merkteken beest of Geest

Post on 13-Jul-2015

433 views 0 download

Transcript of merkteken beest of Geest

Welkom

Voorganger ds Sijtsma – van

Oeveren

Organist Johannes de Vries

Thema: “Merkteken van het

beest of van de Geest????”

VDD JdH 458

Neem de wereld, geef mij Jezus

Neem de wereld, geef mij Jezus,

wereldvreugd‟ gaat ras voorbij,

maar de liefde van mijn Heiland

blijft voor eeuwig rijk en vrij.

Refr.

O, de hoogt‟ en lengt‟ en diepte

van zijn liefde, zonder peil!

O! de volheid van verlossing,

onderpand van ‟t eeuwig heil

Neem de wereld, geef mij Jezus,

want Zijn troost is zalig, zoet;

Hij bewaakt mij, geeft mij vrede,

dit is ‟t wat mij juichen doet.

Refr.

O, de hoogt‟ en lengt‟ en diepte

van zijn liefde, zonder peil!

O! de volheid van verlossing,

onderpand van ‟t eeuwig heil

Neem de wereld, geef mij Jezus,

want in Hem heb „k eeuwig licht,

en op ‟s levens weg met Jezus,

blijft geen duisternis in „t zicht.

Refr.

O, de hoogt‟ en lengt‟ en diepte

van zijn liefde, zonder peil!

O! de volheid van verlossing,

onderpand van ‟t eeuwig heil

Neem de wereld, geef mij Jezus.

„k Weet, Hij stierf voor mij aan ‟t

kruis.

„k Dank Hem hier en ook voor

eeuwig,

als „k Hem zie in ‟t Vaderhuis.

Refr.

O, de hoogt‟ en lengt‟ en diepte

van zijn liefde, zonder peil!

O! de volheid van verlossing,

onderpand van ‟t eeuwig heil

Welkom

Voorganger ds Sijtsma – van

Oeveren

Organist Johannes de Vries

Thema: “Merkteken van het

beest of van de Geest????”

P 99 – 1, 4

God is Koning,

Psalm 99 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 99 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Stil gebed

Votum en groet

Aansluitend G 457 – 1, 3

Heilig, heilig, heilig (LvdK 457) t. R. Heber; v. W. Barnard; m. J.B. Dykes

Heilig, heilig, heilig (LvdK 457) t. R. Heber; v. W. Barnard; m. J.B. Dykes

Heilig, heilig, heilig (LvdK 457) t. R. Heber; v. W. Barnard; m. J.B. Dykes

Heilig, heilig, heilig (LvdK 457) t. R. Heber; v. W. Barnard; m. J.B. Dykes

Verootmoediging

daarna P 51 - 1

Psalm 51 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 51 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

Genadeverkondiging

daarna G 470 – 2, 1

Wat vlied‟ of bezwijk‟ (LvdK 470) t. J.A. Böhringer; m. „Hanover‟ 1708

Wat vlied‟ of bezwijk‟ (LvdK 470) t. J.A. Böhringer; m. „Hanover‟ 1708

allen:

Wetslezing

daarna P 51 - 5

Psalm 51 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 51 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt, J. Wit; m. L. Bourgeois 1551

Gebed om verlichting met de

Heilige Geest.

Jezus houdt van alle kleine

kinderen

Jezus houdt van alle kleine kinderen

Jezus houdt van alle kleine kinderen

Jezus houdt van alle kleine kinderen

Alle kleine kinderen mogen komen.

Eén kleine, twee kleine,

drie kleine kinderen,

vier kleine, vijf kleine,

zes kleine kinderen,

zeven kleine, acht kleine,

negen kleine kinderen,

alle kleine kind'ren mogen komen.

Jezus houdt van alle twitteraars

Jezus houdt van alle twitteraars

Jezus houdt van alle twitteraars

Alle twitt‟raars mogen komen.

Eén twiter, twee twiter,

drie twitteraars,

vier twiter, vijf twiter,

zes twitteraars,

zeven twiter, acht twiter,

negen twitteraars,

alle twitt‟raars mogen komen.

Wij gaan, tot straks!!

Lezen Openb. 12 : 1 t/m 9, 13 en

Openb 13 : 1 t/m 8, 11 t/m 18 HSV

1 En er verscheen een groot teken in

de hemel: een vrouw, bekleed met

de zon, en de maan was onder haar

voeten en op haar hoofd een kroon

van twaalf sterren.

2 En zij was zwanger en schreeuwde

het uit in barensnood en in haar pijn

om te baren.

3 En er verscheen een ander teken

in de hemel.

En zie: een grote vuurrode draak

met zeven koppen en tien horens.

En op zijn koppen zeven diademen.

4 En zijn staart veegde het derde

deel van de sterren van de hemel en

wierp die op de aarde. En de draak

stond voor de vrouw, die op het punt

stond te baren, om haar Kind te

verslinden, zodra zij Het gebaard

zou hebben.

5 En zij baarde een Zoon, een

mannelijk Kind, dat alle

heidenvolken zal hoeden met een

ijzeren staf. En haar Kind werd

weggerukt naar God en naar Zijn

troon.

6 En de vrouw vluchtte naar de

woestijn, waar zij een plaats had, die

door God voor haar gereedgemaakt

was,

opdat men haar daar zou voeden twaalfhonderdzestig dagen.

De strijd van Michaël met de draak

7 Toen brak er oorlog uit in de hemel: Michaël en zijn engelen voerden oorlog tegen de draak, ook de draak en zijn engelen voerden oorlog. 8 Maar zij waren niet sterk genoeg, en hun plaats werd in de hemel niet meer gevonden.

9 En de grote draak werd

neergeworpen, namelijk de oude

slang, die duivel en satan genoemd

wordt, die de hele wereld misleidt.

Hij werd neergeworpen op de aarde

en zijn engelen werden met hem

neergeworpen.

13 En zodra de draak zag dat hij op

de aarde was neergeworpen, ging hij

de vrouw vervolgen die het

mannelijke Kind gebaard had.

1 En ik zag uit de zee een beest opkomen, dat zeven koppen en tien horens had, en op zijn horens waren tien diademen, en op zijn koppen een godslasterlijke naam.

2 En het beest dat ik zag, leek op een panter, en zijn poten waren als die van een beer, en zijn muil was als de muil van een leeuw. En de draak gaf hem zijn kracht, zijn troon en grote macht.

3 En ik zag een van zijn koppen als

dodelijk gewond, maar zijn dodelijke

wond werd genezen. En de hele

aarde ging het beest met

verwondering achterna.

4 En zij aanbaden de draak, omdat

hij aan het beest macht gegeven

had. En zij aanbaden het beest en

zeiden: Wie is aan dit beest gelijk?

En wie kan er oorlog tegen voeren?

5 En het werd een mond gegeven

om grote woorden en

godslasteringen te spreken, en het

werd macht gegeven om dit

tweeënveertig maanden lang te

doen.

6 En het opende zijn mond om God

te lasteren,

om Zijn Naam te lasteren en Zijn tent

en hen die in de hemel wonen.

7 En het beest werd macht gegeven

om oorlog te voeren tegen de

heiligen en om hen te overwinnen,

en hem werd macht gegeven over

elke stam, taal en volk.

8 En allen die op de aarde wonen,

zullen het aanbidden, althans van

wie de namen niet zijn geschreven in

het boek des levens van het Lam Dat

geslacht is, van de grondlegging van

de wereld af.

11 En ik zag een ander beest

opkomen, uit de aarde, en het had

twee horens, als die van het Lam,

maar het sprak als de draak.

12 En het oefent al de macht van het

eerste beest voor zijn ogen uit, en

het maakt dat de aarde en zij die er

wonen het eerste beest aanbidden,

waarvan de dodelijke wond genezen

was

13 En het doet grote tekenen, zodat

het zelfs vuur uit de hemel laat

neerkomen op de aarde, voor de

ogen van de mensen.

14 En het misleidt hen die op de

aarde wonen door middel van de

tekenen die het gegeven zijn te doen

voor de ogen van het beest. En het

zegt tegen hen die op de aarde

wonen,

dat zij een beeld moeten maken voor

het beest dat de wond van het

zwaard had en weer levend werd.

15 En hem werd macht gegeven om

een geest te geven aan het beeld

van het beest, opdat het beeld van

het beest zelfs zou spreken,

en zou maken dat allen die het beeld

van het beest niet zouden

aanbidden, gedood zouden worden.

16 En het maakt dat men aan allen,

kleinen en groten, rijken en armen,

vrijen en slaven een merkteken geeft

op hun rechterhand of op hun

voorhoofd,

17 en het maakt dat niemand kan

kopen of verkopen,

behalve hij die dat merkteken heeft,

of de naam van het beest of het getal

van zijn naam.

18 Hier is de wijsheid. Wie verstand

heeft, laat hij het getal van het beest

berekenen, want het is een getal van

een mens, en zijn getal is

zeshonderdzesenzestig.

ELB 246

Ik bouw op U,

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

allen:

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

Ik bouw op U (EL 246) t, anoniem; m. J. Sibelius

8 En allen die op de aarde wonen,

zullen het aanbidden, althans van

wie de namen niet zijn geschreven in

het boek des levens van het Lam Dat

geslacht is, van de grondlegging van

de wereld af.

Welk merkteken draagt

u/draag jij?

P 97 – 1, 3, 5, 6

Groot Koning is de Here

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Psalm 97 (LvdK) t. A.C. den Besten; m. Genève 1562

Danken en voorbeden

Collecte: St Mensenkinderen

en eigen gemeente

ELB 140

Kroon Hem met gouden kroon

allen:

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Kroon Hem met gouden kroon (EL 140) t. anoniem; m. G.J. Elvey

Zegen

Zegen ons, Algoede (LvdK 456) t. J. Gossner; v. J.E. van der Waals; m. Chr. Gregor