Post on 09-Mar-2018
Rabobank Foundation:
Een wereldspeler
Jaarverslag 2012
www.rabobankfoundation.nl
4 5
Inhoud Klik op het thema voor meer informatie
Interview bestuursvoorzitterKees Bruinstroop
Kerncijfers
Interview directeur Pierre van Hedel
Afrika
Lokale banken steeds actiever Focuslanden Op bezoek bij Jacob en Margaret Wambu
Azië
De kracht van verbinding Focuslanden Op bezoek bij Sunita
Latijns-Amerika
Verbinding en meer focus Focuslanden Op bezoek bij Juan Guilcapi
Nederland
Organisaties helpen van A naar B Voorbeeldprojecten Lize: van sporten wordt je sterk
Rabobank Foundation samen met...
Lokale banken: Adoptieprogramma Medewerkers: Share4More Klanten: Rabo Foundation Klantenfonds Jongeren: Jongerenprogramma’s
Rabo Rural fund
Financiën
6
76
12
98
48
124
10
11018
122
4 5
De Foundation is klaar voor de volgende
fase
De financiële bijdrage van de lokale banken aan de Rabobank Foundation was het afgelopen jaar groter dan ooit. Bestuursvoorzitter Kees Bruinstroop is er trots op. Juist in een tijd waarin de sector onder sterke druk staat, moet je als bank je coöperatieve waarden koes- teren. De Rabobank Foundation helpt mensen een zelfstandig economisch bestaan op te bouwen. Dat streven wordt binnen de organisatie breed gedragen. Twee derde van alle aangesloten banken neemt inmiddels deel aan het adoptie- programma van de Foundation.
De groei van de afgelopen jaren maakte verdere investeringen in de kwaliteit van de organisatie noodzakelijk. Het afgelo-pen jaar zijn daarin belangrijke stappen gezet. De Foundation bestaat eind 2013 veertig jaar en is klaar voor een volgende fase in haar bestaan.
“De partnerbanken van Rabo Development en de kan-toren van Rabo International identificeren zich steeds meer met de Rabobank Foundation. Ze zien dat zij zich daarmee in maatschappelijke zin kunnen onder-scheiden van andere banken. Zo ontstaat er synergie in de landen waar de Foundation actief is.”
Lees verder
Terug naar Inhoudsopgave
Kees Bruinstroop,bestuursvoorzitter
6 7
Motiverende aanpak
De lokale banken reserveren een deel van de winst, het zogenaamde coöperatief dividend, voor het ondersteunen van maatschappelijke ini-tiatieven. Deels gaat dit naar lokale sociale en economische activiteiten, deels naar de Foundation. In zijn contacten met lokale Rabobanken merkt Kees Bruinstroop steeds weer dat de aanpak van de Rabobank Founda-tion aanspreekt. “De Foundation steunt projecten die mensen helpen een zelfstandig economisch bestaan op te bouwen en te kunnen deelnemen aan de maatschappij. Zelfredzaamheid is hierbij het sleutelwoord. We doen dat vooral in ontwikkelingslanden, waar steeds meer kleine boeren zich organise-ren in coöperaties. Maar we doen dat ook in Nederland, met organisaties als RestovanHarte, Fonds Gehandicaptensport en Emma@Work. Ruim honderd jaar nadat we als bank zijn opgericht, komen we nog altijd op voor degenen die nog een wereld hebben te winnen. Als je zo’n verhaal houdt bij een leden-raad, dan herkennen mensen dat. Dát is nou de Rabobank, zeggen ze. Dat motiveert hen om mee te doen.”
De verbinding van lokale banken met hun adoptieprojecten wordt steeds concreter. Bruinstroop juicht dat toe: “Een bank met veel melkvee-boeren als klant, kiest voor steun aan een melkveecoöperatie in Tanzania. De betrokkenheid neemt nog eens toe als men daar een keer gaat kijken en indien daar behoefte aan is, de organisatie kan adviseren.”
Bruinstroop wil dat graag realiseren bij álle Rabobanken: “Er zijn helaas nog altijd banken die niet betrokken zijn bij de Foundation, of zeggen: we steunen zelf al buitenlandse projecten. Ik betreur dat. Een lokale bank be-schikt niet over de infrastructuur en kennis om zoiets op langere termijn goed te begeleiden. De Foundation heeft dat wel en biedt continuïteit en professionaliteit.”
Betere beheersbaarheid
De Rabobank Foundation is de afgelopen jaren flink gegroeid. Oók in 2012. De groei van de uitgezette fondsen was overigens niet alleen te danken aan de toegenomen bijdrages van de lokale baken en uit het Klantenfonds; leningen worden ook steeds beter (en op tijd) afgelost.
Het stijgende aantal uitzettingen vraagt om extra aandacht voor de organisatie en de professionaliteit van medewerkers, management en bestuur. Ook de toegenomen druk op banken vanuit de samenleving vraagt om extra maatregelen. Bruinstroop: “We zijn weliswaar een goed doel, maar de roep om beheersbaarheid is terecht.” De intentie bestaat om het huidige bestuur om te vormen in de richting van een Raad van Toezicht, die wat meer op afstand controleert. Tegelijkertijd is het management van de organisatie versterkt. Er is het afgelopen jaar ook geïnvesteerd in betere documentatie van de werkprocessen en extra traceerbaarheid van de geldstromen. Met succes, gezien de zeer positieve feedback op een aantal elementen qua interne beheersing vanuit de interne accountantsdienst van de Rabogroep. Bruinstroop: “Onze investeringen in met name de beheersbaarheid van de organisatie zijn steeds beter zichtbaar.”
Klein en flexibel
Veel veranderingen dus, maar veel blijft ook bij het oude. Zo blijft de Rabo-bank Foundation een kleine, flexibele organisatie, met als uitdrukkelijk doel de kosten van die organisatie zo gering mogelijk te houden. Dat legt een stevige druk op de zeer gemotiveerde werknemers. Bruinstroop wil ook hen graag complimenteren met de behaalde resultaten. “Vooral dankzij hun inzet kan de Foundation blijven groeien. Er wordt heel hard en enthousiast gewerkt. Hartverwarmend, vind ik.”
Vorige pagina Verder naar Kerncijfers Terug naar Inhoudsopgave
Interview: Kees Bruinstroop Interview: Kees Bruinstroop
8 9
KerncijfersEuropaNederland
AfrikaEthiopiëGhanaIvoorkustKeniaMaliMozambiqueRwandaSenegalOegandaTanzania
AziëCambodjaFilippijnenIndiaIndonesiëLaosSri LankaVietnam
Latijns- AmerikaBraziliëColombiaEcuadorBoliviaMexicoNicaraguaPeru
FocusLANDEN 2012
2012 2011
Aangesloten banken en bijdragen Rabobank Nederland 13.135.000 14.000.000
Toekenningen aan projecten in bedragen 28.128.387 22.813.499
Binnenland 2.503.923 2.695.670
Buitenland 25.624.464 20.117.829
Toekenningen per instrument
Donatie 10.551.413 6.236.903
Technische assistentie 1.122.490 2.589.670
Handelsfinancieringen 1.472.969 681.081
Microfinancieringen 9.305.145 7.933.623
Garanties 5.676.370 2.676.552
ToTAAL 28.128.387 20.117.829
Toekenningen buitenland per regio
Azië 8.795.845 7.782.109
Afrika 10.589.457 8.324.342
Latijns-Amerika 6.239.162 4.011.378
ToTAAL 25.624.464 20.117.829
Toekenningen aan projecten in aantallen 210 175
Nederland 32 43
Buitenland 178 132 Verder naar Interview directeur Pierre van Hedel Terug naar Inhoudsopgave
10 11
“Ik hoor steeds vaker: eigenlijk hartstikke logisch dat jullie dit doen. Het past bij de Rabobank om op deze manier onder-steuning te bieden.” Directeur Pierre van Hedel van de Rabobank Foundation ziet de waardering voor het werk van zijn organisatie groeien. Lokale Rabobanken verbinden zich steeds vaker met projecten van de Foundation, zowel in Nederland als in het buitenland. op hun beurt inspireren zij hun klanten tot samenwer-king. Individuele klanten, via het Rabo Foundation Klantenfonds. En bedrijven. Van melkveehouders in Friesland en Groningen tot grote internationale ondernemingen als Friesland-campina en Mars. De meest recente ontwikkeling is de toegenomen behoefte bij andere organisaties om met de Foundation samen te werken. “In het hele debat over trade in plaats van aid wordt steeds meer naar ons gekeken. Lokaal, nationaal en internationaal. Er is veel erkenning dat onze aanpak werkt.”
“We benadrukken het belang van economische zelf-redzaamheid. Dat uit zich in minder donaties en meer leningen. We zeggen altijd: spaar voor je gezin, leen om te investeren. Krediet helpt om door te groeien, zodat je op termijn kunt aankloppen bij een gewone bank. Dan kunnen wij weer anderen steunen.”
Lees verder Terug naar Inhoudsopgave
‘steeds meer erkenning dat onze aanpak
werkt’
Pierre van Hedel,Directeur
12 13
De coöperatie centraal
Het Jaar van de Coöperatie heeft ook de Foundation goed gedaan, denkt Van Hedel. De Rabobank stond in 2012 uitgebreid stil bij dit speciale jaarthema van de Verenigde Naties. Hoogtepunt was de bijeenkomst in de Ridderzaal in Den Haag, waar prinses Maxima een pleidooi hield voor toegang tot financiering voor minstens 500 miljoen kleine boeren in ontwikkelingslanden. Pierre van Hedel is ervan overtuigd dat alle aandacht heeft geleid tot een hernieuwd, breed gedeeld besef van het belang van coöperaties bij vraagstukken over armoede en de wereld-voedselvoorziening: “De kennis die we als bank de afgelopen 110 jaar in Nederland hebben opgebouwd, geven we door aan boerenorganisaties op andere continenten.” Dat werkt en biedt tal van mogelijkheden die nog lang niet allemaal worden benut.
Ook in Nederland wordt geïnvesteerd in de zelfredzaamheid van kansarme mensen. In 2012 zijn diverse projecten gesteund die het mogelijk maken om mensen weer mee te laten doen aan de samenleving.
Verbinding
Met de lokale Rabobanken en hun klanten beschikt de Foundation over een uniek netwerk, dat nog beter kan worden benut. Voor Nederlandse projecten werkt de actieve verbinding tussen netwerken van lokale banken en projectpartners van de Foundation versterkend. Verbinding met klanten is mogelijk op lokaal en internationaal niveau. Klanten van lokale banken worden actief betrokken bij projecten van de Foundation. Zo werkt Rabobank Westland samen met Rijk Zwaan aan een tuinbouw-project in Kenia en heeft Rabobank Ridderkerk een bananencoöperatie in Senegal geadopteerd, waarin wordt samengewerkt met een belang-rijke klant van de bank, Agrofair/ Taste.
Maar ook met klanten van Rabobank International wordt samengewerkt. Van Hedel verwijst naar de succesvolle samenwerking rondom de coöperaties van kleine cacaoboeren in Ivoorkust. Het Zwitserse handel-shuis Ecom, klant van Rabobank, riep enkele jaren geleden de steun in van de Foundation bij het ondersteunen van de coöperaties. Inmiddels is een consortium gevormd – ook afnemer Mars neemt deel –dat boeren helpt bij productieverbetering. Een win-win situatie: het inkomen van de boeren stijgt en Ecom en Mars krijgen de gecertificeerde cacao waar ze om zitten te springen. Van Hedel: “Dit model verdient navolging en dat gaan we actiever promoten. Met FrieslandCampina werken we al aan verbetering van melkcoöperaties in Indonesië en Vietnam. Nu ligt de vraag op tafel of we dit soort type samenwerking rond koffie, cacao, melk, groente, fruit en katoen ook in andere focuslanden kunnen vormgeven. Dit werkt als een vliegwiel.”
Volgende stap
De Rabobank Foundation blijft vernieuwen en met succes. Van Hedel: “het Rabo Rural Fund, wat er op gericht is om doorgroeiende coöperaties van handelsfinancieringen en garanties te voorzien, is twee jaar geleden opgericht en nu al kostendekkend. Het fonds voorziet in een duidelijke behoefte.” Het zelfstandige Rural Fund werkt zoveel mogelijk samen met lokale banken en ook ontwikkelingsorganisatie Cordaid participeert. Een model dat in de komende tijd vaker kan worden ingezet. “Samenwerking met andere partijen vergroot onze slagkracht”, zegt Van Hedel. “We gaan de mogelijk- heden zeker onderzoeken.” De Rabobank Foundation is de afgelopen jaren sterk gegroeid, zowel wat betreft de te besteden gelden als qua professionaliteit van de organisatie. “We zijn klaar voor een volgende stap”, zegt Van Hedel. “Verbinding en samenwerking – met lokale banken, klanten en externe partijen – zullen daarin nog meer centraal staan.”
Vorige pagina Verder naar Afrika Terug naar Inhoudsopgave
Interview: Pierre van Hedel Interview: Pierre van Hedel
14 15
Lokale Rabobanken steeds actiever
Een trainingscentrum voor tuinbouwers in Kenya, opgezet samen met Rabobank Westland en zaadver- edelaar Rijk Zwaan. Een innovatief microlease pro- duct voor financiële partners in Rwanda, ontwikkeld door experts van Rabodochter De Lage landen. Een kredietfonds voor de aankoop van kunstmest door cacaocoöperaties in Ivoorkust, waarin ook producent Mars en handelshuis Ecom participeren.
Het zijn enkele aansprekende nieuwe initiatieven in 2012, het jaar waarin het aantal uitzettingen van de Rabobank Foundation in Afrika fors groeide. Die groei werd mede mogelijk gemaakt door de sterk toegenomen behoefte aan verbinding met lokale Rabobanken. Ook vanuit het Rabo Klantenfonds is jaarlijks een groeiend bedrag beschikbaar voor inzet in Afrika. “Onze achterban wil terecht steeds meer zicht op waar het geld heen gaat”, zegt Albert Boogaard, regio- manager Afrika, “en zich verbinden aan een activiteit. Dus zoekt een Rabobank in de noordelijke provincies, met volop klanten in melkvee-houderij, verbinding met een melkveeproject in Afrika. En omdat de Amsterdamse haven een derde van de wereldproductie aan cacao verwerkt, steunt Rabobank Amsterdam coöperaties van kleine cacao-boeren in Ghana. Op die behoefte aan directe verbinding spelen we steeds meer in.”
Lees verder
Terug naar Inhoudsopgave
Afrika
18 19
Friese koeien rondom Mount Kenya Door de toenemende verbinding tussen ‘hier ‘en ‘daar’ groeit de informatiebehoefte, evenals de noodzaak nog beter verantwoording af te leggen over de besteding van de beschikbare fondsen. Dat vraagt om meer focus. “We kunnen het ons simpelweg niet veroorloven om in ieder Afrikaans land zeven sectoren goed te kennen”, zegt Boogaard. “Dus richten we ons in Ghana en Ivoorkust uitsluitend op de cacaosector, en steunen we in Senegal en Mali vooral startende spaar- en kredietcoöperaties. In Kenya zitten we steeds meer in de melkveehouderij. De Friese koe doet het prima rondom Mount Kenya, dus daar kun je ook wat met je Hollandse kennis.” De Rabobank Foundation is het meest actief in Oost-Afrika. Pluspunten van deze regio zijn de goede bereikbaarheid en de aanwezigheid van banken waarin de Rabobank participeert via Rabo Development. Vanuit Kenya en Rwanda bestrijken lokale vertegenwoordigers de regio. In Tanzania is met partner NMB Bank een eigen stichting opgezet die als de lokale oren en ogen fungeert. Ook via het samenwerkingsverband Terrafina speelt de Foundation een belangrijke rol in Oost-Afrika.
Levensvatbare coöperaties
Het melkveeproject in Kenya is ook een voorbeeld van een toenemende gerichtheid op voedselzekerheid. Een hogere melkproductie betekent voor een kleine boer niet alleen extra geldinkomsten, maar de melk draagt ook bij de gezondheid van z’n eigen gezin. In Tanzania steunt de Rabobank Foundation bijvoorbeeld de rijstteelt. “Onze invalshoek bij voedselzekerheid is financiering en training van kleine boeren”, licht Boogaard toe. “Zij vormen 80 procent van de landbouw in Afrika, maar het schort aan productiviteit. Dat is de grote uitdaging in dit continent.”
Belangrijk voor de Foundation is dat in een land levensvatbare coöpera-ties aanwezig zijn. Dan kan met de eigen kennis en ervaring iets worden toegevoegd. Vaak gebeurt dat in de vorm van technische assistentie. De eigen experts of ingehuurde lokale deskundigen trainen startende spaar- en kredietcoöperaties, of producentencoöperaties zoals die van de cacaoboeren in West-Afrika. Donaties van de Foundation vinden vooral in deze vorm plaats, direct geld geven gebeurt slechts in inci-dentele gevallen. “Dat is cruciaal in onze manier van ondersteunen”, zegt Albert Boogaard. “Wij steunen de professionalisering van boeren en hun coöperaties. Trainingen zijn daarbij een belangrijke tussenstap. Maar veel van die organisaties komen nu gelukkig in de fase dat ze minder donaties nodig hebben en juist meer toegang tot financiering.”
Vorige pagina
Verder naar Focuslanden
Terug naar Inhoudsopgave
Regio: Afrika Regio: Afrika
20 21
Mali
IvoorkustGhana
Rwanda Kenia
Oeganda
Tanzania
Ethiopië
Mozambique
Senegal
Instrumenten Afrika 2012
Donaties4.011.81137,88%
Focuslanden Klik op het land voor meer informatie
Terug naar Inhoudsopgave
Lening3.050.24728,80% Technische assistentie
448.3924,23%Garanties2.430.22522,95% Handelsfinancieringen
648.7826,13%
22 23
Een nieuw garantieproduct
Boeren in Ethiopië zijn vaak georganiseerd in kleine informele groepen. Het is voor de Rabobank Foundation lastig te voorzien in de financierings-behoefte van deze groepen, in vergelijking met grotere producenten-coöperaties. Ook plaatselijke banken kunnen er moeilijk mee uit de voeten: het ontbreekt meestal aan een krediethistorie of voldoende onderpand. Daarom heeft de Foundation, samen met partner Terrafina, in 2012 een garantieproduct voor drie plaatselijke microfinancieringsin-stellingen ontwikkeld. Hiermee kunnen zij van een Ethiopische bank een lening krijgen, die weer aan de boeren ten goede komt. Omdat de microfinancieringsinstellingen en banken zelf ook een deel van het risico voor hun rekening nemen, kan zo van elke euro die Rabobank Foundation garandeert 1,5 euro worden geleend aan de boeren.
Afrika
Ethiopië
Terug naar Focuslanden Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
24 25
Rabobank Amsterdam verbindt zich met cacaoboeren
Meer dan 60 procent van de wereldproductie cacao komt uit Ghana en Ivoorkust. Voor het overgrote deel zijn de producenten kleine boeren, die met veel uitdagingen kampen. Een belangrijk knelpunt is de lage productiviteit: het gevolg van minder optimale teelttechnieken, een tekort aan inputs en financiering en uitgeputte gronden. De Rabobank Foundation richt zich in zowel Ghana als Ivoorkust exclusief op de cacao- boeren. Rabobank Amsterdam speelt daar sinds 2012 een rol in door de ondersteuning van de Cocoa Abrabopa Association in Ghana. Achtergrond van deze verbinding is de traditioneel sterke positie van de Amsterdamse haven, waar een derde van de wereldproductie wordt verwerkt. Voor Rabobank Amsterdam is dit cacaoproject een mooie manier om het eigen werkgebied te verbinden aan het adoptieproject van de Foundation in Ghana.
Afrika
Ghana
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
26 27
Training voor duizenden cacaoboeren
De situatie in Ivoorkust is in 2012 gelukkig sterk verbeterd. Na een korte burgeroorlog wordt het land weer stabieler en de schade voor onze partners blijkt erg mee te vallen. Vaak is slechts sprake van een vertraging van enkele maanden. Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met de keuze van projectpartners in het land. Vaak zijn dit klanten van Rabobank International, die over veel lokaal personeel beschikken. Voor hen is –evenals voor de boeren - de cacao-export van levensbelang. Ook in moeilijke tijden gaan zij tot het uiterste om het contact met de boeren te houden. Het belangrijkste project in Ivoorkust is Akwacao, waarin samen wordt gewerkt met Rabo International klant ECOM en onze collega’s van Rabo International Advisory Services (RIAS). Meer dan twintig coöperaties van cacaoboeren zijn bij dit project betrokken via een geïntegreerde benadering. De boeren worden getraind om efficiën-ter en op een meer verantwoorde wijze cacao te produceren. Daar hoort ook een certificeringstraject bij. De coöperaties worden getraind om als organisatie beter te functioneren. Bijvoorbeeld door reserves aan te leg-gen bij extra inkomsten, en zo in de toekomst financierbaar te worden. Dit is nodig om weer te kunnen investeren in nog efficiëntere productie-technieken, en daarmee het inkomen van de boeren te verhogen.
Belangrijk in 2012 was de oprichting van een kredietfonds voor de financiering van inputs, samen met producent Mars, handelshuis Ecom en bemiddelaar IDH (Initiatief Duurzame Handel). De eerste coöperatie is inmiddels gefinancierd uit dit fonds, die zelf 50 procent van de investering betaalde uit eigen middelen. Met het krediet is kunstmest gekocht, die moet bijdragen aan een hogere productie.
Afrika
Ivoorkust
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
28 29
Melk en groenten
De melkveehouderij is een belangrijk speerpunt van de Rabobank Foundation in Kenia. De wat hogere ligging maakt het land er geschikt voor. Melkveehouderij is zowel een uitstekende bron van inkomsten voor kleine boeren als een welkome aanvulling op het dieet. Voor veel koffieboeren is de mest bovendien erg nuttig voor de koffieteelt. Vaak bereikt de Foundation groepen melkveehouders via de spaar- en krediet- coöperatie waar zij lid van zijn. Zo is bijvoorbeeld een investeringslening verstrekt voor de bouw van een kleine zuivelverwerkingsfabriek.
Samen met de lokale Rabobank Westland en hun klant, zaadveredelaar RijkZwaan, begon de Foundation in 2012 met een tuinbouwproject voor kleine boeren. Middels een lening is geïnvesteerd in een trainingscentrum, dat ook fungeert als proefboerderij. RijkZwaan vult dat aan met expertise en materiaal. Goed getrainde boeren die over de juiste materialen be-schikken komen eerder in aanmerking voor krediet voor uitbreidingen. De Rabobank Foundation kan daar ook een rol in spelen.
Afrika
Kenia
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
30 31
Pas op de plaats
Vanwege de instabiele situatie in Mali besloot de Rabobank Foundation in 2012 pas op de plaats te maken. Er werden geen nieuwe activiteiten gestart, maar de banden met de partners bleven behouden. In samen-werking met consortiumpartners Oikocredit en Terrafina worden in Mali vijf spaar- en krediet coöperaties financieel ondersteund. Vier daarvan zijn actief in het gebied waar de militaire situatie in 2012 escaleerde. De ontwikkelingen worden nauwlettend in de gaten gehouden.
Afrika
Mali
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
32 33
Boeren bereiken via private ondernemers
Vanwege de lastige werkomgeving, grote afstanden en beperkte infrastructuur zijn de activiteiten in Mozambique beperkt tot vier projecten. De Rabobank Foundation wil uitsluitend instappen als er een reële slagingskans is; de samenwerking met partnerbank Banco Terra van Rabo Development biedt daartoe voldoende perspectief.
Door de afwezigheid van levensvatbare coöperaties is de Foundation genoodzaakt andere, vaak innovatieve organisatievormen in Mozam-bique te ondersteunen. Private ondernemers met oog voor de belan-gen van de lokale bevolking zijn daarin een speerpunt. Met hun kennis, toegang tot afzetmarkten en infrastructuur zorgen zij voor werkgele-genheid. Boeren kunnen op deze wijze ervaring opdoen met moderne teelttechnieken. Zo ontstaan randvoorwaarden voor zelfstandige, winstgevende landbouw voor de boeren. Het project Mozambique Organicos is daarvan een goed voorbeeld. In een gebied zonder formele werkgelegenheid zijn meer dan 150 directe banen gecreëerd en 100 indirect, vooral in de verdere verwerking van de producten.
De gekozen werkwijze draagt bij aan het creëren van de randvoorwaar-den voor het opzetten van een coöperatie. De kleine boeren kunnen efficiënter samenwerken met de private ondernemer door zich te orga-niseren. Dat maakt in een volgende fase ook voorfinanciering van hun productie mogelijk. Dat het in een lastige werkomgeving toch mogelijk is resultaten te boeken zagen afgevaardigden van de Rabobank Altena tijdens een bezoek aan dit project. Zo bleek bijvoorbeeld het aantal kin-deren dat naar school ging in het werkgebied sterk te zijn toegenomen.
Afrika
Mozambique
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
34 35
steun uit Klantenfonds voor producenten- coöperaties
In Oeganda is de ondersteuning van producentencoöperaties (vooral koffie en cacao) in 2012 verder geïntensiveerd. Daarbij is aan de onderkant van de markt ondersteuning verleend via kleine donaties, technische assistentie, financiering van werkkapitaal en investerings- leningen. Vier coöperaties zijn op deze wijze in staat gesteld de ver- werking van Arabica-koffie drastisch te verbeteren. Hierdoor wordt export tegen een hogere prijs van wel 25 procent of meer mogelijk. Via de stichting Progreso worden drie andere organisaties ondersteund; zij kunnen veel leren van de ervaringen van Progreso in Latijns-Amerika en hun marktkennis. Vanwege de aansprekende doelgroep en de directe resultaten, heeft het Klantenfonds van de Foundation een belangrijk aandeel in de financiering van deze projecten. In 2012 ging in Oeganda ook een omvangrijk project van start in de katoensector, een samenwerkingsverband van het katoenprogramma van de Foundation met organisatie Technoserve en een Oegandese bank. In totaal worden twaalf organisaties ondersteund.
Afrika
oeganda
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
36 37
De Lage Landen ontwikkelt microlease product
In Rwanda ging in 2012 een innovatieve samenwerking van start met De Lage Landen, dochteronderneming van de Rabobank. Vier lease- experts hielpen bij het ontwikkelen van een nieuw microlease product voor partners van de Rabobank Foundation. Hiermee krijgt onze doel-groep een betere toegang tot financiering voor kapitaalgoederen (kleine landbouwmachines, watertanks, transportmiddelen en dergelijke), waarbij een wat langere looptijd nodig is voor aflossing. Financiering hiervoor via microleasing verkleint de risico’s voor de kredietverstrekkers, waardoor ze eerder tot kredietverstrekking overgaan. De expertise en inzet van onze collega’s van De Lage Landen bleek zeer waardevol bij de ontwikkeling van dit innovatieve product. De Foundation onderzoekt de mogelijkheden om dit model ook in andere landen toe te passen. Bijvoorbeeld voor de financiering van kleinschalige irrigatie systemen in Ethiopië.
De Rabobank Foundation steunt in Rwanda ook een groep van twaalf spaar- en kredietcoöperaties en microfinancieringsinstellingen. Deze werden eerst via het samenwerkingsverband Terrafina ondersteund. Nu de organisaties versterkt zijn, hebben vrijwel alle partners daarnaast rechtstreeks een lening lopen bij de Rabobank Foundation.
In Rwanda is de samenwerking met de Banque Populaire en Rabo Development bij het ondersteunen van producentencoöperaties voortgezet. Daarbij ging het aanvankelijk om koffie- en theecoöperaties. Inmiddels krijgt ook het thema voedselzekerheid hier steeds meer aandacht door de ondersteuning in drie projecten van coöperaties van rijst-, maïs- en melkveeboeren.
Afrika
Rwanda
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
38 39
Partnerbank helpt coöperaties bij financiering
De activiteiten van de Rabobank Foundation in Tanzania concentreren zich op de NMB Bank en de NMB Foundation. Deze stichting is samen met Rabo Developmentbank NMB opgericht voor het ondersteunen van producentencoöperaties. Veel coöperaties in Tanzania zijn nog niet bancair financierbaar; zij hebben intensieve training en begeleiding nodig en de NMB Foundation voorziet hierin. Daarnaast voorziet de Rabobank Foundation in garanties aan de NMB Bank om financiering mogelijk te maken. Hierdoor bouwt de coöperatie een terugbetalingshistorie op en kan aanvullende vermogensvorming plaatsvinden. Zo hebben meer dan duizend cashewboeren in het zuiden van het land toegang gekregen tot een lening voor landbouw inputs. Het grote verschil met de oude situatie is dat deze boeren via hun coöperatie extra konden investeren, vóórdat zij de oogst binnen hebben (pre-harvest financing). Dat biedt hen veel meer mogelijkheden voor het verbeteren van de productie.
In 2012 ging ook een groot project van start met handelshuis Neumann, klant van Rabo International, voor ondersteuning van koffieboeren in het zuiden van Tanzania. Neumann is gebaat bij een stabiele aanvoer van koffie van goede kwaliteit, liefst ook gecertificeerd of certificeerbaar. Samen met de eigen stichting van Neumann en de NMB Foundation draagt de Rabobank Foundation bij aan de training van de boeren en hun coöperaties.
Afrika
Tanzania
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
40 41
samenwerking in de fruitsector
Het klimaat in het zuiden en oosten van Senegal leent zich goed voor de fruitteelt. Willen de lokale boeren de binnenlandse markt verder ontwikke-len en de concurrentie van buitenlandse producten het hoofd bieden, dan dienen zij een kwaliteitsslag te maken en de productiviteit te verhogen. De ondersteuning van bananencoöperatie Aprovag is een mooi resultaat van samenwerking tussen Rabobank Ridderkerk Midden-IJsselmonde en hun klant, importeur Agrofair. Met tussenkomst van de Foundation wordt een financiële bijdrage voor technische assistentie geleverd om de productiviteit van zo’n 2.000 bananenboeren te verhogen en de kwaliteit van de bananen te verbeteren naar exportniveau. De uitvoe-rende organisatie is TASTE, de adviserende afdeling van Agrofair op het gebied van de export van vers fruit.
Een andere lokale partner is de mangocoöperatie Les Saveurs du Sud, in de Casamance. Het primaire doel van de ondersteuning is inkomens- verbetering voor 2.380 mangoboeren in deze arme en voormalig conflict- gevoelige regio. De bederfelijkheid van het product geeft handelaren een machtspositie in de keten. Een investering in het verwerkings- en droogproces, waardoor de boeren de mango’s zelf kunnen drogen, koelen en exporteren, draagt sterk bij aan de positie van de boeren en creëert veel toegevoegde waarde.
In samenwerking met consortiumpartner Oikocredit en Terrafina als uit-voerende organisatie, biedt de Rabobank Foundation ook ondersteuning aan zeven spaar- en kredietcoöperaties en microkredietinstellingen in Senegal. In 2012 is de lening portefeuille uitgebreid met een lening aan U-IMCEC, een unie met een netwerk van vier regionale spaar- en kredietcoöperaties. Verdeeld over elf branches en 41 rurale service- punten worden 80.000 leden bereikt. Het aantal kredietnemers stijgt. U-IMCEC heeft groeipotentieel en is een zeer geschikte partner voor de Rabobank Foundation, omdat ze bijdraagt aan het bereiken van de doelgroep in vaak afgelegen rurale gebieden in Senegal.
Afrika
senegal
Terug naar Focuslanden Vorig land
Terug naar Inhoudsopgave
42 43
Kenia
op bezoek bij melkveeboeren Jacob en Margaret WambuMargaret en Jacob zijn jong en
ondernemend. Drie jaar geleden kregen zij hun eerste krediet van
de spaar- en kredietcoöperatie UTS. Met dat geld schaften ze een koe aan en inmiddels is de veestapel
gegroeid tot vier koeien.
Lees meer
44 45
Jacob en Margaret Wambu zijn een jong boerenstel. Hun boerderij ligt in de heuvels van de Machakos-regio, 90 kilometer ten zuiden van de hoofdstad Nairobi en alleen te bereiken via een smalle zandweg. De dagelijkse zorg voor de boerderij is in handen van Margaret. Zij kreeg drie jaar geleden een eerste krediet van 77.000 Keniaanse shilling (ongeveer 691 euro) bij de spaar- en kredietcoöperatie UTS. Met het geld schafte ze een Holstein Frisian koe aan. Deze van oorsprong Friese koeien zijn in Kenia geliefd vanwege hun grote melkproductie. Bij de lening inbe-grepen zat een bedrag voor medicatie en krachtvoer voor de koe. Met de melkopbrengst kon Margaret haar lening binnen twee jaar aflossen.
Lid van melkveecoöperatie
Inmiddels is de veestapel gegroeid tot vier koeien, dankzij een nieuwe lening. De dagopbrengst aan melk is 47 liter. Dat levert omgerekend zo’n 21 euro per dag op. Dankzij de gestegen inkomsten konden ze elektriciteit in huis aanleggen en investeren in de teelt van bananen en mango’s. Margaret is nu ook lid van de melkcoöperatie Masaku Dairy. Dat levert haar meer kennis op van het boerenbedrijf. Ze kan nu ook gebruik maken van een koelinstallatie, terwijl ze eerder de melk altijd zo snel mogelijk moest zien te verkopen. De coöperatie wil ook yoghurt en boter gaan produceren.
Margaret en Jacob zijn heel ondernemend. Met een nieuwe lening van UTS investeren ze in waterbuffers, om de droge periode te over-bruggen. Ze hebben een kas gebouwd om aardbeien te telen, fruit waar veel vraag naar is. Margaret is al een eind op weg om haar droom te verwezenlijken: een succesvolle boerderij met minstens tien koeien en een grote productie van groenten en fruit voor de bevolking in Machakos, en misschien zelfs wel Nairobi!
Kenia – Op bezoek bij melkveeboeren Jacob en Margaret Wambu
Kenia – Op bezoek bij melkveeboeren Jacob en Margaret Wambu
universal Traders savings & credit cooperative society
De regio Machakos in Kenia is droog en arm. Banken zijn er niet of nauwelijks. De enige optie om toegang te krijgen tot financiële diensten is voor veel boeren de Universal Traders Savings & Credit Cooperative Society (UTS). Deze spaar- en kredietcoöperatie telt zo’n 16.000 leden. De Rabobank Foundation steunt UTS met een lening. Deze lening stelt tweehonderd melk- veehouders in staat hun bedrijf te moderniseren. Daarmee stijgt hun inkomen en kunnen ze ook meer sparen. Dat komt weer ten goede aan UTS, die zo haar uitleencapaciteit vergroot.
Terug naar Focuslanden Verder naar Azië
Terug naar Inhoudsopgave
46 47
De kracht van verbinding
De kracht van verbinding was in 2012 volop zichtbaar tijdens werkbezoeken van vertegenwoordigers van lokale Rabobanken aan melkveehouders in Indonesië en een spaar- en kredietcoöperatie in cambodja. Verbinding van de Rabobank Foundation met over- heden in India en Vietnam leidt tot betere kansen voor kleine boeren.
“2012 was, na de snelle groei van het aantal projecten in de jaren ervoor, in enkele van onze belangrijkste landen een jaar van bezinning”, aldus Iris van der Velden, regiomanager Azië bij de Rabobank Foundation.
“We hebben nagedacht over manieren om onze zichtbaarheid en impact te vergroten.” Het leidde in Indonesië tot het besluit de inzet te beperken tot vier landbouwsectoren. Mede vanwege die bezinnings-periode was de groei van het aantal projecten in 2012 beperkt.
Lees verder Terug naar Inhoudsopgave
Azië
48 49
Een betrouwbare partner In India ging de Rabobank Foundation de afgelopen twee jaar nauwelijks nieuwe relaties op het terrein van microfinanciering aan. Er was een wildgroei ontstaan aan commerciële microfinancieringsorganisaties die boeren in India dure leningen opdrongen. Dat leidde tot veel sociale problemen. Het overschot aan microkrediet zorgde in veel gevallen voor overkreditering, hetgeen betekent dat een gemiddeld persoon bij verschillende organisaties kredieten heeft lopen. Daarom greep de overheid in: de hele sector ging tijdelijk op slot, leningen mochten niet worden geïnd totdat er nieuwe regels waren. Dat leidde tot een flinke shake-out, nogal wat organisaties gingen failliet. De Rabobank Founda-tion is haar projectpartners in deze periode blijven steunen. Gelukkig werkt de Foundation enkel samen met lokaal gewortelde, coöperatieve spaar-en kredietorganisaties; zij wisten de crisis relatief goed te overle-ven met dank aan het coöperatieve karakter van deze organisaties.
Investeren in kleine boeren
Naast deze coöperatieve spaar-en kredietorganisaties, steunt de Rabobank Foundation in India organisaties van producenten in onder meer katoen, groente, melkvee, gember, pluimvee en zijde. Er is in 2012 vooral gewerkt aan de versterking van deze productieve ketens middels kennisoverdracht. Voor verdere professionalisering is toegang tot financiering een must. De Rabobank Foundation is met de Indiase overheid het gesprek aangegaan om het concept van het opzetten van producentenorganisaties te promoten aan de hand van een aantal succesvolle showcases. De overheid erkent het belang van het organi- seren van kleine boeren, mede in relatie tot de grote voedselbehoefte die er in India is als gevolg van de sterk groeiende bevolking.
Praktijkmensen Kees de Jong, melkveehouder en lid van de RvC van Rabobank Alblas-serwaard bracht een werkbezoek aan vier coöperaties van kleine melk-veeboeren in Indonesië. Hij deelde praktische tips met hen, maar ook ideeën voor lange-termijnontwikkeling. Zijn conclusies stonden centraal tijdens een seminar in Bandung, waarbij ook partner Friesland Campina aanwezig was. Een mooi voorbeeld van verbinding van de kennis van een lokale Rabobank met de behoeften van partnerorganisaties van Rabobank Foundation ter plaatse. “Dit gaan we zeker vaker doen”, zegt Iris van der Velden, “de praktijkkennis van experts uit Nederland is hier goud waard.”
Naast melkveeboeren steunt de Rabobank Foundation in Indonesië ook kleine boeren die koffie en cacao produceren. In Vietnam wordt met dezelfde doelgroepen gewerkt. In dit land gaat veel aandacht uit naar het helpen opzetten van coöperaties ‘nieuwe stijl’: moderne land-bouwcoöperaties die de aangesloten leden zo goed mogelijk bedienen.
Een expert van Rabo Development helpt de Vietnamese overheid bij het ontwerpen van wetgeving voor deze coöperaties. “Daarmee overstijgen we het belang van de individuele boer”, aldus Iris van der Velden. “Net als in India zijn we in Vietnam geen hele grote speler, maar we worden erkend als specialisten op het gebied van coöperatieve ontwikkeling. Dat geeft ons de mogelijkheid invloed uit te oefenen, door te laten zien dat onze aanpak werkt.”
Vorige pagina
Verder naar Focuslanden
Terug naar Inhoudsopgave
Regio: Azië Regio: Azië
50 51
Cambodja
Sri Lanka
Vietnam
Laos
Filippijnen
Indonesië
India
Instrumenten Azië 2012
Donaties2.953.53233,58% Lening
1.753.23319,93% Technische assistentie452.3405,14%Garanties
3.246.14536,91% Handelsfinancieringen390.5944,44%
Focuslanden Klik op het land voor meer informatie
Terug naar Inhoudsopgave
52 53
Rabobank Groene Woud Zuid geeft krediettraining
Het was in het begin wel even slikken in Cambodja, voor de interim- directievoorzitter en de interne accountmanager van Rabobank Het Groene Woud Zuid. Ze waren naar het land afgereisd om er een training te verzorgen bij een federatie van spaar- en kredietcoöperaties, de Cambodian Community Savings Federation (CCSF). De training bij de lokale partner van de Rabobank Foundation zou gaan over het beoordelen van kredietaanvragen. Al snel ontdekten beiden dat het in Cambodja niet gebruikelijk is om bij zo’n aanvraag door leden van de federatie ook een balans en winst- en verliesrekening in te dienen. Omdat de training was gebaseerd op de aanwezigheid van een finan- ciële verslaglegging, kon het meeste lesmateriaal meteen de prullenbak in en moest de cursus ter plekke worden aangepast. Het laat zien dat bij het werken in zo’n onbekende omgeving creativiteit en flexibiliteit essentieel zijn. Iemand kan nog zoveel weten, de vraag is steeds hoe je die kennis in een totaal andere omgeving weet over te brengen. De afgevaardigden van Het Groene Woud Zuid slaagden voor die test, want bij de evaluatie bleek dat de cursus door de deelnemers hoog werd gewaardeerd. Vooral belangrijk vonden zij het dat de cursus werd gegeven door praktijkmensen, die in hun dagelijkse werk te maken hebben met kredietverlening. Ook al speelt dat dagelijkse werk zich af in het verre Holland, uiteindelijk gaat het allemaal om de principes van financiering. Een mooi voorbeeld van de toegevoegde waarde van ons adoptieprogramma!
Azië
cambodja
Terug naar Focuslanden Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
54 55
Walhalla van coöperaties?
De Filippijnen kent (relatief gezien) de meeste coöperaties ter wereld. Vele daarvan bestaan al veertig of vijftig jaar. Het coöperatieve concept lijkt sterk verankerd in de samenleving. Maar een ander aspect van de Filipijnse cultuur is mede verantwoordelijk voor het grote aantal coöpe-raties: de neiging om, als er sprake is van een conflict, zich af te splitsen.
Lang niet alle coöperaties functioneren naar behoren. Vooral in de landbouwsector zijn boeren vaak nog slecht georganiseerd. Een groot probleem is dat boeren, na de eerdere landhervormingen, wel toegang hebben gekregen tot een stuk land maar niet over de middelen be-schikken om het land productief te maken. Veel boeren hebben grote schulden. De Rabobank Foundation werkt samen met haar partners PCF en VICTO aan het versterken van boerencoöperaties. Een belangrijk doel is ervoor te zorgen dat meer boeren toegang tot financiering krijgen. Kokoscoöperatie KACOFINCO ontving in 2012 additionele ondersteuning om naast kokos, ook de bananen en koffie van haar leden te vermarkten.In de schaduw van China en India ontwikkelt de Filippijnse economie zich heel behoorlijk. Een gevolg daarvan is dat de banken in het land hun diensten aan steeds meer doelgroepen aanbieden. Op zich een goede ontwikkeling, maar coöperaties voelen de hete adem van de banken in hun nek. Hun concurrentiepositie verslechtert daardoor verder. Het grootste risico dat zij lopen is dat banken hun goede klanten overnemen en dat zij achterblijven met degenen die de banken nog niet willen financieren. De Filippijnse coöperaties zijn veelal georganiseerd in federa-ties. De Rabobank Foundation ondersteunt deze federaties. Er is ook een speciaal programma om in de toekomst meer landbouwcoöperaties te gaan bedienen.
Azië
Filippijnen
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
56 57
Einde aan de microfinancieringscrisis
De microfinancieringscrisis in India lijkt aan zijn einde te komen. Die crisis kon ontstaan doordat microfinanciering steeds populairder werd in het land, en alsmaar meer commerciële partijen probeerden een graantje mee te pikken. Het leidde tot een credit push, waarbij leningen werden opgedrongen aan arme mensen die zich dat eigenlijk niet konden veroorloven. Velen van hen kwamen daardoor in een vicieuze schuldencirkel terecht; de sociale ellende leidde zelfs tot een sterk stijgend aantal zelfmoorden. De Indiase regering greep daarop in; de hele microfinancieringssector ging op slot. Leningen mochten niet meer worden geïnd, totdat er nieuw beleid was geformuleerd. Dat zorgde voor een flinke shake-out in de sector, nogal wat organisaties gingen failliet. Inmiddels is nieuwe wetgeving geïntroduceerd, en mogen er weer leningen worden uitgezet.
Het type organisaties dat de Rabobank Foundation ondersteunt, de community based and owned microfinance institutions, hebben het relatief goed gedaan. Uiteraard hadden zij wel last van de crisis, onder meer omdat er veel minder kapitaal beschikbaar was vanuit de lokale banken. Maar positief was dat zij de continuïteit van hun dienstverlening wisten te handhaven. De groei was minder sterk dan vooraf gepland, maar dat er toch werd gegroeid was al een hele prestatie. De partnerorganisaties bleken veel stabieler te zijn dan veel van hun concurrenten, juist omdat zij zich primair richten op de eigen leden en eigen spaargelden gebruiken voor de kredietverlening.
De Rabobank Foundation heeft op de crisis ingespeeld door geen nieuwe relaties aan te gaan in deze periode. Maar de eigen partnerorganisaties werden onverkort gesteund. Nieuwe leningen (à 2,8 miljoen euro) werden via Rabobank India verstrekt aan vier partners, coöperatieve microfinan-cieringsorganisaties. Nu de rust in de sector lijkt teruggekeerd, is het de bedoeling de portefeuille de komende tijd weer te laten groeien.
Azië
India
Lees verder
58 59
Naast het ondersteunen van coöperatieve microfinancieringsorganisaties, werkt de Rabobank Foundation ook nauw samen met een aantal boeren- producentenorganisaties, met name in de katoen, groente, melkvee, gember, pluimvee en zijde. Lid worden van deze organisaties is alleen mogelijk als men het product van de organisatie produceert. In de afgelo-pen jaren is vooral gewerkt aan het versterken van deze ledenorganisaties middels kennisoverdracht. Om ervoor te zorgen dat zij kunnen doorgroei-en naar professionele bedrijven is toegang tot financiering een must.
De Rabobank Foundation wil dit model van de producentenorganisaties verder bij de Indiase overheid promoten. Deze erkent dat het voor de landbouw van essentieel belang is dat boeren zich organiseren. Zonder organisatie gaan miljoenen kleine boeren (gemiddeld beschikken ze over 1,6 hectare) het niet redden, en zal er onvoldoende voedselaanbod zijn voor de sterk groeiende bevolking. Daarom is de Rabobank Foundation in gesprek gegaan met de overheid, om te zien hoe dit relatief nieuwe concept van de producer companies onderdeel kan gaan vormen van het beleid van de Indiase overheid. Het pleidooi wordt ondersteund met een aantal succesvolle showcases.
In 2012 is de Rabobank Foundation ook een partnerschap aangegaan met de lokale financiële organisatie Maanaveeya (een dochter van Oiko-credit). Doel is om met behulp van garanties toegang tot financiering te realiseren voor melkveeboeren. Met de financiering zijn zij in staat hun veestapel uit te breiden. Deze aanpak wordt ook ingezet voor andere producentenorganisaties.
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
60 61
Azië
Indonesië
Een jaar van bezinning
Een koelwagen vol verse melk die in de brandende zon stond geparkeerd, terwijl op het terrein van dezelfde melkcoöperatie de auto’s van de bestuurders keurig in de schaduw stonden. Het was een van de zaken die Kees de Jong, melkveehouder en lid van de Raad van Commissarissen van Rabobank Alblasserwaard, meteen opviel toen hij in 2012 een bezoek bracht aan de vier melkveecoöperaties waarmee de Rabobank Founda-tion in Indonesië samenwerkt. De leden zijn veelal kleinschalige boeren, met niet meer dan twee of drie koeien. De Jong – wiens eigen Rabobank verbonden is met de melkveecoöperatie Tandangsari – deelde ter plekke praktische tips, maar ook ideeën voor lange termijnontwikkeling. Zijn conclusies stonden centraal tijdens een seminar in Bandung, waar naast de coöperaties ook partner Friesland Campina aanwezig was. Een mooi voorbeeld van inhoudelijke verbinding, waarbij de kennis van lokale banken aan de behoeften van de partnerorganisaties van Rabobank Foundation wordt gekoppeld! Er werd ook een nieuwe lening goedgekeurd voor één van de coöperaties; die de leden in staat stelt hun veestapel verder uit te breiden.
Voor de Rabobank Foundation was 2012 in Indonesië een jaar van bezinning. Daarbij is vooral gekeken naar mogelijkheden de eigen zichtbaarheid en impact te vergroten. Met als uitkomst de focus op een aantal landbouwsectoren. Achtergrond van deze heroriëntatie was de constatering van de lokale vertegenwoordigers van de Rabobank Foundation in Indonesië dat zij zich met teveel sectoren bezig hielden. Dat ging ten koste van de dieptekennis die nodig is om de boeren- organisaties te kunnen adviseren, en dat is wel de bedoeling. Voeg daarbij de geografische uitgestrektheid van het land en de noodzaak tot meer focus is duidelijk. Door de beperking van het aantal sectoren is het mogelijk steviger netwerken op te bouwen, intensievere relaties met een aantal organisaties aan te knopen en uiteindelijk zo effectief bij te dragen aan verbeterde kwaliteit van hun werk.
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
62 63
Van boer tot ondernemer
Rijst is het belangrijkste voedselgewas in Laos. Elk huishouden heeft wel een stukje land waarop rijst voor eigen consumptie wordt verbouwd. Samen met ontwikkelingsorganisatie SNV werkt de Rabobank Foundation aan het verbeteren van de rijstproductie en het organiseren van de boeren. Dat biedt hen de mogelijkheid van toegang tot financiering. Langzaam-aan beseffen de boeren dat de rijstverbouw meer potentie heeft dan alleen het eigen gezin te voeden. Bij verbeterde kwaliteit kan het surplus aan rijst een belangrijke bron van cash inkomsten vormen. Zoals zij zelf aangeven: “Ik ben niet alleen boer, maar word nu ook een ondernemer”.
De achtergrond van het werk in Laos is dat boeren zich er pas sinds kort officieel mogen organiseren. Tot dan toe was het onder het communistisch getinte bewind niet toegestaan autonome coöperaties op te zetten. De Rabobank Foundation werkt in Laos samen met een koffiecoöperatie, feitelijk de enige boerencoöperatie die momenteel goed functioneert. De leden van deze coöperatie worden veelvuldig gevraagd om hun ervaringen elders in het land te delen.
Bij het rijstproject dat de Rabobank Foundation steunt in Laos is het op dit moment nog te ambitieus de boeren in een coöperatie te willen organiseren. Er is daarom gekozen voor een tussenvorm. De rijstver-werkinsgbedrijven krijgen een rol in het delen van kennis, maar ook in het financieren van de boeren. Uiteindelijk moet dat uitmonden in een boerencoöperatie. De verwerkingsbedrijven hebben de eerste stappen genomen om zich te verenigen in een associatie, een branchevereniging. Ook daarmee is echter heel weinig ervaring. Vandaar de vraag om in contact te komen met een Nederlandse branchevereniging, om zo middels kennisoverdracht beter te kunnen functioneren. De Rabobank Foundation wil dat in samenwerking met een lokale Rabobank gaan organiseren.
Azië
Laos
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
64 65
Garantie-instrument helpt partners
Sinds de beëindiging van het conflict met de Tamil Tigers zit de economie van Sri Lanka in de lift. Het toerisme is aangetrokken en er is zichtbaar meer bedrijvigheid in de steden en op het platteland. De Sri Lankaanse overheid houdt de grenzen tegelijkertijd ook enigszins gesloten voor buitenlandse financiers, deels om te zorgen dat er geen gelden beschik-baar komen waarmee de Tamil Tigers zich opnieuw kunnen organiseren.
Voor de Rabobank Foundation betekende dit dat het op zoek moest naar alternatieve manieren om vooral de partners in microfinanciering te kunnen blijven ondersteunen. In 2012 zijn twee nieuwe leningen goedgekeurd die hen in staat stellen hun activiteiten verder uit te brei-den. Hierbij zal het garantie-instrument worden ingezet in samenwerking met een lokale Sri Lankaanse bank. Deze bank is op dit moment nog niet bereid rechtstreeks leningen aan de partners te verstrekken, maar met behulp van een garantie kan er een track record worden opgebouwd. De meest voor de hand liggende manier om het garantie-instrument in te zetten is door het plaatsen van deposito’s bij deze bank, die deels als on-derpand dienen voor de leningen die de partners daar plaatsen.
Ook zal de Rabobank Foundation in Sri Lanka op zoek gaan naar mo-gelijkheden om meer met boerencoöperaties te gaan samenwerken. Hierbij wordt gekeken naar verbinding met klanten van de Rabobank, aanwezige kennis en groeisectoren voor de economie van het land zelf.
Azië
sri LankaAzië
sri Lanka
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
66 67
steun voor coöperaties nieuwe stijl
In Vietnam werkt de Rabobank Foundation samen met organisaties van koffie- en cacaoboeren. De koffiecoöperatie Lam Vien werd ondersteund met een nieuwe werkkapitaalfinanciering. De coöperatie sloot haar eerste, roerige jaar van bestaan af met een klein positief resultaat. Bij de eerste ledenvergadering werd het slecht functionerende management weggestemd, een bewijs van het groeiende zelfbewustzijn van de aange-sloten leden. De basis is gelegd, nu is het zaak te zorgen dat de coöperatie gaat groeien. Naast Lam Vien is ook in Gia Lai een coöperatie opgericht. Een vertegenwoordiger van de Rabobank Foundation ondersteunt beide coöperaties met trainingen, samen met een lokale consultant die eerder een melkveehouder coöperatie hielp opzetten. Het is de bedoeling van de Foundation om ook meer actief te worden in de melkveehouderij.
Steun gaat ook naar microfinancieringsorganisaties. Twee partnerorgani-saties, TYM en M7 MFI, ontvingen in 2012 hun registratie als microfinancie-ringsinstelling. Goed nieuws, want het betekent dat zij nu formeel spaar-gelden van hun leden mogen aantrekken en daardoor minder afhankelijk worden van externe financiering. De eerste spaargelden zijn al geïnd.
Er is onder de Vietnamese bevolking veel vraag naar microfinanciering. De Rabobank Foundation verstrekte twee nieuwe leningen aan microfi-nancieringsinstellingen, zodat zij op korte termijn kunnen voorzien in de behoeften van hun leden. Het lukt vooralsnog nog niet om in Vietnam samen te werken met een lokale bank en deze ervaring te laten opdoen met het lenen aan de microfinancieringsorganisaties of boerencoöpera-ties. Het opbouwen van een track record van directe financiering en betrouwbare aflossing kan op termijn helpen banken alsnog te overtuigen.
Azië
Vietnam
Lees verder
68 69
Vietnam kent van oudsher coöperaties, maar die functioneerden veelal slecht. Er wordt nu gewerkt aan coöperatie ‘nieuwe stijl, die hun leden zo goed mogelijk ondersteunen. Daarbij is de scheiding belangrijk tussen bestuur en professioneel ingehuurd management. Behalve het verbeteren van het functioneren van de coöperaties is het ook van belang dat de politiek (lokaal en nationaal) de nieuwe aanpak omarmt. Een expert van de Rabobank is ter beschikking gesteld aan het Vietnamese ministerie dat verantwoordelijk is voor het ontwerpen van de nieuwe coöperatieve wetgeving. Met deze advisering wordt het belang van de individuele boer of coöperatie overstegen. De Rabobank Foundation is geen grote speler, maar krijgt wel erkenning als specialist op het gebied van coöperatieve ontwikkeling. Dat biedt de mogelijkheid invloed uit te oefenen op het moment dat het kan laten zien dat de coöperatieve aanpak effectief is.
Terug naar Focuslanden Vorig land
Terug naar Inhoudsopgave
70 71
sri Lanka
op bezoek bij sunitaSunita werd een paar jaar geleden lid
van de Women’s Development Federation (WDF) en gebruikte de kredieten als investering in de rijstvelden die ze
beheert. Inmiddels heeft ze zich ook gericht op bananenteelt en is een
actief lid binnen de WDF.
Lees meer
72 73
Sunita, moeder van twee kinderen, is samen met haar man actief in de landbouw. Een paar jaar geleden kwam ze tijdens een bijeenkomst in haar dorp in aanraking met de Women’s Development Federation (WDF). WDF vertelde haar over de mogelijkheden om te sparen of krediet te krijgen. Sunita werd lid en ontving een eerste lening van omgerekend 60 euro, bestemd als investering in de rijstvelden die ze beheert. Ze betaalde de lening op tijd en volledig af en vroeg nog enkele keren nieuwe kredieten aan met geleidelijk oplopende bedragen. Ze besloot zich naast rijstbouw ook te richten op de bananenteelt, om het inkomen te spreiden.
Maatschappelijke vorming
Naast de leningen spaart Sunita ook een deel van haar inkomen bij WDF. De bijeenkomsten met andere vrouwen zijn belangrijk. Ze praten niet alleen over hun leven en werk, maar er is ook aandacht voor sociale kwesties. De vrouwen krijgen voorlichting en training. Ieder lid van de groep doet per kilogram geoogste rijst één hand rijst in een aparte pot. Deze is bedoeld voor de leden uit het dorp die geen rijst verbouwen. De vrouwen hebben ook een compostbak gebouwd. Dat bespaart de kosten voor kunstmest. Uitdagingen voor de groep zijn een goed beheer van de leningenportefeuille en de sterk wisselende marktprijs voor rijst.
Sri Lanka – Op bezoek bij Sunita Sri Lanka – Op bezoek bij Sunita
Women’s DevelopmentFederation
De microkredietorganisatie WDF drijft op de inzet van enkele duizenden vrijwilligers in de dorpen. Via 99 filialen worden ruim 66.000 kleine spaarders en 15.000 leningnemers bediend. Op dorpsniveau hebben de deelne-mende vrouwen een stem, via hun verenigingen van spaarders. Dit zijn eigenlijk kleine bankjes, die de leningen verstrekken en het spaargeld beheren (ondersteund door de filialen). Om de kwaliteit van de eigen organisatie te verbeteren en meer spaarders toegang te geven tot de microkredieten, heeft WDF financiële steun van de Rabobank Foundation gekregen.
Terug naar Focuslanden Verder naar Latijns-Amerika
Terug naar Inhoudsopgave
74 75
Verbinding en meer focus
Verbinding en focus. Daar draaide het in Latijns- Amerika in 2012 om. Een succesvolle aanpak: niet alleen groeiden de uitzettingen met 50 procent, het aantal adoptieprojecten van lokale Rabobanken verdubbelde zelfs. Regionaal stonden Ecuador en Peru centraal. Door vaak grote armoede in afgelegen gebieden kan de Rabobank Foundation hier vooral met leningen een groot verschil maken. Deze leningen komen via de coöperaties die we steunen bij de boeren terecht. Veel coöperaties in Latijns-Amerika bestaan al geruime tijd en zijn financieel gezond. Daarom speelt capaciteits- opbouw een minder grote rol, vergeleken met Afrika en Azië.
Veel van de in het verleden gesteunde producentencoöperaties in Latijns-Amerika zijn inmiddels sterk genoeg om voor kortlopende kredieten en bankgaranties aan te kloppen bij het Rabo Rural Fund, dat nauw samenwerkt met banken in de regio. “Een mooi resultaat”, vindt Albert Boogaard, regiomanager Latijns-Amerika. “Het laat zien dat het versterken van coöperaties ook echt werkt en dat onze steun op termijn niet meer nodig is. Dat is ook uiteindelijk ons doel: organisaties en mensen zelfredzaam maken. Dat bood ons de ruimte om weer een nieuwe portefeuille op te bouwen.”
Lees verder Terug naar Inhoudsopgave
Latijns-Amerika
76 77
sterke positie in Ecuador en Peru De Foundation heeft besloten om in 2012 te focussen op Ecuador en Peru en te investeren in lokale medewerkers en netwerken. Albert Boogaard: “Van afbouw in de andere focuslanden is overigens geen sprake geweest; we hebben het jaar ook gebruikt om nieuwe activiteiten voor te bereiden in Colombia en Bolivia en hebben de activiteiten in Mexico en Nicaragua voortgezet.”
Vooral in Ecuador veroverde de Rabobank Foundation een sterke positie in een breed netwerk van spaar- en krediet coöperaties. Via deze coöpe-raties financiert Rabobank Foundation boeren met als belangrijk doel om te kunnen investeren in productieve ketens. In 2012 ging een nieuwe samenwerking van start met het toonaangevende rurale financierings-netwerk Red Financiera Rural (RFR). Doel is om financieringsmethodes van productieve ketens verder te ontwikkelen en te introduceren bij een tiental coöperaties. Dit type financiering sluit weer goed aan bij die van het Rural Fund dat voornamelijk handelskredieten verstrekt.
Ook in Peru is stevig geïnvesteerd in de kwaliteit en diversiteit van partners. In dit land steunt de Rabobank Foundation coöperaties van kleine koffie-, cacao- en bananenboeren. Zij krijgen hulp bij het verbeteren van de productiviteit en het verkrijgen van toegang tot (inter)nationale markten. Ook een aantal spaar- en kredietcoöperaties behoort tot de portefeuille. Door gebruik te maken van hun financiële infrastructuur worden geïsoleerde boerengemeenschappen bereikt. Voorbeelden zijn de projecten van Los Andes en Quillacoop die in 2012 van start gingen.
De Rabobank Foundation steunt projecten in gebieden waar geen enkele bank of financiële dienstverlener is. “Met hulp van onze steun, bijvoorbeeld in de vorm van goedkope leningen, zijn de coöperaties in staat in dergelijke geïsoleerde streken bijkantoortjes te openen. Voor de kleine, inheemse boer ontstaat zo voor het eerst de mogelijkheid van financiering.”
urgenossen banken steunen Los Andes
De nadruk op verbinding met lokale Rabobanken en het Rabo Foundation Klantenfonds leidde in Peru en Ecuador tot mooie resultaten. Het project van Los Andes in Peru werd geadopteerd door de Urgenossen banken, een verbond van de oudste coöperatieve banken uit Nederland, Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Een select gezelschap bankdirecteuren bracht in de zomer een bezoek aan Los Andes. Zij zagen hoe afgelegen het ge-bied is en hoe slecht de toegang tot de (financiële) markt. Maar zij raakten ook onder de indruk van de impact van het project en het belang van de coöperatie voor de regio en de rurale bevolking. Met hun besluit het project te adopteren onderstreepten ze nog eens het nut van dit soort ‘adoptiereizen’. Boogaard: “Door met eigen ogen te zien wat de projecten van de Rabobank Foundation bewerkstelligen, en waar hun geld terechtkomt, wordt de betrokkenheid vergroot en gaat de Foundation veel meer leven bij de banken en hun achterban.”
Vorige pagina
Verder naar Focuslanden
Terug naar Inhoudsopgave
Regio: Latijns-Amerika Regio: Latijns-Amerika
78 79
Brazilië
Bolivia
Colombia
Nicaragua
Mexico
Ecuador
Peru
Instrumenten Latijns-Amerika 2012
Donaties1.082.14717,34%Lening
4.501.66572,15% Technische assistentie221.7573,55% Garanties
00,00%Handelsfinancieringen433.5926,95%
Focuslanden Klik op het land voor meer informatie
Terug naar Inhoudsopgave
80 81
Latijns-Amerika
Bolivia &Brazilië
In Bolivia vonden in 2012 geen directe projectondersteuningen plaats. Wel is een aantal nieuwe projecten in voorbereiding.
Brazilië ontwikkelt zich in hoog tempo, maar de regionale verschillen zijn nog groot. De Rabobank Foundation heeft momenteel twee partners in het land; die ondersteuning wordt gehandhaafd. Uitbreiding van het aantal activiteiten is op dit moment echter niet aan de orde. Interessante mogelijkheden kunnen op termijn ontstaan in de samenwerking met Rabobank International en Rabo Development, beide ook actief in Brazilië.
Terug naar Focuslanden Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
82 83
Colombia is het meest recent toegevoegd als focusland van de Rabobank Foundation. Het is de bedoeling in dit land zoveel mogelijk aan te sluiten bij de activiteiten van het Rabo Rural Fund. Dit gebeurt nu met één partner. De Foundation kan dan organisaties ondersteunen die nog niet helemaal het vereiste niveau voor het Rural Fund hebben, zoals coöperaties van kleine koffieboeren en spaar- en kredietcoöperaties. Ook is samenwerking met grotere handelshuizen een optie, zoals in andere landen al met klanten van de Rabobank gebeurt.
Latijns-Amerika
colombia
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
84 85
Breed netwerk van partners
In Ecuador heeft de Rabobank Foundation de afgelopen jaren een sterke voet aan de grond gekregen. Met behulp van een lokale vertegenwoor-diger is een breed netwerk van partners opgebouwd, op zowel lokaal als nationaal niveau. In 2012 zijn de activiteiten met bestaande partners fors uitgebreid en ook nieuwe partners zijn aan de portefeuille toege-voegd. In 2012 is er ook een samenwerking gestart met het nationale rurale financieringsnetwerk Red Financiera Rural (RFR) van Ecuador, een toonaangevend netwerk bestaande uit onder andere spaar- en krediet-coöperaties, waarbij financieringsmethodes van productieve ketens worden ontwikkeld en geïmplementeerd bij een tiental coöperaties.
In het kader van het VN-Jaar van de Coöperatie organiseerde de Rabo-bank Foundation in 2012 een tweedaags evenement voor al haar part-ners in Ecuador. Een mooie gelegenheid om de doelstelling en het coöperatieve gedachtegoed van de Rabobank nog eens te benadrukken. Voor een publiek van circa 120 personen zijn allerlei thema’s behandeld op het gebied van rurale financiering en coöperatief bankieren, door diverse sprekers, in werkgroepen en zelfs in de vorm van theater.
Latijns-Amerika
Ecuador
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
86 87
In Mexico steunt de Rabobank Foundation vooral koffiecoöperaties in het zuiden van het land (Chiapas), via het Progreso-programma. Dit gaat om meerdere coöperaties die nu nog technische assistentie ontvangen via Progreso en binnen 1 a 2 jaar naar verwachting rechtstreeks finan-cierbaar zijn vanuit de Rabobank Foundation.Latijns-Amerika
Mexico
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
88 89
steun in moeilijke tijden
Met de financiering door de Rabobank Foundation van het werkkapitaal- fonds dat door de coöperatie Aldea Global is opgericht, krijgen boeren de mogelijkheid te investeren in koffieplantages, tuinbouwproducten en veeteelt. Deze vorm van ondersteuning is relatief risicovol vanwege de langere looptijd van de lening, maar heeft een grote impact in termen van inkomensverhoging en export. Dit sluit dan weer goed aan op de activiteiten van het Rabo Rural Fund waar Aldea Global ook klant is. Met de No pago beweging nog vers in het geheugen (waarbij boeren van hogerhand werden gestimuleerd hun leningen aan banken niet af te betalen) is een andere partner PAC druk doende haar portefeuille op te schonen. De Rabobank Foundation blijft haar partnercoöperaties steunen als die door externe factoren in problemen raken. Het belang van de boeren staat immers centraal. PAC kon ons het vertrouwen geven dat ondanks de problemen de fondsen van de Foundation nog steeds gebruikt worden voor ondersteuning van de rurale bevolking. Monito-ring en evaluatie worden ondertussen wel steeds belangrijker.
Latijns-Amerika
Nicaragua
Terug naar Focuslanden Vorig land Volgend land
Terug naar Inhoudsopgave
90 91
steun voor producentencoöperaties
Ook in Peru is in 2012 flink geïnvesteerd in de kwaliteit en diversiteit van partners. In tegenstelling tot Ecuador is de Rabobank Foundation in Peru veel betrokken bij het ondersteunen van producentencoöperaties. Zo zijn in 2012 kleine koffie-, cacao- en bananenboeren geholpen met het verbeteren van de productiviteit en het verkrijgen van toegang tot (inter)nationale markten. Projecten waarbij vaak het voorwerk door het Progreso-programma is verricht in de vorm van technische assistentie.
In Peru hebben we ook financieel en operationeel solide coöperaties in onze portefeuille zitten. Door gebruik te maken van de (financiële) infrastructuur van deze sterke coöperaties is de Foundation in staat om geïsoleerde boerengemeenschappen op een efficiënte en duurzame manier te bereiken. Voorbeelden zijn de projecten van Los Andes en Quillacoop, die in 2012 zijn gestart.
Net als in Ecuador is in 2012 in Peru meer accent gelegd op het verbinden van partners met lokale banken en het Klantenfonds. Dit heeft er onder meer toe geleid dat het project van Los Andes is geadopteerd door de zogeheten Urgenossen banken, een verbond van de oudste coöperaties uit Nederland (Dommelstreek en Enschede), Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Een select gezelschap van deze banken heeft in de zomer een bezoek gebracht aan het project. Tijdens dit bezoek is duidelijk geworden hoe afgelegen het gebied is en hoe slecht de toegang tot de (financiële) markt. De bankdirecteuren waren onder de indruk van de impact van het project en het belang van de coöperatie voor de regio en de rurale bevolking.
Latijns-Amerika
Peru
Terug naar Focuslanden Vorig land
Terug naar Inhoudsopgave
92 93
Ecuador
op bezoek bij beeldhouwer
Juan GuilcapiJuan Guilcapi is een ambitieuze
beeldhouwer in Equador. Met een nieuw krediet wil hij machines
aanschaffen om zijn werkplaats uit te breiden. Daarnaast droomt hij van een winkel in de hoofdstad.
Lees meer
94 95
Er zijn in Ecuador maar 25 beeldhouwers bevoegd dit eeuwenoude ambacht uit te oefenen. Juan Guilcapi is één van hen. Hij is lid van een soort gilde van beeldhouwers. De stenen die hij bewerkt zijn afkomstig uit de omgeving van de vulkaan Chimborazo. Het is elke dag hard werken, in de brandende zon langs de drukke autoweg.
Dromen van een winkel
Juan kreeg een krediet van 2.000 dollar van de spaar- en krediet- coöperatie Nueva Esperanza. Als hij op tijd terugbetaalt, komt hij in aanmerking voor een groter krediet. Hij denkt aan 5.000 dollar, om machines aan te schaffen. Juan verdient zo’n 800 dollar per maand, waarmee hij zijn gezin onderhoudt. Twee zoons studeren in de stad, één werkt met hem in het familiebedrijf. Maar beeldhouwen is een zwaar en ongezond beroep. Het stof en de autogassen hebben ook bij Juan sporen achtergelaten. Het verhindert hem echter niet plannen te maken voor de toekomst. Hij droomt van een winkel in de hoofdstad Quito, of in een andere stad. Zodat hij aan nog meer mensen zijn kunstwerken kan verkopen.
Ecuador – Op bezoek bij beeldhouwer Juan Guilcapi Ecuador – Op bezoek bij beeldhouwer Juan Guilcapi
Nueva Esperanza
Nueva Esperanza betekent ‘Nieuwe hoop’. De coöperatie zet zich in voor de minderbedeelden en richt zich vooral op het platteland. De rurale sector in Ecuador kampt met een negatief imago: risicovol, operationeel moeilijk en com-mercieel onaantrekkelijk. Dat imago verbetert wel; bij de politiek groeit de aandacht voor het platteland. Maar de vraag naar spaar- en krediet- producten overtreft in de rurale sector nog altijd het aanbod. Daarom is het belangrijk dat de Rabobank Foundation investeert in een coöperatie als Nueva Esperanza.
Terug naar Focuslanden Verder naar Nederland
Terug naar Inhoudsopgave
96 97
organisaties helpen de stap van A naar B te zetten
Het Jeugdsportfonds, de Zonnebloem en de IcT- experts met een autismestoornis van specialisterren. Allemaal landelijk werkende organisaties, die opkomen voor kansarme en kwetsbare groepen in de samenleving. Met als gemeenschappelijk kenmerk de steun die zij het afgelopen jaar ontvingen van de Rabobank Foundation. steun in de vorm van donaties en het beschikbaar stellen van kennis. Kernbegrippen bij deze ondersteuning zijn participatie en zelfred-zaamheid.
organisaties versterken
De Rabobank Foundation financiert projecten, maar ondersteunt organisaties ook regelmatig in hun exploitatiekosten. Veel andere fondsen doen dat niet. “Die gerichtheid op enkel projectfinanciering kan een valkuil zijn”, vindt Roelie van Stempvoort, programma- manager Nederland bij de Foundation. “Organisaties moeten niet alleen gericht zijn op fondsenwerving, maar ook de kans krijgen om te investeren in hun organisatie. Maatschappelijke organisaties met een aanpak en missie waar wij in geloven steunen we voor meerdere jaren. Dat geeft hen de mogelijkheid nieuwe initiatieven te integreren, echt de stap van A naar B te zetten. Dat kost tijd, en die tijd willen we hen ook geven. Exploitatiesteun is dan ook cruciaal voor veel maat-schappelijke organisaties.”
Lees verder
Terug naar Inhoudsopgave
Nederland
98 99
Een rol als aanjager
De Rabobank Foundation ziet zichzelf als aanjager van maatschap-pelijke vernieuwing en kiest hierbij voor een integrale benadering. Een voorbeeld hiervan is de in 2012 gestarte ondersteuning van de aangepaste hippische sport. Paardrijden is één van de sporten die op de aanhoudende steun van de Rabobank mogen rekenen. Een plan voor het ontwikkelen van paardrijdtalenten bij minder valide sporters ontbrak echter. Met de Nederlandse sportfederatie voor de paardrijdsport zijn daar nu afspraken over gemaakt. Van Stempvoort: “Er moet veel gebeuren. Kader opleiden, talentenplan opzetten, talentendagen organiseren. Dan zeggen we tegen die sport-bond: we willen jullie graag helpen in dat traject en dat doen we voor vijf jaar. Daarna moet het helemaal ingebed zijn in de organisatie. Zo hebben we het ook gedaan bij het aangepaste wielrennen. We zien dat als onze aanjaagrol.” Waar mogelijk wil de Foundation die rol als aanjager ook binnen de eigen Rabobank organisatie vervullen. Zodat bijvoorbeeld de afdeling Sponsoring zich bewust wordt van de mogelijkheden bij de aangepaste sportbeoefening. Bij de onder-steuning van het Jeugdsportfonds wordt gerekend op de inzet van lokale Rabobanken, ook om gemeenten over de streep te trekken om ook deel te nemen. Van Stempvoort: “Waar mogelijk proberen wij partijen te verbinden, intern en extern. Deze coöperatieve insteek is van groot belang voor het succes van onze projecten.”
Meer focus
De veelheid en diversiteit van Nederlandse projecten is groot. Hierdoor is het niet altijd eenvoudig om uit te leggen wat we doen. Binnen de Foundation wordt dan ook kritisch gekeken naar het toekenningsbeleid en de daarbij horende thema’s. Focus is hierbij het sleutelwoord, met als doel om meer impact te realiseren. “We blijven in de toekomt mooie kleinschalige initiatieven steunen”, zegt Roelie van Stempvoort. “Maar de tendens is om het aantal projecten dat we jaarlijks steunen, terug te brengen en meer focus aan te brengen in de thema’s. Dat biedt ruimte om ons nog meer te richten op kansrijke initiatieven en organisaties die echt het verschil kunnen maken.”
Vorige pagina
Verder naar Voorbeeldprojecten Terug naar Inhoudsopgave
Regio: Nederland Regio: Nederland
100 101
Voorbeeldprojecten2012
Terug naar Inhoudsopgave
Mee-doen
Zonnebloem/Floriade
Klik voor meer informatie
Mee-werken
specialisterren Klik voor meer informatie
Mee-bewegen
special olympics Klik voor meer informatie
2012 Nederland: bijlage toekenningen
Klik voor meer informatie
102 103
Mee-doen
Naar de Floriade met de Zonnebloem
De Floriade in Venlo was een geweldig evenement met bezoekers uit de hele wereld. Onder hen ruim 33.000 gasten met een fysieke beperking. De Rabobank Foundation en vrijwilligers van de Zonnebloem zorgden voor hun dagje uit naar de Floriade.
Maar liefst 403 Zonnebloem-afdelingen uit het hele land maakten gebruik van het aanbod om tijdens speciaal georganiseerde dagen te genieten van ‘het theater van de natuur’. Tot het volledig verzorgde dag-arrangement behoorde het vervoer per bus, ontvangst met koffie en Limburgse vlaai, bezoek aan de Floriade, een gezellige lunch en tenslotte nog een presentje voor mee naar huis. Op het Floriadeterrein was een vast coördinatieteam present, met mede-werkers van Emma at Work (een uitzendbureau voor chronisch zieke jongeren). Het project is enorm goed gewaardeerd door de gasten.
Impressie van een dag uit metde Zonnebloem op de Floriade
Terug naar Voorbeeldprojecten
Terug naar Inhoudsopgave
Projecten Nederland
104 105
Mee-werken
specialisterren op eigen kracht verder
Specialisterren is een sociale onderneming op ICT-gebied. Kenmerkend voor Specialisterren is dat de testwerkzaamheden worden uitgevoerd door werknemers met een autismestoornis. Mensen met autisme beschikken van nature over eigenschappen waardoor zij vaak beter en sneller zijn in het testen van software dan anderen. Gemiddeld halen zij in dezelfde tijd ook meer bevindingen boven tafel, zo bleek in 2012 bij een testopdracht van de eigen ICT- afdeling bij de Rabobankorganisatie.
De Rabobank Foundation heeft een donatie toegekend voor de opstart van deze onder- neming. Nu naast Rabobank ook andere gere-nommeerde bedrijven zoals Bol.com klant zijn van Specialisterren, kunnen zij op eigen kracht verder. Het unieke van deze onderneming is dat men uitgaat van de kracht van mensen met een autismestoornis, en niet van hun beperking. Financiering vinden is voor de jonge onderne-ming nog wel lastig. De Foundation gaat dan ook samen met betrokken Rabobanken in gesprek over financieringsmogelijkheden.
Mee-bewegen
special olympics
De Rabobank Foundation is al jaren verbonden met Special Olympics Nederland, de organisatie die zich richt op sporters met een verstandelijke beperking. Zij kunnen ieder op hun eigen niveau meedoen aan een groot aantal sporten.
Jaarlijks ontvangt Special Olympics Nederland van de Rabobank Foundation een donatie om regionale sportevenementen te organiseren, als opmaat naar een tweejaarlijks groot evene-ment. In 2012 zijn deze landelijke Spelen geor-ganiseerd in en rondom ’s-Hertogenbosch. De Rabobank in deze stad was actief betrokken. Ruim 2.000 sporters waren hier actief in vijftien takken van sport.
Begin januari 2013 heeft het internationale sportevenement plaatsgevonden in Zuid Korea: de Special Olympics World Wintergames. Ruim 2.300 sporters met een verstandelijke beperking uit 127 landen zijn met elkaar de sportieve strijd aan gegaan. Het Nederlandse team telde 21 sporters die konden deelnemen aan drie sporten: langlaufen, shorttracken en skiën.
Filmpje Huldiging TeamNederland Special Olympics
Terug naar Voorbeeldprojecten Verder naar Lize: ’Van sporten word je sterk!’
Terug naar Inhoudsopgave
106 107
Nederland
Lize: ‘Van sporten
word je sterk!’
Lize is ambassadeur van Special Olympics Nederland. Vier jaar geleden deed ze mee met het onderdeel schaatsen tijdens de World Winter Games in Idaho. Eerder deed Lize mee aan de European Games in Rome, maar dan met atletiek. En in 2013 was ze er wederom bij om samen met de Nederlandse sporters af te reizen naar Zuid Korea voor de World Winter Games.
Meer zelfvertrouwen
Lize heeft genoten bij de World Winter Games. Het was er mooi en er waren alleen maar aardige mensen. Het was goed georganiseerd. Soms was het wel wat lang wachten, zoals bij de openingsceremonie. Maar dankzij haar deelname aan de internationale wedstrijden heeft Lize meer zelfvertrouwen gekregen. Ze weet nu ook hoe ze vragen van journalisten moet beantwoorden. Ze zal het nooit vergeten!
Het allermooiste vindt ze om medailles te winnen. Bij de Special Olympics gaat het daar weliswaar niet om (meedoen is winnen!), maar Lize geniet er wel van. Ze weet nog goed hoe ze op het podium stond te juichen bij het winnen van de medaille op de langste afstand in Idaho.
Met sporten angsten overwinnen
Sporten is voor Lize belangrijk, omdat ze daardoor sterker wordt en haar conditie verbetert. Ze is vaak bang om te vallen, maar door het sporten overwint ze haar angsten. “Je moet altijd door blijven gaan. En niet bang zijn!” aldus Lize. Haar droom is om nog beter te gaan schaatsen. “Ik wil heel graag een keer een wedstrijdje schaatsen tegen Carl Verheijen of Sven Kramer. En dan wil ik ze dolgraag verslaan! Ik kan ze dan allebei laten zien wat ik heb geleerd. Dat is mijn droom.”
Verder naar Rabobank Foundation samen met... Terug naar Inhoudsopgave
108 109
samen met… Terug naar Inhoudsopgave
…lokale bankenHet adoptieprogramma
Klik voor meer informatie
…medewerkersRabo share4More
Klik voor meer informatie
...jongeren Klik voor meer informatie
…klantenHet Rabo Foundation
Klantenfonds Klik voor meer informatie
110 111
Adoptieprogramma lokale banken
De fondsen van Rabobank Foundation worden gevormd door de jaarlijkse financiële bijdragen van de lokale Rabobanken, aangevuld met een bijdrage vanuit de Rabobank Groep. Het adoptieprogramma heeft gezorgd voor sterk toegenomen betrokkenheid van lokale banken. Inmiddels is het merendeel van de lokale Rabobanken financieel – en soms ook inhoudelijk – betrokken bij projecten van de Foundation in binnen- en buitenland.
Ruim 80 lokale banken zijn verbonden aan een cooperatief project in het buitenland. Zij bestemmen hun jaarlijkse donatie aan de Foundation voor een specifiek project in een van de focuslanden. Een groot voordeel van de verbinding met een adoptieproject is dat daarmee het werk van de Foundation veel zichtbaarder en concreter wordt. Veel klanten van lokale banken kennen het werk van de Rabobank Foundation nog onvoldoende. Daarom voorziet het adoptieprogramma in een behoefte. De reacties zijn unaniem positief: mensen herkennen in het werk van de Foundation de ge-schiedenis en het unieke coöperatieve karakter van de Rabobank.
Bij veel banken leeft de wens zich verder te verbinden met hun project en het land waar dit project zich bevindt. Dat kan bijvoor-beeld door bancaire of agrarische kennis over te dragen aan de geadopteerde coöperatie, of door bijvoorbeeld een additioneel project te steunen op het gebied van educatie of water. Ook zijn er voorbeelden van banken die in Nederland een afzetmarkt creëren voor producten uit het betreffende adoptieland. Via diverse programma’s en fondsen van de Rabobank Foundation kunnen lokale banken ook de verbinding maken met jongeren, scholen, klanten en leden in hun werkgebied.
Vertegenwoordigers van een zestal banken bezochten in 2012 hun adoptieproject. Daarmee beoogden zij de adoptierelatie met de projectpartner te verdiepen, dan wel inhoudelijke ondersteuning te bieden (of de mogelijkheden daartoe te onderzoeken). Zo verzorgde Rabobank Groene Woud Zuid een krediettraining bij hun project-partner in Cambodja, Rabobank Alblasserwaard zond een melkvee- expert uit naar hun melkveeproject in Indonesië, en de zogenaamde Urgenosschenbanken, waartoe ook Rabobank Enschede en Dommelstreek behoren, bezochten hun adoptieproject in Peru.
Urgenossen banken bezoeken adoptieproject in Peru
Terug naar Rabobank Foundation samen met... Verder naar ‘Samen met medewerkers’
Terug naar Inhoudsopgave
Samen met lokale banken Samen met lokale banken
112 113
Rabo share4More
De medewerkers van de Rabobank Groep hebben hun eigen fonds: share4More. Dit fonds maakt formeel deel uit van de Rabobank Foundation, maar heeft eigen criteria en een eigen toekenningsbeleid. share4More wil echter wel zoveel mogelijk in lijn met de Rabobank Foundation werken. In 2012 is besloten meer focus aan te brengen in het toekenningbeleid om zo de impact van de donaties te vergroten en meer aandacht te kunnen geven aan de beheersbaarheid en het toezicht op de projecten.
Meer focus, meer impact
Samen met donateurs en de medewerkersadviescommissie van Share4More is in 2012 de basis gelegd voor een nieuwe koers. Een nauwere samenwerking met de Rabobank Foundation is hierbij het uitgangspunt geweest. Met ingang van 2013 worden er projecten gesteund binnen een tweetal thema’s: educatie en watervoorziening. Het creëren van zelfredzaamheid staat hierbij centraal. De maximale donatie is verhoogd tot 15.000 euro, waarmee grotere projecten in diverse ontwikkelingslanden gesteund kunnen worden. Ook qua focuslanden is aansluiting gezocht bij de Rabobank Foundation. Share4More werkt vanaf 2013 alleen nog in die landen waar de Rabobank een netwerk heeft. Dit kunnen dus de focuslanden zijn van de Foundation of landen met een vestiging van Rabobank International. Zo zoekt ook Rabobank Chili actief steun voor Share4More onder de eigen medewerkers.
Groei
Share4More groeide sterk in 2012, zowel in het aantal donateurs als in het projectaanvragen. Inmiddels heeft de stichting al meer dan zesduizend donateurs. Zij doneren maandelijks vrijwillig 4 euro en de Rabobank verdubbelt dat bedrag. Dat telt inmiddels al op tot ruim 48.000 euro per maand. Dit bedrag is in z’n geheel bestemd voor projecten in ontwikkelingslanden. Vanwege het stijgende aantal donateurs én projecten is in 2012 veel aandacht besteed aan de interne organisatie van het fonds.
Meer informatie over enkele gesteunde projecten
Lees verder
Terug naar Inhoudsopgave
Samen met medewerkers Samen met medewerkers
€638.506 127 projecten 42 landen 6.146 donateurs
114 115
Helping Hands Peru
In de sloppenwijken van Cusco in Peru krijgen kansarme kinderen de gelegenheid onderwijs te volgen. Op het terrein van de school komt een atelier waar de moeders van de kinderen sieraden en kleding leren maken, die ze kunnen verkopen. Share4More steunde dit duurzame project met een bijdrage van 6.500 euro.
Poilon, Kenia
Dit waterproject, aangedragen door een collega van Rabobank International Italië, voorziet zo’n 5.000 mensen in het noorden van Kenia van schoon drinkwater. Share4More ondersteunde dit project in 2012 met een donatie van 10.000 euro.
Terug naar Rabobank Foundation samen met... Verder naar Samen met klanten
Terug naar Inhoudsopgave
Rabo Share4More Rabo Share4More
116 117
Het Rabo Foundation Klantenfonds
Deelname aan het Rabo Foundation Klantenfonds geeft concreet invulling aan het bijzondere van bankieren bij een coöperatieve bank. Klanten van de Rabobank stellen via het Klantenfonds de Rabobank Foundation in staat haar werk nog beter te doen. schenkingen van klanten komen volledig ten goede aan kansarme mensen. Het Klantenfonds is er op gericht zoveel mogelijk impact te genereren met de ontvangen schenkingen. over de besteding wordt zorgvuldig verantwoording afgelegd.
Het Rabo Foundation Klantenfonds is opgezet voor klanten van de Rabobank die graag een financiële bijdrage willen leveren aan projecten van de Foundation. Dit fonds maakte in 2012 een gezonde groei door. Er is veel aandacht geschonken aan het vergroten van de bekendheid van het Fonds bij de lokale banken. Daarnaast is er geïnvesteerd in de kwaliteit van de projectrapportages, zodat de klanten nog beter geïnformeerd zijn over de projecten die ze steunen. Het Rabo Foundation Klantenfonds is het fonds van en voor klanten van de Rabobank en voorziet daarmee in een duidelijke behoefte.
Terug naar Rabobank Foundationsamen met...
Terug naar Inhoudsopgave
DayforchangeMicro-ondernemerschap op scholen
De Rabobank Foundation lanceerde in 2012 een aantal programma’s om jeugd en jongeren te betrekken bij haar werk. Met succes! Samen met stichting Dayforchange is de Klasse! Actie verder uitgerold. Dit lesprogramma leert scholieren in het basis- en voortgezet onderwijs over het belang van verstandig omgaan met geld, microfinanciering en ondernemerschap. Lokale banken met een adoptieproject kunnen een inhoudelijke koppeling maken met hun project in het betreffende ontwikkelingsland.
In totaal boden 18 lokale banken het programma aan op 44 scholenin Nederland. Daaraan namen ruim 3600 leerlingen deel. Dankzij hun inzet en creativiteit is met verschillende activiteiten geld opgehaald voor projecten van de Foundation.
Lees verder
Samen met klanten Samen met jongeren
118 119
AflatounFinanciële educatie voor kinderen in ontwikkelingslanden
Aflatoun is een internationaal educatief programma voor kinderen en jongeren van 6-18 jaar. Het programma is een combinatie van sociaal en financieel onderwijs, gericht op duurzaam resultaat. Volgens de initiatiefnemers is er wereldwijd behoefte aan een beter financieel en economisch bewustzijn en aan onderwijs dat gebaseerd is op de waarden en rechten van het kind. Geldzaken en kinderrechten zijn veelal onderbelicht in het onderwijs. Aflatoun streeft er naar zoveel mogelijk kinderen te bereiken met hun sociaal en financieel lesprogramma en deze onderwerpen op den duur te integreren in de reguliere nationale onderwijscurricula. De trainingsmethode van Aflatoun wordt al in 93 landen toegepast.
Het initiatief sluit goed aan bij de projecten van de Rabobank Foundation. In 2012 ging een samenwerking van start met een aantal lokale banken die betrokken zijn bij een spaar-en kredietcoöperatie in Rwanda. Er is gezocht naar een school in het werkgebied van de betreffende coöperatie, waardoor er een natuurlijke verbinding is tussen het adoptieproject van de banken en het Aflatounproject. Op die manier kan nog beter invulling worden gegeven aan de adoptierelatie: via de spaar- en kredietcoöperatie krijgen de leden betere toegang tot financiële diensten, terwijl hun kinderen op school leren omgaan met geld en worden geïnspireerd om aan hun eigen toekomst te bouwen.
Verder naar Rabo Rural Fund
Terug naar Inhoudsopgave
World=uDe wereld, dat ben jij
Jonge mensen een bredere kijk op de wereld geven. Wereldburger-schap centraal stellen. Bewustzijn creëren over klimaatverandering en de verdeling van rijkdom en voedsel. Dat waren de uitgangs- punten van het jongerendialoogprogramma, dat in 2012 een succes- volle introductie beleefde. Twintig lokale Rabobanken deden mee, met in totaal 260 jongeren in de leeftijd van 16 tot 24 jaar. Daarbij werden de wereldwijde vraagstukken steeds concreet gemaakt door ze te vertalen naar lokaal niveau. De uitkomsten daarvan mochten enkele jongeren presenteren bij de Verenigde Naties in New York, ter gelegenheid van het Jaar van de Coöperatie. Ook in 2013 gaat een groot aantal lokale banken van start met World=U.
www.worldisu.nl
Vorige pagina Terug naar Rabobank Foundation samen met...
Samen met jongeren Samen met jongeren
120 121
Het Rabo Rural Fund: van klein naar groot
De Foundation richt zich op de kleinere organisaties. Het Rabo Rural Fund is speciaal opgezet voor de financiering van meer volwassen coöperaties en agrobedrijven in ontwikkelingslanden. Het Rural Fund financiert duurzame waardeketens in koffie, cacao, noten, pepers en verpakte groentes. In 2012 groeide het aantal uitzettingen met 29 procent; het financierde meer dan dertig producentenorganisaties en kleinbedrijven in zeven landen, met een bereik van meer dan 30.000 boeren.
Kennisdeling staat centraal. Samen met partijen als de stichting Progreso wordt gewerkt aan nieuwe agrarische teelttechnieken, bemestingsmethodes en opslag. Het management van de coöperaties wordt ondersteund met trainingen op het gebied van (prijs)risicomanagement en goed financieel beheer.
Op de terreinen van voedselzekerheid en armoedebestrijding valt nog veel te winnen door het versterken van boerencoöperaties. In 2013 wil het Rabo Rural Fund de activiteiten in Afrika uitbreiden om – in samenwerking met de Rabobank Foundation en Rabo Development – nieuwe ketens te helpen opbouwen. Door de combinatie van het Rural Fund en de rurale banken krijgen agra- rische ondernemingen een betere toegang tot goedkopere financiering. Voor het Rural Fund betekent dit een uitbreiding met drie landen (Tanzania, Rwanda en Paraguay) en drie nieuwe gewassen: suiker(riet), gember en peulvruchten.
Terug naar Inhoudsopgave Verder naar Financiën
122 123
Financiën Lees meer
www.rabobankfoundation.nl
Terug naar Inhoudsopgave
124 125
AcTIVA 2012 2011Vaste activa Materiële vaste activa (1) 14.000 0
Financiële vaste activaParticipaties en aandelen (2) 156.977 156.977
Leningen aan projecten langlopend (3) 5.510.077 6.416.723
Leningen aan gelieerde instellingen (4) 2.000.000 0
7.667.054 6.573.700
Vlottende activaVorderingen en overlopende activaLeningen aan projecten kortlopend (5) 7.679.352 6.484.578
Overige vorderingen (6) 746.826 528.427
8.426.178 7.013.005
Liquide middelen (7) 19.577.044 25.111.662
35.684.276 38.698.367
Balans per 31 december 2012 (na resultaatbestemming) Bedragen in euro’s
Verder naar Staat van baten en lasten
PAssIVA 2012 2011Reserves en fondsenstichtingskapitaal 454 454
ReservesContinuïteitsreserve 8.509.132 8.509.132
FondsenBestemmingsfonds Nederland (8) 3.801.318 2.859.611
Bestemmingsfonds Buitenland (9) 4.827.635 6.913.034
Bestemmingsfonds Share4More (10) 355.234 233.017
8.984.187 10.005.662
schulden
Langlopende schuldenNog te betalen donaties langlopend 4.059.449 5.579.179
Kortlopende schulden en overlopende passiva Nog te betalen donaties kortlopend 12.119.478 12.446.825
Overige (11) 2.011.576 2.157.115
14.131.054 14.603.940
35.684.276 38.698.367
126 127
Baten Realisatie 2012 Begroting 2012 Realisatie 2011 Baten uit eigen fondswerving (12)Bijdragen lokale banken 8.506.455 7.000.000 7.316.556
Bijdragen Rabobank Nederland 4.628.545 7.000.000 6.683.444
Bijdragen medewerkersfonds Share4More 731.896 800.000 688.469
Overige baten 30.415 0 0
13.897.311 14.800.000 14.688.469
overige opbrengstenRentebaten leningen 1.004.856 1.000.000 999.960
Overige rentebaten 341.167 300.000 226.775
1.346.023 1.300.000 1.226.735
Totaal beschikbaar voor doelstelling 15.243.334 16.100.000 15.915.204
Lastenondersteuning projectenVerstrekte steun Nederland (13) 2.342.043 3.000.000 2.695.670
Verstrekte steun Buitenland (14) 8.835.474 8.236.000 9.769.062
Verstrekte steun Share4More (15) 615.729 1.000.000 1.079.632
Correctie ondersteuning voorgaande jaren (16) 365.000 0 0
Koersresultaten 877.337 0 -567.547
13.035.583 12.236.000 12.976.817
Dotatie voorziening leningen 416.923 0 56.169
overige kosten (17) 2.812.300 2.100.000 1.997.079
Totaal besteed aan doelstelling 16.264.806 14.336.000 15.030.065
Tekort / overschot aan doelstelling -1.021.472 1.764.000 885.139
Bestemming van het tekortonttrekking/Toevoeging aan:-Bestemmingsfonds Nederland 941.708 380.310
-Bestemmingsfonds Buitenland -2.085.398 722.191
-Bestemmingsfonds Share4More 122.218 -217.362
-1.021.472 885.139
Staat van baten en lasten Bedragen in euro’s
Staat van baten en lasten Bedragen in euro’s
Terug naar Balans per 31 december 2012
Verder naar Toelichtingjaarrekening
128 129
Toelichting jaarrekening Toelichting jaarrekening
Doel van de stichtingHet doel van de stichting is de bevordering van de maatschap- pelijke ontplooiing van groepen van personen in Nederland en daarbuiten. Ook tracht de stichting haar doel te verwezelijken door het verlenen van financiele steun aan projecten en activiteiten die gericht zijn op structurele verbetering van de positie van groepen die maatschappelijk en/of economisch in een achter- standspositie verkeren.
Verbonden partijenRabobank Foundation heeft bij de volgende rechtspersonen een bestuurlijk belang. Bij iedere rechtspersoon is de aard van de ver-bondenheid toegelicht. Transacties tussen Rabobank Foundation en de verbonden partijen zijn opgenomen in de toelichting op de jaarrekening.
Rabobank NederlandEr is geen personeel in dienst bij Rabobank Foundation en Share-4More. De kosten van personeelsleden van Rabobank Nederland die werkzaam zijn bij Rabobank Foundation en Share4More worden doorbelast.
stichting sustainable Agriculture Guarantee FundSAGF verstrekte garanties aan de lokale financiele sector zodat cooperaties een concurrerende en adequate financiering ontvingen. De schulden van SAGF zijn vereffend in 2012 aangezien de intentie bestaat om deze stichting gedurende 2013 te liquideren. Alle operationele activiteiten van SAGF zijn inmiddels overgegaan naar Rabo Rural Fund BV.
stichting Rabo Foundation KlantenfondsHet klantenfonds stelt vermogende klanten van de Rabobank en Schrettlen in staat om met advies van de Charity Desk een schenking te doen aan goede doelen. Het gaat hier om projecten die via de Rabobank Foundation gesteund worden. Directeur Rabobank Foundation is tevens directeur Stichting Rabo Founda-tion Klantenfonds. Het bestuur van de Rabobank Foundation kan bestuursleden van de stichting benoemen en ontslaan, echter er wordt geen geconsolideerde jaarrekening opgesteld. Dit wordt nader toegelicht onder de waarderingsgrondslagen.
Rabo Rural Fund B.V.Deze BV is opgericht per 12 januari 2011. Zij heeft tot doel het investeren in en het bevorderen van de groei van producenten- organisaties welke geheel of gedeeltelijk worden gehouden door kleine zelfstandige boeren in de regio’s Latijns Amerika, Afrika en Azie. Rabobank Foundation heeft haar handelsfinancieringsactivi-teiten per 2011 ondergebracht in deze nieuwe BV. De aandelen van Rural Fund BV worden gehouden door Stichting Nieuwe Fondsen.
stichting Nieuwe FondsenDe Stichting is opgericht op 12 januari 2011 en heeft tot doel het bevorderen van de maatschappelijke ontplooiing van groepen van personen in Nederland en het verlenen van financiele steun, aan projecten en activiteiten die gericht zijn op de verbetering van de positie van groepen van personen die maatschappelijk of econo-misch in een achterstandsituatie verkeren. RF heeft kapitaal gestort in SNF om hiermee de handelsfinancieringsactiviteiten via SNF in het Rural Fund te kunnen onderbrengen. De directeur Rabobank Foundation is tevens directeur van de stichting, het bestuur heeft dezelfde samenstelling als Rabobank Foundation.
Lees verder
130 131
Toelichting jaarrekening Toelichting jaarrekening
Waarderingsgrondslagen
AlgemeenDe jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de Richtlijn 650 voor Fondsenwervende instellingen. Er is geen geconsolideerde jaarrekening opgesteld met de gegevens van Stichting Rabobank Foundation en Stichting Rabo Foundation Klantenfonds aangezien de doelgroep geen behoefte heeft aan een geconsolideerde jaar- rekening. Tevens is er geen kasstroomoverzicht opgenomen in deze jaarrekening.
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
De activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde tenzij anders vermeld. Gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar.
BalansParticipaties en aandelen Participaties zijn gewaardeerd op basis van de verkrijgingswaarde tenzij anders aangegeven.
VorderingenVorderingen worden gewaardeerd op basis van nominale waarde rekening houdend met een voorziening voor mogelijke oninbaarheid
continuïteitsreserveDe continuïteitsreserve dient om de continuïteit van de stichting te borgen, de hoogte van deze reserve is met de Belastingdienst afgestemd en hierdoor onveranderd ten opzichte van vorig jaar. Deze reserve dient ter dekking van het kostenkader van een bedrijfsjaar gecombineerd met de som van lopende maar nog niet toegezegde uitbetalingsverplichtingen.
BestemmingsfondsenDe bestemmingsfondsen bestaan uit nog niet aangewende gelden ten behoeve van de doelstelling. Voor binnenlandse projecten is een budget van € 3 miljoen per jaar beschikbaar, resterende beste-dingen en alle operationele kosten zijn gemuteerd in het bestem-mingsfonds buitenland. Met ingang van 2013 zullen de bestem-mingsfondsen binnenland en buitenland worden samengevoegd, besluit hiertoe is door bestuur op 26 februari 2013 goedgekeurd.
Kortlopende schulden en overlopende passivaOnder schulden worden verstaan de per balansdatum bestaande en vaststaande verplichtingen .
Vreemde valutaVorderingen, voorzieningen en schulden in vreemde valuta zijn omgerekend in euro’s tegen de contante koersen per balansdatum. Posten in vreemde valuta in de winst- en verliesrekening zijn omgerekend tegen de koers op transactiedatum.
Terug naar Staat van baten en lasten Lees verder & verder naar Toelichting balans
132 133
Toelichting jaarrekening
Grondslagen voor resultaatbepaling
Het overschot / tekort aan de doelstelling wordt bepaald als het verschil tussen het totaal van de baten en het totaal van de lasten. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben tenzij anders vermeld.
Baten uit eigen fondswervingBijdragen van lokale banken en personeelsleden worden verantwoord in het jaar waarin deze ontvangen worden. Bijdragen van Rabobank Nederland worden verantwoord overeenkomstig toezeggingen die hieromtrent zijn gedaan
overige opbrengstenZijn baten die onstaan bij de uitvoering van de (financierings) activiteiten van de stichting.
Verstrekte steunVerstrekte steun wordt verantwoord na bestuursbesluit en communicatie met de ontvanger.
AcTIVAVaste activa (1) Materiële vaste activa
Vervoermiddelen 2012 2011Toyota RAV4 14.000 0
14.000 0
Financiële vaste activa
(2) Participaties en aandelen 2012 2011Oikocredit, Nederland 156.977 156.977
156.977 156.977
Verloopoverzicht leningen 2012 2011Stand leningen per 1 januari 18.723.853 16.060.267
Af : overdracht leningen naar St RF Klantenfonds 1.042.500 0
Bij : leningen in 2012 uitbetaald 7.712.094 8.630.237
Af : ontvangen aflossingen 6.227.021 5.676.848
Af : herwaardering vreemde valuta leningen 585.923 0
Af : Afboekingen leningen 421.990 289.803
Stand totale leningen per 31 december 18.158.514 18.723.853
Toelichting balans
Ten behoeve van de lokale vertegenwoordiger in Rwanda is ultimo 2012 een Toyota RAV4 overgenomen van Terrafina. Deze auto wordt vanaf 2013 in vier jaarlijkse termijnen afgeschreven tot een restwaarde van nul.
In 2012 is de gerealiseerde en ongerealiseerde herwaardering op de leningportefeuille separaat inzichtelijk gemaakt, terwijl de herwaarderingsresultaten in 2011 gesaldeerd waren in de diverse componenten van het verloopoverzicht.
Terug naar Toelichting jaarrekening Lees verder
134 135
Vlottende activa 2012 2011(5) Leningen aan projecten kortlopend
Leningen kortlopend per 31 december 10.376.964 9.629.585
Af : overheveling rentecomponent leningen 2011 0 405.932
Af : voorziening leningen kortlopend 2.697.612 2.739.075
Totaal leningen kortlopend per 31 december 7.679.352 6.484.578
(6) overige vorderingen en overlopende activa 2012 2011Bijdrage Rabobank Nederland ivm Share4More 34.256 0
SLA-fee 2e helft 2012 Stichting RF Klantenfonds 64.231 0
Te ontvangen rente 629.912 502.075
Afrekening Stichting Doen ivm liquidatie Progreso 1.445 0
Overige vorderingen 16.981 26.352
746.826 528.427
(7) Liquide middelen
(3) Leningen aan projecten langlopend 2012 2011Stand totale leningen per 31 december 18.158.514 18.723.853
Af : leningen als kortlopend opgenomen 10.376.964 9.629.585
Leningen langlopend per 31 december 7.781.550 9.094.268
Af : voorziening leningen langlopend 2.271.473 2.677.545
Totaal leningen langlopend per 31 december 5.510.077 6.416.723
(4) Leningen aan gelieerde instellingen 2012 2011Lening Stichting Rabo Foundation Klantenfonds
Stand per 1 januari 0 0
bij : uitbetaald gedurende boekjaar 2.000.000 0
af : aflossingen gedurende boekjaar 0 0
Stand 31 per december 2.000.000 0
Toelichting balansToelichting balans
In de vergelijkende cijfers van 2011 is ten onrechte de te vorderen rente per 31 december 2011 opgenomen in het verloopoverzicht der leningen, vandaar dat hiervoor een overheveling heeft plaatsgevonden ad € 405.932 van kortlopende vorderingen naar te vorderen rente.
Hieronder zijn geblokkeerde tegoeden opgenomen van totaal netto € 8.018.632 (2011: € 2.161.873). Voor de geblokkeerde tegoeden is een voorziening opgenomen van € 1.021.529 (2011: € 659.223) ivm verstrekte bankgaranties.
Aan Stichting Rabo Foundation Klantenfonds is een renteloze lening verstrekt, deze lening wordt jaarlijks in twee gelijke termijnen van € 100.000 afgelost met ingang van 30 juni 2014. Stichting Rabo Foundation Klantenfonds heeft recht om vervroegd af te lossen, zonder dat boete verschuldigd is.
PAssIVAReserves Fondsen
(8) Bestemmingsfonds Nederland 2012 2011Stand per 1 januari 2.859.610 2.479.300
Uit resultaatbestemming 941.708 380.310
Stand per 31 december 3.801.318 2.859.610
(9) Bestemmingsfonds Buitenland 2012 2011Stand per 1 januari 6.913.033 6.190.842
Uit resultaatbestemming -2.085.398 722.191
Stand per 31 december 4.827.635 6.913.033
Aan dit fonds is een beperkte bestedingsmogelijkheid gegeven, namelijk dat de besteding hiervan in Nederland plaats zal vinden. Door het bestuur is in 2010 besloten dat de maximale besteding voor binnenlandse projecten € 3.000.000 per jaar bedraagt.
Aan dit fonds is een beperkte bestedingsmogelijkheid gegeven, namelijk dat de besteding hiervan buiten Nederland plaats zal vinden.
Vorige pagina Lees verder & Toelichting staat van baten en lasten
136 137
schulden
(11) Kortlopende schulden en overlopende passiva 2012 2011overigeRabobank Nederland 1.760.963 811.566
Rabobank International India 37.474 0
Stichting Rabo Foundation Klantenfonds 0 79.358
Oikocredit afrekening vierde kwartaal 2012 33.643 0
Stichting ICCO inzake overname auto en depot 30.756 0
Vooruitontvangen bijdrage Urgenossen Bank 84.311 168.621
Te verrekenen kosten huur auditorium 21.822 0
Vooruitontvangen bedragen leningen Klantenfonds 0 1.042.500
Kosten design en drukwerk jaarrekening 19.000 25.000
Te betalen bankrente en provisie 1.313 0
Overige kortlopende schulden 22.294 30.070
2.011.576 2.157.115
(10) Bestemmingsfonds share4More 2012 2011Stand per 1 januari 233.016 450.378
Uit resultaatbestemming 122.218 -217.362
Stand per 31 december 355.234 233.016
BATEN(12) Baten uit eigen fondswerving
LAsTENondersteuning projecten 2012 2011(13) Verstrekte steun Nederland
Verstrekte donaties 2.512.023 2.968.353
Af : niet uitbetaalde toekenningen voorgaande jaren 169.980 272.683
2.342.043 2.695.670
(14) Verstrekte steun Buitenland 2012 2011Verstrekte donaties 9.230.443 10.884.660
Af : niet uitbetaalde toekenningen voorgaande jaren 394.969 1.115.598
8.835.474 9.769.062
(15) Verstrekte steun medewerkersfonds share4More 2012 2011Verstrekte donaties Share for More 638.506 1.090.832
Af: niet uitbetaalde donaties voorgaande jaren 22.777 11.200
615.729 1.079.632
(16) correctie ondersteuning voorgaande jaren
Toelichting staat van baten en lastenToelichting balans
Het bedrag van de Duitse Urgenossen Bank betreft de ontvangen bijdrage welke betrekking heeft op de periode van 2011 tot en met 2013. Vandaar dat het bedrag dat betrekking heeft 2013 als vooruitontvangen op de balans is opgenomen.
Niet in de balans opgenomen vorderingen en verplichtingen
Voorwaardelijke toezeggingen en garantiesRabobank Foundation heeft per 31 december voor totaal € 6.858.942 (2011: € 5.896.207) aan voorwaardelijke toezeggingen gedaan en garanties afgegeven aan organisaties in het kader van haar doelstelling.
Tevens bedroeg de niet op de balans opgenomen uitbetalingsverplichting aan reeds toegezegde leningen € 7.704.427 (2011 : € 6.866.024).
Daarnaast is er door ING Bank een garantie verstrekt ten behoeve van specifiek project in Ethiopie, actuele waarde hiervan bedroeg € 191.491 per 31 december.
Aan dit van het kapitaal afgezonderde fonds, is een beperkte bestedingsmogelijkheid gegeven. Het fonds is gericht op verbetering van de positie van vrouwen, kinderen en gehandicapten in ontwikkelingslanden. Dit door kleinschalige projecten te steunen op het gebied van gezond-heidszorg, onderwijs en het terugdringen van kindersterfte.
Bij de Rabobank Foundation vinden de bijdragen door Aangesloten Banken plaats op basis van vrijwilligheid. In 2012 is de totale bijdrage door Rabobank Nederland aangevuld tot 0,5% van de winst van de Rabobank Groep over het boekjaar 2011. Ook bij Share4More vinden de bijdragen van personeelsleden plaats op basis van vrijwilligheid.
In 2012 is additionele ondersteuning aan projecten verantwoord ad € 365k vanwege de in 2010 ten onrechte opgenomen baten als gevolg van stortingen in de programma’s Pro Cotton (€ 50k) en Better Cotton (€ 315k).
Terug naar Toelichting balans Lees verder
138 139
(17) overige kosten 2012 2011Personeelskosten 2.569.000 1.690.496
Reis en verblijfkosten 134.086 127.370
Aanvulling kosten Klantenfonds 0 79.358
Ontwikkeling nieuw CRM-systeem Salesforce 103.737 42.602
Sponsoring Food First Floriade 50.000 0
Contributie & communicatie 88.332 25.000
Overige 170.718 32.253
3.115.873 1.997.078
Af : doorbelaste kosten 303.573 0
2.812.300 1.997.078
Kostenindicator : kosten in relatie tot projectenportefeuille 2012 2011
Totale kosten 2.812.300 1.997.078
Totale waarde van projectenportefeuille 34.337.441 36.749.857
Kostenindicator 8,19% 5,43%
Toelichting staat van baten en lasten
Gedurende 2012 is de definitie van de kostenindicator gewijzigd, in de nieuwe door het bestuurde geaccordeerde berekening worden de bedrijfskosten afgezet tegen de totale omvang van de projectenportefeuille.
Deze omvang bestaat uit de waarde van lopende leningen voor aftrek van voorzieningen vermeerderd met de uitbetalingsverplichting aan donaties op balansdatum (zowel de kort- als langlopende component).
Terug naar Financiën Terug naar Inhoudsopgave
140 141