Valideringsstudie Zelfbeoordelingsinstrument. Methode validering •Teststeekproef van +-2000...

Post on 13-May-2015

215 views 0 download

Transcript of Valideringsstudie Zelfbeoordelingsinstrument. Methode validering •Teststeekproef van +-2000...

ValideringsstudieZelfbeoordelingsinstrument

Methode validering

• Teststeekproef van +-2000 personen

• Verscheidene kanalen (o.a. VDAB, CM, e-nieuwsbrief KULeuven, vacature-lezers, psychiatrische ziekenhuizen,…)

• Online vragenlijst

• Pen en papier enkel in afdelingen van psychiatrische ziekenhuizen en CGG’s

Ontwikkeling vragenlijst

• Door onderzoekers van ISW Limits

• O.b.v. een literatuurstudie:

– Veerkracht: RS-NL Resilience Scale

– Depressie, angst en stress: DASS

– Psychosomatische klachten: ontwikkeld voor project

– Copingschalen: bestaande vragenlijst van ISW Limits en literatuur rond coping (UCL, WCC, VACSS)

Steekproef

ABS1.835

%

Man 459 25

Vrouw 1373 75

-18 53 3

18-24 533 29

25-34 436 24

35-44 324 18

45-54 315 17

55-64 127 7

65+ 45 2

LO + LSO 208 11

HSO 513 28

HOBU 510 28

Universiteit 594 33

Steekproef

ABS1.835

%

Arbeider 41 2Bediende 653 36Kader en directie 112 6

Statutair ambtenaar 122 7Zelfstandige, vrij beroep 45 3Student 496 27

Werkloos/werkzoekend 126 7Huisman/huisvrouw 31 2Gepensioneerd/bruggepensioneerd 65 3Arbeidsongeschikt/langdurig ziek 63 3Andere 77 4Alleenstaand zonder kinderen 320 17Alleenstaand met kinderen 114 6Gehuwd/samenwonend zonder kinderen 366 20Gehuwd/samenwonend met kinderen 521 28Inwonend bij ouders 490 27Inwonend bij kinderen 19 1

Steekproef

ABS1.835

%

Momenteel opgenomen in psychiatrisch ziekenhuis

92 5%

Momenteel in behandeling bij psychiater of psycholoog

198 12.5%

In het verleden in behandeling geweest bij psychiater of psycholoog

412 26%

Gebruik slaapmiddelen, kalmeermiddelen, anti-depressiva

Nooit 1.206 76%

Enkele keren per jaar 118 8%

Maandelijks - Enkele keren per maand 44 3%

Wekelijks - Enkele keren per week 29 2%

Dagelijks 182 12%

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Interne validiteit

– Doel: nagaan welke items bruikbaar zijn om een bepaald construct te meten.

– Methode: factoranalyse (enkel item met voldoende hoge lading werden weerhouden)

Betrouwbaarheid of interne consistentie

– Doel: nagaan hoe goed een construct gemeten wordt.

– Deze betrouwbaarheid wordt weergegeven met een maat (= α). Deze maat ligt tussen 0 en 1. Hoe hoger de α, hoe betrouwbaarder de meetschaal

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Veerkracht

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Depressie

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Angst

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Stress

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Psychosomatische klachten

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Schaal veerkracht - klachten n α

Veerkracht 11 0,88

Depressie 7 0,90

Angst 7 0,85

Stress 7 0,89

Psychosomatische klachten 14 0,91

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Afwachten/ vermijden

Problemen aanpakken

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Actief ontspannen

Sociale steun zoeken

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Expressie van emoties

Beheersen van gedachten

Interne validiteit en betrouwbaarheid

De moed laten zakken

Rust nemen

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Gebruik van genotsmiddelen

Interne validiteit en betrouwbaarheid

Schaal coping n α

Afwachten/vermijden 6 0,73

Problemen aanpakken 4 0,80

Actief ontspannen 4 0,68

Sociale steun zoeken 3 0,81

Expressie van emoties 3 0,70

Beheersen van gedachten 4 0,67

De moed laten zakken 3 0,75

Rust nemen 3 0,64

Gebruik van genotsmiddelen 2 -

Clusteranalyse

• Individuen binnen eenzelfde groep of cluster vertonen veel gelijkenissen, terwijl ze slechts in lage mate overeenkomen met individuen van een andere groep

• Drie betekenisvolle clusters, nl. geen, matige en ernstige klachten

• Overgangsscores tussen de drie clusters worden vastgelegd: vanaf welke score heeft iemand geen, matige of ernstige klachten

Klachten Geen/matig Matig/ernstig

Depressie 0,77 1,77

Angst 0,62 1,59

Stress 1,37 2,07

Psychosomatische klachten

2,30 3,26

Clusteranalyse

Depressie Angst Stress Psychosom.

Geen klachten 72% 75% 76% 78%

Matige klachten 20% 20% 17% 16%

Ernstige klachten

7% 6% 7% 6%

Proportie subjecten binnen elke cluster voor elk van de klachten,

alsook het gemiddelde over alle klachten heen:

= hoeveel respondenten hebben relatief gezien geen, matige of ernstige

klachten

Externe validiteit

Het onderscheid tussen 3 clusters blijkt valide:

• Vergelijking tussen overgangsscores een de normscores van de DASS (normale populatie)

matig ernstigDepressie 11 25 ondergrens hoog ondergrens zeer hoog

Angst 9 22 ondergrens hoog zeer hoogStress 19 29 hoog zeer hoog

Dass (normalen)

Externe validiteit

Het onderscheid tussen 3 clusters blijkt valide:

• Toetsing aan scores op veerkracht

Depressie Angst Stress Psychosomatisch

Geen klachten 4.01 3.95 3.97 3.93

Matige klachten

3.36 3.43 3.38 3.41

Ernstige klachten

2.84 2.95 2.96 3.24

Externe validiteit

GEM. KLINISCH(N=198)

GEM. NIET-

KLINISCH(N=1380)

Overgangsscores MATIG

Overgangsscores

ERNSTIG

Veerkracht 3.17 3.87 3.81

Depressie 1.32 .49 .77 1.77

Angst 1.09 .38 .62 1.59

Stress 1.56 .84 1.37 2.07

Psychosomatische klachten 2.45 1.77 2.30 3.26

Het onderscheid tussen 3 clusters blijkt valide:

Toetsing aan de scores van klinische populatie