Projectmanagementmethodieken in een notendop

Post on 09-Jul-2015

154 views 0 download

description

project management methodologies in a nutshell - Dutch

Transcript of Projectmanagementmethodieken in een notendop

Als je ervoor kiest om je te specialiseren in projectmanagement dan kom krijg je te maken met verschillende projectmanagement-methodieken (zowel traditionele als vernieuwende). We behandelen hier de traditionele methodieken.

• De verschillende traditionele methodieken in een notendop

• Op één methodiek (naar keuze) gaan we inzoomen

• Voor- en nadelen van de verschillende traditionele methodieken

• PROJECTMATIG WERKEN (PMW)

• PRINCE2

• PMBoK

• IPMA

Op welke traditionele methodiek willen jullie inzoomen?

• PMW vormt de brug tussen routinematig en improviserend werken.

• PMW wordt steeds vaker toegepast binnen organisaties (meestal door gebruik van een andere projectmanagementmethodiek).

• PMW kent een vijftal beheersaspecten (Tijd, Geld, Kwaliteit, Informatie en Organisatie); in vergelijking PRINCE2 kent er 6 (Kosten, Tijd, Kwaliteit, Scope, Risico’s en Baten).

• PMW kent een beheerscyclus.

• PMW heeft veel gemeen met PRINCE2.

• De 1ste NL projectmanagement methodiek (sinds 1984) en daarom bekend.

• Geeft een goede basis van projectmanagement, en vormt een naslagwerk.

• Vormt een goede instap in projectmanagement

• Inmiddels ingehaald in populariteit door andere methodieken.

• PMW heeft veel gemeen met PRINCE2, dat op bredere schaal wordt toegepast.

• PMW is een Nederlandse methode, en zorgt binnen een internationale omgeving niet voor één gemeenschappelijke taal.

• Geen certificering mogelijk, je kunt wel een workshop volgen.

• PRojects IN Controlled Environments van OCG

• Productgerichte planning en gecentreerd rond de business case

• Gebaseerd op ‘best practices’ vanuit de beroepspraktijk

• Generieke methode die op maat gemaakt moet worden

• 7 principes waaraan een project moet voldoen

• 7 thema’s of managementaspecten t.b.v. projectbesturing

• 7 processen binnen de levenscyclus

• Veel gebruikte methodiek met een hoge volwassenheid in NL (in 2008 15.000 gecertificeerden), wereldwijd 1 miljoen gecertificeerden

• Productgerichte planning

• Gericht op controle, beheersing, sturing, planning en bewaking past goed binnen de traditionele organisatie en hiërarchische structuur

• Duidelijke structuur van project en projectteam

• Certificering mogelijk, 2 niveaus Foundation en Practitioner

• Examen mogelijk in NL, relatief snel te halen tegen relatief lage kosten.

• Vooral groot in West-Europa en al een hoge volwassenheid en aantal gecertificeerden in NL (wanneer omslagpunt?)

• Na verhouding late betrokkenheid eindgebruikers, met grote kans op wijzigingen en daardoor uitloop in tijd en budget

• Lastig om alle requirements/specs vooraf te bepalen

• Lastig snel inspelen op veranderingen/wijzigingen vanuit de business

• Vrij rigide methode met veel templates en aandacht voor documentatie

• Plannen• Delegeren• Bewaken• Beheersen

• Project Management Body of Knowledge van PMI

• Is strikt genomen geen methodiek, maar een raamwerk waarop je verschillende methodieken kunt toepassen

• De PMBoK Guide beschrijft de 4 levenscyclus fasen van een project, met de daarbij behorende 5 procesgroepen.

• 9 kennisgebieden van projectmanagement, met de daarbij behorende inputs, tools & techniques en outputs.

• Het geeft je een compleet beeld van wat je allemaal tegenkomt in het projectmanagement vakgebied.

• Wereldwijd de standaard voor projectmanagement met meer dan 700.000 leden/gecertificeerden

• PMI is gevestigd in Amerika, examen is in het Engels

• Je doet kennis op van alle kennisgebieden binnen projectmanagement, gericht op inputs, tools & techniques en outputs

• Wereldwijde best practices en één gezamenlijke taal

• Certificering mogelijk, 2 verschillende niveaus (CAPM en PMP)

• Examen en lidmaatschap relatief goedkoop in vergelijking met IPMA

• In NL relatief onbekend in vergelijking met IPMA

• Enorm uitgebreid, niet alle kennisgebieden zul je dagelijks gaan gebruiken

• Gericht op projectmanagers niet zozeer op ondersteuning

• CAPM certificering gelden toelatingseisen

• CAPM certificering beperkt (5 jaar) geldig en geen hercerticifering mogelijk en bij PMP certificering jaarlijks x-aantal punten halen

• Starting the project• Organizing & Preparing• Carrying out the work• Closing the project

Levenscyclus• Starting the project• Organizing & Preparing• Carrying out the work• Closing the project

Procesgroepen• Initiating• Planning• Executing monitoring

controlling • closing

Kennisgebieden• Integration Management• Scope Management• Time Management• Cost Management• Quality Management• Human Resources

Management• Communications

Management• Risk Management• Procurement Management

Kennisgebieden• Integration Management• Scope Management• Time Management• Cost Management• Quality Management• Human Resources Management• Communications Management• Risk Management• Procurement Management

• Knowledge• Skills• Techniques• Tools

• Gebaseerd op de IPMA Competence Baseline (ICB)

• De NCB is een vertaling hiervan naar de NL situatie en bevat de belangrijkste onderwerpen en aspecten van projectmanagement.

• De NCB geeft beknopt aan welke zaken een projectmanager moet weten en kunnen, maar legt deze niet uitputtend uit.

• Is strikt genomen geen methodiek, maar een raamwerk waarop je verschillende methodieken kunt toepassen

• 3 competentiegebieden en 46 competentie-elementen

• IPMA is gevestigd in Zwitserland en er zijn meer dan 130.000 leden/gecertificeerden

• 2.400 leden in NL en daarmee relatief bekend, examen in NL

• Je doet kennis op van het brede spectrum van project management, gericht op benodigde competenties

• Certificering mogelijk, 4 verschillende niveaus (van D t/m A)

• Vooral op West-Europa gericht

• Voor IPMA-D geen voorkennis nodig, wel handig

• IPMA-D certificering beperkt geldig (5 jaar) hercertificering niet mogelijk, IPMA-C, -B en -A certificering beperkt (5 jaar) geldig met mogelijkheid tot hercertificering

• Examen en lidmaatschap relatief prijzig in vergelijking met PMBoK

Contextuele competenties

Technische competenties

Gedragsmatige competenties

Als je ervoor kiest om je te specialiseren in projectmanagement dan kom krijg je te maken met verschillende projectmanagement-methodieken (zowel traditionele als vernieuwende). We behandelen hier de vernieuwende methodieken.

• De verschillende vernieuwende methodieken in een notendop

• Op één methodiek (naar keuze) gaan we inzoomen

• Voor- en nadelen van de verschillende vernieuwende methodieken

• PROJECTMATIG CREËREN 2.0. (PMC)

• AGILE

• SCRUM

Op welke vernieuwende methodiek willen jullie inzoomen?

• PMC mixt de kracht van traditionele projectmanagement-methodieken met aspecten als: commitment, inspiratie, passie, persoonlijk leiderschap, beleving, samenwerking, verbinding, plezier, inspiratie en creativiteit.

• PMC maakt gebruik van de creatielemniscaat, als je rekening houdt met deze 4 aspecten, de relaties daartussen en met de succesfactoren wordt de kans op projectsucces vergroot.

• De projectlevenscyclus en procesgroepen worden steeds vanuit de 4 zijden van de creatielemniscaat belicht.

• PMC combineert inzichten vanuit verandermanagement met de bewezen projectmanagementmethodieken.

• De creatielemniscaat kent een minimum aan sturing; zo wordt werken in projecten leuker, efficiënter en creatiever.

• PMC combineert inzichten vanuit verandermanagement met de bewezen projectmanagement-methodieken.

• Methode is inmiddels uitgebreid naar programmatisch creëren, dit is een teken dat het steeds vaker wordt toegepast.

• De verbeterde versie van Projectmatig Werken (PMW)

• Niet iedereen kan omgaan met de hoge mate van zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid.

• Geen erkende certificering, je kunt wel een workshop volgen.

• PMC is een Nederlandse methode, en zorgt binnen een internationale omgeving niet voor één gemeenschappelijke taal.

• Gebaseerd op DSDM Atern en het Agile Manifesto.

• Agile is een raamwerk waarbinnen je verschillende methoden, zoals Scrum, RUP en eXtreme Programming kunt toepassen.

• De Agile filosofie werkt vanuit: Process, People, Products en Practices.

• Agile kent 8 principes en een eigen projectlevenscyclus.

• Met Agile kunnen bedrijven betere producten en diensten ontwikkelen en deze sneller op de markt brengen.

• Agile is een waardegedreven gedachtegoed dat organisaties in staat stelt snel en effectief te reageren op veranderingen.

• Agility = wendbaarheid.

• De gedacht achter Agile werken is dat een organisatie in staat is versneld waarde te kunnen creëren (tijd die nodig is om van idee tot een product te komen) wordt verkort. Dit vereist meer dan alleen IT.

• 4 x per jaar open Agile examen.

• Agile werkt goed samen met PRINCE2.

• Scrum wordt als Agile methode het vaakst gebruikt.

• Agile geniet grote bekendheid in de IT-sector, daarbuiten is bekendheid langzaam groeiende.

• Om business agility te realiseren moet een organisatie in zijn geheel de Agile werkwijze ondersteunen.

• In grote organisaties zijn er hindernissen te nemen. Deze hindernissen liggen o.a. op het vlak van HR en beloning, management, cultuur, manier van werken en organisatiestructuur.

• Agility beklijft alleen binnen een voortdurende lerende organisatie.

Agile

• Mensen en interactie

• Werkende software

• Samenwerken met de klant

• Inspelen op veranderingen

boven

• boven

• boven

• boven

• boven

Traditioneel

• Processen en Tools

• Uitgebreide documentatie

• Contract-onderhandelingen

• Het volgen van een plan

4 P’s • Process• Products• People• Practices

• Scrum komt vanuit het rugby en wordt toegepast op het Scrum bord (3 vakken, To Do, Busy, Done). Het team brengt de losse taken, gezamenlijk, met elkaar, schouder aan schouder, gedurende de sprint naar het Done vak. Dat lijkt op een Scrum uit het rugby.

• Het motto van de Scrum Alliance is ‘Transforming the world of work’

• Scrum focust op het snel leveren van zoveel mogelijk waarde.

• Scrum zorgt voor kwaliteit, inzichtelijkheid en voorspelbaarheid.

• Scrum zorgt voor vroege feedback.

• Scrum zorgt dat iedereen met plezier gaat doen waar hij goed in is.

• Scrum kent 5 principes, 13 spelregels, 2 lijsten, 3 rollen en 4 bijeenkomsten.

• Bijna ieder softwareteam werkt met Scrum en het wordt daarbuiten steeds vaker gebruikt.

• Scrum werkt met korte cycli met een vaste doorlooptijd (sprints) en stuurt op een werkend product met maximale waarde.

• Na iedere sprint wordt er een werkend product (een deel van de oplossing) opgeleverd dat goed genoeg is om uitgeleverd te worden aan klanten of gebruikers.

• Je kunt Scrum combineren met Agile projectmanagement en PRINCE2.

• Hoewel Scrum steeds vaker gebruikt wordt in de wereld buiten de softwareontwikkeling en IT, is het als hoofd projectmanagement methode nog niet vaak gebruikt.

• Scrum vraagt om een grote mate van zelforganiserend vermogen, niet ieder team kan dit aan.

• Scrum vraagt om commitment; het team committeert zich aan het werk in een sprint

• Scrum vraagt om een andere sturing, het zelforganiserend vermogen van het team is hoog, dus geen sturing maar een faciliterende rol.