006, nr. 46 en Medisch Contact, 3 november 2006< > opleidingen 1422 haast komt zorgvuldigheid opleidingsfonds niet ten goede Ziekenhuizen moeten hun subsidieaanvraag voor opleidingsplaatsen indienen. Het aan- vraagformulier voor deze miljoenenoperatie bevat tal van onduidelijkheden. Opleidingen voor medisch specialisten worden vanaf 2007 gefinancierd uit een opleidings- fonds. Per opleidingsplaats is er – afhankelijk van het totaal aantal op te leiden specialisten in een ziekenhuis – een bedrag van 108.000 tot 145.000 euro beschikbaar. In totaal bevat het opleidingsfonds 630 miljoen euro. Opleidingsziekenhuizen die een voorschot wil- len krijgen voor de opleiding van medisch speci- alisten, moeten dat zo snel mogelijk aanvragen. Het formulier dat het ministerie van VWS daar- voor heeft opgesteld, is allerminst helder. Ziekenhuizen moeten bijvoorbeeld opgeven hoeveel fulltime-equivalenten (fte’s) aan artsen in opleiding tot specialist (aios) zij hebben. Maar gezien hun werktijden is het bij aios erg lastig om het aantal fte’s vast te stellen. Aantallen aios Ernstiger is dat er een structurele onduidelijk- heid dreigt over de aantallen aios. ‘Voor heel veel specialisaties geldt dat er eerst een algeme- ne vooropleiding wordt gedaan’, zegt Joris Meegdes van het Capaciteitsorgaan. ‘Een cardio- loog volgt bijvoorbeeld eerst twee jaar de alge- mene internistenopleiding. Maar op het formu- lier is niet duidelijk onder welk specialisme het ziekenhuis een aios moet opvoeren. Onlangs is besloten dat ziekenhuizen het specialisme aan- melden waar de aios werkzaam is. Het Capaci- teitsorgaan hanteert voor de ramingen van het aantal opleidingsplaatsen echter het uiteinde-

Transcript of 1422 Haast Komt Zorgvuldigheid Opleidingsfonds Niet Ten Goede

Page 1: 1422 Haast Komt Zorgvuldigheid Opleidingsfonds Niet Ten Goede

kwaliteitsstandaarden/opleidingen

111zorg & financiering > 10-2006

komst gesloten met de KNOV om de beroeps-groep in staat te stellen de bestaande richtlijnenverder uit te werken. Bos beklemtoont dat er inhet prestatiecontract over de ontwikkeling entoepassing van richtlijnen volstrekt geen sprakeis van bemoeienis van de zorgverzekeraars metde inhoud van de richtlijn. Mede op verzoek vande KNOV zelf, bekijken zorgverzekeraars inhoeverre de beroepsbeoefenaren de door hen-zelf opgestelde richtlijnen ook uitvoeren. ‘Want,zoals u ook weet, blijkt uit nationaal en interna-tionaal onderzoek dat veel medische fouten ont-staan door behandelingen van professionals diehun eigen medische richtlijnen niet volgen’,schrijft Bos aan Nijhuis. Het uitgangspunt vande zorgverzekeraars is dat zij de beste zorg wil-len contracteren. Volgens Bos is het algemeenbekend dat slechte zorg duur uitpakt, omdat dekans op complicaties groter is en het extra be-handeling noodzakelijk maakt.

Kenniscentrum

Omdat zorgverzekeraars – mede onder invloedvan de Zorgverzekeringswet – steeds meer zorginkopen op basis van de beste prijs-kwaliteitver-houding, oriënteren zorgverzekeraars zichvoortdurend op de vraag wat dan die best prac-tice is. Kwalitatief goede zorg omvat de weten-schappelijke, onderbouwde behandelingen metinachtneming van de maatschappelijk vereistedoelmatigheid. Dat is iets totaal anders dan degoedkoopste zorg. ZN haalt de kennis over bestpractices en richtlijnen bij medische professio-nals in Nederland en het buitenland. Het Ken-niscentrum van ZN beschikt inmiddels over eendatabank met nationaal en internationaal erken-de, wetenschappelijk onderbouwde best practi-ces en richtlijnen.Bronnen: ZN Journaal, 2006, nr. 46 en MedischContact, 3 november 2006<

> opleidingen

1422 haast komt zorgvuldigheid opleidingsfonds niet ten goede

Ziekenhuizen moeten hun subsidieaanvraagvoor opleidingsplaatsen indienen. Het aan-vraagformulier voor deze miljoenenoperatiebevat tal van onduidelijkheden.

Opleidingen voor medisch specialisten wordenvanaf 2007 gefinancierd uit een opleidings-fonds. Per opleidingsplaats is er – afhankelijkvan het totaal aantal op te leiden specialisten ineen ziekenhuis – een bedrag van 108.000 tot145.000 euro beschikbaar. In totaal bevat hetopleidingsfonds 630 miljoen euro.Opleidingsziekenhuizen die een voorschot wil-len krijgen voor de opleiding van medisch speci-alisten, moeten dat zo snel mogelijk aanvragen.Het formulier dat het ministerie van VWS daar-voor heeft opgesteld, is allerminst helder.Ziekenhuizen moeten bijvoorbeeld opgevenhoeveel fulltime-equivalenten (fte’s) aan artsen

in opleiding tot specialist (aios) zij hebben.Maar gezien hun werktijden is het bij aios erglastig om het aantal fte’s vast te stellen.

Aantallen aios

Ernstiger is dat er een structurele onduidelijk-heid dreigt over de aantallen aios. ‘Voor heelveel specialisaties geldt dat er eerst een algeme-ne vooropleiding wordt gedaan’, zegt JorisMeegdes van het Capaciteitsorgaan. ‘Een cardio-loog volgt bijvoorbeeld eerst twee jaar de alge-mene internistenopleiding. Maar op het formu-lier is niet duidelijk onder welk specialisme hetziekenhuis een aios moet opvoeren. Onlangs isbesloten dat ziekenhuizen het specialisme aan-melden waar de aios werkzaam is. Het Capaci-teitsorgaan hanteert voor de ramingen van hetaantal opleidingsplaatsen echter het uiteinde-

ZenF-1006 cyaan.qxd 13-12-2006 11:33 Pagina 111

Page 2: 1422 Haast Komt Zorgvuldigheid Opleidingsfonds Niet Ten Goede

kwaliteitsbeleid

112 10-2006 > zorg & financiering

lijke specialisme. Dus een cardioloog in de voor-opleiding interne geneeskunde telt als cardio-loog. De gegevens over de aantallen aios perspecialisme gaan daardoor uit elkaar lopen.’

Volgens Meegdes hebben de betrokken partijen

het probleem wel gesignaleerd, maar is er geentijd om het nu te verhelpen. ‘2007 geldt als over-gangsjaar. De verwachting is dat in het komendejaar technische onvolkomenheden worden ver-holpen.’Bron: Medisch Contact, 1 november 2006<

1423 opleidingen hebben te weinig aandacht voor allochtone patiënt

Geneeskundeopleidingen besteden te weinigaandacht aan de zorg aan allochtone patiëntenen hun specifieke zorgvraag. Dat stellen ver-schillende (huis)artsen in een interview metMedNet Magazine.

Artsen lopen regelmatig tegen moeilijkhedenaan in de communicatie met allochtone patiën-ten. Vooral de culturele en religieuze achter-grond en de beleving van ziekten spelen daarbijeen belangrijke rol.(Aankomende) artsen kunnen hier niet altijdgoed mee omgaan, vindt huisarts Hans Harm-sen. Hij promoveerde in 2003 op het onderwerp‘Cultuurverschillen in de medische praktijk’.‘Heel langzaam komt er meer aandacht voor inde opleidingen’, zegt Harmsen. ‘Maar het is welheel mondjesmaat.’Een van de universiteiten die al jarenlang aan-dacht besteedt aan dit onderwerp, is VU me-disch centrum. Daar is zelfs een speciale vak-groep gezondheidszorg en cultuur, die hetonderwijs verzorgt.

Diversiteit

Andere opleidingen gaan ook langzaam dierichting op: de Rijksuniversiteit Groningen laatstudenten tijdens de tutorgroepen opdrachtenmaken die betrekking hebben op allochtonepatiënten. De Universiteit van Amsterdam en hetLeids Universitair Medisch Centrum introduce-ren binnenkort het thema diversiteit binnen deopleiding. ‘Daarnaast komen studenten tijdenshun junior coschappen in het AMC in aanrakingmet allochtone patiënten’, zegt woordvoerderLaura Erdtsieck.In de geneeskundeopleiding van het Acade-misch Ziekenhuis Maastricht is dit juist niet hetgeval. ‘Het is lastig om studenten te laten “oefe-nen” met allochtone patiënten’, zegt weten-schappelijk directeur Albert Scherpbier. Hijvindt wel dat er ‘absoluut meer aandacht’ voorhet onderwerp moet komen. ‘Maar het is erglastig om het in het curriculum te krijgen; het isal zo vol.’Bron: www.mednet.nl, 10 november 2006<

1424 convenant opleidingen

Het College Beroepen en Opleidingen in deGezondheidszorg (CBOG) gaat opleidingen enberoepen in de gezondheidszorg beter structu-reren.

Het CBOG is voortaan het enige aanspreekpuntals het gaat om opleidingen in de zorgsector.

Het zal de minister van VWS voorstellen gaandoen over de benodigde opleidingscapaciteit enover de toewijzing van opleidingsplaatsen. Deminister beslist vervolgens. Dat hebben beidepartijen onlangs vastgelegd in een convenant. Het CBOG heeft de taak te werken aan de sa-menhang tussen de beroepen(structuur) en de

ZenF-1006 cyaan.qxd 13-12-2006 11:33 Pagina 112