Post on 11-Jan-2017
Gezonde Schoolgebouwen
Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
Susan Bromm
Rob van Ritbergen
Aga Spuijbroek
Versie
30 november 2015
ProjectManagement Bureau
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
2
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
3
Inhoud
Inleiding ............................................................................................................ 5 1.1 Ambitie 2016 / 2018 ................................................................................................................ 5 1.2 In dit plan ............................................................................................................................... 5
2 Uitgangspunten 2016 - 2018 ............................................................................. 6 2.1 Maatregelen ........................................................................................................................... 6
2.1.1 Lucht .................................................................................................................................. 6
2.1.2 Licht ................................................................................................................................... 7
2.1.3 Verduurzaming ................................................................................................................... 8
2.1.4 Aanvullende maatregelen ................................................................................................... 9 2.2 Onderhoud ............................................................................................................................ 9
3 Aanpak 2016 .................................................................................................. 10 3.1 Doelstelling .......................................................................................................................... 10 3.2 Prioritering deelname scholen .............................................................................................. 10 3.3 Proces en uitvoering ............................................................................................................. 10
4 Voorbereiding 2017 ......................................................................................... 14 4.1 Prioritering schoolgebouwen 2017 ....................................................................................... 14 4.2 Deelname gebouwen voortgezet onderwijs ......................................................................... 14 4.3 Voorbereiding aanbesteding 2017 ........................................................................................ 14
5 Projectorganisatie .......................................................................................... 15 5.1 Projectorganisatie ................................................................................................................ 15 5.2 Overlegstructuur .................................................................................................................. 16
5.2.1 Intern ................................................................................................................................ 16
5.2.2 Extern ............................................................................................................................... 16
6 Communicatie ................................................................................................ 17 6.1 Procescommunicatie ............................................................................................................ 17 6.2 Projectcommunicatie ........................................................................................................... 17
7 Financiën .......................................................................................................18 7.1 Financiering door gemeente ................................................................................................ 18 7.2 Financiering door schoolbesturen ........................................................................................ 18 7.3 Investeringsbegroting (separate bijlage, kabinet) ................................................................. 18
8 Planning ........................................................................................................19
9 Risicoanalyse ................................................................................................. 20
Bijlage 1: Lijst 30 schoolgebouwen 2016
Bijlage 2: Investeringsraming (separaat, kabinet)
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
4
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
5
Inleiding
1.1 Ambitie 2016 / 2018
Veel schoolgebouwen hebben een ongezond binnenklimaat (te hoog CO2-gehalte).
Het is de ambitie van het college van B&W van Amsterdam om in de coalitieperiode 2015-
2018 111 schoolgebouwen voor primair onderwijs (PO), speciaal onderwijs (SO) en
voortgezet (speciaal) onderwijs (V(S)O) aan te pakken.
Het project Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018 heeft als doel bestaande
schoolgebouwen van een gezond binnenklimaat te voorzien (op fijnstof, lucht en licht) en de
energieprestaties van die gebouwen te verbeteren, zodat het energieverbruik dat toeneemt
door de ventilatiesystemen en de toegenomen onderhoudskosten naar het niveau van vóór
de maatregelen wordt gebracht (exploitatieneutraal).
In 2015 is gestart met de aanpak van 20 schoolgebouwen (19 PO en 1 SO) Gezonde
Schoolgebouwen. Op het VO wordt een pilot uitgevoerd om inzicht te krijgen in de
maatregelen, de kosten en het proces dat nodig is om gebouwen in het voortgezet
onderwijs aan te pakken. In 2016-2018 volgen maximaal 30 schoolgebouwen per jaar.
1.2 In dit plan
In dit plan worden de uitgangspunten, de aanpak en de projectorganisatie 2016-2018
beschreven. Daarnaast is een globale planning opgenomen. Aan het college van B&W wordt
een financiële paragraaf aangeboden (separate bijlage, kabinet).
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
6
2 Uitgangspunten 2016 - 2018
2.1 Maatregelen
Maatregelen: Lucht in groepsruimtes/klaslokalen en lokalen voor de voor- en
vroegschoolse educatie (vve) is primair, licht aanvullend. Duurzaamheidsmaatregelen
om exploitatieneutraliteit te bereiken.
De maatregelen bestaan primair uit het verbeteren van de hoeveelheid lucht (op niveau van
het landelijke Programma van Eisen (PvE) Frisse Scholen klasse B 2015 1) in de leslokalen
inclusief de lokalen waarin de voor- en vroegschoolse educatie (vve) is gehuisvest. De
lichtcomponent is aanvullend (zie verder hieronder in het vervolg van deze paragraaf
uitgangspunten). Schoolbesturen kunnen er wel voor kiezen om op eigen kosten het licht te
vernieuwen. De verduurzamingsmaatregelen die worden genomen om exploitatieneutraliteit te bereiken
worden gevonden in energie-opwek door zonnepanelen of energiebesparende maatregelen
als verlichting en kierdichting, aanwezigheidsdetectie, warmteterugwinning in
luchtbehandelingskasten. (zie verder in het vervolg van deze paragraaf).
Bij de bepaling van het aantal aan te pakken lokalen wordt ingeval van leegstand rekening
gehouden met prognoses. Bij de kwalificatie van lokalen als groepslokaal (vb. lokalen voor
schakelklassen) zal in overleg met het schoolbestuur worden gekeken naar de verblijfsduur
van leerlingen in de ruimten en zal worden vastgesteld of lokalen in de aanpak worden
meegenomen.
2.1.1 Lucht
Luchtmaatregelen: Het streven is om na aanpak Frisse scholen Klasse B gerealiseerd te
hebben bij nieuwe installaties, met een ondergrens van klasse C bij bestaande
installaties:
Klasse B uit het PvE Frisse scholen 2015 is het uitgangspunt als een nieuwe installatie wordt
aangebracht, dus scholen die nog geen installatie hebben worden naar klasse B gebracht.
Wanneer een bestaand ventilatiesysteem in het gebouw aanwezig is, wat door ingrepen kan
voldoen aan klasse B of C, zal er geen nieuw systeem worden aangebracht maar wordt deze
waar nodig geoptimaliseerd naar B of C. C is de ondergrens bij bestaande installaties. Er zal
daarbij worden gekeken naar de resterende levensduur van de installatie en investeringen in
vernieuwing versus optimalisering worden afgewogen.
1 Het Programma van Eisen Frisse Scholen (2015) is een publicatie van de Rijksdienst van Ondernemend Nederland (RVO), opgesteld in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Voor ieder thema zijn drie ambitieniveaus vastgesteld: - klasse C (acceptabel),- klasse B (goed) en - klasse A (zeer goed). Daaraan zijn (prestatie)eisen gekoppeld. Klasse C is het basisniveau; gebaseerd op geldende wet- en regelgeving, zoalsdeze in het Bouwbesluit tot 2012 van kracht waren.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
7
Toelichting:
De opstellers van het Programma van Eisen Frisse Scholen2 hebben een advies uitgebracht
over Klasse B versus C. In het advies staat: “Klasse B is in het PvE Frisse Scholen het
basisuitgangspunt voor nieuwbouw en ingrijpende renovaties en dus een uitstekende
ambitie. Realiseer echter dat een school die al voldoet aan Klasse C van Frisse Scholen
weliswaar presteert beneden de Amsterdamse ambities, maar zeker niet slecht is. Bij aanpak
van deze scholen gaat het dan om een kleine verbetering van het kwaliteitsniveau tegen
relatief hoge kosten. Scholen die momenteel kampen met een slecht binnenmilieu, en dat is
een groot deel van de bestaande schoolgebouwen, zullen met dezelfde investeringen een
veel grotere verbeterstap kunnen maken.”
Scholen met een bestaande installatie mogen wel degelijk mee in de uitvoering maar zullen
vooraf onderzocht worden. Zodra blijkt dat het slechte binnenklimaat een gevolg is van
onvoldoende onderhoud en inregeling, vastgesteld door een onafhankelijke deskundige, zal
de verantwoordelijkheid om dit op niveau te brengen (uitvoering en financiering)voor het
schoolbestuur zijn. Daarmee valt de school dus buiten het project. In een dergelijk situatie
zal het schoolbestuur wel geadviseerd worden over de te nemen maatregelen. Met name op
het gebied van structureel onderhoud.
Wanneer de slechte prestaties van de installatie niet het gevolg zijn van een gebrekkige
onderhoudssituatie, zal het streven zijn de school naar klasse B te brengen, met C als
ondergrens.
Minimaal noodzakelijke variant om naar klasse B te komen
In de aanpak 2016-2018 worden voor alle schoolgebouwen twee varianten uitgewerkt : een
decentraal systeem (waarbij in elk lokaal een ventilatieunit wordt opgehangen) en een
centraal systeem (waarbij het systeem het hele gebouw ontsluit), tenzij op voorhand al
duidelijk is dat een bepaald systeem niet zal voldoen (bijvoorbeeld bij monumenten).
De financiële bijdrage van de gemeente zal zich zal beperken tot de minimaal noodzakelijke
variant die ervoor kan zorgen dat het gebouw zal voldoen aan het Programma en Eisen
Frisse scholen klasse B. Heeft het schoolbestuur aanvullende wensen ten aanzien van deze
variant, dan zijn de meerkosten voor het schoolbestuur.
2.1.2 Licht
Maatregelen Licht: Ondergrens is C, daar waar het licht in de school onder klasse C
uitkomt wordt licht aangepast met als ambitie klasse B
In tegenstelling tot Lucht/ventilatie is Licht naast onderdeel van het Programma van eisen
Frisse Scholen ook een maatregel om energie te besparen.
De ondergrens voor de lichtsterkte is PvE Frisse Scholen Klasse C. Bij noodzakelijke
vervanging van de verlichting omdat deze niet voldoet aan Klasse C of het ventilatiesysteem
vraagt om vervanging van de armaturen, wordt er verlichting aangebracht met Klasse B tot
2 De bijdragen in het PvE Frisse scholen 2015 op het gebied van luchtkwaliteit, thermisch comfort, visueel comfort en
akoestisch comfort zijn afkomstig van BBA Binnenmilieu BV
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
8
gevolg met een ondergrens van C. Daar waar uit de enquête blijkt dat men onvoldoende
lichtsterkte ervaart in de lokalen, zullen aanvullende maatregelen worden getroffen. Echter
uit ervaring blijkt dat de scholen over het algemeen Klasse C als voldoende beschouwen.
Indien aanvullende maatregelen gewenst zijn voor bijvoorbeeld speciaal onderwijs, wordt er
verlichting aangebracht met Klasse B tot gevolg. Dit gebeurt in nauw overleg met het
schoolbestuur. Er zal worden gekeken naar de energiebesparende effecten van licht als
onderdeel van de compenserende maatregelen.
Toelichting:
Licht als onderdeel van PvE Frisse scholen: In de beleving van veel scholen is licht een
ondergeschikt probleem bij de beleving van het binnenklimaat. Maar de omzetting van
reguliere verlichting naar LED verlichting betekent vooral energiebesparing en
verduurzaming. Echter, het vervangen van de bestaande verlichting door energie zuinige
LED-verlichting, kan niet binnen de technische levensduur (15jaar) worden terugverdiend.
In het advies over het landelijke PvE wordt ten aanzien van licht geadviseerd ten aanzien
van licht: voorkom verblinding door daglicht door geschikte licht- en helderheidswering. Dit
heeft een grote invloed op de visuele prestaties en het ontstaat van lichamelijke klachten als
hoofdpijn en vermoeidheid.
2.1.3 Verduurzaming
Onderdeel van de aanpak zijn verduurzamingsmaatregelen die als doel hebben het
toegenomen energieverbruik als gevolg van de gerealiseerde installatie op een
exploitatieneutraal niveau te brengen. Hiervoor wordt een breed pakket aan
maatregelen voorgesteld, te beginnen met zonnepanelen, omdat daar extra opwek mee
te realiseren is. Daarnaast worden ook anderen maatregelen zoals energiebesparende
verlichting en kierdichting, aanwezigheidsdetectie, warmteterugwinning in
luchtbehandelingskasten. Verduurzamingsmaatregelen ( ter compensatie) worden
gezocht binnen het gehele schoolgebouw.
Extra verduurzaming bovenop het exploitatieneutraal resultaat
Gezonde Schoolgebouwen is onderdeel van de Agenda Duurzaamheid van de gemeente.
Om de doelstelling van het college in de Agenda Duurzaamheid te ondersteunen, namelijk
het realiseren van 20% minder energieverbruik is het voorstel om schoolbesturen te
stimuleren om daar waar het gebouw het toelaat meer duurzaamheidsmaatregelen te
treffen dan noodzakelijk is voor het schoolbestuur om een exploitatieneutraal resultaat te
behalen. Het vastgestelde uitgangspunt in het project is alleen hetgeen noodzakelijk is om
een exploitatieneutraal resultaat te behalen, extra maatregelen zullen dus voor rekening van
het schoolbestuur zijn (die de voordelen krijgen van de extra energie-opwek).
In 2015 is deze extra verduurzamingsdoelstelling aan de deelnemende schoolbesturen
voorgelegd maar is daar geen gebruik van gemaakt. Het voorstel is daarom om deze
aanvullende ambitie om extra te verduurzamen als apart project in te richten, dit valt
namelijk buiten de scope van Gezonde Schoolgebouwen (die gaat tot een besparing tot een
exploitatieneutraal resultaat ten opzichte van het begin). De mogelijkheden om extra te
besparen worden wel vooraf onderzocht in het project Gezonde Schoolgebouwen door
middel van een energiescan. Op die manier wordt in kaart gebracht wat naast de
compenserende maatregelen, de extra mogelijkheden zijn. De mogelijkheden om
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
9
zonnepanelen op schooldaken te plaatsen vormen onderdeel van de extra verduurzaming.
De rol van de gemeente is die van facilitator en verbinder. Met name de verbinding naar de
aanbieders van proposities op het gebied van zonne-energie (Energy Service Company’s).
Schoolbesturen moeten hier aan mee willen doen en deelname is afhankelijk van de
propositie. Veel schoolbesturen zeggen al een erg laag energietarief te hebben. De extra
risico’s zijn planning en medewerking van de schoolbesturen.
2.1.4 Aanvullende maatregelen
Omdat het schoolgebouw een verbouwing ondergaat, kan het schoolbestuur aanvullende
maatregelen voor eigen rekening opnemen in de opdracht aan de aannemer. De
maatregelen moeten wel een relatie hebben met het binnenklimaat en de maatregelen die
binnen het project worden getroffen.
2.2 Onderhoud
Het succes van het project op de langere termijn en daarmee het effect van de investering,
valt of staat met onderhoud van de aangebrachte systemen.
De aanpak in 2015 heeft geleerd dat het toevoegen van installaties alleen niet garandeert
dat de luchtkwaliteit verbetert. Bij een aantal gebouwen zijn vervuilde of anderszins
onvoldoende functionerende installaties aangetroffen. Waar de gezondheidsklachten bij
oudere gebouwen vooral worden veroorzaakt door te weinig luchtverversing, valt het op dat
bij nieuwere gebouwen juist gezondheidsklachten gerelateerd aan vervuilde systemen
steeds meer de boventoon gaan voeren.
Constante CO2 monitoring en feedback moeten de informatie geven aan schoolbesturen
om de installaties zo optimaal mogelijk te blijven gebruiken.
Scholen die worden aangepakt krijgen de permanente beschikking over een aantal meters
die gebruikt worden om in het gebouw aan de voorkant van het proces een nulmeting te
doen . Vervolgens worden de meters ook gebruikt om bij oplevering te meten zodat de
geleverde prestatie getoetst kan worden. Daarna kan de school deze meters gebruiken om
hun luchtkwaliteit te monitoren, opdat het schoolbestuur weet wanneer er problemen
optreden.
Om het positieve effect van de luchtmaatregelen te borgen is het noodzakelijk dat na
uitvoering van de werkzaamheden een onderhoudscontract wordt afgesloten door het
schoolbestuur met een gecertificeerd onderhoudsbedrijf. Voor de aanpak 2016-2018
wordt voorgesteld om schoolbesturen een 10-jarig onderhoudscontract af te laten
sluiten bij een gecertificeerde partij. Bij deelname aan het project committeert het
schoolbestuur aan de afspraak om het contract af te sluiten. Het contract moet een langere
termijn beslaan. Dit hoeft niet 10 jaar achtereen met dezelfde partij te zijn.
De gemeente levert de technische specificaties voor het contract aan, het schoolbestuur
zorgt ervoor dat het contract wordt afgesloten.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
10
3 Aanpak 2016
3.1 Doelstelling
In de periode 2016 – 2018 moeten nog 90 PO/SO scholen worden aangepakt.
Uitgangspunt bij de aanpak is dat de gemeente bouwheer blijft maar er voor zorgt dat het
schoolbestuur nauw betrokken is bij de aanpak en de inrichting van de projectorganisatie.
3.2 Prioritering deelname scholen
Prioriteit is binnenlucht, de prioritering vindt plaats op basis van CO2-concentratie in relatie
tot aanwezige ventilatievoorzieningen. Energie is secundair. Schoolbesturen kunnen hun
schoolgebouwen aanmelden voor de aanpak.
De prioritering voor de aanpak in 2016 vindt plaats op basis van de volgende criteria:
1. Schoolgebouwen die voor 2015 waren aangemeld, maar niet konden worden
meegenomen.
2. Schoolgebouwen die in een fijnstofzone liggen (300 meter van de snelweg of binnen een
straal van 50 meter in de eerstelijns bebouwing van een grote weg waar meer dan 10.000
gemotoriseerde voertuigen per etmaal passeren).
3. Schoolgebouwen die uit de toets (CO2 meting en gebruikersonderzoek) de minste
resultaten behalen.
Scholen in categorie 1 en 2 krijgen voorrang en worden in ieder geval op de lijst geplaatst.
Op de overige aangemelde scholen is een CO2-meting uitgevoerd gedurende 10 dagen in
een aantal lokalen van de school. De scholen met de hoogste CO2-concentratie komen het
eerst in aanmerking voor aanpak in 2016. Daarnaast is op alle scholen een
gebruikersenquête uitgevoerd. Leerkrachten is gevraagd hoe zij de lucht en het visueel
comfort in hun school ervaren. De resultaten hiervan zijn meegenomen in de prioritering. In
enkele gevallen af dit aanleiding voor een bezoek door een technisch adviseur om beter
beeld te krijgen van het binnenklimaat. Indien uit de enquête blijkt dat het binnenklimaat
dusdanig negatief ervaren wordt, weegt dit mee in de prioritering
De aangemelde scholen voor 2016 die afvallen zijn gemeten (CO2) en gaan mee in de
prioritering voor 2017/2018, maar krijgen geen voorrang voor deelname in 2017. Die
prioritering voor 2017 en 2018 vindt plaats op basis van CO2-concentratie en fijnstof, waarbij
scholen die geen gebalanceerd systeem hebben prioriteit hebben.
3.3 Proces en uitvoering
Het proces van uitvoering ziet er op hoofdlijnen als volgt uit:
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
11
Aanmelding schoolgebouwen en prioritering
Schoolbesturen melden hun schoolgebouwen aan en de gemeente stelt op basis van de
criteria in 3.2 de lijst van 30 schoolgebouwen vast.
Gebruikersenquête
Op alle aangemelde scholen wordt voorafgaand aan de aanpak een (on line) landelijke
gebruikersenquête uitgevoerd, onder de dagelijkse gebruikers, specifiek de directie en
leerkrachten. Doel van de enquête is inzicht te krijgen in de tevredenheid over de kwaliteit
van het binnenklimaat op de onderdelen lucht en licht (visueel comfort). De e enquête is
bedoeld om inzicht te krijgen in het binnenklimaat op de scholen. De resultaten van de
enquête worden meegenomen in de prioritering: als de metingen uitwijzen dat het gebouw
voldoet, maar de enquête uitwijst dat er klachten zijn, wordt er nader onderzoek in het
gebouw gedaan. Andersom, kunnen de resultaten van de enquête worden gebruikt als
onderbouwing wanneer gebouwen voldoen en er geen klachten zijn. De schoolbesturen
krijgen de resultaten van de enquête opgestuurd..
Intentieverklaring
De schoolbesturen van de gebouwen die geprioriteerd zijn ontvangen een intentieverklaring.
Na ondertekening committeren zij zich aan medewerking aan het project en de
cofinanciering. Het schoolbestuur is primair verantwoordelijk voor de communicatie met de
schooldirectie en de overige gebruikers van de school. Aanvullend communiceert de
gemeente met de schoolgebruikers.
Gemeente is bouwheer
De gemeente is in dit project de bouwheer en is opdrachtgever richting de nader te
contracteren partijen. Om te komen tot een succesvol project is een goede communicatie en
samenwerking met de schoolbesturen erg belangrijk. De gemeente zorgt ervoor dat het
schoolbestuur nauw betrokken is bij het project volgens een in te richten projectorganisatie,
er is sprake van gezamenlijke afstemming.
Dossiervorming
Om goed en snel het maatregelenpakket uit te werken is een compleet goed dossier per
schoolgebouw is noodzakelijk. Na ontvangst van de intentieverklaringen zullen de
schoolbesturen de benodigde gegevens aan moeten leveren.
Aanbestedingsstrategie
Samen met Inkoop Fysiek van de gemeente Amsterdam is een aanbestedingsstrategie
opgesteld waarbij gekozen is om traditioneel een bestek uit te werken.
Voordat het werk wordt aanbesteed aan de markt/uitvoerder, wordt het maatregelenpakket
vastgesteld in overleg met het schoolbestuur. Zo wordt de financiële consequenties al aan
de voorkant helder voor het schoolbestuur.
Aanbesteding installatieadviseur
Voorafgaand van een aanbesteding naar de markt moet per school het maatregelenpakket
in een bestek worden omschreven. Voor de inhoudelijke opname en het uitwerken van het
maatregelenpakket moet een installatieadviseur geselecteerd worden. Door middel van een
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
12
Europese aanbesteding wordt momenteel een installatieadviseur aanbesteedt voor de
uitwerking van de betreffende scholen.
Gebouwopname
De installatieadviseur neemt het gebouw op. De opname samen met de inventarisatie van
de schoolwensen zal een eerste maatregelenpakket worden uitgewerkt. De
installatieadviseur zal voor deze opname, ook indien een 2e opname noodzakelijk is,
zelfstandig een afspraak maken met het schoolbestuur.
Vaststellen maatregelenpakket
De uitwerking van het maatregelenpakket wordt uitgebreid met de school besproken.
Tijdens deze bespreking zal het PMB, de installatieadviseur en het schoolbestuur aanwezig
zijn.Doel van deze bijeenkomst is om definitief keuzen te maken welke onderdelen van het
maatregelenpakket mee worden genomen in de uitwerking van het bestek, te weten:
Centraal of decentrale oplossing
Wel of geen aanpassing verlichting leslokaal
Keuzen compenserende maatregelen
Wel of geen aanvullende wensen schoolbesturen
Financiële commitment conform de vastgestelde uitgangspunten
Indien geen wijzigingen of nader uitwerking van het maatregelenpakket noodzakelijk is kan
met de schoolbesturen definitief een overeenkomst worden getekend.
Doel van de overeenkomst is dat beide partijen instemmen met de gemaakte technisch en
financiële afspraken. Deze overeenkomst betekent een go moment voor de
installatieadviseur om het schoolgebouw verder uit te werken tot besteksniveau en gereed
te maken van aanbesteding.
Vergunningen
Tegelijkertijd met de stap “maatregelenpakket in concept gereed” worden de scholen
integraal met welstand besproken. Doel is om vroegtijdig een mondeling akkoord te krijgen
of kaders vast te stellen waar een centrale of decentrale luchtoplossing aan moet voldoen.
Na definitieve uitwerking en vaststelling maatregelenpakket per school zullen officieel de
noodzakelijke omgevingsvergunningen per schoolgebouw worden ingediend.
Aanbesteding markt
Aanbesteding op basis van de gemeentelijke aanbestedingsstrategie in kleine tranches op
moment dat maatregelenpakket helder is. De gemeentelijke aanbestedingsstrategie voor
dit project is erop gericht om voor drie jaar (2016-2018) een aantal partijen te selecteren op
basis van een Europese aanbesteding (raamcontract). De geselecteerde partijen kunnen op
verschillende tranches een aanbieding doen, het aantal scholen kan per tranche variëren. Dit
leidt tot meer flexibiliteit (en kwaliteit) in de uitvoering. Samen met de schoolbesturen
worden de kaders voor de raamovereenkomst ingericht en bepaald welke trancheomvang
we per keer binnen de minicompetitie meervoudig onderhands aanbesteden. De
afgevaardigde schoolbesturen zullen deelnemen in de beoordelingscommissie om de
inschrijvers op kwaliteit te beoordelen.
Uitvoering in schoolvakantie
De maatregelen inclusief de financiële consequenties worden dus aan de voorkant van het
proces duidelijk voor gemeente en schoolbestuur. Na het officiële commitment over het
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
13
maatregelenpakket en de financiële verdeling wordt het contract voor de uitvoering
getekend door gemeente en schoolbestuur.
Uitgangspunt is uitvoering in de schoolvakantie, maar voorbereidingen kunnen al
plaatsvinden op andere momenten dat de school niet in bedrijf is
Voorwaarde is dat schoolbestuur en schooldirectie instemmen met de planning. Het
primaire proces op de scholen mag niet verstoord worden door de aanpak.
Oplevering
Samen met het schoolbestuur, de installatieadviseur, aannemer en gemeente wordt de
oplevering georganiseerd. Gezamenlijk wordt de school opgenomen en na vaststelling
akkoord het opleverdocument ondertekend.
Nazorg
Na de oplevering krijgen de docenten een instructie over de werking en het doel van de
aangebrachte installaties.
De schoolbesturen zelf krijgen een opleverdossier overgedragen met daarin revisiestukken,
garanties en certificaten ed.
Onderhoudscontract 10 jaar
Schoolbestuur sluit een 10-jarig onderhoudscontract af met een gecertificeerde
onderhoudspartij
Het schoolbestuur tekent aan het begin van het project een verklaring dat zij de
verantwoordelijkheid om goed onderhoud te plegen na komt. Het is zaak dat de installaties
optimaal zullen blijven presteren.
Monitoring door schoolbestuur
Het schoolbestuur monitort met behulp van permanente meters de luchtkwaliteit (CO2) in
de lokalen en treft maatregelen indien nodig
De CO2-prestatie bij oplevering wordt getoetst. Daarna kan de school deze meters
gebruiken om de luchtkwaliteit te monitoren. Dit levert het schoolbestuur belangrijke
informatie.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
14
4 Voorbereiding 2017
4.1 Prioritering schoolgebouwen 2017
De voorbereiding voor Gezonde Schoolgebouwen 2017 wordt in 2016 gestart. In het tweede
kwartaal van 2016 zijn de CO2-meetresultaten van alle schoolgebouwen primair, speciaal en
voortgezet (speciaal) onderwijs beschikbaar. Dan kan er actief richting de schoolbesturen
worden geworven voor de aanpak 2017-2018. Deelname kan niet worden afgedwongen
omdat schoolbesturen mede financieren. Wel zal er een prioriteringslijst worden opgesteld
van welke schoolgebouwen op basis van de metingen het eerst in aanmerking komen voor
de aanpak in 2017.
4.2 Deelname gebouwen voortgezet onderwijs
Vanaf 2017 kunnen gebouwen in het VO in de aanpak worden meegenomen. De resultaten
van de pilot in het Voortgezet onderwijs, die in 2015 is gestart en waarvan de resultaten na
de zomer van 2016 beschikbaar zijn, spelen een rol in de wijze waarop de VO-scholen
worden aangepakt. Dit wordt uitgewerkt in 2016.
4.3 Voorbereiding aanbesteding 2017
De voorbereiding van de aanbesteding 2017 zal op dezelfde wijze als in 2016 worden gedaan.
Deze start in 2016. In 2016 heeft de Europese aanbesteding plaatsgevonden voor 2016-2018.
De aanbesteding zal in 2017 op dezelfde wijze (mini-competities) worden gedaan als in 2016.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
15
5 Projectorganisatie
5.1 Projectorganisatie
In onderstaand organogram is de projectorganisatie weergegeven. De bestuurlijk
opdrachtgever is de wethouder Onderwijs.
Bestuurlijk Opdrachtgever
Ambtelijk Opdrachtgever / Directeur OJZ
Gedelegeerd Ambtelijk opdrachtgever
Project Duurzaamheid
(extra verduurzaming)
Schoolbesturen
Schooldirecties
Overige gebruikers school
Project- / Bouwmanagement
(Uitvoering en communicatie)
Adviseurs/aannemers
Pro
ject
- / p
roce
sman
agem
ent
(Bes
tuu
rlijk
en
co
mm
un
icat
ie)
Communicatieadviseur
Team 1 Team 2
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
16
5.2 Overlegstructuur
Gedurende het project zal er overlegd moeten worden in verschillend verbanden. Voor de
verschillende overleggen in verschillende verbanden is er een overlegstructuur vormgegeven.
5.2.1 Intern
Stuurgroep
Een stuurgroep waarin zitting hebben de gedelegeerd ambtelijk opdrachtgever, een
vertegenwoordiger van Onderwijs, Jeugd en Zorg (OJZ), de procesmanager en de
bouwmanagers komen 2-wekelijks bijeen om o.a. de strategie te bepalen en de besluiten te
nemen ( door de ambtelijk opdrachtgever). Tenslotte bereiden zij de bestuurlijke
besluitvorming voor.
Projectgroep
In het Voortgangsoverleg dat eens in de maand plaatsvindt, heeft het gehele projectteam
zitting, dus ook de assistent (bouw)managers en de vertegenwoordiger van het deelproject
Duurzaamheid.
Daarnaast overlegt de procesmanagers met in- en externen waarmee afstemming van
belang is voor Gezonde Schoolgebouwen, zoals leden van het team Duurzaamheid en de
GGD.
5.2.2 Extern
Het externe overleg met o.a. de schoolbesturen en aannemers is binnen de uitvoering (zie
3.3) georganiseerd.
De bouwmanagers van de gemeente zijn verantwoordelijk voor de communicatie met de
adviseurs en aannemers. De adviseurs/aannemers communiceren in afstemming met de
gemeente ook rechtstreeks met de schoolbesturen als het gaat om de uitvoering en
De project-/procesmanager van de gemeente is verantwoordelijk voor de bestuurlijke
besluitvorming (in nauwe samenspraak en in opdracht van de gedelegeerd ambtelijk
opdrachtgever). Vanuit de gemeente wordt overall communicatie verzorgd richting de
deelnemende schoolbesturen, maar ook naar directies en overige gebruikers, volgens een
nog op te stellen communicatiestrategie. Voor de deelnemende schoolbesturen wordt 1 per
jaar een gezamenlijke bijeenkomst georganiseerd, aan het begin van het traject, als kick-off
van het proces.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
17
6 Communicatie
6.1 Procescommunicatie
Communicatie over het proces is georganiseerd in de overlegstructuur met betrokken in- en
externe partners zoals beschreven in hoofdstukken 3 en 5.
6.2 Projectcommunicatie
Om het project gezonde schoolgebouwen helder en eenduidig onder de aandacht te
brengen, wordt een communicatiestrategie ontwikkeld en uitgewerkt.
De communicatiestrategie dient de volgende doelen:
1. De zichtbaarheid van het project te vergroten en daarmee het draagvlak bij alle
partners van het project te vergroten.
2. De informatie en communicatie over het project naar de partners over te brengen
3. De partners meer eigenaar te maken van het project cq van de maatregelen die
getroffen worden in de scholen
De proces-/projectmanager is verantwoordelijk voor de acties om de projectcommunicatie
uit te werken, in samenwerking met het team en een communicatiedeskundige.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
18
7 Financiën
7.1 Financiering door gemeente
De gemeente financiert minimaal 80% van het totale investeringsbudget (inclusief BTW) dat
het gebouw naar Frisse scholen klasse B (of als ondergrens C) brengt. Dit is inclusief de
verduurzamingsmaatregelen die leiden tot een neutraal exploitatieresultaat. De gemeente
stelt hiervoor jaarlijks een uitvoeringsplan op dat door B&W wordt vastgesteld. De
gemeentelijke bijdrage beperkt zich tot de variant die minimaal nodig is om het
schoolgebouw op klasse B (of ondergrens C in speciale gevallen) te krijgen.
Mogelijke asbestsanering komt voor rekening van de gemeente.
Het investeringsbudget per schoolgebouw is opgebouwd uit de bouwkosten per
schoolgebouw, post onvoorzien, BTW en de (bouw)voorbereiding door adviseurs,
bouwmanager, toezichthouders. Voor de voorbereidingskosten wordt een vast percentage
aangehouden. Dit percentage is afgeleid van het deel totale voorbereidingskosten (alle
schoolgebouwen) van het totale investeringsbudget (alle schoolgebouwen).
7.2 Financiering door schoolbesturen
Het schoolbestuur financiert maximaal € 50.000,- (tot een maximum van 20%) tot van het
totale investeringsbudget (inclusief BTW) dat het gebouw naar Frisse scholen klasse B (of als
ondergrens C) brengt, inclusief de verduurzamingsmaatregelen die leiden tot een neutraal
exploitatieresultaat. De bijdrage van het schoolbestuur is gemaximaliseerd op € 50.000 per
schoolgebouw. Het schoolbestuur draagt bij aan de maatregelen omdat de gemeente deels
de verantwoordelijkheid (buitenonderhoud) overneemt van het schoolbestuur en omdat de
energieprestatie van het gebouw verbetert. Neemt het schoolbestuur een eigen adviseur in
de arm voor het project, dan zijn de kosten voor rekening van het schoolbestuur.
De bijdrage van de schoolbesturen wordt dus niet meer zoals in het verleden gekoppeld aan
terugverdientijden van maatregelen, maar bedraagt een vast percentage van het totale
investeringsbudget met een maximumbedrag.
Daarnaast komen de kosten voor aanvullende wensen ten aanzien van de minimale variant
om aan klasse B te kunnen voldoen voor rekening van het schoolbestuur, alsook de aanpak
van de aanvullende maatregelen die naar wens kunnen worden meegegeven aan de
aannemer. Verder vallen voorzieningen als zonwering en dimlicht, die een gunstig effect op
het binnenklimaat hebben onder de reguliere (financiële) verantwoordelijkheid van
schoolbesturen.
7.3 Investeringsbegroting (separate bijlage, kabinet)
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
19
8 Planning
Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2016 Duur Begindatum Einddatum
Installatieadviseur 120 dagen
maa 23-11-15 vri 6-5-16
Definitieve gunning 0 dagen maa 23-11-15 maa 23-11-15
Start opname scholen 72 dagen maa 23-11-15 din 1-3-16
Akkoord schoolbesturen maatregelen 72 dagen maa 4-1-16 din 12-4-16
Opstellen functioneel bestek 4 mnd. maa 18-1-16 vri 6-5-16
Opdracht tranche 1 0 dagen maa 18-1-16 maa 18-1-16
Opdracht tranche 2 0 dagen maa 22-2-16 maa 22-2-16
Opdracht tranche 3 0 dagen maa 21-3-16 maa 21-3-16
Opdracht tranche 4 0 dagen maa 25-4-16 maa 25-4-16
Opdracht tranche 5 0 dagen maa 23-5-16 maa 23-5-16
Opdracht tranche 6 0 dagen maa 27-6-15 maa 27-6-15
Uitvoering 30 schoolgebouwen tranche 1 t/m 6 Zomervakantie
6 weken maa 18-7-16 zon 28-8-16
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
20
9 Risicoanalyse
De voorlopige risicoanalyse is hieronder aangegeven. Er wordt eind november 2015 nog een
sessie belegd om een brede risicoanalyse te maken. Hierbij wordt ook een
vertegenwoordiging van de schoolbesturen uitgenodigd.
Risico Beheersmaatregel
1. Aanbesteding: risico op
bezwaarprocedures, risico voor
doorlooptijd, tegenvallende
aanbesteding
Tijdige start met deskundigen binnen de
gemeente (lead buyer)
Zorgvuldige aanbestedingsprocedure
Duidelijke selectieleidraad
2. Commitment/deelname
schoolbesturen
Duidelijke communicatie over project
Creëren draagvlak project
Adequaat reageren op input
schoolbesturen
3. Schoolbestuur niet akkoord met
maatregelenpakket
Er is intensief overleg tussen gemeente,
aannemer en schoolbestuur over de
maatregelen, gericht op maatwerk per
schoolgebouw.
Wanneer het maatregelenpakket past
binnen het programma van eisen komt er
in beginsel een akkoord door gemeente en
schoolbestuur
4. Slechte kwaliteit uitvoering,
uitvoering niet binnen de planning
Er moet door de aannemer per onderdeel
van het werk een apart werkplan worden
gemaakt.
Er is intensief overleg tussen de aannemer
en de gemeente
Er is een aparte toezichthouder
(installatieadviseur in opdracht van de
gemeente) op de uitvoering van de
installaties aangesteld.
Er wordt in overleg met het schoolbestuur
een planning op maat gemaakt
Bij uitIoop van de planning overleg met
schoolbesturen voor gedeeltelijke
uitvoering op andere momenten, vb in
herfstvakantie.
5. Weerstand bij omgeving als gevolg
van hinder door werkzaamheden.
Omwonenden en ondernemers worden in
overleg met de communicatie-afdelingen
van stadsdelen indien noodzakelijk (vb. bij
systemen die op het dak komen) zoveel
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
21
Risico Beheersmaatregel
mogelijk goed geïnformeerd met
bewonersbrieven.
6. Weerstand bij gemeentelijke diensten Er is medewerking nodig van o.a.
Welstand, Vergunningen. Diensten en
bedrijven van gemeente worden zoveel
mogelijk goed geïnformeerd door het
projectteam, zo nodig i.s.m. de
stadsdelen.
7. Onvoorziene zaken in uitvoering Er zijn d.m.v. een goede projectorganisatie
afspraken gemaakt hoe adequaat te
handelen bij eventuele onvoorziene zaken
die tijdens de uitvoering naar voren
komen. Dit om meerwerken snel te
behandelen en tot gezamenlijke
oplossingen te komen.
Er is 300.000 euro gereserveerd voor
onvoorziene meerkosten. Deze
reservering is nodig om eventuele
meerkosten in de uitvoeringsfase van het
project op te vangen.
.
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
22
BIJLAGE 1 Lijst 30 schoolgebouwen Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2016
Naam school Adres Bestuur 1 De Horizon hoofd (P Caland) Pieter Calandlaan 768 STWT
2 Jan Woudsma Jaargetijden 4 Jan Woudsma
3 De Ster Woudichemstraat 8 Sirius
4 De Brink Meijehof 302 Sirius
5 De Knotwilg Vreeswijkpad 5 Bijzonderwijs
6 De Valentijnschool Soembawastraat 63 AMOS
7 Burgersschool J. Sluijterstraat 5 Viertaal
8 Klimop Varenweg 6 SOON
9 De Vier Windstreken Parlevinker 11-13 SOON
10 Universum Th. Weeversweg 4 SOON
11 Nellestein Leksmondplein 31 Sirius
12 Piet Hein Oostelijke Handelskade 6 ABSA
13 De Horizon dep (Brenner) Brenner 9 STWT
14 Frankendael Hogeweg 61 AMOS
15 De Bonkelaar Molenwijk 3 AMOS
16 De Wiltzangh Hertspieghelweg 55 Chr Ver Wiltzangh
17 16e Mont. Vreeswijkpad 6 Sirius
18 Bijlmerhorst Egoli 12 Sirius
19 Europaschool Hygiëaplein 8 Esprit
20 De Driesprong Sloterweg 1192 Kolom
21 De Mijlpaal Westmallepad 11a ASKO
22 JP Coen Balistraat 79 STAIJ
23 Het Spectrum James Wattstraat 10 STAIJ
24 De Blauwe Lijn Kortvoort 61A Sirius
25 Prof Dumont Woudrichemstraat 2-4 Kolom
26 De Hasselbraam Karel Klinkenbergstraat 40 Kolom
27 El Amien I Saaftingestraat 312 SNIS
28 ASVO Frederiksplein 37 ASVO
29 As Siddieq Oost Sumatraplantsoen 15 SISA
30 Zuiderzee Brigantijnkade 51 ABSA
Ca
t. 3
: d
ee
lna
me
do
or
me
tin
gC
at.
1:
vo
rig
ja
ar
aa
ng
em
eld
Ca
t. 2
: fi
jnst
of
Gemeente Amsterdam
30 november 2015 Gezonde Schoolgebouwen Amsterdam 2015-2018
Uitvoeringsplan 2016
23
BIJLAGE 2 Investeringsraming Separaat (Kabinet)