Post on 03-Aug-2021
Collectief eetcafé De Baas
COLOFON
Uitgever Vereniging Frons
Oudegracht 265 G
3511 NN Utrecht
Titel Tappen uit principe | collectief eetcafé De Baas 1976-2008
Productie Inge Piena
Tekst Koen-Machiel van de Wetering
Wanda Zoet (p. 100, 101, 128, 129)
Inge Piena (p. 130-134)
Research Koen-Machiel van de Wetering & Channa Kalmann
Met dank aan: Mariet van Beurden, Mieka Vroom, Nienke Feis, Olga Matthijssen,
Sander Tekelenburg
Geïnterviewden Albo Helm, Arend Wesdijk, Arjan van de Merwe, Arjen van Gend, Cok Vergeer, Dick van der
Peijl, Heleen van Nierop, Henk Droog, Henk van Veen, Ingmar Heytze, Kees Brussel, Koos
Meinderts, Linda Lankreijer, Margot Verstegen, Martin Clobus, Mieke Hegge, Pim van Leeu-
wen, Roger Vossen, Rutger Amons, Steven Koopman, Thea Simon, Wim Joosten
Fotografie Anouk Prins (p.115), Fred Lijdsman, Hans Cornelissen, Henny de Jong, Jan Adema, Jan
Lankveld (p. 10, 50, 53-b/o, 54-b/ro, 55, 59), Janus Ruighaver, Jenneke Bakker, Jeroen
Broeder (p. 83-r, 88, 89, 92, 103), Jeroen Jumelet (p. 125, 126), Jes Kleijnen, Joop ten
Damme, Joop Kessels, Joost Grol (p. 71), Judith Breedveld, Kees Brussel, Linda Lankreijer,
Lucas Janssen, Maarten Hartman (p. 97), Marnix Schmidt (p. 120), Martin Clobus, Mieke
Hegge, Moniek van Zijl, Peter Minken, Puk Witte, Roger Vossen, Sandra van Weelderen,
Sijmen Hendriks (p. 71), Timon Blok, Trees Kosterman
Illustraties Albo Helm (p. 8, 32, 33, 116), Ron Glasbeek (p.16)
Vormgeving Henk Droog | Dvada
Drukwerkbegeleiding Reflextra
Druk Krips
ISBN 978-90-9024369-6
© Juni 2009, Utrecht
Bestelinformatie Verkoopprijs € 15,- | Boekhandel de Rooie Rat
Oudegracht 65 | 3511 AD Utrecht | tel. 030 2317189 | www.rooierat.nl
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevens-bestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of door fotokopieën, opnamen ofenige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.
Koen-Machiel van de Wetering
TAPPEN UITPRINCIPE
collectief eetcafé
De Baas
1976-2008
Collectief eetcafé De Baas
INHOUD
Voorwoord 5
1 HET GROTE PLAN | 1975 9
2 VLIEGENDE START | 1976-1977 19
• Actie - Tappen zonder pas 34
3 WEERBARSTIGE IDEALEN | 1977-1978 37
• Over de Singel - Geen dasjes, geen pasjes, maar lekkere basjes 46
4 OP DE BARRICADEN | 1979-1982 51
• Feminisme - Baas in eigen Baas 60
5 EEN ANDER GEZICHT | 1982-1983 65
• Relaties - Liefde in de Baas z'n tijd 74
• Baaspost - Strijdbare groetjes 76
6 NIEUW ELAN | 1983-1984 79
• Verhuizing - Koken in de kelder 86
7 KRAP BIJ KAS | 1984-1990 91
• Menu - Het geheim van de donderdagkoks 100
• Baasweekenden - Slaapzakken mee! 102
8 OPEN PODIUM | 1990-1997 105
• Poëziecircus: “Poëzie is goed, dichters zijn goed, kleinschalig is goed” 114
9 LAATSTE RONDE | 1998-2008 117
• Klanten - Er kan er maar één De Baas zijn 128
• Herinneringen - Bazers kijken terug 130
Fooienpotten 135
Wat gebeurt er met het geld? 136
5Voorwoord
Collectief eetcafé De Baas in
Utrecht heeft op 5 juni 2008, na
32 jaar, zijn deuren gesloten. Dat
was onvermijdelijk. Wie dit boek
uit heeft, zal begrijpen waarom.
Vrijwel iedereen die we de laatste tijd hebben
gesproken, vindt het jammer dat De Baas niet
meer bestaat en dat daarmee een functie is
verdwenen uit het Utrechtse linkse leven. Die van
fonds voor bedrijfjes en goede doelen, maar ook
die van restaurant, werkplek, ontmoetingsplaats
en podium. En dat allemaal op zo’n prachtige
locatie: met uitzicht op de Oudegracht.
Maar net zoals de maatschappelijke omstandig-
heden in de jaren zeventig aan de basis stonden
van de oprichting van De Baas, zo veroorzaakten
de veranderde omstandigheden van het afgelopen
decennium het einde ervan. Door de tempobeurs
en de lage werkeloosheidscijfers hadden nog maar
weinig mensen tijd voor zo’n intensieve vrijwil-
ligersklus en de noodzaak om de maatschappij te
veranderen werd ook minder gevoeld.
Het café begon verlies te draaien. En omdat het
geld dat het pand op zou leveren juist heel veel
nieuwe initiatieven kon ondersteunen, besloot het
collectief tot verkoop. Gekozen werd om het
kapitaal onder te brengen in twee fondsen op
naam, die nog jarenlang het doel van het
collectief zullen blijven nastreven: ‘structuren
doorbreken die mensen onvrij maken’.
En er is meer, want ook op talloze andere
manieren heeft De Baas zijn sporen nagelaten.
Als broedplaats voor wereldverbeterende en
andere creatieve ideeën. Maar ook als leerschool,
vangnet, ontmoetingsplaats, uitlaatklep en
podium heeft het ruimte geboden aan mensen om
zichzelf en elkaar te ontwikkelen. En ten slotte in
de talloze gesteunde bedrijfjes, initiatieven en
doelen die op hun beurt weer mensen verder
hielpen en helpen. Een heus sneeuwbaleffect.
Rest ons niets meer dan de mensen te bedanken
die ervoor gezorgd hebben dat het eetcafé 32 jaar
heeft kunnen bestaan: de Bazers; de koks, de
tappers en de serveerders; alle collectiefleden die
met hart en ziel en soms nog veel meer hun
steentje bijdroegen.
Wij, De Baas.
Dus:
OPEN EINDE
6 Collectief eetcafé De Baas
Abdel, Abdel, Abderrahim, Abdeslam, Achmed,
Ad, Ad, Ad, Adinda, Afke, Agaath, Al, Albert, Al-
bert, Albo, Aleid, Alex, Alexander, Alfons, Ali, Ali,
Ali, Alice, Alice, Alrik, Aly, Amir, André, André, An-
gela, Angenieta, Anita, Anita, Anita, Anja, Anke,
Ankie, Anneke, Annelies, Annelies, Annemarie,
Anne-Marie, Annemiek, Annemieke, Annemieke,
Annet, Annet, Annet , Annewiek, Annick, Annick,
Ans, Ansfried, Anton, Anton, Aqing, Arend, Arend,
Ariane, Ariëtte, Aris, Arjanne, Arjen, Arlien, Arna,
Arnold, Arnold, Astrid, Axel, Aziz, Aziz, Barbara,
Bart, Bart, Bart, Bart , Bas, Belinda, Ben, Benito,
Bernadette, Bernhard, Bert, Bert, Bert, Bert, Bet-
tie, Betty, Bianca, Bianca, Bonne, Bouke, Bowine,
Bregje, Carla, Carla, Carmen, Carola, Carolien, Ca-
rolien, Carolien, Caspar, Catelijne, Cathy, Catrien,
Ceciel, Cecile, Cecile, Cees, Charlotte, Chrisje,
Christine, Cobi, Cok, Corina, Corné, Corrie, Corry,
Cynthia, Daniel, Daniëlle, Daphne, Daphne, David,
Deanna, Deirdre, Dennis, Dereje, Desirée, Desirée,
Dian, Diana, Diana, Diana, Dick, Dick, Dick, Dick,
Diets, Dirk, Dirk-Jan, Djoke, Donglian, Douwe,
Ebram, Ed, Ed, Edith, Edje, Eduard, Edward, Ed-
win, Eef, Eléna, Eli, Ellen, Ellen, Ellis, Elly, Els,
Els, Els, Els, Els, Els, Els, Elsie, Emmy, Emmy,
Emmy, Eric, Erik, Erik, Erik, Erwin, Estévan, Es-
ther, Esther, Esther, Etienne, Eugène, Eus, Evelien,
Evelien, Eveline, Eveline, Evert, Fadette, Fatiha,
Fijtje, Floor, Floortje, Flor, Florine, Foenke, Folkert,
Francis, Frank, Frank, Frans, Frans, Frans, Fred,
Frederike, Frieda, Frits, Frouke, Gabrie, Gauko,
Gea, Geert, Gemma, George, Ger, Gerard, Gerard,
Gerard, Gerard, Gerrit, Gerrit, Gerry, Gerry, Gert,
Gert, Gert, Gert-Jan, Gijs, Gina, Guido, Gusje,
Guus, Habib, Hajo, Hamid, Hamid, Hana, Hans,
Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans,
Harrie, Harrie, Harry, Harry, Harry, Harry, Havid,
Heidi, Heleen, Helma, Hemmen, Henk, Henk,
Henk, Henk, Henk, Henk-Jan, Hennie, Henny,
Henny, Henny, Henri, Henriette, Herman, Hester,
Heybat, Huguette, Iana, Ida, Ilona, Ilona, Ilse, Ine,
Ineke, Ineke, Ineke, Ineke, Inez, Inge, Inge, Inge,
Inge, Ingrid, Ingrid, Iris, Iris, Irmin, Isaac, Isabel,
Isidoor, Ivo, Iwan, Jaap, Jaap, Jaap, Jacqueline,
Jacqueline, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan,
Janet, Jan-Jaap, Jannie, Jannie, Jannie, Jantelle,
Janus, Jaro, Jasper, Jeanette, Jeanette, Jelly, Jen-
neke, Jeroen, Jeroen, Jeroen, Jeroen, Jes, Jessica,
Jet, Jet, Jet, Jildou, Jimmy, Joan, Joan, Joanne, Jo-
han, Johan, Joke, Joke, Joke, Joke, Jolanda, Jo-
lande, Jolies, Jonas, Joni, Joop, Joop, Joost, Jo-
ram, Jord, Jorien, Joris, Jos, Jos, José, Josta,
Judith, Judith, Judith, Judith, Jules, Jurgen, Karel,
Karel, Karen, Karen, Karim, Karin, Karin, Karin,
Karin, Katja, Kees, Kees, Khalid, Kim, Kirsten,
Kitty, Kitty, Kiyomi, Koen, Koos, Krish, Laurent,
Lavinia, Lea, Lena, Lenneke, Leo, Leo, Leo, Leo,
Leonie, Leonie, Lianne, Lidy, Lien, Lies, Lies, Lies-
beth, Liesbeth, Liesbeth, Lilianne, Lin, Linda,
Linda, Lisette, Liza, Loes, Loes, Lonneke, Lotte,
Louke, Luc, Lucas, Maaike, Machteld, Madeleine,
Manfred, Manon, Manon, Marc, Marc, Marcella,
7Voorwoord
Marcha, Marchje, Marco, Marcus, Marga, Margo,
Margot, Margot, Margriet, Maria, Marian, Marian,
Marian, Marian, Marian, Marianne, Marianne, Ma-
rianne, Marianne, Marica, Marieke, Marieke, Ma-
riëtte, Marije, Marion, Marion, Marion, Mariska,
Mariska, Marit, Marja, Marja, Marja, Marja, Marjan,
Marjolijn, Mark, Mark, Mark, Mark, Markus, Mar-
leen, Marlijn, Marlinde, Martha, Martijn, Martin,
Martin, Martin, Martine, Mascha, Mathasyo, Mau-
rice, Meg, Merel, Merel, Merel, Michael, Michel,
Michel, Mieka, Mieke, Mieke, Mike, Mikkie,
Minna, Miranda, Mirella, Miriam, Mirjam, Mirko,
Miro, Mohammed, Monica, Moniek, Monique, Mo-
nique, Monique, Monique, Monique, Monique, Mo-
nique, Mop, Mustava, Mylène, Nanda, Nanja,
Nanja, Nanneke , Natascha, Nathalie, Nathan,
Neddy, Nelleke, Nellie, Nellie, Netty, Nico, Nicole,
Nicolette, Niek, Niels, Nienke, Nienke, Odette,
Ody, Olav, Ole, Olga, Orlando, Oscar, Oscar, Oscar,
Patrick, Paul, Paul, Paul, Paul, Pauline, Pepijn,
Peter, Peter, Peter, Peter, Peter, Peter, Peter, Petra,
Petra, Petros, Phil, Piet, Piet, Pieter, Pieter, Pim,
Pim, Plien, Puk, Rafaël, Raquel, Rebekka, Reinier,
René, René, René, René, René, René, Rens,
Rianne, Rianne, Rianne, Richard, Rineke, Rita,
Rob, Rob, Rob, Rob, Rob, Robert-Paul, Roeke,
Roel, Roger, Roland, Roland, Roland, Ron, Ronald,
Ronny, Roos, Roos, Rop, Rosaline, Roxanne, Ru-
ben, Ruben, Rudi, Rutger, Ruud, Ruud, Ruud, Sa-
bine, Sammy, Sandra, Sandrine, Sanna, Sanne,
Sarah, Saskia, Saskia, Saskia, Saskia, Shewane,
Silvie, Simona, Simone, Simone, Simone, Sjaak,
Sjak, Sjarel, Sjors, Stefan, Stephan, Steven, Su-
naya, Susan, Susanne, Susy, Suzan, Sven, Sylvia,
Sylvia, Sylvia, Taliet, Tamara, Tanja, Tarek, Terry,
Thea, Theo, Theo, Theo, Thomas, Tijs, Tilo, Tim, Ti-
mon, Tineke, Tom, Tom, Ton, Ton, Ton, Ton, Ton,
Ton, Tonny, Tony, Toos, Trees, Trudie, Truus, Uwe,
Valeria, Vera, Vincent, Vincent, Vincent, Walter,
Walter, Walter, Wendela, Wendeline, Wendy, Wie-
ger, Wilbert, Wilbert, Wilfred, Willeke, Willeke, Wil-
lem, Willem, Willemien, Wilma, Wilma, Wilma,
Wim, Wim, Wim, Wim, Wim, Wing Fai, Wouter,
Wouter, Ximena, Yader, Yana, Yang, Yvo, Yvon,
Yvonne, Yvonne, Zegert en Zhu.
Dank je wel!
Lees dit boek om te weten wat voor moois
je hebt aangericht.
Kees Brussel, Steven Koopman, Inge Piena
Bestuur Vereniging Frons, juni 2009
1 HET GROTE PLAN
In dat plan wordt eerst de hele naoorlogse geschie-
denis van Nederland doorgenomen. Zo blikken de
schrijvers uitgebreid terug op de roerige jaren zestig,
waarin een deel van de babyboomgeneratie “die in
het kader van de algehele vrijheid bij elkaar gevrijd
was” het dwingende “keurslijf van structuur, patro-
nen en normen” ter discussie had gesteld. “De klap
kwam hard aan en de samenleving wist niet wat ze
ermee aan moest. Het gezag (en haar dragers) sta-
pelde blunder op blunder; mensen werden gearres-
teerd omdat ze krenten uitdeelden.”
Je opent een kroeg, je sleurt wat
poen en daarmee sponsor je een
keten van bedrijfjes waarin wer-
kers zélf de dienst uitmaken. Dat
is, kort samengevat, het idee ach-
ter collectief café De Baas.
Het meesterbrein achter dit plan is Harrie Jekkers,
die in 1975 Engels studeert in Groningen. ’s Avonds
klust hij bij in ‘Mevrouw de Bruin’, de kroeg van zijn
oude schoolvrienden Cok Vergeer en Peter Minken.
In dat café worden de eerste proefballonnetjes opge-
laten en als Harrie les gaat geven in Utrecht legt hij
het idee ook daar aan allerlei mensen voor. Zo mobi-
liseert hij een groep van twintig mensen, waarvan het
grootste deel afkomstig is uit Den Haag. Maar liefst
veertien van hen zijn stelletjes.
Harries plan is even simpel als ambitieus: versla het
kapitalisme met zijn eigen wapens. Maar in de jaren
zeventig hebben idealisten heel wat meer woorden
nodig om hun plannen duidelijk te maken. En dus
schrijven Harrie, Cok en Cees Grimbergen in de
herfst van 1975 een dertig pagina’s tellend plan:
‘Hoe een bruine kroeg de wereld bestormde’.
9
“WAAR JE OOK WERKT
IN DEZE OVERGESTRUC-
TUREERDE MAATSCHAPPIJ,
DE PRODUCTEN VAN JE
ARBEID ZIJN TOCH ALTIJD
EEN BEETJE VREEMD,
GEMAAKT OP BASIS VAN
ANDERMANS KAPITAAL”
TIJD VOOR HERVERDELING
VAN DE MACHT
jaren zestig in wezen niets heeft veranderd. Want
“de oude, direkt onder de oppervlakte liggende
struktuur is blijven bestaan; de kulturele revolutie
heeft de oorspronkelijke machtsverhoudingen vrijwel
onbeschadigd gelaten.” Daarom is de tijd aangebro-
ken voor een nieuwe revolutie, die van de “herverde-
ling van de macht”. Volgens Hofland is deze revolu-
tie nog maar nauwelijks begonnen. “Dat blijkt hieruit,
dat iedereen die zich werknemer mag noemen, voor
dit werk en zijn loon, het plezier in zijn werk, zijn toe-
komst en zijn zelfrespekt direkt afhankelijk is van de
autoriteiten, op wie hij als het erop aankomt [...]
geen enkele invloed kan uitoefenen.” Oftewel, zo vat-
ten de schrijvers Hoflands visie bondig samen:
“Voordat je het weet sta je op straat.”
RevolutieHarrie, Cok en Cees staan in hun kritiek niet alleen.
In de jaren zeventig is er volgens hen breed verzet
tegen de machtsverhoudingen in “wereld, land, stad,
wijk, gezin, bedrijf, school, universiteit, leger en
kerk”. Er zijn derdewereldwinkels, milieuwerkgroe-
pen, feministen, studentenvakbonden, dienstweige-
raars, muurkranten “en zo zou je nog uren door kun-
nen gaan”. Maar er is géén sprake van revolutie.
“Wanneer je de hierboven vermelde opsomming be-
kijkt, zou je kunnen denken dat ongeveer 100% van
de Nederlandse bevolking zich dagelijks bezighoudt
met verzet tegen het bestel. Niets is minder waar!”
Want “de meeste mensen voeren uitsluitend aktie
voor zichzelf”. Bovendien staat de gezapige meer-
derheid van brave burgers echte vooruitgang in de
weg. De meeste mensen zijn namelijk wel ontevre-
den, maar blijven gewoon meedraaien in het sys-
teem. “Conclusie: de onvrede van deze mensen
Collectief eetcafé De Baas10
De acties van Provo spreken de schrijvers zeker tot
de verbeelding. Maar toch is de opstand ontoerei-
kend geweest, vinden ze. “Organisatorisch, ideolo-
gisch én politiek was er onvoldoende basis gelegd.”
Met instemming citeren ze publicist Henk Hofland,
die in 1972 stelde dat de culturele revolutie van de
1975 | Het grote plan
heeft altijd betrekking op hun PLAATS in het sys-
teem, maar het systeem zélf wordt nooit fundamen-
teel bekritiseerd…” En van de kleine groep die bui-
ten dat systeem staat (“delinquenten, de rosse
wereld, alcoholici en drug-verslaafden”) is ook wei-
nig heil te verwachten. Want die “randfiguren” keren
de maatschappij dan wel de rug toe, maar doen dat
alleen omdat ze geen enkele hoop meer hebben dat
ze die kunnen veranderen.
Maar wat moet je dán als je geen radertje in de kapi-
talistische machine wilt worden? “Tja… dan zul je je
genoodzaakt zien om je eigen werk- en leefwereldje
te creëren (een moeilijke zaak in deze volle wereld,
waar elke grasspriet geteld is). Om dat eigen we-
reldje te creëren, is geld nodig, en dan zul je toch je
rechterhand vuil moeten maken om de vrijheid van
de linker te garanderen.” Hierbij denken de plan-
schrijvers aan woongemeenschappen, werkgemeen-
schappen of combinaties daarvan. Die initiatieven
hebben echter “nauwelijks of geen economische of
politieke relevantie. Zij veranderen niets aan de be-
staande samenleving en kunnen zich als beweging
zeer moeilijk uitbreiden”.
De kroeg die de schrijvers voor ogen hebben, moet
die verandering wél mogelijk maken. “Waar je ook
werkt in deze overgestructureerde maatschappij, de
producten van je arbeid zijn toch altijd een beetje
vreemd, gemaakt op basis van andermans kapitaal
[…] Binnen ons project zorgen we er dus voor dat
dit baalpunt wordt opgelost.” Ook hun onvrede met
het systeem wordt aangepakt. Want via de kroeg ko-
men hopelijk nog veel meer projecten van de grond,
die langzaam maar zeker een tegenwicht kunnen
bieden voor het verderfelijke kapitalisme. Al beseffen
de schrijvers heel goed dat daar wel de nodige ha-
ken en ogen aan zitten. Om die parallelle economie
mogelijk te maken, is namelijk veel geld nodig. En
dat kan alleen worden gegenereerd als mensen be-
reid zijn met minder genoegen te nemen. “Voorop
staat de vrede in het werk en niet de maximale ma-
teriële tegenprestatie. Wanneer we dit op lange ter-
mijn kunnen volhouden, helpen we (op zeer kleine
schaal) mee het streven naar een nieuwe economi-
sche wereldorde te realiseren.”
Goed, een kroeg dus. Maar waarom “een café en
geen profvoetbalclub, zoals ook wel eens is voorge-
steld”? In de eerste plaats omdat zo’n kroeg direct
leuk werk biedt en veel geld kan opleveren voor ver-
volgprojecten. Ook biedt een kroeg de mogelijkheid
“op een kleine schaal alvast iets te doen aan facet-
”OPEN EEN KROEG IN
DE VORM VAN EEN BV
EN RICHT EEN APARTE
STICHTING OP DIE DE
VERVOLGPROJECTEN
GAAT FINANCIEREN”
11
ten die hieruit voortvloeien, kunnen dan fulltime wer-
kers aan de slag die een minimumloon krijgen uitbe-
taald. Maar vooropgesteld dat de kroeg winst gaat
opleveren, welke projecten moeten dan het eerst
worden gesteund? Die beslissing moet worden geno-
men aan de hand van drie criteria. In de eerste
plaats: welk plan biedt het meeste werk, dat met ple-
zier gedaan kan worden? Ten tweede: welk plan le-
vert de grootste bijdrage aan verandering van het
bestel? En ten derde: welk project is het meest ren-
dabel? Volgens de schrijvers moet over dit punt
uitgebreid gesproken worden voordat de kroeg open-
gaat. Want, zo spreken ze profetisch: “Deze proble-
matiek is er gewoon en daar moeten we mee leren
leven. We moeten er echter wel rekening mee hou-
den dat de winstbestemming een punt kan worden
waardoor er heibel ontstaat.”
Ook met het scenario dat de kroeg een groot succes
zal worden, houden de schrijvers rekening. Want
nieuwe werkers mogen natuurlijk nooit een nadelige
invloed hebben op de sfeer. “We moeten dus (effe
een rotwoord) gaan selecteren.” Heeft een nieuwe
werker de juiste motivatie en kan hij zich vinden in
het project? Maar ook: “swingt hij er als persoon lek-
ker in”? Of, zoals Cees het formuleert: “zo’n vogel
moet er lekker inwammen”.
De belangrijkste vraag die de schrijvers echter bezig-
houdt, is de fiscaaljuridische constructie. De be-
stuursvorm is volgens Harrie niet zo’n probleem: “Ik
geloof dat iedereen het er wel mee eens is dat de
zaak op democratische (iese) wijze geregeld moet
worden.” Maar hoe voorkom je dat de fiscus met de
winst aan de haal gaat? Om daarvoor een oplossing
ten van de samenleving waar verandering op zijn
plaats is”. De schrijvers denken hierbij aan sociale
activiteiten (zoals buurtwerk), politieke activiteiten
(zoals discussieavonden) en culturele activiteiten
(zoals muziek, tentoonstellingen en poëzie). Tot slot
is er een aantal praktische voordelen. Zo leent een
kroeg zich prima voor parttime werk en hebben een
paar oprichters reeds horeca-ervaring. Bovendien
kunnen mensen via de kroeg hun “wensdromen” re-
aliseren. Zo kunnen de journalisten in de groep een
“kroegkrantje” starten, de muzikanten een “klein
muziekcentrumpje” beginnen, de vegetariërs de
plantjes water geven en krijgen de psychologen een
“lekker werkterrein”.
Back to realityNa deze grondige theoretische onderbouwing be-
spreken de schrijvers de praktische kanten van hun
plan. Ze verwachten dat de verschillende werkzaam-
heden (tappen, schoonmaken, inkopen, etc.) per
week zo’n 176 uur zullen vergen. Dit betekent dus
dat 22 mensen bereid moeten zijn om zich minimaal
8 uur per week voor het project in te zetten. Daar-
naast moet er veel geld op tafel komen. Niet alleen
voor de aanschaf van een pand, waarvoor een aan-
betaling moet worden gedaan, maar ook voor allerlei
startkosten zoals de inventaris, vergunningen en re-
clame. En vervolgens krijgen ze natuurlijk te maken
met de maandelijkse vaste lasten. Maar daarover
maken ze zich geen zorgen: “Het moet [...] wel heel
gek lopen willen we deze onkosten niet kunnen dek-
ken.”
De schrijvers stellen voor om van de kroeg een
100% vrijwilligersorganisatie te maken. In de projec-
Collectief eetcafé De Baas12
NA DE VERGADERINGEN
WORDT ER GEZONGEN EN
MUZIEK GEMAAKT
te vinden, gaat Jekkers te rade bij de Utrechtse nota-
ris J. Timmers. Die broedt voor hem het ei van Co-
lumbus uit: eerst sticht je een vereniging die als doel
heeft “het opbouwen van een buurtcafé met duide-
lijke sociale functies”. Vervolgens open je een kroeg
in de vorm van een bv en richt je een aparte stich-
ting op die vervolgprojecten gaat financieren. Op die
manier is de bv de enige die vennootschapsbelasting
over de winst moet betalen. Maar omdat die bv (fic-
tieve) loonkosten afdraagt aan de vereniging voor de
inzet van de vrijwilligers, zal er van winst nooit sprake
zijn.
Aan de slag“Wel vrienden”, schrijft F.C. Vogeltik (pseudoniem
van Cees Grimbergen), “de slappe bierbabbel is dan
nu eindelijk gekondenseerd in duizenden realistisch
zwarte tiepletters. […] Harrie’s afgestompte vinger-
topjes zijn tot bloedens toe bewogen; hij is tiepgeil
geweest. Kock boert nog wat na en Cees ziet weer
tevreden toe. Er valt een last van onze schouders en
in jullie brievenbus. BAM, op de deurmat. Til er niet
te zwaar aan. […] Op zich betekenen deze dertig
kantjes natuurlijk niks, maar zoals het altijd is met in-
formatie: je moet er iets mee doen. En dat kan.”
De eerste keer dat die gelegenheid zich voordoet, is
het weekend van 8 en 9 november 1975. Dan ko-
men de twintig oprichters in de Utrechtse Maurits-
straat bijeen om het plan te bespreken. “Twee dagen
lang werd er gediscussieerd”, schrijven Ger Jochems
en Koos Meinderts later, “over de Toestand in de We-
reld en onze onvrede ermee.” Blijkbaar zijn het inte-
ressante discussies, want vlak voor kerst doen de
oprichters het in Groningen nog eens dunnetjes over.
1975 | Het grote plan 13
14 Collectief eetcafé De Baas
Het ei van J.Timmers Bij het zoeken naar de meest geschikte rechtsvorm gaan de oprichters vanDe Baas niet over één nacht ijs. Zo voert Harrie Jekkers enkele gesprekkenmet “kroegbazen en andere commerciële vogels” en vraagt hij ook dewetswinkel en een advocatencollectief om meer informatie. Die kunnenhem niet verder helpen, maar verwijzen hem wel door naar Mr. Van de Walvan de Universiteit Utrecht. In eerste instantie heeft Harrie geen geluk,maar uiteindelijk raakt hij toch op het juiste spoor…
“‘s Maandags was de Heer Van de Wal aanwezig en tot
mijn grote verbazing toonde hij enige interesse, dus
maakten we een afspraak. Na twee uur babbelen waren
we nog niet veel verder, omdat Mr. Van de Wal ook niet
op de hoogte bleek te zijn van de details. Hij zou echter
proberen om ‘een vriendje te activéééren’, die wat meer
verstand had van de practische kant van de zaak.
Tenslotte was hij een wetenschapper. Het vriendje heette
Notaris J. Timmers. Drie dagen later begaf ik me op weg
naar het werkpand van deze notabele.
Ringggg… (De deur werd geopend door een modieus
geklede jongedame, die met veel moeite overeind bleef
op haar swingende plateauschoenen.)
Ikke: ‘Goedemiddag, ik kom voor meneer Timmers.’
De Plateaujuffrouw: ‘Heeft u een afspraak?’
Ikke: ‘Nee, maar Mr. Van de Wal heeft me dit adres
gegeven en meneer Timmers weet ervan.’
De P.J. (wantrouwig): ‘Ik wil het wel proberen, wacht u
maar in de gang. Hoe was uw naam.’
Ikke: ‘Jekkers met dubbel kk.’
(Ze balanceerde weg.)
De P.J.: ‘Ja… meneer Timmers, sorry dat ik stoor, maar er
staat hier een meneer Dekkes; hij komt van Mr. Van de
Wal… ja… natuurlijk!... ja, meneer… ik zal het doen.’
(Beduidend vriendelijker nu:) ‘Wacht u maar even in deze
kamer enne… neem een sigaretje, meneer Timmers komt
zo.’
Twee minuutjes later ging de deur open… en daar stond
hij, onze weldoener. Ik draaide mijn hele verhaal af,
waarbij ik af en toe op zeer kritische wijze werd
onderbroken. Hij zei dat hij al ongeveer begrepen had van
Van de Wal wat de bedoeling was. Meneer Timmer had
nagedacht en vertrouwde mij zijn geesteskind toe,
waarbij ik moet vermelden dat ik van de ene in de andere
verbazing viel.
De notaris vertelt…
‘Kijk… Eerst sticht je een vereniging die zich ten doel
stelt: het opbouwen van een buurtcafé met duidelijke
sociale functies. [De] leden kiezen een bestuur en stellen
statuten op die een daadwerkelijke democratische
structuur garanderen. Nadat dit grondig is geregeld,
verwezenlijkt de vereniging haar doel d.m.v. het oprichten
van een horecabedrijf in de vorm van een B.V. De enige
aandeelhouder is de rechtspersoon: de vereniging. […] De
vereniging richt daarna een stichting op […]. De stichting
stelt zich ten doel het financieren van projecten, waarbij
de nadruk wordt gelegd op plezier in het werk, de
democratisering en de aldus verkregen doorzichtigheid.
[…] Wie zitten er nu in het stichtingsbestuur? Wederom
151975 | Het grote plan
Op 20 december wordt vooral over het pand gepraat;
op 21 december over de statuten. En op 17 januari
1976 vergaderen de oprichters in het huis van
Nienke Feis en Henk van Veen in Amsterdam.
Wezenlijke verschillen ten opzichte van het plan uit
de herfst van 1975 komen daar niet meer uit. Al
neemt de formulering van de doelstellingen veel tijd
in beslag. Ook aan de naam van de op te richten
kroeg en vereniging besteedt men veel aandacht. Zo
worden voor de vereniging namen bedacht als ‘In de
Eerste Gijzeling’, ‘In de Rooie Haan’, ‘Het Kruidvat’
en ‘Werk en Beslis’ (WEB). En voor de kroeg komen
suggesties op tafel als ‘De Rooie Schooier’, ‘Bloem
der Natie’ en ‘Lijn 11’ (naar de bus die studenten
van het station naar de Uithof brengt). Uiteindelijk
valt de keuze voor de vereniging op ‘Frons’, waar-
schijnlijk een verbastering van de woorden ‘voor ons’
en een verwijzing naar de maatschappijkritiek van de
oprichters (‘fronsen naar de maatschappij’). Voor de
kroeg is ‘De Baas’ de gelukkige: een naam die niet
alleen goed uitdrukt waar het de oprichters om gaat
(eigen baas zijn), maar die zich ook uitstekend leent
voor ludieke reclameslogans (‘collectief De Baas’,
‘drinken in De Baas z’n tijd’).
En zo wordt op 17 januari 1976 Vereniging Frons op-
gericht. Die heeft drie officiële doelstellingen. In de
eerste plaats wil men een “een plezierige, kreatieve
en zinvolle werksituatie” scheppen, “gestoeld op de-
mokratische verhoudingen”. In de tweede plaats wil
de vereniging een voorbeeld zijn voor anderen, door
“onze standpunten en verworvenheden krachtig
naar buiten uit te dragen” en solidair te zijn “met ons
sympatieke initiatieven en organisaties”. En het
de vereniging als rechtspersoon, dat wil dus zeggen alle
leden. […] Wie melden zich nu aan als vrijwillige werkers
bij de stichting? Dat had je ondertussen wel begrepen
nietwaar? Wederom de leden van de vereniging. […]
Wanneer nu deze hele zaak gaat draaien, wil dat dus
zeggen dat de kroeg wordt geopend als commercieel
bedrijf, dat wordt gefinancierd door een vereniging, die
zijn werkers betrekt van een stichting. […] De B.V. is de
enige die belast zou kunnen worden en toevallig draaien
ze precies kiet. Als er winst komt in de B.V. wordt 48%
wegbelast. […] Er is echter geen winst en die zal er wel
nooit komen ook. Wanneer de winst stijgt namelijk nemen
we gewoon meer mensen in dienst.’ […]
Met een triomfantelijke blik in zijn ogen beëindigde de
notaris zijn relaas en voegde er nog aan toe: ‘Je kunt dus
niet rijk worden, maar je kunt misschien wel dingen
realiseren die je normaal nooit zou kunnen klaarspelen
[…].’ Toen was de notaris klaar en keek ik stilzwijgend
naar zijn tekeningen. Zo gaat dat dus, dacht ik. En
waarschijnlijk zijn er wel meer van dit soort gedrochten
gecreëerd met als enige doel: belastingontduiking. Toen
kwam het echter bij me op dat we van plan waren het
systeem met de eigen wapens te lijf te gaan, dus zuchtte
ik nog eens diep en bedankte de notaris voor zijn edele
denkwerk.”
[Harrie Jekkers, uit: ‘Hoe een bruine kroeg de wereld
bestormde’, herfst 1975]
16 Collectief eetcafé De Baas
derde doel luidt: “Het openleggen en doorbreken
van strukturen die mensen onvrij maken.”
Voor de kroeg hebben de oprichters dan al een loca-
tie op het oog: Biltstraat 23 in Utrecht. Dat pand ligt
net buiten het centrum en is eigendom van bokser
Jan Brouwer, die er een weinig succesvolle bruine
kroeg runt. Oorspronkelijk willen de Fronsers het
pand kopen, maar als dat in maart 1976 niet moge-
lijk blijkt, besluiten ze het te huren. De onderhande-
lingen met Jan – die graag van zijn weinig lucratieve
bar af wil – verlopen soepel en zo kan het contract al
snel worden getekend. Vanaf 1 juni 1976 gaat Frons
het pand huren voor 400 gulden per week. Ook het
benodigde startkapitaal wordt vlot bij elkaar geschar-
reld: samen leggen de oprichters 20.000 gulden in.
Rode harten“Uw immer dienstwaardige F.C. Vogeltik heeft het
wel weer bekeken”, schrijft Cees. Dertig pagina’s vol
maatschappelijke analyses en fiscale uitweidingen…
het is niet niks allemaal. Maar slechts een half jaar
later kunnen de oprichters al beginnen met het ver-
wezenlijken van hun droom. En dus krijgt Vogeltik
gelijk als hij in zijn nawoord politicus André van der
Louw citeert: “Al zijn er veel dingen in onze samenle-
ving die je niet aanstaan, ook al is er soms een mas-
sieve tegendruk: de veranderbaarheid van die maat-
schappij is even manifest. Eigenlijk leven we best in
een aardige tijd, waarin nogal wat kan als veel men-
sen het maar willen en er wat voor over hebben. Nou
dan, rode harten kloppen er nog genoeg.”
ONTWERP AFFICHE
OPENING CAFÉ DE BAAS
LOGO VERENIGING FRONS
171975 | Het grote plan
The Founding Bazers
Wie waren de oprichters van De Baas? Ja natuurlijk, het
collectief! Maar nu dat collectief niet meer bestaat, kan het
geen kwaad om alsnog te eren wie ere toekomt: Harrie
Jekkers, Mieka Vroom, Cok Vergeer, Jet van Beurden, Peter
Minken, Lidy van Beurden, ‘Centurion’ Cees Grimbergen,
Yvonne Zonderop, ‘Harige Henkie’ van Veen, Nienke Feis, Ger
Jochems, Olga Matthijssen, Ron Glasbeek, Joke Wieringa,
Martin Clobus, Sjaak Glazenborg, Hans Parlevliet, Koos
Meinderts, Henny de Jong en Carolien Meyer.
19
Alsof Utrecht jaren op De Baas
had zitten wachten: zó veel klan-
dizie trekt het café nadat het zijn
deuren heeft geopend. Dorstige
klanten verdringen zich voor de
bar, de ene vrijwilliger na de an-
dere meldt zich aan en de vereni-
gingskas stroomt even snel vol
als de tap leeg. Maar het succes
zorgt ook voor ideologische
hoofdbrekens.
Met een drumband door de stad, een expositie in de
kroeg, een optreden van een folkband en – last but
not least – vrij drinken van 20.00 tot 23.00 uur viert
Vereniging Frons op zaterdag 5 juni 1976 de start
van haar eerste project. De baas is dood, lang leve
De Baas! Het feest is een succes en De Baas krijgt
direct de nodige aandacht van de pers. Maar als de
Bazers de volgende ochtend worstelen met hun ka-
ter, slaan de zenuwen toe: zou de kroeg ook zónder
gratis drank voldoende publiek weten te trekken?
Om te voorkomen dat het café ‘s avonds een lege
aanblik zal bieden, spreken ze af om samen een
aantal stoelen bezet te houden. Maar dat blijkt abso-
luut niet nodig: direct vanaf het begin zit de kroeg af-
geladen vol.
Dat heeft in de eerste plaats te maken met de ligging
van het café. Want niet alleen wonen rondom de
Biltstraat veel jonge, linkse mensen, ook ligt De Baas
vlakbij de School voor Journalistiek. Studenten van
die school bombarderen De Baas vrijwel direct tot
hun stamkroeg. Ook de werkers zijn dag en nacht in
de donkere pijpenla te vinden, ongeacht of ze dienst
hebben of niet. En als De Baas na de zomervakantie
2 VLIEGENDE START
OPENING VAN DE BAAS
AAN DE BILTSTRAAT
20 Collectief eetcafé De Baas
een voorzichtig begin maakt met het serveren van
maaltijden, is het hek helemaal van de dam. Want
buiten de mensa’s zijn goede en betaalbare eethui-
zen in de dan nog suffe provinciestad Utrecht nau-
welijks te vinden. De chili con carne, vegetarische
hap en karbonade in rode wijnsaus vinden daarom
gretig aftrek. Ook de moedersoep, het patébrood en
de exotische hap zijn een schot in de roos. Dat hier
en daar wel eens wat aanbrandt of overkookt, deert
niemand: gezellig is het sowieso.
Als De Baas na 3,5 maand de eerste balans op-
maakt, zijn de resultaten dan ook boven verwach-
ting. In de negentig avonden dat de kroeg open is
geweest, is er een winst geboekt van maar liefst
17.300 gulden. Enthousiast berekenen de Bazers
hoeveel mensen hiervan een minimumloon betaald
zouden kunnen worden. Eén werker stelt zelfs voor
in betaalde dienst te treden om het café ook overdag
open te houden. De reacties hierop zijn verdeeld:
sommige Bazers zien het als een realisatie van de
doelstelling, anderen vrezen dat hierdoor te weinig
geld overblijft voor het opstarten van vervolgprojec-
ten. Wel wordt twee maanden later unaniem beslo-
ten het huurcontract voor een periode van vier jaar
te verlengen. Want “het zou toch wel triest zijn wan-
neer we met zijn allen niet eens vijf jaar bezig kun-
nen blijven, terwijl er nota bene gesproken wordt
over toekomstige samenlevingen die we willen berei-
ken”.
StichtingNu de kroeg zo’n succes blijkt te zijn, ontstaat de
noodzaak om juridisch een en ander goed te rege-
len. Want het is natuurlijk niet de bedoeling dat het
zuurverdiende geld straks in de staatskas verdwijnt.
Daarom besluiten de werkers om naast de vereni-
ging ook een stichting op te richten. Die stichting be-
heert het café en ‘leent’ arbeidskrachten van de ver-
eniging, waarvoor ze op papier loonkosten afdraagt.
Op die manier draait de stichting formeel verlies en
hoeft ze geen belasting te betalen. En zo wordt op 24
september 1976 Stichting Frons opgericht. Die krijgt
dezelfde doelstellingen als de vereniging: “een ple-
zierige, creatieve en zinvolle leef- werksituatie” creë-
ren, de standpunten van Frons krachtig uitdragen en
“strukturen die mensen onvrij maken” doorbreken.
Ook zal de stichting zich bezighouden met “het op-
richten van werkverbanden” en “het beheren, steu-
nen en exploiteren van bedrijven”. Voorzitter van zo-
wel vereniging als stichting wordt de journalist Henk
van Veen uit Utrecht. Analiste Joke Wieringa uit Gro-
ADVERTENTIES IN
HET UTRECHTS
NIEUWSBLAD,
1976
211976-1977 | Vliegende start
Bij de opening van een linkse kroeg hoort natuurlijkeen strijdbaar lied. En welke melodie leent zich betervoor zo’n lied dan ‘Rocky’, de beroemde hit van DonMercedes? En dus zingen de Bazers op 5 juni 1976uit volle borst:
We zijn in ons leven nooit de baas geweest
je lult al zoveel jaren over de maatschappij
je doet dat automaties ’t hoort er gewoon bij
de meest kritiese visies bij ’n feestje op de bank
die steeds briljanter worden naar gelang het kwantum drank
refrein: want,
we zijn in ons leven nooit de baas geweest
we mochten zelf nooit kiepen
maar nu is het dan tóch zover
en we tappen met princiepe
de baas is open
er staat niemand droog
wie wegbleef heeft iets gemist
hoi huisvrouw, bakker, freak en goog,
dag buurman, feminist
in dit siesteem is van vervreemding bijna niemand vrij
je denkt al zoveel jaren, lag ’t maar eens aan mij
er zijn zo weinig mensen blij met wat ze doen
ze sappelen dag in dag uit voor een rottig beetje poen
refrein
en waar je ook komt kijken er is altijd ’n figuur
die jou zegt wat je doen moet, daarvan baal je op den duur
we zochten met zo’n negentien ’n goed alternatief
om samen aan te werken, nou hier is ’t alsjeblieft
refrein
dagenlang vergaderen, iedereen deed mee
met elkaar de schouders zetten onder dit kafe
’t is een hele klus geweest dat plannetje van ons
vandaag is dan de opening van een hard gemaakte frons
refrein
de zaak moet nu gaan swingen, ook dat hoort bij het plan
zodat er binnenkort een nieuw projekt beginnen kan
dat verder uit gaat groeien, ’t is een haalbaar ideaal
want achter dit idee staan wij toevallig allemaal
refrein
Swingende zaak
ningen neemt de rol van secretaris op zich, terwijl
economiestudent Martin Clobus uit Niehove tot pen-
ningmeester wordt benoemd.
IdeologieDe juridische constructie is niet het enige waar de
Bazers zich druk om maken. Want nu er alsmaar
nieuwe leden toestromen, groeit de noodzaak om
een stevigere ideologische basis te leggen. Als De
Baas één dag voor de opening een persconferentie
organiseert, merkt Harrie Jekkers bijvoorbeeld dat de
doelstellingen veel vragen oproepen. “Het onvermij-
delijke gebeurde. Men vroeg en vroeg en vroeg door.
De zaak bleek te rammelen. Men vond het project
vaag, rechts, middenstanderig, elitair, freakerig enzo-
voorts. Was deze kritiek terecht? Mijns inziens wel.
De doelstellingen zijn op zoveel manieren uit te leg-
gen dat elk predicaat in principe van toepassing is.
Daarom moeten we de doelstellingen zo veranderen
dat er maar één predicaat van toepassing is. We
moeten op de proppen komen met een toekomstver-
wachting van de gehele maatschappij.”
Aanvankelijk komen de Bazers aan die toekomstvisie
niet toe, zo druk zijn ze bezig met tappen en koken.
Maar in november 1976 organiseren ze dan toch
een heus ‘Fronsweekend’ in het huis van Martin Clo-
bus in Niehove. “Er is dringend behoefte aan een
ideologische grondslag voor de beslissingen die nu al
en in de toekomst nog veel vaker moeten worden ge-
nomen”, schrijft Henk van Veen. “Is er een zooitje
afspraken te maken over de dingen die we allemaal
toch net iets belangrijker vinden dan andere zaken,
waarover andere mensen dan maar weer wakker
moeten liggen? Dat is de kwestie waarmee we Huize
Discussie“Staat ons een socialistische, kommunistische,
anarchistische of anderszins-istische maatschappij
voor ogen?? En welke inhoud geven we deze
stempels mee? Diskussie!!”[Koos Meinderts, september 1977]
Collectief eetcafé De Baas22
FAMILIE EN GENODIGDEN
BIJ DE OPENING
Clobus […] twee dagen lang zullen overdonderen,
overstelpen, onder de voet lopen.”
Voorafgaand aan het weekend komen de Bazers in
vijf discussiegroepjes bijeen. Op het Groningse plat-
teland moeten al deze meningen vervolgens onder
het genot van een biertje soepel tot een coherente
maatschappijvisie worden gemasseerd. Henk roept
alle leden op “hun onderste steen bij te dragen aan
deze lul-marathon” en vol goede moed de intercity
naar Groningen te nemen. “Vandaar zullen allicht
enkele autobezitters geneigd zijn mensen op te ko-
men pikken. En zo niet? Dan is het niet zo moeilijk ze
daar moreel toe te verplichten.”
In Niehove wordt het heel gezellig. Maar tot een ge-
deelde visie komt men niet. Over de “grote gemene
onvrede-deler”, schrijft Koos Meinderts later, zijn de
Bazers het eens: dat is de kapitalistische, bureaucra-
tische en technocratische maatschappij. Maar hoe
kun je die maatschappij nu op de beste manier ver-
anderen? Na een verwarrende discussie zijn er twee
visies te onderscheiden. Volgens de ene groep is de
economische ‘onderbouw’ bepalend voor de maat-
schappelijke structuren. Als je de maatschappij wilt
veranderen, moet je dus een economisch machts-
blok vormen: een ‘linkse multinational’. De andere
groep is minder overtuigd door dit primaat van de
economie en benadrukt dat ook sociale en culturele
structuren de mens onvrij maken.
Ook de vraag wat de Bazers voor deze onvrije struc-
turen in de plaats willen stellen, blijft onbeantwoord.
Al wordt er wel een suggestie gedaan: het anar-
chisme. “Deze vrede-deler sloeg niet bepaald in als
1976-1977 | Vliegende start 23
DE BAAS IN HET
UTRECHTS
NIEUWSBLAD EN DE
STUDENTENKRANT
‘FRONSWEEKEND’ IN NIEHOVE
24 Collectief eetcafé De Baas
een bom”, schrijft Koos. “Aan de ene kant geloofden
tegenstanders niet in de haalbaarheid ervan (‘Het
anarchisme is geen alternatief, het is een utopie’) en
aan de andere kant waren zij bang om met het anar-
chisme een dogma in de doelstellingen te halen […].
De voorstanders geloofden ook niet dat Nederland
van morgen op overmorgen in een anarchistisch pa-
radijs zal veranderen, maar zo redeneren zij: ‘Wij
kunnen er met Frons wel een push aan geven.’”
Veel verder dan dit vage voornemen komen de Ba-
zers echter niet. En zo sluiten ze na twee lange da-
gen hun “maatschappijleer-discussie over Luilek-
kerland” weer af. “In het randje van het raam van
het toilet lagen dertien kale closetrollen”, schrijft
Koos. “Voorlopig uitgepoept.” Maar Cees Grimber-
gen, Fred Lijdsman en Henk van Veen zien het min-
der somber in. “Kafee De Baas is bezig een feno-
meen te worden in Utrecht en wijde omgeving. Dat is
duidelijk genoeg. En welke VVD’er die net als wij
ageert tegen onvrije strukturen, maar dan om zijn li-
berale belangen veilig te stellen, zal het in zijn hoofd
halen bij ons zijn heil te zoeken? Daartegen hebben
we ons al lang afgeschermd. En onder andere
daarom was het ons in de doelstellingendiskussie te
doen.”
Onderste SteenDe vaagheid van de doelstellingen weerhoudt de Ba-
zers er in ieder geval niet van het geld te laten rollen,
precies zoals de bedoeling was. Zo geven ze begin
1977 vijfhonderd gulden subsidie aan de Onderste
Steen, waarvan een proefnummer al in juni 1976
was verschenen. Aanvankelijk is de Onderste Steen
een echt verenigingsblad: het wil informatie geven
251976-1977 | Vliegende start
over door Frons op te starten projecten, ideologische
stukken van leden opnemen en informatie bieden
over vergelijkbare initiatieven. “Wij hopen”, schrijft
de redactie, “dat de Onderste Steen een flink deel
uit zal maken van de fundamenten van de vereni-
ging. De Onderste Steen mag nooit en te nimmer de
spreekbuis worden van de writing-happy-few! Het
moet een blad blijven van de leden, door de leden
en voor de leden. De Onderste Steen moet zijn
plaats kennen: AAN DE BASIS!”
Al snel vraagt de redactie echter om meer geld en
speelruimte. Want hoewel het eerste ‘echte’ nummer
in februari 1977 uitverkocht raakt, blijkt de subsidie
van vijfhonderd gulden niet voldoende. Daarom ver-
hoogt Frons dit bedrag tot zevenhonderd gulden per
maand en vergoedt ze de aanschaf van een typema-
chine. Tot een nauwe band leidt dit echter niet: in
september laat de Onderste Steen weten geen ‘par-
tijkrant’ meer te willen zijn. “Om misverstanden te
voorkomen: we willen geen voorhoedegroep zijn en
ook als spreekbuis van de gehele vereniging willen
we niet fungeren. Wat we wel willen is een onafhan-
kelijk links maandblad met een heel klein beetje ver-
enigingsnieuws.” Zo wil de redactie onder andere
gaan schrijven over “de strategie van de linkse be-
weging” en zal een aantal vrouwen een deel van het
blad vullen met “nieuws van het Feminisme Front”.
De Bazers hebben veel kritiek op dit voorstel, maar
besluiten de Onderste Steen na een felle discussie
toch een jaar lang de vrije hand te geven. Daarbij
wordt de subsidie van zevenhonderd gulden ge-
handhaafd. En dat blijkt hard nodig: de eerste vier
nummers hebben geleid tot bijna negentienhonderd
gulden verlies.
Collectief eetcafé De Baas26
DE ALLEREERSTE
ONDERSTE STEEN,
JUNI 1976
Onafhankelijk“Wij kunnen experimenteren omdat wij economisch onafhankelijk
kunnen opereren. […] Het verkrijgen van deze onafhankelijkheid is
van het begin af aan ons streven geweest. Hoe vaak niet is het al
gebeurd dat goede initiatieven juist bij gebrek aan geld (macht)
schipbreuk leden. Het dichtdraaien van de geldkraan is een wapen
waarmee zowel particulieren als de overheid regelmatig de strijd
aanbinden (succes verzekerd). Wij willen dit onder elke voorwaarde
vermijden.”
[Harrie Jekkers, februari 1977]
MiddagbaasOok het tweede Frons-project komt rechtstreeks
voort uit de vereniging. Eind 1976 lanceert Peter
Minken zijn plan voor de Middagbaas: hij wil de
kroeg ook overdag opengooien, om daarmee geld te
verdienen voor toneelprojecten. Hij denkt daarbij aan
vormingstoneel of experimenteel theater, al maakt de
precieze vorm hem weinig uit: hij wil “professioneel
te werk gaan in welke artistieke vorm dan ook”. Op
deze manier wil hij van de kroeg een “broedplaats
voor ideeën” maken, die een heel ander publiek
trekt dan ‘s avonds.
Henny de Jong en Hans Parlevliet zien dit idee wel
zitten en sluiten zich bij Minken aan. Op 10 januari
1977 krijgen de drie te horen dat hun voorstel nog
veel onduidelijkheden bevat, maar een maand later
wordt het alsnog goedgekeurd. Helemaal waterdicht
is het plan nog niet: zo vragen velen zich af “of men
wat duidelijker kan zijn over de twintig uur die voor
de post ‘creatief’ zijn uitgetrokken”. Maar het belang-
rijkste is dat men groot vertrouwen heeft in het en-
thousiasme van de initiatiefnemers, want die “heb-
ben er gewoon zin in”. Daarom krijgt de Middagbaas
een krediet van 8.000 gulden, waarvan Peter, Henny
en Hans zichzelf een minimumloon mogen uitbeta-
len. Zodra het project winstgevend wordt, moeten ze
dit bedrag weer terugstorten in de verenigingskas.
En zo gaat de Middagbaas in februari 1977 van
start: zes dagen per week is het café nu ook ‘s mid-
dags geopend.
OchtendbaasOok het derde project dat Frons financiert, is nauw
verbonden met de kroeg. Medio 1977 besluiten Paul
1976-1977 | Vliegende start 27
Utrecht pas opengaan “als de grote stroom werkne-
mers al op hun karwei zitten” en dat de weinige ca-
fetaria’s die wél vroeg open zijn, altijd bomvol zitten.
Maar aan de oostzijde van de stad is alles dicht. Zo
staan er bij de bushaltes aan de Biltstraat en de
Schröer en Habib ben Nasr om “in wederzijdse
broederschap nog meer poen te sleuren uit het ge-
denkwaardige pand” en hun voorstel voor de Och-
tendbaas in te dienen. Het is hun namelijk al een
tijdje opgevallen dat de meeste broodjeszaken in
Collectief eetcafé De Baas28
GRATIS ETEN EN DRINKEN
VOOR DE STAKERS
als linkse actiekroeg. Mede dankzij die reputatie
trekt het café heel veel klanten. In februari 1977 is
de omzet opgelopen tot 180.000 gulden, hebben
alle oprichters hun inleg (in totaal 20.000 gulden)
teruggekregen en staat op de bank 25.000 gulden te
popelen om uitgegeven te worden. Bovendien groeit
het aantal vrijwilligers sterk. Een jaar na de opening
stellen de werkers zelfs vast dat er zoveel mensen
staan te trappelen om ingewerkt te worden, dat De
Baas misschien aan een werkersstop toe is. Want
nieuwe leden blijken niet altijd even goed op de
hoogte van de verenigingsdoelstellingen en het is on-
duidelijk op welke gronden ze worden aangenomen.
Daarnaast zorgt de grote toestroom voor stroperige
vergaderingen: met tientallen mensen is het lastig
knopen doorhakken.
Kruisstraat elke morgen veel mensen te kleumen,
die makkelijk naar binnen kunnen worden gelokt
met een warme kop koffie en een smakelijke omelet.
Op die manier kan ook de omzet van de Middagbaas
worden vergroot, want wie weet blijven klanten wel
langer hangen dan ze van plan waren. “De ideologi-
sche basis”, geven Paul en Habib toe, “is misschien
vanuit een drammerig politiek wereldbeeld erg
zwak.” Maar het belangrijkste is dat de beschikbare
ruimte beter wordt benut. Bovendien helpt het pro-
ject “een arme, zielige, langdurig werkloze en een
toekomstig werkloze aan [...] een beetje zekerheid,
geborgenheid, zelfbevestiging en veiligheid”. Frons
ziet de humor van dit voorstel wel in en keurt het
goed. Vanaf 1 augustus 1977 mag de Ochtendbaas
proberen de vroege vogels bij de bushalte voor zich
te winnen.
ActiekroegIntussen wordt De Baas ook buiten de kroeg steeds
actiever. Zo trekt de actie van enkele werksters tegen
de discriminerende ‘serveerpas’ (een vergunning die
vrouwen moesten aanvragen om achter de bar te
mogen werken) in februari 1977 landelijk de aan-
dacht. Ook steunt De Baas de stakers van de
Utrechtse Houttuin Pompen-fabriek. Nadat studen-
ten van Sociale Academie De Horst al “drie kisten
appels, voor iedere staker een rookworst en nog
eens 123 gulden om te verdelen” hebben afgege-
ven, nodigt De Baas de stakers uit om samen met
hun vrouw en kinderen gratis te komen eten.
Al willen de Bazers “de stakingen niet aangrijpen om
onszelf op de voorgrond te plaatsen”, toch verster-
ken ze met dit soort acties de reputatie van De Baas
1976-1977 | Vliegende start 29
DE BAAS WORDT OOK DE
STAMKROEG VAN
OUD-SPANJESTRIJDERS
IN UTRECHT
30 Collectief eetcafé De Baas
Om de boel beheersbaar te houden, besluiten de
Bazers dat vrijwilligers alleen nog maar hele avonden
mogen werken: gedeeltelijke diensten zijn voortaan
uit den boze. Ook schrijven ze een handleiding voor
het barwerk en stellen ze een inwerkcommissie in.
Blijkbaar heeft deze commissie moeite om op gang
te komen, want in november 1977 sturen twee wer-
kers een vragenlijst rond om te inventariseren wie er
nu eigenlijk allemaal in De Baas werken. Kennelijk
zijn er zo veel mensen tot de vereniging toegetreden
dat allang niet meer iedereen elkaar kent.
Dit heeft ook zijn weerslag op het café. De keuken is
al niet berekend op grote aantallen eters, maar nu
de kroeg dag en nacht vol zit, laat de hygiëne duide-
lijk te wensen over. Daarom luidt Peter de alarmbel.
Hij stelt voor een betaalde schoonmaker aan te stel-
len, omdat het café anders “het risico loopt zijn vieze
deuren te moeten sluiten”. Zijn voorstel wordt echter
afgestemd, omdat “het ideologies nogal onzuiver is”.
Een rechtgeaard collectief kan een minder geliefde
taak natuurlijk niet overdragen aan één persoon: dan
zouden de baasloze Bazers zélf baas worden. “Zoals
we op de werkersvergadering van 29 augustus ‘76
hebben afgesproken, zullen we het opruimen van de
grootste stront niet overlaten aan ‘n gastarbeider of
een kromgegroeid 62-jarig werkstertje. Neen, wij rui-
men zelf de stront op!”
Nieuwe doelstellingDe belangrijkste vraag die de werkers echter bezig-
houdt, is waar De Baas in politiek opzicht voor staat.
Begin 1977 barst een ware richtingenstrijd los,
waarin geen steen op de andere wordt gelaten. Som-
mige werkers zitten op de lijn van het libertair socia-
lisme: een mix van anarchisme en socialisme. Zo
stelt Harrie Jekkers voor om de naam Frons voortaan
te gebruiken als afkorting van ‘Federatie van Radi-
cale Onafhankelijke Socialisten’. Anderen vinden dat
De Baas zich überhaupt niet zo politiek zou moeten
uitspreken. En weer anderen willen wel stelling ne-
men, maar zijn tegelijkertijd bevreesd voor dogma-
tisme.
Toch weten de Bazers in maart 1977 een nieuwe
doelstelling te formuleren. “Elk woord is daarin wel
84 keer omgedraaid en het resultaat is een zeer ge-
drochtig geheel geworden”, menen ze, “maar we
hebben nu in ieder geval een duidelijk gezicht”.
Hoewel, duidelijk? “Vanuit onvrede met de bestaan-
de maatschappelijke verhoudingen, waarin de wer-
kelijke macht steeds meer komt te berusten bij de
economische, politieke en sociale machtsconcentra-
ties, streven de leden van de vereniging Frons naar
DE KEUKEN AAN DE
BILTSTRAAT IS KLEIN
311976-1977 | Vliegende start
een gedecentraliseerde & gesocialiseerde samenle-
ving, gebaseerd op de gelijkwaardigheid van een ie-
der. Deze maatschappij, waarin gezamenlijk overleg,
gezamenlijke verantwoordelijkheid en solidariteit
centraal staan, moet de voorwaarden scheppen voor
zinvol werk en een optimaal leefklimaat en economi-
sche, politieke en sociale vrijheden waarborgen voor
alle mensen. De werkelijke beslissingen over pro-
ductie en consumptie worden door alle mensen ge-
nomen.”
Menige lezer van de Onderste Steen, waarin deze
doelstelling in volle glorie wordt afgedrukt, zal zich
ongetwijfeld op het achterhoofd hebben gekrabd. En
ook voor de Bazers zelf biedt de nieuwe doelstelling
nog geen sluitend antwoord op hun vragen. Want ze
hebben nu dan wel hun ideale samenleving be-
schreven, maar dit betekent nog niet dat ze weten
wat ze met het geld aanmoeten. Al is één ding wel
duidelijk: De Baas wil projecten steunen waarin wer-
kers samen de beslissingen nemen. Of, zoals Koos
het formuleert: “Frons moet de ideologische basis
worden van een groot aantal kleinschalige, auto-
nome, in solidariteit onderling federatief verbonden
werkgemeenschappen die draaien volgens het prin-
cipe van arbeiderszelfbestuur.” Maar hoe moet die
‘linkse multinational’ er dan precies uit komen te
zien? Hoeveel mogen projectleden zichzelf bijvoor-
beeld uitbetalen? Hoe belangrijk is ‘rentabiliteit’? En
van wie zijn de ‘productiemiddelen’?
Om een antwoord te vinden op die vragen, beleggen
de Bazers in juni 1977 opnieuw een ideologieweek-
end, ditmaal in Geertruidenberg. Net als in Niehove
vloeit het bier rijkelijk, blaast men enthousiast op de
ideologische trompet en wordt er tot diep in de nacht
gediscussieerd. Maar tot een sluitend ‘projectenbe-
leid’ leidt dit niet. Bij sommigen roepen de complexe
debatten zelfs weerstand op: de vriendenclub die De
Baas altijd was, wordt te politiek.
Over de SingelIn de praktijk wordt de soep echter niet altijd even
heet gegeten als ie wordt opgediend. Als Harrie in
september 1977 zijn idee voor muziekcollectief Over
de Singel introduceert, wordt dat bijvoorbeeld aange-
nomen zonder dat er een schriftelijk voorstel ligt.
Heel gek is dat niet: Frons zit ruim in de papieren en
Harrie kan wel een potje breken. Bovendien heeft
Over de Singel het geld snel nodig, omdat er op
korte termijn een zaal gehuurd kan worden. Maar la-
ter leidt deze beslissing alsnog tot veel discussie. Zo
voelen sommige Fronsers zich onder druk gezet en
stapt één werker zelfs op uit protest, al keert hij snel
weer terug. Ook vragen vijf werkers de beslissing
Fiscus“Het is dus niet prettig om voor de belasting te werken, althans als je
weet wat er in ons landje mee gebeurt… miljarden naar grote
bedrijven, direktie voert wanbeleid, kapitaalvlucht naar het buitenland,
‘selectieve’ investeringen in bewapening en kernenergie, ‘selectieve’
bezuinigingen op die plaatsen waar het geld het hardste nodig… Afijn
kortom het bekende verhaal, maar het kan niet vaak genoeg gezegd
worden…”
[Financiële Commissie, april 1979]
32 Collectief eetcafé De Baas
ALBO HELM’S CREATIE BENJAMIN
CROQUETTE MIST EEN KANS IN
CAFÉ DE BAAS, 1976
331974 | Voorbereidingen en oprichting
weer terug te draaien, onder andere omdat ze die
statutair onjuist vinden. Formeel had het voorstel na-
melijk twee weken voor de vergadering ingediend
moeten worden, zodat iedereen zich erover hadden
kunnen buigen.
Harrie is echter de beroerdste niet en komt samen
met Cok Vergeer, Peter, Henny en Leon Smit alsnog
met een uitgebreid voorstel, onder de letterlijke titel:
“Beter laat dan nooit.” In dit plan leggen de Singe-
laars haarfijn uit wat de bedoeling is. Eerst willen ze
optredens gaan organiseren om ervaring op te doen
met het runnen van een concertzaal en daarin zelf te
repeteren. Als die zaal rendabel is, willen ze voor
zichzelf een oefenruimte huren en professionele ap-
paratuur aanschaffen. En uiteindelijk willen ze dan
fulltime muziek maken in hun eigen collectief. Frons
is onder de indruk van dit plan en zegt 22.000 gul-
den toe. De prachtige concerten die vervolgens in
Over de Singel plaatsvinden, versterken het imago
van De Baas als ‘bruisend’ café, een imago dat het
de komende jaren nog verder zal uitbouwen.
In februari 1977 schrijft Yvonne Zonderop eenverontwaardigd artikel in de Onderste Steen,dan nog het verenigingsblad van De Baas. Watis er aan de hand? “De vrouwelijke werkersvan café De Baas mogen van de autoriteitenniet zondermeer achter de bar staan en deklanten bedienen, neen zij zijn verplicht eenbewijs van goed gedrag te halen op deafdeling Bijzondere Wetten van de Utrechtsegemeentepolitie. Dit bewijs bestaat uit eenpasje gesierd met foto en enkele persoonlijkegegevens. De mannelijke werkers daarentegenkunnen zónder dit pasje barwerk doen.”
EtiketVolgens Yvonne wil de gemeente met deze in1967 ingestelde regeling “de uit de pan gerezen hoererij in cafés” aanpakken envrouwelijk personeel beschermen “tegen al teopdringerige klanten en tegen café-eigenarendie van deze vrouwen meer verwachten danhet serveren van drank alleen”. Het pasje isvoor het leven geldig (mits de serveerster zichzedelijk blijft gedragen) en moet op verzoekvan de politie worden getoond. Onacceptabel,vindt Yvonne. Want er zijn natuurlijk net zogoed mannelijke als vrouwelijke hoeren.Bovendien is ze het zat “als hoer bestempeldte worden zo gauw je achter de bar staat”.
Strijdvaardig belooft ze: “Men hoort nog vanons!”
ProtestKort daarna ondernemen de Baaswerkstersinderdaad actie. Samen met de serveerstersvan vrouwencafé De Heksenketel enjongerencentrum SSR schrijven ze een briefaan de Utrechtse gemeenteraad, waarin zevragen de serveerpas in te trekken ofwel ookte laten gelden voor mannelijke collega’s. Zenoemen de regeling “uiterst discriminerend enbeledigend”, al kunnen ze zich niet voor-stellen dat de gemeenteraad er werkelijkachter staat. Want waarom zou de gemeenteanders subsidie toekennen aan emancipatie-projecten als het Vrouwenhuis?
ReactieDe actie van de serveersters doet al snel hetnodige stof opwaaien. Zo verschijnen er korteartikelen in de Volkskrant, Trouw en hetUtrechts Nieuwsblad en stelt Tweede KamerlidMichel van Winkel van de PPR Kamervragenover de kwestie aan minister De GaayFortman van Binnenlandse Zaken. Helaas richthij die aan de verkeerde persoon: de Drank- en Horecawet (waarvan de verordening eenonderdeel is) valt onder staatssecretaris
Hendriks. Die kiest voor een typische polder-oplossing: voordat hij actie onderneemt, wilhij eerst advies inwinnen bij de Vereniging vanNederlandse Gemeenten. De Utrechtsehoofdcommissaris Van Doesburg is echter eenstuk daadkrachtiger: hij kan zich inderdaadvoorstellen dat de serveerpas alsdiscriminerend wordt ervaren. Maar omdat depolitie toch over een instrument moet kunnenbeschikken om prostitutie tegen te gaan,adviseert hij om de serveerpas te vervangendoor een algemene vergunning voor horeca-bedrijven die vrouwen in dienst willen nemen.Die vergunning kan dan altijd wordeningetrokken als daartoe aanleiding is, zonderdat direct het hele bedrijf hoeft te wordengesloten.
PyrrusoverwinningBurgemeester Vonhoff volgt dit advies en zowordt de serveerpas in Utrecht op 9 maart1977 met onmiddellijke ingang afgeschaft.Een “aardig en snel succesje voor het actie-groepje”, schrijft de Volkskrant. Maar deprotesterende serveersters zijn niet tevreden.Want de serveerpas is dan wel van de baan, inde praktijk zijn het blijkbaar nog steedsuitsluitend vrouwen die van onzedelijkehandelingen worden verdacht. Daarom laten
In de herfst van 1975, wanneer de oprichters van
De Baas onderzoeken welke vergunningen er nodig
zijn om een kroeg te starten, verbazen ze zich er al
over: serveersters die de gemeente om toestemming
moeten vragen om een drankje te schenken? Zo’n
anderhalf jaar later zullen de Baaswerksters zich
met veel succes tegen deze ‘serveerpas’ verzetten.
Tappen zonder pas34 Collectief eetcafé De Baas
DE GEWRAAKTE SERVEERPAS
de actievoersters weten door te gaan met hunactie en nemen ze contact op met een aantalprogressieve fracties, die beloven zich voorhun zaak hard te zullen maken.
DebatHet voorstel van B&W om de serveerpas tevervangen door een algemene meldingsplichtvoor horecabedrijven zal op 13 april 1977worden besproken tijdens een commissie-vergadering van de gemeente. Dezecommissie zal een advies opstellen en die terstemming voorleggen aan de gemeenteraad.En dus fietsen Yvonne, Inge en Nienke op 13april naar het Utrechtse stadhuis om tevertellen wat ze ervan vinden. Inge grijptdirect naar de microfoon om spreektijd tevragen, maar uiteindelijk komt de meldings-plicht pas na twee uur aan bod. Al die tijd, zoschrijft Nienke Feis later in de Onderste Steen,wisten de vrouwen niet wie van welke fractiewas, want “al die heren praten al evenarchaïsch en feiten verdoezelend”. Maar alsde meldingsplicht ter sprake komt, wordt datplotseling heel anders. “Het lijkt wel eenverkiezingsbijeenkomst. Ze praten opeens veelgloedvoller, duidelijker, vriendelijker, en kijkendaarbij meer dan eens onze richting uit.”
Gedane zaakAl snel blijken de afgevaardigden van PvdA,CDA, CPN, VVD, PSP en D’66 allemaal tegenhet voorstel van B&W te zijn. Als de vrouwenaan de beurt zijn, is het volgens Nienke danook “nauwelijks meer nodig om met onsverhaal te komen, want alle argumenten zijnal wel genoemd”. Wel benadrukken zenogmaals dat de meldingsplicht in feite evendiscriminerend is als de reeds afgeschafteserveerpas en “alleen wat stiekummer” is.Wethouder Torensma probeert het voorstelvan B&W nog wel te verdedigen, maar diewanhoops-poging is volgens Nienke “de
moeite van het noteren niet waard”. Wantinmiddels is allang duidelijk dat het voorstelop de komende raadsvergadering geen enkelekans van slagen heeft. Opgelucht fietsen dedrie vrouwen terug naar De Baas. “B&W zaliets anders moeten verzinnen om prostitutietegen te gaan, maar dit hele kleine bewijsjevan het onderscheid dat er nog steedsgemaakt wordt tussen mannen en vrouwenzal in ieder geval afgeschaft worden.”
VoorbeeldDrie dagen later deelt de Volkskrant diemening: de Utrechtse vrouwen hebben hetpleit gewonnen. Maar voor alle zekerheidvoert Yvonne de publieke druk nog wat op. Zonoemt ze de meldingsplicht “ongelooflijknaïef, slecht en beledigend voor vrouwen” enstelt ze dat niet alleen vrouwen op prostitutiemoeten worden aangekeken: kroegbazen die
dit mogelijk maken, zijn net zo schuldig. Mededankzij dit gloedvolle betoog vindt hetvoorbeeld van de Utrechtse serveersters inveel plaatsen navolging. Zo vraagt eengemeenteraadslid van de PvdA ook inRotterdam de serveerpas af te schaffen enwordt in Groningen zelfs gedemonstreerd. InUtrecht is de overwinning dan al compleet: opde cover van de Onderste Steen vanseptember 1977 zijn lachende serveersters tezien, die hun pasjes triomfantelijk in de fiksteken. Toch is ongelijke behandeling nog langniet uit de wereld, waarschuwt Yvonne.“Serveersterspasjes zijn eerder symptomendan oorzaken van ongelijkwaardigheid. Metdie wetenschap in het achterhoofd gaan wijdoor met het speuren naar zowel symptomenals oorzaken van discriminatie. Er valt nogveel te doen.”
35De serveerpas
DEMONSTRATIEVE VERBRANDING VAN DE DISCRIMINERENDE ‘SERVEERPAS’
37
Als De Baas zich ontpopt tot een
ronkende geldmotor, gaan de Ba-
zers in eerste instantie vrij zorge-
loos met die weelde om. Maar al
snel komen ze erachter dat aan
arbeiderszelfbestuur de nodige
haken en ogen zitten.
“Hoe het ook gaat: de poen moet ergens heen.” Met
die laconieke woorden staat Harrie Jekkers al in de
herfst van 1975 stil bij de mogelijkheid dat de kroeg
geld zal opleveren om vervolgprojecten te starten.
Maar als dat droomscenario werkelijkheid wordt, lij-
ken de Bazers er toch een beetje door overvallen.
Want nu ze daadwerkelijk de kans krijgen hun
idealen waar te maken, worden ze zich veel bewus-
ter van de vraag wat ze nu eigenlijk willen bereiken.
Wat verwachten ze bijvoorbeeld van de gesteunde
projecten? En waar moeten die projecten uiteindelijk
toe leiden?
Ook het feit dat de kroeg veel nieuwe vrijwilligers
aantrekt, veroorzaakt onrust. Als Cok Vergeer en Jet
van Beurden Vereniging Frons in april 1977 bijvoor-
beeld vragen borg te staan voor de aankoop van hun
3 WEERBARSTIGE IDEALEN
huis totdat ze zijn afgestudeerd, leidt dat tot felle dis-
cussies. De meeste werkers – die De Baas samen
met Cok en Jet hebben opgericht – staan er welwil-
lend tegenover: links zijn betekent ook solidair met
elkaar zijn. Maar onder de nieuwkomers wekt het
verzoek verbazing: mag het geld wel voor dit soort
doelen worden aangewend? Ze staan zich per slot
van rekening niet voor niets uit te sloven achter de
bar en in de keuken. Toch wordt het verzoek na een
emotionele stemming gehonoreerd. “Voor sommi-
gen”, schrijven Lidy van Beurden, René Grotenhuis
en Fred Lijdsman later, “is de vereniging een ideolo-
gische club die voor een bepaalde doelstelling staat,
maar tegelijk ook een vriendenclub die het voor el-
kaar moet opnemen. Voor anderen is de ideologi-
sche doelstelling ook de toetssteen voor onze solida-
riteit ten aanzien van elkaar.”
TeleurstellingDe belangrijkste reden dat de Bazers behoefte krij-
gen aan meer duidelijkheid, is echter dat de eerste
projecten niet bepaald vlekkeloos verlopen. Zo moet
Over de Singel na een paar maanden alweer sluiten
wegens geluidsoverlast en mag de Ochtendbaas van
de gemeente niet om vijf uur ’s ochtends open, maar
pas om zeven uur. Sommige verenigingsleden vin-
den dat de basis onder het plan hiermee is wegge-
38 Collectief eetcafé De Baas
vallen, maar Paul Schröer heeft goede moed: hij ziet
de omzet en daarmee de haalbaarheid van de Och-
tendbaas langzaam maar zeker stijgen. Na een paar
maanden ontstaan er volgens hem echter grote pro-
blemen in de samenwerking met Habib ben Nasr.
Die zou zijn werk niet doen: hij blijft vaak zonder
kennisgeving weg en geeft vervolgens “zulke over-
vloedige excuses, dat je daar geen cent voor kopen
kan”. Daarom vraagt Paul ontslag aan voor zijn col-
lega en wil hij de Ochtendbaas voorlopig alleen run-
nen.
Hoewel een eerdere bemiddelingspoging al is ge-
strand, stelt Frons in november 1977 een bemidde-
lingscommissie in. Die commissie, bestaande uit Pe-
ter Agterberg, Hans Parlevliet en Dick van der Peijl,
concludeert dat de werksfeer grondig is verziekt en
adviseert de Ochtendbaas stop te zetten. Om te voor-
komen dat beide werkers plotseling zonder inkomen
komen te zitten, zou hun salaris tot februari moeten
worden doorbetaald. Ook moet de Ochtendbaas nog
een week openblijven “in verband met de afbouw
naar de klanten toe”. Paul gaat akkoord met deze
bevindingen, Habib sputtert tegen. Toch besluit
Frons dat de Ochtendbaas dicht moet.
In de 3,5 maand die de Ochtendbaas open is ge-
weest, is een brutowinst geboekt van 3.802 gulden.
Maar omdat de loonkosten ongeveer vier keer zo
groot waren, moet Frons een verlies dekken van
ruim 11.000 gulden. Op zich vinden de Fronsers dat
geen ramp: waar gehakt wordt, vallen spaanders.
Maar dat ze tegen hun wil in de rol van werkgever
zijn gedrukt, vinden ze wél erg. Was het hele idee nu
juist niet dat mensen zónder baas zouden werken?
Nu moest de vereniging opeens voor rechter spelen,
terwijl ze zich eigenlijk “niet kon, wilde en misschien
zelfs mocht uitspreken over de schuldvraag”. Voor
Peter is het debacle in ieder geval aanleiding om
eens goed in de spiegel te kijken. “Misschien kun-
nen we nog enkele dingen leren van onze fouten en
gebleken onwetendheden die aan het licht zijn geko-
DE OCHTENDBAAS EINDIGT
IN EEN ARBEIDSCONFLICT
391977-1978 | Weerbarstige idealen
men tijdens onze eerste schreden op het smalle pad
naar arbeiderszelfbestuur.”
Ook de Middagbaas loopt minder goed dan de initia-
tiefnemers hadden gehoopt. Artistieke ideeën zijn er
genoeg: zo brainstormt de Middagbaas in april 1977
“over de mogelijkheden om te komen tot toneelpro-
jecten, workshops met thema’s als werkeloosheid en
dramatische expressie”. Maar financieel gaat het
slecht. Want hoewel het geleidelijk drukker begint te
worden, wordt de beoogde omzet niet gehaald. Om
de rustige zomermaanden te overleven, zal de Mid-
dagbaas het aantal arbeidsplaatsen moeten inkrim-
pen óf meer subsidie moeten krijgen. Frons kiest
voor het laatste: op 11 juni krijgen de Middagbazers
een tweede krediet van 14.000 gulden.
Een walhalla voor de spelende mens wil de Middag-
baas echter maar niet worden. Al snel blijkt namelijk
dat de krappe ruimte aan de Biltstraat niet geschikt is
voor culturele activiteiten. Bovendien vergt het bar-
werk zoveel energie dat het moeilijk is om daarnaast
nog creatief bezig te zijn, laat staan om totaaltheater
te maken. Na een jaar houden Peter Minken, Henny
de Jong en Hans Parlevliet er dan ook mee op en
doen ze de zaak over aan drie nieuwe werkers. Maar
ook die kunnen de Middagbaas niet boven het niveau
van een buurtkroeg uittillen, al slagen ze er wel in een
aantal muziekoptredens, filmzondagen en amateur-
festivals te organiseren.
AlternatiefHet debacle van de Ochtendbaas en de teleurstel-
lende resultaten van de Middagbaas zetten de Ba-
zers aan het denken. Bieden deze projecten nu wel
“Origineel wilik zijn, net alsiedereen”
[uit: ‘Het kleine gedicht’, gedichten van Mieke Hegge, Harrie Jekkers,Koos Meinderts en Alex de Vries, mei 1978]
herfst van vroeger
herfst van vroegermet een groen pepermuntjeop het puntje van je tongging je machtigste adelaarvliegend op de windnaar schoollandde met twee d’smaar steeg weer op in je potloodde meester haalde je neerin een al te mooie vluchteven keek hij nieten je lineaalratelde wraak
herfst van vroegermet voor het eerstde dikke deken weerlag je al om half zevenin beddesnoods met blote benen
Ik houd van je ogenje lieve zachte ogen,die me altijd weer verrassen.Ik houd van je haarje lieve zachte haar,maar je moet het vaker wassen.
Je zegt, dat ik niet vanhonden houd;Dat is gewoon niet waarMaar ‘k houd alleen nog meer van jou,dan alle honden bij elkaar
Macht“Een linkse multinational willen we vormen. En dat woord geeft aan
dat we op macht uit zijn, omdat macht het belangrijkste middel is
wat je moet zien te vergaren om iets te veranderen. Zachte infiltratie,
mensen laten zien dat het ook anders kan, is allemaal mooi mee-
genomen maar het zet geen enkele zood aan de dijk. De huidige
inrichting van onze maatschappij is namelijk niet tot stand gekomen
omdat de meeste mensen deze struktuur de beste vonden.”
[Yvonne Zonderop, mei 1978]
40 Collectief eetcafé De Baas
oefent de kroeg slechts aantrekkingskracht uit op
een “bovenlaag uit de samenleving”: echte arbeiders
komen er niet. Bovendien heeft nog geen enkele vrij-
williger die buiten De Baas een betaalde baan heeft
“zijn bevoorrechte positie durven op te geven” om
een statement te maken tegen de “klassieke baas-
knecht-verhouding”. En dus overheerst het gevoel
dat De Baas weliswaar leuk bezig is, maar niet echt
bijdraagt aan de totstandkoming van een ‘linkse mul-
tinational’. Of, zoals Peter het formuleert: “Ik heb het
gevoel dat we onze geldlokomotief niet aanvullen
met wagons, maar met sierstrips en ver-chroomde
koplampen.”
Gelukkig komt in november 1977 ook een idee met
meer ideologische diepgang bovendrijven. Dan pre-
senteren Ger Jochems, Henk van Veen, George Vo-
gelaar en Cees Grimbergen namelijk hun plan voor
het Journalisten Kollektief Utrecht (JKU). Ze willen
samen een correspondentschap voor “nieuws, re-
portages, analyses, schandalen en ‘man bijt hond’”
opzetten, dat onder andere zal berichten over jonge-
ren, militaire zaken en buitenlandse werknemers. De
Bazers zijn verheugd: eindelijk een project dat niét
direct met de kroeg te maken heeft. Bovendien is
het nog echt links ook: het JKU wil met zijn kritische
reportages een bijdrage leveren “aan een meer
rechtvaardige verdeling van inkomen, kennis, macht
en werk”. Ook belooft het alle werkers evenveel in-
spraak te geven en hetzelfde (minimum)loon. En-
thousiast verleent Frons een startsubsidie van
16.000 gulden en stelt ze zich met 130.000 gulden
één jaar lang garant voor de uitbetaling van het loon.
Dankzij deze toezegging kan het JKU op 1 mei – de
dag van de arbeid – van start.
het alternatief waar ze naar op zoek zijn? Lidy, René
en Fred vinden van niet. “In onze doelstelling mik-
ken we duidelijk op het veranderen van de economi-
sche verhoudingen, maar onze feitelijke activiteiten
bewegen zich vooral op het terrein van bewustma-
king, vorming, cultuur etc. We bewegen ons meer op
het terrein van C.R.M. dan op dat van Economische
Zaken.” Zo zorgt de Middagbaas weliswaar voor
“roomboter op het dagelijks brood”, maar verandert
het nog niets aan de manier waarop mensen dat
brood moeten verdienen. “Samenvattend: we leve-
ren ontspanning, vorming, toneel, grapjes en een
lekker pilsje, maar we hebben de maatschappij nog
geen volledige, prettige en zelfbesturende werkeen-
heden geboden.”
Ook in De Baas zelf, vinden de drie, is het experi-
ment in arbeiderszelfbestuur nog te vrijblijvend. Zo
411977-1978 | Weerbarstige idealen
ProjectvoorwaardenZo vinden er in de eerste anderhalf jaar van De Baas
twee ontwikkelingen plaats. Aan de ene kant komen
er wel degelijk verschillende projecten van de grond,
sneller zelfs dan de oprichters voor mogelijk hadden
gehouden. Aan de andere kant worden die projecten
met terugwerkende kracht kritisch bekeken en voe-
len de Bazers zich door de resultaten ervan onbevre-
digd. “Iedereen was schijnbaar verrast door het grote
succes en wist niet wat er volgen moest”, blikt Olav
Grotenhuis later terug. “We waren blij dat we wat
hadden en we bleven stilstaan terwijl we dachten dat
we vooruitgang hadden geboekt.”
HET JOURNALISTEN
KOLLEKTIEF UTRECHT (JKU):
GER JOCHEMS,
GEORGE VOGELAAR,
CEES GRIMBERGEN
EN HENK VAN VEEN
Door dit gevoel van onvrede wordt de roep om dui-
delijke projectvoorwaarden steeds sterker. In feite
klinkt die roep al sinds november 1976, als de Ba-
zers in Niehove een eerste poging doen duidelijk te
omschrijven wat ze willen bereiken. Maar nu de eer-
ste projecten geen onverdeeld succes blijken te zijn,
wordt die behoefte alleen maar groter. Want al die
tijd, realiseren de Bazers zich, hebben ze voorstellen
goedgekeurd zonder precies te weten waarop ze die
moesten beoordelen. Zo werden er over de opzet
van de Middagbaas nooit “spijkerharde afspraken”
gemaakt, terwijl dat toch het eerste project was
waarin “mensen volledig zichzelf dienden te bedrui-
pen”. Ook waren er maar liefst vijf vergaderingen no-
dig om het biologisch-dynamisch tuinbouwbedrijf
Gaiapolis uit Oegstgeest een renteloze lening van
5.000 gulden toe te kennen, simpelweg omdat de
discussie over de projectvoorwaarden nog in volle
gang was.
Uiteindelijk zal die discussie zo’n anderhalf jaar du-
ren. In dit debat wordt – typisch jaren zeventig –
bijna elk punt tot hogere politiek verheven. Zo zijn de
Bazers het erover eens dat projectleden niet meer
dan het minimumloon moeten krijgen, zodat het uit-
geleende geld snel kan worden hergebruikt voor an-
dere projecten. Maar wat te doen als iemand kinde-
ren heeft en dus niet van zo’n minimumloon kan
rondkomen? Natuurlijk, dan zou die persoon loon
naar behoefte moeten krijgen. Maar enkele feminis-
ten zijn het daar niet mee eens: zij vinden in ver-
wachting raken een bewuste keuze. Strikt be-
schouwd is een kind een luxeproduct, net als
bijvoorbeeld een platenspeler. Dus als de ene werker
besluit een pick-up te kopen en de ander besluit een
kind te nemen, wat is dan het principiële verschil?
Ook de vraag hoe projecten zouden moeten omgaan
met ‘overwinst’ leidt tot vergaande suggesties. Zo
doet Martin Clobus een uitgebreid voorstel voor een
‘Fronsbelasting’, inclusief progressieve belasting-
schijven. Dit gaat de andere Bazers te ver: op deze
manier raakt de vereniging wel érg geïnstitutionali-
seerd. Toch is het opvallend hoe rigide de project-
voorwaarden uiteindelijk uitpakken. Zo moeten pro-
jecten die voor een lening in aanmerking willen
komen de Frons-ideologie actief naar buiten uitdra-
gen, functioneren volgens het principe van arbei-
derszelfbestuur en financieel rendabel zijn of dit bin-
Collectief eetcafé De Baas42
Brand in De Baas“Donderdagmorgen 9 september. Kwart over zes in de ochtend, de tijd
waarop de meeste dromen eindigen in bel- of wekkergerinkel; het
haantje kraait een nieuwe dag. Mijn droom heeft geloof ik weer met
iets freudiaans te maken en is net niet enerverend genoeg om me in
dromenland te houden. De wekker loopt af, jesus nu al? Neen, de
telefoon gaat. Kwart over zes. Welke doorgetripte dronkaard vergist zich
nu weer in het telefoonnummer?
‘Dag Cees, met Jan Brouwer, niet zo best, brand in De Baas.’
Een lichte hartverzakking maakt zich van me meester. ‘Hoe is het nu?’
‘Brandweer is al weg, peuken lagen te smeulen in de vuilnisemmer
onder de bar, enorme rookontwikkeling, drie brandweerwagens, met
persluchtmaskers de zaak in, alle meisjes van boven in slipje de straat
op, voordeur en cafédeur stonden open.’
HUP, Joops racefiets is sterk genoeg om mij in vijf minuten naar De Baas
te brengen.
Er staan wat wachtende gastarbeiders bij de bushalte en links achter Ali
ligt de bron van ellende: een verschrompelde hoop plastik, geel van de
emmer en grijs van de vuilniszak, wat restanten sinaasappelschil en
viltjes, een half verbrand vaatdoekje. Alles ineengeklonterd tot een
vormeloze hoop ellende. Nu te bezichtigen in de keuken. EN LAAT
GODVERDOMME GOED TOT JE DOORDRINGEN WAT JE ZIET ALS JE ER
NAAR STAAT TE KIJKEN, WANT: OP HET NIPPERTJE EN MET GELUK AAN
ONZE KANT IS EEN RAMP VOORKOMEN.”
[Cees Grimbergen, datum onbekend]
nen afzienbare tijd kunnen worden. Projecten krijgen
een zelfstandige rechtspersoon, waarmee Frons een
contract afsluit. Maar verder dan deze juridische
zelfstandigheid reikt de autonomie niet: zowel de
productiemiddelen als de overwinst blijven eigen-
dom van Frons. Bovendien moeten alle werkers lid
zijn van Frons en moeten projecten elk jaar inhoude-
lijk en financieel verantwoording afleggen.
Met deze imposante reeks eisen proberen de Bazers
serieus inhoud te geven aan hun ideaal van de
‘linkse multinational’. Want alleen als projecten nauw
met De Baas verbonden blijven, kan er een echte te-
genbeweging ontstaan. Maar ironisch genoeg blijken
1977-1978 | Weerbarstige idealen 43
FRONSWEEKEND 1977
DE BAAS DRAAIT
ENORME OMZETTEN
44 Collectief eetcafé De Baas
hun inspanningen al snel voor niets te zijn geweest.
In de praktijk willen projecten namelijk helemaal niet
één zijn met Frons. Zo wenst LEF, een nog op te zet-
ten links-feministische boekhandel in Eindhoven,
een clausule op te nemen die de mogelijkheid biedt
zich van Frons los te maken. En ook het JKU ver-
langt kort na zijn oprichting meer autonomie.
Daar komt nog eens bij dat er zich na november
1977 in De Baas zelf geen nieuwe ideeën voor pro-
jecten meer voordoen. Dit stelt de Bazers voor een
lastig dilemma. Als ze willen dat de Frons-ideologie
terrein wint, moeten er toch echt nieuwe projecten
worden opgestart. Maar als die projecten zich niet in
eigen kring aandienen, zullen er meer projecten van
buitenaf gesteund moeten worden. Het risico is ech-
ter dat die projecten er andere idealen op nahouden
en het bijvoorbeeld met het principe van arbeiders-
zelfbestuur niet zo nauw nemen.
Alleen nog geldmotorOm te inventariseren waarom de werkers geen
nieuwe voorstellen meer indienen, stuurt De Baas in
mei 1978 een vragenlijst rond. In die vragenlijst
wordt de werkers onder andere gevraagd waarom ze
eventuele ideeën voor projecten nog niet hebben
doorgezet en op welke termijn ze dat wél zouden wil-
len doen. Ook worden in november een groot aantal
gesprekken gevoerd. Hieruit blijkt dat er wel degelijk
plannen voor projecten zijn (onder andere voor een
kringloopwinkel, een 5-guldenhotel en een disco-
theek), maar dat die nog niet erg zijn uitgewerkt.
Veel Bazers studeren namelijk of hebben “een goed
betaald baantje waar ze niet zo gauw van weg wil-
len”. Anderen vinden het sowieso geen probleem om
vrijwillig achter de bar te staan zonder dat dit uitzicht
biedt om in een betaald project terecht te komen.
Sterker nog: sommigen ervaren de druk om projec-
ten op te zetten als onprettig en zijn blij dat die aan
het afnemen is.
Uit de gesprekken blijkt ook dat de meeste Bazers
de projectvoorwaarden – hoeveel moeite het ook
BARRY MOORE TREEDT
OP IN DE BAAS
451977-1978 | Weerbarstige idealen
heeft gekost om die op papier te krijgen – eigenlijk te
strak vinden. Er zou meer ruimte moeten zijn voor
“ideologies juiste, maar weinig rendabele initiatie-
ven”. Van linkse projecten, zo redeneren ze, kun je
niet altijd eisen dat die rendabel zijn, zeker niet nu
na de oliecrisis de economische omstandigheden
sterk verslechterd zijn. Ook vinden ze het minder re-
levant of een project in de ‘harde’ of ‘zachte’ sector
opereert: misschien is het veranderen van de econo-
mische productieverhoudingen bij nader inzien toch
wat te hoog gegrepen.
In december 1978 leidt deze inventarisatie tot een
opvallend besluit. Op een beleidsweekend in Ame-
rongen draaien de Bazers een groot deel van de eer-
der geformuleerde projectvoorwaarden namelijk
weer terug. Zo hoeven projectleden geen lid meer te
zijn van Frons, is het project volkomen vrij over even-
tuele winst te beschikken en hoeft het geen verant-
woording af te leggen. Ook besluit De Baas zijn lan-
delijke pretenties los te laten en alleen nog
initiatieven in Utrecht en omgeving te steunen.
Met deze beslissing laat De Baas in feite de ge-
dachte van de ‘linkse multinational’ los. De kroeg is
en blijft een geldmotor: het is nog steeds de bedoe-
ling om met de opbrengsten allerlei linkse projecten
te steunen. Maar de werkers hebben niet meer de il-
lusie dat ze op eigen kracht een nieuwe wereldorde
tot stand kunnen brengen.
En zo maken de Bazers in de eerste 2,5 jaar een in-
teressante ontwikkeling door. In eerste instantie belo-
nen ze elk aardig idee met een lening, blij als ze zijn
dat ze het geld een nuttige bestemming kunnen ge-
ven. Vervolgens gaan ze het effect van die investerin-
gen steeds kritischer bekijken en besteden ze veel
aandacht aan het formuleren van uitgebreide pro-
jectvoorwaarden. Maar als die voorwaarden dan ein-
delijk zijn uitgekristalliseerd, blijkt het animo om zelf
projecten op te zetten inmiddels te zijn weggeëbd.
Toch moet, zoals Harrie al had aangekondigd, de
poen ergens heen. En dus zal De Baas zijn geld de
komende jaren gebruiken om vele collectieve bedrijf-
jes een duwtje in de rug geven.
Amateurs“Ruim twee jaar geleden is de vereniging ontstaan uit een groep van
twintig mensen, grotendeels vrienden van elkaar. Geen van allen wist
hoe men een bedrijf als cafe De Baas (de geldmotor) moest draaien.
Toch zijn we met veel enthousiasme eraan begonnen. De ervaring
kwam vanzelf. Toch kwamen we al vrij snel in de problemen te zitten.
Niet omdat er niets verdiend werd, maar juist omdat er ontzettend
veel verdiend werd. Dit had niemand verwacht. We groeiden uit van
niets tot een florerend bedrijf. Toch bleven we in veel zaken amateurs.
Maar in een dergelijk bedrijf met een omzet van 500.000 gulden kan
er bijna geen plaats zijn voor amateurisme. En dus hadden we ons
daarop moeten bezinnen.”
[Nienke Feis, Paul Schröer, Frits de Beet en Olga Matthijssen,
juni 1978]
46
Tja, muziek in De Baas. “Wat moet je daar nuover schrijven?”, verzuchtte Baaswerker WimWansink in februari 1977. “Er zijn toch zatcassettes en platen; er is toch een geluids-installatie? Daar kun je gewoon naar luisteren,terwijl de tap op volle toeren draait en dealcoholroes zich langzaam van je meesterdreigt te maken?” Nee, want De Baas moestmeer dan dat “ingeblikte werk” kunnenbieden. “Ik bedoel hier optredens in de kroeg.Groepen die hun muzikale (niet-)kunnen overonze hoofden uitdragen.”
Rumoer “Niet dat onze ruimte daar bijster goed voorgeschikt is”, vond Wim. “De herinneringenaan de vier wrakke vlonders, achteloos opelkaar gekwakt in de hoek bij de plees, aan devrolijk maar afleidend kwekkende bezoekers[…] en het altijd zoemende rumoer rond detap zijn namelijk bepaald geen uitstekendevoorwaarden voor een ‘goed’ optreden. Maarwat willen we dan eigenlijk? Een geinigeavond, waarop de moppen niet van de luchtzijn, de perversiteit zich rond de brandslangslingert, waarop gelachen en gehesen kanworden en de klanten mokkend maar tevredenmet sluitingstijd de tent verlaten? Een avond
waarop muziek gemaakt wordt en die je kuntbeschouwen als extra-service aan je publiek;die je naam en faam zal verspreiden? Willenwe dat? Het lijkt mij een prima uitgangspunt.”
Weinig keuzeOm die perverse avonden mogelijk te maken,had de werkersvergadering een paar wekeneerder al besloten om maandelijks vijfhonderdgulden uit te trekken voor concerten in hetcafé. Bovendien kreeg Wim – die dezeoptredens zou gaan organiseren – eenvolmacht om dit geld naar eigen goeddunkente besteden. Zo had hij de klanten op 27januari getrakteerd op “de Rotterdamsegeinporems ‘Makker, Rakker en Stakker’, diemet hun kwele-ballen-muziek voor een primastemming zorgden”. Maar toen hij op zoekging naar meer bands die binnen het budgetpasten, kwam hij er al snel achter dat dekeuzemogelijkheden beperkt waren. “Folk ennog eens folk. En van die slijmerige kromme-tenen-muziek wil ik weleens af. Niet dat ergeen goede folk gemaakt wordt […], maarvoor zo weinig poen als wij kunnen bieden,kun je gewoon niets anders dan 1.000-uit-één-blikje-geluiden horen.” Veel liever zou hijblues-, jazz- en rockgroepen boeken. Ook
theater, een klassiek recital of voordrachts-kunstenaar leken hem wel wat. Alles wasgoed, zolang er maar “echt geswingd kanworden, dat er simpelweg lol gemaakt kanworden. Dát staat voorop.”
Swingen op zondagOngeveer een half jaar later, namelijk inseptember 1977, werd hij op zijn wenkenbediend. Toen deden vier Bazers van het eersteuur (Harrie Jekkers, Cok Vergeer, Peter Minkenen Henny de Jong) samen met nieuwkomerLeon Smit (de latere toetsenist van Het KleinOrkest) namelijk het voorstel om een muziek-podium op te richten. Al stonden concerten indat voorstel niet eens centraal: het ging deinitiatiefnemers er vooral om ervaring op tedoen met het runnen van een zaal, zodat zeop termijn een eigen muziekcollectief kondenoprichten. Het geld dat ze met de optredenszouden verdienen, wilden ze namelijk stekenin eigen apparatuur. En de zaal die ze nutijdelijk zouden huren, moest mede dienstgaan doen als oefenruimte voor hun eigenrepetities.
Vrije inloopDe andere Bazers zagen dit idee wel zitten en
Slechts zo’n twintig zondagavonden heeft hetritmelokaal gevibreerd. Maar in de korte periode datOver de Singel actief was (oktober 1977-maart 1978)wist het wel de beste bands van dat moment naarUtrecht te halen.
Collectief eetcafé De Baas
Geen dasjes, geen pasjes,
47
kenden een renteloze leningtoe van 10.000 gulden. Eenmaand later werd dit bedragnog eens aangevuld met eengarantiesom van 22.000gulden voor de huur van eenzaal. En zo vond in oktober1977 het eerste optredenplaats van ‘RitmelokaalOver de Singel’: niet in dekrappe kroeg waar vanpallets een provisorischpodium gebouwd moestworden (Biltstraat 23),maar in een veel groterezaal daarnaast (Biltstraat17). Het motto van deavonden: “geen dasjes,geen pasjes”. Want integenstelling tot veelandere kroegen in Utrechtzou van het publiek geen‘gepaste’ kleding oflidmaatschapskaart wordenverlangd.
Alle topactsVolgens Cok Vergeer, de man die deprogrammering van Over de Singel verzorgde,was de multiculturele latin-band Sail-Joia(jarenlang huisband van de AmsterdamseKosmos en Melkweg) waarschijnlijk de eerstegroep die aan de Biltstraat optrad. Latervolgden tal van grote namen, zoals HermanBrood and his Wild Romance, Gruppo Sportivoen Harry Muskee. Ook speelden er veel in dietijd beruchte punkbands (The Ex, Cockroach,The Flying Spiderz), net als de bluesbandBarrelhouse, funkgroep Houseband, Sweet
D’Buster en het ‘politieke’ Bots. “Eigenlijkhadden we alle topacts die toen in Nederlandrondliepen”, zegt Cok. “Het principe achter deprogrammering was dan ook simpel: als weeen goede band konden krijgen, deden we ‘t.We hadden geen voorkeur voor één genre,maar zochten gewoon naar goede muziek.Iedereen moest aan zijn trekken kunnenkomen.”
Gewoon bellenOm die bands te strikken, zocht Cok eerst inmuziekbladen de nummers op van verschillen-de boekingsbureaus. Vervolgens pakte hij detelefoon en keek waar het schip strandde.Even pragmatisch verliep de organisatie.
“Iedereen had zijn eigen taak”, zegt Cok. “Deéén plakte affiches, de ander stond aan dedeur en Peter Minken timmerde een prachtigopbergsysteem voor onze instrumenten.Eigenlijk improviseerden we er maar wat oplos. Zo kan ik me herinneren dat een bandtijdens de repetitie pertinent weigerde om oponze ouwe piano te spelen. Toen zijn we alseen gek naar de Oudegracht gereden om eenpiano te huren. Dat kostte een smak geldnatuurlijk, maar daar lagen we niet wakkervan.”
Eindelijk naar UtrechtOver de Singel huurde de ruimte van dezelfdeman van wie De Baas de kroeg huurde: bokser
maar lekkere basjesOver de Singel
48 Collectief eetcafé De Baas
Jan Brouwer. Vandaar dat in de grote zaal eenheuse boksring stond opgesteld, waarvansimpelweg de voorste touwen hoefden teworden weggehaald om er een band in tehuisvesten. “Dat vonden die muzikantengeweldig”, zegt Cok, “spelen in zo’n echtearena met bloed op de vloer. Maar we kondende grote acts vooral strikken omdat er in dietijd in Utrecht nauwelijks geschikte podiawaren. Onze zaal had een capaciteit vanvierhonderd man: behoorlijk groot voorUtrechtse begrippen. Bovendien hadden weeen goede akoestiek, geinig publiek en eenleuke sfeer. Dat ging rond als een lopendvuurtje. De meeste bands wilden graag naarUtrecht komen, want daar speelden zenormaal gesproken nooit.”
PubliekstrekkersWegens dat ‘gat in de markt’ was het nietmoeilijk om de zaal vol te krijgen, herinnertCok zich. “Volle zalen kreeg je makkelijk in dietijd, want voor jongeren was er eigenlijk niksin Utrecht. Bovendien was de entree slechts3,50 gulden en een pilsje 90 cent. Dat was eenprincipezaak voor ons: Over de Singel moestvoor iedereen betaalbaar zijn. Al liepen wedaarmee wel een bepaald risico. Want als weuitverkocht waren draaiden we een heelaardige omzet, maar als er minder bekendebands op het programma stonden leidde datmeteen tot een behoorlijke zeperd. Zo hebbenwe wel eens een Ierse band gehad waarnauwelijks belangstelling voor was. Datkregen we al snel door: dat ook linkse mensenvooral op de grote namen afkomen.”
Dure kerstToen Over de Singel na de eerste driemaanden de balans opmaakte, werd die
wisselvalligheid duidelijk zichtbaar. HermanBrood (geboekt voor een ‘recordbedrag’ van1.250 gulden) had bijvoorbeeld gezorgd vooreen keurige 805 gulden winst, maar de HarryMuskee Band voor een rampzalige 1.451gulden verlies. Al was dat laatste debaclevooral te wijten geweest aan de datum vanhet optreden: eerste kerstdag. In het vervolgbeloofden de Singelaars dit soort foutenechter niet meer te maken. “Na drie maandendraaien hebben we een redelijk inzicht in watwel loopt en wat niet. […] We zullen dusvrolijk de ingeslagen weg blijven volgen en devolgende keer een vette winst op tafelleggen”.
Kappen nu!De kosten waren niet het enige dat deSingelaars moesten leren te beheersen. Ookhet publiek moest bij tijd en wijle behoorlijk intoom worden gehouden. “Als je allerleiverschillende bands boekt”, zegt Cok, “trek jeeen heel divers publiek. Daar zaten natuurlijkook wel eens vervelende types tussen, mensendie bijvoorbeeld dronken op het podiumwilden klimmen. Vooral het concert van TheFlying Spiderz uit Eindhoven zal ik niet snelvergeten. Toen kwamen er opeens veertig vandie ruige gasten op ronkende motoren deBiltstraat in rijden, die ons vervolgensbegonnen te intimideren door expres glazente laten vallen. Ik weet nog dat ik toen heel
erg kwaad ben geworden: ‘Als je nú nietophoudt, flikker ik je direct de kroeg uit!’ Hetgrappige was dat ze zich dan meteen koesthielden. Gezamenlijk deden ze allemaal heelstoer, individueel een stuk minder.”
Kort maar krachtigMede dankzij dit soort legendarische avondenschreef Over de Singel een uniek stukjeUtrechtse muziekgeschiedenis. Toch moest hetpodium zijn deuren al snel weer sluiten. Wanthoewel Over de Singel volgens Cok altijdkeurig om middernacht stopte, was degemeente over de geluidsoverlast toch niet zote spreken. Omdat de Singelaars geen anderegeschikte ruimte konden vinden, eindigdeOver de Singel in maart 1978 even abrupt alshet begonnen was. Grote acts waren daarnaniet meer in De Baas te vinden. “Er werdnatuurlijk nog wel live gespeeld”, zegt Cok,“maar voor de bekende bands was het zaaltjesimpelweg te klein.”
BoeteVoor Cok persoonlijk betekende Over deSingel “een hele leuke, swingende periode”,waarvan hij erg heeft genoten. “Vooral deoptredens van de bands die voor volle zalenzorgden, zoals Sweet D’Buster en GruppoSportivo, staan me heel erg bij. Ook de act vanHerman Brood, maar dan om een hele anderereden. Een tijdje nadat ik hem geboekt had,
49Over de Singel
werd ik namelijk gebeld door zijn managerKoos van Dijk. Die was helemaal in paniek:Herman moest die avond spelen in Groningenmaar zat vast op een Utrechts politiebureau! Ofik niet even daar naartoe wilde fietsen om deboete voor te schieten? Ik had helemaal geenzin, want ik zat net lekker voetballen te kijken
met een biertje erbij. Maar in de rust van dewedstrijd ben ik toch gegaan. De agentenwaarschuwden me nog om niet te betalen:volgens hen zou ik dat geld nooit meerterugzien. Maar toen Herman later bij onsoptrad, heb ik dat geeltje keurig netjes van hemteruggekregen.”
Over de Singel
13 november 1977
Herman Brood and his Wild
Romance
27 november 1977
Sunny Jim
4 december 1977
Gruppo Sportivo
11 december 1977
Bots 18 december 1977
Sweet D'Buster
25 december 1977
Harry Muskee Band
1 januari 1978
Houseband
De Baas
27 januari 1977
Makker, Rakker en Stakker
24 februari 1977
Beuk Brothers
5 juni 1977
Bots
16 augustus 1979
Han Baving
3 oktober 1979
Arturo
11 oktober 1979
Nigel Cameron
26 oktober 1979
The Ex
14 juni 1980
Het Goede Doel,
Het Klein Orkest e.a.
11 februari 1981
Moker
1 april 1981
Barry More
5 juni 1981
SENTIC
6 juni 1981
Het Klein Orkest en Dame Blanche
30 september 1981
Hi Jinx
14 oktober 1981
Circus Giramundo
20 oktober 1981
Karen Woolfson
11 december 1981
Ambush
6 september 1982
Anwal
30 september 1982
Stapel
4 februari 1983
Rapalje
11 februari 1983
Titanic & the Iceberg
30 maart 1984
Spoorloos
26 februari 1988
Kuifje in Zuid-Amerika
26 oktober 1989
Gentle Rain
26 mei 1991
Kamperman Maffia + Alibi
21 november 1991
Cache Cache
27 september 1992
Hotclub Utrecht + cabaretgroep
Lang en Gelukkig
10 april 1997
Bright Blue Gorilla
OPTREDENS IN DE BAAS
50
51
Hoewel hun projecten niet het ge-
wenste resultaat hebben opgele-
verd, geven de Bazers de moed
niet op. De hoop om op eigen
kracht een ‘linkse multinational’
tot stand te brengen mag dan
vervlogen zijn, maar het activisme
is nog springlevend.
Na de beslissing om de projectvoorwaarden te ver-
soepelen, ontwikkelt De Baas zich tot een ware wel-
doener voor links Utrecht. In de periode 1979-1982
wordt een bedrag overgemaakt van bijna 350.000
gulden, grotendeels in de vorm van renteloze lenin-
gen. Ook met startsubsidies, giften, loongaranties en
borgstellingen helpt De Baas vele kleinschalige be-
drijfjes op weg.
In vier jaar tijd steunt De Baas maar liefst vijftien ver-
schillende projecten. Het ASU is een van de groot-
afnemers: in totaal leent dit boekhoudcollectief van
De Baas ruim 80.000 gulden. Ook biologisch tuin-
bouwbedrijf De Aardvlo (50.000 gulden), communi-
catiebureau WRIK (49.550 gulden), technisch instal-
latiebedrijf De Installateurs (35.342 gulden) en
fotostudio Kinoglas (32.000 gulden) doen een groot
beroep op de Baaskas. Kleinere bedragen gaan naar
kluscollectief Uw Handlanger, onderzoeksbureau
Sorus, kringloopwinkel Kreatrom, boekhandel LEF,
ecologische winkel De Santekraam en actiekook-
groep Rampenplan. Ook steunt De Baas twee collec-
tieve cafés in oprichting (Pommeranz uit Breda en
Averechts uit Utrecht) en twee eethuizen (het vege-
tarische De Groene Waterman en het feministische
Eucalypta).
Met deze financiële bijdragen ontpopt De Baas zich
tot een soort duurzame bank avant la lettre. Elk be-
drijfje dat wil werken op basis van arbeiderszelfbe-
stuur wordt van harte uitgenodigd een lening aan te
vragen. Natuurlijk worden niet álle aanvragen geho-
noreerd: de Bazers kijken wel degelijk kritisch of pro-
jecten een kans hebben om rendabel te worden.
Maar aan de andere kant staan ze ook weer niet op
hun achterste benen als een lening niet of te laat
wordt terugbetaald. Sterker nog: als een bedrijf aan-
geeft meer tijd nodig te hebben om levensvatbaar te
worden, aarzelt De Baas vaak niet om er nog een ex-
tra lening tegenaan te gooien.
Op deze manier realiseert De Baas via een omweg
zijn oorspronkelijke doelstelling. Al starten de wer-
4 OP DE BARRICADEN
52 Collectief eetcafé De Baas
kers dan zelf geen projecten meer op, toch leveren
ze een bijdrage aan een ‘baasloze samenleving’. Bo-
vendien steunt De Baas collectieven ook op een
meer indirecte manier. Zo organiseert de kroeg in
1980 samen met de Beweging Arbeiders Zelfbeheer
(BAZ) twee bijeenkomsten voor alle Utrechtse groe-
pen “die werken aan een stuk zelforganisatie, zelfbe-
stuur en zelfbeheer” en is De Baas één van de op-
richters van de Stichting Kollektieven Ontwikkelings
Maatschappij (KOM), een bureau dat vanaf 1981
beginnende collectieven in Utrecht adviseert. Ook
ontvangen de Bazers een delegatie van 25 Belgen
die geïnteresseerd zijn in hun ‘werkverband’ en voe-
ren ze gesprekken met mensen die in andere steden
een collectief café willen oprichten, waaronder
Breda, Nijmegen en Apeldoorn. In juni 1983 organi-
seren ze zelfs een landelijke discussiedag voor col-
lectieve cafés, waar 45 mensen van 12 cafés aan
deelnemen.
FooienpotOok via de fooienpot geeft De Baas vele linkse initia-
tieven een impuls. Oorspronkelijk komt dit idee van
Koos Meinderts: in september 1977 stelt hij voor om
de inhoud van de fooienpot (op dat moment zo’n
125 gulden per maand) weg te geven aan “een ak-
tiekommittee of een bevrijdingsbeweging of iets der-
gelijks”. In januari 1978 stemt de werkersvergade-
ring hiermee in: voortaan zal de fooienpot worden
gedoneerd aan een groep “waar we als kafee achter
willen gaan staan”. Elke werker kan in het logboek
een suggestie doen, de vergadering beslist wie de
fooienpot krijgt en er komt een bord in het café
waarop de klanten kunnen lezen waar hun fooi naar-
toe gaat. Over de bestemming van de pot wordt ge-
woontegetrouw uitgebreid gediscussieerd: soms vin-
den er zelfs meerdere stemrondes plaats.
De eerste fooienpot (die van december 1977) gaat
naar het Komité Anti Kontrole, een actiegroep die
protesteert tegen de aantasting van de privacy en die
onder meer verantwoordelijk is voor het dichtspuiten
van beveiligingscamera’s op Hoog Catharijne. Ook
daarna wordt de fooienpot elke maand aan een orga-
nisatie overhandigd. Zo vormen het Medisch Komi-
tee Palestina, het Woningnood Tribunaal en de ille-
gale kraakzender Radio Gladiool slechts een kleine
greep uit de vele gelukkigen.
Links bolwerkMede dankzij dit soort acties ontwikkelt De Baas zich
steeds meer tot een soort huiskamer voor progressief
Utrecht: een plek waar actievoerders samenkomen,
allianties smeden en na afloop van demonstraties
een biertje drinken. De Baas zelf doet volop mee aan
deze acties, vooral door ze in praktisch opzicht te on-
dersteunen. Zo tappen de Bazers op verschillende
Apolitiek
“Het is een illusie dat een kroeg méér dan een kroeg alleen zou
kunnen zijn, in de zin dat er meer van je linkse idealen over de
tapkast bij de klanten terecht zou kunnen komen. Een pilsje blijft
een pilsje, zelfs in kafee De Baas. De Baas is een kroeg en geen
vormingscentrum.”
[Helma Cornelis, juni 1982]
531979-1982 | Op de barricaden
vredesfeesten en woningnoodmanifestaties, schen-
ken ze in september 1979 een dagomzet aan de Rot-
terdamse havenstakers en verzorgen ze in september
1981 maaltijden tijdens de blokkade van kerncentrale
Dodewaard. Ook bij de grote demonstratie tegen kern-
wapens in Amsterdam op 21 november 1981 is een
aantal werkers present. “Het was een groot sukses dat
wij daar stonden met onze broodjes en soep. Vrijdag
tevoren is er kollektief brood gesmeerd en 200 liter
soep gemaakt, wat zaterdag allemaal verkocht is.”
Door het succes van deze laatste actie ontstaat het
idee om de ‘axikook’ op te richten: een groep die in
het hele land de hongerige magen van actievoerders
moet gaan vullen. Helemaal van de grond komt dit
niet: uiteindelijk zijn de meeste kookacties nogal ad
hoc en verlopen ze met wisselend succes. Toch rukt
de ‘axikook’ meerdere keren uit, vaak in samenwer-
king met andere collectieven. In september 1982
kookt De Baas bijvoorbeeld samen met Averechts,
De Groene Waterman, De Santekraam en kraakcafé
De Koffiekeet op een van de vele demonstraties te-
gen de aanleg van de A27 door Amelisweerd. De or-
ganisatie van deze demonstratie is in handen van
het ‘stedelijk overleg’, waarin ook vertegenwoordigers
van De Baas zitten.
Tivoli TijdelijkDe actie die de Bazers het meest tot de verbeelding
spreekt, is echter de strijd voor een muziekpodium
voor jongeren. Op 26 januari 1979 verstoort een
groepje Bazers het openingsconcert van Muziekcen-
trum Vredenburg, uit onvrede met het ‘elitaire’ cul-
tuurbeleid van de gemeente. Die wil namelijk het
Tivoli- gebouw in Park Lepelenburg slopen: het enige
ACTIEVOERDERS BEZETTEN
HET NV-HUIS
DE ‘AXIKOOK’ TIJDENS EEN
DEMONSTRATIE TEGEN
KERNENERGIE
DE AANLEG VAN DE A27
DOOR AMELISWEERD ROEPT
VEEL WEERSTAND OP
54 Collectief eetcafé De Baas
HET OUDE TIVOLI
AFGEBRAND
EEN VAN DE VELE TIVOLI-DEMONSTRATIES
551979-1982 | Op de barricaden
podium in Utrecht dat zich leent voor popconcerten.
Daarom bezetten de actievoerders dit gebouw en or-
ganiseren ze een feest voor zo’n 3.000 mensen. Ook
richten ze Komitee Tivoli Tijdelijk op, waarvan Baas-
werker Dick van der Peijl de woordvoerder wordt.
Als het Tivoli-gebouw op 7 maart 1979 afbrandt, gaat
de hoop van de jongeren op een eigen muziekcen-
trum letterlijk in rook op. Tivoli Tijdelijk pleit ervoor
het NV-huis aan de Oudegracht in gebruik te ne-
men, maar daar wil de gemeente niet aan meewer-
ken. En dus kraakt Tivoli Tijdelijk in juni 1979 ook dit
gebouw en organiseert het opnieuw een groot bene-
fietconcert. Vervolgens loopt de situatie behoorlijk uit
de hand: keer op keer spijkert de gemeente het NV-
huis dicht en breken de actievoerders het weer
open. Dit leidt tot grimmige confrontaties met de po-
litie, waarbij tientallen gewonden vallen. Pas in juni
1981, nadat Tivoli Tijdelijk meerdere keren heeft ge-
probeerd het oude vakbondsgebouw met eigen geld
op te knappen en burgemeester Vonhoff een slag-
roomtaart in zijn gezicht heeft gekregen, besluit de
gemeente het gebruik van het NV-huis te gedogen.
Geen duidelijk standpuntOp deze manier is De Baas betrokken bij vrijwel alle
grote actiethema’s die eind jaren zeventig de gemoe-
deren verhitten. Kernenergie, de wapenwedloop, mi-
lieuvervuiling en de woningnood: allemaal zijn ze in
de kroeg onderwerp van gesprek. Opvallend is ech-
ter dat De Baas als collectief zelden stelling neemt:
de verschillende acties vinden vooral plaats op initia-
tief van individuen. Kunnen de andere Bazers zich in
het voorstel van zo’n individuele werker vinden, dan
gaat de kroeg er massaal achter staan. Maar vindt
Stadsguerrilla
“De kapitalistiese maatschappij is een imperialisties gewelddadig
onderdrukkend systeem. Dit systeem kan alleen met tegengeweld
bestreden worden. Als het systeem met eigen middelen bestreden wordt,
zal het gewelddadige karakter [ervan] nog meer tot uiting komen waardoor
het een fascistiese wordt. In dat stadium zullen de massa’s zien dat het
kapitalisme niet meer is dan fascisme en zullen het gaan bestrijden. Gevolg:
revolutie. Ook in Nederland zijn er stemmen te horen die zich best in deze
theorie kunnen vinden. En met plannen voor een stadsguerrilla rondlopen.
Ik kan het niet anders kwalificeren dan je reinste waanzin. Want de theorie
gaat er helemaal aan voorbij dat ze door de middelen die ze hanteert totaal
van de massa’s vervreemdt. Bovendien: als de repressie van de staat
toeneemt, zal zich dat het eerst richten tegen links. Waardoor verder
werken zeer moeilijk zoniet onmogelijk wordt gemaakt.”
[Dick van der Peijl over sympathie voor de RAF, november 1977]
NACHT VAN DE ARBEID,
BOUWEN IN HET NV-HUIS
56 Collectief eetcafé De Baas
een oproep minder weerklank, dan gaat de actie-
voerder op eigen houtje aan de slag. In essentie is
de kroeg dus een plek waar iedereen zijn ‘ei kwijt
kan’, zonder dat één politieke stroming overheerst.
Zo kan er in de kroeg vegetarisch gegeten worden,
maar staat er evengoed vlees op het menu. En zo
heeft De Baas veel contact met de kraakbeweging,
maar is het geen ‘kraakhol’. Typerend is ook dat De
Baas in januari 1978 besluit om een petitie tegen de
uitlevering van Christof Wackernagel (een RAF-lid
dat is gearresteerd in Amsterdam) niet collectief te
ondertekenen, maar die wel de vergadering laat
rondgaan zodat mensen op persoonlijke titel kunnen
tekenen.
Opvallend is ook dat het thema van arbeiderszelfbe-
stuur langzaam maar zeker op de achtergrond raakt.
Nog steeds is het ‘kollektieven’ een belangrijk ideaal,
maar het is niet langer hét centrale thema. Waar-
schijnlijk komt dit vooral doordat er uit De Baas zelf
geen projecten meer voortkomen en dat de projec-
ten die wél worden gesteund, zich ver buiten de
kroeg afspelen. Zo constateert Ad Tourné in mei
1980 dat De Baas een belangrijke geldmotor is ge-
weest voor een groot aantal collectieven, maar dat de
contacten vooral “informeel, incidenteel en naar
aanleiding van financiële transacties” plaatsvinden.
Ook het feit dat nagenoeg alle oprichters De Baas na
een paar jaar alweer verlaten, speelt waarschijnlijk
een rol. Want lang niet alle nieuwe vrijwilligers zijn
per definitie geïnteresseerd in arbeiderszelfbestuur:
velen vinden het simpelweg leuk om vrijwilligerswerk
te doen of zijn op zoek naar sociale contacten. Hier-
door doet zich de vreemde situatie voor dat de Ba-
zers het gevoel krijgen steeds meer een ‘normale’
It is all over now
Het doek valt
De maan gaat onder
De zon komt op
Als dit geen stad was
Kraaide er een haan
Als dit een dorp was
Reed daar geen lijn negen
Als nu de hemel naar
Beneden viel
Hadden we mutsen van
Ochtendrood
M’n eerste gedicht, en waarschijnlijk
m’n laatste
Na al die tijd hier verpozen, in De Baas
is ook mijn tijd gekomen
Na zoveel uren, na zoveel mensen
Kort gesproken ik stop met werken
Ik zeg vaarwel aan al die vrienden/dinnen
Enfin het was moeilijk
Maar na wikken en wegen
heb ik ’t besluit genomen
In de hoop dat de kroeg nog immer
verder moge draaien en weer ‘gezond’ wordt
Adieu
Ik ben wiens naam helemaal niet zo bout is
Hang mij alsjeblief niet aan een touw dat rond is
Anders zou mijn kop leren hoe zwaar mijn kont is
[auteurs onbekend, uit: ‘Scheppingen uit De Baas’,
uitgegeven t.g.v. de poëzieavond ‘Plankenkoorts’ op
18 maart 1981]
571979-1982 | Op de barricaden
kroeg te worden, terwijl ze in werkelijkheid wel dege-
lijk bij allerlei acties betrokken zijn.
PolikulkomOm de kroeg een duidelijker politiek gezicht te ge-
ven, richten de Bazers in oktober 1979 de Polikul-
kom op, een commissie die actief naar buiten moet
uitdragen waar De Baas voor staat. Zo wil de Polikul-
kom drie avonden organiseren over arbeiderszelf-
beheer: een over De Baas zelf, een over collectieven
in Utrecht en een over arbeiderszelfbeheer in het al-
gemeen. Op die manier wil de Polikulkom klanten
duidelijk maken “dat we niet zomaar een commer-
ciële tent zijn, dat we nog meer doen dan pilsjes tap-
pen, dat we als een kollektief werken en met ons
geld projekten van de grond willen helpen”. Ook
denkt de Polikulkom aan thema-avonden over on-
derwerpen als woonrecht, kernenergie en “femi-
nisme; de praktische uitwerking daarvan”.
Al snel blijkt echter dat de klanten niet erg op infor-
matie over arbeiderszelfbestuur zitten te wachten.
De eerste avond wordt een fiasco: de liedjes die De
Baas over zichzelf ten gehore wil brengen blijken
niet geschreven te zijn en het publiek reageert nau-
welijks op het discussieforum. “De meeste reakties
kwamen van Baaswerkers die probeerden de zaak
op gang te brengen; van klanten vrij weinig belang-
stelling. Na drie kwartier heeft het forum er maar een
eind aan gemaakt en kon de band weer spelen. ZO
MOET HET DUS NIET, dat gevoel had iedereen.” De
tweede avond gaat helemaal niet door, omdat te wei-
nig collectieven bereid zijn mee te werken. En ook
de laatste avond wordt afgelast, omdat er geen fat-
soenlijk programma kan worden geboden.
Ook de culturele activiteiten van de Polikulkom val-
len niet allemaal even goed. Zo wordt de experimen-
tele jazz die op 22 november wordt gespeeld niet erg
gewaardeerd: “ingewikkeld chaotisch... de meeste
klanten en werkers zagen het niet zo zitten.” Maar
een “vrij grote jazzformatie met relaxte muziek” op
25 november bevalt weer wel en ook de reacties op
een “Arabiese avond” zijn positief. Hieruit trekt de
Polikulkom al snel de conclusie dat het één ding is
om een leuke avond te organiseren, maar iets heel
anders om politiek naar buiten te treden. “Eten, the-
matiese muziek, affiesjes aan de muur, dat is niet
zo’n probleem. Maar iets doen waarmee je je direkt
op de klanten richt (diskussie, lezing, informatie ge-
ven) is veel moeilijker.” Ook stelt de Polikulkom vast
dat de verwachtingen misschien wat te hoog gespan-
nen zijn geweest. “Onze pretenties, of die van ‘t kol-
lektief, waren in het begin vrij hoog. Politiek naar bui-
ten treden werd gekoppeld aan het organiseren van
thema-avonden. Onze ervaring is dat we zelf amper
in staat zijn om een avond in te vullen. […] Een be-
langrijk ander probleem, wat ons steeds duidelijker
wordt, is dat we er aan voorbij zijn gegaan dat De
Baas een kafee is en geen politiek-kultureel sen-
trum. We moeten uitgaan van het ‘ontspanningska-
UITNODIGING VIJFJARIG
BESTAAN
58 Collectief eetcafé De Baas
rakter’. Je ziet bijvoorbeeld dat een forum mede
hierom finaal in de mist verdwijnt.”
Zo maakt De Baas eind jaren zeventig een interes-
sante ontwikkeling door. Aan de ene kant zijn de Ba-
zers bijzonder ‘actiebereid’: veel werkers nemen deel
aan demonstraties en zijn aangesloten bij actiegroe-
pen. Aan de andere kant heeft De Baas zélf steeds
TAPPEN TIJDENS HET PARKSPEKTAKEL
DE LEESTAFEL
IS GOED GEVULD
minder een duidelijk punt om voor te strijden, nu het
thema van arbeiderszelfbestuur enigszins in de ver-
getelheid raakt. Sommige Bazers, waaronder Janus
Ruighaver, trekken hieruit de conclusie dat De Baas
zich maar beter helemaal op politieke acties kan
richten. “Veel werkers stemmen volgens mij gemoti-
veerder over fooienpotvoorstellen dan over projekt-
aanvragen, terwijl daar letterlijk honderd keer zoveel
591979-1982 | Op de barricaden
geld mee gemoeid is. Ook als De Baas zelf betrok-
ken is bij concrete akties, zoals Tivoli Tijdelijk, is de
inzet van veel werkers groot. Kortom, het aktiegebeu-
ren leeft bij de meeste werkers meer dan projekten,
terwijl dat officieel en ook financieel de belangrijkste
plaats inneemt.” Daarom stelt hij voor om de doel-
stellingen te veranderen, geen projecten meer te
steunen en officieel een actiekroeg te worden. Maar
zo ver zal het niet komen. Want hoewel de geënga-
geerde Bazers een bijdrage leveren aan vele demon-
straties, blijft het steunen van collectieven het be-
langrijkste doel.
KLEIN ORKEST BIJ ROCK
AGAINST PAARDENVELD
60 Collectief eetcafé De Baas
Liepen er veel feministen rond in De Baas?“In mijn tijd was ongeveer een derde van dewerkers vrouw. Niet iedereen daarvan wasovertuigd feminist: sommige vrouwenmoesten er zelfs niets van hebben. En de vrou-wen die er wel mee bezig waren, zou ik willenomschrijven als ‘anarchistisch-feministisch’.We waren van de harde lijn, maar tegelijkertijdook luchtig en pragmatisch.”
Waar streden jullie voor?“We wilden alles kunnen doen wat mannenook konden. Gelijkberechtiging was een heelbelangrijk issue. We wilden bijvoorbeeld datvrouwen evenveel betaald zouden worden,maar ook dat een ‘vrouwelijke’ eigenschap alszorgzaamheid een even grote maatschap-pelijke waardering kreeg als ‘mannelijke’eigenschappen. Achteraf gezien heeft dat ietsparadoxaals: aan de ene kant wilden we gelijkzijn aan mannen, aan de andere kantbenadrukten we juist het verschil.”
Wat voor acties voerden jullie?“Nou, we deden bijvoorbeeld mee aan dedemonstraties van Vrouwen TegenVerkrachting, een Utrechtse actiegroep dieaandacht vroeg voor seksueel geweld. Ookdemonstreerden we voor ‘baas in eigen buik’,het recht op abortus. We vulden onze eigenvrouwenpagina’s in het linkse tijdschrift deOnderste Steen en eerder al had ik samen metIne Habraken en Esther Thie De Naaimachineopgericht, ‘het enige echte feministiese bladop de School voor de Journalistiek’. In datblad hebben we onder andere een keernaaktfoto’s van mannen gepubliceerd.”
Waarom deden jullie dat?“Uit protest tegen porno, die een plat enontmenselijkt beeld van seks geeft. Mannendie klaarkomen en vrouwen die doen alsof:dat is een puur mannelijke fantasie die wordtgetoond. Bovendien roept porno het beeld opdat mannen je mogen gebruiken. Hoewel dejaren zeventig natuurlijk ook de tijd waren van
seksuele vrijheid. Dus we waren zeker nietpreuts of zo. Maar als een man en een vrouwmet elkaar vrijen, moeten ze daar wel allebeivan kunnen genieten.”
Leefde het feminisme ook sterk onder demannelijke Baaswerkers?“Niet echt. In die tijd was ik slank, had ik langblond haar en zag ik er – al zeg ik het zelf –heel aardig uit. Ik kan me nog goedherinneren dat Harrie Jekkers tegen me zei:
Vrijheid, gelijkheid en zusterschap stonden bij DeBaas hoog in het vaandel. Maar hoe vrouwvrien-delijk was de kroeg in de praktijk? Als iemanddaarop een antwoord kan geven, is het wel MiekeHegge, medeoprichter van het feministische tijd-schrift De Naaimachine en eind jaren zeventig actief in De Baas. “Als je feministisch was, danwas je dat overal. Dus ook in het café.”
Baas in eigen Baas
IN DE NAAIMACHINE WERDEN NAAKTFOTO’S VAN
BAAS-MANNEN GEPUBLICEERD
61Baas in eigen Baas
‘Feminisme… dat heb jij toch helemaalniet nodig?’ Dat geeft wel aan hoeweinig het leefde onder de mannen. Onsfeminisme werd getolereerd, niet breedgedragen.”
Vond je dat niet vervelend?“Nee hoor, want we stonden vaak samenmet de mannen op de barricaden. Zohebben we een keer de beveiligings-camera’s op Hoog Catharijne bespotenmet nepsneeuw en het openingsconcertvan Muziekcentrum Vredenburg verstoordmet deksels en ratels. Ook heb ik een keerhet woord ‘Tegen’ op de Dom geschilderd.Dat vond ik een hele mooie, krachtigekreet toen, die goed ons gevoel uitdrukte.We waren tegen ongelijkwaardigheid,tegen klassenjustitie, tegen het ‘militair-industrieel complex’. Typisch een geval vanjeugdige overmoed denk ik nu, maar toengeloofden we echt dat we de wereldkonden veranderen.”
Hoe zat dat in de kroeg zelf? Probeer-den jullie bewust de traditionelerolpatronen te doorbreken?“Ja, vrouwen deden precies hetzelfde werkals mannen. Hoewel ik eerlijk moetbekennen dat als er een zware fustverwisseld moest worden, ik ook wel eenskeek of er een sterke man in de buurt liep.Ik kón het wel zelf, maar hoefde dat nietaltijd even nodig te bewijzen. Dus in dedagelijkse praktijk waren we absoluutfeministisch, maar stond dit een goedesamenwerking niet in de weg. En de
62
63Baas in eigen Baas
mannen gaven ons ook alle ruimte om onsding te doen. Voor die naaktfoto’s in DeNaaimachine heeft een aantal van hen zelfsgeposeerd. Zo sportief waren ze wel.”
Dus in de praktijk stonden deverhoudingen niet zo op scherp?“Nou, we hadden wel een grote mond hoor.Die linkse mannen in de kroeg die allerleidingen wilden veranderen, werden nu opeensgeconfronteerd met vrouwen die óók allerleidingen riepen. Harrie Jekkers en KoosMeinderts hebben daar later nog een grappigboekje over geschreven: ‘Tejo, de lotgevallenvan een geëmancipeerde man’. Misschienvoelden de mannen zich wel eens een beetjein de hoek gedreven door ons, bijvoorbeeldtijdens de vergaderingen. Want we vondeniets al snel macho en iemand een seksist.Maar dat was gewoon de tijdgeest. Iederééndeed stevige uitspraken en de mannendachten net zo zwart-wit als wij. Dat hoordeerbij in die tijd: een beetje provoceren.”
Wat hield de Bazers in die zwart-wit-sfeerbij elkaar?“De gemeenschappelijke idealen, incombinatie met de leuke, gezellige ploeg. DeBaas was echt een sociale tent, een kroegwaar je ook graag kwam als je geen diensthad. Vriendschappen waren het cement.Bovendien waren we nergens aan gebonden:het maakte bijvoorbeeld totaal niet uit op
welke partij je stemde. Dat vond ik juist zocharmant aan De Baas.”
Waren jullie er erg mee bezig om van DeBaas een ‘vrouwvriendelijke kroeg’ temaken?“Nou, de meeste Bazers waren natuurlijkmannen, dus die wisten niet uit eigen ervaringhoe het voelde om onheus bejegend teworden. Maar als je aangaf dat je last vaniemand had, stond de hele groep achter je. En zelf pikte ik niet zo veel. Toen een klantbijvoorbeeld opdringerig werd, wilde ik daarduidelijk een punt van maken. Ik trok mijnmond open en dat liep uit de hand: hij dreigdeme in elkaar te slaan en wachtte me buitenop. Toen ben ik met een escorte naar huis
gegaan. Later was ik mijn collega’s ergdankbaar voor die bescherming, want zelf hadik helemaal niet in de gaten dat de situatie zoernstig was.”
Hadden jullie als feministen veel contactmet andere actiegroepen?“Ja, want De Baas stond echt bol van hetactivisme in die tijd. Er was bijvoorbeeld eenbehoorlijke overlap met de kraakbeweging.Maar als we meededen met een actie was datbijna altijd individueel en niet namens hetcollectief. Dan zou je er namelijk eerst urenover moeten discussiëren.”
Ben je trots op je feministische acties van die tijd?“Niet echt, want mijn beeld van vrouwen enmannen is sindsdien enorm bijgesteld. Nudenk ik dat eigenschappen van mensengrotendeels bij hun geboorte vastliggen. Ookin de maakbaarheid van de samenlevinggeloof ik tegenwoordig veel minder. Maar ikben wel trots op het activisme waarvan onsfeminisme een onderdeel was. We zeiden nietalleen dat we de wereld wilden veranderen,maar probeerden dat ook. Daar ben ik zekertrots op. In De Baas zat een groep mensen dieecht iets dééd.”
65
Van een middel om geld te
verdienen, zoals de oprichters
voor ogen hadden, tot een doel
op zich. Daarin verandert De
Baas steeds meer als het contact
met de gesteunde projecten
sterk verwatert.
Als Stichting KOM in november 1983 de ‘Bedrijven-
gids kollektief en kleinschalig werken in Utrecht’ uit-
brengt, staan daarin zo’n veertig bedrijven waarin
werkers samen de dienst uitmaken. Maar liefst een
derde daarvan is financieel gesteund door De Baas.
Wie deze feiten nuchter op een rijtje zet, kan niet an-
ders dan concluderen dat de Bazers erin slagen hun
doelstelling te realiseren. Dankzij hun inspanningen
komt een groot aantal collectieve bedrijfjes van de
grond, precies zoals de oprichters het bedoeld had-
den.
De werkers die de kroeg begin jaren tachtig draai-
ende houden, zien het echter minder rooskleurig in.
Want in de praktijk is de band met de gesteunde
projecten praktisch nihil. “De enige terugkoppeling
naar Frons”, schrijft Gert Riemens in april 1983,
“bestaat nu uit het doen van de jaarlijkse aflossingen
en het sturen van een jaarverslag. In de praktijk ge-
beurt het laatste zelden en het eerste pas na aan-
drang. Projekten die heden ten dage bij Frons aan-
kloppen, hebben er geen historiese binding mee.
Het zijn ‘linkse’ lui die geld ruiken, met ongetwijfeld
goeie ideeën. Zij zijn degenen die het initiatief ne-
men om het geld in de wacht te slepen. Als dat ge-
lukt is, hoor je zelden meer iets van ze. Ook ónze
fout natuurlijk, maar ook logies als je verder met zo’n
projekt geen binding hebt.”
Ook de band met de projecten waarmee de Bazers
wél een historische binding hebben, is sterk aan ero-
sie onderhevig. Zo neemt het JKU, ooit toch het
vlaggenschip van Vereniging Frons, duidelijk afstand:
in januari 1981 laten de journalisten weten niet lan-
ger jaarlijks verslag te willen uitbrengen. Pas na veel
aandringen kunnen ze toch worden overgehaald. En
ook de relatie met de Onderste Steen, in 1977 gestart
als ‘huisblad’ van De Baas, wordt minder hecht. Aan-
vankelijk bevatte dit tijdschrift nog volop reportages
over arbeiderszelfbestuur en mensen die “aktief heb-
ben geprobeerd hun eigen leven in te richten”,
onderwerpen dus waarmee de Bazers zich sterk ver-
bonden voelen. Maar na verloop van tijd profileert de
Onderste Steen zich steeds meer als een links-
5 EEN ANDER GEZICHT
66 Collectief eetcafé De Baas
radicale “spreekbuis van het verzwegen Utrechtse
nieuws”, waarin vooral de politie het moet ontgelden.
Lang niet alle Bazers kunnen zich in deze “sensatie-
aanpak” vinden. Bovendien zien ze het niet zitten om
geld te blijven pompen in een blad dat “onderhand
wel geacht mag worden om op eigen benen te kun-
nen staan”.
Als uitgeverij Trezoor de uitgave van het noodlijdende
tijdschrift in de zomer van 1980 overneemt en De
Baas vervolgens om 5.000 gulden vraagt om een
elektronische typemachine te kunnen kopen, leidt
dit voor de Bazers tot “een tegenstrijdige en ook wel
pijnlijke situatie”. Aan de ene kant dragen ze de On-
derste Steen nog altijd een warm hart toe, maar aan
de andere kant is Trezoor een ‘gewoon’ bedrijf met
betaalde krachten, dat dus niet voor Baas-subsidie
in aanmerking komt. Toch besluiten ze het tijdschrift
voorlopig te blijven steunen door elke maand hon-
derd exemplaren af te nemen. Maar als de vrouwen-
redactie van de Steen – grotendeels bestaande uit
Baaswerksters – medio 1981 besluit op te stappen
uit onvrede met het feministische gehalte van het
blad, barst de bom. Vooral naar aanleiding van dit
conflict, maar ook omdat van de honderd afgeno-
men nummers er elke maand maar zo’n veertig wor-
den verkocht, besluiten de Bazers op 10 oktober
1981 unaniem om de afnamegarantie stop te zetten.
Ook over de Middagbaas, het enige project dat zich
nog in de kroeg afspeelt, zijn de Bazers steeds min-
Bietensappen“Vorig jaar had een malloot in een kolom in het NRC over ons kollektief
geschreven als ‘typisch zo’n kollektief waar niemand de Baas is, dus ook
niemand de rotzooi opruimt’, waarbij gedoeld werd op de zakken vuilnis die
’s morgens in het halletje stonden. Ik had kwaad willen reageren op een
dergelijk kortzichtig over éénkamscheerderij, totdat ik zelf twee dagen later,
twee weken en ook twee maanden later, steeds weer ’s middags (maakt niet
uit hoe laat) het halletje vol zakken zie staan. Verre van uitnodigend, zeker niet
als de bietensappen rijkelijk over de vloer stromen.”
[auteur onbekend, november 1981] REDACTIELEDEN VERKOPEN
DE ONDERSTE STEEN
671982-1983 | Een ander gezicht
der enthousiast. “Omtrent activiteiten: nu, dus
niets”, verzucht Middagbazer Marian Sprong in mei
1981. “Het enige wat ik hier over kan vertellen is
mijn breicursus, beginnende 1 april en eindigend 1
april. Ik vond dat erg teleurstellend, des te meer om-
dat een paar mensen mij gevraagd hadden hun dit
te leren en oprecht belangstelling toonden”. Al vindt
ze dat de Middagbaas wel een sociale functie heeft:
“Als de mensen in de kroeg behoefte hebben hun
gal te spuwen, hun problemen kwijt willen, aandacht
willen etc., probeer ik daarbij te helpen. Op een of
andere manier iets te betekenen, in welke zin des
woords dan ook.” Maar deze sociale baten, hoe
waardevol ook, wegen voor de meeste Bazers niet op
tegen de financiële lasten. Uiteindelijk lijkt de Mid-
dagbaas té veel op een gewone buurtkroeg om er
geld in te blijven stoppen. Ook het feit dat de Mid-
dagbazers betaald krijgen terwijl ze in feite hetzelfde
soort werk doen als de onbetaalde ‘Avondbazers’,
vinden veel Bazers niet langer gerechtvaardigd. En
68 Collectief eetcafé De Baas
Bovendien raakt arbeiderszelfbestuur sowieso een
beetje uit de mode: was er in de jaren zeventig in
progressieve kringen nog een breed gedeelde over-
tuiging dat de ‘basis’ moest beslissen, in de jaren
tachtig verliest dit ideaal langzaam maar zeker zijn
aantrekkingskracht.
Ook de recessie die Nederland begin jaren tachtig in
zijn greep houdt, tempert het idealisme. Door deze
recessie, constateert Baaswerkster Marion Ogg in
november 1983 in haar onderzoek naar collectieve
cafés in Nederland, is het revolutionair elan sterk ge-
daald. “In 1975, toen een aantal mensen het kollek-
tief kafee De Baas oprichtte, wilde men vanuit
marxistische-anarchistische ideeën werken aan ver-
anderingen van ons kapitalistisch systeem. De voor-
uitzichten waren in die tijd nog niet zo ongunstig als
nu. Er was nog geen grote werkloosheid en de
werk(st)ers hadden optimistische ideeën over ‘het
veranderen van de wereld’. In 1983 is er een grote
werkloosheid. Het hebben van een betaalde baan
lijkt in bepaalde kringen eerder een uitzondering dan
een regel. Kollektieve kafee’s worden in 1983 meer
in het licht gezien van een deeloplossing van de
werkloosheid […] en minder als middel tot maat-
schappijverandering.”
Door al deze ontwikkelingen verandert De Baas lang-
zaam van karakter. Voor de oprichters was de kroeg
nog vooral een middel: een financiële hefboom waar-
mee ze hun eigen werkgelegenheid wilden schep-
pen. Maar voor hun opvolgers is de kroeg meer een
doel op zich: een plek waar ze plezierig willen wer-
ken. “Terwijl in de beginjaren van De Baas de
werk(st)ers erg gericht waren op hun doelstellingen
dus besluiten ze, na lang twijfelen, in maart 1982 de
Middagbaas op te heffen.
Doel op zichOp deze manier verliezen de Bazers steeds meer uit
het oog waar ze nu eigenlijk voor werken. Formeel
verandert er niets: De Baas is en blijft een geldmotor.
Maar bij de werkers kan deze doelstelling niet langer
op groot enthousiasme rekenen. Hierbij speelt onge-
twijfeld een rol dat het merendeel van de oprichters
de kroeg rond 1980 alweer heeft verlaten. Bij de
mensen die het stokje van hen overnemen, leven de
oorspronkelijke doelstellingen een stuk minder sterk.
SEKSISTISCH GEDRAG
WORDT IN DE BAAS NIET
GETOLEREERD
691982-1983 | Een ander gezicht
en wat ze met het geld wilden, is dit langzaam an-
ders geworden”, vat Hans Cornelissen samen. “De
Baas is nu meer een vrijwilligersprojekt. De mensen
hebben niet meer een gezamenlijk doel voor ogen,
maar werken er omdat ze zinvol vrijwilligerswerk wil-
len doen.”
ProfessionaliseringAls gevolg van deze verandering besteden de Bazers
logischerwijs steeds meer aandacht aan de manier
waarop de kroeg functioneert. Zo doen ze meerdere
pogingen om de bedrijfsvoering te verbeteren. Ze be-
steden de financiële administratie uit aan het ASU
(het boekhoudcollectief dat ze zelf hebben helpen
oprichten), verhogen de drankprijzen en doen kleine
aanpassingen aan de keuken. En om de informatie-
voorziening te verbeteren, sturen ze elke maand een
‘kroniek’ rond: een overzicht van de omzet, het aan-
tal eters en de bijzonderheden van de afgelopen we-
ken. Ook besluiten ze in maart 1982 een betaalde
kracht aan te stellen. Deze kracht moet zich onder
andere bezighouden met inkopen en reparaties:
klussen die voorheen door de Middagbazers werden
opgeknapt. Hiervoor zal hij veertig uur per week het
minimumloon krijgen uitbetaald, al hoeft hij officieel
maar dertig uur te werken. Folkert van Aalsum, de
kandidaat die de voorkeur krijgt, is na een half jaar
nog steeds enthousiast, al merkt hij dat “ik er niet in
mijn eentje een succes van kan maken.” Maar zijn
opvolger Hans Cornelissen, die op 1 mei 1983 wordt
aangenomen, geeft al na vijf maanden aan ontslagen
te willen worden. “Jullie moeten alle verantwoorde-
lijkheden maar zelf in handen gaan nemen. En niet
een betaalde kracht als stofzuiger gebruiken voor al-
les wat blijft liggen.”
Slaap“Wat mezelf betreft geloof ik dat ik goed werk, het enige is dat ik me
soms verslaap, wat voor mij net zo hinderlijk is als voor anderen. Ik
denk dat ik gehandicapt word door een zware slaap. Voor de rest merk
ik dat mensen uit het collectief ook organisatorische dingen van mij
verwachten en me als databank denken te kunnen gebruiken. Dat kan
natuurlijk wel, maar moet wel als een gunst gezien blijven worden. Ik
ben niemands moeder (kan ik makkelijk zeggen) en als zodanig ook
niet van plan elke zoekgeraakte pantoffel te apporteren.”
[Hans van de Luit over zijn functioneren
in de Middagbaas, mei 1981]
70 Collectief eetcafé De Baas
SfeerOok aan de bediening besteden de Bazers steeds
meer aandacht. Die is inmiddels een stuk bewerkelij-
ker geworden: serveerde de kroeg in 1976 nog
slechts enkele gerechten, inmiddels is het menu aar-
dig uitgebreid. Voor de omzet zijn die maaltijden
steeds belangrijker: in 1982 brengt de keuken al
bijna evenveel geld in het laatje als de bar. Daarom
roepen de Bazers hun collega’s regelmatig op hun
beste beentje voor te zetten. “De service naar de
klanten kan beter: de bar schoonhouden, af en toe
een doekje eroverheen, volle asbakken legen, geen
Stelen“Er is één ding waar ik met nadruk voor wil waarschuwen.
Het stelen van K. hangt samen met zijn illegaliteit, niet met zijn
Marokkaan- of buitenlander-zijn. Elk mens met financiële
problemen loopt de kans te gaan stelen en er zijn tig Nederlanders
die nauwelijks meer van een inkomen kunnen spreken of grote
schulden hebben, ook binnen ons kollektief. Het hebben van
financiële moeilijkheden is NIET KULTUUR-GEBONDEN. Dus
alsjeblieft geen ‘beleid voor werkende buitenlanders’, blijf de
werkers als individuen beschouwen.”
[Toos Janssen, januari 1982]
711982-1983 | Een ander gezicht
etensresten op de tafels, een keertje alsjeblieft zeg-
gen kan ook geen kwaad. De klanten hoeven er niet
onder te lijden dat we vrijwilligers zijn. Hoewel: de
klanten kunnen zich ook aan ons aanpassen. We
zijn geen professionele kroeg en dat willen we ook
niet worden. […] Het moet dus van twee kanten ko-
men. Dat wil zeggen: zeker ook van ons.”
Ondanks die aandacht wordt de omgang met de
klanten steeds problematischer. Begin jaren tachtig
constateren de werkers namelijk dat de sfeer in de
kroeg verslechtert en dat ‘goede’ (lees: politiek be-
wuste) klanten wegblijven. Dat heeft vooral te maken
met een wisseling van de wacht. Waar in de beginja-
ren de oprichters en hun vrienden nog een groot
stempel op de kroeg drukten, is de klantenpopulatie
in de loop der jaren veel diffuser geworden. Boven-
dien is De Baas niet meer het énige collectieve café
in Utrecht: Zeezicht vormt vanaf eind 1982 een ge-
duchte concurrent. Maar het belangrijkste is mis-
schien wel dat de barwerkers minder een homogene
groep vormen. Zo is het verloop onder de vrijwilligers
groot en zijn er nauwelijks nog vaste avondploegen.
Hierdoor openen de Bazers ongewild het speelveld
voor lastige types. “Klanten nemen de ruimte die wij
ze bieden”, schrijft Folkert van Aalsum in mei 1983.
“Mede omdat het baasgezicht achter de bar door
zo’n dertig mensen bepaald wordt, is de ruimte die
wij de klanten bieden op zijn minst vaag en daarmee
onbepaald. De manier van optreden achter de bar
staat niet zelden haaks op de manier van optreden
van een andere werker de vorige dag. Regelmatige
en vaste klanten hebben zoiets feilloos door en een
enkeling daarvan buit dat soms weer uit.”
BEHALVE ZEEZICHT ZORGT
OOK DE KROEG VAN
KRAAKPAND ACU VOOR
CONCURRENTIE
72 Collectief eetcafé De Baas
Bij sommige Bazers wekt dit gebrek aan duidelijke
regels grote irritatie. In plaats van dat de werkers
“principieel en konsekwent” optreden, klaagt Gert in
april 1983, “wordt er met diverse maten gemeten al
naargelang het een klant lukt de gevoelens en senti-
menten van kollektiefleden te bespelen. Je geeft
hem met een lief lachje of met een diepe zucht nog
een pilsje en laat over je heen lopen. Soms voor jouw
gemoed en op dat moment de beste oplossing, maar
zo verandert er niets! Wees dan konsekwent en gooi
iedereen die zo doet eruit […], inklusief iedereen die
zulke gasten de hand boven het hoofd houden.”
HuisregelsIn de praktijk blijken duidelijke afspraken echter
moeilijk te maken, om over de naleving ervan nog
maar te zwijgen. Want De Baas is en blijft natuurlijk
een collectief, waardoor het lastig is één lijn te trek-
ken. Opvallend is bijvoorbeeld hoe vaak het onder-
werp ‘blowen in de kroeg’ ter sprake komt. Mag dat
nu wel of niet? Iedereen is het erover eens dat er een
eenduidig beleid moet komen en dat een tussenweg
eigenlijk niet bestaat. Maar in de praktijk is het pre-
cies die tussenweg waar de Bazers vaak voor kiezen.
Zo lijkt een lange discussie over dit onderwerp in
september 1982 op het eerste oog een helder besluit
op te leveren: blowen is verboden. Maar, zo voegt de
731982-1983 | Een ander gezicht
realistische notulist eraan toe: “De aanpak van klan-
ten die wél zitten te blowen zal waarschijnlijk afhan-
gen van de individuen die net die avond werken.”
Ook de wijze waarop de werkers omgaan met het
fenomeen ‘eigen verbruik’, leidt regelmatig tot dis-
cussie. Zo baalt Marian ter Haar ervan “dat werk-
sters en werkers vriendjes de hele avond vrij hou-
den. Af en toe een pilsje weggeven is best. Maar drijf
niet over.” Iedereen is het hiermee eens en belooft
beterschap, maar in de praktijk is de discipline ver te
zoeken. “Behalve dat er eens in de zoveel tijd uit de
kassa geld wordt gestolen, zijn er ook andere manie-
ren waarop met een groot woord van De Baas gesto-
len wordt”, schrijft Toos Janssen in januari 1982.
“Het komt talloze keren voor dat ik netjes schrijf wat
mensen verbruiken; op het moment dat ik wil afreke-
nen wordt niet betaald omdat men aan het vergade-
ren is geweest. Een ander voorbeeld is al veel vaker
genoemd: het door sommige avondploegen nuttigen
van bijna komplete flessen baileys, tia maria of cog-
nac bij de koffie, drankjes die vrijwel niemand thuis
gebruikt omdat ze te duur zijn en die plotseling in De
Baas in grote hoeveelheden achterover slaan. Dit is
profiteren; het is niet mogelijk van stelen te spreken
omdat daarvoor geen grens is vastgesteld, maar voor
mijn gevoel ligt het bijna hetzelfde.”
CrisisOp deze manier vinden begin jaren tachtig twee ont-
wikkelingen plaats. Aan de ene kant weten de wer-
kers steeds minder goed waar ze het voor doen, nu
de band met de gesteunde projecten is verwaterd en
hun eigen Middagbaas is opgeheven. En aan de an-
dere kant kan ook het werk zelf hen minder bekoren.
“In feite een kopie van het bedrijfsleven”, vindt Gert,
“waar direkteuren (=projekten) het geld opstrijken,
arbeiders (=kollektiefleden) moeten ploeteren en
geen zeggenschap (of overzicht tenminste) hebben
over de produktiemiddelen (=projektgelden) en dus
‘verfremd’ raken in hun arbeidsomgeving. Ja ja,
Marx was zo gek nog niet.”
En zo stevent De Baas rond 1983 af op een heuse
identiteitscrisis. Natuurlijk zien niet álle Bazers het
somber in: de meesten zijn trots op hun café, wer-
ken er met veel plezier en zijn blij deel uit te maken
van een bijzonder initiatief. Maar bij degenen die
méér willen dan alleen een leuke bardienst draaien,
overheerst toch het gevoel dat de geest wat uit de
fles is. Gelukkig staat de oplossing voor dit motivatie-
probleem al een tijdje vast: De Baas gaat verhuizen.
Joker“Hashhh in De Baas. De meningen over hoe op te treden
lopen uiteen. Martin zegt er niks van; Jan-Jaap verbiedt het
niet, vraagt alleen te dimmen als anderen er last van hebben;
Rob verbiedt wel […] maar staat dan voor joker omdat hij er
alleen in staat. Lies vindt dat eten en hash niet samengaan,
vindt het dan erg storend, waarop Martin zegt het roken
tijdens het eten helemaal weg te willen hebben. Manfred
stelt voor […]: niet echt verbieden, wel er wat van zeggen en
bij toch doorgaan met blowen maatregelen nemen. Dit wordt
een goede formulering gevonden.”
[uit: notulen Baasvergadering 9 april 1983]
74 Collectief eetcafé De Baas
“In het twintigjarig bestaan van De Baas”,schreven Baaswerkers in 1996, “zijn naarschatting meer dan 482 Bazers de revuegepasseerd. Bovendien lopen en kruipen ertenminste zes Baas-babies rond!” Twee vandie kleine Baasjes komen voor rekening vanhet meest duurzame koppel dat De Baas ooitheeft voortgebracht. Want na ruim 31 jaar zijnAlbo Helm en Thea Simon, die elkaarontmoetten aan de Biltstraat, nog steedsgelukkig samen.
Hoe hebben jullie elkaar ontmoet?Albo: “Op een niet bijster romantische plek:vlakbij het grote koffiezetapparaat. Die stondin de hoek van de bar, de plek waar altijd dewerkers rondhingen die geen dienst hadden.Ik verwisselde Thea eerst met iemand anders:ik dacht dat ze een kunstenares was over wieik in de krant had gelezen. Maar toen ze zichomdraaide en haar prachtige haar in mijngezicht zwiepte, was ik meteen verloren. Hetwas liefde op het eerste gezicht.” Thea: “Voor mij niet hoor, haha. Ik vond het in
het begin vooral grappig om aandacht vanhem te krijgen. Maar al snel sloeg de vonkook bij mij over.”
Wanneer was dat precies? Thea: “Eind december 1977. Dankzij demosselen! De Baas serveerde altijd vastemaaltijden in die tijd en ik wilde eens watanders. Daarom zou ik een mosselavondorganiseren, waar natuurlijk reclame voorgemaakt moest worden. En dus kwam Albo,die ook toen al als illustrator werkte, ’s avondsbij me langs om een affiche te maken.”Albo: “Daarna was de zaak snel beklonken.Pas de volgende ochtend was ik weer thuis.”
Werkten jullie toen al lang in De Baas?Albo: “Ik woonde in de Mauritsstraat toen deoprichters van De Baas daar in 1975vergaderden, maar ik heb nooit aan dievergaderingen deelgenomen. Pas toen dekroeg daadwerkelijk open was, heb ik meaangemeld.”Thea: “En ik ben er terechtgekomen via Dick
van der Peijl, met wie ik sinds mijn zestiendesamen was en met wie ik actief was bij deVereniging van Dienstplichtige Militairen.Maar toen ik Albo ontmoette, liep die relatie alten einde.”
Pikant! Hoe reageerden de andere Bazers daarop?Thea: “Nou, in het begin was het welverwarrend. Iedereen vroeg zich af: ben je noumet Dick of met Albo? Dat was best lastig,vooral omdat we alle drie ook bij de OndersteSteen werkten, het linkse blad dat is voort-gekomen uit De Baas. Maar er ontstondenzeker geen kampen of zo. Wel ben ik op eenandere avond gaan werken dan Dick en heb ikme een tijdje wat minder met de OndersteSteen bemoeid.”
Hoe gingen mannen en vrouwen in dietijd in De Baas met elkaar om? Was hetfeminisme prominent aanwezig?Thea: “Sommige werksters waren daar zekermee bezig, maar ik was niet zo van de paarse
Neem een smalle, langwerpige kroeg waar het daglicht
nauwelijks binnendringt. Voeg daarbij een rijkelijk
vloeiende tap en de lustopwekkende geur van chili con
carne. En bevolk deze broeierige onderwereld met
langharige wereldverbeteraars die hun hormonen even
slecht in toom kunnen houden als hun idealen.
Love is in the air!
Liefde in De Baas z’n tijd
75Liefde
overall. Ik ben nooit actief geweest in defeministische beweging, vond ’t eerlijk gezegdniet zo nodig. En er werd ook niet op meingepraat of zo. De sfeer was heel relaxed.”Albo: “Dat is volgens mij echt kenmerkendvoor De Baas. Er waren geen ideologisch sterkuitgesproken partijen, er hing een anarchis-tische sfeer. Natuurlijk had iedereen zijn eigenmening, maar er waren geen marxistischecellen of iets dergelijks. Het ‘zuipen voor hetgoede doel’ stond centraal.”
Dus er was niemand die zich verzettetegen het huwelijk als repressief‘instituut’?Thea: “Nee joh, dat was totaal geen issue.”Albo: “Nee, daar werd niet over gediscus-sieerd. Privé is privé, zo zagen we dat.”
Waren er veel one night stands in De Baas?Albo: “Ja, dat zag je natuurlijk wel gebeuren.Soms waren mensen opeens een stel, danweer niet. Maar gelukkig is dat gerommelnooit een belemmering geweest om goedsamen te werken.”Thea: “Nee, er ontstonden nooit fricties. Hetgebeurde wel eens dat individuen even nietsmeer met elkaar te maken wilden hebben,maar dat leidde nooit tot grote splijtzwam-men. Maar het kan ook zijn dat wij daarsimpelweg niet gevoelig voor waren, dat wehet nooit hebben opgemerkt.”Albo: “Ja, wij hielden ons daar eigenlijk nietzo mee bezig. En zelf waren we al heel snelheel ‘steady’. Bijna truttig gewoon.”
Praatten jullie buiten de kroeg veel overDe Baas?Albo: “Nee, zo ideologisch waren we niet.Tijdens de vergaderingen droegen we zekerons steentje bij, maar privé was De Baas geenfrequent gespreksonderwerp. De OndersteSteen wel, daar waren we soms dag en nachtmee bezig. Ook nadat we begin 1980 gingensamenwonen, hebben we nog heel lang aandat blad gewerkt.”Thea: “Sowieso kunnen we heel goedsamenwerken. Eerst bij de Onderste Steen endiens opvolger Drift, later bij tekenaars-collectief NuKomix en het Utrechtse stripbladDe Inktpot. En tussendoor zijn we ook nogeen crèche gestart. Al zijn we daarmeegestopt toen onze eigen kinderen grootwaren.”
Hebben jullie nog lang in de kroeggewerkt?Thea: “Zelf ben ik gestopt toen ik in 1979 eenbaan kreeg. ’s Avonds een late dienst draaienen dan ‘s ochtends vroeg op, dat wassimpelweg niet te combineren. Je moet ookniet vergeten: het pand aan de Biltstraat wasecht een donker, stinkend hol. Schoonmakenna je dienst, dronken klanten eruit werken metwie je vervolgens ruzie krijgt… het wasbehoorlijk zwaar werk. En eigenlijk waren weook helemaal niet van die kroegtijgers.”Albo: “Ook mij stond het kroeggebeuren alsnel tegen. Je moet een soort liefde voor deklant hebben, maar die had ik totaal niet. Ikvind mensen gewoon niet op hun leukst als zedronken zijn. Daarom ben ik in 1979 gestoptmet bardiensten draaien en heb ik alleen nogbestuurswerk gedaan.”
Zijn jullie gevormd door De Baas?Albo: “In zekere zin wel. Ik had altijd al ietsmet arbeiderszelfbestuur, dus het is niet gekdat ik me tot De Baas voelde aangetrokken.Qua beroep heb ik uiteindelijk gekozen vooriets heel solistisch, dat past ook bij mijnpersoonlijkheid, maar door mijn ervaring ineen collectief kan ik betrekkelijk makkelijkschakelen naar een groep. Zeker als die groepeen gemeenschappelijk doel voor ogen heeft.”Thea: “Ik heb niet echt het gevoel dat De Baasme heeft gevormd. Maar ik voelde me wel ergprettig daar. De Baas was geen gevestigdinstituut, je kon er echt je eigen werkklimaatscheppen. Dat heb ik altijd erg fijn gevonden.Ook later heb ik werk altijd beoordeeld op demate van invloed die ik er als persoon op konhebben.”
Wat zijn jullie leukste herinneringen aanDe Baas?Thea: “Toch wel die gekke kroegavonden. Hetwas echt feest soms: er waren van dieavonden waarop de sfeer alsmaar beter enbeter werd, die langzaam naar een climaxtoegingen. Het is heel leuk om te merken datje dat met een paar vrolijke mensen achter debar en een beetje muziek kunt bereiken.”Albo: “Bij mij is vooral het gemeenschap-pelijke gevoel blijven hangen, het gevoel datje met zijn allen aan iets moois werkte. En ikheb in De Baas heel veel leuke mensenontmoet. Echte mafketels, in de goede zin vanhet woord. En de liefde van mijn levennatuurlijk!”
STRIJDBARE GROETJES76 Collectief eetcafé De Baas
77
79
“Een Nieuwe Baas Naar
Een Nieuw Pand.” Met die
optimistische slogan besluiten
de Bazers in 1983 een frisse
start te maken en te verhuizen
naar de Lijnmarkt.
Te krap, te benauwd en vooral te donker. Al jaren-
lang zijn de Bazers het erover eens: op het pand aan
de Biltstraat valt heel wat aan te merken. Zo leent de
kroeg zich niet goed voor culturele activiteiten,
neemt de bar te veel plek in beslag en is de keuken
juist te klein. Bovendien ontbreekt het de Bazers aan
geschikte vergader- en archiefruimte.
Het is daarom niet verwonderlijk dat er al vroeg
stemmen opgaan om te verhuizen. Directe aanlei-
ding hiervoor zijn strubbelingen met verhuurder Jan
Brouwer: die wil in februari 1979 de waarborgsom
verdubbelen naar 20.000 gulden, omdat De Baas
zonder overleg een muur heeft gewit. In eerste in-
stantie reageren de werkers laconiek: “Jan spint. Het
kost maar 1.500 knaken en hij kan ons niets ma-
ken.” Maar als het gerucht gaat dat De Baas na het
verstrijken van het eerste huurcontract fors meer
huur moet gaan betalen, ontstaat er toch lichte pa-
niek. Uit angst voor die huurverhoging, maar ook uit
onvrede met de bestaande ruimte, onderzoeken ze
al in september 1979 de mogelijkheid om een eigen
pand te kopen.
6 NIEUW ELAN
Gezellig
“Wat voor een kleur en sfeer vind jij dat de kroeg moet hebben of wat
stel je je voor? Wat is zo’n container duur hè? Tip van onze leverancier
van Italiaanse wijnen: maak een wijnproeflokaal. Iris verzorgt onze
poezen zo goed dat ze straks geen ratten meer lusten. We gaan a.s.
woensdag verhuizen dus dan gaan we met ons allen al om 8.30 uur
koffiedrinken in ons oude kafee. […] Iedereen neemt telkens gezellig
allerlei vrienden en vriendinnen mee om samen te verbouwen. Wie wil
er zo’n Chinese lamp? Eventueel onderlinge veiling per opbod zonder
de kansarmen uit te sluiten. Kees Brussel wil meehelpen, Marian ter
Haar ook en Gert Wilkens en… Hoeveel palmen kopen we? Er MOET
iemand komen met een restaurantdiploma anders kunnen we niet open
om die palmen terug te verdienen. In de wandelgangen is een grijze
kroeg al bijna afgekeurd. En Jan-Jaap wil een kompostwécé gaan
bouwen. Maar niet meer dan vijftien uur per week.”
[uit: notulen 18 oktober 1983]
80 Collectief eetcafé De Baas
Aan welke eisen dat pand zou moeten voldoen, we-
ten de ambitieuze Bazers precies. Het moet “cen-
traal gelegen zijn binnen het uitgaansgebied”, liefst
gekocht kunnen worden (“want dat verhoogt onze
onafhankelijkheid”) en minstens beschikken over
“een geschikte caféruimte, eventueel met apart res-
taurantgedeelte, een zaaltje voor livemuziek, theater,
feesten, meetings etc., een vergaderruimte, een kan-
toor voor het secretariaat en ruimte voor andere pro-
jekten”. Maar al snel komen ze erachter dat dit soort
multifunctionele panden in Utrecht niet voor het op-
rapen liggen. Bovendien blijkt het huurcontract stevi-
ger in elkaar te zitten dan verwacht. En dus besluiten
ze te kiezen voor verlenging van dit contract met nog
eens vijf jaar. Wel richten ze een ‘pandjesfonds’ op,
waarin ze jaarlijks 20.000 gulden willen reserveren.
Echt prioriteit heeft de huizenjacht aanvankelijk nog
niet. Hoewel een speciaal in het leven geroepen
‘Pandjeskommissie’ meerdere panden bezichtigt,
gaan veel Bazers er nog steeds vanuit dat ze pas na
het verstrijken van de tweede huurtermijn (juni
1986) echt zullen vertrekken. Sommige Bazers stel-
len zelfs voor het pandjesfonds weer op te heffen,
omdat ze het geld liever aan goede doelen besteden.
Maar als de sfeer in de kroeg verslechtert en de mo-
tivatie onder de werkers afneemt, wordt de roep om
een nieuw pand steeds luider. En dus hakken de Ba-
zers op 5 februari 1983 de knoop door en besluiten
ze serieus op zoek te gaan naar een andere locatie.
ToekomstvisieNa dit besluit barst in de kroeg een uitgebreide dis-
cussie los. Natuurlijk, zo verwacht iedereen, zal een
verandering van omgeving het uitgebluste collectief
goed doen. Maar wat voor café wil De Baas op die
nieuwe plek eigenlijk zijn? Een “moderne kroeg à la
Zeezicht”, een politiek café, een actiekroeg of “een
gewone kroeg die gericht is op zoveel mogelijk geld
verdienen”? Of moet het accent misschien op jonge-
ren of cultuur komen te liggen? “Als ons nieuwe
pand reëel wordt”, waarschuwt Marion Ogg, “is de
kans groot dat er allerlei misverstanden ontstaan,
verschillende verwachtingen en afknappen van men-
sen. […] Er wordt vanuit gegaan: nu is het niet goed
en het moet anders. Maar wat vinden we nu niet
goed?”
Om een antwoord te vinden op die vraag, houden de
Bazers in de zomer van 1983 een omvangrijke en-
quête. Hierin laten ze zien te beschikken over een
enorme dosis zelfkritiek. Zo vindt bijna iedereen dat
het slecht gaat met De Baas, heeft slechts 30% het
gevoel dat er collectief wordt gewerkt en vindt een
Positief aanspreken
“We geloven niet sec in het systeem van elkaar aanspreken.
Dat is ook per definitie negatief, omdat het van fouten
uitgaat. We zien meer in het vooraf vaststellen van punten
waarop elkaars steun nodig is, zodat positieve
aanspreekbaarheid mogelijk wordt.”
[Flor Stevens, Folkert van Aalsum, Ineke Poortinga,
Bernadette Kievits en Rita van Hoek, uit: opzet voor
een nieuwe Baas, zomer 1983]
811983-1984 | Nieuw elan
overgrote meerderheid dat er strengere eisen aan
vrijwilligers moeten worden gesteld. Ook blijken de
Bazers de sfeer in de kroeg veruit het belangrijkste
te vinden: belangstelling voor de doelstellingen ont-
staat vaak pas na verloop van tijd. “Mensen zijn
vooral gespitst op de sfeer en minder op het geld. De
betrokkenheid groeit in de loop der jaren.”
Voortbordurend op deze enquête organiseren de Ba-
zers in september een aantal studiedagen. Hierin
komt een astronomisch aantal verbeterpunten op ta-
fel. Zo willen de werkers onder andere een actievere
band met collega-collectieven, meer ‘politieke’ klan-
ten, een breder aanbod van maaltijden, een grotere
inzet van vrijwilligers en een duidelijker taakverde-
ling. Ook overwegen ze van de kroeg en de keuken
twee aparte collectieven te maken, die elk hun eigen
projectenbeleid mogen voeren.
Op deze manier besteden de Bazers medio 1983
veel energie aan het formuleren van een nieuwe toe-
komstvisie. Tot een duidelijke conclusie leidt deze
“herbezinning van het baasgebeuren” niet: daarvoor
zijn de wensen te divers. Maar de vele praatsessies
leiden wel tot grotere betrokkenheid. Ook zorgen ze
voor hernieuwde aandacht voor de eisen waaraan
werkers moeten voldoen. Zo stelt Martin Bluys dat
vrijwilligers bereid moeten zijn zich minstens zeven-
tien uur per week voor De Baas in te zetten, open
moeten staan voor kritiek en verantwoordelijkheid
moeten dragen. Andere werkers vinden dat de lat
niet té hoog mag liggen: “De persoon mag niet opge-
offerd worden aan de kroeg: hoe de persoon het
doet, vindt, voelt etc. staat centraal.”
Blue CuracaoWelke likeuren wil De Baas aan de Lijnmarkt gaan schenken? Als het
aan Rob Jongejans ligt, hoort Blue Curaçao daar zeker bij…
“… omdat ik dat zóóóóóó’n mooi drankje vind. Een kombinatie van
die schöne blaue Donau in de meest idylliese zin van het woord. Een
Donau waar ik de oorsprong nog een keer van heb mogen
bewonderen, onderweg naar Venetië. Het sprak tot de verbeelding
alsof het de oorsprong van de Nijl betrof. De Meditteranae en de
Caribische Zee zijn andere onherroepelijke associaties die je overvallen
bij het drinken van deze drank. Ja drank, want het heeft iets
medicinaals. Ik spreek van drinken en niet van opnemen, want de
grenzen tussen het opnemen van dit vocht in je lichaam en het
opnemen van je ziel in het vocht […] kristalliseren zich bij elke
konfrontatie weer anders uit.
Mijn eerste zijdelingse kontakt met dit nieuwe leven was met Lies. Een
half jaar geleden op het Rembrandtsplein. We waren met de barkeeper
in een geanimeerd gesprek gewikkeld over de herstrukturering van het
Rembrandtsplein. Auto’s moeten wijken voor een door de socialisten
opgedrongen fietscirculatieplan, kompleet met groen en een
muziektent in de oude luister. Ondertussen kregen de krakende punks
overal de schuld van. De gebroken ruit van een pas geopende zaak
van een goede vriend en kollega. Later bleek dat ook de eigenaar van
Lucky Luyk te zijn, maar dat nam niet weg dat deze terroristen
gewoon hadden moeten werken. Hij had z’n zaak ook door twaalf
ambachten en dertien ongelukken opgebouwd. Ondertussen zat Lies
aan haar glas Blue Curaçao te nippen. Ik werd zojuist geteisterd door
een alkoholloze maand, maar dat gaf me ook de gelegenheid om met
objektieve ogen gade te slaan hoe het drankje op welhaast autoritaire
wijze de wereld een andere intentie en funktionaliteit toedichtte.
Utrecht zal Utrecht niet meer zijn.”
[Rob Jongejans, uit: verslag van de kroegvergadering op 5 maart 1984]
,
VerbouwingAls De Baas in september 1983 een geschikt nieuw
pand vindt, wordt die betrokkenheid alleen nog maar
groter. Want in dat nieuwe pand (Lijnmarkt 8) lijken
alle dromen van de Bazers werkelijkheid te worden.
Het ligt midden in het historische centrum op steen-
worp afstand van de Dom, heeft drie verdiepingen
en laat veel meer daglicht binnen. Bovendien be-
schikt het over een grote keuken: voordat de Bazers
het pand op 7 oktober 1983 officieel overnemen, is
er een Chinees restaurant in gevestigd.
In het najaar van 1983 gaan de Bazers enthousiast
aan de slag met verbouwen. Ook besteden ze veel
aandacht aan de uitstraling van hun nieuwe kroeg.
Wat voor muziek willen ze bijvoorbeeld gaan
draaien? Gaan ze ook kleine hapjes verkopen? Moe-
ten er veel tafels komen of juist weinig? En welke bla-
den moeten er op de leestafel komen te liggen? De
‘krant van wakker Nederland’ in ieder geval niet. “De
Telegraaf (is nog van de Chinees) gaat voortaan naar
82 Collectief eetcafé De Baas
Dancing“In aanvang was De Baas een aktiekroeg, de werkers waren
aktivisten, dat wil zeggen erfgenamen van de jaren zestig. We
zitten nu in de jaren tachtig. […] Mensen zijn nu veel individueler.
De krakers hebben nu hun eigen kroeg, de vegetariërs hun
eethuisjes, de buurtaktivisten hun buurtkroeg, ga maar door.
Waarom beginnen we geen dancing?”
[Gijs van Hesteren, zomer 1983]
onze oplettende overbuurvrouw, uiteraard voorzien
van uitroepen als ‘nonsens’ en ‘schande!’”
Uiteindelijk zal de herinrichting bijna een half jaar
duren. Maar op 30 maart 1984 is het dan zover en
kan de kroeg feestelijk worden geopend. Er is live
muziek van Spoorloos, klanten kunnen eten tegen
kostprijs en Leo Roeleveld regelt een fanfare, “al stelt
die fanfare nou werkelijk niks voor”. Ook organiseren
de Bazers een heuse ceremonie: “De echte opening
PUINRUIMEN AAN DE
LIJNMARKT
831983-1984 | Nieuw elan
HET NIEUWE PAND IS IDEAAL
VOOR EEN EETCAFÉ
OOK DE ACHTERGEVEL
WORDT GERENOVEERD
84 Collectief eetcafé De Baas
geschiedt door middel van het doorknippen van een
lintje. Manfred gaat dat doen in direkteursplunje. Hij
lijkt het meest op Pieter van Vollenhoven.”
Opvallend is dat de Bazers ook ná de opening volop
plannen blijven maken. Zo geven ze een architecten-
bureau opdracht “om de inrichtingsproblematiek
van kafee De Baas op te sporen en uiteen te rafelen”
en bespreken ze meerdere voorstellen om het interi-
eur verder te verbeteren. Ook zetten ze verschillende
scenario’s op een rij voor de kroeg en het eethuis,
die organisatorisch meer van elkaar gescheiden zou-
den moeten worden. Aan alle details besteden ze
aandacht, of het nu om de planten, de verlichting of
de gordijnen gaat. Zelfs de onderzetters krijgen een
speciaal tintje: op 3 juni 1984 krijgt Erik Doornenbal
toestemming om “anti-kernraketten bierviltjes” te ko-
pen.
En zo houden de Bazers zich in de jaren na de ver-
huizing vooral bezig met het verfraaien van hun
nieuwe pand. Een compleet ander café wordt De
Baas hierdoor niet: diepgravende discussies over de
doelstellingen blijven voorlopig achterwege. Wel geeft
de verhuizing het collectief een nieuwe impuls, pre-
cies zoals de bedoeling was.
SPEKTAKEL
BIJ DE OPENING
851983-1984 | Nieuw elan
Van een kroeg waar je ook kon eten, naar een eethuis waar je ook kon
drinken. Daarin transformeerde De Baas na de verhuizing naar de
Lijnmarkt. Kokers Margot Verstegen en Pim van Leeuwen, allebei
overtuigd vegetariër, maakten deze verandering van dichtbij mee.
Koken in de kelder86 Collectief eetcafé De Baas
Ze spreken zacht, wegen hun woorden zorgvuldig enplaatsen zichzelf niet graag op de voorgrond. Het isduidelijk: Pim en Margot zijn geen typische kroegtijgers.En ze zijn ook de eersten om dat zelf te beamen. Veelliever lieten ze hun handen in de keuken spreken, waar zezich uitsloofden om de klanten iets moois voor te zetten.
WerkloosPim leerde De Baas kennen via zijn zus, die verkering hadmet Baaswerker Kees Brussel. Eerst kwam hij er alleen alsklant, maar al snel meldde hij zich aan als koker. Veel hadhij toch niet te doen: toen hij in 1982 afstudeerde aan dehts, kwam hij direct in de WW terecht. “Nadat ik mijndiploma had gehaald, ben ik eerst op vakantie gegaan.Daarna ben ik linea recta De Baas ingerold.” Ook Margot,die eerder voor grote groepen had gekookt bij deNederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie, leefde in dieperiode van een uitkering. Daarom meldde ze zich in 1983niet alleen aan bij De Baas, maar deed ze ook andervrijwilligerswerk. “Dat deed iedereen in die tijd vanmassawerkloosheid: leven van een uitkering en doenwaar je zin in had. De sociale dienst was nog vrij royaaltoen en een sollicitatieplicht was er niet.”
Geen actievoerdersDe behoefte om iets om handen te hebben, was niet deenige reden voor Pim en Margot om zich aan te melden.Zo voelden beiden zich thuis in De Baas, waar veel linkseen geëngageerde mensen kwamen, en konden ze zichgoed vinden in de doelstellingen. Toch bestempelen ze
zichzelf niet als echte actievoerders. “Ik heb me vooralaangemeld omdat ik het leuk vond voor groepen tekoken”, zegt Margot. “De identiteit van De Baas speeldezeker een rol, maar het lekker bezig zijn in de keukenstond voorop.”
BendeDes te teleurstellender was het voor Margot dat ze aan deBiltstraat slechts twee keer kon koken. Toen ging dekeuken alweer dicht, omdat De Baas naar de Lijnmarktzou verhuizen. Daar hadden de Bazers namelijk voor225.000 gulden een pand gekocht dat geschikter was alseethuis en waarin professioneler kon worden gekookt. Almoest dan wel eerst de bezem grondig door de stalworden gehaald: voordat De Baas het pand overnam, hader een Chinees restaurant in gezeten die de boel nietbepaald netjes had achtergelaten. “Op de begane grondviel het nog niet zo op”, gruwt Pim, “maar in de kelderwas het vréselijk smerig. Het krioelde van de kakker-lakken, op de muren zat een dikke laag vet en onder degasfornuizen vonden we grote bergen rattenstront.Bovendien stond de zolder bol van de tussenwandjes:blijkbaar hadden die Chinezen daar met zijn allengeslapen.”
HogedrukspuitOm het ongedierte te verjagen, lieten de Bazers dekeuken eerst door de gemeente volspuiten metblauwzuurgas. Toen die gifwolken weer warenweggetrokken, gingen ze vol goede moed aan de slag
87Koken in de kelder
met schoonmaken. “Maar dat was eigenlijk niette doen”, blikt Pim terug. “De muren waren zóvet dat er simpelweg niet tegen op teschrobben was. Daarom hebben we alsnog eenschoonmaakbedrijf ingehuurd, die met eenhogedrukspuit tekeer is gegaan. Ook hebbenwe alle kasten uitgemest. Want dat Chineserestaurant had werkelijk van alles achter-gelaten, waaronder gigantische branders voorwokschalen. Een deel van die inventarishebben we overgenomen, maar het meestehebben we weggegooid. Opvallend wastrouwens dat in die periode de ene na deandere inspecteur op de stoep stond. Voor datChinese restaurant golden al die strengevoorschriften blijkbaar niet, maar toen wij erintrokken werd iedereen opeens wakker.”
VerbouwingHoewel Pim en Margot zich vooral bij De Baas haddenaangemeld om te koken, stortten ze zich met evenveelpassie op de verbouwingswerkzaamheden. Pim speeldehierin een centrale rol, door samen met studievriend WimMes de organisatie op zich te nemen. “Dat viel nog nietmee, want net als veel andere dingen bij De Baas verliepook de verbouwing nogal chaotisch. De ene keer kwamener veel te weinig mensen opdagen, de andere keer lieptwintig man elkaar voor de voeten. Maar gelukkig kregenwe ook professionele hulp van De Installateurs en UwHandlanger. Dat waren klusbedrijfjes die in het verledenfinancieel door De Baas waren gesteund en nu graag ietsterug wilden doen. Zij hebben bijvoorbeeld de keldergestuct: een enorme klus waarvoor we ze erg dankbaarwaren.”
MexicoMede dankzij die hulp wisten de Bazers het pand in eenhalf jaar tijd om te toveren tot een waar collectief eet-paradijs. Ze vervingen alle deuren, bouwden een trap,
plaatsten een brandwerendplafond en installeerdenbuizen voor de luchtafvoer.Maar toen de nieuwe Baas ophet punt stond open te gaan,stuitten de werkers op eenander probleem: de horeca-vergunning. Om die rond tekrijgen, moest er namelijkelke avond minstens éénpersoon aanwezig zijn meteen diploma Sociale Hygiëne. Omdat niemand over datdiploma beschikte, liet De Baas zich inschrijven bij deKamer van Koophandel als Mexicaans restaurant. Voorspecialiteitenrestaurants gold namelijk een ontheffing,zodat De Baas voorlopig ook zonder vergunning open konzijn. In de tussentijd kon dan een aantal mensen hetdiploma behalen. En mocht die truc niet werken, schrevende Bazers in november 1983 pragmatisch, “kunnen wealtijd nog de papieren van iemand anders gebruiken”.
KAKKERLAKKEN, DIKKE LAGEN VET
EN GROTE BERGENRATTENSTRONT
88 Collectief eetcafé De Baas
Tortilla’sEn zo opende de nieuwe Baas op 30 maart 1984 officieelzijn deuren als ‘specialiteitenrestaurant’. “We zijn zelfsnaar een groothandel geweest om tortilla’s te kopen”,lacht Margot. “Als er dan een inspectie zou komen,konden we in ieder geval laten zien dat we de juisteingrediënten in huis hadden. Ook heb ik in Amsterdameen paar Mexicaanse kookboeken gekocht. In het beginwas het ook echt de bedoeling om Mexicaans te koken,maar uiteindelijk hebben we dat maar een paar keergedaan. Waarom we voor een Mexicaans restauranthebben gekozen? Och, dat vonden we gewoon leukklinken. Bovendien had je zo’n restaurant in Utrecht nogniet.”
MenuWat kookten Pim en Margot dan wél? Ehh… even is hetstil. “Ik weet nog dat we elke dag drie schotels hadden:vlees, vega en vis”, zegt Margot. “En ook altijd salade,soep en een toetje. Van alles één keuze dus, al vulden wehet menu soms aan met gerechten die over waren van devorige avond. Maar wat we nou precies kookten? Datweet ik eerlijk gezegd niet meer. Al kan ik me éénsuccesnummer nog goed herinneren: ‘woestijnyoghurt’.Een toetje bereid van yoghurt, vanillevla, advocaat, vijgenen dadels. Ook heb ik wel eens een ‘bietentaart’ gemaakt.
Zelf vond ik dat wel interessant klinken, maar ik geloofniet dat die naam mensen erg aansprak. Hoewel deklanten die het aandurfden, het erg lekker vonden.”
Meer restaurantMet deze originele gerechten trok De Baas aan deLijnmarkt een divers publiek. “Aan de Biltstraat haddenwe nog een vrij vaste klantenkring”, herinnert Pim zich,“vooral bestaande uit studenten en buurtbewoners. Aande Lijnmarkt kregen we meer winkelend publiek over devloer en mensen die in de binnenstad een cursus volgden.En ook de sfeer veranderde. Aan de Biltstraat atenmensen vaak staand aan de bar, met een sigaretje erbij.Aan de Lijnmarkt namen mensen netjes plaats aan tafelen hing er minder een huiskamersfeer. Op die manierveranderde De Baas van een mensa in een ‘echt’restaurant. Dat had natuurlijk vooral te maken met delocatie, maar ook met het menu. Want dat was volgensmij aan de Lijnmarkt uitgebreider dan aan de Biltstraat.”
Eigen initiatiefWat niét veranderde, was de vrijheid van de kookploegenom zelf te bepalen wat ze wilden maken. “Elke maandstelden we een compleet nieuw menu samen”, verteltPim. “Onze inspiratie haalden we vooral uit kookboekenen het tijdschrift ‘Tip’, maar soms bedachten we ook
89Koken in de kelder
eigen recepten of probeerden we iets na te maken watiemand ergens anders had gegeten. Zo kookte elke ploegnet waar ie zin in had, zonder dat één bepaalde stijloverheerste. Die afwisseling was ook nodig, want wekookten echt voor ons plezier.”
Beste vriendOndanks dat plezier namen beide kokers vrij kort na deverhuizing afscheid. “Ik vond het erg leuk om alsvrijwilliger te werken”, legt Margot uit, “maar minder ommét vrijwilligers te werken. Daarom ben ik eind 1984 indienst getreden van De Groene Waterman, eenbiologische winkel aan de Springweg. Daar was toch netiets meer stabiliteit.” Ook Pim vond het na een jaar op deLijnmarkt tijd voor iets anders. Eerst deed hij vrijwilligers-werk voor kraakzender Radio Zebi en biologische tuinderijDe Aardvlo, later ging hij aan de slag als geluidstechnicusbij Tivoli. “Wat me het meest is bijgebleven van De Baas?Vooral de gezelligheid van het samen koken en deberoemde Baasweekends. Zo kan ik me nog goedherinneren dat we zouden gaan zeilen op de Waddenzeeen dat onze klipper niet kon uitvaren omdat er een sterkestorm woedde. Ook heb ik in De Baas mijn beste vriendontmoet: een Engelsman die ons vertelde dat ie lekkerhad gegeten en vroeg of we een slaapplaats wisten.Iedereen begon allerlei namen van hotels op te noemen,
maar ik wist: hij bedoelt eengratis slaapplaats. Daarom hebik hem uitgenodigd om bij mijthuis te overnachten. Tot op dedag van vandaag zijn webevriend.”
Goede ploegZo overheersen zowel bij Pimals Margot de goedeherinneringen. “Ik heb hetaltijd erg naar mijn zin gehadbij De Baas”, zegt Margot.“Het koken, het serveren enook het verbouwen: ik heb erveel van geleerd.” En ook Pimblikt met veel plezier terug.“Natuurlijk was devrijblijvendheid die aanvrijwilligerswerk kleeft wel eens irritant,bijvoorbeeld als mensen niet kwamen opdagen terwijl zewel ingeroosterd stonden. Maar zelf heb ik altijd helegoede kookmaatjes gehad: enthousiaste en intelligentemensen die er echt voor gingen. In de keuken liep het danook heel gesmeerd: we hoefden elkaar echt niet achter debroek te zitten.”
91
Na de verhuizing naar de
Lijnmarkt proberen de Bazers
vol goede moed een nieuwe
klantenkring op te bouwen. Maar
dat valt nog niet mee. Hoewel
het eethuis al snel prima draait,
blijven de barkrukken vaak leeg.
Hierdoor slinkt de Baaskas sterk
in omvang.
Links en toch leuk: met die oude en vertrouwde for-
mule gaan de Bazers aan de Lijnmarkt vrolijk verder
waar ze aan de Biltstraat waren gebleven. Zo tappen
ze in juni 1984 tijdens de blokkade van vliegbasis
Woensdrecht, waar vijfduizend mensen demonstre-
ren tegen de plaatsing van kruisraketten, houden ze
in november een tweedaags symposium voor collec-
tieve cafés en organiseren Iris, Marieke, Monique en
Margot vanaf 12 april 1985 één keer per maand een
speciale vrouwenavond. Daarnaast laten de vrijwilli-
gers zich van hun duurzame kant zien: vlees wordt
voortaan besteld bij biologische slagerij De Groene
Weg, onbespoten groenten bij De Aardvlo en koffie
bij derdewereldwinkel Umodja.
Ook achter de bar gaan de Bazers verder op de ver-
trouwde weg. Nog steeds kunnen klanten in De Baas
terecht voor dat “net iets goedkopere pilsje, waar je
ook net iets langer op moet wachten”. En nog steeds
krijgen ze er een goede maaltijd voor een lage prijs.
Business as usual dus, zo lijkt het. Maar al snel blijkt
De Baas aan de Lijnmarkt een heel ander publiek te
trekken. Eters weten de weg naar het café makkelijk
te vinden: op drukke avonden serveert De Baas zo’n
honderd maaltijden. Maar als kroeg verliest De Baas
aan populariteit.
Waarschijnlijk heeft dit vooral te maken met de
nieuwe ‘vibe’ van de kroeg. Aan de Biltstraat was De
Baas nog echt een donker hol, waar klanten al vroeg
aan het bier gingen, staand aan de bar hun maaltij-
den nuttigden en vervolgens tot in de late uurtjes
bleven hangen. In de lichtere en ruimere Lijnmarkt,
waar onder andere veel dagjesmensen komen, voe-
len deze kroegtijgers zich minder thuis. Bovendien
krijgt De Baas in toenemende mate last van concur-
rentie. Zo wordt op 29 april 1983 collectief café Ave-
rechts geopend en trekt ook kraakpand ACU veel
links publiek.
Geen geldmotor meerDoor deze ontwikkelingen verandert De Baas sterk
7 KRAP BIJ KAS
“HET GELD WAT DE
VERENIGING NU HEEFT”,
WAARSCHUWT FRONS EIND
1986, “IS HET LAATSTE WAT
ER NOG OVER IS VAN DE
GROTE WINSTEN UIT HET
VERLEDEN”
92 Collectief eetcafé De Baas
van gezicht. Aan de Biltstraat liep de geldmotor nog
op volle toeren: brutowinsten van twee ton waren
eerder regel dan uitzondering. Maar aan de Lijn-
markt mogen de Bazers al blij zijn als ze dat bedrag
als omzet halen. Hierdoor kunnen ze logischerwijs
geen leningen meer verstrekken aan projecten, zoals
ze in de periode 1979-1982 nog massaal hadden
gedaan. Maar erg vinden ze dat niet: het idee van de
‘linkse multinational’ leeft nauwelijks meer. Boven-
dien is het voor collectieven inmiddels een stuk mak-
kelijker geworden om krediet te krijgen. Die kunnen
vanaf 1982 namelijk terecht bij MeMoMunt, de kre-
dietvereniging van Stichting Mens en Milieuvriende-
lijk Ondernemen (MeMo). En ook de duurzame Trio-
dos Bank leent veel geld aan collectieven.
Vrij“In de statuten van Vereniging Frons alswel van kafee De Baas wordt
gesproken over het doorbreken van strukturen die mensen onvrij maken.
Het is maar goed dat De Baas geen struktuur heeft. Het werken in dit
bedrijf ontneemt je alle vrijheid om een normaal leven te leiden. Naast
gelijkheid, medezeggenschap is het vooral de (mede-)verantwoordelijk-
heid die een menswaardig bestaan ondergraaft. Zou De Baas een
struktuur hebben, dan zouden de leden van de Vereniging welhaast
verplicht zijn deze te doorbreken.”
[uit: nieuwjaarsspeech van Vereniging Frons, 5 januari 1988]
DE OMZET LOOPT TERUG
931984-1990 | Krap bij kas
De Bazers liggen van de teruglopende klandizie niet
echt wakker: zij vinden hun nieuwe onderkomen nog
steeds een verademing. Maar de Financiële Com-
missie is minder tevreden. Die wordt namelijk gecon-
fronteerd met een aantal flinke financiële tegenval-
lers. Zo moet De Baas aan Jan Brouwer een
afkoopsom van 35.000 gulden betalen, blijkt de ver-
bouwing zo’n 30.000 gulden te hebben gekost en
legt de fiscus een naheffing op van bijna 50.000 gul-
den. Door deze grote uitgaven leidt De Baas in 1983
een verlies van maar liefst 135.000 gulden. En in de
daaropvolgende jaren gaat het niet veel beter.
Bijna bankroetOm de kosten te drukken, besluit De Baas het pand
overdag te verhuren aan vrouwencollectief Miene
Mut, dat er vanaf 18 april 1986 een kindvriendelijk
koffie- en eethuis gaat runnen. Maar hoewel dit
1.500 gulden per maand oplevert, blijft de financiële
situatie somber. De winstmarges zijn namelijk ver
onder de maat: op het eten wordt nog aardig ver-
diend, maar op de drank nauwelijks.
Door deze tegenspoed zien de Bazers hun opge-
bouwde reserves als sneeuw voor de zon verdwijnen.
In eerste instantie worden deze reserves nog aange-
vuld door Vereniging Frons, die de aflossingen op lo-
pende leningen (zo’n 40.000 gulden in totaal) terug-
pompt in het café. Maar al snel droogt deze geld-
stroom op. “Het geld dat de vereniging nu heeft”,
waarschuwt Frons op 14 december 1986, “is het
laatste wat er nog over is van de grote winsten uit het
verleden. Met dit geld moet dus zorgvuldig omge-
sprongen worden. Iedereen is het erover eens dat na
een aanloopperiode van drie jaar De Baas nu weer
Zen en de kunst van hetespressoapparaat
“Goed, daar sta je dan. Het apparaat staat tegenover je. Stoom cirkelt
gestaag uit de neusgaten omhoog; in het chromen gelaat zie je jezelf
weerspiegeld, klein, nietig, hulpeloos. De hele avond heb je het voor je uit
kunnen schuiven en uitstellen. Maar nu moet het er toch echt van komen
[…].
Accepteer […] dat er niemand is die voor jou op de bres zal springen. Dit is
de werkelijkheid en er zijn geen vluchtwegen meer. Heb je deze stap gezet,
dan heb je al het moeilijkste deel van de taak gehad. Je hebt je eigen
blokkades neergehaald, je kunt nu de dingen zien zoals ze zijn en niet zoals
je dénkt dat ze zijn. En als je de ware aard der dingen ziet, dan zie je ook de
natuurlijke schoonheid ervan, de eenvoud van alle onderdelen en de
vanzelfsprekendheid van hun samenhang. Wat eerst als een onontwarbare
knoop van hendeltjes hier en slangetjes daar leek, is nu even logisch en
simpel als een schroevendraaier.
Het beste kun je deze gewaarwording zittend over je heen laten komen. Op
een barkruk neem je de lotushouding aan en je sluit je ogen en je stelt je
geest open. Laat de zen van het bestaan over je heenkomen. Langzaam
komt de herinnering boven aan je inwerkperiode. Je ziet de handelingen die
je moet gaan verrichten helder voor je. En voordat je het beseft, is het
espressoapparaat dat eerst een onverslaanbare draak leek even schoon als
een pasgewassen varkentje.”
[uit: Baasagenda 1989, december 1988]
zelfstandig moet gaan draaien, zonder nieuwe geld-
injecties van de vereniging.”
MIENE MUT ZORGT VOOR DE
BROODNODIGE EXTRA
INKOMSTEN
94 Collectief eetcafé De Baas
951984-1990 | Krap bij kas
Om de toekomst van De Baas veilig te stellen, doen
de werkers meerdere pogingen het winstpercentage
op te schroeven. Vooral voor het hoge eigen verbruik
vraagt de Financiële Commissie aandacht. Maar dat
zet nauwelijks zoden aan de dijk. “Al met al funktio-
“Hoe strik je een bekende Nederlander? Dat is de vraag waar de
organisatoren van de Baasprijs ’89 nachten wakker van hebben
gelegen. Alle bekende trucs, geleerd op de pedagogische akademie
en/of de Bunnikside, passeerden de revue. Geen enkele benadering
of zelfs VEEL geld mochten baten.
Zoals wij (de organisatoren) u al in een eerder verstuurd persbericht
hebben gemeld, reikt de Vereniging Frons op 24 februari voor de
tweede maal de Baasprijs uit […]. Vanaf oktober 1988 zijn wij bezig
met de voorbereidingen van wat een grootse avond moet worden.
In het draaiboek werd gesproken van een bekende Nederlander ‘die
de avond een aanzet moet geven’. Een verhaal, een liedje, een
interviewtje, het bomde niet wat als er maar een bekende
Nederlander kwam die iets bracht dat kant of wal raakte. Want, zo
stelde het draaiboek: ‘… een bekende Nederlander werkt als het
ongeluk op de hoek van de straat. Mensen schieten er als
nieuwsgierige aagjes op af’. Dus werd er door het hele land
(aan)gebeld. Geslijmd en gedreigd. De portemonnee wijder
opengetrokken. En nog wijder, wijder tot scheurens toe. Zonder
resultaat.
Hypochonder H.D., de enige nieuwslezer die zelf de toetsen bedient,
vond uiteindelijk het geboden bedrag te laag. De actievoerster,
onder meer tegen een vierjaarlijks sportfestijn, S.B. uit A’dam had
plots de wintersportvakantie gepland […]. Een bijzonder
goedgekleed weertyp gaf geen echte reden op, maar zag wel van
ons af. De Utrechtse schrijver met Haags accent K.M. van ondermeer
kinderboeken en liederen voor een niet groot orkest had het te druk
met zijn kind. De presentator van een kinderpraatprogramma
(eveneens met een Haags accent, de presentator) keek ons pijnlijk
getroffen aan. Waarom ik weer? Zei ‘liever niet’ in plaats van ‘nee’.
En: ‘Nou ja, als je echt niemand anders kunt vinden.’ De schat.
Lees wel, het gaat ons er niet om bovenstaande lieve mensen een
hak te zetten. Natuurlijk hebben ze het druk. Morgen moeten ze
voor de derde keer in weer dezelfde talkshow op komen draven. En
daar blijft het niet bij. Elke disco en elk buurthuis kent de theorie
van het ‘ongeluk om de hoek’, dus bam daar is ie weer, H.D. of M.B.
van A. tot Zets. En per slot, wij hebben voor deze keer nog Wim Ibo
kunnen strikken. MAAR VOLGEND JAAR DOEN WE HET NIET MEER.
We verzinnen wel wat anders dan onze gasten weer de kop voor te
schotelen die ze overal al kunnen zien. Desnoods laten we een
vrachtwagen door de voorgevel rijden!”
[uit: ‘pestbericht’ van De Baas, 13 februari 1989]
Ongeluk op straat
neert de stichting als bedrijf niet goed. Er wordt te
weinig winst gemaakt en de schulden worden groter.
We zitten al aan ons kredietplafond. Op deze voet
kunnen we niet doorgaan.”
96 Collectief eetcafé De Baas
borgfonds waarmee de bank de risico’s van ver-
strekte kredieten afdekt. Ook roepen ze begin 1988
de ‘Baasprijs’ in het leven, een stimuleringsprijs voor
vrijwilligersorganisaties in en rondom Utrecht.
Organisaties die voor deze prijs in aanmerking willen
komen, moeten – net als De Baas zelf – zich ten
doel stellen “strukturen die mensen onvrij maken te
doorbreken”. Ook moeten ze langer dan drie jaar be-
staan, krap bij kas zitten en een “democratische
structuur” hebben. Maar al te serieus hoeven de
kandidaten deze criteria niet te nemen: het gaat de
Bazers er vooral om een vrijwilligersorganisatie op
een leuke manier in het zonnetje te zetten. Ook wil-
len ze via de prijs laten zien waar De Baas voor staat.
“De formule van een prijs is ter hand genomen om
niet alleen stilzwijgend groepen of instanties te on-
dersteunen, maar (weer eens) één van de bestaans-
redenen van De Baas kenbaar te maken.”
De eerste Baasprijs (een bedrag van 2.222,22 gul-
den en een litho van ex-Baaswerkster Jolanda Kooy-
mans) gaat naar Vrouwen Tegen Verkrachting, een
actiegroep die aandacht vraagt voor seksueel ge-
weld. En ook de komende jaren zal De Baas steeds
een Baasprijs uitreiken. In 1989 gaat de eer naar
HOOM, een stichting die opvang zoekt voor jongeren
in crisissituaties. En in 1990 wordt de prijs gedeeld
door het Anti-Militaristies Onderzoeks Kollektief en
de Kindertelefoon. Het animo voor de prijs is vaak
groot: in 1989 stellen maar liefst elf organisaties zich
kandidaat.
Ook via de fooienpot laat De Baas nog steeds duide-
lijk zijn linkse gezicht zien. Zo besluiten de Bazers in
Als De Baas eind 1986 opnieuw een flinke naheffing
omzetbelasting voor de kiezen krijgt, ditmaal van
15.000 gulden, wordt zelfs gevreesd voor liquidatie.
Even is namelijk onduidelijk of Frons deze naheffing
wel zal kunnen betalen. Maar gelukkig keert het tij
net op tijd. Zo maakt de kroeg dankzij het “stugge
enthousiasme van de Baaswerkersters” in 1987
weer winst en komen er nog enkele aflossingen op
lopende leningen binnen. Bovendien krijgt het café
10.000 gulden aan subsidie overgemaakt, een be-
drag dat het nog tegoed had voor een renovatie van
de achtergevel.
BaasprijsDankzij deze storting beschikt De Baas eind 1987
weer over liquide middelen. Opvallend is dat de wer-
kers geen moment aarzelen om dit geld uit te geven.
In maart 1988 storten ze bijvoorbeeld 5.000 gulden
in het ‘rekenfonds’ van de Triodos Bank, een waar-
Identiteit“Er worden enkele ‘progressieve’ tradities in ere gehouden. […] Maar dat
er tegenwoordig nog sprake is van een aktiekultuur binnen De Baas of dat
er veel diskussie wordt gevoerd over de vraag waar het geld naar toe
moet? Nee. De meeste energie gaat naar het praktische gedeelte: het vol
krijgen van het rooster; het regelmatig werven van nieuwe vrijwillig(st)ers.
Maar af en toe duikt de diskussie weer op: waar doen we het voor, hoe
profileren we ons naar buiten, wat is ons gezicht, waarin onderscheiden
we ons nu eigenlijk van andere horecagelegenheden? En iedereen die
daar over mee wil denken, is altijd welkom!”
[Bart de Bont en Liza Daane, 1989]
971984-1990 | Krap bij kas
maart 1986 de fooienpot voortaan elke maand te
verdubbelen en geven ze organisaties de gelegen-
heid om zelf een presentatie voor klanten te maken.
Mede hierdoor groeit het weggeven van de fooienpot
uit tot een traditie die niet meer uit De Baas is weg te
denken. Tientallen organisaties worden in de loop
der jaren gesteund, variërend van het COC en de
Werklozentelefoon tot het anarchistische actieorkest
‘De Fanfare van de Eeuwigdurende Bijstand’.
Nog steeds actiebereidOok op andere manieren laat De Baas zien meer te
zijn dan ‘zomaar een kroeg’. Zo wordt de Utrechtse
versie van internationale vrouwendag twee keer in
De Baas gevierd en leent de kroeg een aantal stoe-
len uit aan kraakpand De Olifant, dat ze gebruikt om
een levende blokkade te vormen tegen de ontrui-
ming. Bovendien organiseert De Baas in 1986 een
aantal ‘mediakroegen’: gratis toegankelijke work-
shops over onderwerpen als computers, stadskran-
ten en alternatieve persbureaus. De vijfde Media-
kroeg heeft ‘occult’ als thema: “Er zullen interviews
worden gehouden met deskundigen over hekserij en
astrale sex. Tarot als communicatiemiddel komt aan
de orde en medewerk(st)ers van Sous le Soleil, een
meditatief centrum in Utrecht, geven een workshop
over ademhaling en zenmeditatie.”
TWEE KEER WORDT
VROUWENDAG IN DE BAAS
GEVIERD
98 Collectief eetcafé De Baas
HET KOMITEE TEGEN
DOMHEID BOUWT EEN
ANTI-RAKET-RAKET
Fallus
“De Domtoren is – zelfs zonder die raket – al
vele malen een fallussymbool van de dood
genoemd. Dat geldt zeker voor de plastic
kruisraket met ribbeltjescondoom die het café
De Baas ter gelegenheid van de Saturnus-op-
Dom aan de muur op de Lichte Gaard heeft
bevestigd. ‘Wij willen niet naar de maan’ staat
op het bijhangende spandoek. Actie of
commercie? Het eerste protest van stamgasten
van het aan De Baas verwante café De Maan in
de Twijnstraat is al gehoord.”
[Utrechts Nieuwsblad, mei 1986]
Een andere opvallende actie van De Baas is de
plaatsing van een “anti-raket-raket” tegen de achter-
gevel: een aluminium pijp van zo’n zeven meter
lang, overdekt met zwart plastic en keurig voorzien
van twee kleine vleugeltjes. Met dit projectiel reage-
ren de Bazers op een initiatief van sterrenkundige
Chriet Titulaer, die in het kader van de ruimtevaart-
manifestatie Space ‘86 een geschilderde Saturnus-
991984-1990 | Krap bij kas
raket tegen de Dom heeft laten aanbrengen. De
Baas vindt dit eerbetoon aan de ruimtevaart “van
eenzelfde domheid getuigen als het plaatsen van 48
kruisraketten in Nederland” en bouwt daarom in mei
1986 zijn eigen raket. Ook stellen de Bazers een ex-
positie samen over de vernietigingskracht van
atoomwapens en hangen ze een spandoek op met
de tekst “Wij willen niet naar de maan”.
Het is de bedoeling dat de anti-raket-raket (die moet
lijken op het projectiel uit Oplands beroemde pro-
testaffiches, maar door het Utrechts Nieuwsblad een
“alternatieve fallus” wordt genoemd) na de zomer op
het Malieveld in Den Haag wordt geplant. Maar zover
zal het niet komen. Als de constructie het dreigt te
begeven en de Bazers de raket tijdelijk op de werf-
kade leggen, slaan vandalen hun slag: de volgende
dag ligt het gevaarte al op de bodem van de Oude-
gracht.
Op deze manier trekken de Bazers zich van hun
geldzorgen weinig aan. De ‘gouden tijden’ van de be-
ginjaren zijn weliswaar voorbij, maar dit wil niet zeg-
gen dat de werkers geen goede doelen meer steu-
nen. Sterker nog: telkens als er een bedrag weg te
geven valt, wordt er ijverig naar een bestemming ge-
zocht. Toch scheert de kroeg in 1988 opnieuw even
langs de rand van de afgrond. Want als Miene Mut
wegens geldproblemen op 25 juni de huur opzegt,
valt hiermee een flink deel van de inkomsten weg.
Maar inmiddels draait het eethuis stabiel genoeg om
deze klap op te vangen. Met de omzet gaat het na-
melijk steeds beter: in 1989 is die alweer opgelopen
tot bijna 300.000 gulden.
Lang leve de getallenkraker!
“Toch wel handig zo’n computer, dacht de financiële kommissie toen
er weer eens zo’n mooi verzorgd maandoverzicht op hun buro lag.
Als we eenmaal zelf zo’n pc-kast hebben, dan kunnen we aan
voorraadbeheersing gaan doen, dan koppelen we de kassa
rechtstreeks aan een boekhoudprogramma en wij drukken alleen
nog maar op de start-knop, dachten ze. Wilde plannen over modems
en faxen en on-line verbindingen met het boekhouderskollektief, het
ASU, gingen over tafel en iedereen was het met elkaar eens: zo’n
ding moest er komen. Ook de andere Bazers zagen het nut van de
getallenkraker in: geautomatiseerde menukaartjes-verwerking,
gedigitaliseerde muziekposters, mailingbestanden van wel 25 jaar
Bazers, keurig gelayoutte, op spelling en grammatica gechekte
notulen en baasboekjes, geprogrammeerde muziekoptredens, een
komplete om het uur ge-update lijst van real en missing
cassettebandjes, een rooster-programma dat voor de komende tien
jaar al een planning maakt en ook het planten water geven konden
ze nu aan het rekentuig overlaten. En toen gingen Rutger en Marcus
op pad en kochten een XT-compatible, 4/10MHz, 1 drive + 20 Mb,
640K super-turbo-racemonster-machine à raison van zo’n pakweg
3.000,00 florijnen en een bijbehorende printer en printerinterface
voor de Olivetti-typemachien op zolder. En toen haalde Marcus met
pacmannen de waanzinnig hoge score van 100.000 punten en leefde
iedereen nog lang en gelukkig, behalve Bart die niet boven de 112
uitkwam.”
[Marcus Winckers, mei 1989]
Eind jaren tachtig stonden naast de Hollandse pot ook gerechten uit verre landen
op het menu van De Baas. Voor een klein prijsje konden gasten ingrediënten
proeven die zij misschien nog niet kenden. Zoals zoete aardappel uit Suriname of
schorseneer; de groente die uit de meeste Nederlandse keukens wel verdwenen
was. Voor wie zin had in een exotische hap, was de donderdag een goede dag,
dan kookte Rutger Amons met zijn team.
Het geheim van de
“We wilden echt de kroeghap over-treffen!”, vertelt Rutger. “Als de kwaliteitvan het eten goed was, vertaalde zich datdirect in een hoger bezoekers-aantal. Datwas voor ons een stimulans om van demaaltijden een succes te maken.” Zo’nambitieuze houding past bij professionelekoks. En dat waren ze eigenlijk ook. Zowerkte Rutger in een macrobiotischrestaurant in Amsterdam en had LizaDaane een cateringbedrijfje. Samen metJudith Breedveld maakten goede, lekkere,bijzondere én betaalbare maaltijden. Datwas keihard werken, want de koopavondwas met zo’n honderd gasten het drukstemoment van de week.
Goede planningOm een avond te laten slagen, was danook een grondige voorbereiding nodig.Rond elf uur ’s ochtends liepen deambitieuze donderdagkoks vaak al over demarkt om inkopen te doen. De speciaal-zaak voor groente en fruit De Goey-Kootkon alle andere ingrediënten leveren. Totmaar liefst elf uur ’s avonds konden DeBazers hun bestelling doorbellen. “Behalvewanneer er voetbal op televisie was”,herinnert Rutger zich. “Dan schreef je je
bestelling op een briefje en schoof je hetonder de deur van de winkel door.” Hetbiologische vlees haalden de koks op defiets bij de Groene Weg. En ook metvisboer Oostveen hadden de Bazersregelmatig contact. “We belden wel eensnaar Oostveen of hij niet iets lekkers hadliggen. Als hij wat bijzonders had, kwamdat als extra gerecht op de kaart.”
PopulairNatuurlijk waren niet alle keuzes succes-vol. Soms werd een gerecht simpelwegniet door de gasten besteld of was eenmenu veel te bewerkelijk. Dan stondbijvoorbeeld de keuken van De Baas volhoutskoolgrilletjes voor de Indone-sischesaté. Gasten bleven het gerecht maarbestellen en de koks raakten in tijdnood.Zo verdween een populair gerechtuiteindelijk toch van de kaart.
Nauwe samenwerkingWanneer de avond voorspoedig wasverlopen, gaf dat wel een kick. “Wanneerje honderdtwintig eters soepel hadbediend met een goede maaltijd, dan wasje trots. Dat hadden we toch maar mooigedaan met z’n drieën in de keuken!”
Goed samenwerken was allicht eenvoorwaarde om de avond te laten slagen.Maar de donderdagkoks waren helemaalop elkaar ingespeeld en vulden elkaarprima aan. Zo was Rutger meer een ‘van-dik-hout-zaagt-men-planken-kok’ enzorgden zijn teamgenoten dat degerechten prachtig werden opgediend.
VrijheidDe speelruimte om recepten uit teproberen en te verfijnen was voor Rutgereen andere belangrijke reden om bij DeBaas te koken. Op donderdag was er devrijheid om zelf een menu op te stellen. Hijkookte ook op zondag, als er – volgensBaasbesluit – Afrikaans werd gekookt. Datwaren sfeervolle avonden. De zondag-ploeg trakteerde haar gasten namelijk opeen ware belevenis. Bezoekers werdenontvangen met een Afrikaans drankje, detafels waren gedekt met kleurige kledenen er werd muziek van de Zuid-Afrikaansezangeres Miriam Makeba gedraaid.
Ontspannen sfeer“In de keuken was het eigenlijk iedereavond gezellig”, vertelt Rutger. “De Baaswas een charmante plek met lieve
100 Collectief eetcafé De Baas
Door Wanda Zoet
donderdagkoks
mensen. Wanneer ik mij thuis verveelde,ging ik naar De Baas en hielp ik eenhandje mee. Ooit had iemand kikker-erwten in een grote ton pofmaïs gegooid.Ik vond het zonde om de boel weg tegooien en adopteerde de ton. Hele urenzat ik in de keuken te zeven om de maïsvan de erwten te scheiden. Intussenkletste ik met de koks van die dag en aten dronk ik wat mee.”
Samen etenOm half negen ‘s avonds sloot de keukenen maakten de koks “als gekken” schoonom snel zelf wat te kunnen eten. Zijhadden echter geen zin om opnieuwborden en bestek vies te maken. Daaromkwamen de pannen op tafel en werd er,samen met de barmensen en enkele vasteklanten, “lekker smerig” met de handengegeten. “In de Baas kon alles!”, verteltRutger.
Klantencontact“Je kreeg als kok geen geld. Je kooktevoor de gezelligheid en de waardering”,gaat hij verder. De koks liepen daaromvaak langs de tafeltjes om de gasten tevragen wat ze van de maaltijd vonden.Gelukkig gaven de gasten niet alleensociaal wenselijke antwoorden, maar ookongezouten meningen. Veel klantenkenden de koks wel, omdat ze vaker bijDe Baas kwamen. Vaak kwamen mensendirect uit hun werk en hadden ze geen zinom te koken, maar verlangden ze naareen snelle maaltijd in een gezelligeomgeving. Voor de gasten was heteetcafé een goede plek om elkaar te
ontmoeten, vrienden te maken enmisschien wel verliefd te worden.
BijzonderAan de leestafel zaten vaak dezelfdeeenlingen die makkelijk met elkaar aande praat raakten. Gezinnen kwamennauwelijks in De Baas. Stelletjes wel. Envaste groepen, zoals het vergaderclubjevan acht vrouwen op de donderdag.“Eens was er een handbaltoernooi inUtrecht. De organisatie vroeg ofhonderdtwintig man kon komen eten.Meteen heb ik een rondje gebeld om tevragen wie van de vrijwilligers wildekomen helpen. We bedachten eenmenuutje en de handballers konden indrie ploegen binnenkomen. Voorafhadden we de handballers wel eenduidelijk verwachtingspatroonbijgebracht: meer dan een goedkopewarme hap met een drankje en eengezamenlijke rekening zat er niet in”,vertelt Rutger.
Een plekAl met al kookten Rutger, Judith en Lizadrie jaar samen bij De Baas. Ondanks allegezelligheid, de vrijheid in de keuken enhet contact met de gasten, stopte Rutgerbegin jaren negentig. “Ik was het gezeikover steeds dezelfde dingen in devergaderingen wel zat. Iedere keeropnieuw moest het wiel uitgevondenworden.” Toch kwam hij met regelmaatterug om een periode te helpen. De Baashad altijd een tekort aan mensen en hetsociale aspect bleef Rutger trekken. NuDe Baas niet meer bestaat, mist hij “een
plek waar je altijd binnen kan lopen, eenkrantje kan lezen en altijd wel iemandvindt met wie je kan ouwehoeren.”
Eigenlijk doodsimpelKoken doet hij nog steeds: voor vrienden,familie en ex-Bazers. Ook Baasreceptenkrijgen Rutgers gasten nog wel eensvoorgeschoteld. Zo zette hij ooit‘Cherubijn’ op de kaart van De Baas:kwark met slagroom, citroensap enhoning. Eén van de grootsteBaassuccessen was een gerecht uitTanzania, genaamd Ndizi Na Nyama. Voordeze stoofschotel kwamen de gasten echtterug. “Rundvlees of ander stoofvlees instukjes snijden, aanbraden in olie,uiringen erbij en bakbanaan en blokjeszoete aardappel. Dan wat kummel, kerrieen gember. Flinke sloten water en stovenmaar. De tomaten, kousenband enkokosmelk moet je natuurlijk nietvergeten,” dreunt Rutger op. “Lekker enexotisch koken is eigenlijk doodsimpel!”
101
102 Collectief eetcafé De Baas
Beleidsweekenden, algemene ledenvergaderingen, stuurgroep-
vergaderingen, werkersvergaderingen, bestuursvergaderingen,
kookvergaderingen, commissievergaderingen en ga zo maar door.
Er is wat afgepraat in die 32 jaar. Een beeldimpressie van enkele
Baasweekenden.
SLAAPZAKKEN MEE!
1986
1982
1977
1979
103
1992
1992
1996
1994
105
In de jaren negentig wordt De
Baas meer dan ooit een ‘plek
waar alles kan’. Dichters, muzi-
kanten en kunstenaars: allemaal
worden ze met open armen ont-
vangen door een nieuwe lichting
enthousiaste vrijwilligers.
“Ze zijn gek. En constant komen er nieuwe gekken
bij. Jongens en meisjes die voor nop zich te pleuris
werken achter de bar, in de keuken. Vijftien tot twin-
tig uur per week. […] En waarom ook alweer? Nou,
omdat het leuk is om je eigen baas te zijn. Omdat er
geld verdiend (kan) wordt (worden). En met dat geld
kunnen leuke dingen worden gedaan.”
Met die montere woorden vatten de Bazers eind
1988 nog maar eens duidelijk samen waar hun
kroeg om draait. Leuke initiatieven willen ze steunen,
het liefst zo veel mogelijk. Daarom lenen ze bijvoor-
beeld elk jaar hun keuken uit aan tuinderij De Aard-
vlo, die er pompoenenchutney maakt waarvan De
Baas vervolgens een deel mag houden. Daarom wer-
ken ze mee aan een ledenwerfactie van de VPRO
door een speciaal VPRO-toetje te serveren. En
daarom verkopen ze op Bevrijdingsdag broodjes fa-
lafel in de multiculturele wijk Lombok en leveren ze
in 1989 een bijdrage aan de campagne ‘De mythe
van het Europese Paradijs’ van Vluchtelingenwerk
Utrecht. Dinsdag koken ze Chileens, woensdag So-
malisch, donderdag Turks, vrijdag Eritrees, zaterdag
Filippijns en zondag Zaïrees. Op de menukaart staat
informatie over de politieke situatie in deze landen,
in de caféruimte exposeert een Iraanse kunstenares
en in het eethuis vraagt de expositie ‘Asiel in Neder-
land’ aandacht voor de positie van vluchtelingen. “In
het Utrechtse kollektief kafee-eethuis De Baas krij-
gen de klanten volgende week de vluchtelingenpro-
blematiek letterlijk voorgeschoteld”, kondigt de
Volkskrant aan. “Het collectief heeft ruime ervaring
met de Afrikaanse keuken en krijgt hulp van mensen
uit de betrokken landen.”
Ook financieel ondersteunt De Baas in de jaren ne-
gentig talloze projecten. Heel soms gebeurt dat nog
op de ouderwetse manier: zo krijgt Strowis, een op te
richten hostel dat nauw verbonden is met kraakpand
ACU, in 1996 een renteloze lening van 2.500 gul-
den. Daarnaast kopen de Bazers aandelen in wind-
molenparken en biologische landbouwgrond en ‘ne-
men’ ze een Foster Parents-kindje. Maar meestal
geven ze het geld gewoon rechtstreeks weg. Tiental-
8 OPEN PODIUM
106 Collectief eetcafé De Baas
Marokkaanse sportclub voor gehandicapten tot een
weefatelier in Guatemala. De omvang van de giften
neemt sterk toe: begin jaren negentig ontvangen or-
ganisaties gemiddeld zo’n 2.000 gulden. Als De
Baas negen weken lang Act Up Against Aids in de
schijnwerpers zet, levert dit de actiegroep zelfs
5.831,80 gulden op. Naar aanleiding van dit record-
bedrag overwegen de Bazers in mei 1994 om een li-
miet te stellen aan het bedrag waarmee ze de fooien-
pot aanvullen. Maar als uit een enquête blijkt dat
klanten vooral fooi geven wegens het goede doel,
zien ze daar toch vanaf. Hoeveel geld het ook kost,
De Baas blijft de fooienpot verdubbelen.
BaasprijsOok de Baasprijs, volgens de werkers “de belangrijk-
ste aktiviteit van de vereniging naar buiten toe”,
wordt steeds royaler. In 1988 bedroeg die prijs nog
2.222,22 gulden, maar vanaf 1990 wordt al 3.000
gulden weggegeven. En nog eens drie jaar later loopt
het bedrag op tot 4.444,44 gulden. Misschien nog
wel belangrijker is dat De Baas van de prijsuitreikin-
gen elke keer een grote happening maakt. Zo is er
vaak live muziek, mogen de genomineerden een
presentatie houden en kunnen ze voorafgaand aan
de prijsuitreiking informatieposters ophangen in de
kroeg. En om extra publiciteit te genereren, geeft De
Baas in 1991 ‘Vrijwillig, ik?’ uit, een brochure waarin
de zes finalisten hun visie geven op vrijwilligerswerk
in de jaren negentig. “Eigenlijk zijn vrijwilligersorgani-
saties als zalmen die in het voorjaar kilometers tegen
de stroom inzwemmen”, schrijven de Bazers in hun
inleiding poëtisch. “Niemand weet wat de drijfveer
van die beestjes is […], maar om één of andere re-
den doen ze het toch maar wel.”
HET VIJFTIENJARIG JUBILEUM
WORDT IN STIJL GEVIERD
len organisaties ontvangen een donatie, waaronder
een studiefonds voor asielzoekers en een werkgroep
die uitgeprocedeerden helpt in een ander land asiel
aan te vragen. Ook als een groepje Innu-indianen
om driehonderd gulden vraagt om hun busje te re-
pareren dat tijdens een demonstratie beschadigd is
geraakt, trekken de Bazers welwillend hun porte-
monnee.
FooienpotDe grootste geldstroom loopt echter via de fooienpot.
Opvallend is dat die pot steeds vaker naar projecten
in het buitenland gaat: van een biologische boerderij
in Polen tot een ziekenhuis in Oeganda, en van een
1071990-1997 | Open podium
Nacht van de PoëzieOp deze manier wordt De Baas steeds meer een
trefpunt voor goede doelen: een plek waar vrijwilli-
gersorganisaties in de schijnwerpers worden gezet,
financieel worden gesteund en zichzelf presenteren
aan het Utrechtse publiek. En ook op een andere
manier maakt De Baas optimaal gebruik van de be-
schikbare ruimte. Zo organiseren de Bazers zowel in
1991 als 1992 een ‘Alternatieve Nacht van de Poë-
zie’: een avond waarop beginnende Utrechtse dich-
Alle winnaars van de Baasprijs op een rijtje…1988 Vrouwen Tegen Verkrachting (actiegroep tegen seksueel geweld)
1989 Stichting HOOM (noodopvang voor jongeren)
1990 Twee winnaars: Anti-Militaristies Onderzoeks Kollektief + Kindertelefoon Utrecht
1991 Zelfstandig Wonen Project (begeleid wonen voor mensen met psychische problemen)
1992 Eerste prijs: Sleep-Inn ’t Snurkhuis (nachtopvang voor daklozen)
Tweede prijs: ACU (politiek-cultureel centrum)
1993 Kinderrechtswinkel Utrecht
1994 Stedelijk Overleg Lichamelijk Gehandicapten Utrecht (SOLGU)
1995 Stichting Nachtopvang in Zelfbeheer (nachtopvang voor daklozen)
1996* De Stemvork (bewonerscommissie uit de Utrechtse wijk Ondiep)
1997 Centrum Paraplu Utrecht (ontmoetingscentrum voor mensen met een lichamelijke beperking en/of chronische ziekte)
ters – één dag voor de ‘echte’ Nacht van de Poëzie –
hun werk mogen voordragen. “Wij zijn zeker niet
wars van creativiteit en al eigenhandig gedichten op-
lepelend (tijdens het eten) ontstond het idee een
open podium te organiseren als warming-up voor het
grootse gebeuren”, licht Linda Lankreijer in april
1991 toe. “Bij het speuren naar voordragers was de
respons zo positief dat een gedeelte van de avond al
een vast programma heeft. Het moge anderen er
niet van weerhouden later in de nacht spontaan het
podium te betreden!”
UITREIKING BAASPRIJS 1991
* In 1996 reikt De Baas geen Baasprijs uit, maar wel een speciale lustrumgift voor het “beste planter verfraaiing van een buurt in de stad Utrecht”. Deze prijs (4.500 gulden) wordt later verdubbelddoor Wijkbureau Noordwest van de gemeente Utrecht.
Behalve dichters zijn ook beeldend kunstenaars van
harte welkom in De Baas. Op zich is dat niks nieuws:
exposities zijn er in de kroeg altijd al geweest, ook
aan de donkere Biltstraat. Maar in de ruime en lichte
Lijnmarkt komen deze tentoonstellingen natuurlijk
beter tot hun recht. Bovendien blaast een aantal en-
thousiaste vrijwilligers de Kunstcommissie medio ja-
ren negentig nieuw leven in, waardoor de continuïteit
van de exposities sterk toeneemt. Elke zes weken
hangt er weer een nieuwe serie schilderijen, tekenin-
gen of foto’s aan de muur. Tientallen, vooral begin-
nende kunstenaars krijgen zo de kans hun werk te
tonen, ervaring op te doen met exposeren en een
netwerk op te bouwen.
JazzTreffenMuzikaal valt er in De Baas eveneens het nodige te
beleven. Zo is er op donderdagavond vaak live mu-
ziek in de vorm van een optreden of open podium en
kunnen klanten op zondagmiddag genieten van jazz
van hoog niveau. Dan staat De Baas namelijk in het
teken van het ‘JazzTreffen’: open jamsessies waarin
verschillende muzikanten in wisselende combinaties
met elkaar spelen. Het initiatief voor dit JazzTreffen
komt van Sander Tekelenburg, Dick de Graaf en
Marc van Vugt: drie jazzmusici die begin jaren ne-
gentig op zoek zijn naar een plek waar ze informeel
kunnen spelen. In De Baas vinden ze het podium
dat ze zoeken: een leuke kroeg met een goede
akoestiek, die ze de vrijheid geeft om zélf te bepalen
wat ze spelen. En zo nodigen ze vanaf 1993 elke
week een aantal muzikanten uit die nog niet eerder
samen hebben gespeeld, maar van wie ze vermoe-
den dat ze muzikaal een goede combinatie vormen.
108 Collectief eetcafé De Baas
DE BAAS IS EEN VAN DE
WEINIGE KROEGEN DIE
MUSICI CREATIEVE
RUIMTE BIEDT
1091990-1997 | Open podium
“Begin jaren negentig kende Utrecht een
relatief grote en actieve scene van jazzmusici,
die met name samenkwamen in het SJU-huis.
Maar onze ambities waren groter dan wat de
SJU kon of wilde bieden. Met een groep van
zo’n twintig musici zijn we bijeengekomen
om op een rijtje te zetten wat we wilden en
hoe dat aan te pakken. Daar is bijvoorbeeld
het Utrechts JazzTreffen Festival in park
Lepelenburg uit voortgekomen – bij mijn
weten het enige jazzfestival ooit in Utrecht
georganiseerd door musici zelf.
Een van de dingen die ikzelf belangrijk vond,
was uitbreiding van het aantal podia en dan
met name plekken waar ‘informeel’ gespeeld
kon worden. Samen met saxofonist Dick de
Graaf en gitarist Marc van Vugt ben ik op
zoek gegaan naar een locatie met een goede
akoestiek en ‘juiste’ sfeer, waar we de vrijheid
zouden hebben om zelf te bepalen wat en
met wie we speelden. Uiteindelijk vonden we
bij De Baas in Roger Vossen een enthousiaste
medestander. En zo konden we vanaf 1993 in
De Baas het JazzTreffen gaan organiseren.
Een belangrijke gedachte achter dat
JazzTreffen was dat we musici uit verschil-
lende scenes bij elkaar wilden brengen. We
hadden alle drie heel verschillende contacten
en probeerden elke week opnieuw musici te
vinden die elkaar nog niet kenden en waarvan
we inschatten dat die combinatie goed zou
werken. Daarmee kreeg het JazzTreffen na
verloop van tijd een zeker prestige voor
musici: de uitdaging om zonder enige
voorbereiding met goede, voor hen
onbekende musici te spelen, voor een publiek
dat dat wist te waarderen, in een leuke kroeg
met een ongebruikelijk goede akoestiek.
Dankzij die ideale omstandigheden bleek
vrijwel iedere muzikant die we vroegen bereid
om voor een appel en een ei op te treden:
voor een maaltijd en een kleine
reisvergoeding.
In de drie jaren dat het JazzTreffen heeft
bestaan, hebben er honderden bekende en
minder bekende musici opgetreden. Ik
herinner me onder andere Bert Joris, Michiel
Borstlap, John Ruocco, Peter Beets, Roy
Dackus, Stefan Schmid, Juraj Stanik en nog
heel veel meer.
Na een jaar zijn Dick en Marc vertrokken en
heb ik het JazzTreffen zonder hen nog
ongeveer twee jaar voortgezet. Ongeveer
rond diezelfde tijd vertrok Roger bij De Baas
en nam Linda Lankreijer de logistieke
organisatie van hem over.
Helaas ontstond na een jaar of drie het
probleem dat De Baas het JazzTreffen te veel
geld vond kosten. Linda en ik zijn toen op
zoek gegaan naar een andere locatie. Met
name Linda heeft daar heel veel energie in
gestoken. Uiteindelijk werd Parnassos bereid
gevonden, mede dankzij het feit dat Linda
subsidie had weten los te krijgen, waardoor
het Parnassos geen cent kostte en ons slechts
hoefde te tolereren. Die constructie bleek
echter ongezond. Bij Parnassos bestond het
publiek voor het overgrote deel uit mensen
die slechts behoefte hadden aan bier en
lawaai, waardoor de musici tot behang
werden gedegradeerd. Aangezien het budget
nog steeds slechts een reisvergoeding toeliet,
hebben we er binnen een paar maanden een
punt achter gezet. Van dat soort klote-gigs
zijn er genoeg. Die hoef je niet zelf te
organiseren.
Een droef einde dus, maar de goede
herinneringen aan De Baas overheersen – De
Baas was een van de weinige kroegen die
musici de ruimte bood om muziek te maken,
in plaats van de bieromzet te verhogen.”
Sander Tekelenburg
JazzTreffen in De Baas
MOORDSPEL, GESPEELD IN HET BAASWEEKEND 1989
110 Collectief eetcafé De Baas
Nieuw gezichtDankzij deze activiteiten groeit De Baas steeds meer
uit tot een cultureel centrum: een open podium waar
dichters, muzikanten en kunstenaars hun ei kwijt
kunnen. En dankzij de creativiteit van de verschil-
lende kookploegen bouwt De Baas ook als multicul-
tureel eethuis een aardige reputatie op. “Hier zijn
geen driedelig in het pak zittende, knippende obers
en gesteven tafelkleden”, schrijft het studentenblad
van de Hogeschool Utrecht in 1992 goedkeurend.
“Maar er zijn wel menu’s die een Michelin-ster ver-
dienen. En dat voor een prijs: ongelooflijk, het lijkt
het Oostblok wel.”
HET EETHUIS HEEFT EEN GOEDE NAAM
1111990-1997 | Open podium
Tegelijkertijd komt het ‘kroeggebeuren’ echter steeds
meer stil te liggen. Hoewel de Bazers in de jaren
negentig meerdere pogingen doen hun café ook
’s avonds open te houden, lukt dat eigenlijk maar
zelden. Alleen op donderdagavond kunnen klanten
met enige regelmaat in De Baas terecht. Maar zelfs
dan gaat de kroeg om 01.00 uur alweer dicht. Wel
verhuren de werkers hun pand vaak voor feesten en
recepties: activiteiten die een steeds groter deel van
de omzet vormen.
Ook in een ander opzicht verandert De Baas in de
jaren negentig van karakter. Net als veel andere vrij-
willigersorganisaties merkt De Baas namelijk dat het
lastiger wordt om werkers aan zich te binden. “In de
beginjaren”, schrijft Rob van Steen in mei 1991,
“stond het kafee bol van maatschappijkritische akti-
viteiten. Nu bevinden we ons echter in een heel an-
der tijdperk, een tijdperk waarin materialisme, indivi-
dualisering en verzakelijking hoogtij vieren. Het
werken in vrijwilligersorganisaties is een stuk minder
vanzelfsprekend geworden.”
Tot nijpende tekorten leidt dit gelukkig niet. Hoewel
het aantal vrijwilligers sterk aan schommelingen on-
derhevig is, zijn er nog altijd voldoende mensen be-
reid zich voor De Baas in te zetten. Maar de tijd
waarin werkers dag en nacht in de kroeg te vinden
waren, is wel voorbij. En ook de motivatie waarmee
nieuwe vrijwilligers zich aanmelden, verandert. Zo
zijn er in De Baas steeds meer mensen te vinden die
simpelweg horeca-ervaring willen opdoen of die via
de kroeg proberen terug te keren op de arbeids-
markt. En het aantal ‘barricadetypes’ – actievoerders
in hart en nieren – neemt juist af.
BIOSCOOPRECLAME
Minder ideologischDoor deze verandering is het logisch dat de doelstel-
lingen nauwelijks nog onderwerp van discussie zijn.
Af en toe, zo melden de Bazers in 1993, is er een
“een eruptie van filosofieën”. Maar lange politieke
pamfletten, zoals de werkers die in de jaren zeventig
nog aan de lopende band produceerden, verschij-
nen zelden meer. En ook het onderwerp ‘arbeiders-
zelfbestuur’ verdwijnt definitief van de agenda.
“Zware pretenties uit de zeventiger jaren, zoals het
kreëeren van een linkse multinational om zo de
maatschappij te veranderen, zijn losgelaten. Tegen-
woordig wil De Baas vooral projekten en initiatieven
ondersteunen die geheel of gedeeltelijk met vrijwilli-
IN 1994 WORDT DE GEVEL
OPNIEUW GEVERFD
112 Collectief eetcafé De Baas
gers werken en die gericht zijn op sociale, maat-
schappelijke of politieke bezigheden.”
Dat de Bazers de ideologische teugels laten vieren,
wil echter niet zeggen dat ze die geheel loslaten.
Want nog steeds is De Baas een collectief waarin ie-
dereen evenveel inspraak heeft. En nog steeds ver-
zet De Baas zich tegen ‘strukturen die mensen onvrij
maken’. Het belangrijkste verschil is echter dat aan
deze doelstellingen minder woorden vuil worden ge-
maakt. “Wel is en blijft het de achtergrond waar van-
uit we werken en waarom we dingen doen”, schrij-
ven de Bazers in 1993. “Ieder is vrij zijn eigen
invulling of prioriteit te geven, toch blijft dit het ka-
der.”
En zo passen de Bazers zichzelf in de jaren negentig
geruisloos aan de veranderende tijdgeest aan. De
oorspronkelijke doelstellingen laten ze intact: nog
steeds willen ze met de opbrengsten van de kroeg
goede doelen steunen. Maar in tegenstelling tot de
jaren zeventig en tachtig is hun maatschappijkritiek
een stuk minder scherp. “De ideologische inslag van
De Baas is in de loop der jaren kleiner geworden”
stellen Bregje van Gend en Jet van Dinther in 1996
vast. “Toch is De Baas in alle jaren van zijn bestaan
gelukkig geen ‘gewone’ kroeg geworden! […] Wij als
huidige Bazers werken misschien anders dan in de
beginjaren, maar we doen het met veel plezier en
toewijding!”Yuppentijdperk“Eigenlijk kán het helemaal niet meer, natuurlijk. Een collectief
café, daar komt toch geen hond? Maar zie, het Utrechts kollektief
kafee en eethuis De Baas is er nog steeds. Ook in het yuppentijd-
perk van de jaren negentig.”
[Utrechts Nieuwsblad, 20 november 1991]
HET AANTAL
‘BARRICADETYPES’
NEEMT AF
1131990-1997 | Open podium
FEESTELIJKE LUSTRUM-
VIERING IN 1996.
HET FEESTVARKEN IS
20 JAAR GEWORDEN
Anno 2009 organiseert het Poëziecircus zo’n twintig keer per jaar een experimen-
teel podium voor dichters, cabaretiers, rappers en verhalenvertellers, waaronder
het jaarlijkse NK Poetry Slam in Tivoli. Maar de eerste optredens van het
Poëziecircus vonden plaats in De Baas aan de Lijnmarkt. Erevoorzitter Ingmar
Heytze, toen nog beginnend dichter, weet er alles van.
114 Collectief eetcafé De Baas
“De eerste keer dat ik een poëzieavondorganiseerde, was in het voormaligeFarmaceutisch Laboratorium in Utrecht. Indat gebouw hadden kunstenaars tijdelijkeateliers ingericht: Sophie’s Palace. Zewilden graag een avond voor dichters enzo hebben we in 1995 Poëzie in Sophiegeorganiseerd. Het vernieuwende aan dieavond was dat het allemaal een stuksneller ging dan op de bestaande literaireavonden. De omloopsnelheid lag veelhoger. Bovendien bood het een podiumaan jonge dichters.
Poëzie in Sophie pakte goed uit en ikmerkte direct: dit is een leuk concept. Dustoen Sophie’s Palace weer weg moestomdat het laboratorium werd gesloopt,ben ik op zoek gegaan naar een andereplek. Zo kwam ik terecht bij De Baas.Achter de bar trof ik een lieve mevrouw,die het wel een leuk idee vond. Later zijnwe nog een keer gaan zitten met eenkopje koffie erbij en toen was het binneneen uur beklonken. Poëzie is goed, dichterszijn goed, kleinschalig is goed: zoredeneerden de Bazers volgens mij. Netzoals ze Max Havelaar-koffie ook goedvonden. Dat dit soort avonden een gunstig
effect konden hebben op de omzet, kwamniet eens bij iemand op.
Het concept van het Poëziecircus was datwe zes dichters uitnodigden, die dan elktien minuten mochten voordragen. Als pak‘m beet vier van die zes dichters goedwaren, had je toch al een prima avond. Timvan de Ven en Vincent Kramer waren onze‘muzikale ruitenwissers’: zij speeldentussen de optredens prachtig saxofoon. Deentree was gratis en De Baas stelde zelfseen piepklein budgetje beschikbaar voorde treinkaartjes van de dichters.Commercie kwam er niet aan te pas. Ookhielpen de Bazers mee met het op- enafbouwen van het podium en stonden zeachter de bar. De rest van de organisatiedeed ik zelf: ik nodigde de dichters uit,plakte posters en presenteerde. Ook heb ikvaak voorgedragen. Dat lijkt raar, voor-dragen op je eigen avond, maar ikgebruikte die gedichten vooral als wissel-geld om de avond op tijd af te sluiten alsdichters te lang waren doorgegaan. Watvoor werk ik voordroeg? Waarschijnlijkwerk van vóór mijn debuut. Romantische,bitterzoete, ironische gedichten met eencabareteske inslag, waar nog veel aan
moest gebeuren. Nog niet heel goed, maarwel al met een duidelijk pointe.
Het eerste Poëziecircus moet zijn geweestop 22 juni 1996. We hadden verschillendevoordrachten, afgewisseld met circusactsvan Circus Savanti. Daarna is het Poëzie-circus volgens mij zo’n twee jaar in DeBaas gebleven. Het liep meteen. Wehadden veel dichters uit Utrecht ofomgeving, dus die brachten altijd veelaanhang mee. En er kwamen de nodigechicks, want die komen altijd af op ditsoort avonden moet je weten. Dus er zataltijd wel tussen de dertig en zestig man.Terwijl twintig al genoeg was om hetgevoel te hebben dat het vol zat. Daaromhadden we ook bewust voor De Baasgekozen: eigenlijk moet je nét iets te kleinzitten.
Wie er allemaal hebben opgetreden? In ieder geval Erik Jan Harmens, MartinFraterman, Adriaan Bontebal en Tim vander Veer. En waarschijnlijk hebbenBernhard Christiansen en Sylvia Hubers erook wel eens gestaan. Ik deed dieprogrammering vooral op basis van: wieken ik toevallig die dicht, wie vind ik
“Poëzie is goed, dichters zijn goed,
115Poëziecircus
aardig, van wie heb ik thuis een boekjestaan? Ik wilde gewoon leuke dichters, endan vooral mensen die goed kondenvoordragen. Want dat was echt bon ton indie tijd: goede dichters die vreselijkstonden voor te lezen. Maar als je hetniet goed kunt brengen, vond ik, moet jegeen geld aannemen om je mooiegedichten om zeep te staan helpen. Duspodiumvaardigheid was absoluut eenbelangrijk criterium.
Ik bewaar goede herinneringen aan dieavonden. Zo weet ik nog dat iemand eenkeer door de beslagen ruiten naar binnenstond te kijken omdat ie niet meer naarbinnen kon. Dat gaf me een heel trotsgevoel. De concentratie was altijd goed:
we hadden nooit last van pratendemensen of zo. Het enige probleem wasdat er altijd een box kapot was of dat hetmengpaneel het weer eens niet deed.
Voor mij waren die avonden de eerstestappen op het gebied van organiseren.Ook heb ik een aardig netwerk kunnenopbouwen. Want als je een jonge dichterbent en je wilt graag optreden, dan werkthet vaak zo: ik vraag jou voor mijnavondje en dan vraag jij mij. Zo help jeelkaar het circuit in dat je zelf hebtgecreëerd. Ik dacht toen niet bewust: ikga nu even een netwerk bouwen. Maarachteraf gezien heeft het wel zogewerkt.”
Na zijn debuut in 1997 publiceerde Ingmar
Heytze zeven dichtbundels, drie dagboeken
en een bundel prozaminiaturen. Verder is
er werk van hem te vinden in bijna elke
Nederlandse poëziebloemlezing van enige
betekenis.
1997 De allesvrezer 1999 Sta op en wankel2000 Aan de bruid2002 Het ging over rozen2003 Nietzsche schrijft een laatste
vers 2003 Ik ben er voor niemand
(proza)2005 Schaduwboekhouding2008 Elders in de wereld2009 Utrecht voor beginners, de
Domstad in 125 gedichten
kleinschalig is goed”
117
Een eethuis dat vaker dicht is
dan open, toenemende geldzor-
gen en veel achterstallig onder-
houd. Dat zijn de belangrijkste
problemen waarmee De Baas
wordt geconfronteerd als eind
jaren negentig het aantal vrijwilli-
gers sterk afneemt. Hoewel de
Bazers meerdere pogingen doen
hun kroeg te redden, komen ze
door dit personeelstekort in een
vicieuze cirkel terecht waaruit ze
niet meer weten te ontsnappen.
Hoeveel mensen heb je nodig om zes dagen per
week een eetcafé te runnen? Minimaal 36, laat de
Personeelscommissie begin 1998 weten. Dan
draaien zowel de keuken als de bar op volle sterkte,
hoeft iedere Bazer slechts een keer per week te wer-
ken en kunnen “gevallen van ziekte, tentamenstress
en vakantieblues” goed worden opgevangen. In de
praktijk ligt dit ideaal echter ver buiten handbereik.
Hoewel De Baas op papier 44 vrijwilligers telt, zijn
slechts veertien van hen (de zogenaamde ‘A-leden’)
bereid elke week een dienst te draaien. De overige
dertig voelen zich wel degelijk bij De Baas betrok-
ken, maar vinden een dienst per week eigenlijk te
veel.
Door dit personeelstekort, constateert Gauko Kuiken
op 30 december 1997, is het eethuis de afgelopen
maanden gemiddeld maar drie dagen in de week
open geweest, “met als uitschieter een week met
slechts één zielig dagje”. En ook in andere opzichten
gaat het volgens hem niet goed. Zo zijn de fooienpot-
ten al een jaar lang niet meer verdubbeld, was er bij
de laatste Baasprijsuitreiking maar een handjevol
werkers aanwezig en treden er in de kroeg nauwe-
lijks nog bandjes op. Ook moeten commissieleden
telkens opnieuw het wiel uitvinden, omdat er onvol-
doende overdracht plaatsvindt. “De lijst is niet volle-
dig”, verzucht hij somber, “maar stemt zo al genoeg
tot – naar keuze – triestheid of cynisme.”
Om deze problemen het hoofd te bieden, richt een
aantal werkers begin 1998 de Projectgroep Vernieu-
wing op, een soort supercommissie die zichzelf ten
doel stelt orde op zaken te stellen en de “parel van
de Lijnmarkt” weer te laten glimmen. Ook spoort de
Personeelscommissie alle Bazers aan om minimaal
9 LAATSTE RONDE
DE VERNIEUWING VAN HET
PAND LOST DE ECHTE
PROBLEMEN NIET OP
118 Collectief eetcafé De Baas
22 nieuwe vrijwilligers te werven. “Dus mocht je nog
iemand weten”, roept Alice Dallinga op, “twijfel dan
vooral niet en maak veel reclame! We zijn immers te
leuk en goede doelig om roemloos ten onder te
gaan!”
In eerste instantie lijken deze inspanningen het ge-
wenste resultaat op te leveren. In een half jaar tijd mel-
den zich 28 mensen aan, waarvan ongeveer de helft
daadwerkelijk vrijwilliger wordt. Maar omdat er tege-
lijkertijd ook veel mensen afscheid nemen, blijft de si-
tuatie kritiek. “Er zijn nog steeds te weinig A-leden om
vijf dagen in de week open te kunnen”, treurt Willeke
Heidemann op 8 juni 1998. “Op het moment halen
we twee of met een beetje geluk drie dagen. De om-
zet van pak ‘m beet tweeduizend gulden die we hier
per week mee genereren, is te weinig. Rekeningen
kunnen niet betaald worden.”
ImpasseOp zich is dit personeelstekort natuurlijk niets
nieuws: er zijn wel vaker perioden geweest waarin de
Bazers moeite hadden het rooster gevuld te krijgen.
Maar eind jaren negentig neemt dit tekort opeens
chronische vormen aan. Waarschijnlijk heeft dat
vooral te maken met de invoering van de ‘prestatie-
beurs’ voor studenten in 1996 en de verscherpte ei-
sen aan uitkeringsgerechtigden. Ook de veranderde
tijdgeest speelt een rol: in vergelijking met de idealis-
tische jaren zeventig is het animo om vrijwilligers-
1191998-2008 | Laatste ronde
werk te doen nu eenmaal een stuk minder groot.
Maar misschien is de bloeiende economie wel de
grootste boosdoener. Want eind jaren negentig daalt
de werkloosheid in Nederland sterk, waardoor vrijwil-
ligersorganisaties als De Baas uit een steeds kleinere
vijver moeten vissen.
Door deze ‘vrijwilligersrecessie’ komen de Bazers
duidelijk in een negatieve spiraal terecht. Hoeveel
moeite ze ook doen, ze slagen er maar niet in het
personeelsbestand structureel uit te breiden. En als
de afdeling Bijzondere Wetten van de gemeente-
politie meerdere keren constateert dat er niemand
met een diploma Sociale Hygiëne aanwezig is, dreigt
ook de exploitatievergunning in gevaar te komen.
Sommige werkers stellen voor het collectief dan
maar op te heffen en uitsluitend met betaalde krach-
ten te gaan werken. Anderen willen het pand zelfs
verkopen en een geheel ander project beginnen, zo-
als een biologische boerderij. Maar uiteindelijk ont-
breekt het de Bazers aan tijd en energie om deze
plannen serieus uit te werken.
MelkertbanenEen andere oplossing voor het personeelstekort is
het aantrekken van ‘Melkertbaners’: langdurig werk-
lozen die dankzij een subsidie van de gemeente kos-
teloos in dienst kunnen worden genomen. Natuurlijk,
zo beseffen de Bazers, zitten aan deze constructie
de nodige risico’s vast. Want door betaalde krachten
aan te stellen, zetten ze de onderlinge gelijkwaardig-
heid op het spel die altijd zo’n cruciaal onderdeel
van De Baas is geweest. Aan de andere kant is ie-
dereen ervan overtuigd dat er écht iets moet gebeu-
ren om faillissement te voorkomen. Daarom beslui-
ten ze in 1999 de knoop door te hakken en de ge-
meente om subsidie te vragen.
Een van de eerste Melkertbaners die bij De Baas in
dienst treedt, is Mark Sparrius: een vrijwilliger die op
dat moment ongeveer een jaar actief is in De Baas
en die bekendstaat als een goede kok. En al snel vol-
gen er meer betaalde krachten: in anderhalf jaar tijd
stijgt hun aantal van één naar acht. Op het hoogte-
punt zijn er maar liefst negen Melkertbaners in
dienst, terwijl het aantal ‘reguliere’ vrijwilligers intus-
sen gelijk blijft. Hierdoor begint De Baas steeds meer
op een soort werkgelegenheidsproject te lijken,
waarin de vrijwilligers een minder grote rol van bete-
kenis spelen.
Aanvankelijk heeft de komst van de Melkertbaners
een positief effect. Zo is het eethuis eindelijk weer
eens vijf dagen in de week open en stijgt de omzet in
2000 met zo’n 30% ten opzichte van het jaar daar-
voor. Maar helaas is deze comeback van korte duur.
Want over een langere periode gemeten lukt het De
Monster“Vraag jezelf af: wat is de reden voor het voortbestaan van De
Baas? Is de overleving van het eetcafé doel op zich geworden?
Ooit was het slechts het middel om een paar mooie ideeën vorm te
geven. Moeten we die ideeën dan maar voeren aan het kapitalisti-
sche monster dat nooit genoeg heeft, nooit genoeg?”
[Willeke Heidemann, juni 1998]
WERVING NIEUWE
VRIJWILLIGERS
120 Collectief eetcafé De Baas
Baas nog steeds niet om vijf dagen in de week open
te zijn. En ook de omzet neemt al snel weer af: in
2002 liggen de inkomsten alweer onder het niveau
van 1999.
Een ander belangrijk probleem is dat De Baas door
de komst van de Melkertbaners enigszins stuurloos
raakt. Omdat de vrijwilligers en de betaalde krachten
van meet af aan als elkaars gelijken worden be-
schouwd – zo mogen de Melkertbaners deelnemen
aan commissies en krijgen ze stemrecht op de ver-
gaderingen – is het onduidelijk wie het nu in De
Baas voor het zeggen heeft. Zijn dat de vrijwilligers,
die de Melkertbaners eigenlijk zouden moeten bege-
leiden bij hun re-integratie maar daar nauwelijks aan
toekomen? Of zijn dat de Melkertbaners, die officieel
werknemer zijn, maar in de praktijk een groter stem-
pel drukken op het eethuis dan de vrijwilligers? Met
andere woorden: wie is er de baas binnen De Baas?
VerloederingDoor dit gebrek aan duidelijkheid drijven de twee
groepen steeds verder uit elkaar wordt de sfeer er
niet beter op. Zo zijn er veel ergernissen over en
weer over de manier waarop mensen hun taken uit-
voeren en ontstaan er af en toe flinke ruzies. In janu-
ari 2003 geeft één van de ID’ers – zoals de Melkert-
baners sinds 2002 heten – een andere ID’er zelfs
een kopstoot, waarop de laatste dreigt ontslag te ne-
men. Tekenend voor de chaotische sfeer is dat de
IN 2000 STIJGT DE OMZET
MET ZO’N 30% TEN
OPZICHTE VAN HET JAAR
DAARVOOR
1211998-2008 | Laatste ronde
Bazers de agressor vervolgens niet de laan uitsturen,
maar besluiten hem “een laatste waarschuwing te
geven”.
Op deze manier zakt De Baas steeds meer weg naar
een bedenkelijk niveau. Zo worden fooien soms ge-
bruikt om kastekorten aan te vullen en boekt De Baas
in 2002 een verlies van 7.000 euro. Volgens de Fi-
nanciële Commissie is dat verlies “voor een groot ge-
deelte te wijten aan het excessieve drankgebruik van
de medewerkers. Vooral het gebruik van sterke drank
is schrikbarend, maar ook de bierconsumptie mag er
zijn.” En hoewel de Bazers meerdere pogingen doen
dit drankgebruik aan banden te leggen, lukt het maar
niet de discipline aan te halen. “Er wordt nog steeds
[…] onder of na diensttijd een grote hoeveelheid
drank gebruikt”, stelt de werkersvergadering in juli
2003 vast. “Conclusie: maatregelen die dit tegen
moesten gaan, werken niet of nauwelijks. Eigenlijk zou
er een mentaliteitsverandering in de Baas nodig zijn
om dit te verbeteren, maar hoogstwaarschijnlijk zit dat
er gewoon niet in.”
Zo heeft de komst van de betaalde krachten niet het
effect waarop de Bazers in 1999 hadden gehoopt.
Hoewel de ID’ers De Baas tijdelijk van de ondergang
hebben gered, leidt hun inzet niet tot een structurele
verbetering van de bedrijfsvoering. Als de ID-regeling
in 2004 wordt afgeschaft, kan dit dan ook niet als
een zware slag voor het eethuis worden beschouwd.
Zeker niet omdat van de vijf ID’ers die op dat mo-
ment nog een contract hebben, er slechts twee
daadwerkelijk actief zijn: de overige drie zitten ziek
thuis.
OMZET DE BAAS IN GULDENS
* Gegevens over 1988 en 2004 ontbreken
122 Collectief eetcafé De Baas
MachtsstrijdAl snel blijkt echter dat het ontslag van de ID’ers tot
nog veel ernstiger problemen leidt. In de loop van
2004 ontstaan er namelijk grote spanningen tussen
Mark Sparrius – die na zijn ontslag opnieuw vrijwilli-
ger is geworden – en het bestuur van Vereniging
Frons. Kern van dit conflict is dat Mark vindt dat het
bestuur te weinig doet om De Baas nieuw leven in te
blazen, terwijl het bestuur Mark op zijn beurt solis-
tisch optreden verwijt. Door dit meningsverschil ont-
staan er in De Baas twee kampen, die steeds meer
recht tegenover elkaar komen te staan. In 2005
spant Mark zelfs een rechtszaak aan, waarin hij stelt
dat het bestuur niet conform de statuten heeft ge-
handeld en waarin hij “openheid van zaken” eist.
Die eis wordt door de rechter niet gehonoreerd, maar
in een tweede rechtszaak – waarin Mark claimt onte-
recht ontslagen te zijn – krijgt hij wel gelijk. Want
hoewel de kantonrechter dit ontslag op zich begrijpe-
lijk acht, meent hij dat Frons Mark op basis van een
zogenaamde ‘noodhulpregeling’ van de gemeente
nog een jaar langer in dienst had kunnen houden.
Als gevolg van deze juridische strijd komt De Baas in
2005 bijna geheel stil te liggen. Zo is het eethuis
twee maanden lang gesloten, zijn er nog maar zo’n
acht vrijwilligers over en bedraagt de omzet nog geen
26.000 euro. Het enige positieve nieuws is dat De
Baas zijn eethuis voor de eerste keer aan ‘Happie-
taria’ verhuurt, een groep studenten die er met veel
succes koken voor het goede doel. Verder is De
Baas op sterven na dood. Door de onregelmatige
openingstijden weten klanten bijvoorbeeld nauwe-
lijks waar ze aan toe zijn. En ook de kwaliteit van het
eten wisselt sterk, waardoor De Baas steeds meer
een slechte naam begint te krijgen.
OPCPas in 2006, als de rechtszaken zijn afgerond, kun-
nen de Bazers hun blik weer op de toekomst richten.
In april van dat jaar richten Wendela Tarbuck, Katja
‘t Hooft, Jessica Pepermans, Nathan Urselmann en
Arend Wesdijk de Ondernemingsplan Commissie
(OPC) op, die zich gaat bezinnen op de vraag hoe
De Baas kan overleven. “De Baas moet terug naar
de haven”, kondigt Wesdijk aan. “Het schip drijft
nog en voor sommigen lijkt het te varen, maar het is
wachten tot het schip instort en op volle zee naar de
bodem zinkt met al haar opvarenden. Het dak lekt,
de zeilen zijn gescheurd, we moeten terug alvorens
verder te gaan.”
Om dit schip te repareren, winnen de OPC’ers advies
in bij onder andere een bedrijfskundige en een
bouwtechnisch adviseur. In juni presenteren ze hun
BAASUITJE VAN 2003
1231998-2008 | Laatste ronde
eerste plannen: ze willen De Baas vaker verhuren en
meer aandacht besteden aan promotie, onder an-
dere door een actiever wervingsbeleid te voeren en
het pand leuker aan te kleden. Maar in het najaar
van 2006 wordt duidelijk dat het schip té bescha-
digd is om zelfstandig verder te varen. Om econo-
misch rendabel te zijn, stelt de OPC vast, zou De
Baas namelijk zes dagen per week open moeten
zijn, wat gezien het kleine aantal vrijwilligers simpel-
weg onhaalbaar is. En ook voor de broodnodige op-
knapbeurt van het pand ontbreken de middelen.
Sterker nog: op 2 oktober laat de OPC weten dat het
geld in januari 2007 op zal zijn en dat De Baas zijn
aandelen in windmolenparken en ‘biogrond’ zal
moeten verkopen om het tot die tijd vol te houden.
En zo blijft er eigenlijk nog maar één optie over: het
pand verhuren aan een externe partij “die zoveel
mogelijk overeenkomstige doelstellingen heeft als
Vereniging Frons”.
ToekomstplannenOm die constructie mogelijk te maken, nodigen de
Bazers drie stichtingen uit een voorstel in te dienen:
Stade (een welzijnsorganisatie uit Utrecht), De
Groene Weg (een keten van biologische slagers) en
Abrona (een christelijke organisatie die mensen met
een verstandelijke beperking ondersteunt). In no-
vember wordt over deze voorstellen gestemd, waarbij
Stade als duidelijke winnaar uit de bus komt. Die wil
De Baas grotendeels in zijn huidige vorm voortzet-
ten, door het als zelfstandig project binnen haar or-
ganisatie op te nemen. Zo is het de bedoeling dat De
Baas zo veel mogelijk als een collectief blijft functio-
neren, dat de oude commissiestructuur intact blijft
en dat de vrijwilligers zelf blijven beslissen aan welke
doelen zij de winst doneren. Wel wil Stade een be-
taalde kok en een bedrijfsleider aanstellen, zodat de
bedrijfsvoering professioneler kan worden aange-
pakt. Ook wil Stade van De Baas een re-integratie-
project maken en een aantal ‘vangnetbanen’ creëren
(de opvolgers van de ID-banen).
En zo tekenen Vereniging Frons en Stichting Stade
op 14 december 2006 een intentieverklaring waarin
ze de wens uitspreken om uiterlijk 1 juni 2007 tot
een definitieve overeenkomst te komen. Hierbij geeft
Stade een renteloos voorschot op de huursom van
20.000 euro, die later verrekend zou moeten worden
als Stade het pand definitief gaat huren of als de sa-
menwerking niet doorgaat. Ook vraagt Stade Arend
PLANNEN VOOR EEN
RENOVATIE BLIJKEN NIET
UITVOERBAAR
124 Collectief eetcafé De Baas
Wesdijk – die sinds 2005 voorzitter is van Frons en
sinds 2006 in dienst is van Stade – om als project-
manager de voortgang van de onderhandelingen te
bewaken. “Ik hoop dat we samen iets moois kunnen
maken van De Baas!”, schrijft Wesdijk in januari
2007 hoopvol. “De tijden van onzekerheid mogen nu
wel eens voorbij zijn toch? Het veilig stellen van De
Baas is op papier bijna rond en nu is het tijd om va-
ker open te gaan en vooral ook te zorgen voor de
structuur die we zo gemist hebben de afgelopen
tijd.”
OnderhandelingenAanvankelijk gaat de samenwerking voortvarend van
start. Zo biedt Stade vier vangnetbaners een proef-
contract aan en start De Baas een wervingscam-
pagne om het aantal vrijwilligers te laten groeien
“van de huidige 9 naar circa 25 medewerkers”. Ook
wordt op 29 mei 2007 een trainingsdag voor nieuwe
werkers georganiseerd en opent De Baas op 1 juni
zijn deuren als lunchcafé. Het idee hierachter is om
met een simpel maar goed menu de klanten weer te-
rug te lokken en de kaart dan later verder uit te brei-
den. Ook willen de Bazers hun pand vaker verhuren,
omdat dat relatief het meeste opbrengt.
Maar er is wel een belangrijk probleem. Stade wil na-
melijk een duidelijk aanspreekpunt, die de vele le-
den tellende vereniging niet kan bieden. En De Baas
wil dat het pand een sociale functie blijft houden
mocht Stade zich later als huurder terugtrekken.
Daarom, zo spreken beide partijen af, moet er een
aparte beheersstichting worden opgericht voordat de
samenwerking definitief kan worden.
Omdat het oprichten van zo’n stichting veel voeten in
de aarde blijkt te hebben, besluit Frons op 24 juni
2007 het beheer over het pand over te dragen aan het
Ana Maria Fonds (AMF), een onroerend goed-fonds
dat projecten ondersteunt “met een sociaal-maat-
schappelijk vernieuwend en coöperatief karakter”.
AMF en Stade moeten vervolgens zelf overeenstem-
ming bereiken over de voorwaarden waaronder Stade
het pand gaat huren. Maar die onderhandelingen lo-
pen op niets uit. Want hoewel beide partijen het met
moeite eens kunnen worden over de huurprijs, vindt
AMF de financiële risico’s uiteindelijk toch te groot.
Om het verwaarloosde pand weer ‘gebruiksklaar’ te
maken, zal het fonds namelijk flink moeten investeren.
Maar, zo meldt AMF na lang wikken en wegen: “We
verwachten niet dat alle tijd, geld en energie die erin
moet worden gestoken om het pand op orde te bren-
gen, opweegt tegen wat het uiteindelijk aan maat-
schappelijke meerwaarde oplevert.” Daarom besluit
AMF op 12 maart 2008 “te stoppen met het proces
van onderzoek naar toekomstmogelijkheden voor De
Baas en het overnemen van het beheer van het pand
Lijnmarkt 8”.
VerkoopOp deze manier loopt de poging om De Baas met
behulp van een andere partij nieuw leven in te bla-
zen, na anderhalf jaar definitief spaak. Inmiddels is
namelijk wel duidelijk dat het heel moeilijk zal wor-
den om het eethuis ooit nog rendabel te krijgen. Bo-
vendien zullen de broodnodige investeringen de
huurprijs zo ver opdrijven, dat waarschijnlijk geen
enkele maatschappelijke organisatie die kan opbren-
gen. Daarom besluit Vereniging Frons op 18 mei
2008 haar pand te verkopen.
1251998-2008 | Laatste ronde
Op het moment dat Frons deze beslissing neemt, telt
de vereniging 23 leden. Hiervan zijn er twaalf aan-
wezig op de vergadering en stemmen er vijf per vol-
macht. Sommige van deze leden willen nog steeds
graag dat het pand een maatschappelijke bestem-
ming krijgt, maar de meerderheid vindt dat het aan-
gaan van een nieuw traject niet verstandig is, aange-
zien de uitkomst heel onzeker is en de kans op
succes heel klein. Daarom wordt na een lange dis-
cussie gekozen voor een middenweg: het pand zal in
de vrije verkoop worden gedaan, waarna een gun-
ningscommissie een keuze mag maken uit de hoog-
ste bieders. Op die manier kan een zo hoog moge-
lijke prijs worden bedongen en tegelijkertijd de
voorkeur worden gegeven aan een maatschappelijke
partij, mocht die zich als koper aandienen.
Nog één keer geldmotorUiteindelijk heeft deze gunningscommissie echter
een makkelijke taak. Hoewel alle maatschappelijke
organisaties die interesse zouden kunnen hebben tij-
dig worden ingelicht, brengt geen van hen een bod
uit. Daarom wordt het pand voor 1.125.000 euro ver-
kocht aan de hoogste bieder: een ‘gewone’ vastgoed-
belegger. In juli 2008 tekent Frons de koopakte, in
augustus werkt een handjevol mensen zich in het
zweet om het pand leeg te ruimen en op 1 septem-
ber vindt de juridische overdracht plaats. Daarvoor is
De Baas nog één keer open: op 5 juni 2008 – pre-
cies 32 jaar na de opening – haalt een aantal Bazers
herinneringen op, serveren ze een laatste maaltijd en
tappen ze hun laatste biertjes. Zowel de fooienpot
van die avond als de complete inventaris gaat naar
Averechts, het collectieve café dat de Bazers zelf
hebben helpen oprichten.
Requiem voor Eetcafé De BaasDe gracht droomt en rondvaartboten
glijden door de seizoenen.
Ze gaan voorbij, het is de plek
die beklijft, die je bijblijft.
Vier verdiepingen geschiedenis,
een koffer vol papier. Dit is het
huis, een verblijfplaats, een
aanlegplaats. We lieten het
ons goed smaken. Tijd legde een
sluier over de ramen, onvermijdelijk
het afscheid. De laatste groet,
je trekt de deur achter je dicht.
[Jolies Heij, 5 juni 2008]
126 Collectief eetcafé De Baas
1271998-2008 | Laatste ronde
Feest“Alles wat het café de afgelopen jaren heeft verzet, was nooit mogelijk
geweest zonder de […] vrijwilligers die met hun gaan, maar vooral met
hun komen de kroeg draaiende hebben gehouden. En de klant
natuurlijk. Want al die werkers en werksters hadden aardig voor lul
gestaan als er geen liefhebber was geweest voor een door een amateur
getapt pilsje. FEEST!”
[uit: persbericht ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van De Baas, 25 mei 1981]
LAATSTE AVOND IN DE BAAS:
5 JUNI 2008
Ook de opbrengsten van de verkoop gaan naar het
goede doel. Van de ongeveer 800.000 euro die over-
blijft na aftrek van de kosten (waaronder de hypo-
theek, dit boek en een groot afscheidsfeest in Tivoli)
richt De Baas twee fondsen op: het Triodos-Baas-
fonds en het Mama Cash-Baas-fonds. Het eerste
fonds gaat vooral investeren in projecten die zich
richten op duurzaamheid, het tweede gaat maat-
schappelijke ontwikkeling van vrouwen in met name
Oost-Europa stimuleren. Daarnaast ontvangen zowel
het Alertfonds (een fonds dat wereldwijd maatschap-
pelijke initiatieven van jongeren ondersteunt) als het
Ana Maria Fonds een schenking van 12.500 euro.
Op die manier draait de geldmotor voor de allerlaat-
ste keer op volle toeren: in één klap geeft De Baas
meer geld weg dan in de 32 jaar daarvoor.
Als je wat gaat drinken in Café Averechts, heb je grote kans daar Wim Joosten
tegen te komen. Die komt daar namelijk al bijna 25 jaar, minstens één keer per
week. Jarenlang was hij óók een veel geziene gast in eetcafé De Baas. Het ideëele
principe van beide kroegen spreekt hem aan: “Ik gooi geld niet graag weg, het geeft
me een goed gevoel als ik weet dat het goed terecht komt!”
Er kan er maar één De Baas
“Echt een leuk restaurant metenthousiaste bediening” was De Baasvolgens Wim. Hij vindt het dan ookjammer dat het eetcafé niet meer bestaat.Gelukkig vindt hij in Averechts iets van deBaassfeer terug. Dat is niet toevallig, wantin 1983 fungeerde De Baas als hétvoorbeeld voor Averechts. De structuurwerd afgekeken: ook bij Averechtsverrichten leden van de verenigingdiensten voor de stichting. Omdat De Baaszich voelde aangesproken door hetoprichtingsplan van Averechts, hielp ze deinitiatiefnemers bij het opstarten, dooronder andere een renteloze lening van8.000 gulden te verstrekken.
Ook werkten de medewerkers van de anti-kapitalistische collectieven wel eenssamen, bijvoorbeeld in de ‘axikook’: eenkookgroepje dat in de jaren tachtig maal-tijden verzorgde tijdens demonstraties.Toen De Baas meer een restaurant dan eenkroeg werd, ging een aantal Baaswerkersliever bij Averechts achter de bar staan.Averechtsmedewerkers Arjan van deMerwe, Heleen van Nierop en Arjen vanGend zien de cafés daarom een beetje alsbroer en zus. Ze waren sterk met elkaar
verbonden, maar aan de andere kantconcurreerden ze natuurlijk ook.
TraditieWim heeft beide cafés altijd graagbezocht. Ongeveer 22 jaar geleden kwamhij voor de eerste keer bij De Baas.Incidenteel bezoek ging ongemerkt over ineen traditie. Met zijn (inmiddels ex-)vrouwen kind at hij er tien jaar lang elke vrijdag-avond. Bazers zullen zich zoon Jasper welherinneren: “De hummel ging met Duploen tekenspullen het trapje van het podiumop en af.” Hij was een echt toetjesmonsteren werd als stamgast flink verwend: dekoks maakten van het dessert altijd eenverrassing. Inmiddels is Jasper een 18-jarige puber, met alles wat daarbij hoort.Wim zelf kwam voor de lekkere en betaal-bare maaltijden. Hij herinnert zich ook dathij altijd Remy Martin VSOP dronk. “Hetgrappige was dat de barmensen de cognacaltijd inschonken alsof het wijn was. Het ismaar goed dat ik maat weet te houden!”
De bediening van De Baas was heelpersoonlijk en zorgde voor eenontspannen sfeer, maar sommigeBaaswerkers waren ook wel erg sloom.
“Het kon lang duren voordat eenserveerder aan je tafeltje kwam om debestelling om te nemen. Ik herinner mijéén klant met een huilende baby en eenrekening die maar niet wilde komen.Uiteindelijk was hij wel zo netjes om watgeld op de bar te leggen voordat hij boosvertrok.” Er waren Baaswerkers dievolgens Wim niet helemaal pasten in hetnormale arbeidsproces. Het was dan ooknodig dat stevigere medewerkers somsorde op zaken stelden. Wim denkt terugaan “een nette meneer in de keuken, diestiekem alles even goed organiseerde,zonder het op een bazige manier te doen”.Dat er zoveel verschillende mensen bij DeBaas werkten, maakte het vooral eenleuke plek om te komen.
“Vriendelijk links” geeft misschien welhet beste weer welk soort mensen in DeBaas kwam. Bazers waren niet zo radicaal.“Krakers en milieuactivisten waren vaakheel rechtlijnig. Ik woonde een tijdje ineen kraakpand en herinner mij van dekraakbeweging vooral dat die mensenopvallend gekleed waren. De ideologischediscussies liepen vaak hoog op en eenaantal krakers vergat echt naar anderen te
128 Collectief eetcafé De Baas
Door Wanda Zoet
zijnkijken. Dat dogmatische, daar loop ik nogsteeds voor weg”, vertelt Wim. “Het ACUwas bijvoorbeeld een kroeg waar dat watzwaardere volk kwam. In De Baas kwamhet alternatieve midden. Het maakte daarniet uit welke kleding je droeg of wat jeberoep was.” Juist deze sfeer en mensenkon Wim in andere Utrechtse kroegenmoeilijk vinden.
Het begin van het eindeHij betreurt het dan ook dat De Baasverdwenen is, maar onverwacht kwamhet einde niet. De voornaamste reden datWim zelf niet meer bij De Baas kwam,was dat het eetcafé zo vaak geslotenwas. “Dan fietste ik er met vrouw en kindnaar toe en kwamen we tot de conclusiedat De Baas weer eens dicht was.”Averechtsmedewerker Arjen beaamt dit:“Ik kwam graag bij De Baas, vanwege degoede balans tussen de prijs en kwaliteitvan het eten, maar ik wist nooit of zegeopend waren. Op een gegeven momentging ik er maar niet meer heen.” Wimmerkte bovendien dat het eten slechterwerd en het aantal vrijwilligers afnam.Het één heeft waarschijnlijk verbandgehouden met het ander. “Maar op hetgebrek aan vrijwilligers, is het vermoe-delijk echt stuk gegaan.”
Het is opvallend dat Café Averechts, metzo’n dertig medewerkers, nog steedsgoed draait. Het collectief is altijd op zoeknaar mensen, maar heeft geen structureleproblemen met een afnemendvrijwilligersaantal. Dit contrast heeftmisschien te maken met het verschil
tussen het runnen van een bar en hetexploiteren van een restaurant. Als kokbij De Baas was de investering alsvrijwilliger immers behoorlijk groot.“Achter de bar zijn niet altijd veelmensen nodig, iemand kan rustig eenavondje alleen draaien. Koken vergt eenveel nauwere samenwerking”, legtAverechtsmedewerker Heleen uit. “BijDe Baas moest met minder mensenmeer gedaan worden dan bij Averechts.Maaltijden serveren vraagt veelvoorbereiding: je moet inkopen,bereiden, serveren, afwassen… Eenbarvrijwilliger kan makkelijk even eenuurtje komen tappen.”
De charme van De Baas kan volgens Wimook een valkuil geweest zijn. “Jammerdat op een gegeven moment nietcommerciëler gedacht is! De locatie vanDe Baas aan de Lijnmarkt was echt eengouden kans. Het café zat midden in destad en mensen konden gewoon aankomen lopen, óók toeristen die toevalliglangskwamen. De meerdere verdiepingenen professionele keuken boden genoegperspectief. Het was misschien toch nietzo’n gek idee geweest om een paarbetaalde krachten in te huren”, meent hij.Maar Heleen is het hier niet mee eens. Dekracht van Averechts is volgens haar juistdat het collectief principieel nóóitbetaalde krachten heeft aangenomen, opde accountant na. Zelfs Melkertbanen zijner bij Averechts niet geweest. “Dat geeftnamelijk scheve gezichten. Vrijwilligersmoeten het idee hebben gelijkwaardig tezijn en een mooie bijdrage te leveren. Zij
moeten niet het idee hebben dat ze devuile klusjes opknappen voor de betaaldekrachten.”
RequiemHoe dan ook: De Baas heeft zichzelfopgeheven. In Averechts word je nog welherinnerd aan het bestaan van het anderecollectieve eetcafé. Door de levendigeherinneringen van de medewerkers enklanten van Averechts. Maar ook door hetmeubilair dat Averechts van De Baaskreeg. Op de onderkant van die tafelsstaat met gekleurd krijt: ”Café De Baasrequiem 05-06-08”.
129
TEKST OP DE ONDERKANTTAFELS IN AVERECHTS
130 Collectief eetcafé De Baas
TERUGKIJKENDAbdel, Abdel, Abderrahim, Abdeslam, Achmed, Ad, Ad, Ad, Adinda, Afke, Agaath, Al, Albert, Albert, Albo, Aleid, Alex, Alexander,Alfons, Ali, Ali, Ali, Alice, Alice, Alrik, Aly, Amir, André, André, Angela, Angenieta, Anita, Anita, Anita, Anja, Anke, Ankie, Anneke,Annelies, Annelies, Annemarie, Anne-Marie, Annemiek, Annemieke, Annemieke, Annet, Annet, Annet , Annewiek, Annick, Annick,Ans, Ansfried, Anton, Anton, Aqing, Arend, Arend, Ariane, Ariëtte, Aris, Arjanne, Arjen, Arlien, Arna, Arnold, Arnold, Astrid, Axel,Aziz, Aziz, Barbara, Bart, Bart, Bart, Bart , Bas, Belinda, Ben, Benito, Bernadette, Bernhard, Bert, Bert, Bert, Bert, Bettie, Betty,Bianca, Bianca, Bonne, Bouke, Bowine, Bregje, Carla, Carla, Carmen, Carola, Carolien, Carolien, Carolien, Caspar, Catelijne, Cathy,Catrien, Ceciel, Cecile, Cecile, Cees, Charlotte, Chrisje, Christine, Cobi, Cok, Corina, Corné, Corrie, Corry, Cynthia, Daniel, Daniëlle,Daphne, Daphne, David, Deanna, Deirdre, Dennis, Dereje, Desirée, Desirée, Dian, Diana, Diana, Diana, Dick, Dick, Dick, Dick,Diets, Dirk, Dirk-Jan, Djoke, Donglian, Douwe, Ebram, Ed, Ed, Edith, Edje, Eduard, Edward, Edwin, Eef, Eléna, Eli, Ellen, Ellen, El-lis, Elly, Els, Els, Els, Els, Els, Els, Els, Elsie, Emmy, Emmy, Emmy, Eric, Erik, Erik, Erik, Erwin, Estévan, Esther, Esther, Esther,Etienne, Eugène, Eus, Evelien, Evelien, Eveline, Eveline, Evert, Fadette, Fatiha, Fijtje, Floor, Floortje, Flor, Florine, Foenke, Folkert,Francis, Frank, Frank, Frans, Frans, Frans, Fred, Frederike, Frieda, Frits, Frouke, Gabrie, Gauko, Gea, Geert, Gemma, George, Ger,Gerard, Gerard, Gerard, Gerard, Gerrit, Gerrit, Gerry, Gerry, Gert, Gert, Gert, Gert-Jan, Gijs, Gina, Guido, Gusje, Guus, Habib, Hajo,Hamid, Hamid, Hana, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Hans, Harrie, Harrie, Harry, Harry, Harry, Harry, Havid,Heidi, Heleen, Helma, Hemmen, Henk, Henk, Henk, Henk, Henk, Henk-Jan, Hennie, Henny, Henny, Henny, Henri, Henriette, Her-man, Hester, Heybat, Huguette, Iana, Ida, Ilona, Ilona, Ilse, Ine, Ineke, Ineke, Ineke, Ineke, Inez, Inge, Inge, Inge, Inge, Ingrid, In-grid, Iris, Iris, Irmin, Isaac, Isabel, Isidoor, Ivo, Iwan, Jaap, Jaap, Jaap, Jacqueline, Jacqueline, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan, Jan,Jan, Janet, Jan-Jaap, Jannie, Jannie, Jannie, Jantelle, Janus, Jaro, Jasper, Jeanette, Jeanette, Jelly, Jenneke, Jeroen, Jeroen, Jeroen,Jeroen, Jes, Jessica, Jet, Jet, Jet, Jildou, Jimmy, Joan, Joan, Joanne, Johan, Johan, Joke, Joke, Joke, Joke, Jolanda, Jolande, Jolies,Jonas, Joni, Joop, Joop, Joost, Joram, Jord, Jorien, Joris, Jos, Jos, José, Josta, Judith, Judith, Judith, Judith, Jules, Jurgen, Karel,Karel, Karen, Karen, Karim, Karin, Karin, Karin, Karin, Katja, Kees, Kees, Khalid, Kim, Kirsten, Kitty, Kitty, Kiyomi, Koen, Koos,Krish, Laurent, Lavinia, Lea, Lena, Lenneke, Leo, Leo, Leo, Leo, Leonie, Leonie, Lianne, Lidy, Lien, Lies, Lies, Liesbeth, Liesbeth,Liesbeth, Lilianne, Lin, Linda, Linda, Lisette, Liza, Loes, Loes, Lonneke, Lotte, Louke, Luc, Lucas, Maaike, Machteld, Madeleine,Manfred, Manon, Manon, Marc, Marc, Marcella, Marcha, Marchje, Marco, Marcus, Marga, Margo, Margot, Margot, Margriet, Maria,Marian, Marian, Marian, Marian, Marian, Marianne, Marianne, Marianne, Marianne, Marica, Marieke, Marieke, Mariëtte, Marije, Ma-rion, Marion, Marion, Mariska, Mariska, Marit, Marja, Marja, Marja, Marja, Marjan, Marjolijn, Mark, Mark, Mark, Mark, Markus, Mar-leen, Marlijn, Marlinde, Martha, Martijn, Martin, Martin, Martin, Martine, Mascha, Mathasyo, Maurice, Meg, Merel, Merel, Merel,Michael, Michel, Michel, Mieka, Mieke, Mieke, Mike, Mikkie, Minna, Miranda, Mirella, Miriam, Mirjam, Mirko, Miro, Mohammed,Monica, Moniek, Monique, Monique, Monique, Monique, Monique, Monique, Monique, Mop, Mustava, Mylène, Nanda, Nanja,Nanja, Nanneke , Natascha, Mathalie, Nathan, Neddy, Nelleke, Nellie, Nellie, Netty, Nico, Nicole, Nicolette, Niek, Niels, Nienke,Nienke, Odette, Ody, Olav, Ole, Olga, Orlando, Oscar, Oscar, Oscar, Patrick, Paul, Paul, Paul, Paul, Pauline, Pepijn, Peter, Peter, Pe-ter, Peter, Peter, Peter, Peter, Petra, Petra, Petros, Phil, Piet, Piet, Pieter, Pieter, Pim, Pim, Plien, Puk, Rafaël, Raquel, Rebekka,Reinier, René, René, René, René, René, René, Rens, Rianne, Rianne, Rianne, Richard, Rineke, Rita, Rob, Rob, Rob, Rob, Rob, Ro-bert-Paul, Roeke, Roel, Roger, Roland, Roland, Roland, Ron, Ronald, Ronny, Roos, Roos, Rop, Rosaline, Roxanne, Ruben, Ruben,Rudi, Rutger, Ruud, Ruud, Ruud, Sabine, Sammy, Sandra, Sandrine, Sanna, Sanne, Sarah, Saskia, Saskia, Saskia, Saskia, She-wane, Silvie, Simona, Simone, Simone, Simone, Sjaak, Sjak, Sjarel, Sjors, Stefan, Stephan, Steven, Sunaya, Susan, Susanne, Susy,Suzan, Sven, Sylvia, Sylvia, Sylvia, Taliet, Tamara, Tanja, Tarek, Terry, Thea, Theo, Theo, Theo, Thomas, Tijs, Tilo, Tim, Timon, Ti-neke, Tom, Tom, Ton, Ton, Ton, Ton, Ton, Ton, Tonny, Tony, Toos, Trees, Trudie, Truus, Uwe, Valeria, Vera, Vincent, Vincent, Vincent,Walter, Walter, Walter, Wendela, Wendeline, Wendy, Wieger, Wilbert, Wilbert, Wilfred, Willeke, Willeke, Willem, Willem, Willemien,Wilma, Wilma, Wilma, Wim, Wim, Wim, Wim, Wim, Wing Fai, Wouter, Wouter, Ximena, Yader, Yana, Yang, Yvo, Yvon, Yvonne,Yvonne, Zegert en Zhu.
Door Inge Piena
131
Jenneke Bakker
Werkte van 1977 tot 1982 bij De Baas: twee jaar achter de bar
en tweeëneenhalf jaar in de keuken.
“Toen ik me destijds in een opwelling opgaf als
barmedewerker, had ik nooit kunnen voorspellen dat
ik zoveel jaar in De Baas zou blijven werken en zo’n
hart voor de zaak zou krijgen. Want het werk was dan
wel op vrijwillige basis, het was verre van vrijblijvend.
Het was zwaar, maar ook serieus: ik leerde er echt een
vak!
Eigenlijk was ik nogal verlegen in die tijd en tijdens
Fronsvergaderingen zei ik ook nooit iets. Mijn inbreng
bestond vooral uit het praktische werk. Ik vond het
prima om veel te werken en omdat je ook wel inviel
voor iemand die niet op was komen dagen, maakte je
soms erg lange dagen. En dan gingen we na afloop
ook nog eens zitten naborrelen. Ondertussen weet ik
dat ik hyperactief ben en begrijp ik mijn werklust van
toen: in de Baas vond ik een positieve manier om
mijn energie in goede banen te leiden.
Dat je achter de bar steeds met andere mensen in
ploegen werkte, vond ik een uitdaging en vooral heel
leuk. Samen waren we verantwoordelijk voor de sfeer.
Als het lekker draaide, zag je dat direct terug in de
tevredenheid van de klanten.
Na twee jaar barwerk heb ik me aangesloten bij de
kookploeg. Ook in de keuken werkte je met steeds
verschillende maatjes. Dat was heel leerzaam. We
wisselden specialiteiten met elkaar uit en experi-
menteerden naar hartenlust. Dat ging ook wel eens
fout, maar na een tijdje draaide ik mijn hand nergens
meer voor om: Indonesisch, Indiaas, Palestijns, Grieks,
Italiaans enzovoort en dat alles in bourgondische
hoeveelheden. De sfeer in de keuken was vrolijk en
opgewekt: er werd kei- en keihard gewerkt maar ook
flink gedold en gelachen. Het was eigenlijk altijd een
feestje om zo’n kookbeurt te draaien.
Het koken in de Baas was ook wel topsport: rennen,
hakken, roeren en gewichtheffen met zware pannen.
Toen ik weer eens in zo’n gigantische pan stond te
roeren, betrapte ik mezelf op de gedachte: ’Als ik dit
kan, zou ik ook best een groot gezin aankunnen.’ En
terwijl ik mijzelf tot die tijd had wijsgemaakt dat ik
nooit, echt nóóit kinderen zou willen, heb ik er
uiteindelijk toch vier gekregen!”
132 Collectief eetcafé De Baas
Kees BrusselWerkte met onderbrekingen in de periode van 1977 tot 1990 in De Baas. In de jaren tachtig ook als penningmeester en vanaf 2006 opnieuw in het bestuur.
“Het leuke van De Baas vond ik dat het niet extreem
was, doordat er zoveel diversiteit was: het was een
collectief van allemaal individuen, zonder dogma. Dat
is altijd het bijzondere geweest wat mij betreft.
Iedereen kon het gezamenlijke ideaal op zijn eigen
manier uitwerken. Dat leverde veel discussies op,
maar ook veel heel verschillende initiatieven.
Zelf iets opzetten, daar genoot ik nog wel het meest
van. Op de Lijnmarkt heb ik op een gegeven moment
bedacht dat we wel eens een live talkshow konden
houden, dat Utrecht daar wel rijp voor was. De eerste
keer deed ik het zelf, maar voor de tweede en derde
keer had ik Cees Grimbergen gevraagd en omdat die
toen al bekend was, hoefden we nauwelijks iets aan
publiciteit te doen. De tent zat afgeladen vol.
Na die paar keer was de lol er voor mij alweer een
beetje af. Het bedenken en opzetten was het leukst.
Dat is voor mij essentieel geweest: alles kan, maar
niks hoeft. Dat paste goed in mijn leven en past
waarschijnlijk nog steeds bij mij. Het grote geld trekt
me niet en ambitieus ben ik ook niet zo. Ik wil
gewoon graag mijn eigen ding doen. Doordat ik dat
binnen De Baas kon doen, heb ik mijn eigen sterke en
zwakke punten leren kennen. En ook dat je niet altijd
op anderen kunt rekenen. Iedereen heeft zo zijn eigen
nukken en z’n eigen leven en als iemand het af laat
weten, dan lossen we ’t anders op.
Het was gewoon waanzinnig leuk: op de Biltstraat
maakte je samen een avond. Hard werken, goed geld
verdienen en daarna samen doorzakken. Aan de
Lijnmarkt was je iets meer eigen baas: in de keuken,
achter de bar of als serveerder. Als er iets misging
- mensen moesten bijvoorbeeld heel lang op hun eten
wachten of het eten was een beetje aangebrand -
dan bedacht je zelf een oplossing om die mensen te
lijmen: drankjes weggeven werkte bijvoorbeeld goed.
Van die mensen kreeg je vervolgens de grootste
fooien!
Toen ik pas bij De Baas was, hoorde ik Harrie Jekkers
zeggen dat al die nieuwe mensen er alleen maar bij
kwamen om hun kennissenkring uit te breiden. Dat
stak wel even. Misschien ben ik wel zo lang bij De
Baas blijven hangen om die uitspraak te
logenstraffen. Nou ja…”
KEES BRUSSEL (IN 1986) IN EEN RAKET IN WORDING: ”DAT WASZO BIJZONDER AAN DE BAAS. ALS JE EEN IDEE HAD EN JE KREEGEEN PAAR MENSEN ENTHOUSIAST, DAN KON JE HET OOKUITVOEREN – ZOALS DE ANTI-RAKET-RAKET”
133Terugkijkend
Lucas Janssen
Werkte van 1992 tot 1998 in De Baas. Hij kookte vooral, maar serveerde ook.
“Er zat een soort golfbeweging in het werken bij De
Baas. Teams ontstonden en vielen uit elkaar. Als je een
poosje in een team werkte dat goed op elkaar
ingespeeld was, dan was dat echt kicken. Iedereen
wist wat ie moest doen; je hoefde niks uit te leggen.
Maar na een poosje vielen zulke teams weer uit
elkaar. Dan was het een poosje wat rommeliger
voordat je elkaar gevonden had en de samenwerking
weer soepel liep.
Niet dat het in die tussenperioden vervelend was, we
hadden altijd wel plezier. Het was ontzettend leuk
zoveel verschillende mensen tegen te komen. Ik zat
bijvoorbeeld ook in de krakerscène en was met een
groepje mensen bezig het alternatieve hostel Strowis
op te zetten. Die groep was echt een bepaald slag
mensen, maar bij De Baas liep van alles rond:
leeftijden, politieke voorkeuren, achtergronden,
problemen, alles.
Dat ik niet op een vaste dag werkte, had ook wel een
nadeel: ik werd vaak gek van al die verschillende
menu’s. Elke dag had zijn eigen menu en wat je op
een dag overhad, moest je dan weggooien:
ontzettend zonde. Vanaf 1994 veranderde dat. Toen
kwamen er menu’s die twee à drie weken lang door
iedereen gemaakt werden. Sommige mensen vonden
dat jammer, omdat ze niet meer hun eigen ding
konden doen, maar ik was er wel blij mee. Dan wist
ik altijd wat er moest gebeuren.
De donderdagavond had daarbij als drukste avond
nog wel een aparte status: honderd eters soms, twee
verdiepingen vol. Dat was hard werken en niet
iedereen durfde dat aan. Al met al was je toch snel
van 12.00 tot 24.00 uur bezig als kok. Serveerders
hadden het veel makkelijker, daar pestten we ze
natuurlijk mee onder het eten om 22.00 uur. Die
maaltijden samen waren altijd een heel gezellige
afsluiting van een dag hard werken.
Naast koken heb ik in De Baas geleerd dat je je hoofd
koel moet houden. Zolang je studeert, ben je toch
vooral met jezelf bezig. Toen ik na mijn vervangende
dienstplicht bij De Baas terechtkwam, zat ik opeens in
een grote club met heel verschillende meningen. Dat
betekende polderen en dat was nieuw voor mij. Ik
ben op zich heel rustig, maar die kant van mij werd
flink op de proef gesteld en is denk ik wel versterkt.”
134 Collectief eetcafé De Baas
Puk Witte
Werkte in 2003 en 2004 als serveerster in De Baas.
“Het was in De Baas soms ontzettend chaotisch,
maar ook heel gezellig. De meeste diensten werkte ik
met leuke mensen en de klanten waren altijd heel
aardig. Daar ging het mij om: ik wilde graag contact
met mensen die je anders niet zo snel zou ontmoeten.
Al waren dat voor een deel ook mensen met wie je de
oorlog niet zou winnen. Als psycholoog kon ik daar
wel van genieten.
Maar wat ik zo grappig vond aan De Baas, was ook
de zwakte: de kwaliteit van wat we konden bieden,
hield niet altijd over en dat viel soms slecht te
verkopen. In de periode dat ik er werkte, werd dat wel
erger. Veel mensen die er werkten, deden dat vooral
om maar wat om handen te hebben en soms ook
voor de goedkope drank na afloop. Belangrijke taken
kwamen zo op te weinig schouders terecht en
structurele klussen bleven liggen. Ik zag dat en vond
dat lastig.
Op mijn werk ben ik onder andere verantwoordelijk
voor het veiligheidsbeleid. Dit soort zaken kregen bij
De Baas maar weinig aandacht. Aan veel wet- en
regelgeving voldeden we niet. Dat bracht ik dan wel
in in vergaderingen, maar dat werd niet echt
opgepikt. Dat frustreerde. Met het verschil tussen
mijn verantwoordelijkheden in mijn werk en hoe
zaken bij De Baas gingen, kreeg ik steeds meer
moeite. Toen de sfeer ook nog steeds grimmiger werd
door de kampen die ontstonden rondom Mark
Sparrius, ben ik afgehaakt. Ik dacht: als ik dan
overspannen moet worden, dan toch wel van een
betaalde baan en niet van vrijwilligerswerk! Jammer
vond ik het wel.
Nu ben ik wel wat ontnuchterd over vrijwilligers-
organisaties. Toen ik gestopt was bij De Baas wilde ik
mijn tijd aan een andere organisatie geven, maar ik
heb daar nu wel een drempel voor. In De Baas was
het de gedachte dat mensen samen eigen baas zijn,
maar sommige mensen hebben denk ik heel veel
behoefte aan een baas. Ik heb wel leuke contacten
overgehouden aan De Baas. Heel verschillende
mensen die ik nu nog zie. Daarnaast vind ik het
achteraf ook heel leuk dat ik deel heb uitgemaakt van
zo'n bijzonder initiatief. Daar ben ik best trots op!”
1351977-2008
� Kommissie Anti Kontrole (KAK) � Wij vrouwen eisen� Akties tegen politiestaat� Akties in Almelo tegen kweekreactor� HC-festival� Scan � Blijf van m'n Lijf � 182 Marokkanen� Elektrische typemachine � Kraakbond � Nicaragua & politieke avond� Filmhuis� Aktie Onkruit� Vrouwengezondheidscentrum� Lastpost� Furore� Libanonkrantje � Buurthuis Utrecht West � Vakantiebaas � De Wijs� Buurthuis Utrecht West� Rooie Rat� Colombia (reizende school)� Rampen Komitee Woningnood � Amelisweerd � Dagje uit Baaswerkers� Woningnood Tribunaal� Radio Gladiool� Feest van de Vrede Wittevrouwen� Wij vrouwen eisen (legalisering van
abortus)� KMAN � Filippijnen Groep Nederland� Rock against Rollen (tegen sexisme)� Kraakpand Sandwijck � Initiatiefgroep Freinet-onderwijs
Regentesse-school� Kraakbond, Kraakkollectief en
Wijkkraakgroepen� Aktie Giroblauw van het Utrechts
Energie Verband� Komitee Tivoli Tijdelijk (opknappen
NV-huis)� Feest van de Vrede Vogelenbuurt� Anti Fascisme Kommitee Utrecht
(AFKU)� Medisch Komitee Palestina� Manifestatie woningnood studenten
� Affichedrukkerij Tegendruk� Anti Fascisme Kommitee Utrecht � Platform Marokkaanse Jongeren� Vrienden van Amelisweerd� Gat Voorstraat � Koffiekeet Nobeldwarsstraat � Oosterbuurt� Tentoonstelling over Nicaragua� Boeken school in Kenia� Werkgroep Afschaffing Sollicitatie-
plicht (WAS)� Palestinakommitee� "Voor ondersteuning van Jopie, een
bijstandsmoeder die als enige kontaktheeft met de belgiese totaalweigeraarKoen."
� Nicaragua fietsenprojekt� Blijf van m'n lijf� Werkkamp in Jordanië� Coöperatieve Vereniging
2e Handskleding � Fanfare van de Eeuwigdurende
Bijstand � Werkgroep Vriendschapsband
Utrecht-Léon (Nicaragua)� Studio C. � Staking Britse mijnwerkers� Radio ZEBI� Werklozentelefoon� Wijkkrant Utrecht West� Steunfonds Meldpunt Utrecht tegen
discriminatie� Sleep-Inn 't Snurkhuis Utrecht� AFKU en COC� Voordeurdelers� AMOK� Nicaragua moet overleven� Anti-raket-raket� Klachtenburo Justitie Optreden� Umodja (derdewereldwinkel)� Stichting Media en verzet� Techniek in Nicaragua� Onderneemsters in de mode� Wegloophuis Psychiatrie Utrecht� Shell blokkade� Akties tegen beleid van
staatssecretaris Heerma� Kommitee Anti Golf Oorlog (KAGO)
� Biologisch-dynamische boerderij 'deVlierhoek'
� Wegloophuis Psychiatrie Utrecht� Biologisch-dynamische boerderij
Trzebiatkowo (Polen)� Weef- en confectieatelier voor
weduwen (Guatemala)� Sportclub Gehandicapten Marrakech
(Marokko)� Initiatiefgroep 'Utrecht (a)sociaal?'� Steungroep Vrouwen in detentie � Bijzonder jeugdinternaat Valentijn
Nunspeet� Restaurant 'De Toekomst' Amsterdam� Radio- en tv-zender voor Koerdistan � Kinderboerderij Griftpark� Charles Gorrissen Foundation
(Fillippijnen)� Landelijke India Werkgroep � Utrechts Platform tegen de Oorlog en
het Geweld in ex-Joegoslavië� Biogrond-aandelen bij Triodos Bank� Huella (Mexico) � Stichting Thuis Sterven� Act Up! Against Aids� Antifascistische Actie Nijmegen� Utrechts Platform tegen de Oorlog en
het Geweld in ex-Joegoslavië� Aspe-groep (Pyreneën)� Turkije Komitee (Turkije en
Koerdistan) � Wegloophuis Psychiatrie � Meldpunt Tegen Discriminatie� Jongerenstichting Peloton � Kindertelefoon Utrecht� Aktie Strohalm � Jongeren Milieu Aktief� Projekt Unai (Brazilië)� Stichting Sundarijal Bikas (Nepal) � Productie CD 'Blues for Bosnia' door
Stichting CRASH Nederland � Projekt Voorstaete (ACU)� HAK Pasar Maling � Komitee Utrecht Tegen Racisme
(KURF)� Prithipura (Sri Lanka)� Stichting El Futuro (Chili)� Turkije Komitee (Turkije en Koerdistan)
� Toneelgroep Utrecht � Latijns-Amerikaans Documentatie-
centrum LADOC � Stedenband Utrecht-Leon (Nicaragua)� ZIMFEP (Zimbabwe) door HIVOS
Comite� Nooit meer Tsjernobyl � Stichting Wegloophuis Utrecht � Campagne 'Toerismeboycot naar
Turkije' � Stichting Straatkind Oscar � Stichting Steun Gehandicapten
Marokko � Werkgroep Religieuzen Tegen
Vrouwenhandel � Stichting Anti-discriminatie Bureau
Zaanstreek � Buurthuis Spirit � Stichting Ezaka/Madagascar � Vof de Verandering � Peace Brigades International� Burma Centrum Nederland � Child Welfare Scheme Nepal � Stichting Welzijn Zuid-oost Azië � Stichting Weeraba (Oeganda)� Stichting Vriendschapsband
Utrecht-Leon (Nicaragua)� Stichting Nagwa Bantega � Solidariteitsgroep Turkije Koerdistan � Straatnieuws � Autonoom Centrum Amsterdam� Geef Racisme Geen Stem � Persbureau Özgürlük Amsterdam � Stichting Asidohoppo Utrecht � Stichting Biblionef Nederland (boeken
voor Antillen, Aruba en Suriname)� Stichting Roze Zaterdag Utrecht� Stichting Makongeni Self Help Group
(Kenia)� Theater Mandarijn � Asielzoekerscentrum Zeist � Vluchtelingenwerk Utrecht� Averechts
FOOI VOOR HET GOEDE DOELEen chronologische greep uit de fooienpotten
136 Collectief eetcafé De Baas
WAT GEBEURT ER MET HET GELD?
Er zijn twee fondsen op naam opgericht:
Triodos-Baas Fonds | 52% van het resterende kapitaal
(minstens € 400.000). Looptijd: ongeveer 18 jaar.
Dit fonds zal het accent leggen op duurzaamheid en sociaalondernemerschap. Voor wat betreft het eerste accent, duurzaamheid,kunnen kernwoorden genoemd worden als schone energie, biologischelandbouw, diervriendelijkheid, gezonde voeding, eerlijke handel metontwikkelingslanden en microkredietverlening. Voor wat betreft hettweede accent, sociaal ondernemerschap, kan het gaan om mensenvan verschillende achtergronden die samen werken en leren en zich zoontwikkelen.www.triodosfoundation.nl
Mama Cash-Baas Fonds | 48% van het resterende kapitaal
(ongeveer € 400.000). Looptijd: ongeveer 5 jaar.
Dit fonds zal worden ingezet om organisaties te ondersteunen die zichsterk maken voor de positie van vrouwen en meisjes in met nameOost-Europa. Prioriteit zal gegeven worden aan initiatieven die deontwikkeling en participatie van vrouwen en meisjes nastreven en hungezamenlijke kracht versterken om te proberen bestaandemachtsstructuren te veranderen die hun keuze en onafhankelijkheidbeperken. Door hun werk versterken deze vrouwenorganisatiesgemeenschappen en nemen veiligheid, gelijkheid en mogelijkhedenvoor iedereen toe. www.mamacash.nl
Twee fondsen ontvangen een schenking van elk € 12.500:
Alert fonds voor jongerenactiviteiten
Alert is een onafhankelijk fonds dat progressieve projecten vanjongeren ondersteunt. Alert wil dat jongeren beter en meer gehoordworden, maar denkt dat alleen jongeren zelf hiervoor kunnen zorgen.Daarom steunt Alert over de hele wereld jongereninitiatieven metkleine subsidies. Hiermee streeft Alert naar een fundamentelemaatschappijverandering die gericht is op een rechtvaardige verdelingvan macht, kennis en kapitaal en een milieuvriendelijke manier vanproduceren. Alert is het enige fonds ter wereld dat uitsluitend doorjongeren wordt bestuurd.www.alertfonds.nl
Ana Maria Fonds (AMF)
Het Ana Maria Fonds is een Utrechtse stichting van algemeenmaatschappelijk nut. Het ondersteunt projecten met een sociaal-maatschappelijk vernieuwend en coöperatief karakter: projecten diedeelnemen aan de ‘solidaire economie’. In de solidaire economie is hetbelangrijk dat je rekening houdt met anderen en met wat er om jeheen leeft. Alles hoeft niet steeds groter, meer en winstgevender. Geenwinstmaximalisatie maar een rechtvaardige verdeling van middelen. Demaatschappelijke onderneming is een bedrijf met een primairmaatschappelijke doelstelling. Het behalen van winst is noodzakelijkmaar daaraan ondergeschikt. In de periode voor de verkoop van hetpand, heeft AMF De Baas ondersteund met adviezen en leningen.www.amf.nl
En de laatste Baasprijs gaat naar:
STIL | € 3.333,33 voor de organisatie en € 1.111,11 voor de vrijwilligers
STIL is een vrijwilligersorganisatie die juridische en medische hulp geeft aan vluchtelingen en migranten zonder verblijfsvergunning. Daarnaast wil STIL de nodige politieke druk uitoefenen, acties voeren en mensen informeren over de situatie van mensen zonder papieren.www.stil-utrecht.nl
LAATSTE SCHOONMAAK LIJNMARKT 8, FOTO’S VAN MOBIELTJE KEES BRUSSEL
... en de rimpelloze vijver de ruïnes
en de golven van mateloze ijver...